Hoofdstuk 2 Verbintenissen uit rechtshandelingen
Voorbeelden Op grond van een bruikleenovereenkomst (artikel 1876 oud BW) krijgt de bruiklener het recht om gedurende een bepaalde tijd kosteloos gebruik te maken van een goed. De uitlener (die zijn zaak afstaat aan de ontlenende bruiklener) streeft hierbij geen eigen voordeel na. Andere voorbeelden van overeenkomsten uit vrijgevigheid zijn de schenking, (onbezoldigde) lastgeving (artikel 1986 oud BW) en de (eigenlijke) bewaargeving (artikel 1917 oud BW).
1.1.2.4 Benoemde overeenkomsten, onbenoemde overeenkomsten en gemengde overeenkomsten 24. Onderscheidingscriterium. Een volgend onderscheid dat van belang is voor de praktijk, houdt verband met de regels die van toepassing zijn op de overeenkomst. Het gaat om het onderscheid tussen benoemde, onbenoemde en gemengde overeenkomsten. 25. Benoemde overeenkomsten. De basisregels in verband met de verbintenissen uit overeenkomst zijn terug te vinden in Titel III (‘Contracten of verbintenissen uit overeenkomst in het algemeen’) van Boek III van het oud Burgerlijk Wetboek (artikel 1101 e.v. oud BW). Zij vormen inzake overeenkomsten het gemeen recht. Daarnaast zijn er nogal wat overeenkomsten waarvoor er nog een bijzondere wettelijke regeling bestaat die in meer of mindere mate afwijkt van de gemeenrechtelijke regeling. De overeenkomsten die zo in het oud Burgerlijk Wetboek en het Burgerlijk Wetboek een eigen specifieke regeling gekregen hebben, noemt men meestal de ‘benoemde overeenkomsten’. Elke type van overeenkomst heeft constitutieve / wezenlijke / essentiële bestanddelen. Het zijn die bestanddelen die objectief gezien steeds aanwezig moeten zijn opdat er sprake zou zijn van een bepaald type van overeenkomst. Daarnaast kunnen bepaalde bestanddelen voor een of meerdere partijen subjectief gezien essentieel zijn voor de totstandbrenging van de overeenkomst; dit noemt men substantiële bestanddelen. Belangrijk is dan wel dat de wederpartij ervan op de hoogte is dat een bepaald bestanddeel een substantieel bestanddeel is voor een partij; zo niet kan die partij zulks haar wederpartij niet tegenwerpen. Voorbeelden Koop (gewone koop, consumentenkoop), huur (gemene huur, woninghuur, handelshuur, pacht), aanneming, lening (bruiklening, verbruiklening), bewaargeving, sekwester, kanscontract, lastgeving, borgtocht, dading.
In de bijlage die achter in dit handboek is opgenomen, wordt een overzicht gegeven van de belangrijkste benoemde overeenkomsten, hun essentiële bestanddelen en kenmerken. Ook buiten het oud Burgerlijk Wetboek en het Burgerlijk Wetboek, voornamelijk in de sfeer van het ondernemingsrecht, zijn er overeenkomsten die met een specifieke naam genoemd worden en die min of meer omvattend geregeld zijn.
77
Praktisch Verbintenissenrecht 2021_v7.indd 77
28/06/21 16:23