GEBRUIKSHANDLEIDING F106.7 / F106.7A / F156.7 / F156.7A Voor het starten van de motor De machine dagelijks visueel inspecteren. Speciaal letten op omstandigheden, die het normale en veilige bedrijf van de machine kunnen beïnvloeden: losse aansluitingen, defecte slangen, olielekken, vuilopeenhopingen, losse schroeven en beschadigde en defecte onderdelen. Alle noodzakelijke correcties uitvoeren alvorens de machine weer in bedrijf te nemen. Controleren of de brandstoftank met schone brandstof gevuld is, die aan de specificaties uit deze gebruikshandleiding (zie in bijlage: EN 590) voldoet. Waarschuwing: de machine niet bedienen wanneer u onder invloed van alcohol of drugs bent. Het niet in acht nemen van dit voorschrift kan tot zwaar of zelfs dodelijk letsel leiden.
54
40001377.00-nl
Inrijtijd Uw machine zal een langere levensduur hebben en beter en zuiniger presteren wanneer u gedurende de eerste 100 uur speciaal op de motor let. In deze tijd: 1. De motor warm laten draaien voordat hij belast wordt. 2. De motor niet langere tijd met vol gas bedienen. 3. De motor niet voor langere tijd stationair laten draaien. 4. De indicaties op het instrumentenpaneel regelmatig controleren. 5. Het oliepeil en koelmiddelpeil vaak controleren. In de inrijtijd moeten naast de in het onderhoudsschema aangegeven werkzaamheden ook de volgende controles en onderhoudswerkzaamheden worden uitgevoerd.