Logistiek
11
M A A RT 2022
Juist globalisering heeft ons gered Tenzij de handel echt fysiek, door wetgeving of door heel hoge tariefmuren wordt belemmerd, zullen wereldwijde supply chains voorlopig de norm blijven. De ketens gaan echter wel veranderen, de voorraadhoogtes nemen toe.
B
JAN FRANSOO Hoogleraar Operations and Logistics Management aan Tilburg University
ij de start van de coronacrisis publiceerden hoogleraar economie Ewald Engelen en voormalig Partij voor de Dieren-aanvoerder Marianne Thieme een artikel in NRC, waarin zij betoogden dat de tekorten in de toevoerketens de eerste stap zouden zijn naar de afbraak van mondiale toevoerketens. Hun argument: er wordt nu zo duidelijk hoe kwetsbaar deze ketens zijn, dat bedrijven hun beslissingen wel zullen moeten veranderen. Onlangs analyseerde filosoof Maarten Boudry dat daar twee jaar later maar weinig van terechtgekomen was, en dat dat ‘maar goed was ook’. Gedurende de pandemie zijn we op veel manieren juist gered, omdat ketens wereldwijd waren, en in vrijwel alle gevallen heeft meer handel bijgedragen aan het oplossen van tekorten en problemen. Feitelijk is er nog nauwelijks iets gebeurd en gebeurt er nu ook nauwelijks iets. Investeringen zoals die van halfgeleiderproducent TSMC in productie in de VS zijn zo klein dat die nauwelijks invloed hebben op wereldwijde ketens, en te klein zijn om als serieuze tweede leverancier te dienen in een dual sourcing-model. Een dergelijk model waarin een tweede leverancier met een kortere levertijd tegen hogere kosten als backup dient, kan heel effectief zijn. Dus door niet alleen kleding in te kopen in Bangladesh, maar ook in Turkije. En misschien zelfs ook wel een heel klein beetje lokaal te laten maken, zoals C&A die heel veel publiciteit genereerde door 1 tot 3 procent (!) van de productie van jeans naar Duitsland te halen. Dat is veel te weinig voor echte impact.
In de meeste ketens zal er toch snel minimaal 20 procent van de capaciteit bij de tweede productielocatie moeten worden geïnvesteerd om de robuustheid te verhogen. Europese en Amerikaanse overheden hebben aangekondigd om te investeren in de productiecapaciteit van kritieke sectoren zoals halfgeleiders en geneesmiddelen. De capaciteitsachterstand en de enorme groei elders zijn echter zo groot dat het onwaarschijnlijk is dat dit binnen 10 tot 15 jaar tot fundamenteel andere verhoudingen kan gaan leiden. Nederland profiteert In het afgelopen decennium is de wereldwijde voorraad relatief snel toegenomen ten opzichte van de wereldwijde productie en consumptie, tussen 2010 en 2020 met zo’n 10 procent. Voor elke dollar die er in de VS per maand wordt verkocht lag er begin 2010 1,28 dollar op voorraad, en begin 2020 was dat 1,42 dollar. Dat is veroorzaakt doordat wereldwijde ketens langer zijn geworden. De Nederlandse logistieke sector heeft hier garen bij gesponnen, want meer voorraad betekent meer vierkante meters distributiecentrum en daar hebben we er nogal wat van in Nederland. Zelfs met een klein beetje dual-sourcing wordt die keten nog wat ingewikkelder, en zal de voorraad dus nog meer toenemen. Des te meer reden om na te denken waar die voorraad allemaal moet worden opgeslagen, en welke positie de Nederlandse logistieke sector en de Nederlandse publieke ruimte hierin kan innemen.