VEILIGHEIDSVOORRADEN AARDOLIE
90 DAGEN NETTO-INVOER
Elke lidstaat van de Europese Unie en van het Internationaal Energie Agentschap (IEA) moet een minimumhoeveelheid veiligheidsvoorraad aanhouden die overeenkomt met een kwart (90 dagen) van zijn jaarlijkse netto invoer van aardolieproducten. Ten minste één derde van deze voor raad moet hierbij aangehouden worden onder de vorm van de afgewerkte aardolieproducten die in de desbetreffende lidstaat het meest verbruikt worden. Bij een nationale of internationale crisis zullen die voorraden worden ingezet om markttekorten op te vangen. Het beheren en aanhouden van deze voorraden is de taak van het opslag agentschap APETRA, een nv van publiek recht met sociaal oogmerk. Het merendeel van APETRA’s stocks zijn eigendom van het agentschap. De eigen voorraden betreffen zowel afgewerkte aardolieproducten als ruwe aardolie. De ontbinding van de Belgische Petroleumunie en de integratie van haar leden in Brafco in 2015 vroeg om een wijziging van de statuten van APETRA. Sinds 2019 zetelt een afgevaardigde van de Federatie in de raad van bestuur van het Agentschap. De nationale voorraadplicht bedroeg in 2021 zo’n 3,09 miljoen ton ruwe aardolie-equivalent (r.a.e.), wat een aanzienlijke daling betekende tegen over in 2020 (3,7 miljoen ton r.a.e.). Reden hiertoe was de daling van de consumptie van motorbrandstoffen door de Corona lockdownmaatregelen. Vanaf 1 juli 2022 zal de voorraadplicht opnieuw stijgen, zij het niet tot op het pre-corona niveau. APETRA-BIJDRAGE
De bijdrage voor de financiering van APETRA wordt elk kwartaal berekend voor de verschillende productcategorieën met als belangrijkste variabele de internationale aardolieprijzen. Elke bijdrageverlaging of -verhoging wordt onmiddellijk en inte
26
Br ndstoffen
Jaarverslag 2021
graal verrekend in de maximumprijs op de dag waarop ze van kracht wordt. Brafco brengt haar leden daarvan op de hoogte via haar website. In april 2020 zakten de aardolieprijzen op de internationale markt naar een historisch dieptepunt. Deze daling van het meest bepalende element in de formule voor de berekening van de bijdrage, gecombineerd met een bruuske consumptievermindering ingevolge de coronacrisis, zette de federale rege ring er toe aan om een minimumniveau voor de APETRA-bijdrage (‘floor’) in te voeren. Tot 1 oktober 2021 bevond de APETRA bijdrage zich op dit mini mumniveau om vanaf het vierde kwartaal 2021 terug te stijgen. AANKOOP EN VERKOOP/OPSLAG
Wie aardolieproducten of zgn. tickets (reserveringen van stocks met een aan kooprecht in geval van een bevoorradingscrisis) aan APETRA wil verkopen of voor het Agentschap productverversingen wil doen, kan zich kandidaat stellen om opgenomen te worden op de shortlist voor de respectieve raamovereen komst. De kandidaten ontvangen dan alle openbare aanbestedingen die het Agentschap in het kader van die raamovereenkomst zal lanceren. Bedrijven kunnen met het Agentschap ook opslagcontracten afsluiten. De voorraden die APETRA beheert, moeten ondergebracht worden in ‘in aan merking komende depots’. Dergelijke depots moeten een minimumcapaciteit hebben van 5000 m³, beschikken over welbepaalde laad- en losfaciliteiten