Ondernemers
DE KIJK VAN DELOITTE
H ‘Om van een lagere roerende voorheffing te kunnen genieten, zijn er belangrijke nieuwe wettelijke voorwaarden.’
et VVPRbis-regime voorziet in een verlaging van roerende voorheffing ten aanzien van dividenden die kmovennootschappen uitkeren met betrekking tot nieuwe aandelen op naam, uitgereikt naar aanleiding van ‘nieuwe inbrengen in geld’ aan natuurlijke personen/aandeelhouders. De verschuldigde roerende voorheffing kan worden verlaagd tot 20% of 15% voor dividenden verleend of toegekend vanaf respectievelijk het tweede of derde boekjaar na dat van de inbreng. Om van dit verlaagd tarief te kunnen genieten, zijn er nog enkele andere belangrijke wettelijke voorwaarden. Zo moet er een wachttermijn worden gerespecteerd en mogen de desbetreffende aandelen geen preferente aandelen zijn. Aangekondigde wetswijzigingen 1. Volstorting Tot op vandaag is het noodzakelijk, maar voldoende dat de volstorting gebeurd is op het moment dat de dividenden worden uitgekeerd of toegekend. In het aangepaste regime moeten de sommen volledig volstort zijn op het ogenblik van de uitgifte van de aandelen. De (recente) hervorming van het Belgische vennootschapsrecht indachtig, zal het in de nieuwe regeling sowieso van belang zijn dat de aandeelhouders hun initiële inbreng volledig volstorten. Is dit niet gebeurd, dan blijven de dividenden onderworpen aan een roerende voorheffing van 30%.
Philippe Van Krunkelsven Deloitte Belastingconsulenten
Strenger regime voor uitkeren dividenden
2. Wachttermijn In het huidige regime kan een verlaagde roerende voorheffing van 20% of 15% toegepast worden, afhankelijk van in welk boekjaar de dividenden werden uitgekeerd of toegekend en te rekenen vanaf het moment van de inbreng. In het aangepaste regime zal het moment van de volledige volstorting een belangrijk ijkpunt worden voor het bepalen van de startdatum van de wachttermijn. 3. Preferente aandelen Een andere belangrijke voorwaarde binnen het huidige regime is het verbod om bij een kapitaalsverhoging preferente aandelen te creëren. In het nieuwe regime zal de term preferente aandelen worden vervangen door de notie aandelen met een voorkeursrecht, en dit ‘ten aanzien van de deelname in het kapitaal of in de winst of ten aanzien van de verdeling van het maatschappelijk vermogen’. Hieruit kan worden afgeleid dat het verbod niet van toepassing zal zijn op bijvoorbeeld aandelen die worden uitgegeven met een meervoudig stemrecht. Bovendien geldt het verbod om preferente aandelen te creëren in het huidige regime enkel op het ogenblik van de kapitaalsverhoging. Bijgevolg is het onder het huidige VVPRbis-regime wel mogelijk om na de kapitaalverhoging toch nog preferente aandelen te creëren (weliswaar onder voorbehoud van de algemene antimisbruikbepaling). Ook op dit vlak grijpt het aangepaste regime in: er mogen voortaan geen aandelen met voorkeursrecht gecreëerd worden, noch op het moment van de uitgifte noch op enig ander moment.
Een kmo-vennootschap die voldoet aan alle voorwaarden van het zogenaamde VVPRbis-regime, kan dividenden uitkeren aan een verlaagd tarief op het vlak van roerende voorheffing. De ministerraad heeft recent evenwel een voorontwerp van wet goedgekeurd dat dit regime fundamenteel zal wijzigen. Die wijzigingen hebben effect op dividenden toegekend of betaalbaar gesteld vanaf 1 januari 2022.
41