Nutriënt & Supplement Magazine 2-2021

Page 9

N&S REDACTIONEEL

Bacteriële modulatie van ons metabolisme DOOR: ROBERT VAN ESCH

“Vezels behoren tot de belangrijkste voedselcomponenten, daar het grootste deel van de intestinale flora deze verwerkt.”

De groei en differentiatie van bacterieculturen in ons lichaam zijn sterk afhankelijk van het voedselaanbod. Gebrek aan gevarieerde voeding en een verarmde voedingsbodem voor onze gewassen liggen mede aan de basis van verschraling van ons microbioom. De status en samenstelling van de bacteriële flora hebben (in)directe impact op het totale metabolisme en kunnen zich uiten in de kwaliteit van de stofwisseling, neuro-hormonale communicatie en vruchtbaarheid. Daar wij, biologisch gezien althans, zoogdieren zijn, is moedermelk de eerste voedingsbron waar we mee in aanraking komen. Moedermelk is voor de pasgeborene de primaire bron van voedsel en bevat micro- en macronutriënten, oligosacchariden, essentiële suikers, RNA-moleculen, antistoffen en lichaamsvriendelijke bacterieculturen, waaronder Streptococci, Clostridia, Bacteroides, Bifidobacteriën en Lactobacillen, zoals L.gasseri, L.salivarius en L.fermentum. Met de dagelijkse consumptie van moedermelk ontstaat een setpoint voor de microbiotische en immunologische programmering voor de rest van het leven. De kwaliteit en kwantiteit van moedermelk is sterk afhankelijk van de leefstijl van de moeder. Ook de wijze van geboorte, overgewicht bij de moeder, gebruik van medicatie en lactatieperiode kunnen van invloed zijn op de bacteriële samenstelling van moedermelk. Vrouwen die na vaginale geboorte moedermelk produceren, laten bijvoorbeeld meer Lactobacillus en Bifidobacterium in de moedermelk zien dan vrouwen met een keizersnede; vrouwen met overgewicht vertonen minder diversiteit en Bifidobacterium en meer Staphylococcus dan vrouwen met een normaal gewicht en naarmate vrouwen langer borstvoeding geven neemt het aantal Bifidobacterium en Enterococcus in de moedermelk toe. Aldus kan de kans op een diverse óf op een verarmde microbenpopulatie transgenerationeel bepaald worden. Gedurende het eerste levensjaar doen zich vervolgens meerdere bedreigingen voor die het microbioom kunnen verstoren, waaronder het gebruik van antibiotica en de introductie van andere soorten melk dan moedermelk. De introductie van vast voedsel bij het kind kan eveneens een ijkpunt zijn, waardoor de intestinale flora van samenstelling verandert. Vetten, koolhydraten en eiwitten hebben namelijk elk hun uitwerking op de compositie van de bacteriële flora. En verschraling van de kwaliteit van het voedselaanbod heeft dientengevolge impact op het functioneren van microbioom. Vezels behoren tot de belangrijkste voedselcomponenten, daar het grootste deel van de intestinale flora deze verwerkt. Voedingsvezels bestaan uit verschillende suikerketens, waarvan de polysacchariden behoren tot de onverteerbare, lange ketens. Suikerketens die ook relatief lang zijn en hierdoor eveneens moeilijk verteerbaar, zijn de fructo-ligosacchariden (FOS). Sommige koolhydraten kunnen niet of slechts gedeeltelijk verteerd worden door de spijsvertering. Wanneer sappen en enzymen tekortschieten, blijken intestinale bacteriën nuttig bij de afbraak van zetmeelrijke en – arme koolhydraatcomplexen. Eenmaal de dunne darm gepasseerd worden oligosacchariden en sommige polysacchariden, zoals inuline, in de dikke darm relatief makkelijk verwerkt door de bacteriën aldaar. Deze bacteriën

9


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.
Nutriënt & Supplement Magazine 2-2021 by NutrientenSupplement - Issuu