14
de Architect, januari 1999
bOb Van Reeth, de eerste Vlaamse bouwmeester Het is zover, Vlaanderen heeft zijn eerste bouw meester. Sinds 1 januari heeft bOb Van Reeth de opdracht om voor vijfjaar de kwaliteitsbewaker te zijn van de Vlaamse overheidsarchitectuur. Reeds jaren wordt in vakkringen gepleit om, in navolging van Nederland, een bouwmeester aan te stellen als een belangrijke stap naar een nood zakelijk architectuurbeleid. Uiteindelijk nam minister Wivina Demeester het initiatief. Zij is niet alleen Vlaams minister van Financiën, Begroting en Gezondheidsbeleid, maar ze is ook bevoegd voor de huisvesting van de Vlaamse administratie. In haar beleidsnota ‘Herkenbaar aanwezig’ (1995) pleit zij voor betere overheids architectuur en vaart zij een andere koers dan haar voorgangers. De wijze waarop de Vlaamse overheid in Brussel en Antwerpen een aantal banale kantoorgebouwen liet neerpoten door
Paradoxaal ontwerp voor het Schedeldoekshavencomplex
nieuw plein, dat de as door het plan Krier afsluit.
projectontwikkelaars was beschamend en vroeg
Aan dit plein zijn een bioscoop en diverse ande
dringend om een nieuwe aanpak. Haar verdien
Een van de laatste grote bouwlokaties in het cen trum van Den Haag is het zogenaamde Schedel-
re openbare functies gesitueerd. De kantoorschijven zelf worden geleed en voorzien van een opbouw, waardoor de skyline een minder mas sieve aanblik krijgt. Toch is het voorstel van Coe nen in zekere zin paradoxaal. Door het hele
sten zijn onder andere het organiseren van een prijsvraag in Hasselt en nu dus de aanstelling van een bouwmeester. De Vlaamse overheid verwacht dat de bouw meester een grote inhaalslag zal maken en de
doekshavencomplex, waar de ministeries van
complex te omgeven met een Italiaans aandoen
basis zal leggen voor een coherent architectuur
Justitie en van Binnenlandse Zaken zijn geves
de arcade, wordt het eilandachtige karakter van
tigd. Beide ministeriegebouwen zijn zowel in technisch als in typologisch opzicht aan renova tie toe. Daarnaast bestaat de behoefte het gebied een meer stedelijke uitstraling te geven. De gebouwen grenzen aan de route die van het
het gebied verder benadrukt. Er zal veel zorg besteed moeten worden aan de uitwerking van de arcade om voldoende openheid naar het ingesloten plein te krijgen. Aan de zijde van de
beleid. De uiteindelijke keuze voor Van Reeth is geen complete verrassing. Zijn gezag, zijn oeu vre en zijn internationale faam zijn van dien aard, dat hij een duidelijke invloed kan krijgen als eerste bouwmeester. Wat de overheid van
Turfmarkt zal dit geen probleem zijn, maar aan
hem verwacht is veel, terwijl zijn opdracht in de
Centraal Station naar het Spui loopt. Vanuit de
de zijde van de Schedeldoekshaven wel. Coenen
eerste fase beperkt is tot gebouwen die de
gemeente is de wens groot deze route tot een levendige stadsader te maken. Door zowel de gemeente als de Rijksgebouwen dienst is aan v ijf ontwerpers gevraagd een visie te ontwikkelen, waarbij intensief ruimtegebruik een sleutelbegrip is. Binnen deze visie stond het
behandelt hier het begane grondniveau op dezelfde wijze als aan de Turfmarktzijde en stelt geen poging in het werk een doorlopende, meer vanzelfsprekende rooilijn te creëren. Hiermee maakt het complex zich verder los van de omge ving. Het is bijzonder twijfelachtig o f via de arca
de ontwerpers, te weten Joan Busquets, Jo Coenen, Erick van Egeraat, Rob Hootsmans en Joseph Kleihues, vrij na te denken over nieuwe functies naast de bestaande. Inmiddels is aan Jo Coenen gevraagd een studie
de stedelijkheid naar binnen gehaald wordt, laat staan dat er sprake is van een aaneenhechting van het stedelijk weefsel. De barrière, die de Schedeldoekshaven en de Ammunitiehaven tus sen het noordelijke en zuidelijk stadsdeel vor
opdracht te maken. De keuze is op Coenen
men wordt hiermee versterkt.
gevallen vanwege de stedelijke potentie van zijn visie. Deze voorziet in de toevoeging van een
Liesbeth Melis