Column
Nicole Maalsté
Dresscode cocktail Het moet ergens in de zomer zijn dat ik voor het eerst een mailtje ontvang van de organisatie van de Zeeuwse Boekenprijs. De organisatie nodigt ons uit om aanwezig te zijn bij de uitreiking. We hebben er zo onze bedenkingen bij.
Ja, het boek begint met het verhaal over coffeeshop Checkpoint in Terneuzen, de grootste coffeeshop die Nederland en de wereld ooit heeft gekend. Maar die staat symbool voor de ontwikkelingen in heel Nederland en daarbuiten. Sterker nog, we hadden in eerste instantie een boek geschreven dat alleen over Checkpoint ging. Dat werd uiteindelijk afgewezen door de uitgever omdat die bang was dat de rest van Nederland de verwikkelingen rondom de Zeeuwse coffeeshopgigant niet boeiend genoeg zouden vinden. Dus is de eerste versie compleet herschreven om het verhaal in een bredere context te plaatsen.
Onderzoeksjournalistiek Enkele vervolgmails over de Zeeuwse Boekenprijs ontsnapten aan mijn aandacht. Ik had het idee dat een boek over Checkpoint nooit in de prijzen zou kunnen vallen, omdat het over een onderwerp gaat waar Zeeland zich niet perse mee wil profileren. Eind oktober meldde de organisatie zich opnieuw. Ik was op vakantie en had net een paar dagen door de bergen gelopen. In de hotelkamer checkte ik mijn mail en las tot mijn verbazing het dringende verzoek of we aanwezig wilden zijn bij de uitreiking van de Zeeuwse Boekenprijs en het bijbehorende diner. De Wietindustrie had de prijs voor het beste onderzoeksjournalistieke boek in de wacht gesleept. Op de Facebookpagina van de organisatie ontdekten we dat er ook een publieksprijs te winnen viel. We hadden nog ruim een week de tijd om onze achterban te mobiliseren. Veel te laat. Maar goed, je
8
weet het maar nooit. Het zou toch erg grappig zijn als een boek over wiet zo’n prijs van het Zeeuwse lezerspubliek zou winnen.
Creatievelingen De middag voor de uitreiking checkte ik nogmaals de uitnodiging om te weten waar we werden verwacht. Tot mijn schrik las ik dat er een dresscode gold. Dresscode ‘cocktail’ om precies te zijn. We zaten in België en Mig had alleen t-shirts en een spijkerbroek bij zich. “Nou ja goed, we zijn creatievelingen. Moet kunnen”, zei ik. Tot overmaat van ramp kwamen we in een file terecht waardoor we een half uur te laat op het diner verschenen. Dames en heren in pak en jurkjes zaten aan ronde tafels te dineren. Aan de zijkant een folkbandje, die wanneer ze niet speelden op een bankje zaten toe te kijken hoe de aanwezigen zich tegoed deden aan het overigens prima diner.
IJsbeer Uiteindelijk viel de ijsbeer op het t-shirt van Mig prima in de smaak. Twee Zeeuwse journalisten wilden weten hoe we waren binnen gekomen bij Willemsen, de eige-
naar van coffeeshop Checkpoint. Dat was hen in al die jaren niet gelukt. Mogelijk hadden zij een heel andere dresscode dan die van Willemsen. Die is meer van de spijkerbroeken en hardrock t-shirts. En een ijsbeer zou hem vast ook behagen. De publieksprijs wonnen we uiteindelijk niet. Maar onze avond was geslaagd.