Monte - Klim-en Bergsportmagazine KBF - oktober 2022

Page 1

1 2022 / 4 VERSCHIJNT VIJF KEER PER JAAR - JANUARI (SPECIAL EDITION - OPLEIDINGSBROCHURE), MAART, JUNI, OKTOBER, DECEMBER AFGIFTEKANTOOR ANTWERPEN X - AFZENDERADRES STATIESTRAAT 64 - ZWIJNDRECHT - ERKENNINGSNR. P309808 KLIM- EN BERGSPORTMAGAZINE EEN BLIK OP: 'Stan-landen' MONTE
Manikia, Griekenland. Anak Verhoeven en Charlotte Durif bespreken de juiste route tijdens een multipitch beklimming op de kalksteen rotsen. Ze dragen SIROCCO helmen en een AQUILA harnas. Het was echt een top-dag, met klimmen tot zonsondergang en rapellen onder een prachtige sterrenhemel. © 2022 - Petzl Distribution - marcdaviet.com

EEN BLIK OP...

'Stan-landen'...

Inhoud

Actueel

3 Inhoud

5 Voorwoord

6 Boekbespreking

7 Up2Date

9 Dag van de wintersporter

11 Winterstages 2022 - 2023 26 Huttenwirtin van Cabane des Vignettes

58 Shop 59 Collectieve rotsbeheerdag: Paradou

Veiligheid & techniek 12 Materiaal & Techniek: nieuwe producten 14 RAB advertorial 20 Introspectie en leren van je ervaringen

sportklimmen

16 Sportklimmen: The World Games 2022 18 Paraklimmen

bergwandelen

24 Wandelen in de herfst

rotsklimmen

50 PETZL Roctrip

52 Onbekend is onbeklommen: Maizeret

een blik op... stan-landen

30 Het Russische sneeuwluipaard 34 Als er maar bergen zijn 38 Pakistan, land van superlatieven 42 Op weg naar K2

46 Mount Coach: 24 hours on expedition in Kysgystan

ecologie

54 Duurzame materialen gids deel 3/3

3
Foto kaft : 24 hours on expedition in Kyrgystan
JAARGANG 15 2022 / 4
38 46 20 24 12
4 OVER de KLIM- EN BERGSPORTFEDERATIE De Klim- en Bergsportfederatie vzw is een unisportfederatie met meer dan 13 000 leden, erkend en gesubsidieerd door Sport Vlaanderen. De KBF telt 37 aangesloten clubs. Vind een club in jouw regio op www.kbfvzw.be > clubs BEREIKBAARHEID Statiestraat 64, 2070 Zwijndrecht Bereikbaar van maandag tot vrijdag, tussen 9:00 en 17:00 uur T: 03 830 75 00* *Tijdens het weekend: uitsluitend voor de melding van ernstige ongevallen. Andere ongevallen meld je op maandag. E: info@kbfvzw.be W: www.kbfvzw.be Klachten: ombudspersoon@kbfvzw.be SHOP In de KBF-webshop kun je topo’s, allerlei boeken en cursusteksten aankopen aan democratische prijzen. Meer op www.kbfvzw.ecwid.com KBF-HUTTEN Chaveehut Rue de la Chavée 7, 5330 Maillen Van 1 maart tot 30 oktober: ieder weekend open van vrijdag tot zondag. Vennhütte Am Bahnhof 13, 4790 Burg-Reuland Vanaf 30 maart: ieder weekend open van vrijdag tot zondag. Reserveer je slaapplaats via www.kbfvzw.be of info@kbfvzw.be. Voor KBF-leden geldt een kortingstarief. KLIMGREPEN KLIM VOLUMES HARDWAREN KLIM MATERIALEN KLIMGREPEN KLIM VOLUMES HARDWAREN KLIM MATERIALEN DE BESTE PRIJZEN VIND JE OP WWW.KLIMWANDSHOP.BE Klimcentrum ALPAMAYO be-Mine 21, 3582 Beringen info@alpamayo.be facebook/alpamayo.klimcentrum 011/96.66.66 De mooiste berg ter wereld, de Alpamayo, ligt in Peru. Het mooiste klimcentrum met dezelfde naam vind je op de be-MINE, in de voormalige elektriciteitscentrale. Individuelen, groepen en scholen zijn er welkom. WWW.ALPAMAYO.BE

Duizeling

Het was een mooie geste van de leden van het bestuursorgaan: in plaats van het KBF-team op te trommelen op een dag in het weekend, offerden zij een schaarse vakantiedag op om met de medewerkers van de federatie op een weekdag in gesprek te gaan. Zo gaat het in goede families: we hebben iets over voor mekaar. ‘Familie’ was ook een resultaat van die beleidsdag in juni waar bestuur en team samen probeerden om de kernwaarden van de KBF te omschrijven. We zijn allemaal verwanten. Misschien zijn we het niet altijd eens, maar we luisteren naar elkaar en – vooral – we zorgen voor elkaar. Dat laatste geldt zeker voor risicovolle situaties waar we blindelings op elkaar moeten kunnen vertrouwen.

Zo zijn we beland bij die tweede kernwaarde die ons bindt: ‘veiligheid’. Klim- en bergsport is een risicosport. Elk ongeval is er een te veel. We nemen allemaal onze verantwoordelijkheid, van de experten die leerlijnen uitwerken, over de lesgevers die ze toepassen, tot de boulderaars in de klimzaal die spontaan spotten wanneer je een risicovolle beweging wil maken. Maar in tijden van #metoo en #blacklivesmatter gaat het om meer. We creëren een veilige omgeving waar iedereen, zonder uitzondering, zijn, haar, hun passie kan beleven.

Veiligheid verzekeren blijft een uitdaging, zeker in de bergen, waar de omgeving onder invloed van de klimaatverandering merkbaar wijzigt en we ons gedrag dan ook voortdurend moeten aanpassen. Het zal je dan ook niet verwonderen dat ook ‘duurzaamheid’ opgenomen is in het lijstje van kernwaarden.

Zoals alle sporters zoeken we graag grenzen op. Maar wat ons allemaal écht bindt, is die zin voor avontuur, die lichte duizeling die we voelen als we van een hoogte naar beneden kijken. Dát gevoel maakt ons tot één grote familie.

5
Het federatietijdschrift Monte verschijnt vijf maal per jaar en is een uitgave van de Klim- en Bergsportfederatie VERSCHIJNINGSDATA 2022 januari ( Special Edition - Opleidingen en workshops) , maart, juni, oktober, december deadlines 2022 december 10.10.2022 REDACTIEVERANTWOORDELIJKE Reginald Roels / reginald.roels@kbfvzw.be REDACTIEMEDEWERKERS Reginald Roels, Annelore Orije, Lisa Viane, Hilde De Dobbeleer, Lus Van den Bossche, Arne Monstrey, Jan Cools, Ben Van Poucke, Ignace Bral, Bart Smets VORMGEVING, PREPRESS EN DRUK Lay-out / Opmaak en beeldvorming: Reginald Roels Druk: Drukkerij Albe de Cocker - Hoboken VERANTWOORDELIJKE UITGEVer Yanick Bos - p/a Statiestraat 64 - Zwijndrecht colofon Onze projecten MOUNT COACH-Academy KBF werkt samen met: VOORWOORD blijf op de hoogte Volg KBF op Instagram en Facebook @Klimenbergsportfederatie voor de laatste nieuwtjes in de sport SPORT MET GRENZEN Zit je met vragen rond 'grensoverschrijdend gedrag'? • Noodgeval: hulplijn 1712 • Advies: api@kbfvzw.be of 03 830 75 02

DE VLIEGERAAR

Khaled Hoesseini (°Kabul,1965) scoorde onmiddellijk internationale erkenning met zijn debuutroman. Het boek leest gemakkelijk. Amir en Hassan groeien samen op in Kabul. Onafscheidelijke vrienden- ze werden zelfs door dezelfde min gezoogd. Hassan is een meester in het vliegeren. Op een dag komt er op wrede wijze een eind aan hun vriendschap. Het schrikbewind van de Taliban doet de vader van Amir besluiten om samen met zijn zoon naar de Verenigde Staten te vluchten. Amir kan zijn vriend Hassan echter niet vergeten en de ontdekking van een schokkend familiegeheim voert hem terug naar Afghanistan. Daar wordt Amir geconfronteerd met zijn verleden. Dat verleden leidt hem naar een huiveringwekkend avontuur.

Een boek met veel wendingen en drama’s in de plot dat je meeneemt naar de geschiedenis en levenswijze van de Afghanen op het einde van de vorige eeuw.

Een klassieker puur sang. ISBN: 9 789023 425670

SOVJETISTAN

Turkmenistan, Kazachstan, Tadzjikistan, Kirgistan, Oezbekistan. Ze zijn zeldzaam de boeken over de Stannen. En hier had ik er vijf op een rij. Dat ik zo een voltreffer op de kop zou tikken had ik nooit verwacht. De jonge Erika Fatland ( Noorwegen 1983) spreekt zeven talen en studeerde sociale antropologie. In een maandenlange roadtrip doorkruist ze de voor ons zo onbekende landen van Centraal-Azië. Ze ziet de tegenstelling tussen hypermoderne steden van glas en marmer (dankzij olie-inkomsten) en het platteland waar oude tradities heersen zoals bruidroof, adelaarsjacht, markante gewoonten, de zijdecultuur. En dan zijn er nog de ontelbare sporen van de Sovjetoverheersing.

Erika Fatland heeft zich heel diep in de geschiedenis van die vijf landen ingewerkt maar nergens in het boek is deze geschiedenis saai of niet ter zake. Integendeel, de schrijfster laat ons inzien dat de geschiedenis zich herhaalt. Verder getuigt ze van een ongebreidelde nieuwsgierigheid, moed en gevoel voor avontuur. Voor al wie er aan denkt ooit een van de Stanlanden te bezoeken meer dan een aanrader… en voor hen die dit niet van plan zijn evenzeer want het boek leert ons heel veel over die landen die gekapseld zitten tussen het Oosten en het Westen. De kaarten die in het boek zijn opgenomen vergemakkelijken het meereizen door deze onbekende maar fascinerende landen.

ISBN: 9 789044 537994

OVERLEVEN OP DE K2

De K2, op de Pakistaans-Chinese grens gelegen, is de killer onder de achtduizenders; de berg die procentueel het meeste dodelijke slachtoffers eist. Zijn top bereiken is al een hele opgave, maar ongeveer 1 op 4 topklimmers haalt echter het basiskamp niet meer.

In de zomer van 2008 leidde de Nederlandse klimmer Wilco van Rooijen de Norit K2 Expeditie. Derde keer goede keer want in 1995 had WvR een ongeluk op ongeveer 6400 m hoogte en in 2006 waren tegenslag en de omstandigheden op de berg zo erg dat men wijselijk besloot om te keren.

Bij deze expeditie kon Wilco met de ervaring van de vorige keren alles op alles zetten om boven te raken. En dat lukt ook. Met achttien staan ze die dag op de top. Slechts 10 van hen halen levend het basiskamp. En hoe? Bij de afdaling raakt Wilco in heel grote moeilijkheden. In een boeiende en rauwe stijl beschrijft Wilco hoe hij de dood in de ogen kijkt… maar dat is zonder zijn vrouw gerekend. Heleen schreeuwt Wilco naar het leven. Bloedstollend en hartverscheurend. Alleen al om de dagboekfragmenten van Heleen te lezen is dit boek een aanrader. De kracht van de achterblijvers. In elk geval de getuigenis van de zwarte ommezijde van topklimmen.

Wilco herwerkte het boek in 2019. Welke versie je ook leest. Je vergeet dit verhaal nooit meer.

ISBN 9789048801794

ISBN 9789048852604

6 BOEKBESPREKING
Tekst Ignace Bral

Vanaf 1 september geniet je van fikse kortingen op het KBF-lidmaatschap! Zo krijg je als nieuw lid de laatste maanden van 2022 er gratis bij, en ben je dus verzekerd tot eind 2023. Volwassenen en gezinnen die voor 1 januari 2023 aansluiten, of die hun lidmaatschap voor 2023 hernieuwen, genieten van 10,50 € korting! Voor jongeren houden we het lidgeld het hele jaar door zo laag mogelijk.

De lidmaatschapstarieven voor 2023 werden licht aangepast: meer info daarover vind je op www.kbfvzw.be.

Dat de klimsport groeit kunnen we alleen maar aanmoedigen, en dat vertaalt zich ook in het aantal clubs binnen KBF.

We verwelkomen Level Up (Edegem) en Klimschool Zuid (Brussel) in onze warme community.

Als KBF-lid kan je voortaan uit een aanbod van 37 clubs putten!

De vrijwilligers van het Belgian Rebolting Team zitten niet stil. Bijna jaarlijks slagen ze erin om een nieuwe klimsite op de kaart te zetten. Zo werd op 1 oktober, na bijna 2000 werkdagen, het splinternieuwe Maizeret officieel ingehuldigd. Een rotswand van 150m breed opent zich voor het klimmend publiek, verscholen in de bossen langs de Rue de Gawday. Een vijftigtal routes bevinden zich al op de wand, maar de werken zijn nog niet beëindigd. Er is nog ruimte voor een extra tiental routes én een nieuwe via ferrata.

Meer info over Maizeret vind je op pagina 52! (enter, spring naar volgende lijn) De werkzaamheden vragen enige oplettendheid bij het betreden van het massief. Bovendien blijft de kans op steenslag reëel, draag dus zeker je klimhelm op deze nieuwe klimsite.

De tijdelijke topo is gratis beschikbaar op de website van KBF.

Locatie: Rue de Gawday 35, 5300 Andenne. Parking op de parkeer strook aan de overzijde van het massief.

Op zaterdag 10 december is de Dag van de Trainer, in organisatie van de Vlaamse Trainersschool, aan haar 10e editie toe. Het grootste eendaagse bijscholingsevent voor trainers in Vlaanderen biedt je een boeiende mix van sporttakspecifieke en -overschrijdende workshops.

In het centrum van Sport Vlaanderen Gent komen we opnieuw fysiek samen, al wordt er ook een digitaal luik voorzien.

Meer info op www.sport.vlaanderen/dag-van-de-trainer

twee klimmassieven gesloten

De Rocher du Calvaire (in de gemeente Bomal) en de Rocher de Bretaye (in de gemeente Ozo), beiden beheerd door de Union Belge de Spélélologie, zijn op dit moment verboden te beklimmen. Dit na besluit van het Département de la Nature et des Forêts (DNF). We vragen met aandrang dit klimverbod te respecteren, Agenten van de DNF hebben verbaliserende bevoegdheid en er zijn reeds klimmers beboet!

Hernieuw nu je KBF-lidmaatschap (best voor 1 januari 2023) Nieuw klimmassief: Maizeret KBF verwelkomt 2 nieuwe clubs Dag van de trainer – 10 december 2022
7 UP2DATE
8 adv XFoodnl+QR A5 liggend FC - F1 LC.indd 1 01-10-2021 14:07 • • ✓ ✓ ✓ ✓ ✓

Dag van de

20 november 2022

9
Winterbergsporter
In de winter je eigen spoor door de maagdelijke sneeuw maken, doet je terug wat pionier voelen. Maar, er komt ook heel wat bij kijken: omgaan met lawinegevaar, routekeuze en tochtvoorbereiding, navigeren in een wit landschap, kwaliteitsvol materiaal bij hebben… Onze gediplomeerde en ervaren winterstageleiders delen hun kennis & tips met jullie over de diverse aspecten. Foto: Peter Vanhoof Voor wie? Zowel beginnende als ervaren toerskiërs, sneeuwschoenwandelaars & ijsklimmers zijn welkom! Locatie: Kattevennen, Genk Datum: Zondag 20 november van 9u tot 16u30 (4 sessies) Programma: Stel zelf je programma samen met diverse workshops: • Sneeuw- en lawinekunde: theorie & praktijk (oefenen met lawine-uitrusting) • Oefenmomenten met lawinemateriaal (opfrissing) • Sneeuw- en lawinekunde voor gevorderden: opfrissing & cases uit het veld • Nieuwigheden in lawinemateriaal • Hoe een lawine-situatie aanpakken in groep? • Nieuwe inzichten gletsjerreddingen voor toerskiërs • Tochtplanning bij toerski, sneeuwschoenwandelen en ijsklimmen • Tochtplanning als route-info en kaartmateriaal niet voorhanden zijn • Offline navigeren met GPS & apps • Winter-EHBO • Materiaal: kledij, winterkampeermateriaal, toerski & ijsklimmen Inschrijven: kan vanaf 07 oktober 2022 Dag van de winterbergsporter | Klim- en Bergsportfederatie (klimenbergsportfederatie.be) Prijs: 45 euro (incl. koffie/thee & lunch) (Optioneel: het is mogelijk om op zaterdagavond te overnachten in de Kattevennen - 33 euro K&O, 42 euro HP)
10 Discover everything you need for an exciting boulder experience, selected carefully by seasoned climbers, Ollie & Jacco, who care as much about your boulder fun as you do. From the essentials to all the extras, this is your one-stop-shop! 9cbouldering.com 053/ 705 222 - info@trek-king.be www.trek-king.be OUDE GENTBAAN 255 9300 AALST Uitrusting voor: Wandelen Bergsport Verre reizen Beveiliging hoogtewerken De Berghut Plezantstraat 11, 9220 Hamme tel. 052/47.85.22 info@berghut.be bezoek ook onze webshop https://berghut.be

Met je ski’s van de berg afsuizen, op je sneeuwschoenen je eigen spoor trekken in een desolaat sneeuwlandschap of jezelf omhoog heisen langs een bevroren waterval… Klinkt het als muziek in de oren? Dan kan je bij de Klim- en Bergsportfederatie terecht! Bij ons kan je je eerste stappen zetten ver weg van de luxe en drukte van de skipistes of je verder bekwamen in ijsklimmen, toerskiën en sneeuwschoenwandelen.

Veiligheid staat voorop bij de Klim- en Bergsportfederatie. We nemen geen onnodige risico’s en leiden je op om zelfstandig op stap te kunnen gaan. Een basiskennis van sneeuw- en lawinekunde is dan ook een must als je de winterse bergen intrekt. Het is bovendien de eerste voorwaarde om op stage te gaan.

Daarenboven is een goede fysieke conditie en een avontuurlijke ingesteldheid ook belangrijk. Buiten de geprepareerde piste heb je veel meer uithouding, kracht en mentale weerbaarheid nodig.

Je vindt het volledig aanbod terug op www.klimenbergsportfederatie.be > Stages & Workshops > Winter

In onderstaand schema zie je hoe ons aanbod eruitziet en wat op elkaar volgt.

Er zijn diverse disciplines:

• Freeride: combinatie van liften & offpiste-afdalingen op freeride of toerski’s

• Freerando: combinatie van liften, wandelen & offpiste-afdalingen op toerski’s

• Toerski: op eigen kracht bergop (met vellen onder de ski’s) en bergaf (zonder vellen)

• IJsklimmen: met ijsbijlen en stijgijzers naar boven en al rapellend naar beneden

• Sneeuwschoenwandelen: met raketten banen we ons een weg omhoog en omlaag

toerski

snowshoe

11
Winterstages 2022-2023 Basisworkshop sneeuw-en lawinekunde Freerando IJsklimmen beginners Opleiding tot zelfstandig sneeuwschoenwandelaar Begeleid sneeuwschoenwandelen beginners Begeleid sneeuwschoenwandelen gevorderden IJsklimmen ervaring Toerski ervaring Toerski gevorderd Foto: Helmuth Van Pottelbergh Gratis webinars Donderdag 27.10.2022: Start to
(20-21u) Donderdag 10.11.2022: Start to
(20-21u)

MATERIAAL EN TECHNIEK

Tekst Arne Monstrey (verkoper bij K2)

HELINOX – Chair Zero High Back ‘de lichtste stoel werd net nóg comfortabeler’

Helinox heeft al meerdere jaren een patent op lichte, zeer compacte, stevige en super comfortabele kampeerstoeltjes. Waar ze vroeger hoofdzakelijk nog door fietsers meegenomen werden, vinden ze nu zelfs hun weg tot in de rugzakken van wandelaars. Ik heb er deze zomer zelfs gespot aan de westkust van Groenland! De Chair Zero blijft de lichtste stoel in het gamma (490 gram zonder of 510 gram mét opbergzakje), maar ondertussen hebben ze bij Helinox een versie met een hoge rug uitgebracht. Met 667 gram (zonder zakje) is het nog steeds een ongelooflijk lichte en compact opplooibare stoel. Het kampeerseizoen is misschien voorbij, maar Kerstmis komt eraan… Misschien toch een idee om onder de kerstboom te (laten) leggen.

Adviesverkoopprijs: 169,95 euro

Gewicht: 667 gram (of 690 gram mét het zakje erbij)

Pakmaat: 12 x 12 x 40 cm

HAGLOFS - L.I.M. Series ZT ‘een perfect gesynchroniseerd lagensysteem’

Dit lagensysteem begint uiteraard met een laagje thermisch ondergoed. Deze base layer is gemaakt uit Polartec Power Grid. Voor een laag gewicht biedt het een hoge isolatiewaarde en buiten licht is het uiteraard ook heel compact. Bovendien is het zeer sneldrogend en voert het zweet uitermate snel weg van de huid.

L.I.M. ZT BASE: 178 gram voor heren en 141 gram voor dames // 120 euro

De middelste (isolerende) laag bestaat hier uit twee verschillende kledingstukken: de ‘Sync 2 Mid’ zonder kap en de ‘Sync 1 Mid Hood’ mét een kap. De Sync 2 Mid wordt beschouwd als de binnenste van deze twee lagen en bestaat hoofdzakelijk uit Polartec Alpha. Daarnaast zijn er ook nog enkele panelen uit Polartec Power Air en Polartec Power Dry aan toegevoegd. Deze zogenaamde ‘zone mapping’ zorgt voor extra warmte op de benodigde plaatsen en tegelijkertijd ook voor een open structuur waardoor er indien nodig zeer snel geventileerd kan worden.

L.I.M. ZT Sync 2 Mid: 267 gram voor heren en 228 gram voor dames // 160 euro

Afhankelijk van het weer kun je ervoor kiezen om slechts één van de twee, of beide midlayers te dragen. Maar binnen dit door Haglöfs uitgekiende nieuwe lagensysteem, wordt de Sync 1 Mid Hood boven de Sync 2 gedragen. Ook hier weer staat een maximaal ademend vermogen bovenaan, getuige het feit dat het bestaat uit Polartec Power Air en Polartec Power Dry. Tegelijkertijd heeft het een ‘hard face’ uitzicht, waardoor het beter bestand is tegen slecht weer, slijtvaster is en gemakkelijker onder de volgende laag heen schuift.

L.I.M. ZT Sync 1 Mid Hood: 436 gram voor heren en 379 gram voor dames // 180 euro

Als laatste tenslotte bestaat de derde (beschermende) laag uit de L.I.M. ZT MTN GTX Pro Jacket. Deze jas, bestaande uit een Gore Tex Pro Stretch membraan is naast 100% wind- en waterdicht uiteraard ook van een heel hoog ademend vermogen. Dankzij de stretch blijf je mobiel, terwijl deze jas, ondanks zijn lichte gewicht toch zeer slijtvast blijft.

L.I.M. ZT MTN GTX Pro Jacket: 560 gram voor heren en 490 gram voor dames // 700 euro

Elk kledingstuk kan uiteraard apart gekocht en gedragen worden en zal zijn werk perfect doen. Maar het is pas als meerdere stuks uit deze reeks met elkaar gecombineerd worden dat het systeem volledig tot zijn recht komt. Elke laag past immers perfect op of onder de andere. Deze reeks wordt verder nog vervolledigd met een paar schoenen (200 euro), een rugzak (300 euro), een trekkingbroek (220 euro), een stevige regenbroek (450 euro), een iets lichtere regenjas (650 euro) en een donsjas (550 euro).

12

EDELRID – HMS Bulletproof Screw Eco ‘een eco-logische combinatie van niet geanodiseerd aluminium en staal’

Dat Edelrid al langer een van de meer ecologische klimmerken is, hoeven we jullie waarschijnlijk niet meer te vertellen. We vermeldden reeds het Parrot touw (gemaakt van kleine restjes touw) en het Neo 3R touw (dat voor 50% gemaakt is uit gerecycleerde oude touwen). Nu hebben ze ook een hele innovatie teweeg gebracht bij de musketons. De Eco-reeks bestaat momenteel uit zeven verschillende types. Maar deze zeven modellen hebben allemaal dezelfde ecologische voordelen. Ze zijn allen ‘niet-geanodiseerd’ en ze bevatten allen een stalen plaatje. Dit laatste zorgt er vooral voor dat de musketons veel minder snel verslijten. Staal slijt immers veel minder snel dan aluminium. En door het feit dat het slechts een dun plaatje is en geen hele musketon, blijft het gewicht laag. Niet alleen gaan je musketons hierdoor langer mee, ook je touw zal minder snel slijten. Het niet anodiseren van musketons, is vooral te zien aan het feit dat ze er reeds vanaf aankoop ‘gebruikt’ uitzien. Er valt ook geen enkele kleur meer te bekennen. De mooie kleurtjes op al ons metalen klimgerief dienen immers enkel een esthetisch nut. Helaas heb je voor die mooie kleurtjes toxische chemicaliën nodig. Als we als klimmers ons steentje willen bijdragen aan het behoud van de natuur, valt het te hopen dat binnenkort meerdere merken Edelrid hierin zullen volgen.

Adviesverkoopprijs: 17,95 euro

Gewicht: 82 gram

BLUE ICE – Alpine Runners

‘een nieuwe kijk op relaisopbouw’

Op het eerste zicht ziet het er wat raar uit en vraag je je af waarom je in godsnaam een ‘enkele’ sling zou meenemen en geen ‘in een lus gestikte’ versie. Met deze laatste hebben we immers allemaal geleerd om onze (alpine) relais mee op te bouwen. Maar ook met deze Alpine Runners van Blue Ice is het zeer eenvoudig om snel en efficiënt een correcte krachtenverdeling te creëren. Je klikt er standaard twee musketons in en hangt die rond je borstkas (of aan je gordel). Aangekomen bij een relais, klik je ze beide in, waarna je nog een centraal ankerpunt kunt maken met behulp van een knoop. De Alpine Runners bestaan uit een kern van UHMPME (Ultra High Molecular Weight PolyEthyleen – Dyneema of Spectra behoren ook tot deze familie) met een HTPE mantel (Hydroxyl Terminated Poly Ether). Moeilijke termen in theorie, maar in de praktijk krijg je een zeer slijtvaste en UV-resistente sling. De rondere vorm zorgt ervoor dat knopen niet alleen gemakkelijker gelegd worden, maar ook veel gemakkelijker weer uitgehaald kunnen worden, zeker na een belasting.

Adviesverkoopprijs: 11 euro (35 cm); 12 euro (55 cm); 15 euro (90 cm); 16,50 euro (110 cm) Gewicht: 14 gram (35 cm); 20 gram (55 cm); 32 gram (90 cm); 38 gram (110 cm)

Nota: de musketons in deze foto zijn niet inbegrepen in de prijs en dienen puur ter illustratie.

ICEBREAKER – 200 Oasis LS Crewe ‘helpt je de verwarming een graadje lager te zetten’

De meeste Monte lezers zullen waarschijnlijk al vertrouwd zijn met het principe van een sneldrogend (en niet stinkend!) T-shirt uit merinowol. Maar misschien loont het de moeite om in de huidige economische context ook nog even aan te halen dat een base layer uit merino wol véél warmer is dan een katoenen of polyester T-shirt of hemd. De verwarming zal de komende winter bij de meeste mensen thuis, maar vermoedelijk ook op de werkplek één of meerdere graden lager staan dan gewoonlijk. Ook dan is een T-shirt uit merinowol een absolute meerwaarde om te dragen. De shirts zien er niet uit als thermisch ondergoed, maar hebben er wel alle kwaliteiten van. Je kunt ze zonder zorgen dragen op zichzelf, maar zijn tegelijkertijd onopvallend genoeg om als onderlaag te dragen onder bijvoorbeeld je werkkledij. Ze bestaan met korte of lange mouwen, met of zonder ritsje, dun of dik en niet alleen als shirt, maar ook als legging. Daarnaast bestaan er nog kousen, mutsen, handschoenen… Beslist nog eens het bekijken waard om vrolijk deze winter door te komen.

Adviesverkoopprijs: 89,95 euro Gewicht: 217 gram (heren) 183 gram (dames)

13

EEN HANDLEIDING VOOR WATERDICHTE STOFFEN

WATERDICHT MAKEN

Waterdichte coatings

De allereerste ademende, waterdichte coating wordt op een stuk stof aangebracht. Dit is in het algemeen de simpelste manier om een stof wa terdicht te maken.

Een vloeibare coating wordt op de stof aangebracht, zoals verf met een roller. Hierdoor ontstaat een flexibele, duurzame coating.

Waterdichte laminaten

Voorheen werden stoffen met oliën en was behandeld om water af te stoten. Dit maakte de stof echter vaak zwaar en moest constant worden herhaald.

Moderne waterdichte stoffen zijn voorzien van een dun waterdicht membraan. Deze kunnen zo worden gemaakt dat ze een beetje vocht, zoals zweet, doorlaten, waardoor het kledingstuk comfortabeler draagt.

Dankzij een duurzame waterafstotende behandeling (DWR) van de buitenkant van de stof blijven de waterdichtheid en ademende werking behouden en kan het membraan zo efficiënt mogelijk werken.

Maar daar komen we later op terug...

Laminaat is een dun membraan dat afzonderlijk wordt gemaakt als een vel materiaal dat vervolgens wordt gelijmd of gehecht (gelamineerd) op de stof.

Deze waterdichte lagen zijn ongelooflijk dun. Bij Rab worden membranen gebruikt met een dikte tussen 7 en 30 micron. Ter referentie: een haar van een mens is ongeveer 100 micron dik.

Fijnere membranen zorgen voor een groter ademend vermogen voor snelle en lichte activiteiten. Dikkere membranen bieden een hogere wa terdichtheid.

14 Advertorial RAB

ADEMEND VERMOGEN

Als we het hebben over uitrusting die ‘ademend’ is, bedoelen we de mate waarin vocht kan ontsnappen.

Zelfs bij lichte activiteit reageert het lichaam door te zweten. In een ‘niet-ademend’ kledingstuk kan dit vocht niet ontsnappen. Het verzamelt zich op uw huid en de stof als condens.

Een ademend kledingstuk zal vocht door het membraan laten ontsnappen. Het vermindert pieken en dalen in uw lichaamstemperatuur en houdt u langer comfortabel.

HOE ADEMEND IS MIJN WATERDICHTE MATERIAAL?

Hoe ademend is mijn waterdichte materiaal?

Hier wordt het een technisch verhaal... Het ademend vermogen van stoffen kan op verschillende manieren worden gemeten.

U hebt misschien de aanduiding MVTR al eens gezien. Dit verwijst naar de Moisture Vapour Transfer Rate (dampoverdrachtssnelheid) en wordt als standaardtest gebruikt. De MVTR staat voor de hoeveelheid verdamp ing door een vierkante meter stof in een periode van 24 uur. Dit cijfer kan variëren van minder dan 10.000 MVTR tot 40.000 MVTR. Hoe hoger de MVTR, hoe hoger het ademend vermogen.

Wij gebruiken ook RET, waarmee de weerstand van de stof tegen verdamp ing wordt aangeduid. Kort gezegd: hoe beter het ademend vermogen, hoe lager de RET-waarde.

Comfort

Labtests geven een goede indicatie van het ademend vermogen van een stof, maar houden geen rekening met andere eigenschappen die het com fort van de gebruiker kunnen beïnvloeden. Denk bijvoorbeeld aan het ge wicht en de rekbaarheid van de stof of specifieke kenmerken die de venti latie verbeteren, zoals okselritsen om warmte af te voeren of een zachte, snel vocht afvoerende voering.

Let de volgende keer dat u waterdichte kleding van Rab koopt eens op de HH-, RET- en MVTR-waarden. Nu u weet wat dit inhoudt, kunt u gemakkeli jker een keuze maken wanneer u kleding zoekt voor uw volgende avontuur.

15

The World Games 2022: Meer dan Sportklimmen alleen

Birmingham, Alabama, Verenigde Staten. De locatie waar The World Games 2022 plaatsvonden en waar we als relatief klein land toch drie deelnemers naar toe konden zenden. Uiteindelijk namen Chloe Caulier (Lead & Boulder), Hannes Van Duysen (Boulder) en Nicolas Collin (Lead & Boulder) deel aan dit multi-sport evenement en behaalde Nicolas de titel van The World Games Champion in Boulder. Een prachtprestatie. Maar wat maakt The World Games dan zo bijzonder? Een toelichting van mijn ervaringen in Birmingham...

Birmingham, Alabama, Verenigde Staten

Birmingham, Alabama, Verenigde Staten, heeft een bewogen geschiedenis. In de jaren 50 en 60 van de vorige eeuw was Birmingham het centrum van de strijd om burgerrechten van Afro-Amerikanen. Onder andere Martin Luther King Jr. en andere gekleurde predikers gingen de strijd aan tegen de ongelijkheid die hun hoogtepunt kenden met een aantal raciaal gemotiveerde bomaanslagen. De protesten die hier plaatsvonden liggen aan de basis van de “Civil Rights Act of 1964” die discriminatie op basis van ras, kleur, religie, geslacht of nationale origine veroordeeld, een thema dat nog steeds zeer actueel is

The World Games

De World Games is het tweede grootste multi-sport evenement ter wereld. Om de vier jaar en altijd één jaar na de Olympische Spelen worden gedurende 11 dagen sportdisciplines die je niet (of minder) op de Olympische Spelen ziet aangeboden. Hoewel De World Games kleiner zijn dan de Olympische Spelen treden toch ongeveer 3500 atleten van een 100-tal landen aan in 25 tot 30 Sporten. De eerste editie vond plaats in Santa Clara (VS) in 1981. In Birmingham waren we ondertussen aan de 11e editie toe.

Tekst Robby Toth (Sporttechnisch Directeur Sportklimmen bij KBF) / foto's Benjamin Wéry
16

Met een reis van ongeveer 22 uur voor de boeg vertrok ik op woensdag 13 juli met de trein richting de luchthaven van Zaventem. Bestemming: The World Games in de Verenigde Staten in de stad Birmingham. Iedereen kent Birmingham in het Verenigd Koninkrijk maar blijkbaar is er dus ook eentje in de VS.

Bij aankomst vielen me twee dingen onmiddellijk op: ten eerste de enorm vochtige warmte. 30 graden, zoals in België maar je staat direct in het zweet. Het tweede is de World Games. Overal zijn ze aanwezig. Ik merk dadelijk dat dit het grote verschil is met enige andere competities die ik heb mogen aanschouwen. Van zodra je aankomt op de luchthaven wordt je ondergedompeld in de sfeer van “The World Games”. Men biedt niet gewoon een competitie aan, maar een volledige beleving, een ervaring. Een grootse ervaring zelfs, met sporters, officials, toeschouwers, maar ook vrijwilligers en medewerkers die allemaal hier zijn met hetzelfde doel.

Shuttles rijden af en aan maar toevallig kom ik een collega van USA climbing tegen die me uitnodigt om mee te rijden in zijn Uber. Hij vertelt me dat de klimwand die ze recentelijk hebben aangekocht voor de wedstrijd in Salt Lake City naar hier is gebracht om de World Games te kunnen hosten. Net iets minder dan 3000 km, “no big deal”. Aangekomen in het hotel, liggend aan een bruggencomplex in het centrum van de stad wordt nog meer duidelijk hoe groot het hier wordt aangepakt.

De bruggen die de hele venue, zoals dat heet, overspannen zijn verlicht met de vier kleuren van de World Games. Een kleine wandeling verderop is een luid concert gaande op, wat later blijkt, de Athlete Night. Doordat de atleten en de andere toeschouwers gescheiden zijn is wel duidelijk dat de rassenkwestie hier in de States nog steeds een grote rol speelt. Centraal de atleten, een mengelmoes van alle kleuren, daarrond een letterlijk zwarte massa. Wanneer men vraagt waarom deze opstelling, krijgt men het antwoord: “omwille van de veiligheid van de atleten”.

Je merkt inderdaad meteen dat het veiligheidsaspect een grote impact heeft op een evenement van deze grootorde. Op elke hoek, aan elke ingang en duidelijk zichtbaar op elke venue die verspreid liggen over de hele stad zie je politie, beveiligingsagenten, sheriffs of FBI. Regelmatig met automatische wapens, als gemiddelde Europeaan zeer surreëel. Maar we zijn hier voor de sport en laten de hele situatie niet te veel aan ons hart komen.

Het voordeel van een multi-sport evenement is het grote aanbod aan sporten. En dus ook een groot aantal Belgische atleten waarvoor (en waarmee) je kan supporteren. Tug of War (Touwtrekken) en Kickboxen heb ik nog kunnen meepikken vooraleer onze sportklimmers aan de bak moeten. Een dag voor mijn aankomst werd duidelijk dat de atleten uit Iran het land niet in mochten. Jammer voor hen, positief voor Chloé en Nicolas die plots in beide disciplines mochten aantreden.

Via onze sociale media hebben jullie de resultaten kunnen volgen, Nicolas heeft op een zeer indrukwekkende wijze de Boulderfinale bij de mannen gewonnen. Hannes en Chloé zetten beiden goede prestaties neer en keren trots terug naar België. Voor onze coach Liselotte zitten de lange dagen er voor even op. Ze kan even uitrusten voor ze in augustus naar de Wereldkampioenschappen voor de Jeugd mag trekken.

Na amper drie dagen zit mijn reis erop. Hier, net voor de check-in op de luchthaven van Birmingham, stel ik me de volgende vraag: Wat neem ik mee van deze World Games?

1. Het internationale aspect is fenomenaal. Zoveel verschillende nationaliteiten en visies die samenkomen met één doel: het genieten van sport in al zijn vormen.

2. Voor de atleten is deel uitmaken van Team Belgium iets speciaals. Ik kon de trots tijdens het dragen van de officiële Team Belgium outfit van hun gezicht zien stralen.

3. De Olympische Spelen van Parijs 2024 zijn een must voor iedereen die van Sportklimmen en sport in het algemeen houdt. Ik kan iedereen alleen maar aanraden om 26 juli t.e.m. 11 Augustus 2024 aan te stippen in hun agenda en de website https://www.paris2024. org/en/ in het oog houden. Het is slechts een reis van anderhalf uur naar Parijs met de Thalys en je krijgt niet zoveel kansen in je leven om een dergelijk evenement mee te maken.

Het was een indrukwekkende belevenis, zeker voor herhaling vatbaar.

17

Paraklimmen

19 juni, vertrekkensklaar met op de GPS Innsbruck ingesteld. Ik wacht Frederik Leys en Pavitra Vandenhoven op aan het station van Leuven om samen naar de IFSC World Cup Paraclimbing te rijden. Voor hen is het al bijna een routine, voor mij is het de eerste keer dat ik mag coachen op een internationale wedstrijd. Toch is het ook voor hen wat anders dan anders, want ze hadden nog niet eerder officieel een coach mee. Dat hield hen in het verleden niet tegen om wel enkele topprestaties neer te zetten. Zo haalde Pavitra goud op het Wereldkampioenschap in 2021 en kon ook Fré die kleur bemachtigen op een Wereldbeker in LA.

De autorit is lang, gelukkig komen we in de avond net op tijd aan in Innsbruck om nog een verkennende klimsessie mee te pikken. Ik was al eerder in het beroemde Kletterzentrum geweest, maar met alle voorbereidingen in volle actie voor de verschillende Wereldbekers die er de volgende dagen gaan plaatsvinden, is het toch een indrukwekkend zicht. Meerdere medewerkers zijn nog druk in de weer om er voor te zorgen dat we een heus spektakel gaan krijgen. Er staan enkele routes op de muur en je kan niet anders dan respect krijgen voor de routebouwers wanneer je ze aan het werk ziet. Ze moeten kwalitatieve routes creëren voor zowel een Wereldbeker boulder, lead als de 10 verschillende categorieën bij de paraklimmers.

Terwijl we aankomen in de klimzaal, komen Fré en Pavitra overal mede-paraklimmers tegen die ze al lang niet meer gezien hebben. De sfeer is uitermate vriendelijk en ik leer op een uur tijd wel meer dan twintig mensen uit verschillende landen kennen. Mijn eerste impressie van paraklimmen wordt gevormd: iedereen komt hier samen om te genieten van eenzelfde passie én omdat ze uitkijken naar de routes die specifiek voor hun beperking zijn gezet. Want dat is niet overal zo vanzelfsprekend en je voelt aan de sfeer die er hangt dat iedereen dankbaar is dat ze samen kunnen klimmen. Je zou bijna vergeten dat er een wedstrijd is binnen twee dagen, maar daar zou snel verandering in komen.

© Christophe Zundel
Tekst Silke Ghekiere 18

Coaching vs. coaching

Op de dag van de wedstrijd is de sfeer nog steeds gemoedelijk, maar hangt er toch ook wat spanning in de lucht. Iedereen is duidelijk gefocust. De dag begint vroeg met de B-categorieën. Dat zijn de klimmers met een visuele beperking en daarvoor moet de omgeving stil zijn zodat de klimmers hun coach goed kunnen verstaan die aanwijzingen mogen roepen. Daarna is het aan de RP klimmers en de A-categorieën. De A-categorieën zijn de klimmers met een amputatie/beperking aan één of meerdere ledematen. Fré zit bijvoorbeeld bij AL2: een beperking aan 1 van de onderste ledematen. De RP’s hebben heel uiteenlopende beperkingen, gaande van neurologische aandoeningen tot beperkingen in mobiliteit, stabiliteit of bewegingsvrijheid. Pavitra doet mee met RP1, al zou ze eigenlijk in de AL1 categorie moeten zitten. Doordat er te weinig klimmers van haar categorie deelnemen, worden er categorieën samengevoegd.

Dat is een grote bijblijver van deze trip voor mij: daar waar klimmers coachen op wedstrijden zelf een gekende zaak is, komt er bij paraklimmen zo veel meer bij kijken. Veel klimmers moeten voor de start van de wedstrijd nog geclassificeerd worden en kunnen zomaar plots in een andere categorie terechtkomen. Thuis probeer ik mijn jeugdteam voor te bereiden op verschillende onverwachte elementen zoals plots extra lang moeten wachten of slechte condities, maar hier kan je plots in een compleet andere categorie belanden, gebaseerd op je beperking op een specifiek moment. Dat kan heel zwaar aankomen en je wedstrijd volledig veranderen of zelfs annuleren.

to podium or not to podium

Gelukkig zijn Fré en Pavitra zeker van hun deelname en knallen ze in Innsbruck door de kwalificaties. Er zijn euforische momenten zoals wanneer Fré zijn tweede route kan toppen of iets mindere zoals wanneer Pavitra er in haar tweede route vroeger uit gaat dan verwacht. Dit zijn de emoties die bij een wedstrijd horen, en het is mooi om te zien hoe de paraklimmers van verschillende landen er voor elkaar zijn in beide richtingen. Na hun eigen wedstrijd, blijven ze voor elkaar supporteren en elkaar steunen. Onze Belgische klimmers gaan beide naar de finale vanuit een sterke 2e plaats: het was een spannende en gevulde dag.

In de finale kwamen de gebruikelijke zaken aan bod: wachten, opwarmen, nog eens wachten en een lange tijd in isolatie zitten. Een regenstorm zorgde er voor dat we nog anderhalf uur langer in spanning moesten blijven. Hoewel dat niet de fijnste activiteiten zijn, horen ze bij het wedstrijdleven. Rustig en gefocust blijven is key en als coach kan je enkel maar proberen dat uit te stralen en over te brengen.

In de finale wordt alles plots extra spannend. Vanaf het moment dat de klimmers naar de muur vertrekken, geef je zelf alles uit handen. Je kan helpen bij de voorbereiding, maar daarna moeten ze het zelf doen. In Innsbruck was het erg spannend en Fré miste bijvoorbeeld een podiumplaats met maar één plusje.

Voor Pavitra was het lang geleden. Ze klom zoals steeds erg sterk, in een vlot tempo en met het nodige doorzettingsvermogen. Een verre zijwaartse pas zorgde dat ook zij net op dat ondankbare trapje naast het podium terecht kwam. Sowieso was het voor mij een ervaring om niet snel te vergeten en konden we met een gerust hart richting België vertrekken.

Villars

Drie weken later was ik met Fré in Villars. Daar waren er minder eerste impressies en had ik dus extra tijd om nog meer bij te leren en ook wat te genieten. De omgeving rond Villars is prachtig en zo kreeg ik een kans om via het coachen ook dat te ontdekken.

De kwalificatie was er enorm spannend en met een indrukwekkende top van Fré in zijn tweede route kreeg hij toch een laatste kans op een medaille dit seizoen. Ik had al gezegd dat z'n isolatie best een saaie aangelegenheid was, maar daar hadden ze het mooiste uitzicht dat ik ooit in isolatie was tegengekomen, inclusief buitenlucht. Misschien een goede tip voor alle organisatoren in de toekomst, want dat maakte het wachten toch een pak aangenamer

De finale was een heus spektakel. Het weer was aangenaam en de Zwitsers hadden er bijna een festival van gemaakt; er was heel wat randanimatie en heel wat supporters die zorgden voor een fijne sfeer. We waren de afgelopen dagen al Belgen in het dorp tegengekomen die beloofd hadden te komen supporteren. Deze keer was de World Cup Paraclimbing een apart event, en het was heel interessant om te zien dat er evenveel tijd en energie in was gestoken als bij de reguliere World Cup van een week eerder. Fré zijn finaleroute was speciaal gezet met extra spectaculaire passen en ook dat moet één van de eerste keren geweest zijn, dat er met die insteek gebouwd werd. Gelukkig deed hij de route alle eer aan, met een episch gevecht op de moeilijkste sectie. Zo konden we de laatste momenten van het seizoen afsluiten met een glimlach. En die mooie zilveren medaille uiteraard!

© Silke Ghekiere
19

Introspectie en leren van je ervaringen

Veilig bergsporten - deel 3

“Niet zo lang geleden maakte een stagegroep in de Zwitserse bergen een prachtige gletsjertrekking. Door de veranderende condities waren de normaal goed begaanbare gletsjers begin augustus al niet meer overal met sneeuw bedekt. De twee touwgroepen laveerden over het zwartblauwe ijs door een grillig doolhof van spleten. Op een gegeven moment struikelde een van de deelnemers en viel in een spleet. Als door een wonder bleef de rest van de touwgroep op het ijs en liep het met een sisser en wat schrammen af. De groep kon de tocht afmaken. Over het incident werd met geen woord meer gerept.”

Bergsport speelt zich af in een omgeving die in ’t beste geval slechts gedeeltelijk en gecontroleerd gepland kan worden. Een onvoorspelbare omgeving dus, waar vaak risico’s op de loer liggen die ernstige consequenties kunnen hebben. Hiermee omgaan geeft velen van ons dat verwonderde, ‘levende’ of alerte gevoel. Daar bovenop komt dat we vaak de neiging hebben om onze grenzen te willen verleggen: een moeilijkere route, een hogere berg of een meer desolaat gebied.

Velen van ons zetten graag een prestatie neer of willen een grote(re) uitdaging aangaan. Maar de keerzijde is uiteraard dat we soms ‘spelen met de dood’. En als we niet om de prestatie of het ‘spelen met het grote onbekende’ de bergen in gaan, dan toch zeker om de mooie natuurbeleving.

Ervaringen die behoorlijk zwart kunnen worden als de tocht moet worden afgebroken of als er zelfs ongelukken gebeuren. Wat we in dit derde artikel over ‘Veilig bergsporten’ bespreken, is gebaseerd op ervaringen uit trainingen en opleidingen, voor bergsporters, maar ook voor brandweer, politie en andere risicoberoepen.

Tekst Galen Veilig bergsporten is meer dan de juiste technieken kennen.
20
Anne van
en John Van Giels / Foto’s Bart Smets

ijsberg

Laten we beginnen met onszelf. Wij zijn ervan overtuigd dat het de beleving, de prestatie en het veilig thuiskomen helpt wanneer je jezelf en je teamgenoten goed kent. Hoe zit je in de ‘wedstrijd’? Wat zijn je drijfveren om op tocht te gaan? Zie je risico als iets positiefs, iets wat kleur geeft aan het leven, of ben je eerder terughoudend? Ga je voor de top – desnoods alleen – of houd je liever koste wat kost de groep bijeen? Weet je van jezelf waar en in wat voor specifieke situaties je een bovengemiddeld groter risico loopt een verkeerde inschatting of beslissing te maken?

Zowel in het terrein, qua omstandigheden (bijvoorbeeld bij verse poedersneeuw, of wanneer de top voor het grijpen ligt) en in een specifieke sociale setting (zoals een sterk competitieve groep).

Weet je van jezelf hoe je persoonskenmerken en emotionele gesteldheid invloed uitoefenen op je besluitvorming? Kortom, in hoeverre heb je zicht op al deze moeilijk grijpbare factoren? Hoeveel van jouw ‘ijsberg’ zit onder de waterlijn?

Om meer zicht te krijgen op onze drijfveren en persoonlijkheidskenmerken kunnen persoonlijkheidstesten (zoals DISC, Insides of Profile Dynamics) een hulpmiddel zijn. Ook kan zo’n test je bijvoorbeeld inzicht geven hoe jij en je tochtgenoot elkaar aanvullen of juist tegenwerken. Daarnaast kunnen deze testen helpen om te identificeren waar risicovolle blinde vlekken liggen waaraan je kunt werken. In bijv. de Nederlandse opleiding tot International Mountain Leader (IML) worden alle nieuwelingen getest met een drijfverenpersoonlijkheidstest. Tijdens de opleiding kunnen we dan refereren naar bepaalde kenmerken, of duiden waarom in bepaalde situaties mensen geneigd zijn extra risico te nemen.

Daarnaast is het ook verhelderend om met je tochtgenoten over je drijfveren en andere eigenaardigheden te praten. Variërend van: ‘ik heb een ochtendhumeur, dat klaart pas op na een koffie’, tot ‘ik heb een grote angst voor verijsde sneeuwvelden omdat ik daar ooit iemand op heb zien doodvallen, dus dat soort passages wil ik uitzekeren, zelfs als dat jou niet nodig lijkt.’ Dit soort gesprekken heb je het liefst ruim voordat je op expeditie vertrekt of een mooie Chamonix-Zermatt-doorsteek wilt doen.

En wees zo eerlijk mogelijk bij het plannen maken: onze persoonlijke ervaring is dat het misschien wel een goed idee lijkt, maar meestal geen goed idee ís om een grote tocht te maken als je emotioneel niet lekker in je vel zit. Een klimmaatje dat net is gedumpt door zijn vriendin wil misschien wel iets heftigs klimmen, maar is dat werkelijk een goed plan? Kies je tocht en je tochtgenoten dus uit, zodat ze passen bij je mentale en emotionele fitheid.

Je mentale en emotionele fitheid

Tijdens een bergtocht kunnen er voortdurend dingen veranderen op fysiek en/of mentaal-emotioneel vlak: denk alleen al aan je energieniveau, je staat van alertheid, of zelfs opwinding, euforie dan wel vermoeidheid. Op psychologisch vlak kunnen er veranderende gevoelens en gedachten meespelen, zoals de behoefte aan erkenning en waardering, irritaties, onzekerheid of juist trots. Een diepe behoefte om de beste te willen zijn of juist terughoudendheid om je vragen, angst of onzekerheid uit te spreken. Deze soms wat ongrijpbare zaken hebben, of je het wilt of niet, invloed op je functioneren tijdens een tocht: op je fysieke mogelijkheden, maar ook op wat je waarneemt en hoe je besluiten neemt.

Herken je afleiders

Een manier om je ‘mentale en emotionele fitheid’ te monitoren, is gebruikmaken van onderstaande checklist. Een lijst als hulpmiddel om afleiders te onderkennen die in de bergen jouw prestatie, waarneming en besluitvorming kunnen beïnvloeden.

In hoeverre word jij hierdoor beïnvloed? (laag / midden / hoog):

• Ik voel opwinding, of zelfs euforie (‘wow, powder alert!’)

• Ik voel me een sukkel (‘shit, weeral uitgegleden’)

• Ik ben met iemand in competitie (‘ik wil de beste zijn’)

• Ik wil telkens wat anders doen, op zoek naar extra avontuur

• Ik voel financiële druk (‘deze tochtaanpassing kost me een dure taxi’)

• Ik voel tijdsdruk ( ‘de kabelbaan niet halen, betekent mijn trein missen’).

• Ik ben vreselijk geïrriteerd door iemand in mijn groep (bijv. de betweter, de klager, de treuzelaar, de dwarskijker…)

• Ik ben moe (‘te hard gewerkt en nu allesbehalve in topconditie’).

• Wat nog meer? (andere afleiders in je privéleven of zo?).

Strategieën om weer scherp te worden

Door de checklist te gebruiken word je je bewust van de afleiders die je mentale fitheid beïnvloeden. Dit kan het startpunt zijn voor verbetering. Maar daarmee ben je er nog niet. Het is belangrijk om vervolgens een aantal strategieën klaar te hebben om ter plekke je mentale fitheid weer te versterken.

Voor de een werkt het maken van grappen, de ander moet een pauze inlassen en zichzelf toespreken en een derde is misschien geholpen door een specifieke angst bespreekbaar te maken. Waar het om gaat, is dat je door zelfreflectie onderkent dat je mentale fitheid suboptimaal is – en dat je dus afgeleid bent – én dat je vervolgens actie onderneemt om je weer beter te voelen.

En ja, in de bergen moet je dit ook echt zelf en op locatie doen. Want wie afgeleid is en niet goed in zijn vel zit, maakt sneller fouten en dat leidt tot ongevallen!

Lukt het niet om weer gefocust te zijn, pas dan je doelen aan.

21 Ken je

Thumps up or down?

Ook binnen je cordee, tochtgezelschap en op groepsniveau speelt – en wisselt – er voortdurend van alles. Vaak hebben we dit maar indirect of vaag in de gaten: de groep die langzaam steeds meer out of control gaat, alle disciplines en afspraken vergetend. Of juist steeds stiller wordt, bang om de genomen beslissingen te bevragen. Nadat je een pro bent geworden in het herkennen van bovenstaande afleiders, bij jezelf en bij anderen, kun je ook in cursusverband of op tocht een verkorte versie gebruiken. Bijvoorbeeld door op specifieke momenten de volgende vragen te stellen in de groep met wie je op pad bent: hoe voel je je op dit moment? Hoe sta je er mentaal, emotioneel en fysiek voor? Ben je fit om goede inschattingen te maken en om besluiten te nemen?

Geef iedereen 20 seconden bedenktijd en laat dan de duim opsteken: Bespreek het resultaat en stel eventueel je plannen bij.

Ik ben oké.

Ik heb gemixte gevoelens; ik ben niet zeker dat ik fit genoeg ben.

Ik voel me op dit moment mentaal, emotioneel, of fysiek niet fit genoeg.

Reflecteren

Denk even terug aan het voorbeeld waarmee we dit verhaal startten: de gletsjertocht met een potentieel noodlottig ongeluk. De groep is terug in de hut en drinkt eentje. Het ideale moment om te leren, is helaas niet benut. Vragen over het al dan niet gebruiken van het touw, het zekeren bij het overbruggen van een riskante passage en de timing van de tocht blijven onbeantwoord. Ook de manier waarop de tochtgenoten het voorval hebben beleefd, wordt niet besproken. Dit is jammer, want leren doe je niet alleen tijdens de tocht, maar juist ook door na afloop te reflecteren. Dit leren kan op twee niveaus.

Eerste en tweede niveau leren

Eerste niveau leren: hierbij draait het om het vergroten van je handelingsperspectief, het ‘wat’. Omdat je meer kennis of vaardigheden hebt, weet je een volgende keer beter hoe je optimaal over een sneeuwvrije gletsjer gaat en waarom je voortaan points of no return inbouwt, bijvoorbeeld.

Tweede niveau leren: hier gaat het erom dat je door reflectie steeds beter snapt wat wel of niet bij je past. Je gaat mogelijk de overtuigingen die je hebt over jezelf bijstellen. Het gaat dan om het aanpassen van je doelen of het veranderen van de regels over hoe je besluiten neemt; introspectie is nodig. Maar ook de vraag hoe jij, of jullie als groep/cordee, het best en snelst leren is een onderdeel, eigenlijk het onderwerp van dit hele artikel.

Wie bezig is met tweede niveau leren stelt vragen als:

• Past deze tak van bergsport wel bij me?

• Heb ik, nu ik verantwoordelijk ben voor mijn kinderen, nog wel zin in het commitment dat bepaalde routes van me vragen?

• Heb ik wel het juiste klimmaatje (we zijn allebei net iets te fanatiek en raken daardoor telkens in de problemen)?

• Is het wel zinvol om de schuld van het telkens te laat aankomen bij de hut neer te leggen bij de zwakste deelnemer? Moet ik niet de route aanpassen, of de deelnemer beter begeleiden, of niet meer meenemen? Moet ik mijn overtuiging dat iedereen welkom is op deze tocht, misschien bijstellen?

“Door reflectie snap je steeds beter wat bij je past..."

Een voorbeeld: Joris heeft de ambitie om moeilijke hoogalpiene routes te doen. Maar elke keer als hij vanuit een berghut van start wil gaan voor een dergelijke route, voelt hij zich ziek. Joris zoekt de oorzaak meestal bij het water, het eten of een vervelend microorganisme. Frappant is dat hij bij de wat relaxtere tochten altijd zo fris als een hoentje is. De omgeving van Joris snapt op den duur vrij goed hoe het zit: diep van binnen wil of kan hij het commitment niet aangaan. Bij tweede niveau leren zou hij niet een waterfilter meegenomen hebben naar de hut, maar een ander doel hebben gekozen.

Wat schept een band met je tochtgenoten? Veranderende condities vergen aangepaste besluitvorming.
22

Reflecteren kun je leren

Het goed en effectief kunnen reflecteren en evalueren, is een vaardigheid die je kunt trainen. Het gaat niet altijd vanzelf goed. Valkuilen die je liever wilt vermijden zijn bijvoorbeeld:

• Het evaluatierondje wordt een ‘blame game’ (Wie was de sukkel of schuldige bij iets wat niet optimaal liep? En die persoon is ‘natuurlijk sowieso niet’ de tochtleider of gids…)

• Demonstratie van expertise/ego/autoriteit (‘Kijk eens wat ik allemaal weet, hoe goed ik ben en hoe ik bepaal of en hoe we deze evaluatie doen.’)

• Algemene ‘downplay’ van de gebeurtenissen (‘Het is toch allemaal goed gegaan, waarom al dat gepraat? Bier hier!’) Dit gebeurt vaak om aandeel en verantwoordelijkheid, en dus vaak ook schaamte, bij een discutabele inschatting of beslissing te vermijden.

Wat wel werkt, is een sfeer van openheid en nieuwsgierigheid creëren, met als doel gezamenlijk te leren uit de bergervaring, na afloop van een tocht. Het voorbeeldgedrag van de meest ervarene of de tochtleider is hierbij allesbepalend. Door het voortouw te nemen in het kritisch evalueren, kan zij of hij de groep meenemen in het achterliggende doel: dat het om leren gaat, om jezelf en elkaar helpen verbeteren.

Houd een open vizier

Een berggids zei ooit: “Die open blik, de instelling van een beginner, wil ik behouden, voor mezelf en binnen mijn groepen.” Hij benadrukte dat je nooit alles weet, ook niet als berggids, en dat het blijven stellen van goede vragen, ook de zogenaamd domme vragen, aan jezelf en aan elkaar, elke dag opnieuw, voor hem een belangrijk deel van goed risicomanagement is. Bergsporters met een grote drive om beter te worden in hun hobby of beroep, herkennen dit waarschijnlijk. En je haalt meer informatie op door iedereen eerst zelf te laten nadenken over je vraag. Misschien laat je ze wat kernwoorden noteren. Dit hoeft niet veel tijd of energie te kosten; een getraind team kan een effectieve dag- of actiereflectie in 15 minuten uitvoeren, en meestal sneller.

Vragen voor de nabespreking met je tochtgezelschap:

• Zijn je verwachtingen van de tocht uitgekomen?

• Waren de besluiten van de meest ervarene of leider begrijpelijk?

• Waren de aanwijzingen duidelijk en helder?

• Waren er momenten waarop onduidelijkheid, ongemak, onzekerheid of angst speelden?

• Hoe is het groepsproces verlopen?

• Waar is meer behoefte aan door tochtgenoten, voor bijvoorbeeld de tocht van morgen?

Reflectievragen voor de meest ervarene of tochtleider:

• Welke besluiten heb ik genomen? Waarin werd afgeweken van de planning?

• Welke verwachtingen had ik in de planningsfase over de condities, het terrein en de factor mens? Hoe was het uiteindelijk in de praktijk?

• Hoe hebben deze afwijkingen mijn besluiten beïnvloed?

• Hoe emotioneel fit was ik zelf? Hoe beïnvloedde dit mijn leiderschap?

• Welke afleiders speelden mij en de groep parten?

• Wat zijn mijn nieuwe inzichten na de tocht, en wat doe ik ermee voor het vervolg van het programma?

• Heb ik zelf genoeg competenties om de tocht te leiden in deze omstandigheden?

• Wat zag ik qua groepsdynamiek gebeuren? Welk effect had dit op mij? Hoe ga ik er morgen mee om?

Naast wat je zegt en hoe je een groepsreflectie organiseert, is een niet-bedreigende en opbouwende toon belangrijk. Alles start met de intentie te willen bijleren uit een situatie en daarbij het (zelf) vertrouwen te voelen en ook het eigen handelen bespreekbaar te maken. Je wilt na afloop gedeelde inzichten en concrete acties, en een gevoel bij iedereen dat ze alles konden vragen en zeggen. Dit is voor een groep vaak een leerproces.

Van inzicht naar actie

Het is belangrijk om de inzichten naar concrete actie te vertalen. Zoals je kunt besluiten met de vraag: Wat ga ik of gaan wij morgen anders doen? Dat kan op technisch vlak zijn, maar ook op persoonlijk vlak of ten aanzien van de risico’s, groepsdynamiek en communicatie. Kortom, groeien in bergsport en steeds beter de bijbehorende risico’s managen, betekent keer op keer de uitdaging aangaan, niet alleen met de berg of de tocht, maar ook met het monitoren van jezelf en elkaar. Dit houdt in dat je actief tijd en aandacht neemt, zowel vóór, tijdens als na de tocht. Durf te benoemen, bevragen en uit te spreken. En blijf je hierin ontwikkelen. Het kan onvermoede mooie inzichten en gedeelde ervaringen opleveren. De Franse topklimmer en berggids Lionel Daudet noemt dit heel toepasselijk “De berg van binnen beklimmen”.

Dit was het derde en laatste artikel in de serie Veilig bergspor ten van de Nederlandse experte Anne van Galen. Ditmaal in samenwerking met John van Giels. Beide zijn zij international mountain leader en kader voor de Nederlandse Klim- en Berg sport Vereniging. Anne en John trainen management-teams op het gebied van besluitvorming. Kijk op kbfvzw.be > Infobank of in Monte maart en juni 2022 voor de eerdere delen. Deel I ging over ‘Besluitvorming in de bergen’ en deel II over ‘Levensreddende routines’.
23

WANDELEN IN DE HERFST

De natuur komt tot rust, loofbossen verkleuren en de herfstzon licht het landschap haarscherp op. Terwijl bij ons de herfst pas begin november echt zichtbaar is, valt de intrede van de herfst in de noordelijke gebieden en het hooggebergte veel vroeger. De temperaturen gaan er snel naar beneden. Sneeuw blijft soms al wat liggen, hoewel het ook hier door de klimaatopwarming soms wat langer duurt voor het écht winter wordt. Maar hoe dan ook doen de meeste berghutten boeken al half september toe, enkel de lagere en gemakkelijk bereikbare refuges houden hun deuren enkele weken langer open. Uiteraard hoef je je daarvoor als bergwandelaar de schoenen niet op schap te zetten tot het voorjaar. Meerdaagse tochten blijven mogelijk, al zal je wat meer moeten plannen en flexibel zijn.

Op stap in eigen land

Onbekend is onbemind, er zijn heel mooie tochten te maken dichtbij huis, met soms verrassende uitzichten en leuke paden. Er is een netwerk van GR-paden waar je dagen zoet mee bent. In Vlaanderen hoef je van de jacht nog niet te veel wakker te liggen, in Wallonië zijn drijfjachten wel erg gangbaar van 1 oktober tot en met 31 december.

Op rode affiches bij de toegangswegen naar het jachtgebied vind je ter plekke de data, maar nog beter is dat je je erop kan organiseren. Je informeert je dus best op voorhand bij de boswachter. Geef aan welke bossen je wanneer gaat passeren. Via mail of telefoon loopt het contact erg vlot! Soms moet je je route omkeren om een jacht te vermijden, die vaak op een weekenddag plaatsvindt.

Michel Deraemaeker maakt jaarlijks een overzicht van de contactgegevens van de boswachters en eventuele online documenten voor de diverse gebieden.

Enkele hikingtips:

De Hoge Ardennenroute is ontwikkeld door Hiking Advisor, één van de KBF-clubs en loopt van Eupen tot Bouillon over bekende en onbekende paadjes, door heel gevarieerde landschappen. De packrafters kunnen af en toe ook hun hartje ophalen door een stuk van het parcours al varend af te leggen. Meer info op www.hikingadvisor.be/ha-route.

- De Hoge Venen en vooral de Eifel staan bekend om zijn vele loofbossen die prachtig verkleuren in de herfst. Twee interessante routes zijn de Eifelsteig ((www.eifelsteig.de) en Wildnis-trail (www.nationalpark-eifel.de/de/nationalpark-erleben/wildnis-trail).

- De Ronde van Spa is een aaneenschakeling van 3 GR’s vertrekkende van het kuuroord. Een pittige 3-daagse met veel loofbossen, de machtige vallei van de Amblève, avontuurlijke paadjes langs de Ninglinspo en Chefna en ook wat heidegebied. Meer info op www.debbiestochten.com/2017/07/02/ronde-van-spa-2/

Tekst en foto's Debbie Sanders
24

Wat verder van huis

Wil je het toch wat verder en hoger gaan zoeken, dan kan je gaan voor het middelgebergte. Daar kan je boven de boomgrens genieten van prachtige vergezichten, alsook de uitgestrekte verkleurende bossen induiken. Logies zijn vaak in de herfst nog open. Mooie gebieden op korte afstand van België zijn de Vogezen, de Jura en het Zwarte Woud.

Mag het iets verder zijn, dan is het South West Coast Path in Devon & Cornwall ook zeker de moeite waard. De kustroute loopt boven-en onderlangs kliffen en mooie vissersdorpen.

Toch naar de Alpen?

Soms is het nog mogelijk om een meerdaagse tocht te ondernemen in het hooggebergte, maar veel hangt af van de condities. Een warmte- of koufront zorgt op hoogte al snel voor sneeuw en koude temperaturen. Ook nachtvorst is mogelijk. Je goed informeren is dus de boodschap. Het hoeft niet altijd hoog en spectaculair te zijn, een eenvoudig wandelpad zorgt ook al voor mooie momenten. Stel je flexibel op en pas je route aan de omstandigheden aan.

Overnachten is in de herfst alleen in winterruimtes mogelijk. Niet alle hutten zijn daarvoor uitgerust en deze ruimtes kunnen soms erg basic zijn met niet meer dan een matras en dekens. De aanwezigheid van een winterruimte, de capaciteit en soms de voorzieningen ervan wordt vermeld op de website van de hut. Wees altijd voorbereid op een lege hout- of gasvoorraad. Een warme slaapzak, donsjas en vuurtje kunnen je leven dan een pak aangenamer maken.

Regio’s aan de zuidrand van de Alpen hebben een milder klimaat waardoor ze langer sneeuwvrij blijven en het er in de herfst soms heerlijk vertoeven is. In sommige gebieden vb. Queyras kan je vaak het ganse jaar terecht omdat je in de valleien kan overnachten (in Gîte d'Étape of andere accommodatie). In Ticino en Gran Paradiso zijn er ook onbemande hutten.

Canarische eilanden

Sommige wandelaars zoeken liever de warmte op tijdens het tussenen winterseizoen. Eilanden als La Gomera, Tenerife, La Palma bieden totaal andere landschappen, vulkanisch of net erg groen. Het is echter heel wat minder ecologisch om het vliegtuig op te springen, dus neem zeker je tijd om de eilanden echt te ontdekken en niet voor een korte trip naar daar te trekken.

Algemene tip: Op www.hikingadvisor.be/wandelgebieden vind je voor veel landen en gebieden praktische info en reisverslagen over meerdaagse wandeltochten.

De Vennhütte in Burg-Reuland is dé uitvalsbasis voor KBF-leden in het heuvelachtige Oost-België. Boek je verblijf via www.kbfvzw.be/kbf-hutten.

25

Huttenwirtin van Cabane des Vignettes

KBF: Hoe kom je als Vlaamse vrouw in een Zwitserse berghut terecht?

Katrien: Om bij het begin te beginnen: ik wou eigenlijk al van kinds af aan in de bergen wonen. Toen ik vijftien jaar was, heb ik een brief geschreven aan mijn ouders met de vraag om naar de bergen te verhuizen. Ondanks mooie bergfoto’s erbij, zagen zij een verhuis niet helemaal zitten. Toen ik op mijn negentiende drie weken vrijwilligerswerk ben gaan doen in de streek van Briançon, zijn we op tocht geweest naar de refuge du Glacier Blanc.

Na deze eerste ervaring in een berghut wist ik het : dát wilde ik doen! Ik maakte eerst mijn studies Vertaalkunde af en begon dan in België te werken. Met mijn ex-man kocht ik een huis en kregen we 2 zonen. Ik begon ondertussen in België met indoorklimmen en volgde een beginnersstage bergbeklimmen via Bleau Climbing Team en het jaar erna ook de hooggebergtecursus van BPA.

Toen mijn partner en ik in 2011 beslisten uit elkaar te gaan, dook mijn droom om in de bergen te gaan wonen weer op. We kwamen tot een akkoord, en hop, met de kids verhuisde ik naar de Franse Alpen. Ik werkte eerst een paar jaar als vertaalster tot we goed geïntegreerd waren en de jongens vlot Frans praatten en ook wat groter waren. In 2016 ben ik dan in een berghut beginnen werken; eerst een zomer in de Refuge des Conscrits en dan sinds 2017 in Cabane des Vignettes boven Arolla.

Toen de voormalige hutuitbaters na de zomer van 2021 beslisten te stoppen, heb ik samen met mijn vriend Alexandre geantwoord op de vacature. Mijn ervaring en kennis van zowel de hut als hoe deze uit te baten, samen met de ruime bergervaring van Alexandre, die ook UIAGM-berggids en reddingswerker is, werden we geselecteerd door de Club Alpin Suisse sectie Monte-Rosa! We zijn dus de nieuwe uitbaters sinds begin dit jaar. De overname was een hele uitdaging maar we zijn nu goed op weg en we leren snel bij!

26 Tekst en foto's Katrien Geelen

KBF: Wat maakt Cabane des Vignettes speciaal ten opzichte van andere berghutten?

Katrien: De meeste van onze klanten komen om de omliggende bergtoppen te beklimmen. En dan nog vooral omdat de hut op het parcours ligt van de Haute Route tussen Chamonix en Zermatt, die erg populair is bij toerskiërs in de winter en alpinisten in de zomer.

De hut ligt op 3157 meter hoogte en is omringd door gletsjers. Om in de hut te geraken, moet je uitgerust zijn als bergbeklimmer. Cabane des Vignettes is een gekende berghut, ik denk door de spectaculaire ligging op een rots, de afgrond eronder en het fantastische uitzicht over de gletsjers.

We hebben het binnen ook zo gezellig mogelijk proberen te maken: we hebben er onze piano geïnstalleerd, een zetelhoek ingericht, de eetzaal met kussens en plaids aangekleed. Sinds deze zomer hebben we ook ligstoelen op het terras en een hangmat onder het helikopterplatform.

Alles om het onze klanten zo aangenaam mogelijk te maken! Aangezien Alexandre en ik allebei ook zelf als gids werken (ik ben ook ‘accompagnatrice moyenne montagne’), weten we wat we zelf aangenaam vinden als we met klanten in een hut slapen. Als je al een aantal dagen onderweg bent, is het leuk om je ergens thuis te voelen!

KBF: Ervaren jullie ’t ook dat er een groeiende drang naar luxe is bij verblijf in een berghut?

Katrien: Ik begrijp deze vraag wel, ja! Ik weet niet of het echt een grotere drang is naar luxe, of dat mensen er gewoon geen rekening mee houden dat er op 3157 meter hoogte niet hetzelfde comfort is als in de vallei. Soms zijn mensen verontwaardigd dat we niet altijd douches hebben of dat je in de winter je telefoon niet gratis kan opladen. We proberen zoveel mogelijk uit te leggen dat we in de winter sneeuw moeten smelten om voldoende water te hebben en dat de diesel voor onze generator met de helikopter naar de hut gebracht wordt. Aan elektriciteit hoog in de bergen zit dus wel een zekere kostprijs. Je kan je telefoon niet zo makkelijk opladen als in de vallei…

“Na mijn eerste ervaring in een berghut wist ik het: dát wil ik doen..."

We hebben soms erg veeleisende klanten. Het volstaat gelukkig vaak om uit te leggen hoe de hut werkt en dan is er al meer begrip. Cabane des Vignettes werd gerenoveerd in 2008 en voor een hut in het hooggebergte is het een best luxueuze plek.

KBF: Hoe ziet een (werk)dag in Cabane des Vignettes eruit?

Katrien: Er is in Cabane des Vignettes een groot verschil in het aantal gasten tussen de zomer en de winter. In de winter, voor het toerskiseizoen, zijn we vaak elke dag volzet. Dat betekent 100 gasten. In de zomer varieert het aantal gasten wat meer en dan blijft er meer tijd over om een praatje te slaan of om er zelf even op uit te trekken. Dat kan in de winter helemaal niet! Hoewel er een groot verschil is tussen de twee seizoenen, ziet ons dagschema er wel hetzelfde uit. In de winter werken we met een team van vijf of zes, in de zomer zijn we met z’n drieën.

We dienen het ontbijt op tussen 4.00u en 6.00u uur ’s ochtends, afhankelijk van het weer en de condities. Degene die het ontbijt opdient, kan daarna weer even twee uurtjes slapen. In de ochtend doen we als team de dagelijkse schoonmaak, maken we het eten klaar voor ’s avonds en doen we wat klusjes indien nodig. We proberen samen te lunchen rond 11.30u en kort daarna komen meestal de eerste gasten toe. In de middag heeft elk teamlid elk op zijn beurt twee uren pauze - Alex en ik enkel als het even kan - en onze werkdag zit er ongeveer op om 21.00u.

“Beklimmingen zijn technischer geworden door het gebrek aan sneeuw[…] je moet dus meer ervaring hebben in stappen met stijgijzers..."

Het zijn dus best lange dagen en je hebt wel wat uithoudingsvermogen nodig om het drukke ritme aan te kunnen. Maar de sfeer, de klanten en de variatie maken veel goed! In de hut moet je altijd klaar zijn voor een avontuur: je weet nooit op voorhand wat de dag precies gaat brengen. Als er iets stuk gaat, moet je het zelf kunnen maken.

Als iemand gewond raakt, moet je zelf kunnen handelen indien het weer geen reddingsoperatie toe laat. Daarvoor hebben we gelukkig allebei een cursus gevolgd en we hebben ook de nodige uitrusting voor noodgevallen, al hoop ik dat we die nooit nodig zullen hebben! Deze zomer hebben we wel al iemand gered uit een gletsjerspleet, dat was voor mij voldoende avontuur!

27

EUROPEAN OUTDOOR FILM TOUR 2022 NIEUWE AVONTUREN OP HET GROTE WITTE DOEK

De European Outdoor Film Tour 2022 staat voor de deur! De avonturenrugzak is propvol met nieuwe verhalen van mensen die hun passie onvoorwaardelijk volgen. De samenstellers van de EOFT verheugen zich nu al op de herfst van 2022, wanneer zij de bekendste voorstellingenreeks in z’n soort weer mogen presenteren. Uitvoerige informatie over het gehele programma volgt eind augustus. Nu al is duidelijk wie het „new face of adventure“ van de EOFT 2022 zal zijn: Ultrarunner Timothy Olson!

De première vindt op 13 oktober 2022 in de Alte Kongresshalle in München plaats, gevolgd door de grote TOUR door Europa. Er zijn meer dan 400 voorstellingen gepland. De totale duur van de films in de klassieke EOFT-stijl bedraagt ongeveer 120 minuten. Het gehele programma met toelichting en loterij duurt tussen tweeënhalf en drie uur. De datums liggen vast, de voorverkoop is gestart en kaartjes zijn per direct te bestellen.

MEER INFORMATIE OVER DE HUIDIGE TOUR EN DE VOORSTELLINGEN OP: WWW.EOFT.EU/TICKETS

De EOFT is een productie van de Moving Adventures Medien GmbH. Moving Adventures Medien GmbH | Thalkirchner Str. 58 | 80337 München | www.eoft.eu

Heidenreich | presse@moving-adventures.de | +49 (0)89 38 39 67 12

28
PERSCONTACT: Michael

KBF: Wat is het leukste aan jullie job? En wat is misschien wat moeilijker of uitdagender ?

Katrien: Het leuke is dat de dagen helemaal niet op elkaar lijken in de hut. Er gebeurt altijd wel wat, er zijn altijd andere mensen en er komen echt gasten van overal ter wereld langs. Ik houd echt van die afwisseling! Soms zijn er net te veel onvoorziene omstandigheden op één dag en dat is dan ook net het moeilijke of uitdagende aan het uitbaten van de hut. Als je het ene probleem na het andere moet oplossen, wordt het soms net iets té veel. Deze winter zijn er twee medewerkers op dezelfde dag uitgevallen door omstandigheden en dan moet je snel oplossingen vinden! Of een grote bestelling van verse producten en de helikopter kon niet vliegen door het slechte weer. Een hotel in Arolla is ons vlees dan gaan ophalen aan het helikopterplatform en heeft het vlees twee dagen in de koelkast bewaard… Voor elk probleem een oplossing!

Er zijn hutten in Italië en Frankrijk die deze zomer moesten sluiten door gebrek aan water. Dat probleem hebben wij gelukkig niet. Tijdens de verbouwing van 2008 heeft de CAS de hut uitgerust met twee grote reservoirs water. We recupereren alle water van het dak en in de winter smelten we ook sneeuw bij. Onze hut is ook uitgerust met zonnepanelen. Die zijn helaas niet voldoende voor ons energieverbruik maar het zou kunnen dat de CAS wat extra panelen installeert in de toekomst. Voorlopig moeten we dus wel een generator op diesel gebruiken om in ons energieverbruik te voorzien.

We merken deze zomer wel dat mensen last minute reserveren naargelang de condities en dat groepen met wat minder ervaring afzeggen. Gidsen kwamen vroeger met wel zes of zeven klanten om de Pigne d’Arolla te beklimmen, nu nog met drie of vier. De helling is steiler geworden, de klim vergt meer techniek. Ik denk dat we ons als gardiens zullen moeten blijven aanpassen. We gaan nu in augustus met iemand minder werken om ons aan te passen aan de verminderde vraag.

KBF: Stel dat er nog Vlamingen ambities koesteren om huttenwaard te worden of enkele weken of een seizoen mee te werken. Wat kan je als tips meegeven?

Wat wel moeilijk is, is het lang weg zijn van thuis en daarbij ook het gebrek aan comfort. Ik blijf hier soms twee maanden aan één stuk en dat is wel lang. Mijn zonen lopen school in de vallei en kunnen dus enkel langskomen in de vakantie. Gelukkig is er WhatsApp en heb ik mijn ouders die altijd klaar staan. Zonder hun hulp hadden we de hut niet kunnen overnemen. Dank jullie wel, liefste ouders!

KBF: Onder invloed van de klimaatverandering en door de sneeuwarme winter en te warme zomer zijn de condities op veel bergen alsmaar moeilijker. Hoe zien jullie het evolueren en wat is de impact ervan op jullie werking? Welke aanpassingen zijn er in de hut zelf ?

Katrien: De condities in de bergen veranderen erg snel. Toen ik in 2017 in Cabane des Vignettes begon te werken, bedekte de gletsjer de hele bergflank hier tegenover. Als je nu naar buiten kijkt, blijft er nog twee meter over. Dat is echt gek! Deze winter heeft het echt niet veel gesneeuwd en deze zomer is het bijzonder warm, ook in het hooggebergte. De toppen die je vanuit onze hut doet, kon je (eind juli) nog steeds doen, maar de beklimmingen zijn wel technischer geworden door het gebrek aan sneeuw op de spleten. Je moet de spleten vaak contourneren en dus wat meer stappen en beter observeren langs waar je door kan. Door het smelten van de gletsjers worden sommige hellingen ook wat steiler en moet je dus meer ervaring hebben in stappen met stijgijzers.

Katrien: Gewoon doen! Ik ben trouwens niet de enige Belg die een hut uitbaat in Zwitserland. De nieuwe gardien van Cabane Rambert komt uit Brussel! Soms twijfel je te lang om van richting te veranderen. Ik heb er nooit spijt van gehad om naar de Alpen te verhuizen, integendeel! In het begin hebben we het huis in België gehouden. Was de verhuis niet meegevallen, dan konden we nog altijd naar België terugkeren en had ik wel ander werk gevonden. Maar dat was dus niet nodig.

Je mag tot 90 dagen per jaar in Zwitserland werken zonder vergunning, dus om een seizoen in een hut te werken, is dat perfect! De beste manier om aan een plaatsje te geraken in een hut, is de hutten allemaal spontaan te contacteren met een CV en een motivatiebrief.

Zo ben ik zelf ook in een hut beginnen werken en op die manier vinden we het grootste deel van ons personeel. Als je vlot Frans en Engels spreekt, mag je me ook gewoon even contacteren.

“Soms zijn mensen verontwaardigd als ze niet kunnen douchen of de smartphone niet gratis kunnen opladen.”
www.cabane-des-vignettes.ch 29

HET RUSSISCHE SNEEUWLUIPAARD

Naast een zeer mooi en zeer schuw dier dat zijn thuis heeft in de bergen van Centraal-Azië en de Himalaya, is dit ook de naam van een medaille, een beloning die werd toegekend aan ervaren ‘Russische’ klimmers die de vijf hoogste toppen hadden beklommen van de toenmalige Sovjet-Unie. Het werd beschouwd als de hoogste onderscheiding die een ‘Russische’ klimmer kon krijgen.

De vijf bergen waarvan sprake zijn allemaal hoger dan 7.000 meter. Meer bepaald gaat het om de volgende vijf toppen:

- Ismoil Somoni Peak (7.495 meter) – beter bekend als Pik Kommunizma

- Jengish Chokusu (7.439 meter) – beter bekend als Pik Pobeda

- Ibn Sina Peak (7.134 meter) – beter bekend als Pik Lenin

- Pik Korzhenevskaya (7.100 meter)

- Khan Tengri (7.010 meter)

Als er gekeken wordt naar de normaalroutes wordt de Pik Pobeda ruimschoots beschouwd als de moeilijkste/gevaarlijkste om te beklimmen. Daarna volgen de Khan Tengri, Pik Kommunizma, Korzhenevskaya en uiteindelijk de Pik Lenin als de gemakkelijkste.

Drie van deze bergen liggen in het Pamir gebergte in hedendaags Tadzjikistan (Pik Kommunizma, Korzhenevskaya en Pik Lenin op de grens met Kirgizië). De andere twee bergen liggen in het Tien Shan gebergte. De Pik Pobeda ligt in Kirgizië op de grens met China en de Khan Tengri ligt in Kirgizië, maar deelt zijn grens met Kazachstan.

Voor mensen die eens een grote berg willen beklimmen, maar er geen fortuinen voor willen neerleggen, zijn de vijf bergen van het Russische Sneeuwluipaard zeker het overwegen waard. Van een klimpermit is nauwelijks sprake en als die er al is, is ze niet duur (ongeveer 100 euro). En voor prijzen tussen de 1.000 en de 2.000 euro kun je een organisatie inhuren die al je papierwerk regelt, je transport organiseert van de internationale luchthaven tot aan het basiskamp en je in het basiskamp kan voorzien van tenten, voedsel en water.

Pik Lenin is veruit de goedkoopste berg van de vijf en diegene waarvan het basiskamp het gemakkelijkste te bereiken is (per jeep). De Pik Kommunizma en de Korzhenevskaya delen hetzelfde basiskamp. Net zoals de Pik Pobeda en de Khan Tengri dat doen. De meeste klimmers opteren om voor deze vier toppen ingevlogen te worden per helikopter (400 tot 600 euro per vlucht per persoon), ook al kan het basiskamp voor deze laatste twee ook te voet bereikt worden. Reken hiervoor op zo’n 3 à 5 dagen stappen.

Onder: Vitaly Abalakov

Rechts: Pik-Kommunizma

30 Tekst Arne Monstrey

ISMOIL SOMONI (beter bekend als ‘Pik Kommunizma’) –

7.495 meter

Waar deze berg met zijn 7.495 meter vroeger de hoogste van de Sovjet-Unie was, is hij nu nog steeds de hoogste van Tadzjikistan én de Pamir.

Lange tijd dacht men dat de Pik Lenin de hoogste top van ‘het Grote Russische Rijk’ was. Maar tijdens een gemeenschappelijke Duits/ Russische beklimming van de Pik Lenin in 1928 zag men in de verte een ander top liggen die ook beduidend hoger was dan zijn omgeving. Toen dacht men dat het de Garmo moest zijn, maar verder onderzoek maakte duidelijk dat het om nog een andere berg moest gaan. In 1933 kreeg deze top de naam Pik Stalin mee. Om in 1962 de naam Pik Kommunizma te krijgen, de naam waaronder hij tot vandaag het meeste bekendheid geniet. Maar nadat Tadzjikistan onafhankelijk werd, werd de berg in 1998 genoemd naar Ismoil Somoni, een lokale leider van de Samanid dynastie die leefde in het einde van de 9de eeuw en beschouwd wordt als een grote Tadzjikische leider uit het verleden.

De eerste beklimming van de toenmalige Pik Stalin gebeurde in 1933 door Yevgeniy Abalakov (broer van Vitaly Abalakov waarover later meer) en Nikolay Gorbunov. Zij beklommen deze berg toen langs de oostelijke graat. Tegenwoordig zijn er twee routes die als ‘normaalroute’ gelden. De Borodkin graat vanuit het noorden en de Burevesnik graat vanuit het westen. Elke route wordt gekenmerkt door stukken met rotte rots en lawinegevaar door vallende seracs. Beide hebben het Russische moeilijkheidsniveau 5A meegekregen.

Zoals vaak met dit soort bergen is het er geraken al een avontuur op zich. Eerst moet je in Dushanbe zien te geraken. Vanaf hier word je dan met een helikopter ingevlogen naar het basiskamp, waar een lokale touroperator je verder helpt. Lees: ze kunnen je van tenten voorzien, alsook van eten en drinken. Alleen is alles een beetje ‘anders’. Het materiaal zal niet van de kwaliteit zijn die je ervan verwacht en de meeste klimmers ontwikkelen gastro-intestinale klachten tijdens hun verblijf hier. Het is hetzelfde basiskamp als voor de beklimming van de Korzhenevskaya. Juni, juli en augustus zijn de beste maanden om te klimmen in de Pamir.

De bergen mogen dan misschien stenen wachters zijn met de tijd als hun enige meester, toch valt er uit de naamgeving veel af te leiden van menselijke aspiraties en geopolitieke bedoelingen. CentraalAzië is altijd al een ‘melting pot’ geweest van talen, religies en bevolkingsgroepen. De officiële benaming van deze berg is ‘Jengish Chokusu’, wat Kirgizisch is voor ‘Top van de Victorie’. De berg is echter meer algemeen bekend onder zijn Russische naam ‘Pik Pobeda’ of ‘Pik Pobedy’, wat in essentie hetzelfde betekent (Victorie). Zoals reeds eerder aangehaald ligt de top op de grens met China, meerbepaald de streek waar de Oeigoeren wonen. In het Oeigoers heet deze top ‘Tomur’ (wat zoveel betekent als ‘ijzer’). De Chinezen hebben deze naam ‘verchineest’ en hebben er de naam Tomur Feng aan gegeven, waarbij er nog steeds verwezen wordt naar ‘ijzer’ maar er de benaming ‘top’ (Feng) aan toegevoegd is. Het is de hoogste top van het Tien Shan gebergte.

De Pik Pobeda is eigenlijk veeleer een bergmassief met verschillende toppen die over zijn topgraat lopen. Enkel de hoofdtop breekt ruim boven de 7.000 meter uit. Samen met de Khan Tengri strijden zij voor de titel ‘meest noordelijke 7000’er ter wereld'. Het basiskamp voor beide bergen ligt in dezelfde vallei. De hele noordelijke flank van de Pik Pobeda wordt ingenomen door de Engilchek Gletsjer. De poolregio’s niet meegerekend, is deze gletsjer van meer dan 60 kilometer lang (!) één van de grootste ter wereld.

In 1938 zou een eerste Russiche Team deze top beklommen hebben en er de naam ‘Pik 20-ti Letiya Komsomola’ aan gegeven hebben. Ter viering van het twintigjarig bestaan van de Komsomol (de Communistische jeugdbeweging). Zij claimden toen dat de top 6.900 meter hoog was. In 1943 echter werd de top door Jengish Chokusu opnieuw gemeten en werd de hoogte op 7.439 meter vastgelegd. In 1946 veranderde ook de naam: vanaf nu ging de berg als Pik Pobedy door het leven, overwinningstop, zo genoemd omwille van de Russische overwinning in de Tweede Wereldoorlog. Ook al werd er officieel nooit getwijfeld aan de eerste beklimming, officieus vonden klimmers het verdacht dat een berg 600 meter hoger bleek dan dat de eerstbeklimmers aangaven dat ze was.

31

Op die hoogte maken 600 extra hoogtemeters een zeer aanzienlijk verschil. Het duurde tot 1956 vooraleer een nieuwe beklimming plaatsvond onder leiding van de bekende Russische bergbeklimmer Vitaly Abalakov. Bij veel alpinisten en ijsklimmers doet de naam ‘Abalakov’ ongetwijfeld een belletje rinkelen. Vitaly Abalakov was naast klimmer ook ingenieur en bedacht onder meer ‘de Abalakov’ om met behulp van ijsvijzen en prusiktouwtjes veilig ijs te kunnen beklimmen en weer af te dalen.

De berg werd voor het eerst beklommen langs de Chinese zijde in 1977 door een Chinees team. Volgens hen waren zij toen de officiële eerstbeklimmers. Deze route zou tot op de dag van vandaag nooit meer herhaald zijn. Toch raar hoe geopolitiek en bergtoppen door de eeuwen heen steeds verweven zijn geraakt.

De beklimming van deze berg is absoluut de moeilijkste van de vijf. De normaalroute is er eentje van het Russische niveau ‘5B’. De meeste klimmers die een poging op deze top ondernemen zijn nog steeds Russische teams. Slechts zeer zelden vinden westerlingen hun weg naar deze top. Het is één van de minst beklommen en meest dodelijke toppen van Azië. Daar bestaan enkele goede redenen voor. Ten eerste is deze berg eigenlijk een massief waar één hoge top uitsteekt.

Lange tijd werd er gedacht dat deze top de hoogste van het Pamir gebergte was, tot tijdens de beklimming van de Pik Kommunizma in 1933 bleek dat deze laatste ruim 300 meter hoger was. Net zoals alle andere toppen van ‘het Russische Sneeuwluipaard’ heeft ook deze berg veel naamsveranderingen ondergaan. Oorspronkelijk heette hij Pik Kaufman, genoemd naar de eerste gouverneur van Turkestan. In 1928 kreeg de berg de naam waarmee ze vandaag nog steeds het bekendste is, zijnde Pik Lenin. In 2006 kreeg ze van de overheid in Tadzjikistan een andere naam en momenteel gaat ze officieel door het leven als ‘Ibn Sina’ (of Avicenna). De eerstbeklimming dateert van 1928 en gebeurde door twee Duitsers (Eugen Allwein en Karl Wien) en een Oostenrijker (Erwin Schneider). Het was op dat moment het hoogste punt ooit bereikt door mensen op deze planeet. Niet lang daarna kreeg de top de naam ‘Pik Lenin’ mee en werd er dus gedacht dat het de hoogste top van de Sovjet-Unie was. Deze top wordt beschouwd als één van de minst technische 7000’ers ter wereld en ziet waarschijnlijk ook het meeste aantal beklimmingen van alle 7000’ers wereldwijd. De normaalroute op de Pik Lenin heeft het Russische niveau 5A meegekregen. Het beste klimseizoen is in juli en augustus, waarbij augustus vaker stabiel weer heeft. Het is absoluut geen technische beklimming, maar er bestaat altijd een zeker lawinegevaar en de berg is berucht voor zijn plots opkomende slechte weer met zeer koude wind.

De normaalroute volgt deze graat voor zo’n 12 kilometer waarvan het merendeel boven de 7.000 meter ligt! Ten tweede ligt deze berg meerdere honderden kilometers noordelijker dan de Himalaya of de Karakorum, wat gezien de hoogte resulteert in zeer koude omstandigheden en ten derde zijn bijna alle routes, maar vooral de normaalroute, onderhevig aan lawinegevaar. Als vierde tenslotte kan er nog aangehaald worden, dat de Russische klimmers, zeker vroeger, maar nu nog steeds een andere veiligheidsstandaard hebben, waardoor ze bereid waren om grotere risico’s te nemen. Bovendien beschik(t)en ze vaak over minder degelijk materiaal dan westerse teams.

Om deze berg te beklimmen vlieg je best op Bishkek, waarna een helikopter je kan overbrengen naar het basiskamp. De beste periode voor een beklimming is van half juni tot half augustus, maar snelle weersveranderingen zijn hier eerder de norm. Dit is echt geen berg die onderschat mag worden. Maar wel een prachtige top om te behalen voor de avontuurlijke klimmer die eens iets anders wil.

Om er te geraken dien je eerst naar een Centraal-Aziatische hoofdstad te vliegen (Bishkek, Tashkent, Dushanbe) van waaruit sowieso reeds alle formaliteiten zouden geregeld kunnen worden. Het gemakkelijkst is om nadien door te reizen naar Osh. Vandaar is het nog zo’n 230 kilometer per jeep naar het basiskamp dat trouwens gelegen is in een mooie groene vallei en zelfs aangenaam warm kan zijn. Daar waar je bij de meeste andere kampen ingevlogen wordt per helikopter (of een zware trekking voor de boeg hebt), geraak je hier dus relatief gemakkelijk met gemotoriseerd verkeer. Dit betekent helaas ook dat de site diefstalgevoeliger is. Als zelfstandige expeditie regel je toch beter iets met lokale organisaties en vraag je hen best of je je tenten bij de hunne mag zetten zodat er iets of wat van bewaking is als je alles dient achter te laten terwijl jij hoger op de berg bent.

Het zwaarste ongeluk uit de klimgeschiedenis was de aardbeving die hier op 13 juli 1990 plaats vond waardoor kamp II hogerop de berg volledig werd weggevaagd. 43 van de 45 aanwezige klimmers overleefden dit niet…

Ibn Sina Peak (beter bekend als ‘Pik Lenin’) –7.134 meter
32

7.100 meter

Deze top is genoemd naar Evgenia Korzhenevskaya, de vrouw van een Russische geograaf Nikolai Korzhenevskiy die deze berg ‘ontdekte’ in 1910. Zeer recent, in 2020, zou deze berg officieel omgedoopt zijn tot Pik Ozodi, maar net zoals bij alle andere bergen in dit artikel zal ze waarschijnlijk nog zeer lang bekend blijven onder de originele naam Korzhenevskaya.

Het is een prachtige berg die na de Pik Lenin beschouwd wordt als de tweede gemakkelijkste van de vijf Sovjet 7000’ers om te beklimmen. Het is dan ook de tweede meest beklommen top uit deze reeks. De eerstbeklimming gebeurde echter pas in 1953 en dus veel later dan de andere toppen van het Russisch Sneeuwluipaard. Het gebeurde door een negenkoppig Sovjetteam uit Leningrad onder leiding van A. Ugarov.

De normaalbeklimming van deze berg begint vanuit hetzelfde basiskamp als deze van de Pik Kommunizma. Ze verloopt langs de zuidelijke rib en heeft het Russische moeilijkheidsniveau 5A meegekregen. Het er geraken is hetzelfde als voor de Pik Kommunizma en is eerder in dit artikel reeds aangehaald. De beste periode voor een beklimming is van half juli tot eind augustus.

De Khan Tengri wordt beschouwd als één van de mooiste bergen ter wereld, met een perfecte pyramidevormige top. Zoals wel vaker in de (klim)wereld bestaat er ook hier helaas wat controverse. De echte rotstop zou tot 6.995 meter reiken, maar door de vergletsjering op de top reikt die wel tot 7.010 meter hoog en zodoende kan de berg dus wel tot ‘de zevenduizenders’ gerekend worden. Het is de hoogste berg van Kazachstan en de derde hoogste van Kirgizië. Daarnaast is het de tweede hoogste van het Tien Shan gebergte.

De naam Khan Tengri is zowat de enige uit ons rijtje die doorheen de geopolitieke geschiedenis nooit veranderd is. Ze betekent iets in de aard van ‘Koning Hemel’ (in het Kazachs) of ‘Koning Lucht’ (in het Mongools). In het Kazachs en het Kirgizisch wordt er soms ook verwezen naar de Bloedberg. In de ondergaande zon kleurt deze berg immers bloedrood.

De eerstbeklimming dateert uit 1931 en gebeurde door een team Oekraïners onder leiding van Mikhail Pogrebetsky, langs wat nu nog steeds de normaalroute is en heeft de Russische gradering 5A meegekregen. Omdat de berg zo noordelijk gelegen is, duurt het klimseizoen slechts kort, zijnde van half juli tot eind augustus.

Dit, gekoppeld aan de mogelijke kou en slechte weersomstandigheden, maken het een ideale berg voor iedereen die wilt weten of een 8.000’er misschien ook tot de opties behoort. Het weerstation hier vlakbij staat ervoor bekend om reeds meermaals de koudste temperatuur op het noordelijk halfrond te hebben opgemeten. Het basiskamp voor de normaalroute wordt gedeeld met de Pik Pobeda. De manier om in dit basiskamp te geraken, is dan ook eerder in dit artikel reeds beschreven.

Het Russische moeilijkheidsniveau is één van de oudste alpiene graderingssystemen ter wereld en waarschijnlijk het enige dat ook rekening houdt met de hoogte van de top. Zoals het Europese moeilijkheidsssysteem bedacht door Welzenbach, vind je ook hier zes moeilijkheidsniveaus terug, waarbij telkens nog een letter A of B aan toegevoegd kan worden om te bepalen of iets eerder makkelijker of moeilijker dan gemiddeld is. Het is moeilijk zwart op wit te vertalen, maar hiernaast wordt toch een poging gedaan. De normaalroutes op deze vijf toppen zijn 5A voor de Pik Kommunizma, Pik Lenin, de Korzhenevskaya en de Khan Tengri en 5B voor de Pik Pobeda.

Khan Tengri –7.010 meter
Pik Korzhenevskaya –
33
RUSSISCH MOEILIJKHEIDSNIVEAU Russisch Alpien UIAA 1B F/PD I/II 2A PD II 2B PD+ II/III 3A AD III 3B AD+/D- III/IV 4A D IV 4B D+/TD- IV/V 5A TD/ED V 5B TD+/ED V/VI 6A ED/ED+ VI 6B ED3 en hoger VII

Als er maar bergen zijn!

Kirgistan ligt in Centraal-Azië en is ingesloten door Kazachstan(N), China(O), Oezbekistan(Z) en Tadzjikistan(W). Het is sinds 1991 de eerste onafhankelijke republiek na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie.

De helft van Kirgizië (zevenmaal België), ligt hoger dan 3000 meter. De besneeuwde bergtoppen van het Tien Shan gebergte (Hemelse Bergen) domineren een groot deel van het land. De hoogste piek is Pik Pobeda (7439m). Overal zijn er prachtige bergmeren, gletsjers, alpiene weiden en klaterende bergbeekjes.

Ooit liep hier de Zijderoute van oost naar west, maar er zijn nog slechts weinig restanten terug te vinden. We gingen voor ‘back to basic’ Onze eerste overnachting lag vast, daarna zouden we alles ter plaatse uitzoeken.

We plukten uit een heleboel taxichauffeurs eentje die voor onze prijs wou rijden. Buiten was het 38°C en in de taxi snikheet, dan maar met open ramen. 21 uur reizen, pompaf. Toch nog de hoofdstad Bisjkek verkennen. We trotseerden de hitte, op zoek naar cultureel erfgoed. Veel bezienswaardigheden heeft de stad niet, maar het is aangenaam wandelen in de vele parken die een heerlijke oase scheppen. In de fonteinen verkoelen zowel jong als oud. In de Osh Bazaar sloegen we nog een voorraad koeken in.

De volgende dag per taxi naar het Archa National Park, zo’n 40 km van Bisjkek. Het was een spannende rit. Hier rijden auto’s zowel met het stuur links als rechts. Vreemd genoeg rijden ze dan ook ofwel links, ofwel rechts. We hielden meermaals onze adem in. Waanzin. De taxi bracht ons naar het Alplager (2150m). Stadsbewoners komen hier de koelte opzoeken. De mooie diepe valleien zijn omringd door 4000 m hoge pieken met gletsjers. De weilanden zijn prachtig gekleurd door de vele bloemen. Het steile pad lag bezaaid met stenen. De vermoeidheid sloeg toe en op 3000m besloten we terug af te dalen.

Van Bisjkek naar Chong-Kemin per propvolle marshrutka (gedeelde taxi). Niemand begreep Engels en elke bestemming was in het Cyrillisch genoteerd. Wij waren de enige buitenlanders. Aan de hand van onze kaart legden we uit dat we wilden uitstappen in Kayingdi. Onderweg kwamen we voorbij de Burana toren, een overblijfsel van een moskee langs de Zijderoute. Na een lange rit deed de chauffeur teken dat we mochten uitstappen. Verbaasd keken we rond, meer dan enkele huisjes waren er niet te zien. We waren al een dorp te ver. Te voet terugkeren was geen optie met onze zware bepakking. Een man te paard vroeg ons iets, maar tja… wat? Uit een zijstraat kwam een camionette aangereden. Met gebaren legden we uit waar we moesten zijn. En het werkte, ze brachten ons zelfs tot bij het guesthouse.

Tekst en foto's Els Meyhui 34

Maar zou er plaats zijn? Lichte paniek. Gelukkig had Janybek nog een grote kamer beschikbaar. Enkele minuten later werden we getrakteerd op thee, koekjes en heerlijke zelfbereide confituurtjes.

We regelden via Janybek een 2-daagse trekking in de vallei inclusief paard en een gids-kok-paardenman. Op onze namiddagwandeling gaven enkele kinderen ons een ruikertje zelfgeplukte bloemen. Van gastvrijheid gesproken!

Per jeep via een geitenpad naar de start van de trekking. Een uurtje verder stonden gids en paard ons op te wachten. We vertrokken op 2065m door een bergdal dat Kirgizstan van Kazachstan scheidt. Rondom ons een explosie van bloemen, bessen en medicinale planten. Onze schoenen droog houden lukte niet: telkens opnieuw moesten we door de Chong waden. IJskoud water. Na verschillende beklimmingen en afdalingen bereikten we ’s avonds het Köl-Kogur Lake. Ondanks het hoogseizoen voor Kirgizstan waren daar maar drie herders en hun kuddes. We sloegen onze tent op bij het meer, genoten van de stilte en het kampvuur en vervloekten de honderden vervelende muggen.

Na het ontbijt trokken we verder. Valleitjes wisselden elkaar af. Hier en daar een boerderijtje. Boven op een pas een herder te paard, zijn kudde graasde een berg verder. Vanaf de Köl-Kogurpas (3342m) was het enkel nog dalen. ‘s Middags werden we uitgenodigd om samen met de voltallige familie te eten. Weer geen Engels. Moeilijk om te communiceren, maar o zo vriendelijk. Het landschap veranderde: er zat meer kleur in de bergen en het gebied werd rotsachtiger. In de verte glinsterde het Issyk-Köl meer. Een Lada jeep pikte ons op om ons de laatste 20 km via een erbarmelijk pad richting meer te brengen. De groene, bebloemde weiden maakten plaats voor dorre woestijngrond en een heel smalle canyon waar het Ladaatje ternauwernood door kon. Enkele keren vreesden we dat we zouden kantelen.

Janybek had voor ons een GH geregeld in Tamchi. het Issyk-Köl meer is 182 km lang, 57 km breed en max. 700 m diep. Op het Titicacameer na, het grootste alpiene meer midden met sneeuw bedekte bergen. Door de warme bronnen in het meer (Yssyk-Köl betekent warm meer) bevriest het nooit. Deze kant van het meer is erg in trek bij de Russen. Er was veel volk op het “strand” en overal stonden armetierige stalletjes waar verkopers eten, drinken of speelgoed aanboden.

35

De volgende dag naar Karakol. De zoon des huizes maakte een bord met de naam Karakol in het Cyrillisch zodat we konden opgepikt worden door voorbijrijdende busjes. Tijdens de lange rit, continu langs het meer, boekte ik ons volgende GH bij Mr. Talaai, een erg vriendelijke Chinees. Zijn huis hing vol met do and don’t-regeltjes. We verkenden Karakol met zijn oude Dungan moskee, de Russischorthodoxe kerk, die volledig is opgetrokken in hout en de vele huisjes die gebouwd zijn in een typisch koloniale stijl.

’s Morgens regelde een vriendelijke dame een shared taxi die ons naar Yeti Öguz wou brengen. De weg was alweer indrukwekkend. Ook Karakol is omringd door statige 4- en 5-duizenders. De naam Yeti Öguz (7 stieren) verwijst naar de zeven kolossale, vuurrode afgeronde bergtoppen aan de rand van het dorp. We werden afgezet aan het sanatorium, een plaats die vereerd werd met het bezoek van Boris Jeltsin in 1991, maar nu helemaal is verkommerd. Enkel wij legden het traject te voet af, de Kirgiezen per taxi. De prachtige gorge deed me denken aan Zion NP in Amerika. Op het einde werd ze breder en maakte ze plaats voor een jailoo (zomerweide). Hier waren verschillende yurtkampen en stonden er veel paarden. Dit was tevens het begin van de Valley of Flowers, alleen waren hier geen bloemen te bespeuren. De lokale jeugd deed er alles aan om ons te overtuigen om verder te stappen te paard. Ze beweerden dat de waterval nog ver weg was (niet dus: max 45 minuten stappen). We waanden ons even in Las Vegas, zo druk en commercieel hadden we het zelfs in de steden niet ervaren. Het laatste stuk naar de waterval was heel glibberig, het uitzicht was fantastisch.

’s Anderendaags vertrokken we met een “lichte” rugzak op 3-daagse. Op de bus naar Altyn Arashan merkte ik dat ik mijn portefeuille niet bij me had! Geen idee of ik ze in het GH had laten liggen of in de taxi.

Jan had net geld genoeg bij om drie dagen rond te komen. We hadden een kletsnatte dag. Doorweekt, blaren op de voeten, een bulderende rivier naast ons en weinig genietend van het uitzicht. In de late namiddag kwamen we aan een jailoo waar verschillende lodges en yurten stonden. Een dame kwam ons tegemoet en vroeg of wij Mister Jan waren. Wat waren we blij dat we ons konden drogen bij de kachel.

Met klamme kleren aan bestegen we onze paarden, voor Jan de eerste keer in zijn leven. Op naar Aksu Köl. Onze gevraagde Engelstalige gids bleek een 10-jarige te zijn die geen woord Engels begreep. Eerst licht golvend door de de jailoo (2300m), daarna klom het ruw en glibberig continu door het bos. Soms moesten we een rivier doorwaden, de ene al heviger dan de andere. Af en toe kwamen we voorbij trekkers die moeizaam de berg op klauterden. Ik voelde me gelukkig op mijn troon. De laatste 200m steile klim, legden we te voet af door sneeuwvelden en op een morene waarbij de stenen onder ons weg schoven. Halverwege lag onverwachts een gele boot. Op de kam (3860m) was het uitzicht fantastisch. We waren omgeven door gletsjers. In de diepte lag het appelblauwzeegroene meer. De terugkeer verliep vlot. Beneden aan de jailoo mochten we eens door galopperen. Zalig! ’s Avonds in de hotspring naast de lodge. Weer zalig.

Daarna keerden we terug naar Karakol, dubbel genietend van de uitzichten die we bij het opkomen hadden moeten missen. En gelukkig lag mijn portefeuille in het GH!

36

Per minibus langs de zuidkant van het Issyk-Köl meer tot Tamga. We bezochten Skazka Valley, ook genoemd de Fairytale Valley, één van de mooiste plekjes van deze reis. Deze kosmische vallei bestaat uit rode zandstenen kliffen die reeds duizenden jaren door wind en regen zijn geërodeerd tot de meest wonderlijke vormen en kleuren, zoals de “grote Chinese muur”. Een magische plaats waar je wil blijven wandelen. (En dit voor de luttele toegangsprijs van 0,70€). Via Balikchi naar Naryn. Weer dikwijls onze adem inhoudend bij zoveel roekeloos rijden. We regelden een GH via het CBT (Community Based Tourism) en een uitstap naar het Chatir-Köl meer tussen de Chinese grens en Tash Rabat.

De volgende dag – met permits – naar Niemandsland, een strook land tussen Kirgizië en China. We reden 150 km langs de Zijderoute naar het zuiden met voor en naast ons imposante bergen. Aan een checkpoint controleerde een militair onze papieren en de auto. Na nog een uurtje rijden zagen we het meer. Net op dat moment viel de wagen stil. De taxichauffeur stelde voor om hier halt te houden en een wandeling tot aan het meer te maken. In ongeveer één uur stappen bereikten we eindelijk de oevers. Na de picknick keerden we terug. We zagen een herder te paard met zijn kudde.

Plots galoppeerde hij roepend naar ons toe. We dachten dat hij boos was; wat hadden we misdaan? Groot was onze verbazing toen hij een hand gaf en ons vragen begon te stellen in gebrekkig Engels. We mochten mee op zijn paard en hij nodigde ons uit naar zijn yurt. We sloegen zijn aanbod vriendelijk af. Intussen was de taxi hersteld. Gelukkig maar, op de teller stond 594.000 km.

Bij Tash Rabat, een oude karavanserai, gelegen in een diepe vallei op een hoogte van 3200m was het heel druk, vooral Kirgizische toeristen. Het bouwwerk is één van de historische overblijfselen van de Zijderoute. Handelaars en reizigers vonden hier in de 15e eeuw een veilige rustplaats. Het gebouw zit gedeeltelijk verwerkt in een heuvel. Nadien beklommen we één van de bergen om te genieten van het panorama. ’s Avonds was er een feest in het yurtenkamp. Feestmuziek en stevig drinken. Jan werd uitgenodigd om kümüz te proeven, de lokale volksdrank op basis van gefermenteerde paardenmelk.

In Karaa-Suu bezochten we de overblijfselen van de Citadel van Koshoy Korgon. Het gebouw dateert van 10de à 12de eeuw. Alleen een deeltje van de omwalling was nog zichtbaar. Ongelofelijk dat je er zomaar mag op wandelen. Bij de Citadel hoorde een nieuw museum. Archeologen hebben pas in 2004 de site uitgekamd. Voorheen hadden ze er de middelen niet voor. Rond de middag waren we terug in Naryn. We besloten voor de volgende twee dagen nog een trip te boeken naar het Song-Köl meer, het tweede grootste meer van Kirgizië, op 3016m.

’s Anderendaags naar Song-Köl, het tweede grootste meer van Kirgizië op 3016m. Het is tevens het uithangbord van het land. Rondom het meer liggen bergen waarop nog een toefje sneeuw te zien is. We verbleven er in een yurt-kamp. De omgeving was één groot Edelweiss-tapijt. Buiten de vele paarden, koeien, schapen en geiten was er geen volk te bespeuren. ’s Avonds werden we vergezeld door een koppel fietsers. Net voor het avondeten kregen we een typische dans voorgeschoteld van onze gastvrouwen. Een prachtige zonsondergang rondde de dag af.

De volgende dag zochten we tevergeefs naar petrogliefen. In de namiddag keerden we terug naar Kochkor, genietend van het gevarieerde landschap. Nadat we een GH geboekt hadden, bereiden we ons laatste avontuur voor, een trip naar Köl Ukuk. Vanaf Bol’shevik op 2070m volgden we een pad langs de rivier. Een Golden Eagle cirkelde een tijd boven onze hoofden. We moesten een ijskoude, brede bergrivier over met alweer natte schoenen als gevolg. Terwijl het pad steeg, werden we omgeven door prachtige bloemen almen, kleine meertjes, en kwamen we aan een morene. Wat verder zagen we het Köl Ukukmeer (3740m), ingesloten door bergen en gletsjers. Helemaal aan de overkant zagen we onze yurt. 45 min later kwam onze gastheer ons tegemoet om ons welkom te heten. We aten samen met de familie. De kinderen probeerden al spelend contact met ons te maken. Bij onze uitstap naar het gletsjermeer Köl-Tör waren we spoedig ons pad kwijt en moesten we al klauterend een weg banen over stenen en rotsblokken. Gelukkig zagen we anderen stappen en konden we hun spoor volgen. Na drie uur bereikten we het lichtgroene meer, omringd door 4000'ders. Terug aangekomen bij onze yurt: vers gevangen forel en een soort frieten. Heerlijk! Daarna afdalen naar de bewoonde wereld.

Kirgizië heeft zoveel te bieden voor de natuurliefhebber. Voorlopig is het nog weinig toeristisch. De schitterende afwisselende landschappen, de rijke fauna en flora, de gastvrijheid maken het land tot een bijzondere reisbestemming waar zoveel te genieten valt.

37

PAKISTAN, LAND VAN SUPERLATIEVEN

Met 207 miljoen inwoners en een oppervlakte die 26 maal die van België dekt, lijkt het me niet evident een realistisch beeld te geven over geheel Pakistan. Onze drie bezoeken aan dit Stan-land waren steeds in het noordelijke deel, Gilgit-Baltistan, het stukje Pakistan waar de Karakoram het verlengde vormt van de Himalaya.

Baltistan… land met de “bijna” langste gletscher ter wereld (Siachen Glaciar, 74km), land van de “bijna” hoogste berg (K2, 8611m), het land van de Karakoram Highway, land van de Ciapattis…

Onze ervaring met dit ongerepte brokje natuur startte in 2013 toen we een Belgische expeditie op poten zetten om zowel Gasherbrum 2 (8035m) als Gasherbrum 1 (8069m) te beklimmen. Een tweede kennismaking was er in winter 2020 voor een autonome trek over de Biafo Glaciar en in 2021 sloegen we nogmaals onze tenten op aan de voet van Broad Peak (8051m). Hieronder het relaas, onze bevindingen en oprechte feedback over een fantastische regio met imagoproblemen.

Het verschil kan niet groter zijn: Islamabad is een gestructureerde stad uit de Engelse koloniale periode in 1958, groeiend en in volle ontwikkeling naar een Westerse grootstad. Het is soms een mix van piepkleine gammele taxiauto’s op grote rechte lanen met vijf rijstroken tussen torenhoge buildings vol met winkels waar je de typisch Pakistaanse kledij (broek is een Shalwars en de kameez een lang shirt of tuniek) kan ruilen voor een Armani pak. In deze grootstad tref je modern geklede vrouwen aan (geen hoofddoek, wel een jeansbroek en mooi opgemaakt gezicht) die verjaardagfeestjes organiseren op the roof-top van een chique restaurant. De buitenwijken bestaan uit villa’s met een strakke betonbouw die niks meer tonen van de lokale cultuur maar in diezelfde straten gaan jonge mannen met lange baarden en traditionele kledij samen naar de moskee. Het contrast kan niet groter zijn.

Wil je meer ontdekken over de historiek, dan zal je buiten de stad moeten rijden om de restanten van o.a. het Rawat en het Rohtas fort te bezichtigen of restanten te bezoeken van andere culturen die het land rijk was, of is, want Pakistan gaat er prat op andere culturen te respecteren. Dit kan je ook terugvinden op hun vlag: het groen en het wit symboliseren de toewijding van Pakistan aan de islam, de islamitische wereld en de rechten van religieuze minderheden. De halve maan symboliseert vooruitgang; de ster staat voor licht en kennis.

Je kan nog heel oude Boeddhistische stupa’s, kloosters en muurschilderingen terugvinden maar Boeddhabeelden werden jammer genoeg vernietigd. De tweelingstad Rawalpindi is gekend voor zijn Boeddhistische cultuur waarbij Taxila valt onder de bescherming van UNESCO Werelderfgoed. Wil je iets dichterbij bezoeken, dan is er nog de Faisal Mosque, het Pakistan Monument of je kan heerlijk wandelen in Margalla Hills.

Verlaat je de stad om vervolgens met een binnenvlucht door te reizen naar het chaotische en stofferige Skardu, hart van Baltistan waaruit alle expedities starten, dan treed je in een andere wereld binnen. Skardu ligt in de Skardu-vallei, waar de rivier de Shigar in de rivier de Indus uitmondt.

Tekst foto's Sofie Lenaerts en Stef
en
Maginelle 38

De stad ligt op een hoogte van bijna 2500 meter en is omgeven door hooggebergte van waaruit de meeste trekkings en expedities vertrekken. Hier kom je amper vrouwen tegen (laat staan modern gekleed), uitgezonderd de enkele toeristen die meestal in de zomerperiode naar hier komen. Er zijn buiten een hotel of twee, geen moderne gebouwen te vinden en de felgekleurde vrachtwagens toeteren luid wanneer een voetganger of geiten de straat oversteken. Je zal ook geen vrouwen aantreffen in de horeca, winkels of openbare diensten. De zeldzame vrouwen die je ziet zijn altijd gesluierd en draaien onmiddellijk het hoofd weg wanneer je hun te lang aankijkt of een fotoapparaat bovenhaalt. Enkel een vluchtige speelse lach kan je vastleggen van meisjes die giechelend het straat over lopen. Het leven verloopt dus schijnbaar heel gescheiden, onderwijs is niet gemengd en de gebedsruimten zijn altijd gescheiden. Het is dus wennen om zoveel mannen te zien in traditionele kledij met Pakolhoed, soms hand in hand rondwandelend, maar overal krijg je wel een vriendelijke glimlach of een uitnodigend gebaar om een babbeltje te slaan. Enkel de “jeugd” trekt een afgebleekte gescheurde jeansbroek aan met sneakers en coole zonnebril.

Maar vergis je niet, Pakistanen zijn een enorm gastvrij volk, je wordt overal mee ten huize gevraagd. Ook in België werden we al viermaal uitgenodigd op de Pakistaanse Ambassade te Brussel en mochten we al evenveel ambassadeurs begroeten. Tijdens zo een uitnodiging wordt er ook steeds eten aangeboden en dat smaakt ons keer op keer. Meestal is het licht tot medio pikant met verschillende keuzes in vlees (geen varkensvlees uiteraard), met lekkere sausjes, heerlijk brood en afkoelende yoghurt.

Niet ver van Skardu liggen de grote gletsjers, trekkings en 8000'ers binnen handbereik… op de kaart althans. Nog een luttele 80 km scheiden dit stadje van het laatste bergdorpje Askole, maar de jeeprit hiernaartoe neemt een volledige dag in beslag. Onverharde wegen, de rivier oversteken, eventuele (aarde)lawines… en ik dacht dat klimmen gevaarlijk was ;-). De authentieke Toyota Jeeps van de jaren 70 doen hier nog dienst als ultieme transportmiddel om het desolate en ruige landschap van de Karakoram te betreden, weliswaar met profielloze banden en boites die versleten zijn. Avontuur verzekerd zonder verzekering.

39

Askole is het laatste dorpje, eerder nederzetting, alvorens de Baltorotrekking aan te vangen richting K2 en haar kleine broertjes en zusjes (Broad Peak, Gasherbrum II en I). Het dorp doet je onmiddellijk denken aan Bokrijk met zijn lemen huisjes uit ver vervlogen tijden, maar dit is heden, vandaag, nu. Mensen wassen op straat in een klein stroompje, leven met een ganse familie onder 1 dak, samen met de dieren die hun warm houden. De inwoners leven van lokale kleinschalige landbouw en, uiteraard, van de expedities. Als man ben je gedoemd drager te worden. Met wat extra geld voor ezels kan je aan de slag als ezeldrijver en heel misschien, als je een woord Engels kan, word je hoofddrager, ‘sirdar’ of HAP (high altitude porter).

Als vrouw zijn de opties minder legio: de was, de plas, de kinderen. Askole heeft 1 school voor 6 dorpen, goed voor een 350-tal kinderen die lessen kunnen volgen tot hun 14 jaar. Er zijn maar 5 leerkrachten waarvan er 2 betaald worden door NGO’s. De schooldirecteur Ali Muhammad, geboren en getogen in Askole, keerde na zijn verdere studies in Skardu terug naar zijn dorp om zijn mededorpgenoten te kunnen voorzien van de nodige infrastructuur en dat doet hij met hart en ziel. De omstandigheden waarin de leerlingen les moeten volgen zijn verre van ideaal; banken en stoelen worden gedeeld, pennen en schriften zijn schaars en het didactisch materiaal is… dun gezaaid. Iedereen draagt een uniform maar wanneer we merken dat dit ook de “winter” kledij is en iedereen plastieken schoenen aka Crocs draagt, maakten we de belofte iets terug te doen voor deze gemeenschap, want tijdens onze winterexpeditie mochten we deze mensen beter leren kennen. In tegenstelling tot Nepalezen die altijd lijken te lachen en je toeroepen met “namaste”, zijn de Paki’s terughoudender tot je binnen hun aura komt…

Ze werken hard voor hun gezin en proberen er alles aan te doen hun kinderen een betere toekomst te geven. De schooldirecteur is daar een goed voorbeeld van. Hij heeft er bewust voor gekozen maar 2 kinderen te hebben en niet 6 tot 10 zoals de armsten in Askole. Zo leven ze samen met broers, zussen, ouders en grootouders in een gebouw met een koertje waar ook de keuken zich bevindt en waar alle kamers op uitgeven. Per gezin heb je één kamer om in te leven, eten, slapen, gasten uitnodigen… Je wordt er stil van maar de warme glimlach van de huisvrouw geeft je niet de tijd om je “schuldig” te voelen. Haar ogen stralen en je voelt het respect tussen man en vrouw. Misschien lijkt hun buitenwereld hard maar binnen zo'n familie voel je heel veel liefde en zorg voor elkaar.

Trek je op pad voor een trekking, dan passeer je de dragers met 20 tot 30 kg op hun rug op plastic schoenen. Naast het materiaal voor de trekking of expeditie, dragen ze ook hun eigen voedsel. Schuifelend over de miljoenen stenen van de Baltoro Morene, over de Gondogoro La tot 5600m met sneeuw en ijs bedekt, waden ze zich met blote voeten door de gevaarlijke en ijskoude bergrivieren kolkend met smeltwater van de gletsjer… Ze verdienen ons diep respect. Als je ‘s avonds in je tent kruipt, dan trekken de Balti’s ‘s nachts onder hun rood plastic zeil die ze opspannen tussen wat stenen. Hieronder koken ze op wat hout een goor, vunzig, verschrikkelijk stinkend kookpotje dat hun hoofdmaaltijd is van de dag. Een avondje doorbrengen met de dragers onder hun zeiltje, met tranen in de ogen van de rook van het vuur, meezingend met onverstaanbare Urduwoorden en hier en daar in gebarentaal wat te weten komen van hun persoonlijk leven, het is de max! Plots lachen ook deze mensen hun kapotte en rotte tanden bloot.

40

De dragers hun inkomen floreert door het toenemende Pakistaans en buitenlands toerisme maar worden veelal vervangen door muilezels omdat deze dieren meer kunnen dragen en minder kosten. Ook de weg naar de Baltoro-gletsjer wordt verlengd (voorbij het dorp Askole), waardoor dragers 2 dagen extra moeten stappen en hier niet voor worden vergoed. Een goed geïnformeerde toerist kan misschien hier een bewuste keuze maken om toe te zien op de eerlijke verloning en werkverdeling zodat iedereen er “plezier” aan kan beleven.

Hoe je het ook bekijkt, de Karakoram ontdekken is een must want het is overweldigend en majestueus! Dit noordwestelijke deel van de Himalaya is ruiger, woester en steiler dan de oostelijke massieven in Nepal. Misschien is het omdat deze regio’s zo slecht bereikbaar zijn, in deze nog weinig gekende uithoek van de wereld, wat ze zo aantrekkelijk maakt. Zes stapdagen ben je verwijderd van de bewoonde wereld wanneer je op 5000 meter hoogte ‘s ochtends uit je tentje stapt en kippenvel krijgt wanneer je 'Mighty K2' in al zijn glorie kan bewonderen… Je moet het beleven om het te geloven. ZABARDAST!

41

Op weg naar K2

Op het moment van dit schrijven overspoelt een tsunami aan klimmers de K2 in Pakistan. Nooit eerder hebben zoveel mensen zich gemeld voor hun afspraak met deze magische berg. Met het nieuws dat dit jaar op één dag 141 klimmers de top hebben bereikt – dat is evenveel als in de eerste 40 klimjaren op de berg samen – heeft de magie voor mij toch een deuk gekregen.

Tekst en foto's Niels Jespers 42

Waarom?

Voor alle 8000'ders verzamelt elk seizoen een diverse gemeenschap van klimmers, duursporters, avonturiers, bucketlisters en kapitaalkrachtige mensen. Met deze bewoordingen zijn hun uiteenlopende beweegredenen ook grotendeels samengevat. Voor mij gaat het om het vervullen van een jongensdroom. Na een eerste ervaring op Nanga Parbat werd me duidelijk dat dit een heel andere wereld is dan in de Alpen en dat dit een bijzondere dynamiek onder de aanwezigen geeft. Een wereld met ieder zijn waarheid over wat zich op de berg heeft afgespeeld, en tegenstrijdige informatie en achterklap. Tijdens de klim weet je niet precies wat er zich boven en onder je afspeelt, terwijl de mensen in het basiskamp meestal meer overzicht hebben. Dit is niet een wereld die me sterk aanspreekt. Maar de hoge bergen - en de K2 in het bijzonder – hebben me wel heel sterk aangetrokken. Na een jaartje op de Boliviaanse Altiplano en de 7000m in Kirgizië bleek de hoogte me wel te liggen. Ik heb me dus laten leiden door de discipline waarin m’n comparatieve voordelen (talenten) konden spreken. Op dat vlak is de K2 de ultieme berg, the savage mountain. Je hebt de grote hoogte, en er zit al eens een klimpasje in. Als kind lees en hoor je de verhalen van zelfbedruipende expedities, die zich met goed teamwerk een weg naar de top banen in voor- en tegenspoed, voor en met elkaar. Dat zijn ondertussen verhalen uit het verleden. Als je die wil beleven moet je op andere bergen zijn. Want ook op K2, als 1 van de laatste onder de 8000'ders, zijn het sinds 10 jaar de commerciële groepen die de plak zwaaien.

Eigen weg

Toen ik begon met klimmen, kon ik me niet inbeelden ooit de K2 te beklimmen. Maar in retrospect waren de 20 jaren ervoor wel een organische weg in die richting. Zoals de zon de planten omhoog stuwt om wat licht te kunnen opvangen, zo was mijn honger naar telkens een stapje buiten m’n comfortzone de drijfveer op deze lange weg. Stapje voor stapje, telkens een beetje hoger, een andere setting, de bijbehorende onzekerheden accepterend. Met elke stap die ik in de bergen heb gezet, is m’n verbeeldingskracht gegroeid.

Om me te kunnen verzoenen met de negatieve aspecten van klimmen op normaalroutes op grote hoogte – grote drukte, milieu-impact, egoïsme – heb ik m’n eigen weg gekozen. De grootste uitdaging is het klimmen met verminderde beschikbaarheid aan zuurstof. Op de top van K2 is die slechts 1/3 van op zeeniveau. Dus wilde ik deze uitdaging aangaan, zonder het gebruik van extra zuurstofflessen. Dat is een principiële keuze, maar ook een belangrijk element bij het stretchen van de comfortzone. Ik wilde namelijk mijn eigen beslissingen nemen. Ik wilde zelfstandig klimmen, zelf een inschatting maken van het terrein en de omstandigheden. Als je zuurstof wil gebruiken ben je veelal aangewezen op de hulp van anderen die de flessen op het juiste moment op de juiste plaats klaarleggen. Daarmee geef je de sleutel van de expeditie uit handen. Hierbij moet gezegd dat de hogere 8000'ders (zoals K2) standaard met zuurstofflessen worden beklommen, terwijl de lagere reuzen (zoals Broad Peak) door de meeste klimmers zonder zuurstof wordt bedwongen. In 2021 stonden 48 mensen op de top van K2, van wie slechts 2 zonder zuurstof en zonder andere ondersteuning boven het basiskamp.

Op woensdag 16 maart 2022 kwam sergeant-majoor Jean-François Spelmans om het leven tijdens een interventie te Brussel.

Jean-François werd geboren op 10 augustus 1972 en trad in 1999 in dienst bij de Brusselse brandweer. Hij was een groot sportman, gepassioneerd door trailrunning en bergbeklimmen, en een eersteklas hulpverlener in hart en nieren.

Moge hij rusten in vrede.

IN MEMORIAM - Jeff Spelmans
43

Haat en liefde

Als je op deze manier klimt, ontstaat er ook een speciale interactie met de commerciële groepen. Bij m’n eerste poging in 2019 was er een – toenmalig – record aantal klimmers aanwezig. Dan is het ellebogenwerk om een plaats te vinden in de eerste kampen op de berg. We boden onze hulp aan om samen de route en de touwen te fixen, maar de supersterke Sherpa’s van de commerciële groepen hebben daar geen boodschap aan. En ondanks de dollars die ik hen gaf als bijdrage voor het gebruik van de touwen, waren ze ons liever kwijt dan rijk. Bij de tweede poging in 2021 hadden mijn klimpartner Jeff en ik statische touwen meegenomen, die we zelf op de berg hebben gehangen zodat we van deze discussies gespaard konden blijven. Het contact met de commerciële groepen was hierdoor beter.

Dankzij de naweeën van de pandemie bleef het aantal klimmers beperkt tot een 80-tal. Even was het nog spannend of er überhaupt wel genoeg klimmers zouden zijn, en in het bijzonder commerciële groepen met of van Nepalezen. Want voor alle duidelijkheid, zonder hun werk hoger op de berg, en het spoor dat zij gelegd hebben, was het ons nooit gelukt deze berg te beklimmen. Op deze low-budget en low-impact wijze een dergelijke berg beklimmen, was een 10-tal jaar geleden nog ondenkbaar. De commerciële groepen zijn dus een vloek en een zegen, maar bij gebrek aan een zelfbedruipend team om deel van uit te maken, dus ook vooral een zegen.

Leren uit fouten

In 2019 heb ik de top niet gehaald. We deden een toppoging maar niemand geraakte door de bottleneck, een steile passage op 8200 meter hoogte. Daarbij had mijn grote teen een vrieswonde opgelopen. M’n Iraanse klimpartner is de week nadien bij een nieuwe poging wel boven geraakt. Ik was heel blij voor hem, maar ook teleurgesteld. Ik kon me hier pas overheen zetten toen ik besliste het jaar nadien een nieuwe poging te ondernemen. Omdat je uit pech niets kan leren, moest ik op zoek naar wat ik fout had gedaan. We klommen slechts enkele uren boven het laatste kamp, het was niet extreem koud, en toch was m’n teen geraakt door de koude. Waarschijnlijk was mijn sok nog nat van de dag ervoor. Ik had m’n binnenschoenen aangehouden en m’n sokken niet laten drogen. Dat moest deze keer beter.

Ook voelde ik me destijds in het hoogste kamp 4 op 7700 meter niet bijster goed: ik had lichte hoofdpijn, en was niet meer in staat helder na te denken. De strategie om tot kamp 3 (7000 meter) te acclimatiseren was niet toereikend. Ik dacht te veel energie en motivatie te verliezen door na kamp 4 alsnog af te dalen, en pas bij de volgende rotatie de toppoging te doen. Het moet gezegd, bij Nanga Parbat was kamp 3 nog voldoende, maar bij deze hogere 8000'ers is dat niet genoeg. Je hebt die piek acclimatisatie nodig. Daarom hadden we beslist dit jaar ook een permit voor Broad Peak te kopen. Zo konden we de 8000 meter halen in veiligere omstandigheden en met goede motivatie om ook die top te beklimmen. Daarna konden we onze aandacht naar K2 te verleggen. Zo bedacht, zo gedaan.

44

Een tweede poging

Na het bereiken van de top van Broad Peak was er gelukkig genoeg goed weer en energie over om na 3 dagen rust, een toppoging op K2 aan te vangen. Het grote nadeel van deze strategie is dat logistiek nog bijna niets is voorbereid op K2. We hadden enkel kamp 1 ingericht bij het fixen van de touwen aan het begin van de expeditie. Een extra tent, slaapzak, donspak, eten voor 7 dagen, matje, touw en een drone kwamen samen op 28 kg uit. M’n Belgische klimmaat Jeff was spijtig genoeg niet meer in vorm, maar met Hugo uit Bolivia en met wie ik enkele dagen eerder op Broad Peak stond, had ik wel een perfecte match. De eerste klimdag voelden we de vermoeidheid nog in de benen, maar op dag 2 waren we top-fit. De strategie had gewerkt! Ik voelde me stukken beter dan bij de eerste poging 2 jaar ervoor. Op Broad Peak hadden we nog energie verloren door ook hoog op de berg touwen te fixen en het spoor aan te leggen. Maar dat konden we ons op K2 niet permitteren. Er waren 2 commerciële groepen met zuurstof op de berg aan wie we dit graag overlieten. Toen de eerste groep de top had bereikt, zijn wij aan onze toppoging begonnen.

Daarna resten slechts 300 hoogtemeters, maar die lijken wel eindeloos. Het constante evenwicht tussen snel genoeg gaan, maar niet té snel om niet flauw te vallen. Regelmatig een energiegelletje zodat je weer even verder kan. Je kan je ademhaling nooit volledig onder controle krijgen, want dan ga je niet meer vooruit. Ook daar moet je een evenwicht vinden tussen wat draaglijk is voor de longen, en toch voldoende voortgang boeken. En de obligate vraag die door je hoofd spookt: “Waar ben ik toch mee bezig?”. Toen was ik voor het eerst echt bang: je bent op het einde van de wereld, je staat er helemaal alleen voor. Zelfs met de beste wil van de wereld kan niemand hier iets voor je doen. Ik dacht even dat het niet zou lukken, maar het volle vertrouwen en de steun van familie en vrienden de weken ervoor, gaven me de extra boost om door te zetten. En oneindigheid kent ook haar einde. De top was in zicht. Hugo stond al boven en moedigde me aan. Termínalo! Maak het af!

Het gevoel

Wat een opluchting, en wat een schoonheid. Een droom verwezenlijkt! De eerste klimmers die dag waren al uren geleden op de top en terug afgedaald. Hugo en ik waren met z’n tweeën op de top om te genieten van onze prestatie en van het uitzicht. Het was 10u ‘s morgens en windstil. We voelden ons op ons gemak. We hadden de tijd om te genieten en we bleven een uurtje boven. Ik voelde de magie.

Het geheim

Na de top daalden we af naar kamp 3, hoger in kamp 4 zouden we geen echte rust vinden. Dankzij de vaste touwen bijna over de volledige route, hadden we de volgende dag een voorspoedige afdaling tot in basiskamp. Enkele dagen later waren we terug in de bewoonde wereld. Voor de terugvlucht moesten we een PCR-test laten afnemen in een labo. Daar heb ik ook m’n hematocriet laten meten. Dat is een maat voor het aantal rode bloedcellen die het bloed bevat, en dus ook voor de zuurtofopnamecapaciteit. Ik denk dat daarin m’n echte talent voor de hoogte naar boven komt. Op een hematocriet van 63, zonder doping, zou menig wielrenner jaloers zijn.

Na enkele uren rust en sneeuwsmelten, moesten we weer op pad. Zodra de sneeuw weer wat harder was geworden, rond 22u ’s avonds, vertrokken we uit kamp 4. Eerst klommen we in een goed spoor een 400-tal hoogtemeters naar de bottleneck. Daar kwam de zuurstoftrein – klimmers met extra zuurstof – ons al voorbijgeraasd. Dan volgende een traversé onder de angstaanjagende sérac. Gelukkig was het nog donker en zagen we er niet de volle omvang van. Het allerzwaarste was het harde ijs van 60° op 8300 meter hoogte. Er waren al klimmers gepasseerd en ik vond kleine gaatjes in het ijs waar ik de punten van m’n stijgijzers in kon zetten. Hier heb ik ook voor het eerst vol in het touw gehangen, en ging ik stikkapot, dus zonder de vaste touwen was het me niet gelukt. Op 4000 meter met alle plezier, maar hier heb ik toch m’n limieten bereikt.

De film

45
Je vindt mijn film over de beklimming van Broad Peak en K2 in juli 2021 op YouTube en via www.nielsjespers.be/blog

24 HOURS

ON EXPEDITION IN KYRGYSTAN

Als afsluiting van het Mount Coach-traject trokken we met Mount Coach 8 op expeditie. Met zijn zevenen: Sam Van Brempt samen met de volledige MC8 lichting: Pieter, Ellen, Brecht, Simon, Tobias en Bavo, trekken we naar de uithoek van Kirgizië tot tegen de Chinese grens. We nemen je mee voor 24u door de ogen van Pieter tijdens de top poging van de Chon-Turasu…

3u. De aanwakkerende wind doet het tentzeil hevig flapperen. Door mijn donzen omhulsel en de lagen fleece heen word ik wakker van het lawaai. Ik maak me nog geen zorgen om de stevigheid van onze tent, maar wat is de kans dat een hevige windstoot een van de ijsbijlen waarmee we de stormkoorden bevestigden losrukt? Terwijl ik mijmer over hoe een tandarts thuis zou reageren op een verhaal over een midnachtelijke ijsbijl die een mondelijke ravage aanricht dommel ik terug in slaap. Gisteren was een zware dag. Vanuit ons basiskamp op 3400 meter, stegen we de Chon-Turasu vallei in. Met zware zakken gepakt met tenten, vuurtjes en proviand werkten we onze weg omhoog door een 500 meter lang ijsveld van 60°-70°. Een korte sneeuwgraat leidde ons vervolgens tot een zadel op 5100 meter, aan de voet van de noordwestgraat van de Chon-Turasu. Hier stelden we onze tenten op. Van hieruit resten ons nog slechts 650 hoogtemeters tot de 5729 meter hoge top.

6u. De wekker gaat. Ik weet wat me te wachten staat, maar stel het uit. Het eerste licht komt afgezwakt door het tentzeil. In alpine termen is dit een royaal late start. Bijna ‘grasse matinée’ zelfs. Ik twijfel om op te staan. De wind die gisterenavond al fel was, is in kracht toegenomen doorheen de nacht. Niet echt ideaal om op een geëxposeerde graat te gaan vertoeven. Ik rits het tentzeil een stukje open en steek mijn hoofd naar buiten. “Mannen! Wat denken jullie?” De een slaapt nog, de ander zit gehurkt achter de tent. De derde deelt mijn twijfels. We besluiten ten slotte dat het geen doen is in deze wind om te gaan klimmen. We wachten af of de zonsopgang de hemelgemoederen kan bedaren.

8u. De wind zwakt af. Nog niet wat we ‘grand beau’ zouden noemen, maar wel doenbaar. We hebben een dag marge, maar we besluiten dat het verstandig lijkt om minstens de moeilijke passage tot op de eigenlijke graat al eens te verkennen. Terwijl we ons klaarmaken wordt er weinig gesproken. We zijn geconcentreerd, maar de wind en de kou maken het communiceren ook gewoon lastig.

46

10u. Ik ben blij twee cams in een barst tegen te komen wanneer ik het hoekje om klim. Een relais op betrouwbare tussenzekeringen is welkom na het mixed terrein met spaarzame plaatsingen van zonet. De cruxpassage van de beklimming lijkt nu voorbij te zijn. Een viertal touwlengtes brachten ons tot op de graat. Een sneeuwlaag van zo’n dertig centimeter hield het terrein in de wand verborgen. Iedere stijgijzerplaatsing of bijlslag diende als tactiele peiling naar wat er onder de witte pel verborgen lag. Soms trapten we op goed ijs. Af en toe ging een bijldoorn prettig diep de bevroren massa in.

Maar even vaak botste deze terug en gingen we krabbend op zoek naar een putje of barst waar we greep in hadden. Het klimmen was niet zozeer fysiek of technisch erg moeilijk, maar vergde wel totale aandacht. Gelukkig voelden we ons mentaal sterk. Door onze late start was iedereen goed uitgerust. Ik zie opluchting op Sam’s gezicht. We zijn akkoord dat we nu moeten doorzetten naar de top.

We hebben geen zin dit deel af te dalen, laat staan het morgen nog eens opnieuw te doen. We hopen dat het weer goed genoeg zal blijven.

11u. Voor de graat ons loslaat en baan ruimt voor een steil sneeuwveld van zo’n 200 meter worden we nog op de proef gesteld. Een kleine rotstoren bewaakt de doorgang. Ik zie een mogelijkheid eronderdoor, maar die leidt over een grindpad dat iemand 80° gekanteld heeft, boven een leegte die ik liever niet zou induiken. Sam maakt snel korte metten met de lastige passage. Het voordeel van brokkelig gesteente is dat voetsteunen makkelijk gefabriceerd kunnen worden. Telt dit nog als vrij klimmen? We bekommeren ons niet om de klimethische krijtlijnen.

Links van ons komt nu zo’n tien kilometer verder en tweeduizend meter lager ons basiskamp in zicht. Ik moet grinniken als ik er aan denk hoeveel moeite het ons heeft gekost om het daar te krijgen. De tien kilometerlange vallei waar we een kleine week ladingen omhoog droegen lijkt plots heel klein. Ook ons hoog kamp op het zadel zien we vanaf hier staan. Onze tenten en bivakmateriaal lieten we daar achter om sneller en lichter te zijn. Later zullen we op deze plek de noordwand in duiken om langs een ijsgeul af te dalen. Zo hoeven we de ietwat delicate graat die we zonet achter ons lieten niet af te klimmen, maar zullen we kunnen vertrouwen op onze touwen en rappeltoestellen om ons veilig beneden te krijgen.

47

12u. De sneeuw ligt in een dik pak tegen de wand. De wind waarvan we hoopten dat die in de loop van de dag zou afnemen blaast hier onvermoeibaar op ons in. Nieuwe opgewaaide sneeuw waait rond onze oren. We zien duidelijk het begin van de topgraat boven ons. De moeilijkste passages zijn achter ons, maar onze voortgang is moeizaam. Sam en ik klimmen voorop, hij op kop. Ik zie hem zwoegen om het spoor te trekken, waarbij hij dikwijls half in de sneeuw verdwijnt. Met zijn ijsbijl graaft hij de sneeuw weg om stevig ijs te vinden om een ijsschroef te plaatsen. Dikwijls zie ik hem tot zijn schouder in zo’n gat verdwijnen voor hij voldoende goed ijs vindt.

16u. Ook dit steile sneeuwveld laat ons niet zomaar uit z’n greep. Een kort verticaal stuk ijs is zo dik bepakt in sneeuw dat we er maar overheen geraken door als het ware een schoorsteen door de sneeuw te graven. Wanneer dit achter de rug is hebben we het gevoel een smaakje te hebben gekregen van de beroemde tunnels op de sneeuwtop van Cerro Torre in Patagonië. We bevinden ons nu op slechts 50 meter van de topgraat, die daarna over 150 hoogtemeters tot de top leidt. Niks lijkt ons nog te kunnen tegenhouden. Maar de voorspelde lichte neerslag in de namiddag die we hoopten voor te blijven daalt nu op ons neer. Of beter: blaast ons hevig rond de oren. Onze zichtbaarheid is fel verminderd en de temperatuur zakt. Ik zeg tegen Simon, die op de relais aankomt: “we moeten niet meer bang zijn dat er slecht weer aankomt. Erger dan dit kan het niet meer worden”. We overleggen wat te doen. De weersomstandigheden neigen naar het soort ‘beter omkeren voor er accidenten gebeuren’. Maar we hebben perfect zicht gekregen op ons traject tot de top. Zelfs in deze omstandigheden kunnen de laatste meters geen enkel probleem meer zijn. De zichtbaarheid is niet top, maar niet problematisch. Wind was er al de hele dag en die neemt niet toe. We raken akkoord dat het de moeite is om nog tot de top door te zetten.

Het is immers onze laatste beklimming en na twee pogingen op ons groot doel, de Pik Dankova (5982m), waarbij we ei zo na op de top stonden willen we deze top echt graag in de wacht slepen. We bereiden ons mentaal voor op een lange afdaling en mogelijks wat kou, maar zijn overtuigd van onze beslissing.

16u30. Als om onze keuze te bevestigen klaart de hemel plotsklaps open. We hebben een ongelooflijk zicht tot helemaal in het westen van de Kokshaal-Too keten. De Kyzyl-Asker is zichtbaar vele kilometers verder. Zuidelijker zien we nog wel wat wolken. Noordwestelijk, waar de wind vandaan komt, is de hemel open zonder een vuiltje aan de hemel. Onze eerdere bekommernissen om het weer verdwijnen als sneeuw voor de zon.

18u30. Elke goede ervaring in de bergen is er een met een valse top. Ook in Kirgizië. Gelukkig is het nauwelijks verder tot de echte top. We vieren kort onze beklimming met gedroogd fruit en noten die we in Bishkek op de kleurrijke Osh Bazaar markt kochten. Het uitzicht is ongelooflijk. We zien ons basiskamp in het noorden. Pik Dankova in het zuiden, met daarachter China. De Chinese bergen sluieren zich in wolken, de Gobiwoestijn blijft voor ons verborgen. In het zuidoosten zien we de Pik Alpinist, waar onze vrienden Tobias en Bavo een poging op wagen. Een fantastisch puntige berg die uitsteekt in het landschap omwille van zijn esthetische kwaliteiten, maar zich verre van gemakkelijk laat temmen. Iedere flank is steil.

48

1 9u. We talmen niet te lang. Het is te koud en we zijn veel later dan verwacht om hier lang rond te hangen. We dalen vlot de topgraat af. Dankzij Sams eerdere graafwerk weten we waar de goeie stukken ijs zitten om rappelstanden in te installeren. We hebben een vijftal rappels te doen tot we de ijsgeul in de noordwand in kunnen duiken. Daar zullen we beschut zijn voor de wind. Ik rappel als laatste. Terwijl ik mijn vrienden zie afdalen geniet ik van een momentje alleen aan de relais. De zon begint onder te gaan en werpt prachtige kleuren over het landschap. Een gevoel van tevredenheid en voldaanheid overheerst me. Na vier weken expeditie in de totale wildernis kijk ik ernaar uit binnenkort naar huis te kunnen gaan. Maar de afdaling is nog lang…

20u. Eindelijk dalen we de noordwand in, over de rand van de graat en uit de wind. Een heerlijke stilte overvalt ons. Het is nog steeds koud, maar het snijdende kantje valt nu weg. Sam rappelt op kop om met behulp van een lange ijsschroef de Abalakov’s te maken: twee schuin ingeboorde gaten sluiten achter in het ijs op mekaar aan. Hier friemelen we onze touwen door, waardoor we zuiver op de stevigheid van het ijs kunnen afdalen.

22u. De ijscouloir is lang. In het pikkedonker zien we enkel de lichtjes van onze hoofdlampen. Bij iedere rappel zie ik nooit verder dan een hoofdlamp 60 meter onder mij. Ik heb geen idee hoe ver het nog is tot we op begane grond staan. Ver weg zie ik één enkel lichtje in een zee van duisternis. Hoe uitzonderlijk is het om op 5000 meter, in het pikkedonker maar één enkel lichtje te zien? Dit toont hoe ver van de beschaving we ons bevinden.

2u. We trekken onze touwen een laatste maal naar beneden. Een goeie vijftien rappels hadden we nodig om het ijscouloir af te dalen. Maar we zijn nog niet aan onze tenten. We moeten een driehonderdtal meters opnieuw omhoog klimmen in een sneeuwramp. We zijn echter blij terug in beweging te kunnen schieten om de kou uit ons lijf te krijgen.

3u. Eindelijk komen we terug op het zadel aan en kunnen we onze tent in kruipen. Moe en voldaan zijn we blij via de satelliettelefoon te vernemen dat Tobias en Bavo veilig hun beklimming succesvol hebben kunnen afronden. Proficiat! Morgen plannen we opnieuw ‘grasse matinée’, om dan af te dalen tot 4400 meter. Daar zullen we opnieuw bivakkeren. Dan dalen we af tot 3000 meter, langs ons inmiddels opgeruimde basiskamp, tot de rendez-vous plek waar onze chauffeurs ons met jeeps zullen opwachten. Zij zullen ons in twee dagen naar Bishkek brengen. Ik val meteen in slaap en droom over de cheesecake die ze in de koffiebar naast ons hostel serveren.

49

Petzl RocTrip

In het verborgen Griekse klimparadijs Manikia vond van 12 tot en met 14 mei de Petzl RocTrip plaats. Tijdens het driedaagse evenement dat in 2014 voor het laatst plaatsvond, kwamen bezoekers en Petzl-atleten bijeen om te klimmen en workshops te volgen. Daarbij was er veel aandacht voor het Manikia Project, de organisatie die zorgt voor de (her)behaking en het onderhoud van het klimgebied.

Klimfestival

Zet een grote groep klimmers van overal uit Europa bij elkaar in één klimgebied, en er ontstaat een sfeer die wat wegheeft van een festival – eentje met bovengemiddeld fitte bezoekers. Om de impact van het evenement op het milieu te beperken, heeft Petzl de RocTrip alleen binnen Europa gepromoot. Toch waren er bezoekers van over de hele wereld aanwezig, van Nieuw-Zeeland tot Libanon, en uiteraard waren ook België en Nederland vertegenwoordigd. Ook waren er zo’n twintig Petzl-atleten, onder wie grote namen als Sasha Digiulian en Chris Sharma. Ook onze Belgische Petzl-toppers Anak Verhoeven, Sean Villanueva O’Driscoll en Nico Favresse waren van de partij.

Het terrein waar het evenement plaatsvond is een uitgestrekt veld in het midden van de vallei. Zoals het een 'festival' betaamt, waren meerdere zitplaatsen ingericht, of om samen te komen en te eten. De kenmerkende zilveren Petzl-bus stond te glimmen in het midden van het basecamp, met daarin de filmcrew die dag en nacht aan het werk was om dagelijks een televisieprogramma te monteren (check ze op het YouTube kanaal van Petzl Sport). Er was ook een podium waarop ’s avonds de films van de atleten werden getoond en een band livemuziek speelde. Een van de genodigde Petzl-atleten was de Belgische Anak Verhoeven. Zij verzorgde twee dagen lang de clinic singlepitchklimmen voor gevorderden en experts. “Hoewel de dagen lang en in de volle zon waren, heb ik ontzettend genoten van het geven van de clinics! Ik vond het erg leuk om mijn ervaringen te kunnen delen.” Voorafgaand aan de trip zelf, was Anak al een paar dagen gaan klimmen voor het Creative Onsight-programma, waarvoor ze samen met een aantal andere Petzl-atleten en twee videografen een korte klimfilm moest produceren. “Het was heel fijn om in zo’n ontspannen sfeer creatief bezig te zijn. Tussen het werken door heb ik ook zeker kunnen genieten van de natuur en het landschap. Naast de omgeving en de klimstijl, spreekt ook de authentieke cultuur van Manikia me erg aan. Doordat het klimgebied nog niet zo bekend is, is het niet toeristisch of fake – de bewoners waren erg oprecht.”

© Lafouche © J. Novak
50 Tekst Eva van Wijck / foto's ©Petzl

Workshops

Uiteraard kon gedurende het hele evenement geklommen worden. Daarnaast waren er tal van andere mogelijkheden om de omgeving te leren kennen, klim-gerelateerde activiteiten te ondernemen en medeklimmers te ontmoeten. De Petzl-atleten waren namelijk niet alleen aanwezig om zelf te klimmen, maar gaven ook workshops aan de bezoekers van de RocTrip.

Om te voorkomen dat de klimmers zich enkel voor een workshop inschreven bij hun favoriete atleet, is van tevoren niet bekend gemaakt wie welke workshop begeleidt. Het was dus een beetje spannend en een verrassing wie de klimmers alles zou leren over het behaken van routes (Edu Marin, Charlotte Durif en Dani Andrada) of een introductie zou geven in het multipitchklimmen (Nico Favresse, Sasha Digiulian, Cédric Lachat, Conrad Anker, Said Belhaj, Charlotte Durif, Sean Villaneuva, Iker en Eneko Pou).

Zowel voor onervaren buitenklimmers als voor doorgewinterde bergbezoekers waren er workshops op niveau. Een van de workshops die plaatsvond, was de beginnerscursus singlepitchen, gegeven door de Duitse atlete Martina Demmel. Samen met lokale berggids Nikos bracht zij de deelnemers alle ins en outs bij voor de beginnende rotsklimmer.

Na een korte informatiesessie over de theorie en benodigde materialen om te singlepitchen, trokken de klimmers naar de rotswand om daar hun vers opgedane kennis in de praktijk te brengen. De combinatie van atlete Martina, die klim-gerelateerde tips gaf, en Nikos, die ervoor zorgde dat alles volgens het boekje verliep, bleek zeer geschikt om alle klimmers een leerzame dag te bezorgen in een ontspannen sfeer.

Wie iets anders wilde dan klimmen, kon terecht in de sportieve workshops, zoals een overnachting in een portalegde of een introductie in canyoning. In deze laatstgenoemde workshop leerden een Griekse en een Franse gids de deelnemers alles over abseils, slides en ziplines. Met de zon op de canyon en een stevig wetsuit aan, was het water heerlijk verfrissend. De cursus bood een ideale afwisseling tussen ontspannen dobbermomenten en uitdagende adrenalinepieken. Voor de geïnteresseerden: afhankelijk van de waterstand is het rondom Manikia van maart tot september mogelijk om te canyonen. Echt een aanrader!

Een spetterend eindfeest

Na een lange dag klimmen en workshops bezoeken waren we toe aan wat ontspanning en dat kon met livemuziek en klimfilms. De Petzl-atleten werden verdeeld over vier teams en vergezeld van een camera- en montageploeg namen ze een korte film op voor het Creative Onsight-programma. De onderwerpen van de films waren vrij voor eigen interpretatie en de teams wisten hun creativiteit op verrassende wijze tot uiting te brengen. Zo kwam de beroemde alpinist Conrad Anker als Griekse god voorbij, zittend op een rots aan zee en voorzien van een toga en bloemenkrans. Het muzikale klimduo Nicolas Favresse en Sean Villaneuva, dat samen met Cedric Lachat en Charlotte Durif in een team zat, produceerde een komische klimfilm waarin uiteraard hun muziek ook aan bod kwam. Na afloop van de filmscreening gaven Nico en Sean nog een kort optreden onder luid enthousiasme van het publiek. Het evenement sloot op dag drie af met een spetterend feest, waarbij een traditionele Griekse band optrad en verschillende Petzl-atleten achter de draaitafel stonden.

© J. Novak / © J. Novak © M. Daviet / © Vuedici
51

MAIZERET Onbekend is onbeklommen

Wie ooit een klimopleiding volgde heeft ongetwijfeld al kennisgemaakt met de rotsmassieven in Dave, Durnal, Yvoir of Mozet. Ook na afloop van de opleiding grijp je gauw terug naar dat bekende terrein. Maar wist je dat Wallonië nog talrijke andere, klimgebieden herbergt? In deze rubriek “Onbekend is onbeklommen” stellen we ditmaal een nieuw rotsmassief aan je voor.

Dat de rotswerkers van het Belgian Rebolting Team van aanpakken weten, bleek al uit vorige uitgaves van ons tijdschrift. Hier hun laatste realisatie, het massief van Maizeret. Deze keer dus geen klein, onbekend of vergeten gebied, maar de nieuwste aanwinst van KBF.

Specifieke kenmerken

Ook dit is een voormalige (kalk)steengroeve. Maar wat voor één! Bijna 150m breed, de hoogste rotstoppen torenen bijna 70 m boven de grasvlakte. Logisch dat het verdeeld werd in verschillende sectoren. Enkelen daarvan worden later geopend, eind ’23.

Vanwege de noord geörienteerde rotsen is Maizeret geen wintermassief. Tijdens de hoogzomer krijgen de meeste wanden enkele uren zon per dag. Met ons steeds warmer wordende klimaat is dat geen nadeel…

Tekst Koen Hauchecorne en Stef Laevaert / foto's Stef Laevaert & DRT
52

Aanbod

Wellicht heeft het ook te maken met de manier waarop de steengroeve vroeger uitgebaat werd, en allicht ook met de noordgerichtheid: op enkele sectoren na vertoont het gesteente hier niet dezelfde oppervlaktestructuur zoals bv. op het niet zo verafgelegen massief van Mozet. Barsten, à plats en verre bewegingen vind je hier in overvloed. Uiteraard zijn alle routes KVB 3-conform ingericht. Behalve ‘Koper Smokkeleiren’, een 6a+ trad-route die in 2013 werd geopend door Jean-Claude Vittoz: 3 vaste tussenzekeringen slechts voor 25m, maar goede mogelijkheden om mobiele zekeringsmiddelen te plaatsen.

Team Vlaams Brabant toog er als eerste aan het werk, maar al snel bleken meerdere handen noodzakelijk.

BRT-Future, die daar na een collectieve werkdag de smaak te pakken kreeg vervoegde de rangen. Enkele leden van de Utrechtse Studenten Alpenclub vonden het welletjes om enkel te komen klimmen op onze rotsen, en wilden mee aan de slag. Tom De Vocht en Stef Laevaert werkten voor hen een trajectbegeleiding uit en konden hen doelgericht integreren. De Dutch Rebolting Teams werden geboren. Ook de bijkomende hulp van BRT-BPA was meer dan welkom. Mede met dank aan BRT-Hungaria werd de eerste 7de graads route gezet.

Ongeveer 35% van de (momenteel) ongeveer 55 routes zijn moeilijkheidsgraad 5, zo’n 45% zesdegraad (soms zelfs wat meer), de anderen zijn toegankelijker.

In de nabije toekomst wordt hier ook een korte via ferrata ingericht. Een aanbod op zich voor de liefhebbers, alsook een toegangsweg naar een hoger gelegen klimsector.

KBF voorziet de uitgave van een hardware topo tegen eind 2023. Op onze website kan je nu al een voorlopige versie downloaden, welke ook beschikbaar is op 27crags.

De site is dermate groot dat zelfs na meer dan 6 jaar hard werken nog niet alle sectoren beklimbaar zijn. Hier wordt uiteraard stevig verder aan doorgewerkt.

Hoe geraak je er?

Het massief van Maizeret ligt aan de linkeroever van de Maas, grondgebied Andenne. Parkeren aan rechterkant van de baan (richting Namen). Scan de onderstaande QR-code, of raadpleeg onze website voor meer info.

53

DUURZAME MATERIALEN GIDS

Deel 3/3 - hennep, wol en dons

Voordien namen we in deze reeks over duurzame materialen reeds leer en veganistisch leer onder de loep en keken we naar het verschil tussen organisch katoen, gewoon katoen en polykatoen (Monte 2022/2). Nadien bespraken we de voor- en nadelen van al dan niet gerecycleerd polyamide (nylon) en polyester en gingen we dieper in op de zogenaamde biosynthetische stoffen en de moeilijk vertaalbare ‘cellulosics’ (Monte 2022/3). In dit derde en laatste deel tenslotte nemen we een kijkje naar de drie overgebleven natuurlijke bestanddelen, zijnde hennep, wol en dons.

HENNEP

Wat is hennep precies en waar komt het vandaan?

Misschien belangrijk om eerst uit te maken wat hennep niet is: hoewel ze beiden een soort cannabis zijn, is hennep géén marihuana. Technisch gezien zijn hennep en marihuana geen verschillende soorten, het zijn beide types cannabis uit de ‘Cannabaceae’ familie. Het verschil zit hem in het gehalte aan THC dat beide planten bevatten. THC is een psychoactieve drug die een vorm van intoxicatie kan veroorzaken. THC is wél terug te vinden in Marihuana, maar niet als dusdanig in Hennep.

De hennepplant komt oorspronkelijk uit Azië en het MiddenOosten, waar ze reeds lang bekend stond voor haar sterkte, haar veelzijdigheid in gebruik en snelle groei. De vezels gewonnen uit deze plant kunnen na verzamelen en behandelen zowel een zacht en lichtgewicht eindproduct opleveren, als een stevige en duurzame variant. Dit kan zowel in schoeisel als kledij gebruikt worden.

Wat zijn de duurzaamheidsvoordelen van hennep?

Voor velen is hennep een soort onkruid. Het groeit immers gemakkelijk en snel en kan zelfs tot acht meter hoog worden. Haar grote voordeel is haar natuurlijke resistentie tegen fungi, ziektes en andere pesten. Hierdoor behoeft het succesvol kweken van deze plant nauwelijks herbiciden of pesticiden. Iets wat niet van elke natuurlijke vezel (zoals bijvoorbeeld katoen) gezegd kan worden.

Bovendien is er zeer weinig water nodig om hennep te kweken. Tot twee derde minder dan bij katoen zelfs!

Ten derde heeft deze plant nauwelijks extra meststoffen nodig. Tenslotte neemt hennep, net zoals alle andere planten, koolstof op uit de omgeving tijdens de groei. Dit alles, samen met de duurzaamheid en lange levensduur van producten vervaardigd uit hennep, kan resulteren in een significant lagere klimaatimpact.

Klinkt schitterend! Waarom maken we niet alles uit hennep?

Om te beginnen is één van henneps grote sterktes ineens ook haar grootste probleempunt. De vezels zijn zo sterk en stevig dat ze moeilijk te verwerken zijn. Dit is vooral zo voor productieprocessen waarbij men nood heeft aan lange vezels. Heel vaak leidt dit tot manuele arbeid en alsnog een intensief gebruik van water. Hier bestaan ondertussen wel iets innovatievere en efficiënte methodes voor.

De grootste beperking bij hennep blijft echter de beperkte schaal waarop het geproduceerd wordt.

En dát is hoofdzakelijk te wijten aan datgene waar we dit artikel mee begonnen zijn: de grote gelijkenis met marihuana. Deze laatste soort cannabis is in de meeste landen illegaal om te kweken. Ondertussen is het kweken van hennep op vele plaatsen reeds gelegaliseerd, maar het blijft moeilijk. Gelukkig is er wereldwijd een stijgende vraag naar producten vervaardigd uit hennepvezels, en zoals dat gaat in onze kapitalistische wereld, zal het aanbod de vraag volgen.

Voorlopig echter wordt hennep vooralsnog gekweekt op kleinschalige boerderijen. Dit maakt het ook iets moeilijker en in verhouding veel duurder voor de betreffende boeren om te bewijzen dat hun producten recht hebben op bepaalde organische of fairtradelabels. Desalniettemin ziet de toekomst er voor hennep eerder rooskleurig uit!

Tekst Arne Monstrey (vertaling Suston Magazine) / foto's ©SUSTON - Illustrator Kiki Fjell 54

Wat is wol en waar komt het vandaan?

Wol is een textielvezel dat typisch gemaakt is uit de vacht van een dier. Het meest gekende soort wol is datgene dat afkomstig is van een schaap. Tegenwoordig wordt schapenwol zelfs gewoon wol genoemd, zo alomtegenwoordig is het. Maar er bestaat net zo goed wol afkomstig van geiten (kajsmier en mohair bijvoorbeeld), alsook van alpaca’s, lama’s, yaks, buffels en zelfs runderen. Na het scheren van de vacht, ondergaat deze wol een reinigingsproces, waarna het gesponnen wordt tot garen. Nadien kan het nog op allerlei manieren nabehandeld en gekleurd worden, afhankelijk van het gewenste eindproduct. Het grootste deel van onze wol komt uit Australië, China, de VS en Nieuw-Zeeland.

Wat zijn de duurzaamheidsvoordelen van wol?

Wol is een natuurlijke vezel met eigenschappen die de meeste technische vezels nog steeds niet kunnen evenaren. Textiel dat geweven is uit wol blijft bijvoorbeeld elastisch. Bovendien beschikt het over fenomenale thermische eigenschappen en kan het je zowel koel als warm houden. Zelfs nat blijft het zijn thermische capaciteiten veel langer behouden dan katoen of gelijkaardige synthetische varianten. Het is zeer sterk en duurzaam en is van nature antibacterieel. Het zal dus niet zo vlug gaan stinken en heeft daardoor minder wasbeurten nodig. Samen met een goed onderhoud, kan het, afhankelijk van de dikte van het product, een zeer lange levensduur hebben. Geen wonder dat de onderste kledinglaag van vele buitensporters uit wol bestaat.

Daarenboven is wol een vezel die snel hernieuwbaar hernieuwbaar is bovendien (na het scheren groeit het dier immers opnieuw een dikkere vacht).

Tenslotte is het recycleerbaar én wordt dit nu reeds op grote schaal gedaan.

Niet alleen is het recycleerbaar, maar afhankelijk van de eindafwerking, is het bovendien ook nog eens biodegradeerbaar!

Het draagt dus absoluut niet bij aan een langdurige pollutie door microvezels.

Wat is dan de impact van wol op de omgeving en dierenwelzijn?

Het belangrijkste negatieve aspect dat hierbij vermeld kan worden is dat sommige boeren aan ‘mulesing’ doen. Dit is een (voor het schaap) zeer pijnlijke praktijk waarbij stukken huid/vlees uit het achterste van een levend schaap worden gesneden om te voorkomen dat er een bepaalde parasitaire infectie (myasis) zou kunnen ontstaan.

Dit wordt gedaan op de billen. Op de plaats waar littekenweefsel ontstaat, groeit immers geen nieuwe wol meer. Want het is net op die plaats waar urine en uitwerpselen in de vacht kunnen blijven hangen waardoor vliegen worden aangetrokken die myasis kunnen veroorzaken. Vooral in Australië vormt dit een groot en veelvoorkomend probleem.

Ook al zijn onze schapen door de eeuwen heen zodanig ‘gekweekt’ dat ze geschoren moéten worden, toch kan dit voor de dieren in kwestie best een stresserende gebeurtenis zijn. Als dit niet goed gebeurt kunnen er bovendien kleine (tijdelijke) wondjes ontstaan. Daartegenover staat dan weer wel dat de meeste van deze schapen hun hele leven lang buiten in de natuur kunnen rondlopen.

Maar daar schuilen dan ook ineens enkele addertjes onder het gras… De belangrijkste is de bijdrage aan klimaatopwarming door broeikasgassen. Schapen stoten immers methaan uit (CH4), een broeikasgas dat tot 28 keer meer bijdraagt aan global warming dan CO2.

Het landgebruik per kilogram wol is, vergeleken met andere vezels, redelijk groot. Als bovendien bomen gekapt moeten worden om plaats te maken voor schapenvelden, veroorzaakt dit een extra bijdrage aan de klimaatopwarming, bevordert het de verzilting van de bodem en zorgt het voor een kleinere biodiversiteit.

Kan deze negatieve impact verminderd worden?

Enkele recente studies hebben aangetoond dat er nog veel te winnen valt op vlak van landgebruik en klimaatimpact. Het efficiënt managen van graslanden aan de hand van ‘regeneratieve methodes’ en drainagemethodes, kan zelfs leiden tot een netto negatieve koolstof output, omdat er koolstof kan vastgehouden worden in planten. In vergelijking met andere vezels is het bij wol zeer belangrijk dat er externe audits en inspecties gebeuren, vooral in verband met het dierenwelzijn.

Bestaan hier certificaten of labels voor?

Het meest toonaangevende label dat er momenteel op de markt is, is het RWS label (Responsible Wool Standard). Het is een wereldwijde standaard die boeren, producenten… vrijwillig kunnen aangaan en handelt hoofdzakelijk over dierenwelzijn en een correct landgebruik.

Mulesing is sowieso verboden en verder wordt er op een heel holistische manier naar dierenwelzijn gekeken. Op vlak van landgebruik wordt er veel aandacht gegeven aan bodemgezondheid, biodiversiteit en van nature voorkomende plantengroei (geen exoten).

Verder zijn er serieuze restricties op vlak van pesticiden en meststoffen (de gronden worden immers afwisselend gebruikt om schapen op te houden en gewassen te kweken). Bovendien moet alle wol van dier tot kledingstuk traceerbaar zijn. Merken die aan de RWS voldoen, doen dus uitermate hun best en verdienen het om gekozen te worden.

55 WOL

SALATHE LITE

Experience your Vertical Freedom with the SALATHE LITE - our tried-and-tested ultralight climbing helmet with a robust shell made from innovative Curv® material. Despite the lightweight design, the SALATHE LITE meets all comfort and safety requirements and reliably protects the head against bumps and falling rocks.

www.edelrid.de

The ultimate lightweight helmet!

DONS

Wat is dons en waar komt het vandaan?

Dons dat is/zijn de allerkleinste veertjes die te vinden zijn onder de dikkere veren bij watervogels, voornamelijk eenden en ganzen. Deze zorgen voor een optimale isolatie, zowel bij deze dieren als nadien in kledij en materiaal voor de mens. Het wordt hoofdzakelijk gewonnen als een bijproduct uit de vleesverwerkende industrie (of dat zou toch de bedoeling moeten zijn). China staat in voor zo’n 75% van de wereldwijde donsproductie.

Wat zijn de duurzaamheidsvoordelen van dons?

Dons is alomtegenwoordig in de outdoorindustrie en daar zijn goede redenen voor. De hoge isolerende kracht in verhouding tot het lichte gewicht en het compacte pakvolume zijn tot op de dag van vandaag nog steeds ongeëvenaard. Het is bovendien 100% natuurlijk ‘hernieuwbaar’, recycleerbaar en volledig biodegradeerbaar. Bovendien, als je er goed zorg voor draagt, zal dons zijn zeer goede thermische eigenschappen over een zeer lange periode volhouden. Veel langer dan gelijk welk ander materiaal. Afhankelijk van waar het dons vandaan komt (meer daarover straks) heeft dons een veel lagere milieu-impact dan gelijk welke andere synthetische isolatievariant.

Wat is de impact van dons op de omgeving en het dierenwelzijn?

Zoals met het kweken van alle andere dieren, is de grootste directe impact er eentje op de waterhuishouding en de directe natuurlijke omgeving. Als er bovendien bomen of struiken gekapt moeten worden om plaats te maken voor pluimvee, verkleint dat de lokale biodiversiteit. Bovendien staat de vleesverwerkende industrie altijd in voor extra energie- en waterverbruik. Maar zoals reeds eerder aangehaald, wordt dons vooral gewonnen als bijproduct uit de vleesverwerkende industrie en is het dus eerder een soort ‘afval’ dat alsnog gebruikt wordt.

De milieu-impact die dons wel rechtstreeks met zich meebrengt komt van het energiegebruik bij de verwerkingsfabriek en de detergenten die gebruikt worden om dons te reinigen.

Het grootste issue bij dons is echter het aspect dierenwelzijn. China heeft op dat vlak sowieso geen al te beste reputatie (om over mensenrechten nog maar te zwijgen). Zo bestaat er zoiets als ‘live plucking’, waarbij eenden en ganzen levend geplukt worden. Het dons en de veren groeien immers terug, waardoor één dier meerdere keren per levenspanne dons kan voorzien. Het spreekt voor zich dat deze methode voor de dieren niet alleen pijnlijk, maar ook uitermate stresserend is.

Wat wordt er gedaan om de impact op het dierenwelzijn te verminderen?

Het allerbelangrijkste is ervoor te zorgen dat het dons afkomstig is van dieren die een zo goed mogelijke levensstandaard hebben gehad en die vooral niet levend geplukt zijn geweest. De outdoorindustrie is hier zeer vooruitstrevend in en bijna alle grote outdoormerken staan er garant voor dat levend plukken bij hen niet gebeurt. Daarom is hun dons ook zo duur en wordt het jaar na jaar duurder.

Helaas heeft dons ook zijn weg gevonden in de mode-industrie en je mag er zeker van zijn dat er een goede reden voor is waarom je in een ‘modewinkel’ (in tegenstelling tot een outdoorwinkel) zoveel minder geld betaalt voor een donsjas. Behalve de kwalitatieve eigenschappen die vaak verschillend zijn, is de bron waarvan het dons afkomstig vaak dubieus. ‘If it’s too good to be true… it probably ain’t true.’

Gelukkig bestaan er enkele goede labels waarvan RDS waarschijnlijk het bekendste is. The Responsible Down Standard is een certificaat dat enkel uitgereikt kan worden door onafhankelijke en externe bureaus. Dons kan enkel RDS-gecertifieerd worden als het doorheen de hele keten traceerbaar is. Vanaf de geboorte van het dier tot aan de dood, wordt er gekeken naar dierenwelzijn en mag er sowieso geen gedwongen voeding of levend plukken aan te pas komen.

Een ander (bij ons minder bekend) label is de GTDS, de Global Traceable Down Standard. Ze doen tegenwoordig in principe exact hetzelfde, maar heeft minder deelnemende merken en is daardoor minder bekend.

Dons is zowel technisch als vanuit duurzaamheidsstandpunt een absolute topper. Alleen is het als consument echt van belang dat je uitkijkt naar jassen met een RDS of GTDS label.

57
tOPO 1. topo MARCHE LES DAMES (uitgave 2011) Prijs: 18,00 € 2. TOPO fREYR (uitgave 2014) Prijs: 29,00 € 3. TOPO MOZET (uitgave 2010) 4. TOPO DURNAL (uitgave 2014) 5. TOPO Les grands malades 6. TOPO Hotton (uitgave 2015) 7. TOPO CORPHALIE (HUY) Prijs: 8,00 € 8. TOPO YVOIR paradou (uitgave 2016) Prijs: 12,00 9. TOPO Pont-a-lesse (uitgave 2018) Prijs: 9,00 10. TOPO PLAIN DES FOSSES Prijs: € 8,00 11. TOPO Comblain la tour (uitgave 2014) Prijs: 9,00 € 12. TOPO beez (uitgave 1998) Prijs: 6,00 € 13. TOPO anhee (uitgave 2018) Prijs: 8,00 € 13. TOPO FLÔNE (uitgave 2019) Prijs: 9,00 € handising Buff Prijs: 15,00 € Een originele, multifunctionele nekbeschermer van het merk Buff. Ontworpen voor KBF met een subtiel, donkerblauw patroon DAV planzeiger Deze handige tool is onmisbaar bij de voorbereiding van je tochten. De planzeiger bevat: Schaalbalken (voor schalen 1:50.000 en 1:25.000) / Meetlat (in cm en in inch) / Gradenboog met draad (vergemakkelijkt de bepaling van de richting tussen twee punten) /Hoogtelijnenschaal (voor hellingen te bepalen in kaarten met schaal 1:25.000 en 1:50.000) SHOP Uitgebreid aanbod van topo's en boeken in de webshop! Met nieuwe topo's van Olloy, Sy en Freyr 2022 topo olloy Klim-en Bergsportfederatie Naast onze 'klassiekers' hebben we enkele nieuwe boeken in aanbod. Neem een kijkje op http://webshop.klimenbergsportfederatie.be

BELANGRIJK

59 Collectieve rotsbeheerdag PARADOU 26.11.2022
Voorzie zeker aangepaste kledij die tegen een stootje kan, werkhandschoenen, stevig schoeisel, een helm en een middagmaal. AANMELDEN OP : collectieve.rotsbeheerdag@gmail.com met opgave van na(a)m(en) van deelnemers (dit vóór 15/11/2022 als je nà de activiteit (gratis) wilt overnachten in de Chaveehut en zeker wil zijn van een slaapplaats). PROGRAMMA / INHOUD - verwelkoming - context rotsbeheer BRT (op de Paradou) - demo's route-aanleg & touwtechnieken bij rotsbeheer - deelname rotsbeheerswerken: er wordt voor gezorgd dat ook mensen met beperkte rotsklimervaring kunnen deelnemen: naast poetsen van de rotsen kan er bijvoorbeeld ook geholpen worden bij snoei-en onderhoudswerken

Een 3-laags Gore-Tex waterdichte jas voor alledaags gebruik variërend van je weg vinden op glooiende paden en eenvoudige dagtochten tot een stedelijk avontuur. De jas is gemaakt van stevige, 100% gerecyclede materialen om lang mee te gaan en zo min mogelijk impact te hebben op het milieu.

WWW.RAB.EQUIPMENT
NAMCHE JACKET
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.