Sofie VANCraps (ENNAARCOMMUNICATIEONDERZOEKOMGEKEERD) Magazine van de Faculteit NR.KUIngenieurswetenschappenIndustriëleLeuven5-NOVEMBER2017 • Zonnewagen haalt brons in Australië • Zonnefiets rijdt eigen Tour de France • 2500 bezoekers op Open Bedrijvendag • Business coaches • Levenslang leren • Faculty worldwide • Wetenschapscommunicatie • Alumna in de kijker Viermaandelijks • juli-augustus-september-oktober 2017 • Afgiftekantoor 3000 Leuven 1 • P919663


PUNCH POWERTRAIN SOLARTEAM SCOORT IN DE WORLD SOLAR CHALLENGE IN AUSTRALIË Pag. 8 COLOFON ConnectING is het magazine van de Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen van de KU Leuven. Het verschijnt driemaal per jaar en is bestemd voor alle studenten en medewerkers van de faculteit en haar 7 campussen, alumni, externe relaties en het brede maatschappelijk veld waarmee de faculteit een netwerk onderhoudt. Verantwoordelijke uitgever: Prof. Bert Lauwers, decaan Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen Redactieraad: Tina Mafrans, voorzitter, Hilde Bonte, Niels De Brier, Wim Dewulf, Greet Langie, René Peeters, Yves Persoons, Inge Van Cauter, Louis van Hoye, Rens Vervaeke Eindredactie: Yves Persoons Redactiesecretariaat: Inge Van Cauter Redactieadres FaculteitConnectINGIndustriële Ingenieurswetenschappen Willem de Croylaan 56, gebouw E bus 2203 3001 Heverlee 016 32 33 connecting@kuleuven.be36 www.iiw.kuleuven.be Foto’s: Yasmina Besseghir, Rob Stevens, Bart Tanghe, Geert Vanden Wijngaert, Filip Van Loock Grafisch ontwerp: www.altera.be Drukwerk: Drukkerij Van der Poorten 100% klimaatneutrale drukkerij www.vanderpoorten.be INHOUD • Woord vooraf 3 • PREFER-project 4 • Nieuws uit de faculteit 9 • Student in de kijker 10 • Docent in de kijker 16 • Wetenschapcommunicatie 20 • Faculty worldwide 22 • Alumnus in de kijker 24 • In de prijzen 26 • Nieuws van Alumni 27 2


We zetten verder in op onderzoek. Het aantal onderzoeksprojecten, vooral in samenwerking met het werkveld en het aantal afgelegde en lopende doctoraten gaan in stijgende lijn. Andere troeven van onze faculteit zijn internationalisering en wetenschapscommunicatie.
Dit academiejaar verwelkomt onze multicampus-faculteit 1244 nieuwe bachelorstudenten, een stijging van 3%, ruim boven het gemiddelde van de universiteit. Het aantal nieuwe internationale studenten steeg zelfs met 40%. Dit maakt dat we met een populatie van 6124 studenten (stand van zaken op 9 oktober) ons opnieuw sterk profileren als de derde grootste faculteit van de KU Leuven. Ook verwelkomen we 450 studenten op de nieuwe campus in Brugge. De dynamiek van onze al bij al nog jonge faculteit blijkt ook in dit nummer. Uit de activiteiten van onze studenten, docenten, onderzoekers en alumni. De prestaties van onze ondernemende studenten, begeleid door onze businesscoaches zijn inmiddels alom bekend. De bronzen medaille van het Solar Team in Australië, de resultaten van het Formula Electric Belgium Team op de Europese racecircuits haalden vlot de nationale pers. Dergelijke studentenprojecten die voor de meeste studenten kaderen binnen het postgraduaat Innovatief Ondernemen zetten zeker aan tot meer. Zo inspireerde het een paar masterstudenten om een elektrische zonnefiets te bouwen. Nog een andere masterstudent zocht het in hogere regionen met de upgrading van een politiehelikopter. En vanaf dit jaar neemt een groep studenten van Campus Brugge en De Nayer in het kader van hun bachelorproef deel aan de UV Dassault OpChallenge.Technologiecampus
Prof. Bert Lauwers, Decaan Faculteit IngenieurswetenschappenIndustriële


Gent viert men 30 jaar monitoraat, waar een team onze studenten begeleidt bij het verwerken van leerstof. Zeker belangrijk, want ook in onze faculteit staat de student centraal. Studie- en studentenbegeleiding gedurende het hele studietraject krijgen binnen onze multicampus-faculteit nog meer structuur, vorm en inhoud. Studenten op Campus Geel kunnen getuigen over een geslaagd initiatief omtrent uitstroom Onzebegeleiding.studenten willen we de attitudes aanleren om levenslang te leren. Hen voorbereiden om in een snel evoluerende wereld actief te zijn en continue in te spelen op snel veranderende technologie. Deze attitudevorming wordt almaar meer geïntegreerd binnen de verschillende opleidingsonderdelen en maakt onder deel uit van lopende programmahervormingen. Hoe docenten van campus Diepenbeek het concept van levenslangleren binnen een aantal opleidingsonderdelen nu reeds toepassen in een aantal opleidingsonderedelen lezen in dit nummer.
WOORD VOORAF 3CONNECT ING
ONZE FACULTEIT IN DE LIFT
Paul Hellings die sinds 2008 een recordaantal vragen van jongeren over wetenschap en technologie beantwoordde. De organisatie van STEM-workshops op zomerscholen blijft succesvol.

Tot slot veel dank aan Sofie Craps, domeincoördinator facultaire communicatie. Sofie stapt binnen de faculteit in een Europees onderzoeksproject dat ingenieursstudenten, professoren, onder zoekers en ondernemers dichter bij elkaar wil brengen. We wensen haar veel succes.
Met alumna Cathy Champagne, HR-manager bij Randstad-Insel, leggen we de link naar de ondernemers. Cathy begeleidt en adviseert de afstuderende ingenieurs van onze faculteit naar een op maat gesneden job. Industrieel ingenieur mag dan wel een knelpuntenberoep zijn, het afstemmen van vraag en aanbod blijft een voorwaarde om het waar te maken op de arbeidsmarkt.
Het Erasmusprogramma zit in de lift, kijken we bijvoorbeeld naar het groot aantal nieuwe inschrijvingen, meer specifiek voor het Erasmus Mundus programma Food, Science and Technology. Het communiceren van onze kennis naar het brede publiek is primordiaal. De interesse in wetenschap en technologie moet verder aangescherpt worden, maar dat het kan bewijst prof.
DE NIEUWE JOB VAN SOFIE
4 VAN COMMUNICATOR TOT ONDERZOEKSTER
Na rijp beraad koos ze voor pol & soc en nadien communicatiewetenschappen. “Meer perspectieven en een bijzondere fascinatie voor het sociologisch aspect van het menselijke gedrag”, is de uitleg. Dat bleek al onmiddellijk na haar studie. Sofie kon aan de slag bij de VRT om er wetenschappelijke programma’s te maken. Kort daarop vinden we haar terug bij het Franse telecombedrijf Nortel als project coördinator. “Een technische omgeving inderdaad. Ik zorgde dat ingenieurs en techniekers over het hele land 3G mobiel netwerk konden installeren. ‘s Morgens liet ik straten in hartje Brussel afsluiten, in de namiddag herbekeek ik het huur contract met een kerkfabriek om daarna op prospectie te gaan op een legerbasis. Fascinerende periode.”
PREFER-PROJECT Sofie is een van de boegbeelden van de Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen. Zij hield de jonge telg van de KU Leuven mee boven de doopvont. Als communicatieverantwoor delijke zette zij mee de complexe multifaculteit op de kaart. “Ik kijk graag vooruit, de toekomst in. Bij de oprichting van de faculteit was dat zeker een voordeel. Het nadeel is wel dat je dan vooral focust op wat je nog moet of wil realiseren. Nu ik na 5 jaar terugblik, dan ben ik eigenlijk best trots op waar de faculteit vandaag staat. De voormalige hogescholen – elk met hun verleden en geplogenheden – zijn stap na stap enorm naar elkaar toegegroeid”, merkt Sofie op. “Neem de SID-in beurzen of andere evenementen, daar staan nu voormalige concurrenten vandaag broederlijk naast elkaar onder grote paraplu van de faculteit. Op het gebied van onderwijs en wetenschappelijk onderzoek zijn de geesten gerijpt. Onderzoekers lopen elkaars campussen binnen en buiten en voelen er zich thuis. En ook bij de studenten zijn de schotbalken opgehaald. De reacties van studenten die een keuzemodule op een andere campus volgen zijn positief. En kijk naar de productieve samenwerking binnen het Formula Electric Belgium Team met studenten van de campussen Groep T en De Nayer en hogeschool Thomas More. Ik heb veel sympathie voor het post graduaat in Innoverend Ondernemen voor Ingenieurs. De drive in samenwerken en ondernemen werkt als een katalysator, niet alleen voor onze faculteit, maar voor heel Vlaanderen”.
Veeleisend en gevarieerd We keren even terug in de tijd. Sofie was eerst van plan om architectuur te studeren.
Sofie’s sociale en organisatorische kwaliteiten bleven ook bij de Dienst Marketing van de KU Leuven niet onop gemerkt. “Daar was toen veel werk aan de winkel. Ik mocht er tal van nieuwe initiatieven opstarten: de open lesweken, de verderstudeerbeurs, de kinderuniversi teit, noem maar op. En dan kwam de integratie van de academische hoge schoolopleidingen eraan. De nieuwe Faculteit Industriële Ingenieursweten schappen met haar 7 campussen over heel Vlaanderen moest letterlijk en figuurlijk van nul opgebouwd worden. Communicatie speelde toen – en nog altijd trouwens – een sleutelrol. De rekrutering van studenten, de interne informatie doorstroming, de externe communicatie… alles moest met de nodige diplomatie op elkaar worden afgestemd. Het is een veeleisende maar ook heel gevarieerde leerschool geweest.”
Vraag en aanbod Sofie mag dan wel haar job als domein coördinator communicatie ingeruild hebben voor onderzoek, op het decanaat in Heverlee is ze niet meteen met de noorderzon vertrokken. Prof. Greet Langie, vicedecaan, is coördinator van het Europees onderzoeksproject. Dus blijft Sofie op post. “Mijn onderzoek is een onderdeel van het PREFER project. Dat staat voor ‘Profes sional Roles and Employability for Future De industrieel ingenieurs in Vlaanderen doen het niet slecht. Zo blijkt uit de recente studie ‘Industrieel ingenieur 2020’, gebaseerd op een bevraging van studenten, docenten en het werkveld. Maar met oog op de toekomst, is er ook nog ruimte voor groei. In verbredende competenties bijvoorbeeld. Een thema waar Sofie Craps de volgende vier jaar mee aan de slag gaat. Dit gebeurt in het kader van een Europees onderzoeksproject waarmee Sofie tevens een doctorstitel in de wacht wil slepen.
Engineers’.
TU Delft en Dublin Institute of Technology zijn partners van het project en ook beroepsfederaties als Agoria, ie-net en Feani zijn van de partij. Het doel van het project is om de ‘skills mismatch’ tussen onderwijs en arbeidsmarkt bij ingenieurs te verkleinen. Enerzijds door studenten hun sterke competenties te leren ontdekken en ontwikkelen. Anderzijds door hen bewust te maken dat dé ingenieur niet bestaat. Mijn taak bestaat erin een model uit te tekenen waarin alle rollen met bijhorende professionele competenties in kaart worden gebracht waar pas afgestudeerde ingenieurs in terecht kunnen komen, ongeacht het domein of de sector. Vanuit de industrie is er interesse in zo’n framework om HR-managers en selectiebureaus te helpen rekruteren. Maar ik ontwikkel het vooral zodat de studenten voor en tijdens hun studie doordachter kunnen kiezen wat ze kunnen en willen. Tenslotte biedt het model ook een kader aan docenten om in het curriculum hier meer op in te spelen. “Let wel, het model dat ik wil ontwikkelen moet dienen als een tool – niet als een dogma –, d.w.z. het moet flexibel, oriënterend en vooral inspirerend zijn. Studenten en bedrijven zijn alvast erg enthousiast over het project. Dat belooft voor de toekomst!”, besluit Sofie.
www.preferproject.euYvesPersoons 5CONNECT ING


Je komt er niet onderuit: ondernemerschap is een maat schappelijke trend: Mark: “Vroeger moest je op je 23ste een Benny De Man, David Moens, Chrisje Haenen, Ignace Martens, Marc Van Aken, Luc Vandeurzen, Luc Vanwesemael, Geert Waeyenbergh, Dirk Vanhecke, Mark Versteyhe, Jean-Pierre Goemaere, Dimitri Coppens en Eric Claesen. (niet op de foto: Eric Lens en Erik Peeters)
DE BUSINESS
IN DE
6 NIEUWS UIT DE FACULTEIT
Klankbord Als coördinator van het project verzamelde Jean-Pierre collega’s op de verschillende campussen die naast hun onderwijsopdracht ondernemende studenten wilden begeleiden. “Door dit project creëren we zichtbaarheid. Een business coach is in de eerste plaats een motiverend en inspirerend klankbord”, vertelt JeanPierre. “Studenten zijn misschien wat te mak geworden” vertelt coach Mark Versteyhe. “Maar ik geloof dat er in een relatief grote groep studenten iets ondernemends zit. Onze taak als coach is om dat ondernemende naar boven te halen en de studenten in beweging te zetten.”

“Ondernemerschap is één van de aspecten waar we onze in dustrieel ingenieurs meer én beter in moeten opleiden. Niet los van de realiteit, maar in de praktijk met de bedrijven” aldus de caan Bert Lauwers. En juist dát is wat de business coaches van onze faculteit beogen: ondernemerschap aanwakkeren bij wie het erin zit. Business coach Jean-Pierre Goemaere: “Er werd al wat gedaan rond ondernemerschap, maar er was eigenlijk geen ecosysteem.” En dat terwijl het ondernemerschap toch nauw verbonden is met het specifieke profiel van de industrieel ingeni eur: “Het is een logisch gevolg van onze praktijkgerichte opleiding dat we studenten opleiden die niet alleen kunnen toepassingen bouwen in bestaande ondernemingen, maar ook in staat zijn om zelf innovatieve producten en diensten te ontwikkelen en te commercialiseren”, vertelt business coach Luc Vandeurzen.
ONDERNEMERSCHAP FACULTEIT: COACHES AAN HET WOORD
Jean-Pierre: “Studenten zien dan dat ze met hun hoogtechnologische kennis gecombineerd met een ondernemende mindset heel wat kunnen bereiken.”
Start-up Er bestaan in Vlaanderen al veel initiatieven rond ondernemen. “Maar die ondersteuning is pas relevant wanneer je effectief een start-up opricht of opgericht hebt in de prille fase”, vertelt Luc. “Daar zit het leeuwendeel van de studenten nog mijlenver vandaan.” Mark: “de grote vraag zit inderdaad niet bij de praktische kant: andere spelers ondersteunen die zeer goed. Een deel van de coaching bestaat er trouwens ook in om studenten te verbinden met die lokale initiatieven.” De studenten hebben vaker vragen over de levensvatbaarheid van hun plannen: bv. over de commercialisering, het business model en de financiering. Daarin spelen de business coaches een belangrijke rol. Bovendien hebben zij ook een technologische achtergrond. “Bij hoogtechnologische projecten is een business coach die van beiden kaas gegeten heeft van onschatbare waarde” vertelt alumnus én Spacepal-medeoprichter Bram Plancke. Berekend risico Het is zeker niet de bedoeling dat alle studenten van vandaag op morgen een bedrijf oprichten. Jean-Pierre: “ondernemerschap is niet zomaar op de hoek van de straat beginnen te verkopen met een ‘we zullen wel zien’-ingesteldheid. We willen er net voor zorgen dat studenten een berekend risico nemen. Daarvoor moet je bepaalde lijnen gaan volgen.” “Een business coach stelt de juiste vragen. Hij wijst je op zaken waar je al dan niet aan gedacht hebt” vertelt Bram. Collega-alumnus Saartje Linssen bevestigt: “De business coach probeert het beste uit je te halen zonder te pushen: de bal ligt steeds in het kamp van de student.” “Een ondernemende houding is het belangrijkste”, aldus Jean-Pierre. Saartje: “Die houding is belangrijk in elk soort beroep, of het nu gaat om je eigen onderneming of een bedrijf waarvoor je werkt.” Mark: “Het is inderdaad een state of mind die cruciaal zal zijn in de toekomst.”

Consultancy Studenten moeten geen gepolijst idee hebben voordat ze aankloppen bij de business coaches: “Het is een mythe dat een idee op zich waardevol is. Het is de valorisatie die moeilijk is. En daar moeten we naar toe: durf dat idee te valoriseren” vertelt Mark. Luc: “Ik verwacht zeker niet dat studenten op volledig zelfstandige basis een bedrijf opstarten. Een deel van mijn bestaande coaching-activiteiten is trouwens het koppelen van studenten met meer ervaren ondernemers die willen samenwerken met de student. Een vorm van consultancy kan ook. Zo kom je ook tegemoet aan ondernemende studenten, breder dan zij die echt aan een zelfstandige start-up willen Debeginnen.”combinatie van een ondernemende ingesteldheid met technische vaardigheden zal tot fantastische dingen leiden, denkt Jean-Pierre: “Niet alleen voor henzelf, maar voor de welstand van iedereen.” En wat met die wereldreis? “Is het verschil dan zo groot? Als jonge ondernemer heb je ook vele waters doorzwommen. Bovendien help je de maatschappij vooruit – en het zal misschien ook een stuk goedkoper zijn!”
www.iiw.kuleuven.be/businesscoachChrisjeHaenenenThomasVerborgh
7CONNECT ING wereldreis gemaakt hebben, nu moet je een start-up gehad hebben. Maar ondernemen is niet zomaar ex cathedra aan te leren. Eén van de uitdagingen is hoe we dat ondernemerschap bij de studenten kunnen bevorderen. Uit wetenschappelijk onderzoek blijken daarvoor verschillende manieren te zijn. Twee daarvan brengen we via de business coaches in de praktijk: het voorzien in rolmodellen en een kader.” “Die rolmodellen zijn eigenlijk de belangrijkste manier om ondernemingszin te stimuleren: het verhaal horen van iemand die het effectief gedaan heeft en vertelt wat wel of niet werkt, dat is ideaal” vertelt Luc.

Ingenieurswetenschappen
“Ongelooflijk spannend was het”, vertelt communicatieverantwoordelijke Thierry Garritsen. “Eerlijk gezegd, we hoopten op nog beter. Op onze wagen hebben we de beste zonnecellen ter wereld gemonteerd, dubbel zo performant dan de zonnecellen op onze daken. Slechts 2 andere teams maakten gebruik van dit type: het Nederlandse team van TU Delft en het Amerikaanse team van de universiteit van Michigan. Geen wonder dat zij als eerste en tweede eindigden”.
Yves Persoons
“Door pure pech werden we bij het begin van de race meteen teruggeslagen naar de zesde plaats”, vervolgt Thierry. “Bijzonder jammer, zeker als je weet dat we in pole position konden starten. Maar we zijn blijven doorgaan. We geloofden in onze kansen en hebben zo onze achter stand kunnen goedmaken. Een andere positionering van de wagen en een handig gebruik van de zijwind deden de rest”. Het resultaat is knap, maar volgens Thierry is er meer in het spel. “Het gaat inderdaad om meer dan het plezier van het racen. We zijn 15 maanden geleden uit het niets met 21 studenten begonnen aan het bedenken en bouwen van een zonnewagen. We kenden elkaar amper. Inmiddels zijn we een hecht team geworden dat zich kan meten met de beste ter wereld. En hebben we ons voor de wereld getoond als ambassadeurs van onze universiteit, onze faculteit en onze “Topprestatiecampus”. van de 21 studenten van KU Leuven met het Solar Team”, aldus Vlaams minister van Onderwijs Hilde Crevits.
zijn derde geëindigd op de World Solar Challenge, het wereldkampioenschap voor zonnewagens. Ze reden een par cours van meer dan 3000 km van Darwin naar Adelaide. Een lekke band op de eerste racedag kon het Solar Team niet weerhouden om een medaille te pakken.
Yves Persoons 8 NIEUWS UIT DE FACULTEIT
De deelname van de Umicore Nova aan de Europese Formula Student Competition is niet onopgemerkt gebleven. De Nova is de nieuwste elektrische racewagen ontworpen en gebouwd door ondernemende studenten van de KU Leuven en van de Thomas More Hogeschool. Tijdens de competities komen studententeams van over de hele wereld samen om het tegen elkaar op te nemen met zelfgebouwde racewagens. Daarbij gaat het niet om snelheid alleen. De teams worden ook beoordeeld op het uithoudingsvermogen van hun wagen, het design maar ook op hun ondernemerschap en professionaliteit. Een businesspresentatie voor een jury hoort er dus ook bij. Voor de eerste competitie trok het team midden juli naar het circuit van Assen (Nederland). De Nova nam het op tegen 31 teams en eindigde zevende in het elektronisch klassement. Daarna was het circuit van Most Czech Republic aan de beurt begin augustus. Tijdens de Endurance Race behaalde de Nova de achtste plaats. Aan het design van de wagen kende de vakjury wel een vierde prijs toe. Midden augustus was Hongarije ‘the place to be’. Veertig topteams hadden zich aangemeld. De concurrentie was hevig maar het Belgische team slaagde erin een verdienstelijke derde plaats te verwerven in de dynamische categorie.

ELECTRIC
KNAPPE PRESTATIES IN NEDERLAND, CZECH REPUBLIC EN HONGARIJE WORLD SOLAR CHALLENGE 2017


“Ons innovatief batterijpakket en onze vierwielaandrijving hebben er zeker toe bijgedragen dat we een podiumplaats hebben veroverd. Een mooie afsluiter van het seizoen”, vertelt teamleider Gert-Jan Paulus trots.
Meer dan een race
FORMULA BELGIUM
De ingenieursstudenten van de faculteit Industriële

NIEUWE KU LEUVEN CAMPUS IN BRUGGE
Sinds het begin van dit academiejaar is de nieuwe campus in de Spoor wegstraat, aan de achterkant van het station van Brugge, de nieuwe thuisstek voor de academische opleidingen industriële wetenschappen (industrieel ingenieur) en revalidatiewetenschappen en kinesitherapie. De opleidingen industrieel ingenieur maakten de overstap vanuit de Technologie campus in Oostende. Een historisch moment: bijna 90 jaar lang heeft de campus in Oostende verschillende gene raties ingenieurs met naam en faam opgeleid. Daar wordt nu definitief een punt achter gezet. De campus in Oostende is niet meer, maar de gedrevenheid en het enthousiasme van het personeel wel. De gerenommeerde naam van Oostende zal in Brugge ongetwijfeld alle eer aange daan worden. De nieuwe KU Leuven campus in Brugge biedt heel wat troeven. De ligging is uitstekend en maakt een vlotte bereik baarheid mogelijk. Het concept met de twee witte bouwvolumes, en de transparante “public layer” heeft een architecturale en eigentijdse uitstraling en de totale oppervlakte van 12500 m2 is optimaal benut wat de functionaliteit alleen maar ten goede komt. De campus beschikt onder meer over 16 grote labo’s, 26 leslokalen, verschillende kantoor ruimtes, een auditorium, een studenten restaurant en een open Eerderleerruimte.al dit jaar, op vrijdag 16 juni 2017, werd het lintje rond deze nieuwe KU Leuven campus, officieel doorgeknipt. Alle gastsprekers waren vol lof over de nieuwe campus en z’n mogelijkheden.
Sofie Deceur 9CONNECT ING NIEUWS UIT DE FACULTEIT
binnen de Faculteit Industriële boeiendezorgendeDeKUaanHetbinnenheelmaterialen.kunde,geconcentreerdIngenieurswetenschappenopdriepijlers:bouwmechatronicaennieuweDezedriespeerpuntenzijngoedafgestemdmetdenodendeprovincieenookdaarbuiten.onderzoekisdanookcomplementairwateropanderecampussenvanLeuvengebeurt.moderneinfrastructuur,samenmetverankeringinhetindustriëlenetwerkerongetwijfeldvoordatweeentoekomsttegemoetgaan.

biedt de campus plaats aan een 600-tal KU Leuven studenten en een 70-tal personeelsleden. Daarnaast zijn er ook nog een 200-tal studenten van de professionele bacheloropleidingen Elektromechanica en Elektonica-ICT van de hogeschool OnderzoeksmatigVives.wordt
Toenmalig Vice-rector en Academisch Beheerder Marc Depaepe noemde het gebouw “een beeldige Bildungsbuilding” omwille van de symboliek met zijn educa tieve bestemming. Vlaams Minister van Onderwijs Hilde Crevits sprak over een “kennishub” voor Stad Brugge en de regio. Brugs Burgemeester Renaat Landuyt was tevreden dat zijn stad nu eindelijk over een volwaardige universitaire campus beschikt en ziet internationaal heel wat potentieel vanuit het historische Brugge. Rector Rik Torfs benadrukte het menselijk aspect: “Betekenis geven we aan gebouwen. Dat begint nu, stilaan, stap voor stap… een plek om zich vrij te Momenteelvoelen…”

Eerst moeizaam, dan adembenemend Zaterdag 8 juli was het dan zover en stonden de beide Gentse zonnecoureurs in Clermont-Ferrand aan de startmeet.
“Van bij de start hadden we problemen met de voorwielmotor en de constante plensbuien waren ook niet bevorderlijk voor de goede gang van zaken. Gelukkig konden we rekenen op hulp van de organisatie en klaarde het niet lang daarna op voor zo goed als de rest van de tour”.
10 STUDENT IN DE KIJKER
“De zonnefiets was eigenlijk onze masterproef”, legt Bram uit. “We wisten vooraf dat het geen klassieke thesis zou zijn, want we moesten ons en onze creatie ook kunnen bewijzen in een heuse miniTour de France. Vanaf september vorig jaar zijn we haast permanent ermee bezig geweest. Eerst met de literatuurstudie, daarna met het ontwerp. Al snel werd het duidelijk dat we het best opteerden voor een bakfiets. Niet alleen omdat dit frame almaar meer opduikt in onze steden, maar ook omdat dit soort mogelijkheden opent voor woon- en werkverkeer. Na de aankoop van het frame hebben we nog een heel semester gewerkt aan het ontwerp van de bak via allerhande simulaties en het uitmeten van de zonnepanelen en de elektronica. Gelukkig konden we op assistentie rekenen van onze promotor Jan Capelle en onze begeleiders Auguste Colle en Rien Leenders, ook tijdens de tour overigens”.
“Eerlijk gezegd, de eerste drie dagen verliepen moeizaam”, geeft Jonathan toe.
BINNENKORT EEN TOUR DE FRANCE OP EEN ZONNEFIETS?

VANVERLOOPDETOUR GroteValLans-en-VercorsLeClermont-FerrandPuy-en-Velayd’IsèreSint-Bernardpas (Italië) Lausanne (Zwitserland) TotaleLyonTrévouxafstand: 1.200 km

“Wat volgde waren intensieve, maar bijwijlen wel adembenemende dagen in het hooggebergte. Met momenten waanden we ons echte professionals aangezien we cols beklommen en wegen bereden waar een week later ook de Tour de France ging voorbijkomen. We waren dan ook bijzonder blij te horen toen de Belg Thomas De Gendt als eerste
“Het moeten niet altijd elektrische raceauto’s of zonnewagens zijn”, vonden Bram Opsomer en Jonathan Stevens, twee masterstudenten Elektrotechniek van de Technologiecampus Gent. Daarom kozen ze voor het ontwerp en de bouw van een nieuwsoortige elektrische zonnefiets. Niet om in Australië te gaan racen, maar wel om in juli van dit jaar deel te nemen aan de ‘The Sun Trip Tour”, een 1200 km lange tocht door de Franse Alpen. Ze doen hun verhaal over ‘le vélo solaire’.
• Totale gewicht van de fiets (inclusief bagage voor 2 personen zoals tenten, slaapzakken, eten,…): ongeveer 50 kg.

Voor Bram en Jonathan bestaat er geen twijfel over: “Zo’n ervaring maak je maar zelden mee, zeker tijdens je studie. We zijn onze universiteit en campus dan ook erg dankbaar. Je leeft er een jaar intens naartoe, maar de realiteit overtreft toch de stoutste verwachtingen. De manier waarop je met een zonnefiets een quasi oneindig rijbereik hebt, de supporters aan de kant van de baan, het landschap, de sfeer tussen de deelnemers, … het maakt van ‘The Sun Trip Tour’ een onvergetelijk avontuur”.
• Een elektrische motor in het voorwiel.
CONNECT ING
TECHNISCHE INFO
Bram JonathanOpsomerStevens
• Bakfiets: Bullitt-frame • 2 zonnepanelen van elk 150 Watt. Tijdens het fietsen ligt de één op de andere, tijdens het stilstaan kunnen ze beide openliggen voor een verdubbeling van het laadvermogen.

• 3 batterijen van elk ongeveer 540Wh (ter vergelijking: één batterij is voldoende voor een normale elektrische fiets).
11 bovenkwam op de Col de la Croix-deFer, waar wij kort voorheen gepasseerd waren.” Buiten categorie Na de Col de la Croix-de-Fer stonden nog er nog drie andere cols buiten categorie op het menu met klinkende namen als de Col de l’Iseran en de Kleine en de Grote Bernardpas. “Tijdens deze beklimmingen waren we echt bezorgd of we voldoende batterijen aan boord hadden om met de bakfiets de toppen te bereiken”, vertelt Bram. “Uiteraard kon onze vreugde niet op toen alle cols achter de rug waren zonder al te veel extra moeite. De bevestiging dat onze theoretische berekeningen ook in de praktijk klopten, wat toch een belangrijk doel van ons project was” Na de tocht door de Alpen ging de weg verder naar het Zwitserse Lausanne. Vier dagen later – welgeteld op 21 juli –arriveerde het duo in kolonne en onder politiebegeleiding in Lyon.
STUDENT IN DE KIJKER
Jeffrey Prinzie en Bram Faes
12

“In de ICT-sector verandert alles razend snel. Als jonge ingenieur moet je hierin zelf je weg zoeken. Dan zal je ontdekken dat er vele opportuniteiten liggen om een mooie afwisselende loopbaan op te bouwen”, aldus Maikel Punie, ingenieur bij Nokia en oudstudent van Technologiecampus Geel.
“Ik wil jongeren duidelijk maken dat de industrieel ingenieur een degelijk en waardevol profiel is en zijn plaats in de bedrijfswereld verdient. Toen ik afstudeerde besefte ook ik dit onvoldoende” aldus Tom Hamelinckx van Newtec die de studenten enthousiast vertelt over zijn werkervaringen tot op heden.
“We hebben uit de gesprekken geleerd dat de competenties die je als ingenieur onder de knie krijgt tijdens je opleiding belangrijker zijn in je job dan de parate kennis die we nu tijdens examens moeten tonen”, aldus Arnout Reynders en Ron De Bruyn 1ste jaarsstudenten Industriële Wetenschappen. Hun voorgenomen studiekeuze werd tijdens de gesprekken alleen maar Masterstudentenbevestigd.namen van de gelegen heid gebruik om contacten te leggen voor een verdere kennismaking met het bedrijf om mogelijke loopbaankansen te ontdekken. “We zijn hier aanwezig om jonge, creatieve en stressbestendige ingenieurs te strikken”, aldus Steven Van Hout van Tbp electronics. “Kijk als ingenieur niet alleen naar de technologie, zorg dat je je regelmatig verbreedt ook in je soft skills en op die basis groeit tijdens je loopbaan”, een boodschap die Marc Corthout coördinator van Open Manufacturing Campus Turnhout tijdens een interview nog meegaf aan al onze ingenieurs in wording. Marc Geerinckx
Beter dan klassieke jobbeurs Niels Stilman industrieel ingenieur Biowetenschappen, verantwoordelijk voor het management van het akkerbouwbedrijf Franken Agro in de Kempense regio, overtuigt masterstudenten Bio wetenschappen er van dat in de primaire land- en tuinbouwsector duidelijke carriéremogelijkheden liggen voor hen. “Afgestudeerden van de opleiding biowetenschappen worden binnen de sector gewaardeerd voor hun toegepaste kennis, hun analytische aanpak en probleemoplossend denken”, getuigt hij.
Jeffrey Prinzie, Valentijn Desmedt en Bram Faes, medewerkers van AdviSe en tevens lid van IEEE Young Professionals, een aangename verrassing. Natuurlijk is de blijvende vraag naar industrieel ingenieurs op de werkvloer hier niet vreemd aan.
Direct gesprek Na een korte inleiding voor bedrijven en studenten kregen de studenten de kans om 5 maal 15 minuten met een ingenieur te pitchen. Vooraf hadden studenten hun keuze aan bedrijven bekendgemaakt. Ze kregen van de organisatoren de garantie dat minstens 3 bedrijven van hun keuze zouden opgenomen worden. Bedrijven waarvoor de interesse groot was, kwamen met 2 ingenieurs naar het event zodat het aantal studenten per gesprekspartner beperkt bleef tot 3 à 4 studenten. Dit garandeerde een vrij direct gesprek tussen student en ingenieur.
CONNECT ING
“Het is boeiend om met ingenieurs te kunnen praten en meer zicht te krijgen op het inhoudelijke van de taken van een industrieel ingenieur. Dit is anders dan op een traditionele jobbeurs waar er vooral gesprekken zijn met HR-medewerkers”, getuigen studenten.
Dat dit event zulk een succes zou hebben, was ook voor de organisatoren
Bachelor- en masterstudenten met ingenieurs rond de tafel voor een pitch event, een win-win voor iedereen. Dit was het idee van enkele medewerkers van de onderzoeksgroep Advise bij de organisatie van het eerste ‘Meet an Engineer’ event op Technologiecampus Geel op woensdag 17 mei waaraan 170 studenten en 62 bedrijven deelnamen.

MEET AN ENGINEER OP TECHNOLOGIECAMPUS
GEEL 13

GEEFTMASTERPROEFVLIEGENDELUCHTSTEUN In 2016-2017 heeft Ward Sterkens, master elektromechanica –afstudeerrichting luchtvaart een masterproef gerealiseerd aan de KU Leuven Campus Brugge i.s.m. de Federale Politie met als titel “MD910 Grand Explorer: conceptueel ontwerp van de MD902 naar een hogere gewichtsklasse”. Ward Sterkens

STUDENT IN DE KIJKER
14
“De MD 902 explorer is een multifunctionele tweemotorige helikopter. De dienst luchtsteun van de federale politie gebruikt dit toestel al sinds jaar en dag. Met zijn maximale take-off massa van 6770 lb. kan hij zowat alle missies aan. Voor de zwaarste missies zoals bluswerken, zou het echter wenselijk zijn om over een meer performant toestel te beschikken. Op vraag van de dienst luchtsteun bestond mijn masterproef er in om een nieuw conceptueel ontwerp te maken voor de MD 902, namelijk de MD 910 Grand Explorer. Deze zal een maximale take-off massa krijgen van 11000 lb. Bij aanvang van het project was mijn kennis over helikopters relatief beperkt. Ik bekeek deze opdracht dan ook als een uitdaging en als een mooie kans om bij te leren.”

Als ik terugblik op mijn masterproef ben ik vooral heel dankbaar voor de kans die ik kreeg om mijn project voor te stellen op deze conferentie. Ik wil bij deze dan ook Jeroen Eeckelaers en Jimmy de Ryck, de co-promotoren van de Federale Politie dienst luchtsteun, nogmaals bedanken alsook Rens Vervaeke, research assistant KU Leuven Campus Brugge.
Ward Sterkens
Alles begon met een 6-weken durende stage op de basis van de Federale politie dienst luchtsteun in Melsbroek. Ward kreeg de kans om te luisteren naar de ervaringen en kennis van het personeel van de eenheid. Deze ervaringen gebruikte hij bij het ontwerp van het nieuwe model. Vervolgens werd een rekenmodel opgesteld waaruit hij de nodige parameters voor het nieuwe ontwerp kon bepalen. Presentatie in Luxemburg “Aan het einde van mijn stage werd me gevraagd het project voor te stellen op een conferentie. De berekeningen en tekeningen moesten dus vroeger dan initieel gepland klaar zijn opdat een 3D-print van het model op tijd besteld kon worden. De conferentie vond plaats in de gebouwen van Luxembourg Air Rescue in het Groot Hertogdom Luxemburg. Bij deze conferentie waren verschillende bedrijven die de MD explorer gebruiken, vertegenwoordigd. Ook Pratt & Whitney Canada (de producent van de motoren) en MD Helicopters zelf werden vertegenwoordigd. Gedurende twee dagen werden op deze conferentie onder meer de algemene vernieuwingen en problemen van de MD Explorer besproken. De namiddag waarop mijn presentatie ingepland was, mocht ik de conferentie ook bijwonen. Hierbij heb ik enkele lezingen kunnen volgen en dus ook nog meer ervaringen en evoluties kunnen horen. tijdens een twintigtal minuten van het drukke programma kreeg ik niet alleen de kans om de MD 910 Grand Explorer voor te stellen maar ook te vergelijken met het bestaande model om zo aan te tonen dat de Grand Explorer wel degelijk een plaatsje op de markt zou kunnen veroveren. Na de presentatie had ik de kans om het ontwerp met verschillende ingenieurs over de wereld te bespreken. Velen gaven mij positieve feedback over de uitwerking van mijn masterproef en beaamden de nood aan een middenklasse helikopter. Hierbij gaf één van de ingenieurs van MD helicopters aan dat hij verrast was om te zien dat mijn model, relatief hard leek op een initieel ontwerp van de MD 902, alhoewel ik hierover geen data ter beschikking had. Daarop vroeg hij of ik een exemplaar van mijn thesis wou opsturen. Verder kreeg ik ook enkele tips over verbeteringen die nog kunnen gebeuren aan het ontwerp.”
CONNECT ING 15
Stage in Melsbroek

Curriculumvernieuwing van de masters industriële wetenschappen van KU Leuven en UHasselt op Campus Diepenbeek in 2013 was het uitgelezen moment om een antwoord te bieden op bovenstaande vragen. LLL zou voortaan een expliciet onderdeel uitmaken van het master curriculum. De masters Elektromechanica, Energie, Chemie en Biochemie waren de voortrekkers. Het jaar nadien sloten Elektronica-ICT en Verpakkingstechnologie aan, in Bouwkunde is er vooralsnog geen onderdeel LLL. In terugblik op de voorbije 4 jaren, kunnen we met gerust geweten stellen dat de invoering van LLL een succesverhaal geworden is.
Of LLL een essentieel element is in onze huidige maatschappij, daar is geen twijfel over, maar hoe ga je daarmee om? Hoe motiveer je de studenten hiertoe? Hoe realiseer je dit in het curriculum zodat het meer wordt dan een slogan? Hoe kan je dit best evalueren en zijn er ook incentives voor de opleiding?
Levenslang leren is essentieel in onze snel evoluerende maatschappij. De studenten aanzetten om zich zelfstandig te verdiepen, hun blik op de wereld te openen en verantwoordelijkheidszin te tonen, is de basis van het opleidingsonderdeel LLL dat sinds 2013 met succes werd ingevoerd op campus Diepenbeek. Het concept is eenvoudig: 1 SP is 27 uur activiteiten, waarbij vooral de categorie verantwoordelijkheid opnemen voor zowel student als opleiding bijzonder positieve elementen oplevert. Het resultaat is de aanzet naar een effectieve samenwerkende leeromgeving.
Dit geldt ook voor technologische bedrijfsbezoeken of beurzen, deelname aan studentenoverleg of ondersteuning van het onderwijs (met goedkeuring van de docent). Andere activiteiten worden op voorhand per mail voor ‘akkoord’ voorgelegd aan de coördinerend verant woordelijke. Positief antwoord op de mail geldt als goedkeuringsbewijs. Voor bezoeken en niet standaard goed gekeurde activiteiten, dient er altijd een beknopt verslag gemaakt te worden. Het portfolio voegt alle documenten (aankondiging, goedkeuring, bewijs deel name en verslagen) samen met vooraan een overzicht van alle activiteiten, data en urentelling per categorie volgens een opgelegd sjabloon. In de telling is de mogelijkheid voorzien om een wegingsfactor te gebruiken. Activiteiten met extra voorbereidingswerk krijgen een weging groter dan 1. Bij twijfel of de activiteit wel 100% opleidingsgerelateerd is, zal een student met voldoende verantwoordelijkheidszin een wegingsfactor kleiner dan 1 nemen.
Concept Het deel LLL heeft typisch een gewicht van 1 of 1,5 studiepunt (SP) binnen een groter opleidingsonderdeel 1 SP komt overeen met een studiebelasting van 30 uur. De beoordeling is een eenvoudig pass/fail systeem. Om te slagen op het LLL-onderdeel moet de student een portfolio indienen met verantwoording voor 30 uur ‘relevante activiteiten’, maar er wordt aangeraden om voor iets meer te gaan. Dit vermijdt onaangename verassingen bij de betwisting van enkele LLLuren.
LEVENSLANG LEREN IN DIEPENBEEK
Het aspect ‘Levenslang leren’ komt in elk leerresultatenmodel, al dan niet expliciet, aan bod.
maakt deel uit van het mastercurriculum, maar de student mag al in het 3de bachelor of in het schakelprogramma starten met de activiteiten voor het portfolio. Op de geleverde inspanningen staat immers geen vervaldatum. Inhoud Alle activiteiten uit het portfolio moeten een link hebben met de opleiding en zijn opgedeeld naar drie categorieën: technologische verdieping, interculturele verbreding en verantwoordelijkheid opnemen. Elke categorie moet in zekere mate aan bod komen, bijvoor beeld minimaal 5 uur op elk van de drie. Onder technologische verdieping vallen bedrijfsbezoeken, beursbezoeken of lezingen over technologische onder werpen. Dit is vaak de eenvoudigste categorie om uren in te verzamelen. De categorie interculturele verbreding herbergt o.a. lezingen rond diversiteit, actuele maatschappelijke debatten of kortstondige internationale activiteiten. Zelfs een politiek debat in een verkiezingsjaar of een netwerkevent voor ingenieurs (in spe) mogen hier occasioneel deel van uitmaken. De derde categorie, verantwoordelijkheid nemen binnen de opleiding, is het ‘parade -paardje’ of zeg maar het ‘ei van Columbus’. Deze categorie is een echte win-win voor de student en de opleiding. De studenten krijgen hier de mogelijkheid om hun interpersoonlijke vaardigheden of algemene skills aan te scherpen, bijvoorbeeld als informant op een info dag, als ambassadeur naar hun oude middelbare school, als sessiebegeleider op een forumavond, als tutor voor een oefenzitting of als labo-ondersteuner voor één van de basisvakken. De opleiding krijgt zo talrijke helpende handen erbij. Spelregels De administratieve last voor de opvolging is best zo klein als mogelijk. Communicatie over aanbod en rekenregels gebeurt dan ook in hoofdzaak via Toledo. Elk dagdeel (voormiddag, namiddag of avond) telt voor maximaal 3 uur. Activiteiten aangeboden via Toledo zijn standaard goedgekeurd.
DOCENT IN DE KIJKER 16
Samen leren en werken Het systeem onderhoudt zichzelf. Naast het grote aanbod aan lezingen vanuit beide universiteiten en de omringende hogescholen, kunnen de studenten ook het heft in eigen handen nemen en zelf lezingen, technologische beurs- of bedrijfsbezoeken organiseren of zich aanbieden om onderwijsleeractiviteiten te ondersteunen. Alle studenten zijn vrij om al dan niet deel te nemen. Zij kunnen de activiteiten binnen het portfolio maximaal richten naar de eigen interesses. Elke effort van de student wordt gewaardeerd aan de simpele regel ‘een uur is een uur’. Het LLL-onderdeel is net dat kleine duwtje in de rug dat de student nodig heeft om zijn eigen grenzen en interesses te verleggen, regelmatig met bijzonder positieve feedback vanwege de student.
17CONNECT ING Johan
Johan Baeten Baeten

Masterreis Met de introductie van LLL heeft ook de masterreis bij wijze van spreken een veilige thuishaven gekregen. De vraag of deelname aan de masterreis al dan niet verplicht moet zijn, is hiermee voorgoed van de baan. Ook de flexibilisering zal niet langer roet in het eten gooien. Studenten beslissen zelf of en wanneer ze meegaan. Zij die meegaan verdienen tot 15 uren voor het portfolio, nl. 4 bedrijfsbezoeken aan 3 uur per bezoek en 3 uur interculturele verbreding ‘gratis’ erbovenop. Daarenboven ligt ook de feitelijke organisatie van de masterreis bij een kerngroep van studenten. Zij verdienen hiervoor extra uren binnen verantwoordelijkheid nemen.

van links naar rechts: Luc Demaegd, Dimitri Coppens en Tony Stevens
DOCENT IN DE KIJKER
18
In 1981 doen Luc De Loore, Paul Van de Wiele en André Govaert op het Symposium van het Interuniversitair Project voor Efficiënter Kandidatuur onderwijs belangrijke inspiratie op. Ze vertalen hun inzichten in een proefproject in 1983-1984, gekaderd binnen integrale kwaliteitszorg (IKZ). Toen al zat KU Leuven als expertisebron mee aan tafel, o.a. vertegenwoordigd door professor Piet Janssen. In het tweede semester van 1985 begint het eigenlijke monitoraat aan zijn opwarming, om dan in 1985-1986 op kruissnelheid te komen.
Studenten staan er niet alleen voor. Al meer dan dertig jaar draagt het monitoraat dit motto hoog in het vaandel. Een begeesterd team, door en door begaan met studentenbegeleiding, legde meer dan een kwart eeuw de fundamenten voor een dienst die honderden studenten een duwtje in de rug gaf om hen mee te lanceren in hun ingenieurscarrière. De gezichten zijn veranderd, de geest leeft onverminderd voort.
TECHNOLOGIECAMPUS GENT VIERT 30 JAAR MONITORAAT

19CONNECT ING
Het vraagt behoorlijk wat studiewerk alvorens je dit grafische aspect van de wiskunde kunt vertalen naar een lijn tekst op een computer. Bovendien verschillen de conventies van programma tot programma. Zowel studenten als monitoren verwelkomen dan ook snel de scanner op hun bureau. Ook tijdens de examen-en vakantieperiodes kan de student die niet in de buurt op kot zit, het monitoraat makkelijk om uitleg vragen via mail. Wat later adopteert het monitoraat tekentablets uit de grafische industrie. Dit blijkt een dankbaar hulpmiddel om feedback te geven, rechtstreeks op gescande vragen. Ze laten ook toe om in-line een grafiek te schetsen. De tablet blijft zijn nut bewijzen, maar sinds een tijdje gaat het monitoraat ook mee met de nieuwe tendens: de student die niet uit een vraagstuk geraakt, kan vlotter dan ooit met de smartphone een fotootje nemen en doormailen. De monitor op afstand kan de student op net dezelfde manier uitleg verschaffen.
Integratie biedt voordelen. De oprichting van de faculteit als gevolg van de integratie biedt nieuwe kansen om de voordelen van samenwerking te benutten. Onder leiding van Lynn Van den Broeck ontwikkelen Guy Durinck, Pedro Vynck, Marc Coppens en het monitoraat alvast de Small Private Online Course ‘Basiswiskunde voor schakelstudenten.’ Gezien de inhoudelijke overeenstemming van het eerstejaarsen schakelprogramma, staan monitoren immers ook in voor ondersteuning van schakelstudenten. Versterkt door ICTS, de Dienst Onderwijsondersteuning en het Leuvens Instituut voor Media en Leren, krijgt deze SPOC een upgrade naar een Massive Open Online Course. De MOOC is gericht op een veel breder doelpubliek. Werkgroep GeneratiestudentenBegeleiding

In de aanvangsfase ligt de klemtoon op vakinhoudelijke begeleiding. Al snel breidt de ondersteuning zich uit naar de andere aspecten van het leerproces: studenten kunnen ook voor studiemethode en -planning op coaching rekenen. Het monitoraat onderzoekt verschillende werkvormen. Het model met één vaste monitor en gespreide contactmomenten met de docenten, evolueert naar een efficiënter systeem bestaande uit een vast team monitoren en een permanente bereikbaarheid. Een student kan op eender welk moment van de dag op het monitoraat terecht met zijn vragen over alle eerstejaarsvakken. De instelling geeft dus blijk van een uitgesproken engagement –ook financieel – om de overgang van het secundair onderwijs naar hoger onderwijs zo goed mogelijk te faciliteren. De monitoren krijgen, door de dagelijkse begeleiding van de eerstejaars, een sterke voeling met de uitdagingen van de beginnende student. Ze zijn dan ook zeer goed geplaatst voor het verschaffen van informatie bij de werving van nieuwe Destudenten.psychosociale begeleiding wordt waargenomen door StuVo (studentenvoorzieningen, en dit in nauwe samenwerking met het monitoraat. Het werkmodel: persoonlijke begeleiding en actuele technologie Het monitoraat ervaart almaar meer de noodzaak om studenten te stimuleren. Vrijblijvende monitoraatstesten en een computerondersteund bevragings systeem zien het levenslicht. Om laagdrempelig te blijven, wil het monitoraat zo dicht mogelijk aansluiten bij de leefwereld van de student. Nieuwe technologie integreren in de begeleiding maakt deel uit van de visie. Technologische middelen vormen dankbare hulpmiddelen, maar het persoonlijk contact met de student blijft fundamenteel. Het optimale resultaat volgt uit een gezonde complementariteit. Joan Staels helpt daarbij met het Computer Ondersteund Onderwijs. Dit COO ont stond uit een samenwerking tussen de Katholieke Industriële Hogescholen van Vlaanderen (een pre-facultair moment) en is een mooi voorbeeld van wat er mogelijk is door verder te kijken dan de muren van de eigen instelling. Van scanner naar tablet en smartphone Het doorgronden van de wiskundige symboliek is een belangrijk leerproces. Weten dat het integraalteken afkomstig is van een langgerekte ‘s’ van het Latijnse ‘summa,’ draagt bij tot inzicht in het concept van Riemansommen. Vullen we dit integraalteken aan met een cirkeltje, dan weten we dat het gaat over een gesloten kromme of oppervlak. Vlot de kromme of het oppervlak schetsen, is bovendien ook mooi mee genomen om meer voeling te krijgen met het inhoudelijke rekenwerk.
Binnenkort vindt de kick-off van de facultaire Werkgroep Begeleiding Generatie- en Schakelstudenten plaats. Via dit kanaal zal de faculteit verder vorm geven aan de verschillende invalshoeken van begeleiding. Sinds de jaren negentig is decretaal vastgelegd dat dit alles dient te gebeuren, maar iedere instelling is vrij om de concrete invulling te bepalen. De beleidsplannen hieromtrent zijn klaar om hun weg te vinden naar de dagelijkse praktijk. De oprichting van een monitoraat op iedere campus staat daarbij centraal.
Dimitri Coppens Luc TonyDemaegdStevens
De Zomerschool is een begrip in Vlaanderen. De Vereniging voor Sterren kunde (VVS) wil langs deze weg jongeren sensibiliseren voor de wonderen van de kosmos en het heelal. Al meer dan 70 jaar brengt VVS amateursterrenkundigen bij elkaar om maan en planeten te observeren, om nevels te fotograferen en uitbarstende sterren te bewonderen. Iedereen die geïnteresseerd is in sterrenkunde of ruimtevaart vindt er zijn gading: waarnemers van de nachthemel, eclipsjagers, telescoopliefhebbers, ruimte vaarders in spe en computerfreaks. VVS heeft ook tal van filialen waaronder een Vereniging voor Weerkunde en een jongerenclub. Verder geeft VVS ook tal van publicaties uit waaronder de jaarlijkse Hemelkalender en een draaibare sterrenkaart. Total immersion Aan de Zomerschool Sterrenkunde werken professoren en deskundigen mee van de KU Leuven, de UGent, de VU Brussel, de Koninklijke Sterrenwacht van België en uiteraard ook de VVS zelf. Hun knowhow, expertise en enthousiasme zorgen voor een onvergetelijke leer belevenis, en dat niet alleen overdag.
Yves Persoons
Meer dan 30 laatstejaars secundair onderwijs uit heel Vlaanderen namen van 28 tot 31 augustus 2017 deel aan de Zomerschool Sterrenkunde op Campus Groep T in Leuven. Ze volgden er seminaries en practica over de meest uiteenlopende onderwerpen: van spectroscopie, over sterrenclassificatie en exoplaneten tot supernovae en massale zwarte gaten.
ZOMERSCHOOL STERRENKUNDE IN LEUVEN

De Zomerschool is immers een total immersion programma. De deelnemers verblijven drie dagen en nachten in Leuven, dus zijn er ook avondactiviteiten gepland. In de nachtelijke sterrenhemel is ook nog heel wat te observeren.
20 WETENSCHAPSCOMMUNICATIE

Wetenschapspopularisering Verder was Paul Hellings een vaste medewerker van de Wetenschappelijke scheurkalender die wordt uitgegeven door Natuur, Wetenschap en Techniek, een Nederlands populair-wetenschappelijk tijdschrift dat ook in Vlaanderen wordt verspreid en inmiddels is opgegaan de New Scientist. In de scheurkalender schreef Paul jaarlijks een achttal artikels.
Wat is het volume van de zon? Gaat de tijd in satellieten sneller of trager? De antwoorden vind je op www.ikhebeenvraag.be. Onlangs werd de 15 000ste vraag beantwoord door één van de 600 wetenschappers die deelnemen aan het initiatief. Eén van de meest actieve medewerkers is Paul Hellings. De hoogleraar heeft evenwel nog andere pijlen op zijn boog.
WETENSCHAPSCOMMUNICATIE 21CONNECT ING
Nu worden er in verhouding minder vragen ingediend. Ook hier merken we dat niet alleen scholieren maar ook volwassenen de weg vinden naar de vraagbaak.
“Deproject.wetenschappers die zich hebben geëngageerd, zorgen ervoor dat je meestal binnen de 10 dagen een antwoord krijgt”, vervolgt Paul. “Ikzelf beantwoordde bij de start soms drie à vier vragen per week.
De interactieve vraagbaak werd in 2008 gelanceerd door de Vlaamse regering. Je kunt er niet alleen terecht met vragen over wetenschap en technologie, maar ook over taal, literatuur, psychologie, geschiedenis, filosofie, enz. Iedereen krijgt een gepersonaliseerd antwoord van een expert uit één van de 40 Vlaamse en federale wetenschappelijke instellingen en universiteiten die deelnemen aan het

Daarnaast wordt hij regelmatig als spreker gevraagd door culturele centra en verenigingen. “Ik vind het de taak van het onderwijs en het onderzoek om een bijdrage te leveren aan de popularisering van de wetenschap”, besluit Paul. “Het is een belangrijke garantie voor de toekomst van onze vakgebieden.”
Een ander initiatief van VVS waar Paul en zijn collega Stijn De Jonge actief bij betrokken zijn, is de zomerschool Sterrenkunde voor jongeren. “De cursus omvat 7 hoorcolleges en 5 practica en heeft jaarlijks plaats op Campus Groep T. Het is telkens een schot in de roos. In 2016 hebben we de inschrijvingen zelfs moeten stoppen. Opmerkelijk is dat er zich elk jaar een paar leraren aardrijkskunde aanmelden. Zij zien de zomerschool als een welgekomen bijscholing.” Wetenschap op maat gesneden Paul Helling heeft niet alleen een passie. Als docent en wetenschapper heeft hij ook een missie. Die bestaat erin de wetenschappelijke geletterdheid van het brede publiek en van jongeren in het bijzonder op te krikken. “Alles begint met het verstrekken van correcte en wetenschappelijk onderbouwde antwoorden op de vele vragen die leven”, vertelt Paul. “Op het internet raak je als leek vlug verdwaald in een doolhof van websites waarvan je niet altijd de juistheid kunt inschatten. Op www.ikhebeenvraag. be staat een hele ploeg professoren en wetenschappers klaar om de juiste informatie op maat te geven.
Yves Persoons PAUL VRAGENHELLINGS:STAATVRIJ

Paul Helling studeerde Toege-paste Wiskunde aan de VU Brussel en promoveerde er in 1985 tot doctor in de Astrofysica. Vervolgens ging hij aan de slag aan de toenmalige Industriële Hogeschool Groep T in Leuven. Momenteel doceert hij op Campus Groep T wiskunde en signalen & systemen en dat zowel in de Nederlandstalige als de Engelstalige opleidingen. Eerder was hij al docent wiskunde in het internationaal ingenieurs programma van Beijing Jiaotong University. Zon en sterren Astrofysica is Pauls passie gebleven. Hijzelf noemt het bescheiden een ‘hobby’. Met zijn zelfgebouwde telescoop observeert hij het heelal en met een speciale zonnetelescoop fotografeert hij het zonneoppervlak en alle fascinerende fenomenen die zich daar afspelen: uitbarstingen, vlekken, magnetische effecten en dies meer. En van zodra er zich een opmerkelijk verschijnsel op de zon voordoet, installeert Paul prompt zijn telescoop aan de ingang van de campus en krijgen studenten en voorbijgangers deskundige uitleg.
Paul is gepokt en gemazeld in de Vlaamse Vereniging voor Sterrenkunde (VVS), de organisator van o.m. de zonnekijkdag en de nationale sterrenkijkdag tijdens de nacht van de duisternis. In ‘Heelal’, het maandblad van VVS, verzorgt Paul een vaste rubriek met het laatste onder zoeksnieuws uit de astronomie. En met de leden van zijn lokale amateurskring Mercurius in Halle trekt hij geregeld de velden in om er waarnemingen te doen.
30 JAAR
Het Erasmusprogramma blaast 30 kaarsjes uit. Is er reden tot feesten? Is dit programma, het meest succesvolle Europese project tot nu toe of is het eerder een vorm van “academisch toerisme”? Filip Thomaes en Natalia Chernovol

22 FACULTY WORLDWIDE
30 jaar Erasmus – wat cijfers 500 jaar geleden begon Desiderius Erasmus aan zijn eigen Europese uitwisselingstocht. Zijn omzwervingen zijn de reden waarom het Europese programma voor mobiliteit van studenten zijn naam draagt. In 1987 trokken 3000 studenten naar een ander Europees land, nu zijn er dat al meer dan 4 miljoen. Dertig jaar geleden namen 11 landen deel aan het gloednieuwe uitwisselingsprogramma, nu zijn dat er 34. Sedert de start van Erasmus Mundus en het extra luik “mobility with partner countries” is Erasmus ook wereldwijd actief. In 2017 is Erasmus+ uitgegroeid tot een veelomvattend programma met ook uitwisseling van personeel, curriculum ontwikkelingsprojecten en tal van projecten voor onderwijsinnovatie. Erasmus+ heeft een budget van 14,7 miljard euro, een veelvoud van het beperkte budget in 1987. Wat hebben die miljoenen uitwisselingen, budgetten en projecten opgeleverd? “…Erasmus meer heeft gedaan voor de integratie van de EU en de gedachte van “European citizenship” dan alle EU wetgeving van de laatste 30 jaar…” Timothy Garton Ash, The Guardian, 14/12/2014 Door Erasmus is de Europese context voor een hele generatie jongeren vanzelfsprekend geworden. De miljoenen studenten, docenten en onderzoekers die op één of andere manier hebben deelgenomen aan een internationale uitwisseling hebben “Europa ERASMUS: REDEN TOT FEESTEN?
• Onderwijsinnovatie is dan weer één van de centrale doelstellingen van de verschillende categorieën van Erasmusprojecten, waarvan er meer dan honderd hebben gelopen alleen al in onze faculteit. Erasmus, ook voor industrieel ingenieurs Erasmus is er niet alleen voor taalkundigen, ook een student industrieel ingenieur kan niet alleen op academisch vlak veel bijleren van een internationale uitwisseling, maar ook qua persoonlijke verrijking. In het vorige academiejaar 2016-2017 trokken zo’n 150 van onze studenten naar één van onze 100 Europese of 25 niet-Europese partners.
One advice: never rest on your laurels. Always go forward, improve your skills, get to know more about the world around you and when a good opportunity comes along, grab it with both hands! Hilde Lauwereys
Filip Thomaes ging in 1990-1991 als één van de eerste studenten industrieel ingenieur in Vlaanderen naar het Instituto Superior de Engenharia do Porto om daar zijn masterproef af te werken “Wat me vooral motiveerde waren de gesprekken met een aantal docenten die internationaal gericht waren, hun enthousiasme maakte me warm voor een semester in Girona of Porto. Vooraf maakte ik me wat zorgen over hoe ik zou functioneren in een andere taal, maar uiteindelijk heb ik mijn masterproef in het Frans geschreven, met een voorwoord in het Portugees en een Engelstalige verdediging! Ik had een promotor zowel in Gent als in Porto. Elke versie van mijn eindwerk moest ik per post opsturen naar Vlaanderen, na een paar weken kreeg ik dan een nagelezen versie terug. Nu vertrekken studenten met laptop en smartphone in de aanslag.
Prof. Jiri Hlinka, Vice-Decaan, Faculteit Mechanica, Brno University of Technology (Erasmus naar Campus Oostende in 1999-2000)
Natalia Chernovol kwam in 2016 van de Zaporizhzhya National Technical University (Oekraïne) voor een semester naar de Campus De Nayer en keert nu terug als doctoraatsstudente
My dream was to visit the unique museums and taste the best chocolate in the world. With the help of the ERASMUS+ my dreams have come true.
Ik trok op ontdekking in een grootstad (in vergelijking met Gent toch) en leerde een nieuwe cultuur en een nieuwe academische wereld kennen. Een Erasmusuitwisseling leert je snel zelfstandig worden, vergelijk het met een cursus “zonder zwembandjes in het water gegooid worden”.
• De Europese ministers van onderwijs creëerden de European Higher Education Area (EHEA) en kwamen in 1999 tot een toekomstverklaring voor het Europees hoger onderwijs (de Bolognaverklaring).
23CONNECT ING
Als gevolg van deze nieuwe visietekst werkte elke EU-lidstaat aan de invoering van een bachelormaster structuur.
For me, one of the main reasons for going on an Erasmus was to gain practical experience in such fields as manufacturing, mechanical engineering and the science of cutting. I also wanted to get acquainted with the educational process in KU Leuven and modern ways of studying and teaching.
in de praktijk” kunnen ontdekken. Misschien is deze boodschap van “European citizenship” wel dé grootste realisatie van 30 jaar MaarErasmus.afgezien daarvan hebben drie decennia internationale samenwerking ook geleid tot een aantal “neveneffecten” die het Europees hoger onderwijs radicaal hebben gewijzigd. Een paar •voorbeelden:In1995werd het European Credit Transfer Systeem (ECTS) ingevoerd om de omzetting van resultaten uit het buitenland te faciliteren en is vandaag nog steeds in gebruik als studiepuntensysteem.
Some other reasons were to get to know more about Belgian history, architecture and culture, European lifestyle and values.
In January 2000 I had my first Erasmus experience to Campus Ostend. The focus of the studies was mainly on aerospace related subjects and I also worked on a project dedicated to aircraft landing gear design for small aircraft. Later on in 2006 and 2009 I took part in the ERASMUS Staff mobility programme – an exchange programme for teachers.
• In 2017 zijn er van de 5600 instellingen hoger onderwijs in de EU, maar 100-tal die niet deelnemen aan het Erasmus+ programma, het is dus zonder twijfel het meest gedragen onderwijsproject van de EU.
Belgium was at that time much more “friendly” to incoming students compared to my home country (Czech Republic). There were less bureaucratic obstructions, there were no language problems for English speaking people and all “administrative issues” were somehow easier to solve… Belgium was something like an “showcase” for what should be improved in my home country.”
The main cultural shock was the atmosphere of Belgium. People are smiling in the street!!! Nobody is screaming, families and coworkers are sitting in the small cafés and enjoying their lunch.
24 ALUMNUS IN DE KIJKER
CATHY CHAMPAGNE:
Ing. Cathy Champagne, alumna van Technologiecampus De Nayer, werkt al verschillende jaren bij Insel. Insel is een onderdeel van Randstad Professionals die ingenieurs en professionele bachelors met een technisch profiel helpt in hun zoektocht naar de best passende job. De website van Insel heeft elk jaar meer dan 37 000 bezoekers en voor elke bezoeker probeert ze de link te leggen tussen mens en techniek. Hoog tijd om eens kennis te maken met één van de personen die elk jaar verschillende ingenieurs begeleidt naar hun best passende job
DE LINK TUSSEN MENS EN TECHNIEK

25CONNECT ING
Met een middelbare opleiding Latijn-wiskunde en de beperkte begeleiding naar het hoger onderwijs toe, greep Cathy als jongvolwassene terug naar wat ze kende. Voor haar waren dat de werkplaatsen en magazijnen waar ze als kind opgroeide in het bedrijf van haar ouders en grootouders. “Industrie en ondernemen hebben me altijd aangesproken. Een opleiding tot industrieel ingenieur elektromechanica leek me daarom een goede basis. Ik wilde een opleiding waarbij er vanuit een stevige theoretische insteek wordt vertrokken om praktisch gericht onderzoek te doen. De keuze voor Technologiecampus De Nayer was daarom voor mij de meest logische keuze.”
Match Het credo van Cathy luidt als volgt: “Elke ingenieur verdient de best passende functie in het best passende bedrijf en bij de best passende manager op dat moment”. Als je inzicht krijgt in wie de manager is, hoe het bedrijf werkt en wie de kandidaat is, kan je een match maken waarbij er wederzijds respect is en waarbij de personen elkaar gaan versterken in hun kwaliteiten. Dat Cathy industrieel ingenieur is, helpt haar met haar huidige job bij Insel waar ze bedrijven en ingenieurs begeleidt. Als industrieel ingenieur heb je namelijk de praktische en technische kennis die je in staat stelt snel te begrijpen wie het bedrijf nodig heeft voor de gevraagde functie. Ook voor de kandidaten is dit een voordeel. Je wordt sneller begrepen en kan vanuit je referentiekader met veel vaktechnische termen je carrière toelichten. Hierdoor leert ze een persoon kennen en kan ze op zoek gaan naar de best passende job. Het is deze persoonlijke benadering die heel belangrijk is: “Achter elke ingenieur schuilt een mens. Door de persoon voor mij heel menselijk en met veel empathie te benaderen, mag en kan ik met hem of haar de realiteit bespreken. Mijn job is een combinatie van mee helpen denken, advies op maat geven en deze met feiten onderbouwen.”

“Als ik alles wat ik met de jaren heb geleerd (in mijn opleiding, op professioneel gebied, van externen of de kleine dingen die je dagelijks kan leren), kan gebruiken om iemand een goed advies te geven en als blijkt dat de kandidaat en het bedrijf jaren samenwerken en elkaar versterken dan is dat de grootste voldoening die ik kan krijgen. Ik hoop dat ik mijn credo voor zoveel mensen als mogelijk heb waargemaakt en nog zal waarmaken.”
Sharon Van Damme
Het is nog niet mogelijk om alles op maat te maken, maar Randstad kijkt wel naar de toekomst door middel van een digitaal lab. In dat lab doet men onderzoek naar een integere benadering die voor alle partijen nuttig is met de focus op mensen en met respect voor de privacy.
De verschillen tussen ingenieurs vind je vooral terug in hun sterktes. Sommige ingenieurs houden zich bezig met vragen als waarom en hoe en kan je eerder terugvinden in vaktechnische functies. Andere ingenieurs zijn dan weer sterker in het wie en wat en willen eerder een functie waar ze met hun managementvaardigheden aan de slag kunnen of gaan ondernemen.
Misschien krijgen we binnenkort advies op maat en komt men automatisch met het juist voorstel naar je toe zonder dat jij de eerste stap hebt moeten zetten.
Pallet aan competenties Als je met mensen spreekt, is het belangrijk om te ontdekken met wie je spreekt. “Voor mij is een ingenieur iemand met een groot pallet aan competenties. Een ingenieur is oplossingsgericht, onderzoeksgericht en stelt kritische vragen over waarom, hoe, wie en wat. Je hebt als ingenieur ook een maatschappelijke verantwoordelijkheid.”
Een belangrijk onderdeel van het credo is “op dat moment”. Mensen en bedrijven evolueren en functies kunnen met de tijd veranderen. Dit hangt samen met de maatschappelijke evolutie. “Nu is er veel meer keuze waardoor alles mogelijk wordt. Je wilt niet alleen de beste werk nemer zijn, maar tegelijkertijd ook de beste echtgenoot, beste vader, goed zijn in je hobby’s, … De verhouding job en privé verandert en wordt evenwichtiger ingevuld dan vroeger. Je gaat als het ware je verantwoordelijkheden op een andere manier invullen en opnemen”. Digitaal lab In het begin van de jaren 2000 kreeg Insel op een vacature 50 reacties waaruit 10 personen werden geselecteerd voor een interview en 5 personen voorgesteld werden aan het bedrijf. Tegenwoordig is het veel moeilijker om reacties te krijgen op een vacature. Er wordt daarom veel vaker één op één gecommuniceerd.
AANDOCTORATENFIIW
TechnologiecampusGlen16/10/2017Debard
The development of an acoustic based home monitoring system to improve home care
• Tim Van de Voorde, Kevin Dierickx, Cédric Dobbelaere, Mathias De Naeyer en Gilles Mathys, studenten van de opleiding Master in de Industriële Wetenschappen Bouwkunde van Technologiecampus Gent behaalden op 12/10/2017 de tweede plaats in de Infobeton Student Contest op de Concrete Day 2017 van de Belgische Betongroepering en winnen 1.250 euro. De opdracht “10” van deze tiende editie van de wedstrijd bestond erin om het perfecte proefstuk in beton te maken dat een score 10 behaalt met een gewicht van 10N en een proefsterkte van 10kN.
• Prof.dr.ir. Bart Vanrumste (promotor)
Campus Geel: (Bachelor Elektromechanica ‘Drukverdeling van een ruiter op een paardenzadel’ (Gitte Leysen)
• Prof.dr.ir. Hans Rediers (promotor)
Geel Camera based fall detection using real-life data.
• De heer Peter Karsmakers (co-promotor)
• Prof.dr.ir. René De Mot (co-promotor)
Bachelor Chemie: ‘Composieten met hennepvezels’ (Winand Bernaers, Arnaud Boonen, Abdirahman Mohammed Yassin, Maxim Vanrusselt Bachelor Elektromechanica: ‘Een mobiel hijssysteem voor Formula Electric Belgium’ (William Geuns, Gilles Janssens, Stef Melis)
• Prof.dr.ir. Hugo Van Hamme (co-promotor)
• Bart De Rijbel en Cindy Verstraete, beiden alumini Master in de industriële wetenschappen Bouwkunde van de Technologiecampus Gent en zaakvoerders van de Wase staal- en industriebouwer BC-Construct, kaapten de publieks prijs weg in de eerste editie van ‘Fier Bouwen’. Deze wedstrijd is een nieuw initiatief binnen de cluster Algemene Aannemers van de Confederatie bouw Provincie Oost-Vlaanderen, bedoeld om het imago van de aannemerij en bouwwereld dat in de media dikwijls in een minder fraai daglicht wordt gesteld op te poetsen.
Campus Gent: Bachelor Energie ‘Studie van de belastingsgraad van een bestaande distributietransformator met het oog op uitbreiding van de productiecapaciteit’ (Flor Tryhou)
• VBI STUDENT RESEARCH AWARDS 2017 - BACHELORPROEFPRIJS
IN DE PRIJZEN
TechnologiecampusLien5/09/2017Bosmans
Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen (FIIW) - Bachelors
Bert3/07/2017OKTOBER)VanDenBroeck
• Prof.dr.ir. Toon Goedemé (co-promotor) • Prof.dr.ir. Tinne Tuytelaars (co-promotor)
Bachelor Biochemie: ‘Bioethanol uit algen’ (Zeger Derynck, Fien Vanhoegaerden, Nathan Droo, Pieterjan Uytterhoeven, Lloyd Cool)
Campus Groep T Leuven (1 van de 4 prijzen uitgereikt door Alumni Ingenieurs):
Campus Geel (1 van de 4 prijzen uitgereikt door Alumni Ingenieurs): Industriële ingenieurswetenschappen: ‘Het effect van tyndalisatie op bacteriële endosporen bij de gele meelworm’ (Leen Claes, Soraya Goossens, Ellen Raeymaekers) Biowetenschappen: ‘Na regen komt interceptie’ (Sebastian Apers, An Vanvelthoven, Johanna Van Passel, Kelly Wittemans)
DOCTORATEN IN DE PRIJZEN 26
• Op 1 juli wonnen Jonas Smits en Andy Gijbels van de technologiecluster werktuigkundige Industriële Ingenieurs-technieken van Campus Groep T the ‘Best Application’ Award, alsook the ‘Overall Winner Prize’ tijdens de Surgical Robotics Challenge 2017.
Campus Brugge: Bachelor Bouw ‘Realisatie van een meergezinswoning’ (Keanü Jonckheere, Lorenz Kyndt, Stef Herregods, Glenn Tytens)
• Tim D’Eer alumnus Technologiecampus Gent Master in de industriële wetenschappen wordt ‘Jonge Vlaamse Aannemer 2017’ van de Confederatie Bouw Oost-Vlaanderen
• Prof.dr.ir. Bart Lievens (co-promotor)
De Nayer Verspreiding, ecologie en behandeling van rhizogene agrobacteria, oorzaak van gekke wortels bij hydroculturen.
Bachelor Elektronica-ICT: ‘Healthome’ (Joshua Brughmans, Jonathan Lowe, Evgeniy Oleinik, Michiel Schrauwen, Wiktoria Serek)
• Prof.dr.ir. Bart Vanrumste (promotor)
• ALUMNI INGENIEURS: BACHELORPROEFPRIJS 2017
(JUNI –
Technologiecampus
IN LEUVEN In Leuven (Heverlee) sloegen 7 bedrijven en organisaties de handen in elkaar en vormden een hotspot van ondernemer schap en innovatie. De KU Leuven was prominent aanwezig met 2 faculteiten: Ingenieurswetenschappen (Heverlee) en Industriële Ingenieurswetenschappan (Leuven) Bij Industriële Ingenieurswetenschappen kon je op Campus Groep T Leuven de projecten zien die inmiddels overal bekend zijn: van zonnewagens, supersnelle elektrische racewagens, ecologische vaar tuigen tot een studentencoöperatie CORE die tegen 2030 Leuven mee klimaatneutraal zal maken. De rode draad door dit alles is ondernemerschap en creativiteit. Belangrijk is dat bij alle projecten en initiatieven ook het bedrijfsleven actief is betrokken. Daarom is het op Campus Groep T Leuven eigenlijk elke dag een open bedrijvendag. Maar op zondag 1 oktober werd een extra tandje bijgestoken.

Ook de alumni afgestudeerd aan de KU Leuven Campus Brugge (voorheen de KHBO Campus Oostende) waren van de partij. 51 genodigden en familieleden kregen een warm welkom in de aula en genoten een koud buffet met zicht op Brugge, waarna ze de campus bezochten.

Yves Persoons
NIEUWS VAN ALUMNI MEER DAN 2500 BEZOEKERS OP OPEN BEDRIJVENDAG
IN BRUGGE Campus Brugge wist 1800 bezoe kers te strikken. Zij konden op eigen tempo een parcours af leggen doorheen de labo’s Bouwkunde, Mechatronica, Nieuwe materialen, Kine sitherapie, Chemie en Fysica. Onderweg legden onderzoekers en docenten hun projecten met veel enthousiasme toe. In het auditorium konden de be zoekers een filmpje bekijken over de sloop- en bouwwerken van de nieuwe campus. Als kers op de taart kon men proeven van een ‘Brugse Zot’ getapt door een heuse taprobot, speciaal voor deze gelegenheid in elkaar geknutseld. Een mooi staaltje Mechatronica!
IN GENT EN AALST Technologiecampus Gent kreeg 600 bezoekers over de vloer. Ze konden de labos chemie en biochemie bezichtigen en er allerlei wetenschappelijke proefjes uittesten. Ook kinderen konden er naar hartenlust experimenteren. Op Campus Aalst kon de zonnefiets, het afstudeerproject van twee masterstudenten Energie, bewonderd worden. Overal stonden medewerkers klaar om extra uitleg te geven bij hun onderzoek. Open Bedrijvendag was alumnidag op Campus Brugge

Start op een van onze zeven campussen en werk mee aan innovatieve technologie enCAMPUSondernemerschapCAMPUSAALSTBRUGGE CAMPUS DE NAYERTECHNOLOGIECAMPUSCAMPUSSINT-KATELIJNE-WAVERCAMPUSDIEPENBEEKCAMPUSGEELGROEPTLEUVENGENT iiw.kuleuven.be/toekomstigestudenten INDUSTRIEEL INGENIEUR
