Prof. Greet ONDERWIJSVICEDECAANLangie Magazine van de Faculteit NR.KUIngenieurswetenschappenIndustriëleLeuven3-FEBRUARI2017 • CORE: duurzaam innoveren • Propere technologie voor China • Projecten in de ingenieursopleiding • MAGICS: radiation hardenen chips • Waste mananagement in Uganda • Faculty Worldwide • Wetenschapscommunicatie Driemaandelijks • december 2016-januari-februari 2017 • Afgiftekantoor 3000 Leuven 1 • P919663









Nanouck Bajoit VAN STUDENT COLOFONPROJECTLEIDERTOTPag.32 ConnectING is het magazine van de Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen van de KU Leuven. Het verschijnt viermaal per jaar en is bestemd voor alle studenten en medewerkers van de faculteit en haar 7 campussen, alumni, externe relaties en het brede maatschappelijk veld waarmee de faculteit een netwerk onderhoudt. Verantwoordelijke uitgever: Prof. Bert Lauwers, decaan FIIW Hoofdredactie: Yves Persoons Redactiesecretariaat: Martine Groffils Redactieraad: Sofie Craps, voorzitter, Greet Langie, Inge Van Cauter, Niels De Brier, Gert Sablon, Wim Dewulf, René Peeters, Louis Van Hoye, Rens Vervaeke, Hilde Bonte Foto's: Filip Van Loock, Dirk De Roose Redactieadres FaculteitConnectINGIndustriële Ingenieurswetenschappen Willem de Croylaan 56, gebouw E bus 2203 3001 Heverlee 016 32 33 iiw.communicatie@kuleuven.be36 www.iiw.kuleuven.be Grafisch ontwerp: www.altera.be Drukwerk: Drukkerij Van der Poorten 100% klimaatneutrale drukkerij www.vanderpoorten.be INHOUD • Woord vooraf 3 • Vicedecaan in de kijker 4 • Studenten in de kijker 7 • Docenten in de kijker 12 • Onderzoekers in de kijker 16 • Faculty worldwide 21 • Wetenschapcommunicatie 28 • Nieuws van Alumni 31 • Alumni in de kijker 32 • Forumavond 34 2



Zo titelde De Standaard onlangs. De match tussen de ingenieurs die afstuderen en de ingenieurs die bedrijven zoeken zou niet 100% goed zitten. Bijgevolg zijn er zowel openstaande vacatures als werkzoekende ingenieurs. Samen met het werkveld zet de faculteit er sterk op in om aan elkaars verwachtingen te voldoen. In de snel veranderende maatschappij van vandaag, doen we dat zelfs intenser dan ooit tevoren. We zijn er beiden van overtuigd dat het beroep van industrieel ingenieur een sterk profiel voorstelt. De nood aan industrieel ingenieurs is en blijft erg groot. Technologische kennis en expertise worden erkend bij onze afgestudeerden. Bredere competenties, werkervaring en studenten bewust laten ontdekken welk type ingenieur ze zijn, daar kunnen we nog meer in groeien. In dat kader werd het onderzoeksproject ROLLING afgerond. Prof. Greet Langie, vicedecaan onderwijs, slaagde er in Europese financiering vast te krijgen voor het vervolgproject PREFER (Professional Roles and Employability of Future EngineeRs). Je leest er meer over in dit nummer. We doen heel wat om onze studenten tijdens de opleiding klaar te stomen voor het werkveld. De aanpak via practica-on-site of via participatie in internationale competities zijn daar twee voorbeelden van. Studentenproject CORE is nog zo’n mooi exemplaar. Ondernemende, geëngageerde studenten die een zeer actieve rol spelen in de doelstelling van Stad Leuven om tegen 2030 klimaatneutraal te zijn, zetten we graag in de kijker.
Prof. Bert Lauwers, Decaan Faculteit IngenieurswetenschappenIndustriële



3CONNECT ING
Prof. Bert Lauwers
De band met de alumni willen we sterker aanhalen. We zetten in op een sterke alumniwerking zodat we meer voor elkaar kunnen betekenen, onder andere door kennis en ervaringen uit te wisselen. Dat doen we trouwens met jong en oud. Met techneuten en via culturele en andere projecten met wie minder met technologie bezig is. Technologie voor en van iedereen. Zo zien wij het althans.
ZKT.INGENIEURWERK
Propere technologie is één van de paradepaardjes in ons onderzoek. Dat ontdekten ze zelfs in China. Mede door de ontwikkeling van propere technologie van onze onderzoekers, kan de grootste afvalverbrandingsoven ter wereld energie voorzien voor meer dan 1 miljoen gezinnen. In Uganda loopt dan weer een ambitieus pioniersproject in waste recovery door een van onze alumni.
WOORD VOORAF
Veel leesplezier.
VICEDECAAN IN DE KIJKER 4

Ingenieurs onder de loop “We kregen de financiële middelen van de Dienst Onderwijsbeleid die via facultaire projecten haar nieuwe onderwijsvisie rond de disciplinary future self wilde implementeren”, steekt Greet Langie van wal. “Het idee voor dit project was niet nieuw, maar gebaseerd op een marketing model. Best een interessant kader om naar ingenieursfuncties te kijken. Als ingenieur word je gevormd om een brede markt te bespelen. Maar elke niche heeft eigen noden. Je moet dus gaan specialiseren.

DRIE VOORROLLENINDUSTRIEEL
“Studenten kennen wel hun domein specifieke vaardigheden, maar weten verder niet, of veel te weinig, wat hun sterke punten zijn en welke rol als ingenieur hen het best ligt”, bevestigt Greet. >
2.Operational excellence: een ingenieur die zo efficiënt mogelijk processen organiseert en optimaliseert.
1.Product leadership: een ingenieur die nieuwe producten of technologieën ontwikkelt. Functies met deze rol hebben vooral betrekking op het ontwikkelen en innoveren van leading-edge technologieën.
3.Customer intimacy: een ingenieur die klantgerichte oplossingen aanreikt, een hoge klanttevredenheid en optimale dienstverlening zijn hier erg van belang.
INGENIEURS.
www.iiw.kuleuven.be/rolling
Het Rolling-project definieerde volgende rollen:
Een van haar projecten – Rolling –werd vorig semester afgerond met het goede nieuws dat het Europese vervolgproject REFER (Professional Roles and Employability of Future EngineeRs) goedgekeurd werd. Het hoeft niet meer gezegd dat dé industrieel ingenieur niet bestaat. Maar dat studenten niet erg goed weten in welke professionele rollen ze later dan zoal terecht kunnen komen, dat bleef wat onder de radar. Het was de Facultaire Senaat die de aandacht vestigde op het feit dat pas afgestudeerden hierdoor gehinderd werden in hun zoektocht naar een job en in hun eerste werkervaring. Bijgevolg investeren bedrijven vaak node loos veel in jonge starters. Rolling wilde studenten sensibiliseren zodat ze beter voorbereid de arbeidsmarkt op kunnen.
Als vicedecaan onderwijs valt Greet Langie niet te stoppen. Gedreven, met visie en met heel veel goesting trekt zij ook onder de nieuwe decaan aan de onderwijskar. Naast het vicedecaanschap en haar lesopdrachten op Technologiecampus De Nayer voert ze ook onderzoek als stuurgroeplid van LESEC, het Leuven Engineering Science en Education Centre. Onderzoeksgebaseerde onderwijs ontwikkeling is de dada van deze fysicus.
Niet enkel domeinspecifiek, maar ook op vlak van professionele skills.” Collega wetenschappelijk medewerker Maarten Pinxten pikt meteen in. “We zijn in eerste plaats gaan kijken of de rollen uit het marketingmodel ook toepasbaar zijn op onze ingenieurs. Een kwalitatieve werkveldbevraging bevestigde dit al snel waarna we dit verder kwantitatief zijn gaan onderzoeken.”
Skills gap “Daarna trokken we naar eerstejaars studenten. We legden hen een aantal domeinneutrale, stereotiepe vacatures voor waarbij ze konden aangeven welke hen aansprak en waarom. Het bleek dat studenten niet alleen in staat zijn een voorkeur te uiten, maar dat deze ook overeenstemt met de competenties waar ze sterk in zijn. Wie bijvoorbeeld een voorkeur uitte voor de rol customer intimacy, waarbij de focus ligt op klant tevredenheid (zie kader), scoorde beter op communicatie. Dat klinkt logisch, alleen blijken onze studenten zich weinig bewust van dat verband. We kunnen echt spreken van een skills gap.”
KEEP ROLLINGON 5CONNECT ING
Bewustmakingsproces
“Een job als werfleider waarbij je veel moet communiceren en organiseren of liever een functie waarin je alleen werkt aan een gestructureerd probleem? Via een opleiding bouwkunde kunnen studenten op ontdekking gaan via een stage, maar in andere opleidingen komt dit momenteel nog niet aan bod.”
“Een volgende stap is dan de studenten bewust maken van de eigen interesses. In dit project werd al heel wat materiaal verzameld, maar deze stap zal vooral nog verder uitgewerkt worden in het vervolg project PREFER –voluit Professional Roles and Employability of Future EngineeRs.” Bedrijven aan boord Het PREFER project zal gerealiseerd worden met TU Delft en Dublin Institute of Technology als hoofdpartners in een consortium met bedrijfspartners Engie Electrabel, Siemens Nederland en Electricity Supply Board Ireland. Ook Agoria, de ingenieursfederaties als IE-net voor België en Europese ingenieurs verenigingen als SEFI stappen mee aan boord. Greet is enthousiast over de steun van al die partners. “Engie herkende het probleem en was meteen mee in het verhaal. Zij hopen de tools die we zullen ontwikkelen ook te kunnen inzetten in hun HR-beleid. Zo moet het bedrijf op termijn ook minder investeren in rekrutering. Sollicitanten zullen beter weten welk profiel ze hebben.”
Een nieuw platform vol getuigenissen van industrieel ingenieurs. “Studenten kennen wel hun henwelkesterkeveelwetenvaardigheden,domeinspecifiekemaarverderniet,ofteweinig,wathunpuntenzijnenrolalsingenieurhetbestligt.”
KU LEUVEN, UGENT, UHASSELT, VUB EN UANTWERPEN LANCEREN www.ikbenindustrieelingenieur.be


www.preferproject.euSofieCraps ON ROLLING
“Ik ben erg blij dat dit project goedgekeurd werd. Een doctoraatsstudent aan KU Leuven zal focussen op de ontwikkeling van een verfijnder competentiemodel als kader om de ingenieursfuncties te classificeren. Dit wordt de input voor de ontwikkeling van een aantal tools die studenten kunnen gebruiken om hun sterktes en zwaktes te identificeren en vertrouwd te geraken met de verschillende rollen. TU Delft zal focussen op werkvormen in de opleiding die hierop kunnen inspelen. Momenteel zijn er op elke campus ambassadeurs die het rolling-verhaal in de opleiding implementeren. De tools waarbij studenten feedback krijgen over hun profiel zal de werkdruk van deze groep toegewijde collega’s weer een stukje kunnen verlagen.”
“De opleidingen moeten hiervoor niet volledig hervormd worden”, stelt Greet gerust. “Wel willen we studenten de nodige tools aanreiken om hen vertrouwd te maken met de verschillende rollen, al van in het begin van de opleiding. Enkel zo kunnen studenten hun voorkeurs rol ontdekken. Dat kan via gastsprekers, bedrijfsbezoeken, jobbeurzen of een duidelijkere link naar de rollen in de huidige lessen. Samenwerking met bedrijven is daarbij dus erg belangrijk.”
KEEP

INDESIGNENGINEERINGLEUVEN




7CONNECT ING
STUDENTEN IN DE KIJKER
Wiskunde, mechanica, fysica, 3D-ontwerpen en printen. Je kunt het allemaal leren in de verschillende vakken van de ingenieursopleiding. Maar je kunt het ook effectief beleven en integreren in een uitdagend project. En er bovendien ook nog extra skills mee verwerven zoals teamwork en projectmanagement. Dat kan al in de eerste opleidingsfase op Campus Groep T.

Op 22 december 2016 pakten de tweedejaars bachelor industriële wetenschappen van de Technologiecampus Oostende uit met hun multidisciplinaire projecten. De oefening in projectmatig leren en werken leverde knappe realisaties op. Zoals sensoren in rusthuizen, een thermometer in de tandenborstel tot vleugels van een UAV uit composiet materiaal.
INSHOWTIMEOOSTENDE

Slim omgaan met energie. Het kan ook simpel. Met kleine acties en minimale inspanningen kun je veel energie besparen én veel geld. Dat is de boodschap van CORE, een groep van een 15-tal concepteningenieursstudentengeëngageerdeenhunvennotendieinnoverendeontwikkelenrondefficiëntenduurzaamenergiegebruik.
Voor alle duidelijkheid; CORE is meer dan een clubje idealistische wereld verbeteraars. De COREnauten – zoals ze zichzelf noemen – hebben zich georganiseerd in een ondernemingsvorm die volgens hen de beste garantie biedt om duurzaam te innoveren. Dat is de coöperatie. Het is een structuur die toelaat om een gemeenschappelijke meerwaarde te creëren zonder elkaar te moeten Coördinatorbeconcurreren.Stijn

De Jonge legt uit: “CORE staat voor Coöperatief Ondernemen in Rationeel Energiegebruik. Wij zijn een autonome organisatie van vennoten en partners die samen eigenaar zijn van een onderneming en werken aan maat schappelijk verantwoorde projecten waarmee we bedrijven, overheden en het brede publiek willen leiden tot een efficiënt energiegebruik.” Samen naar duurzaamheid CORE werkte zich in de voorbije jaren in de kijker met projecten over o.m. afval verwerking via vergisting, de energetische renovatie van schoolgebouwen, de her bruikbare drinkbus, enz. Tijdens de Smart Energy Days in het voorjaar van 2016 werd op zoek gegaan naar het meest energiezuinige studentenkot in Leuven. De SMERGY-man leerde de studenten hoe ze met een handvol ingrepen veel energie konden besparen en zodoende meer geld over te houden voor leukere dingen in de studentenstad. Bij deze projecten wordt ernaar gestreefd zo veel DOOR TE BESPAREN
STUDENTEN IN DE KIJKER 8 SPAREN

www.thinkcore.beYvesPersoons 9CONNECT ING


Zo werd in Leuven de Jouleboulevard gelanceerd. Dit is het vervolg op het Muntstraatproject waarbij het energie gebruik in 15 restaurants werd gemeten, geanalyseerd en uiteindelijk beduidend gereduceerd met behulp van slimme meters. “Je hebt er geen idee van hoeveel restaurants en horecazaken uitgeven aan gas en elektriciteit”, vertelt Stijn. “Voor de 15 etablissementen die meewerkten aan het pilootproject kom je aan een bedrag van 250.000 tot 300.000 euro per jaar.
“Alleen al door een betere afstelling van de technische installaties – verwarming, koeling en verlichting –kan gemakkelijk 5 % en meer bespaard worden.”
“Nu ontwikkelen we samen met onze partners een methodiek om warmte balansen sneller uit te voeren en via warmtewisselaars en –pompen de rest warmte elders te gebruiken en om via andere installaties restenergie om te zetten in elektriciteit. Dit wordt nu geïmplementeerd in vier brouwerijen in Vlaanderen.”
Energiehuishouding Van de Muntstraat naar de brouwerij is maar een kleine stap. Ook in de brouwerij sector is CORE actief: het team adviseert kleine- en middelgrote bierbrouwers bij het opstellen van een zuinige energie balans. “Zo namen we de energie huishouding van de brouwerij Bosteels en Huyghe onder de loep”, vervolgt Stijn.
Over warmte gaat het ook bij ISVAG in Antwerpen. In 2020 opent de inter communale een nieuwe verbrandings oven voor huishoudelijk afval. Samen met het onderzoekcentrum VITO ontwerpt CORE een netwerk om de warmte die vrijkomt te verspreiden in de regio. Stadsauto Een van de paradepaardjes van CORE is MobiOne, een project rond duurzame stadmobiliteit. De blikvanger wordt de Mobi, een compact voertuig dat het comfort van een auto combineert met de milieuimpact van een fiets.
Van Muntstraat tot Jouleboulevard Inmiddels heeft het CORE-team zich op verschillende nieuwe projecten gestort.
“De Mobi moet perfect kunnen functioneren in een stedelijke omgeving”, zegt Stijn. “Zo is de maximumsnelheid beperkt tot 45 km/uur. Via de elektrische aandrijving wordt de energie die vrijkomt tijdens het remmen volledig gerecupereerd. Daarnaast kunnen de inzittenden zelf energie opwekken met trappers waarvan de weerstand via een smartphone app ingesteld kan worden.” De Mobi vormt maar één aspect in het ontwikkelen van een nieuw mobiliteitsconcept voor onze overvolle steden. In mei 2017 wordt het prototype mogelijks ingezet als officieel Leuvens stadsvoertuig. Leuven klimaat neutraal in 2030 komt alweer een stap dichter.

Alleen al door een betere afstelling van de technische installaties – verwarming, koeling en verlichting – kan gemakkelijk 5 % en meer bespaard worden.” In het kader van de Jouleboulevard ontwikkelt het team haalbare business plannen voor KMO’s en winkels. Het helpt deze bedrijfjes om CO2 en geld te besparen via een doorgedreven automatisering van het meten en analyseren van het energie gebruik.
mogelijk mensen te betrekken bij het verhaal en hen warm te maken voor een duurzamere maatschappij.
Dat betekent: mee de koers maken, de leiding van ploeg nemen en goede prestaties neerzetten. Met een gehalveerd studieprogramma en een jaartje ouder zullen zijn kansen ongetwijfeld stijgen.
De carrière van Mathias begon sterk. Bij de juniores won hij onder andere de klassieker Philippe Gilbert met aankomst op La Redoute en werd hij derde op het Europees kampioenschap. Bij de beloften liep het wat minder vlot met een paar ongevallen die zijn trainingsschema overhoop haalden. Toch kon de jonge Meerhoutenaar in augustus 2016 nog tweede worden in de Ronde van Namen voor eliterenners en beloften, na prof wielrenner Laurens Sweeck.
In het wiel van Gilbert en Van Avermaet Mathias is een taaie Kempenaar. Hij rijdt graag lange wedstrijden en liefst nog in de regen. Zijn uithoudingsvermogen is wellicht zijn grootste troef. Na enige aarzeling bevestigt hij dat zelf: “Eigenlijk ben ik een allrounder en ook wel een puncher, iemand die sterk is in de korte klim. Alle koersen waar Gilbert sterk in is, liggen mij ook”. Het is dan niet te verwonderen dat zijn idolen Philippe Gilbert en Greg Van Avermaet zijn. De student van de Technologiecampus in Geel kan nog altijd rekenen op professionele hulp van het Energy Lab. Hij krijgt er onder andere trainings schema’s op maat en hulp bij zijn fietspositionering.
Tot vorig jaar combineerde Mathias succesvol studeren met wielrennen. De masteropleiding heeft hij over twee jaren gespreid, want nu is het erop of eronder in het wielrennen. Hij rijdt voor Lotto Soudal U23 en wil in 2017 of 2018 dolgraag World Tour prof worden. Dat kan alleen als hij zich in de kijker werkt in het peloton. En daarvoor wil hij nog harder trainen dan ooit te voor.
MATHIAS VAN GOMPEL: TOPSPORTER MET DANK

Mathias was weer bij de gelukkigen en dat gaf een punch aan zijn wielercarrière.
STUDENT IN DE KIJKER 10
Mathias voelt zich inmiddels prima in vorm en hoopt op een goed voorjaar. “Als ik deze winter hard kan trainen en geen pech heb, moet het lukken. Ik zal er alles voor doen om in de kijker te lopen.”
Toen hij 15 was, schreef Mathias Van Gompel zich in voor het Lotto Cycling Project. Hij behoorde tot het groepje van tien dat uit de bijna vierhonderd inzendingen werd gekozen. De testen die ze moesten afleggen in het Energy Lab van Bob Verbeeck, halveerden het groepje nog eens.
AAN HET ENERGY LAB

11CONNECT ING

De KU Leuven heeft een statuut voor studenten die op topsportniveau presteren. Er zijn faciliteiten om examens te spreiden of te verplaatsen vanaf de januarizittijd tot het einde van de zittijd in juni of zelfs tot het einde van de septemberzittijd. Om een maximale deelname aan trainingen, stages en competities te garanderen, bestaan er soepele regelingen om afwezigheden tijdens colleges, seminaries en practica op te vangen. Topsportstudenten kunnen gebruik maken van sportieve faciliteiten en van studentenkamers dicht bij hun trainingsplaatsen.
“Dat zorgt ervoor dat ik de inhoud van de cursussen veel beter kan verwerken,” zegt TijdensMathias.hetacademiejaar traint de renner meestal op zijn eentje, in de vakantie gewoonlijk met drie jonge buitenlanders, die ook in de Kempen wonen, een Deen en twee Engelsen. Dat is aangenamer dan uren alleen op de fiets te zitten. Dirk De Roose Cyclingsite © GVJ
TOPSPORTSTATUUT


100 studiepunten per jaar Mathias heeft dan wel een topsport statuut, toch is en blijft de combinatie met hoger onderwijs zwaar. Hij had bijna een voltijdse taak als renner en daar komt een ingenieursstudie bovenop. Hij traint zo’n 30-35 uur per week. Als je dat omrekent in “studiepunten” en die optelt bij de 60 van een studiefase, dan kom je op ruim 100 punten per jaar uit. Toch is het hem al drie jaar gelukt. Hij is geboeid door ontwerpen, tekenen, problemen oplossen. Bovendien ligt de kelder van zijn vader vol technische apparaten en onderdelen, waarmee hij de theorie aan de praktijk kan toetsen.
De sportpsycholoog van het team vertelde hem dat studeren en topsport te combineren zijn als je er 100% voor gaat, zowel in een wedstrijd als in de studie.
12 DOCENT IN DE KIJKER
Een kader dat uitermate goed geschikt is om studenten voeling te geven met de bedrijfsrealiteit is de masterproef. Aan de Technologiecampus Oostende/ Brugge bestaat een traditie om deze inhoudelijk te koppelen aan een stage periode van zes weken. Zodoende kunnen studenten een duidelijk bedrijfsrelevant probleem analyseren en oplossen. Op die manier is in de loop der jaren een groot netwerk opgebouwd van professionals uit het werkveld. Toegepast onderzoek Naast de masterproef bieden practica een kanaal om het toegepast onderzoek te koppelen met de ingenieursopleiding. Aan Technologiecampus Oostende werd in het tweede semester van het academie jaar 2015-’16 een proef gedaan om enkele practica on-site, in een bedrijf dus, te organiseren. Deze practica kaderen in de labo's van de master industriële wetenschappen: elektromechanica waar twee sessies ‘modale analyse’ uitgevoerd
Na drie uur dataverzameling werden de meet- en simulatieresultaten met de labbegeleider doorgenomen en was het team prille testingenieurs klaar om ze aan bedrijfsingenieurs voor te stellen.
De feedback van de studenten na afloop was positief. Iedereen was overtuigd dat een dergelijke practicuminvulling in het master jaar een meerwaarde betekent.
“Oplossingsgericht opleiden met een directe link naar de industriële praktijk, dat was en is nog altijd het doel dat wij voor ogen hebben. Sinds de integratie van de industrieel ingenieurs in de universiteit komt er een nieuwe troef bij: onderzoek. Om deze symbiose tot stand te brengen, zijn er meer dan ooit practica on-site vereist”, aldus Stijn Debruyne, verantwoordelijke van de Technologiecluster Werktuigkundige Industriële aan de Technologiecampus Oostende.
Ingenieurstechnieken
Normaalworden. worden deze sessies op de campus georganiseerd. Hiervoor werd de link gelegd naar enkele validatiecases trillingsanalyse die in het kader van een lopend IWT Tetraproject “E-guide towards optimized adhesive bonding in structural applications” uitgewerkt dienen te worden. Een eerste case omvat de optimalisatie van gereedschapskoffers bij een fabrikant van vrachtwagentrailers. De opdracht bestaat erin de metalen koffers te vervangen door lichtere composietexemplaren en las- en schroefverbindingen te vervangen door meer trilling dempende lijmverbindingen. De aard van de toepassing is uiteraard sterk trillingsgerelateerd. Voor de opbouw van een betrouwbaar numeriek model van een dergelijke gereedschapskoffer zijn relevante trillingsdata vanuit de applicatie nodig. Echte ‘veldtesten’ drongen zich dus op. Bij het bedrijf werd gepolst of er een vrachtwagen ter beschikking gesteld kon worden om een groep van vier studenten de metingen te laten uitvoeren. Na goede briefing en intensieve voorbereiding (numeriek model, literatuurstudie, …) werd een trekker – opleggercombinatie vol gekleefd met trillingssensoren. Ook de bedrijfsleider nam deel aan het experiment.

Kort daarop werd een analoog labscenario uitgevoerd met een groep studenten, ditmaal voor een trillingsanalyse op een aardappelsorteerinstallatie. Daar werd tijdens volle aardappelverwerking één doseer– en sorteerunit onderworpen aan de expertise van een tweede team testingenieurs.
Binnen een academische omgeving is het onontbeerlijk dat ingenieurs in opleiding een kritische, onderzoek gerichte attitude ontwikkelen. In hun verdere carrière zal die één van de belangrijke tools zijn om met een sterk analyserend vermogen uitdagingen aan te gaan en problemen op te lossen. Elke docent verwerkt in hoorcolleges, oefenzittingen en practica de juiste ingrediënten om bij de ingenieurs in opleiding deze attitude gaandeweg bij te brengen. Dat dit een proces is met vele stappen, is logisch.
Ook bij de labbegeleider is er een groot gevoel van voldoening. Het bedrijf verzekerde ons na afloop dat het altijd bereid is om, zelfs buiten de context van een onderzoeksproject, aan dergelijke activiteiten mee te werken.
PRACTICA ON-SITE: WAAR ONDERWIJS, ONDERZOEK EN INDUSTRIE ELKAAR VINDEN
Stijn Debruyne
“Naast de masterproef bieden practica een kanaal om het toegepast onderzoek te koppelen met de ingenieursopleiding.”
13CONNECT ING


Twee ontwerpen worden in het begin van het daaropvolgende academiejaar ingediend voor de zogenaamde PTC User Award, een competitie georganiseerd voor de hele Benelux.”
“De ontwerpen worden ingediend als de studenten in de masteropleiding zitten. Het stimuleert de studenten dat er ook na het beëindigen van hun bachelor nog iets met hun werk gebeurt.”
VAN BACHELORPROEF TOT INTERNATIONALE COMPETITIE JOHN BIJNENS LOODST STUDENTEN NAAR PTC USER AWARD
DOCENT IN DE KIJKER 14
DE O-RINGMACHINE

“Er nemen vooral bedrijven deel, maar de studenten leveren toch ook echt ontwerpen af die gezien mogen worden!”, gaat John trots verder. “Uit de inzendingen van 2016 werden weer 2 van onze studentenontwerpen geselecteerd voor de competitie en dat is al heel wat!”
Ontwerp een mechanische machine. Dat is het startpunt voor de bachelorproef voor studenten elektromechanica op Technologiecampus Diepenbeek. Collega’s Karel Kellens (KU Leuven) en Michael Daenen (UHasselt) zijn verantwoordelijk voor het eigenlijke ontwerpen en John Bijnens zorgt voor de implementatie in Creo. Zij leggen de lat voor de studenten hoog. In de meeste gevallen werken de studenten een concrete automatiseringsopdracht van een bedrijf uit. En het eindproduct moet de selectie voor de PTC User Award kunnen doorstaan.
Een jury van PTC en een online stemming onder PTCgebruikers stemde de O-ring machine van Tom Pluymers en Tiber Daubies van Technologiecampus Diepenbeek naar de vierde plaats. Het mechanisch ontwerp is een machine die O-ringen op ABS-sensoren plaatst zodat olie in het lagerhuis niet kan ontsnappen. De invoer voor deze machine zijn een acht tot tiental dozen gevuld met ABS-sensoren die van de productielijn komen. Deze dozen worden door een werknemer leeg gegoten in de trilbunker. De lege dozen worden achtereenvolgens op de rollenband geplaatst en staan zo opnieuw klaar om gevuld te worden met ABS-sensoren die voorzien zijn van een O-ring.
“In het begin van het academiejaar gaan de bachelorstudenten zelf op zoek naar een opdracht uit de industrie en werken ze het concept uit”, steekt John van wal. “Op het einde van het academiejaar wordt het project afgesloten met een voorstelling van de gedetailleerde productietekeningen aan het docententeam.
“Al meer dan 10 jaren, sinds 1994, gebruiken we het CAD-pakket van PTC om ontwerptekeningen te maken. Eerst gebeurde dat met Pro/Engineer, nadien met WildFire, en vandaag met PTC Creo Parametric”, vertelt John. De PTC User Award gaat naar het beste productontwerp van PTC Creo-gebruikers.
Sinds enkele jaren trekt John met de masterstudenten naar het PTC User Event in Eindhoven waar de award wordt uitgereikt. Op het grootste PTC-evenement in de Benelux passeren heel wat gastsprekers. Niet alleen experten geven een voordracht of demo, ook verschillende productlinemanagers van PTC uit de VS zijn van de partij en lichten een tipje van de sluier over de nieuwste ontwikkelingen die eraan komen. Tal van bedrijven die met PTC-producten werken komen naar dit event.
Sofie Craps
• Tulio Toffolo, doctoraatsstudent Technologiecampus Gent won de Superminds-Award van Imec. De TEDtalk van Toffolo met titel What’s your problem werd als beste verkozen door een publiek van meer dan 500 onderzoekers. Hij gaf een beeld van het onderzoek dat gedaan wordt binnen de onderzoeksgroep 'Combinatorische optimalisatie en beslissingsondersteuning', waarbij complexe optimalisatie-problemen worden opgelost door het gebruik van algoritmen in plaats van intuïtie of vuistregels. De presentatie zette de toeschouwers aan om de optimalisatieproblemen in hun eigen onderzoek te ontdekken.
• Op het Cleantechfestival 2016 heeft Sand2Sand de MIP Cleantech Battle gewonnen. In dit project rond hoogwaardige toepassingen voor gerecycleerde zanden in beton, werken de onderzoeksgroepen bouwkunde van Technologiecampus Oostende mee. Sand2Sand wint daarmee een reportage op Kanaal Z en een prijs ter waarde van €5000.



• Thomas Plumet, schakelstudent master industriële wetenshappen: bouwkunde aan Technologiecampus Oostende, was een van de winnaars van de wedstrijd Haal meer uit Beton. Met 7 andere studenten wint hij een studiereis doorheen Europa om de meest uitdagende realisaties in prefab beton te ontdekken.
• Dr. Geert Waeyenbergh en drs. Gerben Peeters en hun team van Campus Groep T behaalden op 25 oktober 2016 de tweede prijs tijdens de European Satellite Navigation Competition in Madrid. Meer dan 400 teams uit 40 landen pakten uit met hun projecten. Het Campus Groep T team viel in de prijzen met een primeur: het eerste operationeel systeem dat op basis van satelliet navigatie een onbemand binnenschip kan besturen. Het team kreeg er ook nog eens het ESNC Quality Label bovenop.
15CONNECT ING
IN DE PRIJZEN
• Evelina Ametova, actief op Campus Groep T, won de Best Poster Award of the 31st annual meeting of the American Society for Precision Engineering voor haar bijdrage Uncertainty Quantification in Dimensional Measurements by Computed Tomography due to Uncertainty in Data Acquisition Geometrical Parameters.
• Ellen Desie won de Toekomstboom 2016. Ellen kreeg de trofee en een geldprijs voor haar scriptie rond bodemkoolstof in de bossen van de Gaume in Belgisch Luxemburg waarmee ze afstudeerde op Technologiecampus Geel. De StichtingToekomstboom wordt elk jaar uitgereikt aan de beste studentenscriptie in het vakgebied van bosecologie en bosbeheer uit Nederland en Vlaanderen.
• Marijn Mertens, alumnus Technologiecampus De Nayer, won op de jaarlijkse Concrete Day van de Belgische Betongroepering de studieprijs voor zijn masterproef Ductiliteit van zwaar gewapende betonbalken.
“In de master kunnen studenten zich via keuzeopleidings onderdelen verder specialiseren in PTC manufacturing voor het genereren van programma’s van CNC-machines en PTC Mold Design voor het ontwerpen van spuitgietmatrijzen.”

“Een ongelooflijk interessante ervaring”, besluit John. “De kennis making met al die bedrijven die ‘hun’ pakket in de dagelijkse praktijk inzetten, daar smullen de studenten van!”
• Siebe Van Thienen, alumnus Technologiecampus Geel, won de IE-prijs voor industrieel ingenieurs. De master in de industriële wetenschappen: elektromechanica scoorde met zijn masterproef Gedragskarakteristieken van breekplaten bij laserablatie.
• Dieter Baets, doctoraatsstudent Technologiecampus De Nayer, SintKatelijne-Waver won op Agriflanders de Boerenbond Persprijs 2016 voor zijn masterproef Integrated Pest Mangagement of Drosophila suzukii (Diptera: Drosophilidae). Monitoring, Insecticide Efficacy in Cherry and Population Modelling.
Na een postgraduaat milieubeheer aan de KU Leuven ging ze aan de slag als technisch-commercieel ingenieur en kwaliteitsingenieur bij o.m. NALCO en Recticel automotive. “Zonder twijfel een leerrijke periode”, herinnert Jo zich. “Maar mijn ware roeping lag elders. Het was prof. Carlo Vandecasteele die me op het pad van het wetenschappelijk onderzoek zette in wat toen een booming discipline was: de milieutechnologie.” PROPERE VOOR AFVALVERBRANDING IN CHINA
aan de voormalige hogeschool Groep T.
De energie die bij de verbranding gerecupereerd zal worden, is voldoende voor meer dan 1 miljoen gezinnen en komt overeen met 700 000 ton steenkool per jaar. De CO2 uitstoot wordt dan weer met 2 000 000 ton per jaar gereduceerd.
Geef toe, het zijn indrukwekkende cijfers, maar zoals zoveel dingen pakken de Chinezen ook hun afvalprobleem letterlijk en figuurlijk groots aan.”
‘Belgisch bedrijf bouwt de grootste afvalverbrandingsoven ter wereld’, kopten de kranten in het najaar van 2016.
Keppel-Seghers Belgium levert de technologie voor wat in vaktermen de grootste ‘waste-to-energy facility’ heet. Bij de ontwikkeling ervan zijn onderzoekers van de Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen betrokken. We spraken met dr. Jo Van Caneghem. De grootste waste-to-energy installatie ter wereld verrijst binnenkort in Shenzhen. 16

ONDERZOEKER IN DE KIJKER
De grootste waste-to-energy-installatie ter wereld verrijst binnenkort in Shenzhen, het Silicon Valley van China. “In feite gaat het om de uitbreiding van de bestaande verbrandingsoven in Boa’an”, legt Jo uit. “Aan de 6 huidige lijnen met een capaciteit van 750 ton per dag worden 5 nieuwe lijnen van 850 ton per dag toegevoegd, goed voor een capaciteit van 3 miljoen ton afval per jaar, dit is 2,5 maal zoveel als wat heel Vlaanderen te verwerken krijgt. Stel dat je al dit afval zou storten, dan kun je er een toren mee bouwen van 2 km hoog.

TECHNOLOGIE
Ingenieur, doctor en onderzoeker Jo studeerde in 1993 af als industrieel ingenieur chemie, optie milieutechnologie
Onderzoeksovereenkomst
“Duurzaam verbranden klinkt als een contradictio in terminis, maar dat is het niet.” Dr. Jo Van Caneghem en haar collega Bram Verbinnen.
Sinds 2 jaar hebben Jo en haar collega Bram Verbinnen een overeenkomst met Keppel-Seghers Belgium, een bedrijf gespe cialiseerd in waste-to-energy installaties. “Als onderzoekers van KU Leuven werken wij mee aan de ontwikkeling van propere technologie voor afvalverbrandingsovens”, vertelt Jo. “Duurzaam verbranden klinkt als een contradictio in terminis, maar dat is het niet. Alles staat of valt met de recuperatie van de energie. Die wordt omgezet in stoom die de turbines aandrijft om elektriciteit te produceren of die geleverd wordt als warmtebron aan de omliggende industrie. Ons onderzoek spitst zich toe op de rookgassen en de belasting van de stoomketels tijdens de verbranding. In China is huishoudelijk afval doorgaans niet gesorteerd. Deze chemische en fysische heterogeniteit maakt de ketels onderhevig aan corrosie. Wij onderzoeken via operationele procesparameters hoe de levensduur van de stoomketels verlengd kan worden. Daarbij letten we vooral op de afzetting in de ketel, de dikte van de afvallaag op het verbrandingsrooster, de temperatuur, de snelheid van de verbranding en de toevoer van lucht.”
Marktleider In 2018 is de nieuwe verbrandingsoven in Bao’an klaar. “Keppel-Seghers Belgium profileert zich hiermee als een marktleider in China”, zegt Jo. “De 20 installaties verspreid over het land zullen tegen 2018 meer dan 10 miljoen ton afval per jaar verwerken, afkomstig van meer dan 20 miljoen inwoners. Dit afval wordt omgezet in 12 000 MWh hernieuwbare energie per dag met een reductie van 6 miljoen ton CO2 emissie per jaar. Ons onderzoek kan ertoe bijdragen dat het rendement nog wordt verhoogd en het vervuilende storten niet langer een optie is.”
In 2011 promoveerde Jo tot doctor op een proefschrift over ‘milieuperformantie indicatoren voor de industrie’. Kort daarop keert ze terug naar Campus Groep T als docente en onderzoekster. Jo’s research situeert zich in het domein van het duurzaam gebruik en valorisatie van materialen, meer bepaald voor de productie van energie. Ze doceert tevens de cursussen milieutechnologie en sustainable energy production.



Yves Persoons
17CONNECT ING
In 2004 Prof. Leroux – lecturer at KH Kempen (now KU Leuven Technology Campus Geel) – was contacted by the Belgian Nuclear Research Center (SCK-CEN) to support its research on the development of electronic circuits that can resist high radiation levels inside the ITER fusion reaction vessel. By 2009 Prof. Leroux’ chips were achieving record radiation tolerance levels. In 2010 he was awarded the FWO-FNRS Prof. Van Geen Research Prize. In the same year Prof. Leroux was invited by the EU-Fusion for Energy Organisation to examine the feasibility of a chip able to read out sensors under high radiation.
RESEARCHERS IN FOCUS
Robust chips should be designed and produced using a clever architecture, dedicated transistor circuits and a specific lay-out requiring almost as little space as usual chips. Engineer and entrepreneur Prof. Leroux engaged two PhD students in the project. Jens Verbeeck, a graduate of Technology Campus Geel and Ying Cao from China. Their research results were soon presented at several international conferences, creating a growing demand to buy the chips. No new and expensive manufacturing processes, no special materials are required. MAGICS just uses its knowledge and creativity to develop chips that can resist the highest levels of radiation. Prof. Paul Leroux, Campus Chair in Geel and head of the ADVISE research lab, inspired 2 of his PhD students to start up a spin-off in radiation hardened electronic solutions. CHIPS RESIST HIGH RADIATION? YES THEY CAN
18
From left to right: Ying Cao, Prof. Leroux and Jens Verbeeck MAGICS Instruments NV and KU Leuven ADVISE: building a flourishing ecosystem in radiation hardened electronic solutions.
CAN

• Dr. ir. Tom (co-promotor)Croonenborghs Michele23/12/2016Badaloni Technologiecampus Gent Optimization and design of tests for material characterization using simulated experiments

• Prof. dr. Pascal Lava (co-promotor)
Bart09/11/2016Boesman Technologiecampus Oostende Spherical Wave Based Macro modelling for EMC/EMI System Analysis • Prof. dr. ir. Georges Gielen (promotor)
Greet19/12/2016Baldewijns
• Prof. dr. Marco Rossi (promotor), Marche Polytechnic University
• Prof. dr. ir. Davy Pissoort (co-promotor)
AANDOCTORATENFIIW
19CONNECT ING
Growing business “Whatever politicians decide about the future of nuclear energy, we will do business”, Prof. Leroux declares. “Stopping the nuclear plants will require complex dismantling procedures asking for sensors and chips to monitor every step. On the other hand, choosing to continue nuclear energy production supposes investment in new sensor and chip technology to control the processes. Moreover, we strongly believe that our research can be of great use in the space and aviation industry. At the moment, 8 PhD students of Prof. Leroux are doing research on smart and robust chips for harsh environment applications including the particle accelerators and detectors at CERN in Geneva. Six more PhD students will start in 2017 supported by the Horizon 2020 Innovation Training Network RADSAGA. Dirk De Roose
• Prof. dr. ir. Tinne Tuytelaars (co-promotor)
NIEUWS VAN DE CAMPUSSEN
• Prof. dr. ir. Guy Vandenbosch (co-promotor)
• Prof. dr. ir. Toon Goedemé (promotor)
• Prof. dr. Geert Brône (co-promotor)
Technologiecampus Geel Automatic Fall Risk Estimation and Improvement of Existing Fall Detection Techniques
MAGICS instruments: developing robust and smart chips

Stijn18/11/2016DeBeugher Technologiecampus De Nayer Computer vision techniques for automatic analysis of mobile eyetracking data
• Prof. dr. ir. Bart Vanrumste (promotor)
Looking for a job or LookingContact@magics.techinternship?foraPhDpositioninchip design? paul.leroux@kuleuven.be

• Prof. dr. Dimitri Debruyne (promotor)
Jens and Ying Cao took the opportunity to start up their own company. Referring to the standard of radiation, they named it initially ‘Magyics’, but soon it became ‘MAGICS Instruments’. With the support of Leuven Research and Development (LRD) and SCK-CEN, the new company took off in 2015. Prof. Leroux is Director and Member of the Board. Jens is Chief Executive Officer and Ying Cao is Chief Technology Officer. Meanwhile, an experienced chip designer and a graduate from Technology Campus Geel joined the team.
SIMULEER VÓÓR JE PRODUCEERT STUDIEDAG OOSTENDE


20
ONDERZOEKERS IN DE KIJKER Het thema van de studiedag was het belang van simulaties bij het ontwerp van producten. Simulatiesoftware kan voorkomen dat er in de ontwerpcyclus fouten sluipen die pas gedetecteerd worden als het te laat is. Met als gevolg extra kosten en nodeloos tijdverlies. Het komt er dus op aan dat de kwaliteit en het gedrag van een product zo vroeg mogelijk correct wordt ingeschat. ‘First time right’, was dan ook de rode draad doorheen de studiedag. De onderzoekers van Propolis –voluit Polymer Processing & Lightweight Structures –bestuderen hoe simulatiesoftware ingezet kan worden bij het ontwerp en de productie van lichtgewichtstructuren. Materiaaltesten, sterkteberekeningen en vormgevingsprocessen zorgen voor de nodige ondersteuning. Blikvangers tijdens de studiedag waren de inzet van CTscans bij de productie van kunststofflessen, het re-design van een stalen condensorvat tot een vezelversterkt spuitgietstuk en het in kaart brengen van de stroming van graan in een maaidorser aan de hand van de discrete elementen methode. Geert Bekaert Op 29 september 2016 verwelkomde de onderzoeksgroep Propolis 70 ingenieurs en ondernemers op hun studiedag in Hof Bladelin, het voormalig stadspaleis in Brugge.




VAN NAZARETH NAAR HONG KONG DE SUMMER SCHOOL ALS SPRINGPLANK NAAR EEN AMBITIEUZE LOOPBAAN
FACULTY WORLDWIDE
Ik kende eigenlijk amper iets over China, laat staan over de relatie met Hong Kong. De keuze om naar Hong Kong te trekken, was snel gemaakt. In die wereldstad valt oneindig veel te beleven en de universiteit waar ik terecht zou komen, trekt studenten vanuit de hele wereld aan.”
“Nieuwsgierig ben ik altijd geweest en ik heb een brede interesse.
Bram Vandendriessche was een van de drie gelukkige KU Leuven-studenten die vorig jaar toegelaten werd tot de International Summer School aan de Chinese University of Hong Kong. Eind juni pakte hij zijn koffer om een maand afwisselend les te volgen en de omgeving in en rond Hong Kong te verkennen. Een unieke ervaring die smaakt naar meer.

Dat is een van de redenen dat ik koos voor de richting industrieel ingenieur. Met zo’n diploma heb je keuze in diverse carrière mogelijkheden. Ik woon in Nazareth en volgde de opleiding industrieel ingenieur op Technologiecampus Gent. Daaruit blijkt het niet, maar ik trek er graag op uit naar onbekend gebied.”
Fascinerende grootstad “Ik was op zoek op de KU Leuven-website naar uitwisselings mogelijkheden toen ik op de Summer School in China botste.



“Hong Kong is paradijselijk mooi, met eilanden en beschermde natuurgebieden. Het centrum met haar skyscrapers en gigantische shoppingmalls is het tegenovergestelde. Een fascinerende mix. De universiteit is een grote campus op een berg met heel wat gebouwen en roltrappen zodat je niet te veel moet stappen in de zomerse hitte. Helemaal anders dan de campus in Gent.”
Wereldbeeld bijgesteld “Vrienden maken ging makkelijk. De meeste studenten, vanuit alle hoeken van de wereld, kwamen alleen. Als slaapaccommodatie kreeg ik een plaatsje in een van de tweepersoonskamers toegewezen. Een Chinese kerel van mijn leeftijd werd mijn kamergenoot en dat klikte.”
Je komt te weten hoe de topics in hun thuislanden benaderd worden en dan merk je al snel grote verschillen tussen bijvoorbeeld Japan, Zuid-Amerika en Scandinavië. Op korte tijd leerde ik mijn wereldbeeld bij te stellen.”
De grootste buddha ter wereld, op Lanau Island
21CONNECT ING
“Ik volgde voornamelijk vakken rond internationaal management. Die lessen waren echt van goed niveau. Tussen studenten met verschillende achtergronden, krijgen de lessen een extra dimensie.
Unieke kansen moet je grijpen “De trip deze zomer toonde dat de kans om in het buitenland te studeren te mooi is om te laten liggen. Het is niet alleen een verrijking voor je opleiding, ook voor jou als persoon. Ik wil dit nog doen. De plannen voor Erasmus-uitwisseling zijn een jaartje uitgesteld door een doorstroom naar de opleiding handels ingenieur. Maar ik heb alvast weer enkele zomerprogramma’s van universiteiten opgezocht. Na mijn opleiding wil ik graag nog stage lopen in vooraanstaande internationale organisaties zoals de VN of het IMF. Ik hoop dat met een Summer School op mijn CV dat net iets beter zal lukken. Misschien wil ik daarna wel in het buitenland gaan werken. Er zijn tenslotte veel mogelijkheden, en België is er slechts één van.” www.iiw.kuleuven.be/studenten/buitenlandSofieCraps
MANAGING WASTE IN
Processing plant “Waste management in developing countries is characterised by a linear approach”, Raphaël explains. Only 43 % of the generated waste is collected. What remains ends up in the streets or is burnt in pits. If there is any collection from the middle income households, it is mainly carried out by various private companies. In the city of Kampala you can find almost 80 collection companies. The public enterprises are mainly in charge of the waste collection along the streets or the local dumpsites. From there, the most valuable materials are swiped by scavengers. However, this amount represents only 3 % of the whole waste content. The remaining part ends up on the landfill, unused and unrecycled while raw materials are becoming more scarce and expensive.”
The Waste Masters project aims at adapting a Material Recovery Facility (MRF) outside Kampala in the next five years. “At the plant recyclable materials such as paper, plastic, metals and glass will be sorted, processed and recycled. Organic waste will be transformed into compost.”
Avoiding solid waste dumping and land filling. These are the aims of the Material Recovery Facility Project set up by the non-profit organisation Humasol and Waste Masters Ltd, a local private company specialized in collecting and disposing of solid waste and recyclable materials in the districts and municipalities of Uganda’s expanding capital Kampala. Other partners involved in the project are the World Bank, the National Environment Management Authority, Entrepreneurs for Entrepreneurs and the local authorities.
As a result of industrialisation, urbanisation and the lifestyle and consumption patterns of a growing urban middle class, waste streams are consistently increasing in Africa. However, in most rural and urban areas waste management is largely non-existing. Raphaël Verhofstede, alumnus of Technology Campus Ghent was involved in a waste recovery project in Kampala (Uganda).

UGANDA FACULTY WORLDWIDE 22
Non-biodegradable About 80 % of the waste composition is organic and could be used as fertiliser. According to Raphaël there is still a major problem. “A large part of the compost made today consists of plastic and other non-biodegradable materials, which means that the fertiliser is polluted with heavy metals and other toxic substances. The purpose of the Material Recovery Facility is sorting the waste after collection instead of landfilling. Plastics, paper, metals and glass will be recovered and processed into new products.” In the longer term, the goal is to educate the customers and change their mindset to separate the waste into a biodegradable and non-biodegradable fraction at source. This will facilitate the sorting process, whereas the MRF could be used to segregate the nonbiodegradable fraction. The biodegradable fraction could be processed into a high quality compost without any pretreatment. The Material Recovery Facility is a 5 year plan. “During the academic year 2016-2017 Humasol will send 3 to 4 engineering students to Kampala for an internship. They will design and implement a low cost semi-automated sorting facility, capable of recovering valuable materials from collected mixed solid waste. It is the first part of an ambitious and pioneering project helping the local people in a less prosperous region.” Yves Persoons

23CONNECT ING


Tom Croonenborghs werkt al twee jaar aan Harvard Medical en het Broad Institute of MIT and Harvard in Boston. Hij deed er onderzoek over machine learning voor medische toepassingen. Genoeg om voldoende buitenlandse ervaring te verwerven voor een promotie aan onze faculteit. Maar het beviel hem er zo goed, dat hij iets langer gebleven is.

Straten bedolven onder meters sneeuw, zo leerde Tom Croonenborghs Boston in februari 2015 kennen. “Achteraf bleek dat de winter van 2014-’15 een record had gebroken met 281 cm sneeuwval”, zegt Tom. “Van april tot in oktober bedragen de middagtemperaturen in Boston omstreeks 25°C. En de zon schijnt er heel vaak, ook in de winter, maar dan kan het wel berekoud zijn. Toch geeft de winterzon je een positieve kijk op het leven.”
FACULTY WORLDWIDE 24
In 2009 promoveerde hij tot doctor binnen de onderzoeksgroep Machine Learning.
Dr. ir. ing. Tom Croonenborghs is door een reeks toevallen op Harvard Medical terecht gekomen. Al van heel jong wist hij dat hij ingenieur wilde worden. De toenmalige KH Kempen was voor de Meerhoutenaar een logische keuze. Hij werd in 2001 industrieel ingenieur elektronica-ICT en in 2003 burgerlijk ingenieur computerwetenschappen aan de KU Leuven.
Twee ontmoetingen Tom was gebeten door onderzoek.
Daarnaast huren Amerikanen heel gemakkelijk een auto als ze zich ver moeten verplaatsen. Het is er veel goed koper dan in België. “Heel interessant is ook de ZIP-Car”, zegt Tom overtuigd.
25CONNECT ING

“In Europa denken we vaak dat Amerikanen oppervlakkig zijn”, zegt Tom, “maar dat is helemaal niet waar. Die indruk ontstaat omdat ze zo open zijn. Ze kunnen, op restaurant bijvoorbeeld, een hele avond vlot met je praten, zonder dat ze de intentie hebben om vrienden te worden.” Echte vrienden maken, lukt er zeker even gemakkelijk als bij ons. Tom is deze zomer met Yoka getrouwd en er waren, zelfs op een donderdag, een twintigtal Amerikaanse vrienden op het feest.
De samenwerking verliep heel vlot, maar hoge publicatiedruk vraagt wel wat tijd en daar kiest Harvard resoluut voor. Als je in Nature of Science een kans wil maken, moet je zeer degelijk en voldoende lang onderzoek uitvoeren. Het bezoek en de samenwerking verlengen was dus zeer interessant. Aan de KU Leuven begeleidt hij nu nog drie doctoraatstudenten en hij doceert er nog enkele vakken. Ondertussen zijn er een paar publicaties onderweg.

Toen hij een advertentie voor een docent in Geel las, interesseerde die hem nauwelijks. Toevallig liep hij in die tijd exstudiegenoot Peter Karsmakers tegen het lijf. Die vertelde Tom over de omwenteling die de te wachten stond. Daarin was een belangrijke plaats weggelegd voor onderzoek. Dat sprak Tom aan en hij ging al snel intens samen werken met Bart Vanrumste om machine learning in te zetten om slimme systemen voor de zorgsector te ontwerpen.
Op een familiefeestje ontmoette hij Nathalie Ponchet, alumna van Technologiecampus De Nayer en professor aan Harvard Medical. Tijdens het gesprek bleek dat zij complementair onderzoek deden, dus stelde prof. Pochet hem voor om naar Boston te komen.
Tom is ook erg gecharmeerd door het internationale karakter van de dubbelstad.

ingenieursopleiding

“Ondanks de dichte bebouwing is er toch veel groen in Boston”, meent Tom. Hij vindt het dan ook niet erg om van zijn flat te voet naar het werk te gaan, zo’n half uurtje stappen. Hij heeft geen auto, net als de meeste stedelingen daar.
Zo’n auto kun je zelfs voor een of twee uur huren. Het is een beetje zoals Cambio bij ons, maar in Boston is het al erg goed ingeburgerd en heb je een waaier aan types van auto’s.”
Dirk De Roose
“Die gebruiken we onder andere om boodschappen te doen. Binnen een straal van 10 minuten wandelen zijn er minstens een honderdtal auto’s ter beschikking.
TOM ONZECROONENBORGHS:MANINHARVARD
De metro is een goed alternatief en Uber voor de wat moeilijker bereikbare plaatsen.
Die gaan over machine learning, toegepast op biomedische data, om ziektes als (lever)kanker beter te doorgronden. Veel vrienden, geen auto Tom vindt het leven in Boston erg aangenaam en daar heeft hij veel redenen voor. Het klimaat is een niet te onderschatten factor, maar belangrijker nog is de vriendelijkheid van de mensen.
Boston/Cambridge telt naast Harvard en MIT nog 52 instellingen voor hoger onderwijs, waarvan acht onderzoeks universiteiten. Daar komen studenten van over de hele wereld op af. Daarom surft de stad op een academische golf.
FACULTY WORLDWIDE 26

During the internship I learned to push boundaries, to think and act on the practical level, to collaborate with students and engineers from all over the world and – last but not least – to work hard.”
Extraordinary learning experience In Leuven Wiktoria found exactly what she was looking for. “A stimulating cosmopolitan atmosphere, many practical sessions, interdisciplinary projects, team work, room for initiative, an excellent support from the International Office and – last but not least – the opportunity to apply for an internship in China.”

Huawei’s ‘Seeds for the Future’ programme is organised in 67 countries all over the world. It aims at promoting knowledge transfer and familiarising future engineers with the Chinese language and culture Over the past seven years more than 1 700 students from 150 universities passed the selection procedure. They were offered a 2 weeks internship. First Beijing, then Shenzhen “During the first week we followed classes in Mandarin Chinese at the Beijing Language and Cultural University”, Wiktoria continues. “And we got the opportunity to visit Beijing’s major cultural spots such as the Forbidden City, the Summer Palace, the Great Wall, etc.”
Wiktoria’s home town is Poznan in Poland. After high school she dreamed of broadening her horizon and studying abroad. “When examining the rankings of the best universities, I discovered that KU Leuven belongs to the top 100 in the Qs World Ranking. And – even better – at number 40 in the Times Higher Education Ranking”, Wiktoria explains. “As Belgium is in the heart of Europe and the Faculty of Engineering Technology is the only place in Belgium where the entire engineering programmes are organised in English, choosing to pursue higher education in Leuven was an obvious decision.”
Culture shock Looking back at her internship in China, Wiktoria confirms: “I did indeed end up in another world. Completely different culture, language, habits, distances and dimensions. But I also discovered an unequalled drive and belief in progress.
“Huawei’s plant is a city within the city with more than 50 000 employees. It has its own campus for employees and students participating in the ‘Seeds for the future’ programme. Huawei considers itself a big family. Many employees are co-owners, proud to contribute to the success of the company.”
27CONNECT ING
Yves Persoons
Nowadays it has transformed into a modern metropole with more than 50 million inhabitants.”

“The second week we spent at the Huawei plant in Shenzhen in Southern China. Shenzhen is a gigantic city. You cannot imagine that 20 years ago it was an unknown village.
POLISH STUDENT LEADS THE BELGIAN TEAM IN
“A motivation letter, a short video and a 15 minutes interview. That was enough to bring me in China for an extraordinary learning experience.”
“A motivation letter, a short video and a 15 minutes interview. That was enough to bring me in China for an extraordinary learning experience”, Wiktoria says. “And to be declared leader of the BelgianLuxemburg team of students.”
CHINA
Fifteen Belgian students in engineering were selected to participate in the 2016 edition of the ‘Seeds for the Future’ programme of the Chinese high-tech giant Huawei in Shenzhen. Among them Wiktoria Serek, an international student at the Faculty of Engineering Technology in Leuven. She was proclaimed leader of the Belgian team.
Magie als container Karen Verschooren en Ils Huygens zijn de curatoren van Artefact 2017. Hun uitgangs punt is de ambiguïteit van het woord ‘magie’. “Eigenlijk is het een container begrip”, legt Karen uit. “Het wordt te pas en te onpas gebruikt voor de meest uiteenlopende verschijnselen, praktijken of bedenksels van plat entertainment, spiritualiteit en folklore tot hekserij en andere occulte rituelen. Een eenduidige definitie van het begrip is er niet.”
Van poëzie tot strategie, van magische objecten tot obscure systemen, van illusie tot manipulatie,… de kunstenaars van ‘The Art of Magic ‘ tasten de grenzen af van magie en technologie.”
Vorig jaar nog zetten Toon Goedemée en zijn onderzoeksgroep EAVISE van Technologiecampus De Nayer hun kennis over drones in voor een artistiek filmproject.
noemtOut-of-the-boxinteractiespelen.van“IllusieTECHNOLOGIEkomtetymologischhetLatijnse‘ludere’:Spelenverondersteltencreativiteit.denkenmendatvandaag.”

Magie als spel Volgens Karen is ‘illusie’ een interessante insteek als het om de link met wetenschap en technologie gaat. “Illusie komt etymologisch van het Latijnse ‘ludere’: spelen. Spelen veronderstelt interactie en creativiteit. Out-of-the-box denken noemt men dat vandaag. Welnu, daar komen precies wetenschap en technologie in het spel. Ze openen letterlijk en figuurlijk nieuwe werelden, waarvan we vaak het bestaan niet afweten: van de macro kosmos van het heelal tot de microkosmos van de nanotechnologie.
ARTEFACT FESTIVAL 2017 TECHNOLOGISCHE MAGIE EN MAGISCHE
28 WETENSCHAPSCOMMUNICATIE
“Nog maar een geluk ook”, vervolgt Ils. “Magie is niet voor één gat te vangen en laat zich niet in formules gieten. Dat is precies de sterkte. Magie gaat in eerst instantie om verbeelding en inspiratie en die interveniëren niet alleen met de empirische realiteit maar appelleren ook en vooral aan de wondere irreële wereld van voorstellingen en illusie.”
Partnership De Faculteit Industriële Ingenieursweten schappen en het kunstencentrum STUK zijn al langer partners. Campus Groep T Leuven startte de samenwerking met Artefact in het kader van de Engineering Experiences, dit zijn vakoverschrijdende projecten in de bacheloropleiding. Dr. Veerle Bloemen en dr. Luc Geurts werkten mee aan de vorige edities. Vicerector prof. Georges Gielen tilde deze coöperatie op tot het niveau van de Groep Wetenschap & Technologie van de KU Leuven en startte coproducties op waarin ingenieurs en kunstenaars samen installaties bedenken en bouwen.
www.artefact-festival.beYvesPersoons
Van kleinschalig studenteninitiatief tot een toonaangevend, tegendraads huis voor hedendaagse dans, beeld en klank. Het kunstencentrum STUK is niet meer weg te denken uit het cultuurleven in Leuven en ver erbuiten. Een van de paradepaardjes is het jaarlijkse Artefact Festival. Daar is ook de Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen nauw bij betrokken.
Het ‘Center for Technical Magic’ in Artefact 2017 wordt ‘the place to be’ waar kunst technologie wordt en omgekeerd.
Op meerdere punten wordt het raakvlak benaderd of zelfs overschreden van wat in het strikt wetenschappelijk paradigma geldt. En precies daar begint het spel, waar wetenschap en technologie over gaan in illusie en omgekeerd.”
The Act of Magic Expo Festival 21 februari - 9 maart 2017, STUK Leuven Karen Verschooren en Steven Vandervelden
“Artefact 2017 staat in het teken van magie en mythe”, vertelt directeur Steven Vandervelden. “Wat betekent magie nog vandaag? Wat stelt magie nog voor in onze geglobaliseerde, verwetenschappelijkte en getechnologiseerde samenleving? En wat hebben kunstenaars hierover te vertellen?
29CONNECT ING


KUUNIVERSITEITLEUVEN Na de Kinderuniversiteit en voor de ‘echte’ universiteit, kunnen wetenschappelijke bollebozen sinds dit jaar deelnemen aan de STEM Universiteit KU Leuven. Jongeren tussen 12 en 18 kunnen op woensdagnamiddag experimenteren in tal van workshops wetenschap en technologie. ENGINEERING MATHEMATICS
SCIENCE TECHNOLOGY
WETENSCHAPCOMMUNICATIE 30


Het was Stad Leuven die als kennis stad een leegte wilde opvullen in de regio. Tijdens de schooluren, is er een mooi aanbod rond STEMactiviteiten (voluit Science, Technology, Engineering and Mathematics). Maar wie echt interesse heeft, vindt buiten de schooluren veel minder zijn gading. De stad ging gesprekken aan met de universiteit en hogescholen uit de regio. Zelf coördineert ze een kwalitatieve naschoolse opvang waar vanaf dit jaar ook heel wat STEM-activiteiten in het aanbod zitten voor lagere schoolkinderen. Een leuke invulling van schoolopvang die kinderen vooral wil enthousiasmeren. Vanaf 12 jaar gaan de workshops door aan KU Leuven, met Campus Groep T als uitvalbasis. Onze faculteit is een sterke partner in het STEM-verhaal. Vanuit verschillende campussen wordt actief meegewerkt om jongeren te laten kennismaken met wetenschap en techno logie, en meteen ook een stuk dieper te “Degraven.eerste reeks zit er op”, zegt Lothe Ramakers die de STEM Universiteit coördineert. “En daar leerden we al heel wat uit. Ondanks de late en beperkte communicatie was de opkomst goed bij 12 tot 15jarigen. Zij ontwikkeldenbijvoorbeeld een eigen laptopverlichting en ontwierpen een optica box op de campus, maar verdiepten zich ook in de sterren of brachten een bezoek achter de schermen van UZ Gasthuisberg. Deze workshops zijn ideaal voor jongeren om hun talent voor STEM te “Deontdekken.”hogere leeftijds categorie van 15 tot 18 jaar is een stuk moeilijker bereikbaar en vergen een aangepaste aanpak. Een aantal workshops zijn in de eerste reeks geannuleerd wegens te weinig opkomst. De workshops zijn nochtans ook voor hen super interessant. Met de kennis op die leeftijd kun je echt wel wat realiseren. Zo bouwden de deel nemers aan het Drone-café bijvoorbeeld op 3 woensdagen tijd een eigen drone. In de volgende reeks staat beeld verwerkingssoftware (handig om een spel poker te winnen) en programmeren in Java op het programma. Leerlingen zullen zich ook kunnen verdiepen in het Formula Electric project en een rondgeleid worden langs de cleanroom in Imec. Ideaal dus voor wie een opleiding tot ingenieur overweegt. Of voor wie gewoon zin heeft om zich een of meer woensdagnamiddagen onder te dompelen in de wereld van de wetenschap en technologie.”
www.kuleuven.be/stemuniversiteitSofieCraps

Prof. em. Guido Vercammen, voorzitter van de Stuurgroep Alumniwerking, sprak het welkomstwoord uit. Hij liet zien hoe het aantal afgestudeerden groeide van amper 5 in 1964 tot meer dan 7 000 in 2016, weliswaar met wat conjuncturele dips onderweg. Prof. Vercammen zette ook een aantal highlights uit de periode in de kijker: van de start van de nieuwbouw tot de inhuldiging ervan, de hoge gasten die werden ontvangen, van koning Albert en prins Filip tot de Chinese minister van Onderwijs en de eerste studentenreis naar China.
REÜNIE ALUMNI 1996 – 2000 CAMPUS GROEP T LEUVEN


NIEUWS VAN ALUMNI 31CONNECT ING
Yves Persoons
Vrijdag 25 november verzamelden 50 afgezwaaiden van de jaren 1996 tot 2000 op Campus Groep T. Deze jaren waren uiteraard niet toevallig gekozen. Het was een periode waarin de toenmalige hogeschool Groep T in een stroomversnelling terechtkwam. Lokaal door het betrekken van een nieuwe campus in hartje Leuven. Internationaal door het op de rails zetten van de samenwerking met China. Bovendien zou de ondertekening van de Bolognaverklaring in 1999 de ingenieursopleiding ingrijpend veranderen. En op termijn leiden tot de integratie ervan in de KU Leuven.
Prof. Koen Eneman, voorzitter van Campus Groep T, informeerde de alumni over hoe de kaarten vandaag liggen. Campus Groep T als onderdeel van een nieuwe faculteit, de internationale dimensie, het onderzoek op en door de campus en een overzicht van één van de visitekaartjes van de ingenieursopleiding heden ten dage. Dat zijn de studentenprojecten: van de Engineering Experiences in de bachelorfasen tot de blikvangers in de masters zoals het Solar Team, het Formula Electric Belgium Team, het CQS Group Racing Team en de Ecorace Challenge Teams. Kristien Voets, preses van Industria, blikte terug op de studenten vereniging in het studentenleven van toen. Haar verkiezing in 1997 was al een event op zich in het mannenbastion dat Industria was. Kristine was de tweede vrouwelijke preses die het glazen plafond doorbrak. Als Supply Chain Project Leader bij ASML wil zij meer vrouwelijk ingenieurstalent aanboren. Dus gaat Kristien mee de boer op om meisjes al van in de lagere school te sensibiliseren voor wetenschap en technologie.
32 ALUMNA IN DE KIJKER Aan het woord is Nanouck Bajoit, alumna industrieel ingenieur bouwkunde van Technologiecampus De Nayer. Sinds 2013 is zij afgestudeerd maar stilgezeten heeft ze niet. Momenteel werkt zij als projectleider bij Atro. Zij vertelt graag haar verhaal: van haar studiekeuze tot haar huidige functie. VAN STUDENT TOT PROJECTLEIDER

33CONNECT ING

Ondanks het feit dat photoshop en ik geen goede vrienden zijn, heb ik toch enkele amusante affiches kunnen ontwerpen. Een deel van mijn taken als presidium komen nu terug in het bedrijfsleven, zij het nu onder een andere vorm: vroeger bestelde ik vaten bier en nu bakken beton.”“Een bijkomend voordeel aan de opleiding industrieel ingenieur is de werkzekerheid. Er is een ruim en gevarieerd aanbod op de arbeidsmarkt waardoor je met eenzelfde diploma verschillende kanten op kan. Ik ben gestart bij Strabag als assistent project leider. De keuze voor Strabag was snel gemaakt omdat het een klasse 8 aannemer is met verschillende type projecten. Het boeiende aan mijn job is dat je snel veel verantwoordelijkheid krijgt waardoor je veel kennis op korte tijd verwerft. Het nemen van beslissingen en de verantwoordelijkheid hiervoor opnemen is één van de belangrijkste taken van een projectleider. Door de diversiteit aan projecten en de verschillende fasen in een project wordt het nooit eentonig. Geen enkele dag is dezelfde en elke dag opnieuw sta je voor nieuwe uitdagingen. Dit is net wat mijn job zo boeiend maakt.”
Vroeger bier, nu beton “Tijdens mijn studentenjaren heb ik mij kostelijk geamuseerd op de campus bij verschillende studentenclubs en -kringen. Ik ben actief geweest in verschillende presidia, heb een vacaturegids her uitgebracht en de studentenclub Homega heropgericht. Ik was voornamelijk feestleider. De combinatie van organiseren, last-minute problemen oplossen, affiches maken en het verzinnen van thema’s voor de TD’s maakte de functie van feestleider zeer boeiend.
“De combinatie tussen theorie en praktijk is de sterkte van de opleiding industrieel ingenieur.”


“Sinds kort werk ik bij Atro als projectleider. Momenteel bouw ik samen met mijn collega’s in centrum Gent appartementen. Het project is een combinatie van renovatie, restauratie en nieuwbouw en is qua locatie en ontwerp een uitdaging om uit te “Devoeren.”wereld van de industrieel ingenieur staat bekend als een mannenbastion, al komt daar wel verandering in. Vrouw zijn in een mannenwereld hoeft overigens geen probleem te zijn. Je kan zelfs zeggen dat het niet zelden een voordeel is.” Sharon Van Damme
“De combinatie tussen theorie en praktijk is de sterkte van de opleiding industrieel ingenieur. In mijn huidige job heb ik beide benaderingen nodig om gefundeerde beslissingen te nemen. Door het gevarieerde aanbod aan opleidingsonderdelen, heb ik een brede basis om te starten. Als projectleider bij een algemene aannemer coördineer ik alles; van ruwbouw tot afwerking. We hebben een zeer uitgebreide algemene kennis. Voor zaken die dieper in detail gaan doen wij beroep op onderaannemers, die elk een ‘krak’ in hun vakgebied zijn. Wij zijn de schakel tussen de uitvoering op de werf en de plannen. Een gebouw kan op papier perfect uitgetekend en gemoduleerd zijn, in realiteit komen er nog honderd en één andere zaken bij kijken die nergens vermeld staan. Verder moet ook elke beslissing afgetoetst worden op het vlak van veiligheid, gezondheid en milieu. Als industrieel ingenieur verwerf je ook de competenties om onderwerpen die in mindere mate aan bod gekomen zijn, zoals financiën, verzekeringen,… snel te beheersen en te implementeren in het project.”
“Een familie vol ingenieurs en een vader met een passie voor bouwen, hebben ervoor gezorgd dat ik na mijn middelbare studies gekozen heb voor de richting industrieel ingenieur - bouwkunde. Het concept ‘bouwen’ in al zijn facetten heeft mij altijd al geboeid. De structuren, de verschillende materialen, de machines, de technische haalbaarheid van ontwerpen en het denk werk om deze te realiseren, zorgen ervoor dat bouwen nooit kan vervelen.”
Op 9 december 2016 organiseerde de Alumni Ingenieurs KU Leuven een forumavond op Technologie campus De Nayer. Sprekers waren prof. Bert Sels (Departement Microbiële en Moleculaire Systemen), prof. John Dejaeger (Departement Chemische ingenieurstechnieken) en prof. Johan De Tavernier (Faculteit Theologie en Religie wetenschappen). Professionals uit bedrijven, alumni en studenten indsutrieel ingenieur chemie en biochemie creëerden een optimaal publiek voor de uitwisseling van ideeën en kennis.



FORUMAVOND CONVERSIE
De fossiel-gebaseerde grondstoffen zijn nog niet aan hun laatste dagen toe. Er wordt wel meer door bedrijven uitgekeken naar alternatieve mogelijkheden. De biogebaseerde chemische industrie speelt hierbij een duidelijke rol.
LICHTFORUMAVONDVERTEERBAAR 20 juni - KU TechnologiecampusLeuven Gent Met Rik Vereecken (ByNubian), Peter Hanselaer (KU Leuven) als sprekers en een rondleiding in het Laboratorium voor Licht technologie, Dramco (Visible Light Communication) en MSEC (security in IoT) forumavondwww.alum.kuleuven.be/
NAAR EEN BIO-GEBASEERDE CHEMISCHE INDUSTRIE 34
Met de nodige investeringen en de ontwikkeling van de technologieën is er zeker mogelijkheid tot alternatieve bio-gebaseerde grondstoffen. Industrieel ingenieurs chemie en biochemie weten wat hen te doen staat. Sharon Van Damme VAN FOSSIEL-GEBASEERDEEEN
De vragen of we al dan niet aardolie moeten opgebruiken en of we op zoek moeten gaan naar grondstoffen met een grotere meerwaarde dan louter energie, lokten een dynamisch debat uit. De bioeconomie en de biomassa zouden dit mogelijk kunnen maken. Zo is ligno cellulose de meest logische, maar ook de moeilijkste grondstof. Daarnaast kan ook atoomeconomie een grote speler worden in het grondstoffendebat.
Nieuwe technologieën vragen echter ook investeringen. Hier zouden de grote eind gebruikers als sponsors kunnen optreden.
THESAVEDATE ZONDAG 1 OKTOBER 2017 Open BedrijvendagDag van de Ingenieur De campussen in Gent, Brugge en Leuven (Groep T) openen hun deuren voor het grote publiek, in het bijzonder voor hun alumni. Je kan je lidmaatschap (25 euro) combineren met een lidmaatschap van de ie-net ingenieursvereniging. www.alum.kuleuven.be > Alumninet Blijf in contact Word lid van Alumni Ingenieurs KU Leuven of hernieuw je lidmaatschap 3 3 keer per jaar ConnectIng in je brievenbus, uitgegeven door de Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen in samenwerking met de alumnikringen 3 Maandelijkse Campuskrant KU Leuven met alumnibijlage 3 Sponsoring van promotiebijeenkomsten 3 Steun aan leden via hulpfondsen en studiebeurzen 3 Uitnodigingen op heel wat universitaire activiteiten en exclusieve events 3 Kortingen op oa Festival van Vlaanderen en andere Samenaankoop KU Leuven-voordelen zoals kortingen op Kinepolis filmtickets, pretparkbezoeken e.a. 3 Bouw aan je kennis. Deel BlijfVerruimervaringen.jenetwerk.verbonden. 35CONNECT ING ONTDEK HET REISAANBOD 2017 KU Leuven alumnireizen KUwww.kuleuven.be/alumnireizenLeuvenAlumni.Gisterenheefttoekomst. © shutterstock © shutterstock Zet de datum alvast in je agenda en nodig je studie-collega's uit voor een interessant weerzien.













KOM KENNISMAKEN OP ONZE CAMPUSSEN Open Lesdagen n 27 februari – 3 maart 2017 (krokusvakantie) -Campus Groep -TechnologiecampusT Aalst -Technologiecampus De Nayer -Technologiecampus Diepenbeek -Technologiecampus Geel -Technologiecampus Gent n 26 april 2017 -Campus InfomarktBrugge n 28 augustus 2017 -Technologiecampus Diepenbeek Infobeurs met bezoekdag n 5 maart en 9 september 2017 -Campus Groep T n 24 juni en 25 augustus 2017 -Campus Brugge Infodagen n 11 maart en 12 maart 2017 -Campus Brugge n 11 maart en 22 april 2017 -Technologiecampus Diepenbeek n 11 maart, 22 april en 2 september 2017 -Technologiecampus Aalst -Technologiecampus Gent n 11 maart, 6 mei en 6 september 2017 -Technologiecampus De Nayer -Technologiecampus Geel n 22 april 217 -Campus Groep T Ingenieur voor 1 dag n 1 maart 2017 (TastINGs) - Technologiecampus Diepenbeek n 8 maart, 26 april en 10 mei -Technologiecampus Gent n Vrij te kiezen -Campus Groep T BRUGGE LEUVEN AALST GEEL GENT SINT-KATELIJNE-WAVER DIEPENBEEK • Campus Brugge • Campus Groep T Leuven • Technologiecampus Aalst • Technologiecampus De Nayer Sint-Katelijne-Waver • Technologiecampus Diepenbeek* • Technologiecampus Geel • Technologiecampus Gent *De opleiding in Diepenbeek is een gezamenlijke opleiding van KU Leuven en UHasselt.
