SCHILDEREN MET LICHT In het licht van Breitner Annemoon Gudde
De bloemen bewogen over gevel, straat en bomen
Annemoon Gudde Foto’s Coen Mulder In de oplopende koorts waarmee straten bevangen worden door het wijkproject ‘Schilders en straatbewoners’ is er opeens de aankondiging huis aan huis: ‘Kom naar de Breitnerstraat. Kom dat zien.’ Op dinsdag 21 september tussen 21.00 en 22.30. Iets met licht in het donker. Vakman op het gebied van licht, Bob van der Klaauw, ervaren in het belichten van architectuur tot kunstprojecten, heeft een groots project opgezet in zijn eigen straat. Inspiratie en uitgangspunt vormden vier schilderijen van George Hendrik Breitner (1857-1923). Twee volle dagen voorbereiding om met licht en kleur de straat te veranderen in een totaal nieuw landschap. Vanaf 21 uur liep de straat vol met buurtbewoners. Sprookjesachtige sfeer. Verlichte bomen, licht vanuit tuinen en op gevels, vanaf dakgoten. Dieprood en diepgroen, ijzig blauw en lila, een decor waarin drommen mensen flaneerden, elkaar aanspraken, uitleg vroegen of gaven, want de een had gehoord wat de maker vertelde en de ander herkende motieven van Breitner. Een wel heel bijzondere sfeer van ontmoeten heerste in het gekleurde licht. Een cadeau aan de buurt. SCHILDEREN MET LICHT Het prachtigste rood op de bomen, de huizen aangelicht in lila’s en blauwen, op de gevels van de hoekhuizen Mesdag en Israëls tolden art-déco bloemen in wit. Ach ja, die bloemen op de kimono van Geesje Kwak, Meisje in rode kimono van Breitner uit 1893. Dit was het thema van het eerste blok rechts als je komt van de Mesdaglaan. 16 | De Penseelstreek nr. 98
Links waren de bomen groen verlicht. Inspiratie van Schepen in het ijs (1901): Roodbruin licht door de donkerbruine masten, kajuiten geverfd in groentinten en petrol. In de straat de rijen bomen, als masten, groen aangelicht, roodbruin. Een huis straalde licht uit, andere namen kleur aan. Een ongekend decor waar het druk was van wandelaars, als in een negentiende-eeuws park waar oude bekenden elkaar ontmoetten. Iemand aanspreken ging vanzelf. Het blok tussen Jozef Israëls en Jacob Maris, de rechterzijde bont verlicht en fel gekleurd, de linkerzijde soberder van kleur. De gekleurde mutsjes van het schilderij Hartjesdag kwamen op in de lichtmaker toen hij zag hoe de ene tuin na de andere kleine boompjes bevatte. Daarop werden kleine en grotere bomen uitgelicht in felle tinten, roze, paars, groen, blauw: iets fellere tinten dan Breitner gebruikte en zo feestelijk. En links het vierde schilderij als uitgangspunt: De Gele Rijders te paard die door de duinen rijden. Dat is het schilderij waarmee de Breitnerstraat zich later tooide, vlag na vlag na vlag. Het blonde duinzand werd in licht vertaald door laaggeplaatste lichtbakken die over de straat straalden. Kil waren de ramen van de eerste verdieping verlicht als de horizon op het schilderij: ruimte, blauw en wit. En recht boven ons was het loof van een boom verlicht in dieppaars als op Breitners palet toen hij de zwarte uniforms schilderde van de soldaten op donkere paarden, een volgende boom iets meer blauw. Hier werd geschilderd met licht. Betoverend.