2023 | 103 WINTERNUMMER
Vergeet uw muts niet op te zetten
Eerste Arnhemmers woonden op Gulden Bodem
Jongenshuis verdient ‘plaats van herinnering’
Laatste ronde vrolijke postbode
Vergeet uw muts niet op te zetten
Eerste Arnhemmers woonden op Gulden Bodem
Jongenshuis verdient ‘plaats van herinnering’
Laatste ronde vrolijke postbode
Kerstzingen
Redactieleden:
Henk Donkers (wnd hoofdredacteur)
Olga Helmigh
Jolanda van den Bosch redactie@penseelstreek.nl
Advertenties
Hans Alink advertentie@penseelstreek.nl
18-20
Wijkuitje
42-43 24
4 Nieuws uit de wijk
7 Uit het bestuur
15-17 Hans Ariëns neemt afscheid als coördinator buurtpreventie
21 Olga’s column: Het leed dat verbouwen heet
23 Plaats van herinnering voor Het Jongenshuis
29 Strip Veerle en Feline
33 TROF
35 Van Heilig Hart naar Guldenhart
41 Tafeltennisvereniging TIAN
44 Sporen in de wijk
Facebookgroep
Wijkvereniging De Penseelstreek
Verspreiding 4x per jaar huis aan huis in de buurten Hoogkamp, Ster renberg en Gulden Bodem te Arnhem.
Verspreidingscoördinator
Annelies Kruisweg bezorging@penseelstreek.nl
Oplage 1950 ex.
Vormgeving
Cécile Bruisten
Druk Wilco, Amersfoort
De redactie behoudt zich het recht voor ingezonden stukken in te korten of, in overleg met het bestuur, niet te plaatsen.
Bestuur wijkvereniging
Mark Elbers (vzt)
Mariëtte van Vlerken (secr)
Wim Verheggen (penn.m)
Nicolette Piekaar
Linda Hofman
Secretariaat
Bosboomstraat 17, 6813 KB Arnhem bestuur@penseelstreek.nl
026 4435265
Henk Donkers
Waarnemend hoofdredacteur.
Het bestuur van de wijkvereniging nodigt wijkbewoners van harte uit voor
Zoals altijd hebben we ook deze keer weer geprobeerd een gevarieerd nummer samen te stellen met wijkgerelateerde onderwerpen. De variatie zit hem in de inhoud en de aard van de artikelen. Er zitten korte en langere artikelen in dit nummer, interviewartikelen en achtergrondverhalen, verhalen over mensen en verhalen over zaken, artikelen over het recente heden en het (hele) verre verleden. Blader er maar eens doorheen; er zit vast iets bij dat u interesseert.
Als redactie proberen we te volgen wat er speelt in De Penseelstreek, maar onze blik is beperkt. U kunt onze blik verruimen door onderwerpen aan te dragen. Onze redactieleden en externe schrijvers kunnen er dan een artikel aan wijden. U kunt natuurlijk ook zelf een artikel schrijven. Als u dat van plan bent, neem dan tijdig (= ruim voor de dead line) contact met de redactie zodat we een artikel kunnen inplannen.
In de vorige Penseelstreek stonden enkele oproepen vanuit de redactie. We prijzen ons gelukkig dat daar reacties op gekomen zijn. Zo heeft Inge van Drie aangegeven dat ze samen met Cécile Bruisten de vormgeving op zich wil nemen. Verder hebben Wilma Oostendorp en Serge Pothof zich aangemeld als nieuwe redactieleden. Met ingang van het vorige nummer trad Jolanda van den Bosch al toe tot de redactie. Die is dus – na het vertrek van Annemoon Gudde als hoofdredacteur – gegroeid van twee naar vijf personen. Fijn is ook dat de redactie qua leeftijd en geslacht divers is. Een nieuwe hoofdredacteur heeft zich nog niet gemeld. Maar het fundament onder ons wijkmagazine is flink verstevigd.
Vanaf 19.30 uur in de huiskamer van De Bakermat (ingang Van Nispenstraat). Naast alle formele zaken, zoals het bespreken en vaststellen van de jaarstukken, is er ruimte voor het presenteren en toelichten van alle plannen voor het komend jaar. Ook gaan we afscheid nemen van twee bestuursleden: Mariëtte van Vlerken (secretaris) en Mark Elbers (voorzitter).
De agenda zal, samen met de jaarstukken, vanaf uiterlijk 21 februari in te zien zijn op onze website www.penseelstreek.nl
Na afloop van de officiële vergadering verzorgen we de inmiddels traditionele pubquiz. Doet u mee?
De pubquiz start om 21.00 uur en voor de winnaars zijn er weer leuke prijzen.
Lidmaatschap 2023
min. € 12,50 per huishouden
IBAN: NL67 INGB 0007 8197 30
t.n.v. Wijkvereniging
‘De Penseelstreek’ te Arnhem
Redactie website
Mariëtte van Vlerken
webredactie@penseelstreek.nl
Inleveren kopij
Het lentenummer van De Penseelstreek verschijnt op 13 april 2023
Dead line kopij: zondag 26 februari
Bent u van plan een artikel te schrijven: neem dan vooraf per e-mail ruim voor de deadline even contact op met de redactie Artikelen in Word aanleveren als platte tekst; afbeeldingen als apart bestand in hoog resolutie (1 MB of meer & min. 200dpi) Kopij opsturen naar redactie@penseelstreek.nl.
Foto’s eventueel opsturen via WeTransfer.
Verspreiding volgende wijkkrant : vanaf 15-16 april 2023
Eventuele kandidaten voor de vacatures kunnen informatie inwinnen of zich tot 5 dagen voor de vergadering aanmelden bij bestuur@penseelstreek.nl of via 06-83570969.
De tekst voor de vacatures is te vinden op www.penseelstreek.nl (onder Vrijwilligers gezocht). Kent u wellicht wijkbewoners die goed zouden aansluiten op het profiel van deze vacatures? Ook dan ontvangen we graag uw bericht, zodat we hen gericht kunnen benaderen.
Hoe kan ik besparen op mijn energieverbruik? Is een ondergrondse regentank iets voor mij? Welke deelauto’s zijn er beschikbaar in de wijk en hoe zat het ook al weer met het Buurt Energie Systeem? Zomaar een paar vragen waar je antwoord op kon krijgen tijdens de duurzaamheidsmarkt die op zaterdag 15 oktober plaatsvond op de Hoogkamp, op het grasveld tegenover de bakker. De markt werd georganiseerd door de gemeente Arnhem, Alliander en de Werkgroep Hoogkamp Energie. Bij een zevental kramen deelden experts en ervaringsdeskundige buurtgenoten hun kennis over onder andere warmtepompen, isolatieglas, biodiversiteit en klimaatbestendigheid. De markt werd goed bezocht en laat zien dat veel buurtbewoners zich bezig (willen) houden met het verduurzamen van hun leven.
Bij de viering van het 20-jarig jubileum van het G-team van hockeyclub Upward kreeg wijkgenoot Veronique van de Schans uit handen van loco-burgemeester Nermina Kundiç een koninklijke onderscheiding. Ze is benoemd tot Lid in de Orde van OranjeNassau. Veronique richtte met een andere moeder twintig jaar geleden een hockeyteam op voor kinderen en jongeren met een beperking. Ze is daarachter nog steeds de drijvende kracht. Er zijn nu drie G-teams. Behalve voor Upward doet ze vrijwilligerswerk bij de Voedselbank, Open Monumentendag, State of Fashion en Hospice Rozenheuvel.
Bij het uitkomen van dit nummer is de verbouwing van de Rembrandtzaal waarschijnlijk voltooid. Bij het schrijven van dit stukje was dat nog niet zo. Zo moesten de uitgiftebalies nog gemaakt worden evenals de keuken onder het balkon. Ook moesten de rails voor schilderijententoonstellingen nog opgehangen worden. De verbouwing, die 75.000 euro gekost heeft en gefinancierd is uit fondsenwerving, is grotendeels uitgevoerd door vrijwilligers uit de Burgemeesterswijk en de Penseelstreek. Fred Klokke van het kernteam schat hun inzet op ruim 600 manuren. Het kernteam onder leiding van Henk Peters bestond uit vier personen; daarnaast waren er nog een aantal vrijwilligers die meer incidenteel werk verricht hebben zoals het schilderen van de wanden. Voor deeltaken werden professionals ingeschakeld. Daarbij ging het om asbestverwijdering, het boren van een gat door de vloer voor een goederenlift naar de keuken beneden, het stuken van muren en de plaatsing van schakelkasten. De verbouwing (naar een ontwerp van opZoom architecten) is begonnen in oktober. Dat was later dan gehoopt. Oorzaak: vergunningen lieten op zich wachten. Zo had de afdeling Welstand van de gemeente bezwaren tegen de gebruikte kleuren en de breedte van de latjes achter de uitgiftebalies. Tijdens de verbouwing kon de zaal overigens gewoon gebruikt worden, behalve voor tentoonstellingen. Dat kan nu wel. De eerste tentoonstelling is gewijd aan werk van Trudy Koning. Daarna komt er een expositie over het werk van Henk van der Ploeg. Beide kunstenaars wonen in de wijk.
Het aardvarken van kunstenaar Florijn Hofman, dat voorheen bij Het Rozet op zijn luie rug lag, krijgt een plek tussen Watermuseum en Witte Watermolen. Althans dat is het plan van de gemeente. Het iconische beeld was een geliefd speelobject voor kinderen. Niet iedereen is blij met de nieuwe locatie. De Vereniging Vrienden van Sonsbeek vreest dat het aardvarken de historische zichtlijnen van het park aantast. Ook is het tegen de afspraak ‘beeld erin = beeld eruit’. Aanwonenden van de Zijpendaalseweg maken bezwaar omdat het hun uitzicht op het park aantast.
Plegt-Vos Infra & Milieu uit Hengelo is begonnen met het groot onderhoud van de Sterrenberg. Op 20 oktober belegde het bedrijf daarover een voorlichtingsbijeenkomst in De Bakermat. Het werk betreft hoofdzakelijk het vernieuwen van de riolering (2000 meter) en het vernieuwen van de verharding van zowel straten als trottoirs (21.000 m2). Daarnaast wordt ook de openbare ruimte opnieuw ingericht met o.a. nieuwe verlichting. Half november ’22 begon het bedrijf met de werkzaamheden in de Bosboomstraat, eind oktober ’23 moet de Tooropstraat als laatste straat opnieuw zijn ingericht. Het bedrijf werkt straat voor straat en verdeelt elke straat in werkvlakken van zo’n 70 meter waar men een kleine week mee bezig is (opbreken verharding, ontgraven riolering, nieuwe riolering met nieuwe huisaansluitingen, nieuwe verharding, herinrichting openbare ruimte). De overlast probeert men zoveel mogelijk te beperken door het gebruik van elektrisch materieel (minder lawaai, minder stank). Door het groot onderhoud zo aan te pakken levert het bedrijf een bijdrage aan de duurzaamheidsambities van de gemeente Arnhem. Hergebruik van materialen (tegels, straatstenen, zand) levert bijvoorbeeld een besparing van 500 ton aan CO2-emissies op.
Elektrisch vervoer heeft de toekomst. Niet iedereen kan zijn auto echter opladen op eigen terrein met stroom uit eigen zonnepanelen. Daarom wordt het aantal laadpalen fors uitgebreid. Tot nog toe werden er laadpalen op verzoek geplaatst. Dat gaat veranderen. Op basis van een algoritme wil de gemeente ‘proactief’ gaan bepalen waar laadpalen gewenst zijn. Het algoritme houdt o.a. rekening met woningdichtheid en het verwachte aantal elektrische auto’s. Behalve aan individuele laadpalen denkt de gemeente aan laadpleinen met vijf tot tien oplaadplekken. Beoogde locatie voor zo’n laadplein in de Penseelstreek is het parkeerterrein aan de Breitnerstraat naast de sporthal en vlakbij de Schelmseweg. Nadeel ervan is dat dit aan de rand van de wijk ligt en bij sportevenementen intensief gebruikt wordt.
Onze wijk bereidt zich voor op de energietransitie. We gaan veel meer elektriciteit produceren (zie de hausse in zonnepanelen) en gebruiken (zie de toename van warmtepompen, inductiekoken en elektrische auto’s). Daarvoor moet het net flink verzwaard worden. In de Van Goyenstraat wordt een parkeerplaats opgeofferd voor een nieuwe trafo (transformator). Er zijn vier betonnen palen van 7,5 meter lengte in de grond getrild om de nieuwe trafo van 14 ton (!) te kunnen dragen. Een trafo zet hoge spanning om in een lagere, en bestaat grotendeels uit spoelen met koperdraad en een betonnen omhulling. Ze zijn geen verfraaiing van het straatbeeld.
Een 20 0 jaar oude eik tussen Van Heemstralaan en Bakenbergseweg is verkozen in de top-5 van mooiste bomen van Nederland. De verkiezing werd gehouden ter gelegenheid van het gouden jubileum van de Nationale Bomenbank die zich samen met zusterinstelling Terra Nostra, kennisatelier voor boom en bodem, sterk maakt voor het behoud van (grote) bomen. Samen hebben ze een actie voor een Nationale Bomen Top-50 opgezet. In de eerste ronde konden mensen individuele monumentale bomen nomineren op locaties die vanaf de openbare ruimte zichtbaar zijn. In een tweede ronde konden mensen stemmen op bomen. Het aantal stemmen bepaalde voor een belangrijk deel of een boom in de top-50 kwam. Een vakjury bepaalde vervolgens de top-5. De mooie, gezonde eik in onze wijk was een van de uitverkorenen. Volgens de Bomenbank is het de oudste Arnhemse eik in een privétuin en is hij met een stamomtrek van 612 centimeter en een kroon die vele tuinen beschutting geeft, een blikvanger voor de hele wijk. Hij krijgt van de Bomenbank en Terra Nostra levenslang kosteloos onderhoud. De eigenaren (twee families want de boom staat op twee percelen) zijn er erg blij mee. De boom is rond 1820 geplant langs een zandweg die van de Veluwe naar de Rijn liep. Hij stond er dus al ruim een eeuw voordat de wijk gebouwd werd.
Heel even was er natuurijs in de buurt en konden we de schaatsen onderbinden op de Grote Vijver van Sonsbeek. Rond het eiland schaatsen zat er echter niet in
De laatste jaren is met enige regelmaat aandacht gevraagd voor het initiatief "Burenhulp voor Elkaar". Met de komst van ons wijkcentrum De Bakermat dienen zich nieuwe mogelijkheden aan.
Zo is de dagelijks geopende Huiskamer een goede plek voor ontmoetingen.
En dat geldt ook voor het toenemende aantal activiteiten in De Bakermat, zie:
Kunnen we iets voor elkaar betekenen?
Samen een eindje wandelen
Samen naar de Bakermat
Even gezellig koffiedrinken en bijpraten
Een boodschap doen, gras maaien, stoep vegen
Kast verplaatsen, lamp indraaien
Even bellen hoe het gaat
Samen naar de dokter of het ziekenhuis
En nog veel meer?
Neem contact op met één van ons:
Joke Leijdekker: joke.leijdekker@wxs.nl, 06-51850305
Riet Oosterhoff: riet.oosterhoff@planet.nl, 06-51861965
Lenie Geuzebroek: leniegeuzebroek@gmail.com, 06-23821985
Niek Bakker: niek.bakker@kpnmail.nl. 06-52450397
wijkcentrumbakermat.nl.
Dat heeft ons doen besluiten om "Burenhulp voor Elkaar" te beëindigen en te laten overgaan in "Bakermat Burenhulp".
Hoe het werkt en waar u wezen moet staat hieronder. Hopelijk tot uw dienst.
Niek Bakker en Joke Leijdekker
Op het vorige nummer ontvingen we de volgende reactie:
“Graag wil ik mijn bewondering uitspreken voor Annie van Silfhout. Wat een kracht straalt deze vrouw uit. En wat een bewonderend leven heeft ze achter de rug. Een voorbeeld. Dit artikel is het waard voorgelezen te worden op de scholen in onze wijk. Ik was er zeer door ontroerd.”
Wilt u reageren op een artikel of nummer, stuur een mail naar redactie@penseelstreek.nl
Zijn er onderwerpen in uw wijk, buurt of straat die volgens u aandacht zouden moeten krijgen in De Penseelstreek, stuur dan een mail naar redactie@penseelstreek.nl Als redactie zijn we altijd op zoek naar onderwerpen, maar onze blik is beperkt. U kunt die verruimen.
Wilt u reageren op een artikel? Stuur een mail naar redactie@penseelstreek.nl
Wilt u op de hoogte blijven van activiteiten in De Bakermat?
Abonneer u op de nieuwsbrief!
Wijkcentrum De Bakermat is flink op gang gekomen. Als de verbouwing van de Rembrandtzaal voltooid is, zullen de activiteiten verder toenemen. De wijkkrant besteedt er regelmatig aandacht aan, maar kan alle activiteiten niet bijhouden. Neem daarom een abonnement op de wekelijkse digitale nieuwsbrief via https://www.wijkcentrumbakermat.nl/
Dit stukje schrijf ik op zondagmiddag 18 december. Een codeoranje in aantocht met ijzel! Maar morgen zeven graden boven nul, en zeven dagen voor het lichtfeest van Kerst. Zeven is een bijzonder getal. Voor veel mensen is zeven hun geluksgetal. En je komt het getal op allerlei plekken tegen: de regenboog omvat zeven kleuren, Rome is gebouwd op zeven heuvels en de tegenovergestelde vlakken van een dobbelsteen tellen op tot zeven. In religieuze kringen staat de zeven voor compleetheid. Iets is af, het kan niet beter of juist niet slechter.
2022 was een jaar met twee gezichten. De eerste maanden hadden we nog te maken met een gedeeltelijke lockdown. Tijdens de ledenvergadering van 22 februari stonden we nog te testen bij de deur. Het was gezellig druk en we sloten af met een gezellige pubquiz. Voor herhaling vatbaar, was het algemeen gevoel. Het was ook de ledenvergadering waarin Frans Schoenmakers een lans brak voor huisvesting voor ouderen in onze wijk. Hij liet niet na om dit onderwerp keer op keer naar voren te brengen. En terecht: kijk maar naar wat ouderen vaak willen (in de eigen buurt blijven wonen, wel kleiner, soms met wat verzorging er bij) en wat jongeren nodig hebben (toegang tot een betaalbare woningmarkt in onze buurten). Ik memoreer dit natuurlijk ook omdat Frans in november 2022 het hier en nu heeft verlaten om naar de andere kant te reizen. Frans is in de jaren 2005-2015 voorzitter geweest van onze wijkvereniging, en zijn inzet voor de vereniging was enorm! Elders in dit blad lees je een portret over hem.
Begin 2022 was ook de periode waarin veel mensen nog nagenoten van het lustrum. Ik merkte dat ook aan mezelf: aandacht voor nieuwe activiteiten stond op een lager pitje. Onze wijkkrant bleef gelukkig wel gewoon verschijnen met weer vier prachtige nummers. We zijn in de loop van het jaar wel weer goed losgekomen. Ik noem hier de Classic, SintMaarten, de thema-ochtenden en het Kerstzingen. Ik ben er zeker van dat vrijdag 23 december het veldje op de kop van de Van Heemstralaan gezellig vol is. Het is de eerste keer zonder de betrokkenheid van Bob en Margreet Kobessen. Dank Bob en Margreet voor jullie inzet in vele jaren, en gelukkig is er een werkgroep actief geweest die zorgt voor een bijeenkomst met mooie woorden en welluidend gezang. Het is een groot festijn dat de Kerstvakantie inluidt!
We begonnen ook nieuwe activiteiten. Zo organiseerde we het Wijk-uitje naar het Museum Arnhem. En dat vond zoveel weerklank in de wijk dat de reprise plaatsvindt in januari. Een ander idee is geweest een heuse spelletjesavond. Het was dit keer gezellig druk, maar er kunnen voor de volgende keer nog wel wat mensen bij in de huiskamer van de Bakermat.
Eind november hield de gemeente een informatieavond over laadpalen. In onze wijk zullen de komende paar jaar zeker 10 laadpalen worden geplaatst en in de planning is een laadplein met vijf laadpalen voorzien op het parkeerterreintje bij de gymzaal aan de Breitnerstraat. Ook was er aandacht voor deelvervoer: auto’s, fietsen en bakfietsen. Op www.arnhem.nl vind je meer informatie over deze onderwerpen. Ideeën, vragen of opmerkingen kun je sturen naar ladenendelen@arnhem.nl.
We maken ons wel zorgen over de invulling van het gemeentelijk Team Leefomgeving voor onze wijk. Michiel ten Dölle is maar kort actief geweest voor onze wijk. Hopelijk is de vacature snel vervuld, er is zat te doen. We missen een vast aanspreekpunt. Onder andere voor de transporten voor het groot onderhoud Sterrenberg. Gelukkig helpt Rob van de Vlies, projectleider van de gemeente, ons aan een goede ingang bij de aannemer.
Daarnaast zijn we bezorgd over de bouwprojecten aan de Heijenoordseweg en op de ROC-locatie Zypendaalseweg. Het duurt allemaal langer dan gewenst. Tel daarbij op dat we met smart wachten op een goed nieuw initiatief voor het Palet, na het afhaken van Portaal. Gelukkig gaat de hoogspanningsleiding de grond in, maar het wordt na zeven jaren wel tijd dat er met de locatie iets goeds gaat gebeuren.
In januari 2023 gaan we in gesprek met de wijkvereniging Burgemeesterskwartier, onze buren waar we al veel mee samen doen. We gaan de mogelijkheden voor verdere samenwerking verkennen. In februari gaan we samen met hen onze wijkwethouder Marco van de Wel wegwijs maken in onze wijk. En natuurlijk zijn we bezig met plannen voor 2023. Deels zijn dat bestaande activiteiten, deels nieuwe. We gaan zeker door met nieuwe Wijk-uitjes, de spelletjesavonden en een echte kookworkshop!
Terug naar de zeven. Op 7 maart 2023 is onze algemene ledenvergadering, die we laten volgen door een leuke pubquiz. Na ruim zeven jaar stop ik met het bestuurswerk voor onze wijkvereniging. En geloof het of niet: er zijn zeven vacatures in onze vereniging. Naast het voorzitterschap komt ook de secretarisfunctie vacant. Ook op andere plekken in onze vereniging is nieuwe aanwas dringend gewenst. Meer informatie vind je op de website of kun je vragen via bestuur@penseelstreek.nl. Wil je mij er over bellen, dat kan ook via 06-83570969.
In april 2023 leest je nog één keer een stukje van mijn hand, en wat zou het mooi zijn als ik je dan de namen van zeven nieuwe vrijwilligers kan melden! Gelukkig 2023 (tel de getallen uit het jaartal maar op)!
Vrijdagavond
Kort voor Kerstmis
Op de berg
Bakenberg
Zingen wij tezamen
Onze mooie wijken
In één koor
In één koor.
En Dick Tiemens
Onze pastor
Spreekt ons toe
Donderpreek
Beetje uit de hoogte
Vlámmend zijn zijn woorden
Maar wel raak
Hij treft doel.
Oogjes glinst’ren
Van het zingen
Ieder blij
Met nieuw licht
Eventjes verstillen
Dan nog even chillen
Met elk-kaar
Samen zijn.
Geliefde gelovigen en ongelovigen, Door omstandigheden hebben mijn huishoudster en ik de zorg op ons genomen van een nichtje. Voorlezen vindt zij het mooiste dat er is. En zo heb ik een omvangrijke bibliotheek opgebouwd. “Boer Boris”, “Kikker en zijn vriendjes” en uiteraard ook alle delen van “Nijntje” van Dick Bruna, de boeken waar alles mee begon. Zo in december dwalen mijn gedachten vaak af naar het Kerstzingen in onze wijk. Ik stel mij dan geheel en al open voor de nieuwjaarsboodschap. Welke overweging zal de Almachtige u en mij meegeven voor het komende jaar? Even speelde ik met de gedachte om de toespraak te delegeren aan dominee Gremdaat, maar die wees dat resoluut van de hand. “Jij bent aan de beurt” sprak hij. “Houd het luchtig, maar laat dat vooral niet ten koste gaan van de diepgang”.
Geliefde wijkgenoten, Wat zouden we hier heerlijk ontspannen bijeen zijn zonder die verontrustende oorlog in Oekraïne. Oorlog en vluchtelingen, opwarming, woningnood en armoede verduisteren het zicht op de schoonheid van het leven. Het licht van Kerstmis is nodiger dan ooit. Om in 2023 ondanks alle zorgen gelukkig te zijn zullen we onszelf op de een of andere manier in bescherming moeten nemen. In die gemoedstoestand las ik ons nichtje voor, ook in deze decembermaand.
Als laatste verhaaltje kiest zij altijd “Nijntje vliegt”, altijd “Nijntje vliegt”, nooit iets anders. Mijn nichtje en ik kennen de achtenveertig dichtregels van dat boek al lang uit het hoofd. Regels, die me nooit bijzonder waren opgevallen. Tot een week geleden. In een moment van genade vielen me de schellen van de ogen. En dat moment wil ik graag met u delen.
“Nijntje vliegt” kent een verborgen diepgang, precies wat we hier en nu tijdens dit traditionele Kerstzingen nodig hebben. Het verhaal zelf acht ik in grote lijnen bekend. Nijntje zit voor haar hol te spelen in het gras en daar landt plots oom vliegenier. Hij vraagt aan Nijn of ze zin heeft in een vliegtochtje. Nijn wil dat reuze graag, maar zegt dan: “Ik denk wel dat het beter is dat ik het even vraag”. Daar kunnen we meteen al verder mee. Ga niet alleen af op
je eigen gedachten. Wellicht zie je iets over het hoofd en raak je de weg kwijt in een groter geheel. Deel je zorgen en twijfels met een ander, een second opinion, in dit geval moeder Pluis. Moeder had natuurlijk kunnen zeggen: “Geen sprake van Nijn”, maar op haar beurt overweegt moeder dat het goed is om zo af en toe eens afstand te nemen, ook letterlijk en ook voor haar kind. Om de dingen in hun ware proporties te zien. In een eerdere kersttoespraak hield ik u al eens voor: “Laat het los, laat het gaan”. Eenmaal opgestegen zal Nijn zeggen: “Ik zie de grassprietjes niet meer” en: “Wat is moeder klein”. Afstand relativeert zelfs ouderlijk gezag. De tweede belangrijke gedachte is dus om tijdig te relativeren.
Creëer ruimte in je hoofd, ruim voordat je overweldigd wordt door de problematiek van alledag.
De derde belangrijke gedachte komt ook van moeder Pluis. Moeder vertrouwt haar dochter toe aan haar broer de vliegenier, maar dan alleen op de volgende voorwaarde: “Maar luister Nijn, dan wil ik wel dat je je muts op doet”. Bescherm jezelf, wil moeder Pluis daarmee zeggen, neem de nodige voorzorgsmaatregelen. Geniet van het leven, maar houd jezelf ook een beetje uit de wind en verlies de behoedzaamheid niet uit het oog.
‘NIJNTJE VLIEGT’ reikt ons aldus drie waardevolle gedachten aan voor het komend jaar:
1. Vaar niet louter op eigen kompas. Laat anderen toe bij je gedachten en overwegingen, deel je vreugde, zorgen en twijfels. Gedeelde smart is halve smart en gedeelde vreugd is dubbele vreugd.
2. Relativeer en neem op tijd afstand, creëer ruimte in je hoofd, “Laat het los, laat het gaan”.
3. Leef je leven, geniet van het mooie en het goede, maar wees behoedzaam en neem jezelf in bescherming.
Ook wereldleiders zouden deze DRIE GEBODEN ter harte moeten nemen, mondiale uitrol ervan verdient aanbeveling. Laten wij hier alvast oefenen met het derde gebod, het lichamelijk en geestelijk opzetten van je muts. En om dat goed tussen de oren te krijgen antwoordt u allen met……”DAT JE JE MUTS OP DOET”.
Als voorbeeld willekeurig een drietal dagelijkse kwesties:
1. Uw dochter wil een jaar gaan backpacken in Nieuw Zeeland Oké, maar dan wil ik wèl……”DAT JE JE MUTS OP DOET”.
2. Je partner overweegt z’n baan op te zeggen voor zijn droom, de studie kwantummechanica.
Oké, maar dan wil ik wèl……”DAT JE JE MUTS OP DOET”.
3. Je buurman vraagt toestemming voor de aanschaf van een tiental bijenvolken.
Oké, maar dan wil ik wèl ……”DAT JE JE MUTS OP DOET”.
Geliefde gelovigen en ongelovigen, Wij staan wederom aan de vooravond van Kerst en weldra aan het begin van een nieuw jaar. Bij uitstek een periode om in alle rust over deze dingen na te denken. Moge 2023 een jaar worden waarin we niet langer met een bezwaard gemoed rondlopen, verontrust over wat ons nu weer boven ons hoofd hangt. Een jaar in goede gezondheid, een jaar waarin de oorlog stopt en er vrede zal zijn, een jaar waarin onze vlag weer rood wit blauw kleurt. Een jaar waarin we de toekomst weer met vertrouwen tegemoet mogen zien.
Moge het ook een jaar worden waarin de wereldleiders zich bewust worden van hun immense verantwoordelijkheid de wereldvrede te bewaren en onze prachtige planeet te behoeden en te verduurzamen, teneinde deze met trots te kunnen overdragen aan generaties na ons.
2023: een fijn, relaxt jaar, met ruimte in uw hoofd, een jaar ook waarin u steeds tijdig denkt aan het thema van deze avond: DAN WIL IK WÈL DAT JE JE MUTS OP DOET”.
Één keer per maand zitten zij in De Bakermat voor u klaar, de vrijwilligers van de Repairplek. Wie zijn het, die uw spullen een langer leven bezorgen? Enkele impressies en een interview met een gedreven ‘jonge onderzoeker’.
Dinsdagochtend 25 oktober 2022: Repairplek in de Van Goghzaal van De Bakermat. Er is koffie en als verrassing een mini petitfour, overgebleven van een andere bijeenkomst. Aan vier tafels buigen medewerkers zich over ingebrachte probleemgevalletjes.
Rietje Stam zit klaar achter haar naaimachine en een doos vol klosjes garen in vrolijke kleurtjes. Bij haar kun je terecht voor allerlei kledingreparatieklusjes zoals een nieuwe rits inzetten, een broek inkorten of een scheur repareren. Aan de andere tafels wordt al gewerkt, maar bij haar heeft zich nog niemand gemeld.
Aan de tafel naast haar buigt Mirto Henriquez zich over het koffiezetapparaat van Kees Tinga. Waarschijnlijk is de oorzaak een kapotte schakelaar. Mensen komen vooral met huishoudelijke apparaten zoals koffiezetapparaten, waterkokers en stofzuigers en in dit seizoen ook met bladblazers en heggenscharen. Mirto kreeg het gevoel voor techniek al met de paplepel ingegeven. Als jongetje zat hij er met zijn neus bovenop als zijn vader een apparaat uit elkaar haalde om het te repareren. Hij wilde dat niet door iemand anders laten doen en Mirto moest hem daarbij helpen. Die doet nog steeds niets liever dan een apparaat uit elkaar halen en zorgen dat het weer functioneert. Geen wonder dat hij ook als beroep koos voor techniek.
Het initiatief van de Repairplek bestaat al sinds 2014 en startte in de huiskamer. Sinds het wijkcentrum De Bakermat er is, heeft het daar één keer per maand een vast onderkomen. Naast Rietje voor de textielreparaties is er een technisch team bestaat uit zes vrijwilligers, waarvan er vanmorgen drie aanwezig zijn. Paul van der Steur heeft het treksysteem van een vouwgordijn al gedeeltelijk gerepareerd. Hij worstelt er nog mee om het
aandrijfmechaniek weer in de metaalstrip terug te klemmen. Beroepsmatig heeft hij vooral met bouwprojecten te maken. Dit werk is voor hem een kwestie van onderzoeken hoe iets in elkaar zit en proberen te herstellen wat niet meer werkt.
Bernd onderzoekt waardoor een elektrische naaimachine te zwaar loopt en niet meer goed naait. Dat zou kunnen komen door aangekoekte olie. De machine is ook weinig gebruikt, vertelt de eigenaresse. Gelukkig mag de naaimachine van Rietje inmiddels lekker snorren. In een mum van tijd is de losgeraakte naad van een broek gerepareerd. Een kleine bijdrage in de pot voor De Bakermat en haar klant vertrekt tevreden.
Van huis uit kreeg Sjoerd al mee dat je zuinig en zorgvuldig met alles moest omgaan. In de naoorlogse periode was dat in vele gezinnen zo. Bovendien waren zijn ouders, beiden oogarts, beroepshalve gewend heel nauwkeurig te werken. Boven op zolder was een knutselkamertje, waar Sjoerds vader in zijn vrije tijd spullen uit elkaar haalde en probeerde te repareren. Via de huistelefoon klonk nogal eens een hulpkreet naar Sjoerd, als het niet lukte om ze weer in elkaar te zetten.
Daarbij was Sjoerd een nieuwsgierig mannetje, dat wilde weten hoe iets in elkaar zat en werkte. Zijn vader had een boek “Hoe werkt het?” en daarnaast waren er allerlei prismaboekjes om informatie uit te halen. Nu zoekt hij veel informatie op internet. “Fabrikanten maken het je tegenwoordig vaak heel lastig om apparaten te demonteren. Om te voorkomen dat daarbij bevestigingen stuk gaan, moet je weten hoe het apparaat in elkaar zit.”
Mijn buurman Sjoerd Aukes hoort bij het technische team van de Repairplek. Volgens Mirto Henriquez is hij het meest een allrounder. Samen zijn ze nog op drie andere locaties actief: Het Huukske, de Buurtfabriek en Repairplek Oosterbeek. Sjoerd versterkt bovendien de teams van De Groene Vos (Klarendal) en Het Timmerhuis (Malburgen).
Wegens familieomstandigheden is hij deze dag afwezig, daarom bezoek ik hem enkele weken later thuis. In het souterrain heeft hij een ideale werkruimte. Aan de wand achter de werkbank hangen, overzichtelijk geordend, zagen, tangen, schroevendraaiers en ander gereedschap.
Op een lange tafel staan diverse zorgenkindjes waarmee hij aan de slag moet. Alle keurig gelabeld met contactgegevens. Ik zie onder andere twee minikoelboxjes, een oude pick-up, een thermostaat en een grote bandrecorder.
Het binnenwerk van een klok hangt op ooghoogte aan een stellage. Sjoerd legt me uit welke bewerkingen hij heeft gedaan om het mechanisme grondig te reinigen van stof en olie die zijn aangekoekt. “Vaak is het een kwestie van schoonmaken en ik maak alles los.” Zijn kennis van klokken haalt hij onder andere van het internet en voor problemen kan hij terecht bij een straatgenoot, Henk Bennis, een klokkenexpert.
Sjoerds betrokkenheid bij de Repairplek begon met zijn bezoek aan een klokkencursus in de wijk. Een paar weken later kwam hij kijken bij een Repairplek aan huis. Daar behaalde hij zijn eerste succesje, door de juiste aanwijzing te geven aan de reparateurs. Hij ging meedoen met het initiatief, ook bij hem thuis. Het werd daar echter op den duur zo druk, dat de mensen in de gang moesten wachten op hun beurt. Het was een uitkomst dat er een eigen ruimte kwam in De Bakermat.
Sjoerd repareerde brommers van vriendjes en in zijn studententijd sleutelde hij aan een oude 2 CV, die hij samen met een vriend gekocht had. Zijn huidige, bejaarde Citroën C5 is ook een dankbaar oefenobject. Als hij de hulp van een professional moet inroepen, kijkt hij altijd mee hoe die het doet.
Na een paar jaar HTS werktuigbouwkunde ging Sjoerd tandheelkunde studeren in Nijmegen. “Als tandarts ben je met je handen bezig en heb je contact met mensen. Die twee zaken passen bij mij. Ook bij het repareren van gebruiksvoorwerpen komt mijn professionele kennis te pas. Toen we nog in de
Dagopvang (0-4 jaar)
Peuterwerk (2-4 jaar)
Bso (4-13 jaar)
Leer ons kennen via www.skar.nl/locaties/arnhem/de-holle-boom
Annemariek Faber Kindadvies
Consultatie | Advies | Begeleiding | Bijles
Ben jij tussen de 8 en 14 jaar en wil je vooruitgaan op school?
Ik help je graag!
info@annemariekfaberkindadvies.nl
Amsterdamseweg 214 | Arnhem
Wij zijn BOOOM Digital. Een digital agency met creatieve denkers, doeners, designers en developers. Wij zetten jouw bedrijf, merk of product online zoals zij dit verdient.
“Wij streven er altijd naar om het uiterste uit jouw idee te halen en dit de best mogelijke plek op het internet te geven”
Milan Brouwer, eigenaar
Mauvestraat woonden, repareerde ik bijvoorbeeld vaak plastic speelgoed, waarvan iets gebroken was. Ik kon de samenstelling van plastic namaken, omdat dit procedé veel lijkt op het maken van tandprotheses.”
Elektrische apparatuur, zoals trafo’s, schakelaars, stofzuigers of naaimachines repareren is een kolfje naar Sjoerds hand. Met een spanningsmeter meet hij ze door om vast te stellen wat er aan de hand is. Soms moet er een onderdeel besteld of gekocht worden. In Arnhem is vooral Radio Piet een adres waar hij zelf vaak komt of mensen naar toe stuurt.
“Het gaat heus niet altijd goed, er sneuvelt ook wel eens iets. Maar ook al is het apparaat onherstelbaar kapot, de bruikbare onderdelen haal ik eruit. Ik heb hier bijvoorbeeld een hele doos met trafo’s staan. Die gebruik ik bij het testen van apparatuur en ik kan ze ook weer doorgeven.”
Ook elders snuffelt Sjoerd naar bruikbare onderdelen, bij de Jumbo bijvoorbeeld, waar mensen afgedankte spullen inleveren. “Soms is het maar een kleinigheidje, een kapot snoer, dat eenvoudig gerepareerd zou kunnen worden en dan gooit men het al weg.”
“Bij de Repairplek tref je gelijkgestemden, mensen die gehecht zijn aan een gebruiksvoorwerp, of die het zonde vinden om het weg te gooien. Het geeft je een kick als het lukt om iets te repareren. In deze tijd staat duurzaamheid gelukkig weer volop in de belangstelling.”
Sjoerds vrijwilligerswerk kost wel veel vrije tijd. Mensen weten hem steeds meer thuis te vinden en in een speciaal geval wil hij ook wel eens bij een ouder iemand aan huis komen om een klusje te klaren. Hoe verkoopt hij dat thuis? Zijn echtgenote weet dat hij het heel graag doet, maar vindt het niet altijd even fijn als hij zoveel in zijn hobbyruimte bezig is. Daar heeft hij wat op gevonden. Hij legt een groot stuk hardboard op de tafel in de woonkamer en gaat daar zitten repareren in plaats van beneden. “Dat betekent wel wat gesjouw van apparatuur, maar het is een stuk gezelliger en in de winter ook nog lekker warm.”
Ik zie ook het vouwgordijn van vorige keer terug. Dit keer probeert Sebastiaan van Sandijk het aandrijfmechaniek te repareren. Niet alleen voor Repairplekken, maar ook voor andere initiatieven met betrekking tot duurzaamheid en circulaire economie zet hij zich in. Rietje stikt de hengsels vast van twee grote waszakken. Van de eigenaresse wordt aan een ander tafeltje een bedlampje onderzocht.
Deze dag zijn er zes repairtafels in bedrijf. De animo is groot, misschien zou men zich van te voren kunnen aanmelden, zodat de vrijwilligers weten wie er komt.
Het is een drukte van jewelste als ik in november weer een kijkje neem bij de Repairplek. Tot in de gang staan mensen te wachten met onder andere een stofzuiger, een klok en een tas vol kleinere spullen. Een fiets met een lekke band staat op z’n kop midden in de ruimte. De eigenaresse is zelf actief voor de Repairplek Oosterbeek. Ze vertelt dat er in deze tijd heel veel behoefte is aan repairplekken. In Oosterbeek wisselen de locaties. Een aantal keren was het in Felixoord, waar bijvoorbeeld aan rollators gesleuteld moest worden. Op die plek brengt het ook wat levendigheid voor de bewoners.
Het lukt niet altijd om iets te repareren. Dat doet zich vooral voor bij elektronica, zoals radio’s, tv’s en printers. Er zitten vaak chips in, daar kan je niets mee als die kapot zijn. Zo vertrekt deze keer iemand met een dvd-speler, niet meer te repareren, jammer voor zijn kleinkinderen.
Soms moet iemand terugkomen, zoals voor het koffiezetapparaat dat in oktober onderzocht werd.
Dat doet het weer nadat er vandaag een nieuwe diode (een gelijkrichter van stroom) in gezet is.Ook voor de klant van Sjoerd met een kapotte platenspeler moet eerst een onderdeel besteld worden.
Wilt u ook iets laten repareren? Houd dan de aankondigingen van de Repairplek in de Nieuwsbrief van De Bakermat in de gaten (meestal op de derde dinsdag van de maand).
Tot in de gang staan mensen te wachtenSjoerd bekijkt een kapotte platenspeler Bernd probeert te achterhalen waarom deze printer het niet doet.
‘Met mijn tandheelkundige kennis kon ik plastic speelgoed repareren’
Op 14 februari 1947, Valentijnsdag, kwam Frans Schoenmakers ter wereld. Hij was de oudste zoon in een middenstandsgezin dat een interieur- en manufacturenwinkel dreef in de Rosendaalsestraat in Arnhem. Hij had één jongere broer. Zijn ouders waren hardwerkende mensen met hart voor de zaak. Dat arbeidsethos heeft Frans meegenomen in de rest van zijn leven. Hij leerde er altijd het beste uit zichzelf te halen. Ook de ondernemersgeest zat Frans in de genen. Hij was iemand die kansen zag en creëerde en beschikte over een zeer goed gevoel voor financiën.
Al op zeer jonge leeftijd kocht hij de woning aan de Mauvestraat op de Hoogkamp. Hij woonde naar eigen zeggen niet alleen in de mooiste stad van Nederland maar ook nog eens in de mooiste wijk.
De ondernemersgeest en het gevoel voor financiën kwamen hem goed van pas bij zijn werk als Albert Heijn filiaalmanager. Hij dreef de filialen als waren het zijn eigen bedrijven en bedacht continue nieuwe dingen om meer geld te maken voor zijn werkgever. Hij deed dat veelal op eigen initiatief en onder het mom van “beter later sorry zeggen dan vooraf toestemming vragen”. Hij deed zijn werk goed, met volledige inzet, en verlangde dat ook van het personeel. Lanterfanten kwam in zijn woordenboek niet voor. Met zijn inzet en slimheid had hij zeker kansen gehad om hoger in de AH- hiërarchie te eindigen maar alles goed en wel, als het maar in Arnhem of directe omgeving was, want Frans wenste niet te verhuizen uit de mooiste stad van Nederland.
Frans is een bekende Arnhemmer geworden, mede door zijn werk als raadslid voor de VVD. Hij is een zeer goed raadslid genoemd door zijn politieke tegenstrevers van de PvdA en dat zegt iets.
Na zijn pensionering bleef hij actief in vele opzichten, één daarvan was het voorzitterschap van wijkvereniging De Penseelstreek dat hij tien jaar op zich heeft genomen. Ook dit vrijwilligerswerk nam hij weer uitermate serieus. Zijn contacten met de gemeente waren daarbij zeer behulpzaam want Frans bleef een graag geziene gast op het gemeentehuis. Hij hield zich bezig met uiteenlopende zaken: van een skatebaan voor de jongeren, nieuwe speelplaatsjes voor de kleinsten tot activiteiten voor de ouderen in de wijk, zoals de koffieochtenden bij Trix. Hij was zelfs niet te beroerd om mensen, die daar zelfstandig niet konden komen, op te halen en weg te brengen. Ook heeft hij zich ingezet om appartementen voor ouderen in de wijk te creëren. Het was mooi geweest als zijn plan om de school in de Witsenstraat om te toveren tot seniorenwoningen was gerealiseerd maar tot op heden staat het gebouw er triest bij en lijkt er niet veel beweging in te zitten.
Frans was een kleurrijk persoon en dit kwam niet alleen tot uitdrukking in zijn kleding. Hij verscheen regelmatig in vrolijk rood en die kleur paste hem. Hij was niet altijd onomstreden omdat hij nogal eens voor de troepen uit liep. Mensen zoals hij maken echter wel het verschil, zaken komen in beweging waar anders ideeën nogal eens verzanden in eindeloze discussies.
Frans was een zeer actief persoon, hij reisde samen met zijn vrouw Margriet of in gezelschap van vrienden de hele wereld rond en
kwam steevast enthousiast terug. “Alles klopte” was een gevleugelde uitdrukking van hem. Niet gek als je bedenkt dat voor Frans het glas altijd half vol was. Hij was een fanatiek skiër en tennisser.
Toen Frans 6,5 jaar geleden te horen kreeg dat de ziekte van Alzheimer bij hem was geconstateerd, aanvaardde hij dat met grote blijmoedigheid. Hij kon er goed mee leven want het leven was hem tot dan toe goed gezind geweest. Een ijzersterke gezondheid, een goed huwelijk, twee dochters en vijf kleinkinderen waarop hij supertrots was, wat kun je nog meer wensen.
Helaas komt een ziekte als Alzheimer vaak niet alleen. Zo ging Frans van het lezen van drie kranten per dag naar één omdat hij op een gegeven moment na enkele minuten niet meer wist wat hij had gelezen. Daarnaast kreeg hij steeds meer lichamelijke ongemakken waardoor hij niet meer kon skiën en tennissen. Zijn motoriek werd steeds slechter en ook fietsen en wandelen gingen steeds moeizamer. Ook de pijnen werden steeds erger. Toch bleef hij altijd vrolijk, optimistisch en zeer gastvrij. Je kon niet voorbijlopen zonder op de koffie genood te worden. Zelfs zijn huisarts kon hij verbazen. Ze had nog nooit een patiënt in haar praktijk meegemaakt die zo positief in het leven stond als Frans en zo vrolijk naar zijn eigen einde toe werkte om te kunnen ‘’uitstappen’’, zoals hij het noemde.
Op 15 november 2022 was het moment daar. ’s Ochtends was hij het pad nog aan het wieden (je moet je tijd goed besteden nietwaar), haalde hij nog ijsjes voor de kleinkinderen en was het hele gezin met aanhang aanwezig. ’s Middags werd het leven van Frans, op zijn nadrukkelijke verzoek beëindigd. Hij wenste niet verder af te takelen en zijn laatste tijd te moeten slijten in een verzorgingstehuis was een no go voor hem.
Te midden van zijn naasten is Frans rustig ingeslapen, precies zoals hij het had gewenst. Eén dag verdrietig zijn mocht van hem, maar daarna moest iedereen weer blij en opgewekt doorgaan met leven. Op 19 november namen de bewoners van de Mauvestraat op waardige wijze afscheid van Frans. Het werd toen even heel stil in de straat.
Tussen twee rijen bewoners reed de rouwauto hem naar de Oranjerie Warnsborn alwaar 140 genodigden in besloten kring tijdens een indrukwekkende bijeenkomst afscheid van hem hebben genomen. Frans werd begraven op de begraafplaats Moscowa, dicht bij zijn ouders.
We missen in Frans een opvallende, aanwezige, betrokken en ongelooflijk optimistische wijkgenoot.
Per 1 November 2022 heeft Hans Ariëns (76), wonend de Gulden Bodem, zijn taken bij de buurtpreventie beëindigd. Hans is daar in onze wijk ooit mee begonnen. Hij was 12,5 jaar coördinator buurtpreventie van de Gulden Bodem en drie jaar de centrale buurtpreventie coördinator van De Penseelstreek (Gulden Bodem, Sterrenberg en de Hoogkamp). Hoe kijkt Hans erop terug?
Hoe ben je begonnen met buurtpreventie?
“In oktober 2010 ben ik gestart en maart 2011 zijn er bijeenkomsten over buurtpreventie geweest met de politie in de toenmalige Diaconessenkerk, nu De Bakermat. Na de eerste bijeenkomst hebben we een coördinatiegroep buurtpreventie Gulden Bodem gevormd met zeven leden en de wijkagent. We hebben toen briefjes met uitnodiging voor deelname in onze buurt in de brievenbus gedaan. Na aanmelding communiceerden wij via de mail met de deelnemers. In maart 2011 zijn we daadwerkelijk van start gegaan.
“Per straat kwam er een contactpersoon. Deze nam contact op met nieuwe bewoners, informeerde hen over de buurtpreventie en vroeg of ze wilden deelnemen. Dat liep goed en na vijf jaar bleek de aanpak succesvol. Zo verminderden de autodiefstallen en informeerde men elkaar beter over verdachte situaties. Er kwamen meer sociale contacten en informatie-uitwisseling. Daarna werden er ook buurtpreventieprojecten opgezet voor de Van Heemstralaan en de Sterrenberg en niet veel later ook voor de Hoogkamp. Al met al zijn er nu in De Penseelstreek tien buurtpreventieprojecten (zie kaartje). Vanuit het bestuur coördineerde Frank Jibben de verschillende buurtpreventieprojecten. Zelf was hij daarin actief op de Hoogkamp. Toen Frank daar in 2019 mee ophield, heb ik zijn rol als centrale coördinator bij gebrek aan een opvolger tijdelijk overgenomen.”
Waarom ben je je met buurtpreventie gaan bezighouden? Wat was je motivatie?
“Reden voor mijn acties waren de toenemende autodiefstallen en inbraken, die leidde tot onrust en zorg in onze buurt. Diefstal van mijn eigen auto en poging tot inbraak bij een alleenstaande buurtgenoot was de bekende druppel.”
Wat is het doel van de buurtpreventie?
“Doel is dat bewoners en politie er samen voor zorgen dat dieven en criminelen minder gemakkelijk de kans krijgen hun slag te slaan. Dat kan door extra te letten op wat er in de directe woonomgeving gebeurt en elkaar daarvan op de hoogte te stellen. Buurtpreventie is dus bovenal een informatie-project. Van de ene kant informeren wijkbewoners de politie, en van de andere kant informeert de politie de wijkbewoners over wat er in hun wijk speelt inzake crimineel gedrag. Zowel wijkbewoners als politie kunnen er dus hun voordeel mee doen. Buurtpreventie is niet ‘eigen rechter’ spelen en is ook niet zoiets als een burgerwacht. De politie is en blijft de sterke arm der wet.”
Hoe werkt de buurtpreventie?
“Je kunt deelnemen door je aan te melden via de website van De Penseelstreek: penseelstreek.nl/buurtpreventie. Daar kun je zien tot welk buurtpreventieproject jouw adres behoort en kun je je aanmelden. Een mail is voldoende en eventueel kun je bij enkele buurten ook jouw mobiele nummer opgeven voor de WhatsApp buurtpreventiegroep
“Voor Hoogkamp-Zuid is momenteel geen buurtpreventieproject actief. We zoeken nog een coördinator die de groep daar weer opstart. Als iemand deze taak op zich wil nemen, dan kan men zich aanmelden bij het bestuur van De Penseelstreek.”
“Deelnemers aan een buurtpreventieproject ontvangen met enige regelmaat een overzicht waarin de wijkagent relevante informatie geeft over de bijzonderheden in onze wijken met betrekking tot buurtpreventie. We werken goed samen met wijkagent Rudy Machielsen. Hij heeft aangegeven dat hij meer tijd aan onze wijk wil besteden en er meer aanwezig wil zijn.
“Het is belangrijk dat wijkbewoners geen eigen rechter gaan spelen. Hun rol is signaleren en informeren. Als er wat is: altijd 112 bellen. Ga niet zelf ingrijpen. Beter is het om te vragen of iemand hulp nodig heeft.
“Buurtpreventie is een hulpmiddel. In de Gulden Bodem wordt het o.a. gebruikt om per buurtapp de mensen te waarschuwen. Een voorbeeld. Er komen in de wijk regelmatig Engels sprekende mensen aan de deur met het aanbod om de stoep schoon te maken
• duurzaam ontwerp
• thermisch verzinkt staal
• recyclebare toplagen
• gelimiteerde oplage
• genummerd en gesigneerd
• gepersonaliseerd met logo
Voor uw complete woning sto ering, ook voor stuc- en schilderwerk, badkamers en keukens. Tapijt, parket, laminaat, pvc en vinyl gordijnen, binnen- en buitenzonwering.
Op het plein bij de Praxis en Lidl. Voor de deur gratis parkeren.
Amsterdamseweg 115 6814 GC ARNHEM
T 026 44 50 218
E info@amelink.nl
I www.amelink.nl
of de dakgoten te reinigen voor een bedrag dat veel te hoog is. Trap er niet in en bel een erkend bedrijf. Ik wil iedereen oproepen nooit op dergelijke verzoeken in te gaan en zo mogelijk met de buurtapp meteen de buurt te waarschuwen dat deze mensen weer actief zijn. Ook is het advies aan ouderen nooit zomaar de deur open te doen. Beter is om eerst via het raam te kijken wie er voor de deur staat.”
Waarom stop je als coördinator?
“Ik ben nu 12,5 jaar buurtpreventiecoördinator voor de Gulden Bodem geweest en drie jaar centrale coördinator voor de hele wijk. Een mooi en zinvol project, maar nu zijn anderen aan de beurt. Ik heb ook nog andere activiteiten die ik graag doe.”
Namens de wijk en als coördinator buurtpreventie van Hoogkamp-West wil ik je bedanken voor je tomeloze inzet in het opzetten, adviseren en coördineren van de buurtpreventiegroepen in onze wijk. We zullen je adviezen en slogan zeker ter harte nemen: “Samen zorgen we voor een veilige buurt”
Meer informatie: www.penseelstreek.nl/buurtpreventie
Inmiddels heeft zich een nieuwe algemeen coördinator buurtpreventie gemeld in de persoon van Martine Blankenspoor en is wijkagent Rudy Machielsen opgevolgd door Lieke Ligtenberg. Inmiddels heeft zich een nieuwe algemeen coördinator buurtpreventie gemeld in de persoon van Martine Blankenspoor en is wijkagent Rudy Machielsen opgevolgd door Lieke Ligtenberg.
Voor de aanleg van de wijk Gulden Bodem werd in de jaren ’30 veel grond verzet voor straten en huizen. Zo ook in de Van Goyenstraat. Daarbij kwamen in 1939 archeologische vondsten naar boven. Destijds zijn ze niet goed onderzocht. Na zijn emeritaat in 2008 als hoogleraar prehistorie in Leiden deed Leendert Louwe Kooijmans (1940), geboren en getogen in Arnhem, dat alsnog. Zijn conclusie: in de Late Bronstijd - drieduizend jaar geleden - woonden er al mensen op de Gulden Bodem.
Begin vorige eeuw breidde Arnhem zich uit in noordwestelijke richting op de flanken van de heuvels die het smeltwaterdal van de Sint Jansbeek omzoomden. De noordwest helling werd daarbij gevrijwaard van bebouwing en gereserveerd voor de parken Sonsbeek en Zijpendaal. Op de zuidwest helling met akkers, weilanden en heidevelden verrezen eerst het Burgemeesterskwartier en later hogerop vanaf eind jaren ’20 Gulden Bodem.
Volgens de oorspronkelijke plannen voor de Gulden Bodem zou de Van Ostadestraat– net als de Van Ruisdaelstraat – vanaf de Van Heemstralaan doorgetrokken worden naar de Zijpendaalseweg. Haaks op de Van Ostadestraat en de Van Ruisdaelstraat zouden straten komen die nu Albert Cuypstraat, Nicolaas Maesstraat en Van Goyenstraat heten. Later is daarvan afgezien omdat er ruimte gereserveerd werd voor de drie scholen die er nu liggen alsook voor het ‘Stierenveld’. Dat leidde er bijvoorbeeld toe dat Van Goyenstraat niet doorgetrokken werd tot aan de Van Ostadestraat. De straat boog voor de scholen af naar de Nicolaes Maasstraat.
Uitbreidingsplan Gulden Bodem 1925
Om straten en huizen aan te leggen werd er in de helling gegraven. Dat gebeurde in de jaren ’30 ook in de Van Goyenstraat. Begin jaren ‘30 was het eerste deel aan de beurt vanaf de Van Heemstralaan. Vanwege de steile helling richting Sint Jansbeek werden daar toen alleen aan de linkerkant (oneven nummers) huizen gebouwd. De rechterkant is vanwege de hoogteverschillen grotendeels onbebouwd gebleven.
In 1939 was het deel van de Van Goyenstraat voorbij de kruising met de Van Ruisdaelstraat aan de beurt. Op de hoek van de Van Heemstralaan en de Van Goyenstraat woonde toen de heer B. Volkers. Hij was directeur geweest van de Technische School in Semarang op Java en was hier in 1938 als gepensioneerde komen wonen. Hoewel geen archeoloog van opleiding had hij wel belangstelling voor dit vakgebied. Zo had hij in zijn jonge jaren naar scherven gezocht bij hunebedden in Drenthe. De heer Volkers ging regelmatig kijken bij de ingravingen en vond daar in de kant van de anderhalve meter diepe ingraving voor de aanleg van de straat (cunet) een ‘eigenaardig stukje aardewerk’. Dat bracht hem op de gedachte dat er urnen in de grond zouden kunnen zitten. En inderdaad, hij vond een kleine 100 fragmenten aardewerk. ‘Maar’, zo schreef hij op 17 februari 1939 in een brief aan het Rijksmuseum voor Oudheden, ‘geen enkel stuk van eenigszins behoorlijke afmetingen.’ Volkers wilde van het museum weten aan welke stammen de scherven toegeschreven moesten worden en stuurde alle scherven op naar Leiden.
Opgravingen
De conservator van de afdeling prehistorie, dr. F.C. Bursch, kreeg uit een ‘voorlopige, korte bestudeering’ de indruk dat het ging om Germaanse scherven van omstreeks het begin van onze jaartelling. Bursch zou graag nader onderzoek ter plekke willen doen. Volkers stuurde daarvoor een situatieschets naar Leiden en beschreef de omstandigheden: een met gras begroeid oud stuk bouwland tussen huizen, tuinen en betonnen tennisbanen dat door de ingravingen en tennisbanen verstoord is. Onderstaand kaartje is daarvan een nette weergave (nettekening).
Huidige situatie. Bocht in Van Goyenstraat. Rechts bij de ingang Arnhemse Montessori School en Pieter Jongelinghschool zou in de Late Bronstijd een nederzetting geweest zijn. Foto: Henk Donkers
Op 22 maart bekijkt Bursch samen met Volkers het terrein. Mede dankzij bemoeienis van burgemeester H. Bloemers kan in juli 1939 met de opgravingen worden begonnen. Er worden enkele werkputten en hellingafwaarts zoeksleuven gegraven. Na twee weken worden de opgravingen afgesloten. De uitgegraven grond wordt weer teruggestort.
Vroege Bronstijd
De Arnhemsche Courant van 15 juli 1939 meldt dat de gevonden scherven uit de Steentijd stammen en wel uit de Bekercultuur (1800 v. Chr.), veel ouder dus dan Bursch’ eerdere inschatting. Verder zouden er op een halve meter diepte grondsporen gevonden zijn die duiden op paalsporen. Op basis daarvan wordt het grondplan van een rechthoekige paalwoning gereconstrueerd van 5 bij 10 meter. Volgens het toenmalige jaarverslag van het Rijksmuseum voor Oudheden zou deze uit de Vroege Bronstijd (2000 – 1800 v. Chr.) stammen. Korte tijd later komt Bursch tot een nieuwe datering (Late Bronstijd), mogelijk op basis van een vergelijking van de Arnhemse scherven met die in de museumcollectie. Van de opgravingen wordt een nettekening gemaakt met als titel ‘huis van de urnencultuur te Arnhem’.
Situatieschets in- en opgravingen Van Goyenstraat 1939. Opgravingen vinden plaats rechts aan het einde van deze ingraving. De ingraving links is voor de aanleg van de Nicolaas Maesstraat. Bron: Westerheem augustus 2014
Opgravingsplattegrond ‘huis van de urnencultuur te Arnhem’. De reconstructie van de trapezevormige huisplattegrond is volgens Kooijmans ‘nogal fantasierijk’. Bron: Westerheem augustus 2014
vond ‘eigenaardige stukjes aardewerk’
Die nettekening wordt echter niet openbaar gemaakt en er verschijnen ook geen officiële publicaties over het onderzoek. Belangrijkste oorzaak daarvan is dat de heer Bursch ‘fout’ was in de oorlog. Hij werd lid van de NSB, was tussen 1940 en 1945 directeur van het Rijksbureau voor Oudheidkundig Bodemonderzoek, verspreidde een nationaalsocialistische visie op de Nederlandse archeologie, deed tijdens een SS-expeditie in Oekraïne grafheuvelonderzoek achter het Oostfront en werd in mei 1944 nog benoemd als buitengewoon hoogleraar prehistorie aan de Universiteit van Amsterdam. In september 1945 werd hij in het kader van de zuiveringen als hoogleraar ontslagen. Daarmee kwam er een einde aan zijn carrière als archeoloog. Hij werd leraar klassieke talen en overleed in 1981, 78 jaar oud. Door het besmette imago van Bursch bleef de bekendheid van zijn onderzoek in Arnhem beperkt tot vakkringen.
Hernieuwde aandacht
In 2014 hield de Leidse emeritus hoogleraar archeologie van de prehistorie Leendert Louwe Kooijmans ter gelegenheid van het 40-jarig bestaan van de afdeling Zuid-Veluwe en OostGelderland van de Vrijwilligers in de Archeologie de enigszins in de vergetelheid geraakte archeologische vondsten in de Van Goyenstraat opnieuw tegen het licht. Kooijmans is in Arnhem geboren en getogen, in de Cronjéstraat (Transvaalbuurt) vlakbij de Sint Jansbeek, en ging na zijn emeritaat weer in de buurt van Arnhem wonen. Hij had dus enige affiniteit met de opgravingen uit 1939.
Het liefste was ik met hem door de Van Goyenstraat gelopen (waar ik sinds 2021 zelf woon) en had hem op de plek van de opgravingen over het onderzoek laten vertellen. Maar vanwege een verhuizing en andere drukke bezigheden had hij daar geen gelegenheid toe en bovendien zegt hij dat hij er niet meer over te vertellen heeft dan hij in het artikel deed. ‘Feitelijk is er weinig meer dan een zak scherven’, zegt hij, ‘die we nu wel goed kunnen dateren in tegenstelling tot toen.’ Dit artikel is dan ook grotendeels gebaseerd op zijn daar genoteerde bevindingen en een telefonische toelichting daarop.
Kooijmans heeft de vondsten uitvoerig vergeleken met een aantal andere vondsten en dateringen, en komt tot de conclusie dat ze niet uit de Vroege Bronstijd (2000 – 1800 v. Chr.) stammen maar uit de Late Bronstijd (1100 – 800 v. Chr.). De reconstructie van de huisplattegrond van een trapeziumvormig gebouw onderverdeeld in kamers noemt hij ‘nogal fantasierijk’. Ze komen qua vorm niet overeen met huizen die later gevonden zijn en uit de Late Bronstijd stammen. Toen de onderzoekers in 1939 deze huisplattegrond tekenden, waren er überhaupt nog geen huizen van vóór de IJzertijd bekend.
Het nederzettinkje op Gulden Bodem is dus ouder dan de oudste tot dan toe gevonden voorwerpen en sporen van bewoning in Arnhem. Die stammen namelijk uit de Vroege en Midden-IJzertijd. De Late Bronstijd behoort tot de MiddenEuropese urnenveldencultuur en liep ten einde toen door de machtsuitbreiding van Keltische volkeren de IJzertijd aanbrak met zijn ijzeren speerpunten en paardenbitten. Die eindigde weer met de komst van de Romeinen.
Opmerkelijke locatie
Tekenen van de oudste bewoning in Arnhem zijn dus gevonden op de Gulden Bodem. Kooijmans vindt het een opmerkelijke en onverwachte locatie. Hij had de oudste bewoning niet verwacht op een helling, maar aan de voet ervan of op de waaiervormige smeltwaterafzettingen bij de monding van het dal van Sint Jansbeek waar de binnenstad ligt. Maar wellicht maakte de nabijheid van de bron waaruit de Slingerbeek (een zijtak van de Sint Jansbeek) ontspringt en het mooie uitzicht op het dal de plek wel aantrekkelijk, en hebben de paalwoningen op een wat vlakker deel van de helling gestaan. Of liggen er verder naar beneden en stroomafwaarts van de Sint Jansbeek sporen begraven van nóg oudere bewoning?
Opgegraven scherven met versieringen Gulden Bodem. Bron: Westerheem augustus 2014
Late Bronstijd
Volgens Kooijmans gaat het met 213 scherven in de Van Goyenstraat om een betrekkelijk klein vondstcomplex met sterk gefragmenteerd aardewerk. De grootste stukken zijn maar 8 centimeter groot. Hij wijt het aan de ondiepe ligging direct onder de bouwvoor en verplaatsing op de helling door afspoeling. Er zitten grote verschillen tussen de scherven: dun- en dikwandig, al dan niet (fraai) versierd. De meest bijzondere vondst is een spinschijfje waarmee wol gesponnen kon worden, een bewijs dat er op die plek gewoond is.
Spinschijfje van 2,5 centimeter doorsnede, volgens Kooijmans de meest bijzondere vondst. Bron: Westerheem augustus 2014
Het brongebied van de Slingerbeek in Park Zypendaal. De nabijheid van schoon drinkwater zou de reden geweest kunnen zijn van de pre-historische nederzetting op Gulden Bodem. Om de toevloed van water te vergroten is er in de Middeleeuwen, stroomopwaarts van de bron, een sprengkop gegraven (op de foto achter de rododendron). Foto: Henk Donkers
Bron: Leendert Louwe Kooijmans. Late Bronstijd op de Gulden Bodem, Arnhem. Westerheem, het tijdschrift voor de Nederlandse archeologie. Jaargang 63, augustus 2014 p. 168- 178
Het kostte bakken zweet, bergen geduld en bijna ons huwelijk, maar het is zover: ons huis is tot de nok toe geïsoleerd en ook onze zolderverbouwing gaat eindelijk richting afronding. Dat we daarna óók nog de slaapkamers, hal en stiekem ook de badkamer moeten aanpakken, negeren we voor het gemak even.
Twee jaar geleden betrokken we ons huis vol goede moed. Ja, er moest veel gebeuren, maar het was heus wel te overzien. We stripten bijna alles, in het kader van: als je het goed en grondig wil doen, is dit hét moment. Dat betekende dat we vijf maanden op de eerste verdieping leefden met z’n viertjes en (toen nog) twee katten, terwijl de benedenverdieping werd verbouwd. Koken op een gasstel naast de douchebak, de pakken pasta naast de flessen shampoo. De bank en tv in onze slaapkamer gepropt. Onze dochters samen op één kamer. “Knus” zeiden we.
“Nu wel klaar mee”, zuchtten we, toen het twee maanden langer duurde dan verwacht. Gelukkig vergaten we dat snel toen we eenmaal onze woonkamer, met open keuken, konden gebruiken. Wat een luxe, wat een weldaad, wat een heerlijkheid. Nu zijn we twee jaar verder. Twee jaar waarin we bijna elk weekend flinke dagdelen op zolder doorbrachten. Want we besloten het zelf te doen. Aannemers hadden het te druk, vroegen forse bedragen en bovendien weet je hoe alles in elkaar steekt als je het zelf doet.
We begonnen uiteraard met het strippen van de hele handel: oude houten vloer eruit, riet eruit, splinters in je vingers, rugpijn, discussies. Meeblèren met de radio, lachbuien, trots zijn. Sjouwen, zagen, schroeven, stof en zaagsel uit je haar en bilnaad wassen. Tillen, ruzie maken, elkaar een high five geven. Rachelen, OBSplaten zetten. Cellulose in de wanden en vloer laten blazen, evenals in de kruipruimte. Damp-remmende folie spannen. Tussendoor de spouwmuren vol laten spuiten met bio-based bolletjes. Uit je comfortzone gaan en half huilend een steiger beklimmen om het dak te bereiken. Gipsplaten erop schroeven. “Die zaten er vanochtend nog niet!” tegen elkaar roepen om de moed erin te houden. Tevreden rondkijken.
Nog een paar gipsplaten erop en dan kunnen we gaan afsmeren. Zodat het klaar is voor behang en/of stucwerk. Dat laten we doen, want dat is vakwerk. Al hebben we onszelf verbaasd met hoe ver we al zijn gekomen met z’n tweetjes. Soms zijn we uitgeput en vragen we ons af of het ooit afkomt. Dan pakken we de foto’s erbij die we tussentijds maken en zien dat we wel degelijk enorme progressie boeken.
Toen het plots -5, en zelfs een keer -8 graden was, wreven we tevreden in ons handen. De (vloer)verwarming konden we op 18 graden houden zonder rond te lopen met blauwe lippen en verkleumde handen. Blies je voorheen wolkjes op zolder, nu was het prima uit te houden. De sneeuw bleef op het dak liggen: niet gesmolten, de warmte van binnenuit behouden. Daar doe je het voor, vooral nu de energieprijzen zo hoog zijn.
Kortom: nog even doorbikkelen en dan ligt het grootste deel van de verbouwing achter ons. Tenminste, voorlopig. Want iedereen met een eigen huis weet: het houdt nooit op. Maar tussendoor op adem komen en genieten van het geleverde werk, is noodzakelijk. Voor je rug, je stemming en je huwelijk.
Olga Helmigh (41) is journalist, geboren en getogen in Den Haag en woont nu 11 jaar in Arnhem. Ze is getrouwd met Patrick en samen hebben ze twee dochters en één kat.
Concreet, persoonlijk en doelgericht!
vergroten zelfinzicht a.h v gevalideerd gedragsassessment
opstellen persoonlijke Studie Top 5
opstellen concreet studiekeuze ac�eplan
actueel beeld van de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt
Nu ook Profielkeuze advies!
10% wijkkorting bij inlevering van deze advertentie!
Op 11 december was het tachtig jaar geleden dat het grootste deel van de ongeveer negentig Joden die in Het Jongenshuis aan Amsterdamseweg 1 woonden werden gedeporteerd naar Westerbork. De meesten van hen werden later vermoord in Sobibor en Auschwitz. Moet er in onze wijk geen ‘plaats van herinnering’ komen want niets herinnert nu aan Het Jongenshuis en afschuwelijke gebeurtenissen?
Bij de huidige ingang Sonsbeekzijde van station Arnhem Centraal lag links van het Cito-gebouw vroeger Villa Marguerite. Het gebouw werd in de jaren 1950 afgebroken voor de aanleg van de toen nieuwe koepelvormige stationsingang Sonsbeekzijde. Inmiddels heeft deze weer plaatsgemaakt voor een nieuwe ingang.
In de Tweede Wereldoorlog kreeg de villa de bijnaam ‘Het Jongenshuis’. Officieel heette het pand ‘Voormalig Rotterdams Kindertehuis’. Die naam ontleende het aan het feit dat dr.
Siegfried Wolff, een uit Berlijn gevluchte Joodse arts, hier na het bombardement van Rotterdam gehuisvest werd met een groep Joodse kinderen uit die stad. Die kinderen waren met de zogenaamde kindertransporten uit Duitsland en Oostenrijk naar Nederland gekomen. Hun ouders hadden hen na de Kristallnacht van 9 op 10 november 1938, toen duizenden Joodse bedrijven, woningen en synagogen in brand gestoken en geplunderd werden, naar Nederland gestuurd. Naar schatting 20.000 Joodse kinderen konden zo – zonder hun ouders – Duitsland en Oostenrijk ontvluchten. Een aantal van hen kwam onder de hoede van dr. Wolff, eerst in Rotterdam en na het bombardement in die stad in mei 1940 in Arnhem terecht en later in Villa Marguerite aan Amsterdamseweg 1.
Namenmonument
Voor de tweede druk van De stille slag. Joodse Arnhemmers 19331945 van Margo Klijn, uitgegeven in 2014, heeft Willy Wytzes, woonachtig in de Burgemeesterswijk, mede op basis van eerder
Tachtig jaar geleden werden de Joden uit Het Jongenshuis afgevoerd. Negentig werden er vermoord in Sobibor en AuschwitzHenk Donkers
onderzoek van Cees Haverhoek, een lijst opgesteld van 1.493 Arnhemse Joden die door de Holocaust zouden zijn omgekomen. Van al deze slachtoffers is bekend wanneer en waar ze geboren zijn, waar ze woonden en waar en wanneer ze zijn vermoord of anderszins omgekomen. Volgens deze lijst zouden er 141 Joden in Het Jongenshuis gewoond hebben van wie er 91 vermoord zijn. Hun namen zijn terug te vinden in het ‘namenmonument’ dat we in het Wijkcontact van juni 2020 publiceerden van alle 275 (!) Holocaustslachtoffers uit het Burgemeesterskwartier. De meesten zijn vermoord in Auschwitz en Sobibor. De jongste was 0 jaar oud (Esther de Leeuw), de oudste 84 (Pauline Loeb). In navolging van Wijkcontact publiceerde De Penseelstreek in november 2020 een vergelijkbare lijst van 113 omgebrachte Joden.
Twee deportaties
Momenteel werkt journalist, boekhandelaar en verzamelaar Simcha Looijen uit Bennekom aan een boek over Het Jongenshuis. Via een handelaar in Israël kreeg hij oude foto’s in handen van bewoners van ‘een joods jongenshuis in Arnhem’. De foto’s waren ooit eigendom van Ernst Wiener, een van de bewoners van Het Jongenshuis die ook op de foto’s staat. Inmiddels heeft hij de identiteit opgespoord van veel van hen en ook verhalen over en van hen waaronder bandopnamen van interviews. Looijen hoopt zijn boek in 2024 af te ronden.
Enkele bewoners van het Jongenshuis tijdens een fietstochtje. Helemaal rechts Ernst Wiener. Foto: Collectie Simcha Looijen
Bewoners van Het Jongenshuis kamperend in Wolkenland in de buurt van Arnhem. Foto: Collectie Simcha Looijen
Hij komt tot de constatering dat niet alle 141 Joden tegelijk in Het Jongenshuis woonden en dat er niet één maar twee deportaties naar Westerbork hebben plaatsgevonden. Bij de eerste deportatie op 11 december 1942 zijn vooral de jongere Joden die er toen woonden, afgevoerd. Joden die nodig waren voor het beheer van het huis mochten blijven, slechts voor even zo bleek later. Want rond 9 april 1943 vond er een tweede deportatie plaats, van de resterende bewoners en de Joden die er na 11 december 1942 kwamen wonen, vooral ouderen en een paar gezinnen. De villa was inmiddels immers een doorgangs(zieken)huis geworden en de vestigingsplaats van de Gelderse afdeling van de Joodse Raad. Volgens Looijen ontbreken er een aantal namen op de lijst, met name van Joodse jongeren die in 1940 en 1941 terugkeerden naar hun ouders in het Duitse rijk en van daaruit gedeporteerd zijn, terwijl de namen van zeker negen vermoorde Joden niet op de lijst thuishoren omdat ze wel op dit adres ingeschreven stonden maar er feitelijk niet woonden. Zij werden in de onderduik gepakt en, omdat zij geen vaste verblijfplaats hadden, werden ze geregistreerd op het adres van Joodse Raad. Er is dus nog wat discussie en onduidelijkheid over het aantal Joden dat vanuit het Jongenshuis gedeporteerd is en hun namen.
Autobiografische roman
Op een van de groepsfoto’s ontdekte Looijen Hanna Kalter Weiss die met haar broer en zus in Het Jongenshuis woonde. Zij werd wel gedeporteerd naar Westerbork maar overleefde de Holocaust doordat ze naar Zweden mocht vertrekken. Daar waren haar Duitse ouders in 1940 naar toe gevlucht en zij hadden een Zweeds paspoort voor haar geregeld. Over de Kristallnacht in Duitsland, het kindertransport naar Nederland, haar tijd in Het Jongenshuis
en haar deportatie schreef Hanna Kalter Weiss de autobiografische roman ‘Scuds. A Teenage Jewish Refugee in Nazi-occupied Holland’ (Devora Pub 2006; 396 pagina’s).
Ze haatte – heel actueel - de nederigheid en onderdanigheid die van vluchtelingen verwacht wordt. Hanna Kalter Weiss verhuisde later naar de Verenigde Staten waar ze promoveerde, Engels, Duits en Vergelijkende literatuurwetenschap doceerde en een specialist werd in Zweedse literatuur die ze ook vertaalde.
Plaats van herinnering
Er liggen in de Burgemeesterswijk en De Penseelstreek inmiddels heel wat Stolpersteine om de herinnering levend te houden aan de omgebrachte Joodse wijkgenoten die er ooit woonden, maar er is in onze wijk niets dat herinnert aan Het Jongenshuis en de vreselijke deportatie. Zou daarvoor geen ‘plaats van herinnering’ (lieu de mémoire) ingericht kunnen worden, bijvoorbeeld in de vorm van een stenen of messing gedenkplaat?
In mei van dit jaar is daarover een brief gestuurd naar de Raad van Bestuur van het Cito.
Het Cito steunt het idee van een plaats van herinnering, maar wil geen gedenkplaat op of in zijn gebouw. De instelling vindt de publieke ruimte daarvoor geschikter en wil dan graag meewerken. Daarvoor is inmiddels aangeklopt bij de gemeente.
Met hulp van architectuurhistoricus Ad Habets is inmiddels ook de exacte plaats van Villa Marguerita c.q. Het Jongenshuis gelokaliseerd. Zie kaartje. Het huis blijkt niet op het terrein van het Cito gestaan te hebben, maar op de ruimte tussen het Cito en de huidige stationsingang en op het terrein van het station, dat door de extra spoorbaan richting Burgemeesterswijk is uitgebreid.
Tussen de stationsingang en het Cito stond Het Jongenshuis en zou een ‘plaats van herinnering’ kunnen komen. Foto Henk Donkers
Jaap Clifford en ondergetekende fungeren momenteel als trekker van het project. Jaap was destijds mede initiatiefnemer/ contactpersoon van het ‘Herdenkingsmonument gedeporteerde Arnhemse Joden Tweede Wereldoorlog’ bij de Eusebiuskerk en woont aan de Bakenbergseweg. We zijn in gesprek met de gemeente en onderzoeken wat voor soort monument het zou kunnen worden.
Een van de bewoners van ‘Het Jongenshuis’ was Artur Natt. Als 18-jarige stal hij tijdens het wekelijkse zwemmen een pistool van een Duitser. Hij werd opgepakt en geëxecuteerd. Hij was de eerste Arnhemmer die door een Duits vuurpeloton stierf.
Artur Meinhard Natt, beter bekend als Atze, stak als 15-jarige in december 1938 vanuit Duitsland illegaal de grens over. De directe aanleiding was de Kristallnacht een maand eerder. Natt was vanwege zijn Joodse afkomst niet langer veilig in Duitsland. In Nederland woonde hij op verschillende plekken, waaronder bijna jaar in het Koloniehuis aan de Schelmseweg. Na korte verblijven in Driebergen, Rotterdam en Amsterdam keerde hij in Arnhem terug.
Niets in onze wijk herinnert aan het Jongenshuis en de vreselijke deportatieLocatie van Villa Marguerite c.q. Het Jongenshuis. Reconstructie: Ad Habets Artur Meinhard Natt, foto joodsmonument.nl Tekst Simcha Looijen
Loop je vast in je leven of loopbaan?
Rijnmotief biedt:
• Counseling bij werk- en levensvragen
• Loopbaancoaching
• Coaching voor leidinggevenden
Rijnmotief / Trijny Moddejonge Bakenbergseweg 72
6814 MK Arnhem
t 06- 27 331 338
m info@rijnmotief.nl
w www.rijnmotief.nl
Wij hebben verse koffie & lekker gebak (to go)!
Ook verkopen wij heerlijke broden en broodjes die dagelijks vers worden gemaakt
Wij bevinden ons aan de Kempcrbergerweg 159
6816 RP Arnhem
Tel. 026 - 442 64 32
Zijn nieuwe verblijf was ‘Het Jongenshuis’ aan de Amsterdamseweg 1. Daar woonden sinds oktober 1940 zo’n tachtig jongens én meisjes plus een aantal begeleiders. Het waren Duitse en Oostenrijkse jongeren van Joodse afkomst die, net als Natt, naar Nederland waren gevlucht om te ontkomen aan de Jodenvervolging.
Op het moment dat Natt in ‘Het Jongenshuis’ kwam wonen moest de vernietiging van Joden op industriële schaal nog beginnen. Waar de Duitsers toe in staat waren wist hij echter wel. Zijn vader Kalman verloor in februari 1940 het leven in het concentratiekamp Sachsenhausen. De meeste jongeren hadden tot de deportaties in 1941 in Duitsland begonnen per brief contact met hun ouders. Natt wist dus van het lot van zijn vader.
Utrechtseweg. Waar Natt in de weken daarna verbleef is onbekend.
Enkele weken later kregen de bewoners van het ‘Jongenshuis’ te horen dat Natt ter dood was veroordeeld. Dit werd afgekondigd in een groot aantal kranten: “Het S.S- en Polizeifeldgericht veroordeelde Meinhard Natt uit Arnhem wegens het verboden bezit van een wapen ter dood. De veroordeelde had van een politiebeambte in de badinrichting het dienstpistool gestolen en dit doen verdwijnen”. Het vonnis was voltrokken op 21 april 1941. Natt was 18 jaar oud. Wat opvalt is dat een verwijzing naar Natts Joodse achtergrond ontbreekt, maar of daar conclusies aan verbonden moeten worden is lastig om te zeggen.
Wellicht dacht Natt aan zijn vader toen hij zich in maart 1941 ‘ontfermde’ over het pistool van een Duitse politiebeambte. De Jongenshuis-bewoners gingen wekelijks zwemmen in het Sportfondsenbad aan de Boekhorstenstraat en daar zag Natt kans een pistool mee te nemen van een Duitser die zijn spullen kennelijk niet goed had opgeborgen. Hij ging blijkbaar niet voorzichtig genoeg te werk, want de diefstal was opgevallen. Er was een duidelijk signalement van de dader: “Lang ongeveer 1,65-1,70 meter, zeer smal gezicht, droeg een bril met zeer smalle glazen en hoornen montuur”.
Het fenomeen executie was pas kort daarvoor (opnieuw) ingevoerd. Ruim een maand eerder had de Duitse bezetter voor de eerste keer naar dit middel gegrepen. Slachtoffers waren de bekende Geuzen en een aantal Februaristakers. De executie van Atze Natt was de eerste voor een verzetsdaad niet begaan in groepsverband en de eerste Arnhemmer die voor het vuurpeloton verscheen. Waar het vonnis werd voltrokken en waar Natt begraven ligt, is onbekend. Een mogelijkheid is de Waalsdorpervlakte. Pas vanaf juli 1941 werden de doodvonnissen voor zover bekend ook op andere plaatsen in Nederland voltrokken.
Sportfondsenbad Boekhorstenstraat mogelijk november 1941. Foto Gelders Archief
De bewoners van het ‘Jongenshuis’ werden diezelfde avond nog opgeschrikt door een bezoek van de Arnhemse politie. Meerdere bewoners hebben later verslag gedaan van de arrestatie van Natt. Zo beschreef Georg Mehr hoe de bewoners op hun kamers voor hun bed moesten gaan staan. Op een gegeven moment hoorden zij gehuil: Natt biechtte op de dader te zijn. Volgens Hanne Kalter had hij het pistool begraven in de tuin onder een rododendron. Hij zou van plan zijn geweest om zich aan te sluiten bij de ondergrondse.
Zowel Mehr als Kalter zegt dat Artur Natt gearresteerd werd door de Gestapo. Mogelijk waren er Duitsers bij, maar uit de dagrapporten van de Arnhemse politie blijkt dat de arrestatie door hen werd verricht. Om 19 uur kwam de melding van de diefstal binnen op het politiebureau, twee uur later werd Natt binnengebracht. Een dag later werd de tiener overdragen aan de Sicherheitsdienst aan de
In tegenstelling tot de dood van De Geuzen en de Februaristakers haalde de dood van Artur Natt de geschiedenisboeken niet. Het is een vrijwel onbekende gebeurtenis, ook in Arnhem. Misschien omdat het verhaal niet echt heldhaftig is. Een pistool stelen in een zwembad en daarna gepakt worden. Ongetwijfeld speelt ook mee dat er geen nabestaanden zijn die het verhaal van Natt konden vertellen. Zijn vader was al overleden, zijn moeder werd in 1943 gedeporteerd en vergast in Auschwitz. Zijn zus Dora, net als haar broer voor de oorlog naar Nederland gevlucht en woonachtig in Amsterdam, was een jaar eerder al vermoord in datzelfde vernietigingskamp.
Op de bewoners van het ‘Jongenshuis’ maakte de gebeurtenis wel indruk. Georg Mehr en Hanne Kalter zijn al genoemd. Een ander is Richard Teig, die 74 jaar na de gebeurtenis werd geïnterviewd over zijn oorlogservaringen door het United States Memorial Holocaust Museum. De dood van Natt was het eerste waar hij over begon toen hij de vraag kreeg of de bewoners van het ‘Jongenshuis’ te maken hadden met fysiek geweld.
Natt moet geweten hebben wat de Joden boven het hoofd hing, want zijn vader was in 1940 al omgekomen in een concentratiekamp.
Onbekend is waar Natt geëxecuteerd en begraven is.
Schelmseweg 67 6816 PA Arnhem T 026 4431474 of 06 54310459 info@totaaltuin.nl www.totaaltuin.nl
Openingstijden: zaterdag 09.00-17.00 uur. Wilt u op andere dagen of liever ‘s avonds langskomen, geen probleem! Bel of mail gerust voor het maken van een afspraak.
Studio Fermate
Ambachtelijke
Restauratie
Uw bent bij ons aan het juiste adres voor:
Willemijn van Rijn
Pianolessen voor kinderen en volwassenen
Van Lawick van Pabststr. 5 6814 HA ARNHEM Willemijnvanrijn@gmail.com 026-3826221 | 06 23762033
www.willemijnvanrijn.nl
Glas in lood Glas in lood tussen isolatieglas Monumentale beglazing Isolatieglas voor stalen kozijnen Isolatieglas HR++
Dun isolatieglas 10 mm dik voor monumenten Spiegels - geslepen glas Douchewanden Nieuwe authentieke ramen Beschermende voorzetbeglazing
U vindt ons in het Oosterbeekse Koningsdal. Het adres is Utrechtseweg 172a (achter Glaskunstgalerie De Glorie), Oosterbeek.
www.vanderstaaij.nl
Websites
Webshops
Webapplicaties
Apps
API
Marketing
“Vier verschillende expertises mixen tot één geweldig online eindresultaat. Daar gaan we iedere dag weer voor.”
Milan Brouwer, eigenaar
Parkweg tussen Teerplaats en de Boerderij afsluiten voor doorgaand autoverkeer en houten hek verwijderen om zichtlijn te verbeteren en van de drie parken één park te maken?
Het voorstel om op Gulden Bodem een nieuwe evenementenlocatie te realiseren is inmiddels van de baan door bezwaren vanuit de Penseelstreek.
Bewoners van de Penseelstreek maken veel gebruik van de stadsparken Sonsbeek, Zijpendaal en Gulden Bodem. Omdat deze stadsparken tekenen van slijtage en verval vertonen, steeds intensiever gebruikt worden en de gevolgen van klimaatverandering ondervinden dan wel een rol kunnen spelen bij het opvangen daarvan, wordt een toekomstvisie ontwikkeld. Die heeft gevolgen voor gebruikers uit de Penseelstreek.
Dat we boffen met de omgeving waarin we wonen, is een open deur. Waar in Nederland vind je immers op loopafstand zo’n uitgestrekt en gevarieerd parklandschap met hoogteverschillen, vergezichten, doorkijkjes, bossen, waterpartijen met watervallen en fonteinen, ligweides, akkers, weilanden, historische bouwwerken, kunstwerken en horeca? Veel wijkgenoten zijn daarom hier gaan wonen en willen er blijven wonen, waarbij natuurlijk ook de nabijheid van het station, de binnenstad en uitvalswegen een rol spelen. Eens waren de parken buitenplaatsen voor gefortuneerden, nu zijn het, dankzij vooruitziend beleid van vroegere gemeentebesturen, stadsparken met de status van rijksmonument. Veel Arnhemmers genieten ervan, niet alleen uit de Penseelstreek.
De tijden veranderen echter. We hebben gemiddeld meer vrije tijd, meer te besteden, trekken er meer op uit en willen gezonder leven. Daardoor neemt de druk op de parken toe, vooral op Sonsbeek. Tegelijk verandert het klimaat en holt de biodiversiteit achteruit. De parken ondervinden daarvan enerzijds de gevolgen (hitte, droogte, wateroverlast) maar kunnen anderzijds ook een bijdrage leveren aan het temperen van de gevolgen (wateropvang, verkoeling bij hittestress, versterking biodiversiteit). Ten slotte is er de tand des tijds. Bomen worden te oud, gaan dood of vallen
om; paden, hekken, trappen, oevers en beschoeiingen raken versleten; doorkijkjes en vergezichten groeien dicht.
Om de parken toekomstbestendig te maken ontwikkelt bureau Strootman Landschapsarchitecten in opdracht van de gemeente een toekomstvisie. Daar zijn in 2021 en 2022 ook belanghebbenden en omwonenden bij betrokken. Op de laatste bijeenkomst is de ‘90%-versie’ gepresenteerd. Momenteel wordt de definitieve versie opgesteld, die wordt aangeboden aan B&W die daarover een besluit moeten nemen. Dit artikel is gebaseerd op de 90%-versie en aanvullende informatie van Robin Driessen, bestuursadviseur Groene Leefomgeving van de gemeente Arnhem.
Uitgangspunten
Bij de ontwikkeling van de toekomstvisie zijn zes uitgangspunten gehanteerd:
Een consistentere vormgeving van randen, zichtlijnen, paden en lanen versterkt de eenheid van Sonsbeek, Zijpendaal en Gulden Bodem.
• Werken in de geest van de rijke tuinhistorie met het vizier op de toekomst: hoofdelementen in de ontwerpen koesteren en stevig vernieuwen, ook al leidt dat tot pijnlijke ingrepen (zoals bomenkap). Het betekent opnieuw regie over ‘het spel van massa en ruimte, van zichtlijnen en enscenering’.
• Draagkracht vergroten (bijv. van de gazons zodat ze minder slijten door de hogere bezoekersaantallen), zoneren (bezoekers meer spreiden over de drie parken ofwel mensen van Sonsbeek naar Zijpendaal en Gulden Bodem lokken door daar nieuwe bestemmingen te ontwikkelen) en reguleren (festivals en evenementen).
• Eén park met ‘drie parksferen’ met elk een eigen repertoire van inrichtingselementen: een intensieve parkzone in de lage delen rondom waterpartijen, bos op de hogere delen en ‘landschappelijke kamers’ (akkers en weiden). Beheer moet daarop worden afgestemd. In de landschapskamers zou bijvoorbeeld ‘natuurinclusieve stadslandbouw’ kunnen komen.
• Versterking van de verbinding met de omliggende wijken, de landgoederen rondom de stad (Warnsborn, Mariëndaal) en de binnenstad (zichtbare Jansbeek in binnenstad verbinden met Jansbeek in de parken). Wat de verbinding met de wijken betreft: sommige toegangen zijn prachtig, andere hebben een opknapbeurt nodig of zijn ondermaats (‘olifantenpaadjes’).
• Oppoetsen van kwaliteiten. Veel trappen en oevers zijn versleten, zichtlijnen geblokkeerd door beplanting, Parkweg als autoweg tast parkkarakter aan en glasbakken bij ligweide doen afbreuk aan parkkwaliteit. Ook zijn er elementen toegevoegd die niet bij het parkkarakter passen zoals het Lorentzmonument op de zichtlijn naar de Witte Villa, het houten hek op de dam tussen Sonsbeek en Zijpendaal en het drijvende terras bij Brasserie De Boerderij.
Voorgestelde maatregelen en ingrepen
Toepassing van deze uitgangpunten leidt tot een groot aantal (mogelijke) ingrepen. We pikken er een aantal opvallende uit:
• Herstel van landschapstaferelen (‘vista’s of decors) vanaf belangrijke plekken als Witte Villa, Huis Zijpendaal of de Tellegenbank, en doorzichten. Te veel elementen belemmeren nu het zicht: opschot van beplanting, dood hout, laaghangende takken.
Sonsbeek, Zijpendaal en Gulden Bodem zijn één park met drie ‘parksferen’. Bron: Sonsbeek, Zijpendaal, Gulden Bodem. Parkentoekomst. 90% versie 30-8-2022.
• Eenheid in verscheidenheid. De eenheid van de drie parken kan versterkt worden door een consistente vormgeving van randen, zichtlijnen, paden en lanen. Tegelijk zou de eigenheid van de drie parken versterkt kunnen worden. Volgens de opstellers heeft Sonsbeek een duidelijke identiteit, maar Zijpendaal minder en Gulden Bodem niet. Voor versterking van de identiteit van de laatste twee zouden ‘nieuwe passende iconische bestemmingen’ ontwikkeld kunnen worden. De Steile Tuin die in 1999 aan Sonsbeek is toegevoegd, is daarvan een voorbeeld. Sonsbeek met zijn uit tentoonstellingen overgebleven kunstwerken mag volgens de opstellers geen beeldentuin worden. Ze pleiten voor het principe ‘kunstwerk erin = kunstwerk eruit’.
Struiken en laaghangende takken verwijderen om het doorzicht naar Huize Zijpendaal te herstellen?
• Herinrichting sprengkoppen als brongebied met natuurlijke vegetatie en geleidelijke overgangen van hoog naar laag. Veel sprengkoppen zijn nu steil en erosiegevoelig.
Herinrichting sprengkop met natuurlijke vegetatie in plaats van aangeplante rododendrons?
• Zichtbare verbindingen tussen de vijvers met cascades en watergoten. Bijvoorbeeld tussen Kasteelvijver en Spiegelvijver in Zijpendaal en in de dam in de Spiegelvijver.
• Terugbrengen van fonteinen in Grote Vijver en noordelijke Spiegelvijver om de waterkwaliteit te verbeteren.
• Omvorming Hertenkamp Sonsbeek (30.000 m2) tot een combinatie van een lig- en natuurweide. Motivatie: hoge begrazingsdruk veroorzaakt slijtage grasmat en op mooie dagen is de ligweide bij de Witte Villa te klein. Inmiddels heeft de gemeenteraad een motie ‘behoud hertenkamp’ aangenomen. Het hertenkamp blijft dus.
• Parkweg tussen Sonsbeek en Zijpendaal wordt ingericht als fietsstraat waar auto’s ‘te gast’ zijn. Het deel tussen Teerplaats en Brasserie De Boerderij wordt echter afgesloten waardoor doorgaand autoverkeer onmogelijk wordt. Onderzocht wordt of de hulpdiensten er misschien wel door mogen rijden vanwege de wettelijk verplichte aanrijtijden. Dat zou moeten kunnen over een breed fietspad. Afsluiten van de Parkweg voor doorgaand autoverkeer betekent dat bewoners van de Penseelstreek die met de auto naar Rijnstate willen, moeten omrijden via Schelmseweg of Apeldoornseweg.
Fietsen door de parken is verboden maar wordt gedoogd. Door e-bikes, -e-steps, e-scooters, ATB’ers en gravelbikes ontstaat er frictie tussen fietsers en wandelaars
• Sluiting parkeerplaats achter het Sonsbeek paviljoen bij de ingang van de Steile Tuin. Er kunnen dan geen auto’s meer door het park rijden. De huidige geasfalteerde parkeerplaats krijgt een groene invulling.
Parkweg als fietsstraat (artist impression) Bron: Sonsbeek, Zijpendaal, Gulden Bodem. Parkentoekomst. 90% versie 30-8-2022.
• Verbod op fietsen in het park. Dat is nu ook verboden maar het wordt gedoogd. Dat komt deels door onduidelijke signalering. Bij de entrees zouden borden ‘Verboden te fietsen’ kunnen komen alsmede fietsparkeervoorzieningen.
Wordt Sonsbeek autovrij en gaat de parkeerplaats dicht? Komt er groen in plaats van asfalt?
• Toevoegen van een nieuwe iconische bestemming op de plek van het vroegere Jachthuis in Gulden Bodem. Daardoor zou deze buitenplaats weer een hart krijgen en kunnen bijdragen aan de spreiding van bezoekers over de drie parken. Gedacht wordt aan een aantrekkelijke speelplek met een podium voor kleinschalige evenementen en een uitkijktoren. De voormalige moestuin zou hersteld kunnen worden in de vorm van kleinschalige stadslandbouw. Door bezwaren vanuit De Penseelstreek komt er geen evenementenlocatie, maar een speel- en ontmoetingsplek.
• Geen honden meer in het water omdat ze het waterleven verstoren en oevers beschadigen. Duidelijker begrenzing van hondenlosloopgebieden.
• Verbijzondering entrees Gulden Bodem (smeedijzeren hekwerk) en Zijpendaal (poort).
Besluiten B&W
De plannen zijn nog voorstellen. Van enkele is inmiddels duidelijk dat ze van de baan zijn: het hertenkamp blijft en op Gulden Bodem komt geen evenementlocatie. Het is nu afwachten welke veranderingen er worden aangebracht in het definitieve plan en wat B&W en de gemeenteraad besluiten.
Wilt de plannen in zijn geheel zelf lezen? Ga naar: https://sonsbeek. nl/wp-content/uploads/2022/09/220830-Parkenvisie-SonsbeekGulden-Bodem-Zijpendaal_90procent-gecomprimeerd.pdf
Buurt Energie Systeem voorlopig op een laag pitje. Het overleg tussen gemeente Arnhem, Alliander en Hoogkamp Energie over het onderzoek naar de haalbaarheid van een Buurt Energie Systeem is sinds september van dit jaar voorlopig stopgezet. We boeken te weinig vooruitgang met het onderzoek. De gemeente biedt nog geen oplossing voor een eventueel ruimtebeslag voor buurtstations, Alliander heeft nog geen mogelijkheid om een concrete business case op te stellen en we hebben geen goed beeld van de mate waarin woningen van de Hoogkamp klaar zijn voor een collectieve warmteoplossing. Bij dit laatste gaat het om de isolatie van woningen en de staat van het warmteafgiftesysteem (radiatoren etc.) van de woningen. We nemen een jaar de tijd om een en ander beter op orde te brengen. De gemeente werkt aan een afwegingskader voor het ruimtebeslag voor het aardgasvrij maken van wijken, Alliander ontwikkelt een rekenmodel om per wijk een generieke business case te maken en Hoogkamp Energie zet volop in op energiebesparing en isolatie. Ook weten we dat het rijk in 2023 komt met subsidieregeling voor warmtenetten.
Na een oproep hebben zich 94 belangstellenden gemeld voor onze collectieve actie HR++ glas en we zijn met de firma Alpa Totaal uit Arnhem overeen gekomen om deze actie uit te voeren. Deze firma heeft in december aan iedere belangstellende gevraagd zelf de te vervangen ramen op te meten, waarop een voorlopige offerte wordt uitgebracht. Indien de bewoner hiermee akkoord gaat, maakt Alpa Totaal een afspraak voor het exact inmeten van de te vervangen ruiten. De levertijd van het glas is dan minimaal zes weken en daarna moet het plaatsen zelf nog ingepland worden. Onder de huidige omstandigheden zijn alle ramen in het voorjaar van 2023 vervangen. De meest voorkomende variant is HR++ glas met een vulling van argongas en een isolatiewaarde van U = 1.1. Voor bijzondere oplossingen zoals het isoleren van glas-in-lood ramen en voor benodigd timmerwerk en schilderwerk werkt Alpa Totaal samen met andere bedrijven. We voeren deze actie uit met Angerenstein Klimaatbestendig, waar twintig huishoudens deelnemen. Onze HR++ actie past mooi in ons streven om zoveel mogelijk woningen in de Hoogkamp klaar te krijgen voor de overstap naar andere warmtebronnen.
Buurtavonden 2023
Door de hoge energieprijzen krijgen we steeds meer signalen van mensen die op zoek gaan naar individuele warmteoplossingen binnen een afzienbare termijn. Daarnaast heeft het rijk besloten dat vanaf 2026 oude CV ketels alleen nog vervangen mogen worden door een duurzaam alternatief (warmtepomp of een warmtenet). In 2023 willen we daarom buurtavonden organiseren over de stappen die je als individu en wijk kunt zetten naar een duurzaam warmtesysteem.
Voor een goede afweging van de mogelijkheden zijn meerdere stappen nodig. Allereerst moet er voor de woning een warmteverliesberekening gemaakt worden. Hoeveel energie is
er nodig om een woning comfortabel te verwarmen en hoeveel hiervan gaat er verloren door onvoldoende isolatie, kieren en/of ventilatie? Hoeveel van het verlies kan ongedaan gemaakt worden door isolatiemaatregelen? Hieruit volgt de zogeheten nettowarmtevraag. Als deze bekend is, kan gekeken worden hoe de warmte in de woning afgegeven kan worden. Kunnen de huidige radiatoren gebruikt worden voor een duurzaam systeem of moeten deze worden vervangen? Tenslotte zal gekeken worden welke warmteoplossing technisch mogelijk en financieel haalbaar is. Om u mee te nemen in de beantwoording van deze vragen organiseren wij twee bewonersavonden:
• Op 9 maart 2023: Hoe bepaal ik aan welke eisen het warmtesysteem voor mijn woning moet voldoen?
• Op 23 maart 2023: Welke oplossingen zijn er beschikbaar en hoe weeg ik deze af?
Noteer deze data alvast! Tijdstip en locatie volgen nog. Hoeveel woningen daadwerkelijk over zullen gaan naar een (hybride) warmtepomp is ongewis. De kosten zijn fors, levertijden lang en er is een tekort aan vakkundig personeel. Ook is het de vraag hoeveel warmtepompen het elektriciteitsnet van onze wijk aankan.
September 2023 go/no go Buurt Energie Systeem
Ook al willen veel bewoners door de ontwikkelingen op de energiemarkt warmteoplossingen op korte termijn, voor ons als werkgroep is de optie van een Buurt Energie Systeem nog niet van tafel. In april maken we een tussenbalans op met Alliander en de gemeente Arnhem, en in september 2023 moet duidelijk zijn of een Buurt Energie Systeem nog levensvatbaar is. We willen een maximale CO2 reductie, goede betaalbaarheid en betrouwbaarheid. Ook willen we een duidelijke tijdlijn van zo’n drie jaar, waarbinnen het systeem gerealiseerd kan worden met voldoende deelname (70 - 80%) van buurtbewoners.
Paul Vlaar & Herman VelvisZie ook w ww.hoogkampenergie.nl
De deelnemers aan het wijkuitje bij de tentoonstelling ‘Tenminste houdbaar tot’ met 200 kunstwerken over klimaatverandering, natuurbehoud en milieuvervuiling.
De wijkvereniging wil nieuwe activiteiten organiseren. De eerste, een wijkuitje naar Museum Arnhem, was meteen een groot succes. Er waren meer aanmeldingen dan plaatsen.
De wijkvereniging wil nieuwe activiteiten organiseren om de sociale cohesie in de wijk te bevorderen. Daarom toog een groep wijkbewoners naar Museum Arnhem. Dat is na een grondige renovatie van vijf jaar in mei van dit jaar heropend. Voor het wijkuitje waren in de wijk flyers verspreid met de uitnodiging om op zondag 20 november deel te nemen aan een rondleiding in het museum met aansluitend een lunch. Dit werd een groot succes, want binnen een paar dagen ontving de wijkvereniging meer aanmeldingen dan de maximale groepsgrootte van 45 deelnemers die verdeeld zouden worden over drie groepen van 15. Daarom is er een extra wijkuitje naar het museum gepland op zondag 15 januari 2023.
82.000 unieke tegels
Op een druilerige, koude zondagochtend opent het museum om 11.00 uur zijn deuren en druppelen de mensen binnen. Daar is het lekker warm en iedereen begroet elkaar. Vaak kennen de mensen elkaar al uit de wijk en zo niet, dan stellen ze zich aan elkaar voor. Als iedereen om 11.30 uur binnen is, worden we welkom geheten door drie gidsen, die elk een groep meenemen. We gaan eerst naar buiten waar we de nieuwe aanbouw aanschouwen. De wand van de nieuwe vleugel is betegeld met maar liefst
82.000 unieke tegels. Geen tegel is hetzelfde. Ze zijn allemaal met de hand beschilderd en vervaardigd door de Koninklijke Tichelaar in Makkum. De muur begint aan de Rijnzijde met hele lichte tegels en gaat geleidelijk over in donkere tegels aan de kant van de Utrechtseweg. Het is een prachtig tafereel omdat de kleuren naar gelang de lichtinval veranderen.
Eerste wijkuitje naar Museum Arnhem was een succes.Tekst Jolanda van den Bosch. Foto's Mark Elbers
‘Tenminste houdbaar tot’
Daarna gaan we de tentoonstellingen in het gebouw bekijken. De zalen zijn ruim van opzet, het licht valt mooi naar binnen en door de grote ramen heb je een magnifiek uitzicht over de oevers van de Rijn. Binnen krijgen we een uitvoerige uitleg over de objecten en de schilderijen die momenteel in het museum te bezichtigen zijn in de tentoonstelling ‘Tenminste houdbaar tot’ over klimaatverandering, natuurbehoud en milieuvervuiling. De eerste zaal is gewijd aan het kolonialisme, en klimaat- en milieuproblemen die deels het gevolg zijn van koloniale uitbuiting. Mensen in Afrika, Azië en Latijns-Amerika betaalden de prijs voor de Europese welvaart en macht.
Tijdens de koloniale veroveringen in voormalig Nederlands-Indië schilderde en tekende de Gelderse marineofficier en kolonist Maurits Ver Huell veel dieren, planten en landschappen. Dat deed hij niet alleen als natuurliefhebber, maar ook om de kennis hierover te vergroten zodat ze gebruikt zouden kunnen worden voor koloniale exploitatie. Ook tekende hij taferelen waarmee de Nederlanders, onder wie hijzelf, opstanden van bewoners neersloegen. Uit respect voor nabestaanden van mensen die geleden hebben onder de koloniale onderdrukking hangen de prenten achter een gordijn. De bezoeker moet zelf beslissen of hij/ zij het gordijn opzijschuift.
Science Fiction Postcards
Een opvallend kunstwerk is ‘Science Fiction Postcards’ van Stephanie Roland een opvallend kunstwerk. In een rek staan rijen met inktzwarte ansichtkaarten. Wanneer je die tegen een warmtepaneel houdt, verschijnt er een eiland ergens in de wereld, dat al door de stijgende zeespiegel is verdwenen of dreigt te verdwijnen.
Een ander kunstwerk is nogal confronterend. We zien een berg gestapelde stenen waar bovenop - nauwelijks zichtbaar - een klein gouden ringetje ligt. De kunstenaar vraagt hiermee aandacht voor de enorme hoeveelheid steen die moet worden uitgegraven om dit ringetje van twee gram goud te maken.
Het zijn maar enkele van de circa 200 kunstwerken over dit thema waarin kunstenaars vanaf de 17e eeuw de relatie van de mens tot de natuur en de aarde verbeelden.
Lunch
De rondleiders vertellen met enthousiasme over wat er te zien is en betrekken de deelnemers erbij door vragen te stellen. Hierdoor ontstaan leuke dialogen, ook tussen de deelnemende wijkbewoners, wat de saamhorigheid vergroot.
Na afloop van de rondleiding worden we uitgenodigd voor een lunch in het restaurant. Daar staan al gedekte tafels voor ons klaar en worden schalen met brood en koffie/thee rondgedeeld.
Voor herhaling vatbaar
Het is fijn om nog met elkaar na te praten over alles wat we hebben gezien en de indrukken die we opdeden. Na de lunch wordt Mariëtte van Vlerken door veel mensen hartelijk bedankt voor de goede organisatie en laat men enthousiast weten hoe zeer men van dit wijkuitje heeft genoten. Het is zeker de moeite waard om vaker een wijkuitje te organiseren. Het is wel gebleken dat dit de saamhorigheid in de wijk versterkt en het is ook gezellig om met elkaar een evenement te bezoeken. Dit eerste wijkuitje was zeker een succes en voor herhaling vatbaar.
Wie er deze keer niet bij kon zijn of zich aanmeldde toen de maximale groepsgrootte al bereikt was, krijgt nog een kans op zondag 15 januari in het nieuwe jaar.
SONSBEEK
WINTERS
NEVELIG VERSTILD
MAAR DAN INEENS
IN DE VERTE
SCHIMMENSPEL
VLUCHTIG
GEHEIMZINNIG
HENDRIK LORENTZ
BLIJ VERRAST
Casper Ebeling KoningSinds
Telefoon 026 333 30 29
info@mijnhartuitvaartverzorging.nl www.mijnhartuitvaartverzorging.nl
Met plezier leren pianospelen ?
Kom eens kijken bij
lespraktijk van Lenette Tuijtel Arnhem-Noord
- ervaren docente- werken aan goede basis
- voor jong en wat ouder
T 06 44096498 E lenettetuijtel@upcmail.nl
http://members.upc.nl /l.tuijtel/
Amsterdamseweg 126, 6814 GJ Arnhem
Tel.: 026 – 4455220
E-mail: arnhem@henribloem.nl
Zie voor aanbiedingen: www.henribloem.nl
Tekst en foto’s: Jolanda van den Bosch
Na 13,5 jaar trouwe dienst stopt onze altijd goedlachse postbode Christine van Wissen (61). Op 30 November 2022 liep ik mee op haar laatste ronde als postbode.
Christine heeft verschillende wijken waar zij de post bezorgt. Een van haar wijken is de Hoogkamp. En dan met name de Voermanstraat, Van Goghstraat, Breitnerstraat en Jan Vethstraat. Zelf woont ze in Heijenoord.
Zij is een bekend gezicht in de wijk. Zij kent bijna iedereen en bijna iedereen kent haar. Op haar fiets steekt ze enthousiast en lachend haar hand op naar iedereen die ze tegenkomt en ze vindt het gezellig om een praatje te maken met de bewoners van ‘haar’ wijk. Hoe kijkt zij terugkijkt op haar werk in de wijk?
Waarom heb je er ooit voor gekozen om postbode te worden?
“Ik ben op 20 april 2009 begonnen bij post nl, dat destijds nog TNT heette. Ik zat een poosje zonder werk en zag een flyer van TNT waarin men adverteerde voor postbezorgers. Een vriendin van mij stond erop afgebeeld en daarom bewaarde ik de flyer een poosje. Opeens dacht ik: ‘Misschien is het ook wel iets voor mij’ en heb ik gesolliciteerd. Ik kreeg een gesprek en werd aangenomen.
“De post moesten we toen nog ophalen bij het Shellstation op de hoek van de Bakenbergseweg en Schelmseweg. Voordat we op pad gingen dronken we daar eerst een kop koffie. Bij het Shellstation stond de post soms langere tijd zonder toezicht en van de Shellmedewerkers konden we niet verwachten dat zij erop zouden letten. Daarom is het afhaaldepot verhuisd naar een garage aan de Bauerstraat. Daar brengt de chauffeur van post.nl nu de containers met de posttassen. De post is volledig gesorteerd. Het is dus inpakken, wegwezen en bezorgen.”
Hoe heb je het werk in de Hoogkamp ervaren?
“De Hoogkamp kreeg ik al vanaf het begin van mijn loopbaan als postbode toebedeeld. Die wijk was nog vrij en ik heb hem altijd beschouwd als mijn wijk, juist omdat ik daar vanaf het begin de post heb rondgebracht. Alleen ik mocht deze wijk doen, behalve als ik ziek was.
“Ik ben heel erg blij geweest met mijn wijk. Ik bof met de mensen die er wonen en krijg er energie van. Het contact met de mensen is leuk; ze zijn met je begaan. Als het regent, vragen ze of je even binnen wilt schuilen. Vaak bieden ze je ook een kop koffie aan.
“Met de kerst krijg ik vaak een kaart of ze stoppen een fles wijn in mijn tas. Die attenties vind ik heel erg leuk. Andersom stop ik met de kerst ook een kerstkaart van mezelf in de brievenbus van de mensen in mijn wijk.
“Geboorte en sterfte hebben altijd de meeste indruk gemaakt in mijn werk. Als ik hoor of aan de post zie dat er ergens een baby geboren is, stop ik een felicitatiekaart in de brievenbus en bij overlijden een condoleancekaart.”
Wat zijn de voor- en nadelen van je werk?
“De voordelen zijn de vrijheden die ik heb in mijn werk. Zo kan ik pauzeren wanneer ik dat wil. De regen vind ik vervelend. Soms is dan mijn post nat of verscheurd. Ik meld dit wel aan de geadresseerden. Grotere pakketten vind ik lastig om te bezorgen. Het hangt af van het formaat van de brievenbus; soms gaat een pakket er niet doorheen. Gelukkig hebben sommige mensen daar een oplossing voor bedacht. Ze zetten een grote bak bij de deur of hebben een geheime plek waar ik post neer kan leggen die niet door de brievenbus kan. Als dit niet het geval is, bel ik aan. Maar het komt altijd goed.”
Waarom ga je stoppen ?
“Ik hou ermee op omdat ik post nl geen fijn bedrijf meer vind. Dankzij de leuke wijk, mijn collega’s en de teamcoach heb ik nog een poos doorgewerkt, maar vanwege het bedrijf wil ik er niet langer meer werken. Het salaris is echt onder de maat en is onevenredig verdeeld binnen de verschillende rangordes in het bedrijf. Toen ik 12,5 jaar in dienst was, kreeg ik één dag verlof, een bloemetje en €10 als cadeau. Ik vond dit wel op zijn zachts gezegd aan de magere kant.”
Wat ga je nu doen?
“Per 1 januari 2023 begin ik bij de klantenservice van DHLbezorging. Daar krijg ik eerst op fulltime basis een opleiding van zes weken. Ondertussen mag ik wel de telefoon aannemen en zit er een opleider naast mij, die mij kan helpen indien nodig. Daarna ga ik twee of drie dagen per week parttime werken.”
Christine, heel hartelijk bedankt voor je trouwe postbezorging en je betrokkenheid bij de wijk. Ik zal nog dikwijls aan je stralende lach denken. Veel succes in je nieuwe baan.
Heb je de prachtige klanken ook gehoord van JES! Arnhem (Jeugdorkest Eendracht Schaarsbergen Arnhem) en Fkes (Feestkapel Eendracht Schaarsbergen) op de Kerstmarkt in Schaarsbergen afgelopen december? En zou jij of je kind ook een instrument willen bespelen? Kom dan op zondagochtend 12 maart 2023 naar Basisschool ’t Panorama. Hier is van 11.00 tot 12.30 uur een voorspeelochtend. Onze AMV-leerlingen (die de opleiding “Algemene Muzikale Vorming” volgen) laten horen en zien wat ze in een half jaar geleerd hebben. Ook speelt JES! Arnhem, met daarin alle leerlingen op koperinstrument en slagwerk. Als afsluiting kun je kennismaken met verschillende instrumenten uit onze fanfare. Tevens krijg je informatie over de AMV-lessen en muzieklessen op een instrument.
Nieuwe leerlingen zijn altijd van harte welkom. Vanaf 7 jaar kun je AMV-lessen volgen op Basisschool ’t Panorama. Vanaf 8 jaar kun je muziekles krijgen op een koperinstrument (trompet, bugel, hoorn, trombone, bariton), saxofoon en slagwerk in ons eigen verenigingsgebouw De Lariks in Schaarsbergen. Alle lessen worden gegeven door gediplomeerde muziekdocenten. Een instrument krijg je te leen van de vereniging.
Voor meer informatie: ga naar www.eendrachtschaarsbergenarnhem.nl, of neem contact op met Natasja Kapitein (06-51065803) of mail naar jeugdeendracht@xs4all.nl
In de nasleep van de bouwhausse is in 1926-1927 ook de Heilig Hartkerk gebouwd op een kruispunt van wegen en wijken, en op een hooggelegen locatie. Daardoor werd de kerk met zijn compacte hoge bouwmassa een beeldbepalend element. De kerk was een van de eerste bouwwerken die hier verrezen. De meeste huizen in Gulden Bodem, Sterrenberg en Hoogkamp werden immers daarna gebouwd, in de jaren 1930 en 1940.
De Heilig Hartkerk combineert de middeleeuwse laat-romantiek met het baksteenexpressionisme van de Amsterdamse School.
De voormalige Heilig Hartkerk is wellicht het meest iconische gebouw van De Penseelstreek. Als je vanaf de Schelmseweg over de Bakenbergseweg de wijk komt binnenrijden zie je aan de einder, bovenop een heuvel, de voormalige Heilig Hartkerk, waarvan de officiële naam Heilig Hart van Jezus was. De kerk torent hoog boven de wijk uit en vanaf het koor in de kerk zelf heb je een prachtig uitzicht over de wijk. Qua zichtlijnen is het gebouw mooi gesitueerd want ook vanuit andere straten en plekken zie je het kerkgebouw in de verte liggen. Daar is bij het stedenbouwkundig ontwerp van de wijk goed over nagedacht.
Op meer plaatsen in Nederland kom je katholieke kerken tegen op hooggelegen zichtlocaties (met Vijlen in Zuid-Limburg als prominent voorbeeld). Als er geen hooggelegen locaties waren, bouwde men kerken met hoge ranke torens die van ver zichtbaar waren. Vanuit een hoge lindeboom op de Brabantse boerderij waar ik geboren ben, konden we 21 kerktorens zien. Vooral de kerken in de neo-gotische stijl van de katholieke architect Pierre Cuijpers vielen op. Zijn bureau ontwierp zo’n tachtig kerken, van de achthonderd die er tussen 1850 en 1920 in Nederland gebouwd zijn. In de tweede helft van de 19e eeuw was er een enorme hausse in de bouw van katholieke kerken. Na het herstel van de bisschoppelijke hiërarchie in 1853 kregen katholieken weer het recht om eigen kerken te bouwen. Daarvóór moesten ze hun geloof in het geniep belijden in schuilkerken. In 1798 was de vrijheid van godsdienst weliswaar in de nieuwe grondwet van de Bataafse Republiek vastgelegd en vanaf 1815 werden de van oorsprong katholieke kerken mondjesmaat weer teruggegeven (tenzij ze in gebruik waren bij protestanten zoals boven de rivieren vaak het geval was), maar pas vanaf 1853 kreeg de emancipatie van het katholieke volksdeel vaart en volume. Dat uitte zich onder andere in een bouwhausse aan nieuwe katholieke kerken. Kerken die niet over het hoofd gezien konden worden qua locatie en bouwstijl. Het werden pronkstukken waarin het rijke Roomse leven met verve gevierd kon worden.
De Heilig Hartkerk is ontworpen door de Utrechtse architect Wolter te Riele (1867-1937). Hij bouwde aanvankelijk à la Cuijpers kerken in een neogotische stijl, maar schakelde later over naar een meer traditionalistische stijl die afgeleid was uit de middeleeuwse laat-romaanse kerkenbouw. Daarin verwerkte hij vervolgens elementen uit het baksteenexpressionisme van de Amsterdamse School zoals siermetselwerk. Volgens erfgoedspecialisten heeft de Heilig Hartkerk drie opvallende karakteristieken die voor een levendige silhouetwerking zorgen. Allereerst zijn dat de bakstenen gevels in combinatie met de door rode pannen gedekte daken die qua materiaalgebruik goed aansluiten bij de huizen in de Gulden Bodem. Daarnaast vallen de onderling sterk in hoogte verschillende bouwdelen op met zadeldaken met steekkappen en met lessenaarsdaken op de lagere delen. Een derde opvallend element is de plaatsing van de toren op de koorsluiting, wat zelden voorkomt. Vanwege de architectonische, stedenbouwkundige en cultuur-historische waarde heeft de kerk de status van Gemeentelijk Monument.
De kerk is gebouwd op initiatief van deken Schoenmaker van de Eusebiusparochie in de binnenstad. Hij wilde hier een nieuwe kerk omdat Arnhem zich in noordwestelijke richting uitbreidde, voorbij de Burgemeesterswijk. Tijdens de Eerste Wereldoorlog zocht hij contact met de eigenaresse van de grond, Alwina Brantsen, een telg uit het geslacht Brantsen dat Huize Zypendaal liet bouwen en bewoonde. Alwina was naar Potsdam verhuisd na haar huwelijk met de Duitse generaal-majoor Karl von der Goltz die op dat moment in het Duitse leger tegen de Fransen vocht. Alwina, die na de Eerste Wereldoorlog met haar man in het inmiddels gesloopte Jachthuis op Gulden Bodem ging wonen, was bereid een stuk grond te verkopen voor de bouw van een kerk, pastorie en scholen. In 1918 kreeg de grondtransactie zijn beslag. De prijs voor het perceel van 1 hectare bedroeg 22.379 gulden. Pas in 1925 werden de funderingen aanbesteed (voor 23.561 gulden) en 1926 de bouw van de kerk (voor 93.000 gulden). Het geld voor de aankoop van de grond en de bouw werd onder gelovigen ingezameld door kapelaans van de Eusebiusparochie. Op 30 maart 1927 werd de eerste steen gelegd en op 15 juni 1928 vond de inzegening plaats door de Utrechtse aartsbisschop Hendrik van de Wetering. Twee weken later werd G. Ellenbroek geïnstalleerd als de eerste pastoor. Hij kwam met zijn kapelaans en huishoudsters te wonen in de grote pastorie naast de kerk, ontworpen door de Arnhemse architect Eich. De kerk werd grotendeels in Art-Deco-stijl ingericht.
Opeenvolgende pastoors voegden nieuwe elementen toe aan zowel de binnen- als buitenkant van de kerk. Zo liet Ellenbroeks opvolger, pastoor J. Mets, begin jaren ’40 een nieuw Heilig Hartbeeld plaatsen in een nis boven de ingang. Dat beeld staat er nog steeds. Ondanks de oorlog was er blijkbaar toch nog geld voor een nieuwe doopvont (1941) en zeven nieuwe gebrandschilderde ramen in het priesterkoor (1942). Bij de bevrijding van Arnhem in
april ’45 raakte de kerk zwaar beschadigd. In de toren zat een Duits mitrailleursnest dat door een Canadese voltreffer onschadelijk gemaakt werd. De aanzienlijke schade werd hersteld en het interieur werd verder verfraaid. Het Nederlands katholicisme beleefde in de jaren ’50 en ’60 hoogtijdagen. Het rijke Roomse leven werd ook hier uitbundig gevierd. Oudere wijkgenoten hebben daar nog levendige herinneringen aan. Velen van katholieke huize zijn er gedoopt, gevormd, getrouwd en begraven. Door de ontkerkelijking moest de Heilig Hartkerk in 2012 na 84 jaar zijn deuren sluiten. Op 22 april van dat jaar vond de laatste viering plaats. De pastoor was al in 1977 vertrokken uit de pastorie en verhuisd naar de Jan Vethstraat. Een deel van de pastorie bleef nog een tijdje in gebruik als parochiecentrum.
Inmiddels zijn kerk en pastorie eigendom van de Arnhemse projectontwikkelaar Eelco Schwirtz. Hij heeft een emotionele band met de kerk want hij ging hier vroeger zelf ter kerke, ontmoette er zijn vrouw, trouwde er en liet er zijn kinderen dopen. Hij zorgde voor een herbestemming van de kerk en doopte die in 2018 om tot het Guldenhart, Centrum voor Mens & Gezondheid. Hij liet de
kerk voor zo’n drie miljoen euro restaureren en fraai verbouwen tot praktijkruimtes voor momenteel achttien zorgaanbieders.
Tafeltennisvereniging TIAN aan de Witsenstraat wil nieuwe leden en haar gebouw graag verhuren voor vergaderingen en clubbijeenkomsten.
Sinds 2013 speelt de tafeltennisvereniging TIAN (Tafeltennis
In Arnhem Noord) in de sportzaal aan de Witsenstraat. Frank de Bruijn is voorzitter en wil via De Penseelstreek graag meer bekendheid geven aan zijn vereniging en nieuwe leden werven. Bovendien beschikt de vereniging over een mooi, eigen clubgebouw. Dat kan worden gehuurd voor vergaderingen of door verenigingen zonder eigen onderkomen zoals een kaartclub. Op een woensdagavond spreek ik Frank in het clubgebouw. Door de ramen kijk ik uit op de sportzaal. Het is leuk om te zien hoe fanatiek en geconcentreerd de leden tafeltennissen. Ze hebben er zichtbaar plezier in.
Wanneer is TIAN opgericht?
“In 2013 vond er een fusie plaats tussen de tafeltennisverenigingen Oldra en Tios. Dit resulteerde in een nieuwe club met de nieuwe naam TIAN. De vereniging had een gymzaal en een clubgebouw in Presikhaaf. Het clubgebouw was het eigendom van de tafeltennisvereniging. Beide werden in 2013 afgebroken. De tennisvereniging TIAN kreeg toen een huurcontract van de gemeente Arnhem voor de sportzaal aan de Witsenstraat. We hebben toen een clubgebouw naast de sportzaal gebouwd. Dat is eigendom van TIAN.”
Wat is het doel van de vereniging?
“We willen tafeltennissen combineren met gezelligheid. Daarvoor hebben een ruim opgezet clubgebouw met een bar voor een drankje. Daarnaast doen we mee aan de competitie waar winnen het doel is. Leden kunnen les en training krijgen van Suzanne Dieker, een bekende tafeltennis-speelster. Ze is meervoudig Nederlands kampioen en was in 2014 sportvrouw van het jaar van Arnhem.”
Wat zijn de speeldagen en -tijden voor de leden?
“Jongeren tussen 7 en 18 jaar spelen op dinsdag van 19.00 tot 20.00 uur. Op dinsdag spelen daarna ook de senioren. Van 20.00 tot 21.00 de groep die in de lagere competitieniveaus speelt. Van 20.00 tot 20.30 uur mogen geoefende jongeren ook meedoen. Van 21.00 tot 22.00 uur spelen de senioren die in de hogere klassen van de competitie spelen. Op woensdag wordt er recreatief gespeeld en is één tennistafel gereserveerd voor het team dat op woensdag competitie speelt. Er wordt dan gespeeld van 20.00 tot 24.00 uur. Op vrijdag spelen de senioren met vier teams competitie van 20.00 tot 24.00 uur. Op zaterdagmiddag worden de jeugdcompetities gespeeld. De thuiswedstrijden vinden hier plaats, de uitwedstrijden elders in de provincie Gelderland bij andere jeugdafdelingen. De jeugdspelers worden dan vervoerd door ouders. Ook de senioren spelen competitie zowel thuis als uit tegen andere afdelingen in Gelderland.”
Hoeveel leden telt de vereniging bij de jeugd en de senioren? En hoeveel daarvan spelen competitie?
“In totaal hebben we nu 42 leden (8 jeugdleden, 34 volwassenen), van wie meer dan de helft competitie speelt.”
Kunnen jullie nog nieuwe leden gebruiken?
“Zowel bij de junioren als bij de senioren kunnen zich nog nieuwe leden aanmelden. Het voordeel van tafeltennissen is dat je niet afhankelijk bent van het weer, want er wordt altijd binnen gespeeld.”
Wat kost een lidmaatschap?
“De basiskosten voor de jeugd en volwassenen zijn €100 per half jaar. Competitie spelen kost €18 extra per half jaar voor de jeugd en €30 per half jaar voor volwassenen. Voor volwassenen kosten de trainingen €60 extra per half jaar . Voor de jeugd zijn de trainingen inbegrepen in het basistarief. Nieuwe leden mogen een maand gratis meedoen en kunnen zich aanmelden via ttvtian@gmail.com . Informatie is te vinden op www.ttv-tian.nl .
Jullie verhuren het clubgebouw ook…
“We hebben een gezellig, ruim clubgebouw met een bar, tafels en stoelen, een koelkast, koffiezetapparaat en servies. Dat kan gehuurd worden voor vergaderingen en door verenigingen die geen eigen onderkomen hebben zoals een kaartclub. Wie interesse heeft kan contact opnemen met onze secretaris Pim Janssens via ttvtian@gmail.com.”
Tekst: Jolanda van den BoschJolanda van den Bosch
Corrine Baard-Post schreef tijdens de coronapandemie een boek over de moeilijke keuzes die drie vriendinnen moesten maken tijdens de Tweede Wereldoorlog. Het boek speelt in de Burgemeesterswijk en op de Gulden Bodem, en beleefde al een derde druk.
‘Lotte, Hannah & Emmy, Arnhemse meisjes in oorlogstijd’ is het verhaal over drie vriendinnen die al sinds hun kleutertijd onafscheidelijk zijn. Ze wonen in de Burgemeesterswijk en op de Gulden Bodem en leiden daar een redelijk onbezorgd leven. Totdat in 1940 Duitse troepen Nederland binnenvallen en de vriendinnen allerlei keuzes moeten maken in hun dagelijkse leven die gevolgen hebben voor hun vriendschap.
Het boek staat op nummer 5 van beste oorlogsboeken voor de jeugd van goedeboekentips.nl (‘Het Achterhuis’ van Anne Frank staat op 1). Ik heb het gelezen en was zo gegrepen door het verhaal dat ik de schrijfster ervan, Corrine Baard-Post, voor De Penseelstreek ben gaan interviewen bij haar thuis in Oosterbeek.
Inspiratie
Corrine ontvangt me enthousiast met koffie en een schaal koekjes en vertelt hoe ze ertoe gekomen is om dit boek te schrijven.
“Twee jaar geleden werd ik ziek. Het was altijd een grote wens van mij om een keer een boek te schrijven. Het was er tot dan
nooit van gekomen. Ik heb altijd een grote fascinatie voor de Tweede Wereldoorlog gehad. Mijn jongste dochter, toen 14 jaar, had dezelfde fascinatie als ik en vond dat er zo weinig boeken geschreven waren over kinderen van haar leeftijd tijdens de Tweede Wereldoorlog. Daarom besloot ik er een te schrijven. De oorlog is voor ons ook dichtbij omdat we vlak achter het Airborne Museum Hartenstein over de geschiedenis over de Slag om Arnhem wonen. Die gebeurtenis leeft hier nog steeds in Oosterbeek. Sinds 1946 leggen kinderen uit de bovenbouw van de basisschool bij de jaarlijkse herdenking van de slag bloemen op de Airborne begraafplaats. Ze worden ‘de bloemenkinderen’ genoemd. Ook mijn kinderen hebben daar aan meegedaan.
“Toen ik besloten had een boek voor de jeugd te schrijven over de Tweede Wereldoorlog ontspon zich in mijn hoofd het verhaal over de drie vriendinnen die ieder een eigen achtergrond hadden in de oorlog. Lotte is een meisje van wie de ouders in het verzet zitten, Hannah is van Joodse afkomst en de ouders van Emmy
sympathiseren met de NSB terwijl Emmy zelf een relatie krijgt met een Duitse soldaat.”
Feiten en fictie
“De keuzes van hun ouders en van henzelf leggen een enorme spanning op de relatie van de drie vriendinnen. Ieder krijgt op haar manier te maken met de gruwelen van de oorlog en maakt keuzes. Daarmee trigger je de jeugd van tegenwoordig met de vraag: welke keuze zou jij maken in hún situatie?
“Het verhaal over de vriendinnen is fictief. Maar de feiten die ik erin heb verwerkt zijn waargebeurd. In het verhaal heb ik gebeurtenissen verwerkt die in de oorlog werkelijk hebben plaatsgevonden zoals de razzia’s, de gevechten tijdens de Slag om Arnhem, het onderduiken, verraad en de concentratiekampen waar de Joden naar toe gestuurd werden.
“Ik heb heel veel research verricht voor dit boek, zodat het een kloppend en realistisch verhaal zou worden en het voor de jeugd duidelijk zou worden welke gruwelijke gebeurtenissen er hebben plaatsgevonden. Martelingen heb ik bewust buiten het boek gelaten omdat ik mijn lezers niet nog meer wilde shockeren.”
Wat zou jíj doen in hún situatie?
Burgemeesterswijk en Gulden Bodem
De vriendinnen wonen in de Burgemeesterswijk en op de Gulden Bodem. Lotte aan de Zijpendaalseweg, Hannah aan de Izaak Evertslaan en Emmy aan de Van Heemstralaan. Ze gaan naar de hbs boven aan de Apeldoornseweg, aan de andere kant van het Sonsbeekpark. Waarom heeft Corrine voor Arnhem en voor deze wijken gekozen? “Ik woon al meer dan twintig jaar in Oosterbeek. Zelf heb ik nooit in Arnhem gewoond, maar voor het verhaal heb ik voor Arnhem gekozen, omdat het een herkenbare, grote stad is en een specifiek oorlogsverleden heeft. Hier vonden historische gebeurtenissen plaats zoals de Slag om Arnhem en de razzia’s. Ook ligt hier het Sonsbeekpark dat voor Joden verboden was waardoor ik het verhaal van de Joodse Hannah goed in het boek kon verwerken. De meisjes gaan naar de hbs, dus de ouders van toen moesten goed gesitueerden zijn. Ik heb voor de Burgemeesterswijk en Gulden Bodem gekozen, omdat daar de mensen woonden met goede banen. Zo is de vader van Lotte huisarts, die van Hannah musicus en die van Emmy werkt bij de Kema. Mijn jongste dochter zit ook op de middelbare school in Arnhem. Daardoor zijn de plekken in het boek herkenbaar voor haar en kan ze het verhaal goed plaatsen.”
Uitgever
“Toen het verhaal klaar was, hebben mijn man en ik wel uitgevers benaderd, maar die hadden door de coronapandemie zo’n enorm aanbod van manuscripten gekregen, dat mijn boek mogelijk in de grote stapel ongelezen manuscripten zou verdwijnen. Dat risico wilde ik niet lopen. Mijn man ging met pensioen en heeft toen uitgezocht hoe we mijn boek konden uitgeven en heeft ook geïnvesteerd in een eigen uitgave. Een redacteur heeft het nagelezen en waar nodig geredigeerd, en een vormgever heeft het heel professioneel uitgevoerd. De foto op de cover van de drie vriendinnen, waar mijn dochter ook voor heeft geposeerd, is in park Sonsbeek genomen voor de Witte Watermolen.
“Eind augustus 2021 lag het boek in de winkel in een eerste oplage van 700. De tweede druk kwam al in oktober van dat jaar uit in een oplage van 1400 en in mei 2022 rolde de derde druk van de persen in een oplage van 2000 exemplaren.
“Er is veel interesse van middelbare scholen uit de omgeving zoals uit Arnhem, Oosterbeek en Doorwerth. Het is immers voor de jeugd geschreven. Maar ik krijg ook veel reacties van oudere mensen uit de wijken waar het boek speelt. Ze herkennen veel in de verhalen. Ook word ik regelmatig voor lezingen en leesclubs gevraagd om over mijn boek te vertellen en
‘Lotte, Hannah & Emmy. Arnhemse meisjes in oorlogstijd’ telt 352 pagina’s en kost 24,90 euro. Het is te bestellen via de website www.lotte-hannah-emmy.nl, bol.com en de boekhandel. Verder ligt het bij Meijer en Siegers in Oosterbeek, het Airborne museum in Oosterbeek, het Openlucht museum in Arnhem en waarschijnlijk ook nog wel bij Het Colofon en Hijman Ongerijmd in Arnhem. Het is voor 11,99 euro ook verkrijgbaar als e-book.
Recensie
Na het lezen van dit interview heb ik het boek meteen gekocht. Zelden heb ik een boek zo snel uitgelezen. Het is een echte pageturner. De kennis over wat er gebeurd is in de Tweede Wereldoorlog holt achteruit, vooral jongeren kunnen er zich geen voorstelling van maken. Dat maakt dit boek tot een belangrijk boek. Alle belangrijke elementen (Jodenvervolging, uitsluiting, verzet, onderduik, verraad, terreur, collaboratie, deportatie, vernietigingskampen) zijn in het boek verwerkt op een niet-geforceerde, voor scholieren inleefbare manier, zowel voor meisjes als jongens. De doorwerking van allerlei ontwikkelingen voor de onderlinge verhoudingen tussen de drie hartsvriendinnen is subtiel uitgewerkt. Kun je elkaar nog wel vertrouwen? Wat vertel je? Wat hou je geheim? Soms is de verbale en non-verbale communicatie tussen de drie pubers wat houterig, maar misschien is dat pubers wel eigen. Als volwassenen met kennis van de Tweede Wereldoorlog kun je de gevolgen van bepaalde gebeurtenissen en keuzes van de hoofdpersonen wellicht voorspellen, maar dat geldt niet voor jongeren die die kennis ontberen.
Als bewoner van het deel van Arnhem waar het boek speelt, vind ik een minpuntje van het boek dat die omgeving weinig vulling krijgt en een geometrische abstractie is. De drie vriendinnen fietsen bijvoorbeeld samen van de Zijpendaalseweg, Van Heemstralaan en Izaak Evertslaan door Sonsbeek naar hun middelbare school boven aan de Apeldoornseweg, maar hoe die straten en de weg door Sonsbeek (Jansbeek, steile helling om tegenop te fietsen, fantastisch uitzicht over de stad) er uitzien wordt nauwelijks uitgewerkt.
‘Lotte, Hannah & Emmy. Arnhemse meisjes in oorlogstijd’ zou op alle middelbare scholen, met name die in Arnhem, aanbevolen (of collectief gelezen) moeten worden. Het staat terecht in de top-5 van jeugdboeken over de Tweede Wereldoorlog. Voor jongeren is het een must-read, voor volwassenen een aanrader, zeker in de Burgemeesterswijk en de Penseelstreek.
Henk DonkersEn als er dan sneeuw ligt … kijken we naar de sporen die wijzelf, een hond of een vogel er in achterlaten. Sinds mensenheugenis zoeken we naar sporen. Een spoor uitgezet voor een kinderfeestje. De knooppuntenbordjes voor een fietsroute. De bovenleiding van de trolleybus. De bordjes die op leidingen onder de grond wijzen. De ribbels in het trottoir voor visueel gehandicapten. Het geurspoor van en voor honden.
Minder zichtbaar zijn de personen die sporen door onze wijk trekken zoals krantenbezorger Dennis die, weer of geen weer, al jaren in alle vroegte de krant bezorgt. Of postbode Christine die onlangs haar laatste postronde door de Hoogkamp liep. Of mensen die hun sporen in de wijk verdiend hebben zoals Mariëtte die het eerste wijkuitje organiseerde.