3 minute read

Penseelstreek weer bij de tijd

De Penseelstreek is weer bij de tijd

Opening lustrumweekend wijkvereniging

Advertisement

Annemoon Gudde Foto’s: Jan Zwartjes

Driebuurtenpunt

Klokke half acht stond er op 3 september op de hoek Jacob Marislaan-Bakenbergseweg en op het talud om de berkenboom een behoorlijke volksoploop. Uit alle richtingen waren mensen komen aanlopen. Letterlijk, want deze plek ligt op het ‘driebuurtenpunt’ van de Penseelstreek: hier komen Gulden Bodem, Sterrenberg en Hoogkamp bij elkaar. Jong en oud was ruim vertegenwoordigd. Toen de wijkvereniging aankondigde haar 25ste verjaardag te gaan vieren, moest er worden nagedacht over een feestelijk gebaar van de wijkvereniging aan de wijk. ‘Dan moet je denken aan iets waar iedereen in de wijk plezier van zou kunnen hebben. En het moet iets blijvends zijn,’ bedachten Bob Kobessen en zijn vrouw Margreet die inmiddels bijna 40 jaar op de Hoogkamp wonen. Zij waren het die op het idee kwamen om een nieuwe klok op te hangen. Zeker vijftig jaar lang hing er aan een paal van de trolleylijnen een klok die qua vormgeving sprekend leek op een schoolklok. Als gevolg van werkzaamheden is hij rond 2006 verdwenen.

Herinneringen en praktisch nut

Waarom sprak dat idee van Bob en Margreet Kobessen zoveel mensen aan? Op de eerste plaats is het praktisch om op straat te kunnen zien hoe laat het is. Dat geldt voor mensen die op de bus wachten en voor elke andere voorbijganger op weg naar een afspraak, naar werk, naar winkels of naar huis. Daarnaast zal het weer een oriëntatiepunt worden: ‘Bij de klok linksaf en dan de derde rechts.’ Bovendien bleken er in het samengestroomde publiek ook veel herinneringen te bestaan aan de klok die er vroeger hing: ‘Als ik bij de klok langs fietste, had ik de ergste klim achter de rug.’ ‘Toen ik als kind vanuit de Gulden Bodem naar de Fatimaschool liep (nu ’t Panorama), wist ik na een blik op de klok of ik moest gaan rennen of rustig door kon lopen.’ Dat was in de tijd dat je pas een horloge kreeg als je naar de middelbare school ging. Het zal misschien opnieuw gaan gelden voor de Upward-leden die je met een stick aan het wiel de Van Heemstralaan op ziet fietsen. Maar de klok stond symbool voor meer: ‘Als mijn dochters een afspraakje hadden, spraken ze vaak af onder de klok.’ Buiten het blikveld van de ouders.

Onthulling

Kortom, het was een gouden idee. Na een uitvoerige marktverkenning en gesprekken met de gemeente die wel toestemming wilde geven, maar geen rol wilde hebben in het onderhoud van de klok, en in gesprek met Bob en Margreet heeft het bestuur de knoop doorgehakt. De klok kwam er, zij het dat de beugelmaat voor de trolleypaal op het laatste moment verkeerd bleek te zijn doorgegeven, dus toen werd het toch nog even spannend. Maar in de vroege vrijdagavond van 3 september 2021 kon de klok onder warme belangstelling van ruim honderd buurtgenoten feestelijk worden onthuld. Mark Elbers, de voorzitter van de wijkvereniging, opende de plechtigheid om 19.30 precies. Met humor en een vlotte beschrijving van de historie van deze aanschaf, creëerde hij een feestelijke en gezellige sfeer. Daarna nodigde hij wijkbewoners van drie generaties uit om met lange uitschuifstelen de klok te onthullen: Pim Hekking, als tachtiger de oudste van het drietal, geboren en getogen op Hoogkamp, Anne Vermeulen namens de midden-generatie, op de Hoogkamp geboren en getogen en nu met eigen gezin woonachtig op de Gulden Bodem en Diego Kobessen woonachtig op de Sterrenberg en met zijn 10 jaar vertegenwoordiger van de jongste generatie wijkbewoners. Champagne!

‘Niemand weet hoe laat het is’

En toen zagen we Dick Tiemens de keukentrap bestijgen. Hij sprak ons toe met zijn welluidende rede ‘Niemand weet hoe laat het is’. Een reflectie op de tijd, citaten uit verschillende tijden, maar vooral weer een prachtig opgebouwde, charmante toespraak. Het is een hechte traditie dat de tekst in De Penseelstreek wordt opgenomen. Hiermee was de klok ingeluid en het lustrumweekend met een knal begonnen.

Onthulling van de klok door (vlnr) Anne Vermeulen, Pim Hekking en Diego Kobesssen.

This article is from: