Modern meesterwerk over 'de eerste en laatste dagen van de War on Drugs'
Chasing the scream Door: Derrick Bergman
Met 'Chasing the scream: the first and last days of the war on drugs' leverde de Britse journalist en auteur Johann Hari begin dit jaar een modern meesterwerk af, dat geen lezer onberoerd zal laten. Overtuigend laat Hari zien dat vrijwel alles dat wij denken te weten over drugs, verslaving en de drugsoorlog niet klopt.
Johann Hari (36) werkte ruim drie jaar aan Chasing the scream en bezocht negen landen om de laatste dagen van de drugsoorlog vanuit een waaier aan perspectieven te beschrijven. Veelzeggend: Nederland ontbreekt, maar Hari bezocht wel Portugal, Zwitserland, Uruguay en
zijn Harry J. Anslinger en Arnold Rothstein, kingpin van de New Yorkse maffia in de jaren tien en twintig. Voor Hari zijn deze drie Amerikanen dé archetypen van de war on drugs.
Cannabis demoniseren Billie Holiday (1915-1959) was haar hele volwassen leven verslaafd aan heroïne en Hari documenteert nauwgezet hoe zij de dood in is gedreven door Anslinger, de eerste directeur van het Federal Bureau of Narcotics, de latere DEA. Hari noemt hem 'de meest invloedrijke persoon waar nooit iemand van heeft gehoord', maar voor Highlife lezers zal deze racistische volksmenner geen onbekende zijn. Dankzij archiefonderzoek brengt Hari nieuwe feiten aan het licht over de manier waarop Anslinger cannabis met succes wist te demoniseren. Eerst alleen binnen de VS, later wereldwijd.
Drooglegging Harry J Anslinger
natuurlijk Colorado en Washington DC. Het boek begint ruim een eeuw geleden, bij de invoering van de Harrison Narcotics Act, die bezit en gebruik van heroïne en cocaïne verbood. Een paar maanden later werd zangeres Billie Holiday geboren, een van de drie hoofdpersonen in Hari's fascinerende boek. De andere twee
54
Het Federal Bureau of Narcotics dat Anslinger vanaf 1930 ruim drie decennia leidde, was de opvolger van het Federal Bureau of Prohibition, dat veertien jaar lang het alcoholverbod had proberen te handhaven. Die Drooglegging was een totaal fiasco geworden en had een ongekende golf van georganiseerde criminaliteit veroorzaakt. Mannen als Arnold Rothstein verdienden miljoenen aan het verbod. Door de economische
crisis stonden in de jaren twintig en dertig alle overheidsbudgetten onder druk, ook dat van Anslinger's nieuwe departement. Cannabis was in 1930 nog vrijwel overal legaal. Maar daar zou Harry J. Anslinger snel verandering in brengen.
Absurd bedrog Hari: 'Vanaf het moment dat hij de leiding over het bureau had, was Harry zich bewust hoe zwak zijn nieuwe positie was. Een oorlog tegen narcotica alleen -cocaïne en heroïne, verboden in 1914- was niet genoeg. Die werden door een piepkleine minderheid gebruikt en je kon een heel departement niet levend houden met zulk kruimelwerk. Hij had meer nodig. Met dit in gedachten begonnen hem artikelen in de kranten op te vallen die hem intrigeerden. Ze hadden koppen als deze, in de New York Times van 6 juli 1927: MEXICAANSE FA-