INLEIDING
03. Koudwatervrees
Het gaat soms nog wat voorzichtig, maar de Europese Commissie werkt aan de wet.
NIEUWS
04. Lois van Baarle op IAF 2016
05. Boeiende discussie op volgrechtsymposium
05. Nieuwe Europese wetgeving in de maak
03. Koudwatervrees
Het gaat soms nog wat voorzichtig, maar de Europese Commissie werkt aan de wet.
NIEUWS
04. Lois van Baarle op IAF 2016
05. Boeiende discussie op volgrechtsymposium
05. Nieuwe Europese wetgeving in de maak
06. Overeenkomst Museumvereniging bevalt goed
De overeenkomst pakt goed uit voor alle partijen, dus Pictoright gaat ermee door.
06. Alarmbellen bij Wallpart
Het lijkt op phishing, dus liever wegblijven van Wallpart.
06. Jouw kunst in andermans collectie
Check even bij Pictoright of er al afspraken zijn gemaakt over publiceren en verveelvoudigen.
08. Zoeken naar beeldmakers
Pictoright zoekt makers op die recht hebben op collectieve vergoedingen.
09. Ook leenrecht voor e-books
Wat voor ‘gewone’ boeken in de bieb geldt, geldt nu ook voor e-books.
10. 10 jaar volgrecht; voors en tegens Wat is eerlijk? Op een symposium over volgrecht verschilden de meningen daarover.
11. WIPO plant conferentie volgrecht In het voorjaar van 2017 wordt gepraat over wereldwijde invoering.
12. Red Between Blues van Cole Morgan STAMPA
13. Debatteren over kunstkwesties
De eerste editie van kunsttalkshow Stampa in W139 was een aangename mix van kunst en rechten.
14. Praktische informatie Nieuw bestuurslid en colofon.
15. Een nieuwe gevel
De architect van het oude hoofdkantoor van KPMG in Amstelveen vocht voor zijn gevel.
Regels zijn regels. Maar toch wordt er voortdurend aan de wet – en zo ook het auteursrecht – gesleuteld. Vooral omdat er nog veel gaten te dichten zijn. Zo is er net een nieuwe wet op het gebied van het toezicht op organisaties als de onze in werking getreden. En de Europese Commissie heeft voorstellen gedaan voor nieuwe regels. Ook het Europese Hof doet af en toe nog een duit in het zakje. Nu heeft dit Hof bepaald dat digitaal uitlenen onder het leenrecht valt, maar tegelijkertijd blijft onduidelijk onder welke voorwaarden er uitgeleend moet worden, en hoe dit in de praktijk moet worden gehanteerd.
Belangrijkste lijkt dat de Europese Commissie eindelijk werk maakt van de aansprakelijkheid van platforms zoals Facebook. Op deze platforms wordt op ongekende schaal gebruik gemaakt van professionele fotografie, maar daar staat tot op heden geen vergoeding tegenover. De Europese Commissie heeft nog wat koudwatervrees om tot een echt werkbare oplossing te komen, maar er is in ieder geval een begin gemaakt aan een structurele oplossing.
Er wordt binnen Pictoright hard gewerkt aan een nieuw automatiseringssysteem. Het huidige systeem is aan vervanging toe, deels veroorzaakt door de complexe wijze waarop de diverse collectieve rechten nu worden verdeeld. Daarom wordt er nu ook een nieuwe uitkeringssystematiek vastgesteld, waarbij bijvoorbeeld ook de thuiskopieverdeling is opgenomen. Naar verwachting worden de vergoedingen eind volgend jaar volgens deze eenvoudiger systematiek verdeeld. Ondertussen vallen de inkomsten van Pictoright (en daarmee natuurlijk de rechthebbenden) uit de collectieve rechten hoger uit dan ooit. Dat is goed nieuws. Ook goed nieuws is dat er dit jaar veel nieuwe rechthebbenden voor het eerst een vergoeding van ons zullen ontvangen. Met een brede vertegenwoordiging van visuele makers en een toegenomen incasso zullen we hopelijk ook volgend jaar in staat zijn een goed resultaat te behalen voor onze rechthebbenden.
Op 31 oktober vond de jaarlijkse bijeenkomst van het International Authors Forum (IAF) plaats in Amsterdam. Op uitnodiging van Pictoright vertelde illustrator Lois van Baarle hoe zij de social media inzet om geld te verdienen.
Het IAF is een organisatie zich wereldwijd inzet voor de belangen van makers. Ze komen op voor de positie die makers hebben op het gebied van auteursrecht en bij het onderhandelen van contracten met opdrachtgevers. Pictoright is lid van dit internationale forum.
Pictoright had illustrator Lois van Baarle uitgenodigd om wat meer te vertellen over hoe zij als professioneel illustrator inkomsten genereert via social media. Anouk Siegelaar, adjunct-directeur BNO en bestuurslid Pictoright, ging met haar in gesprek. Lois vertelde dat ze, doordat haar digitale artwork zo zichtbaar en bekend is op social media, veel opdrachten ontvangt van interessante opdrachtgevers. Zo heeft ze ruim 500.000 volgers op Instagram en heeft haar Facebookpagina ruim 1 miljoen likes. Haar zichtbaarheid op Instagram, Twitter en Facebook werkt als een katalysator.
Een vraag die aan de orde kwam is of ze wel eens te maken heeft gehad met ongeautoriseerd gebruik van haar werk. Dat had ze zeker, en dat heeft er onder andere mee te maken dat haar werk zo makkelijk vindbaar is. Ongeautoriseerd gebruik is natuurlijk niet wat ze wil, maar de negatieve kanten hiervan en het handhaven van haar auteursrecht wegen vaak niet op tegen de positieve kanten van wat haar populariteit op social media haar allemaal brengt. Wel vertelde ze over een kwestie waarbij haar werk zo brutaal zonder toestemming werkt gebruikt, dat ze toen gebruik heeft gemaakt van haar fanbase om ervoor te zorgen dat het misbruik van haar werk stopte. En die aanpak bleek zeer effectief!
Ben je benieuwd naar het digital artwork van Lois? Naast de opdrachten die ze voor opdrachtgevers doet, verkoopt ze prints en merchandise van haar werk. Onlangs is er ook een boek van haar artwork verschenen. Kijk op www.loish.net voor een impressie.
--------------------------------------------
Op 10 oktober debatteerden voor en tegenstanders van het volgrecht met elkaar in het Stedelijk Museum Amsterdam. Eugénie Brands, dochter van de overleden schilder Eugène Brands was erbij. Zij beheert de stichting die het oeuvre van haar vader conserveert en uitdraagt.
“Ik vond het een boeiende bijeenkomst. Er waren meer galeriehouders dan kunstenaars. Het valt me op dat veel kunstenaars niet goed op de hoogte zijn van hoe het volgrecht werkt. Ik vind het goed dat het er is. Als mijn vader in de jaren 50 een schilderij voor 800 gulden verkocht, hadden wij gelukkig weer even brood op de plank. Nu wordt zo’n schilderij soms voor 60 of 70 of 80 duizend euro doorverkocht. Dan is het reëel dat de kunstenaar of zijn familie daar wat van terugziet. Ik kan me ook vinden in sommige argumenten tegen het volgrecht, hoor. Als een kunsthandelaar het volgrecht eerst al aan de veiling moet betalen, en vervolgens nóg eens moet betalen als hij het weer verkoopt, dan snap ik dat dat wringt. Wij krijgen als stichting misschien een paar duizend euro volgrecht per jaar. Dat gebruiken we om de naam van mijn vader levend te houden. Het is een welkome steun in de rug bij exposities, boeken en films over zijn werk en over de kunststromingen van zijn tijd.”
Lees meer over het symposium op p.10
In september heeft de Europese Commissie een voorstel gedaan voor nieuwe wetgeving op het gebied van het auteursrecht. Men wil hiertoe een nieuwe richtlijn opstellen, waarbij de term ‘richtlijn’ ietwat verwarrend is, want het gaat wel degelijk om bindende bepalingen. Een richtlijn die dus eigenlijk een wet is.
In deze concept-richtlijn doet de Commissie een paar voorstellen die voor beeldmakers van belang kunnen zijn. Belangrijk is de wettelijke mogelijkheid die aan organisaties als Pictoright geboden wordt om overeenkomsten aan te gaan met archieven voor bijvoorbeeld het digitaliseren van kranten of grote hoeveelheden oude foto’s. Daarbij kan Pictoright niet alleen voor aangesloten makers optreden, maar ook voor de meestal moeilijk te vinden andere makers van beschermd materiaal. Dit wordt ook wel extended collective licensing genoemd. Op dit moment gaat Pictoright al dergelijke overeenkomsten aan, maar met de voorgestelde bepaling in de richtlijn wordt de juridische basis hiervoor versterkt. Al eerder wilde de Nederlandse regering hier iets voor regelen, maar dat is met het oog op het initiatief van de Commissie even in de ijskast gezet.
Ook doet de Europese Commissie een voorstel om te voorkomen dat er op platforms zoals Facebook en Youtube op ongekende schaal auteursrechtelijke werken (zoals muziek en foto’s) gedeeld worden zonder dat de makers hiervoor een vergoeding ontvangen. Hoe dit precies uitgewerkt wordt is nog onduidelijk, maar de Commissie wil hier in ieder geval iets voor gaan regelen.
Tot slot wil de Europese Commissie de auteursrechtelijke positie van freelance makers verbeteren. De voorstellen die daarvoor gedaan worden zijn bemoedigend, maar gaan wat Pictoright betreft nog niet ver genoeg. Het is afwachten hoe de definitieve richtlijn er precies uit zal gaan zien.
Inmiddels is er ook nieuwe wetgeving die betrekking heeft op het toezicht op collectieve beheersorganisaties zoals Pictoright. Voor Pictoright verandert er waarschijnlijk niet veel, aangezien we al aan vrijwel alle nieuwe normen voldoen.
Wellicht moeten er een aantal procedures enigszins worden aangepast. Tijdens de algemene aangeslotenenvergadering van juni 2017 zullen we daar verder op ingaan.
In 2012 heeft Pictoright samen met de Museumvereniging, de brancheorganisatie voor Nederlandse musea, een koepelovereenkomst opgesteld voor het gebruik van kunst. De ervaringen aan beide zijden zijn positief: de afspraken worden voortgezet.
De koepelovereenkomst maakt het voor musea gemakkelijk mogelijk om werk te gebruiken van kunstenaars die hun rechten bij Pictoright hebben ondergebracht. Musea die meedoen dragen jaarlijks een vergoeding af aan Pictoright. Die wordt verdeeld onder kunstenaars van wie werk is verschenen in niet-commerciële publicaties en op internet.
Goed voor museum én kunstenaar
De afspraken hebben voordelen voor beide partijen. Musea krijgen van tevoren toestemming om werk af te beelden, en ze hebben door het vaste jaarbedrag ook financiële duidelijkheid. Voor de bij Pictoright aangesloten kunstenaars is de regeling ook gunstig: er is jaarlijks een redelijke vergoeding voor gebruik beschikbaar en er wordt netjes met het werk omgesprongen.
Al dertig musea Met dertig musea bestaat een dergelijke afspraak inmiddels. Vele honderden kunstenaars hebben de afgelopen jaren via deze overeenkomsten een rechtenvergoeding ontvangen. Recent is de samenwerking en de overeenkomst met de Museumvereniging positief geëvalueerd. Dat betekent dat de afspraken ook in de toekomst voortgezet zullen worden. Ondertussen wordt nog een aantal (kleinere) musea benaderd om vergelijkbare afspraken mee te maken.
Recent hebben een aantal bezorgde aangeslotenen zich bij ons gemeld met vragen over websites zoals Wallpart.com. De websites zien er flitsend en professioneel uit, en bieden foto’s en afbeeldingen als poster, ansichtkaart of canvasprint te koop aan voor lage prijzen.
Bij het bekijken van deze websites gaan de alarmbellen af. Hele websites van kunstenaars lijken te zijn leeggeplukt, en de afbeeldingen van hun werken worden op diverse materialen en
op willekeurige afmetingen voor weinig geld te koop aangeboden. Pictoright heeft onderzoek gedaan naar Wallpart, en bij zusterorganisaties in het buitenland navraag gedaan of hun kunstenaars ook de dupe zijn geworden van dit bedrijf. En inderdaad: organisaties als DACS (Verenigd Koninkrijk) en Viscopy (Australië) hebben gelijksoortige meldingen ontvangen. In eerste instantie stond er een Australisch adres op de website van Wallpart; via de Verenigde Staten kwamen we bij een bedrijf in Rusland uit, dat vervolgens niet bleek te bestaan. De wisselende servers in verschillende landen maken het er niet overzichtelijker op.
Wallpart heeft de afbeeldingen niet in een database staan, maar ze maken gebruik van google-achtige zoekmachines. Je vindt een site die kaarten of posters verkoopt. Je vult je eigen naam in, waarna het zoekveld jouw eigen website bezoekt. Vervolgens zie je je eigen afbeeldingen binnen de Wallpart-omgeving. Het is zeer de vraag of er ook écht posters geprint worden. Het lijkt er sterk op dat het een zogenaamde ‘phishing site’ is. Op de website van WallPart kun je namelijk (gek genoeg) een melding maken van inbreuk op het auteursrecht. We raden je echter af om dit formulier in te vullen aangezien het WallPart er waarschijnlijk om gaat op die manier adresgegevens te achterhalen. Ook wordt afgeraden om zoektermen in te geven op die website.
Het is heel vervelend dat dit soort websites bestaat, maar we kunnen er helaas niets tegen doen. Zoals geldt voor het hele internet: gebruik je gezond verstand en wees voorzichtig met het invullen van je gegevens. Als je je eigen naam in Google intikt, bestaat de kans dat je voor onaangename verrassingen kunt komen te staan.
Als je je werk verkoopt aan een museum of een andere organisatie die het gaat exposeren, betekent dat niet dat zij automatisch het recht krijgen om het ook te publiceren of verveelvoudigen. De kans is groot dat daar al afspraken over zijn gemaakt met Pictoright; goed om dat even te checken voordat je iets anders tekent.
Als je kunst wordt aangekocht door een culturele instelling, de overheid of een bedrijf is dat natuurlijk goed nieuws. Daarmee gaat je werk deel uitmaken van hun collectie en zeer waarschijnlijk betekent dit dat je werk tijdelijk of permanent voor publiek te zien zal zijn.
Goed om te weten is dat de nieuwe eigenaar van je werk niet automatisch het auteursrecht krijgt om het openbaar te maken of te verveelvoudigen. Pictoright ziet steeds vaker dat organisaties die werk in hun collectie opnemen daarbij contracten voorleggen aan kunstenaars. Dat gebeurt zelfs als het werk jaren daarvoor al is aangekocht. Vaak staat in zo’n contract dat je als kunstenaar toestemming geeft voor de meest uiteenlopende vormen van gebruik.
Dit werk van Rob van Koningsbruggen maakt deel uit van de kunstcollectie van ABN Amro. Pictoright heeft met ABN Amro afspraken gemaakt over het online tonen van de collectie.
Via Pictoright
Toch is het vaak niet nodig is om zo’n afspraak te maken. Er is namelijk een grote kans dat Pictoright al een regeling met een dergelijke partij heeft. Neem daarom even contact met ons op als je een dergelijke vraag krijgt voorgelegd en twijfelt wat je moet doen. Als er met Pictoright afspraken zijn gemaakt kun je er in ieder geval van uitgaan dat je voor het gebruik jaarlijks een redelijke vergoeding ontvangt. Als je toch zelf iets wilt afspreken met de nieuwe eigenaar van je werk, zorg er dan voor dat je zeker weet waarvoor je precies toestemming verleent.
Er zijn nog veel beeldmakers die recht hebben op collectieve vergoedingen, maar die dat geld bij Pictoright laten liggen. Daarom is Pictoright deze zomer begonnen om makers actief op te sporen. Dat heeft al tot ruim honderd nieuwe aanmeldingen geleid. Wie voor 1 oktober opgave heeft gedaan, kan deze maand zijn eerste uitkering verwachten.
Collectieve rechten, het blijft een lastig begrip. Het zijn auteursrechtvergoedingen die bijvoorbeeld onderwijsinstellingen, bibliotheken of kabelmaatschappijen automatisch afdragen voor alles wat zij kopiëren, uitlenen of uitzenden op tv. Maar ook consumenten betalen er aan mee, bijvoorbeeld via de thuiskopieheffing op smartphones en tablets. Pictoright is de door de overheid aangewezen stichting die dat geld int en verdeelt onder degenen die er recht op hebben. Staan jouw ontwerpen, illustraties of foto’s in boeken, kranten, tijdschriften? Worden ze gedownload van het internet? Of is er soms werk van je te zien op tv? Dan is de kans groot dat er geld voor je beschikbaar is. Het enige wat je daarvoor hoeft te doen is je gratis aanmelden en een lijst van je werk uploaden.
Te mooi
Het lijkt te mooi om waar te zijn, en misschien is dat de reden dat nog lang niet alle makers zich bij Pictoright hebben gemeld. Omdat Pictoright een wettelijke plicht heeft om zo veel mogelijk rechthebbenden te laten meedelen in de vergoedingen, worden nog niet aangesloten beeldmakers sinds 1 juli actief benaderd. Projectmanager Relatiebeheer Marije Kaashoek werkt samen met Barbara van Immerseel stapels educatieve uitgaven en kranten door. Zij bekijken pagina voor pagina wie de beelden en lay-outs hebben gemaakt. Vervolgens mailen of bellen zij de beeldmakers die zich nog niet hebben aangemeld voor collectieve rechten met een mooie boodschap: we hebben geld voor je.
“Veel mensen zijn verbaasd over die boodschap,” zegt Marije Kaashoek. “Gratis geld – klopt dat wel? Maar het zijn gewoon vergoedingen waar je volgens de auteurswet recht op hebt. Wij innen het voor je omdat het individueel niet te doen is. Er bestaat een hardnekkig misverstand dat wij dit geld bij de opdrachtgevers van beeldmakers zouden ophalen. Als je bijvoorbeeld een nieuwe telefoon koopt, dan betaal je als consument €3,50 voor een thuiskopieheffing. Daarmee koop je als het ware het auteursrecht op al die foto’s die je erop zult downloaden af. En een hogeschool betaalt bijvoorbeeld een vast
bedrag voor het feit dat ze een kopieerapparaat hebben. Die bedragen zijn bestemd voor de makers van die gedownloade of gekopieerde beelden. En wij zoeken die nu actief op.”
Het kost de beeldmaker dus niets, behalve wat tijd: hij moet zelf het overzicht maken van de publicaties waar zijn werk in staat. Dat kan even uitzoeken zijn, want de collectieve rechten worden met terugwerkende kracht over de afgelopen vijf jaar uitbetaald. Maar het loont de moeite, want heb je het eenmaal ingevuld, dan hoef je het jaarlijks alleen nog maar aan te vullen met je nieuwe publicaties. “Het kan een heel leuk extraatje zijn,” aldus Kaashoek. “Uitkeringen variëren van een paar tientjes tot een paar duizend euro, afhankelijk van de aard en omvang van de publicatie.”
Het Europese Hof van Justitie heeft bepaald dat het uitlenen van e-books onder het leenrecht valt; dat betekent dat de makers hier ook een vergoeding over zullen ontvangen.
In Nederland mogen bibliotheken boeken uitlenen als ze voor elke uitlening een vergoeding aan de makers betalen. Pictoright zorgt ervoor dat dit geld bij de beeldmakers terechtkomt; Lira zorgt voor de verdeling onder schrijvers.
Vergoeding voor makers Nu de bibliotheken sinds enige tijd ook e-books uitlenen, kwam de vraag op of hiervoor hetzelfde systeem geldt. Het Europese Hof van Justitie heeft dit onlangs bevestigd. Dit betekent dat bibliotheken e-books mogen uitlenen, zolang zij daarvoor een vergoeding betalen. Naar verwachting zal Pictoright binnenkort met de uitbetaling hiervan kunnen beginnen.
Impact uitspraak
Pictoright is verheugd met deze belangrijke uitspraak, omdat beeldmakers nu ook voor de uitlening van e-books een vergoeding zullen ontvangen. Wel moet nog verder gekeken worden naar de exacte gevolgen van deze uitspraak van het Europese Hof voor de Nederlandse situatie.
De afgelopen tijd zijn de grondslagen voor de verdeling van de collectieve rechten kritisch tegen het licht gehouden. Daarbij is er een aantal wijzigingen aangebracht. Enerzijds wordt er een aantal geldstromen samengevoegd, anderzijds worden de regels iets minder ingewikkeld. Hierdoor zal de systematiek wat eenvoudiger en makkelijker te begrijpen worden. Daarnaast zijn er wijzigingen doorgevoerd om onevenredige uitkomsten in de verdeling te voorkomen. Zodra deze definitief zijn vastgesteld zullen ze op de website worden geplaatst.
In de eerste helft van 2017 worden de thuiskopiegelden verdeeld onder de rechthebbenden. Het is de eerste keer dat ook de vergoedingen voor smartphones en tablets worden uitgekeerd (voorheen ging het alleen om cd’s en dvd’s). Pictoright heeft de bedragen ontvangen van de Stichting de Thuiskopie, die de vergoedingen bij de fabrikanten en importeurs van thuiskopieplichtige apparaten incasseert.
In samenwerking met kunsthandel Simonis & Buunk en advocatenkantoor Bremer en de Zwaan, beide betrokken bij de procedure van Pictoright tegen Simonis & Buunk, organiseerde Pictoright op 10 oktober een symposium met als thema ‘10 jaar volgrecht’. In het Stedelijk Museum Amsterdam gaven voor- en tegenstanders hun visie op dit onderwerp. Advocaten, kunsthandelaren, kunstenaars, hoogleraren en auteursrechtspecialisten kwamen aan het woord en reageerden beurtelings op stellingen. Duidelijk was dat, ook na deze dag, over volgrecht het laatste woord nog niet is gesproken.
Argumenten over en weer Tijdens het symposium kwamen verschillende argumenten tegen het volgrecht naar voren. De tegenstanders vinden het volgrecht onrechtvaardig: een werk dat niet bevalt zou juist vaker worden verkocht dan een succesvol werk. En iedere keer dat het doorverkocht wordt, moet er volgrecht over betaald worden, ook als het met verlies wordt verkocht. Men vindt het onterecht dat de kunstenaar in dat geval meerdere keren volgrecht over hetzelfde werk ontvangt.
Pictoright is het daar niet mee eens. Als een werk succesvol genoeg is om verkocht te worden, is het eerlijk dat de maker van het werk daarin mee kan profiteren. Het bijzondere aan volgrecht is dat het een regeling is waarbij de uitkering gerelateerd is aan het succes van de maker, en geen subsidie die onafhankelijk van de kwaliteit van het werk uitgekeerd wordt.
Er werd op 10 oktober veel gepraat over zaken die anders zouden moeten, maar
aangezien de volgrechtrichtlijn op Europees niveau is vastgesteld kan de regeling binnen Nederland slechts op een beperkt aantal punten worden aangepast. Het feit dat volgrecht over de verkoopprijs en niet over de winst wordt berekend volgt bijvoorbeeld uit de Europese richtlijn en kan daarom niet met Nederlandse wetgeving aangepast worden. Binnen de marge die de EU de lidstaten laat, is er alleen de keuze tussen vrijwilligof verplicht collectief beheer en de optie om een drempelbedrag van maximaal 3000 euro in te stellen.
“HET IS LOGISCH DAT DE KUNSTENAAR ZIJN AANDEEL KRIJGT ALS ER GELD WORDT VERDIEND AAN ZIJN WERK. HET ZIJN ECHT GEEN WAANZINNIG HOGE BEDRAGEN, MAAR WE ZIJN ER BLIJ MEE. WE GAAN ER NIET VAN OP VAKANTIE; HET GAAT RECHTSTREEKS NAAR DE STICHTING DIE HET INVESTEERT IN EXPOSITIES, BOEKEN EN FILMS OVER HET WERK VAN MIJN VADER.”
EUGÉNIE BRANDS, DOCHTER VAN SCHILDER EUGÈNE BRANDS
Momenteel profiteren vooral de al zeer succesvolle kunstenaars van het volgrecht. Om ook de kunstenaars uit het middensegment bij het volgrecht te betrekken had Pictoright graag een verlaging van de drempel van 3000 naar 1000 euro gezien. Bij een lagere drempel betalen kunsthandelaren iets meer volgrecht en gaan de administratiekosten voor Pictoright licht omhoog, maar dan zouden wel veel meer (levende) kunstenaars profiteren van de regeling. In verhouding met de (juridische) kosten van het blijven aanschrijven van kunsthandelaren en hen overtuigen van de opgave- en betalingsplicht, zijn deze administratieve kosten echter verwaarloosbaar. Helaas wordt uit het recente antwoord van Minister Bussemaker van OCW op Kamervragen duidelijk dat een verlaging van het drempelbedrag op dit moment niet te verwachten is.
Binnen de EU richtlijn kan gekozen worden tussen verplicht- en vrijwillig collectief beheer. In Nederland geldt op dit moment vrijwillig collectief beheer. Dit houdt in dat de inning van het volgrecht via een collectieve beheersorganisatie (zoals Pictoright) kan gaan, maar dat de kunstenaar het volgrecht ook zelf bij de kunsthandel kan innen. Omdat een kunsthandelaar niet op zoek hoeft naar een kunstenaar, weten kunstenaars vaak niet dat er volgrecht beschikbaar is. Er blijft daarom veel volgrecht bij de kunsthandelaren liggen.
Bij verplicht collectief beheer gaat de inning via een beheersorganisatie. Deze heeft vervolgens de plicht zich in te spannen om zo veel mogelijk kunstenaars te vinden waarvoor volgrecht beschikbaar is. Pictoright pleit hiervoor omdat het eerlijker is: alle kunsthandelaren betalen en alle kunstenaars of erfgenamen die recht op volgrecht hebben kunnen het ontvangen. Het is bovendien transparanter: het overzicht van namen van kunstenaars waar volgrecht voor beschikbaar is, is openbaar. En het is overzichtelijker: men hoeft niet meer uit te zoeken of een kunstenaar bij Pictoright is aangesloten en er is geen onzekerheid of het volgrecht in de jaren na de transactie ooit opgeëist gaat worden. Daarmee wordt de administratieve last voor kunsthandelaren kleiner. In o.a. Groot Brittannië, Frankrijk en België geldt verplicht collectief beheer.
Een nieuw actiepunt op de agenda van de volgrechtcampagne: een internationale conferentie in het voorjaar van 2017 biedt een podium voor de discussie over wereldwijde invoering.
Ruim drie jaar geleden is Pictoright met zusterorganisaties en andere auteursrechtelijke belangenorganisaties begonnen met een internationale campagne om het volgrecht ook buiten Europa geïntroduceerd te krijgen.
Langzaam maar zeker begint wereldwijd het besef te ontstaan dat het volgrecht een belangrijk instrument is om de economische en maatschappelijke positie van kunstenaars te waarborgen.
In november van dit jaar heeft de World Intellectual Property Organisation (WIPO), naar aanleiding van het verzoek van Senegal en Congo om het volgrecht weer op de agenda te zetten, besloten in het voorjaar van 2017 een conferentie over het volgrecht te organiseren. WIPO is het internationale orgaan van de Verenigde Naties dat zich bezighoudt met uiteenlopende kwesties rondom het intellectuele eigendom. Aan deze conferentie kunnen kunstenaars, auteursrechtenorganisaties,
economen en juristen deelnemen. De discussie zal gaan over de wereldwijde invoering van het volgrecht.
Dit is een mooie gelegenheid om de delegaties van de geïnteresseerde landen van zo veel mogelijk relevante informatie en argumenten te voorzien. Een dergelijke bijeenkomst kan ertoe leiden dat er op termijn een wereldwijde en eenduidige afspraak komt over de invoering van het volgrecht. Voor alle kunstenaars lijkt dit een stap in de goede richting. Pictoright zal uiteraard haar bijdrage leveren om van deze bijeenkomst een zo groot mogelijk succes te maken.
VOOR KUNSTENAARS VAN WIE WERK WORDT VERKOCHT VIA DE KUNSTHANDELDit werk van Cole Morgan is op 30 november 2015 verkocht voor € 3.400 exclusief opgeld (€ 4.232 inclusief) bij Veilinghuis AAG. Over deze verkoop is € 169,28 aan volgrecht verschuldigd.
Cole Morgan is in 1950 in New York geboren. In de VS is het volgrecht nog niet ingevoerd. Amerikaanse kunstenaars hebben daarom geen recht op volgrecht, ook niet als hun werk in Nederland wordt verkocht. Cole Morgan woont echter in Antwerpen en heeft op basis van zijn vaste woon- en verblijfplaats in België wel recht op volgrecht.
----------------------------------------------------------------------------
Pictoright een club voor gevestigde kunstenaars die allang ‘binnen’ zijn? Die indruk wil Pictoright graag wegnemen: ook jonge en minder bekende kunstenaars kunnen aankloppen bij rechtenkwesties. De eerste editie van kunsttalkshow Stampa in W139 liet zien dat rechten en geld wel degelijk actuele onderwerpen zijn voor een grote groep kunstenaars.
----------------------------
Het was ooit een theater, nu zijn er exposities en kunstmanifestaties te zien. Bij binnenkomst in W139 aan de Warmoesstraat in Amsterdam op vrijdagavond 4 november, kraakt het onder je voeten. Het zijn de resten van stukgeslagen piñata’s van kunstenaar Bert Jacobs. Hij is een van de makers van de groepsmanifestatie ‘Als het zwart is heb je nog 5 minuten’. Het zijn ook zijn uitdagende badmeesterstoelen waarop de kunsttalkshow, georganiseerd met steun van Pictoright, zich afspeelt.
----------------------------
De eerste editie van Stampa zit stampvol. Het gaat hier over kunst en kwesties, zegt host Sascha Bronwasser. Kwesties die helemaal in het straatje van Pictoright passen als: wat zijn je rechten als een kunstwerk dat je in opdracht van de gemeente voor de openbare ruimte hebt gemaakt niet wordt geplaatst wegens weerstand uit de buurt? Het overkwam Femke Schaap, die door een last-minute bewonersprotest haar kunstwerk WetlandWells in de opslag zag verdwijnen, die ze ook nog eens zelf moet betalen.
John Körmeling vertelt vermakelijke, maar minstens zo schrijnende anekdotes over zijn kunst die speelbal werd van de gemeentepolitiek. En curator van het Stedelijk Museum Lennart Booij pleit voor het instellen van straatcuratoren, die voor kunst op straat moeten zorgen. Sommige aanwezigen vinden te veel gereguleer, maar hij krijgt bijval van Pictoright-directeur Vincent van den Eijnde. Die relativeert dat je je tegen gekte niet kunt wapenen, maar adviseert wel om vooraf heldere afspraken te maken en vast te leggen.
Een andere kwestie: waarom verdient een kunstenaar eigenlijk zo belachelijk weinig? Ook dat heeft te maken met het recht om geld te vragen voor je werk. En dat doen kunstenaars nog te weinig, zeggen ook de aanwezige museacuratoren. Maar er zijn ook luchtiger onderwerpen, zoals een liederlijke lofzang op de Matroesjka poppetjes door kunstenaar Aukje Dekker. En een heldhaftig gesprek tussen NRCrecencist Sandra Smets en fotograaf Jan Hoek – ze gaf hem deze zomer slechts één vernietigende ster voor zijn expositie ‘New Supermodels’ in het Stedelijk Museum Schiedam.
Terwijl de host zich aan het begin van de avond nog beklaagt over een tekort aan reacties uit de zaal, heeft ze aan het einde moeite ze af te kappen. De kunstenaars roeren zich, hebben een mening en zijn het lang niet overal mee eens. Ze laten zich maar slecht afschepen met “daar praten we straks met een biertje over verder”. Gelukkig maar, want het moet niet saai worden in de kunst, is het geluid uit de zaal. Nog kwesties genoeg om over door te discussiëren dus. Dat kan op de volgende Stampa, begin 2017. ----------------------------
www.stampa.live / www.w139.nl
We zijn op werkdagen telefonisch bereikbaar van 9.00 tot 17.30 uur. Tel: 020 589 18 40
COLOFON redactie & productie
Marcel van de Graaf, Pictoright eindredactie Willemijn de Jonge, Mijnwerk vormgeving De Designpolitie, Amsterdam
Sinds november 2016 maakt Suzanne Henning deel uit van het bestuur van Pictoright. Zij is tevens directeur van DuPho, de beroepsorganisatie voor professionele fotografen. Suzanne Henning (1971) studeerde Publiciteit en Cultuur in Amsterdam. Ze beheerde onder andere 8 jaar een fotografiestudio en was 5 jaar verbonden aan Stichting De Roos (centrum voor Bewustwording aan het Vondelpark) als uitvoerend bestuurder/directeur.
Dit is een uitgave van Pictoright, de auteursrechtenorganisatie voor beeldmakers. Pictoright verdeelt collectieve vergoedingen, exploiteert primaire rechten, verleent juridische bijstand en zet zich in voor een betere auteursrechtelijke positie van visuele makers. Dit blad verschijnt twee keer per jaar om aangesloten beeldmakers en relaties op de hoogte te houden van de ontwikkelingen op het gebied van auteursrecht en de werkzaamheden van Pictoright.
Mocht u naar aanleiding van de inhoud opmerkingen of vragen hebben, stuur dan een mailtje naar redactie@pictoright.nl.
Pictoright
Visuele auteursrechten Nederland Sarphatistraat 606-608 1018 AV Amsterdam Postbus 15887 1001NJ Amsterdam T 020-589 18 40 F 020-412 42 69
www.pictoright.nl
Het oude hoofdkantoor van KPMG in Amstelveen stond lang leeg. De herbestemming tot woonappartementen leek een goede oplossing – alleen niet voor de architect van de originele gevel. Hij beriep zich op zijn persoonlijkheidsrechten om de sloop van de gevel te voorkomen.
Het kantorenpark De Bovenlanden in Amstelveen is uniek en een typisch voorbeeld van organische architectuur; meerdere architecten hebben verschillende gedeelten ontworpen. Maar het kantorenpark staat al zes jaar leeg; de eigenaar wil het daarom laten verbouwen tot luxe woonappartementen. Een ingrijpende verbouwing, waarbij onder meer de gehele voorgevel van het gebouw zal worden verwijderd. Om dit te voorkomen, spande de architect van de huidige voorgevel dit voorjaar een kort geding aan tegen de eigenaar. De architect beriep zich in de eerste plaats op zijn persoonlijkheidsrechten en stelde dat zijn reputatie wordt aangetast door de verbouwing.
Op grond van persoonlijkheidsrechten kan een architect zich inderdaad verzetten tegen verminking of aantasting van zijn ontwerp als daardoor zijn eer of goede naam wordt aangetast. De Hoge Raad heeft echter in een eerdere uitspraak in een soortgelijke situatie geoordeeld dat het persoonlijkheidsrecht van de architect niet kan worden ingeroepen bij totale sloop van een gebouw. Volgens de architect was er helemaal geen sprake van totale sloop omdat de grondstructuur en het casco van het gebouw gehandhaafd blijven. De rechter verwierp dit argument. De rechter vond namelijk dat de architect alleen persoonlijkheidsrechten heeft ten aanzien van de gevel. En aangezien de totale gevel wordt vernietigd bij de verbouwing, had een beroep op persoonlijkheidsrechten in dit geval geen zin.
De architect heeft daarnaast ook gesteld dat door het vernietigen van de gevel door de eigenaar misbruik wordt gemaakt van zijn recht. Onder bepaalde omstandigheden kan bij vernietiging van een gebouw namelijk sprake zijn van misbruik van een recht. Dit is het geval als de eigenaar van een uniek gebouw overgaat tot vernietiging zonder daarvoor een gegronde reden
te hebben. Daarnaast dient de architect in ieder geval in de gelegenheid te worden gesteld om het gebouw te documenteren voordat de vernietiging heeft plaatsgevonden.
Gegronde reden
De rechter vond echter in deze zaak dat de eigenaar van het gebouw een gegronde reden had om de gevel te verwijderen aangezien er geen vraag is naar appartementen in het gebouw in de bestaande stijl. Voor appartementen gelden dan ook andere eisen dan voor een kantoorpand volgens de rechter. De architect had bovendien ruim de mogelijkheid gehad om het gebouw in oorspronkelijke staat te documenteren. Volgens de rechter was de vernietiging van de gevel van het gebouw dan ook geen misbruik van recht. Deze uitspraak is in lijn met eerdere uitspraken van rechters, waaruit blijkt dat architecten de sloop van een door hun ontworpen gebouw niet tegen kunnen houden op grond van hun persoonlijkheidsrechten.