NMF Magazine 2020

Page 1

detail OOG VOOR

NMF MAGAZINE 2020

ADINDA VAN DELFT, ERNST REIJSEGER, CARLA LEURS, VADIM TSIBULEVSKY, ANDREAS POST, MASCHA VAN NIEUWKERK, SHAUNTELL BAUMGARD + JAAROVERZICHT 2019


‘Met deze prachtige vleugel kan ik mijn muziek nog beter delen met het publiek’ SEÁN MORGAN-ROONEY Vleugel: Bösendorfer (1975)

PHILIP KARMANOV Vleugel: Bösendorfer (1975)

‘Ik won direct vier prijzen. Je kunt je voorstellen hoe blij ik ben met deze harp’

‘Thuis dit prachtige instrument bespelen, daar geniet ik elke dag van!’

MERLE VAN DER LIJKE Harp: Lyon & Healy (2014)

‘Met mijn nieuwe viool ben ik veel creatiever’

POUYA AZIMI Viool: Johannes Bachmann (1912)

‘Zoveel klankkleuren! En zoveel mogelijkheden in ensembles’ REMI J. EDSON Altfluit: Eva Kingma (2018)

LAURA VILELA GARCIA Vioolstrijkstok: Karel van der Meer (20e eeuw)

‘Elke keer als ik mijn vioolkoffer open, bloeit mijn hart op’


VOORWOORD

AMBACHT KENT VELE

gezichten Tijdens de brainstorm met mijn NMF-collega’s over een thema voor dit magazine gebeurde er iets opmerkelijks. Er werden verschillende ideeën geopperd, die stuk voor stuk leuk waren, maar net niet geschikt. En toen, alsof het zo moest zijn, zagen we een glashelder verband: er kwam steeds één woord naar voren. Voor u ligt het nieuwe jaarmagazine van het Nationaal Muziekinstrumenten Fonds, dat helemaal over ambacht gaat. Uw eerste associatie met ambacht is waarschijnlijk producten die op traditionele wijze met de hand worden gemaakt. Dat is zeker zo: kijk maar naar de experts met wie wij samenwerken, die instrumenten bouwen, restaureren of decoreren. Zoals de Italiaanse meester Barchi (pagina 24), die ons nieuwe Monteverdi-orgel prachtig beschilderde. Maar ambacht heeft nog veel meer facetten. Finesse, perfectie en oog voor detail: daar draait het volgens ons om. Een instrument taxeren is net zo goed een klus die ambachtelijkheid vereist. Of ervoor zorgen dat het juiste instrument bij de juiste musicus terechtkomt, iets waar mijn collega’s zich dagelijks mee bezighouden. Steeds vaker komen musici met speciale wensen. Daar investeren wij graag in, omdat we willen aansluiten bij de wensen van de moderne musicus. Wat me brengt op een ander onderwerp. Vroeger was voor musici vooral het ambacht van ‘goed kunnen spelen’ belangrijk. Tegenwoordig is dat niet meer genoeg: ze moeten creatiever zijn en de musici die een eigen artistieke visie hebben, zijn het meest succesvol. Om dit te stimuleren, starten wij samen met de Stichting Eigen Muziekinstrument (SEM) voor onze musici een leergang ‘artistiek ondernemerschap’. Gelukkig zien we steeds vaker musici die hun eigen visie met succes benutten, zoals Carla Leurs (pagina 8). Er staat nog meer interessants op stapel. Zo komt er een campagne over nalaten aan het NMF (zie pagina 70) en gaan we actief op zoek naar jonge donateurs. Ook buigen we ons over de vraag hoe we meer structurele inkomsten kunnen werven. We zijn er trots op dat we een volledig particuliere stichting zijn. Dankzij uw steun kunnen getalenteerde musici instrumenten bespelen die de tand des tijds hebben doorstaan. Wij doen er alles aan om ons cultureel erfgoed te laten gebruiken en niet te laten verstoffen – en dat is ambacht ten voeten uit. Manon Veenendaal directeur NMF

©Melle Meivogel

‘Musici moeten tegenwoordig steeds creatiever zijn. Wij helpen hen graag hun eigen artistieke visie te ontwikkelen’ Dit magazine is geproduceerd in een verwarrende tijd. De meeste producties hebben plaatsgevonden voor de coronauitbraak, een enkele daarna. Bij het ter perse gaan van dit magazine kunnen we nog niet voorspellen wat de uiteindelijke impact van het coronavirus zal zijn. Duidelijk is wel dat de culturele sector hard wordt getroffen. Wij zetten ons voor honderd procent in om onze musici waar mogelijk te ondersteunen. Op pagina 85 leest u hier meer over.

3


INHOUD

08

WERELDEN

verbinden Violiste Carla Leurs wil klassieke muziek met zoveel mogelijk mensen delen. 'Ik wil mensen zĂł raken dat ze spontaan reageren op wat ik doe.'

71

HET OOG VAN

de meesters

Drie hoofdvakdocenten over het belang van een passend muziekinstrument voor hun leerlingen. 'Het is mooi om te zien dat leerlingen dan volgende stappen in hun ontwikkeling zetten.'

32

TALENT kent

geen leeftijd Adinda van Delft (12) en Ernst Reijseger (65) vonden dankzij het NMF een instrument dat perfect bij hen past.

4

68

BARRIĂˆRES

slechten Mascha van Nieuwkerk speelt graag werk van jonge componisten: 'De muziek van nu is zo inspirerend.'


06 DE VEERKRACHT VAN ONZE MUSICI 12 NIEUWE GELUIDEN: KORT NIEUWS 15/35/54 DONATEURS AAN HET WOORD 16 NIEUWE AANWINSTEN IN DE COLLECTIE 22 MUSICUS ZOEKT INSTRUMENT 24 DECORATIE VAN HET MONTEVERDI-ORGEL 28 AMBACHT VOLGENS AZIZ BEKKAOUI 36 HENKJAN HONING OVER MUZIEKCOGNITIE 40 (VOORLEES)VERHAAL SIMON VAN DER GEEST 44 EEN OVERZICHT VAN ONZE 411 MUSICI 46 SHAUNTELL DOORBREEKT GRAAG GENRES 55 JAAROVERZICHT NMF 2019 66 INTERVIEW MARCO BORGGREVE 70 NALATEN AAN HET NMF, HOE WERKT DAT? 76 OP BEZOEK BIJ PAYWAST AHMAD 80 DE CUYPERS-CELLO ONTLEED 82 GROOT GEWORDEN MET HET NMF

48

VIOLEN-

temmers Hoe een violist en vioolbouwer samen het pronkstuk uit de NMFcollectie naar een hoger niveau tilden.

COLOFON Jaargang 8, mei 2020 oplage 12.000

NMF Directeur: Manon Veenendaal Productie & promotie: Lennart van der Sman DPG Media Content Director: Yolande Verheyen | Content Manager: Wieke Ringeling | Art Director: Veronique van Campen | Account Director: Robin Schuit | Traffic: Andrea Lourens Fotografie cover: Maarten Noordijk Fotografie portretten achterzijde en binnenzijde: Melle Meivogel | Fotografie instrumenten: Cathy Levesque Aan dit nummer werkten mee: Menno de Boer, Marco Borggreve, Lars van den Brink, Jeroen Dietz, Joost Galema, Simon van der Geest, Annemiek de Gier, Marjory Haringa, Emma van Laar, Huub van der Linden, Melle Meivogel, Netty Nauta, Maarten Noordijk, Guido van Oorschot, Jannemieke Oostra, Karst-Janneke Rogaar, Jitske Schols, Marc de Smit, Rutger Vahl, Jeannette Verleg, Sander van Werkhoven Drukwerk: Walstead Vragen over dit magazine, uw donateurschap of over schenken aan het NMF? Stichting Nationaal Muziekinstrumenten Fonds Postbus 11912, 1001 GX Amsterdam Sint Annenstraat 12, 1012 HE Amsterdam 020 622 1255 info@muziekinstrumentenfonds.nl www.muziekinstrumentenfonds.nl IBAN: NL58 ABNA 0555 0286 66 KVK: 41205257 RSIN: 009056002 Beschermheer Z.K.H. Prins Constantijn Erevoorzitter prof. ir. W. Dik Oprichter Pieter Moerenhout †Alle rechten voorbehouden. Alle musici die zijn afgebeeld in dit magazine hebben of hadden tot voor kort een instrument of strijkstok van het NMF in bruikleen, tenzij anders vermeld. Eenieder die meent rechten te kunnen ontlenen aan deze uitgave wordt vriendelijk verzocht contact met het NMF op te nemen.

5


DE VEERKRACHT VAN ONZE MUSICI

MUZIEK

verheft ©Nick Helderman

©Marco Borggreve

Door de maatregelen rond de coronacrisis kwam het muziekleven plots tijdelijk stil te staan. Toch vonden veel musici alternatieve manieren om hun passie te kunnen blijven delen. Tekst: Jeannette Verleg

‘Muziek is een van de dingen die troost kan bieden’ 6

‘Spannend om te spelen voor een beeldscherm’

‘Experimenteren met livestreaming en podcasting’

Remy van Kesteren (31), harpist: ‘Ik zat al een paar dagen thuis en vroeg me af wat ik voor anderen zou kunnen doen. Op dat moment werd ik gevraagd voor Live Eet, een benefietconcert. Diverse artiesten traden rond etenstijd op vanuit hun eigen huis­ kamer, terwijl men geld kon doneren voor de Voedsel­bank. Het was spannend, want je zit te spelen voor een beeldscherm, vanuit je eigen huis. Maar het was een succes, er is flink gedoneerd! Daarnaast zou ik optreden in het Rosa Spier Huis, een woon- en werkcentrum voor oudere kunstenaars en wetenschappers. Dat optreden heb ik alsnog gedaan, vanuit de tuin. Ik gaf vijf mini­ concertjes en verplaatste me steeds, zodat iedereen het kon zien. Dat was heel bijzonder. Verder heb ik een livestream, te volgen op Facebook en Instagram. En ik heb nu de tijd om van de muziek die ik heb geschreven bladmuziek te maken.’

Shuann Chai (45), pianiste: ‘Op 20 maart had ik een intiem huisconcert op het NMF-kantoor gepland. Dat concert kon niet doorgaan, en al snel werd duidelijk dat het niet om één, maar alle concerten in de komende drie maanden zou gaan. Misschien nog langer. Veel collega’s van mij zijn begonnen met het livestreamen en daar wil ik zeker mee gaan experimenteren. Toch is het helemaal anders om voor een camera en niet een livepubliek te spelen. Bovendien moet ik eerst mijn studio opruimen voordat ik hem aan de buitenwereld laat zien! Daarnaast wil ik podcasts opnemen, met naast de muziek ook de geschiedenis en het menselijke verhaal van de componisten erachter. Eigenlijk wat ik ook al veel bij mijn concerten doe. Als deze periode achter de rug is, is het het allerbelangrijkst dat wij artiesten samenkomen, elkaar helpen en herbouwen, ten gunste van het hele culturele landschap.’


‘Muziek brengt verbinding, ik heb mijn buren veel beter leren kennen’ ©KlunderBie

©Renate Beense

©Sarah Wijzenbeek

‘Toen ik mijn viool pakte, viel iedereen stil’

‘Tijd om mijn nieuwe vleugel te ontdekken’

‘Spelen voor de buren op ons balkon’

Frederieke Saeijs (41), violiste: ‘Ik woon sinds vijf jaar in Madrid. De coronacrisis heeft hier hard toegeslagen. Het raakt me dat velen hun zieke moeder of vader niet kunnen zien. Hartverscheurend. De Spanjaarden zijn een expressief volk, om 8 uur ’s avonds zingt iedereen vanaf het balkon of voor het raam het Spaanse volkslied en roept men: “¡Viva España!" Dat is het mooiste moment van de dag. Een paar weken geleden vatten we zelf met alle bewoners uit de flat het plan op het volkslied te zingen. Toen ik spontaan de viool pakte, viel iedereen stil. Sindsdien geef ik regelmatig vanuit mijn raam een miniconcertje. Om dat te kunnen doen, geeft me een goed gevoel. Ik ben nu alweer aan het nadenken over wat ik een volgende keer kan spelen. Muziek is een van de dingen die troost kan bieden. En voor mijzelf is viool­ spelen het lichtpuntje van de dag. Als ik er even doorheen zit, móet ik spelen.’

Matteo Myderwyk (29), pianist: ‘Op de dag dat ik in de Grote Zaal van Paradiso zou spelen, heb ik het geplande concert gelivestreamd. Het was best spannend om voor een “laptopscherm” te spelen, zonder interactie met het publiek. Maar de reacties waren goed. Zo goed zelfs dat er een nieuwe sessie gepland staat eind juni, en dan voor een groter publiek, vanuit meerdere zalen. Het is een bijzondere, gekke tijd. Als muzikant mis ik vooral het samenzijn, het delen en samenwerken met anderen. Toch is zo’n solitaire periode voor een artiest ook wel weer mooi. Je kunt ergens helemaal in duiken, zonder de afleiding of de stress die je bij optredens nou eenmaal vaak hebt. Zo kan ik op het moment bijvoorbeeld alle tijd nemen om de nieuwe vleugel die ik net heb gekregen te ontdekken. En ik kan me in alle rust voorbereiden op het komende livestreamconcert.’

Eva Traa (32), violiste: ‘Ik woon in een pand aan het Javaplein in Amsterdam samen met andere jonge professionele musici. Toen ik beelden van de balkonconcerten uit Italië zag, dacht ik: kunnen wij niet ook zoiets doen? Omdat de Johannes- en MatthäusPassion in deze periode enorme traditie zijn, zijn we vanaf onze balkons delen gaan spelen. Opnames hiervan zijn gedeeld en het ontplófte! Van over de hele wereld kwamen reacties. Het heeft me echt geëmotioneerd om op deze manier samen muziek te maken en tegelijk wat te kunnen doen voor anderen. Het bijzondere is: het streven naar perfectie zit er bij musici enorm in. Maar dat moet je in deze setting noodgedwongen loslaten. En dan merk je dat de muziek evengoed toch binnenkomt bij mensen. Het brengt ook verbinding. Normaal leeft iedereen hier in dit gebouw zijn eigen leven, maar ik heb mijn buren hierdoor veel beter leren kennen.’

7


INTERVIEW CARLA LEURS

Violiste Carla Leurs was concertmeester van Maestro, het immens populaire televisieprogramma waarin BN’ers vurig streden om de Gouden Baton. ‘De kracht van klassieke muziek wil ik met zoveel mogelijk mensen delen. Dat is mijn missie.’ CARLA LEURS Carla Leurs begint op zesjarige leeftijd met viool­ lessen aan de Muziekschool Waterland. Ze studeerde aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag, het Cleveland Institute of Music en Juilliard School in Amerika. Ze speelde in diverse binnen- en buiten­ landse orkesten en won meerdere prijzen, waaronder de Juilliard Competition, het Tibor Varga Concours (in Sion, Zwitserland) en het Nederlands Vioolconcours Oskar Back. Ze was concert­ meester van het Orkest van het Oosten en maakte haar tv-debuut als concertmeester van het programma Maestro.

Tekst: Guido van Oorschot Fotografie: Lars van den Brink

WERELDEN

verbinden Van Bohemian Rhapsody tot Tzigane

Carla Leurs (41) woont aan een kronkelige dijkweg in de polders boven Amsterdam. Op de eettafel staan bloemen, zo’n fleurige bos die musici krijgen na een concert. ‘Ik heb dit weekend meegespeeld in het Strijkkwintet van Bruckner. Kamermuziek, superintiem. In het publiek zat een man heel het concert met betraande ogen. Dit kan muziek dus losmaken, dacht ik. Dat ik daar deel van uitmaak vind ik geweldig.’ Luchtige Maestro naast diepgravende Bruckner: welkom in het leven van Carla Leurs, de violiste die al sinds haar kindertijd laveert tussen het populaire en serieuze. Haar onwaarschijnlijke verhaal begint op een onwaarschijnlijke locatie: de jachthaven van Monnickendam. ‘Dat was het werkterrein van mijn vader, als gezin woonden we er in een loods. Naast ons repeteerde vaak BZN, de Volendamse band van Jan Keizer en Anny Schilder. Ik weet nog dat ik me als kleuter meldde met mijn plastic accordeonnetje. Ik wilde meedoen!’ MEISJESDROOM

Serieuzer werd het toen het gezin Leurs op een dag een piano kreeg, gratis en voor niks. Dan zou het wel leuk zijn als Carla ook op les ging, toch? Maar bij de Muziekschool Waterland zeiden ze dat de zesjarige nog te klein was. ‘Blokfluit of viool, dat kon wél. Kinderen in mijn klas speelden al blokfluit, dus ik dacht: doe mij dan dat andere ding maar. Wist ik veel wat een viool was!’ Toen ze na een paar maanden het Vioolconcert van Bruch wilde spelen, dat ze had gehoord op een lp van haar opa, vond haar docente het tijd voor

8


‘Als ik Brahms speel, heb ik het liefst een diepe toon met een gouden gloed’


‘De trillingen die je voelt als je met de strijkstok over de snaren gaat’

deskundig advies. Ze nam Carla mee naar Coosje Wijzenbeek, Nederlands bekendste vioolpedagoog. Die zag haar talent meteen. ‘Ik mocht komen en uiteindelijk moest ik twee, drie keer per week op en neer naar Hilversum. Vijf jaar lang hebben opa en oma me daarnaartoe gereden. En elke keer draaiden we dezelfde cd: de grote virtuoos Itzhak Perlman met muziek van Pablo de Sarasate.’ In die tijd begonnen ook de dromen. In de ene zag Leurs zichzelf in een blauwe jurk afdalen naar het podium van het Concertgebouw, als solist op weg naar het Vioolconcert van Tsjaikovski. In de andere speelde ze het Strijkkwintet van Dvorák, schouder aan schouder met Itzhak Perlman. ‘Iedereen zei: Car, doe normaal. Later gebeurde het écht.’

Iefke Wang, freelance projectmedewerker NMF ‘Carla is heel sympathiek en open. En bovendien is ze een fantastische violist die ook wat te vertellen heeft. Eerst als concertmeester en nu als solist. Ze werkt ook veel met kinderen, zo speelde ze laatst nog op een school waar twee jongetjes de NMFkleurwedstrijd hadden gewonnen. Wat mij betreft is Carla een echte ambassadeur voor de viool én voor de klassieke muziek. Ik wens haar alle geluk van de wereld toe.’

10

ROCKBAND

Maar het duurde nog even voordat het zover was. Eerst stapte ze van het Koninklijk Conservatorium in Den Haag over naar Zwitserland. ‘Ik kwam bij Stefan Muhmenthaler, een briljante docent die ik op een jaarlijkse zomer­ cursus had leren kennen. Soms zei hij aan het begin van een les: je hoeft je viool niet uit te pakken, we gaan samen wandelen. Liepen we naar de top van een berg, pratend over Schubert. Toch begon ik in Zwitserland gaandeweg te twijfelen. Was ik wel goed genoeg? Wat wilde ik met mijn leven? Het werd zo serieus dat ik mijn viool neerlegde en naar Amerika vertrok.’ Daar meldde Leurs zich aan voor vrijwilligers­werk en werd assistent in een klas met achten negenjarigen. ‘Er ging een wereld voor me open. Ik vond het heerlijk als de kinderen me ’s ochtends een knuffel kwamen geven.’ Maar ook in Seattle wist de muziek haar te vinden. Leurs draaide een blauwe maandag mee in een rockband. ‘We speelden Bohemian Rhapsody en andere hits. Niks was goed of fout, gewoon lekker spelen.’ Toen bleek de secretaresse van school bevriend met de concertmeester van het Seattle Symphony Orchestra. ‘Die móést ik leren kennen, vond ze. Ik sprak later ook de dirigent en die zei: Over een paar weken is meneer Perlman hier, wil je voor hem spelen? Wow... dacht ik. Ik had een jaar niet gestudeerd, maar natuurlijk zei ik geen nee.’


GRONDSTEWARDESS VIOOL Nicolas Lupot Parijs, 1808 Uit de nalatenschap van violiste Margreet van de Groenekan In de collectie sinds 2000 Geschenk van Anton Kersjes STRIJKSTOK Dominique Peccatte Parijs, midden 19e eeuw In de collectie sinds 2017 In bruikleen van een particulier

Dus daar stond ze, oog in oog met haar idool. 'Perlman vroeg: Ben je gelukkiger nu je geen viool meer speelt? Toen moest ik erkennen dat ik het fysieke toch wel miste, de trillingen die je voelt als je met de strijkstok over de snaren gaat. Weet je wat, zei Perlman, kom bij mij in New York studeren.’ New York, de fameuze Juilliard School of Music, ook daarvan had Carla Leurs gedroomd. Maar ze ging niet direct op het aanbod in. ‘Ik was er nog niet klaar voor. Ik was bang dat ik me tussen al die megatalenten niet staande zou houden. Eerst ben ik twee jaar naar Cleveland gegaan, naar een klein conservatorium met uitstekende docenten. Pas daarna heb ik mijn studie bij Perlman voltooid.’ In 2005 streek ze neer in Nederland. Leurs stuurde open sollicitaties, maar geen enkel orkest reageerde. Om rond te komen ging ze aan de slag als grondstewardess. ‘Later kon ik concertmeester worden van het orkest bij de musical Rembrandt. Daarna begon het balletje te rollen. Via een handvol concert­meestersbanen belandde ik uiteindelijk bij het Orkest van het Oosten in Enschede.’ CADENS

CARLA LEURS EN HET NMF Carla Leurs was dertien jaar toen ze haar eerste viool van het NMF in bruikleen kreeg. ‘Zonder die hulp was ik misschien wel gestopt. Mijn ouders konden echt geen viool financieren, de lessen betalen was al lastig genoeg.’ Tegenwoordig bespeelt ze een ander instrument uit de NMF-collectie: een Lupot uit 1808, die in het bezit was van violiste Margreet van de Groenekan en na haar overlijden werd geschonken door haar man Anton Kersjes. ‘Het is een prachtig instrument, maar het vermogen om tonen te kleuren is beperkt. Met de strijkstok van Peccatte, die ik sinds vorig jaar in bruikleen heb, kan ik steeds gedetailleer­der werken binnen de kleuren die het instrument heeft. Maar ik merk dat ik toe ben aan nieuwe kleuren. Als ik bijvoorbeeld Brahms speel, heb ik het liefst een diepe toon met een gouden gloed. Samen met het NMF ben ik nu op zoek naar zo’n topinstrument.’

Daar had Leurs een ervaring die haar leven een nieuwe wending gaf. ‘Vorig jaar traden we op in de serie CLASSSH, met klassieke muziek die klinkt in de ambiance van een popconcert. Eerst speelden we de Symfonie van César Franck, daarna soleerde ik in de Tzigane van Maurice Ravel. Toen ik me uitleefde in een cadens hoorde ik vanuit de zaal opeens zo’n typische popkreet: yeahh!!! Ik besefte meteen: dit is wat ik zoek. Ik wil mensen zó raken dat ze spontaan reageren op wat ik doe.’ Leurs zegde haar baan op. En nu jaagt ze een nieuwe versie na van haar oude meisjesdroom: Tsjaikovski spelen in het Concert­ gebouw, al dan niet in een blauwe jurk, in een bomvolle Grote Zaal, maar dan speciaal voor mensen die er nog nooit een voet over de drempel hebben gezet. ‘Ik weet nog niet precies hoe, maar heb er zeker al ideeën over. Eén ding staat vast: de kracht van klassieke muziek wil ik met zoveel mogelijk mensen delen.’

11


KORT NIEUWS

NIEUWE

geluiden GENEREUZE SCHENKING VAN TWEE TOPVIOLEN

Jacobs, Verbeek, Rombouts, Cuypers... Nederland kent een indrukwekkende vioolbouw­geschiedenis. De oudHollandse meesterbouwers uit de 17e en 18e eeuw krijgen internationaal steeds meer erkenning en hebben een bijzonder plekje binnen de NMFcollectie. Het NMF zet ze daarom graag letterlijk ‘op de kaart’. Kaartenmapjes van uitgeverij Bekking & Blitz met onze instrumenten zijn nu te koop! Een mapje bevat tien verschillende wenskaarten met enveloppen en kost € 8,99. De verkoop komt voor een deel ten goede aan het NMF. Onder nieuwe donateurs verloot het NMF tien kaartenmapjes. Kans maken? Kijk op pagina 86.

©Marco Borggreve

OUD-HOLLANDSE VIOOLBOUW OP DE KAART: NU TE KOOP!

In mei 2019 belde Jochem van Eeghen, voorzitter van de Van Eeghen Stichting, het NMF omdat hij wilde komen praten over de schenking van twee bijzonder mooie violen. De grootvader van Jochem van Eeghen erfde rond 1940 beide violen van Joan Adriaan Hugo van Zuylen van Nijevelt (1854-1940), dirigent en onder andere medeoprichter van het Residentie Orkest. Het was de wens van Van Zuylen dat de instrumenten het Nederlands muziekleven blijvend ten goede zouden komen. Dit vormde de aanleiding voor de oprichting van de Van Eeghen Stichting, die de violen lange tijd beheerde en onder het voorzitterschap van Jochem van Eeghen in bruikleen gaf aan vele talentvolle violisten. De Van Eeghen Stichting ziet het NMF als de aangewezen organisatie om ervoor te zorgen dat de violen ook op de lange termijn ten goede blijven komen aan het Nederlands muziekleven. Inmiddels worden de violen bespeeld door Peter Brunt en Sanne Hunfeld.

Dudok Kwartet verrijkt met oud-Hollandse altviool

Een Jean Baptiste Lefèbvre-altviool uit Amsterdam, ca. 1760, kwam in 2019 op het pad van het NMF. De timing was bijzonder omdat het NMF een kandidaat op de wachtlijst had staan (Marie-Louise de Jong, altiste van het Dudok Kwartet) voor wie er vanuit de bestaande collectie geen oplossing leek te kunnen worden geboden. Toen Marie-Louise dit oudHollandse juweel in handen kreeg om uit te proberen, voelde ze onmiddellijk een klik. Er volgde ruim een maand van uitproberen en klanktests met haar kwartetleden, waarbij ook andere hoogwaardige altviolen werden betrokken ter vergelijking. De Lefèbvre bleek in alle opzichten de ideale partner voor zowel Marie-Louise als voor het hele Dudok Kwartet. Experts waren het er unaniem over eens dat het een zeldzaam mooie alt betrof, uniek in zijn soort vanwege de – voor die tijd – forse maat. Met deze aankoop bereikt het NMF twee doelen: weer een musicus helpen met een passend instrument en het behouden voor het Nederlands muziek­leven van een prachtig stuk cultureel erfgoed. Alle leden van het succesvolle Dudok Kwartet bespelen instrumenten uit de collectie van het NMF. ©Marco Borggreve

12


MONTEVERDI-ORGEL NU IN GEBRUIK Een historische dag op een historische locatie. Na bijna twee jaar hard werken luidde het NMF op zondag 19 januari 2020 in de Amersfoortse FranciscusXaveriuskerk officieel het Monteverdi-orgel in. Een afgeladen kerk was getuige van een concert waarin de nieuwe aanwinst van de NMF-collectie in al zijn facetten getoond en betoond werd. Voorzien van een feestelijke rode strik werd het orgel plechtig overgedragen aan eerste bespeler en initiatiefnemer Krijn Koetsveld. De open pijpen van Italiaans cipressenhout zorgen voor de delicate, dragende ‘suave’-klank zoals componist Claudio Monteverdi die in 1610 beschreef. In Italië is het orgel voorzien van prachtige schilderingen. De eerste reserveringen van musici en ensembles om het orgel te bespelen zijn al binnen. Op pagina 24 leest u meer over het decoreren van het orgel.

De open pijpen van Italiaans cipressenhout zorgen voor de delicate ‘suave’klank zoals Monteverdi die beschreef

STEINWAY VOOR DE MUZIEKHAVEN IN ZAANDAM Eind 2018 wilde violiste Maria Milstein samen met haar partner Mathieu van Bellen (beiden geen onbekenden voor het NMF) eens praten met het NMF om hun droom met ons te delen. Ze vertelden enthousiast over een prachtige kerk in Zaandam die zij met fondsenwerving hadden weten te verwerven. Het doel: de kerk omtoveren tot een uniek kamermuziek­centrum, genaamd MuziekHaven. Een plek waar musici zich kunnen terugtrekken om zich volledig aan de muziek te wijden. Maria en Mathieu vroegen zich af of het NMF op de een of andere manier zou kunnen bijdragen aan deze droom. Ze zochten bijvoorbeeld nog een mooie vleugel… Het initiatief van de musici leek ons dermate zinvol en belangrijk dat het NMF besloot er een van onze beste vleugels uit de collectie te plaatsen: een Steinway B-211. De vleugel is destijds door de eigenaar zelf zorgvuldig uitgekozen in de fabriek in Hamburg en kwam na zijn overlijden in 2014 in de collectie van het NMF. Het NMF is erg blij dat de vleugel zo’n waardige bestemming heeft gekregen en hoopt dat vele musici er dankbaar gebruik van zullen maken.

In memoriam

Theo Laceulle (1946-2020) Afgelopen maart is onze betrokken vrijwilliger Theo Laceulle overleden. Intens verdrietig zijn wij door dit onverwachts overlijden. Theo zette zich de laatste jaren in om de historie van muziekinstrumenten te ontrafelen en kwam daarom wekelijks bij ons over de vloer. Daarnaast werd hij namens het NMF de intermediair tussen musici en tientallen concertorganisaties en particulieren. Zijn fabelachtige en parate kennis van muziek kwam daarbij goed van pas. ‘Onze lopende muzikale encyclopedie’, zeiden we weleens gekscherend tegen elkaar. Theo wás muziek. Jarenlang was hij veel meer voor ons dan een vrijwilliger en we deelden met elkaar onze liefde en enthousiasme voor het NMF en de musici. Wij missen hem enorm. 13


KORT NIEUWS

Zeldzaam originele cello aangekocht

DONEER VOOR DE CUYPERS Tijdens het Presentatieconcert 2019 vroegen wij om een bijdrage voor de noodzakelijke restauratie aan een cello, gebouwd door Johannes Theodorus Cuypers omstreeks 1770. Al dertig jaar in de collectie, maar toe aan een ingrijpende restauratie om de hoogste kwaliteit terug te krijgen die nodig is voor onze musici. Die campagne heeft € 12.000 van de benodigde € 25.000 opgeleverd! Veel dank. Doneren kan nog steeds via www.muziekinstrumentenfonds. nl/cuypers. Vioolbouwer Hubert de Launay in Utrecht vordert met de restauratie. De cello is naar verwachting in de zomer van 2020 weer klaar voor gebruik. Kijk voor meer informatie over dit unieke instrument op pagina 80.

Het NMF streeft ernaar om unieke oudHollandse strijkinstrumenten te behouden voor het Nederlandse muziekleven. Met de aankoop van een zeldzaam mooie Cuyperscello (Den Haag, 1786) is ons dat opnieuw gelukt. Experts zien deze cello als misschien wel het meest ongeschonden oudHollandse strijkinstrument uit de 18e eeuw. Het grootste deel van de originele lak is behouden gebleven en ook de hals is nog origineel van Cuypers. Dat maakt deze cello bij uitstek geschikt om op historische wijze klassiek en vroegromantisch repertoire uit te voeren. De cello is afkomstig uit particulier bezit en werd drie generaties in dezelfde familie bespeeld. De eerste eigenaar uit de familie was arts en amateur-cellist. De cello kwam in zijn bezit als betaling en dank voor verleende medische zorg aan een patiënt. De laatste in de familie die de cello bespeelde, was zijn klein­dochter. We gaan ervan uit dat we snel een bespeler zullen vinden voor wie deze speciale cello het ultieme instrument zal zijn. De cello is op dit moment op proef bij celliste Octavie Dostaler-Lalonde.

Deze cello wordt gezien als het meest ongeschonden oud-Hollandse strijkinstrument uit de 18e eeuw

Waardevol naslagwerk NMF-vrijwilliger Jan Boekhout heeft een passie voor strijkinstrumenten en hun geschiedenis. In minder dan een jaar tijd heeft hij het NMF voorzien van meer dan veertig uitgebreide biografieën van vioolbouwers en strijkstokkenmakers. Jan is elke maandag te vinden op het NMF-kantoor, waar hij informatie uit de aanwezige boeken en vakartikelen verzamelt. Verder haalt hij informatie uit een grote hoeveelheid bronnen en brengt dit tot een coherent geheel. Daarnaast doet hij historisch onderzoek door het raadplegen van naslagwerken en archieven en houdt hij interviews met nabestaanden van vioolbouwers. Dit onderzoek is uniek en van grote waarde voor het NMF als kennis­platform. De biografieën publiceren wij op de website en het aantal groeit wekelijks. Neem gauw een kijkje!

14


DONATEUR IN BEELD

CAREL VAN DE GIESSEN DONEERDE ZIJN FORTEPIANO AAN HET NMF Tekst: Menno de Boer Fotografie: Marjory Haringa

‘Mijn liefde voor de fortepiano is tijdens lange autoritten ontstaan. Begin jaren negentig verhuisden we naar een oude boerderij in de Achterhoek. Omdat mijn werk daar ver vandaan was, kocht ik cd’s met alle pianoconcerten van Mozart uitgevoerd op fortepiano, voor onderweg. Dat instrument klinkt echt heel anders dan een gewone piano. Heel karakteristiek. Zelf speel ik sinds mijn twaalfde piano. Later ook klavecimbel en fortepiano. Want als je graag naar muziek luistert, wil je die ook zelf kunnen uitvoeren. Ik hoorde van een Duitse firma die kopieën van antieke instrumenten maakt. Daar kocht ik, na een middagje spelen op verschillende instrumenten, een kopie van een Dulcken-fortepiano. Toen ik na mijn pensionering in enkele ensembles ging spelen, was dat alleen op klavecimbel en piano.

We hadden genoeg ruimte voor die drie toetsinstrumenten en een fortepiano is mooi om te zien, maar daar heb je een instrument natuurlijk niet voor. Samen met mijn vrouw heb ik toen besloten hem aan het Nationaal Muziekinstrumenten Fonds te schenken. Niet lang daarna kwam er op voordracht van het NMF een Canadese jongeman bij ons op bezoek. Hij had in Nederland zijn fortepianostudie afgerond en heeft hier de hele avond gespeeld. Hij was erg enthousiast en zou het instrument graag in bruikleen krijgen. Mijn fortepiano is dus in goede handen gekomen. Een prettig idee.’

15


INTERVIEW MET FRITS SCHUTTE, HOOFD COLLECTIE

EEN INSTRUMENT

op maat Tekst: Joost Galema Illustraties Jannemieke Oostra Fotografie Sarah Wijzenbeek

Onze nieuwe aanwinsten: Aankoop Replica Stein, twee uitwisselbare klavieren

16

Aankoop

Aankoop Mara-Stradivariusmodel

Fortepiano | Gerard Tuinman

Cello | Orsolo Gotti

Cello | Daniël Royé

Bespeler: Artem Belogurov (1986)

Bespeler: Mascha van Nieuwkerk (1990)

Bespeler: Andrej van Brakel (2005)


De wereld van de instrumenten is fascinerend en mysterieus. Dat merkt het hoofd Collectie van het Nationaal Muziekinstrumenten Fonds elke dag. Frits Schutte verzamelt zoveel mogelijk kennis en inzichten om musici op weg te helpen. 'Wij zijn altijd bezig hun spectrum te verbreden.' Wie zich omringt met instrumenten stuit op mythen. Op deze zonnige middag, begin maart, vertrekt Frits Schutte naar het Concertgebouw. Het hoofd Collectie van het NMF zal daar een mogelijke aankoop bekijken en beluisteren: een oude contrabas waarvan de geschiedenis zo’n twee eeuwen teruggaat tot de Italiaanse virtuoos Domenico Dragonetti. In Wenen speelde hij met Beethoven diens Tweede Cellosonate, waarna de componist – zo wil de overlevering – opsprong vanachter zijn vleugel om de contrabassist en zijn instrument te omhelzen.

Geschenk Kopie Dülcken uit ca. 1815

Geschenk Geschenk Uit de Van Eeghen Stichting

Viool | Etiket Leopold Widhalm

Viool | Anoniem, Venetië

Fortepiano | Neupert

Bespeler: wordt geselecteerd

Bespeler: Peter Brunt (1961)

Bespeler: Anders Muskens (1993)

17


WEDIJVEREN MET EEN STRADIVARIUS Soms zitten zulke mythen in de weg. ‘Menig strijker die bij ons aanklopt, zoekt op voorhand naar oud en Italiaans’, zegt Schutte. ‘Want daar spelen de beroemde solisten op. En de grote musici houden die mythen in stand, want vroeg of laat wordt het instrument verkocht door henzelf of de eigenaar die het hun in bruikleen geeft. Dan moet het weer zijn geld opleveren. Veel belangen zijn verweven. En dat maakt het voor de moderne bouwers lastig zichzelf goed op de kaart te zetten. Wie zegt dat zijn violen en cello’s zich kwalitatief kunnen meten met Stradivari of Guarneri, wordt weggelachen. En toch, vier jaar geleden bewees een Franse studie dat musici noch toehoorders in een blinde luistertest onderscheid konden maken tussen nieuwbouw en oude meesters.’

‘Kan een viool van vandaag over twee eeuwen wedijveren met een Stradivarius?’ Het NMF verzamelt zulke onderzoeken en deelt de kennis met de musici die bij het fonds belanden. ‘Dromen over een Guarneri del Gesù van anderhalf miljoen blijven meestal onvervuld. Maar wanneer nieuwe instrumenten die klank kunnen benaderen – soms zelfs beter zijn – dan kunnen wij hen op dat spoor zetten. Waar kunnen zij die instrumenten vinden, hoe moeten ze ernaar zoeken? En de vraag is ook hoe strijkinstrumenten zich ontplooien. Kan een viool van vandaag over twee eeuwen wedijveren met een Stradivarius? De oude Italiaanse instrumenten kwamen in handen van de beste musici en restaurateurs die door de tijd heen zorgden voor een optimale afstelling. Vaak zien we: als nieuwbouw na vijf minuten niet klinkt, wordt het instrument weggelegd. Maar wie een viool van twee ton mag uitproberen, is bereid maandenlang alle uithoeken te verkennen om de goede klank te vinden.’

NIEUWE HORIZONTEN Sinds zijn oprichting omarmt het NMF nieuwbouw, vooral die van Nederlandse bodem. Ook onder musici ziet Schutte langzamerhand een kentering. Er ontstaat een grotere openheid ten aanzien van moderne instrumenten. ‘We gingen het afgelopen jaar voor de nu zestienjarige Sasha Witteveen op zoek naar een contrabas, waarop zij zich als virtuoos kan ontplooien. We lieten haar – zoals we vaker doen – verschillende exemplaren proberen tijdens een klanktest. Sasha bespeelde negen bassen in het Conservatorium van Amsterdam, daarmee kon ze tot een afgewogen keuze komen. Die maakte ze met hulp van haar leraar, onze collectiebeheerder Geertje van der Linden, andere bassisten en bouwers. Want we willen er zeker van zijn dat talenten na Sasha ook op zo’n instrument uit de voeten kunnen. Er bleven uiteindelijk twee bassen over. En zij koos een pas gebouwde Scaramelli, het nieuwste en goedkoopste instrument. Er zaten oude Aankoop Open orgelpijpen van Italiaans cipressenhout

Aankoop nog originele hals

Geschenk 155 cm (baby-vleugel)

Cello | Johannes Theodorus Cuypers Bespeler: op proef bij Octavie Dostaler-Lalonde (1987)

18

Vleugel | Kawai Bespeler: tijdelijk bij Cuong Hoang Vu (1994) wegens coronacrisis

Monteverdi-orgel | Klop Bespeler: Krijn Koetsveld (1953) en te leen op projectbasis


Italiaanse en Franse bassen van grote naam tussen, maar Sasha liet zich niet leiden door reputatie, maar puur door klank.’ Het NMF helpt talenten op verschillende manieren: het fonds zoekt – zoals bij Witteveen – naar een instrument dat past bij een musicus, maar ook andersom. En soms mogen bouwers een instrument ‘op maat’ maken: het Italiaanse Salvi ontwikkelde een paar jaar geleden met harpist Remy van Kesteren de Réus 49, die nieuwe muzikale horizonten opent. De Duitser Claus Hüttel bouwde een triple harp voor Gwyneth Wentink, waarop ze nu prachtig barokmuziek kan vertolken, onder meer bij de English Baroque Soloists van John Eliot Gardiner. En natuurlijk was er begin dit jaar de inwijding van het Monteverdi-orgel, gemaakt voor Krijn Koetsveld door Klop Orgels in Garderen. ‘Vernieuwen is belangrijk’, vindt Schutte, 'zeker in deze tijd, waarin jongeren zich

Aankoop 3 rijen snaren

weinig gelegen laten liggen aan de scheidingsmuren tussen verschillende genres. Daardoor kan het klankideaal veranderen. Iemand als Remy is daar een voorbeeld van. En op dit moment voeren we gesprekken met de “panfluiter des vaderlands” Matthijs Koene en Flentrop Orgelbouw uit Zaandam om een metalen panfluit te ontwikkelen. Hij is een pionier van dat instrument in de klassieke muziek, voor hem werden meer dan driehonderd nieuwe stukken geschreven. Wij willen hem helpen zijn spectrum verder te verbreden.’

‘Het behoud van cultureel erfgoed zien we als cruciaal onderdeel van ons werk’ CULTUREEL ERFGOED Koene, Van Kesteren, Wentink en Koetsveld zijn ‘gearriveerde’ musici, en in zekere zin uitzonderingen, want het NMF bekommert zich ook om de jonge talenten, voor wie een goed instrument lastig te bekostigen is.

Geschenk

‘Het ontbreken daarvan kan ervoor zorgen dat hun ontplooiing stokt. Ze lopen tegen een grens aan en dan kunnen ze bij ons terecht.’ Het Fonds beheert zo’n vijfhonderd instrumenten, waarvan het merendeel een bespeler gevonden heeft. ‘Het is niet onze taak om te verzamelen. Wij zijn hier om beloftevolle musici aan inspirerende instrumenten te koppelen.’ Afgelopen jaar kende zeventien nieuwe aanwinsten: vier violen, drie cello’s, Witteveens contrabas, een gitaar, drie vleugels, twee fortepiano’s, een klavecimbel, het Monteverdi-orgel en Wentinks triple harp. Opvallend is dat er zes instrumenten van Nederlandse makelij tussen zitten. Behalve de Cuypers-cello uit 1786 zijn ze allemaal uit het huidige millennium. ‘We vinden het belangrijk bouwers van eigen bodem in de collectie te hebben’, zegt Schutte. ‘Want daar zitten parels tussen. Het behoud van cultureel erfgoed zien we als een cruciaal onderdeel van ons werk. Dit is geen primaire taak, maar wel een waardevolle bijvangst. En Nederlandse bouwers hebben door de

Aankoop Eeuwenoud naaldhout van een dakbalk van de Frauenkirche in München

Aankoop Achterblad van een oude tafel uit een boekwinkel uit Milaan

Triple harp | Claus Hüttel

Vleugel | Hoffmann

Contrabas | Sergio Scaramelli

Gitaar | Theo Scharpach

Bespeler: Gwyneth Wentink (1981)

Bespeler: tijdelijk bij Jelle Willems (1999) wegens coronacrisis

Bespeler: Sasha Witteveen (2003)

Bespeler: Martin van Hees (1990)

19


eeuwen heen prachtige instrumenten gemaakt. Zo’n Cuypers-cello, die we nu hebben verworven, is internationaal zeer gewild, die gaat op een buitenlandse veiling al snel voor twee ton van de hand. Maar we hebben ook net een nieuwe cello gekocht bij de Amsterdamse bouwer Daniël Royé. Van hem hadden we een instrument in de collectie, maar de musicus die het van ons leende, wilde dat graag kopen. Dan kijken we of het vervangbaar is. Soms bouwt een maker inmiddels heel anders en is zo’n cello uit een eerdere periode uniek. In dat geval verkopen we niet. Maar nu konden we een soortgelijk instrument door Royé nieuw laten bouwen. Hij is een purist die goed luistert naar musici, en dus voortdurend blijft groeien. Door zulke instrumenten te bestellen, kunnen we bijdragen aan de ontwikkeling van Nederlandse bouwers. Dat is ook voor de musici van groot belang.’

‘We vinden het belangrijk bouwers van eigen bodem in de collectie te hebben, want daar zitten parels tussen’

Afgelopen jaar was er in de media veel aandacht voor instrumenten die steeds vaker belanden bij rijke verzamelaars en musea, waardoor ze buiten het bereik raken van musici. ‘Aan de ene kant is het jammer dat violen en cello’s onbespeeld in vitrines liggen, maar het is eveneens belangrijk dat de grote meesters bewaard blijven, zodat toekomstige bouwers voor het vergaren van kennis altijd op deze voorgangers kunnen terugvallen. Anderzijds worden veel van die instrumenten niet tentoongesteld; ze dreigen in kasten te verstoffen. Daar proberen we iets aan te doen.’ MEESTERVERVALSERS Het fonds krijgt in toenemende mate vleugels aangeboden, ‘maar slechts een klein deel van dat aanbod is geschikt voor onze veeleisende doelgroep’, zegt Schutte. ‘Bovendien wonen veel studerende pianisten vaak te klein. Dat vormt een drempel. Wij bespreken met conservatoria hoe zij kunnen meedenken over het oplossen van dit probleem.’ Maar het meest tot de verbeelding spreken toch de violen en de verhalen die hiermee samenhangen. De inmiddels opgeheven Van Eeghen

Stichting schonk vorig jaar een tweetal violen aan het NMF. In de eerste stond een etiket van Stradivari, maar onderzoek wees uit dat het gebruikte hout te nieuw was. ‘We kunnen zelfs niet met zekerheid zeggen dat het een Italiaanse viool is’, vertelt Schutte. ‘Vermoedelijk is het instrument van de Britse gebroeders Voller, drie meestervervalsers uit de 19e eeuw. Maar het blijft een prachtige viool, die nu in bruikleen is bij Sanne Hunfeld, onder meer tweede violiste in het Koninklijk Concertgebouworkest. In de tweede viool zit een etiket Amati. Maar het werd ook hier al snel helder dat dit niet klopte. De viool is vrijwel zeker in Venetië gebouwd aan het begin van de 18e eeuw. De bouwer is echter anoniem. Instrumenten vormen een fascinerende en vaak mysterieuze wereld. ‘Daarom blijven we voortdurend in gesprek met de bespelers, en verzamelen we overal kennis, zodat we niet alleen onze eigen collectie kunnen verfijnen, maar musici ook de weg kunnen wijzen naar een eigen instrument.’

Geschenk Uit de Van Eeghen Stichting

Legaat Tan Crone-vleugel, 211 cm

Vleugel | Steinway & Sons Bespeler: wordt geselecteerd

20

Geschenk

Klavecimbel | Fred Bettenhausen Bespeler: Artem Belogurov (1986)

In bruikleen van een particulier

Viool | Hannibal Fagnola Bespeler: wordt geselecteerd

Viool | Anoniem, mogelijk Voller Brothers Bespeler: Sanne Hunfeld (1981)


Gebouwd door Eva Kingma, Grolloo 2018 "Kingma & Brannen-altfluit" Aangekocht met een donatie van het Pieter Houbolt Fonds Bespeler: Remi Edson

Binnendiameter: 5 mm groter dan bij een normale fluit. Lengte: 20 cm langer dan een normale fluit.

F#-voetstuk: voor de lage noten.

ALTFLUIT Open kleppen: Het unieke Kingmasysteem heeft 6 extra open kleppen. Je kunt zo de missende kwarttonen en multifone klanken maken. Ideaal voor jazz!

Eva Kingma’s vader was beeldhouwer, haar moeder pianiste. Ze groeide op met klassieke muziek in het atelier van haar vader. Met haar oom Dirk Kuiper, fluitenbouwer en fluitist bij het Concertgebouworkest, ruilde haar vader een beeld tegen een fluit voor Eva, die ze regelmatig uit elkaar haalde. Ze nam zijn werkplaats over. In 1989 verhuisde ze naar haar atelier in Grolloo, waar ze zich specialiseert in het bouwen van (zeer) lage fluiten: ‘Ik werk met Egbert Streuer, de zijspancoureur en veelvuldig wereldkampioen, in Drenthe bij iedereen bekend. Toen ik hier kwam wonen, stapte hij net uit de racerij. Hij is een onvoorstelbaar goede technicus. Thuis heeft hij een metaaldraaierij voor zijn motoren. En inmiddels draait hij ook alles wat je voor de fluiten maar kunt draaien. Ook zilversmid David Kerkhof werkt al jaren voor mij.'

Corpus: zilver en verzilverd. Het mechaniek is verzilverd brons/messing om de fluit niet onnodig zwaar te maken. 21


IN 8 STAPPEN NAAR DE PERFECTE MATCH

MUSICUS ZOEKT INSTRUMENT

Ben je als musicus op zoek naar een instrument? Dan ben je bij het NMF aan het goede adres. Geertje van der Linden van het team collectiebeheer bij het NMF over de aanvraag en toekenning van een muziekinstrument.

Stap 2 EERSTE BEOORDELING

Stap 1 AANVRAAG INDIENEN Musici worden vaak op het NMF geattendeerd door hun docenten, maar regelmatig vinden ze ook zelf de weg naar ons. De eerste stap om een muziekinstrument uit de collectie van het NMF in bruikleen te krijgen, is het indienen van een online aanvraag. De aanvraag vereist een motivatie, een video-opname van een lyrisch en technisch fragment, aanbevelingen, een cv en een toekomstplan.

22

Is de aanvraag compleet, dan neem ik die aanvraag in behandeling en maak ik meteen een eerste beoordeling. Hierbij let ik vanzelfsprekend op het samenspel van de opnamen, maar niet minder belangrijk zijn het toekomstplan, de aanbevelingen en de motivatie.

Stap 3 INTAKEGESPREK EN KENNISMAKING Daarna wordt de musicus uitgenodigd door mijn collega Katrien Kloos voor een nadere kennismaking op het kantoor van het NMF. Tijdens dit intakegesprek geef ik uitleg over de werkwijze en voorwaarden van het fonds. Ik ga ook in op details van de aanvraag – naar wat voor instrument is iemand op zoek? – voordat deze naar de onafhankelijke commissie gaat. Zijn de opnamen van goede kwaliteit? Zijn de toekomstplannen duidelijk? Staat alles helder op papier? Kortom: is de aanvraag overtuigend?


Stap 4 BEOORDELING Als de musicus en ik tevreden zijn over de aanvraag is het tijd voor de onafhankelijke Instrumentencommissie om de aanvraag te beoordelen. Deze commissie, die bestaat uit diverse deskundigen, is met zorg door het NMF samengesteld en komt vier keer per jaar bijeen. Wij zijn met het team collectiebeheer altijd aanwezig bij deze vergaderingen. Hoofd collectiebeheer Frits Schutte zit de vergadering voor. Het advies van de Instrumentencommissie resulteert, samen met dat van het NMF, in een toekenning of afwijzing. Onze directeur Manon Veenendaal bekrachtigt het besluit.

Stap 6

Stap 8

SPEEDDATEN

PERFECTE MATCH

Wat volgt is een belangrijk moment in de carrière van de musicus. Hij of zij komt namelijk langs bij het NMF om instrumenten te komen testen. Van tevoren begeleid ik de musicus hier goed in. Na een uur testen, is je gehoor namelijk behoorlijk uitgeblust. Het is dus zaak om je goed op deze afspraak voor te bereiden en na te denken over wat voor instrument en geluid je zoekt. Het NMF vergelijkt zo’n sessie weleens met speeddaten.

Is de perfecte match tussen musicus en instrument gelukt, dan wordt de overeenkomst getekend en krijgt de musicus het instrument officieel in bruikleen. Dit is de start van een vaak lange relatie met het NMF. Dan kan de magie eindelijk echt beginnen!

Stap 7 TESTEN

Stap 5 INFORMEREN Na het definitieve besluit vertel ik de musicus of de aanvraag ontvankelijk is verklaard. Een afwijzing voorzie ik van een onderbouwing, zodat de musicus daar voor een eventuele volgende aanvraag lering uit kan trekken. Is de aanvraag van een musicus goedgekeurd, dan wordt hij of zij uitgenodigd om te kijken of er passende instrumenten beschikbaar zijn. Is dat niet het geval, dan komt de musicus op een wachtlijst. Dit is helemaal afhankelijk van het type instrument, het niveau en de wensen van de musicus.

Net als bij een partner kost het ook met een instrument even tijd om echt te weten of er een match is. En je wilt er toch graag heel wat jaartjes mee doorbrengen! Vandaar dat de musicus meestal een paar instrumenten op proef mee mag nemen. Twee weken lang kan hij of zij de instrumenten uitproberen in verschillende situaties, zoals tijdens de les, thuis of in hun ensemble. Sommige musici weten op jonge leeftijd nog niet wat voor geluid ze precies zoeken. Het mooie aan het NMF is dat een musicus de kans heeft om door te groeien. Je hoeft je dus niet meteen vast te leggen; er is altijd ruimte voor ontwikkeling en als het nodig is, krijgt de musicus de mogelijkheid te zoeken naar een beter, passender instrument.

Geertje van der Linden, collectiebeheerder NMF ‘Dankzij mijn werk weet ik hoe fantastisch het is als een instrument kan worden doorgegeven aan de volgende generatie. Veel musici komen hier op jonge leeftijd binnen, zoals Alexander Waren­berg die begon op een driekwart cello en inmiddels speelt op een prachtige Vuillaume uit Parijs. De zoektocht van jonge talenten naar een eigen geluid vind ik het mooist. Dat ze uiteindelijk – door verschillende klanken te hebben geprobeerd – uitkomen bij de ideale match: het instrument dat écht bij hen past.’

23


DE BESCHILDERING VAN HET MONTEVERDI-ORGEL

Barchi maakt zijn sjablonen altijd zelf, ook die voor het Monteverdi-orgel

decoratie IS RITME Het bezoek aan Michele Barchi in Italië vond plaats voor de corona-uitbraak. Maart 2018: Krijn Koetsveld komt bij het NMF met het idee voor een orgel dat recht doet aan Monteverdi’s ideaal.

24

September 2018: Na intensief vooronderzoek omarmt het NMF het project.

November 2018: Het NMF ontvangt financiële steun voor dit project van een particulier.

December 2018: Het NMF plaatst de opdracht bij de firma Klop in Garderen.


Een mooie amberkleurige lak of chic zwart volstond niet voor het Monteverdi-orgel dat het Nationaal Muziekinstrumenten Fonds liet bouwen. Speciaal voor de decoratie werd de houten kas van het instrument helemaal naar Italië gebracht. Daar werkte klavecinist en decorateur Michele Barchi in zijn werkplaats bij hem thuis in Piemonte wekenlang aan het orgel. Tekst: Huub van der Linden Fotografie: Huub van der Linden en Steven Heybroek Illustratie: Michele Barchi

Een orgel met een bijzondere klank hoort er ook bijzonder uit te zien. Dat was in het Italië van Monteverdi niet anders. Op weg naar Barchi rijden we in het najaar van 2019 door herfstige heuvels waarop doorweekte akkers worden afgewisseld met lappen bos. Aan de horizon duikt af en toe het grillige profiel van de Alpen op. Barchi ontvangt ons hartelijk en zijn twee hondjes dartelen uitgelaten om onze voeten. SPEL VAN PROPORTIES Niet de schildertechniek of materialen, maar het ontwerp was voor Barchi de grootste uitdaging. ‘Het moeilijkste was een oplossing te vinden voor de maten, want die wijken bij dit orgel wat af van de gebruikelijke verhoudingen. Eigenlijk zou het hoger hebben gemoeten’, stelt hij over de orgelkas. ‘Toen het voorstel kwam, was het orgel nog niet bedacht, niet in de vorm althans.' Hij moet wat lachen. ‘Dus ik had een vierkante doos voor me! Maak het maar mooi, in die en die stijl.’ Meedenken met het ontwerp van de orgelkas werd zo zijn eerste opgave. ‘Ik heb aan het begin heel veel schetsen gemaakt.' Zo kon iedereen direct overleggen en vergelijken. In april 2019 bracht hij een bezoek aan de firma Klop in Garderen. ‘Dat was heel belangrijk voor mij en ik denk ook voor hen. Dit soort dingen kun je niet beslissen over de telefoon. Je moet erheen gaan, praten, kijken, het hout voelen...’

‘Toen ik begon met klavecimbel spelen, decoreerde ik mijn instrumenten niet. Daarna dacht ik: ze zijn mooier als ik ze vanbuiten en binnen beschilder.’ Zo ontspon zich een nieuwe beroepsactiviteit naast zijn praktijk als klavecinist. We lopen door het huis. Een kamer op de eerste verdieping lijkt een stilleven. Winterlicht, een dressoir met elegante theekopjes, een tafel met schaakbord erin en langs een van de muren een spinet. ‘Michele Barchi, 1984’ staat erop. Inderdaad, hij beschildert en bespeelt niet alleen instrumenten, hij bouwt ze ook. ‘Alleen voor eigen gebruik’, vertelt hij bescheiden. Dit was zijn eerste instrument, gebouwd toen hij achttien jaar was. Na de piano was hij vanaf zijn zestiende ook in het klavecimbel geïnteresseerd. ‘Voor mijn familie was het echter onmogelijk zo’n instrument aan te schaffen. Ik heb er maar het beste van gemaakt. Mi sono arrangiato.' Alsof het de gewoonste zaak van de wereld is, komen er steeds meer dingen naar boven die hij óók nog kan. ‘Ik heb decoratief pleister­werk met de hand gemaakt’, vertelt hij. En de barok uitziende lijst in het trappenhuis? ‘Modern, gemaakt in Roemenië: die heb ik gekocht voor 80 euro en daarna zelf verguld.' Uiteindelijk belanden we in zijn muziek­salon, de grootste ruimte in het huis. Er staan drie klavecimbels en een huisorgel. Ook beschilderd, uiteraard. Het zal toch niet? Barchi grinnikt wat. ‘Dit orgel heb ik als hobby voor mezelf gebouwd.’

AUTODIDACT We bezoeken hem als schilder, maar in de eerste plaats is Barchi musicus. ‘Al van kinds af aan doe ik allebei.’ Het schilderen heeft hij zichzelf aangeleerd, door veel te kijken en simpelweg uit te proberen.

SPOLVERO Ons rondleidend vertelt Barchi hoe hij te werk gaat. ‘Ik maak mijn sjablonen altijd zelf. Ik neem een stuk karton, maak er een tekening op en snij het uit.' Daarmee brengt hij slechts de omtrek aan. ‘De rest

December 2018-augustus 2019: Krijn Koetsveld, expert Pieter van Dijk en Klop onderzoeken de mogelijkheden.

Maart 2019: Krijn Koetsveld en Frits Schutte van het NMF bezoeken decorateur Michele Barchi voor overleg.

April 2019: Michele Barchi brengt een bezoek aan de firma Klop in Nederland voor overleg.

Door goudverf met een spateltje plat te wrijven ontstaat een effect van meer slijtage of juist meer glans

27 augustus 2019: Beslissende klanktests in Amersfoort voordat de bouw echt begint.

25


Katrien Kloos, assistent collectie NMF ‘Twee jaar geleden ben ik begonnen met een opleiding restauratie en decoratieschilderen. Het zal niemand verbazen dat Barchi mijn held is! Hij heeft van het Monteverdi-orgel een prachtig bonbonnetje gemaakt, met trompel'oeilbeschilderingen van roze marmer, goud en edelstenen. Je waant je echt in het Venetië van de zestiende eeuw. Na het concert met het orgel in Amersfoort heb ik Barchi in gebrekkig Italiaans aangesproken en gevraagd of hij ook lesgeeft. Daar stond hij wel voor open. Dus wie weet ga ik ooit naar Italië.’

‘Vroeger gebruikten ze bij voorkeur Armeense bolus, een ijzerhoudende rode klei’ 4 november 2019: De orgelkas gaat naar Italië om gedecoreerd te worden.

26

moet met de hand gebeuren: de lijnen, de schaduwen, de kleuren.' Er is ook een andere manier, legt hij uit. ‘Het alternatief is de spolvero, het bestuiven. Ik heb een vel, daarop teken ik het hele ontwerp, dan prik ik gaatjes en tamponneer ik het met een pigment. Daarna vul ik met een penseel alles in en vervolgens komen de schaduweffecten.' Hij gebruikte die techniek voor een van zijn klavecimbels. De klep is beschilderd met een Hollands zeegezicht uit de 17e eeuw, met een rood-wit-blauwe vlag wapperend op een scheepje. Het decoratieve patroon op de klankkas bracht hij aan met de spolvero-techniek. Het is een techniek die in de renaissance al werd gebruikt, maar Barchi past hem niet vaak toe. ‘Het kost meer tijd, zowel het maken van het stencil als het uitvoeren van het werk’, zegt hij. ‘Het is een goede techniek voor als je heel fijn uitgewerkte ontwerpen hebt. Maar voor kleinere dingen gebruik je het stencil.’ Ook voor het Monteverdi-orgel waren alleen stencils nodig. MUZIEKSALON Inmiddels is de dag al een eind gevorderd. Barchi blijkt ook te kunnen koken. Aan de keukentafel serveert hij huisgemaakte groentesoep en daarna een keur aan kazen, rauwe ham, ingemaakte groente en een goed glas lokale wijn. Dan is het tijd voor het Monteverdi-orgel. Aan de wanden in de bescheiden werkplaats hangen kartonnen sjablonen en op de werktafel staan bakjes en potjes met kwasten, penselen en verf. Midden in de ruimte staat de kas van het Monteverdi-orgel in twee losse delen. De onderkant lijkt gemaakt te zijn van kostbaar natuursteen met versieringen in reliëf en vergulde randen. Maar de bovenkant is nog in kleurrijke maar egale, platte patronen beschilderd. Het contrast maakt direct nieuwsgierig naar de manier waarop de illusie van die rijke materialen tot stand komt. Voor zowel het schilderwerk in zijn huis als dat van de instrumenten gebruikt Barchi verschillende materialen. Voor de zachte tinten een verf op kalkbasis: ‘Dat is de basisverf, die ik ook als grondverf voor het orgel heb gebruikt’, legt hij uit. ‘Vervolgens ga ik voor de zachtere kleuren verder met kalkverf, terwijl ik voor de meer verzadigde kleuren een verf op basis van eidooier gebruik.'

21 december 2019: De beschilderde kas keert terug naar Nederland.

OUD GOUD Het goud is niet zomaar een lik goudverf. ‘Om dit soort effecten te bereiken, moet je veel stappen doorlopen. Voor het effect van glanzend goud, oud goud, of overtuigend goud, ten opzichte van een echt vergulding met bladgoud, moet ik eerst de grondlaag voorbereiden’, vertelt hij. ‘Vroeger gebruikten ze bolus’, legt hij uit, bij voorkeur Armeense bolus, een ijzerhoudende rode klei. ‘Ik gebruik nu tempera, op basis van ei.' Die rode ondergrond gebeurt ook bij echte vergulding. ‘Als ik eronder iets roods heb, komt het effect van een vergulding die er al een tijdje op zit beter uit.' Door de goudverf daarna met een spateltje plat te wrijven, bewerkstelligt hij een effect van wat meer slijtage of juist meer glans. SYRISCH ASFALT Maar ook dáár ging een heel proces aan vooraf. Barchi kreeg de kas glad afgewerkt aangeleverd. ‘Ik heb hem nog een keer geschuurd en daarna twee keer voorzien van een laag bindmiddel.’ Daarna vier dunne lagen van de basiskleur, het gebroken wit. Tussendoor steeds licht schuren, daarna de verdeling in panelen erop geschilderd. Dan opnieuw schuren, vervolgens een natuurlijke hars en tot slot voor het licht verouderen van de kleur een subtiele bruine waas. ‘Om dat effect van iets antieks te bereiken, gebruik ik pek uit Judea.' Dit bitumen judaicum, ook wel Syrisch asfalt genoemd, is een natuurlijk voorkomend teer dat al in de Bijbel wordt genoemd. Daarna poetst hij het op sommige plekjes weer zorgvuldig weg. ‘Zo bereik ik een nog sterker licht-donkereffect’, legt hij uit. De vergulde glansplekjes simuleert hij met verf. Met een paar vingers steunend op de orgelkas stabiliseert hij de rechterhand met het penseel. Met vlugge pols­ bewegingen plaatst hij kleine likjes gele verf op het donkerder, gestencilde patroon. Meteen lijkt het een echt reliëf te worden. Echte vakgeheimen heeft hij niet, zegt hij. ‘Het zijn simpele gebaren en het is heel repetitief. Je moet in een zeker ritme doorwerken. Decoratie is ritme. Het is allemaal ritme’.

3 januari 2020: Het orgel is helemaal af en wordt geïntoneerd.

12 januari 2020: Het orgel klinkt in tv-programma Podium Witteman.


19 januari 2020: Feestelijke inluiding van het orgel in Amersfoort.


INTERVIEW AZIZ BEKKAOUI AZIZ BEKKAOUI 1995: Winnaar eerste prijs in de categorie damescollectie op het Festival des Jeunes Stylistes in Hyères 2007: Winnaar van de Amsterdamprijs voor de kunst 2014: Finalist van de Amsterdamprijs voor de Kunst

28


Modevormgever Aziz Bekkaoui is een conceptueel denker, maar ook een echte ambachtsman. ‘Ambachtelijkheid kent geen vorm, het is de mentaliteit waarmee je iets maakt. Of dat nu een jurk, een boek, een gebouw of muziek is.’ Tekst: Annemiek de Gier Fotografie: Raymond van Zessen, Tycho Merijn / Pulse, Krisztina de Châtel, Sally DM

AMBACHT IS

tijdloos IS MODE ONTWERPEN EEN AMBACHT OF EERDER EEN TALENT?

‘Het is een artistiek proces. Daardoor kun je eigenlijk niet stellen dat het puur een ambacht is, of puur een talent. Er spelen meer dingen mee, zoals creatieve visie, liefde voor het vak, een niet te stoppen nieuwsgierigheid naar nieuwe mogelijkheden. Toch koos ik na de middelbare school bewust voor kunst­ academie ArtEZ in Arnhem, juist omdat ambachtelijkheid daar centraal stond. Bepaald niet hip in die tijd. De meeste kunstacademies waren vooral bezig met de conceptuele kant. Maar ik vond het belangrijk om dingen te leren als patroon­ tekenen, stoffen bewerken en beproefde couturetechnieken. Als klein jongetje maakte ik al van alles: meubels, auto’s en later als tiener ook kleding. Ik wist zeker dat ik uitvinder zou worden. Kortom, de liefde voor materialen zit in mijn bloed. Mensen associëren ambachtelijkheid nog weleens met traditioneel, maar dat vind ik onzin. In mijn optiek kent het geen vorm, het is de mentaliteit waarmee je iets maakt. Of dat nu een jurk, een boek, een gebouw of muziek is.’ HOE ZOU JE JE WERKWIJZE ALS MODEONTWERPER TYPEREN?

‘Ik noem mezelf eigenlijk liever modevormgever. Een ontwerper kijkt naar trends, de kleuren en items voor het komende seizoen. Ik ben niet zo van de hypes, ik houd me bezig met kleedgedrag. Waarom dragen mensen wat ze dragen? Waarom hebben kantoormedewerkers bijvoorbeeld vaak een over­ hemd aan en waarom heeft dat een kraag? Ik speel met die gegevens door er een beetje tegenaan te schoppen. Een basissweater bijvoorbeeld hoeft niet lichtgrijs en van katoen te zijn. Ik geef er graag een nieuwe draai aan, met andere materialen of verrassende combinaties. Zo ontwierp ik ooit een joggingbroek van kasjmier, die precies op een pantalon leek. Dat was een instantklassieker.’

‘Op straat kijk ik naar hoe mensen zich bewegen. Een collectieve choreografie die alles vertelt over de tijdgeest’

29


MAAK JE NOG KLEDING ZELF?

‘De productie besteed ik uit aan kleine ateliers en fabrikanten, maar pas nadat ik elk stuk minimaal één keer zelf heb gemaakt. Ambacht is namelijk niet iets wat je op papier kunt “briefen”. Een kledingstuk is de uitkomst van een proces, een experiment. Ik begin meestal met stukjes papier uit een A4'tje te knippen, die ik vervolgens eindeloos vouw, draai, kreukel, weer gladstrijk, enzovoort. Daarna werk ik het uit en test het op een model. Regelmatig blijkt dan dat iets niet werkt, waarop ik het weer aanpas. Altijd in dialoog, zo krijg je het beste resultaat.’ DRAAG JE JE AMBACHTELIJKE SKILLS OOK OVER OP EEN JONGERE GENERATIE?

‘Als maker moet je genereus zijn om te delen; je hebt zelf tenslotte ook het vak van iemand geleerd. Dus ja, ik heb regelmatig stagiairs. Ik leer ze niet alleen de kneepjes van het kleding maken, ook de hele organisatie eromheen is belangrijk. En zelf vind ik het ook leuk me te omringen met mensen die gevoel hebben voor het vak, zij brengen hun eigen visie mee en daar leer ik van. Of de jonge generatie modeontwerpers anders denkt? Niet echt. Couture blijft toch maat­werk. Het grappige is dat ambachtelijkheid op dit moment een trend is onder jongeren. Geen slechte tendens vind ik, het inspireert mensen om hun eigen ding te doen.’ WAAR VIND JIJ JE INSPIRATIE?

©Shannon Weekers

‘Als maker moet je genereus zijn om te delen. Je hebt tenslotte zelf ook het vak van iemand geleerd’

30

©Marina Abramović 'Entering the Other Side Performance 7 Easy Pieces' Solomon R. Guggenheim Museum New York, NY 2005 ©Marina Abramović Courtesy of the Marina Abramovic Archives

‘Vroeger zou ik gezegd hebben: een bezoek aan Londen of Parijs. Maar nu bieden de straten van Amsterdam mij alles wat ik nodig heb. Ik woon aan de Prinsengracht en zie elke dag allerlei nationaliteiten aan me voorbijtrekken. Maar ook op een terras of in de trein. Ik kom graag op plekken waar veel mensen zijn om te kijken naar de manier waarop ze zich bewegen. Hoe ze lopen, hoe ze met hun jas en hun tas omgaan, hoe ze met z’n allen verdiept zijn in hun smartphone. Het is als een niet-bedachte, collectieve choreografie die alles vertelt over de tijdgeest. Oneindig boeiend. Of ik me een toeschouwer voel?’ (Lachend:) ‘Nee hoor, ik doe net zo hard mee met die smartphone. Sterker nog, je moet onderdeel zijn van het collectief om te voelen wat het inhoudt.’


©Tycho Merijn | 'Pulse', Krisztina de Châtel, Sally DM

BEHALVE MET MODE HOUD JE JE OOK BEZIG MET THEATER, BEELDENDE KUNST EN MUZIEK.

‘Kleding zorgt ervoor dat de bewegingen van musici beter uitkomen. Zo ontstaat er een hele wereld rondom muziek, iets wat je echt voelt’

‘IK ZET MUSICI GRAAG ON STAGE’

‘Ja, alleen collecties ontwerpen, beroemdheden aankleden en shows geven is voor mij te beperkt. Juist het samenspel tussen meerdere disciplines – decor, kleding, locatie – vind ik spannend. De afgelopen jaren heb ik voor musea en theaters verschillende performances en installaties gecreëerd. Ook werk ik veel met muziekgezelschappen. Ik ontwerp kostuums, bijvoorbeeld voor het Orkest van de Achttiende Eeuw en het Amstelkwartet. Voor een uitvoering van de Bach­vereniging maakte ik een complete choreografie.’ HOE VIND JE HET OM TE WERKEN MET MUSICI?

‘Ik vind dat fantastisch, omdat musici door de eeuwen heen eigenlijk een beetje “onzichtbaar” zijn geweest – het draaide tenslotte altijd vooral om de muziek. Ik haal hen graag uit hun comfortzone en zet ze on stage, samen met hun prachtige instrumenten die het óók verdienen om gezien te worden. De kleding zorgt ervoor dat de bewegingen beter uitkomen en geeft vorm aan het geheel. Zo ontstaat er een hele wereld rondom de muziek, iets groters, iets wat je echt voelt. Noem het een gezamenlijke energie. Het mooie is: mensen zien dan meer dan ooit in hoe inspirerend mode kan zijn. Ik wil niet gewoon een standaardkunstje doen, ik wil dat iedereen meedoet. Dan doorbreek je grenzen en ongeschreven regels en bouw je met elkaar iets op.’ INGAAN TEGEN TRADITIES, IS DAT IETS WAT BIJ JOU HOORT?

‘Niet als doel op zich, want tradities kunnen heel mooi en waardevol zijn. Maar out of the box is zeker iets wat mij typeert. Als jongetje deed ik weleens twee verschillende schoenen aan naar school, gewoon omdat ik dat mooi vond. Met denken in hokjes – iets moet zus of zo zijn omdat dat nu eenmaal zo hoort – heb ik niks. Net na mijn afstuderen was de modewereld nog heel traditioneel, met strikt gescheiden mannen- en vrouwencollecties. Ik bracht als eerste een gezamenlijke collectie uit voor mannen én vrouwen, met androgyne modellen. Vernieuwing geeft nieuwe energie. Dat geldt niet alleen voor mode, maar voor alles. Ambacht is daar een tijdloos onderdeel van. Als je een jong musicus vol passie hoort spelen op een oud instrument weet je precies wat ik bedoel.’

31


VOOR ELKE

leeftijd

32


TALENT KENT GEEN LEEFTIJD. EN DUS KAN JONG EN ‘OUD’ BIJ HET NATIONAAL MUZIEKINSTRUMENTEN FONDS TERECHT VOOR EEN PASSEND MUZIEKINSTRUMENT. Tekst: Rutger Vahl Fotografie: Maarten Noordijk

33


VOOR ELKE

leeftijd ADINDA VAN DELFT

ERNST REIJSEGER

VIOOL Mathias Neuner Mittenwald, 1827 Driekwartviool In de collectie sinds 1995 Aangekocht

CELLO Jaap Bolink & Annelies Steinhauer Hilversum, 2009 Cello met extra lage bassnaar. Bijnaam: 'La Baleine' In de collectie sinds 2010 Aangekocht

‘SCHINDLER’S LIST BETOVERDE MIJ’

‘NIEUW KLINKT NET ZO MOOI ALS OUD’

Met 12 jaar is Adinda van Delft de jongste musicus met een instrument van het NMF. Sinds 2019 bespeelt ze een driekwartviool: van Mathias Neuner uit 1827. ‘De klank is warm, helder, groot en resoneert prachtig,’ zegt ze. Met dit instrument won ze direct enkele prijzen bij concoursen. De mooiste won ze begin dit jaar, namelijk de eerste prijs bij het Nederlands Vioolconcours (categorie Iordens A). Sinds 2016 zit ze op de Jong Talent-afdeling van het Koninklijk Conservatorium, waar ze les krijgt van Ilona Sie Dhian Ho. ‘Ik ga er drie keer in de week naartoe en oefen zo’n drie uur per dag,’ vertelt Adinda die in de derde klas van het gymnasium zit. Haar droom is als soliste de wereld over te reizen en dan haar lievelingsstuk, het Vioolconcert van Tsjaikovski, uit te voeren. In januari soleerde Adinda bij het Noord Nederlands Orkest in het virtuoze stuk Nigun van Ernest Bloch. Ze had zich verheugd op het concert dat ze dit voorjaar zou geven met de plaatselijke harmonie, maar dat kon helaas niet doorgaan. ‘We zouden Schindler’s List van John Williams spelen. Door deze vioolmuziek raakte ik als driejarige peuter betoverd.’ Adinda voerde dit stuk ook uit in de finale van Holland’s Got Talent in 2019 (ze werd derde) en begin 2020 bij Podium Witteman. Ze hoopt het voorjaar 2021 alsnog op te kunnen voeren.

Ernst Reijseger is geboren in 1954 en daarmee de oudste bespeler van een instrument uit de collectie van het NMF. Maar “oudste” doet hem geen recht. Sinds de jaren zeventig is Reijseger een vernieuwer, zowel als musicus als componist. Hij mengt tal van stijlen, speelde met (jazz)legendes als Han Bennink en Misha Mengelberg en klassieke grootheden als Yo-Yo Ma en Giovanni Sollima. Momenteel treedt hij op met de zanger Neco Novellas uit Mozambique en met zijn vaste trio Reijseger, Fraanje, Sylla. Daarnaast componeert hij filmmuziek. ‘Ik begon op mijn zevende met cello en sta op het podium sinds 1969,’ zegt Reijseger. ‘Ik droomde al twintig jaar van een vijfsnarige cello, maar ik kon zo’n instrument niet betalen. Iemand wees me op het NMF en zo kon er speciaal voor mij een vijfsnarige cello worden gebouwd door vioolbouwers Jaap Bolink en Annelies Steinhauer.’ Sinds 2010 speelt hij op deze cello. 'Een historische Stradivarius klinkt prachtig, maar de kunst van vioolbouwen is nooit verloren gegaan. Dat bewijzen Bolink en Steinhauer. Mijn cello klinkt net zo goed als die van de oude meesters. Bolink en Steinhauer zijn getrouwd en delen al veertig jaar een atelier, maar mijn cello was hun eerste gezamenlijk bouwproject. Heel bijzonder dus.’

‘Een historische Stradivarius klinkt prachtig, maar de kunst van vioolbouwen is nooit verloren gegaan’ 34


DONATEUR IN BEELD

JAAP SCHÜNGEL DONEERT PERIODIEK EEN BEDRAG VIA EEN SCHENKINGSOVEREENKOMST Tekst: Menno de Boer Fotografie: Marjory Haringa

‘Vroeger, in de tijd van Cliff Richard, heb ik een aantal jaren gitaar gespeeld. Ook heb ik ooit een jaar pianoles gehad, maar daar bleef het bij. Ik ben toch meer een luisteraar. En hoewel ik Barbra Streisand geweldig vind en in 1964 in het publiek stond bij het optreden van The Beatles in Blokker heb ik nu meer dan genoeg aan klassieke muziek. Zakelijk ging het voor­spoedig en ik vind dat je daar dan van mag genieten en dat je anderen daarin moet laten meedelen. Zo sponsorde ik in de jaren negentig onder meer de Zomeropera, jaarlijks op meerdere zwoele zomeravonden, in een grote tuin in Hilversum. Fantastisch! In 2007, twee jaar nadat ik mijn bedrijf had verkocht, besloot ik periodiek een bedrag aan het NMF te gaan schenken. En dat doe ik nog steeds. Als frequent concertbezoeker doet het mij veel plezier als ik hoor dat iemand

in het orkest op een instrument van het fonds speelt. Ook voelt het goed dat de voorraad hoogwaardige instrumenten straks weer wordt doorgegeven aan volgende muzikanten en dat ook zij op die manier worden uitgedaagd om nog beter te spelen. Zo draag je bij aan iets wat ook in de toekomst blijft. Als donateur kom ik weleens op het kantoor van het NMF, bijvoorbeeld als er een concert wordt gegeven. Het valt me dan elke keer weer op hoe leuk en intiem het daar is. Ze doen er met die kleine club alles aan om het allemaal in goede banen te leiden. En als ik dan in het jaarlijkse NMF Magazine lees naar welke muzikanten er weer allemaal mooie instrumenten zijn gegaan, dan geeft mij dat een bijzonder goed gevoel.’

35


INTERVIEW HENKJAN HONING

LORENTZ AWARD Henkjan Honing ontving in 2014 de Distinguished Lorentz Award als erkenning voor zijn interdisciplinaire onderzoek dat de geesteswetenschappen en sociale wetenschappen verbindt met natuurweten­ schappen en technologie.

36

‘Muziek zit niet zozeer in het geluid, maar in ons hoofd’


Volgens Henkjan Honing, hoogleraar muziekcognitie aan de Universiteit van Amsterdam, is iedereen muzikaal. In zijn onderzoek probeert hij erachter te komen wat de bouwstenen van muzikaliteit zijn. ‘Ik ben gefascineerd door de mogelijk biologische basis van muzikaliteit, waarvan Charles Darwin al vermoedde dat het een eigenschap is die alle dieren delen.’ Tekst: Emma van Laar Fotografie: Eduard Lampe

Geboren in een gezin vol musici is het niet verwonderlijk dat Henkjan Honing uitermate geïnteresseerd is in muziek. Wel opvallend is dat hij de stap naar onderzoeker heeft gemaakt en niet, zoals zijn ouders en twee broers, musicus is geworden. ‘Iedereen bij ons thuis maakte muziek, dus ik in eerste instantie ook. Toen ik, begin 20, inzag dat ik niet het niveau zou halen dat ik wilde, koos ik voor een andere richting. Ik begon een carrière als muziek­onderzoeker en probeerde met behulp van computermodellen te begrijpen en na te bootsen hoe muziek werkt in ons brein. Ik kwam er al snel achter dat muziek niet zozeer in het geluid zit, maar in ons hoofd, in hoe we muziek beleven. Langzaamaan is mijn aandacht verschoven naar de vraag: hoe kan het dat wij regelmaat kunnen horen en melodieën kunnen herkennen, de bouw­ stenen van muzikaliteit?’ WAT IS MUZIKALITEIT? Bij muzikaliteit denken de meeste mensen aan bijzondere, getalenteerde musici, maar volgens Honing is iedereen muzikaal. ‘Muzikaliteit is het talent om melodie en ritme te herkennen, dat heeft bíjna ieder mens in zich. Muzikaliteit is daarom breder dan men vaak denkt, het is de capaciteit om muziek te kunnen herkennen en waarderen. Als ik met mensen over mijn onderzoek praat, zeggen ze vaak: “Ik ben helemaal niet muzikaal." Maar vraag je even door, dan blijkt dat de meesten een kast vol cd’s hebben en met veel plezier naar muziek luisteren. Recent onderzoek laat zien dat luisteraars muzikaler zijn dan ze zelf

denken. Muziek speelt op een intrigerende manier met ons gehoor en geheugen, onze emoties en verwachtingen. Mijn onderzoek richt zich op wat muzikaliteit is of kan zijn en het definiëren van de cognitieve en biologische mechanismen die de muzi­kaliteit ondersteunen. Kortom, hoe werkt het in onze hersenen? Muziekcognitie is misschien een te smalle term – gebaseerd op de technieken uit de cognitiewetenschappen die we in ons onderzoek gebruiken –, nu we denken dat biologie mogelijk ook een rol speelt.’

‘WELLICHT IS MUZIKALITEIT WEL OUDER DAN TAAL EN MUZIEK’ HOE SPEELT BIOLOGIE EEN ROL IN ­MUZIKALITEIT? ‘Die vraag is niet zo makkelijk te beant­ woorden. Het onderzoek staat nog in de kinderschoenen. Samen met Hongaarse onderzoekers ontdekte ik in 2009 dat pasgeboren baby’s al over maatgevoel beschikken. Zelfs als ze een paar dagen oud zijn, horen ze regelmaat en merken ze onregelmatigheden op in een variërend ritme. Maatgevoel is een voorwaarde om samen muziek te kunnen maken of te kunnen dansen. De hersenen en het gehoor van baby’s bleken

37


‘Maatgevoel is een voorwaarde om samen muziek te kunnen maken en te dansen’

HENKJAN HONING Henkjan Honing (1959) promoveerde in 1991 aan de City, University of London op onderzoek naar de representatie van tijd en temporele structuur in muziek. Hij werkte bij het Institute for Logic, Language and Computation van de Universiteit van Amsterdam en het Nijmegen Institute for Cognition and Information. Sinds 2010 is hij hoogleraar muziekcognitie aan de UvA. Honing is auteur van ruim 200 internationale publicaties op het gebied van muziekcognitie en muziektechnologie en publiceerde tevens boeken voor het grote publiek: Iedereen is muzikaal - Wat we weten over het luisteren naar muziek (Nieuw Amsterdam, 2009/2012) en Aap slaat maat - Op zoek naar de oorsprong van muzikaliteit bij mens en dier (Nieuw Amsterdam, 2018).

al klaar voor muziek. Dit riep de vraag op of muzikaliteit exclusief menselijk is of een eigenschap waarover ook dieren beschikken, zoals de evolutionair bioloog Charles Darwin al vermoedde. Dit was de start voor samenwer­kingen met neurobiologen, neuroweten­schappers en gedragsbiologen en mijn fascinatie voor de biologische basis van muziek.’ HOE ONDERZOEKEN JULLIE? ‘We zijn gestart met dieren die dicht bij ons staan (zoals resusapen) en dieren die veel verder van ons afstaan, maar waar we heel veel van weten (bijvoorbeeld zebravinken). Uiteindelijk willen we een muzikaliteits­ stamboom maken, in die zin is wat we doen vergelijkbaar met taalonderzoek. Er zijn meerdere theorieën. Zo zou muzikaliteit slechts een bijproduct van taal kunnen zijn, een bijwerking van ons taalvermogen. Als dat zo is, dan zouden er geen specifieke netwerken voor muzikaliteit in de hersenen te vinden moeten zijn. Een andere theorie is dat muziek en taal deels dezelfde neurale netwerken gebruiken (resource sharing). De meest interessante hypothese vind ik echter dat muzikale netwerken eerst zijn ontstaan en dat taal daar een bijproduct van is. Precies andersom dus.’ EN? ZIJN DIEREN MUZIKAAL? ‘Door met resusapen hetzelfde luister­ experiment uit te voeren dat we eerder met baby’s hadden gedaan, hoopte ik erachter te komen of resusapen – die zich rond dezelfde tijd als onze mensachtige voorouders afsplitsten van andere apen – ook maatgevoel hebben. Dat bleek niet het geval, geheel

38

tegen mijn verwachting in. Kennelijk zijn er specifieke hersennetwerken nodig om maatgevoel mogelijk te maken. Bij resusapen zijn deze netwerken zwakker of ontbreken ze zelfs helemaal. Mogelijk is muzikaliteit gradueel tijdens de evolutie ontstaan. Deze hypothese voorspelt dat chimpansees in aanleg maatgevoel zouden moeten hebben. En inderdaad, onlangs is aangetoond dat chimpansees spontaan meebewegen op muziek. Dat is het eerste voorzichtige bewijs voor onze hypothese dat muzikaliteit biologisch kan zijn en niet alleen een cultureel artefact is! Wellicht had Darwin het bij het rechte eind en zijn uit de gevoeligheid voor dynamiek en ritme taal en muziek ontstaan. Als dit zo blijkt te zijn, dan verandert dat hoe we denken over muziek. Wellicht is muzikaliteit wel fundamenteler, ouder dan taal en muziek. Maar voorlopig zijn we er nog niet uit. Er valt nog veel te ontdekken aan muzikaliteit en de evolutie daarvan.’ HOOPT U HET ANTWOORD TE VINDEN? ‘Er is nog het nodige werk te verzetten, maar ik hoop dat we over vijf tot tien jaar een heel eind op weg zijn. Als muziek een biologische basis heeft, dan kun je er wellicht ook wat over zeggen met behulp van genetica. Daarom zijn we onlangs gestart met het opzetten van een internationaal consortium op het gebied van genetica en muzikaliteit. Dat is heel spannend en hopelijk kunnen we met deze nieuwe technieken muzikaliteit nog verder ontrafelen. De steeds terugkerende vraag is: hoe werkt muzikaliteit en hoe komen we aan die capaciteit? De technieken waar­­mee we die vraag proberen te beantwoorden, is in de loop der jaren steeds veranderd en dat is ook erg leuk. Ik vind het uitdagend om nieuwe paden te bewandelen en blijf scherp door elke paar jaar van focus te switchen. Bovendien is het zeer waardevol om interdisciplinair te werken. Onderzoek uitvoeren over de grenzen van vakgebieden heen levert mooie dingen op. De verschillende technieken en methodes zijn complementair en leggen andere kanten van muzikaliteit bloot. Hopelijk komen we er langzaamaan, door alles te belichten, achter hoe de vork in de steel zit.’


Willem van der Sijde, Amsterdam 1691 In bruikleen van het Koninklijk Huis Bespeler: Elise van der Wel

Mogelijk als verjaardags­ geschenk in 1922 in Den Haag aangekocht voor de jonge prinses Juliana: ze heeft er in haar kindertijd op gespeeld.

VIOOL Willem van der Sijde (ca. 1663 - na 1696, de exacte data zijn niet bekend) wordt gezien als een van de belangrijkste vioolbouwers van de oud-Hollandse school. Ondanks zijn eigenzinnige stijl liet hij zich zo nu en dan inspireren door Italiaanse violen, zoals bij dit exemplaar uit 1691. Vandaag de dag zijn er slechts tien instrumenten van zijn hand bekend. Een zeer zeldzaam exemplaar dus en uniek cultureel erfgoed!

Teruggebracht naar de oorspronkelijke, barokke speelstaat: een kortere hals en toets, ander staartstuk, kam en darmsnaren.

Het staartstuk werd in 1978 voorzien van een kroontje.

De diepe uitsnede onder de krul is typisch Van der Sijde.

39 39


In het voorjaar van 2021 gaat Het geheim van Simson (8+) in première: een theatraal concert door het Amsterdams Bach Consort, met muziek van G.F. Händel en een nieuwe tekst door Simon van der Geest, net als Blote handen geïnspireerd op het verhaal van Samson. Na zijn Zapp Mattheus op muziek van Bach en De Zchepping op muziek van Haydn is Simson het derde deel uit een reeks beroemde Bijbelverhalen op klassieke muziek.

40


(VOORLEES)VERHAAL

SIMON VAN DER GEEST

Blote handen

41


(VOORLEES)VERHAAL SIMON VAN DER GEEST Simon van der Geest (1978) won tweemaal de Gouden Griffel, voor zijn Odyssee-bewerking Dissus en voor het veelbekroonde Spinder. Naast jeugdboeken schrijft hij ook poëzie en (muziek)theaterstukken. Zijn laatste boek Het Werkstuk werd zeer lovend ontvangen.

KARST-JANNEKE ROGAAR Karst-Janneke Rogaar (1975) is de vaste illustrator van Simon van der Geest. Zo maakte ze onder meer de illustraties voor Spinder, waarmee Simon van der Geest een Gouden Griffel won. Ze ontwerpt ook filmen theaterposters, boekomslagen en filmtitels en tekent regelmatig live in muziektheatervoorstellingen. Ze won een Zilveren Penseel voor de illustraties van Vriendschap is alles.

42

e zitten met onze ruggen tegen de muur van het stenen schapenschuurtje. We zitten al uren. De zon zakt. De schaduwen van de pijnbomen worden langer en langer. Mijn zus zucht af en toe. Verder hoor je alleen het tiktjirpen van de sprinkhanen en het schaven van mijn mes langs het hout. Tjirptjirp-tjirp. Grrrk... Grrrk... Mijn rok zit onder het schaafsel. Ik werk aan een nieuwe fluit. Dit moet mijn beste worden. Mijn zus staat op en tuurt het pad af. ‘Hij komt niet meer, hoor,’ zeg ik. ‘Hij heeft vast een ander liefje. Hij... Au!’ Ze schopt met haar sandaal tegen mijn been. ‘Hou op,’ zegt ze. De zwarte streepjes kool die ze onder haar ogen heeft getekend, zijn vaag geworden. Ik heb het ook weleens geprobeerd, tot ik in mijn oog prikte. ‘Hij komt heus,’ zegt ze. ‘Wat weten kleine meisjes als jij er nou van?’ ‘Ik weet dat hij jou al de hele middag laat wachten. Ik ga naar huis.’ Ik wil overeind komen maar ze duwt me terug in het zand. ‘Blijf. Alsjeblieft,’ smeekt ze. ‘Jij gaat straks op de uitkijk staan. Als iemand me samen met hem ziet, ben ik er geweest...’ Weer tuurt ze naar het pad. Haar mond is een rechte streep. ‘Maar wat gaan jullie dan dóén in het schuurtje?’ vraag ik voorzichtig. ‘Pfff. Daar snap je toch niks van.’ Ik zucht en pak mijn fluit er weer bij. Met het puntje van mijn mes hol ik voorzichtig een gaatje verder uit. Hij speelt het fijnst als mijn vingertopjes precies in de kuiltjes passen. ‘Is dat ding nou nog niet af?’ vraagt ze. ‘Nee.’ ‘En die andere twee dan?’ Ze wijst op de fluiten die ik in de struiken heb gegooid. ‘Mislukt.’ ‘Mislukt? Er kwam toch geluid uit?’ ‘Ja... Gelúíd!’ Ik rol met mijn ogen. ‘Jij snapt er toch niks van.’ Opeens springt ze op. Daar is hij. Hij hinkt een beetje. Dwars over zijn borst lopen rode krassen, en over zijn armen. Zijn lange haren zijn grauw van het stof. Mijn zus zet haar handen in haar zij. ‘Wat zie jij eruit?’ ‘Liefje...’ zegt hij stralend. Hij heeft alleen maar oog voor mijn zus. Mij ziet hij niet eens. ‘Kom hier,’ sist ze. ‘Straks ziet iemand je.’ Hij hinkt naar haar toe en legt voorzichtig zijn grote handen op haar schouders. Zijn zweet ruikt naar beest. ‘Raden met wie ik heb gevochten...’ zegt hij.


‘Met je vader?’ oppert ze. ‘Nee,’ gromt hij, en hij laat haar los. ‘Maar dat had ik graag gedaan. Hij wilde me thuishouden. 'Waag het niet om naar die smerige Filistijnen te gaan! riep hij, en meer van die dingen: Wat is er mis met onze meiden? Wat heb ik aan jou? Jij bent nergens goed voor! ... Ik ben kwaad weggelopen. Maar onderweg bleef zijn stem maar galmen in mijn kop. En net voorbij de kloof komt er ineens een leeuw op me afgestormd.’ ‘Een leeuw?’ Het is alsof ze nu pas de krassen ziet. ‘Ik kijk dat beest in zijn gele ogen...’ gaat hij verder, ‘en ik zie mijn vader. Die blik... die brul... Dit is mijn vader, dat dacht ik! Mijn bloed begint te koken, mijn armen vullen zich met hitte, mijn hoofd stroomt vol met klanken... Bonkende, stompende trommels... Scherp gesnerp van duizend sprinkhanen... En de klanken zwepen me op, ze vloeien door mijn hele lijf, tot in mijn armen en vuisten... De leeuw springt op me af en mijn armen zwaaien vanzelf, ze volgen het gebonk, ik hoef niet te denken, ik ben alleen nog maar borst en armen... Mijn handen klemmen zich vast in zijn nek, mijn vingers graaien diep in zijn vacht en manen, en met meer kracht dan ik ooit heb gevoeld werp ik het beest opzij.’ ‘Dat kan niet...’ mompelt mijn zus. ‘Dat dacht ik ook,’ grijnst hij. ‘En toch deed ik het. Mijn armen en handen deden het. Ze volgden de klanken in mijn kop, het was als dansen. Zo vocht ik en vocht ik... En toen de leeuw daar laveloos in het zand lag en het geluid in mijn hoofd wegstierf, toen wist ik het: Dit is wat ik kan. Dit is waar ik goed in ben, pa. Ik versta de klank van woede. Dat is mijn vuur. Als de woede galmt in mijn borst, dan ben ik op mijn best...’ Mijn zus lacht nerveus. ‘Wat klets je nou?’ ‘Wauw...’ mompel ik. Voor het eerst kijkt hij me aan, alsof hij me nu pas ontdekt. ‘Jij hebt een soort superkracht,’ zeg ik. Simson buldert het uit. ‘Dus dit is je zusje, liefje? Ik mag haar wel.’ ‘Pfff,’ zegt mijn zus. Ze wuift me weg. ‘Ga op de uitkijk staan, jij,’ bijt ze me toe. Dan pakt ze zijn hand, maar hij blijft staan en wijst op mijn fluit. ‘Wat is dat?’ ‘Dit?’ Ik zet hem aan mijn lippen en blaas. Niet te hard, niet te zacht. De toon moet er soepel uit stromen, als water uit een kruik. Mijn vingers dansen over de gaten. De tonen fladderen naar buiten en cirkelen om ons heen, als vogels. Simson kijkt om zich heen, alsof hij niet begrijpt waar al die klanken vandaan komen. Zijn mond valt open. ‘Jij hebt ook superkracht...’ 43


41

DANKZIJ UW STEUN HEBBEN WIJ DEZE 411 MUSICI EEN INSTRUMENT IN BRUIKLEEN KUNNEN GEVEN!


11


INTERVIEW SHAUNTELL BAUMGARD VIOOL Jaap Timmer Deventer, 1993 Model: Guarnerius del Gesù In de collectie sinds 1993 Aankoop (bouwopdracht met steun VSB Fonds) STRIJKSTOK Jan Strumphler Vleuten, na 1989 Ronde pernambuco stang In de collectie sinds 2018 Geschenk van particulier

GENRES

doorbreken Haar eerste viool kreeg Shauntell Baumgard als kleuter van haar moeder, die denkt dat dit een geschikt instrument is voor haar dromerige dochter. Nu speelt de conservatoriumstudente Argentijnse tango, jazz, hiphop en r&b op een viool van het Nationaal Muziekinstrumenten Fonds. ‘Ik specialiseer mij in muziekrichtingen waar de viool niet gebruikelijk is.’ Tekst: Sander van Werkhoven Fotografie: Jeroen Dietz

46


Shauntell Baumgard trad al vaak op in concertzalen en op festivals in binnenen buitenland, zoals vorig jaar nog op het North Sea Jazz Festival. Dit voorjaar doet ze haar bachelorexamen Argentijnse Tango aan Codarts in Rotterdam. Een vurige finale van vier jaar hard studeren. Of eigenlijk, twintig jaar doorzetten. Baumgard ontwikkelt zich aanvankelijk autodidact. Ze zit nog op de lagere school als ze op internet filmpjes zoekt van violisten. ‘Ik bleef maar kijken en luisteren. Analyseren wat ze deden en het dan zelf proberen. Karen Briggs was mijn grote inspiratiebron. Ze speelt met heel haar hart en beheerst veel genres.’ Er is nog een belangrijke overeenkomst met de Amerikaanse. De huidskleur. Afkomstig uit een Surinaams gezin met nog twaalf broers en zussen lag vioolspelen niet voor de hand. ‘Een zwart meisje speelt geen viool – het is vaker dan één keer tegen mij gezegd. Ik werd geregeld achteraan gezet als ik meespeelde in orkestjes en heb het idee dat ik mij extra heb moeten bewijzen. Soms overwoog ik zelfs te stoppen, maar gelukkig was er altijd de steun van mijn ouders, oma en het internetpubliek dat mijn filmpjes bekijkt.’ IMPROVISATIE

Het blijft haar droom een beroemde klassieke violiste te worden. Echter, op Codarts is deze richting al vol, evenals haar tweede keuze jazz. Zo wordt het Argentijnse tango. De afdeling past goed bij haar, want hier kan ze muzikale terreinen verkennen waar het klassieke strijkinstrument niet direct mee wordt geassocieerd, zoals hiphop en r&b. Ook ontvlamt haar liefde voor Cubaanse en zigeunerjazz. ‘Ik hield altijd al van jazzmuziek, maar had nooit bedacht dat ik ermee zou optreden. Het is expressieve muziek met veel improvisatie. Mijn spel is vurig en intens en ik kan ook heel luid spelen.’ AANBEVELINGSBRIEF

Haar aanvraag bij het NMF wordt ondersteund met een aanbevelingsbrief van de directeur van het Nederlands Vioolconcours, waarmee Shauntell een twee­ jarige samenwerking heeft. Sinds een paar maanden heeft ze een door Jaap Timmer gebouwde viool, een replica van een instrument uit 1732. Ze klikt de koffer open en raakt liefkozend de snaren aan. ‘Ik ben zo ongelooflijk blij met mijn viool! Thuis was er nooit veel geld en later heb ik mezelf ook nooit een echt goed instrument kunnen permitteren. Daardoor is mijn technische basis altijd achtergebleven. Deze viool kan zo veel meer dan de instrumenten die ik voorheen bespeelde. Mijn ontwikkeling gaat echt met sprongen vooruit.’

SHAUNTELL BAUMGARD Shauntell Baumgard (23) woont in Den Haag. Ze hoopt dit jaar af te studeren aan Codarts in Rotterdam in de richting Tangoviool. Sinds september 2019 krijgt ze twee jaar les van Ilona Sie Dhian Ho, als onderdeel van het urban arts talent-ontwikkelings­ traject, dat wordt gefinancierd door het Fonds voor Cultuur­ participatie. Het einddoel hiervan is het opnemen van een eigen nummer en bijbehorende videoclip. Gedurende dit traject krijgt de violiste een hoogwaardige viool in bruikleen van het NMF.

VIOOLPRAKTIJK

Shauntell zat als kind op zes verschillende scholen. Er waren tegenslagen, maar op de juiste momenten duwtjes in de rug. Ze wil zelf ook haar kennis doorgeven en iets voor anderen betekenen. Bijvoorbeeld met een eigen vioolschool voor kinderen die het minder breed hebben, Baumgard Viool­praktijk. En ze mag dan niet de klassieke violiste zijn die ze als jong meisje wilde worden, een andere droom is nog steeds springlevend: spelen in het Concertgebouw. En dan niet opgesteld achter een paar collega’s, maar als solist op de voorgrond. Het gaat haar lukken, daar is ze van overtuigd. ‘Ik hoor een solist te zijn.’

‘Ik bleef op internet maar filmpjes van violisten bekijken, beluisteren en analyseren’ 47


INTERVIEW VADIM TSIBULEVSKY & ANDREAS POST

temmers VIOLEN-

VIOOL Giuseppe Guarneri del Gesù Cremona, ± 1736 Achtereenvolgens bespeeld door Mina Rode, Isabelle van Keulen, Henk Rubingh en Daniel Rowland en nu door Vadim Tsibulevsky. In de collectie sinds 1997 Geschenk als onderdeel van de collectie ‘Max Rodriguez’

DE GUARNERI DEL GESÙ De Guarneri del Gesù – het topstuk uit de collectie van het NMF – verliet rond 1736 het atelier van Giuseppe Guarneri in Cremona. De toevoeging del Gesù komt van het label dat hij in zijn instrumenten plakte, met daarop een kruis en het Jezusmonogram I.H.S. Naar twee eerdere bezitters draagt de Guarneri de bijnaam ‘Rode, von Heyder’. Het NMF kreeg hem in 1992 in bruikleen, vijf jaar later werd het instrument geschonken. Eerst speelde Isabelle van Keulen erop, later ging hij naar Henk Rubingh, aanvoerder tweede violen van het Koninklijk Concertgebouworkest.

48

De Guarneri del Gesù van Vadim Tsibulevsky is geen gemakkelijke viool. Op verzoek van het NMF begon de concertmeester samen met vioolbouwexpert Andreas Post aan een verbetertraject om dit kroonjuweel uit de NMF-collectie naar een hoger niveau te tillen. ‘Je werkt aan hetzelfde doel en inspireert elkaar.’ Tekst: Guido van Oorschot Fotografie: Marjory Haringa

Begin 2019 kwam het telefoontje. Het NMF had een viool beschikbaar en of Vadim Tsibulevsky die misschien zou willen gaan bespelen met als doel de klank te optimaliseren? Hij mocht hem uitproberen bij vioolbouwer Andreas Post aan de Amsterdamse Willemsparkweg. Daar, in de kluis, wachtte een kostbare Guarneri del Gesù. Tsibulevsky schuift net als toen aan in Posts werkplaats. ‘Ik begon met observeren’, zegt de concertmeester van het Nederlands Phil­harmonisch Orkest. ‘Ik zag meteen dat het een puntgaaf exemplaar was. Ik heb eerst wat getokkeld, dat geeft alvast een idee van de resonans. Daarna heb ik mijn strijkstok gepakt en een stukje Tsjaikovski gespeeld, een beetje Bach. Eerlijk gezegd viel het niet mee. De naam van de viool was groter dan de klank.’ VERSE SNAREN

‘Ik had Vadim bij het NMF getipt’, zegt Andreas Post, in een werkplaats die is gevuld met rijen violen en cello’s. ‘Ik had het gevoel dat de Guarneri op vijftig procent van zijn kunnen zat. Iets remde de trillingen, maar ik wist niet wat. Er was een violist met talent, ervaring en geduld voor nodig om dat samen met mij uit te vinden.’ Allebei geloofden ze in de kwaliteit van de Guarneri. En dus nam Tsibulevsky de viool mee naar huis. Maandenlang speelde hij erop, honderden uren in totaal. Tussendoor keerde hij steeds terug bij de restaurateur. Dan wilde hij bijvoorbeeld meer weerstand voelen bij het strijken. Of meer kleur en diepte in de g-snaar. Post: ‘We begonnen met kleine aanpassingen. Een nieuwe kam, andere stapel, verse snaren, wisseling van het staartstuk.’


‘Het vergt iemand van Vadims kaliber om uit te vinden wat er precies aan schort. Die feedback heb ik nodig’ Andreas Post (r.)


WISSELWERKING

VADIM TSIBULEVSKY Vadim Tsibulevsky (1967, Azerbeidzjan, toen nog een Sovjetrepubliek) kreeg op zijn vierde zijn eerste vioolles. Hij studeerde in Bakoe, Moskou en Tel Aviv. Hij won verschillende concoursen en werd in 1996 concertmeester van het Belgische kamerorkest I Fiamminghi. Sinds 2001 bekleedt Tsibulevsky dezelfde positie bij het Nederlands Philharmonisch Orkest in Amsterdam. Als gastconcertmeester heeft hij onder meer gespeeld bij het Koninklijk Concertgebouworkest, Belgian National Orchestra, Stuttgarter Philharmoniker en het operaorkest van De Munt in Brussel. Dit seizoen maakt hij zijn debuut bij het Royal Opera House in Covent Garden, Londen.

50

Bij zo’n restauratie is samenwerking essentieel, zegt Andreas Post. ‘Ik krijg weleens klanten die zeggen: mijn viool klinkt ziek, maak hem alsjeblieft beter. Ik kan natuurlijk zelf wel een beetje vioolspelen, maar het vergt iemand van Vadims kaliber om uit te vinden wat er precies aan schort. Die feedback heb ik nodig.’ ‘Omgekeerd geldt hetzelfde’, zegt Tsibulevsky. ‘Soms kwam ik terug bij Andreas omdat ik nog iets miste in de klank. Dan wist hij precies wat hij moest doen om mij te helpen.’ Post geeft toe dat hij na een aanpassing niet altijd verschil hoorde, maar Tsibulevsky merkte dan toch dat de viool aanmerkelijk prettiger speelde. Echter, al met al was er te weinig verbetering. De ene ingreep gaf vijf procent verbetering, de andere twee en de volgende nog eens drie. Beiden waren echter stellig van de potentie van het instrument overtuigd en Post besloot de viool, met goedkeuring van het NMF, open te maken. MEER BOVENTONEN

Dat had hij overigens al eens eerder gedaan bij een uitgebreide restauratie in het jaar 2000. ‘Ik trof toen een viool aan met littekens. Het binnenwerk bleek sterk gerestaureerd. Die littekens zal het instrument helaas altijd houden. Natuurlijk kun je versleten of beschadigd hout vervangen, maar nieuw hout trilt nooit hetzelfde.’ Bij de nieuwe chirurgische ingreep bleef Tsibulevsky liever uit de buurt. ‘Dat krrr... als de bladen wijken, vreselijk. Je wilt toch ook niet bij de operatie van je vrouw zijn?’ Hoewel de geluiden niet fijn zijn, valt het Post vaak op dat de meeste violisten toch even komen kijken als hun instrument openligt. Post ontdekte dat de reparatie in 2000 te voortvarend was aangepakt. ‘De zangbalk was een fractie te massief, net als nieuw aangebracht hout. Daardoor kon het bovenblad slechts beperkt trillen. Ik heb de viool deze keer alsnog flexibeler gemaakt.’ Tsibulevsky: ‘Ik merkte meteen het verschil. Het instrument resoneerde aanzienlijk beter. Hij had meer boventonen, je hoorde extra klank en kleur. Als muzikant kreeg ik opeens meer vrijheid.’ Toen begon het proces van het optimaliseren: hier nog een flintertje verbetering, daar nog een procentje winst. Qua tijd en kosten een enorme investering, maar zowel violist en bouwer zijn opgetogen over het resultaat.


CHIQUE NAAM

Frits Schutte, hoofd collectie NMF ‘De Guarneri-viool die Vadim bespeelt, is zonder twijfel het topstuk uit onze collectie. Alle aanpassingen die je doet aan zo’n instrument hebben consequenties. Vadim heeft de viool helemaal doorgrond, zodat hij precies kon vertellen wat er miste. Op zo’n manier dat bouwer Andreas Post er ook daadwerkelijk iets mee kon. Daarom werd ik er ook niet zenuw­ achtig van, het is bij dit soort projecten vooral belangrijk dat we precies de goede mensen inschakelen.’

'ALLEBEI GELOOFDEN WE IN DE KWALITEIT VAN DE GUARNERI'

Tsibulevsky is een typische Guarneriman. Vergelijk het met voetbal: je bent voor Ajax óf voor Feyenoord. Violisten kiezen partij voor Guarneri of Stradivari. Wie voor de een is geboren, kan op de ander slecht uit de voeten. Ze hebben een totaal andere persoonlijkheid. Post: ‘Een Guarneri is vaak donkerder van geluid, krachtiger ook op de g-snaar. Een Strad klinkt zangeriger, maar is ook moeilijker te bespelen. Tegen een Guarneri kun je zeggen: dit wil ik. En dat doet hij dan.’ Tsibulevsky protesteert. ‘Behalve deze dan. Ik noem haar weleens Pauline, naar de vrouw van componist Richard Strauss. Dat was een beroemde zangeres, maar ook een lastige tante. Ondanks dat stugge karakter inspireerde ze Strauss tot prachtige muziek.’ Bij het Nederlands Philharmonisch Orkest stuitte Tsibulevsky aanvankelijk op scepsis. Ze zeiden: chique naam natuurlijk, Guarneri. Maar in de zaal klinkt hij niet. Echter, dat was voordat de viool openging. Tsibulevsky: ‘Toen ik met de gerestaureerde viool terugkwam, waren ze meteen om. Het is een instrument dat inspireert. Heerlijk om er de solo’s op te spelen van RimskiKorsakovs symfonische gedicht Sheherazade. Dan betovert hij niet alleen mij, maar heel de strijkersgroep. En soms zelfs de dirigent, haha!’ HEERLIJK GONZEN

Violist en restaurateur kijken tevreden terug op hun samenwerking. ‘Al hadden we niet altijd dezelfde mening’, zegt Tsibulevsky. ‘Op een gegeven moment probeerde ik een snaar uit waar Andreas helemaal niks in zag.’ Post: ‘Als ik hem bespeelde, voelde het aan als een rubberband. Maar Vadim kon hem heerlijk laten gonzen.’ Ruzie hebben ze nooit gekregen. ‘Integendeel’, zegt Tsibulevsky, ‘je werkt aan hetzelfde doel en inspireert elkaar.’ Post valt bij: ‘Met negatieve emoties kom je in dit ambacht geen stap verder.’

ANDREAS POST Andreas Post (1956, Duitsland) is specialist in restauratie, taxatie, expertises, regulering en optimalisering van klank. Hij leerde het ambacht van viool­ bouwer aan de Staatliche Musikinstrumentenbauschule in het Beierse stadje Mittenwald. Hij werkte in Duitsland, Amerika en in Nederland in het atelier van Max Möller & Zn. In 1982 legde Post zijn meesterproef af. In 1984 vestigde Post zich als zelfstandig vioolbouwer aan de Amsterdamse Mozartkade. In 2008 verhuisde hij met zijn bedrijf naar Möllers voormalige atelier aan de Willemsparkweg.

51


2019 TERUGBLIK NMF-EVENEMENTEN 69 CONCERTEN IN ÉÉN WEEKEND

DRIE STRALENDE PRESENTATIECONCERTEN

Ruim duizend bezoekers genoten begin november 2019 van drie stralend mooie Presentatieconcerten. Eerst in Zwolle, toen Amsterdam en een prachtig slot in Den Haag. Naast bevlogen jonge musici, hoorden onze donateurs en hun invités ook gerenommeerde topmusici. Ze zagen vakmanschap op film en namen enthousiast deel aan een NMF-quiz via de smartphone. Nieuwgebouwde en oude instrumenten werden glansrijk aangestreken. Het NMF organiseert de jaarlijkse Presentatieconcerten om zijn donateurs te danken voor hun steun, op welke manier dan ook, en om nieuwe gasten te interesseren voor waar het fonds voor staat. Dit jaar stonden de evenementen in het teken van een bijdrage voor de restauratie van een 250-jaar oude Cuypers-cello. Ontdek leuke weetjes over dit instrument op pagina 80.

52

©Ben Houdijk

©Melle Meivogel

Stralend weer, fantastische musici, sprookjesachtige locaties, verrassende muziekprogramma’s, honderden goed gehumeurde bezoekers, bevlogen boswachters en een schat aan toegewijde vrijwilligers: de tweede editie van het NMF Kamermuziekfestival bij Natuurmonumenten was een daverend succes. Het hoogtepunt? Zo vele! Konden we maar overal tegelijk zijn. 69 concerten vonden er plaats in het weekend van 5, 6 en 7 april 2019. Allemaal op cultuurhistorische plekken van Natuurmonumenten, door heel Nederland: van forten tot boerderijen, van landhuizen tot kassen. Houd onze site in de gaten voor de volgende editie van het NMF Kamermuziekfestival bij Natuurmonumenten.

HUISCONCERTEN OP HET NMF-KANTOOR

Het oudste stenen woonhuis van Amsterdam, uit 1565, is de thuisbasis van het NMF. Het kantoor leent zich uitstekend voor intieme huisconcertjes voor zo’n 25 bezoekers. In 2019 stonden viermaal enthousiastelingen op de stoep voor een zondagochtendconcert en huisgebakken taart. Na afloop mochten zij een kijkje nemen in de instrumentenkamer, de plek waar instrumenten wachten om uitgekozen te worden. Op contrabas en viool klonk het Gran duo concertante van Bottesini; uit twee Gagliano-violen kwamen virtuoze solostukken; een familie zag hun familiebezit (viool) weer terug; en twee nieuwgebouwde cello’s werden gepresenteerd.


©Rien de Jager

HET NMF LAG WEER VOOR PAMPUS DRIE WINNAARS KLEURPLAATWEDSTRIJD

Middenin het magazine van vorig jaar vond u een poster. Op de voorkant trof u alle NMF-musici, zoals we die nu op pagina 44 presenteren. Op de achterkant stond de NMF-collectie getekend, maar nog niet ingekleurd. Vele kinderen gingen met potloden of viltstiften aan de slag, sommigen zelfs met lijm en een schaar. Uit de inzendingen hebben we niet één, maar zelfs drie winnaars geselecteerd. Zij wonnen een kinderconcert voor de hele klas! Onze musici (onder wie Carla Leurs, zie foto) reisden af naar de Montessori Basisschool Houten en de Max Havelaarschool in Delft en zullen nog een bezoek brengen aan de Baalderborggroep in Hardenberg. Met gespitste oren luisterden de kinderen naar de muziek en de instrumenten.

©Gaby Jongenelen

© Rien de Jager

Voor de vijfde keer sloegen het Grachtenfestival, Forteiland Pampus en het NMF de handen ineen voor een ‘grachtconcert’ op het forteiland. Het jaarlijks en tiendaags Grachtenfestival maakt van heel Amsterdam een klassiek podium met meer dan 250 concerten met jonge musici van over de hele wereld. Pampus, gelegen in het IJ-meer, is het boegbeeld van de Stelling van Amsterdam en daarmee UNESCO Werelderfgoed. Half verscholen op het kleine, door mensenhanden geschapen eiland ligt een gigantisch fort vol museaal en avontuurlijk aanbod. Altvioliste Iteke Wijbenga en celliste Octavie Dostaler-Lalonde speelden namens het NMF op het eiland, maar konden het niet laten al op de boot hun instrument te pakken. Op dinsdag 11 augustus 2020 organiseren de drie samenwerkende organisaties hier opnieuw een concert (onder voorbehoud).

53


DONATEUR IN BEELD

HIDDE BEKKERS DONEERT ZIJN TIJD EN KENNIS Tekst: Menno de Boer Fotografie: Marjory Haringa

‘Ik studeer muziekwetenschap aan de Universiteit van Amsterdam, maar werk elke dinsdag bij het NMF op kantoor als vrijwilliger. Daar heb ik al vaak gezien hoe mensen zich laten inspireren door een oud instrument. Als ze bijvoorbeeld een oude viool in hun handen gedrukt krijgen, zie je hen bijna nadenken over de historie en verhalen. Dat hoor je dan ook terug in hun spel. Heel bijzonder. Als kind was ik al geïnteresseerd in strijkinstrumenten. Ik speel zelf viool, lees graag over violisten en bouwers en ga naar veilingen van bijzondere violen. Voor het NMF onderzoek ik nu in hoeverre geblinddoekte luisteraars het verschil horen tussen een nieuwe viool en een oude Stradivarius van een paar miljoen euro. Helemaal iets voor mij! Ik ben blij voor dit fonds te werken. Heel mooi dat het NMF ervoor zorgt dat kostbare instrumenten in handen komen van talentvolle musici,

54

die zoiets anders nooit hadden kunnen betalen. Wat ook nog wel goed is om te vermelden: ik ben nu bezig met een database van hedendaagse vioolbouwers. Daarvoor heb ik eerst uitgebreid onderzoek gedaan naar wat ervoor zorgt dat een bouwer echt bij de top van de top hoort. De voornaamste criteria daarbij: hoeveel prijzen heeft hij of zij gewonnen en hoeveel bekende en gerespecteerde musici spelen er op zijn of haar instrumenten? Objectieve criteria dus. En dankzij die database kan het NMF nu ook musici helpen die zich afvragen bij wie ze hun nieuwe viool kunnen laten bouwen.’ Links aan de muur een portret uit 1958 van violist Theo Olof, die samen met initiatiefnemer Pieter Moerenhout het NMF oprichtte. Het kunstwerk is geschilderd door Willem Schrofer (1898-1968).


JAAROVERZICHT

HET NMF IN

2019 55


EEN BLIK OP 2019 1 5 medewerkers 4,9 fte's 2 zzp’ers

directeur/bestuurder

1.376

303

donateurs

6

vaste vrijwilligers

4

raden en commissies

periodieke schenkingsovereenkomsten

Het NMF is onafhankelijk en ontvangt geen structurele subsidies

€ 2.494.000 totale inkomsten

jaar geleden opgericht

€ 1.178.000 totale uitgaven

€ 1.316.000* resultaat

43

georganiseerde concerten

18

samenwerkingen

69

concerten NMF Kamermuziekfestival bij Natuurmonumenten

* Een aanzienlijk deel van de inkomsten komt voort uit nalatenschappen. In 2019 waren die dermate hoog dat het resultaat daar ook naar is. Dit kunnen we in de toekomst besteden aan instrumenten.

400

30

gemiddeld 400 musici worden langdurig gesteund door het NMF

56

gemiddelde leeftijd NMF-musici

76%

heeft de Nederlandse nationaliteit

24%

heeft de buitenlandse nationaliteit

62%

is vrouw

38%

is man

NMF JAAROVERZICHT 2019

De definitieve cijfers over 2019 stellen wij per 1 juli 2020 beschikbaar via onze website in de jaarrekening.

32

5

leden Raad van Toezicht (onbezoldigd)


onze verschillende inkomstenbronnen

5%

9%

inkomsten stichtingen en fondsen

inkomsten uit bruikleenvergoeding musici

86%

inkomsten particuliere donaties

105

instrumenten en stokken in bruikleen van derden

198

geschonken instrumenten en stokken

507

aangekochte instrumenten en stokken

nieuw geplaatste bouwopdrachten

4

voltooide bouwopdrachten

20

â‚Ź 36.423.200

totale collectiewaarde

duurste instrument

2

â‚Ź 3.400.000

nieuwe aanwinsten

oudste instrument uit

1634

jongste instrument uit

2019

strijkinstrumenten

32%

aantal musici in de leeftijd van:

41-65 jaar 26-40 jaar 19-25 jaar 11-18 jaar

61 192 102 57

20%

46%

nieuwbouw (50 jaar of jonger), waarvan 80% van Nederlandse bodem cultureel erfgoed (ouder dan 50 jaar en boven â‚Ź 50.000)

27%

is oud-Italiaans (50 jaar of ouder) oud-Hollandse instrumenten (50 jaar of ouder)

7%

is van Nederlandse bodem

19%

heel oud-Hollandse instrumenten (100 jaar of ouder) 57


NMF ORGANISATIE Het NMF is een onafhankelijke stichting met 8 bevlogen medewerkers en 6 vaste vrijwilligers. Samen met een trouwe achterban helpt het NMF rond de 400 professionele musici en muziekstudenten in Nederland door aan hen een kwalitatief hoogwaardig en passend instrument in bruikleen te geven.

Š Sarah Wijzenbeek

INSTRUMENTENCOMMISSIE

ONS TEAM

De medewerkers van het NMF hebben veel kennis in huis en vormen samen een hecht team. Het team wordt bijgestaan door een aantal flexibele professionals en een groep van ongeveer zes vaste vrijwilligers die regelmatig helpen bij allerlei klussen. Kijk op pagina 63 voor meer informatie over het NMF-team. Of maak kennis met het team en de vrijwilligers op onze website en lees waarom zij zich inzetten voor musici in Nederland.

De Instrumentencommissie is een zeer belangrijk adviesorgaan van het NMF. Als permanent en geheel onafhankelijke commissie buigt zij zich over de aanvragen van de musici, begeleidt zij het aankoopbeleid en adviseert zij over de samenstelling van de collectie. De commissie bestaat uit specialisten uit de muziekwereld, met ieder kennis op het gebied van talentontwikkeling en/of een specifieke instrumentengroep. De Instrumentencommissie komt jaarlijks vier keer bijeen op het NMF-kantoor. Monique Bartels cellodocente Giselle Bergman altviooldocente Jurjen Hempel dirigent Kees Koelman viooldocent Maria Kuster oud-adjunct directeur Codarts Rotterdam David Kuyken pianodocent Peter Stotijn contrabasdocent Francis Wammes honorair directeur Stichting KAM Coosje Wijzenbeek viooldocente EXTERNE BEOORDELING

RAAD VAN TOEZICHT

Het Muziekinstrumentenfonds heeft een raad-van-toezicht­ model. Dat betekent dat het besturen van de stichting door de directie wordt gedaan. De Raad van Toezicht ziet toe op het beleid van het Muziekinstrumentenfonds en de algemene gang van zaken. Ook staat de Raad de directeur/bestuurder terzijde met advies over beleidsvoornemens. De Raad komt, samen met de directeur/bestuurder, ten minste vier keer per jaar bijeen. De leden ontvangen geen beloning of salaris. Maak op onze website nader kennis met de leden van de Raad van Toezicht. mr. E.H. (Els) Swaab, voorzitter drs. L.H. (Louise) van Deth drs. Q.M. (Quirijn) Korthals Altes mr. S.A. (Simon) Reinink drs. S.C. (Suzanne) Wolff

58

NMF JAAROVERZICHT 2019

De verantwoording over de inkomsten en bestedingen wordt jaarlijks gecontroleerd door een externe accountant. Maar er is ook een externe toezichthouder, het Centraal Bureau Fondsenwerving (CBF), die controleert of wij ons houden aan de kwaliteitseisen van de Erkenningsregeling. Goed nieuws: het CBF heeft ons onlangs getoetst en heeft de CBF-Erkenning (voorheen CBF-keur) wederom aan het NMF toegekend. CULTURELE ANBI-STATUS

Het NMF is door de Belastingdienst aangewezen als een culturele ANBI, een Algemeen Nut Beogende Instelling. Het NMF hoeft daarom geen erfbelasting of schenkingsrecht te betalen. Donateurs van het NMF kunnen hun giften aftrekken van de inkomsten- of vennootschapsbelasting (uiteraard binnen de geldende regels).


NMF INSTRUMENT VOOR TALENT Een hoogwaardig muziekinstrument dat uitdaagt en inspireert in bruikleen geven aan muziekstudenten en professionele musici die dit niet zelf kunnen bekostigen. Dat is wat het Nationaal Muziekinstrumenten Fonds (NMF) doet. Een passend instrument draagt, samen met een grote dosis doorzettingsvermogen, een goed netwerk en talent, bij aan de maximale prestaties van een musicus tijdens een muziekstudie of -carrière. Instrumenten van de hoogste kwaliteit kosten echter veel geld. Met de hulp van vele trouwe begunstigers ondersteunt het NMF met succes structureel circa 400 musici, in alle fases van hun carrière. Inmiddels is het NMF een niet meer weg te denken speler geworden in het Nederlandse muziekleven.

I. DOELSTELLINGEN 1. INSTRUMENTEN IN BRUIKLEEN GEVEN

Het NMF helpt met het in bruikleen geven van instrumenten en strijkstokken aan musici voor wie een aankoop uit eigen middelen buiten hun bereik ligt. Het NMF helpt beroepsmusici, muziekstudenten en jonge talentvolle musici die actief zijn in het Nederlandse muziekleven. Het NMF geeft hen tegen een vergoeding een instrument in handen, waarmee ze zich kunnen onderscheiden en blijven ontwikkelen. Het fonds ondersteunt momenteel voornamelijk strijkers, pianisten en harpisten, maar steeds vaker doen ook musici die andere instrumenten nodig hebben een beroep op het fonds. 2. CULTUREEL ERFGOED VERWERVEN EN BEHOUDEN

De collectie van het fonds wordt als cultureel erfgoed door ons onderhouden en opgebouwd door aankoop, bruikleen en schenkingen. Het NMF erkent de waarde van zowel oude als nieuwe instrumenten, het cultureel erfgoed van vandaag en morgen. In Nederland zijn vanaf de 17e eeuw belangrijke vioolbouwers werkzaam geweest. Ook de collectie bevat zeldzame oud-Hollandse strijkinstrumenten en wordt daarom zowel in binnen- als buitenland zeer gewaardeerd. Daarnaast plaatst het NMF met enige regelmaat bouwopdrachten bij hedendaagse Nederlandse bouwers. Deze instrumenten worden het cultureel erfgoed van morgen. 3. EDUCATIE

Het NMF voorziet zijn musici op het gebied van verschillende educatieve zaken. Zo biedt het NMF door de organisatie van een vijftigtal concerten per jaar (die het NMF in eigen beheer en in samenwerking met andere organisaties organiseert) podiumervaring aan een grote groep musici. Daarnaast weten jonge musici zich vaak gesteund door het NMF doordat het zijn

kennis en netwerk deelt op het gebied van het zoeken naar een passend instrument. Het NMF weet zich verder omringd door vele experts en heeft veel kennis en ervaring opgedaan op het gebied van onderhoud van en reizen met instrumenten.

II. DE COLLECTIE UNIEKE BESTEMMING

Het NMF is in 1988 opgericht en heeft sindsdien gewerkt aan het zorgvuldig opbouwen van een kwalitatief hoogwaardige collectie met muziekinstrumenten en strijkstokken. Vooral de zinvolle bestemming die het NMF aan de instrumenten geeft, maakt de NMF-collectie wereldwijd uniek. De instrumenten en strijkstokken liggen niet in een museum of depot en worden ook niet aangekocht ter investering, maar dagelijks gebruikt door honderden talentvolle musici op de Nederlandse podia. De instrumenten geven de musici een enorme impuls aan hun muzikale studie of carrière. Tegelijkertijd verrijken de instrumenten de kwaliteit van het Nederlandse (én internationale) muziekleven. DIVERSE SAMENSTELLING

De prachtige collectie omvat ruim 500 hoogwaardige instrumenten en 250 strijkstokken. De waarde van onze instrumenten begint bij zo’n € 10.000 per instrument en loopt op tot meer dan € 3 miljoen voor het duurste instrument, met een totale waarde van meer dan 36 miljoen euro. De collectie bestaat voor het grootste deel uit strijkinstrumenten en strijkstokken, pedaalharpen, hoogwaardige vleugels en fortepiano’s, maar er is zeker ook een groeiend aantal andersoortige instrumenten. De samenstelling van de NMFcollectie wordt hierdoor steeds diverser. Van barokviool tot flamencogitaar, van contrabasklarinet tot orgel en van hedendaagse bouwers tot oude meesters.

59


WAT IS WAAR? HET NMF IS ER ALLEEN VOOR MUSICI MET DE NEDERLANDSE NATIONALITEIT NIET WAAR. De musicus dient een actieve rol te vervullen in het

Nederlandse muziekleven, de nationaliteit is daarbij niet van belang. Het muziekleven hier wordt steeds internationaler, we bedienen maar liefst 43 verschillende nationaliteiten.

HET NMF VINDT ALLEEN ANTIEKE INSTRUMENTEN GOED GENOEG NIET WAAR. Het NMF heeft geen voorkeur voor oude of

HET NMF IS ER ALLEEN VOOR TOPTALENTEN ZEKER NIET. Alle professionele musici en muziekstudenten

nieuwe instrumenten. Er is in Nederland een aantal zeer deskundige instrumentenbouwers werkzaam. Het NMF heeft al vele bouwopdrachten geplaatst bij Nederlandse, maar ook internationale instrumentenbouwers. Het aandeel nieuwbouwinstrumenten is 32%.

kunnen, ongeacht hun leeftijd, aankloppen bij het NMF. De aanvragen worden beoordeeld door een onafhankelijke commissie. Lees meer over de aanvraagprocedure op pagina 22.

DE COLLECTIE VAN HET NMF IS TE BEZICHTIGEN WAAR & NIET WAAR. Er zijn instrumenten ‘op voorraad’. Dit

HET NMF GEEFT ALLEEN VIOLEN IN BRUIKLEEN NIET WAAR. Het NMF heeft een heel brede collectie

zijn instrumenten die rouleren, die ter reparatie liggen of die aangeboden zijn aan het NMF. Maar 95% van de collectie is uitgeleend en is dus in handen van de musici, op weg naar podia om ‘bezichtigd’, maar vooral beluisterd te worden.

muziekinstrumenten, met zowel strijkinstrumenten, strijkstokken, vleugels, harpen, enkele blaasinstrumenten en zelfs een orgel. Wel bestaat het grootste gedeelte van de collectie uit strijkinstrumenten. Het NMF begon ooit als ‘Strijkinstrumentenfonds’. Niet geheel onlogisch dus, dat men dit vaak denkt.

HET NMF HELPT ALLEEN KLASSIEKE MUSICI NIET WAAR. Wel is het zo dat het grootste deel van onze

collectie klassieke, Westerse instrumenten bevat. Logischerwijs trekt dat klassieke musici aan. Echter, er zijn steeds meer musici die deze instrumenten ook in niet-klassieke speelstijlen inzetten, zoals in jazz, volksmuziek, wereldmuziek, kleinkunst etc. We hebben in een enkel geval ook een instrument laten bouwen voor musici die een heel specifiek instrument nodig hadden, zoals de vijfsnarige cello voor Ernst Reijseger of de Réus 49 voor Remy van Kesteren.

60

NMF JAAROVERZICHT 2019

ER IS EEN LANGE WACHTTIJD VOOR MUSICI GELUKKIG NIET! Het in bruikleen geven van een instrument

is afhankelijk van een aantal factoren, zoals soort instrument, niveau, urgentie, beschikbaarheid en niet in de laatste plaats smaak. Over het algemeen kunnen we musici binnen enkele weken of maanden helpen. In het topsegment duurt het vaak wat langer, omdat de instrumenten daar schaarser zijn.


DE OVEREENKOMST IS VOOR BEPAALDE TIJD WAAR. De eerste bruikleenperiode duurt in principe 6 jaar.

Echter, deze kan na een verzoek verlengd worden, afhankelijk van de wens van de musicus en het oordeel van het NMF op basis van criteria. Een instrument kan dus levenslang bij een musicus blijven.

HET NMF IS VERSCHRIKKELIJK DUUR NIET WAAR. Alhoewel ‘duur’ een relatief begrip is, vinden

wij de bruikleenvergoeding niet duur. Voor een kwalitatief hoogwaardig instrument (onafhankelijk van de waarde) vragen we een jaarlijkse bijdrage van € 700. Muziekstudenten jonger dan 28 jaar krijgen een korting en betalen in 2020 € 542. Daarnaast betaalt iedere musicus de verzekeringspremie. Vanwege de grote omvang van de NMF-collectie is dit de laagste premie in Nederland. Grootschalige reparaties en onderhoud worden door het NMF betaald. Kosten die voortkomen uit het gebruik, zoals nieuwe snaren, nieuwe beharing, betaalt de musicus zelf. Overigens kan een musicus altijd een aanvraag indienen voor het Steunfonds. Dit NMF-fonds biedt NMF-musici een tegemoetkoming in de bruikleenvergoeding – als de financiële situatie daartoe noodzaakt.

HET NMF ONTVANGT GEEN SUBSIDIE WAAR. Sinds de bezuinigingen een aantal jaren terug staat het

NMF 100% op eigen benen. Daar zijn we trots op. De enige vaste inkomstenstroom, is de vergoeding van musici en de inkomsten uit periodieke schenkingsovereenkomsten (waarbij de donatie over een periode van minimaal 5 jaar vastligt). Het NMF bouwt op de trouwe steun van vele donateurs. Elk bedrag is welkom, groot of klein. Steeds vaker zien we dat particuliere (familie-) fondsen ons weten te vinden.

HET NMF HOUDT ZICH ALLEEN MET UITLENEN VAN INSTRUMENTEN BEZIG STEEDS MINDER WAAR. Een belangrijke pijler is het behoud van

cultureel erfgoed via het aankopen van belangrijke Nederlandse instrumenten, zowel antieke als moderne. Ook verwerven we instrumenten uit het buitenland die een grote toegevoegde waarde hebben voor het Nederlands cultureel erfgoed. Daarnaast is het NMF actief op het gebied van educatie, netwerk en kennisdeling. Het NMF treedt bijvoorbeeld bij elke aanvraag op als adviseur van de musicus door hem te begeleiden in het keuzeproces. Daarnaast worden NMF-musici tijdens hun carrière gevolgd en zoveel mogelijk van advies voorzien op het gebied van gebruik en keuze van instrument en stok. Bovendien biedt het NMF hen de mogelijkheid podiumervaring op te doen en kunnen we musici door onze communicatiekracht helpen met de promotie.

NMF-MUSICI ONTVANGEN GEEN VERGOEDING VOOR DE CONCERTEN NIET WAAR. We willen onze musici graag speelplekken

aanbieden, wat ook ten goede komt aan de promotie van het NMF. In de bruikleenovereenkomst staat dat een musicus twee keer per jaar dient op te treden voor het NMF. Uiteraard ontvangen de musici hiervoor een vergoeding. Vanwege de Fair Practice Code hebben we de gages in 2019 verhoogd.

HET NMF IS EEN UNIEKE ORGANISATIE WAAR. Het NMF is in 1988 opgericht en heeft sindsdien gewerkt

aan het zorgvuldig opbouwen van een kwalitatief hoogwaardige collectie met muziekinstrumenten en strijkstokken. Er is in Nederland geen vergelijkbare organisatie qua doelstelling, professionaliteit en omvang. Vooral de zinvolle bestemming die het NMF aan de instrumenten geeft, maakt de NMF-collectie wereldwijd uniek. De instrumenten en strijkstokken liggen niet in een museum of depot en worden ook niet aangekocht ter investering, maar dagelijks gebruikt door honderden talentvolle musici op de Nederlandse podia. In het buitenland gaat het om organisaties die uiteindelijk als doel hebben winst te maken door waardestijging van de instrumenten uit de collectie, of organisaties die alleen uitlenen aan musici tot een bepaalde leeftijd.

61


IN ONS DNA SAMENWERKEN Concerten, talentontwikkeling, een goede bestemming voor een instrument: het NMF doet dit niet altijd alleen en kent daarom vele vruchtbare samenwerkingen. We praten u even bij.

BUNDELEN VAN KRACHTEN

Wij geloven in de kracht van samenwerken om musici te ondersteunen in hun muzikale carrière. Het bundelen van onze krachten heeft zoveel voordelen. Het kan zaken makkelijker maken, we kunnen het grootser en inhoudelijk sterker aanpakken en we vinden het bovendien ontzettend leuk en inspirerend om met andere organisaties samen te werken. Voor onze relatief kleine organisatie biedt het veel voordelen. ALLE SOORTEN EN MATEN

Het NMF geeft op verschillende manieren invulling aan samen­ werkingen. Op veel niveaus en met verschillende soorten disciplines. Soms structureel, soms incidenteel. Met een belang­ rijke gemene deler: het levert voor alle partijen heel veel op! ONZE PARTNERS

In de afgelopen jaren hebben we de handen ineengeslagen met uiteenlopende organisaties, zoals conservatoria, kamermuziekverenigingen, concertzalen of concoursen en goede doelen. Vereniging Hendrick de Keyser, Het Groninger Landschap, Bond Heemschut en Natuurmonumenten bijvoorbeeld hebben ons de mogelijkheid gegeven projecten en evenementen te organiseren die anders niet mogelijk zouden zijn geweest. Zij openden deuren naar grote groepen nieuwe mensen. We merken aan de toenadering die men zoekt tot het fonds dat het NMF steeds zichtbaarder wordt.

UITGELICHT 1. NMF & STICHTING EIGEN MUZIEKINSTRUMENT ARTISTIEK ONDERNEMERSCHAP

Beide organisaties ondersteunen jonge, talentvolle musici in hun muzikale ontwikkeling door het in handen geven van een passend instrument. Het NMF in de vorm van bruikleen, SEM in de vorm van een financiële bijdrage. Daarnaast ondersteunen ze beide musici met coaching, begeleiding, speelmogelijkheden en publiciteit. Het NMF en SEM nemen een unieke en essentiële plek in binnen het culturele veld in Nederland. Dankzij hun

62

NMF JAAROVERZICHT 2019

activiteiten heeft een groot aantal musici de mogelijkheid gekregen om het professionele podium met succes te bereiken. Door het organiseren van 6 workshopdagen, coaching, intervisie en het helpen creëren van een netwerk wordt jonge musici de kans geboden met een scherp artistiek ondernemingsplan een vliegende start te maken in hun carrière. De fondsenwerving en selectie van musici is gaande. Zodra we voldoende geld geworven hebben, kunnen we van start. 2. NMF & NATUURMONUMENTEN MUZIEK, CULTUREEL ERFGOED EN NATUUR

Een weekend vol concerten op cultuurhistorische plekken van Natuurmonumenten. De editie van het NMF Kamermuziekfestival bij Natuurmonumenten in 2019 had maar liefst 69 concerten in één weekend. In 2020 zetten wij de eerste stappen voor een vervolg op deze samenwerking, dat naar verwachting in 2021 zal worden georganiseerd. 3. NMF & HET NEDERLANDS VIOOLCONCOURS INTERACTIEF EVENEMENT

Legio musici die van het NMF een instrument in bruikleen hebben of hebben gehad, hebben weleens meegedaan met het Nederlands Vioolconcours. Regelmatig staan één of meerdere musici van het NMF zelfs in de finale! Bij de editie 2020 (categorie Oskar Back) was Coraline Groen de winnares: zij had op dat moment een viool van het NMF in bruikleen. Het Nederlands Vioolconcours is een organisatie die de Nederlandse vioolcultuur in de breedste zin des woords wil helpen ontwikkelen en jong viooltalent wil ondersteunen. Tijdens de editie van 2020 stond Utrecht drie weken lang in het teken van de viool. Het NMF heeft ook zijn steentje bijgedragen met een leerzaam en interactief evenement: de Klanktest. Niet de musici, maar de instrumenten speelden de hoofdrol. Het NMF nam een paar prachtige violen mee uit de collectie die door Carla Leurs, oud-finalist van het Nederlands Vioolconcours, uitvoerig aan de tand werden gevoeld. Ook door het publiek meegebrachte violen werden beluisterd. Carla sprak diepgaand over de instrumenten, de klanken en andere belangrijke facetten die een rol spelen bij instrumenten, zoals smaak.


MAAK KENNIS MET HET NMF

Manon Veenendaal (pagina 82) directeur/bestuurder veenendaal@muziekinstrumentenfonds.nl

Vanuit het oudste stenen woonhuis van Amsterdam uit 1565 (huisbaas: Stadsherstel) zet het NMF-team zich in voor talloze musici. We verwelkomen hier musici, vrijwilligers, donateurs en de Instrumentencommissie. Wilt u ons kantoor eens bezichtigen, een kijkje nemen in de instrumentenkamer, kennis met ons maken of gewoon een vraag stellen? Wij ontvangen u graag! Belt u ons eerst even als u langs wilt komen? Op ons kantoor vinden ook regelmatig NMFhuisconcerten plaats. Lees hier meer over op pagina 78. Op het kantoor van het NMF werken acht medewerkers die allemaal gepassioneerd zijn en kennis van zaken hebben. Verspreid door dit blad vindt u ze terug bij het artikel dat hen het meeste raakt. Het bijbehorende paginanummer staat achter hun naam.

Frits Schutte (pagina 51) hoofd collectie schutte@muziekinstrumentenfonds.nl Geertje van der Linden (pagina 23) collectiebeheer vanderlinden@muziekinstrumentenfonds.nl Katrien Kloos (pagina 26) assistent collectiebeheer katrien@muziekinstrumentenfonds.nl Marie-Therese Kuijkhoven (pagina 70) relatiebeheer en nalatenschappen mtk@muziekinstrumentenfonds.nl Lennart van der Sman (pagina 79) productie en promotie ls@muziekinstrumentenfonds.nl

ALGEMENE INFORMATIE

Het kantoor van het NMF is op werkdagen geopend van 9:30 tot 17:30 uur. U kunt ons bereiken op ons algemene telefoonnummer of mailadres. U mag uw e-mail ook direct aan een van de medewerkers sturen. Telefoonnummer: 020-6221255 E-mailadres: info@muziekinstrumentenfonds.nl

Steven Heybroek (pagina 66) financiën en database heybroek@muziekinstrumentenfonds.nl Iefke Wang (pagina 10) freelance projectmedewerker iefke@muziekinstrumentenfonds.nl

Dagelijks mogen wij rekenen op hulp van onze vrijwilligers. Ook deze vrijwilligers zijn op ons kantoor te vinden: Hidde Bekkers – hidde@muziekinstrumentenfonds.nl Jan Boekhout – jan@muziekinstrumentenfonds.nl Joep Jacobs Gloria-Jeanne de Meijer Leo van Rijn Digna Schade van Westrum Tot ons grote verdriet is onze zeer gewaardeerde vrijwilliger Theo Laceulle ons ontvallen. Een in memoriam vindt u op pagina 13.

63


NMF TOEKOMST VERWARRENDE HUIDIGE TIJD

Dit magazine is geproduceerd in een verwarrende tijd. Bijna alles uit dit magazine is gebaseerd op 2019 en geschreven vóór de corona-uitbraak, enkele aanpassingen zijn daarna gemaakt. Bij het ter perse gaan van dit magazine kunnen we nog niet voorspellen wat de uiteindelijke impact van het coronavirus zal zijn. Duidelijk is wel dat de culturele sector waarin wij werken keihard wordt geraakt. Het NMF-team was direct na de coronauitbraak vastbesloten zijn musici niet in de steek te laten. Het is enorm inspirerend om te zien dat we als team (zij het vanuit huis en digitaal) de handen uit de mouwen steken en ijverig werken om iets te kunnen betekenen voor zowel onze gedupeerde musici als onze donateurs. Dat we een klein, slagvaardig, creatief en hecht team zijn, is hierbij een groot voordeel. KORTING OP BRUIKLEENVERGOEDING

Op korte termijn zijn we dus vooral bezig acute zorg te verlenen voor de getroffen musici. De inkomsten die we jaarlijks ontvangen van musici voor bruikleen om een deel van de collectiekosten te dekken (9% van de totale inkomsten), zullen minimaal 25% lager zijn omdat we onze musici een korting op hun bijdrage verlenen. Ook zullen er naar verwachting meer musici dan voorheen gebruikmaken van het NMF Steunfonds, waarvoor we in 2020 op vele manieren, zij het gepast, gaan werven (u leest hier meer over op pagina 85). NIEUWE MANIEREN VAN FONDSENWERVEN

En alhoewel 2019 financieel gezien het beste jaar ooit uit de geschiedenis van het NMF was, is het tegelijkertijd een uitdaging voor goede doelen om met creatieve oplossingen te komen om in deze andere tijden de doelstellingen te blijven verwezenlijken. Onze gangbare manieren van fondsenwerven staan onder druk omdat we het publiek momenteel niet kunnen bereiken tijdens concerten. Ook de Presentatieconcerten, dé manier voor ons om onze donateurs te betrekken en te bedanken, gaan in 2020 niet door. Op korte termijn zullen we dus een antwoord moeten vinden op hoe we onze donateurs door middel van digitale wegen betrokken houden en hoe we hen op een alternatieve manier activeren ons te steunen.

64

NMF JAAROVERZICHT 2019

NAAR DE TOEKOMST Eind 2019 is er vanwege de directiewisseling opnieuw een strategisch meerjarenplan gemaakt voor 2020-2023. Het uitgebreide meerjarenplan is te raadplegen via de website van het NMF. INNOVEREN

We willen investeren in innovatieve projecten, zoals de harp met twee extra snaren (de ‘Réus 49’ voor topharpist Remy van Kesteren) die we recent hebben laten bouwen en het Monteverdi-orgel. Eind 2019 bespraken we de aanvraag van ‘panfluitist des vaderlands’ Matthijs Koene, die op zoek ging naar nieuwe klankmogelijkheden door de bamboepijpen te laten vervangen door metalen pijpen. Het eerste ‘prototype’ inspireerde vele hedendaagse componisten al tot het schrijven van nieuw werk. Het NMF slaat in 2020 de handen ineen met Koene en de Nederlandse orgelbouwer Flentrop om een perfecte versie van de eerste compleet metalen panfluit te realiseren. ONDERZOEKEN

We vinden het belangrijk om periodiek onderzoek te (laten) verrichten. Zo werd in 2019 door een van onze vrijwilligers o.a. onderzocht hoe de kwaliteit van hedendaagse strijkinstrumenten zich verhoudt tot de extreem kostbare meesterinstrumenten uit de gouden periode van de vioolbouwgeschiedenis. Een andere vrijwilliger doet onderzoek naar de geschiedenis van vioolbouwers waarvan het NMF instrumenten in de collectie heeft. Hij schreef in 2019 al tientallen biografieën die wij publiceerden op onze website. Dit onderzoek zal nog zeker een jaar voortduren. Het NMF zal daarnaast de komende periode kwantitatief onderzoek laten verrichten onder alle (aankomende) professionele musici in Nederland om voor de langere termijn in kaart te brengen op welke manier het NMF die doelgroep het beste kan ondersteunen.


CULTUREEL ERFGOED KOESTEREN

ACHTERBAN VERGROTEN

Het NMF volhardt in zijn streven om ons Nederlands cultureel erfgoed te koesteren, uiteraard in de vorm van instrumenten. De verkoop begin 2019 van o.a. een krijttekening van Peter Paul Rubens via een veiling in New York deed veel stof opwaaien en heeft dit onderwerp hoog op de agenda gezet van de overheid. De ‘Commissie-Pechtold’ deed in opdracht van het ministerie van OCW onderzoek en kwam met aanbevelingen voor nieuw beleid. Een en ander sterkt het NMF in het beleid dat wij al jaar en dag voeren, namelijk dat we extra alert zijn op hoogwaardige oud-Hollandse strijkinstrumenten en instrumenten van Nederlandse beroemdheden. Dankzij die alertheid en ons grote netwerk spotten wij instrumenten zodra ze op de markt komen.

Het NMF kan rekenen op de steun van een zeer trouwe groep aan donateurs die gezamenlijk zorgen voor 91% van de inkomsten van het NMF. Helaas is het aantal donateurs in 2019 wederom gedaald en gezien de corona-uitbraak kunnen we een grotere daling verwachten in de nabije toekomst. Het is hier dus op zijn plaats om kritisch te zijn en te streven naar een grotere groep donateurs die zich aan ons wil verbinden en musici wil ondersteunen. De gemiddelde leeftijd van de donateur bij het NMF is 73. Op deze doelgroep zullen we ons richten met de campagne nalatenschappen die wij in 2020 opzetten en naar verwachting eind 2020, begin 2021 uitzetten. Ook de campagne nalatenschappen wordt gefinancierd door middel van gelden uit een stichting. Het NMF voelt ook een maatschappelijke verplichting en ziet een kans om een jongere doelgroep aan zich te gaan binden.

ZORGEN VOOR ONZE PRACHTIGE COLLECTIE

Gelukkig worden de instrumenten door de musici met de allergrootste zorg gebruikt. Het NMF zal ook in de toekomst het bewustzijn van de verantwoordelijkheden die de musicus draagt proberen te vergroten. Het NMF wil musici op een toegankelijke en laagdrempelige wijze informeren over de voorwaarden en zorgplicht van hun bruikleeninstrument, bijvoorbeeld met filmpjes of podcasts. VERHALEN VERTELLEN

Het NMF wil de achterban zo goed mogelijk laten zien waar de donaties en legaten aan besteed worden door middel van storytelling. In 2020 zal een serie podcasts ontwikkeld worden die onze musici laat zien en horen en de achtergrond van de instrumenten verbindt met ons publiek. De podcasts worden gefinancierd door middel van gelden uit een stichting. DE COLLECTIE TOEGANKELIJK MAKEN IN WOORD, BEELD EN GELUID

Nu de instrumenten tijdelijk niet te horen zijn in de concert­ zaal is het helemaal belangrijk om online zichtbaar te zijn. We hebben al prachtig materiaal. De afgelopen jaren hebben we alle instrumenten laten fotograferen en is een begin gemaakt om te trachten de herkomst en geschiedenis van de instrumenten vast te leggen, voor zover deze bekend zijn. Zo wordt aan de naakte feiten het verhaal van het instrument gekoppeld. De kennis van de herkomst van instrumenten in combinatie met geluid is zeer aantrekkelijk voor sociale media. In 2020 zullen we het gebruik van sociale media uitbreiden.

BLIJVEN SAMENWERKEN

Het team is in 2019 uitgebreid met een nieuwe medewerker, Katrien Kloos, die de afdeling Collectie ondersteunt als assistent collectiebeheer. Het team van het NMF heeft zich in 2019 weten te ‘resetten’, na de directeurswissel in 2018. Het vertrek van de vorige directeur en de komst van de nieuwe medewerker bood voor iedereen ruimte om qua werk inhoudelijk door te groeien. Het team zal waar mogelijk samenwerkingen zoeken met hogescholen voor extra ondersteuning op bijvoorbeeld marketing en promotie. Ook zal het NMF op andere vlakken zoveel mogelijk blijven samenwerken.

TOT SLOT Muziek is een universele taal en zorgt voor verbinding. Niet alleen in goede, maar ook in moeilijkere tijden. Onze musici waarborgen muziek op het allerhoogste niveau, met veel plezier en vreugde. De uitdagingen waar musici voor staan vragen nog meer dan voorheen om artistieke eigenheid, creativiteit, ondernemerschap en een goed netwerk. Het NMF signaleert en erkent deze uitdagingen en zet zijn missie onherroepelijk voort: het in bruikleen geven van kwalitatief hoogwaardige, passende muziekinstrumenten aan honderden professionele musici en muziekstudenten. We danken iedereen die hier, in welke vorm dan ook, een steentje aan bijdraagt en hopen dat we, ook in moeilijkere tijden, nog vele succesvolle jaren tegemoet gaan.

65


Steven Heybroek, financiën en database NMF ‘Ik volg Marco op de voet op Instagram. Ik vind hem namelijk een fantastische fotograaf, misschien wel de beste in zijn vak. Vooral zijn zwart-witfoto’s zijn geweldig. Dat hij met zijn beelden wil overbrengen wat de musici willen laten horen, is een mooi uitgangs­ punt in zijn werk. In mijn vrije tijd fotografeer ik zelf ook, soms weleens bij NMF-concerten. Dat zijn dan natuurlijk meer amateur­ foto’s "ter plekke", terwijl Marco zijn locaties echt zorgvuldig uitkiest.’

MUZIEK

verbeelden Al 30 jaar vangt Marco Borggreve de essentie van musici, dirigenten en orkesten met zijn fraaie beelden. Voor het NMF Magazine koos de topfotograaf zijn vier favorieten. Tekst: Sander van Werkhoven Fotografie: Jeroen Dietz

66


INTERVIEW MARCO BORGGREVE

Marco Borggreve is student Theaterwetenschappen als hij in de jaren tachtig tijdens een studentenbaantje bij het Utrechtse Muziekcentrum Vredenburg in aanraking komt met klassieke muziek. Achter de schermen ziet hij een wereld die hij niet kent, maar die hem mateloos interesseert. Hij begint foto’s te maken van de musici die zich, ieder op hun eigen manier, voorbereiden op hun optreden. Borggreve heeft talent en ontwikkelt zich autodidact. Sinds zijn start in 1988 heeft hij vrijwel elke bekende klassieke musicus voor de lens gehad. SIGNATUUR

Borggreve fotografeert zowel in kleur als in sober zwart-wit. Hij fotografeert musici in zijn studio of live, tijdens optredens. Wat maakt zijn beeld herkenbaar? ‘Al mijn geportretteerden krijgen een unieke foto, omdat ze allemaal hun eigen stem hebben. Je ziet wel altijd mijn signatuur, mijn “hand” erin. Zo heeft het beeld sponta­ niteit en is het interessant om naar te kijken. Ook zit er altijd, net als in muziek, een duidelijke structuur in met meerdere elementen. De lijn van een strijkstok mag zich dus best herhalen in een ander onderdeel van de foto.’ UITSTRALING

Volgens Borggreve is het belang van zijn werk sterk toegenomen door de ontwikkeling van sociale media. ‘Uitstraling en presentatie zijn tegenwoordig cruciaal. Toen ik begon werd ik vooral ingehuurd door platen­ maatschappijen voor foto’s voor cd-hoezen. Nu zijn het de musici zelf die mij benaderen voor foto’s op hun site of sociale media. De verschuiving heeft te maken met het huidige verdienmodel in de klassieke muziek. Cd’s worden amper nog verkocht en subsidiebronnen zijn opgedroogd. Musici leven van hun concerten, en om geboekt te worden, moet je jezelf goed promoten. Er zijn in Nederland bijna geen musici te vinden die niet op een instrument van het NMF spelen. Omdat ik veel van hen fotografeer, ontstond bijna als vanzelf mijn band met het NMF. De laatste jaren werken we op zeer regelmatige basis samen. Ze zijn een heel belangrijke speler in de Nederlandse muziekwereld. Dankzij hen krijgen zoveel talentvolle musici de beschikking over een goed instrument dat het beste in hen naar boven haalt. Ik werk wereldwijd en durf gerust te zeggen dat de kwaliteit van de instrumenten waarop in Nederland wordt gespeeld van topniveau is. En dat is echt de verdienste van het NMF.’

Uxía Martínez Botana (2014) ‘Ik wilde de flamencokant van deze energieke en krachtige vrouw benadrukken. De bas staat op een voetstuk en ik heb haar uitgedaagd eromheen te dansen. Het beeld gaat verder dan Uxía alleen. Muziek, dans, vrouwelijke elegantie en kracht. De foto is een hit geworden en wordt veel gebruikt.’

Shuann Chai (2017) ‘Ik maak heel verschillende foto’s. Het instrument dat zij bespeelt, heeft een afwijkende vorm. Ik vond het belangrijk dat erin te verwerken. Ze kijkt bijna mijn kant op, verstild. Ik ben er heel blij mee. ’

Daniel Rowland (2017) ‘Daniel is een man die heel veel speelt. Niet wereldberoemd, wel wereldbekend. Onder collega-musici is hij echt een naam. Het leuke aan hem is dat hij zijn eigen weg gaat. Alle grote zalen heeft hij wel vanbinnen gezien. Het is een echt speelbeest.’

Olivier Thiery (2018) ‘Een verstild beeld. Deze grote man is in het echt langer dan zijn bas. Sommige beelden bedenk ik van tevoren, andere ontstaan ter plekke. Dat is hoe ik werk. Altijd het karakter van de musicus proberen te vertalen naar beeld.’


INTERVIEW MASCHA VAN NIEUWKERK MASCHA VAN NIEUWKERK Leeftijd: 29 Mascha studeerde aan het Koninklijk Conservatorium Den Haag bij Monique Bartels, het Conservatorium van Amsterdam bij Quirine Viersen en het Fontys Conservatorium bij Paul Uyterlinde. Daarnaast volgde ze lessen bij onder anderen Gary Hoffman, Mats Lidström en Troels Svane. Mascha woont met haar vriend in Tuindorp Oostzaan, Amsterdam-Noord.

CELLO Orsolo Gotti Pieve di Cento, ± 1900 Geselecteerd bij een klanktest met 7 cello’s In de collectie sinds 2019 Aangekocht STRIJKSTOK Jean François Daber Lyon, ± 1990 In de collectie sinds 2010 Nagelaten aan het NMF

Dit interview vond plaats na de corona-uitbraak door middel van een videocall.

‘Ik word me er steeds meer van bewust hoe weinig vrouwelijke rolmodellen er zijn in ons vak’ 68

Celliste Mascha van Nieuwkerk (29) is een van de oprichters van de bekende band Fuse. Met haar vrije en energieke speelstijl doorbreekt ze barrières en zoekt ze voortdurend naar vernieuwing. Tekst: Annemiek de Gier Fotografie: Jeroen Dietz

BARRIÈRES

slechten Ook al zit Mascha op dit moment thuis – alle optredens zijn afgelast vanwege het coronavirus – Fuse is nog steeds haar leven. ‘Nu alles stil is komen te staan, hebben we opeens de tijd om de balans op te maken. We spreken elkaar bijna dagelijks via conferencecalls: hoe kunnen we creatief met deze situatie omgaan?’ IDEALE MATCH

Gelukkig is er haar nieuwe cello, die Mascha vorig jaar in bruikleen kreeg van het NMF na jaren te hebben gespeeld op een Lefèbvre van het fonds. ‘Na mijn afstuderen had ik het gevoel dat ik in een nieuwe fase kwam’, vertelt ze. ‘Met Fuse raakte mijn carrière in een stroomversnelling en het verlangen naar een instrument dat daarbij paste, werd steedS groter. Toch was het best een zoektocht om dat perfecte instrument te vinden: breng maar eens onder woorden wat je nou precies wilt.’ Tijdens gesprekken met onder anderen collectiebeheerder Geertje van der Linden van het NMF ontdekte Mascha dat ze niet alleen een teamspeler is, maar ook een solist. ‘Ik wilde graag een cello die goed naar voren komt, maar ook kan meebewegen in het ensemble. In mijn nieuwe cello, een Gotti van rond 1900, heb ik de ideale match gevonden.’ LEVENDE COMPONISTEN

Het liefst speelt Mascha muziek van jonge componisten. Het inspireert haar hoe zij werken: ‘Mensen zoals Caroline Shaw, Miho Hazama en Nathalie Joachim schrijven muziek die de grenzen van genre en instrumentarium overstijgt, zonder afgesneden te zijn van het verleden. Het leuke is dat ze ook mooie partijen schrijven voor strijkers, die heel uitdagend zijn om te spelen.’ Ook het feit dat deze jonge componisten vrouwen zijn, spreekt Mascha aan. ‘Naarmate ik ouder word, word ik me ervan bewust hoe weinig vrouwelijke rolmodellen er zijn in ons vak. Mannen stromen al snel door naar de positie van leidinggevende of componist van concertwerken, terwijl vrouwelijke componisten in Nederland op één hand te tellen zijn. Ik merk dat daar echt iets begint te veranderen.’



NALATEN AAN HET NMF Steeds meer mensen nemen een goed doel op in hun testament. Hierdoor bent u er immers van verzekerd dat uw nalatenschap terechtkomt bij een doel dat u een warm hart toedraagt. Nalaten aan het NMF, hoe werkt dat? De meest gestelde vragen en antwoorden. HOE LAAT IK NA AAN EEN GOED DOEL? U kunt in uw testament laten opnemen dat u (een deel van) uw nalatenschap wilt nalaten aan een goed doel. U kunt ervoor kiezen om het goede doel tot erfgenaam (of mede-erfgenaam) of tot legataris te benoemen. Bij benoeming tot erfgenaam of mede-erfgenaam deelt het goede doel in uw nalatenschap. Dat houdt in dat het goede doel uw nalatenschap erft: bezittingen en ook eventuele schulden. U kunt meerdere personen of goede doelen tot erfgenaam benoemen. Kiest u ervoor om een goed doel te benoemen tot legataris, dan laat u een door uzelf gekozen bedrag, percentage van uw nalatenschap of een bepaald goed (bijvoorbeeld een muziekinstrument) na.

KAN IK BEPALEN WAAR HET GELD DAT IK NALAAT AAN WORDT BESTEED? Als u het NMF opneemt in uw testament zullen wij – op het moment dat uw nalatenschap beschikbaar komt – altijd de beste bestemming zoeken. Of het nu om de aankoop van een nieuw instrument gaat, het onderhoud van een bestaand instrument of het dagelijkse werk van het NMF: uw nalatenschap wordt uiterst zorgvuldig besteed binnen de doel­ stellingen van het fonds. Het heeft onze voorkeur uw nalatenschap vrij te kunnen besteden, omdat wij dan kunnen bekijken waar uw geld het hardste nodig is. Mocht u toch de wens hebben om uw nalaten­schap een specifieke bestemming te geven, dan kan dit vanzelfsprekend.

WAAROM NALATEN AAN HET NMF? Het NMF wil zich blijven inspannen musici te helpen in hun muzikale carrière door hoogwaardige muziekinstrumenten in bruikleen te geven. De waarde van deze instrumenten zal alsmaar stijgen en dus is onze hulp aan musici onmisbaar. Het NMF hecht eraan ook unieke instrumenten te kunnen blijven aankopen en de collectie in topconditie te houden. Het NMF zal ook in de toekomst volledig afhankelijk blijven van particuliere giften en nalaten­schappen. Alleen hierdoor kunnen wij ons werk voortzetten. Als u het belangrijk vindt dat er na uw overlijden wordt doorgewerkt aan deze idealen, zou u kunnen overwegen na te laten aan het NMF.

KAN IK EEN INSTRUMENT NALATEN? Dat behoort tot de mogelijkheden. Meer dan 25% van de collectie bestaat uit geschonken instrumenten. We stemmen onze collectie altijd af op de behoefte van onze musici. Op het moment dat de nalatenschap openvalt, kan het zijn dat onze musici andere behoeften hebben. We geven er dan de voorkeur aan het instrument te verkopen en de opbrengst aan te wenden voor waar op dat moment behoefte aan is.

70

MOET HET NMF BELASTING BETALEN OVER MIJN NALATENSCHAP? Elke verkrijging door het NMF uit uw nalatenschap is vrijgesteld van

Marie-Therese Kuijkhoven, relatiebeheer en nalatenschappen NMF ‘Wij vinden het als NMF belangrijk om onze erflaters te eren. Zo was er een dame in Haren van wie we wisten dat ze ons in haar testament had opgenomen. We stuurden haar elk jaar een kerstkaart en spraken haar regelmatig aan de telefoon. Toen ze overleed, heeft mijn collega en violiste Iefke gespeeld tijdens haar crematie. We zijn ook van plan een instrument naar haar te vernoemen. Natuurlijk houden we de naasten ook zoveel mogelijk op de hoogte.’

erfbelasting. Het fonds is aangemerkt als Algemeen Nut Beogende Instelling (ANBI), waarmee het NMF het volledige bedrag dat u nalaat kan inzetten. WAT KAN IK VERDER VERWACHTEN? Wanneer u het NMF in uw testament tot erfgenaam of legataris heeft benoemd zijn wij daar bijzonder blij mee en horen wij dat graag. Zo kunnen wij uw eventuele wensen met u bespreken, u op de hoogte houden van onze projecten en indien gewenst uitnodigen voor evenementen.

Wilt u meer informatie? Neem contact op met Marie-Therese Kuijkhoven: mtk@muziekinstrumentenfonds.nl. Of kom langs bij een informatiemiddag (zie pagina 78 voor details).


INTERVIEW HOOFDVAKDOCENTEN

HET OOG van de meesters Hoofdvakdocenten spelen een belangrijke rol bij de keuze van studenten voor een instrument. Met een ander instrument, bijvoorbeeld van het NMF, gaat een musicus een nieuwe fase in: het ontwikkelen van een eigen geluid. Aan hun leermeesters de taak leerlingen te laten vergroeien met hun nieuwe, kostbare bezit. Tekst: Rutger Vahl Fotografie: Jitske Schols

71


PETER BRUNT Peter Brunt studeerde aan het Conservatorium van Amsterdam en de Juilliard School of Music in New York. Hij was aanvoerder tweede violen bij het Koninklijk Concertgebouworkest en concertmeester van Amsterdam Sinfonietta. Ook was hij solist bij tal van orkesten. Hij is medeoprichter van het Osiris Trio. Brunt is als hoofdvakdocent viool en kamermuziek verbonden aan het Conservatorium van Amsterdam en het Koninklijk Conservatorium Den Haag.

‘Een viool met een rijke historie kan heel motiverend zijn’ 72


MARIANNE BOER Marianne Boer studeerde in 1992 af aan het Sweelinck Conservatorium bij Jan Wijn. Ook studeerde ze muziek­ wetenschap aan de Universiteit van Amsterdam en Utrecht. Ze won het Jacques Vonk Pianoconcours en werd tweemaal onder­ scheiden met de Zilveren Vriendenkrans van het Concertgebouw. Daarnaast speelt ze in diverse kamer­ muziekensembles. Sinds 1997 is ze als docent/repetitor verbonden aan het Conserva­ torium van Amsterdam. Ook werkte ze vijf jaar lang als hoofdvakdocent piano aan het University College Roosevelt te Middelburg. Tegenwoordig is ze hoofdvakdocent aan de Sweelinck Academie, de nationale opleiding voor jong toptalent van het Conserva­ torium van Amsterdam.

‘Met een vleugel kunnen leerlingen hun eigen klankkleur ontwikkelen’ 73


JULIA DINERSTEIN Julia Dinerstein studeerde viool aan het Tsjaikovski Conservatorium in Moskou en altviool aan het Conservatorium van Maastricht. Zij is momenteel altviooldocente aan Codarts (Rotterdam), ArtEZ Conservatorium (Zwolle), Conservatorium Maastricht, Academie Muzikaal Talent (Utrecht), Hellendaal Muziekinstituut (Rotterdam) en Musica Mundi School (Waterloo, België). Julia Dinerstein maakt deel uit van het The Hague String Trio en het Zemtsov Altviool Kwartet.

‘Studenten met een beter instrument hebben een betere toekomst’ 74


PETER BRUNT HOOFDVAKDOCENT VIOOL

MARIANNE BOER HOOFDVAKDOCENT PIANO

JULIA DINERSTEIN HOOFDVAKDOCENT ALTVIOOL

‘Met leerlingen krijg je vroeg of laat een gesprek over hun instrument. In het begin onderschatte ik hoe moeilijk dit gesprek kan zijn. Studenten zijn namelijk ontzettend gehecht aan hun oude en vertrouwde viool. Ze hebben er een sterke emotionele band mee. Langzaam moeten ze aan het idee wennen dat ze toe zijn aan iets beters. Daarna groeit het besef dat een ander instrument een verdieping van hun klank kan betekenen. Gelukkig geeft het NMF studenten veel tijd om die keuze te maken. Ik benadruk ook altijd dat het geen beslissing voor de rest van hun leven is, dat haalt de druk een beetje weg. De keuze voor een bepaald instrument is overigens heel persoon­ lijk. Geen schouder is hetzelfde en de manier waarop de viool op die schouder rust, heeft invloed op de klank. Ook de stok is erg belangrijk. Het is ontzettend waardevol dat studenten bij het NMF ook hun eigen strijkstok kunnen kiezen. Een goede viool is als een huis met vele kamers. Mijn studenten geef ik de opdracht dat huis te verkennen en volledig te gaan bewonen. Deze meta­ foor helpt hen om alle klankkleuren die in de viool zitten te ontdekken. Daar hebben ze soms hulp bij nodig, omdat ze hun nieuwe instrument nog niet goed genoeg kennen. “Je bent nog steeds in de hal", zeg ik dan. “Durf ook eens naar de woonkamer te gaan en loop de trap op naar de eerste verdieping.” Voor mij als docent is het ontzettend mooi om te zien hoe studenten met een instrument van het NMF de volgende stappen in hun ontwikkeling zetten. Met een betere viool gaan ze altijd beter spelen. Soms omdat de nieuwe viool makkelijker speelt waardoor ze virtuozere stukken aankunnen. Maar een oud instrument van het NMF inspireert ook. Als een viool een rijke geschiedenis heeft, kan dat enorm motiverend zijn. Je ziet dan dat studenten harder gaan studeren en vooruitgang boeken.’

‘De meeste pianoleerlingen beginnen op een rechtopstaand instrument. Daarmee leren ze de basis. Er komt echter een moment waarop zij tegen hun grenzen aanlopen en een vleugel nodig hebben om volgende stappen te kunnen zetten. Het is fantastisch dat het NMF vleugels in bruikleen geeft. Het uitkiezen van een instrument is echter nog niet zo eenvoudig. De vleugel moet namelijk op locatie worden getest. Als pianodocent ga ik dan graag met leerlingen mee om te adviseren over de keuze. Een vleugel is bijna altijd kwalitatief veel beter dan een rechtopstaand instrument. De aanslag van de toetsen is anders, de dynamische range veel groter en het geluid resoneert anders. Pas met een vleugel kunnen leerlingen echt hun eigen klankkleur gaan ontwikkelen. Studenten die overstappen op een vleugel van het NMF zie ik groeien, voor het eerst ervaren ze hoe het is om op een professioneel instrument te spelen. Dat werkt enorm inspirerend en ik zie dat leerlingen vaak veel meer gaan studeren. En daarmee komen technisch moeilijkere stukken binnen bereik. Bovendien gaan ze werken aan hun eigen geluid, hun eigen stijl. Dat is erg belangrijk. Een violist neemt zijn instrument overal mee naartoe, maar een pianist moet meestal spelen op het instrument dat in de zaal of het theater beschikbaar is. Het vereist een heel goede techniek om uit steeds verschil­ lende instrumenten toch je eigen klank te halen. Toen ik een jaar of tien was, vond mijn vader dat er een vleugel moest komen. Ik kan me nog goed herinneren dat het instrument thuis werd afgeleverd. Mijn vader heeft de hele nacht bij de vleugel gezeten en bijna niet geslapen. Ik heb lang op dat instrument gespeeld. Inmiddels heb ik mijn eigen Steinway en heeft een student mijn allereerste vleugel in bruikleen.’

‘Docenten hebben een verantwoor­ delijke rol in de ontwikkeling van hun leerlingen. Het allerbelangrijkste is voor mij dat een student zich veilig voelt. Een muziekdocent is naar mijn idee, naast ouders of verzorgers, ook een soort mentor en steun. Ik streef met mijn leerlingen, jong en oud, naar een gevoel van collegiale samen­ werking. Het mooiste compliment dat ik kreeg was van een leerling die op school een paper moest schrijven over de plek waar ze zich het meest op haar gemak voelde. Ze koos voor mijn vioolles! Het moeilijke van een strijkinstrument is dat het geluid in het begin nog niet mooi klinkt. Er moet eerst veel techniek worden geleerd. De kunst is om de lessen in deze fase interessant te houden. Ik probeer er nooit routine van te maken, maar verzin steeds nieuwe dingen en probeer de sfeer positief te houden. Leerlingen die een instrument van het NMF in bruikleen krijgen, zie ik altijd een enorme sprong vooruit maken. Soms heeft het wel even tijd nodig, een nieuwe viool speelt namelijk altijd anders dan de oude. Het is alsof een leerling er ineens een nieuwe stem bij krijgt. Ook hier geldt dat een leerling zich veilig moet voelen met het instrument en als docent heb ik daarin een adviserende rol. Ik kan bijvoorbeeld helpen zoeken naar een beter passend instrument. Studenten met een beter instrument hebben een betere toekomst. Het is goed om te zien dat het NMF zelfs jonge studenten deze kans biedt.’

75


Tekst: Yolande Verheyen Fotografie: Marjory Haringa

PAYWAST AHMAD

Grenzeloos muzikaal 76


VLEUGEL Feurich Berlijn, 1992 197 cm, zwart hoogglans In de collectie sinds 2017 Geschenk van particulier

Pianotalent Paywast Ahmad woont met zijn ouders en broertje Halwest in de Zaanstreek. De woningbouw­v­ereniging zorgde voor een goed geïsoleerde hoekwoning, zodat de veertienjarige havist naar hartenlust kan oefenen. De Feurich-vleugel uit 1992 kreeg Paywast in bruikleen van het NMF, die het instrument als een schenking van een particulier heeft ontvangen. De tiener speelt het liefst Chopin op zijn geliefde vleugel. ‘Bach is belangrijk, maar Chopin maakt zelfs van een etude iets moois en bijzonders.' Vader Zana echter, die Paywast van jongs af aan begeleidt, laat hem variëren van Liszt tot Granados. Moeder Banaz maakt filmpjes van haar zoon aan het klavier en helpt hem met kleding voor optredens. Zoals laatst voor het Steinway Concours en het Prinses Christina Concours, waar hij de publieksprijs won in de leeftijdscategorie 12-20 jaar. Het schilderij is gemaakt door Siryas, Zana’s jongere broer in Irak. Morgen hangt het weer in kapsalon Paywast in Amsterdam-Oost. De klanten komen er niet alleen voor een goede coupe, maar ook voor de prachtige klassieke muziek die er altijd klinkt.

77


2020 VOORUITBLIK NMF-EVENEMENTEN JAARLIJKSE NMF PRESENTATIECONCERTEN

Met goede moed maakten wij ons klaar voor de Presentatie­ concerten in het najaar 2020. De coronacrisis zorgt echter voor veel onzekerheid in de cultuursector en het is nog te onduidelijk wanneer – en in welke vorm – het concertleven kan worden hervat. De voorbereidingen voor deze feestelijke concerten, waar we u jaarlijks bedanken voor uw steun aan het NMF, hebben we helaas moeten staken. We verplaatsen de Presentatieconcerten hoogstwaarschijnlijk naar het voorjaar van 2021 en berichten u daarover per mail en in onze nieuwsbrief. Komend najaar bieden we u graag een alternatief: in een gepaste, veilige vorm willen we alsnog laten zien waar het NMF voor staat en de instrumentencollectie laten horen. Ook daarover leest u spoedig meer op de website, in de nieuwsbrief of per mail.

INFORMATIEF HUISCONCERT

78

©Jesse Kraal

©Melle Meivogel

©Melle Meivogel

Nalaten aan een goed doel, hoe werkt dat? Tijdens twee huisconcerten trakteren wij u niet alleen op mooie muziek, maar kunt u ook nog iets opsteken. Heeft u weleens nagedacht over wat u bij overlijden wenst na te laten? En aan wie? Wist u dat u ook aan een goed doel kunt nalaten? U hoort deze middag wat de mogelijkheden zijn en hoe u dat kunt regelen. Steeds meer mensen vinden het belangrijk dat er ook na hun overlijden wordt doorgewerkt aan het ideaal waar zij om geven. Dit kan via een testament. Mocht u dit ook overwegen, meer informatie willen of gewoon naar muziek willen luisteren, dan bent u van harte welkom op ons kantoor. Een medewerker van Meijer Notarissen te Amsterdam licht u graag in en zal al uw vragen beantwoorden. Vanzelfsprekend zullen ook musici met een instrument uit de NMF-collectie niet ontbreken. Kunt u niet op onderstaande data, maar wenst u wel verdere informatie, dan kunt u bellen of mailen met Marie-Therese Kuijkhoven: 020-6221255 | mtk@muziekinstrumentenfonds.nl NMF-kantoor Vrijdag 10 december en 22 januari 2021 15:00 met aansluitend een drankje NMF-musici & Meijer Notarissen Gratis huisconcert. Reserveren via: www.muziekinstrumentenfonds.nl


GRATIS LUNCHCONCERTEN

Het stond afgelopen jaar in alle kranten: 'Musici zijn het zat om voor nop te spelen!' Met name op gratis aangeboden lunchconcerten was de nodige kritiek, omdat musici daar niet of nauwelijks voor betaald krijgen. Wees gerust: voor de lunchconcerten die het NMF verzorgt, is dezelfde reguliere vergoeding beschikbaar als voor alle andere NMF-concerten. De concertzaal stelt de zaal en hun personeel beschikbaar, het NMF betaalt de musici. Die investering doet het NMF, omdat de goedbezochte lunchconcerten een waar visitekaartje zijn voor het fonds. Overigens houden wij ook onze vergoeding tegen het licht, om te zien of wij musici niet tekortdoen. In de tussentijd nodigen wij u uit voor een lunchconcert bij een van onze partners: het Muziekgebouw aan ’t IJ, het Koninklijk Concertgebouw en De Oosterpoort in Groningen. De eerstvolgende gratis lunchconcerten staan op onze website.

Lennart van der Sman, productie en promotie NMF ‘Veel donateurs kijken uit naar de Presentatie­ concerten. Ik vind het altijd leuk om ze te organiseren, vooral ook omdat de donateurs best wel iets van ons verwach­ten. Elk jaar zoeken we weer naar een andere manier om hen te verrassen. Zo hadden we vorig jaar een quiz, waarbij de deel­nemers hun antwoorden moesten doorgeven via hun smartphone. De keer daarvoor een camera die livebeelden liet zien van de binnenkant van de vleugel. Wat we de volgende keer gaan doen, blijft nog een verrassing.’ 50 JAAR DELDEN KLASSIEK

DORPSKERK WILP

De dorpskerk in het Gelderse Wilp is een prachtige locatie aan de uiterwaarden van de IJssel. Met veel plezier werkte het NMF enkele jaren samen met het podium Jonge Meesters Wilp. Samen met de initiatiefnemers van dit podium organiseren we een spraakmakend concert. Het talentvolle Animato Kwartet brengt een zinderend optreden samen met de saxofoonsensatie en componiste Kika Sprangers. De opbrengst komt geheel ten goede aan het NMF. Dorpskerk Wilp Zondag 27 september 2020, 15:00 uur Tickets: € 15 (online excl. € 0,99 servicekosten) www.muziekinstrumentenfonds.nl

In 1970 organiseerde Stichting Delden Klassiek haar eerste concert in de Oude Blasiuskerk te Delden. Vele topsolisten en -ensembles zijn de revue gepasseerd, ook in Kasteel Twickel en Hoeve De Haar. Het NMF haakte de laatste jaren aan en nodigde driemaal een strijkkwartet uit: het Animato Kwartet, het Dostojevski Kwartet en het Belinfante Kwartet. In september is dat het Babylon Quartet. Maar er is nog iets te melden: het 50-jarig jubileum wordt op 20 september gevierd met een concert van Lucas en Arthur Jussen. De totale opbrengst van de kaartverkoop en donaties schenkt Delden Klassiek aan het NMF. Dat bedrag wordt overhandigd in oktober, wanneer Daniel Rowland, Maja Bogdanović en Nino Gvetadze optreden. Op een rijtje: 20 september 2020, 20:00 Jubileumconcert, Oude Blasiuskerk, Delden 30 september 2020, 20:00 Babylon Quartet, Hoeve De Haar, Ambt Delden 18 oktober 2020, 16:00 Daniel Rowland & Friends, Oude Blasiuskerk, Delden Kaarten: www.deldenklassiek.nl

79


Cuypers-cello CUYPERS-CELLO

80


81


TOEN & NU

Met een instrument van het NMF in bruikleen startten deze jonge musici ooit hun professionele loopbaan. Inmiddels heeft hun carrière een vlucht genomen. We zochten uit hoe het nu met hen gaat.

Groot geworden MET HET NMF Tekst: Annemiek de Gier Fotografie ‘toen’: Sjaak Ramakers

Instrument toen: viool, gebouwd door Martin Leopold Widhalm (1783), uit de collectie van het NMF Instrument nu: dezelfde viool als toen

Manon Veenendaal, directeur NMF ‘Toen Rosanne Philippens een tiener was, kwam ze hier voor het eerst een instrument aanvragen. Inmiddels is ze een jonge vrouw met een bloeiende muzikale carrière. Ik vind het zo gaaf om aan de wieg te staan van talent. Wij helpen ongeveer vierhonderd musici en ik volg ze zoveel mogelijk. Het liefst live bij hun concerten, of anders wel via sociale media.’

82

Noa, 18 jaar

NOA EYL (32)

Noa speelt nog altijd op de viool die hij in 2005 in bruikleen kreeg. Hij viel al jong op door zijn behoefte aan vrijheid van interpretatie en werd een meester in improviseren. Tegenwoordig speelt dit toptalent in diverse volks­ensembles, een salonorkest, heeft hij een jazzcombo en doet hij veel met kleinkunst. Ook speelt hij een klassiek repertoire, maar altijd op zijn eigen, eigenzinnige manier.

©Marco Borggreve


Pieter, 14 jaar

Instrument toen: Engelse cello van onbekende bouwer (1727), uit de collectie van het NMF Instrument nu: cello, gebouwd door Johannes Theodorus Cuypers (17751780), uit de collectie van het NMF

PIETER DE KOE (25)

Pieter is een gedreven kamermuziek­musicus en medeoprichter van het veelbelovende Animato Kwartet. Hij is actief in heel Europa en speelde onder andere kamermuziekconcerten in Casa da Música in Portugal, Sala São Paulo in Brazilië, het Concertgebouw Amsterdam en de Doelen Rotterdam. Gedurende zijn ontwikkeling als cellist bespeelde hij verschillende cello’s van het NMF. Inmiddels is dat een prachtige oud-Hollandse Johannes Theodorus Cuypers-cello. ©Foppe Schut

ROSANNE PHILIPPENS (33) Rosanne begon op driejarige leeftijd met viool­ spelen en bouwde een glansrijke carrière op. Ze won diverse concoursen en soleerde onder andere bij het Radio Filharmonisch Orkest en Amsterdam Sinfonietta. Ook nam ze vier succesvolle cd’s op. Inmiddels speelt Rosanne op een viool die past bij haar huidige niveau en ervaring: een ‘Barrere’Stradivarius uit 1727, haar ter beschikking gesteld door het Elise Mathilde Fonds. Het was niemand minder dan Janine Jansen die haar voordroeg als nieuwe bespeler van haar 'Strad'.

Instrument toen: viool, gebouwd door Gustav Erhard Uebel (1942), uit de collectie van het NMF Instrument nu: ‘Barrere’Stradivarius (1727), haar ter beschikking gesteld door het Elise Mathilde Fonds ©Sarah Wijzenbeek | Jurk: RVDK Rosanne, 18 jaar

83


Svenja, 11 jaar

Instrument toen: driekwartviool, gebouwd door Lambert Houniet (2002), uit de collectie van het NMF Instrument nu: viool, gebouwd door Camillo Camilli (1745), haar ter beschikking gesteld door een anonieme bruikleengever

SVENJA STAATS (23)

©Jean-Marc Kessely

Het is al even geleden dat de tienjarige Svenja binnenkwam bij het NMF, met oogjes die fonkelden van plezier. Sindsdien geeft Svenja als soliste concerten in binnen- en buitenland en volgde ze masterclasses bij vele beroemde musici waaronder Leonidas Kavakos en Jaap van Zweden. Ze ontving de prestigieuze “Jacobs Scholar Award” die haar de mogelijkheid gaf om in de VS bij Alexander Kerr de vierjarige opleiding “Bachelor of Music in Violin Performance” te volgen. Dit voorjaar sloot zij die summa cum laude met “Highest Distinction” af.

JIRI TAIHUTTU (24)

Op jonge leeftijd trad Jiri op met zijn vader als flamencoduo en op zijn tiende zat hij in een klas op het conservatorium voor uitzonderlijk talent. Daar leerde hij de fijne kneepjes van het vak van flamencomeester Eric Vaarzon Morel. Samen verzorgden ze tal van concerten voor het NMF. Op zijn negentiende begon hij de rapformatie Anbu Gang. Met succes: ze brachten muziek uit met grote namen als Kempi, Jacin Trill en Bokoesam.

Instrument toen: flamenco­ gitaar, gebouwd door Gerundino Fernández García (1981), uit de collectie van het NMF Instrument nu: op het moment geen instrument uit de NMF-collectie

Jiri,14 jaar

84


UW HULP BLIJFT

onmisbaar

De gevolgen van de coronacrisis voor de culturele sector zijn enorm. Daarom hopen de musici juist ook dit jaar op uw steun te kunnen rekenen. Meteen al was duidelijk dat de coronacrisis voor de cultuursector enorme gevolgen zou hebben. Musici zagen hun mooie plannen in duigen vallen, liepen een groot deel van hun inkomsten mis en leefden in onzekerheid van wat hen te wachten staat. Het NMFteam was vastbesloten zijn musici niet in de steek te laten: • Er werd een noodplan opgezet voor pianisten die geen vleugel tot hun beschikking hebben vanwege het sluiten van conservatoria. • We verzamelden informatie voor musici die de sector zou kunnen versterken. • We zetten een livestream op om in verbinding te blijven met onze achterban en musici. • Tot slot besloot het NMF zijn musici direct steun te verlenen door de kwartaalbijdrage niet te incasseren en een wervingscampagne te organiseren voor het NMF Steunfonds. URGENTER DAN OOIT In deze huidige tijd verwachten we dat meer NMFmusici een beroep doen op het NMF Steunfonds. Voor sommigen van hen wordt het vrijwel onmogelijk de bruikleenvergoeding aan het NMF te voldoen.

De bruikleenvergoeding is een jaarlijkse vergoeding die de musicus betaalt voor de bruikleen van een instrument. Deze bedraagt momenteel € 542 per jaar voor studenten en € 700 voor professionele musici. Met het NMF Steunfonds wil het NMF ook jong talenten, conservatoriumstudenten en professionals die door omstandigheden minder te besteden hebben, een passend hoogwaardig muziekinstrument in bruikleen kunnen geven. Uw bijdrage is daarom urgenter dan ooit! DRAAGT U BIJ? Ons streefbedrag is € 50.000. We hopen dat u wilt bijdragen aan het Steunfonds. Maakt u uw bijdrage dan over op NL58 ABNA 0555 0286 66 t.n.v. St. Nationaal Muziekinstrumenten Fonds onder vermelding van 'Bijdrage NMF Steunfonds’. Of betaal direct via Tikkie. Scan de code met uw smartphone, kies een bedrag en betaal direct via iDeal. Hartelijk dank!

HET NMF STEUNFONDS Het NMF beschikt sinds 2018 over een NMF Steunfonds. Dit fonds is in het leven geroepen door oud-directeur Marcel Schopman ter gelegenheid van zijn afscheid. Het biedt NMF-musici een tegemoetkoming in de bruikleenvergoeding – indien zijn of haar financiële situatie daartoe noodzaakt.

WWW.MUZIEKINSTRUMENTENFONDS.NL/STEUNFONDS 85


WORD DONATEUR

en maak kans op een privéconcert Vindt u het belangrijk dat musici in Nederland een instrument krijgen dat een impuls geeft aan hun muzikale ontwikkeling? En heeft u hart voor ons culturele erfgoed? Een donatie helpt het NMF deze idealen te realiseren. We zijn blij met iedere donatie – groot of klein, eenmalig of vast. Vanaf € 150 p.j. voor een periode van 5 jaar verbindt u zich langdurig en helpt u structureel. Wij nodigen onze donateurs graag uit voor concerten en evenementen en houden u met een magazine, bulletin en maandelijkse nieuwsbrief op de hoogte. WORD NU DONATEUR EN MAAK KANS OP MOOIE CADEAUS 1x privéconcert Een privéconcert op het sfeervolle NMF-kantoor in een zestiende-eeuws pand met de musicus of musici van uw keuze. U kunt kiezen uit ruim 400 NMF-musici! Voorwaarden: zaalhuur elders of catering is voor eigen rekening. Musici en repertoire in overleg.

10x kaartenmapje Een set met tien wenskaarten met daarop prachtige instrumenten uit de NMF-collectie, gebouwd door oud-Hollandse meesterbouwers.

Doneren kan via www.muziekinstrumentenfonds.nl/steunons. Of maak uw bijdrage over op NL58 ABNA 0555 0286 66 t.n.v. St. Nationaal Muziekinstrumenten Fonds. U kunt ook onderstaande antwoordkaart uitknippen en sturen naar: Stichting Nationaal Muziekinstrumenten Fonds, Antwoordnummer 10638, 1000 RA Amsterdam

JA, IK SLUIT MIJ GRAAG AAN BIJ HET NMF IK DONEER HET NMF PER JAAR

E 50

E 100

E 250

ANDERS: E

PER MAAND

E 5

E 10

E 15

ANDERS: E

Ik wil graag dat mijn bijdrage wordt aangewend voor het NMF Steunfonds

EENMALIG

E 50

E 100

E 250

ANDERS: E

Het NMF mag mijn bijdrage vrij besteden

IK WIL PERIODIEK SCHENKEN EN EEN PERIODIEKE SCHENKINGSOVEREENKOMST AFSLUITEN VOOR E (MINIMAAL E 150 PER JAAR) VOOR

JAAR (MINIMAAL 5 JAAR)*

IK MELD MIJ AAN VOOR DE NIEUWSBRIEF EN KRIJG HET NMF MAGAZINE GRAAG THUISGESTUURD

**dhr. / mevr. voorletters

tussenvoegsel

achternaam

adres postcode

woonplaats

telefoon IBAN

e-mail Ik machtig tot wederopzegging het NMF bovengenoemd bedrag ** eenmalig / maandelijks / jaarlijks van mijn bankrekening af te schrijven

geb.datum plaats datum

handtekening

* wij nemen hierover contact met u op. ** doorhalen wat niet van toepassing is. zie onze website voor onze privacyverklaring



59 NIEUWE GEZICHTEN IN 2019. BEKIJK ALLE 411 NMF-MUSICI OP DE WEBSITE. VEEL DANK VOOR UW STEUN! MUZIEKINSTRUMENTENFONDS.NL


Articles inside

INTERVIEW MARCO BORGGREVE

6min
pages 66-69

NALATEN AAN HET NMF, HOE WERKT DAT?

9min
pages 70-75

OP BEZOEK BIJ PAYWAST AHMAD

5min
pages 76-79

15/35

1min
page 54

SHAUNTELL DOORBREEKT GRAAG GENRES

13min
pages 46-53

VOORLEES)VERHAAL SIMON VAN DER GEEST

5min
pages 40-43

HENKJAN HONING OVER MUZIEKCOGNITIE

6min
pages 36-39

AMBACHT VOLGENS AZIZ BEKKAOUI

10min
pages 28-35

NIEUWE AANWINSTEN IN DE COLLECTIE

9min
pages 16-21

MUSICUS ZOEKT INSTRUMENT

3min
pages 22-23

NIEUWE GELUIDEN: KORT NIEUWS

8min
pages 12-15

DECORATIE VAN HET MONTEVERDI-ORGEL

8min
pages 24-27

DE VEERKRACHT VAN ONZE MUSICI

11min
pages 6-11
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.