VMT food 3 (2015)

Page 19

VOEDINGSMIDDELEN, MANAGEMENT EN TECHNOLOGIE VOOR DE FOODPROFESSIONAL .be Duurzaam aankopen FAVV-TOPMAN OVER VOEDSELVEILIGHEID • KOFFIEBONEN NIET MEER MALEN • PERSLUCHT • HARMONISATIE VAN DE DIERVOEDERKETEN • CHOCOLADE PRINTEN • EUROPESE BIOWETGEVING WWW.VMTFOOD.BE 2015 | EDITIE 3
04 VMT FOOD 23 SEPTEMBER . NR 3 INHOUD
. . . . . . . . . . . . . . . . .
10. Duurzaam aankopen hoog op de agenda van de voedingsindustrie . . . . . .
. .
20. FAVV-topman Herman Diricks benadrukt belang goede autocontrolesystemen. . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . .
16. Hyperspectrale visiontechnologie kwalificeert koffiebonen . . . . . . . .
. .
Foto cover: Fairtrade
26. Barry Callebaut innoveert met het printen van chocolade . . .

Nieuws

6 Nieuws

6 Column: Piet Vanthemsche

33 Technisch nieuws

35 Agenda

Duurzaamheid & MVO

10 De markt bepaalt de topics

Wetgeving & Toezicht

15 Hervorming Europese bio-wetgeving zaait verdeling

Technologie & Techniek

16 Niet meer malen

29 Voedselveiligheid, houdbaarheid & hygiëne

30 Persluchtconditionering: de vergeten schakel

Voedselveiligheid & Kwaliteit

20 FAVV-topman: ‘In Europa behoren we tot de beste van de klas’

22 Harmonisatie veiligheid diervoederketen

Mensen & Loopbaan

25 Excellente voedingsoperator heeft de toekomst

Ingredient & Product

26 Barry Callebaut print chocolade

De roze tractor

Misschien heeft u hem ook gezien, tractor Roza, het initiatief van landbouwjongerenorganisatie Groene Kring? De opvallende geverfde tractor reed vanaf 9 augustus een maand lang door Vlaanderen. Achter de tractor hing een marktkraam met een unieke verkoopformule. De consument kon zelf de prijs van de producten bepalen. Hij zag wel de kostprijs en de prijs die de landbouwer er voor krijgt, wat duidelijk maakte dat de boeren vandaag met verlies werken.

De consumenten waren gul. De meesten betaalden per verpakking gemiddeld 50 cent tot een euro bovenop de kostprijs. Ze geven hiermee een duidelijk signaal naar de retailers. De boer verdient beter.

Veel kopers zijn zich hierdoor ook beter bewust geworden van de economische realiteit in de productketen van boer tot bord. De meesten ondertekenden de digitale petitie SOS Voedselprijzen, die Boerenbond samen met Groene Kring en KVLV-Agra, de landbouwvrouwen, organiseerde. Uiteindelijk kon de landbouwfamilie op 7 september in Brussel meer dan 30.000 handtekeningen overhandigen aan de Europese Landbouwraad.

De vraag is in hoeverre de Europese Commissie in haar gemeenschappelijk landbouwbeleid de landbouwers uiteindelijk tegemoet gaat komen in hun wensen. Voedingsindustrie en -handel staan achter de vraag van de landbouwers voor een eerlijke prijs, maar dat is niet voldoende in de huidige marktsituatie. Ook een ondersteunend EU-beleid is broodnodig.

05 COLUMN . . . . . .
Yves De Groote • redactie@vmtfood.be

Riboflavinen en carotenen in aardappelvlokken

Het gebruik van riboflavinen (E 101) en carotenen (E 160a) in gedroogde aardappelkorrels en -vlokken is volgens EU Verordening 2015/1378 toegelaten. Tot nu toe mocht alleen curcumine (E 100) worden gebruikt in gedroogde aardappelkorrels en -vlokken om weer te komen tot een visueel aanvaardbaar uiterlijk van het voor consumptie bedoelde eindproduct.

....................................................eu.vlex.com

Aandelen Lotus Bakeries

Lotus Bakeries heeft twee derde van de aandelen van de Britse fabrikant van gezonde snacks Natural Balance Foods in handen. De producten van NBF zijn gemaakt met 100% natuurlijke ingrediënten, zonder toegevoegde suikers en lactose-, tarwe- en glutenvrij. De laatste drie jaar verdrievoudigde de Britse voedingsproducent zijn verkoop, voornamelijk gedreven door de spectaculaire vraag naar 100% natuurlijke producten, ‘whole food’ snacks, in de Britse supermarkten. Dit jaar verwacht het bedrijf een omzet van €46 miljoen.

..........................................www.lotusbakeries.com

Verder Groep neemt over

De Nederlandse Verder Groep heeft de Fullwood Packo Groep overgenomen. Dit versterkt de positie van de Nederlandse onderneming in hygiënische procestoepassingen voor de voedingsindustrie, evenals in de sector van de industriële pompen.

................................................www.verder.com

JBT Corp. koopt Stork Food

De Amerikaanse JBT Corporation, een leverancier van technologieën voor de voedingsindustrie, neemt het Nederlandse Stork Food & Dairy Systems over. Het Amerikaanse bedrijf heeft in België een vestiging in Sint-Niklaas. Topman Steve Smith van JBT FoodTech benadrukt het belang van de kennis, expertise en technologieën die Stork Food & Dairy Systems aan JBT’s Liquid Foods productportfolio toevoegt.

........................................www.jbtcorporation.com

Statiegeld lost zwerfvuil niet op

De Belgische Brouwers, Comeos, Fevia, Unizo, VIWF en VOKA erkennen het zwerfvuilprobleem, maar herhalen dat statiegeld dit probleem niet oplost. Het maakt inzamelen complexer en duurder, zowel voor bedrijven als consumenten. De federaties zijn tegen statiegeld op drankverpakkingen, maar voor een globale zwerfvuilaanpak. Ze benadrukken dat de sector al veel inspanningen levert in de strijd tegen zwerfvuil en zijn bereid de komende jaren nog miljoenen te investeren in een globale aanpak.

...................................................www.fevia.be

Belang van de boer voorop

Boerenbond behartigt de belangen van de actieve landen tuinbouwers en zorgt voor vorming en dienstverlening. De organisatie vindt haar ontstaan in de diepe crisis die de sector kende eind 19e eeuw, dit door invoer van goedkope granen, vooral uit Amerika. Boeren verenigden zich in die periode om een antwoord te vinden op de snel veranderende maatschappij waarin de industrie groeide, mobiliteit van mensen en goederen gangbaar werd en mechanisatie het werk veranderde. Landbouw evolueerde van zelfvoorzienende activiteit naar een economische sector en verving een deel van zijn akkerbouw door tuinbouw en veeteelt. Herhaaldelijk werd de sector geconfronteerd met zware maatschappelijke veranderingen (nieuwe technologieën, invoering en hervormingen van het Europees landbouwbeleid, groeiende vrije wereldmarkt). Boerenbond is er voor en door de boeren. Standpunten worden ingenomen door boerenbestuurders. De structuren zijn democratisch opgebouwd met om de 5 jaar verkiezingen. Het hoogste bestuursorgaan is het Hoofdbestuur. De voorbije 125 jaar is de werking van Boerenbond voortdurend geëvolueerd, maar de kernspreuk bleef dezelfde: ’Ieder voor allen, allen voor ieder’, dit in het belang van en met sterke focus op de toekomst van de sector. Boerenbond zet in op het verder verduurzamen van de Vlaamse land- en tuinbouw en op een plant- en dierproductie met respect voor mens, dier en milieu. De landbouworganisatie maakt deel uit van een bredere plattelandsbeweging waar Landelijke Gilden, KLJ, Groene Kring, KVLV, KVLV-Agra en LRV deel van uitmaken, goed voor een middenveldorganisatie van 200.000 leden. Met dochterbedrijven Aveve, SBB en participaties in Acerta en KBC is Groep Boerenbond ook actief in de ruime agrovoedingsketen. Elke participatie heeft als doel op termijn de positie van de boer te versterken. Het belang van de boer staat altijd voorop.

06 NIEUWS GASTCOLUMN
Piet Vanthemsche, voorzitter Hoofdbestuur Boerenbond

UGent brouwt bier uit afvalwater

Onderzoekers van de Gentse faculteit Bio-ingenieurswetenschappen brouwden uit afvalwater van de stadsbrouwerij De Wilde Brouwers een lekker blond bier met hoge gisting.

“Het afvalwater hebben we opgezuiverd met behulp van membranen, een volwaardige technologie in de watersector die onder meer gebruikt wordt om zeewater te ontzouten tot drinkbaar water in streken met een nijpende waterschaarste, zoals het Middellandse Zeegebied, Californië, Australië en het Mid-

den-Oosten.” Dit vertelt Ingmar Nopens, voorzitter van het Centre Environmental Science and Technology van de faculteit Bio-ingenieurswetenschappen.

“Het water had nadien nog enkele aanpassingen nodig, zoals het terug oplossen van een aantal mineralen, maar was vervolgens onmiddellijk bruikbaar als brouwwater. Conform de wetgeving werd de kwaliteit onderzocht en goedgekeurd door een geaccrediteerd drinkwaterlabo. De rest van het brouwproces houdt voor ons Belgen geen geheimen meer in, los dan van het recept, dat een geheim blijft tussen ons en De Wilde Brouwers.”

Mentaliteitswijziging

De ontwikkelaars willen enerzijds aantonen dat veel technologieën voor hergebruik van grondstoffen al volwaardig en beschikbaar zijn. Er zijn geen futuristische of magische apparaten voor nodig, een slim gebruik van bestaande technieken is veelal voldoende. Het toepassen van hergebruik hier vereist vooral een mentaliteitswijziging bij de industrie, die slimmer moet gaan nadenken over de processen en materialen.

Grondstofrecuperatie vergt uiteraard een inspanning en economische afweging op lange termijn. Maar in veel gevallen, zoals bij water, zal de druk op de beschikbaarheid gestaag toenemen de komende jaren. “Hergebruik is hierbij een van de mogelijke pistes die we kunnen bewandelen”, aldus Coppens. Anderzijds willen de onderzoekers de menselijke perceptie op de proef stellen. Hoe staan mensen tegenover producten die vervaardigd zijn uit gerecupereerde grondstoffen? “Dit is een belangrijke sociale factor die vaak vergeten wordt wanneer we aan hergebruik van grondstoffen denken en die het welslagen ervan sterk zal bepalen”, zegt Nopens. ........................www.r2t.ugent.be

Ben & Jerry’s lanceert Save Our Swirled

In aanloop naar de klimaattop in Parijs in december 2015, spoort Ben & Jerry’s consumenten aan actie te ondernemen tegen klimaatverandering. Onder het motto ‘If it’s melted it’s ruined’ roept het bedrijf zijn fans op om zich aan te sluiten bij AVAAZ. Deze wereldwijde beweging zet zich in om de stem van de bevolking naar wereldleiders te brengen.

Om bewustwording over klimaatverandering te vergroten, lanceert het activistische ijsmerk de smaak Save Our Swirled. De nieuwe smaak is vanaf 1 oktober verkrijgbaar bij Colruyt, Carrefour en Provera. Het ijsje bestaat uit frambozenroomijs met swirls

van marshmallow, frambozen en bramen, en choco-ijshoorntjes. De campagne van Ben en Jerry’s is een logisch gevolg van de progressieve achtergrond van het van oorsprong Amerikaanse merk, dat Fairtrade ingrediënten gebruikt en vanaf 2002 een CO2 compensatieprogramma hanteert. “Ben & Jerry’s meet sinds 2005 de impact van zijn CO2-uitstoot over het gehele productieproces en heeft ambitieuze doelstellingen neergezet om de impact te verminderen”, zegt Lilian Geijsen, countrymanager in Nederland. “Maar dat is niet genoeg. Om de temperatuurstijging onder de 2° C te houden, moeten bedrijven, burgers en de overheid zich samen inzetten.” In Nederland opende het bedrijf vorig jaar de Chunkinator, een biovergister bij de fabriek in Hellendoorn,

waar al het voor Europa bestemde ijs gemaakt wordt. De biovergister reduceert samen met een aantal andere groene initiatieven tussen de 15-20% van de gasbehoefte van de fabriek, en heeft de potentie om tot 50% van het gasgebruik te reduceren.

NIEUWS MEER NIEUWS OP WWW.VMTFOOD.BE VMT FOOD . 23 SEPTEMBER . NR 3
.........................www.benjerry.be
07

Samenwerking

Veiling Haspengouw, Univeg en AIF

Veiling Haspengouw, Univeg (een divisie van Greenyard Foods) en AIF (de investeringsmaatschappij van Boerenbond) gaan op commercieel vlak samenwerken. Veiling Haspengouw blijft als coöperatie bestaan en wordt versterkt door de uitbreiding van de afzetkanalen. Univeg van zijn kant participeert in twee filialen van Veiling Haspengouw, namelijk H-Fruit en H-Pack. H-Fruit wordt meer dan ooit de verkooporganisatie van alle hard- en zachtfruit van de leden-fruittelers van Veiling Haspengouw. H-Pack is het sorteer- en pakstation van de veiling, en behoort tot de modernste van Europa. H-Fruit en H-Pack vergroten hun commerciële slagkracht door deze samenwerking. Het project kan op de financiële steun rekenen van AIF, het investeringsfonds van Groep Boerenbond, omdat het de positie van de Belgische fruitteler versterkt en een marktgestuurde productie in de hand werkt. ...............................................www.univeg.com

Obesitas bestrijden bij kinderen

Uit een studie, uitgevoerd door het Canadese onderzoeksteam van professor Raylene Reimer van de University of Calgary, blijkt dat de uit cichoreiwortel gewonnen prebiotische vezel Orafti Synergy1 van Beneo de eetlust beter reguleert. Ook remt het de voedselinname bij kinderen met overgewicht en obesitas.

De resultaten werden voorgesteld tijdens wetenschappelijke sessies van de ‘American Society for Nutrition’ op het congres Experimental Biology 2015 in Boston. Ze tonen aan dat kinderen die dagelijks een supplement met 8 gram Orafti Synergy1 namen, zich significant voller en meer voldaan voelden en dat hun verdere voedselinname lager was. Verder bleek het verzadigingsgevoel significant hoger te zijn in de groep die het vezelsupplement had gekregen. De bevindingen bevestigen de resultaten van eerdere studies bij volwassenen en kinderen omtrent gewichtsmanagement met uit cichoreiwortel gewonnen vezels.

Pack4Food start

OptiBarrier-project

Vanaf 1 oktober start Pack4Food, dat dit jaar tien jaar bestaat, het vierjarige onderzoeksproject OptiBarrier. In samenwerking met zes onderzoeksinstellingen ontwikkelt ze samen met bedrijven uit de voedings- en verpakkingssector verpakkingen met optimale gas- en lichtbarrière-eigenschappen. Daarnaast focust het nieuwe onderzoeksproject ook op de functionele barrière van verpakkingsmaterialen naar migratie toe. Het project wordt gedreven door duurzaamheidsoverwegingen binnen de voedings- en verpakkingsindustrie en de grootdistributie. Onder- en oververpakken is een belangrijk onderwerp. Voorop staat het vinden van de balans tussen de optimale hoeveelheden en soorten verpakkingsmaterialen en de houdbaarheid van het verpakte voedingsmiddel. Een dertigtal bedrijven sloten zich inmiddels aan voor het project, met een budget van €2 miljoen.

Science edition

Nutri-Pulse e-Cooker

Dit najaar is de science edition van de e-Cooker voor het eerst verkrijgbaar. Deze biedt uitgebreide mogelijkheden voor wetenschappelijk onderzoek. “Met deze science edition kunnen wetenschappers het effect van e-Cooking op verschillende aspecten van voedsel onderzoeken, bijvoorbeeld op textuur, voedingswaarde, geur en smaak, energieverbruik”, aldus Hans Roelofs, Innovation director bij IXL Netherlands.

Het apparaat heeft drie behandelkamers die elk afzonderlijk geprogrammeerd kunnen worden, zodat drie experimenten gelijktijdig kunnen worden uitgevoerd. Voor de programmering van en communicatie met de Nutri-Pulse e-Cooker wordt een iPad mini gebruikt. Hiermee kunnen het aantal pulsen en/of de eindtemperatuur van het voedingsmiddel afzonderlijk worden ingesteld. De hoogspanning, stroom, elektrische geleidbaarheid, temperatuur en pulsaantallen kunnen tijdens de experimenten worden vastgelegd. Aan de Nutri-Pulse e-Cooker kunnen een oscilloscoop en logfile readers worden gekoppeld om de data te verwerken.

08 NIEUWS MEER NIEUWS OP WWW.VMTFOOD.BE VMT FOOD . 23 SEPTEMBER . NR 3
.........................................www.innovation-xl.com
.............................................www.pack4food.be
................................................www.beneo.com

Bier en wijn evenveel gezondheidsvoordelen

Wetenschap levert het onomstotelijke bewijs dat bier en wijn evenveel gezondheidsvoordelen hebben. Zo hebben beide dranken dezelfde impact op het lichaamsgewicht en hetzelfde effect op hart- en bloedvaten. Dit blijkt uit de nieuwste wetenschappelijke inzichten van voedingsexpert prof. dr. Patrick Mullie van Vrije Universiteit Brussel. Op vraag van bierbrouwerij AB InBev bundelde de wetenschapper verschillende meta-studies met eigen bevindingen.

Het samenbrengen van diverse onderzoeksresultaten laat zien dat wie geen bier of wijn drinkt een hoger risico loopt op hart- en vaatziekten, dan wie één of enkele glazen per dag drinkt. Verder zijn de effecten voor matige bierdrinkers exact dezelfde als die voor wijndrinkers. “Het feit dat vooral een glaasje wijn door veel mensen beschouwd wordt als goed voor de gezondheid, komt onder meer doordat er dubbel zo veel wetenschappelijke studies over wijn bestaan dan over bier”, aldus Mullie. Niettemin toont een studie van AB InBev aan dat de meeste Belgen ervan overtuigd blijven dat bier niet thuis hoort in een evenwichtige levensstijl. .................................................www.vub.ac.be

Delhaize gaat voedselverspilling aanpakken

Delhaize legt producten met een langere houdbaarheidsdatum niet direct in de rekken. Veel klanten halen maar al te graag het achterste pakje uit de rekken, op zoek naar de verste houdbaarheidsdatum. Volgens retailspecialist Gino Van Ossel is dit de enige methode die resultaat kan opleveren. “Sensibiliseren haalt hier namelijk maar weinig uit”, zegt hij in De Standaard. “Het is nu eenmaal eigen aan de mens om altijd op zoek te gaan naar iets wat het langst houdbaar blijft. Maar je kunt het niet met elk vers product doen. Wie vier potjes yoghurt koopt, wil toch dat die op z’n minst nog vier dagen goed zijn. Vinden klanten dat niet meer in de winkel, dan gaan ze elders.”

................................................www.delhaize.be

Erik Mijten (foto) is de nieuwe voorzitter van VLAM. Mijten is dierenarts van opleiding en directeur van de studiedienst van Boerenbond. Na acht jaar

voorzitterschap van VLAM stelde Peter Broeckx zijn functie ter beschikking. Broeckx wil zich focussen op zijn eigen melkveebedrijf en het voorzitterschap van het CRV (internationale organisatie voor rundveeverbetering).

www.vlam.be

Remi Eriksen

CEO vanDNV GL

Remi Eriksen (foto) is benoemd tot nieuwe CEO van de DNV GL Groep. Hij volgt Henrik Madsen op, die op 1 augustus terugtrad. In de afgelopen twintig jaar heeft Eriksen een stevig track-record opgebouwd in tal van leidinggevende posities binnen het bedrijf. Hij beschikt over een uitgebreide internationale ervaring in de olie & gas-, maritieme- en duurzame energie industrie en heeft operationeel leidinggevende ervaring opgedaan in Azië, Europa en Amerika.

www.dnv.be

09 PERSONALIA advertentie
010 INTERVIEW VMT FOOD 23 SEPTEMBER . NR 3 DUURZAAMHEID & MVO De markt bepaalt de topics Maatschappelijk verantwoord aankopen Foto’s: SIM

Maatschappelijk verantwoord aankopen van grondstoffen en ingrediënten binnen de voedingsindustrie maakt deel uit van maatschappelijk verantwoord ondernemen. “De markt bepaalt de topics”, weet Marjan Smit, CEO van Supply chain Information Management. Zij benadrukt het belang van de kwaliteit van de informatie over leveranciers en hun producten. “MVO valt of staat daarmee.”

Duurzaam aankopen en transparantie in de voedingsketen staan volgens Marjan Smit, CEO van Supply chain Information Management (SIM), hoog op de agenda van de voedingssector. Haar bedrijf adviseert en ondersteunt retailers, waaronder Ahold en Migros, en bedrijven bij het in kaart brengen van fabrikantenen leverancierketens op basis van duurzaamheidsrisicobeheersing. Bij duurzaam inkopen zijn volgens Smit vooral arbeidsomstandigheden en milieubeleid van belang. “Concreet gaat het dan om arbeidsrecht, mensenrechten en ethiek, eerlijk zakendoen en milieu en omgeving. De markt bepaalt welke specifieke eisen gesteld worden in de productketen.”

OESO-Richtlijnen

OESO (Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling) publiceerde tien jaar geleden haar Richtlijn MVO ondernemen waar maatschappelijk verantwoord aankopen onderdeel van is. “De OESO-richtlijn is echter niet verplicht voor bedrijven”, merkt Smit op. De richtlijn biedt een handvat voor gedragscodes van ondernemingen om met maatschappelijke kwesties om te gaan. Ze zijn tot stand gekomen in samenwerking met het bedrijfsleven, de vakbewegingen en andere maatschappelijke organisaties. In 2011 zijn de OESO-richtlijnen herzien: ze bevatten nu een apart hoofdstuk over Mensenrechten.

ISO 26000

ISO, de Internationale Organisatie voor Standaardisatie, kwam vijf jaar geleden met de ISO-richtlijn 26000 voor MVO. “Deze richtlijn is breed. Bedrijven kunnen hier uit halen wat ze willen, afhankelijk van hun beleid op het vlak van maatschappelijk verantwoord ondernemen. Zo zijn de duurzaamheidsissues die gerelateerd zijn aan de inkoop slechts beperkt omschreven”, weet de CEO van SIM. Hoewel voedingsbedrijven zich niet tegen deze norm kunnen laten certificeren, is de ISO 26000-richtlijn volgens Smit wel bijzonder interessant. “Deze vormt de basis voor de ontwikkeling van bijvoorbeeld managementsystemen als ISO 14000:2005 voor milieumanagement of ISO 90001 voor kwaliteitsmanagement.”

Ethische overwegingen

Bedrijven hebben uiteenlopende drijfveren voor verantwoord

inkopen. Smit: “Naast ethische overwegingen van de ondernemer is het terugdringen van bedrijfsrisico’s het voornaamste motief. Duurzame toeleveranciers voorkomen reputatieschade bij hun afnemers, aansprakelijkheidsclaims en problemen met de leveringen.“ Ze benadrukt ook de mogelijkheid voor bedrijven om hun inkoopkracht aan te wenden een verschil te maken voor arbeiders in risicolanden die betrokken zijn bij de productie van hun producten of grondstoffen. Bovendien vergroot verantwoord inkopen ook de bedrijfskansen. “Een duurzaam opererend bedrijf heeft doorgaans zijn keten op orde en kan effectief reageren op campagnes”, merkt Smit in de praktijk. Bedrijven die duurzaam inkopen hebben volgens haar doorgaans ook loyale leveranciers, omdat de bedrijven eenzelfde visie delen op ondernemen. Dit straalt ook af op de medewerkers. Niet minder belangrijk is volgens Smit dat duurzaam ondernemen bedrijven ook toegang geeft tot nieuwe markten. “Met name overheden, maar ook ondernemingen in de foodservice, kiezen voor bedrijven die duurzaamheid hoog in het vaandel dragen.”

MVO-risicomanagement?

Marjan Smit: “Naast ethische overwegingen van de ondernemer is het terugdringen van bedrijfsrisico’s het voornaamste motief.”

MVO-risicomanagement bestaat uit 7 stappen:

1. Stel een MVO-beleidsplan op.

2. Breng uw keten in kaart.

3. Voer een risicoanalyse uit.

4. Stel prioriteiten.

5. Werk samen met ketenpartners om risico’s aan te pakken.

6. Veranker aanpak in bedrijfsprocessen en monitor voortgang.

7. Communiceer over beleid en voortgang.

011
‘Een eenmalige risicoanalyse heeft een beperkte houdbaarheid’

INTERVIEW

Handige hulpmiddelen

Om bedrijven op weg te helpen naar maatschappelijk verantwoord ondernemen bestaan verschillende stappenplannen, doorgaans gebaseerd op de OESO- of ISO-richtlijn. “De stappenplannen zijn handige hulpmiddelen”, weet Smit. “Rome is niet in een keer gebouwd. Daarom is het raadzaam dat bedrijven een aantal topics op het vlak van inkoop kiezen en uitwerken.”

De eerste stap op weg naar duurzaam aankopen is de ontwikkeling van een maatschappelijk verantwoord inkoopbeleid. In de voedingsindustrie heeft de inkoop van goederen grote invloed op de bedrijfsresultaten. Belangrijk onderdeel van het opstellen van het inkoopbeleid is een dialoog met relevante stakeholders. Dat zijn niet alleen klanten, en leveranciers, maar ook overheden en ngo’s. Dit draagt meteen bij aan het opbouwen van relaties en het creëren van draagvlak voor duurzaam ondernemen. “Daarnaast ontstaat inzicht in de issues die spelen in de toeleveringsketen, wat belangrijk is voor risicoanalyse in de keten”, benadrukt Smit.

MVO-thema’s

Het duurzaam inkoopbeleid en de daaruit voortvloeiende werkzaamheden (zoals ketenanalyse, risicobeoordeling, communicatie met leveranciers en controle van leveranciers) moeten vervolgens geïntegreerd worden in de verschillende onderdelen van de inkoopfunctie van de onderneming. Smit: “De inkoper is immers de persoon die de onderhandelingen met de leverancier voert en daardoor de duurzaamheidsboodschap moet kunnen verkondigen.” Belangrijk is dat zij beschikken over de nodige kennis van duurzame inkoopprocessen, risico- en leveranciersmanagement gericht op specifieke MVO-thema’s.

Keten in beeld

Gedetailleerd inzicht in de keten van grondstoffen en ingrediënten is van het grootste belang bij verantwoord inkopen. “De recepturen en de leveranciers en de herkomst, het land waar de grondstoffen en ingrediënten vandaan komen, zijn een goed uitgangspunt”, benadrukt Smit. “Als een bedrijf weet waar de grondstoffen vandaan komen, ook al is het uit meerdere landen, dan kan er bij een issue snel een selectie worden gemaakt van alle contractleveranciers die in hun specificatie die grondstof, uit dat land gedeclareerd hebben.”

Risicoanalyse

Een risicoanalyse brengt soelaas, omdat ze mogelijke risico’s in het voedingsbedrijf en de toeleveringsketen in beeld brengt. Dit is soms mogelijk op basis van informatie die reeds bekend is of eenvoudigweg te verkrijgen is via bijvoorbeeld internet. “Als een leverancier bijvoorbeeld aangesloten is bij een gekwalificeerd keteninitiatief zoals Fairtrade, MSC of UTZ Certified is de kans groter dat hij voldoet aan internationale richtlijnen op dat gebied”, weet Smit.

Maatschappelijk verantwoord ondernemen

Maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) is een continu verbeteringsproces waarbij ondernemingen vrijwillig op systematische wijze economische, milieu- en sociale overwegingen op een geïntegreerde manier in de gehele bedrijfsvoering opnemen. Overleg met de stakeholders of belanghebbenden van de onderneming maken deel uit van dit proces.

Duurzaam ondernemen heeft feitelijk een milieu-achtergrond; terwijl MVO een sociale achtergrond heeft. Maar de termen worden tegenwoordig door elkaar gebruikt. Ze staan beide voor het zoeken naar evenwicht tussen financieel economische resultaten, sociale belangen en het milieu, oftewel de drie P’s profit, people, en planet. Alle drie de P’s worden geoptimaliseerd, zonder de balans ertussen te verliezen.

012 VMT FOOD 23 SEPTEMBER . NR 3
DUURZAAMHEID & MVO
Bron: MVO Vlaanderen Als een leverancier aangesloten is bij een gekwalificeerd keteninitiatief zoals Fairtrade, MSC of UTZ Certified is de kans groter dat hij voldoet aan internationale richtlijnen op dat gebied.

Het Fairtrade-label bijvoorbeeld garandeert een eerlijk loon voor de producent in het zuiden, een transparante keten en een mensen milieuvriendelijk productieproces.

MVO Risico Checker

Een nuttig hulpmiddel, waar ook MVO Vlaanderen naar verwijst, is de door MVO Nederland ontwikkelde online MVO Risico Checker. “De basis is een omvangrijke database waarin informatie van verschillende MVO-bronnen en -websites zijn verwerkt. De uitkomst van de database is een handige rapportage voor de geselecteerde landen en/of producten, die voedingsbedrijven en hun toeleveranciers kunnen gebruiken als basis voor uw eigen risicoanalyse”, zegt Smit. “Risico’s in de toeleveringsketen hangen samen met de aard van het product, het land van herkomst en de specifieke kenmerken van de leveranciers op het vak van arbeidsrecht, mensenrechten en ethiek, eerlijk zakendoen en milieu en omgeving.”

Kwaliteit van de informatie

Smit benadrukt het belang van de datakwaliteit van de informatie. “Maatschappelijk verantwoord ondernemen valt of staat hiermee.” In de eerste plaats is het volgens haar belangrijk te weten uit welk land grondstoffen komen, waarna bedrijven de specifieke risico’s vast kunnen stellen.” Al gauw zal volgens haar de complexiteit van de keten blijken. “Naarmate de toeleveringsketen langer is (bijvoor-

Belangrijk bij duurzaam aankopen zijn arbeidsrecht, mensenrechten en ethiek, eerlijk zakendoen en milieu en omgeving.

beeld doordat een bedrijf met tussenhandelaren werkt), is het moeilijker om inzicht te krijgen in de toeleveringsketen, en worden risico’s groter. Welk bedrijf is leverancier en welk bedrijf fabrikant?”

Bedrijven moeten zich ook realiseren dat de informatie die ze hebben kan veranderen, bijvoorbeeld omdat de leverancier, of het voedingsbedrijf zelf, van toeleverancier verandert.

Bedrijven passen ook nogal eens hun recepturen aan. “Een eenmalige risicoanalyse heeft daarom een beperkte houdbaarheid. Voor voedingsbedrijven is het daarom van essentieel belang gedetailleerd op de hoogte te blijven van relevante ontwikkelingen in de keten”, onderstreept Smit.

Uitdagingen

Vanuit eigen ervaring weet Smit wat de voornaamste uitdagingen zijn voor voedingsbedrijven. “Het op orde krijgen van de stamdata van de contractleveranciers is de eerste stap die niet altijd even simpel is. Ook zijn bestaande contracten en specificaties niet altijd up-to-date. Als er in contracten niets staat over het transparant maken van de voorgaande schakels, dan kan dat vertragend werken. Duurzaam inkopen begint echter met de overtuiging van het management dat een duurzame keten bijdraagt aan een sterker bedrijf.”

013
• YVES DE GROOTE •
www.actemium.be Tracking & Tracing Verhoogde rendabiliteit Kostenefficiënte revamping Energy Efficiency Functionele knowhow Procesoptimalisering Home-brewed solutions Visit us at hall 7 stand 425

Hervorming Europese bio-wetgeving zaait verdeling

De vraag naar biologische producten in Europa steeg het afgelopen decennium sterk. In 2013 bedroeg de markt in de EU-28 naar schatting 23,3 miljard euro, een groei van 5,9% in vergelijking met 2012. Ten opzichte van 2004 ging het zelfs om een verdubbeling.

De grootste markt voor bioproducten in 2013 was Duitsland, goed voor 7,55 miljard euro. Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk volgen met 4,5 miljard euro en 2,24 miljard euro. Importlanden met gelijkwaardige voorwaarden voor biologische productie als de EU zijn: Australië, Nieuw-Zeeland, Argentinië, Costa Rica, India, Israël, Tunesië, Zwitserland, Verenigde Staten, Canada en Japan. Momenteel regelen een Europese verordening uit 2007 en een tweetal uitvoeringsbesluiten van de Europese Commissie de biologische sector. In verschillende Europese lidstaten gelden nog uiteenlopende regels.

De Europese Commissie diende in maart 2014 een voorstel in tot herziening van de bio-verordening (1). Het doel van de herziening was om de wetgeving conform aan het verdrag van Lissabon te maken, het consumentenvertrouwen te verhogen en fraudedetectie te verbeteren. Het voorstel van de Europese Commissie beoogt een vereenvoudiging van de verordening en een vermindering van administratieve en financiële hindernissen voor producenten van bio-producten.

Een van de voorstellen van de Europese Commissie die door de Raad medio juni 2015 weerhouden is, is de invoering van groepscertificering voor kleine producenten.

Daarentegen weerlegde de Raad het voorstel van de Europese Commissie om limieten voor pesticiden-residuen in bio-producten op te leggen, die bij overschrijding zouden leiden tot automatische intrekking van het bio-label. Hetzelfde geldt voor de frequentie van de controles in bio-bedrijven, zodat ondernemers met een laag risico minder vaak en/of minder uitputtende controles zouden krijgen. De Raad was ook niet overtuigd van de noodzaak om de mogelijkheid tot gemengd bedrijf, het combineren van percelen ten behoeve van biologische productie en conventionele productie, te verbieden.

Het voorstel dat door de Raad is aangenomen, is dus bij lange na niet het voorstel dat de Europese Commissie initieel voor ogen had. De onderhandelingen tussen het Europees Parlement en de Raad om tot een politiek akkoord te komen zijn geopend. Van de zijde van het Europees Parlement werden de bijna 200 amendementen besproken op 15 juli jl. Van de zijde van de Europese Commissie, zal de commissie AGRI haar verslag in de herfst indienen. Er zullen dan slechts een paar maanden overblijven voor de Raad en het Parlement om tot een institutioneel compromis te komen. De Europese Commissie wil de nieuwe wetgeving op 1 juli 2017 in werking laten treden.

VMT FOOD . 23 SEPTEMBER NR 3 015 OPINIE WETGEVING & TOEZICHT
1. Commission européenne, Proposition de Règlement du Parlement européen et du Conseil relatif à la production biologique et à l’étiquetage des produits biologiques, 24 mars 2014, COM(2014) 180 final • KATIA MERTEN-LENTZ • Mr. Katia Merten-Lentz, advocaat gespecialiseerd in voedselrecht, Keller and Heckman LLP Foto: Keller and Heckman LLP
‘Het voorstel dat de Raad heeft aangenomen is niet wat de Europese Commissie voor ogen had’

Niet meer malen

Hyperspectrale visiontechnologie kwalificeert koffiebonen

“Innovatieve hyperspectrale beeldverwerkingstechnologie is geschikt voor het vaststellen van de brandgraad van intacte koffiebonen”, weet kwaliteitsmanager Els Stulens bij The Java Coffee Company. Malen van de bonen is niet langer nodig, zoals bij de infraroodmeting die de koffiebranderij nu gebruikt.

Els Stulens:

“Innoverende ideeën werken altijd inspirerend!”

voor het bepalen van de brandgraad van koffies. Dit is een kwaliteitsparameter voor de kleur en ook de smaak van de koffie.” Het grote voordeel van de analysetechnologie (zie kader op deze pagina) is dat de nauwkeurige bepaling van de brandgraad is toegespitst op individuele intacte bonen. Cruciaal voor de hoge nauwkeurigheid van de meting is dat deze plaatsvinden binnen een breed golflengtespectrum. De standaard infraroodbepaling van de brandgraad meet slechts twee golflengtes op één punt van een staal van gemalen koffiebonen.

coördinator Raf Vermeulen de hele dag koffie. Ook analyseert deze collega van Stulens de brandgraad van de gebrande koffiebonen. Hij gebruikt daarvoor een tafelmodel infraroodmeter.

Voorafgaand aan de meting van de brandgraad wordt een hoeveelheid bonen gemalen, waarmee vervolgens een één cm hoog schaaltje met een diameter van 6 cm egaal tot aan de rand wordt gevuld. Dat steekt nauw. “Als het afstrijken niet op de juiste wijze gebeurt, is er al een ongewenste afwijking van de meetwaarde”, weet de kwaliteitsmanager.

Ongewenste meetafwijkingen kunnen tevens voortkomen uit de aanwezigheid van witte puntjes, afkomstig van de velletjes van bepaalde boonsoorten.

The Java Coffee Company neemt vanaf begin 2013 deel aan het Sensors For Food project. Een van de onderzoeksdeelnemers, IMEC, introduceerde het beeldverwerkingstechnologie project van Flanders’ Food bij deze KMO in Rotselaar. Het Belgische topinstituut op het vlak van nano-elektronica IMEC had de koffiebranderij leren kennen door The Java Coffee House koffiebar op het hoofdkantoor in Heverlee.

“De projectleider van IMEC zocht voor de validatie van de hyperspectrale beeldverwerkingstechnologie deelnemers uit de voedingsindustrie”, zegt Els Stulens over de kennismaking. “We zagen al snel een interessante toepassing van de innovatieve technologie

Kwaliteitscontrole

Voor het samenstellen van mengelingen en de kwaliteitscontrole proeft en keurt koffie-

Hyperspectrale beeldverwerking

Tijdens een productiebatch, die 100 kg bedraagt, vinden geregeld analyses plaats, waardoor de gemiddelde afwijking voor een productiebatch binnen de specificaties valt. Dagelijks vindt kalibratie van het meetinstrument plaats.

Hyperspectrale beeldverwerking combineert spectroscopie met digitale beeldverwerking. Naast de drie brede spectra van het zichtbare licht (rood, groen en blauw) gaat het om het brede nabij infrarood (NIR) domein dat in nauwere banden is onderverdeeld. Van elke pixel in een beeld kan de IMEC camera van meer dan honderd verschillende spectrale banden binnen een golflengtebereik van 600-1000 nm de lichtintensiteit meten. In de praktijk blijken 25 spectrale banden genoeg informatie te geven. Het oppervlak dat gemeten wordt, hangt af van de gewenste resolutie van het beeld: 200.000 pixels voor 4 cm2 is mogelijk, maar in het onderzoek bleek een lagere resolutie voldoende: 6000 pixels voor 4 cm2.

016 VMT FOOD . 23 SEPTEMBER . NR 3 TECHNOLOGIE & TECHNIEK
Foto: The Java Coffee Company

Sensors For Food

Binnen het Sensors For Food-project werkt Flanders’ Food met IMEC, KULeuven, VUB en het IBBT van UGent samen met voedingsbedrijven bij het evalueren, optimaliseren en valideren van innovatieve sensoren; waaronder de hyperspectrale camera, voor de voedingsindustrie. Het vierjarige IWT VIS-traject loopt in november 2015 af.

Volledige proces

De controle van de brandgraad van koffiebonen begint bij Java al bij een staal groene bonen aangeleverd door een leverancier. De koffiecoördinator brandt een kleine hoeveelheid bonen, zo’n 100 gram, op een standaard minibrander, waarna hij de brandgraad meet. Natuurlijk proeft en beoordeelt hij de koffie meteen op geur en smaak. Hierna wordt beslist of de partij wordt aangekocht of niet. Elke deellevering van de gekochte partij wordt opnieuw gecontroleerd.

Pas wanneer de koffie voldoet aan alle kwaliteits- en voedselveiligheidsspecificaties, kan de productie starten. De productie omvat branden van de groene bonen, eventueel mengen van gebrande koffiebonen,

eventueel malen en verpakken in zakjes met ventiel onder beschermde atmosfeer (met stikstof). De koffiebranderij is FSSC 22000 gecertificeerd. “In juni slaagden we voor een controle-audit. In 2016 hebben we een volledige audit”, merkt Stulens op.

Kostprijs

De kwaliteitsmanager is bijzonder enthousiast over de innovatieve hyperspectrale beeldverwerkingstechnologie. De hyperspectrale camera zou voor inline toepassingen aan het eind van de koffiebrandinstallatie geplaatst kunnen worden, vooraleer de koffie naar de opslagsilo’s gaat. Ook is offline toepassing van de technologie, op een labo, een optie. Cruciaal voor de doorbraak van de techno-

logie is vooral een lagere kostprijs van de benodigde hightech camera, die pas sinds begin dit jaar op de markt is. Bovenop de camerakosten van circa 20.000 euro komen nog de kosten voor de soft- en hardware voor het gehele systeem. Belangrijk is veel rekenkracht en dataopslagcapaciteit.

Stulens: “Voldoende vraag naar de veelbelovende beeldverwerkingstechnologie zou de kosten moeten doen dalen. Wij hebben hierover inmiddels contact gelegd met derde partijen.”

Een andere interessante partij voor samenwerking bij het vermarkten van de beeldverwerkingstechnologie vormen volgens haar de systeemintegratoren.

• YVES DE GROOTE •

The Java Coffee Company

Sinds 1935 brandt de familie Claes, eigenaar van de koffiebranderij in Rotselaar, met veel passie koffie. Maandelijks produceert het bedrijf gemiddeld 80 ton koffie, waaronder origine koffies en gemengde koffie onder het eigen Java-merk en ook private label koffies. De jaaromzet bedraagt 13 miljoen euro. Er werken 25 medewerkers, waarvan 3 in de productie en 2 in de kwaliteitsdienst. Naast de retail zet The Java Coffee Company zijn producten af via zusterbedrijf Java Foodservice, een totaalleverancier van foodserviceproducten, goed voor 130 miljoen euro per jaar en 300 medewerkers.

017
Hyperspectrale beeldverwerking combineert spectroscopie met digitale beeldverwerking. Foto: IMEC Hyperspectrale visietechnologie zou inline in de productie gebruikt kunnen worden. Foto: The Java Coffee Company

siemens.com/mom

Your Next Generation LIMS

SIMATIC IT Unilab

Software die uw labo oppept SIMATIC IT R&D Suite.

SIMATC IT Unilab is onderdeel van SIMATIC IT R&D Suite, het Siemens software platform voor R&D en kwaliteit.

Verruim de horizon van uw labo met het next generation LIMS, of schakel uw innovatie een versnelling hoger met het volledige SIMATIC IT R&D Suite spectrum.

• LIMS

• Electronic Lab Notebook (ELN)

• Specificatiebeheer

• Formule- en receptenbeheer

• Leveranciersbeheer

• Regulatory data management

• Project data management

Get more information: www.siemens.com/lims www.siemens.com/rnd

Test SIMATIC IT R&D Suite op uw tablet pc (of de onze) www.siemens.com/ mom/events

Answers for industry.

Zoutman brengt zijn labo op smaak met Siemens LIMS!

ZOUTMAN nv is een onafhankelijke Belgische zoutproducent gespecialiseerd in de verwerking van verschillende types zout (met specialisatie in zeezout voor de voedingsindustrie). Dit snelgroeiend familiebedrijf verwerkt en verpakt jaarlijks 300.000 ton zout voor diverse toepassingen. De producten onderscheiden zich op gebied van zuiverheid, korrelgrootte, vochtgehalte, verpakkingsvorm en dit alles desgewenst op maat van de klant.

ZOUTMAN onderscheidt zich door een persoonlijke service en snelle aanpak, een grote flexibiliteit, en oog voor kwaliteit en milieu. Daarvan getuigen alvast de BRC, IFS, KOSHER, GMP en ISO 14001 certificaten.

Implementatie

Er werd enkel gebruik gemaakt van de standaardfunctionaliteit in SIMATIC IT Unilab en van kant en klare, voorgeconfigureerde werkprocessen voor kwaliteitscontrole in een productie omgeving. Programmeerwerk kwam er niet aan te pas. De eerste fase van het LIMS project werd op 3 maanden afgerond en in gebruik genomen. De gefaseerde implementatie verge-

Problematiek

• Labo werkte volledig handmatig met papier en Excel/Word.

• Grote expansie van Zoutman jaarlijkse toename aantal analyses verwerking en rapportering wordt omvangrijker nood aan een LIMS om tijd te besparen door automatisatie (tegelijk werden ook de MES en ERP systemen onder de loep genomen met het oog op de groei van het bedrijf).

Oplossing

• SIMATC IT Unilab.

Waarom Siemens?

• Gebruiksvriendelijkheid en heel intuïtief weinig training nodig.

• State-of-the-art technologie, out-of-the-box en schaalbaar goede match met huidige en toekomstige behoeftes.

• 100 % webgebaseerde oplossing met zero footprint voor clients eenvoudig en goedkoop te beheren.

makkelijkte een snelle ingebruikname van het systeem, en was bovendien gealigneerd met de geplande uitbreiding van de productiecapaciteit.

Scope

• Inspectie van binnenkomende grondstoffen en eindproducten.

• Automatische generatie van analyse certificaten.

• Koppeling met het ERP systeem.

Monsters worden manueel aangemeld in het LIMS waarna de laborant er voorgedefineerde analyseplannen met productafhankelijke specificaties aan koppelt.

Ad hoc wijzigen, toevoegen of weglaten van deze plannen is ook mogelijk. Dat kan eenvoudig door de labmedewerkers zelf en vereist geen programmeerkennis.

Monsterinformatie wordt in infokaarten bijgehouden. Werklijsten en overzichtsrapporten geven labmedewerkers en -management een overzicht op de planning en voortgang van analyses. Op basis van inputvelden berekent het LIMS automatisch het resultaat van een bepaalde methode. Het managment-by-exception principe wordt toegepast op de analyseresultaten. Wat binnen specificatie is wordt automatisch vrijgegeven; buiten limiet wordt automatisch afgekeurd; binnen limiet maar buiten spec vereist manuele validatie. Analysecertificaten worden vanuit het LIMS gegenereerd en via e-mail rechtstreeks naar klanten gestuurd.

Conclusie en vervolg

Naar de toekomst toe wordt er verdere LIMS functionaliteit in gebruik genomen, met name:

• Trending

• Koppeling met

- ERP (MS Dynamics Navision)

- MES

- instrumenten (titrator en zeeftoestel)

• Extra rapporten

Voor meer informatie surf naar www.siemens.com/lims of www.zoutman.com

Voordelen

• Gebruikers zijn enthousiast, goede acceptatie automatisering

• Minder risico op fouten

• Klaar voor groei

ADVERTORIAL

‘In Europa behoren we tot de beste van de klas’

FAVV-topman over voedselveiligheid in België

Herman Diricks, CEO van het Federaal Agentschap voor de Voedselveiligheid van de Voedselketen (FAVV), is meer dan tevreden over de voedselveiligheid in België. “Ons land scoort goed tot zeer goed.” FAVV begint met op bedrijfsprofiel gebaseerde controle van bedrijven in de productketen. Daarnaast gaan proefprojecten bedrijfsbegeleiding van start. Stimulering van de bewustwording van het belang van voedselveiligheid moet het voedselveiligheidsniveau verhogen.

“De Belgische voedselketen scoort hoog op het vlak van voedselveiligheid”, steekt de FAVV-topman van wal. Herman Diricks:

“Als ik de statistieken voor de conformiteiten in 2014 bekijk, scoren de landbouw en de voedingsindustrie met resp. 97,3% en 94,5% goed tot zeer goed.” Diricks verwijst ook naar de evolutie van de Voedselveiligheid Barometer van het FAVV. “Tussen 2008 en 2014 steeg deze barometer met 24,8%, ofwel gemiddeld 3,5% per jaar. Voor 2014 is er voor het eerst met een stijging van slechts 0,2% een lichte stagnatie. Naarmate de barometer stijgt, daalt de marge voor verbetering”, verduidelijkt Diricks. “De afvlakking is dus niet abnormaal.”

Gedetailleerde cijfers zijn te vinden op de website www.favv.be. Het Agentschap wil meer dan één keer per jaar rapporteren over zijn activiteiten en daar leent een digitaal platform zich uitstekend voor.

Het is volgens de topman niet zo dat de grote industriële voedingsbedrijven op het vlak van voedselveiligheid per definitie beter scoren dan KMO-bedrijven. “Belangrijker dan groot of klein is de mate waarin een individueel productiebedrijf zich bewust is van het belang van kwaliteit en kwaliteitsborging binnen de organisatie. In hoeverre is die ingebakken in de bedrijfscultuur van een onderneming?”

Gecertificeerde autocontrolesystemen Diricks benadrukt het belang van goed functionerende autocontrolesystemen voor bedrijven in het algemeen. Een dergelijk systeem is verplicht, maar daar bovenop kan het systeem op vrijwillige basis gecertificeerd worden door een certificatieorganisme op basis van een goedgekeurde autocontrolegids. De keuze voor certificering is vrijwillig. Het percentage voedingsbedrij-

ven met een volledig gecertificeerd systeem schat hij op 18% tegenover 15% gemiddeld over alle sectoren heen. Het mes snijdt nochtans aan twee kanten. Enerzijds blijkt volgens de topman dat bedrijven met een gecertificeerd systeem aanzienlijk beter scoren op het vlak van voedselveiligheid. Anderzijds krijgen zij een bonus, zijnde 75% korting op de FAVVheffing. De heffing hangt af van de sector waarin een bedrijf actief is, de productiecapaciteit en de personeelssterkte.

In 2014 bleek dat bij 94% van de gecertificeerde bedrijven die werden gecontroleerd geen aanvullende maatregelen moesten genomen worden, terwijl dat bij niet-gecertificeerde bedrijven bij meer dan 66,2% van de bedrijven het geval was. 8,5% van de gecertificeerde bedrijven tegen 28,8% van de niet-gecertificeerde bedrijven kreeg een waarschuwing. Voor proces-verbalen zijn de percentages 1,8% en 5%. De cijfers spreken voor zich, zo blijkt.

Best of both worlds

Aangezien de meeste voedingsbedrijven met een gecertificeerd autocontrolesysteem ook BRC- of IFS-gecertificeerd zijn, staat het FAVV gecombineerde audits toe. De kosten van de audit zijn lager. “Een com-

020 VMT FOOD . 23 SEPTEMBER . NR 3 VOEDSELVEILIGHEID & KWALITEIT
INTERVIEW

bi-audit levert voedingsbedrijven ook nog eens de best of both worlds op. Commerciële systemen zijn complementair aan autocontrolesystemen, waardoor de waarborg van de voedselveiligheid alleen maar toeneemt. De eisen in de gedetailleerde autocontrolegidsen zijn specifiek, voldoen aan de wetgeving en zijn verticaal keten gericht, terwijl de eisen vanuit de commerciële systemen vanuit de retail meer algemeen en horizontaal gericht zijn.

Leren wat beter kan

Op Europees niveau behoort de Belgische voedingsindustrie volgens de CEO tot de beste leerlingen van de klas, maar ze is niet de enige. “Ons land kan met haar voedselveiligheidsbeleid en -systeem een voorbeeld zijn, maar we moeten ook zelf over de grenzen durven kijken om te leren wat beter kan”, vervolgt Diricks. “Dat laatste doen we ook. Een voorbeeld is de introductie van de Smiley, die Denemarken heeft uitgewerkt.” Medio 2015 resulteerde dit in de Foodweb. be website voor het raadplegen van de voedselveiligheidsinspectieresultaten in de horeca en distributie.

“In navolging van ontwikkelingen in vooral Groot-Brittannië, maar ook in Nederland kijken we naar eerdere sociologische alter-

natieven voor ons op controle gebaseerde beleid voor het sturen van het voedselveiligheidsgedrag van bedrijven”, vervolgt Diricks. “Binnen het FAVV wordt bijvoorbeeld gedacht aan het afstemmen van de controles op het profiel van een bedrijf, niet alleen wat betreft voedselveiligheid, maar ook wat betreft het algemene gedragsprofiel van een onderneming.” Diricks geeft wat dit laatste betreft een voorzet: “Bedrijven die frauderen met de boekhouding, nemen het mogelijk ook minder nauw met hun ethisch gedrag bij de productie.” Een sprekend voorbeeld is de vleesfraude.

Proefproject begeleiding

FAVV wil dit jaar nadrukkelijker kleine bedrijven in de voedselketen begeleiden in het verbeteren van het kwaliteits- en voedselveiligheidsniveau. Diricks: “Dit najaar starten de eerste kleinschalige proefprojecten. We willen vooral leren hoe we – zonder te bemoederen – bedrijven op een positieve manier kunnen helpen hun productie op orde te krijgen en dit naast bestaande initiatieven als de autocontrolegidsen.”

De ketenuitdaging

Naast de sociaaleconomische uitdagingen zal de voedingsindustrie ook rekening moe-

ten houden met vragen uit de maatschappij. De uitdaging hierbij in de keten is volgens de topman vanuit maatschappelijk verantwoord ondernemen leren denken in ketens en stakeholders, die verder gaan dan de verticale productsector. Drijfveer is een duurzame economie, gericht op het voorkomen van voedselverspilling. “Het gaat dan om het harmoniseren van standaarden en regelgeving tussen bijvoorbeeld de voedingsen de mengvoederindustrie, maar ook andere schakels binnen of buiten de voedselketen”, verduidelijkt Diricks. De topman vindt het belangrijk dat er daarbij ook voldoende voedselveiligheids- en kwaliteitsgaranties zijn, gebaseerd op risicoanalyses. Het FAVV zat inmiddels met een positief resultaat samen met de distributie over de verdeling van voedsel naar charitatieve instellingen met zo min mogelijke administratieve verplichtingen voor de distributie. Diricks: “We proberen waar mogelijk in te spelen op specifieke vragen. Het FAVV had bijvoorbeeld in eerste instantie voorzien dat de levensmiddelen één dag voor einde houdbaarheidsdatum mochten ingevroren worden. “Een distributeur heeft op grond van een onderbouwde risicobeoordeling inmiddels bekomen dat voedsel voor charitatieve instellingen op houdbaarheidsdatum nog ingevroren kan worden om in een koude keten te laten verdelen”, weet Diricks.

Carrière Diricks

Herman Diricks is sinds mei 2014 CEO van het FAVV. De landbouwingenieur startte in 2002 zijn carrière bij het FAVV als directeur-generaal Algemene Diensten. Vier jaar later werd hij directeur-generaal Controlebeleid. In die functie was hij onder meer verantwoordelijk voor het uitwerken van de inspectie- en monsternemingsprogramma’s en de wetgeving.

021
• YVES DE GROOTE • “Bedrijven die frauderen met de boekhouding, nemen het mogelijk ook minder nauw met hun ethisch gedrag bij de productie”, stelt Herman Diricks, CEO van het FAVV.

Harmonisatie veiligheid diervoederketen

Samenwerking schemabeheerders EU

Om de transparantie in de voederketen te verbeteren, werken vier nationale schemabeheerders aan harmonisering van de inkoopvoorwaarden. “Dit betekent automatisch meer voedselveiligheid in de voedingsindustrie”, benadrukt Karen Van Spitael, consultant voor KTBA people in food. Zij juicht het initiatief dan ook toe.

Medio juli maakte het Overleg Platform Diervoederkolom in België (Ovocom) bekend dat zij samen met drie andere nationale schemabeheerders in de diervoederketen (handel, voedingsindustrie, mengvoederindustrie en transport) de inkoopvoorwaarden voor diervoeders gaat harmoniseren. Naast Ovocom zijn dit AIC (Frankrijk), GMP+ International (Nederland) en QS Qualität und Sicherheit (Duitsland).

Elk van de schemabeheerders beheert een voederveiligheidstandaard voor een schakel van de diervoederketen. Naast algemene inkoopvoorwaarden gaat het om algemene hygiënevoorwaarden en specifieke voorwaarden voor transport en reiniging (zie kader Inkoopvoorwaarden). De harmonisering moet eind 2016 gereed zijn.

Feed Chain Alliance

Ovocom beheert sinds mei 2015 de FCA

Inkoopvoorwaarden

Inkoopvoorwaarden die de voederindustrie stelt aan de kwaliteit en voedselveiligheid van voedingsproducten:

1. Grondstoffen inkopen van een bedrijf met een GMP-certificaat, IFIScertificaat, FSA-certificaat,…

2. Grondstoffen inkopen van een bedrijf waarvoor er specifieke protocollen zijn voorop gesteld.

3. Grondstoffen inkopen van een bedrijf met een GFSI erkend certificaat.

4. Grondstoffen inkopen van een bedrijf met een gevalideerd autocontrolesysteem.

(Feed Chain Alliance). “FCA is de nieuwe naam voor het vroegere GMP Diervoeder. Inhoudelijk zijn er geen veranderingen. Ovocom benadrukt met de naamswijziging dat ze de verticale ketenbenadering wil internationaliseren”, weet Karen Van Spitael. De consultant van KTBA people in food, gevestigd in Antwerpen, is door Ovocom geregistreerd als GMP consultant. Momenteel werkt zij bij verschillende voedingsproducenten. “Deze bedrijven hebben veelal een reststroom die bestemd is voor GMP-gecertificeerde diervoederproducen-

022 VMT FOOD . 23 SEPTEMBER . NR 3 VOEDSELVEILIGHEID & KWALITEIT
“Als consultant ontvang ik de verschillende initiatieven op nationaal, Europees en internationaal niveau met open armen”, zegt Karen Van Spitael.

ten.” De FCA-standaard uit de diervoedersector ligt in dezelfde lijn als de sectorgidsen voor de voedingsmiddelenindustrie. De sectorfederaties schrijven en beheren de gidsen. Zo is er de sectorgids voor brood en banketbakkerij van de Belgische Confederatie

B.B.C.I. vzw en door Bakkers Vlaanderen

FCA-standaard beheerd door Ovocom. Belangrijk is dan ook de erkenning door het FAVV (Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen) van de equivalentie tussen de FCA en de autocontrolegids Diervoeders (G-001). “Dit heeft onder meer tot gevolg dat een diervoederproducent geen afzonderlijk certificaat voor de autocontrolegids G001 dient te bezitten, een FCA-certificaat volstaat”, merkt Van Spitael op. “Net als voor voedingsbedrijven krijgt de exploitant met een gecertificeerd autocontrolesysteem een bonus op de jaarlijkse FAVV-bijdrage en een lagere inspectiefrequentie. Voorwaarde is dat alle activiteiten van het diervoederbedrijf FCA-gecertificeerd zijn.”

Gatekeeper

Omdat het in de praktijk niet altijd mogelijk is om voedermiddelen buiten Europa bij een gecertificeerde exploitant – met vastgelegd aankoopprotocol door Ovocom – aan te kopen, bestaat het gatekeeperprincipe.

ketenbenadering, benadrukt de consultant. “De producenten moeten ervan uitgaan dat in- en aankopen van een gecertificeerde exploitant veiligere eindproducten garanderen en dus ook de voorkeur genieten.”

Een verplichting van de exploitant is om halfjaarlijks een overzicht van desbetreffende voedermiddelen over te maken aan Ovocom. Dit overzicht bevat onder andere de naam, de herkomst of land van invoer, de tonnage voor de periode en de tonnage per invoer van het voedermiddel.

Voedselveiligheid voorop

“Als consultant ontvang ik de verschillende initiatieven op nationaal, Europees en internationaal niveau met open armen”, zegt Van Spitael. “Harmonisatie van diervoedervereisten vertaalt zich naar een betere voedselveiligheid voor de consument.”

vzw. Indien de reststroom niet in de sectorgids is opgenomen, kan natuurlijk altijd de sectorgids voor diervoeders toegepast worden bij de voedingsproducent”, aldus Van Spitael.

Transparantie verbeteren

Het doel van de harmonisatie in de voederketen is in de eerste plaats het verbeteren van de transparantie. Uniformiteit van de inkoopvoorwaarden staat centraal. Dit leidt volgens de KTBA-consultant tot een betere beheersing van de voedselveiligheid in de gehele voedingsketen.

Uitgangspunt is dat alle leveranciers in de keten volgens een bepaald certificeringsschema gecertificeerd worden. Voor zowel voeder- als voedingsproducenten volstaat één gecertificeerd autocontrolesysteem. Zo kan een diervoederproducent de keuze maken tussen de sectorgids G-001 of de

Van Spitael: ”Dit betekent dat een exploitant een individueel monitoringsplan opstelt voor de desbetreffende leverancier. Chemische en/of microbiologische analyses op grondstoffen/eindproducten maken hier onderdeel van uit. De sectorfederaties mogen de analysewaarden niet in hun sectoraal en algemeen bemonsteringsplan opnemen (zie kader Bemonsteringsplan).”

Dit is in het belang van het behoud van betrouwbare resultaten binnen de globale

Ten slotte wijst de consultant op de cruciale rol van de Europese Federatie van mengvoederfabrikanten (FEFAC, Brussel), waar Ovocom bij is aangesloten. “FEFAC voorkomt wildgroei van percepties en interpretaties door nationale sectorfederaties en hun standaarden.”

De Europese organisatie legt verantwoording af aan het IFIF (Internationale voederindustrie federatie). Zowel FEFAC als IFIF zijn essentiële schakels in de voedselketen die mee zorgen voor duurzame, veilige, voedzame en betaalbare voeding voor een groeiende wereldbevolking.

Bemonsteringsplan

De basis voor het bemonsteringsplan van de verschillende sectorfederaties is de grondstoffeninventaris die de leden van de federatie jaarlijks dienen in te vullen. De sectorale bemonsteringsplannen zijn erkend en gevalideerd door het FAVV. Bedrijven die zich inschrijven in een sectoraal bemonsteringsplan hoeven zelf minder stalen te nemen. Op basis van hun individuele risicoanalyse nemen zij bijkomende monsters die worden geanalyseerd op relevante parameters. De sectorfederaties met een bemonsteringplan in België zijn Synagra (handelaren granen en landbouwgewassen), KVBM (maalderijen) en Bemefa (mengvoederfabrikanten).

023
• YVES DE GROOTE • De FCA-standaard voor diervoeder ligt in dezelfde lijn als de sectorgidsen voor de voedingsindustrie.
‘Het doel is het verbeteren van de transparantie’

Probably the most hygienic mobile Cleaning-In-Place unit in the world

Hygiënisch design vermijdt interne en externe contaminatie

Kwaliteit van de reiniging meetbaar, reproduceerbaar en traceerbaar

Productiviteit gegarandeerd door snelle reiniging en minder incidenten

Makkelijk te verplaatsen, te bedienen en te connecteren aan diverse installaties

Efficiënt gebruik van energie, water en reinigingsproducten

Innovatieve oplossingen in roestvast staal voor hygiëne gevoelige industrieën

Verstand van grondstof tot eindproduct

De Korrel Beheer, producent van diverse soorten paneermeel, batter-, tumble- en injectiemixen, coatings en mengsels voor de vlees-, vis- en pluimveevleesverwerkende industrie. Tevens producent van clear coats voor frites, kruidencoats en kruidenbreaders, pastrymixen en bakkerijmixen.

De Korrel Beheer brengt zijn producten op de markt onder de merken ECS Paneermeel, Mastermix en HB Specialty Foods. De Korrel Beheer, van grondstof tot eindproduct.

T +32 50 25 06 61 F +32 50 20 12 45 industry@packo.com www.packoindustry.com Torhoutsesteenweg 154 8210 Zedelgem, Belgium
Packo Industry

Excellente voedingsoperator heeft de toekomst

Bedrijven die tot de top willen behoren, moeten sneller, beter en goedkoper zijn dan de concurrentie. Ze verwachten daarbij een actieve rol van hun medewerkers. De pavlovreactie is om harder te gaan werken. Vaak kan dat niet meer. Het hoeft ook niet. Slimmer werken of continu verbeteren, dat is het antwoord.

leveren. Als u wenst dat medewerkers de processen sneller, beter en goedkoper laten verlopen, dan zult u ze ook moeten opleiden en trainen op het gebied van continu verbeteren.

Excellente Operator

DEZE SERIE BELICHT ENKELE ONDERWERPEN RONDOM HET THEMA CONTINU VERBETEREN. DE ARTIKELEN ZIJN GESCHREVEN DOOR ADVIES- EN OPLEIDINGSBUREAU YOU IMPROVE.

Een directeur van een betonvlechtbedrijf zei ooit over zijn medewerkers: “Ze moeten zich aan de 3B-regel houden: bukken, buigen en bek houden”. De tijd dat operators hun hersenen mochten achterlaten in de kleedruimte, ligt gelukkig achter ons. Sterker nog, we verwachten van hen dat ze hun verstand gebruiken. Maar maken we al optimaal gebruik van de kennis, kunde en creativiteit van onze medewerkers op de werkvloer? Stel dat die worden ingezet om het werk sneller, beter, goedkoper en leuker te laten verlopen …

Up-to-date vakkennis is één Dat verstand dienen operators in eerste instantie aan te wenden om hun werk goed te doen. Voortdurende training is noodzakelijk op gebieden als hygiëne, (voedsel) veiligheid, ISO, HACCP, bediening van machines en het al dan niet geautomatiseerd administreren van wat men doet. Dat is prima, we willen allemaal goed en veilig eten op ons bord. Is het voldoende om toekomstige ontwikkelingen het hoofd te bieden?

Uit een recent onderzoek van Industry

Week blijkt dat verandertrajecten – daar hebben we het hier in feite over – vaak mislukken (circa 70%). Daaraan kunnen diverse oorzaken ten grondslag liggen, zoals blijkt uit de keten van verandering (zie figuur 1). Er is bijvoorbeeld geen duidelijke visie van wat de verandering oplevert. We zien regelmatig dat het binnen de top van het bedrijf ontbreekt aan overeenstemming of de bereidheid tijd en middelen ter beschikking te stellen om het traject te laten slagen.

Verbeterkennis is twee

Een van de voornaamste problemen is dat van medewerkers een actieve bijdrage wordt verlangd, maar dat ze niet worden voorzien van de kennis, kunde en vaardigheid die nodig is om die bijdrage te kunnen

Gelukkig zien steeds meer opleidingscentra als Syntra dit in. Zij bieden vakkennis en verbeterkennis aan in gecertificeerde opleidingen. Deelnemers leren methodes als Kaizen, Smed, 5S, Autonoom Onderhoud en Gericht Verbeteren toe te passen op hun eigen dagelijkse werkzaamheden. Bovendien zijn er voor leidinggevenden diverse Belttrainingen beschikbaar, waarmee zij leren het verbeterproces te begeleiden. Operators die een dergelijke opleiding volgen noemen we Excellente Voedingsoperators. En die hebben wat ons betreft de toekomst. Want ze zijn waardevoller als werknemer en flexibeler op de arbeidsmarkt.

• ROB KWAIJTAAL • R. Kwaijtaal, algemeen directeur You Improve

025 VMT FOOD . 23 SEPTEMBER NR 3 CONTINU VERBETEREN MENSEN & LOOPBAAN
VISIE/DOELEN COMMITMENTVAARDIGHEDEN MIDDELEN ACTIEPLAN COMMITMENTVAARDIGHEDEN MIDDELEN ACTIEPLAN VISIE/DOELEN VAARDIGHEDEN MIDDELEN ACTIEPLAN VISIE/DOELEN COMMITMENT MIDDELEN ACTIEPLAN VISIE/DOELEN COMMITMENTVAARDIGHEDENACTIEPLAN VISIE/DOELEN COMMITMENTVAARDIGHEDEN MIDDELEN VERWARRING ONWIL ONGERUSTHEID FRUSTRATIE GEVAARLIJKE START
Figuur 1. Keten van verandering.

Barry Callebaut print chocolade

Innovaties die omzet moeten opleveren

Ontwikkelingen op het vlak van Structure/Texture and Sensory, Authenticity & Permissibility, Cocoa-science en New Process leveren bij chocoladeproducent Barry Callebaut innovaties die omzet moeten opleveren. En dat lukt zeer goed.

laatste vijf jaar zijn ontwikkeld. Een van de procesinnovaties die de komende jaren succesvol zou kunnen zijn, is het printen met chocolade.

Chocolade printen

Printen met chocolade was altijd lastig, omdat vloeibare chocolade de nozzles van de printerunit verstopte. Barry Callebaut heeft de compositie van de printchocolade zodanig veranderd – hoe precies willen ze niet verklappen – dat de chocolade wel een lage viscositeit heeft om goed door de nozzles heen te stromen, maar toch niet uitvloeit (een hoge yield).

Het R&D-innovatiecentrum van Barry Callebaut in Lebbeke-Wieze toont waar het bij het bedrijf om gaat: chocolade. Uit dispensers aan de muur vullen medewerkers zakken met verschillende chocolades, de route van cacaoboon tot chocolade is op de muur te lezen en chocolaatjes bij de koffie zijn onontkoombaar.

Peter Boone, chief innovation & quality officer, van huis uit marketeer, legt uit dat niet alleen op deze locatie onderzoek naar

chocolade wordt uitgevoerd. Wereldwijd werken meer dan 200 R&D-managers aan chocolade-innovaties. “Meer dan 1200 ontwikkelingsprojecten hebben we het afgelopen jaar succesvol afgerond”, weet Boone. Dit leverde meer dan twintig nieuwe producten op voor voedselproducenten en andere professionele verwerkers van chocolade, zoals chocolatiers, bakkers en chefs. Boone is er trots op dat 70% van de totale omzet afkomstig is van producten die de

De printer waarmee de chocolade wordt geprint is van de Nederlandse firma Foodjet. Samen met dit bedrijf heeft de chocoladeproducent dit 2D+-traject ingezet. “Veel klanten zijn geïnteresseerd in het printen van chocolade. Het was al mogelijk om met suikers of mengsels te printen, maar nog niet met chocolade”, vertelt een medewerker tijdens de demonstratie van de printer. “Nu gaan we de productie opschalen.” De printnozzles moeten dicht bij het te printen oppervlak zijn om correct te kunnen printen. De ontwikkeling van het 3D-printen met chocolade is nog in ontwikkeling. De chocolade die Barry Callebaut heeft ontwikkeld voor 2D+-printen is al een goede start.

“Voor 3D zal de machine een stuk langzamer printen. De toepassingen zullen waarschijnlijk meer in de gourmetsfeer vallen, niet voor industrieel gebruik.”

026 VMT FOOD . 23 SEPTEMBER . NR 3 INGREDIËNT & PRODUCT
REPORTAGE
Pickering is toepasbaar voor fruitvullingen, karamel en chocolade.Peter Boone, chief innovation & quality officer bij Barry Callebaut.

Cacaoboon beter begrijpen

Om betere chocolade te maken, is het zaak om de grondstof, de cacaoboon, beter te begrijpen. In het onderzoeksprogramma Cometa probeert de chocoladeproducent samen met een onderzoeksgroep aan de Jacobs Universiteit in Bremen een cacaoatlas samen te stellen met de volledige chemische samenstelling van alle cacaovariëteiten. Gino Vrancken, global R&D-manager: “Chocolade is een van de meest complexe producten binnen food. Vóór het roosteren heeft cacao al 25.000 verschillende stoffen. Daarvan is 75% nog niet bekend.” Het doel van project Cometa is om de chemische samenstelling van de cacaoboon volledig te begrijpen om zo de fermentatie op een natuurlijke wijze te optimaliseren. “In de toekomst kunnen we op smaak sturen gebaseerd op kennis van de boon.” De onderzoeksgroep waarmee Barry Callebaut samenwerkt, is sterk in analysekennis. Die hebben ze onder andere opgedaan in de medische wereld. Door de hogere resolutie van de analyseapparatuur is het mogelijk om meer stoffen te identificeren. De Duitse onderzoeksgroep werkt nu met vijftien mensen aan het Cometa-project. Naast de Duitse universiteit nemen ook bedrijven die de analyseapparatuur maken en cacao-organisaties in Ivoorkust en Maleisië deel uit van het project.

Gezondere chocolade

Onder de pijler Authenticity & permissibility ontwikkelt de chocoladeproducent gezonde innovaties, zegt Marijke de Brouwer, global R&D program manager. Herformulering, duidelijke etikettering en clean labelling zijn de antwoorden van het bedrijf op wereldwijde gezondheidsvraagstukken zoals obesitas. Herformulering gaat om smaak, prijs en consumentenperceptie. “Consumenten denken dat producten met minder suiker of vet minder lekker zijn dan de reguliere varianten”, legt De Brouwer uit. Ook zijn er wereldwijd verschillen in wetgeving die herformulering lastig maken.

“De wetgeving voor het gebruik van zoetstoffen verschilt op diverse continenten, er is een minimum aan vet nodig om chocolade te mogen heten”, verduidelijkt De Brouwer.

Herformuleren

De focus bij herformuleren ligt bij de verbetering van productcomposities en bij alternatieven voor minder suiker en vet en een optimale verhouding tussen calorieën en smaak. Op dit gebied heeft het bedrijf drie projecten: Acticoa, Sweet en Pickering. Acticoa is chocolade met een gezondheidsclaim: goed voor de doorbloeding bij de consumptie van minimaal 10 gram van de Acticoa chocolade. Dit product is al een aantal jaar op de markt. Hoewel het voor een nichemarkt is bestemd, zijn er steeds meer geïnteresseerde klanten, meldt Barry Callebaut.

In het project Sweet zoekt de producent alternatieven om een zoete smaak aan chocolade toe te voegen. Het bedrijf volgt verschillende methoden: vermindering in stappen, gedeeltelijke suikervervanging (minimaal 30%) of volledige suikervervanging. Stevia, maltitol en erythritol zijn belangrijke suikervervangers in chocolade.

Watergevulde vullingen

Pickering is relatief nieuw; het chocoladebedrijf heeft nog geen klanten die het in-

dustrieel toepassen, maar al wel veel geïnteresseerde partijen. Pickering levert een op water gebaseerde vulling op voor koekjes, ontbijtgranen en bakkerijproducten. Doordat de vulling dezelfde wateractiviteit heeft als een koekje (lager dan 0,5%) vindt er geen watertransport plaats naar het koekje. Dit principe is toepasbaar voor fruitvullingen, karamel en chocolade. Belangrijk bij de ontwikkeling was de werkbaarheid. “Onze klanten moeten er goed mee kunnen werken, de vulling moet bijvoorbeeld verpompbaar zijn. Dat is het ook”, laten de ontwikkelaars weten. Met deze vullingen kan tot 10% vet worden vervangen.

Wetgeving

Volgens de Europese chocoladewetgeving moet chocolade minimaal 18% cacaoboter bevatten, voor de kwaliteitsreferentie extra fijn is dat minimaal 26% cacaoboter. Volgens de wet staat meer cacaoboter voor een betere kwaliteit. Producten met minder dan 18% cacaoboter mogen geen chocolade heten, maar suikerwerk of cacaofantasie. Chocolade met polyolen in plaats van suiker mag de naam wel dragen.

027
• DIONNE IRVING • D. Irving is redacteur van VMT Uit dispensers aan de muur vullen medewerkers zakken met verschillende chocolades.

• Flexibele verpakkingen voor food, non-food, farma en cosmetics

• Full HD Flexodruk (8 kleuren)

• Barrière laminaten

• Tussenlaags bedrukte (bio-) laminaten

• Wikkels op rol

• Blokbodem- & vacüumzakken

• Stand up pouches (doypacks) met ZIP en spout

• Ook middelgrote & kleine runs

PRODUCENT FLEXIBELE VERPAKKINGEN

BASTIN-PACK · IZ 3 · Neerhonderd 37 · B-9230 Wetteren

Tel. +32 (0) 9 225 18 19 · info@bastinpack.be · www.bastinpack.be

www.bastinpack.be

Voedselveiligheid, houdbaarheid en hygiëne

Hoewel ons voedsel veiliger is dan ooit, komen in de Benelux nog steeds voedselinfecties voor. Hieruit blijkt dat vooral hygiëne en temperatuur ten allen tijde goed gehandhaafd moeten zijn, om de kwaliteit en de voedselveiligheid – en daarmee de gezondheid van de consument – te garanderen.

verzonden. Daar worden de metingen vijf jaar bewaard en gepresenteerd in tabel- en/ of grafiekvorm.

EBI300, USB-logger

De volgens HACCP-richtlijnen verplichte temperatuurmetingen kosten vaak veel tijd: meten, noteren, en afwijkingen registreren. Automatisering van dit proces bespaart veel tijd. De voedselthermometer TempMitter van Gullimex (zie foto hierboven) is geschikt voor toepassing in de horeca, grootkeuken, detailhandel, distributie en industrie. Een meting wordt direct draadloos verzonden en opgeslagen op een alleen voor de gebruiker toegankelijke TempWeb-website in de cloud. Handmatig verrichte metingen kunnen worden toegevoegd. De metingen zijn 24 uur per dag online in te zien. TempWeb waarschuwt per sms of per e-mail als de temperatuur afwijkt van vooraf ingestelde grenswaarden.

Mobiele temperatuurregistratie

Ook bij transport kan de temperatuurmeter worden ingezet. Denk aan de bezorging van maaltijden en maaltijdcomponenten. Om aan de wettelijke eisen te voldoen, moeten

de producten geconditioneerd worden opgeslagen en worden vervoerd. De temperatuurconditie van dit opslag- en transportproces moet worden geregistreerd. Een TempWebmodule gemonteerd in de bestelwagen monitort continu de temperatuur van de vrachtruimte. De metingen worden opgeslagen en draadloos verzonden naar de database zodra de auto een Wireless Acces Point (WAP) nadert. Dit draadloos toegangspunt bevindt zich op de thuisbasis of op locaties die frequent worden aangedaan.

TempCube

De nieuwe TempCube data logger installeert zichzelf. De logger slaat de metingen op. Zodra er een draadloos toegangspunt in de beurt is, wordt daarmee contact gemaakt en worden de metingen naar het internet

Na aansluiting van USB-logger EBI300 op de USB-poort van een willekeurige PC of laptop wordt geheel automatisch, zonder speciale software, een meetrapport gegenereerd met alle informatie over het temperatuurverloop. Het rapport kan direct worden opgeslagen, afgedrukt of per e-mail worden verzonden. De Hygiena EnSure is de meest gevoelige ATP-meter op de markt voor hygiënecontrole (detectieniveau < 0,1 fmol ATP). In combinatie met de Ultrasnapswabs heeft de gebruiker binnen 15 seconden een betrouwbaar resultaat. De ATPmeter is ook geschikt voor kwalitatieve en kwantitatieve bepalingen van specifieke micro-organismen (E. coli), in combinatie met de MicroSnap. Met een swab wordt een oppervlak, vloeistof of product bemonsterd. Na een incubatie van maximaal zeven uur wordt een deel van het monster overgebracht in de Micro-Snap. Na activering van de Micro-Snap kan deze vrijwel onmiddellijk worden uitgelezen in de EnSure. Hetzelfde instrument is bruikbaar voor algemene hygiënecontrole en specifieke microbiologische tests. Hygiena biedt ook een draagbare mini-incubator aan, waarmee deze test volledig buiten de laboratoriumomgeving kan worden uitgevoerd.

029 VMT FOOD . 23 SEPTEMBER . NR 3 PUBLIREPORTAGE
• WIM GEUL • W. Geul, directeur Gullimex België, www.gullimex.be De werking van de TempMitter bij mobiele temperatuurregistratie. Hygiena EnSure

Perslucht conditionering: de vergeten schakel

Voedingsbedrijven kijken vanuit de voedselveiligheid en voedselkwaliteit steeds kritischer naar elk ingrediënt, elk apparaat en elke processtap. Een miskend risico daarbij is perslucht. Deze gecomprimeerde lucht komt vaak in nauw contact met voedingsproducten en kan een substantiële contaminatiebron zijn.

automatische kleppen, transport van droge stoffen of poeders gebeurt met behulp van lucht. Lucht is ook een ingrediënt, bijvoorbeeld in mousses. Het is noodzakelijk een persluchtsysteem nauwgezet te optimaliseren met het oog op een laag energieverbruik, een lange levensduur van het systeem en apparaten, een goede kwaliteit van eindproducten en een gezonde werkomgeving.

Conditioneren

Vooraleer perslucht door het leidingsysteem en naar de aangesloten componenten gaat, is een behandeling vereist. Lucht bevat namelijk vocht, olie en vuil. Het comprimeren van atmosferische lucht tot 7 bar resulteert in een concentratie van de vervuiling met 800%. De compressor kan bovendien olie afscheiden in het systeem. Omgevingslucht bevat:

• Water(damp) die microbiële groei kan veroorzaken en stof doet aaneenkitten;

• Olie(damp), deels afgescheiden door de compressor. Het gebruik van food-grade olie, een olievrije compressor of voldoende filtratie is vereist;

• Corrosieve gassen zoals zwaveloxide, stikstofoxide en chloorverbindingen.

Risico’s voor voeding

De ISO-norm 8573.1:2010 verdeelt luchtkwaliteit onder in 9 klassen op basis van aanwezige partikels, water en olie. Elk bedrijf maakt een keuze welke kwaliteit vereist is. De ISO-norm specificeert niet welke categorie vereist is voor de voedingsindustrie. IFS, BRC en andere normeringen ook niet; ze beschrijven enkel dat een regel-

Seminarie

Voedingsbedrijven zetten perslucht breed in. Het aandrijven van luchtcilinders, luchtmotoren, verpakkingsmachines, messen,

• Stof, stuifmeel, micro-organismen, roet, uitlaatgassen en andere stofdeeltjes. Dergelijke deeltjes kunnen het leidingnetwerk beschadigen, onder de vorm van roest, corrosie of groefvorming door een zandstraaleffect;

Op 29 oktober 2015 organiseert BEKO Technologies in de Food Pilot in Melle een seminarie over het gebruik en de kwaliteit van perslucht in relatie tot persluchtsystemen en productieprocessen. Deskundigen, met veel praktijkervaring in de voedingsindustrie, gaan dieper in op de soorten persluchtsystemen, onderhoud en metingen, maar ook op de microbiologie van perslucht en omgevingslucht en de risico’s voor de kwaliteit en veiligheid van de eindproducten.

030 VMT FOOD . 23 SEPTEMBER . NR 3 TECHNOLOGIE & TECHNIEK
Het is mogelijk restoliedamppercentages in perslucht te meten. Foto: BEKO Technologies

matige controle van perslucht vereist is om besmetting te voorkomen. Een risicobeoordeling houdt rekening met de impact van perslucht op het productieproces of het eindproduct en met de externe omgevingsfactoren.

Microbiële groei

Stof, water en onreinheden bieden de mogelijkheid tot microbiële groei, zeker wanneer temperaturen gunstig zijn. Voor de voedingssector betekent dit een gevaar, vanwege het direct of indirect contact met de eindproducten. Voor voedingsproducten met beperkte houdbaarheid, gevoelig voor bederf of bestemd voor welbepaalde doelgroepen (YOPI groep) kan deze additionele contaminatie nefast zijn. Een oplossing zijn sterielfilters ter hoogte van het processing toestel en het drogen van de perslucht. Allergenen zijn een andere verontreiniging die door perslucht in voeding gebracht kunnen worden. Hiervoor is een inspectie van de omgevingslucht ter hoogte van het aanzuigpunt vereist. Een slecht onderhouden persluchtsysteem kan ongewenste roestdeeltjes, oliedruppels of scaling in de eindproducten brengen.

Rol van vocht

Afhankelijk van de temperatuur kan lucht slechts een bepaalde maximale hoeveelheid waterdamp bevatten. Bij het samendrukken

kan hierdoor condensatie optreden. Dit gebeurt ook bij temperatuurdaling van de lucht. Deze relatie wordt drukdauwpunt genoemd en is één van de parameters in de negen kwaliteitsklassen in ISO 8573.1. Door lucht te drogen worden beide kansen op condensatie voorkomen. Voor processen

kan een drukdauwpunt van -20°C bereiken overeenkomstig luchtkwaliteitsklasse 3. In een adsorptiedroger gaat lucht over een adsorptiemiddel dat waterdamp aan de lucht onttrekt. Een drukdauwpunt van -40°C (luchtkwaliteitsklasse 2) is mogelijk.

Filteren

waarvoor zeer droge lucht nodig is (ISO klasse 1, 2 of 3) is een geavanceerde droogtechniek nodig, zoals een adsorptie- of een membraandroger.

Behandelingswijze: drogen en filteren

Een koeldroger maakt gebruik van het principe dat koude lucht weinig waterdamp kan bevatten en via condensatie verwijderd wordt. Met deze milde technologie kan een drukdauwpunt van 2°C bereikt worden, overeenkomstig luchtkwaliteitsklasse 4. Het condensaat wordt afgevoerd en mogelijk behandeld. In membraandrogers wordt lucht gestuwd door dunne membraanvezels en komt het vocht aan de andere zijde van het membraan terecht. Deze technologie

Om stof, olie en ander vuil uit de lucht te filteren, wordt in de eerste plaats een aanzuigfilter vóór de compressor geplaatst. Om de comprimeerde lucht vervolgens te conditioneren, kan een serie van filters ingebouwd worden. Beginnende met voorfilters die bestaan uit gevlochten materiaal die partikels tot 2-5 micron kunnen tegenhouden. Voor veel toepassingen is dit voldoende om vastlopen of beschadiging van het systeem te verhinderen. Fijnfilters bestaan uit meerdere lagen filtermateriaal en kunnen partikels tot 1 micron scheiden. Ultrafijnfilters daaropvolgend kunnen zeer kleine deeltjes, waterdruppels en oliemist (aërosolen) tot 0,1 micron uit de lucht verwijderen. Een actiefkoolfilter is in staat om gasvormige stoffen zoals koolwaterstoffen, geur- en smaakstoffen uit de lucht te filteren. Ook het restgehalte aan olie kan verder gereduceerd worden.

Kwaliteitscontrole

Het inbouwen van meettoestellen maakt een permanente opvolging van het goed functioneren van het systeem mogelijk. Parameters die gemeten worden zijn het drukdauwpunt (een maat voor het vochtgehalte), de flow en de lekken. Andere parameters zijn de hoeveelheid oliedamp en gassen.

• KAREN VERSTRAETE •

Dr. ir. K. Verstraete, wetenschappelijk medewerker Food Pilot, Melle

031
Foto: Food Pilot De Food Pilot zet perslucht onder meer in voor het maken van producten.
‘Ook allergenen kunnen door perslucht in voeding gebracht worden’

22 oktober

Rapid tests

Donderdag 22 oktober 2015 organiseren de beroepsfederatie Laborama, Flanders’ FOOD en WagrALIM Laborama Academy in De Montil te Affligem.

Wat mag u verwachten?

• Lezingen door specialisten verbonden aan de K.U.L. en CRA-W

• Technische presentaties in parallelle sessies

• Beurs rond het besproken materiaal

Voor meer informatie en inschrijvingen: www.laborama.be

Wat? Laborama Academy

Waar? De Montil, Moortelstraat 8, 1790 Affligem

Wanneer? 22 oktober van 9u30 – 17u30

Contact: +32-2-481 00 50 info@laborama.be

‘15
in the food industry

Nieuwe hygiënische hogedrukpomp

Met haar hygiënische pompserie FPP2 & IPP2 komt Packo Pumps tegemoet aan de vraag van de voedingsindustrie naar hogedrukpompen met hoge capaciteit, voornamelijk in filtratieprocessen zoals omgekeerde osmose.

De pompen kunnen ingezet worden op een maximum inlaatdruk van 40 bar en een debiet van 50 m3/h bij een manometrische opvoerhoogte van 7 bar. Hogere debieten zullen in de nabije toekomst beschikbaar zijn. De hygiënisch ontworpen gefreesde constructie bestaat uit roestvast staal 316L met standaard componenten, zoals IEC-motoren en mechanische afdichtingen die voldoen aan EN12756, een hygiënisch ontwerp met standaard een elektrolytisch gepolijst oppervlak. De pomp is verkrijgbaar in een industriële uitvoering voor toepassingen waar hygiëne minder belangrijk is. Typische toepassingen zijn omgekeerde osmose van wei, wijn- en bierfiltratie.

Hygiënische Steel-verdeler

Murrelektronik lanceerde de onderhoudsvriendelijke MVP12 Steel-verdeler. Deze is vervaardigd van roestvast staal en is geschikt voor toepassing in de levensmiddelenindustrie. De MVP12 Steel heeft acht steekplaatsen en wordt vlak bij het proces geplaatst. Sensoren en actuatoren zijn aan te sluiten met korte verbindingskabels. Er hoeft maar één kabel door de installatie worden gevoerd. Hierdoor worden materiaalkosten, installatietijd en ruimte bespaard. Ook bespaart dit klemmenkasten in het veld. De RVS-behuizing en schroefdraad zijn vervaardigd van V4A-staal. Dit is een legering die twee procent molybdeen bevat, zeer hard is en goede roestwerende eigenschappen kent. Hierdoor voldoet de verdeler aan de hoge eisen van beschermingsgraad IP69K.

Mobiele verpakkingservice

Budelpack On Site, onderdeel van de Budelpack Groep, biedt een mobiele verpakkingsservice aan voor het on site verpakken van snackgroente en handfruit in stazakken. De service omvat een trailer met een bedrijfsklare verpakkingslijn, verpakkingsmaterialen en -medewerkers en is in korte tijd op meerdere locaties in te zetten.

De flexibele zakkenvullijn van APS is ontworpen voor het verpakken van een grote variatie aan handfruit en snackgroenten, is in minder dan vijf minuten in te stellen op een ander zakformaat en verwerkt tot 22 meter zakken per minuut. Voor het verpakken van de producten ontwikkelden Budelpack en APS een voor deze sector onderscheidende productverpakkingcombinatie: vers handfruit en snackgroente in voorgevormde, transparante of bedrukte stazakken. APS produceert het materiaal voor de stazakken op rol in vele soorten, maten en materialen en bedrukt deze tot zeven kleuren. De milieuvriendelijke, recyclebare stazak is uit te voeren met een ophangsysteem, hersluitbare sluiting, ontluchtings- en ventilatiegaten, verstevigde kopstukken en/of verzegelde perforaties.

Bigbag-vulinstallatie voor zeoliet

Voor een Nederlandse producent van zeoliet ontwikkelde Gericke een bigbag-vulinstallatie. Die is onderdeel van een nieuwe productielijn voor het vervaardigen van SAPO, een zeolietkristal dat gebruikt wordt voor het verminderen van stikstof-oxiden-uitstoot van dieselmotoren. Voor deze nieuwe productielijn verzorgde Gericke de engineering, bouw, montage en inbedrijfname van in totaal vier vulunits. Het afvullen vindt plaats met een zeer hoge nauwkeurigheid en de installatie functioneert nagenoeg stofvrij. De laatste van de vier vulinstallaties wordt eind dit jaar opgeleverd.

033 VMT FOOD . 23 SEPTEMBER NR 3 TECHNISCH NIEUWS
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . www.packo.com
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . www.murrelektronik.be
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . www.budelpack.com
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . www.gericke.net

HOGE DRUK VOOR EXTRA EFFICIËNTIE

Zijn hoge drukbestendigheid tot 300 bar en het innovatieve spiraalontwerp zorgen voor extra efficiëntie. De Tetra Vertico® warmtewisselaar levert dankzij het Dean-effect een bijzonder hoog warmteoverdrachtrendement. Dat maakt hem compacter, minimaliseert productieverliezen en verlaagt het verbruik aan water en reinigingsmiddelen. Bovendien levert hij een uitstekende deeltjesintegriteit tot 25 mm diameter voor producten met vaste componenten. Profiteer van de veelzijdigheid van de Tetra Vertico® en bespaar op de productie van uw viskeuze producten met of zonder vaste deeltjes.

Interesse? Bel ons op:

+31 30 634 99 99 of +32 (0)24 67 68 11

www.tetrapak.com/nl

/processing

www.tetrapak.com/be

/processing

Tetra Pak, , PROTECTS WHAT’S GOOD, are trademarks to the Tetra Pak Group.

BrauBeviale 2015

BrauBeviale is de internationale vakbeurs voor de brouwerijen drankenindustrie. Het platform stelt de procesketen van de volledige drankenindustrie centraal: producenten en leveranciers van zowel bier, frisdrank, vloeibare zuivelproducten, wijn, schuimwijn als sterke dranken vinden er ongetwijfeld hun gading. Bovendien komt ieder aspect aan bod, van grondstof en technologie tot logistiek en marketing. Nieuw op de vakbeurs is de Street Food Convention. Andrea Kalrait, beursdirector van de BrauBeviale, noemt de toevoeging van het onderdeel voedsel een voordeel: “Dit is een goede kans voor de bezoekers van beide evenementen om met elkaar te discussiëren en hun netwerk te vergroten.”

Data: 10-12 november, Locatie: Messezentrum, Neurenberg (Duitsland)

Kwaliteitscontrole van verpakkingsmaterialen

Sensorische kwaliteitscontrole op grondstoffen of eindverpakkingen door verpakkingsproducenten of als ingangscontrole bij voedingsbedrijven kan een belangrijke troef zijn om verpakkingsgerelateerde smaakafwijkingen in verpakte voedingsmiddelen te vermijden. Chemisch-analytische technieken, zoals gaschromatografie-massaspectrometrie (GC-MS) en massaspectrometrie-gebaseerde elektronische neustechnologie (MS-nose), kunnen sensorische testen ondersteunen om meer inzicht te krijgen in de moleculaire basis van de geur van verpakkingsmaterialen.

Datum: 6 oktober, Locatie: Huis van de Bouw, Gent-Zwijnaarde

Ons dagelijks brood

Tijdens een seminarie over bakkerijproducten van Flanders’ FOOD komen niet alleen de trends aan bod, maar ook informatie over de samenstelling en het verouderingsgedrag van bloem. Sprekers gaan bijvoorbeeld ook in op zuurdesems en het aanrijken van bakkerijproducten met zemelen en het MAP-verpakken van bakkerijproducten.

Datum: 9 oktober, Locatie: De Montil, Affligem

www.flandersfood.com/event/ons-dagelijks-brood

29-sep

Hygiëne in de productieomgeving van de voedingsfabriek, Antwerpen

05-okt 10 Jaar Pack4Food, Gent

06-okt

06-okt

8-9 oktober

Tijd voor actie - Plantaardige reststromen: haal eruit wat erin zit!, Melle

Sensorische én instrumentele kwaliteitscontrole van verpakkingsmaterialen', Gent-Zwijnaarde

Twentieth Conference on Food Microbiology, Brussel

08-okt Innovatiebeurs, Gent

09-okt Ons Dagelijks Brood, Affligem

10-14 oktober Anuga, Keulen

13-okt

26-okt

20-okt

VMT Fraudecongres: preventie en bestrijding, Bunnik (NL)

Good Sensory Practices: sensorische analyse van voedingsmiddelen en ingrediënten (SensNet), Gent-Zwijnaarde

Slim organiseren om flexibeler te produceren, Melle

3-6 november Aquatech, Amsterdam

10-12 november BrauBeviale, Neurenberg (DE)

15-19 november Horeca Expo, Gent

17-nov Week van de Smaak, Gent-Zwijnaarde

17-nov

Tools voor sensorische benchmarking en consumentgerichte productontwikkeling van levensmiddelen, Gent-Zwijnaarde

24-nov Tips & trics voor geurtesten van verpakkingsmaterialen

24-nov Jaarprijs Goede Voeding 2015, Bunnik (NL)

25-26 november Empack, Brussel

25-26 november Packaging Innovations, Brussel

26-nov

Netwerkevenement Food Pilot: De voedingssector in hogere versnelling  Berichten

035 VMT FOOD . 23 SEPTEMBER . NR 3
AGENDA KIJK VOOR DE VOLLEDIGE AGENDA OP VMTFOOD.BE
Cursussen Beurzen Congressen
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .www.braubeviale.de
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . sensnet.wordpress.com
. . . . . .
.
voor de agenda stuurt u naar: redactie@vmtfood.be . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . www.vmtfood.be

VMT Food is hét nieuwe mediaplatform voor de voedings- en drankenindustrie in Vlaanderen, België. VMT Food is een betrouwbare informatiebron voor directieleden en management op het gebied van quality assurance, productie, marketing en sales, inkoop, R&D en productontwikkeling. VMT Food verschijnt vier keer per jaar en is een uitgave van MYbusinessmedia.

Redactieadres (België)

Gemeenteplein 43-1

8300 Knokke-Heist

E redactie@vmtfood.be

I www.vmtfood.be

Uitgever

Suzanne Wanders

T +31 (0)10 - 2894017

E s.wanders@mybusinessmedia.nl

Hoofdredactie (Nederland)

Willem-Paul de Mooij

T +31 (0)10 - 2894065

E w.mooij@mybusinessmedia.nl

Adjunct-hoofdredactie (België)

Yves De Groote

T +32 (0)50 - 623520

E redactie@vmtfood.be

Redactie

Philip Willaert

E redactie@vmtfood.be

Eindredactie

Marjolein Spek

T +31 (0)10 - 2894007

E m.spek@mybusinessmedia.nl

Met medewerking van:

AGORIA, FAVV, FEVIA, Flanders’ FOOD, Food Pilot, ILVO

Media-adviseurs

Monique van Neutegem

T +31 (0)6 - 50449402

E m.neutegem@mybusinessmedia.nl

Anneloes Veerman

T +31 (0)6 - 12707014

E a.veerman@mybusinessmedia.nl

Belgische klanten

Trevi NV

Willem Holemans

T +32 (0)9 - 3606216

E willem.holemans@trevi-regie.be

Marketing

Job Scheepers

T +31 (0)20 - 2892237

E j.scheepers@mybusinessmedia.nl

Vormgeving Colorscan bv, www.colorscan.nl

Druk

Drukkerij Roelofs, Enschede

Abonnementen

Voor vragen over abonnementen, bezorging en/of adreswijzigingen, kunt u bellen met onze Klantenservice.

Tel: +31 (0)10 289 40 08.

E-mail: vmt@mybusinessmedia.nl.

MYbusinessmedia BV, VMT Food, Postbus 8632, 3009 AP Rotterdam

Introductie jaarabonnement

€ 49,- (i.p.v. € 79,-)*

*prijzen zijn excl. 6% BTW en € 3,95 administratiekosten. Jaarabonnement geldt tot wederopzegging.

Nieuwsbrief

Wilt u de gratis wekelijkse e-mailnieuwsbrief ontvangen? Aanmelden: www.vmt.nl/nieuwsbrief

MYbusinessmedia

Essebaan 63 c

2908 LJ Capelle a/d IJssel

Postbus 8632

3009 AP Rotterdam

Nederland

ISSN 2352-5924

Niets uit deze uitgave mag zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever openbaar worden gemaakt of verveelvoudigd, waaronder begrepen het reproduceren door middel van druk, offset, fotokopie of microfilm of in enige digitale, elektronische, optische of andere vorm. Publicaties geschieden uitsluitend onder verantwoording van de auteurs. Alle daarin vervatte informatie is zorgvuldig gecontroleerd. De auteurs aanvaarden echter geen aansprakelijkheid voor de gevolgen van eventuele onjuistheden.

036 VMT FOOD 23 SEPTEMBER . NR 3 COLOFON
’s Werelds meest toonaangevende vakbeurs voor proces-, drink- en afvalwater Organisatie Ondersteund door Onderdeel van 2015 EXHIBITION 3 - 6 NOVEMBER AMSTERDAM • NL VOLOP INSPIRATIE EN INNOVATIE VOOR WATERPROFESSIONALS Registreer uw gratis bezoek op aquatechtrade.com! Ontdek de laatste trends en innovaties op het gebied van watertechnologie Meer dan 750 exposanten waaronder marktleiders en pioniers Onderdeel van Amsterdam International Water Week Veelzijdig conferentie- en seminarprogramma

Strong quality, fast service !

De Bodyguard

Veiligheidssensoren (RFID en Magnetisch) van elobau

Perfecte monitoring en snelle respons. Verstoring direct geregistreerd! elobau bied een compleet programma aan magnetische en elektronische sensoren om bewegende delen te monitoren. Deuren, kleppen of beschermkappen kunnen allemaal veilig gemonitord worden. Aan wensen omtrent robuustheid, waterdichthe id en kleine inbouwmaten word zonder problemen voldaan. www.uw-bodyguard.nl

Welvaarstraat 5 - 2200 Herentals - T +32 14 51 54 85 - info@devafloor.eu - www.devafloor.eu Uitgebreid aanbod gietvloeren plaatsing door eigen personeel antislipgraad naar vrije keuze zeer duurzaam naadloos volgens de hygiënische normen met afgeronde plinten gemakkelijk te reinigen kan aangebracht worden op zowel nieuwe als oude ondergronden hittebestendig systeem beschikbaar kunststofvloeren Adverteerdersindex Alfa Laval B.V. pagina 3 AZO N.V. pagina 3 Bastin Pack N.V. pagina 28 Beko Technologies B.V. pagina 28 Buteressence B.V. pagina 9 Crispyn Machines pagina 34 De Korrel Beheer B.V. pagina 24 De Rooy kunststoffen B.V. pagina 32 DevaFloor BVBA pagina 37 DNV GL– BusinessAssurance B.V. pagina 40 Elobau Benelux B.V. pagina 37 KTBABelgium N.V. pagina 39 Laborama VZW-ASBL pagina 32 Packo Inox N.V. pagina 24 Promatic-B N.V. pagina 14 Amsterdam RAI pagina 36 Space pagina 18 + 19 Tetra Pak Processing Systems pagina 34 Urschel B.V. pagina 2

KLARE KIJK OP CERTIFICATIE

Vertrouwen en innovatie door certificering

DNV GL is wereldwijd de vertrouwde certificeringspartner voor organisaties actief in alle domeinen van de samenleving. Een certificaat van DNV GL staat voor integriteit, verbetering, duurzaamheid en innovatie.

DNV GL heeft de nodige expertise op het vlak van kwaliteit, veiligheid, milieu, MVO, KMO Portefeuille, NEN-EN 1090, informatiebeveiliging, voedselveiligheid en sectorspecifieke onderwerpen om uw partner in certificering, auditing en training te zijn.

Auditeren van voedselnormen

ISO 22000, FSSC 22000 Food, FSSC 22000 Packaging, BRC Food, BRC-IoP, BRC S&D, IFS Food, IFS Logistic, IFS Broker, GMP+, FAMI-QS, HACCP

www.dnvba.be

Contacteer ons vrijblijvend voor meer info + 32 3 206 65 30dnv.certificationbelgium@dnvgl.com

SAFER, SMARTER, GREENER

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.