9 minute read

JAGUAR XJ40

Eeuwig houdbaar!

DE LEEFTIJD VAN DE GEMIDDELDE JAGUAR-KOPER LIGT OP 56,5 JAAR, ZO KWAM NAAR VOREN UIT EEN RECENT DUITS ONDERZOEK. NAAR VERLUIDT ZOU DIT NIET WEZENLIJK VERSCHILLEN VAN DE NEDERLANDSE SITUATIE. IN DAT GEVAL HAALT LEONTIEN VAN BRUMMELEN MET HAAR 34 LENTES HET GEMIDDELDE AARDIG NAAR BENEDEN. ZO MOGELIJK NOG SCHOKKENDER: ZE ROOKT GEEN SIGAREN EN VOOR EEN MIDDAGJE CRICKET BEDANKT ZE FEESTELIJK. VAN HAAR DAIMLER 4.0 UIT 1990 IS ZE ECHTER ONAFSCHEIDELIJK. NOU JA, BIJNA DAN.

TEKST EN FOTOGRAFIE: AART VAN DER HAAGEN

Autominnend of niet, een normale Hollandse meid zou zichzelf bij voorkeur verplaatsen in een MINI, een Alfa Romeo MiTo of een CC’tje van Peugeot. Zo niet Leontien van Brummelen. ‘Ik krijg het benauwd van dat kleine spul. Doe mij maar een flink stuk staal om me heen. Wel zo veilig, gerieflijk en zeg nou zelf, zo’n langgerekte lijn oogt toch veel eleganter?’ Tsja, er valt moeilijk iets tegenin te brengen, maar de gemiddelde vrouw denkt er toch enigszins anders over. Nu blijkt Leontien op meerdere fronten verre van doorsnee binnen de normen van haar geslacht. Goed, ze tut zich graag op, is bang voor grote spinnen, heeft het gauw koud, drinkt liever thee dan koffie en vindt konijnen en egeltjes schattig, maar in plaats van op een suf kantoor de mannen het hoofd op hol te brengen runt ze samen met een compagnon een… garagebedrijf. Niet zomaar een, maar een hospitaal voor hydropneumatisch geveerde Citroëns.

‘DIE DAIMLER HAD IK AL toen ik nog als opticien werkte,’ excuseert de welbespraakte blondine zich. ‘Bovendien blijkt hij een stuk betrouwbaarder dan al die CX’en en XM’s, haha! Nee, zonder dollen, ik viel als een blok voor de uitstraling. En kijk eens naar die weelde in de cockpit.’ De crèmekleurige bekleding – Jaguar noemt dat Magnolia – vormt een toonaangevende factor in de ambiance.’Eigenlijk is het een ramp, als je zoals ik regelmatig met een vuile overall aan instapt. Maar gelukkig kun je leder gemakkelijk reinigen.’ Met al die elektrisch en elektronisch aangestuurde toeters en bellen aan boord dringen zich spontaan spookbeelden aan je op van het Lucas-tijdperk (Prince of Darkness). De Engelsen beterden echter hun leven en Jaguar was bereid toeleveranciers wat meer te betalen in ruil voor een betere kwaliteit. Ondanks een respectabele kilometerstand van 313.000 functioneert bijna alles in de cockpit nog. ‘Alleen de stoelverwarming linksvoor geeft geen sjoege en de klimaatregeling is van slag, maar de fauteuils kun je nog in alle richtingen verstellen, de boordcomputer geeft eerlijke informatie (hoop ik) en van de cruise control geniet ik elke dag,’ aldus de contente eigenaresse.

‘OVERIGENS GING MIJN voorkeur binnen de XJ40-serie sterk naar een Daimler uit,’ vervolgt Leontien, ‘want bij een occasion van toen zeventien jaar oud betaal je niks extra’s meer voor de verwennerij van het topmodel. Krijg je toch mooi het schuifdak, de gescheiden achterzetels en nog wat klein grut cadeau.’ Met een knipoog: ‘Voorheen reed ik altijd Amerikanen, dus het moest allemaal wel een beetje op niveau blijven.’ Wat heet, als eerste auto kocht madame een Cadillac Eldorado uit 1980. ‘Prachtig,’ verzucht ze, ‘maar ik bleef hem naar de garage brengen. GM maakte in die jaren zulke belabberde auto’s. Op een gegeven moment heb ik hem opgeslagen en ben Chevrolet gaan rijden, tot grotere tevredenheid. Maar ja, dan kom je in aanraking met zo’n Daimler en ga je hopeloos voor de bijl.’ Leontien kocht de ’90-er Daimler 4.0 bij een Jaguar-specialist. ‘Hij prees de auto nauwelijks aan en zei dat ik er maar eens mee moest gaan rijden. Kijk, zo verkoop je dus een auto!’ Het budget liet geen onberispelijk exemplaar met weinig levenservaring toe, maar een redelijk nette XJ met 2,5 ton op de klok zat er wel in.

1 2 3

4

1 | Zeg maar ‘dag’ tegen je vooroordelen. Leontien van Brummelen is bepaald niet het clichévoorbeeld van een Jaguar-eigenaar. 2 | Klassieke werkplek, met - zeldzaam - optioneel telefoonvakje in de middenarmsteun.. 3 | Een gewone achterbank is voor zo’n limousine natuurlijk een beetje minnetjes. 4 | In de XJ40 paste Jaguar voor het eerst de ‘J-Gate’ toe. Handgeschakelde versies komen trouwens maar zelden voor.

Natuurlijk laten de ouderdom en de kilometerstand hun sporen na, maar ik vind het best te overzien. Achter hebben mijn compagnon en ik de bussen en rubbers van de wielophanging ververst tegen 40 euro materiaalkosten. Vóór moet het spoedig gaan gebeuren. Verder gaf het stuurhuis een keer de geest en trad er bij zijn vervanger op een gegeven moment lekkage op. Je vult het trouwens gewoon bij met LHM, je weet wel, de hydualique-olie van de grote Citroëns. De meest ingrijpende operatie vormde het plaatsen van een andere

De zes-in-lijn met 24 kleppen biedt ‘onderin’ geen overdaad aan trekkracht. Qua betrouwbaarheid en levensduur heeft dit blok een uitstekende reputatie.

cilinderkop à 100 euro, toen de oude zich levensmoe toonde.’ Op de achterbank ligt bij tijd en wijle een compressor (hoezo, XJR?) of een acculader, want de kofferbak ligt al tjokvol met gereedschap om auto’s van gestrande klanten op gang te helpen, terwijl het merendeel van de ruimte aldaar wordt opgeslokt door een joekel van een gastank. ‘Honderd liter, dan kun je tenminste even vooruit met

een verbruik van 1 : 6,5,’ verklaart Leontien. ‘Op benzine maakt de auto het niet zo bont. Op lange trajecten zit 1 : 9 er dan wel in. Ik rijd echter 20.000 tot 25.000 per jaar en had becijferd dat LPG me veel voordeel ging opleveren, ondanks een motorrijtuigenbelastingtarief van 550 euro per kwartaal. Van de 226 officiële pk’s mis je er dan wel wat, maar er blijft genoeg over. Zo’n Daimler draait voortreffelijk op gas, mits het zorgvuldig is ingebouwd.’

SLECHTS EEN PAAR maanden na de aankoop in de nazomer van 2007 zag de stijlvolle Brit zijn Waterloo naderen. ‘De banden stonden al een tijdje op de nominatie om gewisseld te worden,’ vertelt Leontien. ‘Achter waren ze spekglad geworden, maar door het aanhoudend droge weer merkte ik dat niet. Totdat op een avond in de stromende regen op een recht stuk weg ineens de achterkant van de auto uitbrak en ik voor ik het wist achterstevoren stond, na op twee plaatsen de vangrail te hebben gekust. Als je dan een vrachtwagen frontaal op je af ziet komen, tel je je laatste momenten. Gelukkig stopte deze en schoot het overige verkeer langs de plek des onheils. De politie gaf me op mijn donder vanwege de toestand van de banden. Groot gelijk natuurlijk, hoe stom had ik kunnen zijn om dat niet af en toe te controleren? Tegenwoordig geef ik iedereen die niet op zijn rubber let een preek.’ Om de schade te beperken haalde ze ergens een sloop-Daimler in dezelfde kleur op, die plaatwerk afstond en tot in lengte van jaren als donor bewaard zal blijven.

UITGEKEKEN IS LEONTIEN nog lang niet op haar Daimler 4.0. ‘Als ik instap, voel ik me in een andere wereld. Haast krijgt dan totaal geen vat meer op me. De diepe zit die je je in een kluis doet wanen, de mix van hout en leder, het aangename veercomfort en de weldadige rust door de verregaande geluiddemping, het blijft telkens weer een ervaring die zijn weerga niet kent. Zelfs de richtingaanwijzer tikt nagenoeg onhoorbaar. Verder ligt de auto ronduit fantastisch op de weg, met dank aan de speciaal geplaatste AST-dempers en de Toyo Proxes-banden. Nee, op die dingen bespaar ik nooit meer.’ De Solent Blue gekleurde roofkat heeft diverse lange reizen gemaakt, met soms een klassiek caravannetje van het merk SMV aan de haak. ‘Zwitserland, Zweden, geen centje pijn. Gewoon met honderd op de cruise control tegen de helling op.’ Een bijzonder geval, deze dame. Eh… auto. |

‘Als ik instap, voel ik me in een andere wereld. Haast krijgt dan totaal geen vat meer op me.’ DAIMLER 4.0 1991 Motor: 3.980 cc, 6-in-lijn, 225 pk/166 kW@4.750 tpm, 377 Nm@3.650 tpm. Transmissie: viertraps automaat, achterw.aandr. Banden: 225/65 VR 15. L x B x H: 498,5 x 200,5 x 138 cm. Gewicht: 1.825 kg, 0-100: 9,0 sec. Top: 219 km/u. Verbruik (LPG): 1 : 6,5 (praktijk). Prijs 1990: € 82.000.

DAIMLER 4.0 1991

De Jaguar met de codenaam XJ40 markeerde de overgang van dubieuze British Leylandproducten naar deugdelijke automobielen naar Ford-normen. Na een extreem lange ontwikkelingsperiode stond er een doordachte auto gereed om de klassieke Series 3 af te lossen. In alle eenvoud behelsde de serie een XJ6 en een luxueuzere Sovereign, beide met 2.9 of 3.6 motor verkrijgbaar. Psychologisch een aparte positie bekleedde het topmodel, de Daimler 3.6. De viertraps automaat vond veel meer kopers dan de handgeschakelde vijfbak. Met de inmenging van Ford in 1989 verscheen er een geupdate en aanmerkelijk betrouwbaardere XJ40, waarbij de 3.6-krachtbron plaatsmaakte voor een 4.0. Niet veel later loste de 3.2 de zwak presterende en dorstige 2.9 af. Met de XJR verscheen in 1993 een sportievere variant. Klapstukken waren de XJ12 en de Daimler Double Six. In 1994 viel het doek voor het model.

JAGUAR XJ40 KOPEN?

De kwaliteit is prima, helemaal vanaf 1989. Soms is er een lekkend stuurhuis. Is de originele niveauregeling nog present, dan wacht vroeg of laat ellende. Laat deze liever door normale demping vervangen. Roest krijgt enige vat op de XJ40, zeker op de vroegere serie, speciaal aan de kofferdekselpunten. Die oudere typen kampen soms met defecte hogedrukkleppen in het remsysteem, afbrekende deurgrepen en een overgevoelig half-digitaal dashboard, met paniekmeldingen over defecte verlichting en zo. Vanaf 1992 is het aircosysteem ronduit beroerd. Omdat iedereen vreest leeg te lopen op zo’n adellijke Brit zijn de aanschafprijzen laag. XJ’s uit de periode 1986-1989 doen in een fatsoenlijke conditie 2.500-3.000 euro. Een later exemplaar kost duizend euro meer. Zeer fraaie exemplaren kunnen uiteraard duurder uitvallen.

This article is from: