VOKA.BE
ARBEIDSMARKT
Welke Messias lost met een 30-uren werkweek de krapte op de arbeidsmarkt op? Met de regelmaat van de klok duikt het debat over arbeidsduurvermindering met loonbehoud op. Dat klinkt velen dan ook als muziek in de oren. Het lijkt een antwoord op de toegenomen werkdruk, de nood aan meer mensen aan het werk en tot slot een rechtvaardige verdeling van zorgtaken tussen mannen en vrouwen. Maar is dat wel zo? Sonja Teughels, senior adviseur arbeidsmarkt, zet het een en ander op een rijtje.
F
eit is dat BelgiĂŤ bij de top behoort wat levenskwaliteit betreft en dat de combinatie arbeid-gezin voor de meeste mensen goed geregeld is. Wel is het zo dat de werkdruk is toegenomen. De oorzaak daarvan is de toegenomen krapte op de arbeidsmarkt. Er is een recordaantal vacatures, meer dan in andere landen, maar bedrijven krijgen die niet ingevuld. Daardoor blijven orders open staan, blijft vervanging of uitbreiding uit en moeten de werknemers een tandje bijsteken. Met zijn allen minder gaan werken lost dus zeker niets op. Wel integendeel: we moeten ervoor zorgen dat meer mensen aan de slag gaan met de juiste scholing en ervaring.
27%
Een vermindering naar 30 uren met loonbehoud zou betekenen dat de loonkost stijgt met 27%.
“10% minder werken betekent niet 10% meer mensen aan het werk maar wel 10% minder output.� Werk is niet statisch Dat minder werken zou leiden tot herverdeling en dus meer mensen aan het werk, werd al meermaals weerlegd. Enkel
Jezus kon met vijf broden en twee vissen een grote groep mensen eten geven. 10% minder werken betekent niet 10% meer mensen aan het werk maar wel 10% minder output, minder welvaart en dus minder inkomsten om alle sociale noden in de sociale zekerheid te financieren. Een vermindering naar 30 uren met loonbehoud zou bovendien betekenen dat de loonkost stijgt met 27%, waardoor het aantal jobs afneemt. Als mirakeloplossing wordt dan een productiviteitsstijging voorgesteld. Die is de laatste jaren zeer laag. De beperkte groei die er is, wordt bovendien al aangewend voor loonstijgingen en de toegenomen financiering van de sociale zekerheid. Je kan een euro geen twee keer uitgeven. Drie oplossingen Wat kunnen we dan wel doen om onze productiviteit te doen stijgen? Ten eerste, zorg voor permante vorming. We dreigen een deel van de beroepsbevolking te verliezen in deze digitale en technologische tijden als er niet tegelijk bijgespijkerd wordt op vlak van competenties en ervaring. Ten tweede, zet in op activering van alle inactieven, ongeacht in
welk uitkeringsstelsel ze verblijven. Het mechanisme van communicerende vaten tussen werkloosheid, bijstand en ziekte moet doorbroken worden. De vele vacatures en de heersende krapte vragen dat we iedereen met arbeidspotentieel maximaal ondersteunen en opvolgen richting werk. Tot slot moet de arbeidsmarkt zelf ook versoepeld worden zodat ondernemingen en hun werknemers onderling sneller kunnen inspelen op de gevraagde flexibiliteit.
WIE?
SONJA TEUGHELS
Senior adviseur Arbeidsmarkt sonja.teughels@voka.be Sonja Teughels volgt op het Voka Kenniscentrum de dossiers op rond arbeidsmarkt.
MAART 2020 VOKA TOPICS 9