B Metabole/moleculaire beeldvorming

Symptomen, diagnose en prognose

B Metabole/moleculaire beeldvorming

Deze techniek brengt niet meteen een structuur, maar wel een proces in beeld, meer bepaald een cel-, weefsel- of orgaanproces. Met moleculaire beeldvorming kan bijvoorbeeld zichtbaar gemaakt worden hoe actief een bepaald orgaan of weefsel is, hoeveel glucose het orgaan of weefsel gebruikt of hoeveel kankerantigenen aanwezig zijn. Het glucosegebruik kan belangrijk zijn om tumorweefsels op te sporen die veel sneller delen en dus ook meer glucose gebruiken. Doorgaans gebeurt dit met een PETscan of SPECTscan, waarbij specifiek actief tumorweefsel zichtbaar wordt.

Figuur 5 toont een PET-scanopname van een patiënt met een longtumor (pijl), waarbij er ook tal van metastasen zichtbaar worden (kleinere zwarte vlekken).

Figuur 5 PET-scanbeeld en gecombineerd PET-CT-scanbeeld van gemetastaseerde longkanker

(Dienst Nucleaire Geneeskunde, Universitair Ziekenhuis Antwerpen)

Het principe van PET en SPECT

Bij het PET- of SPECT-scanonderzoek (PET staat voor ‘positron-emission tomography’, SPECT staat voor ‘single-photon-emission computerized tomography’) wordt een welbepaalde stof aan de patiënt toegediend, waarna een scan uitgevoerd wordt om op te meten hoe deze stof zich in het lichaam verspreid heeft. Sommige stoffen stapelen zich vooral in het tumorweefsel op, waardoor dit weefsel goed zichtbaar wordt op de PET- of SPECT-scan. Deze metingen zijn mogelijk omdat de toegediende stoffen gemerkt worden met een andere stof die radioactief is (een radionuclide) en waarvan de radioactiviteit buiten het lichaam gemeten kan worden met een PET- of SPECTscan. Het voornaamste verschil tussen de twee technieken bestaat uit de soorten gebruikte radionucliden en de wijze van detectie van de radioactieve signalen.

Tegenwoordig worden verschillende beeldvormingstechnieken gecombineerd, bijvoorbeeld het PET-CT-onderzoek. Dit onderzoek geeft zowel metabole als anatomische/geografische informatie.

105