11 minute read

3.2 Differentiële diagnostiek met betrekking tot acne

acne ectopica acne inversa hidradenitis suppurativa

deroofing

Advertisement

Met differentiële diagnostiek bedoelen we de huidaandoeningen die op acne lijken, maar dit niet zijn.

Acne ectopica/acne inversa/hidradenitis suppurativa Deze acnesoort, die bekend staat onder verschillende namen, is een chronische ontsteking van de talgklieren in de lichaamsplooien waar zich de apocriene klieren bevinden, bijvoorbeeld in de oksels, liezen, rond de anus en billen. Er zijn in het begin comedonen, pustels en papels zichtbaar en later nodi, noduli, infiltraten en abcessen die leiden tot fistels en epidermale cysten. Het haarzakje is verstopt met talg en hoorncellen. Door druk op de wand van het haarzakje knapt de follikel. De inhoud van de follikel komt in de huid terecht. Er vormt zich een holte gevuld met talg, dode hoorncellen en bacteriën, een abces. De inhoud zoekt een weg naar buiten en maakt een tunnelachtige verbinding met het huidoppervlak, een fistel.

Acne ectopica veroorzaakt irritatie en pijn. Bij zeer ernstige vormen kan koorts en een sepsis voorkomen. Oorzaken kunnen zijn: overgewicht, fors roken, scheren, strakke kleding. Door roken raken afvoergangen van haarzakjes en talgklieren verstopt. De behandeling bestaat uit stoppen met roken en scheren, vermijden van strakke kleding, afvallen en lokale hygiëne. Stoppen met roken heeft geen effect op al bestaande cysten en fistels, maar heeft wel effect op nieuw vormen van abcessen en fistels. Deze vorm van acne doet zich vaak voor in combinatie met de ziekte van Crohn. Medische behandeling met antibiotica is nodig.

Milde acne is een relatieve contra-indicatie voor behandeling door de schoonheidsspecialist. De ernstige vorm kan alleen medisch behandeld worden. Een cyste kan verwijderd worden met een excisie. Door incisie en drainage van abcessen kan pijn ontlast worden. Fistels kunnen behandeld worden middels deroofing. Bij deroofing

wordt chirurgisch als het ware ‘het dak’ eraf gehaald. Het weefsel boven de holtes en gangenstelsels wordt daarbij verwijderd. Dat kan alleen in een periode met weinig ontstekingen. Genezing duurt enkele weken tot twee maanden. De wondgenezing is niet mooi en er ontstaan lelijke littekens. Preventief kan met een laser beharing worden verwijderd. Hierdoor wordt de haarfollikel vernietigd, zodat ontstekingen in de toekomst voorkomen kunnen worden.

Chronische discoïde lupus erythematodes (CDLE) Discoϊde Lupus Erythematodes is een vrij zeldzame auto-immuunziekte met een invretend karakter. Dat betekent dat er door de ontsteking schade aan de huid kan worden aangericht. Bij autoimmuunziekten is er een stoornis ontstaan in het eigen afweersysteem. discoϊde lupus erythematodes

Ons afweer- of immuunsysteem beschermt ons onder andere tegen bacteriën en virussen. Bij CDLE is er sprake van een verstoring van dit systeem, waardoor het lichaamseigen weefsel aangevallen wordt door het eigen afweersysteem. De aandoening komt vooral voor bij vrouwen en begint meestal tussen het 30ste en 50ste levensjaar. Aziaten en negroïde mensen krijgen de aandoening vaker dan mensen met een lichte huidskleur.

Bij CDLE richt het afweersysteem zich alléén tegen de huid. Het zijn rode plekken met wat schilfering en in het midden genezende huid of littekenvorming, dat op een schijf lijkt (discoïd betekent schijfvormig). De ronde of ovale plekken zitten vooral op de behaarde hoofdhuid en in het gezicht. Ook kan hierbij haaruitval optreden. Als eenmaal kale plekken zijn ontstaan, zullen deze niet meer verdwijnen. Als de ontsteking tot rust is gekomen, kunnen er littekens achterblijven of plekken die iets lichter van kleur zijn dan de omgevende huid. Ook komen atrofische littekenvorming en blijvende pigmentveranderingen voor.

seborrhoïsch eczeem

eczema seborrhoicum

folliculitis De oorzaak is waarschijnlijk een genetische aanleg. Bij CDLE zijn er bepaalde factoren die de huidaandoening kunnen doen ontstaan of verergeren. De belangrijkste is zonlicht. Ook sommige geneesmiddelen, infecties, zwangerschap, en mogelijk stress kunnen CDLE doen beginnen.

Eczema seborrhoïcum/seborrhoïsch eczeem Seborrhoïsch eczeem is een chronische, goedaardige, niet besmettelijke huidaandoening die wordt gekenmerkt door roodheid en schilfering. De aandoening komt vooral voor in het gezicht en op het behaarde hoofd. Het komt veel voor, naar schatting bij ten minste 5% van de bevolking. Mannen zijn iets vaker aangedaan dan vrouwen. Eczema seborrhoϊcum kenmerkt zich door een rood uitziende huid met een vettige schilfering en soms een branderige jeuk. De aandoening komt voornamelijk voor op plekken met veel talgklieren: behaarde hoofdhuid, achter de oren, op het gezicht (tussen de wenkbrauwen, neusvleugels), onder de borsten en rond de navel. De oorzaak van eczema seborrhoϊcum is onbekend, maar waarschijnlijk speelt de gist Pityrosporum ovale een rol. Stress, een lage luchtvochtigheid en lage temperaturen in herfst en winter kunnen de aandoening verergeren. Eczema seborrhoϊcum is vaak lastig te onderscheiden van andere huidaandoeningen die gepaard gaan met een schilferende huid, zoals psoriasis en constitutioneel of contacteczeem. Berg bij baby’s en hoofdroos zijn vormen van eczema seborrhoicum. De medische behandeling is met lokale corticosteroïde, lichttherapie of met salicylzuur.

Folliculitis Folliculitis lijkt op acne vulgaris, maar is het niet. Waar bij acne vulgaris de talgklier ontstoken is, zit de ontsteking bij folliculitis alleen in het bovenste deel van het haarzakje (follikel). Door de ontsteking ontstaat er een puskopje op de plek van het haarzakje. Folliculitis wordt veroorzaakt door een infectie met een virus, bacterie, schimmel of gist.

Vaak is er ook sprake van een jeukende of pijnlijke huid. Typisch voor een folliculitis zijn de kleine puskopjes in de opening van de haarfollikel. Puskopjes kunnen stukgaan, waardoor oppervlakkige wondjes ontstaan die geel wondvocht kunnen produceren. Ook kan de ontsteking zich dieper in de huid uitbreiden: zo ontstaan rode, pijnlijke, bultjes in de huid die kunnen leiden tot abcessen of een karbunkel. Folliculitis wordt vaak veroorzaakt door een combinatie van scheren en een slechte hygiëne. Naast folliculitis onderscheiden we ook pseudo folliculitis barbae, of ingegroeide haren. Het is een onschuldige aandoening door haren die boven het huidoppervlak uitsteken en weer in de huid ingroeien. Er ontstaan hierdoor papels en pustels. Oorzaak is scheren, vooral bij krullend haar. De behandeling bestaat uit: scheren met de haargroeirichting mee, droog in plaats van nat scheren, huid niet spannen bij het scheren. Bij ernstige vormen is het beter om tijdelijk niet te scheren en de haren te laten groeien of de haren te verwijderen met ontharingslaser. pseudo folliculitis barbae

Furunkel/steenpuist Een furunkel is een ontsteking van een haarfollikel in de lederhuid (een diepe folliculitis). De huid raakt ontstoken door stafylokokken. Een furunkel begint met ontstekingsverschijnselen zoals warmte, roodheid en pijn, gevolgd door necrose en pustelvorming. Bij mensen met een slechte conditie kan een furunkel gepaard gaan met koorts en kan het leiden tot een bacteriëmie en sepsis. Furunkels komen veel voor op plaatsen waar kleding schuurt, zoals in de nek en op de billen. Het abces wordt door middel van een incisie ingesneden om de pus eruit te laten lopen. Behandeling met antibiotica is noodzakelijk. furunkel

rosacea Meerdere furunkels bij elkaar is een karbunkel (negenoog). Karbunkels genezen met hypertrofische littekens als gevolg.

Rosacea Rosacea is een chronische, niet besmettelijke huidaandoening in het gezicht, gekenmerkt door felrode verkleuringen met name van de wangen en de neus. Rosacea betekent letterlijk ‘rood als een roos’. De aandoening kan lijken op acne, de bekende jeugdpuistjes, maar is het niet. De soms nog gebruikte medische term ‘acne rosacea’ is wat verwarrend, omdat rosacea niets met acne te maken heeft. Rosacea komt op latere leeftijd voor dan jeugdpuistjes, meestal tussen de dertigste en vijftigste jaar en met name dan bij vrouwen met een licht huidtype. Bij rosacea zien we extreem erytheem op de wangen of kin met teleangiëctasieën en/of couperose, papulopustels, furunkels en cysten. Er zijn geen comedonen zichtbaar. Oorzaken zijn niet bekend. Factoren die rosacea kunnen beïnvloeden zijn hormonen, migraine, stress, klimaat, koorts, inspanning, opvliegers, voeding, alcohol, parfum, menthol, zeep, peeling en sommige geneesmiddelen.

De behandeling bestaat uit het vermijden van hete drank en voedsel, sterk gekruid voedsel en alcohol, beschermen tegen grote temperatuurswisselingen en tegen hete of koude omgevingstemperatuur, wind en zon. De teleangiëctasieën kunnen verwijderd worden met behulp van de blendmethode. Maar vaak komen de teleangiëctasieën weer terug, omdat het bloed een andere weg zoekt en druk legt op andere vaatjes. Medische behandeling is inwendig mogelijk met antibiotica, zoals minocycline, tetracycline, doxycycline of claritromycine. Deze antibiotica hebben ook een ontstekingsremmend effect en helpen daardoor goed bij rosacea. Ook kan roaccutane of isotretinoïne worden voorgeschreven. Dit is een vitamine A zuur afgeleid middel en wordt alleen voorgeschreven als de antibiotica niet helpen, vanwege de soms ernstige bijwerkingen. Uitwendig kan er behandeld worden met metronidazolcrème of een antibioticum als lotion. Als de huidaandoening zich in een rustige

fase bevindt, maar er nog steeds vertakte uitgezette bloedvaatjes zijn, kunnen ze verwijderd worden met pulsed dye laser (vaatlaser, coagulatie (dichtbranden) of elektrochirurgie.

Rosacea is te verdelen in mate van ernst. Eerstegraads: vorming van teleangiëctasieën. Tweedegraads: teleangiëctasieën, erytheem en ontstekingen. Derdegraads: met heel veel ontstekingen, oedeem, branderige ogen, rhinophyma.

Er zijn vier subtypen rosacea die in verschillende mate van ernst kunnen voorkomen: 1. erythemato-teleangiectatische rosacea: erytheem met teleangiëctasieën; 2. papulopustuleuze rosacea: erytheem met pustels en papels; 3. phymateuze rosacea: verdikte huid met nodulaire afwijkingen; 4. oculaire rosacea: teleangiëctasieën, oedeem, jeuk, branderige ogen, droogheid.

Complicaties die bij rosacea kunnen voorkomen zijn rhinophyma en oogafwijkingen. Rhinophyma is een door talgklierproliferatie ontstane verdikking, die zo groot is dat de neus gaat vervormen. Er ontstaat een bloemkoolachtig aspect, gepaard gaand met paarsrode verkleuring van de neus, verwijde bloedvaatjes en pustels. Rhinophyma wordt vooral bij oudere mannen gezien. Naarmate de aandoening langer bestaat, wordt het ook erger. Ten onrechte wordt er vaak gedacht dat rhinophyma wordt veroorzaakt door overmatig drankgebruik; het wordt ook wel drankneus genoemd. De plastisch chirurg kan deze aandoening behandelen met elektrocoagulatie, lasertherapie of een combinatie van beide. Er kunnen hierbij littekens ontstaan.

Oogafwijkingen komen bij ruim 50% van alle rosaceapatiënten voor. Meestal betreft het vrij onschuldige ontstekingen van de ooglidranden of bultjes in de huid van de oogleden. Soms gaat het om een ontsteking van het hoornvlies. De ogen zijn dan pijnlijk, tranen

rosaceakeratitis

dermatitis perioralis

clownseczeem

epidermoïdcysten

epidermale cysten gemakkelijk en er is sprake van lichtschuwheid. Dit wordt rosaceakeratitis genoemd.

Dermatitis perioralis/clownseczeem Dermatitis perioralis is een goedaardige huidontsteking die voornamelijk voorkomt bij (jonge) vrouwen. De aandoening staat ook bekend als ‘clownseczeem’. Er bestaat geen verband met atopisch eczeem. Dermatitis perioralis wordt veroorzaakt door het gebruik van hormooncrèmes of afsluitende cosmetica in het gezicht. Het kenmerkt zich door kleine rode pukkeltjes en puistjes rond de mond: op de kin, naast de neus en op de bovenlip. Ook kan de huid rood en schilferig zijn, jeuken en branderig aanvoelen. De aandoening wordt medisch behandeld met een antibioticakuur, metronidazolcrème of een combinatie van beide.

Andere relevante aandoeningen van de talgklieren

Epidermoïdcysten Epidermoïdcysten of epidermale cysten, zijn een type folliculaire cysten. De inhoud van deze cysten bestaat uit cellen van de opperhuid, hoornstof en afbraakproducten hiervan. Epidermale cysten komen meestal voor op jongvolwassen tot middelbare leeftijd. Epidermoïdcysten kunnen ontstaan na een ontsteking van de haarzakjes, doordat een aantal opperhuidcellen diep in het onderliggende weefsel is binnengedrongen of als gevolg van een ontwikkelingsstoornis. Epidermale cysten kunnen daarnaast ook voorkomen bij een ernstige vorm van acne vulgaris. Kenmerken van epidermale cysten zijn pijnloze, langzaam groeiende knobbels in de huid met een stevige en elastische ronde bovenkant, die heen en weer kunnen worden geschoven. Als deze cysten zich in de bovenste huidlagen bevinden, zijn ze meestal gelig of witachtig van kleur en zijn een paar millimeter tot ongeveer vijf centimeter groot. De cysten komen vooral voor in het gezicht en op de hals, schouders en borst, en balzak, geïsoleerd of in groepjes bij elkaar. Epidermale cysten worden langzamerhand groter,

kunnen ontstoken raken, gepaard gaan met ettervorming en pijnlijk worden. De inhoud van epidermale cysten bestaat uit een zachte, witte tot bruine massa, die bestaat uit dode huidcellen, die soms naar buiten lekt en ruikt naar bedorven kaas. Epidermale cysten die geen klachten veroorzaken, hoeven niet altijd te worden behandeld. Ze kunnen eventueel worden verwijderd door middel van een excisie. Epidermale cysten die ontstoken raken of waarin zich etter heeft gevormd, worden meestal behandeld door incisie en drainage. Hierbij wordt de cyste geopend om de inhoud te laten wegvloeien en vervolgens schoongespoeld met antibiotica om een nieuwe infectie te voorkomen.

Steatocystoma Oorzaak van steatocystoma is een afwijking in het erfelijke materiaal, waardoor afwijkingen ontstaan aan de binnenkant van de talgklier. Kenmerken van steatocystoma zijn talrijke met talg gevulde holten in de lederhuid zich uitend op de huid als talrijke, gladde, gelige of huidkleurige, met vocht gevulde cysten op de borst, rug, buik en armen, maar ook op andere lichaamsdelen, van een paar millimeter tot enkele centimeters groot. Als de cysten dieper liggen, zijn ze huidkleurig, maar oppervlakkig gelegen cysten zijn gelig. De cysten ontstaan vaak in de puberteit bij mannen en vrouwen en veroorzaken meestal geen klachten. De cysten gaan niet meer weg, maar geven geen klachten. Als ze openbreken, kunnen littekens ontstaan. De inhoud bestaat uit een reukloze, olie-achtige materie. Behandeling is alleen nodig indien de cysten ontstoken of geïnfecteerd raken. De grootste cysten moeten soms operatief worden verwijderd. Daarbij wordt de hele cyste met inhoud en wand weggesneden, de wond heelt dan zonder hechting vanzelf. De operatie is niet geschikt voor kleine cysten. De behandeling van ontstoken cysten bestaat uit het laten wegvloeien van de inhoud en het vervolgens in de holte injecteren van corticosteroïden. Eventuele infecties kunnen worden behandeld met antibiotica. steatocystoma

This article is from: