60 en 61 jaar geleden in 1960 en 1961: Argo wint de Varsity Tekst: Pim Brascamp, met dank aan Karel en Paulien Westerling, Ab en Zus Wit, Han Edens, Rob Tazelaar, Lex Muntjewerf, Ab Langereis en Jesse de Vries. Op 1 mei 1960 stond een jongerejaars Argonaut een paar honderd meter voor de finish te wachten op de Oude Vieren. Argo lag voor, een halve lengte, maar haal na haal haalde Njord langzaam in. Hij rende mee en de schrik sloeg hem om het hart. Dat ging niet goed! Njord kwam steeds dichterbij. Toen Argo de haal juist afmaakte passeerde de ploeg de finishlijn. Njord leek weg te lopen maar dat deed er al niet meer toe. In 1960 was er geen fotofinish en de bezetting van de finishtoren had al een levendige stemming bereikt. Lang gediscussieer en gesoebat, maar uiteindelijk: een dead heat. De eerste en enige voor het hoofdnummer in de Varsitygeschiedenis. Tien blikken met randinscriptie dead heat.
“
Foto Karel Westerling: afkomstig uit het filmpje op
De Wageningse studenten zijn zeer optimistisch en dat optimisme is zeker gerechtvaardigd.
”
Het voortreffelijke roeien van Argo kwam niet uit de lucht vallen. De ploeg was in 1959 tweede geworden en nog in de boot werd al besloten, in tegenstelling tot eerder plannen, er nog een jaar aan vast te knopen. Met als consequentie uitstellen van praktijktijden, nog langer studeren, et cetera. De verslaggever van het Parool van 30 april 1960 zag het wel aankomen: “Argo treedt met dezelfde roeiers aan, die vorig jaar Nereus slechts enkele decimeters moesten laten voorgaan. De tweede plaats van vorig jaar is voor de Wageningers een geweldige stimulans voor een eerste Varsity-zege. Het slechts 800 meter lange verbindingskanaal tussen de Wageningse haven en de Rijn is jarenlang een nadeel voor Argo geweest omdat de ploeg nooit een 3000 meter aan een stuk kon roeien. Nu de intervaltraining ook meer en meer door de roeiers wordt overgenomen is dat nadeel van een klein oefenkanaal grotendeels verdwenen. Argo heeft een geroutineerde en technisch gaaf roeiende ploeg. De Wageningse studenten zijn zeer optimistisch en dat optimisme is zeer gerechtvaardigd.”
https://www.vooralleshethoofdnummer.nl/
De ploeg van 1959 werd gecoacht door Guus de Zoete, die voor de voorbereiding van de Varsity van 1960 werd opgevolgd door Ab Wit, Tritonees met internationale ervaring, een jonge, vrijgevestigde huisarts in Wageningen, die ook de ploeg van 1961 coachte. De 1961-ploeg was op drie plaatsen gewijzigd. Alleen stuurman Nanne van der Zijpp en Arnold Wientjes bleven. De voorbereidingen van 1961 verliepen avontuurlijk. De ploeg werd pas na de Head samengesteld. De vier liep goed maar Ab Wit vond dat het niet hard genoeg ging om te winnen. Hij liep daarmee rond tot hij opeens, in het holst van de nacht, z’n vrouw wakker riep: “Italiaans!!”. Kort voor zondag 7 mei, ging de ploeg naar Phocas om te experimenteren in een nieuwe Stämpfli-vier waarbij Italiaans aanriggeren mogelijk was. Eén opstelling sprong eruit. De ploeg ging hard en Nanne kreeg geen klappen in de rug. “Dit is de opstelling, zo moet het zijn”. Ab keek altijd naar het doorlopen van de boot. Daar kon hij de kwaliteit van het roeien aan zien. Gevolg was dat Pieter Olieman en Karel Westerling van boord moesten veranderen want de boeg moest heel sterk zijn, dat stond vast. Karel Westerling was daarvoor de aangewezen man. De roeiers waren er niet blij mee, maar de boot mocht mee naar Argo
10
AMC_22_book2.indb 10
7-6-2021 12:58:08