14 minute read

SKIFFEN TIJDENS CORONA

Next Article
COASTAL ROEIEN

COASTAL ROEIEN

Roeien in coronatijd: Vier Argonauten over de skiff

Tekst: Femke Schootstra

Advertisement

Als er één ding centraal stond binnen het roeien in de coronatijd, is het wel skiffen. Ineens moesten roeiers van elke soort in het smalle eenmansbootje stappen, als die nog roeihalen op de Rijn wilde blijven maken. En skiffen is toch wel een bijzondere tak binnen de roeisport, zo helemaal op jezelf aangewezen zijn. De een vindt het heerlijk, de ander verschrikkelijk, en veel zullen er een haat-liefde verhouding op nahouden. In elk geval hebben er nooit eerder zoveel Argonauten de Rijn getrotseerd in een skiff, als in het afgelopen jaar. U leest hier de verhalen van vier van hen: de tweedejaars lichte dame Alisha Teerink, eerstejaars zware bal Iede Adrichem, clubroeister Imke Keesmaat en doorgewinterde skiffeur Luuk Achterberg.

Alisha Teerink

Fotograaf: Marita Kipperman

In haar eerste jaar in 2020 begon Alisha bij de eerstejaars lichte dames, en dit jaar roeit ze bij de middengroep in een dubbeltwee samen met Julia Suijs. Zij begon, net als zoveel anderen, vorig jaar in het begin van corona met het skiffen. Gelukkig had ze haar skiffproef al gehaald in het najaar, direct na de afroeiperiode. “Ik zag al snel dat het handig zou zijn om een skiffproef te halen, zodat de coaches niet beperkt waren wie ze in de twee of de vier zetten. Dus toen heb ik aan de andere meiden in de selectie gevraagd of ze me skiffles wilde geven.”

Die assertiviteit kwam goed van pas toen corona begon, want ze kon daardoor samen met haar ploeggenootjes gelijk doortrainen in de skiff. “Het was april, mooi weer, en ik vond het heel leuk. Ik wilde altijd zo lang mogelijk roeien, helemaal tot de brug of nog verder. En dan kijken of je de eerste kan zijn.” Ze roeide heel veel mee in de gemixte skiffgroepen die profcoach Ian de Wolf organiseerde. “Ik merkte wel dat ik veel progressie maakte. Je begint echt te snappen hoe de boot werkt, en hoe je je kracht uit kan oefenen!”

“Door het skiffen begin je echt te snappen hoe de boot werkt en hoe je je kracht uit kan oefenen!”

Dit najaar kwamen er wat meer mogelijkheden voor middengroepen beschikbaar: een aantal tweepersoonsboten konden zo gesteld worden dat de afstand tussen de roeiers precies anderhalve meter was. Er werd dankbaar gebruik van gemaakt. Alisha wilde echter niet weer overgaan naar alleen maar dubbelen. “Ik vind zelf de afwisseling het allerleukst. Ik denk dat ik nooit alleen maar één ding zou kunnen doen. Toen ik de plannen voor het seizoen met de profcoach besprak, heb ik ook aangegeven dat behalve de twee, ik ook heel graag in het beginnelingen skiffveld wil starten. Om mezelf in mijn eentje uit te dagen en te kijken wat ik zelf kan presteren.” Voor Alisha was het skiffen dus zeker niet een moetje, toen het de enige mogelijkheid was tijdens de lockdown. Ze heeft juist ontdekt dat ze het heel graag doet, en veel voldoening haalt uit de uitdaging van compleet op jezelf aangewezen zijn.

De enige wedstrijd die vorig jaar verroeid werd was de Winter Wedstrijden. In september kreeg ze gelukkig de kans om haar tweede wedstrijd te starten: de welbekende Cottwich Regatta in Almelo, in de skiff. Een ervaring die gekoesterd wordt in de coronatijd. Ze doet verslag van het verloop van die 5 kilometer. “Ik startte achter een ploeggenootje van wie ik wist dat ik eigenlijk wel harder zou moeten gaan. Ik wilde haar natuurlijk zo snel mogelijk voorbij, dus ik ging heel hard van start. Maar nadat dat was gelukt, moest ik nog wel een aantal kilometer volhouden, want anders was alles voor niet geweest. Ik heb maar de hele tijd tegen mezelf gezegd: gewoon door blijven gaan, niet opgeven. Misschien

dat je iets minder kracht kan leveren dan voorheen, maar gewoon door blijven gaan, en dan komt het wel goed.” Behalve de ervaring van het roeien, genoot ze ook heel erg van de sfeer op de wedstrijd. “Ik ging met mijn ploeggenote een lekker appeltaartje halen, de zon scheen. Je voelde dat iedereen super vrolijk was.”

“Ik vind de afwisseling tussen het skiffen en dubbelen het allerleukst, ik zou nooit maar één ding kunnen doen.”

Op de vraag of ze een favoriete oefening heeft om in de skiff te doen, heeft ze een duidelijk antwoord, namelijk ‘hoogspoelen’. Dat betekent dat je heel snel oprijdt en vooral snel inpikt, en dan je haal maakt zonder kracht. “Het was mooi water”, vertelt Alisha, “en toen de coach het voor het eerst uitlegde had ik echt geen idee wat hij wilde dat ik deed. Hij gaf de opdracht aan mijn ploeggenootje Irene om het voor te doen, en toen kon ik het ook wel makkelijk nadoen. Ik dacht eerst ‘Wow, wat is dit?!?’ Maar ik merkte dat ik er beter van werd! Ik leerde toen pas hoe je eigenlijk moet inpikken: héél snel en scherp.”

Voordat Alisha ging roeien, vulde ze haar leven met dansen. Ze begon met Ierse dans, ging daarna over naar hip-hop, en ontdekte uiteindelijk de afro-dance. Samen met een paar andere studenten zette ze een dansvereniging op, The Student Dance Factory. “Door het wedstrijdroeien kan ik natuurlijk minder dansen, en ik mis het wel heel erg. Maar ik ga nog steeds wel regelmatig met een vriendin dansen, en af en toe geef ik zelf les bij de vereniging.” Maar ook het roeien begint ze steeds leuker te vinden. “Zeker nu ik het echt een beetje onder de knie begin te krijgen! Ik denk er dus wel aan om hierna nog een jaar door te gaan, misschien wel in de skiff. Ik wil heel graag nog verder ontdekken wat ik kan, en zeker nog meer wedstrijden roeien!”

Iede Adrichem

Fotograaf: Ruben Louwerse Voor Iede was de verandering in het roeien door corona groot. Als eerstejaars Argonaut was hij enthousiast aan de selectie voor de zware acht begonnen, maar dat werden later dus acht skiffeurs. Op het moment van het interview in november, had hij zijn skiffproef net drie weken. Tijdens de selectie had hij al zin in dat skiffen: “Met dank aan mijn coaches en Heeren 5 bleek de roeisport veel leuker dan ik had gedacht! Met volle moed dook ik in de skiff, maar dit bleek lastiger dan verwacht, want ik ging gelijk om bij het uitzetten aan het vlot, haha.” Nadat hij de proef had gehaald, inclusief een goede poging om in de boot te staan, kon hij mee de Rijn op. Dat viel ook nog wel vies tegen. “De eerste twee trainingen waren echt verschrikkelijk. De hele tijd snoeken om de 10 halen, super krampachtig in de boot zitten, en ik vond het helemaal niet leuk. Gelukkig kende ik het van het roeien in de acht: soms gaat het slecht, dan moet je daar gewoon even doorheen zetten. Dat was toch lastiger nu in de skiff.” Maar dat is voor Iede uiteindelijk geen punt, hij bikkelt lekker door.

De dag voor het interview had hij zijn 8e training in de skiff erop zitten, en begint het al aardig te lopen. “Ik heb nu voor het eerst gemerkt dat je helemaal ontspannen in die boot kan zitten.” Hij vertelt hoe hij een helemaal lege en gladde Rijn voor zich zag, even alle puntjes waar hij mee bezig was vergat, en dat het gewoon lekker liep. “Heerlijk!”

Natuurlijk zijn de coronamaatregelen even slikken. “Dat we niet in de acht of de vier samen kunnen roeien, vind ik enorm stom natuurlijk. Het boordroeien vind ik ook echt fantastisch. En dan de competitie tegen de andere ploegen, daar ging ik gewoon heel goed op. De trainingen werden steeds leuker. Dus dat mis ik.” Maar Iede blijft de goede kanten zien: “Op het water zitten vind ik op zichzelf al chill, dus ik vind het mooi dat er wel een optie is waarbij je in je eentje kan roeien. Ik was van plan om een domme boordroeier te worden, dus het skiffen is een compromis, maar ik ben heel blij dat het er is.”

“Ik heb nu voor het eerst gemerkt dat je helemaal ontspannen in die boot kan zitten.” Op onze vereniging hebben we een aardig goede skiffvloot, zeker met de dit jaar aangeschafte Swifts. Maar met de enorme behoefte aan dit type boot momenteel, kan natuurlijk toch niet iedereen in de meest geschikte boot roeien. Voor Iede komt dit erop neer dat hij tot nu toe in een redelijk lichte boot roeit, eentje waar sommige lichte dames

ook in roeien. “Daar word ik altijd mee gepest,” zegt hij grappend. “Ik pas niet echt in die boot. En de schoenmaat is 39, dus dat is wel een flink aantal maten te klein. Maar ja, ik doe het ermee!”

Het allerergste wat er tijdens een skifftraining kan gebeuren? Iede denkt even na. “Als ik in een skiff zit, en ik word ingehaald… door een Vada skiffeur. Daar zou ik niet goed tegen kunnen. Maar gister had ik er twee gepakt gelukkig, haha!”

“En dan natuurlijk hard pompen!”

Iede’s beste skifftip: “Je boekt de meeste progressie als je durft om het oncomfortabele aan te gaan. Je weet wel hoe de haal moet, maar durft het niet helemaal. Maar als je je daar overheen zet, en juist het randje opzoekt van wat comfortabel voelt, dan leer je ook het meest.” Als laatst voegt hij eraan toe, zoals we dat gewend zijn van zware ballen: “En dan natuurlijk hard pompen!”

Imke Keesmaat

Fotograaf: Rodin Dukker

“Letterlijk één dag nadat we de beslissing hadden gemaakt om club dubbeltwee te gaan doen, kon dat niet meer doorgaan vanwege corona en moesten we gaan skiffen.” In haar vierde jaar ontstond het idee bij Imke en haar oud-ploeggenootje Kim Medema om samen te roeien. Toen die tweede lockdown in ging, besloten ze om het plan niet op te geven. Inmiddels mag er gelukkig weer in grotere boten geroeid worden, maar de hele winterperiode hebben ze in de skiff gezeten. Of ze dat heel erg vond? “Niet zo erg eigenlijk. Ik dacht vooral, daar kan ik super veel van leren.”

Imke begon in haar eerste jaar met TopC4 en roeide het jaar daarop in de Eerstejaars Dames ’19. De beslissing om vorig jaar niet te gaan roeien, kwam achteraf gezien wel goed uit aangezien er toch niks meer door kon gaan. Maar dit jaar leek het haar wel wat om voor een klein clubnummer te gaan. Haar skiffproef haalde ze gelijk in haar eerste lente op Argo, maar verbaasd realiseert ze zich dat ze vervolgens eigenlijk helemaal nooit is gaan skiffen of dubbelen. Na het tweede jaar kwam het er wel af en toe van. “‘Het is mooi weer! Heeft er iemand zin om te skiffen?’ Dan ging ik wel mee. Tot het pontje en terug, gewoon voor de lol en vooral van het weer en de Rijn genieten.” De overgang naar serieuzer trainen in de skiff ging haar eigenlijk ook wel goed af. “Het was nog steeds leuk, ik denk ook vooral omdat het best lekker liep! En hier kwam de wedstrijdroei-mentaliteit zeker van pas. Als het wat minder goed weer is ga je ook gewoon.” In het weekend wordt er standaard samen getraind met een groepje van clubroeiers, Casper, Stef, Mick, Lois, Mara, Kim en Imke. Doordeweeks doen ze vaak nog een tweede training op het water. Voor de lockdown hadden ze wel ideeën om soms een samen een activiteit te doen, als soort van ploeg. Maar dat kan natuurlijk niet meer, en nu roeien ze alleen samen.

“Letterlijk één dag nadat we de beslissing hadden gemaakt om club dubbeltwee te gaan doen, kon dat niet meer doorgaan vanwege corona en moesten we gaan skiffen.”

Hoe ze zichzelf gefocust houdt in de skiff? “Ik praat heel veel tegen mezelf, in gedachten. Anders raak ik gewoon afgeleid. Ik ben soort van mijn eigen stuur dus, dat werkt wel heel goed. Als ik dat niet doe, merk ik dat ik soms heel ergens anders over aan het nadenken ben. Dan realiseer ik me ineens, ‘ohja, ik was aan het roeien’, haha.” De skiff werkt wel motiverend voor Imke. “Het ligt echt aan jezelf als je het fout doet. Dan wil je ook toch extra hard je best doen om weer te zorgen dat het lekker loopt.” Het lijkt haar dan wel heel moeilijk om een wedstrijd in een skiff te starten, helemaal in je eentje kapot gaan op een 2k. “Ik zou het misschien ooit voor de grap doen, gewoon kijken hoe het is, maar ik denk niet dat het iets voor mij is.”

Haar tip voor mensen die misschien willen skiffen: “Vooral niet bang zijn om om te gaan, dat werkt juist averechts. En gewoon gaan!”

Luuk Achterberg

Fotograaf: Promocie

Het was najaar 2017 en het begin van het derde wedstrijdroei-jaar voor Luuk, toen hij alleen achter bleef in de middengroep. “In het begin had ik al mijn zinnen op skiffen gezet. “Maar na de Tromp in oktober kwam ik erachter dat ik niet per se barstte van het talent voor het skiffen en alleen roeien ook niet zo leuk vond.” Er kwam weer hoop op een alternatief, toen er misschien een vierzonder gevormd zou kunnen worden. Maar vlak voor de kerstvakantie werd duidelijk dat dat toch niet meer doorging. De toenmalige ouderejaars roeier zag ook niet zoveel in een combinatie. “Toen belandde ik dus noodgedwongen weer in de skiff, terwijl ik net twee maanden daarvoor had bedacht dat ik dat echt niet wilde. Maar ja, ik wilde wel hard roeien. Ik heb een piefsleutel opgehaald en ben tijdens de kerstvakantie elke ochtend en elke middag in de skiff gestapt. Als het dan moet, ging ik ook maar gewoon heel veel meters maken en bewijzen dat ik hard kon roeien.”

“In de kerstvakantie ben ik elke ochtend en middag gaan skiffen. Heel veel meters maken en bewijzen dat ik hard kon roeien.”

In februari besloot Luuk zijn boot in Amsterdam te leggen. Elk weekend reisde hij samen met zijn coach heen en weer om te trainen op het goede roeiwater van de Amstel. Hij kon bij de skiffgroepen van Skøll en Willem III aansluiten. “En dan moest je ineens hard doorroeien, anders werd je er meteen uitgeroeid door jongens van 16 jaar.” Zo maakte hij ontzettend veel constante meters op de Amstel. Het roeien in de skiff ging beter en beter, en dit zorgde ervoor dat het wél leuk werd. “Zo leuk, dat ik er daarna nog een jaar, met nieuwe doelen, mee door ben gegaan.” Hoeveel uren heeft hij dan tot nu toe in de skiff doorgebracht? Bij deze vraag begint Luuk een precieze rekensom. Na iets meer dan vijf minuten is hij eruit: zo’n duizend uur. Die trainingsuren hebben ook wat opgeleverd: 1 lange afstand blik, 1 sprint blik, en 3 klasserende. “Maar ik vond het vooral ook heel vet dat hoewel je het alleen doet, er heel veel anderen in Nederland hetzelfde aan het doen zijn. Met de jongens tegen wie ik startte, werden we echt een super leuke en hechte groep. De mensen die binnen hun eigen vereniging eigenlijk een beetje de outcasts waren. Ik heb nog gecombineerd in tweetjes, en je sliep bij elkaar voor wedstrijden. Die gasten spreek ik tot op de dag van vandaag nog wel elke week zo’n beetje. Ja, dat vind ik echt heel vet.”

“En dan moest je ineens hard doorroeien, anders werd je er meteen uitgeroeid door jongens van 16 jaar.”

Het hele proces van leren skiffen omschrijft Luuk als volgt: ‘Skiffen kent een bepaalde curve. Het begint zo: je stapt voor het eerst in een skiff en het is eng, maar ook leuk, want het is nieuw. Vervolgens je skiffproef, en je eerste meters op de Rijn. Het is zomer, skiffen is leuk. En dan moet je voor het eerst een beetje door gaan roeien, want er komt een selectie aan. En dan wordt skiffen toch wel iets minder leuk. Je kan het nog niet zo goed, raakt gefrustreerd en begint te twijfelen. De enige manier om daar doorheen te komen is elke week veel meters maken en daarbij vertrouwen hebben in jezelf en je coaches. Uiteindelijk merk je dat je beter wordt en dan wordt het heel langzaam weer steeds leuker. Daarna kent het allemaal pieken en dalen.” In Luuks beleving zijn die pieken en dalen nog een stuk groter dan wanneer je in een ploeg roeit. Omdat het mentale aspect nog zoveel groter is. Als je er even niet bij zit met je hoofd, ben je gewoon af. Maar dan moet je ook kunnen accepteren dat dat erbij hoort. Gewoon doorroeien, en dan gaat het daarna wel weer beter.”

Luuk’s tip om goede skifftrainingen te draaien: “Niet zo’n super laag tempo gaan varen, maar doortikken op minimaal tempo 20. Daar leer je veel sneller fatsoenlijk mee roeien. En dan gewoon meters maken, op je puntjes letten, en zo min mogelijk laten lopen in een training.”

En zijn allermooiste moment in de skiff? “Dat is zeker het beginnersblik. Het ultieme moment van jezelf hebben bewezen, dat je het kan. En vervolgens wel jezelf voor lul zetten door na de finish allebei je palen los te laten en om te gaan. Maar ja, dat boeide allemaal niet meer want ik was gewoon de snelste.”

This article is from: