13 minute read

LERARENTEKORTJES Vakantie verdedigen, niet weer!

Lerarentekortjes Vakantieschaamte

LEZERSVRAAG: Dag Klasse. Mijn naam is Charlie en ik ben 24 jaar. Na mijn eerste jaar als leraar snak ik naar de vakantie, ik ben kapot. Maar hoe leg ik dat uit aan mijn vrienden? Ze begrijpen niet hoe zwaar lesgeven is. Ik voel me zelfs een beetje schuldig, omdat ik een pak meer vakantiedagen heb dan zij. Hebben jullie tips?

Tekst Peter Mulders Illustratie Julie Poignie

OPROEP Leraar zijn, het is een zoektocht. Beantwoord ik een vraag over mijn privéleven? Hoe hou ik het voor mezelf interessant? Maar ook: een computer die voor de derde keer niet opstart of een leerling die je achtervolgt tot in je dromen.Voor al die issues: één adres. Peter@klasse.be Dag Charlie,

Aaaah, bijna vakantie! Geen zorgen, Charlie. Je hebt juli en augustus verdiend zoals Metejoor zijn stapel MIA’s: door een jaar lang hyperprofessioneel, onverstoorbaar en met een charmante glimlach een madhouse te trotseren. Je was ‘1 op een miljoen’ voor al je leerlingen en jij maakt je lessen helemaal zelf, zonder managers, producers en extra songwriters. Die twee maanden zijn van jou, neem ze!

Want wat een jaar was dat weer. Winkels, cafés en massagesalons wisten niet of ze moesten openen of sluiten, concerten werden afgelast … maar de scholen bleven draaien. Je moest jezelf én vooral je leerlingen opnieuw leren hoe een klas werkt. Maar je hield vol. Voor je stevige startjaar verdien je al twee jaar vakantie. Maar terug naar je vraag: je hebt niks aan een jaaroverzicht of wat complimentjes. We zoeken argumenten voor je vrienden.

Er zijn klassiekers. Bijvoorbeeld: al die vrije zomerweken zijn gewoon compensatie van overuren ’s nachts en in het weekend. En beseffen je vrienden wel dat jij elke middagpauze over de speelplaats patrouilleert of agenda’s zit na te kijken? Dat je vorige week nét een rondvliegend propje kon ontwijken? In onderwijs rijd je niet met een bedrijfswagen de parking op en je contract voor volgend schooljaar is nog lang geen zekerheid. Wel, Charlie, gebruik dat soort argumenten niet! Nooit! Want er is altijd wel eentje die slim wil zijn: “Zelf voor gekozen”, en dan blijf jij eenzaam achter in een kring van hoongelach of gegiechel.

Daarom deze tip: ga even voor de spiegel zitten en oefen een zachte, zelfvoldane glimlach met een sprankeltje Spritz in je ogen. Denk aan een mix van je eerste dag vakantie en de onvoorwaardelijke liefde van je leerlingen. Je weet wel: de glimlach van Metejoor, maar met het arrogante showbizz-randje dat hij een beetje mist.

Oké, vasthouden! Haal daarna je schouders op, kijk de kring rond en begin: “Zalig éh, al die congé. En jullie hebben geluk: ze zoeken nog volk in het onderwijs! Topjob! Je krijgt elk jaar een nieuwe uitdaging, je zet in je middagpauze vanzelf 10.000 stappen én je hebt zelfs geen bedrijfswagen nodig. Als je leerlingen stappen vooruit zetten, zweef je gewoon naar huis. Waar wachten jullie eigenlijk nog op? Solliciteren!”

Vergeet dan je plan om je klas in de vakantie te herschilderen en bestel nog een Aperol.

De directeur

Warm onthaal in een wereldstad

Tekst Femke Van De Pontseele Beeld Kevin Faingnaert

Wie is Joris Verlinden?

• adjunct-directeur van OKAN Stedelijk

Lyceum Offerande in Antwerpen • geeft twee uur geschiedenis in de schakelklas • de OKAN-school kreeg in 2019 de Koningin

Paolaprijs en telt vandaag 330 leerlingen

Een eigen campus voor OKAN-leerlingen in hartje Antwerpen waar nu ook leerlingen uit Oekraïne aankloppen. Hoe pakt de school ambitieus onderwijs aan? Adjunct-directeur Joris: “Ons publiek is uniek, onze recepten als brede basiszorg, maatwerk en buitenschoolse netwerken zijn universeel.”

Vóór het interview start een rondleiding in de lichtrijke hal, waar het plafond enkele jaren geleden nog naar beneden kwam. Nu blinkt er een designlamp. Voor een witte klasdeur hangen goudkleurige slingers met de namen van leerlingen. Op de eerste verdieping werd het dakterras met picknickbanken een tweede speelplaats. “Dat een aftands gebouw een facelift kreeg, is een mooi signaal naar onze OKAN-leerlingen. De renovatie straalt uit dat ze evenveel kansen verdienen als andere tieners, dat we ze als samenleving belangrijk vinden”, lacht Joris terwijl we door de school racen.

In de schakelklas die uitgeeft op de speelplaats, staan leerlingen rond een enorm werkblad. In opperste concentratie luisteren ze naar hun leraar die een berekening op het bord zet. “Anderstalige nieuwkomers zijn een ongelooflijk fijne doelgroep. Je ziet ze elke dag vooruitgaan. Onze leertrajecten met klemtoon op maatwerk, zorg en taal werken, weten we van onze vervolgschoolcoaches die de leerlingen begeleiden bij de overstap naar het gewone onderwijs. Dankbare oud-leerlingen passeren hier geregeld. We brachten ze soms van nul schoolse vaardigheden en attitudes bij. Behalve leraar ben je de eerste link met hun nieuwe land. Ze vergeten je niet.”

PLUKTUIN TEGEN TRAUMA “Sommige OKAN-leerlingen hebben een heftige vlucht achter de rug. Die ervaringen schudden ze niet zomaar van zich af. Voor ze aan een leertraject beginnen, hebben ze een landingsfase nodig. Want ondanks hun potentieel zijn nog niet klaar om te leren. Een paar jaar geleden gingen enkele overprikkelde leerlingen af en toe met elkaar op de vuist. Luisteren en praten volstond niet. Dus zochten we hulp. Vzw Solentra, gespecialiseerd in geestelijke gezondheidszorg voor (getraumatiseerde) migrantenkinderen en -jongeren, leerde ons dat voorspelbaarheid, structuur en heldere communicatie rust brengen. Ze verminderen ook de kans op interculturele spanningen. In de klas bouwden we routines in: je komt de klas rustig binnen, geeft je gsm af, neemt je agenda. En onze leerlingen nemen in groepjes gespreide pauzes, zo vermijden we chaos op onze kleine speelplaats.”

De speeltijd start. Een medewerker van City Pirates, de sociale voetbalploeg uit de gelijknamige Canvas-reeks, houdt toezicht. Zes leerlingen verdedigen intussen de blauw-gele clubkleuren. “Nog zo’n mooi voorbeeld van hoe we externe partners inschakelen voor de brede basiszorg. Net zoals onze time-inwerking ‘Prachtig veerkrachtig’ waar we met een maatschappelijk assistent bouwen aan veiligheid en structuur. Lukt het voor enkelingen nog niet om voltijds naar school te gaan, dan sturen we ze op time-out via vzw Profo. In pluktuin Bloemenbos in Stabroek werken ze in de natuur hun hoofd leeg en oefenen ze sociale attitudes en werkhouding. Via een persoonlijk ontwikkelplan schalen we het aandeel school in hun programma geleidelijk op. Die partnerschappen geven school én leerlingen een adempauze en laten ons toe te focussen op lesgeven.”

LERAREN UIT ALLE WINDSTREKEN EN OPLEIDINGEN In de lerarenkamer geurt het naar automatenkoffie. Verschillende collega’s hebben zelf een migratieachtergrond. Tania uit Afghanistan en Safie uit Bulgarije geven wiskunde, Maha uit Syrië, Amine uit Eritrea, Zohal uit Afghanistan en Iman uit Somalië ondersteunen het zorgteam bij gesprekken met ouders en leerlingen. Het zestal deelt een langdurige zoektocht naar werk, ook al hebben ze een diploma lerarenopleiding op zak in hun geboorteland. “Ze zijn onmisbare traumasensitieve brugfiguren én rolmodellen voor onze leerlingen. Diversiteit is in ons team misschien nog belangrijker dan elders. We zetten met het Stedelijk Onderwijs en de VDAB trajecten op om die hoogopgeleide profielen op te vissen.”

“Omdat we in de loop van het schooljaar verschillende nieuwe OKAN-klassen opstarten, moeten we vaak nieuwe leraren zoeken. Zeker sinds de oorlog in Oekraïne. Vreemd misschien, maar we vinden die voorlopig relatief vlot. Ons

“Behalve leraar ben je voor OKAN-leerlingen de eerste link met hun nieuwe land. Ze vergeten je niet”

“Collega’s met migratieachtergrond zijn onmisbare rolmodellen voor onze leerlingen”

voordeel is dat je in OKAN mag lesgeven met een brede waaier aan diploma’s: behalve de traditionele taalleraren hebben we ook mensen met een diploma slavistiek, sinologie of kunst in dienst. Leraren basisonderwijs zetten we in de alfabetiseringsklassen. We vinden ook maatschappelijk werkers en psychologen die een rol opnemen in het zorgbeleid. En zij-instromers die hun carrière uit idealisme een draai willen geven. Zoals de reclameman die voor de klas koos en met het diploma lager onderwijs dat hij ooit behaalde nu echt het verschil wil maken.”

“Zeker de helft van de leraren kwam hier via via terecht. Collega’s rekruteren bij hun vrienden en een collega-directeur stuurt al eens kandidaten door. Dankzij die nieuwkomers konden we de leerlingen op de wachtlijst én de instroom aan Oekraïense leerlingen opvangen op verschillende locaties: het Stedelijk Lyceum Meir en de muziekacademie van Borgerhout. Leraar zijn in OKAN is een heel dankbare, maar ook zware job. Je moet je snel kunnen aanpassen aan wisselende lessenroosters en noden van leerlingen. In ruil voor zoveel wendbaarheid, krijgen collega’s een grote dosis inspraak, autonomie, groeitijd en ondersteuning. Ervaren coördinatoren en ons zorgteam geven starters vormingen over vakdidactiek en omgaan met trauma’s.”

KONINGIN PAOLA Als de lessen twintig minuten later hernemen, piepen we binnen in de klas naast het bureau van de directeur. Leerlingen zitten in groepjes van acht rond een eiland. “Directe instructie wisselen we af met samenwerkingsvormen om veel spreekkansen te bieden. Niet alleen het vak Nederlands leent zich perfect voor taalgericht onderwijs. Dus bereiken ook onze andere vakleraren taaldoelen. Ze weten perfect wie nog aan uitspraak moet werken en wie kromme zinnen maakt.”

“Die gepersonaliseerde insteek hanteren we ook in onze specialisatietrajecten voor laaggeschoolde leerlingen. We proberen ze naar vervolgtrajecten binnen onderwijs of zelfs naar werk toe te leiden, en kregen daarvoor in 2019 de Koningin Paolaprijs. Onze trajectbegeleiders onderzoeken samen met de leerling: wie ben ik, wat zijn mijn sterktes, wat is mijn doel? Op die staalkaart baseren we onze algemene en beroepsvakken in de schakelklas én de keuze voor partners in sociale tewerkstelling of opleidingsverstrekkers. Leerlingen uit landbouwgebieden hebben vaak feeling met tuinbouw, andere komen terecht in de logistiek, bouw of verzorging. We scherpen daarbij permanent hun sociale vaardigheden en arbeidsattitudes aan. Zodra ze doorstromen, detecteren onze vervolgcoaches waarop ze in hun vervolgopleiding nog vastlopen. Wiskunde blijkt soms een struikelblok. Heel waardevolle input voor onze schakelklassen: we sturen de lessen voortdurend bij om de kloof met het reguliere onderwijs of arbeidssectoren te dichten.”

“Ook onze vakleraren weten perfect wie nog aan uitspraak moet werken en wie kromme zinnen maakt”

DE DONKERE KANT VAN ALEXANDER Adjunct-directeur Joris schaalde zijn lesuren geschiedenis gedurende de jaren af, maar houdt vast aan twee uurtjes in de schakelklas. “Vaak het fijnste moment van mijn week. Als ik lesgeef, voel ik hoe essentieel die job is. Ik zoek uit waar de leerlingen staan, ontdek wat ze nog moeilijk vinden en help ze verder. Ook zij brengen me dingen bij. Wat mijn Afghaanse leerlingen over Alexander De Grote leerden, leg ik naast onze westerse kijk. Terwijl ik zijn tolerantie voor cultuurverschillen prijs, wijzen zij me erop dat hij niet vies was van moord en brandstichting tijdens zijn veroveringstochten. Dat multiperspectief onderzoeken we kritisch: kijkt geschiedenis vooral uit de blik van de overwinnaars? Ook de oorlog in Oekraïne komt aan bod. Dan checken ze hun Instagram of Facebook: heet de inval in Oekraïne daar ‘speciale militaire operatie’ of ‘oorlog’?”

“Die uren in de klas behoeden me voor hokjesdenken: het klopt dat de scholingsgraad in sommige landen lager ligt. Maar zomaar stellen dat een Oekraïense leerling geschoolder zal zijn dan een Afghaanse, gaat niet op. En sommige niet-geschoolde, analfabete leerlingen nemen leerstof sneller op dan je denkt. Je staat soms versteld van de sprong die ze maken op een paar maanden tijd. We stoomden al analfabete leerlingen klaar voor aso- en tso-richtingen in het secundair.”

“Op de klasvloer ervaar ik ook dat OKAN maatwerk is. Onze leraren en zorgcollega’s zijn cracks in differentiëren. Het hele schooljaar krijgen ze nieuwe leerlingen in hun klas, elk met een andere schoolse basis en leervermogen. We spelen in op hun noden zonder te verdwalen in die diversiteit. Daarom clusteren we vijf profielen: onze alfabetiseringscluster delen we nog eens op in snellere en tragere analfabete leerlingen. Onze jongste leerlingen van elf tot dertien jaar zetten we ook samen. Die speelse tieners vragen andere didactische werkvormen. Geschoolde instromers van veertien tot achttien vormen de derde cluster. Dan hebben we nog acht schakelklassen, specialisatietrajecten voor leerlingen die hier al enkele maanden les volgden. Zij krijgen naast taal ook algemene vorming of meer arbeidsmarktgerichte vakken.”

“Elke cluster heeft zijn eigen coördinator, de teamleden overleggen autonoom over lessen, evaluaties en trajecten.Toch zijn het geen eilandjes. We doorbreken de clusters geregeld door bijvoorbeeld onze niveaugroepjes wiskunde parallel te organiseren. Zo krijgen Syriërs of Somaliërs die het Latijnse schrift nog moeten leren, maar wel een goede wiskundige vorming kregen, toch voldoende uitdaging.”

DE STAD IN MET BUDDIES We fietsen de Turnhoutsebaan af tot Stenenbrug, naar de muziekacademie van Borgerhout. In de drie extra klassen voor OKAN-leerlingen, komt ongeveer zeventig procent uit Oekraïne. “Plaatsgebrek doet ons kiezen om bijkomende OKAN-afdelingen in andere scholen in te richten. Niet om voor de Oekraïense leerlingen een exclusieve aanpak te voorzien, maar om alle jongeren op de wachtlijst een plek te bieden.”

“Het overgrote deel van de Oekraïners zit na een paar weken in ons land al voltijds op school. Ze krijgen zowel vaklessen en taalonderwijs, net als andere OKAN-leerlingen. Een paar oudere leerlingen mag zich op de examens concentreren die ze online afleggen bij een Oekraïense leraar. Zij komen nog niet naar de taalles. Leerlingen ouder dan zestien moeten in Oekraïne niet naar school, maar sluiten hier wel aan. We bekijken of ze in het volwassenenonderwijs een versnelde cursus Nederlands kunnen volgen en een algemene vorming of beroepsvorming in het toekomstonderwijs of voormalige tweedekansonderwijs.”

De middagpauze nadert, de lessen lopen af. Leerlingen graaien hun spullen bij elkaar en wisselen Oekraïense woorden uit. Heel menselijk dat ze nu zoveel aan elkaar hebben. Hoe snel sta je open om Vlaamse tieners te ontmoeten, als je situatie zo onzeker is en je niet weet hoelang je blijft en of je de taal nog leert?

“Helaas hebben we in onze school in de Offerandestraat zelf geen tso- en bso-richtingen meer, waar onze nieuwkomers vroeger spontaan Vlaamse leerlingen ontmoetten. Alleen als ze elders één week op snuffelstage gaan om studierichtingen in het reguliere onderwijs uit te proberen, zien ze nu nog Nederlandstalige leeftijdsgenoten. Dat gemis proberen we op te vangen met buitenschoolse initiatieven.”

“Studenten sociaal werk van Karel de Grote Hogeschool gaan als buddy op stap met een leerling. Ze trekken na de schooluren met een OKAN-leerling naar de cinema of een museum. Met partners uit sport, cultuur en jeugdwerk organiseren we naschoolse en vakantie-activiteiten. Speelpleinwerking Koraal en sportvereniging Jespo leiden OKAN’ers op tot monitoren. Op de academie vinden muziekworkshops plaats. Na die initiatie kunnen ze volgend schooljaar instappen in de piano- of gitaarlessen. We hopen dat ze vrienden maken en zich thuis voelen. Dan gaat taal leren een stuk vlotter. En jongeren in het reguliere onderwijs ontdekken dat onze leerlingen over competenties beschikken die zij niet hebben.”

Op maandagmiddag vergadert het schoolteam. De leerlingen hebben vrij en daar lijkt de zon op de hoogte van te zijn. Het is een zomerdag in mei. Een blond meisje houdt de voordeur voor ons open. ‘Bedankt’ zeg ik. Katarina glimlacht, stapt verder, denkt na, draait zich om, en zegt fier ‘Alsjeblieft’.

This article is from: