
1 minute read
Postboot, op weg naar Urk, vast in het ijs
len naar de schepen te zenden, doch dat men hiervan had afgezien, omdat de tocht op het onbetrouwbare ijs zeer zwaar werd geacht en het onzeker was of men de booten wel zou kunnen bereiken (18 januari 1940).
Van een van deze expedities maakte onze fotograaf deel uit. Na een uiterst vermoeiende tocht over een afstand van 35 km, werd vanuit Elburg de gedeeltelijk gezonken 'Friesland’ bereikt en vervolgens op Urk de overtocht beeindigd.
Postboot, op weg naar Urk, vast in het ijs
Uit de krant van 10 maart 1940
Terwijl elders in Nederland de strenge winter bijna vergeten is, leeft men op Urk nog in groote spanning ten gevolge van de onberekenbaarheid van het ijs. Ondanks de gestaag neerplensende regen, heerschte aan de haven op Urk te elfuur’s avonds een groote bedrijvigheid. Ieder wilde, voor hij naar bed ging, eerst nog eens zien of de boot gevorderd was.

Er zit namelijk een Urker boot in het ijs bekneld. Aan boord bevinden zich ongeveer zestien passagiers, voornamelijk militairen en visschers en niemand weet of niet misschien haar man ofverloofde zich aan boord bevindt.
Zaterdagmorgen vroeg vertrok de stoomboot ‘Insula’ van Kampen en nog steeds is de boot niet op Urk aangekomen. De ‘Geusau’, welke om zeven uur gistermorgen van Urk vertrokken is, is na een reis van acht uur in Kampen aangekomen. Onderweg passeerde men de ‘Insula’, die Urk als bestemming had. Het beurtschip ‘Eben Haezer’, dat ook om zeven uur vertrokken was en in het ijs vastliep, is door de sleepboot ‘Ems’ bevrijd en na een zwaren tocht, welke elf uur duurde, in den Ketel aangeko¬ men. Toen bleek dat de ‘Insula’, die van Urk af omstreeks een uur vanmiddag vaag te zien was, niet opschoot, gaf de directeur van de Urker Stoomboot Maatschappij, de heer Snoek, radiografisch opdracht aan de bemanning van de ‘Geusau’ te trachten de
117