Grenache noir
Grenache blanc
12.5 Druivenrassen De diversiteit aan druivenrassen die in Languedoc-Roussillon staat aangeplant, is enorm.
Enerzijds betreft het vooral traditionele mediterrane variëteiten, die voorgeschreven zijn in de
meeste appellations van het grote wijnbouwgebied. Grenache noir, syrah en carignan noir zijn
daarvan de belangrijkste qua aanplant, maar ook cinsault en mourvèdre spelen hun rol voor rode wijn en rosé.
Anderzijds staan er ook heel veel internationaal succesvolle druivenrassen aangeplant, met
name bekende blauwe Bordeauxdruiven als merlot, cabernet sauvignon en cabernet franc. Die zijn vanaf de jaren 90 heel veel aangeplant, toen de vraag naar monocépagewijnen, gemaakt
van een bekend druivenras en vermarkt op basis van dat druivenras, sterk toenam. Ze worden grotendeels gebruikt voor IGP-wijnen, zoals Pays d’Oc, want ze zijn in vele appellations niet
toegestaan. Voor witte wijn zijn chardonnay en sauvignon blanc het meest aangeplant, maar ook die zijn grotendeels voor IGP-wijnen, net als viognier. Traditionele witte mediterrane variëteiten,
veelal gebruikt voor wijnen uit appellations, zijn grenache blanc, marsanne, roussanne, picpoul, vermentino en macabeu. En uiteraard muscat blanc à petits grains en muscat d’Alexandrië, gebruikt voor Vin Doux Naturels en droge wijnen.
Verder moeten we nog een aantal minder bekende, specifieke variëteiten noemen, die van belang waren of zijn in de Languedoc-Roussillon. Allereerst aramon, een blauwe variëteit
die veel werd aangeplant tijdens het herstel van phylloxera en lange tijd het werkpaard van
de wijnbouw in Languedoc-Roussillon was, vanwege zijn zeer ruime opbrengsten en zekere
Hoofdstuk 12 - Languedoc-Roussillon (2022-2023)
TERUG NAAR INHOUD
21