

Een maandelijkse domiciliëring?
Welzijnszorg steunt meer dan 100 lokale projecten in Vlaanderen en Brussel, waar mensen in armoede een stem krijgen. Het vraagt een hele planning om deze projecten goed te ondersteunen.
Jij steunt Welzijnszorg regelmatig, waarvoor van harte dank! Heb je er al aan gedacht om als trouwe schenker jouw giften om te zetten naar een maandelijkse domiciliëring?
Dit is beter voor ons én ook voor jou! Als je een permanente maandelijkse gift doet (in plaats van een éénmalige grotere gift), kunnen we onze planning om lokale projecten te steunen nog vlotter maken, onze werking steviger uitbouwen en jij voelt jouw uitgave minder.
Alles blijft voor de rest hetzelfde, vanaf 40 euro per jaar ontvang je een fiscaal attest en dit voor het totaalbedrag van jouw schenkingen per jaar. Voor elk bedrag, vanaf 40 euro, dat ons voor het einde van dit jaar bereikt, krijg je in het voorjaar van 2024 een fiscaal attest. Hiermee recupereer je 45% via jouw belastingaangifte. Als je ons maandelijks steunt met 10 euro dan kost jou dat in werkelijkheid slechts 5,5 euro euro per maand.
Ga naar welzijnszorg.be/steun, scan deze QR-code om het veilig en eenvoudig in orde te maken of stuur een mailtje naar info@welzijnszorg.be.
2 Een maandelijkse domiciliëring?
3 Voorwoord
4 Interview met Robby
6 Inzamelingsactie
7 Onderwijsmaterialen
9 Broederlijk Delen
11 Beleef het Inleefatelier in Hasselt

14 Kruiswoordpuzzel
15 Inspiratie
16 Bedankt vrijwilliger!

Er ligt weer een gloednieuwe W-info voor je klaar. Deze keer focussen we op het onderwijs, met stukjes over onze onderwijsfiguren: Robby, Jordy en Pola. Colette Victor, van het project vzw Krijt, vertelt over hoe ze scholen armoedebewust proberen te maken, zodat de leerlingen op meer begrip kunnen rekenen en minder uitgesloten worden. Soms kunnen kleine aanpassingen grote effecten hebben.
Eind december organiseerden we enkele kennismakingssessies in ons nieuw inleefatelier dat we samen met Studio Globo ontwikkelden. Het waren prachtige, beklijvende sessies en Liesbeth schreef er een pakkend verslag over. Je krijgt echt het gevoel dat je er zelf bij was!
Zelf had ik het geluk het concert voor de 80e verjaardag van Alain te mogen meemaken. Ik hoop dat het jou inspireert om bij feestelijkheden dit voorjaar ook een gift ten voordele van Welzijnszorg te vragen. Gedeelde vreugde is immers dubbele vreugde!

Mag ik je veel leesplezier toewensen met deze W-info? Al is armoede een schrijnend probleem, toch vinden we hoop in de vele vrijwilligers en projecten die vol goede moed en goede wil, er iets aan proberen te doen.
Ik wens jullie alle goeds toe,
Koen Trappeniers Directeur Welzijnszorg vzwInterview met Robby
Al sinds 1996 staat hij symbool voor kinderen in armoede en is hij de rode draad in het lesmateriaal voor het basisonderwijs. Veel trouwe supporters van Welzijnszorg kennen hem natuurlijk al lang, maar vandaag laten we Robby zelf aan het woord.
Dag Robby, gelukkig ben je geen dame en mag ik het vragen: hoe oud ben je eigenlijk?
Ik ben even oud als de kinderen die mijn verhaal lezen. Soms ben ik verwonderd als een kleuter, zo leergierig als kinderen van het tweede leerjaar of een wijze plantrekker zoals leerlingen van de zesde klas.

Je ziet er al 27 jaar hetzelfde uit. Heb je nooit overwogen om eens van look te veranderen?
Ik ben Lady Gaga niet! Trouwens, als je de tekeningen doorheen de jaren naast mekaar legt, zie je wel verschillen. Soms ben ik wat ronder, soms wat groter. Mijn tekenpapa gebruikt ook wel eens een dikkere of dunnere stift, maar dat is helemaal niet belangrijk. Wat ik wel super vind, is dat hij mij zo goed begrijpt. Hij kan in één tekening vertellen wat ik denk en voel, wat ik wil en hoop en droom. Misschien word ik later ook een grote tekenaar. Weet je dat mijn tekenpapa, Klaas Verplancke, ondertussen wereldberoemd is? Zijn boek ‘Appelmoes’ bijvoorbeeld, dat gaat over een papa en een jongetje dat een beetje op mij lijkt. Het is vertaald in wel 17 talen. Er zijn nu Chinese of Perzische kinderen die hetzelfde boek lezen als wij. Hoe cool is dat?!
Je bent heel fier op je tekenpapa. Hoe zit het met je schrijfmama? Ik heb heel wat verschillende schrijfmama’s gehad. Altijd heel lieve mama’s die met veel goesting vertellen wat ik en mijn vrienden meemaken. Ik ben een echte gelukzak.
De bekendste is Kolet Janssen, jullie gaan haar ook interviewen denk ik?
Je hebt in je leven al heel wat moeilijke situaties meegemaakt. Hoe hou je dat vol?
De eerste jaren waren de moeilijkste. De mensen van Welzijnszorg wilden vooral laten zien hoe het er bij ons thuis aan toe gaat. Rond het jaar 2004 zijn mijn vrienden erbij gekomen. Dat was een grote opluchting. Sinds die tijd gaan mijn verhalen niet alleen over wat ons overkomt, we vertellen ook wat we er mee doen. Ik heb het gevoel dat mijn mama en ik veel sterker geworden zijn. We mogen laten zien hoe we ons niet klein laten krijgen en er altijd opnieuw het beste van maken. Ik ben ook niet langer de enige die in de shit zit. Ook bij Lena, Fatmira en Jeroen loopt het af en toe mis. Ik denk dat meer kinderen zich in ons kunnen herkennen. Ik ben natuurlijk vooral blij met Lena, maar dat mag je aan niemand vertellen.
Je hebt al heel wat campagnes van Welzijnszorg mogen meemaken. Heb je een lievelingscampagne?
De eerste, de campagne van 1996 was natuurlijk de bijzonderste: ‘Armoede uitsluiten. Een toekomst voor elk kind’. Ik mocht toen op de affiche staan.
En er was de grote ballonnenactie. Iedereen kon een kaartje invullen met daarop de tekst:
“Vijf jaar terug keurde België het “Verdrag van de rechten van het kind” goed. Toch leven tussen ons nog te veel kinderen zonder toekomstkansen. Bij 1 op 12 kinderen is de armoede te groot! Welzijnszorg vraagt aan de samenleving meer aandacht voor achtergestelde kinderen. Ook ik,...... heb meegedaan met de actie en steun de boodschap van Welzijnszorg!”

Die kaartjes werden aan ballonnen gehangen en toen hebben ze al die ballonnen boven Brussel losgelaten. En sommige ballonnen zijn heel ver gevlogen hoor!
Er was ook het Robby-valiesje om in school mee te werken. In dat valiesje zaten een pop (die mij moest voorstellen!) en een toneeltje. Zo leerden de kinderen mij en mijn mama voor de eerste keer kennen.
Op de tweede plaats staat de campagne van 2011 ‘Armoede is geen kinderspel’. Op heel veel plaatsen hebben groepen en scholen de blokken gebruikt om de campagne voor te stellen. Overal waar ik meedeed, mocht ik met blokken spelen en tegelijk het verhaal van de campagne vertellen.


In 2003, toen het thema ‘Gevangen in armoede’ was, hebben ze me een jaar niet laten meedoen. Gelukkig maar. Stel je voor dat ze voor het verhaal iemand van mijn familie of vrienden in de gevangenis gestoken zouden hebben. Brrr.


Ondertussen ben je niet meer de enige ster in de familie.
De mensen van Welzijnszorg heb ben aan mijn kleine broertje, Jordy, gevraagd of hij wil meewerken aan hun materiaal voor de kleuters en natuurlijk heeft hij ‘ja’ gezegd. Hij heeft nu al vijf verhalen met vijf bundels voor de juffen en meesters. Ze doen niet mee met de campagne en Jordy kan heel het schooljaar in
de klas meedoen. Ik ben wel een jaloers af en toe.
Ik hoor dat veel kleuters zot zijn van hem. Ik begrijp dat, ik word soms ook zot van hem, vooral als hij niet wil slapen en blijft babbelen terwijl ik in mijn bed nog een beetje
Wil je nog iets vertellen aan onze lezers?
Ik wil vooral alle juffen en meesters bedanken die elk jaar met het materiaal van Welzijnszorg werken. Ik ben zo blij dat ze ons altijd weer warm ontvangen in hun klas. Ik weet niet of ze weten hoeveel dat voor mij en mijn vrienden betekent. Heeeeeeeeel veeeeeeeeel dus.
Robby zelf aan het woord?
Al bijna 20 jaar mag ik de stem van Robby zijn. Voor zijn dagboekverhalen (of een interview ��) probeer ik echt in zijn hoofd te kruipen en te verwoorden wat hij denkt, voelt, vreest, droomt. Op die manier geven we een extra inkijkje in het leven van een kind in een kwetsbare situatie. Ik vind het zalig om hem mee vorm te mogen geven want Robby is een ongelooflijk mooi, oprecht, sterk, lief en soms ook grappig kereltje. Je kan niet anders dan hem in je hart sluiten.
Hadewijch Van Hove
Deel je genoeg
Ben je jarig, ga je trouwen, verwacht je een (klein)kind of wil je een dierbare herinneren? Vier of deel jouw genoeg en herinnering samen met en ten voordele van Welzijnszorg. Vele kleintjes maken samen iets groots!
Alain deelde zijn geluk bij het vieren van zijn 80e verjaardag
Als telg van een familie waar het sociale hoog in het vaandel staat, kwam ik ergens onderweg ‘Welzijnszorg’ tegen. Via mijn engagement binnen ACW/Beweging.net kreeg ik inkijk in wat zich in de marge van de samenleving afspeelt. Het werd mij gaandeweg duidelijk dat ik in het leven in een ‘bevoorrechte’ positie vertoef. Als je de 80 nadert, wordt dat besef alleen maar versterkt.
De viering van mijn 80e verjaardag was de gelegenheid om allen -die mij gedurende die vele jaren hoe dan ook gedragen hebben- te danken. Met echtgenote en kinderen werd een feestmoment opgezet: een klassiek concert gevolgd door een samenzijn. Gezien overdaad schaadt en armoede en onrecht ons diep raakt, werd bij de genodigden een oproep gelanceerd een bijdrage te storten aan Welzijnszorg in de strijd tegen digitale armoede. Het initiatief werd niet alleen geapprecieerd, maar ook ruim opgevolgd. Een feest om nooit te vergeten. Zalig zij die geven!



Hier kun je een inzamelingsactie opzetten: https://acties.welzijnszorg.be/nl-NL/campaigns Lukt dat niet? Aarzel niet om ons te contacteren, we helpen je graag verder.
acties.welzijnszorg.be/nl-NL/campaigns
Onderwijsmaterialen
Jordy
Marlies Algoet, Lector & onderzoeker taal bij Odisee, Educatieve Bachelor Kleuteronderwijs en Coördinator PG Leescoach Toverbosser vertelt:
Ik heb Jordy en zijn vriendjes in mijn hart gesloten! Dat Jordy ook bij de kleuters in de smaak valt, maakt me blij: het is belangrijk dat kinderen in armoede een stem krijgen en dat het taboe rond armoede doorbroken wordt. Het was zo verrijkend om aan dit project mee te werken. Jordy is veel meer dan een leuk verhaal en een bijhorende handleiding. Jordy leert ons dat elke kleuter gehoord en gewaardeerd moet worden. Volgens mij draagt Jordy echt een steentje bij tot meer tolerantie in onze superdiverse maatschappij.
Robby en ik

Kolet Janssen, schrijfmama van Robby, vertelt:
Al minstens tien jaar schrijf ik de Robbyverhalen voor de campagnes van Welzijnszorg. Robby werd elk jaar echter en ik beschouw hem stilaan als een familielid met wie ik een jaarlijks hartelijk rendez-vous heb. De belevenissen van Robby en zijn vrienden Jeroen, Fatmira en Lena zitten in mijn hoofd en in mijn hart en ik zou helemaal niet verrast zijn als ik ze op een dag in een hoekje van de speeltuin zou zien zitten stoeien en kletsen met elkaar.
Ik leerde de wereld van de kansarmen kennen dankzij de eerste ouders van onze pleegkinderen. Eerst was het voor ons een vreemde wereld, maar we leerden snel de onontkoombare logica van oorzaken en gevolgen. We begrepen beetje bij beetje dat onze oplossingen lang niet altijd werkten voor hen. We zagen hoe ze essentiële vaardigheden misten en aanliepen tegen onoverbrugbare muren. We leerden door onhandigheden heen kijken en zagen hun grote liefde voor de kinderen die ook wij in ons hart hadden gesloten.
Na het eerste botsende aftasten leerden we elkaar waarderen. Ik besefte voor het eerst haarscherp hoe je je met een minimuminkomen geen enkele miskoop kunt veroorloven. En hoe de stress om wat er allemaal kon fout lopen, zorgde voor extra problemen.
Jordy leert ons dat elke kleuter gehoord en gewaardeerd moet worden.
Het was een les voor het leven. En het zorgde ervoor dat kansarmen een warme plek kregen in mijn hart. Want voor hen is het leven nooit zo eenvoudig als sommige mensen dat graag voorstellen. Ze hebben vaak geen geluk gehad in hun leven en verdienen een portie extra krediet en de nodige steun om iets op te bouwen. Van hun inventiviteit en veerkracht kunnen we nog iets leren. Welzijnszorg bewaakt hun belangen met veel hart, kennis en expertise en daar wilde ik dus graag aan meewerken met het schrijven van de Robbyverhalen.
Elke mens vindt zijn eigen situatie normaal. Dat geldt voor grote mensen en ook voor kinderen. Een kind dat woont in een huis dat piekfijn in orde is, in een gezin zonder financiële problemen, met ouders die helemaal mee zijn in hoe onze maatschappij draait, kan zich haast niet inleven in de situatie van een kind in kansarmoede. Als er op vele vlakken onverwachte moeilijkheden opduiken die allemaal samenhangen vormen die soms een ondoordringbaar web dat mensen klein houdt en isoleert. Welzijnszorg kaart dat elk jaar aan met een andere invalshoek.

Met verhalen kun je een moeilijke, soms abstracte problematiek concreet, bespreekbaar en inleefbaar maken. Kinderen ervaren in de verhalen hoe het voor mensen als Robby en hun gezin kan mislopen en wat je daaraan kunt doen. Elk jaar opnieuw. Als kinderen dat van jongs af aan meekrijgen, als ze Robby en zijn vrienden in hun hart sluiten en voor hen opkomen, is er hoop voor de toekomst.
Robby maakt steeds nieuwe dingen mee. Maar zijn problemen zijn ook na al die jaren niet achter de rug. Daarom houden we hem levend. Dat zijn we alle kansarmen in ons land verschuldigd. Want net als zij, is Robby dapper en taai en vecht hij tegen elke uitdaging. Tegen uitsluiting en armoede in elke vorm, altijd en overal.
www.koletjanssen.be
Pola
Joost Bert, Grafische vormgever, vertelt:
Ik ben Joost en heb vijf jaar bij Welzijnszorg gewerkt als grafische vormgever. Een 5-tal jaar terug kwam een oude bekende (Kusum Mertens) mijn bureau binnengewandeld met een even boeiende als open vraag: “ik moet een aanbod rond armoede voor het secundair onderwijs ontwikkelen.” Het armoedethema is me altijd dierbaar geweest, dus de creatieve uitdaging rond dit thema werd warm verwelkomd.
We brainstormden samen over de manier waarop we armoede bespreekbaar zouden kunnen maken, aangepast aan de doelgroep. Het succes van Robby indachtig beslisten we in te zetten op een centrale figuur die we in verschillende situaties konden laten opdraven: Pola was geboren.
Dan volgde het fijne maar niet evidente proces om alle nevenpersonages en verhaallijnen te creëren, met als grootste uitdaging de soms dunne lijn tussen de uiteenlopende eigenschappen die van Pola het juiste rolmodel konden maken. Ze moest in een armoedesituatie leven, maar ook een trotse, verkeerkrachtige jongedame zijn.
Met Marc Borgions vonden we een topillustrator met veel ervaring in animatie en konden we Pola écht tot leven brengen. Ik ben nog steeds, na al die jaren, heel trots op de mooie resultaten die we jaarlijks neerzetten. Dankbaar dat ik de grafische vorming en website hiervoor mag verzorgen.
BROEDERLIJK DELEN VOERT CAMPAGNE:

anders doen
Klimaat. Armoede. Oorlog. Energie. De ene crisis is nog niet voorbij, of daar is de volgende al. Toeval? Allesbehalve. De onstilbare honger van ons economisch model drijft mens en planeet voorbij hun grenzen. Het zijn vooral de armste en meest kwetsbare landen die het hardst getroffen worden, hoewel zij het minst bijdragen tot het probleem.
Tijd voor actie
We komen op straat en laten onze stem klinken.
Er is een alsmaar grotere groep bewuste burgers die met een kritische blik naar de wereld kijkt en beseft dat het anders moet. Meer nog, we komen op straat en laten onze stem klinken. De hamvraag: hoe houden we het vol? Na alle luide protesten en gedurfde acties, is er nog maar weinig structureel veranderd. Integendeel, het slechte nieuws stapelt zich op. Ook krijgen we door een mondige groep pessimisten voortdurend te horen dat iedere poging tot verandering hopeloos is. Een druppel op een hete plaat …
De 25%-revolutie
Je zou je voor minder afvragen: een echt verschil maken, kan dat? Wij geloven van wel. Wist je dat een kwart van de bevolking volstaat om blijvende verandering in de samenleving te realiseren? Daarom roepen wij op tot de 25%-revolutie: een activistische beweging die streeft naar een duurzame wereld zonder ongelijkheid. Een beweging met delen en herverdelen als haar vreedzame strijdwapens. Een beweging die solidariteit en soberheid hoog in het vaandel draagt.
Ontdek hoe jij kan meedoen op revolutie.broederlijkdelen.be
25% 100% met de kunnen we het
vzw Krijt
WE
SPRAKEN MET COLETTE VICTOR, ALGEMEEN COÖRDINATOR

VZW KRIJT

Er zijn nog steeds te veel financiële drempels in ons onderwijssysteem om leerlingen in armoede dezelfde kansen te kunnen bieden als andere leerlingen. Daarom stond Welzijnszorg vzw mee aan de wieg van vzw Krijt. Vzw Krijt ondersteunt scholen om deze drempels niet enkel te identificeren, maar om een beleid te ontwikkelen om deze drempels zo goed mogelijk weg te werken. Ze staan scholen bij in het vormen van armoedevaardig schoolpersoneel en het verminderen van financiële stress voor zowel de school als de ouders.
Daarnaast leidt vzw Krijt onderwijsprofessionals op om zelf scholen te begeleiden bij het ontwikkelen van een bewust armoede- en/of kostenbeleid.
Maar liefst 1 op 5 kinderen in België groeit op in armoede. Deze kinderen ondervinden ook op school hierdoor problemen. Ze kunnen niet mee op uitstap, ze hebben geen boeken, ze kunnen hun huiswerk niet maken omdat ze geen toegang hebben tot een laptop of een stabiele internetverbinding of ze zijn niet in staat om de richting te kiezen die ze willen omdat hun ouders het niet kunnen betalen.
“Elk nieuw schooljaar blijft voor sommige leerlingen het leerpotentieel opgesloten in een magazijn: hun boekentassen zijn leeg. Sommige ouders verdienen niet genoeg om de aanzienlijke kost van schoolboeken op te hoesten. Maar er is meer: sommige leerkrachten bestellen invulboeken zonder naar de kostprijs te kijken, ook al belanden die tien maanden later bij het oud papier. Vereist die ene aanpassing van de Wereldatlas dat iedereen een nieuw exemplaar aankoopt?
Armoede-organisaties trekken al jaren aan de alarmbel. ‘Bij de beenhouwer krijg je ook geen biefstuk zonder ervoor te betalen’, vertelde een van de grootste leveranciers in Vlaanderen. Maar het gaat hier over de toekomstkansen van kinderen. De leveranciers kiezen om hun brood te verdienen in de onderwijssector, dan zou je toch een beetje verantwoordelijkheid en ethiek verwachten. Of niet?
Behalve de verplichte boeken bieden leveranciers ook extra’s zoals fluo-stiften en stylo’s aan. Ouders die minder geschoold zijn, niet vlot overweg kunnen met de computer, of de taal niet goed begrijpen, vinken die soms aan omdat het niet duidelijk is dat ze optioneel zijn. Terwijl ze vaak duurder zijn dan in de supermarkten.
Sommige leveranciers bieden wel afbetalingsplannen aan, maar vaak gaat het om afbetalingsplannen op drie opeenvolgende maanden. Dan blijft het bedrag per maand nog steeds te groot voor gezinnen in armoede, zeker met meerdere kinderen in het secundair onderwijs. Woekerwinsten overvleugelen zo het recht op onderwijs.
Bij het begin van elk schooljaar hebben politici de mond vol van hoe belangrijk het is dat álle leerlingen starten met het nodige materiaal. Krokodillentranen. Hoe lang laten we dit nog toe? Hoe lang knikken we naar ministers die spreken over excellent onderwijs, maar toelaten dat kinderen zonder boeken zitten? Waar wachten we nog op om van politici tot onderwijskoepels, van directies tot leerkrachten te eisen dat ze de daad bij het woord voegen?
Onder leerlingen in armoede zijn er net zoveel intelligent als in kansrijke milieus. Hoe lang smijten we de kansen van die leerlingen nog in de goot? Hoe sterk zou Vlaanderen staan als we al dat potentieel vastpakken en ontwikkelen? Dat zou pas écht excellent onderwijs zijn!”
Dit artikel verscheen eerder in de Gids op Maatschappelijk Gebied in september 2022
Beleef het Inleefatelier in Hasselt
Eind december organiseerde Welzijnszorg in het kader van de Warmste Week samen met Studio Globo een aantal inleefateliers in Hasselt. Liesbeth nam deel, en koppelde haar ervaringsverhaal aan haar eigen actie tegen armoede..
“Loop even rond in ons fictieve dorp en kies puur op uiterlijk een foto van een inwoner die jou aanspreekt. Dit zijn allemaal echte inwoners van Runkst. De komende uren zal je in de huid kruipen van deze persoon terwijl we het inleefspel spelen.”
Voorzichtig schuifel ik met de andere deelnemers van het inleefatelier dat Welzijnszorg organiseert ten voordele van de Warmste Week rond in de nagebouwde huisjes en bekijk nieuwsgierig de inwoners van de wijk. Iemand puur selecteren op uiterlijk? Het voelt meteen al wat politiek incorrect aan. Ik twijfel dan ook en terwijl ik besluiteloos wat sta te dralen, zie ik hoe de foto’s één voor één verdwijnen. Begeleidster Inge duwt mij het enige overgebleven karakter in de handen: Manuella. ‘Verdorie’, denk ik, ‘tot zover de keuze…’
Al gauw maakt de aanvankelijke onzekerheid plaats voor een voorzichtig soort van enthousiasme: Manuella ziet er een toffe madam uit op de foto: ongeveer mijn leeftijd, een


open blik en een piercing in de neus. In haar omschrijving lees ik dat ze net als ik moeder is van 2 kinderen. Het gedeelde moederschap stelt me gerust. Mama zijn, dat ken ik. Dat ben ik. Wanneer ik verder lees, stopt de vergelijking. Manuella is een alleenstaande moeder. Zelf groeide ze
op in een tehuis. Zonder er in detail op in te gaan lees ik dat Manuella via een vluchthuis uiteindelijk in Runkst is beland. Ze is gedeeltelijk invalide door een nekletsel en kan niet werken. Toch zie ik de vechtlust in haar ogen en lees ik hoe ze zich inzet als vrijwilliger in de wijk. Ik voel meteen sympathie voor haar.
“Leef je zo goed mogelijk in in je personage!” kregen we als opdracht mee. Moeiteloos bijna voel ik hoe deze Manuella zich in mijn lijf en hart nestelt. De komende uren voer ik in haar naam allerlei opdrachten uit. Als ‘Liesbeth’ ben ik nogal voor de ‘sfeer en gezelligheid’ in huis. Ik heb kerstbomen, kerstballen en slingers in alle formaten en kleuren op zolder liggen. Elk jaar koop ik nieuwe dingen bij. Wanneer ik rondkijk in het armzalige, kale huisje van Manuella, besluit ik dat mijn eerste opdracht prioritair is: mijn 2 jonge dochters willen een kerstboom. Met een beperkt budget van slechts 5
euro ga ik shoppen in de Kringwinkel om wat kerstversiering en enkele kerstcadeautjes te halen voor de kinderen. Ik kan wat afdingen op de prijs omdat een aantal dingen die ik koop eigenlijk stuk zijn en ben best tevreden met het resultaat. De eerste opdracht is volbracht. De gedachte aan mijn eigen uitpuilende zolder vol kerstversiering en de blik in de ogen van mijn eigen kinderen mocht ik hen deze cadeautjes effectief geven op kerstavond dwing ik snel naar een achterkamertje in mijn hoofd. Als Manuella ben ik trots dat dit me gelukt is.
Dit was de enige en meteen ook de laatste keer tijdens het spel dat ik een positieve emotie ervoer, besef ik achteraf. Vanaf dan gaat het alleen nog maar bergaf met Manuella. Een man van de energiemaatschappij komt kijken en vertellen hoe ik mijn huis beter kan isoleren en energiezuiniger maken. Ik schaam me wanneer ik op elke vraag die hij stelt ‘neen’ moet antwoorden. Neen, ik heb geen tochtstrips. Neen, ik heb geen folie op de ruiten of achter de radiator. Neen, mijn vloer is niet geisoleerd. Neen, mijn dak is niet geisoleerd. En neen, zonnepanelen heb ik ook niet… Hij zegt me dat ik met weinig geld al veel zelf kan doen, spreekt over de aankoop van dikke gordijnen en laat me een afbeelding van mobiele zonnepanelen zien van 300 euro. Ik kan alleen maar denken ‘ik heb net moeten krabben om 5 euro te betalen in de Kringwinkel
om mijn kinderen een beetje een kerstgevoel te kunnen schenken. Waar zou ik in godsnaam geld moeten halen voor dikke gordijnen?!?’
Mijn huis baart me inderdaad al langer zorgen. Ik besef heel goed dat het niet in orde is, maar ben bang om er al te veel van te zeggen tegen de huisbaas uit angst dat hij de huurprijs zal optrekken. Ik ben de afgelopen jaren al zo vaak moeten verhuizen, van het ene slechte huis naar het andere. Ik sta al 5 jaar op de wachtlijst voor een sociale woning en lijk maar niet op te schuiven op die verdomde lijst…
Op dat moment valt er een brief in de brievenbus. Een bevel tot uithuiszetting. Vol ongeloof lees ik en probeer ik te begrijpen wat er staat. Temidden van alle koninklijke en wettelijke bepalingen en ander juridisch jargon waar ik (zowel Manuella als Liesbeth) geen touw aan kan vastknopen, kom ik een zin tegen die ik versta: er zit asbest in de vloer.
Alles in mij komt in opstand. Gedreven door een boosheid en woede die zich nestelt als een dikke vuurbal in mijn maag trek ik met de brief richting het OCMW. ‘Ik ga me niet laten doen!’, spreek ik mezelf moed in tijdens de luttele meters die ik wandel tot aan het gebouwtje waar de sociaal werkster gehuisvest is. Ik tref een gesloten deur aan. Daar sta ik dan met al mijn samengebalde
woede. Ik kijk rond me en zie een grote bedrijvigheid aan het pleintje. De andere personages zijn allemaal in gesprek over één of ander initiatief om een kerstfeest te organiseren in de buurt. Ik sta erbuiten en kijk ernaar. En voel me buitenspel gezet. Letterlijk en figuurlijk.

Wanneer ik eindelijk terecht kan bij de sociaal assistente met mijn brief, heb ik niet de kans om hem op tafel te leggen. Eerst moet er nog een hele papierwinkel doornomen worden, vooraleer ze me zelfs nog maar te woord wil staan. Ik voel me klein, vernederd en zo, zó boos…
Wanneer de woede wat gezakt is, lees ik de brief opnieuw. De uithuiszetting zou ervoor kunnen zorgen dat ik voorrang krijg op de lijst voor een sociale woning. Ik krijg weer hoop. Zo snel als ik kan, maak ik de
“Vol ongeloof lees ik en probeer ik te begrijpen wat er staat.”
hele papierwinkel voor het OCMW in orde en probeer een nieuwe afspraak vast te krijgen. Dit lukt en met hernieuwde kracht stap ik het bureau van de sociaal assistente binnen. Daar wacht me al snel een koude douche. “U komt niet in aanmerking voor de voorrangsregel, mevrouw, u heeft ooit te laat gereageerd op een brief van de huisvestingsdienst waardoor voor u de voorrangsregel vervalt.”
Platgeslagen zak ik onderuit in mijn stoel. “Wilt dit dan zeggen” hoor ik mezelf vragen, “dat ik straks met mijn 2 kinderen op straat sta?” “Ik vrees van wel… Het spijt me heel erg, maar ik kan op dit moment niks meer voor u doen.” Met die woorden staat ze op en hangt ze een plaatje aan de deur van mijn huis waarop staat ‘onbewoonbaar verklaard’.
Dag woede. Dag hoop. Dag kracht. Dag mens… Verslagen en als verdoofd stap ik naar buiten, waar het ondertussen heel stil is geworden. Alle blikken zijn op mij gericht. Ik kan nog net stamelen dat ik geen huis meer heb; dat ik dakloos ben; dat mijn dochters dakloos zijn. Dan legt begeleidster Inge het spel stil. Genoeg ingeleefd.
We verzamelen om samen even terug te blikken op wat we gevoeld en meegemaakt hebben tijdens het spel. Het spel. ‘Dit is geen spel,’ denk ik bij mezelf. Meer dan ooit dringt het besef door dat dit gaat om men-
sen van vlees en bloed. Kan je na zo’n inleefatelier zeggen dat je echt hebt ervaren wat leven in armoede is? Natuurlijk niet. Maar het stukje dat ik ervan heb mogen proeven laat een wrange en bittere nasmaak achter. We sluiten de namiddag af met wat we willen meenemen en wat we willen achterlaten wanneer we straks weer naar huis gaan. Ik twijfel heel erg over wat ik wil zeggen. Want ik wil heel graag mijn boosheid achterlaten. De boosheid die ik als Manuella voelde over ‘het systeem’ dat toeliet dat ik met 2 kinderen op straat zou belanden. Ik heb die boosheid letterlijk in mijn lijf gevoeld en wil ze graag achterlaten wanneer ik terugkeer naar mijn man, kinderen en overdadig versierde huis. Tegelijkertijd wil ik als Liesbeth die boosheid meenemen. Ik wil die wrange nasmaak blijven proeven. Niet alleen vandaag, maar ook morgen, volgende week, volgend jaar,… En mij boos blijven maken over een
systeem dat toelaat dat vandaag de dag in België mensen als Manuella op straat belanden.
Zaterdag vieren we Kerstmis. Ik voel dat ik de komende dagen wat schroomvoller ga zijn om al te gemakkelijk woorden van hoop en licht in de wereld in de mond te nemen. Voor sommige mensen zal deze kerstperiode donker zijn, met een hoofd vol zorgen en een bang hart voor wat komen gaat. En toch hoop ik dat iets van de oprechte solidariteit die leeft tijdens deze Warmste Week tot bij hen geraakt, in welke vorm dan ook. In elke actie wordt het kerstkindje opnieuw geboren.
Liesbeth Corvers Gepubliceerd op Kerknet op 20 december 20221
1. www.kerknet.be/bisdom-hasselt/blog/warm

Vul de juiste antwoorden in, in de grijze vakjes zie je een nieuw woord verschijnen. Stuur het juiste antwoord voor 15 maart 2023 naar info@welzijnszorg.be en maak kans op een CD-boekje
Hoe speel ik het klaar? Hoe houd ik het uit?
Met 8 zijn ze dit jaar: leerlingen in mijn klas die ‘extra zorg’ nodig hebben. Zo staat het netjes op papier. Maar ik mag er elke dag mee aan de slag.
Ze vinden het moeilijk om hun aandacht bij de les te houden. Te veel zorgen aan hun hoofd?
Honger? (Met een lege maag kan je niet denken.) Of hun Nederlands is niet goed genoeg om te kunnen volgen. Schoolwerk dat thuis moet gebeuren? Bijna nooit in orde.
En toch moet ik ze mee krijgen, samen met de 14 anderen. 22 zo verschillende leerlingen, elk met een eigen startpositie. Ze lopen elk in een andere baan en ik mag zorgen dat ze alle 22 dezelfde meet halen. Hoe speel ik het klaar?
Met 11 zijn ze dit jaar: leerkrachten die mekaar afwisselen voor onze neus. Enkele van hen hebben er geen idee van hoe het er bij ons thuis aan toe gaat. Ze denken dat elk gezin lijkt op dat van hen. Ze verwachten dingen die helemaal niet haalbaar zijn.
Ik ben nog moe van mijn weekendwerk, ik begrijp maar de helft van wat ze vertellen en ik heb honger. Het interesseert me ook niet. Wat kan het mij schelen?
Er zijn er die wel hun best doen, maar wat haalt het uit? Als ze me met rust laten, niet te veel moeite doen, dan krijg ik zeker geen valse hoop. 30 juni is nog zo lang… Hoe houd ik het uit?
Wil je deze W-info liever in je mailbox ontvangen? Stuur een mailtje naar info@welzijnszorg.be en de volgende editie ontvang je digitaal.
Contact:
Welzijnszorg vzw, Huidevettersstraat 165, 1000 Brussel info@welzijnszorg.be, Tel 02/502 55 75
Steun ons:
BE21 0000 0000 0303
Grafische vormgeving:
Gevaert Graphics

Foto’s:
Layla Aerts, Jan Demuynck, Alain Bruyndonckx, Inneke Gebreurs, Colette Victor
Teksten:
Marlies Algoet, Joost Bert, Helen Blow, Liesbeth Corvers, Chris De Cock, Kolet Janssen, Chris Schulpen, Hadewijch Vanhove, Colette Victor
Verantwoordelijke uitgever: Koen Trappeniers, Huidevettersstraat 165, 1000 Brussel
Drukwerk: gedrukt op gerecycleerd FSC papier. De folie is, op vraag van b-post, niet afbreekbaar maar wel recycleerbaar. Stop hem in je blauwe zak.
Wat doen we met jouw gegevens? Meer info over ons privacybeleid vind je op www.welzijnszorg.be/privacy-en-cookie-beleid. Zijn jouw gegevens niet correct, ontvang je liever enkel digitale post of wil je geen communicatie meer van ons ontvangen, stuur dan gerust een mail naar info@welzijnszorg.be
Transparantie en ethische fondsenwerving: We vinden het belangrijk dat onze fondsenwerving op een correcte en ethische manier verloopt en dat onze schenkers kunnen nakijken hoe we fondsen verzamelen en inzetten.
Welzijnszorg vzw onderschrijft de Ethische Code van de VEF.
Welzijnszorg wordt erkend door Donorinfo, het onafhankelijk informatiecentrum over goede doelen in België. Meer weten: www.donorinfo.be

Bedankt vrijwilliger!
Het thema van de Week van de Vrijwilliger 2023 is “Iedereen wint met vrijwilligerswerk”.

Vrijwilligerswerk zorgt bij vrijwilligers voor relevante ervaring, tonnen plezier én een goede daad. Organisaties krijgen dan weer enthousiaste helpende handen erbij en breiden hun team uit. Bij Welzijnszorg zouden we niet zonder kunnen. Ook voor de maatschappij is vrijwilligerswerk een grote meerwaarde, aangezien onze samenleving er enkel mooier van wordt. Iedereen wint dus!
