Onder nemers

Af en toe is de som van één plus één drie. Extra toegevoegde waarde realiseren is ook de uitgesproken ambitie van Port of Antwerp-Bruges. Op die manier streeft de haven ernaar om dé groene energiepoort van West-Europa te worden.
Eén van de belangrijkste containerhavens in Europa, één van de grootste stukgoedhavens en de grootste overslaghaven voor voertuigen: Port of Antwerp-Bruges kan mooie cijfers voorleggen. Maar de haven is meer dan transport, meer dan tonnen, meer dan TEU’s. Als een van de belangrijkste havens van Europa wil de haven ambitieuze duurzaamheidsprojecten opzetten, die het potentieel hebben om internationaal baanbrekend te zijn.
We willen de eerste wereldhaven zijn die mens, klimaat en economie met elkaar verzoent.
Jacques Vandermeiren, CEO Port of Antwerp-Bruges
Groene waterstof, geproduceerd met hernieuwbare energie, zal een doorslaggevende rol spelen in de energietransitie. De combinatie van de inlandligging van de Antwerpse industriële cluster en de Brugse kustligging biedt een kans om energieuitdagingen in Vlaanderen en daarbuiten aan te pakken. Zo wil Port of Antwerp-Bruges de leidende Europese importhub voor groene waterstof worden en een actieve voortrekkersrol spelen in de waterstofeconomie. De complementariteit van beide havensites is daarbij het beste antwoord op de uitdagingen van vandaag en morgen.
Meer weten?
Check www.portofantwerpbruges.com
Daar zetten we op in dit jaar.
De opeenvolgende crisissen van de voorbije 3 jaar hebben diepe sporen nagelaten en er is weinig reden om aan te nemen dat we op korte termijn mirakels zullen meemaken. Het IMF verwacht dat minstens één derde van de wereld in een recessie terechtkomt. Volgens de OESO zal de potentiële economische groei in de komende jaren amper 0,8% bedragen. De toestand van de financiële markten en de geopolitieke realiteit voorspellen weinig goeds.
Heel wat bedrijfssectoren kennen een economische terugval met een vertraging en vermindering van de vraag. Een negatief of nulgroeiscenario is daarbij niet uitgesloten. De inflatie en de daaraan gekoppelde automatische loonindexering vertalen zich dit jaar in een ongeziene verhoging van kosten en lasten, met nefaste gevolgen voor onze competitiviteit en productiviteit. Op 3 jaar tijd stijgen de loonkosten met meer dan 20%, waardoor de concurrentiehandicap tegenover onze buurlanden sterk oploopt en bijna 6% bedraagt in 2023. Ondertussen loopt de interimarbeid terug, verhoogt het aantal tijdelijke werklozen en treffen faillissementen vooral bedrijven die jonger zijn dan 5 jaar.
Wat de stand van het land betreft, is de situatie uitermate verontrustend. In 2023 komen onze overheden naar schatting uit op een begrotingstekort van om en bij de 6% van het BBP, het equivalent van 34 miljard euro. De schuldgraad gaat de verkeerde kant uit en het overheidsbeslag bedraagt ondertussen meer dan 50%, en dan heb ik het nog niet over de vele heikele dossiers en hete hangijzers, die telkens weer de inefficiëntie en inertie van ons staatsbestel en bestuursmodel blootleggen. De recente rapporten van de Europese Commissie en het IMF tonen aan dat er op meerdere fronten dringend en grondig moet ingegrepen worden. De internationale rapporten bevestigen de bezorgdheden en aanbevelingen van Voka.
— PHILIPPE DE VEYT -De feiten zijn onweerlegbaar. De status quo is in deze situatie geen optie. Onze gemeenschappelijke welvaart en maatschappelijk welzijn staan op het spel. Tot dusver zijn we er met zijn allen in geslaagd om met noodmaatregelen en symptoombestrijding min of meer de schade te beperken. De realiteit van vandaag toont echter aan dat we met die aanpak op onze limieten botsen en de toekomst hypothekeren. Structurele ingrepen en fundamentele probleemoplossing zijn een absolute must om de essentiële economische en sociale randvoorwaarden voor blijvende welvaart en welzijn te creëren. Hervormen is de boodschap. Meer nog: hervormen is een morele plicht. Hervormen vereist slagkracht. Politiek de volle verantwoordelijkheid nemen en de daad bij het woord voegen vergt slagkracht. The time is now, 2023 is het enige moment dat het nog kan.
Zeitenwende werd het woord van het jaar in Duitsland. In het Engelse taalgebied ging men voor permacrisis. 2022 zal de geschiedenis in gaan als disruptief en historisch, als een echt scharnierjaar. Het goede nieuws is dat we een stuk naïviteit zijn kwijtgeraakt. Zonder daadkracht zal het in het komend decennium niet meer lukken. De tijd van het gemakkelijke succes ligt achter ons. Een ‘zesje’ is niet meer goed genoeg. Nergens zal de weg van de minste weerstand nog tot resultaat leiden. En laat dat in onze ondernemerswoordenschat vooral goed nieuws zijn.
Ik wens jullie van harte het allerbeste voor 2023!
“Hervormen is de boodschap. Hervormen is de morele plicht van onze politici.”
VOORZITTER
Henri Valcke vertegenwoordigt de derde generatie in het familiebedrijf, dat zijn roots heeft in de jaren 60 en zich toelegt op de vrijetijdsindustrie. In amper 5 jaar tijd heeft hij zich een status als ‘Mister Europe’ aangemeten. Namens de Amerikaanse groep Brunswick (de belangrijkste leverancier van bowlingmateriaal wereldwijd) is hij de exclusieve agent in net geen 10 Europese landen.
www.voka.be/west-vlaanderen Maatschappelijke zetel: Pres. Kennedylaan 9A, 8500 Kortrijk, info.wvl@voka.be - Hoofdredacteur: Joke Verbeke Redacteurs: Margot Dhondt, Kenneth Oroir, Conny Van Gheluwe - Vormgeving: Pieter Claerhout
Mediaregie: Sven Van Ryckeghem
Fotografen: Stefaan Achtergael, Dries Decorte, Kurt Desplenter, Michel Vanneuville, Els Verhaeghe
Journalisten: Karel Cambien, Stef Dehullu, Margot Dhondt, Roel Jacobus, Joyce Mesdag, Bart Vancauwenberghe, Dirk Vandenberghe Druk: INNI GROUP
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvuldigd, opgeslagen of openbaar gemaakt, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Met de overname door het Canadese familiebedrijf Cooke Inc. haalt Morubel een stabiele factor binnen met het oog op de toekomst. Het is de 6de nieuwe eigenaar in het bijna 70-jarige bestaan van de Oostendse Europese marktleider in diepvriesgarnalen. “Cooke krijgt via ons nu voet aan de grond op de Europese retailmarkt. En wij kunnen het assortiment dat we verwerken, verpakken en verdelen verder verbreden”, vertelt Gino Maus, CFO sinds 1989.
“Wij
La Morue Belge – later werd dit Morubel – werd in 1954 opgericht door Oostendse zelfstandigen die inspeelden op de IJslandvaarders. Aan de Hendrik Baelskaai werd de kabeljauw ingezouten, om daarna te worden verscheept naar de toenmalige kolonialen in Congo. “Met de komst van de diepvriezer in de huishoudens in de jaren 70 kreeg de verwerking een nieuwe invulling. Het was ook het moment dat naast de Noordzeegarnalen ook tropische warmwatergarnalen – de roze garnaal – beschikbaar werden. In India werden die gevangen, gepeld, in blok ingevroren en daarna naar Oostende gebracht. Wij ontdooiden, kookten en herverpakten die. We leerden in die periode ook de Belgen scampi eten, als voorgerecht op
restaurant én thuis. Die worden individueel ingevroren met stikstof, om niet aan mekaar te klitten.”
Overnames – the sequel Nog in de jaren 70 begon een reeks van overnames die Morubel door de jaren heen geen windeieren heeft gelegd. “In 1974 namen Jean Snijkers, de latere Oostendse havenvoorzitter Paul Gerard en Roland Debruyckere (vader van Miguel, de stichter van het Nieuwpoortse visbedrijf Gadus) Morubel over. Zij startten naast diepvries ook met een afdeling verse vis waarbij Noordzeevis werd aangekocht, gefileerd en vers verkocht aan onder meer Makro. In 1989 verkochten ze Morubel aan Campbell Soup Company, dat het 1 jaar later doorverkocht aan de Engelse voedingsgigant Albert Fisher. Toen die in 1999 failliet ging, ontsprongen wij de dans toen Heiploeg ons overnam. Met onze diepvries tropische garnalen en hun verse Noordzeegarnalen waren we heel complementair.”
“In 2014 werd ook Heiploeg failliet verklaard omwille van de torenhoge boetes voor de zaak van concurrentievervalsing met verse Noordzeegarnalen. Opnieuw
— GINO MAUSbleven we gespaard omdat we toen enkele maanden in een Nederlandse stichting werden ondergebracht, waarna de Nederlandse private-equityspeler Bencis Capital Partners ons in portefeuille nam. In 2016 namen we zelf het Duitse Ristic over, met een kwekerij van biologische garnalen in Costa Rica, en later volgde ook de overname van Telson in Nederland, specialist in verse Noordzeegarnalen.”
Familiale groep
“De afgelopen 2 jaar waren heel goed, maar de toekomst oogt onzeker door de hoge inflatie en de gestegen energieprijzen. Dé vraag is: wat is de prijs die de consument straks wil betalen? Dat de retailers niet happig zijn op prijsverhogingen, is bekend. In het horecaverhaal hebben we een betere marktpositie, maar ook daar bepaalt de consument de markt. We zullen nog meer onze sterktes moeten uitspelen: hoge kwaliteit, just in time-levering en dicht bij onze klanten aanwezig zijn.
“Afgelopen zomer was de investeringshorizon van 8 jaar bereikt voor Bencis. Op 9 augustus werd Cooke Inc. onze nieuwe eigenaar, de wereldleider op het vlak van Canadese zalm. De groep telt 25 productievestigingen en 657 schepen, verkoopt in 67 landen, telt 10.000 medewerkers en heeft een omzet van 1,8 miljard euro. Met onze 100 medewerkers en 82 miljoen euro omzet zijn wij dus een kleine garnaal in de groep.” (lacht)
“Via ons krijgen ze toegang tot onze markt. De helft van onze omzet halen we uit de verkoop aan grootwaren-
huisketens in heel Europa. Zo’n 35% is bedoeld voor de voedingsindustrie aan wie we in bulk ingrediënten voor onder meer pizza’s, paella’s, bereide maaltijden en salades leveren. Ook hier spelen we in heel Europa, maar met een sterke focus op het zuiden. Een kleine 20% is bestemd voor de foodservice die levert aan de horeca. Dat is beperkt tot België en Nederland en een deel in Spanje. Met de komst van Cooke kunnen wij ook ons assortiment verbreden. Zo zijn ze naast Canadese ook heel sterk in Schotse zalm en met hun bedrijf Seajoy kweken ze in Honduras en Nicaragua jaarlijkse 13.500 ton hogekwaliteitgarnalen die voor een deel ook naar ons zullen komen voor verdere verwerking. Ook zeebaars uit Spanje zal via ons in de Europese rekken belanden.”
“Kortom: met Cooke hebben we alvast een héél sterke aandeelhouder die operationeel én op lange termijn denkt. Zo gaan we dit jaar zowel op onze daken als in de niet-bebouwde zones een zonnepanelenpark aanleggen dat een kwart van onze stroomproductie zal dekken.”
(SD - Foto’s DD)
“Met Cooke hebben we een héél sterke aandeelhouder die operationeel én op lange termijn denkt.”
De groep Gluecom van de West-Vlaamse ondernemers Louis Piette en Xavier Desimpel heeft het productgamma van haar Duitse sectorgenoot Fritz Haecker overgenomen. Beide bedrijven zijn marktleiders op wereldschaal in de ontwikkeling, productie en verkoop van op proteïne gebaseerde lijmen, ook ‘jelly glues’ genoemd, een niche in de markt van de industriële lijmen. De merken Plakal van Fritz Haecker en Demcopack van Gluecom worden verkocht in meer dan 80 landen wereldwijd. De productie van Fritz Haecker zal overgebracht worden naar de Gluecom-vestiging in Lokeren.
Om nog meer te kunnen inzetten op duurzaamheid, schreef Gluecom in op de call van Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir om van Vlaanderen een toonaangevende recyclagehub te maken. Het werd samen met 7 andere Vlaamse bedrijven geselecteerd. Gluecom ontwikkelde een proces om gelatinerecyclaat op kleine schaal te recycleren tot dierlijke lijm. Het proces zal opgeschaald worden en op termijn zal een groot deel van de productie overschakelen op recyclaten om farmaceutisch gelatineafval te verwerken tot lijm.
Luchthaven Oostende-Brugge heeft er een uitstekend jaar opzitten. Het afgelopen jaar reisden 369.300 passagiers via de luchthaven, 67% meer dan in 2021 en opnieuw 81% van het aantal passagiers dat in 2019 via Oostende reisde. Ook op het vlak van cargo deed de luchthaven het opnieuw goed. Het verhandelde vrachtvolume bedroeg 51.000 ton.
ConXioN neemt FORT:LOX over
ConXioN uit Deerlijk heeft FORT:LOX overgenomen. Het bedrijf onder leiding van Koen Verlinde is gevestigd in Roeselare en is gespecialiseerd in endpoint- en netwerksecurity voor kleine en middelgrote bedrijven. Het telt 7 specialisten die verder vanuit het kantoor in Roeselare zullen blijven werken. De overname past in de ambitie van ConXioN om een toonaangevende securityexpert in West- en OostVlaanderen te worden.
Mydibel komt in handen van Clarebout
Clarebout, één van de belangrijkste spelers ter wereld op gebied van diepvriesaardappelproducten voor private labels, heeft eind december Mydibel overgenomen. “Met deze transactie zetten we een volgende stap in de uitrol van onze groeistrategie”, zegt Marc Van Herreweghe, CEO van Mydibel. “We hebben een sterke wereldwijde positie opgebouwd en kunnen rekenen op een solide team van medewerkers, partners en boeren. Met Clarebout als nieuwe eigenaar hebben we een betrouwbare partner
MeteoSupport verzorgt gedetailleerde weerinformatie voor events en sectoren
Pukkelpop 2011, de waterbom in 2021, de ijzelavond van 18 december: het zijn maar enkele voorbeelden van hoe het weer de veiligheid ernstig in het gedrang kan brengen. Om de impact van het weer op organisaties of de economie zoveel mogelijk te beperken, doen al behoorlijk veel publieke en private klanten een beroep op MeteoSupport. De onderneming van Nicolas Roose uit Anzegem ontstond uit een community van particulieren en biedt al enkele jaren een stevige meerwaarde voor zakelijke klanten.
lijk in de lucht hangen. Dat laat hen toe om te anticiperen en de uitvoering van al uitgestippelde noodplannen voor te bereiden. Zo communiceren we bijvoorbeeld proactief met gemeentelijke diensten over wanneer ze het best hun strooiploegen kunnen uitsturen. Als onze klanten wachten op de traditionele weerberichten op radio of tv, kan het eigenlijk al te laat zijn. Wij laten hen toe veel sneller te schakelen.”
Nicolas Roose was altijd al gefascineerd door onweer. “Ik stond in het onderwijs toen de ramp op Pukkelpop zich 12 jaar geleden voltrok. Omdat er op dat moment maar weinig organisaties waren die in realtime de gevaren van noodweer opvolgden, startte ik NoodweerBenelux op.”
Met Weerflash bouwde NoodweerBenelux intussen al een eigen app uit. “Die konden we bouwen dankzij een crowdfundingcampagne die 20.000 euro opbracht. Weerflash telt intussen al 15.000 gebruikers, terwijl NoodweerBenelux 150.000 volgers heeft. Weerflash kan heel nuttig zijn om op heel lokaal niveau de impact van extreme weersituaties in te schatten. Door de klimaatverandering zal onze service in de toekomst alleen maar aan belang winnen.”
Aanvankelijk was dat een online community van particulieren, die in 2015 een b2b-verlengstuk kreeg. “Toen Kurt Vanryckeghem (burgemeester van Waregem) wou samenwerken om voor events zoals Waregem Koerse, Dwars door Vlaanderen en Hype-o-Dream zo nauwgezet mogelijk de evolutie van het weer in de gaten te houden, besefte ik dat proactieve meteorologische ondersteuning een interessant businessmodel kon zijn. We informeren de klanten op voorhand over welk weer er op komst is en welke risico’s er letter-
Sinds 2015 doen al heel wat festivalorganisatoren, openbare diensten, bouwbedrijven, ondernemingen uit de verzekeringsen energiesector betalend een beroep op de diensten van MeteoSupport. “Bij mijn weten zijn we het eerste commerciële weerbedrijf in België dat een dergelijke ondersteuning biedt; in Nederland staan ze op dat vlak al wat verder. Vorige zomer waren we ook 24/7 actief tijdens de 3 weekends van Tomorrowland, wat ons heel wat positieve publiciteit heeft opgeleverd. In het voorjaar van 2023 kunnen we ons serviceniveau nog intensiveren, met de lancering van een onlineplatform. Dat biedt interessante kansen op het vlak van schaalbaarheid, al zal die digitale dienstverlening altijd hand in hand gaan met onze persoonlijke weeranalyses”, besluit Nicolas Roose. (BVC - Foto Kurt)
Je hebt een vraag over ondernemen, een reglementering, een moeilijke managementbeslissing? Stop dan even met Googelen en laat ons helpen.
Hoofdgebouw Ieper Business Park wordt uitvalsbasis
MBA Highlights Advanced start voor de tweede keer op 2 maart 2022. De residentiële opleiding bestaat uit 4 modules die inhoudelijk verzorgd worden door topprofessoren van Solvay Business School.
Het wetsontwerp dat de Europese Klokkenluidersrichtlijn omzet in Belgische wetgeving, werd op 27 oktober 2022 eindelijk in eerste lezing aangenomen in het parlement, en gepubliceerd op 15 december 2022. Dit betekent dat de maatregelen definitief in werking zullen treden op 15 februari 2023. Voor de meeste organisaties zal dit nieuwe verplichtingen met zich meebrengen, zoals bijvoorbeeld het opzetten van interne meldingskanalen. Waarmee moet je als werkgever allemaal rekening houden?
Module 1 | woensdag 2, donderdag 3 & vrijdag 4 maart 2022 | Growth & Corporate Finance Module 2 | vrijdag 1 & zaterdag 2 april 2022 | Influencing for success (onderhandelen en change) – Organisatiecultuur, effectieve groei, anatomie van falen in een interna
Een klokkenluider is een persoon die mistoestanden in een organisatie aan het licht brengt. Met de nieuwe regelgeving wil men een systeem invoeren zodat bepaalde inbreuken kunnen worden opgespoord en behandeld, en de klokkenluider beschermd wordt. Het materieel toepassingsgebied is ruim.
Interne en externe meldingskanalen Er is een verplichting om de vertrouwelijkheid van de identiteit van de melder én de onpartijdige opvolging van een melding te garanderen.
De Ieperse vestiging van bedrijvengroep United Experts, dat ondernemers bijstaat met expertise, verhuist naar het hoofdgebouw van het Ieper Business Park, het voormalige spraaktechnologiebedrijf Lernout & Hauspie. Daar neemt het meteen 2 verdiepingen in gebruik.
Organisaties van minstens 50 medewerkers moeten een intern meldingssysteem opzetten en een register bijhouden van elke ontvangen melding. Klokkenluiders zullen via een intern of extern meldingssysteem hun bezorgdheden kunnen overmaken (schriftelijk of mondeling). Ondernemingen zullen een onpartijdige persoon of afdeling moeten aanwijzen die bevoegd is voor de opvolging van de meldingen binnen bepaalde termijnen. De werkgever zal ook moeten zorgen voor duidelijke en toegankelijke informatie over de beschikbare meldingskanalen aan de eigen werknemers en derden zoals externe dienstverleners.
De klokkenluider kan een (ex-)werknemer, sollicitant, vrijwilliger, stagiair, zelfstandige werkzaam in de onderneming, aandeelhouder, bestuurder zijn, maar ook iemand die werkt onder toezicht en leiding van (onder) aannemers en leveranciers,...
Elke onderneming met minstens 50 en maximaal 249 medewerkers zal tegen 17 december 2023 een intern meldkanaal moeten opzetten. Voor juridische entiteiten vanaf 250 medewerkers zal dat nodig zijn vanaf inwerkingtreding nieuwe wetgeving, dus vanaf 15 februari 2023.
België moet ook onafhankelijke en autonome externe meldingskanalen opzetten voor het ontvangen en in behandeling nemen van informatie over inbreuken. Daartoe zullen de federale ombudsmannen belast worden.
Als ultimum remedium zal de melder ook de mogelijkheid hebben om, onder bepaalde voorwaarden, de informatie openbaar te maken.
De Klokkenluidersrichtlijn voorziet verschillende maatregelen om de melders te beschermen, zoals een geheimhoudingsplicht (anonimiteit van de melder) en een verbod op represailles tegen melders (onder andere tegen ontslag en schorsing van de arbeidsovereenkomst). De beschermingsmaatregelen gelden ook voor al degenen die verbonden zijn met de melders (bv. collega’s of familieleden of personen die de melder bijstaan).
Ook een prangende vraag? Wij antwoorden binnen de 2 werkdagen! vraaghet@voka.be
Je bereidt je bedrijf het best nu al voor. We organiseren op 17 januari een infosessie om je handvatten aan te reiken om de nodige acties te implementeren.
Inzetten op werkbaar werk, diversiteit en inclusie is almaar meer een must om de krapte op de arbeidsmarkt op te vangen. “Ondernemingen kunnen bij Voka West-Vlaanderen terecht om deel te nemen aan Welt, een hr-traject dat gratis is dankzij de steun van het Europees Sociaal Fonds (ESF)”, verklaren Thomas Dujardin en Sylvie Wybo, adviseurs bij het Voka-team hr, arbeidsmarkt en onderwijs.
Welt omvat 3 grote luiken. “Het eerste is de opmaak van een hr-actieplan op maat van een bedrijf, waarin we inspelen op uitdagingen waar een onderneming tegenaan loopt. We bieden concrete oplossingen aan ter ondersteuning”, vertelt Thomas Dujardin.
Er zijn nog enkele plaatsen beschikbaar voor geïnteresseerde ondernemingen. Alle informatie is verkrijgbaar via thomas.dujardin@voka.be en sylvie.wybo@voka.be.
In een tweede fase kunnen bedrijven meedoen aan de collectieve trajecten. Die gaan dit jaar van start medio maart. “Het gaat om 4 halve dagen, telkens opgebouwd rond één thema: inclusie als strategische pijler, inclusief rekruteren, job crafting (de aanpassing van het takenpakket aan de specifieke talenten van medewerkers) en inzetten op werkbaar werk (detectie van burn-outsignalen, reïntegratie van mensen die out zijn geweest,…)”, verduidelijkt Sylvie Wybo.
In die collectieve sessies vormen bedrijven een lerend netwerk waarin ze kennis delen en elkaar inspireren. Ze worden georganiseerd in 5 West-Vlaamse regio’s: Brugge, Oostende, de Westhoek, Middenen Zuid-West-Vlaanderen. “We geloven rotsvast in regionale verankering”, gaat Thomas verder. “Per regio is er ruimte voor zaakvoerders, hr-, of teamverantwoordelijken van een vijftiental kmo’s. Vermits 2023 vermoedelijk het laatste jaar van het Welt-traject is, hopen we op een talrijke opkomst.”
Ondernemingen die dat wensen, kunnen na die 2 stappen nog participeren aan een individueel modulair traject, waarin ze extra opleidingen en coaching krijgen. “Ook voor hun individuele hr-vragen, kunnen ze bij ons terecht.”
Sneller vacatures invullen
In 2021 en 2022 samen, namen al zo’n 120 ondernemingen deel aan Welt.
“Dat doen ze omdat ze maatschappelijk verantwoord willen ondernemen, door meer in te zetten op werkbaar werk en inclusie als antwoord op de krapte op de arbeidsmarkt. Uit bevragingen blijkt dat die aanpak succesvol is: zo slagen kmo’s er sneller in om bepaalde vacatures in te vullen”, duidt Sylvie Wybo. Het hr-beleid focussen op diversiteit, inclusie en werkbaar werk geldt zeker als een krachtige troef op vlak van ‘employer branding’. “In vergelijking met vroeger kiezen jongeren hun potentiële werkgevers tegenwoordig op basis van andere waarden. Maatschappelijk verantwoord ondernemen is daar zeker één van”, besluit Thomas Dujardin. (BVC - Foto Kurt)
Marke
Dave Vanhoutte
Dé droom van G-Sport Belgium? Dat jongeren met een beperking hun favoriete sport kunnen beoefenen. Bezieler Dave Vanhoutte: “Ik zie het als mijn levenswerk om de G-sport via professionele infrastructuur en begeleiding naar een hoger niveau te tillen.” gvoetbalmarke.be
Roeselare
Henry Maebe
Vanden Borre Kitchen Roeselare zorgt voor dé oplossing voor de belangrijkste leefruimte van je woning: je keuken! Dat gaat van een standaardoplossing tot een volledige maatoplossing. En dat altijd aan de laagste all-inprijs. www.vandenborrekitchen.be
Izegem
Dieter Holvoet
West-Vlaams team van 9 bouwvakkers die grond- en ruwbouwwerken realiseren voor bouwpromotoren. Is gespecialiseerd in nieuwbouwverkavelingen. www.bouwfirma.be
Assebroek
Kobe Broos
Zwitserse producent van speedpedelecs. Innovator in new mobility. In Vlaanderen rijden hun gebruikers jaarlijks 30 miljoen kilometers op de speedpedelec in plaats van met de auto. Snel, veilig, stijlvol en met de glimlach lange afstanden op de fiets overbruggen. www.stromerbike.com
Keiem
Diego Van de Voorde
Optimaliseert financiële en operationele processen door boekhoud- en ERP-software te implementeren (bv. Exact Online) en zo de bedrijfsprocessen op elkaar af te stemmen. Naast software consultancy voorziet het ook BI-rapportering en -opleiding. www.kopilo.be
Oostkamp
Christof Delandmeter
AIE-Services is een dynamisch automatisatiebedrijf, met 10 jaar ervaring. Het kan je bijstaan in alle facetten om je productieproces te automatiseren, zowel op het vlak van Automatisatie, Elektro als Industrial-IT. www.AIE-Services.be
Oostrozebeke
Jean-Louis Buyse
Buyse Construct, een familiebedrijf uit Oostrozebeke, is meer dan 30 jaar actief in de agro- en industriebouw. Het bouwt kantoren, opslagloodsen, productiehallen, showrooms, bedrijfsverzamelgebouwen, ... voor kmo’s, ontwikkelaars en grote bedrijven. www.buyseconstruct.be
Sint-Michiels
Vincent Turpyn
Fotografie Brugge steunt op 2 mensen en 3 pijlers. De mensen zijn het fotografenkoppel Ann Jacxsens en Vincent Turpyn, beiden geschoold fotograaf. De 3 pijlers zijn bedrijfsfotografie, portretfotografie en vastgoedfotografie. www.portretfotografie-brugge.be
Roeselare
Piet Vandewalle
Grando Keukens is een begrip op de Belgische keukenmarkt. Na ruim 50 jaar heeft het ontwerpen en plaatsen van keukens voor het bedrijf geen geheimen meer en beheerst het alle technieken om aan de kwaliteitseisen van klanten te voldoen. Het is ook al 15 jaar actief op de projectmarkt. www.grando.be
Ook in een moeilijk jaar als 2022 rechtte je als ondernemer de rug, probeerde je dagdagelijks jouw onderneming en medewerkers te doen groeien en te ondersteunen. Wij verwachten hetzelfde van onze beleidsmakers in de dossiers die onze regio aanbelangen. Hierop zullen wij met Voka WestVlaanderen het komende jaar inzetten.
Op korte en lange termijn zijn er in de Westhoek heel wat werven die dringend aangepakt moeten worden opdat de streek aantrekkelijk zou blijven om te wonen, te werken en te ondernemen. Naast het nijpende tekort aan ruimte om te ondernemen is het hemeltergend dat er ook in het dossier rond het Complex Project Ieper-Veurne, dat de regio beter moet ontsluiten op mobiliteitsvlak, maar traag vooruitgang wordt geboekt. We zijn ervan overtuigd dat dit de allerlaatste kans is om de Westhoek naar behoren te ontsluiten en de mobiliteit er op het niveau van de 21ste eeuw te brengen. Daar heeft iedereen in de streek belang bij. We zijn dan ook bereid om met Voka West-Vlaanderen een voortrekkersrol te spelen in dit dossier om alle stakeholders op één lijn te krijgen.
ZUID-WEST-VLAANDEREN
In het zuiden van de provincie roepen we op om niet alleen terug te blikken op 50 jaar E17, maar om ook te accelereren richting de volgende 50 jaar. Het knooppunt Aalbeke moet dringend een oplossing krijgen, de ring rond Kortrijk moet voltooid worden, Den Belgiek in Deerlijk moet geoptimaliseerd worden en ook de ontsluiting van de industriezones in Wevelgem kan stukken beter. We zien de toekomst van de mobiliteit in de regio overigens niet alleen over de weg. Zo
moet voor de opwaardering van het Kanaal Bossuit-Kortrijk dringend een voorkeursscenario uitgesproken worden over het tracé dat gevolgd zal worden om het kanaal te optimaliseren. Tot slot wijzen we erop dat Zuid-West-Vlaanderen met de luchthaven Kortrijk-Wevelgem over een unieke troef beschikt, zeker nu de attractiviteit van zakenluchtvaart verder toeneemt en de sector ongelofelijk inzet op (groene) innovatie.
Accelereren richting de volgende 50 jaar
WESTHOEK
Alle stakeholders op één lijn krijgen
We willen in 2023 in deze regio 4 grote werven aanpakken. De eerste richt zich op de arbeidsmarkt. Zo willen we inzetten op de activering van werklozen en inactieven én de connectie maken tussen de bedrijven en de scholen in de regio. Een tweede werf focust op de verdere groei van de luchthaven Oostende – Brugge (inzake passagiers, cargo en business aviation) en de zeehaven van Oostende (via een zeewaartse uitbreiding door de bouw van een nieuwe terminal en kaai tegen het einde van de oostelijke strekdam). Ten derde willen we de blauwe economie verder doen groeien door de werking errond te professionaliseren en uit te breiden. En ten vierde pleiten we voor een bijkomend bedrijventerrein van 20 hectare op de Kromme Elleboog in Oostende.
In de regio Brugge focussen we op 3 werkpunten. Het eerste: extra ruimte voor bedrijvigheid. Zo blijft een nieuw bedrijventerrein langs de Blankenbergsesteenweg (samen met een bijkomende 30 hectare elders in de regio) een absolute must voor de verdere economische ontwikkeling van de regio. Ten tweede willen we inzetten op de multimodale ontsluiting van de regio: een binnenvaartverbinding naar Zeebrugge, extra investeringen in het
spoor, een upgrade van de autosnelwegen (E403 en omvorming van de E34/N49) en extra fietsveilige verbindingen zijn in dat opzicht allemaal noodzakelijk. En tot slot willen we verder werk maken van de arbeidsmarktkrapte. Het activeren van de inactieve beroepsbevolking, levenslang bijleren en gerichte economische arbeidsmigratie blijven hoog op onze agenda staan.
Om de regio future proof te maken, moeten de eigen sterke sectoren (zoals de voedings- en zorgsector, maar ook de digitale sector) verder in de verf gezet worden. Die moeten we versterken, en kruisbestuivingen faciliteren. Het stimuleren van technologische evoluties (zoals bijvoorbeeld 5G) is daarbij cruciaal. Gezien de krapte van de arbeidsmarkt blijven we er ook van overtuigd dat we moeten inzetten op gerichte economische migratie om onze vacatures ingevuld te krijgen. Ook een goede ontsluiting blijft van primordiaal belang. Zo pleiten we ook in 2023 voor een derde rijstrook op de E403 en een verdere opwaardering van de binnenvaart via het Kanaal Roeselare-Leie.
Speerpunten in de verf zettenBRUGGE
Provincie West-Vlaanderen stapt over van een Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan naar een Beleidsplan Ruimte West-Vlaanderen in de ruimtelijke ordening. De provincie wil, in navolging van Vlaanderen, open ruimte maximaal in stand houden en beter benutten. Voka West-Vlaanderen onderschrijft de ruimtelijke doelstelling beschreven in de conceptnota, maar merkt op dat er onvoldoende rekening gehouden werd met de economische realiteit en de ontwikkelingsmogelijkheden in de provincie.
De ruimte in West-Vlaanderen is beperkt. Iedereen die in West-Vlaanderen woont, werkt, leeft, wil die ruimte gebruiken — maar niet iedereen gebruikt die op dezelfde manier. Er zijn verschillende verwachtingen en invullingen. Keuzes en duidelijke afspraken maken is dus nodig om conflicten te vermijden. Dat is ruimtelijke ordening: de ruimte ordenen zodat die kwalitatief en duurzaam gebruikt kan worden. Kwalitatief omgaan met ruimte betekent dat er zoveel mogelijk rekening gehouden wordt met de waarde van een gebied. Met duurzaam ruimtegebruik bedoelt men dat het gebruik van het landschap kan voldoen aan de behoeften van de huidige generatie, zonder daarmee de toekomstige generatie te belasten.
In het toekomstige Beleidsplan Ruimte West-Vlaanderen zal de Provincie de keuzes beschrijven die ze maakt om aan goede ruimtelijke ordening te doen. Het Beleids-
plan is dus een beleidsdocument waarin de toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen worden vastgelegd voor het volledige grondgebied van West-Vlaanderen. De fundamenten voor dat Beleidsplan worden gelegd in de Conceptnota. Die geeft kernachtig de krijtlijnen en de ambities weer van een nieuw ruimtelijk beleid met een duidelijke doelstelling: we moeten meer doen met minder ruimte, zodat we onze open ruimte maximaal kunnen vrijwaren. De nota is de eerste stap naar de uitwerking van het ruimtelijke beleid voor onze provincie.
Vandaag wordt in de ruimtelijke ordening gewerkt met ruimtelijke structuurplannen. Dat is een ander, gelijkaardig beleidsdocument waarin de toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen worden vastgelegd. Het nieuwe Beleidsplan Ruimte West-Vlaanderen moet het huidige Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan West-Vlaanderen vervangen. Het huidige Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan blijft geldig tot er een goedgekeurd Beleidsplan Ruimte West-Vlaanderen is.
Streefdoelen, géén drempels Voka West-Vlaanderen heeft de Conceptnota met veel aandacht gelezen en onderschrijft de doelstelling dat open ruimte zoveel mogelijk behouden moet worden en reeds aangesneden ruimte beter en slimmer gebruikt moet worden — weliswaar met de belangrijke kanttekening dat ruimtelijke doelstellingen streefdoelen horen te zijn en geen absolute drempels. We moeten
Om voldoende ruimte voor bedrijven te kunnen garanderen, dringt Voka West-Vlaanderen er ook op aan om verlaten bedrijfssites voor te behouden aan ondernemingen. Ongunstig gelegen terreinen kunnen eventueel een andere invulling krijgen, op voorwaarde dat er elders beter gelegen ondernemingsruimte wordt vrijgemaakt. Dit kadert in het begrip ‘economische vitaliteit’, dat in de Conceptnota werd vernoemd, maar onvoldoende werd uitgewerkt. Economische vitaliteit betekent het behouden en het versterken van de economische activiteiten met respect voor de ruimtelijke inpasbaarheid.
Uit de Conceptnota blijkt dat er onvoldoende rekening gehouden werd met de economische realiteit en de ontwikkelingsmogelijkheden in onze provincie. Daarom heeft Voka West-Vlaanderen opmerkingen op de nota overgemaakt aan de Deputatie tijdens de publieke raadpleging. De bevoegde diensten moeten absoluut (meer) rekening houden met economische vooruitzichten in het verdere verloop van de opmaak van het Beleidsplan.
We pleiten alvast voor een Beleidsplan waarbij ruimte kwalitatief en dus naar economische waarde kan en mag worden gebruikt. Een Beleidsplan dat geen rem zet op economische groei, wél een Beleidsplan dat een toekomst met ruimte voor ondernemen mogelijk maakt.
namelijk vermijden dat de regio zichzelf buitenspel zet en investeringen misloopt.
Uit de laatste berekening van de behoefte aan bedrijventerreinen blijkt dat er in West-Vlaanderen nood is aan 430 ha netto bijkomende bedrijfsruimte. Ondernemers uit binnen- en buitenland willen (ook in de toekomst) investeren. De Provincie moet er werk van maken om daarvoor de nodige hectares te reserveren. Dat is noodzakelijk om geen investeringen, jobs en bijgevolg
ook welvaartcreatie te mislopen. Het voorzien in een ruim en kwalitatief aanbod aan ruimte om te ondernemen is voor alle duidelijkheid geen pleidooi om onverstoord nieuwe open ruimte aan te snijden. Integendeel, het is een pleidooi om met gezond verstand open ruimte maximaal te vrijwaren en ruimte voor bedrijvigheid te reserveren op goed gelegen plaatsen. Met het besef dat er ook in de toekomst maatschappelijke uitdagingen zijn die ruimte-inname vergen.
Beleidsplan afgestemd op de economische realiteit/vitaliteit?
Duaal leren verder uitrollen in (West-) Vlaanderen is een ambitie die het Vlaams Gewest, Provincie en POM West-Vlaanderen, het katholiek en gemeenschapsonderwijs én RTC WestVlaanderen (Regionaal Technologisch Centrum) delen. Dat leidde begin september tot de opstart van het Steunpunt Duaal Leren West-Vlaanderen. Daarnaast loopt nog tot eind juni 2023 het ESF-project Duaal Intersectoraal.
Op donderdagvoormiddag 16 februari organiseert Voka West-Vlaanderen een infosessie over duaal leren. Benieuwd wat de meerwaarde is voor jouw onderneming? In deze infosessie duidt Wim Debyser de belangrijkste voordelen en biedt hij een antwoord op jouw (praktische) vragen.
Meer info: joyce.simoens@voka.be
Duaal leren werd 5 jaar geleden opgestart. “Die vrij nieuwe vorm van voltijds onderwijs, zorgt voor een krachtige symbiose tussen leren op school (via vakleerkrachten) en leren op de werkplek (via mentoren)”, vertelt Wim Debyser, coördinator van het gloednieuwe steunpunt. “Het levert een gelijkwaardig diploma op en impliceert dat leerlingen/ studenten wekelijks maar 1 of 2 werkdagen naar school moeten. Ze krijgen bovendien een leervergoeding en bouwen rechten op.” Het is een aanpak die voor alle partijen voordelen oplevert. “Leerlingen zijn meer gemotiveerd, groeien sneller naar zelfstandigheid en verantwoordelijkheid en maken kennis met de recentste technologie in een moderne infrastructuur. Leerkrachten geven opleidingen die
meer gebaseerd zijn op de huidige realiteit, want ze zijn mee met de evoluties op de werkvloer. Ook voor bedrijven is het erg interessant: ze zien snel in hoeverre er een match is met hun mogelijke toekomstige werknemer(s), kunnen die gasten nog kneden inzake kennis en attitudes, vermijden dure hr-onderzoeken en hoeven de leerlingen geen loon te geven, maar een leervergoeding. Bovendien bevordert het engagement voor een duaal traject de leercultuur binnen een onderneming, want
“Valabel antwoord op krapte op de arbeidsmarkt”
“West-Vlaanderen hinkt nog wat achterop inzake duaal leren.”
— WIM DEBYSER
het stimuleert mentoren en collega’s om zelf ook weer bij te leren.”
In West-Vlaanderen maken momenteel 426 leerlingen gebruik van duaal leren (het stelsel ‘Leren & Werken’ niet meegerekend, nvdr). “Duaal leren leent zich niet voor elk type leerling, maar nu is het aandeel nog te klein. Er is nog een groot groeipotentieel”, vervolgt Wim. “West-Vlaanderen hinkt wat achterop: enerzijds door de afwachtende houding van ondernemers, anderzijds omdat we hier veel kleine kmo’s hebben voor wie het minder evident is een ervaren werknemer op te leiden tot mentor voor de opvang van leerling(en). Om een erkenning te krijgen, dient de mentor een korte mentoropleiding te volgen. Verschillende sectororganisaties bieden die opleidingen aan, toegespitst op maat van de sector en de sectorale ondersteuningstools.”
Week van Duaal Leren Het ‘mobiel’ Steunpunt ondersteunt ondernemingen, bedrijven, leerlingen en ouders op het vlak van campagneontwikkeling, operationeel onderzoek, als expertisepool en door vorming en kennisdeling. In het kader daarvan organiseert Duaal Intersectoraal van 24 tot 28 april de Week van Duaal Leren.
“Duaal Intersectoraal wordt gedragen door 5 sectororganisaties: Volta (elektro-installateurs), Constructiv (bouw), Woodwise (hout), Educam (automotive en aanverwante branches) en mtech+ (metaal- en technologische industrie)”, zegt adviseur Gina De Clerck. “De bedoeling is onder meer via lerende netwerken leerkrachten en trajectbegeleiders te verenigen voor kennisdeling en ervaringsuitwisseling. Onder meer via de samenwerking met het Steunpunt West-Vlaanderen, willen we duaal leren zo breed mogelijk integreren in het bedrijfslandschap.” (BVC - Foto Kurt)
Onder de noemer Voka Politica organiseert Voka West-Vlaanderen in verschillende West-Vlaamse gemeentes ontmoetingen met de burgemeester. Ondernemers gaan er in gesprek met het lokale bestuur over het beleid van de voorbije jaren én over wat er de komende jaren nog nodig is om het ondernemerschap in de gemeente verder te (onder)steunen.
KURT VAN RYCKEGHEM WaregemDat vrijdag 16 december één van de koudste dagen van 2022 was, deerde de Waregemse ondernemers niet om toch af te zakken naar de Voka Politica Waregem. De ontmoeting met het stadsbestuur die Voka - Kamer van Koophandel West-Vlaanderen organiseerde, vond plaats bij Devagro.
Waregem is een stad in galop, niet alleen in slogans maar ook in cijfers. De ondernemerstevredenheid ligt er hoog, er komen meer mensen naar de stad om te werken dan dat er Waregemnaren buiten de stad gaan werken, het aantal bedrijven gaat in stijgende lijn,... Bovendien werd en wordt er volop geïnvesteerd in de stad. De aanleg van de Vlecht op de op- en afritten van de E17 en de facelift voor Het Pand in het centrum zijn maar 2 voorbeelden. Een goede en rechtstreekse communicatie tussen stadsbestuur en ondernemingen behoort ook tot de pluspunten van Waregem.
Na de voorstelling was het tijd voor vragen uit het publiek. Daarbij bleek nog eens dat ondernemers mensen zijn die steeds 3 stappen vooruit denken. De vragen gingen quasi allemaal over de toekomst van de stad. Zo gaf burgemeester Kurt Van Ryckeghem eerder al aan geen kandidaat-burgemeester meer te zijn in 2024. Op de vraag wie dan wel bovenaan de kieslijst komt te staan, bleef het stil. Maar ook rond toekomstprojecten na 2024 kwamen er weinig antwoorden vanuit het stadsbestuur. Dat viel ook een aantal ondernemers in de zaal op. “Een paard in volle galop rem je het best niet te bruusk af”, viel te horen. Hopelijk blijft de stad Waregem in de koers van de ondernemerstevredenheid als eerste over de Gaverbeek springen …
Milieuvraagstukken behoren in het overgrote deel van de gevallen niet tot de corebusiness van een bedrijf. Dergelijke uitdagingen kunnen ze vanaf nu samen met Adviron aanpakken. “We bouwden door de jaren heen onder de naam Creafarm al een karrenvracht aan ervaring op in milieugerichte adviesverlening voor de landbouw, particulieren en kmo’s. Die expertise stellen we ook graag ten dienste van de industrie”, vertelt Veroniek Taelman.
In 1998 richtten Kurt Hoorne en Dirk Verbauwhede Creafarm op. “Ik was voorheen actief als vertegenwoordiger in veevoeders”, vertelt Kurt. “Regelmatig deden klanten toen al een beroep op onze kennis inzake milieugerichte thema’s. Dat was voor ons de trigger om ons daar specifiek op te gaan focussen. We begeleidden hen vooral met plannen voor bouwprojecten en aanvragen voor milieuvergunningen.”
Met succes: als onafhankelijk studie- en adviesbureau bouwde Creafarm een ijzersterke reputatie op inzake dienstverlening voor milieu, bouw, conceptontwikkeling, bedrijfsadministratie en dies meer. “De ervaring leert dat je met een persoonlijke aanpak (via één vast aanspreekpunt) en gezond boerenverstand veel kunt bereiken. Landbouwers, kmo’s en particulieren konden dat best smaken. Met een team van 14 mensen helpen we hen met milieuvergunningen, -coördinatie, -administratie en -aangiftes”, vervolgt Kurt.
“De toenemende vraag vanuit de industrie, die vooral via mond-tot-mondreclame bij ons terecht kwam, deed ons besluiten om hier met Adviron (‘advies voor environment’) een specifieke pijler voor te creëren”, vult Veroniek Taelman aan. “Vanuit onze diepgewortelde kennis van de Vlaamse milieuregelgeving, kunnen we architecten, projectontwikkelaars, vastgoedmakelaars én industriële bedrijven heel specifiek ondersteunen, bijvoorbeeld ook met uitdagingen op het vlak van diverse milieueffecten, de watertoets et cetera. De wetgeving is identiek voor iedereen, maar de industrie worstelt soms met andere uitdagingen, bijvoorbeeld op het vlak van de beheersing van procestechnieken richting milieu en omgeving. Zelf doen we geen fysische onderzoeken zoals bodemonderzoeken, maar via een nauwe samenwerking met gespecialiseerde partners kunnen we onze klanten ook daarbij alle gewenste ondersteuning bieden.”
Door de jaren heen bouwde de onderneming een uitgebreid netwerk op dat helpt om voor elke specifieke vraag een efficiënte oplossing te bedenken, over verschillende disciplines heen.
2023 brengt voor BM Engineering niet alleen nieuwe projecten. Met een aantal vernieuwingen op directieniveau en 2 bijkomende aandeelhouders maakt het Kortrijkse bedrijf ook de interne werking klaar voor verdere groei in de toekomst.
5 jaar geleden verhuisde het hoofdkantoor van BM Engineering van Roeselare naar het Beneluxpark in Kortrijk. Sindsdien is het team verdubbeld tot 65 medewerkers, kwam er in Antwerpen een tweede locatie bij, en werkt de onderneming aan steeds grotere projecten. De interne structuur wordt daarom verder versterkt en afgestemd op die groei.
Jan Leye gaf op 1 januari de CEO-fakkel door aan Steven Beirinckx. Jan Leye combineert voortaan de rollen van COO en CTO en wordt zo verantwoordelijk voor de interne organisatie, communicatie & marketing en R&D. Steven Beirinckx is al meer dan 10
jaar meewerkend vennoot en samen met Jan Leye referentieaandeelhouder van BM Engineering. In de voorbije jaren bouwde hij het Team Speciale Technieken verder uit. Sinds nieuwjaar neemt hij als CEO de algemene aansturing en de ontwikkeling en realisatie van de globale visie voor zijn rekening. Als externe vertegenwoordiger is hij het eerste aanspreekpunt voor bestaande en nieuwe klanten, en op commercieel vlak coördineert hij de sales.
Met Hanne Ledure en Alexander Demuynck breidt het bestaande vennotenteam uit van 6 tot 8. “Dat alle vennoten elke dag actief meewerken, is het fundament van het succes en de groei van BM Engineering”, klinkt het. “Deze nieuwe structuur maakt
ons klaar voor de toekomst, in een (bouw) wereld die voortdurend in verandering is. Onze ambitie om als onafhankelijk studiebureau een toonaangevende rol te spelen in projecten van gelijk welke schaal in Vlaanderen en Brussel, is dan ook sterker dan ooit.” (JV - Eigen foto)
www.bmengineering.be
“Onze ambitie om een toonaangevende rol te spelen in projecten van gelijk welke schaal in Vlaanderen en Brussel, is sterker dan ooit.”
Voor industrieel zwaargewicht CNH Industrial uit Zedelgem is het logistieke en economische belang van de nabije haven Zeebrugge immens. “Meer dan een derde van onze wereldwijde omzet is direct met overslag in deze haven verbonden”, schetsen Luc Nauwynck en Hans Van Poucke. De terminal van Wallenius Wilhelmsen is hun draaischijf voor machines en onderdelen van zowel de Europese productie als mondiale transit.
“Van onze 4.400 Belgische collega’s werken er 3.200 in Zedelgem en… Zeebrugge, jawel. Daar hebben we een stevige logistieke activiteit die in de buitenwereld weinig gekend is”, vertellen HR director Luc Nauwyck en verantwoordelijke voor de uitgaande logistiek Hans Van Poucke. “In Zeebrugge werken we samen met de Scandinavische scheepvaartgroep en logistieke dienstverlener Wallenius Wilhelmsen. Wij gebruiken er 25.000 vierkante meter en er is een specifiek CNH-loket. Wij hebben ter plekke een team van 4 mensen voor kwaliteitscontrole, het uitsturen van werkorders, het bestellen van onderdelen en het oplossen van technische problemen. Voor de montage, herstellingen en modificaties werken we samen met de mensen van de terminaloperator. Dat geheel krijgt ondersteuning van nabij uit Zedelgem.”
Via de haven lopen 2 grote flows, vertelt Van Poucke. “Enerzijds is er de export van alle machines uit onze Europese fabrieken in Zedelgem, Polen, Italië en Oostenrijk. Dat gaat van tractoren en maaidorsers tot balenpersen, hakselaars, enzovoort. Die vertrekken voornamelijk naar Noord- en
— HANS VAN POUCKEZuid-Amerika, Australië en Nieuw-Zeeland. De machines krijgen er indien nodig een extra laagje beschermende wax of een thermische behandeling tegen insecten.”
“Anderzijds is er import van machines uit onze productievestigingen wereldwijd. De schepen van Wallenius Wilhelmsen brengen die naar Zeebrugge voor stockage en verzending naar importeurs en dealers in Europa, Oekraïne en Moldavië. Jaarlijks gaat het om 6.000 eenheden die via Zeebrugge ingevoerd worden. Die machines krijgen op de terminal de zogenaamde near market modifications: aanpassingen volgens de wensen van de eindklanten. Er worden bijvoorbeeld trekhaken, rupsbanden, gps of radio’s gemonteerd.”
Nauwynck benadrukt het belang van Zeebrugge voor mondiale activiteiten: “Van onze omzet – 1,6 miljard in 2021 – draaien wij 10% in België, 53% in andere Europese landen en 37% buiten Europa. Meer dan een derde van de omzet is rechtstreeks aan Zeebrugge verbonden.” Van Poucke vult aan: “Het voordeel van Zeebrugge is dat je binnen een straal van 700 kilometer enorm veel dealers hebt. Onze belangrijkste markten zijn Frankrijk, Duitsland en het VK. Zeebrugge is ook een diepzeehaven, waardoor je zeer snel kunt lossen in vergelijking met andere havens waar je eerst een rivier moet opvaren. Onze partner Wallenius Wilhelmsen heeft bovendien zeer goede verbindingen met Noord-Amerika, Australië en Nieuw-Zeeland. Daarnaast is de koppe-
“Het voordeel van Zeebrugge is dat je binnen een straal van 700 kilometer enorm veel dealers hebt.”
ling van deep sea (intercontinentale lijnen) en short sea (Europese scheepsroutes) een enorme troef.”
Een goede logistieke partner is voor een industrieel bedrijf cruciaal. “Wallenius Wilhelmsen is gespecialiseerd in roro zet zelfs statische stukken op rol-trailers om ze vlot
op de schepen te rijden. Met de havenarbeiders werken we samen om de machines op de juiste manier vast te leggen of los te maken. Dat is soms complex maatwerk, bijvoorbeeld wanneer een kraan van 80 ton in onderdelen uiteen gehaald moet worden om op 4 vrachtwagens laden. Er komt ook steeds meer technische en digitale kennis bij kijken. Zo telt het handboek voor het
— LUC NAUWYNCKcontroleren van batterijen voor al de verschillende producten wel 80 pagina’s”, zegt Van Poucke.
“Vermeldenswaardig is dat de Technische Diensten van Wallenius Wilhelmsen wereldwijd tot de top behoren wat aging control betreft. Alle machines op stock worden om de 60 dagen gecontroleerd op veroudering en indien nodig gereviseerd. Dat gaat bijvoorbeeld om het bestrijden van oxidatie of het retoucheren van verflagen. De mensen van Wallenius Wilhelmsen nemen kleurstalen om na verloop van tijd opnieuw de perfect juiste kleur te kunnen aanbrengen. Bovendien kunnen alle eenheden zonder cabine binnen gestockeerd worden. Dit magazijn noemen wij de ‘orangerie’.”
Volgens Nauwynck is het momenteel zeer druk. “2022 was wat volume betreft een goed jaar, ondanks het uiteraard helemaal stilvallen van de grote Russische markt. Door de oorlog verstuurden we ook minder – maar nog steeds – naar Oekraïne en Moldavië. Ons geluk is dat de landbouwmarkt door prijs gedreven is, waardoor het in andere afzetlanden beter gaat dan in de vorige jaren. En hoewel wij wereldwijd verkopen, blijven we in Zedelgem en Zeebrugge verankerd. Hier zijn bijvoorbeeld 400 mensen actief in onderzoek en ontwikkeling. Zulke jarenlang opgebouwde expertise en ervaring verplaats je niet.”
(RJ - Foto MVN)
“Via de haven lopen 2 grote flows: enerzijds de export van alle machines uit onze Europese fabrieken en anderzijds de import van machines uit onze productievestigingen wereldwijd.”Hans Van Poucke en Luc Nauwynck.
ICT kan voor bedrijven een belangrijke rol spelen op weg naar klimaatneutraliteit. Hoe groot dat aandeel is, brengt Carbon trust precies in kaart. Zo berekende de organisatie dat ICT bij de professionele Proximus-klanten voor een CO2-daling zorgde van 500.000 ton.
Met een actieplan om tegen 2040 volledig klimaatneutraal te zijn, is Proximus een van de eerste Europese operatoren die vol inzetten op de nieuwe klimaatstandaarden. In de praktijk komt dit plan neer op een effectieve reductie met 90% van alle directe en indirecte uitstoot en de neutralisering van de resterende 10%.
100% hernieuwbare energie ‘We nemen onze verantwoordelijkheid’, zegt Catherine Bals, Sustainability Department Lead bij Proximus. ‘We draaien al voor 100% op hernieuwbare energie en we hebben onze emissie al gereduceerd. Maar we zijn ambitieus.’ Tegen 2030 willen we onze uitstoot met nog eens 60% verlagen.’
Verminderde uitstoot over de hele supply chain Samenwerking is onontbeerlijk. ‘Daarom praten we met onze leveranciers’, zegt Catherine. Dat leverde decoders en modems op met een kleinere voetafdruk. Ze verbruiken 20% minder elektriciteit en bevatten 50% minder plastic. ‘Zo helpen we ook onze klanten op weg naar klimaatneutraliteit.’
Carbon trust brengt impact in kaart “We merken dat er bij bedrijven vaak nog veel potentieel is om hun uitstoot te reduceren door de inzet van ICT”, zegt Frederic Lhostte, Head of Product & Solution Management bij Proximus. Om de impact van de potentiële uitstootvermindering in kaart te
“ We draaien al voor 100% op hernieuwbare energie en we hebben onze emissie al gereduceerd. Maar we zijn ambitieus.”
Catherine Bals, Sustainability Department Lead bij Proximus
brengen, werkt Proximus samen met Carbon trust. Veronika Thieme, Associate Director bij Carbon trust: “We zijn een internationale organisatie die bedrijven helpt met de ontwikkeling van een duurzame strategie.”
CO2-daling met 500.000 ton bij Proximusklanten “Dankzij thuiswerk en videoconferencing daalt de CO2-uitstoot door vermindering van het verkeer. Terwijl de overstap naar cloudtoepassingen ervoor zorgt dat bedrijven minder apparatuur moeten inzetten, met effect op de CO2-emissie”, zegt Frederic. Proximus deed de oefening met Carbon trust. “Carbon trust maakte een rapport dat inzicht biedt in de uitstootvermindering dankzij al onze ICT-oplossingen. Zo kwamen we te weten dat de professionele klanten van Proximus al circa 500.000 ton emissie vermeden hebben. Dat komt overeen met de uitstoot van een stad als Oostende”, legt Frederic uit.
“Carbon trust heeft berekend dat bedrijven dankzij onze ICT-oplossingen jaarlijks circa 500 kiloton CO2 minder uitstoten.”
Frederic Lhostte, Head of Product & Solution Management bij Proximus
Slimme oplossingen met cloud en smart buildings ICT-oplossingen rond thuiswerk en het vervangen van hardware door cloudoplossingen helpt bedrijven hun uitstoot te verlagen. Ook smart buildings zijn een goed voorbeeld. Via slimme meters krijgen nutsbedrijven vanop afstand zicht op meterstanden, zodat ze verplaatsingen vermijden. Proximus connecteert al meer dan een miljoen slimme meters, met opnieuw minder uitstoot tot gevolg.
Iedereen is een deel van de puzzel Proximus neemt de impact op uitstoot ook mee in de verdere toekomstplannen voor zijn oplossingen. “Zo dragen we bij aan een groener België”, zegt Catherine. “Maar we blijven bescheiden. We vormen een klein element in een veel groter geheel.” De 500.000 ton vermeden emissie is inderdaad maar een klein deel van de totale uitstoot van België van 94 miljoen ton. “Toch hopen we dat we dankzij ICT een deel van de oplossing kunnen zijn”, besluit Frederic.
Bekijk hoe ICT uw bedrijf kan helpen om grondstoffen efficiënter te gebruiken en CO2-uitstoot te verlagen. Scan de QR-code en lees over de mogelijkheden.
De inzet van een nieuw jaar is hét moment om terug te blikken op wat 2022 heeft gebracht, en om vooruit te blikken op wat 2023 voor ons kan brengen.
Al vele maanden worden beheerst door de energiecrisis. De torenhoge prijzen hebben er zeker en vast voor gezorgd dat alle mogelijkheden tot besparing grondig werden uitgevlooid, tot – jammer genoeg –zelfs het stopzetten van productie.
Opeens werd de omschakeling van gas naar stookolie een hot item. Duurzaam is dit zeker niet, maar in crisistijden dienen crisismaatregelen genomen te worden. Naast de nodige technische en praktische beslommeringen was er ook een hoofdstuk ‘vergunningen’. De omschakeling naar stookolie en de daarbij horende opslag van stookolie is immers vergunningsplichtig. Reken op een proceduretermijn van gemiddeld 3 à 6 maanden. En dan komt in heel wat dossiers de stikstofproblematiek om de hoek kijken en het bijhorende zeer strenge beleidskader. Sinds een dikke maand worden we zelfs geconfronteerd met een afwezigheid van toetsingskader, waardoor er geen aanvragen meer mogelijk zijn. Hopelijk brengt het nieuwe jaar snel een definitief kader met meer rechtszekerheid.
Parallel hiermee is er een verhoogde aandacht voor het gebruik van elektriciteit. Op het vlak van warmte-opwekking worden we meer en meer geduwd richting warmtepompen en zelfs ook elektrische stoomketels vinden hun plaats op de markt. Daarnaast is er de shift naar elektrische wagens en vergroening van wagenparken. Ook de verplichte installatie van zonnepanelen voor grootverbruikers staat op de agenda. We kunnen maar hopen dat de capaciteit van het elektriciteitsnet snel kan bijbenen, want dit wordt een blokkerende factor voor de toekomst.
Een blik vooruit Globaal genomen blijft er een evolutie van verstrenging. Eigenlijk moeten we
het eerder een evolutie van verscherping noemen, een meer nauwgezette toepassing van de wetgeving en regels die vaak al langere tijd bestaan.
Een vereenvoudigd voorbeeld op het vlak van geluid om dit te illustreren. Er was een tijd waar het bij een vergunningsaanvraag volstond om mee te delen dat de activiteiten van productie binnenin een bedrijfsgebouw gebeurden, om aan te tonen dat het aspect ‘geluid’ geen hinder kon veroorzaken. Een volgende stap was het opleggen van een geluidstudie als bijzondere voorwaarde. Vandaag moet een geluidstudie aantonen dat de geluidsnormen worden nageleefd alvorens een vergunning kan worden afgeleverd. Dezelfde wetgeving, andere niveaus van toepassing.
opvangbekkens staan ter discussie. Dit heeft aanzienlijke gevolgen voor ruimtegebruik en zorgt ervoor dat de indeling anders moet bekeken worden.
Een andere concrete case betreft het Wezerarrest, dat reeds in 2021 zorgde voor verstrengde richtlijnen en een nieuwe aanpak bij de bepaling van lozingsnormen. De VMM werkte vorig jaar een tool uit die als leidraad dient om de aanvaardbaarheid van de lozing te beoordelen. Vandaag de dag stellen we vast dat de bril die wordt opgezet een stuk strenger geworden is. De Wezer-tool is eerder een minimum geworden. Zeker de bedrijven die lozen op een kleine beek of gracht zullen met deze problematiek geconfronteerd worden. Dit zet bedrijven aan om zuiveringstechnisch tot het uiterste te gaan, of tot het aanleggen van kilometers pijpleidingen naar de dichtstbijzijnde rivier.
Milieuvragen? Preventie of veiligheidsvraagstukken? Ruimtelijke plannen of stedenbouwkundige adviezen nodig? Eén overkoepelend project?
Wij kunnen de drie brillen ook tegelijk opzetten.
Een tweede aandachtspunt is de nieuwe hemelwaterverordening die op komst is. Nieuwe regels die een serieuze impact hebben op nieuwe bouwprojecten. Eén van de meest ingrijpende wijzigingen betreft de verplichting tot opvang, grotere buffervolumes en infiltratieoppervlakten (tot een verdubbeling). Ook ondergrondse
De aandacht voor risico’s op droogte en overstromingen vormen zeker een rode draad in de toekomst en blijven voor bedrijven die waterafhankelijk zijn een belangrijk item. Verder zijn herzieningen lopende van zowel de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening als het Omgevingsvergunningsdecreet. Op termijn worden grondige herzieningen aangekondigd. PFAS en gevaarlijke stoffen zullen zeker ook in de actualiteit blijven. Meer en meer worden bedrijven verplicht zelf een grondig onderzoek te doen naar de aanwezigheid van deze stoffen in de bodem, het grondwater, het afvalwater, enz. Het feit dat veel van deze stoffen vaak aanwezig zijn (ook al gaat het om lage concentraties) maakt het er niet gemakkelijker op. ‘Wat zijn aanvaardbare concentraties?’, ‘wat is vergunbaar?’ zijn vragen die veel discussie opleveren. Nulopties zijn het veiligst, maar in de praktijk niet realiseerbaar. Tot slot hopen we dat de grote onzekerheden rond de toepassing van het Stikstofarrest heel snel aanvaardbare oplossingen vinden en we uit een onmogelijke patstelling geraken.
Vele uitdagingen dus, die ook opportuniteiten kunnen opleveren. Circulaire economie is al lang geen modewoord meer en de druk op milieu en omgeving leiden tot nieuwe procesinzichten. Ruimte dus voor innovaties en nieuwe producten. Danny Wiels, Wiels
Deerlijkstraat 58 A, 8550 Zwevegem info@wiels.be - 056 75 42 81 www.wiels.be
op het vlak van milieu, veiligheid en ruimtelijke planning in 2023?
Optimalisatie van de erfbelasting tussen echtgenoten is van alle tijden. De bestaande antimisbruikbepalingen dateren van in de 19de eeuw en zijn meer dan 100 jaar onveranderd gebleven qua tekst en interpretatie. Dat men zoekt om deze belasting te verlagen, is dan ook niet zo gek. In vele landen is er zelfs geen erfbelasting tussen echtgenoten of bestaan er zeer grote vrijstellingen.
In 2018 is het huwelijksvermogensrecht wat herschreven. Daarvan is gebruik gemaakt om een nieuwe techniek in te voeren in de zoektocht om vermogen belastingvriendelijk van de ene echtgenoot naar de andere over te hevelen bij overlijden. Naast het eerder besproken verblijvingsbeding bij onverdeelde eigen goederen tussen echtgenoten, heeft Vlabel nu ook het toekenningsbeding erkend.
Met een toekenningsbeding kunnen echtgenoten in hun huwelijkscontract een regeling treffen met betrekking tot een goed dat exclusief en uitsluitend toebehoort aan één van hen met als doel dat goed te laten toekomen aan de langstlevende. Een toekenningsbeding kan al dan niet optioneel worden bedongen. Na overlijden van één van de echtgenoten kan de begunstigde dus beslissen de clausule al dan niet toe te passen.
Concreet werkt het als volgt: een echtgenoot heeft eigen goederen, hetzij omdat de echtgenoten gehuwd zijn met scheiding van goederen, hetzij omdat het in een gemeenschapsstelsel toch om eigen goederen gaat (via erfenis of schenking verkregen of van vóór het huwelijk) en wil bij zijn overlijden dat de andere echtgenoot deze goederen kan verkrijgen. Hij wil met andere woorden niet dat zijn eigen goederen vererven omdat die dan eventueel naar de kinderen of andere erfgenamen zouden gaan. Via een toekenningsbeding verleent hij aan zijn langstlevende echtgenoot de mogelijkheid om er na zijn overlijden voor te kiezen dat deze goederen hem worden toebedeeld.
Als de langstlevende zich de eigen goederen van de overleden echtgenoot
laat toebedelen, is op de verkrijging van roerende goederen, zoals bv. een beleggingsportefeuille, geen erf- of schenkbelasting verschuldigd. De volle eigendom van de portefeuille zelf gaat dan naar de langstlevende zonder enige belasting. Gaat het om onroerende goederen, dan moet er wel belasting betaald worden, zij het geen erf- of schenkbelasting maar wel registratierecht, in de regel dus 12%. Juridisch wordt de uitwerking van het toekenningsbeding immers aanzien als een overdracht ten bezwarende titel en niet ten kosteloze titel (schenking of testament), vandaar dat er geen erf- of schenkbelasting verschuldigd kan zijn en enkel voor onroerende goederen wel registratierecht.
Voor de planning van onroerende goederen moet je dus goed nagaan wat je plant. Gaat het om een gezinswoning, dan vererft die beter aan de langstlevende echtgenoot, aangezien een gezinswoning tussen echtgenoten vrijgesteld is van erfbelasting. Gaat het om andere onroerende goederen, dan moet je zien welke hun waarde is. Zijn ze meer dan 250.000 euro waard, dan heb je al snel voordeel bij het toekenningsbeding in plaats van ze te laten vererven. Het tarief in de erfbelasting tussen echtgenoten voor bedragen hoger dan 250.000 euro bedraagt immers 27% waardoor het registratierecht van 12% dus goedkoper zal zijn. Aan het toekenningsbeding zijn bovendien een aantal burgerrechtelijke voordelen verbonden op vlak van inkorting zodat ook dit een motief kan zijn voor het inschrijven van dit recht. Door het ten slotte optioneel te maken, laat je de langstlevende ook de keuze om te zien of het zowel feitelijk als juridisch voordeliger is de aangeduide goederen (deels) te
verkrijgen via erfenis dan wel op basis van het toekenningsbeding.
Het was al lang zo, maar nu is het overduidelijk. In het kader van een optimalisatie van de overdracht tussen echtgenoten ben je veel beter gehuwd met een stelsel van scheiding van goederen dan met gemeenschap van aanwinsten. Het laat veel meer planningsmogelijkheden toe en bovendien kan het risico op benadeling van een echtgenoot bij echtscheiding ook in een stelsel van scheiding van goederen perfect ondervangen worden, zodat dit voor veel mensen een aan te raden optie wordt.
Het verbintenissenrecht, ook wel het contractenrecht genoemd, vormt de basis van alle overeenkomsten. Het jaar 2023 vormt hierbij een belangrijke mijlpaal. Vanaf 1 januari 2023 gaat het nieuwe verbintenissenrecht van kracht met de inwerkingtreding van boek 5 van het nieuw Burgerlijk Wetboek. Hieronder bespreken we 3 aandachtspunten die voor ondernemers van belang kunnen zijn.
Wanneer je als ondernemer een overeenkomst sluit met een andere partij, geldt die overeenkomst als wet tussen partijen. In principe zijn contractspartijen gebonden aan de gemaakte afspraken, ongeacht latere onvoorzienbare omstandigheden die het voor één (of beide) contractspartij(en) moeilijk zou maken om haar engagementen na te komen. De imprevisieleer houdt in dat, wanneer de uitvoering van de verbintenis buitensporig bezwarend wordt voor een partij, men als tegenpartij niet mag eisen dat deze partij dit alsnog uitvoert onder dezelfde voorwaarden en modaliteiten. De Belgische rechtspraak was echter van mening dat het niet aan de rechter was om een oordeel te vellen over de contractuele verhouding tussen partijen. Met andere woorden, als je medecontractant niet voor rede vatbaar was, dan moest je alsnog je verbintenis nakomen want de rechter kon hier niet in tussen komen (m.u.v. het verbod op rechtsmisbruik). Met boek 5 is hierin verandering gekomen. Een contractspartij mag vragen aan zijn medecontractant om een contract te heronderhandelen indien aan bepaalde voorwaarden, opgenomen in de wet, is voldaan. Indien de contractspartijen er onderling niet uitraken, kan de verzoekende partij dit zelfs voor de rechter brengen. Wanneer deze van mening is dat aan alle voorwaarden voldaan is, kan hij het contract zodanig aanpassen dat hij zich in de plaatst stelt van de partijen en gaat kijken wat er rederlijkerwijze zou overeengekomen zijn tussen partijen indien deze huidige omstandigheden reeds aanwezig waren bij contractsluiting. Dit is dus een groot verschil met wat in het verleden de gangbare rechtspraktijk was. Gelet op de instabiliteit van de huidige economie en de fluctuatie in de aankoopprijzen van goederen, de energie-en gasprijzen, etc. kan dit wetsartikel dus een belangrijke rol gaan spelen. Vandaar dat het
interessant kan zijn om in nieuwe contracten een bepaling toe te voegen waarin men van dit artikel gaat afwijken, of eventueel de toepassing ervan zelf gaat uitsluiten.
2. Battle of the forms
Tot op heden was er nooit een eenduidig antwoord op de vraag wiens algemene voorwaarden er voorrang hadden, deze van jou of deze van je medecontract. Er bestonden verschillende theorieën. Zo heb je de ‘first shot’-theorie, de ‘last shot’-theorie en de ‘knock-out rule’. Deze laatste werd veelal toegepast door de rechters en met boek 5 van het nieuw Burgerlijk Wetboek werd deze knock-out rule ook definitief gekozen als default-regeling. Het komt erop neer dat beide algemene voorwaarden van toepassing zijn, behalve de bepalingen die tegenstrijdig zijn met elkaar. Deze laatste zijn dan zonder gevolg. Ook deze bepaling is opnieuw van aanvullend recht. Indien je dus niet gebonden wilt zijn door de algemene voorwaarden van je medecontractant, zal je dit uitdrukkelijk moeten aangeven.
3. Precontractuele aansprakelijkheid
Vanaf 1 januari 2023 wordt er aan de precontractuele aansprakelijkheid een wettelijke basis gegeven binnen het verbintenissenrecht. Tot en met 31 december 2022 was het zo dat je enkel een beroep kon doen op de algemene zorgvuldigheidsnorm indien je schade had opgelopen door het (foutief) afbreken van precontractuele onderhandelingen. Boek 5 zegt nu dat bij foutief afgebroken onderhandelingen de benadeelde persoon teruggeplaatst moet worden in de situatie waarin hij zich zou hebben bevonden indien er niet zou zijn onderhandeld. Dit betekent dat reeds gemaakte kosten (bv. van adviseurs, uitvoeren van een due diligence onderzoek, etc.) moeten worden vergoed. Zo werd dit ook door de meeste rechtspraak aanvaard. Bijkomend, en dit is nieuw, is het
feit dat wanneer het rechtmatig vertrouwen zou zijn gewekt bij de benadeelde partij dat het contract zonder enige twijfel zou gesloten worden, deze benadeelde partij het herstel van het verlies van de verwachte netto-voordelen uit het niet-gesloten contract kan vragen. Dus zelfs eventuele gederfde winsten zouden kunnen worden gevorderd indien bij de tegenpartij zodanig vertrouwen is gewekt dat effectief een overeenkomst zou worden gesloten.
Het nieuwe verbintenissenrecht zorgt voor tal van codificeringen, moderniseringen en nieuwigheden. Voor alle nieuw te sluiten contracten is het dus raadzaam om deze af te toetsen aan het nieuwe recht, zodat je later niet voor verrassingen komt te staan. Laat je bijstaan voor advies op maat.
Stephanie Carels, bedrijfsjuriste Sanders Accounting & ConsultingHet
besteed wat extra aandacht aan uw nieuwe contracten vanaf 1 januari 2023!
In memoriam
Guy Tailleu (1946-2022)
Op Kerstdag is de Oostendse ondernemer Guy Taillieu overleden. Hij richtte zijn bedrijf Orac op in 1970, samen met zijn echtgenote Martine Lauwers. Hij was ook 10 jaar lang voorzitter van Voka West-Vlaanderen, ten tijde van de fusie van de verschillende Kamers tot één West-Vlaamse Kamer van Koophandel.
Guy Tailleu was een gerespecteerd ondernemer. Hij bouwde interieurbedrijf Orac internationaal uit en droeg het met succes over aan zijn kinderen Yves en Laurence.
Zijn neef Philip Tailleu (Cascador Health) omschrijft hem als volgt: “Elk van ons ontmoet tijdens zijn leven een handvol mensen die een blijvende en belangrijke impact hebben op zijn leven. Mensen die een rolmodel zijn, een bron van inspiratie. Nonkel Guy was zo’n man voor mij. Maar hij was meer dan een rolmodel. Hij was tevens één van mijn grootste aanmoedigers, steeds geïnteresseerd in waar ik mee bezig was. Hij was een familieman, een visionair, een begenadigd ondernemer met de vechtlust om ook grote uitdagingen te
overwinnen. Eén brok charisma. We gaan hem enorm missen. Inderdaad een ‘grote mijnheer’.”
Vanuit Voka - Kamer van Koophandel West-Vlaanderen wensen wij ons medeleven te betuigen aan de hele familie.
Henri Valcke vertegenwoordigt de derde generatie in het familiebedrijf, dat zijn roots heeft in de jaren 60 en zich toelegt op de vrijetijdsindustrie. In amper 5 jaar tijd heeft hij zich een status als ‘Mister Europe’ aangemeten. Namens de Amerikaanse groep Brunswick (de belangrijkste leverancier van bowlingmateriaal wereldwijd) is hij de exclusieve agent in net geen 10 Europese landen. Hij kreeg ook exclusiviteit om op de Franse markt fitnessmateriaal van de Amerikaanse gigant Life Fitness aan de man/vrouw te brengen.
Terug naar 2016, toen u de fakkel overnam binnen het familiebedrijf. Staat u nu waar u toen van droomde?
“We staan eerlijk gezegd al verder. Met onze 2 bedrijven zijn we de afgelopen jaren enorm sterk gegroeid. Maar we gaan niet zweven. 2020 en 2021 waren afschuwelijke jaren. 100% van onze klanten waren om en bij de 18 maanden verplicht gesloten. Als toeleverancier, die niet ‘verplicht gesloten’ afficheerde, konden wij, behalve technische werkloosheid, op bijna geen enkele steun rekenen. Ik kijk naar die periode terug met gevoelens van angst en dankbaarheid. Angst omdat het toch wel gek is hoe een bedrijf van de ene dag op de andere door een externe factor kan imploderen. En tegelijk ook dankbaarheid voor wat ik geleerd heb. Ik zie die periode als mijn persoonlijke Harvard. De kracht van een sterke balans, de interacties tussen resultaat en balans en een duidelijke marktstrategie hebben ons overeind gehouden. Daarnaast hebben we ook van de gelegenheid gebruik gemaakt om op het vlak van strategie de reset button in te duwen. Alles wat niet goed liep, hebben we aangepakt en zo zijn we vele malen sterker uit de coronacrisis gekomen. 2022 is daar het mooie resultaat van en 2023 ziet er ook al heel veelbelovend uit.”
“In onze bowlingdivisie zijn we van een lokale speler opererend in België en Frankrijk gegroeid naar een Europese schaal, vooral door overnames en door nieuwe concessies binnen te halen. Bowling is een onderdeel geworden van de leisure industry en heeft niet langer het ‘Big Lebowski’-imago. We hebben een imago gecreëerd dat trendy is en gelinkt wordt aan een social experience. In onze fitnessdivisie hebben we op de Franse markt na 10 jaar de code gekraakt om in te breken. Veel te lang, ik weet het, maar daar zijn honderden redenen voor. Ik wou gewoon nooit opgeven. Nu zijn we daar een key player geworden van de belangrijkste fitnessketens. De fitnessmarkt herbergt, in vergelijking met bowling, nog zoveel meer potentieel en groeimogelijkheden. In Frank-
rijk zijn er fitnessketens die 20-30 zalen per jaar openen en zijn er 5 ketens met meer dan 200 locaties. Fitness surft mee op de trend dat mensen er goed willen uitzien en zich verzorgen door gezonder te gaan leven en te sporten. Daarnaast werken we op de hotelmarkt en medische markt.”
In u schuilt een pur sang ondernemer met veel oog voor strategie, dat is wel duidelijk. Bestaat er vandaag ook zoiets als een plan 2030?
“Een visie 2030 is misschien wat te ver vooruit, zeker als je weet hoe snel de wereld draait en verandert. Maar er is wel een langetermijnrichting waar we naartoe werken en een strategisch plan 2025. Op vandaag werken we hard om macro-economisch resistent te zijn en zo weinig als mogelijk afhankelijk te zijn van variabelen. Dat kan bijvoorbeeld via een goed voorraadbeheer, zodat de supplychain geen schokken ondervindt en ook tijdelijke wisselkoersschokken kan opvangen. Daarnaast doen we ook aan geografische risicospreiding en hanteren we een strikt cashbeheer. Finaal mag het duidelijk zijn dat we dankzij ons Europese bowlingplatform (maandelijks goed voor 500.000 euro aan bowlingballen en spare parts) ook mogelijkheden kunnen creëren voor de fitnessmarkt. Ik beschouw onze groep als een kleine multinational met enorm groeipotentieel, ideaal voor medewerkers die zich internationaal willen ontplooien. Maar met ons team van 50 mensen spreken we 5 talen en hebben we payrollsystemen in alle landen met salesmensen, installateurs en techniekers. Nu moeten we die opgedane kennis en ervaring gaan gebruiken in een speelveld met 300 miljoen mensen.”
Was de beslissing om te diversifiëren (fitness naast bowling) een cruciale zet op het schaakbord van de Valcke Group? Of eerder het gevolg van een opportuniteit die op jullie weg kwam? “Destijds was het een opportuniteit die op de weg kwam van mijn vader. We waren thuis met 3 kinderen en hadden 2 activiteiten: eigen bowlingexploitatie en groothan-
del. Toen de opportuniteit van fitness zich aandiende, dachten mijn ouders: ‘perfect, dan hebben we 3 activiteiten, voor elkeen wat’. Maar mijn zus zat toen nog op school en onze raad van advies gaf aan dat ik dat in afwachting moest oppikken, gezien fitness dichter aanleunde bij mijn activiteit. Ik kende nauwelijks Frans en kende niets van de sector. Door de jaren heen heb ik echt gezweet en geploeterd: mensen aangeworven en ontslagen, continu opnieuw begonnen, geprobeerd een netwerk uit te bouwen door onnoemelijk veel te gaan eten en overal aanwezig te zijn. Maar het gros van onze concurrenten tekende voor 50 miljoen euro omzet of meer en hun klanten waren ogenschijnlijk best tevreden. Begin dan maar eens om daar vanuit Wevelgem tegenop te boksen. Maar met een fantastisch team en een efficiënte strategie hebben we bakens verzet. We kennen de pijnpunten van de concurrentie en we hebben onze unique selling points daarop afgestemd. Nu groeit onze omzet maandelijks.”
Valcke Group blijft tot nader order familiaal verankerd. Is dat een must? Het kan moeilijk anders of de private equity heeft jullie al ontdekt en ook voorstellen gedaan.
“Een familie moet zich volgens mij niet vastklampen aan een bedrijf. De onderneming moet leidend zijn. De aandeelhouders moeten doen wat het beste is voor het bedrijf, want dat is uiteindelijk het beste voor de familie. Groeien met extern kapitaal? Als dat het bedrijf beter en sterker maakt, waarom niet? Anderzijds zie ik dat alle stakeholders geloven in ons verhaal, dus het is op vandaag ook goed zonder extern kapitaal. Dan zal het misschien wat trager gaan, maar zelfs trager is momenteel nog heel snel. Ik ben nu 37 jaar, heb een top gezinnetje en heb alle aandelen van 2 mooie groeibedrijven. What does a man want more?”
Hoe krijgt u die buitenlandse expansie gemanaged?
“Het verschil wordt gemaakt door het team, een dreamteam. Ik heb echt een machtig team van mensen die zich iedere dag opnieuw zo hard inzetten. We zijn momenteel ons middle management aan het uitbouwen, maar doen dat heel geleidelijk. We willen echt wel de juiste profielen op de juiste plaatsen. Ik heb geen diploma en
“Ik zie de coronaperiode als mijn persoonlijke Harvard.”
ben op 19 jaar beginnen werken. Dus veel theorieën ken ik niet. Ik spreek gewoon heel duidelijk mijn verwachtingen uit zonder al te veel verhaaltjes. Zelfs onze Franse medewerkers waarderen dat nu. Aan onze salesmensen zeg ik: ‘You are paid to sell and if you don’t sell you don’t have a job.’ Voorts wil ik continu communiceren met mijn team. Ik wil niet de manager van de ivoren toren zijn. Met strategie bezig zijn, dat doe ik ‘s nachts in mijn bed of als ik aan het joggen ben. Overdag ben ik voltijds in the field met het team.”
“Ik ben een sales driven CEO met massa’s energie. En de zaken moeten in orde zijn, of het gaat me niet. Ik ben vrij direct, vergader niet graag en heb graag ‘dulle’ mensen rondom mij. Het moet vooruitgaan en er moet duidelijk gecommuniceerd worden met iedereen aan boord. Ik verwacht excellence als dé norm. Excellence wil echt niet zeggen duur. Excellence betekent ‘world class basics’. Geen rocket science, maar de gewone dingen gewoon goed doen en gemakkelijk zijn in de omgang. Een klant die een offerte vraagt, moet die binnen de 24 uur ontvangen, een bestelling moet dezelfde dag vertrekken naar de klant, een technische oproep moet heel snel behandeld worden, een project moet vlot verlopen qua communicatie en installatie. Het moet een leuke experience zijn voor de klant. Ik haat het als iemand zegt dat hij geen tijd heeft of dat dit niet zijn opdracht is. Medewerkers moeten graag en graag hard werken en wij zorgen inhouse zoveel mogelijk voor een leuke sfeer. Ik probeer er, samen met mijn vrouw Charlotte, voor te zorgen dat mensen bij ons met een glimlach naar het werk komen. Tot slot ben ik ook een leider die gelooft in familiale waarden en normen. Dat betekent in de eerste plaats dat je medewerkers respecteert en luistert naar hun desiderata. Als iemand eens van thuis moet werken omdat zijn of haar kindje ziek is, dan mag dat geen probleem zijn.”
Hoe is het om samen te werken met grote beursgenoteerde Amerikaanse bedrijven genre Brunswick en Life Fitness? Geen kleine jongens. “They are your best friend as long as you grow and pay. They only want to hear the good news.”
Henri Valcke is ervan overtuigd dat je van iedereen iets kan leren: van succesvolle ondernemers, atleten, klanten, medewerkers en andere mensen of organisaties. “Als ik iets lees of iemand kan spreken, probeer ik steeds iets op te pikken en te vertalen naar mezelf en/of ons bedrijf. Ik hou wel van personen als Macron. Zulke mensen geven mij energie. Verder heb ik mijn eigen credo’s: hou het eenvoudig, zorg dat je great bent in plaats van goed, omring je met uitmuntende mensen, bewaar de focus, en wees ook belachelijk ambitieus.”
Is er ook voldoende ruimte om eigen visies door te drukken?
“Ja hoor. Amerikanen begrijpen Europa niet. Net zoals Europeanen Amerika niet begrijpen. Wij worden nu ook betrokken bij hun productontwikkelingen die aangepast zijn aan de Europese noden.”
Ondernemers klagen al decennia dat de politiek aan ondernemers meer ruimte moeten laten om te ondernemen. Er lijkt op dat vlak maar weinig veranderd, toch?
“In België en in Europa krijg je steevast de indruk dat men er alles aan doet om tegenwind te geven. Hoe kan je anders uitleggen dat werkloosheid onbeperkt is in de tijd, terwijl alle bedrijven mensen zoeken. Werken is het zwaarst belast van alle activiteiten, dat is toch complete waanzin? Beseft
men in Brussel eigenlijk wel wat de impact is van indexering (de helft van de indexering gaat naar de staatkas) en energieprijzen op de kostenstructuur van een bedrijf in een Europese competitieve context? Het is echt opvallend hoe sterk België er de voorbije jaren op achteruit is gegaan. Wist u dat in Nederland de eerste 300.000 euro winst met slechts 15% belast wordt? Wat doet een ondernemer met winst? Herinvesteren, beleggen en consumeren. Dat helpt toch de economie? Al die mooie bedrijven die vertrekken uit Zuid-West-Vlaanderen of die elders investeren… dat is alarmfase rood, zou ik denken. Volgens mij zou België eens geleid moeten worden door iemand zoals een Luc Tack, iemand die eventjes orde op zaken komt stellen.”
(Karel Cambien - Foto’s Stefaan Achtergael)
“Ik beschouw onze groep als een kleine multinational met enorm groeipotentieel.”
De toekomst is elektrisch, ook voor wagenparken van ondernemingen. Bedrijven bereiden zich volop voor op de energietransitie, onder meer door te investeren in eigen laadinfrastructuur. Samen met William Stinissen, technologisch adviseur bij Volta (sectororganisatie van de elektro-installateurs), staan we stil bij enkele belangrijke aandachtspunten, in volgorde van financieel voordeel (goedkoopste oplossing eerst).
1. Laden op het bedrijf zelf De bepaling van het aantal laadpunten is afhankelijk van het aantal werknemers. “Laadpunten met een vermogen van 11 kW zijn heel geschikt, omdat de onboard batterijlader van een elektrische auto meestal datzelfde vermogen heeft. Het kan heel interessant zijn om te opteren voor load balancing, waarbij het totaal beschikbare laadvermogen evenredig wordt verdeeld over het aantal voertuigen dat ‘aan de stekker’ hangt. Je kan nog een stap verder gaan door laadpalen en andere elektrische verbruikers te koppelen aan een EMS (energiemanagementsysteem). Zeker als het bedrijf over zonnepanelen en/ of warmtepompen beschikt, biedt dat een meerwaarde. Zo kunnen de energieslurpers meer vermogen krijgen als er een overschot aan energie is. Een EMS is bij heel wat grotere bedrijven al ingeburgerd.”
Het bedrijfsmanagement doet er goed aan vooraf al grondig te brainstormen over scenario’s inzake de verdeling van het vermogen voor de laadpalen. “Zo kunnen ze bijvoorbeeld beslissen om meer vermogen te voorzien voor wagens van bezoekers en/of vertegenwoordigers, aangezien die doorgaans maar voor korte tijd op de firma aanwezig zijn. Dergelijke regels zijn idealiter al vooraf bepaald, zodat ze kunnen worden geïntegreerd in het sturingssysteem. Vooraf de belangrijkste aandachtspunten in kaart brengen, is belangrijk om de juiste vragen en voorkeuren aan de aanbieders te kunnen voorleggen.”
2. Laden
Een laadpunt bij de werknemer thuis is heel comfortabel, maar kan alleen als die over een eigen oprit of garage beschikt. “Dan kan de medewerker bij thuiskomst het voertuig met zekerheid opladen. Voor de meeste mensen volstaat een monofasig aangesloten laadpunt (16 ampère),
waarmee de wagen per uur voor 3,7 kWh wordt opgeladen. Rekening houdend met een gemiddeld verbruik van 17 kWh per 100 kilometer, betekent dat 4 uur laden voor 80 kilometer en 8 uur voor 160 kilometer. Voor het meeste woon-werkverkeer volstaat dat ruimschoots. Met het oog op het capaciteitstarief, dat vanaf januari in voege treedt en waarbij je extra belast wordt op je piekverbruik, zal het niet opportuun zijn dat iedereen ’s avonds bij thuiskomst meteen laadt. Wie kan, laadt het best zoveel mogelijk overdag op, als er ook meer zonne-energie beschikbaar is.”
Het is de werkgever of de leasingmaatschappij die het type laadpunt bepaalt. Gelukkig leidt de grote complementariteit tussen CPO’s (Charge Point Operators, verantwoordelijk voor de facturatie) en MSP’s (Mobility Service Providers, verantwoordelijk voor de laadpassen) tot steeds betere oplossingen. Je doet er wel goed aan bepaalde afspraken contractueel vast te leggen. “Dan denken we bijvoorbeeld aan wat er gebeurt als de laadpaal eigendom is van de werkgever, maar de werknemer plots naar een ander bedrijf overstapt. Daarnaast moet je ook een policy bedenken voor medewerkers die in een appartementsgebouw wonen. Onvermijdelijk zullen er vroeg of laat in één flatgebouw verschillende werknemers van verschillende werkgevers elektrisch rijden. Idealiter beschikt het appartement over laadpunten van hetzelfde type en wordt in functie daarvan naar de best mogelijke oplossing gezocht.”
3.
“Wie thuis geen eigen laadpunt heeft en niet op het bedrijf heeft kunnen opladen, kan terecht bij een publiek laadpunt. Alleen moet je daarbij wat geluk hebben, want de dichtstbijzijnde laadpaal kan bezet zijn.”
4.
Op dinsdag 24 januari organiseert Voka West-Vlaanderen het seminarie ‘Vergroening van je bedrijfswagenpark’. Gregory Vanassche (Westlease) bespreekt de fiscaliteit en staat stil bij de opbouw van een car policy. William Stinissen (Volta) geeft een algemene introductie over laadinfrastructuren en gaat dieper in op enkele technische en administratieve aspecten. Lieven Decat (Decat Energy Technics) verstrekt praktische informatie over de realisatie van een betrouwbare laadinfrastructuur en een slim achterliggend laadsysteem.
Meer info: shirley.seynaeve@voka.be
“Bij dergelijke laadpunten kan je in pakweg 30 minuten de batterij tot 80% opladen. Zulke stations plaats je niet bij mensen thuis. Een onderneming kan er eventueel enkele plaatsen voor hun vertegenwoordigers, maar die doen er goed aan hun auto niet elke dag op die manier te laden en zeker niet langs de autosnelweg, want laden aan een publiek snellaadstation is beduidend duurder.”
Er zijn nog 2 andere mogelijke oplossingen. “Medewerkers kunnen hun voertuig ergens opladen via een stopcontact met aangepaste kabel, maar dat is eerder voor noodgevallen, omdat het laden daarbij een stuk trager gaat. Op termijn zal ook vehicle to grid (waarbij je via de auto energie kan ‘aftappen’ voor gebruik in het bedrijf, nvdr) ingeburgerd raken, maar de regelgeving daarrond staat nog lang niet op punt”, besluit William Stinissen. (BVC - Foto Kurt)
“Een
Na 2 jaar gedwongen afwezigheid keert het Autosalon van Brussel terug naar de Paleizen van Brussels Expo voor zijn 100ste editie. Van 14 tot 22 januari 2023 ontmoet de autosector er het grote publiek om zijn nieuwste modellen en jongste innovaties voor te stellen, maar ook om de automobilist van vandaag en morgen te informeren over de evolutie van de individuele mobiliteit.
meer dan 95% van de Belgische automarkt. De configuratie werd volledig vernieuwd. Naast de traditionele stands heeft salonorganisator FEBIAC een gemeenschappelijke ruimte gepland onder de naam ‘The Avenue’.
Voor het eerst in de geschiedenis zal het Autosalon van Brussel de verkiezing van de ‘Auto van het Jaar’ hosten, die sinds 1964 de beste auto op de Europese markt bekroont. Dat bevestigt de groeiende internationale impact van het Autosalon van Brussel. De jury van ‘The Car of the Year’-verkiezing bestaat uit 61 internationale vakjournalisten, die elk jaar 30 tot 40 nieuwe auto’s beoordelen aan de hand van diverse criteria, zoals design, comfort, veiligheid, zuinigheid, milieuprestaties, rijgedrag, functionaliteit, rijplezier, technische innovatie en prijs-kwaliteitverhouding. Het winnende model en de finalisten zullen gedurende het hele Autosalon te zien zijn in Paleis 9.
Op 14 januari opent de honderdste editie van het Belgische Autosalon de deuren voor het grote publiek. FEBIAC, de Belgische en Luxemburgse automobiel- en tweewielerfederatie die het Autosalon organiseert, kijkt vol optimisme uit naar deze jubileumeditie. “Toen editie 2020 van het Autosalon de deuren sloot, had niemand gedacht dat het zo lang zou duren voor het volgende Salon zou plaatsvinden”, zegt Andreas Cremer, Afgevaardigd Bestuurder van FEBIAC. “Sinds dat jaar onderging de automarkt ingrijpende veranderingen: de elektromotor is doorgebroken en de markt werd overspoeld door nieuwe modellen en nieuwe spelers. In dat verband zal het Autosalon 2023, naast zijn gebruikelijke rol als belangrijk technologisch uitstalraam voor de nieuwe producten van de sector, ook fungeren als informatie- en populariseringscentrum voor het grote publiek.” Editie 2023 kan uitpakken met een recordaantal aanwezige automerken, 50 in totaal. Daarmee vertegenwoordigt het Salon
Op het gebied van informatie zal het Salon voor het eerst forums organiseren in een ‘forum dome’. Bezoekers kunnen er terecht voor verscheidene sessies, enerzijds gegeven door deskundigen uit de autosector en anderzijds door exposanten die hun technologie aan de bezoekers willen uitleggen en verdedigen. Elke dag worden er verschillende sessies georganiseerd, waar het grote publiek kan kennismaken met uiteenlopende onderwerpen zoals “Welke motorisering past het best bij mijn rijprofiel?”, “Hoe kunnen we de overgang naar elektrische mobiliteit in goede banen leiden?”, “Wat zijn de jongste innovaties op het gebied van veiligheid?”, enz. Er is ook aandacht voor opleiding en aanwerving. Educam, Diagnose Car, Greenpower en Defensie delen een ruimte waarin ze leerkrachten en studenten ontvangen om de werkgelegenheidsperspectieven in de sector en de jongste technologische innovaties voor te stellen.
www.autosalon.be
Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Lydia Peeters maakte in december bekend dat de studie van de doortrekking van de R8 in Kuurne op het investeringsplan van 2023 staat. “Het Agentschap Wegen en Verkeer zal in de loop van 2023 een studie opstarten over de doortrekking van de R8 op de grens van Kuurne met Kortrijk. Een belangrijk dossier om de verkeersveiligheid in de regio te verhogen. De studie voorziet in de opmaak van een startnota, projectnota en project-MER”, duidt minister Peeters.
In de studie wordt er onderzocht wat de opties zijn voor het doortrekken van de R8. De lengte van het traject is 1,7 kilometer lang tussen de kruispunten van de Ringlaan met de Heirweg en de Ringlaan met de Kuurnsesteenweg/Kortrijksestraat.
“Er wordt onder meer onderzocht welke wegen niet meer rechtstreeks moeten aantakken op de R8. Bedoeling is om het doorgaande en lokale verkeer van elkaar te scheiden en zo de doorstroming op de R8 en de verkeersveiligheid op de parallelwegen te verhogen. We onderzoeken dan ook meteen hoe die parallelwegen ingericht kunnen worden naargelang hun lokale functie. Dat betekent dat er gekeken wordt richting actieve weggebruikers, hoe zij een comfortabele en veilige plaats krijgen op deze wegen”, zegt minister Peeters. Aangezien een vlotte mobiliteit voor bedrijven cruciaal is, is Voka West-Vlaanderen blij met
de nieuwe evolutie. “De goede bereikbaarheid van Kortrijk en omgeving staat reeds jaren onder druk. Doordat de ring rond Kortrijk nooit volledig is afgewerkt , bestaat er tussen de complexen Kortrijk-Oost en Hoog Kortrijk een missing link. Het verkeer verloopt tussen beide punten via een weefstrook op de E17, tevens ook de ontsluiting van de R8 op de E17. Dat belemmert toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen en weegt op de leefbaarheid en bereikbaarheid van de omgeving. We zijn blij dat er schot in de zaak komt”, zegt gedelegeerd bestuurder Bert Mons.
Françis Benoit, burgemeester van Kuurne, reageert tevreden: “Voor onze gemeente maar ook regio is deze doorsteek heel belangrijk. Ik ben ervan overtuigd dat die niet alleen de verkeersveiligheid ten goede komt, maar ook een betere branding voor het commerciële hart aan de R8 en een betere ontsluiting voor het bedrijvenpark.”
Ruth Vandenberghe, burgemeester van Kortrijk, zegt: “Ook in Kortrijk zijn we heel tevreden dat een minister eindelijk de zwarte kruispunten in onze regio aanpakt. De doortrekking van de R8 moet levensgevaarlijke situaties voorkomen.”
De opdrachtdocumenten voor de studie worden momenteel opgemaakt. Het bestek voor de studie wordt in het voorjaar van 2023 in de markt geplaatst, waarna er zo snel mogelijk een kandidaat geselecteerd zal worden om de studie uit te voeren. De uitvoeringstermijn van de studie wordt geraamd op 3 jaar.
“Doordat de ring rond Kortrijk nooit volledig is afgewerkt , bestaat er tussen de complexen Kortrijk-Oost en Hoog Kortrijk een missing link.”
— BERT MONS
Goals van de Verenigde Naties worden wereldwijd ingezet als doelstellingen voor duurzame ontwikkeling. In deze rubriek stellen we telkens een andere SDG voor. SDG 11 draait rond duurzame steden en gemeenschappen. Het doel is om die inclusief, veilig, veerkrachtig en duurzaam te maken. Subdoelstelling 11.2 streeft tegen 2030 naar toegang tot veilige, betaalbare, toegankelijke en duurzame vervoerssystemen voor iedereen, waarbij de verkeersveiligheid verbeterd wordt, met name door het openbaar vervoer uit te breiden, met aandacht voor de behoeften van mensen in kwetsbare situaties, vrouwen, kinderen, personen met een handicap en ouderen. Onder doelstelling 11.6 wordt de nadelige milieu-impact van steden per capita gereduceerd.
BEDRIJFSCASEWever & Ducré is een fabrikant van verlichtingsarmaturen, die met een 95-tal werknemers instaat voor een omzet van zo’n 50 miljoen euro. Het bedrijf heeft ook een vestiging op Evolis, een bedrijvenpark dat hoge duurzaamheidseisen stelt. “Duurzaamheid zit in ons DNA, waardoor we een plekje hier op de site hebben kunnen bemachtigen”, zegt Quality Manager Joeri Rommelaere.
Wever & Ducré zet op verschillende fronten in op duurzaamheid. “Zo hebben we hier naast ons bedrijf een braakliggend stuk grond om eventueel later op uit te breiden. Daar hebben we een voetbalveld aangelegd waar onze medewerkers zich even kunnen ontspannen. Ernaast hebben we een bloemenweide ingezaaid, om de biodiversiteit te ondersteunen, in samenwerking met een imker die in de nabijheid kasten heeft. Elk van onze medewerkers kreeg als eindejaarsattentie een potje honing, deels van eigen bodem.”
“Ook verplaatsingen worden zo duurzaam mogelijk gehouden. Bedrijfswagens worden omgeschakeld naar elektrische wagens. Om
medewerkers aan te moedigen om met de fiets naar het werk te komen, hebben we een fietsplan: wie zich engageert om een aantal keer per week met de fiets te komen werken, kan een fiets leasen tegen een voordelige prijs. Wever & Ducré financiert daar zelf ook een stuk in mee. Ook werden 364 zonnepanelen geïnstalleerd en laadpunten voorzien, zowel voor de auto’s als voor fietsen. Bovendien stimuleren we onze werknemers om zoveel mogelijk te sporten. Dat heeft ons inmiddels de award ‘Sportbedrijf van het jaar 22-23’ van Sport Vlaanderen opgeleverd.”
Vrachtverkeer op de weg wordt beperkt. “Bewegingen gebeuren zoveel mogelijk via de binnenwateren, het multimodale transport. Op die manier hebben we minder
vrachtverkeer en reduceren we onze uitstoot met zo’n 19 ton CO2 per jaar.” Al 5 jaar gebruikt het bedrijf enkel verpakkingen in 100% gerecycleerd bruin karton. “Daarnaast zetten we in op producten met een langere levensduur. Naast 5 jaar garantie op ons volledige gamma, garanderen we dat de meerderheid van onze LED-modules gedurende 20 jaar herstelbaar zullen zijn. Ook de keuze voor minder trendgevoelige kleuren past in deze strategie.”
Meer weten? Contacteer ons gerust via 0476 02 59 42 of duurzaamondernemen.wv@voka.be
In grote steden is autodelen al goed ingeburgerd en intussen lijkt ook de Westhoek op die kar te zijn gesprongen. Dat is mede te danken aan Claus2You, een gebruiksvriendelijk autodeelplatform van Claus Mobility uit Ieper. Initiatiefnemer Thomas Colpaert is verheugd over het succes van het eerste jaar.
Thomas Colpaert was 17 jaar lang actief bij een Mazda-concessiehouder in de regio rond Gent. 1,5 jaar geleden besliste zijn familie ermee te stoppen. “Intussen ben ik actief in de zaak van de familie Claus uit Ieper, een concessiehouder van Mazda, Fiat, Abarth en Alfa Romeo. Door de wijzigingen in het mobiliteitslandschap besliste ik samen met mijn echtgenote Eva Claus en haar zus Elis om de markt met een breder dienstenpakket tegemoet te treden. Onder de naam Claus Mobility bieden we nu, naast aan- en verkoop van wagens, ook verhuur op lange en korte termijn én autodelen aan.”
Autodelen wordt sowieso ook in West-Vlaanderen een trend, verwacht Thomas. “Op Elverdinge en Middelkerke na, hebben alle gemeenten het LEKP (Lokaal energie- en klimaatpact) ondertekend, waarmee ze zich engageren om tegen 2030 hun CO2-impact gevoelig te verlagen. Eén van de maatregelen is om per 500 inwoners één deelwagen te voorzien. Zo telt Ieper 35.000 inwoners, wat betekent dat ze tegen 2030 70 deelwagens zouden voorzien. Met ons platform Claus2You willen we graag een referentie in die markt worden.”
Claus2You loopt één jaar en scoort heel goed. “Momenteel hebben wij 17 deelwagens in omloop in onder meer Zonnebeke, Passendale, Geluveld, Beselare, Moorslede, Dadizele, Ledegem, Brugge, Zeebrugge en Izegem. We starten heel binnenkort op in Koksijde, Mesen en Wervik, waardoor
we tegen eind januari 2023 een deelvloot van 29 wagens tellen. In tegenstelling tot andere aanbieders, werken we niet met een abonnement. Gebruikers betalen voor de duur van de rit en voor het aantal afgelegde kilometers. Wie bijvoorbeeld een wagen huurt voor 4 uur (aan 2,99 euro per uur) en daarin 100 kilometer aflegt (aan 0,25 cent per kilometer), betaalt 37 euro met een prepaid-systeem.”
Momenteel telt Claus2You al 302 gebruikers. “De eerste weken verliepen moeizaam, tot we werk hebben gemaakt van infomomenten voor geïnteresseerden. Daarna ging de bal vrij snel aan het rollen. We hopen het aantal Claus2You’ers tegen eind 2023 te verdubbelen”, gaat Thomas verder. “Bewust hebben we voor kleine, toegankelijke wagens gekozen. Meestal is dat de Fiat 500, een zuinige, mild hybride wagen. We hebben geopteerd voor een
THOMAS COLPAERTlaagdrempelig initiatief, volledig ‘station based’. Dat betekent dat de wagens op speciaal daarvoor voorziene parkeerplaatsen staan, op vlot toegankelijke locaties, waar de gebruiker de wagen na de rit ook weer afzet.”
Claus2You staat ook open voor bedrijven. “We sluiten dan een overeenkomst met een onderneming en sturen op het eind van de maand een heel overzichtelijke factuur met alle informatie over wie, waar, wanneer en hoe lang de auto heeft gebruikt.”
(BVC - Foto DD)
“We hopen het aantal Claus2You’ers tegen eind 2023 te verdubbelen.” —Thomas Colpaert samen met zijn echtgenote Eva Claus en haar zus Elis.
De komende jaren wijzigt er heel wat aan de autofiscaliteit voor bedrijfswagens. De evolutie naar emissievrije wagens is onherroepelijk ingezet. Wat betekent dat concreet voor jouw vloot? Hans Parmentier, hoofd van de businessunit Fleet bij Raes Autogroep, beantwoordt een aantal pertinente vragen.
Welke wetgeving verandert er precies?
“Het gaat om de federale wetgeving. Het belangrijkste doel van de doorgevoerde wijzigingen is de vergroening van wagenparken. De kernboodschap is dat alleen CO2-neutrale voertuigen (emissievrije voertuigen die op elektriciteit of waterstof rijden) nog fiscaal interessant zullen zijn. De wijzigingen zullen minder impact hebben op de verkeersbelasting en op de inschrijving van voertuigen (BIV) omdat die op regionaal niveau bepaald worden.”
Voor welke wagens wijzigt de wetgeving het strengst?
“Alle niet-emissievrije wagens: voertuigen op benzine, diesel, LPG, CNG, maar ook plug-in hybrides. Plug-in hybrides onderscheiden zich van ‘mild hybrides’ door hun batterijcapaciteit (minstens 0,5 kWh per 100 kilo wagengewicht), hun gemiddelde CO2-uitstoot (minder dan 50 gram per kilometer) én het feit dat ze via een laadpaal worden opgeladen. De veranderde fiscaliteit gaat altijd uit van de besteldatum van de bedrijfswagen,
dus niet van de leveringsdatum of de datum van ingebruikname. Opgepast: wanneer de wagen geleaset wordt, moet ook de bestelbon bij de leasingmaatschappij getekend zijn.”
Wat moet in principe altijd het vertrekpunt zijn bij de aankoop van een bedrijfswagen?
“Vroeger kocht men een wagen op basis van aankoop- of leasebudget. Dat is verleden tijd: nu kijken we enkel naar de TCO (‘Total Cost of Ownership’).
Die vertegenwoordigt alle kosten die inherent zijn aan het bezitten van een bedrijfsauto. Het gaat om 9 ‘posten’, waarvan de eerste 5 verbonden zijn aan een operationele leasing: financiering, belasting, verzekering, onderhoud en herstelling en de restwaarde. De andere 4 factoren zijn: energiekost, CO2-bijdrage, verworpen uitgaven en belastingbesparing.”
Hoe wijzigt de fiscale aftrekbaarheid voor niet-emissievrije wagens?
“Tot en met 30 juni behouden die hun huidige fiscale aftrekbaarheid, maar er verandert wel al iets voor de plugin hybrides. Voor dergelijke auto’s
“BESTELLEN VOOR EIND JUNI 2023 INTERESSANT VOOR OPTIMALISATIE”RAES Autogroep is een toonaangevend mobiliteitsbedrijf. Wat in 1975 startte als kleine garage in het landelijke Moerkerke, is nu een sterk en toonaangevend mobiliteitsbedrijf in de regio
Brugge - Oostkamp - Oostende geworden. RAES is officiële verdeler van de merken Volkswagen, Audi, SEAT, ŠKODA, Cupra en Yamaha. Wondercar RAES is de carrosserieafdeling binnen de groep, die zowel traditionele schade herstelt als de nieuwste SMART-technieken toepast, zowel voor eigen als voor externe merken.
www.raesautogroep.be
blijft de autokost 100% aftrekbaar, met uitzondering van de brandstofkost (50%). Vanaf 1 juli 2023 treedt voor alle nietemissievrije wagens een cascadesysteem van verminderde aftrekbaarheid in werking: tot eind 2024 blijven plug-in hybrides nog 100% aftrekbaar (brandstofkost 50%), voor andere niet-emissievrije wagens ligt dat dan sowieso al iets lager. Vanaf dan vermindert de aftrekbaarheid elk jaar met 25%. Met andere woorden: vanaf 1 januari 2028 zijn niet-emissievrije wagens (dus ook plug-in hybrides) fiscaal niet meer in te brengen.”
Hoe bereken je de fiscale aftrekbaarheid van een bedrijfswagen?
“Dat gebeurt via de standaardformule: 120% - (0,5 x brandstofcoëfficiënt x CO2 per km). De coëfficiënt bedraagt voor dieselwagens 1; 0,95 voor benzinewagens en 0,90 voor auto’s op aardgas. Een bedrijfswagen is maximaal 100% aftrekbaar (bij plug-in hybrides) en minimaal 40%.”
Wat verandert er vanaf 1 juli 2023 aan de CO2-bijdrage?
“Deze bijdrage, ook wel de solidariteitsbijdrage genoemd, stijgt vanaf 1 juli 2023 met een bepaalde verhogingsfactor. Tot en met 31 december 2024 betaal je een verhoogde CO2bijdrage die gelijk is aan de CO2-uitstoot (uitgedrukt in gram per kilometer) maal 2,25. De jaren daarop wordt die stijging nog sterker en bedraagt de verhogingsfactor respectievelijk 2,75 (2025), 4 (2026) en 5,5 (2027). Die gevoelig gestegen solidariteitsbijdrage zal dus ongetwijfeld een stevige impact hebben op de totale kostprijs (TCO).”
Welke veranderingen zijn in de wetgeving opgenomen voor emissievrije wagens? “Elke elektrische auto die tot en met 31 december 2026 wordt besteld, is tot dan (samen met de autokosten) volledig fiscaal aftrekbaar. In 2027 wordt dat 95%, in 2028 90%. De 3 volgende jaren daalt de aftrekbaarheid vervolgens met 7,5%.
Bijgevolg kan de elektrische wagen vanaf 1 januari 2031 nog voor 67,5% ingebracht worden; zijnde min of meer de huidige aftrekbaarheid van niet-emissievrije wagens.”
Wat is het beste advies dat fleetverantwoordelijken van bedrijven nu kunnen volgen?
“Zorg ervoor dat de bestelbon en/of de leasingovereenkomst voor nieuwe bedrijfswagens opgemaakt én ondertekend is door de verkoper/leasegever én de koper/leasenemer (belastingplichtige vennootschap of eenmanszaak) vóór de startdatum van de nieuwe regels inzake autofiscaliteit. Tot en met 30 juni 2023 blijft de TCO van niet-emissievrije wagens nog stabiel zolang de wagen niet van eigenaar verandert (inflatie en brandstofkosten niet meegerekend).”
Het Europese snellaadbedrijf Fastned heeft zijn tweede snellaadstation geopend in Roeselare, zijn 16de in België. Het nieuwe station aan de E403 heeft 2 300 kW snelladers waar 4 elektrische wagens tegelijk kunnen laden. Het is het eerste van een reeks snellaadstations die Fastned in samenwerking met WVI gaat realiseren.
Het nieuwste snellaadstation van Fastned is gelegen aan het kruispunt van de Rijksweg (R32) met de Kwadestraat, bij het AZ Delta en de oprit 6 Roeselare-Rumbeke van de E403 richting Kortrijk. Net zoals de andere stations van Fastned is het herkenbaar aan het typische gele dak bedekt met zonnepanelen. Elektrische rijders kunnen er in een kwartier tot 300 kilometer bereik opladen met groene stroom van zon en wind. Voorlopig beschikt het station over 2.300 kW snelladers, maar op termijn is een opschaling naar 16 laadposities mogelijk. Het is het 16de operationele snellaadstation
van Fastned in België en het tweede in Roeselare.
Het station maakt deel uit van een verregaande samenwerking van Fastned met WVI. De komende jaren zal Fastned een reeks snellaadstations openen in enkele van de gemeenten waar WVI actief is. Geert Sanders, algemeen directeur WVI: “Met de bouw van een netwerk van snellaadstations langs onze West-Vlaamse wegen effent WVI mee het pad voor meer
elektrische mobiliteit. Fastned is hier de geschikte partner voor: ze beschikken over de technologie, de kennis en de vaardigheden.” “Fastned is erg blij met samenwerkingen zoals deze met de WVI, die haar maatschappelijke rol als verlengstuk van de lokale besturen op deze manier ter harte neemt”, besluit Tuur De Coninck, country manager Belgium bij Fastned. De bouw van het tweede laadstation binnen de samenwerking is gepland voor volgend voorjaar. (JV - Eigen foto)
Verzekeringsmakelaar D’hondt Insurance uit Brugge lanceert een applicatie die het rijgedrag van vrachtwagenchauffeurs en automobilisten in kaart brengt. De app geeft hen op basis van die gegevens ook tips om veiliger en zuiniger te rijden. “Het is voor transportfirma’s steeds moeilijker om een verzekeraar te vinden. Deze tool kan die zoektocht voor hen en ons gemakkelijker maken”, zegt Kurt D’hondt.
Kurt D’hondt, zaakvoerder van D’hondt Insurance, werkte samen met de universiteit van Hasselt voor de ontwikkeling van het ‘SAFE.T’-softwareprogramma. “Je installeert een app op je gsm en die analyseert je rijgedrag tijdens je verplaatsingen’, legt Kurt D’hondt uit. “Via je gsm kan SAFE.T heel veel afleiden. De app wordt gelinkt aan Google Maps. Zo weet hij bijvoorbeeld of je je aan de snelheidsbeperkingen houdt. Of je zuinig rijdt, wordt onder meer bepaald door het feit dat je te veel gas geeft als je even later toch weer moet stoppen. Uiteraard weet de app ook of je tijdens het rijden actief bezig bent op je gsm.”
Dat is de ‘eenvoudige versie’, maar het kan ook uitgebreider. “In combinatie met een slimme camera in je wagen, kan de app ook bijhouden of je op een veilige afstand rijdt van je voorligger, of je veilig inhaalt, of je netjes op je rijvak blijft rijden, enz. Al die gegevens worden bijgehouden, en dan krijg je daar een score voor. SAFE.T formuleert ook de punten waaraan je moet werken en de manier waarop je dat kan doen.”
Kurt D’hondt wil de tool lanceren bij kleine en grote ondernemingen, zodat ze die voor hun bedrijfswagens kunnen gebruiken. “SAFE.T is vooral financieel interessant: wie zuiniger rijdt, moet minder tanken en moet ook minder met zijn voertuig op onderhoud. Wie veiliger rijdt, heeft minder
ongevallen; dat betekent dus minder personeel ‘out’ na een ongeval en ook een beter verzekeringstarief.”
Maar de inspiratie om de tool te ontwikkelen kwam, gezien de beroepsactiviteit van D’hondt, vooral vanuit verzekeringsperspectief. “Het wordt steeds moeilijker om nog verzekeraars te vinden die transportfirma’s tegen een redelijke prijs willen verzekeren. Als je hen deze tool biedt, waarbij ze kunnen zién hoe veilig je chauffeurs rijden op de weg, heb je het perfecte argument in handen om hen je toch te laten verzekeren.”
De medewerkers van D’hondt Insurance hebben de ‘SAFE.T’-app nu al op hun gsm geïnstalleerd. “De app wordt officieel gelanceerd binnen een tweetal maanden, maar wij testen hem al een tijdje uit. Het is bijna
— KURT D’HONDTeen wedstrijd geworden. Iedereen doet zijn best om de beste score te behalen. Door onze app sta je echt veel meer stil bij je rijgedrag. Als werkgever kan je ook incentives aan de app linken. Bij ons krijgt de chauffeur van de maand bijvoorbeeld 4 cinematickets. Wie de beste score heeft op het einde van het jaar, krijgt een weekendje Durbuy cadeau. Als motivator kan dat tellen.” (JM - MVN)
www.dhondt-insurance.com safe-t-prevention.eu
“Door onze app sta je echt veel meer stil bij je rijgedrag. Als werkgever kan je ook incentives aan de app linken.”
Op maat gemaakte voertuigen met minitrailer zijn essentieel voor de meest uiteenlopende sectoren. Daarom kloppen talloze bedrijven en openbare diensten sinds 1977 aan bij Constructie Vergauwe en het merk Minitrailer. De specialist uit Wevelgem en Brugge creëert klantgerichte mobiliteitsoplossingen, gekoppeld aan een vlekkeloze service.
Bij Minitrailer kan je terecht voor alle mobiliteitsoplossingen voor een MTM (maximaal toegelaten massa) van 3,5 tot 12 ton. “We maken aangepaste voertuigen voor de bouwsector, de automotive-industrie, machinevervoer, tuinbouwers, politiediensten, het Rode Kruis en andere hulpverleners”, verduidelijkt eigenaar Pieter Pillaert. “We vertrekken daarbij van een standaard chassis, dat telkens modulair wordt aangepast. Alles begint bij het luisteren naar wat de klant exact wil. Vervolgens tekenen we het ontwerp uit in 3D en produceren we alles volledig zelf.”
Op die manier speelt Minitrailer uitstekend in op actuele mobiliteitsbehoeften. “Tegenwoordig zijn trailers met een laadvermogen tussen pakweg 3 en 7 ton erg in trek voor last mile delivery, onder meer omwille van hun lager verbruik en de gereduceerde kilometerheffing. Eigenlijk bieden we een perfect alternatief voor zowel kleinere bestelwagens (doorgaans te zwaar en dus niet reglementair geladen) als grote vrachtwagens (zoals 44-tonners die in steeds minder steden welkom zijn).”
De oplossingen van Constructie Vergauwe en Minitrailer anticiperen ook op het knelpuntberoep van vrachtwagenchauffeur. “Om met trailers zoals die van ons te rijden, volstaat een B+E- of een C1+E-rijbewijs, die makkelijker te behalen zijn dan het C+E-rijbewijs. Je hebt er evenmin de Code 95-aanduiding op je rijbewijs voor nodig. Bovendien is ook de TCO (Total Cost of Ownership) van onze producten interessant, omwille van de hoge restwaarde (doorverkoopwaarde).”
Met ZCTT (Zeebrugge Car Transport Technics) heeft Minitrailer nog een nevenbedrijf dat zich integraal toespitst op de noden van de autotransportmarkt. “Constructie Vergauwe is van oudsher een herstelbedrijf van autotransportvoertuigen. Die traditie zetten we verder met ZCTT. We zijn in Brugge gevestigd om vlot trailers die 5 of 8 personenwagens vervoeren, te kunnen herstellen. Op die manier zijn we essentieel voor de Port of Antwerp-Bruges, vermits Zeebrugge wereldwijd de grootste autohub ter wereld is”, besluit Pieter Pillaert. Bij Minitrailer en ZCTT samen werken 15 mensen.
De 8 splinternieuwe laadpalen die Vanden Broele in Brugge recent installeerde, worden voortaan ook ter beschikking gesteld van de buurt. Het IT-bedrijf wekt met de zonnepanelen op het dak immers méér energie op dan het zelf nodig heeft.
Vanden Broele ontwikkelt innovatieve kennisoplossingen voor overheden en non-profitorganisaties in België. Het maakt enerzijds softwaretoepassingen voor overheidspersoneel en ontwikkelt anderzijds ook platformen tussen de burger en de overheid. “Bijvoorbeeld de softwaretoepassingen waarmee burgers eenvoudige documenten kunnen opvragen bij hun stad of gemeente, of platformen zoals MijnVerbouwPremie, waarbij burgers via één onlineloket een premie kunnen aanvragen voor renovatie en energiebesparende investeringen”, zegt Ferre Verstraete.
Vanden Broele startte destijds en is ook groot geworden als drukkerij, maar die activiteiten heeft het recent stopgezet. “De laatste jaren kwam de klemtoon steeds meer op ons digitaal luik te liggen en tijdens de coronacrisis – waarbij die evolutie nog in een stroomversnelling kwam – hebben we beslist om voortaan op het digitale te focussen en onze drukactiviteiten af te stoten.”
Het bedrijf, dat 120 werknemers telt, heeft in 2011 zo’n 190 zonnepanelen geïnstalleerd op het dak. “Drukmachines en papiersnijders verbruiken heel wat energie, en met die zonnepanelen wilden we graag voor ons eigen energieverbruik instaan”, zegt Verstraete. “Sinds we onze drukactiviteiten hebben stopgezet, ligt ons verbruik echter veel lager en steken we dus veel energie terug op het net.”
Vergroenen van mobiliteit Vanden Broele heeft nu in samenwerking met Fluvius energiedelen geactiveerd. “Dat komt erop neer dat we de energie die we hier te veel produceren, in één van onze andere kantoorgebouwen kunnen gebruiken. Het is onze bedoeling om dit energiedelen in de loop van januari nog iets meer uit
te breiden en zo te komen tot een hernieuwbare energiegemeenschap waarin ook nog andere gebruikers aangesloten zijn. Zo zullen alle kantoorgebouwen van Vanden Broele voorzien zijn van groene stroom en werken we samen aan een positieve energietransitie.”
Recent heeft het nog een andere stap gezet in het kader van dat positieve energieverhaal. “We hebben 8 laadpalen geïnstalleerd bij ons bedrijf. Dat is enerzijds om de wagens van onze medewerkers mee te kunnen opladen. Maar we willen de laadpalen anderzijds ook aan een voordelig tarief ter beschikking stellen van de buurtbewoners. Het gaat om laadpalen van 22kW, die dus vrij snel opladen. Zo helpen we om ook de mobiliteit van onze buurtbewoners groener te maken.” (JM - Foto MVN) www.vandenbroele.be
Vanden Broele zet ook op andere fronten in op duurzaamheid. “We laten ons al enkele jaren begeleiden door Voka om tot een duurzamere bedrijfsvoering te komen en hebben voor die inzet ook telkens een Voka Charter Duurzaam Ondernemen ontvangen. Volgend jaar willen we onze inspanningen nog wat opschroeven en ons tot SDG Pioneer opwerken. Duurzaamheid zit echt verweven in onze bedrijfscultuur, in onze waarden en normen, ons hr-beleid, de producten die we afleveren,… kortom: in alles wat we doen.”
DCT als aanbieder van premium merken introduceren bij ondernemers, is eigenlijk een open deur intrappen. De onderneming van Frederik Daenekindt geniet op dat vlak bij zelfstandigen al sinds de opstart een excellente reputatie. De 3 vestigingen in Wielsbeke, Maldegem en Mechelen herbergen evenwel nog veel meer expertise. Ze worden gerund door Frederik Daenekindt en zijn zakenpartners Rik Van Landschoot en Maxime Orbie.
“Het doet ons plezier bij een breed publiek bekend te zijn als een onafhankelijke partner voor topwagens. Dat laat klanten toe de juiste keuze te maken, op basis van esthetische voorkeur, technische én financiële argumenten. Het gebeurt wel vaker dat mensen buiten rijden met een ander model of merk dan wat ze aanvankelijk in gedachten hadden”, verduidelijkt Frederik. “Uiteraard blinkt ons aanbod ook uit in milieubewuste mobiliteit: zowat de helft van de wagens die je in onze showrooms vindt, is hybride of elektrisch aangedreven. Ook voor een volledig nieuwe wagen, op bestelling, kan je bij DCT terecht.”
DCT is sinds 2006 actief vanuit Wielsbeke. 8 jaar later kwam daar de vestiging in Maldegem bij en sinds 2022 bedient het bedrijf ook klanten vanuit Mechelen. “Naast de nieuwe of jong gebruikte voertuigen zelf, kunnen wij ook perfect de meest geschikte leasingoplossing voorstellen. Zo zijn we een hub voor KBC Leasing, al hebben we een heel constructieve relatie met alle belangrijke leasingmaatschappijen.”
De onderneming beschikt over een eigen werkplaats. “Daar kunnen we onder meer sportieve breaks of SUV’s ombouwen tot een lichte vrachtwagen met 2 zitplaatsen, wat ook fiscale voordelen biedt. Zelfs het complexe papierwerk en de homologatie voor dergelijke aanpassingen, nemen we voor onze rekening.”
DCT gaat er prat op om op serviceniveau steevast naar een hogere versnelling te schakelen. “De filiaalverantwoordelijke ontvangt iedere klant persoonlijk. We voelen dat zoiets geapprecieerd wordt. We zijn trots dat de maximale ondersteuning die we doorheen het hele traject bieden, altijd weer zorgt voor tevreden klanten.”
Voor het onderhoud van elke wagen, heeft DCT met concessiehouders van de specifieke merken mooie partnerships opgebouwd. “Die gezonde wisselwerking biedt voordelen voor iedereen, dus ook voor onze klanten. Door het onderhoud met de merkgebonden wisselstukken, behouden zij te allen tijde hun fabriekswaarborg.”
Half december waren we met Voka Connect te gast bij Terrest Brewery/Bar.Cigar in Houthulst. Bart Verhaeghe, gekend als ondernemer en natuurlijk als voorzitter van Club Brugge, nam er ons mee in zijn succesverhaal en ging ook de hindernissen en valkuilen niet uit de weg.
Een bevlogen Katrien Van Eeckhoutte bood op 8 december een dertigtal vrouwelijke ondernemers een exclusieve inkijk in haar levensloop als algemeen directeur van het Concertgebouw Brugge. Ze zette onder meer uiteen hoe ze de kunstinstelling van de prille beginjaren naar de huidige toonaangevende rol in de lokale en internationale gemeenschap wist te loodsen.
Tijdens dit informele netwerkmoment kan je als Voka-lid op een ontspannen, informele manier kennismaken met gelijkgestemden uit de regio, contacten leggen en elkaar inspireren. Dat is de bedoeling! Op 8 december waren we met het Vokafé te gast bij het Westvlaams Tegelhuis in Roeselare en op 13 december bij Frock Gallery in Ieper.
Seminarie: Vergroening van je bedrijfswagenpark
Dit jaar zullen er ongeveer 1 miljoen elektrische wagens in gebruik zijn. Reken daarbij dat in 2026 alle leasewagens verplicht emissievrij moeten zijn en je weet dat je als onderneming niet meer om de verduurzaming van je bedrijfsvloot heen kan. Die ontwikkeling brengt – naast kansen – ook heel wat vragen en/of zorgen met zich mee. Tijdens dit seminarie op 24 januari krijg je alle broodnodige informatie.
Meer info: Shirley Seynaeve, shirley.seynaeve@voka.be, 0473 89 23 17
Voka West-Vlaanderen startte in 2022 een nieuwe community voor de bouw- en vastgoedsector. We brengen daarbij projectontwikkelaars, investeerders, architecten, aannemers, vastgoedmakelaars, toeleveranciers, studiebureaus en innovatieve starters uit de sector samen om elkaar te inspireren en te versterken. Op 6 maart trekken we naar het nieuwe distributiecentrum van Van Marcke voor de kick-off van de tweede jaargang.
Meer info: Ann De Decker, ann.dedecker@voka.be, 0470 11 02 80
Infosessie Welt: Versterk jouw personeels- en opleidingsbeleid dinsdag 17 januari 2023 / van 12.00 tot 12.30 uur / Online
Voka Actua: Is jouw onderneming klaar voor de klokkenluidersrichtlijn? dinsdag 17 januari 2023 / van 12.30 tot 14.00 uur / Online
Lab+: Van brandjesblusser naar coachend leidinggevende donderdag 19 januari 2023 / van 9.00 tot 12.30 uur / Voka | Brugge, Oostkamp
Seminarie: Vergroening van je bedrijfswagenpark dinsdag 24 januari 2023 / van 8.30 tot 17.00 uur / Voka | Brugge, Oostkamp
Infosessie: Voka Tech@Venture Amsterdam woensdag 25 januari 2023 / van 8.30 tot 10.30 uur / Online of Voka | Brugge, Oostkamp
Kick-off MBA Highlights 2023 donderdag 26 tot zaterdag 28 januari 2023 / Dukes’ Palace, Brugge
Lab+: Van teamlid naar teamleider vrijdag 27 januari 2023 / van 9.00 tot 12.30 uur / Voka West-Vlaanderen, Kortrijk
Infosessie: Start2Export2 Hongarije dinsdag 31 januari 2023 / van 11.00 tot 12.30 uur / Online of Voka | Brugge, Oostkamp
Voka West-Vlaanderen organiseert, samen met Solvay Brussels School of Economics & Management, MBA Highlights, een exclusieve opleidingsreeks op het vlak van ondernemerschap en management, waarin academische kennisoverdracht en ervaringsuitwisseling worden gecombineerd. Het doel is om bedrijven te helpen om duurzaam te groeien. De kick-off is van 26 tot 28 januari.
Meer info: Steven Stichelbout, steven.stichelbout@voka.be, 0471 88 89 57
Nieuwjaarsreceptie Brugge-Oostende 2023 dinsdag 17 januari 2023 / vanaf 18.30 uur / La Brugeoise, Brugge
Nieuwjaarsreceptie Kortrijk-Roeselare-Tielt-Waregem 2023 donderdag 19 januari 2023 / vanaf 18.30 uur / Expo, Roeselare
Jong Voka visits Lecot dinsdag 14 februari 2023 / vanaf 18.30 uur / Lecot, Heule
Kick-off Bouw- & vastgoedcommunity 2023 maandag 6 maart 2023 / van 18.30 tot 21.30 uur / Van Marcke, Aalbeke
Te gast bij Meli dinsdag 14 maart 2023 / van 12.00 tot 14.00 uur / Meli, Veurne
Kick-off Voka Vélo 2023 woensdag 22 maart 2023 / vanaf 18.30 uur
Voka Vélo Toscana 2023 zaterdag 29 april tot en met woensdag 3 mei 2023
Te gast bij SSA Archery dinsdag 30 mei 2023 / van 19.00 tot 21.30 uur / SSA Archery, Oostende
Ontdek
Vancia Car Lease staat voor een unieke, persoonlijke aanpak. Wij bieden een perfecte service op maat én de nodige flexibiliteit. Van professioneel mobiliteitsadvies, over een volwaardige aanloopwagen, tot een all-in support voor de leasing van uw wagenpark: ublijft steeds mobiel. En dit zowel via Vancia Car Lease België als Vancia France* . C Contacteer ons vrijblijvend op 056 34 57 81 of via vanciacarlease com