
12 minute read
Inleiding
Infectiepreventie richt zich tot iedereen die door zijn beroep rechtstreeks of onrechtstreeks in contact komt met personen die in zorgvoorzieningen komen of verblijven. We denken daarbij aan de verpleegkundige, de arts, de opvoeder, de zorgkundige, de kinesitherapeut, de ergotherapeut of de paramedische student. In dit boek noemen we hen allemaal zorgverlener(s).
Het doel van dit boek is dat de lezer, eens hij de verschillende hoofdstukken bestudeerd heeft, een bijdrage aan de afname van het aantal kruisinfecties kan leveren in de voorziening waar hij werkt. Het boek bevat geen strikte voorschriften voor iedere denkbare situatie, maar biedt de zorgverlener achtergrondinformatie waardoor hij op een deskundige manier infecties kan voorkomen.
Infectiepreventie bestaat uit twee delen. Het eerste deel handelt over de basisbegrippen van hygiëne en de voorzorgsmaatregelen die bijdragen tot een doeltreffende infectiepreventie. In het tweede deel behandelen we enkele infecties die zowel voor de patiënt als voor de zorgverlener een belangrijke impact kunnen hebben.
We spreken consequent over zorgvoorziening. Daarmee bedoelen we niet alleen het ziekenhuis, maar alle vormen van gezondheidsvoorzieningen, zoals (semi)residentiële voorzieningen voor ouderen, crèches, (semi)residentiële voorzieningen in de gehandicaptensector én in de thuiszorg.
De richtlijnen die we in dit boek meegeven, splitsen we waar nodig uit: de richtlijnen die specifiek voor een bepaalde categorie van patiënten door de aard van het verblijf niet altijd gelijklopend met en soms zelfs tegenovergesteld zijn aan de richtlijnen voor een andere categorie.
Het boek is opgebouwd vanuit de actuele wetgeving op ziekenhuishygiëne en eventueel aanverwante wetten die rechtstreeks of onrechtstreeks betrekking hebben op infectiepreventie.
Er werd gebruikgemaakt van recente en betrouwbare literatuur die achteraan in de literatuurlijst terug te vinden is. Online vindt u nog extra materiaal bij dit boek.
Rika De Bens Luc Knaepkens
21 juni een omvang tekst gedaan op omvang inhoudsopgave ivm pagineering
Een omvang van 8 pagina's is goed.
Woord vooraf Inleiding
Preventie 15
Hoofdstuk 1: Inleidende begrippen 1 Inleiding tot infectiepreventie 17 1.1 Algemene begrippen 18 1.1.1 Endogene versus exogene infecties 18 1.1.2 Epidemiologie van infectieziekten 18 1.1.3 De omvang van infecties 19 1.1.4 Endemie, epidemie, pandemie 21 1.2 Ziekenhuisinfecties, nosocomiale infecties of zorginfecties 21 1.2.1 Definitie 21 1.2.2 De impact van nosocomiale infecties 22 1.2.3 Prevalentie van nosocomiale infecties in ziekenhuizen en residentiële voorzieningen23 1.3 Waar zijn micro-organismen aanwezig? 24 1.4 Welke micro-organismen veroorzaken infecties? 26 1.4.1 Bacteriën 26 1.4.2 De vegetatieve fase en de sporenfase 27 1.4.3 Schimmels en gisten 28 1.4.4 Protozoa/parasieten 29 1.4.5 Virussen 30 1.4.6 Prionen 31 1.5 Besmettingscyclus 32 1.5.1 Infectieus agens of biologische agentia 34 1.5.2 Reservoir of bron 36 1.5.3 Ingangspoort 36 1.5.4 De overdrachtsweg of transmissieweg 37 1.5.5 Uitgangspoort 37 1.5.6 Een ontvankelijke gastheer 37 1.6 Het wetgevend kader van ziekenhuishygiëne 39 1.6.1 Het algemeen wetgevend kader ziekenhuishygiëne 40 1.6.2 Team voor ziekenhuishygiëne 40 1.6.3 Het comité voor ziekenhuishygiëne 41 1.7 Wijziging van toezicht op zorginfecties 42 1.8 Ziekenhuishygiëne in andere zorgvoorzieningen dan ziekenhuizen 42 1 Inleiding 45 2 Algemene voorzorgsmaatregelen 45 2.1 Algemeen 45 2.2 Wanneer pas je de algemene voorzorgsmaatregelen toe? 46 2.3 Welke maatregelen moet je steeds nemen bij de algemene voorzorgen? 47 2.4 Een zuivere omgeving: scheiding tussen vuil en zuiver 50 3 Specifieke voorzorgsmaatregelen bij bronisolatie 52 3.1 Bronisolatie 53 3.2 Contactisolatie 54 3.3 Druppelisolatie 57 3.4 Aerogene isolatie 61 3.5 Strikte isolatie 64 3.6 Beschermende isolatie 65 3.6.2 Indicaties 66 3.7 Rooming-in en participatie van familieleden in de zorg 66
Contents
3 5
17
3.8 Isolatie in een residentiële setting 66 4 Isolatie versus quarantaine 67 1 De algemene persoonlijke hygiëne van de zorgverlener 71 1.1 Nagels 71 1.2 Sieraden 73 1.3 Haar 73 1.4 Uniformen 73 1.5 Schoenen 74 1.6 Zakdoeken 75 1.7 (Mobiele) IT-toestellen 75 1.8 Wonden bij de zorgverlener 76 1.9 Gezondheidstoezicht 76 1.9.1 Functies met risico76 1.9.2 Preventieadviseur-arbeidsgeneesheer 77 1.9.3 Doelstellingen 77 1.9.4 Preventieve medische onderzoeken 77 1.9.5 Het bezoek voorafgaand aan de werkhervatting na langdurige arbeidsongeschiktheid 78 1.9.6 Aangifte van beroepsziekten 78 1.9.7 Vaccinatie 78 1 Inleiding 81 2 De rol van de handen in de besmettingscyclus 82 2.1 Zuivere contacten 83 2.2 Vuile contacten 84 2.3 Handhygiëne 84 2.3.1 Patiëntenzones en zorgzones 84 3 Technieken voor handhygiëne 86 3.1 Handen wassen met water en zeep voor persoonlijke hygiëne 86 3.2 Handontsmetting door het gebruik van handalcohol 88 3.2.1 Hygiënische handontsmetting met handalcohol 88 3.2.2 Chirurgische alcoholische handontsmetting 92 3.3 Efficiëntie van de verschillende methoden 95 4 Problemen bij handhygiëne 95 4.1 Schade aan de handen 95 4.2 Huidletsels voorkomen 96 4.3 Bereikbaarheid en functionaliteit van het materiaal 96 5 Handhygiëne van de patiënt en zijn familieleden 97 6 Rol van de overheid in het kader van de handhygiëne 99 6.1 Zorgvoorzieningen 99 6.1.1 Nationale handhygiëne campagnes van de overheid in België 99 6.2 Buiten zorgvoorzieningen 101 1 Handschoenen 103 1.1 Waarom en wanneer draag je handschoenen? 103 1.1.1 Niet-steriele handschoenen 103 1.1.2 Steriele handschoenen 104 1.2 Waarom en wanneer draag je geen handschoenen? 104 1.3 Aandachtspunten bij het gebruik van handschoenen 106 1.3.2 Wissel gepast van handschoenen 106 1.3.3 Pas voor en na het gebruik van handschoenen altijd handhygiëne toe 106 1.3.4 Maak handschoenen beschikbaar op de plaats van gebruik 106 1.3.5 Gebruik het juiste type handschoen voor de juiste toepassing 107 1.3.6 Optimale opslagcondities van handschoenen107 1.4 Eisen voor kwalitatieve handschoenen 108 1.5 Allergieën en irritaties bij het gebruik van handschoenen 109 2 Maskers 110 2.1 Soorten maskers 111
2.1.1 Het community masker en het artisanale masker 111 2.1.2 Chirurgische maskers of proceduremaskers 112 2.1.3 De ademhalingsmaskers of respiratorische maskers 113 2.1.4 Het masker voor dubbel gebruik (dual use mask) 114 2.1.5 Aandachtspunten bij het gebruik van maskers 115 3 Gelaatbescherming en spatbrillen 115 4 Beschermschorten en beschermende kleding 117 5 Schoenovertrekken 119 6 Mutsen en haarkapjes 119 7 Besluit 120 1 Algemeen 123 2 Reinigen 124 2.1 Droog reinigen 125 2.2 Nat reinigen 126 3 Desinfectie 127 3.1 Thermische desinfectie 129 3.2 Chemische desinfectie 130 3.2.1 Wettelijke aspecten van chemische desinfectiemiddelen 130 3.2.2 Veilig gebruik van chemische desinfectiemiddelen 132 3.2.3 Probiotica 133 4 Reiniging en desinfectie van oppervlakken en meubilair 134 4.1 Reiniging van interieur oppervlakken en uitrusting 134 4.2 Klamvochtige reiniging met microvezeldoekjes 136 4.3 Frequenties voor reiniging en desinfectie van patiëntenruimten in ziekenhuizen 137 4.4 Onderhoud van het materiaal 138 4.5 Desinfectie van oppervlakken 139 4.5.1 Oppervlakken van medische uitrusting en kritische oppervlakken 139 4.5.2 Huishoudelijke of niet-kritische oppervlakken 140 4.5.3 Reiniging en desinfectie van ruimten in een zorgvoorziening 141 4.5.4 Evaluatie van schoonmaaktechnieken 146 5 Reiniging en ontsmetting van instrumenten en materiaal 147 5.1 Manuele reiniging en desinfectie van materialen en instrumenten 148 5.2 Machinale reiniging heeft de voorkeur op manuele reiniging 148 6 Reiniging en desinfectie van de huid 150 7 Desinfectie door fogging 151 8 Desinfectie met UV-C licht 152 9 Het ideale ontsmettingsmiddel 153 10 Overzicht van desinfectiemiddelen en antiseptica 155 10.1 Alcoholen 155 10.2 Biguaniden - Chloorhexidine 156 10.3 Chloorverbindingen 156 10.4 Supergeoxideerd water 158 10.5 Jodium 159 10.6 Peroxiden 160 10.7 Perazijnzuur 161 10.8 Aldehyden 162 10.9 Quaternaire ammoniumverbindingen165 10.10 Fenolen 166 10.11 Glucoprotamine 167 11 Houdbaarheid van het desinfectans 168 12 Overzicht van de werkzaamheid van desinfectans 169 13 Steriliseren 170 13.1 Soorten sterilisatiemethoden 171 13.1.1 Stoomsterilisatie of autoclaveren 171 13.1.2 Droogsteriliseren 172 13.1.3 Waterstofperoxidegasplasmasterilisatie 172
9
13.1.4 Gassterilisatie 173 13.1.5 Sterilisatie met gammastraling 173 13.1.6 Chemische sterilisatie met perazijnzuur 173 1 Algemeen 175 2 Linnen 176 2.1 Bedlinnen 176 2.2 Huishoudelijk linnen 176 2.3 Gordijnen 176 2.4 Linnen bestemd voor de operatiekamer 177 2.5 Delicaat linnen en linnen bestemd voor sterk verzwakte patiëntenpopulaties 177 2.6 Werkkleding en beschermende kleding van het personeel 178 3 Voorwaarden voor de kwaliteit van het linnen in zorginstellingen 179 3.1 Fysische kwaliteitscriteria 179 3.2 Chemische kwaliteitscriteria 180 3.3 Microbiologische kwaliteitscriteria 180 4 Het linnen verschonen 181 5 Behandeling van het linnen in zorginstellingen 182 5.1 Het linnen verzamelen 184 5.2 Transport van linnen 185 5.2.1 Intern transport en opslag in de instelling 185 5.2.2 Extern transport 186 5.3 Voorwaarden in de (externe) wasserij186 5.3.1 Conceptuele voorwaarden 187 5.3.2 Opslag en sortering van vuil linnen in de wasserij 187 5.3.3 Het wasproces 187 5.3.4 Afwerking van het linnen 189 5.3.5 Opslag in de wasserij en transport naar de instelling 189 5.3.6 Juist gebruik van het linnen bij levering in de instelling 189 5.3.7 Procescontrole in de wasserij 189 5.3.8 Procescontrole in de instelling 190 1 Inleiding 191 2 Soorten afval van zorginstellingen 192 2.1 Medisch afval 192 2.1.1 Risicohoudend medisch afval of RMA 192 2.1.2 Te beschouwen als risicohoudend medisch afval (RMA) 193 2.1.3 Soorten RMA-verpakkingen 194 2.1.4 Niet-risicohoudend medisch verzorgingsafval (NRMA) 195 2.2 Huishoudelijk afval 196 2.2.1 Papier en karton 196 2.2.2 Glasafval 197 2.2.3 Keuken- en voedingsafval 197 2.2.4 Klein gevaarlijk afval 198 2.3 Bedrijfsafval 198 2.4 Afvalwater 198 3 Risico’s en gevaren van afval van zorginstellingen 199 3.1 Biologische risico’s 202 3.2 Fysische risico’s 202 3.3 Toxische en chemische risico’s 202 3.4 Ecotoxische risico’s 203 3.5 Risico op schending van de privacy 203 3.6 Radioactief risico 204 4 Intern transport en bewaring van het afval in de instelling 205 5 Preventie en correct beheer van afval: de ladder van Lansink 205 5.1 Voorkomen of preventie van afval 206
5.2 Hergebruik 208 5.3 Sorteren en recycleren 208 5.4 Verbranden met energierecuperatie 208 5.5 Storten 209 6 Aandacht voor het afvalwater 209 7 Luchtverontreiniging 209 8 Verwerking van het ziekenhuisafval 209 1 Inleiding 211 2 Prevalentie van accidenteel contact met bloed en lichaamsvochten 212 3 Bescherming van de werknemers bij blootstelling aan biologische agentia door scherpe voorwerpen 213 4 Risico 213 4.1 Infectieuze bloedoverdraagbare aandoeningen 215 4.1.1 Hepatitis B 215 4.1.2 Hepatitis C 217 4.1.3 Hiv 217 5 Psychosociale schade na een prikongeval 217 6 Oorzaken van accidenteel contact met bloed en lichaamsvochten 218 6.1 Prikongevallen 218 6.2 Spatongevallen 220 6.3 Bijtongevallen 221 7 Preventie 221 7.1 Primaire preventie 221 7.1.1 Altijd toepassen van algemene voorzorgsmaatregelen 221 7.1.2 Risico-arm werken 221 7.1.3 Systematisch vaccineren van het personeel 222 7.1.4 Competentiemanagement 222 7.1.5 Gebruik van naalden vermijden 223 7.1.6 Correct gebruik van naaldcontainers 223 7.2 Secundaire preventie 226 7.2.1 Gepaste materiaalkeuze 226 7.2.2 Veilige technieken toepassen 226 7.2.3 Introductie van veiligheidsmateriaal 227 7.2.4 Profylaxe 229 1 Infectieuze en niet-infectieuze schade 231 1.1 Risico door de aard van de voeding zelf 232 1.2 Risico door de eigenschappen van de ontvankelijke gastheer 233 2 Preventieve maatregelen 234 3 Wettelijke bepalingen bij voeding in zorginstellingen 234 3.1 De meldingsplicht 234 3.2 Autotraceerbaarheid 235 3.3 Hazard Analysis and Critical Control Points (het HACCP-plan met autocontrolesysteem) 235 3.3.1 Infrastructuur aangepast en gescheiden van zorgactiviteiten 236 3.3.2 Persoonlijke hygiëne en handhygiëne 237 3.3.3 Ontvangst van voedingsmiddelen 237 3.3.4 Opslag van voedingsmiddelen 238 3.3.5 Voorbereiding van voedingsmiddelen 238 3.3.6 Bereiding van voeding 238 3.3.7 Aandachtspunten bij het bereiden van voeding 238 3.3.8 Portioneren en opdienen van voeding 239 3.3.9 Reiniging en desinfectie van oppervlakken, meubilair en uitrusting 239 3.3.10 Afruimen en afwassen 240 3.3.11 Afvalbeheer 241 4 Melkvoedingen 241
5 Scheiding van voedselbereiding en zorgprocessen: 242
Multiresistente bacteriën en andere ernstige overdraagbare infecties 245
1 Infectieziekten met verplichte aangifte 249 2 Urineweginfecties (UWI’s) 250 2.1 Preventieve maatregelen bij urineweginfecties 250 2.2 Blaaskatheters 251 2.3 Aandachtspunten bij het plaatsen van een blaaskatheter 252 2.4 Aandachtspunten voor het drainagesysteem en katheterzorg 253 2.5 Definitie urineweginfectie 254 3 Infecties van de lage luchtwegen 256 3.1 Ontstaan van luchtweginfecties 256 3.2 Preventie van pneumonie en risciobeheersing 257 3.3 Bijkomende risico’s in een zorgomgeving 258 3.4 Definitie lage luchtwegeninfectie 260 4 Infecties van de bloedbaan 261 4.1 Preventie van bloedstroominfecties 261 4.1.1 Besmettingsbronnen en transmissie van micro-organismen 261 4.1.2 Soorten katheters 262 4.2 Preventie van katheterinfecties 263 4.2.1 Plaatsen van katheters in de bloedbaan 263 4.2.2 Aandachtspunten bij het plaatsen van een centrale katheter 264 4.2.3 Aandachtspunten bij het plaatsen van een perifeer infuus 264 4.2.4 Aandachtspunten bij het verzorgen van een centrale katheter 264 4.3 Vervangen van leidingen en katheters 265 4.4 Preventie van besmette infuusvloeistoffen 266 4.5 De rol van antimicrobiële materialen 266 4.6 Definitie bloedstroominfectie 267 5 Postoperatieve wondinfecties 269 5.1 Definities van postoperatieve wondinfecties 269 5.2 Ontstaan van postoperatieve wondinfecties 271 5.3 Classificatie van wonden volgens Altemeier 271 5.4 Preventieve maatregelen tegen postoperatieve wondinfecties 272 5.4.1 Verminderen van risicofactoren in de preoperatieve fase: 272 5.4.2 Verminderen van risicofactoren in de peroperatieve fase 273 5.4.3 Verminderen van risicofactoren in de postoperatieve fase 275 5.4.4 Overige maatregelen 276 1 Algemeen 277 2 De multiresistente bacterie of ‘ziekenhuisbacterie’ 278 3 Kostenplaatje 280 3.1 Rechtstreekse kosten 280 3.2 Onrechtstreekse kosten 280 4 Preventie: bundelmaatregelen 281 4.1 Antibioticarestrictie 282 4.2 Surveillance van multiresistente kiemen 283 4.3 Hygiënemaatregelen om overdracht te voorkomen 284 4.4 Het infectiepreventieteam inschakelen 285 4.5 Opleiding en informatie aan het personeel 285 4.6 Educatie en informeren van de patiënt 285
5 MDRO algemene richtlijnen 286
5.1 Een ethisch verantwoord zorgbeleid gebaseerd op een risicoanalyse 286 5.2 Inventarisatie door staalnamen: screening voor MDRO 286 5.3 Desinfectie van de patiëntenomgeving 286
5.3.1 Vier risicozones in de patiëntenomgeving 287 5.3.2 Risiconiveau van materiaal en oppervlakken 287 5.3.3 Desinfectie- of ontsmettingsmatrix 288 6 MRSA 288 6.1 Infectieus agens: wat is MRSA? 288 6.2 Het reservoir: waar komt MRSA voor?289 6.3 MRSA in de zorgomgeving 290 6.4 Verspreidingswegen 290 6.5 MRSA opsporen door screening 291 6.5.1 Hoe screen je voor MRSA? 291 6.5.2 Wie screen je voor MRSA? 292 6.5.3 Wanneer screen je voor MRSA? 293 6.6 Klinisch beeld: dragers en strooiers – gekoloniseerd en geïnfecteerd 293 6.7 Voorzorgsmaatregelen voor MRSA 294 6.7.1 Handhygiëne 294 6.7.2 Contactisolatie 295 6.8 Epidemie met MRSA 298 6.9 Maatregelen in een residentiële voorziening 299 6.9.1 Isolatie bij MRSA in een residentiële voorziening 299 6.9.2 MRSA-epidemie 300 7 Andere MDRO 301 7.1 VRE of vancomycine resistente enterokokken 301 7.2 Multidrugresistente gram-negatieve kiemen 301 7.3 Bron, reservoir en wijze van overdracht 302 7.4 Preventie van overdracht van multiresistente kiemen 303 7.4.1 Algemene voorzorgsmaatregelen en specifieke voorzorgsmaatregelen 303 7.4.2 Dekolonisatie van patiënten met MDRO 303 7.4.3 Maatregelen met betrekking tot materialen, meubilair en omgeving 303 7.4.4 Transport van een patiënt met MDRO 304 7.4.5 Communicatie 304 7.4.6 Samenvatting van de isolatiemaatregelen in het ziekenhuis voor MR-gram-negatieven 304 7.5 Epidemiologische maatregelen 306 1 Algemeen 307 2 Definitie 307 3 Vormen van gastro-enteritis 313 3.1 Virale gastro-enteritis 313 3.1.1 Norovirussen 313 3.1.2 Rotavirus 315 3.2 Bacteriële nosocomiale gastro-enteritis 318 3.2.1 Clostridioides difficile-infectie (CDI) 318 3.2.2 Salmonella enteritidis 322 3.2.3 EHEC-bacterie 325 1 Algemeen 327 2 Scabiës 328 2.1 Levenscyclus van de mijt 328 2.2 Incidentie 329 2.3 Ziektebeelden 329 2.4 Besmettingsweg van scabiës 329 3 Scabiës: de ziekte 330 3.1 Symptomen 330 3.1.1 Klassieke scabiës 330 3.1.2 Scabies norvegica 331 3.1.3 Reproductiesnelheid mijten 332 3.1.4 Symptomen scabiës 332 3.2 Diagnose 333
3.3 Behandeling333 3.3.1 Scabicide 333 3.3.2 Therapieschema 334 3.3.3 Overzicht scabiës en gradaties en behandeling 335 3.3.4 Isolatiemaatregelen 335 1 Algemeen 337 2 Het griepvirus 338 2.1 Structuur van het griepvirus 338 2.2 Verspreiding van het virus 338 3 Influenza of griep: de ziekte 339 3.1 Symptomen 339 3.2 Diagnose 339 3.3 Complicaties van griep 339 3.4 Behandeling340 4 Vaccinatie 340 4.1 Risicogroepen 340 4.2 Bescherming 341 4.3 Vaccinatiegraad 341 5 Risicomanagement bij grieppandemie 342 1 Algemene begrippen 343 2 Pandemie 344
3 Coronavirusinfecties 347
4 Vectorborne infectieziekten 349 4.1 Gele koorts 349 4.2 Zika 349 4.3 Chikungunya 350 4.4 Westnijlkoorts 350 5 Waterborne ziekten 352 5.1 Cholera 352 5.2 Shigellosis 353 6 Rodentborne ziekten 354 6.1 Lassa 354 7 Virale hemorragische koorts 355 7.1 Ebola 356 7.2 Marburg 358 Referenties Trefwoorden 359 365