Bijlage 80 jaar 't Pallieterke - 15 mei 2025

Page 1


Rioolkrantje viert feest

80 jaar ’t Pallieterke

Tachtig jaar! Wie had dat ooit durven bevroeden? Dat het schepselke dat ik als een klein, onooglijk gazetteken in de wereld schopte – een blaadje van een hond met een hoed op, zoals ik het toen noemde – nog steeds in de krantenkiosk zou liggen, terwijl zoveel andere al dood en vergeten zijn. De Volksgazet, waar we toen zoveel lol mee hadden, is ter ziele. De Standaard is meer prentjesboek dan gazet geworden. De Vooruit heeft haar naam en haar principes verkocht. Thans was de uitspraak der deskundigen formeel: dit krantje is een rioolkrantje.

Maar mijn Pallieterke - dat door de jaren heen van hand tot hand is gegaan, van die redacteur naar de anderen, de een al wat méér begenadigd met gal en venijn dan de andere - het houdt nog altijd stand. ’t Houdt stand in een wereld waar niemand meer leest, waar iedereen op zijn smartphones zit te turen naar beeldekens en berichtjes van anderhalve regel. Waar TikTok en De Morgen beiden om ter snelste proberen te bewijzen dat ze even oppervlakkig kunnen zijn. De waarheid heeft een lange adem; dat is wat mijn Pallieterke bewijst. Daar waar honderden, duizenden anderen het moesten opgeven, daar waar de subsidiekraan slechts stroomt naar hen die de macht behagen, daar ben ik fier dat mijn vod het heeft volgehouden. Dat door de tijd en doorheen de regimes, van repressie tot CVP-staat, van socialistische bemoeizucht tot liberale onverschilligheid, van Vlaams protest tot postmodern gezwets, mijn Pallieterke altijd zijn eigen stem heeft behouden. Het was niet altijd de stem die ik zou hebben gekozen – ik had soms wel eens uit mijn graf willen kruipen om wat oorvegen uit te delen aan sommige opvolgers -, maar ’t was tenminste een stem die niet nakauwde wat de machthebbers voorzegden. Mijn liefste wensen voor je verjaardag, mijn Pallieterke? Niet, zoals de pasters zouden zeggen, nog eens tachtig jaar, want de gedrukte pers zal de volgende tachtig jaren niet halen, tenzij de Chinezen toch het internet platgooien. Maar wel dat gij uw eigenaardigheid, uw onvervaarde Vlaamsgezindheid, uw rebelse aard en uw schop-onder-’t-gat-mentaliteit tot de laatste dag bewaart. Want wees maar zeker: als de laatste gazet op de laatste dag verschijnt, dan zal er nog altijd iemand nood hebben aan een blad dat de waarheid vertelt, zonder te buigen voor de janklavers en femelaars die dan aan de macht zullen zijn. En dat blad, dat zijt gij. Dat ze u niet braaf maken. Dat ze u niet doen buigen en knielen. Dat het spottend lachen en schalkse moppen uw handelsmerk blijven, te midden van die cultuur-van-gekwetsten die zelfs niet meer durven lachen zonder eerst links en rechts te kijken wie er zou kunnen luisteren. En dat ge nooit de baard van de keizer spaart, of hij nu Alexander De Croo heet of een of anderen volgenden praatbarakker. Ik zal u iets bekennen, Pallieterke. Ik startte ook met mijn eigen gazetteke om geld te verdienen, curieus, hé? Maar als tachtig jaren mij iets geleerd hebben, dan is het dit: dat geld minder waard is dan de vrijheid om te mogen zeggen waar het op staat. Die vrijheid hebt gij altijd veroverd, soms door scha en schande, maar steeds met opgeheven hoofd en met onverminderde kwinkslagen. Proficiat, mijn oud gazetteke. Ik ben fier op al degenen die u door de tijden heen gedragen hebben. Ik weet dat ook zij, als zij mij hierboven zouden tegenkomen, mij een knipoog en een schouderklopke zouden geven. En nog een allerlaatste ding zou ik willen zeggen – en nu zien ze mij hierboven een beetje vreemd aan omdat ik sentimenteel word -, maar wat dondert het: merci, Pallieterke, dat gij mij nog altijd doet voortleven door uw pagina's. Merci dat gij mij nooit vergeten zijt.

Feest voor de vrijheid

Tachtig jaar ’t Pallieterke! Tien jaar geleden begon ik bij ’t Pallieterke en vroegen we ons al eens af hoe we het er tien jaar later vanaf zouden brengen. Of we er tien jaar later überhaupt nog zouden zijn. En zie! Tot spijt van wie ’t benijdt, zijn we nog altijd levend en wel en vol energie. Een overwinning voor de vrijheid; de onze om te zeggen, te schrijven en te tekenen wat we willen in de eerste plaats.

Ik kan u, de lezer die dit allemaal mogelijk maakt, wel vertellen dat we daar trots op zijn. Zoals dat ook uit eerdere jubeledities blijkt – zie pagina 4 – is het altijd een uitdaging geweest om een blad als ’t Pallieterke staande te houden tussen al dat andere – vaak gesubsidieerde – mediatieke geweld. Een onafhankelijk blad dat het enkel van zijn lezers, enkele gewaardeerde adverteerders en veel inzet van talloze schrijvelaars en tekenaars moet hebben?

Buitenstaanders begrijpen het nog altijd niet.

les verdwijnen, we zijn er nog altijd en dat, beste lezer, is een reden om te feesten. In deze speciale editie hebben we veel aandacht voor de eerste tien jaren van ’t Pallieterke en de stichter en eerste hoofdredacteur van ’t Pallieterke, Bruno De Winter. Tot vandaag vormen zijn uitgesproken rechtvaardigheidsgevoel en scherpe satirische pen de inspiratie en leidraad voor de medewerkers van ons daardoor unieke weekblad.

Met dit speciale nummer en de tekst die u hiernaast kunt lezen, willen we hem graag nog eens eren. We hopen dat u van deze bijlage zult genieten en dat we samen nog vele jaren zullen kunnen lachen, huilen en boos zijn over wat er allemaal gebeurt met ons Vlaanderen. En dat we hier en daar zelf ook al eens een steentje in de rivier kunnen blijven verleggen.

BRUNO DE WINTER

Ook de komende jaren zullen we blijven zeggen wat gezegd dient te worden, zonder compromissen. Alhoewel. We weten allemaal dat we vandaag niet meer alles kunnen schrijven wat we denken en alles kunnen tekenen wat we grappig zouden vinden om het leed te verzachten dat een of andere profeet of een bevolkingsgroep over onze mooie planeet heeft uitgestort. Het moet het waard zijn om ervoor in de bak te draaien, of nog erger. Daarvoor, lieve lezers en lezeressen, voor die zelfcensuur van tijd tot tijd, wil ik mij graag verontschuldigen. Al zult u het onze tekenaars wellicht ook niet kwalijk nemen dat ze oplettend naar het nieuws keken toen de redactie van Charlie Hebdo een kopje kleiner werd gemaakt. Gelukkig is er nog meer dan genoeg ruimte om elke week de machthebbers, de hypocrieten en de opportunisten die ons zo vakkundig onze welvaart en onze vrijheid afnemen, het vuur aan de schenen te leggen.

Ook al zien ze ons het liefst van al-

In aanloop naar de 80ste verjaardag van ’t Pallieterke lieten we op de redactie een eigen munt ontwikkelen ter ere van onze onnavolgbare eerste hoofdredacteur Bruno De Winter. In een mooie houder gepresenteerd siert hij menig bureau op kantoor. Een tijdje geleden maakte onze getalenteerde jobstudent Dylan een filmpje over de munt dat je hier kan bekijken: https://shorturl.at/PQGor. In eerste instantie

was hij enkel voorzien voor de steunabonnees, maar omdat hij er zo goed uitziet en zo’n mooi eerbetoon is, bieden we hem nu ook aan de andere lezers aan. De munt met kartonnen houder kost 20 euro (incl. verzending) en kan betaald worden op rekening BE07 7370 5149 9666 van ’t Pallieterke. Graag MUNT + naam en adres vermelden, zodat we juist kunnen opsturen. Zolang de voorraad strekt. Herdenkingsmunt

WART VAN SCHEL

In ’t Pallieterke van 12 maart 2014 schreef ik: “Toen ik bijna vier jaar geleden hoofdredacteur werd van ’t Pallieterke, wist ik dat een enorme uitdaging voor mij lag. Alle gedrukte media hebben het sowieso moeilijk, en zeker voor een blad dat zich rechtlijnig Vlaamsgezind noemt, is standhouden in een veranderend medialandschap niet evident. Maar toch!”

En kijk, we zijn weeral 10 jaar verder en uw lijfblad rolt nog steeds wekelijks van de drukpersen. En dat dankzij een ploeg van gemotiveerde medewerkers die elke week paraat staan om u te voorzien van tekst en uitleg. ’t Pallieterke van Bruno De Winter, onze stichter, verschilt hemelsbreed van ’t Pallieterke dat u vandaag in uw handen houdt. Goed zo, elk blad maakt een evolutie door inzake stijl en inhoud. We hebben trouwens alle druktechnieken doorgemaakt: nog met lood in de beginjaren, daarna offsetdruk waarbij de teksten in lange slierten op blauw millimeterpapier werden gekleefd, om vandaag volledig digitaal te worden opgemaakt.

MET DE TREIN

Ik leerde ’t Pallieterke kennen onder hoofdredacteur Jan Nuyts. Jan had een hekel aan moderne toestanden op kantoor en bleef zijn oude typemachine gebruiken, ook al waren in de jaren 1980 de eerste computers opgedoken. Hij zou tot het jaar van zijn afscheid (2000) op die typemachine blijven tokkelen. Nog een wetenswaardigheid. Een van de beste cartoonisten van ons blad was Brasser, de schuilnaam van Paul De Valck. Die laatste woonde in Schepdaal, maar reed niet met de wagen. Elke zaterdagvoormiddag reed Jan Nuyts met de trein naar Brussel-Zuid en Brasser werd door zijn echtgenote ook naar daar gereden. Jan en Paul spraken af in een cafetaria in het station, de cartoons werden uitgewisseld, de actualiteit besproken bij een koffietje en weg waren beide heren, terug naar huis. Vergeleken met vandaag, kan je je die werkwijze bijna niet meer voorstellen. Nu hebben we een cartoonist die in Lissabon woont en van daaruit zijn cartoons via het internet doorstuurt.

OVERVALLEN

Elke zondag was Jan Nuyts ook present in de ‘weelderige kantoren’, toen gevestigd op de Mechelsesteenweg 2. Daar werd de kopij nagekeken en de cartoons van titels voorzien voor de zetterij. Bij het verlaten van de kantoren is Jan Nuyts eens overvallen, waarbij de dief met zijn ‘mallette’ ging lopen. Rijk is de dief niet geworden, want er zat geen geld in, geen gsm en zeker geen laptop. Enkel de cartoons van Brasser. Hopelijk heeft de dief er dan toch een beetje mee kunnen lachen… (Hij is uiteraard nooit gepakt geworden door de politie; op dat vlak is er weinig veranderd.)

Nog een anekdote: elke week kwam een bode van het Antwerpse stadhuis op de redactie een Pallieterke ophalen voor de burgemeester. En u weet welke kleur die burgemeesters (Lode Craeybeckx, Bob Cools, Leona Detiège en Patrick Janssens) in die tijd hadden. Hoe en wanneer die gewoonte ontstaan is, weet ik niet. Wat ik wel weet, is dat die bode niet meer kwam opdagen toen Bart De Wever burgemeester werd in 2013. Of er een verband is, durf ik te betwijfelen. We zullen maar veronderstellen dat de bode een rode partijkaart had en snel van job veranderd is…

OORLOG

80 jaar ’t Pallieterke betekent ook meer dan 4.000 edities. En neen, er sneuvelen geen bomen voor ’t Pallieterke, want we drukken al jaren op gerecycleerd krantenpapier. Wat nogmaals bewijst dat ook dit tijdschrift mee is met zijn tijd. Wie denkt dat onze redactie vandaag bestaat uit een groep overjaarse tachtigjarigen die alleen over de oorlog kunnen babbelen, zou wel eens raar kunnen opkijken. Met mijn respect voor alle kranige en minder kranige tachtigjarigen…

UITDAGINGEN

Maar genoeg achterom gekeken. De moeilijke situatie waar ik naar verwees in mijn stukje van 2014, is nauwelijks veranderd. De sociale media verdrukken steeds meer de papieren edities. Hallucinant gestegen portkosten van bpost met een rampzalige dienstverlening, maken ons vandaag het leven zuur. Met de (voormalige) minister van Post als bron van alle ellende: Petra De Sutter. Ook grote mediagroepen zoals DPGMedia en Mediahuis delen in de klappen. Denk maar aan de Gazet Van Antwerpen die weldra zal verdwijnen en opgaan in de eenheidsworst van het Nieuwsblad. En een volgende uitdaging staat al klaar: artificiële intelligentie (AI). De ploeg medewerkers staat alvast klaar om u ook de komende jaren van dienst te zijn. Er valt genoeg te schrijven en te vertellen. Daarbij reken ik op u, beste lezer. Want uw steun als trouwe lezer is noodzakelijk. Dat geldt voor elk medium, maar zeker voor ’t Pallieterke. Samen met u kijk ik uit naar de volgende vijf jaar.

KARL VAN CAMP

Mount Rushmore van 't Pallieterke, met hoofdredacteurs

Bruno De Winter, Jan Nuyts, Leo Custers en Karl Van Camp

Mag je zomaar alles schrijven?

“Een van de meest gewetenloze schoften die Onze Lieve Heer ooit schiep”

Mag je zomaar alles schrijven, zelfs als je daarmee schade berokkent? Of staan pogingen om hieraan paal en perk te stellen net op gelijke voet met censuur van (veelal ‘dwarse’ of ‘alternatieve’) media? Anno 2025 lijken debatten over vrije meningsuiting en de persvrijheid relevanter dan ooit. Bovenstaande vragen hadden zo uit een recente krantenkolom kunnen komen, maar ze werden al in 1954 gesteld in een zaak die het land beroerde. Verrassend of niet, het toen nog jonge satirische weekblad ’t Pallieterke speelde de hoofdrol.

’t Pallieterke werd enkele weken na het einde van de Tweede Wereldoorlog opgericht door journalist Bruno De Winter die voordien actief was als columnist bij het katholieke Het Handelsblad. De Winter wilde zijn populaire ‘Kleine Kronijk’, ondertekend met ‘’t Pallieterke’, omvormen tot een weekblad, maar kreeg hiervoor geen steun van zijn bazen bij Het Handelsblad.

DRAMA

Hoewel hij een tijdje het werk van ‘t Pallieterke en dat van Het Handelsblad combineerde, kondigde De Winter, niet vies van een beetje drama, zijn ontslag op 15 februari 1946 aan in zijn column, zonder zijn oversten van tevoren in te lichten. Dat blijkt onder meer uit een aangetekende brief van de raad van beheer van de krant, waarin de beheerders aangaven “met groote verbazing” de Kleine Kronijk gelezen te hebben, “geen enkel bericht noch opzegging” ontvangen te hebben en “de op zijn minst ‘Pallietersche wijze’ waarop uw heengaan plaatsvond” te betreuren

’T PALLIETERKE WAS IN DIE JAREN SYNONIEM MET ZIJN BEZIELER

Desalniettemin werd De Winter bedankt voor zijn “talrijke diensten” en “jarenlange toewijding”. Dat De Winter zich miskend voelde en dat het diep zat, blijkt uit zijn antwoord op de aangetekende brief: “Zeer tot mijn spijt kan ik evenwel niet wederkeerig met een gelijkaardige academische formuul eindigen. Ik heb helaas den Beheerraad van Het Handelsblad voor niets te danken.” Het moge duidelijk zijn: De Winter was niet op zijn mond gevallen. ’t

Pallieterke was in die jaren synoniem met zijn bezieler en het DNA van het weekblad was in die jaren ietwat anders dan nu: satirischer, minder uitgesproken Vlaams-nationalistisch en non-conformistisch.

KWIBUS EN SCHOFT

Een thema dat herhaaldelijk terugkwam, was wat door ’t Pallieterke en De Winter als de ‘excessen van de repressie’ beschouwd werden. Op 31 december 1953, in een passage over mogelijke Antwerpse socialistische verkiezingskandidaten in de rubriek ‘God schept de dagen’, liet De Winter zich stevig gaan. Kop van jut was socialistisch gemeenteraadslid, advocaat en – belangrijk in dit geval – substituut-krijgsauditeur Willy Clijmans.

Zo viel te lezen dat Clijmans zich “tijdens de repressie heeft doen kennen als een van de meest gewetenloze schoften die Onze Lieve Heer ooit schiep”, “eigenlijk een kapitalist is in de betekenis die de domste der socialisten aan dat woord geven” en “een kwibus” was. Enkele weken later, op 15 januari 1954, viel een dagvaarding in de brievenbus van De Winter. Hij werd door Clijmans aangeklaagd wegens belediging, laster en eerroof. De socialistische politicus eiste een geldelijke schadevergoeding en eerherstel.

VEEL AANDACHT IN DE VADERLANDSE PERS

De kwestie kreeg heel wat aandacht in de vaderlandse pers tot ver buiten Antwerpen. Niet alleen in Vlaanderen, maar ook in Franstalig België. ’t Pallieterke was in die jaren behoorlijk populair en dankzij zijn ‘dissidente’ positie bood het voor heel wat Franstalige persmedia een boeiende inkijk in wat in Vlaanderen leefde. Hoewel sommige kranten droogjes berichtten over de zaak, liepen de oordelen op krantenredacties vaak langs ideologische breuklijnen. Zo merkten katholieke bladen zoals Het Handelsblad en Het Nieuws-

blad – met de Koningskwestie nog vers in het geheugen – op dat Leopold III heel wat grovere verwensingen naar het hoofd geslingerd had gekregen.

MORELE OVERWINNING?

De Winter werd eind mei 1954 veroordeeld tot 5.000 frank schadevergoeding en een bekendmaking van de uitspraak in drie bladen, naar keuze van Clijmans. De aanklager had aanvankelijk 100.000 frank geeist (over te maken aan het ‘Peterschap der Kinderen van Gefusilleerden’), maar zijn advocaat gaf tijdens het proces te kennen dat een symbolische frank evengoed kon volstaan. Het was hem naar eigen zeggen vooral om eerherstel te doen.

VOOR DE WINTER VOELDE DE UITSPRAAK AAN ALS EEN MORELE OVERWINNING

Voor De Winter voelde de uitspraak desalniettemin aan als een morele overwinning: 100.000 frank werd 5.000 frank, publicatie in vijf bladen werd bekendmaking in drie bladen. Dat was althans hoe hij het relaas in de daaropvolgende uitgave van ’t Pallieterke presenteerde in zijn editoriaal, getiteld ‘De ere-substituut-krijgsauditeur te velde is geen gewetenloze schoft’. De Winter werd immers verplicht zelf een rechtzetting te publiceren. Die rechtzetting gebeurde vanzelfsprekend met het nodige gevoel voor humor. “Of hij dan geen ‘gewetenloze schoft’ is zoals ik in een kwade bui schreef?”, schrijft De Winter op 3 juni 1954. “Neen, niet in de betekenis die men doorgaans aan deze woorden geeft en die trouwens een zekere ‘envergure’ veronderstellen. Napoleon, Hitler en zo waren gewetenloze schoften en het was dom van mij zoiets te willen toepassen op Willy Clijmans die er niet eens ‘le physique de l’emploi’ voor heeft en eerder tot de kategorie der charmeurs dient gerekend te worden.” Ook de daaropvolgende weken bleef Clijmans nog vaak kop van jut in de krantenkolommen van ’t Pallieterke, maar hij werd geen schoft meer genoemd.

’t Pallieterke en het Vlaams Blok

De kip en het ei Vraag en aanbod

Wie uit nieuwsgierigheid naar de Wikipedia-pagina van het weekblad ’t Pallieterke surft, treft de volgende zin aan: “Hoewel het blad geen officiële bindingen met politieke partijen of drukkingsgroepen heeft, leunt het toch sterk aan bij het Vlaams Belang in zijn opinies.” Wie het blad er tegenwoordig op naslaat, zal de zin wellicht betwisten of nuanceren, maar omdat het op dé encyclopedie van het internet staat, lijkt het in steen gebeiteld. Het is nu eenmaal het beeld dat lange tijd over ’t Pallieterke (zeker rond de eeuwwisseling) heerste en dat vele niet-lezers nog altijd van het blad hebben.

Maar klopt dat ook? Is dat altijd zo geweest? En bovenal: waar komt dat beeld vandaan? Daarvoor moeten we terug in de tijd. In 1945, bij de oprichting van het weekblad door Bruno De Winter, was er nog helemaal geen sprake van het Vlaams Blok of Belang. Meer nog, vlak na de oorlog was er zelfs geen enkele Vlaams-nationalistische partij die naam waardig; een gevolg van de collaboratie tijdens de Tweede Wereldoorlog en de daaropvolgende repressie. Onder De Winter was ’t Pallieterke ook helemaal niet zo uitgesproken Vlaams-nationalistisch, eerder katholiek en anarchistisch met enige ‘Vlaamsvoelendheid’. Tot de jaren 1960 steunde het blad vaak openlijk de CVP, voorloper van de huidige cd&v.

ÉÉN PARTIJ: DE VOLKSUNIE

Na de dood van De Winter in 1955 werd het blad wel uitgesprokener Vlaams-nationalistisch onder zijn opvolger Jan Nuyts. In die jaren was ‘federalisme’ het sleutelwoord; het systeem dat we – in theorie – vandaag kennen. Het was tot eind jaren 1970 zowat het radicaalste communautaire standpunt dat je kon innemen. Ook in de jaren 1960 en 1970 kon je ’t Pallieterke moeilijk betichten van banden met het Vlaams Blok, want ook toen bestond de partij nog niet. Er was immers maar één echte Vlaams-nationalistische partij: de Volksunie. Eind jaren 1970 huisvestte de partij een bont allegaartje van figuren van allerlei ideologische slag: radicale Vlaams-nationalisten, D66-achtige studentenbewegers en groene jongens, rechts-conservatieven,… Of een combinatie van meerdere van de voorgaande levensvisies. Het is dan ook weinig verrassend dat het weekblad veelal zijn voorkeur uitsprak voor de Volksunie –en meer bepaald voor de radicale en rechts-conservatieve vleugel ervan. Tegelijkertijd zorgde de grote interne tegenstellingen zo nu en dan voor strubbelingen binnen de partij. ’t Pallieterke wist wiens kant te kiezen in de strijd tussen de radicale, conservatieve vleugel en de (steeds vaker) pragmatische, progressieve partijtop.

In die periode waren heel wat (rechtse) VU’ers actief als medewerker van ’t Pallieterke. Karel Dillen was wellicht een van de bekendste van hen. Hij was sedert 1965 redacteur bij het weekblad en nam in 1971 ontslag uit de Volksunie, uit onvrede met de koers van de partij.

VLAAMSE FRONTVORMING

’t Pallieterke was ronduit vernietigend voor het Egmontpact van 1977 en de rol die de Volksunie daarin gespeeld had. Ook binnen de Vlaams-nationalistische partij rommelde het: een deel van de radicale rechtse vleugel van de partij scheurde zich af in de Vlaamse Nationale Partij van Karel Dillen en de Vlaamse Volkspartij van Lode Claes. Deze twee

De tekenaar van de rechter en het ventje

Al bij de eerste editie van ’t Pallieterke op 17 mei 1945 stond het tekeningetje van de rechter met het ‘ventje’ prominent op de voorkaft: de uitbeelding van de kleine Vlaming die het moet opnemen tegen het Belgische gerecht. De verwijzing naar de naoorlogse repressie is meer dan duidelijk.

partijtjes, die op termijn zouden samensmelten, zouden later bekend worden als het Vlaams Blok. De strubbelingen tussen verruimers en rechtlijnigen binnen de Volksunie zouden nog regelmatig nieuwe uitgaven krijgen, tot aan de roemloze dood van de partij in 2001. Toch was er ook hier nog allesbehalve sprake van een ‘verbond’ tussen ’t Pallieterke en het ‘Blokske’. Meer nog, de Vlaams-nationalistische krant betreurde het uiteenvallen van de Volksunie ten zeerste. Vanaf dan zouden Vlaams-nationalisten immers in verspreide slagorde naar de stembus trekken. Medewerkers van het weekblad zouden zelfs betrokken zijn bij vergeefse verzoeningspogingen tussen de verschillende partijen. Ook de daaropvolgende jaren zou men blijven ijveren voor Vlaamse ‘frontvorming’.

IN FEITE WAS IDEOLOGIE BELANGRIJKER DAN PARTIJKLEUR

Ondanks de onvrede met de koers van de Volksunie leek ’t Pallieterke nog jarenlang de voorkeur te geven aan de grotere van de twee Vlaams-nationale partijen, maar in feite was ideologie belangrijker dan partijkleur. Tot diep in de jaren 1980 bleven medewerkers van het weekblad graag geziene gasten op evenementen van de Volksunie. Pas in de tweede helft van de jaren 1980 en zeker na de ‘Zwarte Zondag’ van 1991 kan men stilaan van een openlijke voorkeur voor het Vlaams Blok beginnen te spreken.

VRAAG EN AANBOD

Toch zou het verkeerd zijn te beweren dat ’t Pallieterke zich tot het Vlaams Blok ‘bekeerde’, zo blijkt uit een proefschrift van Danny Claessens aan de KU Leuven. Het weekblad paste zijn standpunten immers niet aan aan de nieuwe partij, maar schreef simpelweg wat het al jaren schreef. ’t Pallieterke was sinds de jaren 1960 radicaal Vlaams-nationalistisch en rechts-conservatief. Aanvankelijk vond men wat men zocht in de Volksunie, nadien in zowel de Volksunie als het Vlaams Blok en tot slot enkel nog overwegend in het Blok. Het was, met andere woorden, simpelweg een kwestie van vraag en aanbod. ’t Pallieterke vroeg, het Blok bood aan. Daarnaast werden heel wat medewerkers van ’t Pallieterke later actief binnen het latere Vlaams Blok. Karel Dillen werd al genoemd, maar een later bekend voorbeeld is Gerolf Annemans. Het zou tot ver in de jaren 1980 correcter zijn om te beweren dat ’t Pallieterke een grote invloed had op het Vlaams Blok, dan omgekeerd. De kip en het ei.

Het sjofel geklede ventje in kwestie is ’t Pallieterke. Die naam komt dan weer uit de roman van Felix Timmermans, genoemd naar zijn hoofdpersonage Pallieter, een levensgenieter met het motto ‘pluk de dag’. In de eerste edities van ons krantje duikt dit figuurtje van ’t Pallieterke ook in andere tekeningen op, telkens ter illustratie bij een artikel. In de tekening op de voorpagina staat in de eerste 29 edities geen tekst op de pupiter of lessenaar van de rechter. Pas in nummer 30 krijgt de pupiter een tekst: “wat niet vroolijk kan gezegd worden, is de waarheid niet”. Tot en met 1965 blijven de rechter en het ventje de voorkaften sieren. Het wordt als het ware het handelsmerk van ’t Pallieterke.

DE RECHTER VERDWIJNT

In de jaargangen na 1965 vinden we enkel de tekening terug van het ventje, de rechter is verdwenen. In 1968 vinden we het ventje zelfs niet meer terug op de voorpagina, maar is de tekening verhuisd naar pagina 2 of 3, afhankelijk waar het hoofdartikel staat. Pas in 1969 krijgt het ventje terug plaats op de voorpagina, maar verdwijnt dan weer in februari 1971 om pas eind september van hetzelfde jaar opnieuw op te duiken. Vanaf dan zal het ventje onafgebroken op de voorpagina staan, tot het laatste nummer van 1977. Maar dan is er het eerste nummer van 1978: de originele tekening, met rechter en ventje, staat terug prominent in de ‘kop’. Dat concept blijft behouden tot 22 mei 1980. De week erna is de opmaak van ’t Pallieterke wat vernieuwd. De tekening van de rechter met het ventje verdwijnt naar pagina 14 en wordt verwerkt in de wekelijks terugkerende colofon. Dat blijft zo tot het eerste nummer van 2002.

EXTRA MANNETJE BIJGEVOEGD

Leo Custers was ondertussen Jan Nuyts opgevolgd als hoofdredacteur en eerstgenoemde besloot om de legendarische ‘rechter met ventje’ opnieuw op de voorpagina te zetten. Alleen krijgen beiden het gezelschap van een nieuw ‘mannetje’ en op de pupiter wordt ‘Vrij en Vrank’ geplaatst. Dezelfde tekening duikt ook op in de colofon. Tot eind 2004 siert de tekening-met-extra-mannetje de kop van ’t Pallieterke. Vanaf nummer 1 van 2005 verdwijnt het

extra personage en prijkt opnieuw de originele tekening op de voorpagina en dat blijft zo tot eind 2011

DE RECHTER EN HET VENTJE WERDEN HET HANDELSMERK VAN ’T PALLIETERKE

Bij aanvang van de jaargang 2012 kiezen we voor een nieuwe opmaak en verdwijnt de beroemde tekening uit ’t Pallieterke. Wanneer we in september 2019 twee themanummers over de repressie brengen, is het logisch dat de kop opnieuw voorzien wordt van de originele tekening. En sinds januari 2025 is onze hoofding terug voorzien van de dezelfde tekening in de aanloop naar onze 80ste verjaardag.

DE KUNSTENAAR

De vraag stelt zich dan: wie heeft die tekening gemaakt? Jef Nys of Willy Mertens, de eerste twee cartoonisten van ons blad, kunnen het niet geweest zijn, want die beginnen pas in december 1945 voor ’t Pallieterke te tekenen. Willy Vandersteen, tijdens de oorlog tekenaar bij onder meer de VNV-krant Volk en Staat, had ook gekund. Temeer daar Willy Vandersteen en Bruno De Winter elkaar goed kenden. Maar ook Willy Vandersteen is niet de ontwerper. Dat is wel Gaston Schuermans, een tekenaar, illustrator, schilder, aquarellist uit Antwerpen en geboren in 1891. Hij genoot redelijk wat bekendheid in die tijd als illustrator van boeken, zoals ‘Drij moorden voor vijf cens’, ‘Teun Koekeloer vertelt’ en ‘Antwerpse typen’. Hij tekende komische personages en karikaturale figuren waarvoor hij zijn inspiratie zocht in het Vlaamse volksleven. Zijn vader was Karel Schuermans, bekend als beeldhouwer. We mogen aannemen dat Gaston Schuermans al voor de oorlog had kennis gemaakt met de jongere Bruno De Winter in de wandelgangen van Het Handelsblad, de krant waar laatstgenoemde zijn journalistieke loopbaan startte in 1931. Schuermans ontwierp ook de sierlijk geschreven titel ’t Pallieterke, een ontwerp dat tot 1965 bleef dienstdoen. De huidige ‘kop’ is nog altijd gebaseerd op de originele tekening van Gaston Schuermans.

KARL VAN CAMP

Tekening van Gaston Schuermans uit het boekje van Jan De Schuyter, journalist bij Het Handelsblad: V2-schade in de Bonte Mantelstraat op 28 oktober 1944.
Gaston Schuermans: ‘haring etende man’ – (aquarel 1947)
Gaston Schuermans: voorkaft van het boekje ‘Pierewitje’ (1945)

80 jaar als weekblad bestaan: het blijf niet onopgemerkt in eigen land, maar ook elders uit de wereld stromen de felicitaties voor onze verjaardag binnen.

Rotmannekes, Ik haat jullie met jullie oude witte hetero redactie. Fuck. Jullie weten niets van de problemen van deze wereld, stelletje oude viespeuken. 80 jaren uw blad uitgeven, beseft ge wel hoeveel bomen daarvoor zijn moeten sneuvelen? En 80 kaarsjes aansteken, weten jullie wel hoeveel CO2 dat is? Fuck!

Anuna, ergens op een zeilboot

Pallieterke,

Blijf antiwoke. En ik heb goed nieuws: geen invoerrechten te betalen voor de Amerikanen die een abonnement nemen op ’t Palllieterke. Alleen voor ’t Pallieterke, hé. Die van De Morgen en De Standaard krijgen 130 procent aan hun broek, haha. Doe de groeten aan jullie eerste minister: samen tegen

woke. We Make ’t Pallieterke Great Again. En lieve kusjes van Melania. Ze is ook fan.

Donald, Washington

Pallieterke, Ik kreeg lang geleden ’t Pallieterke eens in handen van een gemeenschappelijke vriend. We noemen geen namen, hé. Maar die Paul Baümer, da’s blijkbaar gene vriend van mij, hé. Maar hij had wel gelijk. Nu zit ik hier met de gebakken peren en zonder mijn Pallieterke. Wat een triestig leven. Bashar, ergens in Moskou

Pallieterke, Wat hoor ik, gij verjaart wederom!

Wat een gezegende leeftijd! En die hoofdredacteur, diene Leo, mijn gro-

te voorbeeld en inspiratie voor mijn

naam, dat was pas een goede katholiek. Zo maken ze ze niet meer. Misschien moet ik hem heilig laten verklaren. Ik laat binnenkort nog iets weten. Et benedictio Dei omnipotentis, Patris, et Filii, et Spiritus Sancti, descendat super vos et maneat semper. Leo XIV, Rome

Pallitèrquin, Mag ik u danken voor de wekelijkse aandacht die u aan mij en mijn familie besteedt. Altijd leuk om te lezen wat er in de rest van de familie gebeurt. Want ik word niet meer zo dikwijls uitgenodigd. Ook de felicitations van ons Claire en ook een beetje van ons Wendy. En nu ik geen ziekteverzekering kan krijgen, ben ik het volledig met u eens: “Que la Belgique crève!”

Laurent (Prince), Tervuren

Zootje racisten, Hoeveel Marokkanen werken er op uw redactie? Ziet ge wel, dat ge discrimineert! Al 80 jaar! Leve Libanon. Dyab Abou Jahjah, Sint-Jans-Molenbeek

Pallieter,

Als echte Vlaams-nationaliste en nieuwe voorzitter, zal ik onmiddellijk een abonnement nemen op uw blad. Ik ben het dan wel niet met alles eens, maar ik wil weten wat er leeft in Vlaanderen en in mijn partij. Maar laten we duidelijk afspreken: geef me een kans om ’t beter te doen dan onze Bart. Ah ja, met u wil ik nog wel eens een koffietje gaan drinken.

Valerie, Kapellen

Pallieterke, Namens de vele abonnees in mijn land, wens ik u van harte te feliciteren. Al 80 jaar lang wordt uw blad hier gretig gelezen, nu al door de derde generatie

Vlamingen. Als ge nog wat rechtse jongens en meisjes kent, stuur maar op. Ze zijn hier nog altijd welkom… Javier Milei, Buenos Aires

Palloeterke, Gijlie zijt ‘vermine’! Gijlie zijt ‘racaille’. Weg met de Sale Flamins in Brussel. Stelletje racisten. En ge moogt uw Cieltje houden. Allahu Akbar! Ahmed Laaouej, Brussel

Pallieterke, U mag dan al 80 jaar het onnozel gazetteke uithangen, weet dat ge nooit een cultuurprijs zult winnen. Eigen linkse vriendjes eerst. En steek die Matthias waar de zon niet komt. ¡No pasarán!

Caroline Gennez, Mechelen

Pally,

80 jaar. Ik moet een traan wegpinken. Er zijn geen woorden voor. Een welgemeende dankuwel.

Bert A, Neder-Over-Heembeek

Pallieterke, Ik zou graag hebben dat mijn partij ook zo oud wordt. Kunt ge mij advies geven aub? Er is wel enige haast bij, want ze zijn aan de poten van mijne stoel aan ’t zagen. En ni vergeten, hé, doe de groetjes aan mevrouw Ampe. Eva DB, Hoeilaart

Een blik in het archief

Van zwart-witblad naar een weekblad met één en nadien twee steunkleuren tot een papieren krant: ’t Pallieterke is doorheen die tachtig jaar in vele gedaantes verschenen.

De allereerste uitgave van ‘t Pallieterke

Bruno De Winter pakte op 17 mei 1945 uit met een eerste editie van ’t Pallieterke dat maar liefst… vier pagina’s telde! En dat voor de “voorlopige woekerprijs” van 3 frank. De volgende tien jaar bleef ’t Pallieterke uitgegeven op het grotere krantenformaat van die tijd. Het aantal pagina’s evolueerde richting twaalf in 1955. Toen dook eind oktober ook de eerste keer de gele steunkleur op, achter de bovenbalk op

De eerste keer dat de gele steunkleur gebruikt werd

de voorpagina. “Beschouw dit geel liefst niet apart, het heeft slechts zin te zamen met het zwart”, was toen de overduidelijke boodschap.

GELE STEUNKLEUR

In de jaren 1960 bleef de gele steunkleur aanwezig, maar werden er ook rode letters gebruikt om titels te accentueren. Vele jaren bleef dit het geval, totdat in de jaren 1970 besloten werd om telkens met een titel en daaronder een grote cartoon te werken. “Egmont op de snijtafel”, “Nols doet maar” en “Paola vreest voor gluurders” tonen aan welke grote politieke thema’s destijds bij de bevolking leefden.

BESCHOUW

DIT GEEL LIEFST

NIET APART, HET HEEFT SLECHTS ZIN TE ZAMEN MET HET ZWART

LEUZE TOEN DE GELE STEUNKLEUR WERD GEÏNTRODUCEERD

Vanaf de jaren 1980 tekenden de cartoonisten van dienst steeds vaker in kleur. Het zorgde voor levendige beelden van figuren als José Happart, Wilfried Martens, Luc Van

Cartoon over José Happart van Brasser

den Bossche en het koningshuis. Later verdwenen die gekleurde cartoons voor een tijd, om nadien terug te keren. Een straffe titel, een cartoon en wat goede citaten: dat recept bleef, in verschillende vormen, de voorpagina van ’t Pallieterke vormen. Tot 2018: toen besloot de redactie om naast cartoons ook afbeeldingen te gebruiken.

Voorpagina uit 1966

Op tachtig jaar tijd is ’t Pallieterke in heel wat verschillende geuren en kleuren verschenen. Gelukkig wordt het archief niet enkel bewaard in de kluizen van de weelderige kantoren van ’t Pallieterke, maar zijn ze ook digitaal raadpleegbaar. Wie zin heeft om te bladeren in de tachtig jaargangen – en dus meer dan 4.000 nummers – kan dat doen via de website van het ADVN (Archief voor Nationale Bewegingen). Een gratis account aanmaken op www.pallieterke.advn.be volstaat om in het integrale archief rond te snuisteren.

Pallieterke, Mag ik u feliciteren met uw verjaardag, maar u tevens vragen om geen water te drinken op kantoor, want er is een algemeen watertekort in Vlaanderen. Duvel of Augustijn, of ne goeie Vlaamsche Leeuw, dat kan natuurlijk wel. Uw redactie kennende, zal dat geen probleem zijn. Ik drink er alvast ene op jullie gezondheid.

Jo Brouns, Kinrooi

Pallieterke,

Ik heb er alles aan gedaan om u monddood te maken, fascistisch addergebroed dat ge zijt. Wij, groene azijnpissers bepalen wel hoever de vrijheid van meningsuiting reikt. En al diegenen die anders denken, weg ermee. Dát is democratie. ¡No pasarán! Jos G., Turnhout

Pallieterke,

Als linkse professor wens ik u: de pleuris, de tering, een niersteen en een lekkere Covid-19. De mensen zijn mij beu, maar ik ben u nog meer beu. Marc, Willebroek

Pallieterke,

Ik ben voor onafhankelijkheid en een eigen staat. Kom, geef me nog vlug een vlag dat ik er mee kan zwaaien. Weg met Israël, leve Palestina!

Dina T, Bonheiden

Enkele jaren nadien besloot men om de voorpagina een grondige ‘facelift’ te geven: de geel-zwarte steunkleur achter het logo verdween en maakte plaats voor een blauw logo met oranje streep. En dit jaar, ter gelegenheid van de 80ste verjaardag, besloot de redactie om het ventje en de rechter - na 45 jaar afwezigheid - opnieuw op de voorpagina te zetten. Daarover leest u meer op de vorige pagina van deze bijlage.

WANNES NEUKERMANS

De eerste afbeelding op de

voorpagina

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.