“Er is een bepaalde organisatie‘militaire’ nodig”




2 MEER SABOTEURS DAN GEDACHT KLIMAAT



MUSK

BRUSSELSE BEELDENSTORM



ZELFBEWUST

LIJSTTREKKER N-VA STAD GENT 5 7 8-9
“Er is een bepaalde organisatie‘militaire’ nodig”
2 MEER SABOTEURS DAN GEDACHT KLIMAAT
MUSK
BRUSSELSE BEELDENSTORM
ZELFBEWUST
LIJSTTREKKER N-VA STAD GENT 5 7 8-9
Op Terzake mocht klimaatwetenschapper Wim Thiery van de hete dagen gebruikmaken om zijn onheilstijdingen over de opwarming van de aarde mee te geven. Thiery is een voorbeeld van alles wat fout is aan klimaatwetenschap. Ik hoefde niet ver te zoeken om te weten te komen dat hij als jongeman nog kandidaat voor Groen was. Hij is dus, net als veel van zijn collega’s, een gelovige met een roeping die priester is geworden in de kerk van de klimaatwetenschap.
Het onderwerp van het gesprek op Terzake was de hitte die, door klimaatopwarming, steeds meer een ‘stille doder’ is geworden in Europa. Als Wim Thiery een afstandelijke wetenschapper was, zou hij bijvoorbeeld aan Annelies Beck verteld hebben dat het stijgende sterftecijfer in Europa te maken heeft met de snel verouderende bevolking. Meer dan de helft van ‘hittedoden’ zijn 80-plussers. Een studie van mei dit jaar toont zelfs aan dat de mortaliteit door hittegolven de laatste 30 jaar binnen elke leeftijdscategorie is afgenomen. Voor alle duidelijkheid: mensen sterven vrijwel nooit alleen aan hitte of koude alleen, wel aan andere aandoeningen die zich laten gelden wanneer de temperatuur niet ideaal is.
Op voorzet van Beck, pleitte Thiery ook tegen het indrukken van de pauzeknop voor klimaatmaatregelen in België. Dan hoor je weer de militant, niet de wetenschapper.
Een afstandelijke wetenschapper zou ons de uiterst belangrijke nuance meegeven dat de inspanningen van de EU nog nauwelijks een rol spelen in de wereldwijde uitstoot van CO 2 en zou niet doen alsof onze klimaatmaatinspanningen veel meer zijn dan rituele offers, waarvan we mogen vermoeden dat ze meer passen in de groene ideologie van ‘degrowth’.
Een klimaatwetenschapper die mij wil overtuigen, had het probleem van hittegerelateerde overlijdens in het perspectief geplaatst van een veel belangrijkere waarheid, maar dat deed Thiery niet. Die waarheid is dat in Europa koude nog steeds véél meer mensen doodt dan hitte. Het toonaangevende tijdschrift The Lancet berekende dat in Europa in de laatste 20 jaar gemiddeld vier op de vijf temperatuurgebonden overlijdens het gevolg zijn van koude. Waarom wordt dat niet af en toe gezegd? Word je dan een
klimaatontkenner, een verrader van de klimaatzaak? Jean-Marie Dedecker deed het ooit wel: het leverde hem onmiddellijk een amechtige, mislukte poging tot factcheck van Knack op.
Doden door ‘extreem weer’ De Wereldgezondheidsorganisatie deed vorige maand ook haar duit in het zakje. De organisatie plaatste op haar webpagina het bericht dat vorig jaar 175.000 Europeanen stierven aan ‘extreme hitte’. Na kritiek van Bjorn Lomborg, werd het bericht, zonder enige verontschuldiging of melding van rechtzetting, aangepast. Het echte cijfer is 47.000 (wat trouwens ook door Thiery werd bevestigd). Intussen was het kwaad wel geschied. Het alarmerende nieuws had al kranten gehaald en daar houdt men niet van rechtzettingen. Op de wegpagina’s van de VRT staat het nepnieuws nog steeds. Waarom toch altijd die angstzaaierij? Het fenomeen van klimaatverandering verdient een open en eerlijk debat. Zolang de pers en de militanten met een professorale titel heel eenzijdige en soms ronduit foute informatie verspreiden, zaaien ze twijfel over alles, ook over de waarheden die af en toe hun betoog binnensluipen.
JURGEN CEDER
ANNELEEN VAN BOSSUYT
“Wij willen de LEZ afschaffen”
Personenbelasting, vennootschapsbelasting, onroerende voorheffing, roerende voorheffing, bedrijfsvoorheffing, btw, registratiebelasting, erfbelasting, accijnzen, verkeersbelastingen. Enzoverder en enzovoort. Overdrijft de overheid niet een beetje?
Belastingen betalen wordt vaak afgeschilderd als een burgerplicht, maar belastingen zijn fundamenteel een schending van de individuele eigendomsrechten. In essentie is belasting de gedwongen overdracht van eigendom van individuen naar de staat zonder uitdrukkelijke toestemming. Met andere woorden: diefstal. Hoe nobel de bedoelingen achter belastingen soms ook mogen lijken, de belastingheffing zelf blijft dwingend en ondermijnt de principes van vrijwillige ruil en individuele vrijheid.
Het concept van belastingen als diefstal is geworteld in de natuurrechtelijke theorie van eigendom. Die theorie wordt verdedigd door denkers als Murray Rothbard. Ook al in de 19de eeuw sprak Frédéric Bastiat van “legale plundering” in zijn essay ‘La Loi’. Het belangrijkste basisprincipe is dat eigendom alleen mag worden overgedragen door een vrijwillige overeenkomst tussen de huidige eigenaar en de nieuwe.
Belastingen zijn van nature in strijd met dat principe. Belastingheffing is immers geen vrijwillig contract tussen de belastingbetaler en de overheid. In plaats daarvan is het een dwingende aanspraak op een deel van iemands bezit, afgedwongen door de dreiging van boetes en gevangenisstraffen. Dat dwingende aspect is vergelijkbaar met een dief die onder bedreiging van een pistool geld eist, want in beide scenario’s wordt gedreigd met geweld om te nemen wat rechtmatig aan iemand anders toebehoort.
Voorstanders van belastingen beweren vaak dat het nodig is om essentiële openbare diensten en sociale programma’s te financieren die de samenleving als geheel ten goede komen. Socialisten en communisten stellen bijvoorbeeld dat het belasten van de rijken en multinationals een middel is om ongelijkheid aan te pakken en de meest kwetsbaren in de samenleving te beschermen. Maar als je belastingen rechtvaardigt omdat je er nuttige programma’s mee financiert, zou je ook diefstal kunnen rechtvaardigen, op voorwaarde dat de gestolen goederen gebruikt worden voor liefdadigheidsdoeleinden. Die rechtvaardiging is echter fundamenteel onjuist, omdat ze voorbijgaat aan het belang van vrijwillige toestemming bij transacties.
Een andere veelgebruikte verdediging van belastingheffing is de notie van een ‘impliciet’ of ‘conceptueel’ sociaal contract tussen de overheid en de burgers. Volgens die opvatting stemmen burgers impliciet in met belastingheffing in ruil voor de voordelen van het leven in een maatschappij die geregeerd wordt door wetten en orde. Bij een heel klein beetje nader onderzoek valt dat argument echter snel in duigen. Een contract is pas geldig als alle betrokken partijen er expliciet mee instemmen. Het is ondenkbaar dat individuen vrijwillig zouden instemmen met een contract dat de staat toestaat om eenzijdig te bepalen en willekeurig te blijven herbepalen hoeveel van hun eigendom in beslag kan worden genomen zonder hun toestemming. Vrijwilligheid herintroduceren in onze democratie zou welkom zijn. Mensen zouden gerust vrijwillig financieel bijdragen aan veel zaken, denk maar aan veiligheid en justitie, georganiseerd door een overheid die competent, rechtvaardig en betrouwbaar is. Maar aan wat allemaal en hoeveel juist, zou dus niet alleen mogen afhangen van politici die zo vaak beloftes breken. De overheid is moddervet en moet dringend afgeslankt worden. Op zijn minst zouden er dus geen nieuwe of hogere belastingen mogen komen. Een kleinere overheid is nodig, met minder en lagere belastingen, gebaseerd op een groot draagvlak.
EDITORIAAL
Redactie & beheer:
Uitgeverij ’t Pallieterke
Lagesteenweg 5 bus 1, 1850 Grimbergen
De spanningen in de federale formatie worden gereduceerd tot de vete tussen MR-voorzitter Georges-Louis Bouchez en Vooruit-kopman Conner Rousseau. Een vete die zelfs nu al een schaduw zou werpen op de werking van de volgende federale regering. Maar er zitten nog andere ‘saboteurs’ aan boord. Zal bijvoorbeeld cd&v niet lastig beginnen doen ná de formatie, zoals in 2014 is gebeurd?
Het was een boutade die toenmalig Vooruit-voorzitter Melissa Depraetere na de verkiezingen de wereld in stuurde: dat MR-voorzitter Georges-Louis Bouchez beter Waals minister-president zou worden en niet zou deelnemen aan de federale onderhandelingen, want “dan zijn we ervan verlost”. Zouden ze bij Vooruit aan die uitspraak hebben gedacht toen tijdens de formatiegesprekken op zondagnacht de eerste kleine crisis uitbrak? Vooruit eiste het behoud van de meerwaardebelasting op aandelen én wou niet dat de roerende voorheffing zou dalen van 30 naar 25 procent, zo meldt De Tijd. Voor Bouchez was dat een brug te ver en de decibels gingen de hoogte in. Roepen en tieren is sinds de Verhofstadt-jaren en paars een liberale traditie in de Wetstraat. Vandaag, donderdag 22 augustus, weten we of de vorming van de Arizona-regering een doorstart krijgt of niet.
Pochen over uurwerken en auto’s
chez. Al wist die laatste nog niet dat Rousseau eerder op mannen valt. Feit is dat Bart De Wever - of iemand anders die premier wordt - bij de vorming van een mogelijke regering rekening zal moeten houden met de spanningen tussen Rousseau en Bouchez. Twee ‘saboteurs’ die het werk van de ploeg vleugellam dreigen te maken. De verwachte talrijke passages in de media zullen daar zeker niet bij helpen.
Een kopie van 2014?
begon te pleiten voor een vermogenstaks, ging op de rem staan bij de arbeidsmarkthervormingen en vond militairen op de straat in tijden van terreurdreiging maar niets. Het leek alsof cd&v enkel en alleen de spreekbuis van de christelijke arbeidersbeweging was geworden. Er zijn vooralsnog geen signalen dat cd&v na de formatie in dezelfde mate ‘lastig’ zal gaan doen. Maar één slechte peiling in het najaar of gewoon een zwak resultaat bij de gemeenteraadsverkiezingen van 13 oktober is genoeg om voorzitter Sammy Mahdi in paniek te laten schieten en het regeringswerk te beginnen saboteren.
Geen alternatief voor huidige samenstelling
Over de gemeenteraadsverkiezingen gesproken: hoe langer de federale formatie aansleept, hoe moeilijk het natuurlijk wordt om op 20 september te landen of gewoon voor de lokale stembusslag van 13 oktober een regering te hebben. De twijfel zal toenemen op verschillende partijhoofdkwartieren, want wat als bepaalde maatregelen negatief afstralen op het resultaat? Dan is het misschien beter om de formatie over de verkiezingen te tillen, is de redenering.
Tel. : 03-232 14 17
Abonnementen/administratie: secretariaat@pal.be
Lezersbrieven: lezersbrieven@pal.be
Abonnementen binnenland
Abonnement buitenland: 3 maanden: 58,5 euro Tarieven afhankelijk van de 6 maanden: 117 euro bestemming. Alle inlichtingen 1 jaar: 234 euro op de kantoren. Steunabo 1 jaar: 350 euro
Het abonnementsgeld kan overgeschreven worden op volgend rekeningnummer met vermelding van uw naam en adres: BE82 4096 5194 9168 BIC KREDBEBB
Elke week op donderdag in uw krantenwinkel
Oud-hoofdredacteurs: Bruno De Winter (1945-1955, stichter), Jan Nuyts (1955-2000), Leo Custers (2000-2010), Karl Van Camp (2010-2020) Kernredactie: Stijn Derudder (hoofdredacteur), Jurgen Ceder, Simon Segers, Wannes Neukermans, Anton Schelfaut, Karl Van Camp Verantwoordelijke uitgever: Wart Van Schel Foto's: Belga, Photonews, Shutterstock www.pal.be
De spanningen tussen Vooruit en MR stonden in de sterren geschreven. We moeten hier de geschiedenis niet herschrijven, maar er is ten tijde van Vivaldi een vete gegroeid tussen de Vlaamse socialisten en de Franstalige liberalen. Conner Rousseau en co waren de strapatsen van Bouchez beu. Als voorzitter van een regeringspartij voerde hij in de media oppositie tegen de regering-De Croo.
Ten tijde van Vivaldi is er een vete gegroeid tussen de Vlaamse socialisten en de Franstalige liberalen
Het wantrouwen gaat ook dieper tussen beide ego’s. Nog tijdens de onderhandelingen voor een Vivaldi-regering was de spanning te snijden tussen Rousseau en Bouchez. Het zijn in zekere zin twee vergelijkbare figuren. Niet inhoudelijk, maar als persoonlijkheid. Narcistisch, egocentrisch, behaagziek. Tijdens de formatiegesprekken voor Vivaldi pochten ze tegen elkaar over de uurwerken die ze droegen en de auto’s die ze hadden. En hoe die luxegoederen middelen waren om meiden te versieren, zei Bou-
Wie echter denkt dat de werking van de volgende regering enkel door de aversie tussen Bouchez en Rousseau zal worden bepaald, vergist zich schromelijk. Eén van de weinige voordelen van socialisten is dat ze bijna nooit terugkomen op afgesloten akkoorden. In 2011 moest de Parti Socialiste van premier Elio Di Rupo met pijn in het hart aanvaarden dat het systeem van het brugpensioen werd verstrengd, de ambtenarenpensioenen minder royaal werden en de wachtuitkeringen voor schoolverlaters in de tijd werden beperkt. Dat laatste was enorm pijnlijk voor de vele Waalse ‘generatiewerklozen’. Maar de PS kwam niet terug op dat akkoord.
Eén van de weinige voordelen van socialisten is dat ze bijna nooit terugkomen op afgesloten akkoorden
Bij de christendemocraten hebben ze die traditie niet. Tot nu toe stelt cd&v zich tamelijk constructief op tijdens de regeringsonderhandelingen. Maar dat is geen garantie voor wat er na de vorming van de beleidsploeg gebeurt. Cd&v heeft hier ook een traditie van ‘sabotage’, en dan vooral de zeer vervelende gewoonte om terug te komen op een gegeven woord. Dat is bijvoorbeeld wat er in 2014 is gebeurd met de vorming van de Zweedse coalitie. Toenmalig cd&v-voorzitter Wouter Beke stelde zich constructief op. Ook Kris Peeters, de gedoodverfde vicepremier. Maar kort na de vorming van de regering-Michel maakte de partij een bocht naar links. Kris Peeters
Er zijn vooralsnog geen signalen dat cd&v na de formatie lastig zal doen
Indien dat gebeurt, komt men opnieuw op onbekend politiek terrein, ondanks de traditie van lange formaties die in 2007 is ingezet. Zullen partijen na een verkiezingsnederlaag in de herfst bereid zijn om verder te doen? Zal het stof gaan liggen zijn bij Open Vld en komt de partij dan opnieuw aan zet? En wat bij de PS, die ondertussen zal toetreden tot een Brusselse regering en misschien beter dan verwacht zal scoren bij de gemeenteraadsverkiezingen? Duiken dan toch formules van een nieuwe Zweedse coalitie op? Of een traditionele tripartite tot zelfs Vivaldi bis? Dat is momenteel enkel een onderwerp dat het kleine kringetje van Wetstraatjournalisten beroert. Op de partijhoofdkwartieren zou de consensus zijn dat er geen sprake van is om een alternatief te zoeken voor de huidige coalitie. Al kan het in de politiek op een paar weken tijd snel keren.
Elon Musk en Jordan Peterson zijn extreem intelligente mensen. Dat het pad van die twee boegbeelden van de tegencultuur zou kruisen, lag voor de hand. Enkele weken geleden ontving Peterson Musk voor een lang gesprek. Tijdens de conversatie, uitgezonden via X, kregen we een beter inzicht in de mens Elon Musk en meteen ook in de redenen waarom hij steeds openlijker rebelleert tegen het bestel. Hoe gevaarlijk zijn die botsingen voor zijn zakenimperium?
De dissidente meningen van de twee, vooral in de sfeer van de cultuurstrijd, brengen hen regelmatig in conflict met de gevestigde opinies van de elites van het westerse bestel. Gebruikmakend van de vrijheid van het internet heeft Peterson, die twintig jaar geleden nog in de marginaliteit zou zijn beland, van die botsingen een verdienmodel kunnen maken. Musk is echter nog altijd in de eerste plaats een zakenman. In die wereld houdt politieke controverse een ernstig risico in. Vraagt het maar aan InBev, waar men nog altijd puin aan het ruimen is nadat het travestiet Dylan Mulvaney reclame liet maken voor Bud Light. Met een zakenimperium waarvan de bouw van elektrische wagens de voornaamste pijler is, zou men Musk eerder in het progressieve kamp verwachten. Daar zat hij ook eerst. Musk was ooit een belangrijke donateur van de Democratische Partij en was af en toe te gast bij Obama. Vandaag steunt hij Trump.
Het electorale draagvlak voor de huidige EU-bestuurders brokkelt steeds verder af door de opmars van rechtse, alternatieve partijen
In het interview met Peterson verklaart hij dat wat zijn zoon is overkomen voor hem een keerpunt was. Die onderging een geslachtsverandering en werd al op jonge leeftijd ingezet. Musk bekent dat hij naïef was toen hij toestemming gaf om puberteitsremmers toe te dienen. Er was hem toen - onjuist - verteld dat dat proces omkeerbaar was. “Ik ben toen mijn zoon kwijtgespeeld aan het woke-virus”, vertelt hij. Zijn afkeer voor alles wat woke is, heeft Musk steeds verder naar het andere kamp geleid.
Denken in eerste principes Ook zijn persoonlijkheid droeg daaraan bij. Musk is een beoefenaar van het ‘denken in eerste principes’ (‘first principle thinking’). Het is een denkwijze die zeer effectief is in het genereren van vernieuwende ideeën bij probleemoplossing. Die aanpak houdt in dat complexe processen worden teruggebracht tot hun fundamentele waarheden en dat daarop wordt voortgebouwd. Wanneer Musk een raket wilde ontwerpen, borduurde hij niet verder op de modellen die al door NASA en andere ruimtevaartagentschappen waren gebouwd, maar begon hij aan die taak vanuit de positie van iemand die de allereerste is om een raket te ontwerpen. Daarbij gooide hij onder andere het verworven idee overboord dat raketten voor eenmalig gebruik zijn. Het re-
sultaat van zijn tabula rasa was verbluffend. Zijn ruimtetuig werd vele malen goedkoper dan dat van zijn voorgangers.
De EU gaf hiermee de indruk officieel kant te kiezen in de Amerikaanse verkiezingen
Musk denkt op dezelfde manier over de vrijheid van meningsuiting. Hij noemt zichzelf een ‘free speech absolutist’. Hij vertrekt van het principe zelf en aanvaardt geen enkele beperking, tenzij men met zeer duidelijke argumenten kan aantonen waarom die nodig is. Daarbij gooit hij alle ballast overboord die zich rond de vrijheid van meningsuiting in de westerse politieke cultuur heeft opgestapeld. Musk begrijpt het essentiële belang van de vrijheid van meningsuiting: die is net nodig is om controversiële meningen te beschermen. Onomstreden opvattingen hebben geen bescherming nodig. In de westerse samenlevingen is echter sluipend het idee gaan overheersen dat de vrijheid van meningsuiting enkel kan opgeëist worden voor uitspraken die niet storend zijn voor progressieve gevoeligheden. Musk heeft Twitter - intussen ‘X’ - overgenomen met de uitdrukkelijke bedoeling er een platform voor vrije meningsuiting van te maken. Het is voorlopig niet winstgevend, maar dat is zijn zorg niet. Musk is een man met een missie geworden, een verdediger van de vrije mening, een rol die hij steeds ernstiger neemt. Ondanks het afhaken van een kwart van de gebruikers, is X op eigen terrein nog steeds heer en meester. De door Zuckerberg gelanceerde concurrent, Threads, kende een sterke start, maar is nu aan het slabakken. Het zegt veel dat Joe Biden, geen vriend van Musk, via X aankondigde dat hij uit de presidentiële race stapt.
Steun aan Trump
Na de aanslag op Trump kondigde Musk aan dat hij diens campagne gaat steunen. De pers vindt dat “onheilspellend” (De Tijd). De Morgen: “Stilaan dringt de vraag zich op: hoe gevaarlijk is Elon Musk?” Al vele jaren steunen de politieke donors uit Silicon Valley vrijwel uitsluitend de Democratische Partij. Nooit lazen we in de pers kritische bedenkingen over de zakelijke voordelen die daarmee gepaard zouden kunnen gaan. Nu er rijke geldschieters voor Trump en Vance opduiken, ziet de pers sinistere complotten en gevaren voor de democratie. Toen Trump met de ‘Twitter files’ aantoonde dat Twitter vóór zijn overname vaak tegemoet was gekomen aan eisen van de Democratische Partij, werd dat nooit groot nieuws.
Vorige week was Trump overigens te gast voor een gesprek met Musk, dat live werd uitgezonden via X. Hij kon daar rustig zijn mening over alles en nog wat meegeven, maar we hoorden niets dat hij al niet eerder had gezegd. Het feit alleen echter dat Trump zomaar, zonder onderbrekingen en vijandige vragen, het woord kreeg voor de 200 miljoen volgers van Musk, bleek ondraaglijk voor de pers. Het programma Terzake, bijvoorbeeld, kondigde aan enkele ‘impressies’ van het gesprek te zullen meegeven, maar wat volgde was eigenlijk een montage van spottende beelden en giftige commentaren die uitsluitend de bedoeling hadden Trump en Musk weg te zetten als gevaarlijke gekken. We weten waar VRT staat, maar dat was zelfs naar de maatstaven van de openbare omroep een dieptepunt. Ook de rest van de pers schoot met scherp op de ‘bromance’ - kunnen mannen het nog met elkaar vinden zonder dat iemand over een ‘bromance’ begint? - tussen Trump en Musk. Musk ligt al een tijd in het vizier van de pers, maar een aantal recente incidenten hebben de kritiek op de topman van Tesla in een stroomversnelling gebracht. Vooral de steun aan Trump en de openlijk kritiek op de censuur en vervolging van opiniedelicten in het VK maakten veel reacties op links los. Er waren al multinationals, waaronder Disney en Unilever, die niet meer willen adverteren op X. Nu zijn er ook al bedrijven die geen Tesla’s meer willen kopen. Voorlopig is de boycot kleinschalig, maar het is niet zeker of de actie geen uitbreiding zal nemen.
De Robespierre van de EU
De hoofdvogel werd afgeschoten door EU-commissaris Thierry Breton. Die niet-verkozen bureaucraat noemde zichzelf eerder al eens ‘de handhaver (l’exécuteur) van de wil van de staat en het volk’. Uit de mond van een Fransman doet dat al snel denken aan Robespierre en zijn Comité du Salut Public. Breton heeft blijkbaar ook jakobijnse opvattingen over de vrijheid van meningsuiting. Hij stuurde nog voor het interview in zijn officiële hoedanigheid een brief aan Musk om hem te herinneren aan de Europese Verordening van 2022 inzake digitale diensten.
We weten waar VRT staat, maar dat was zelfs naar de maatstaven van de openbare omroep een dieptepunt
Breton suggereerde in de brief dat de recente rellen in het VK waren opgestookt door berichten op X. Niet door een mislukkende multiculturele samenleving dus, maar door het gebrek aan censuur op het platform van Musk. De echte aanleiding voor zijn brief was echter het geplande ‘gesprek met een presidentskandidaat van de VS’. De EU-commissaris waarschuwde Musk dat hij ‘extreem waakzaam’ zou zijn voor enige inbreuk op de EU-verordening en dreigde ermee maximaal gebruik te maken van alle wapens te zijner beschikking.
Zelfs de linkerzijde snapte dat die demarche van de kleine Robespierre een stap te ver was. Niet alleen gaf de EU hiermee de indruk officieel kant te kiezen in de Amerikaanse verkiezingen, ze leek ook aan preventieve censuur te doen. Von der Leyen en co distantieerden zich snel van de brief van Breton, die volgens hen zonder opdracht had gehandeld. Bart Eeckhout in DM stelde dat de EU-commissaris meer dan alleen een tactische blunder had geslagen: “Het principiële mistasten van Breton is zorgwekkender. We staan nu op het punt dat een eurocommissaris een mediaplatform preventief bedreigt met censuur. Met andere woorden: om de democratie te beschermen, zullen we zelf haar hoekstenen wegslaan. Hier slaat Europa een zeer glibberig pad in.”
De strijd tegen ‘desinformatie’
Musk stak symbolisch - met een memezijn middenvinger op naar Breton, maar het is niet zeker of hij dat zal kunnen volhouden. De EU is eind vorig jaar een procedure gestart tegen X, die, in het slechtste geval, kan leiden tot een verbod op dat platform in de hele EU. Toen Musk Twitter kocht, stuurde hij het bericht “de vogel is vrij” de wereld in. Breton, de EU-bureaucraat bevoegd voor waarheid, antwoordde onmiddellijk: “De vogel zal vliegen volgens onze regels.” De ‘volkscommissaren’ van de EU hebben veel macht.
Onomstreden opvattingen hebben geen bescherming nodig
Dat beleid van de EU heeft niets te maken met een strijd tegen desinformatie. Het electorale draagvlak voor de huidige EU-bestuurders brokkelt steeds verder af door de opmars van rechtse, alternatieve partijen, die hun succes mede te danken hebben aan het internet en de sociale media, die hen toelaten de censuur van de traditionele media te omzeilen. Daar ligt de reden waarom de EU en enkele nationale regeringen nu zo zwaar investeren in de strijd tegen wat ze ‘desinformatie’ noemen. Er circuleert wel degelijk heel wat onzin op sociale media, ook in rechtse kringen, maar die wordt nu aangepakt met een tapijtbombardement dat alle opinies in de omgeving zal treffen. In de column over de actie van Breton schreef Bart Eeckhout ook: “Aan de ene kant heb je mensen die de democratie slechts een lastige hinderpaal vinden op weg naar de almacht en aan de andere kant zijn er mensen die in elk schokkend standpunt een gevaar vermoeden. Ze zijn allebei nefast. Het is nog niet te laat, maar het wordt wel tijd dat conservatieven en progressieven, linksen en rechtsen, samen een streep in het zand trekken. En niet enkel als de dreiging uit de andere hoek komt.” Ik ben het helemaal met hem eens. Hij mag mij trouwens altijd contacteren om samen die streep in het zand te trekken. JURGEN CEDER
De economische groei van Europa’s grootste economie komt amper boven nul uit. De verklaring voor het slabakkende Duitsland? Handelspartner VS die protectionistischer wordt, China met een minder sterke economische groei, het wegvallen van goedkope energie uit Rusland en een ondermaatse binnenlandse vraag.
Nul procent. Dat was op jaarbasis de economische groei in Duitsland in 2023. En voor 2024 ziet het er niet veel beter uit. De groei in de eerste twee kwartalen bedroeg respectievelijk amper 0,2 en 0,3 procent. Deze zomer zou de economie bij onze oosterburen zelfs krimpen met 0,3 procent. De banengroei bedroeg tussen 2005 en 2018 430.000 per jaar, sindsdien amper 180.000 per jaar. De werkloosheid stijgt zelfs licht richting 6 procent. Wat is er aan de hand met de motor van de Europese economie?
Exportland Duitsland
Het probleem is dat er verschillende negatieve elementen samenkomen. Veel heeft te maken met Duitsland als exportland. Om te beginnen is er de oude Amerikaanse bondgenoot die protectionistischer wordt. De eigen industrie wordt er zwaar gesubsidieerd, ten nadele van de Duitse bedrijven die over de grote plas steevast een grote afzetmarkt hadden gevonden. China kent een economische groei die op jaarbasis amper boven de 5 procent uitkomt. Daar kunnen wij enkel van dromen, maar voor een groeiland is dat ondermaats. Vooral de Duitse auto-industrie lijdt eronder. Hier speelt een dubbel effect, omdat de Chinezen de Europese markt overspoelen met goedkope elektrische wagens.
En de zenuwachtigheid neemt toe in Berlijn. Donald Trump heeft al verkondigd dat hij de importtarieven voor Europese goederen met 10 procent zal verhogen als hij herverkozen wordt. Ten slotte kan Duitsland niet meer rekenen op het goedkope Russische gas, een belangrijke grondstof voor de industrie daar. Dat is een groot verschil met Frankrijk, waar de industrie kan blijven rekenen op de goedkope kernenergie.
Over industrie gesproken: men kampt er met een opvallend grote overcapaciteit, waardoor het aanbod hoger ligt dan de vraag. Dat weegt op de prijzen en zet de winstgevendheid onder druk. De hogere rentevoeten zijn ook slecht nieuws voor de industrie en zeker de bouw. Al die elementen fnuiken de groei. Daarnaast lijdt Duitsland nog altijd onder de te lage overheidsinvesteringen in infrastructuur.
Binnenlandse consumptie
In westerse landen wordt een negatieve exportschok vaak opgevangen door meer binnenlandse consumptie. Maar in Duitsland is
dat niet of veel minder het geval. De mensen houden de geldbeugel dicht. Reden is de voorbije periode van relatief hoge inflatie, iets waar Duitsers van gruwen. Het trauma van de hyperinflatie van de jaren 1920 wordt blijkbaar van generatie op generatie doorgegeven. De Duitsers staan ook wantrouwig tegenover te veel uitgaven, zowel privé als door de overheid. Het begrotingsevenwicht is er grondwettelijk verankerd. Dus grote overheidsinvesteringen en tekorten om die te financieren zijn hier niet aan de orde.
Rentedaling en loonsverhogingen
Vraag is hoe die sputterende motor opnieuw op gang kan komen? Om te beginnen is er het bredere europerspectief. In het najaar wordt een nieuwe rentedaling van de Europese Centrale Bank verwacht. Dat zou de consumptie en de investeringen moeten doen toenemen en dus de economische groei doen aanzwengelen. Daarnaast moeten de hogere lonen een positieve impact hebben.
De opvallend grote overcapaciteit weegt op de prijzen en zet de winstgevendheid onder druk
In het eerste kwartaal van dit jaar zijn ze gestegen met 3,8 procent. Naar verluidt volgt een nieuwe verhoging als de loononderhandelingen zijn afgerond. Er worden stijgingen verwacht in de metaalsector en de akkoorden die de grote vakbond IG Metall hier kan afsluiten, zullen altijd een impact hebben op de totale economie. Dat zal onder meer de consumptie doen toenemen.
Toekomst voor de industrie
Het blijft wel een feit dat Duitsland moet nadenken over de toekomst van de eigen industrie. Een vraag die men zich overigens ook op Europees niveau moet stellen. Er dreigt hier een achterstand ten opzichte van China en de VS. Onder andere de strenge Europese reglementering speelt de Europese industrie parten. Dan hebben we het niet alleen over het beperken van de CO 2 -uitstoot. Er is ook de nieuwe richtlijn CSDD, of Corporate Sustainable Due Diligence, die maakt dat bedrijven constant de sociale en de milieu-impact van hun activiteiten moeten monitoren. Economen hebben al gewaarschuwd dat dat slecht nieuws is voor de concurrentiekracht van de industrie, want het jaagt hen zwaar op kosten. Men moet uiteraard kiezen voor een beleid waarbij het oude continent minder afhankelijk is van fossiele brandstoffen, maar zonder de eigen bedrijven te wurgen. Dat is ook een proces van jaren. Anderzijds: de Duitse economie is historisch gezien zeer wendbaar. Ze is er bovenop gekomen na 1945, na de hereniging in 1990 en was in 1998 de zieke man van Europa. Wat volgde, was een nooit gezien exportsucces dankzij het hervormingsbeleid van Gerhard Schröder. Aan de volgende Duitse regering om te tonen dat het anders kan, al moeten we daarvoor wel wachten tot in 2025. ANGÉLIQUE VANDERSTRAETEN
Vorige week, op donderdag 15 augustus, overleed schrijver en scenarist Paul Koeck. De man was jarenlang columnist bij De Morgen en bij Humo, en u zal zich vermoedelijk afvragen waarom we dan aandacht besteden aan zijn overlijden. Dat heeft dan weer alles te maken met op een waargebeurd verhaal gebaseerd boek ‘Notaris X’.
Koeck werd geboren op 20 augustus 1940 in Boom. Na enkele jaren in het onderwijs, koos hij resoluut voor het schrijversvak. Hij was daarin zeer succesvol, met romans, verhalen en toneelscripts die ook vertaald werden en in het buitenland verspreid. Nadien legde hij zich toe op het schrijven van scenario’s voor televisie en films. Zo werkte hij mee aan de film ‘Paniekzaaiers’ van Gaston en Leo. En voor zowel VRT (toen nog BRT) als VTM schreef hij de scripts voor verschillende reeksen zoals ‘Veel Geluk, professor!’, ‘De onweersvogel’ en ‘Ons geluk’. Notaris X
In onze kranten kon u hier en daar een ‘in memoriam’ lezen waarin verwezen werd naar zijn literaire verdiensten. Maar nergens in die artikels wordt verwezen naar zijn boek ‘Notaris X’. Daarom dat we even uitgebreider terugblikken op dat boek. We schrijven 1986. Een bekende notaris in Antwerpen raakt verwikkeld in een vechtscheiding. De ex-vrouw krijgt het hoederecht over de twee kinderen (dan zes en drie jaar oud) en de vader krijgt bezoekrecht toegewezen. Maar dan beschuldigt de ex-vrouw de vader van seksueel misbruik van de twee zoontjes. Normaliter zou zo’n delicate zaak binnen de muren van de rechtbank moeten blijven, maar dat was buiten Humo gerekend. Met name de linkse journalist Hugo Gijsels van Humo bijt zich in de zaak vast, op basis van een ‘dossier’ dat anoniem in een bruine omslag bij nacht in zijn brievenbus beland was.
Extreemrechts
Als linkse journalist was Hugo Gijsels gespecialiseerd in extreemrechts. Hij schreef er meerdere boeken over: ‘De VlaamSSche Kronijken’, ‘Het Vlaams Blok, het verdriet van Vlaanderen’, ‘Open je ogen vooraleer het Vlaams Blok ze sluit’ en ‘Het Vlaams Blok’. Daarnaast publiceerde hij ook boeken over de Bende van Nijvel en over Netwerk Gladio. Daarbij vertrok hij steevast van de stelling dat zowel de Bende van Nijvel als het Netwerk Gladio initiatieven waren van nationale en internationale extreemrechtse groeperingen die al dan niet samenwerkten met bepaalde overheidsinstellingen, zoals bijvoorbeeld de (toenmalige) rijkswacht. Sinds 1980 was hij ook medeoprichter van het magazine ‘Halt (aan verrechtsing)’. En hij is ook de bedenker van de term ‘cordon sanitaire’. Gijsels was geobsedeerd door extreemrechts en enige achtervolgingswaanzin was hem niet vreemd. Hij zag overal extreemrechtse complotten. Hugo Gijsels beschikte over een uitgebreide fichebak van alle ‘rechts-radicalen’ die her en der actief waren. Wat Gijsels toen deed, zou nu met de huidige privacywetgeving (GDPR) volstrekt strafbaar zijn.
Complot
Gijsels krijgt dus op een bepaald moment een dossier toegespeeld over een bekende notaris die door zijn ex beschuldigd wordt van incest. Hugo Gijsels ziet onmiddellijk in zijn wildste fantasieën allerlei complotten. Zo ka-
dert hij de incestbeschuldiging tegen Notaris X in een groter geheel van kindermisbruik, sleurt er de Roze Balletten bij en er zou een extreemrechts netwerk bestaan dat kinderen op rituele wijze zou misbruiken.
De vader van de notaris is bovendien een bekende bankier met internationale connecties. De man was een graag geziene figuur in de Vlaamse Beweging met een uitgebreid netwerk in de financiële en artistieke wereld. In 1975 werd hij benoemd tot ereconsul van Zuid-Afrika en twee jaar later stond hij aan de wieg van Protea, een vriendschapsorganisatie tussen Vlaanderen en Zuid-Afrika.
Paul Koecks boek ‘Notaris X’ werd bij zijn linkse vrienden van Humo en De Morgen niet in dank afgenomen
Linkse heksenjacht
De zotte theorieën van Hugo Gijsels krijgen navolging - uiteraard - bij de collega’s van De Morgen. Maar ook de overige Vlaamse media geloven en volgen het eenzijdige verhaal. De linkerzijde roert zich. Er wordt een ‘Komitee Wim en Jan’ opgericht (schuilnamen voor de twee kinderen) en wekelijks wordt er betoogd aan het gerechtsgebouw van Antwerpen. Want ondertussen lopen er verschillende correctionele procedures tegen Notaris X die zich moet verantwoorden voor mogelijke incest. De Morgen en Humo blijven volharden in de boosheid: gerechtsdeskundigen, kinderpsychiaters en wetsdokters die ten voordele van de notaris komen getuigen, worden in de linkse pers beschuldigd van partijdigheid en van extreemrechtse sympathieën... Je mag gerust spreken van een heuse ‘heksenjacht’...
Vrijgesproken
Om een lang verhaal kort te maken: het parket vond geen indicaties van enig misbruik. Het verhaal was verzonnen door een rancuneuze moeder waarbij alles kaderde in een vechtscheiding. De notaris werd op alle vlakken vrijgesproken. Nooit zijn er verontschuldigingen gekomen van Humo of De Morgen. Nooit zijn er verontschuldigingen gekomen van Hugo Gijsels, Guy Mortier, Leo De Haes of Yves Desmet. Paul Koeck was de enige journalist die in 1990 een ander verhaal durfde brengen, tegen de stroom in. Wetende dat de auteur ook columnist was bij Humo, wil dat zoveel zeggen als dat Koeck een zeer moedig man was. Zijn boek werd hem bij zijn linkse vrienden van Humo en De Morgen niet in dank afgenomen. De Morgen bracht verleden week slechts een klein berichtje over het overlijden van Paul Koeck. Maar ook in dat artikel zal u geen enkele verwijzing vinden naar de mediablunder van De Morgen.
De drie grootste partijen in Vlaanderen hebben de komende vijf jaar heel andere uitdagingen dan de kleinere partijen. Overleven zullen ze waarschijnlijk zonder veel problemen. Maar of er bij de volgende verkiezingen ook winst geboekt kan worden, zal in grote mate afhangen van wat er in de federale regering gebeurt. Daarbij kan slechts één van de drie partijen rekenen op de steun van de media.
We beginnen bij de kleinste partij van de drie: Vooruit. Wie de laatste maanden de media heeft gevolgd, zou de indruk kunnen krijgen dat ze op dit ogenblik de grootste en belangrijkste partij in Vlaanderen is. Partijvoorzitter Conner Rousseau staat er weer en heeft duidelijk geen gebrek aan zelfvertrouwen. En federaal lijkt het wel of de formatienota eigenlijk een huiswerkje van Bart De Wever is dat hij bij Rousseau moet indienen, waarna die laatste er met een rode pen doorgaat en er bovenaan ‘voldoende’ of ‘onvoldoende’ op schrijft.
Vijf lange jaren voor Vooruit
De waarheid is echter dat de problemen voor Vooruit nu pas echt beginnen. De partij stapt immers in twee regeringen gedomineerd door partijen die in principe haar grootste tegenstanders zouden moeten zijn. Bovendien kan een sterkere PVDA vanuit de oppositie de partij meer pijn doen dan voorheen. Vooruit heeft echter geen alternatief: er is geen zicht op een gunstigere coalitie voor Vooruit en de partij kan het niet riskeren de zwarte piet toegeschoven te krijgen voor vervroegde verkiezingen.
Eens er een regeringsakkoord is, dient zich trouwens meteen al een nieuw probleem aan.
In de vorige legislatuur zat de partij slechts in één regering en toch zag voorzitter Rousseau zich toen al genoodzaakt een wit konijn uit zijn hoed te toveren met het beruchte “he’s back, bitches”. In de partij zullen er ongetwijfeld veel
gegadigden zijn om een ministerportefeuille op te nemen, maar de vraag is of er wel voldoende competente figuren te vinden zullen zijn. Het was bijzonder veelzeggend dat de tijdelijke afwezigheid van Rousseau een gapend gat achterliet aan de top van de partij.
Conner Rousseau blijft een risicofactor voor Vooruit
Laten we in dat verband ook opmerken dat de voorzitter zelf een risicofactor voor de partij blijft. Daarbij is alcohol niet eens het enige element dat hem vroeg of laat opnieuw parten kan spelen. Voorlopig kan hij wel weer op veel steun van de media rekenen, maar een garantie is dat dus niet om elk stinkend potje gedekt te houden.
Vlaams Belang strijdt bergop
Ondanks de nettowinst waren de afgelopen verkiezingen voor Vlaams Belang een kleine tegenvaller. De verwachtingen waren hooggespannen en niemand twijfelde eraan dat de partij de grootste zou worden in Vlaanderen. De ontgoocheling was dan ook groot toen dat niet het geval bleek te zijn voor het Vlaams Parlement en de Kamer. Ondertussen heeft bijna niemand opgemerkt dat Vlaams Belang voor
het Europees Parlement wél de grootste partij werd, met een voorsprong van een klein procent. Voor de lokale verkiezingen van oktober liggen de verwachtingen lager, wat dan weer voor een positieve verrassing kan zorgen. De regeringen die zowel op Vlaams als Belgisch niveau in de steigers staan, geven Vlaams Belang goede kansen om te scoren bij de eigen achterban, maar ook daarbuiten. Dat N-VA niet alleen Vlaams, maar ook Belgisch in de regering zal zitten, vergemakkelijkt bovendien het oppositiewerk van Vlaams Belang. Maar de media blijven de partij uitgesproken vijandig gezind. Op radio, televisie en in de kranten zal de aandacht dus vooral naar het oppositiewerk van Open Vld en Groen gaan, niet naar dat van Vlaams Belang.
Voor de lokale verkiezingen liggen de verwachtingen lager, wat voor een positieve verrassing kan zorgen
Die media zullen echter wel veel aandacht aan Vlaams Belang blijven besteden wanneer de partij nog eens in nauwe schoentjes komt. Vooral de oorlog in Oekraïne blijft een zwakke flank voor de partij, misschien nog vooral via de bevriende partijen van ‘Patriotten voor Europa’ in het Europees Parlement.
Kan N-VA de grootste blijven?
Wat bij de laatste verkiezingen de tegenvaller van Vlaams Belang was, was voor N-VA de onverhoopte meevaller. Tegen de verwachtingen in bleef N-VA de grootste partij in Vlaanderen, behalve voor het Europees Parlement dus. Maar zal de partij erin slagen deze heksentoer te herhalen in 2029?
Veel zal natuurlijk afhangen van de Vlaamse en de Belgische regering die ze allebei als grootste partij ongetwijfeld zal domineren. De lokale verkiezingen van oktober worden daarbij meteen een eerste belangrijke graadmeter naar de mening van de Vlaams kiezer. Bovendien wordt het uitkijken of N-VA cd&v van de troon kan stoten als lokale beleidspartij bij uitstek. En dan is er natuurlijk nog Antwerpen, waar de partij het zich werkelijk niet kan veroorloven de burgemeesterssjerp te verliezen.
Vooral de Belgische regering heeft het potentieel om uit te monden in een nachtmerrie voor N-VA
Op langere termijn zullen vooral de verwezenlijkingen van de nieuwe Vlaamse en Belgische regering, of het eventuele gebrek daaraan, bepalen welke richting het uit zal gaan voor de partij in 2029. Vooral de Belgische regering heeft het potentieel om uit te monden in een nachtmerrie voor N-VA, met in het ergste geval een implosie van de partij bij de volgende federale verkiezingen.
Daarbij is het van belang op te merken dat de media eerder afwijzend blijven staan tegenover N-VA. Begint het te rommelen in één van de regeringen, dan zullen de media hun kritiek in de eerste plaats op N-VA richten en slechts in mindere mate op de andere coalitiepartners. Al kan dat bij de Vlaamse kiezer wat extra sympathie kan opwekken…
Pascal Smet voerde in Brussel reeds het woord ‘patrimonium’ af, omdat het te seksistisch zou zijn en organiseert nu ‘Heritage Days’. Nu wil men de openbare ruimte dekoloniseren door een verdoken beeldenstorm te organiseren en de inwoners te onderwerpen aan een ‘herinneringseducatie’.
Zaterdag organiseerde urban.brussels in het Jubelpark zijn eerste activiteit rond dekolonisatie. Dat evenement maakt deel uit van het Brusselse actieplan met tal van evenementen, een herdenkingsdag en uiteraard centen voor de organisaties en voor het opleiden van ambtenaren. Enkele bustes en monumenten worden onder de loep genomen om ze te contextualiseren of te verwijderen.
De gemeente Etterbeek heeft reeds een dekolonisatieplan, waarbij deskundigen - samen met burgers - worden aangesteld om de beelden van de
nodige context te voorzien. Ook de straatnamen worden onder handen genomen.
Heropvoeden
Het hele plan moet gezien worden als een vertraagde reactie op de nasleep van de wereldwijde protesten rond Black Lives Matter en het maatschappelijk debat over ‘koloniale sporen in de openbare ruimte’. Kortom, de openbare ruimte moet grondig gereviseerd en politiek gecorrigeerd worden.
Maar ook de inwoners moeten heropgevoed worden, want er wordt volop ingezet op ‘herinneringseducatie’, zeg maar de juiste interpretatie van de geschiedenis. Onder impuls van gewezen staatssecretaris Pascal Smet komt er ook een ‘Centrum voor Interpretatie van de Dekolonisatie’, dat onder toezicht staat van de werkgroep ‘Dekolonisatie van de Openbare Ruimte’ en vertegenwoordigers van de beleidsdomeinen erfgoed en gelijke kansen. Naar aloude socialistische traditie is het uiteraard belangrijk dat de ‘correcte’ versie van de geschiedenis wordt verteld.
Enkele bustes en monumenten worden onder de loep genomen om ze te contextualiseren of te verwijderen
Nieuw is dat niet. Tijdens de Culturele Revolutie in China werden alle onwenselijke sporen uit het verleden letterlijk vernietigd. Ook in de Sovjet-Unie en het toenmalige Oostblok ondernam men het nodige om de kapitalistische sporen uit het verleden te wissen en de inwoners desnoods herop te voeden. Het ‘valse’ bewustzijn moet plaatsmaken voor een ‘hoger’ bewustzijn. Ook nu moet een ommekeer worden bewerkstelligd door stevige historische kritiek, gecombineerd met een heropvoeding van de massa, gecoordineerd vanuit de Brusselse politieke instellingen.
De witte neger
Het standbeeld ‘Weggelopen zwarte slaven verrast door honden’ uit 1894dat op de Louizalaan staat te pronkenmoet onherroepelijk uit het straatbeeld verdwijnen. De beeldengroep is geïn-
spireerd op ‘De (neger)hut van Oom Tom’, een ‘foute’ roman die de zwarte herleidt tot een brave, gehoorzame onderdaan. Een geketende, ontsnapte slaaf beschermt heldhaftig zijn zoon tegen twee bijtende honden. Het geweld van de slavernij staat daarbij centraal. Vooral de materiaalkeuze is problematisch. Het beeld werd gehouwen uit wit Carrara-marmer en werd eind negentiende eeuw al smalend ‘De witte neger’ genoemd. Het beeld - samen met andere ‘foute’ monumenten - zal in een depot voor standbeelden die de kolonisatie verheerlijken, worden ondergebracht. Het depot zal niet fungeren als een vergeetput, maar als ‘een symbolische plek’ om ‘de dekoloniale transformatie van het stedelijke monumentenlandschap’ te markeren.
Monumenten en standbeelden moeten niet de representatie van een linkse ideologie vormen
Die nieuwe orthodoxie moet - in samenwerking met een Brusselse Raad voor Bestrijding van Racisme - resulteren in een herdenkingsdag die het best georganiseerd wordt op 30 juni - de verjaardag van de onafhankelijkheid van Congo en de herdenking van de toespraak van Patrice Lumumba - of op 1 juli, de verjaardag van de onafhankelijkheid van Burundi en Rwanda. Ook
is er het voorstel om het ruiterstandbeeld van Leopold II op het Troonplein te verwijderen en zelfs om te smelten. In de plaats zou er een gedenkteken moeten komen voor alle slachtoffers van de kolonisatie.
Simplistisch binair
Aan de basis ligt een simplistisch, binair marxistisch denken, een denken dat de wereld opdeelt in ‘onderdrukkers en slachtoffers’, ‘kolonialen en slaven’, ‘witten en zwarten’, ‘slechten en goeden’,… En dat binnen een quasireligieus dogma over systematische macht en onderdrukking.
De individuele burger moet zich onderwerpen aan de correcte interpretatie van de geschiedenis. Meer zelfs. Wat hier gebeurt, is “een strategie van infiltratie en bezetting van instellingen van waaruit juridische strijd kan worden gevoerd of aan beleidsbeïnvloeding kan worden gedaan”, aldus Mark Elchardus. Monumenten en standbeelden moeten niet de representatie van een linkse ideologie vormen. Ze vormen de merktekens van een geschiedenis, zoals ze zich heeft afgespeeld. Je kan je trouwens gerust de vraag stellen of Brussel geen andere katten te geselen heeft, gezien de uitzichtloze politieke, sociaaleconomische en maatschappelijke crisis waarin het Brussels Gewest al jaren verkeert. JULIEN BORREMANS
Afgelopen week organiseerde Open Vld de eerste ronde van de nieuwe voorzittersverkiezingen. Voormalig staatssecretaris Eva De Bleeker en voormalig woordvoerder Vincent Verbeecke gaan door naar de volgende ronde. Daarnaast werd er ook gestemd voor een nieuw partijbestuur. Daarin kreeg de oude garde klappen: meer stemmen voor De Bleeker dan voor De Croo, en Rutten en Van Quickenborne raken niet verkozen.
Ongeveer 8.500 leden brachten hun stem uit tijdens de eerste ronde. Dat is amper een vijfde van het officiële ledenbestand. Toen Egbert Lachaert in 2020 de laatste echte voorzittersverkiezingen won, stemden bijna dubbel zoveel Open Vld’ers. Weinig animo
Er waren acht kandidaten voor het voorzitterschap. Eva De Bleeker (26,26 procent) en Vincent Verbeecke (21,49 procent) gaan door naar de volgende ronde. Ook Maurits Vande Reyde (19,34 procent) en Frédéric De Gucht (18,43 procent) wisten een aanzienlijk deel van de Open Vld-achterban te charmeren. Naar wie deze stemmen in de volgende ronde gaan, is moeilijk te voorspellen. Frédéric De Gucht komt van buiten de partijpolitiek, maar zijn kandidatuur werd anderzijds door zijn vader en partijkopstuk Karel wel gesteund. Maurits Vande Reyde schreef een donkerblauw ‘gedurfd liberaal’ programma. Maandag startte de nieuwe ronde bij de voorzittersverkiezingen. In de komende week staan er nog heel wat debatten op de agenda tussen De Bleeker en Verbeecke. Zaterdag 24 augustus zal duidelijk worden wie Open Vld de komende periode uit het slop moet trekken.
Bij de gemeenteraadsverkiezingen van oktober zal Vlaams Belang in bijna 190 gemeenten een lijst indienen. Dat is heel wat meer dan in 2018. De partij van Tom Van Grieken wil de goede resultaten bij de bovenlokale verkiezingen van 2019 en 2024 nu ook lokaal doortrekken.
Volgens een telling van het Nieuwsblad komt Vlaams Belang in 188 van de 285 gemeenten op. Dat aantal kan de komende weken nog enigszins veranderen, omdat het in sommige gemeenten nog niet zeker is of de partij überhaupt een lijst mag indienen. Uiterlijk op 14 september moet de lijsttrekker van een kandidatenlijst een voordrachtsakte indienen. Die moet ondertekend zijn door ofwel een aftredend gemeenteraadslid, ofwel een minimumaantal kiezers.
Handtekeningen verzamelen
Raadsleden van andere partijen weigeren vaak om de voordrachtsakte van nieuwe opkomende partijen te tekenen. Daarom schuimen lokale Vlaams Belang-vrijwilligers in gemeenten waar die voordrachtsakte nog niet in orde is, in deze periode de markten, horeca en braderijen af, op zoek naar handtekeningen. Ook bijvoorbeeld Voor U van Els Ampe is in een aantal gemeenten nog op zoek naar handtekeningen. Hoe dan ook is het duidelijk dat Vlaams Belang de nationale resultaten van 2019 en 2024 nu ook lokaal wil verzilveren. Het is onmogelijk om te voorspellen wat de impact van de verkiezingen van 9 juni zal zijn op die van 13 oktober. “Het is al van
Vlaams Belang scheert nationaal hoge toppen en daardoor groeit logischerwijs het aantal lokale lijsten
in de jaren 1950 geleden dat er nog twee verschillende verkiezingen in hetzelfde jaar georganiseerd werden”, legt Herwig Reynaert van het Centrum voor Lokale Politiek (UGent) uit. “Maar de er is wel een duidelijke trend merkbaar.”
Andere namen
Vlaams Belang scheert nationaal hoge toppen en daardoor groeit logischerwijs het aantal lokale lijsten. Bij traditionele partijen zie je de omgekeerde beweging: meer kartellijsten en lokale afdelingen die opkomen onder andere namen, of zelfs volledig breken met de moederpartij. Op het moment dat de partijen die het nationaal slecht doen een heropleving kennen, verwacht Reynaert ook lokaal opnieuw meer lijsten die met de nationale naam opkomen.
Slag in gezicht van partijtop
In het partijbestuur raakten voormalige ministers Vincent Van Quickenborne en Gwendolyn Rutten niet verkozen. De leden van het partijbestuur worden op twee afzonderlijke lijsten verkozen: tien mandatarissen en elf niet-mandatarissen krijgen een zetel in het partijbestuur. Omdat er geen niet-mandataris uit Brussel verkozen raakte, krijgt de niet-verkozen kandidate Carla Dejonghe ook nog een zetel in het partijbestuur.
In het partijbestuur raakten voormalige ministers Vincent Van Quickenborne en Gwendolyn Rutten niet verkozen
Voormalig jongerenvoorzitter en Deerlijks schepen Bert Schelfhout was opnieuw kandidaat-voorzitter, maar wist onvoldoende leden te overtuigen. Als niet-mandataris raakte hij wel verkozen in het partijbestuur, net als andere kandidaat-voorzitters zoals Tineke Van hooland en Frédéric De Gucht.
Voormalig Europajournalist Guido Naets (89) zal bij de gemeenteraadsverkiezingen van 13 oktober lijstduwer zijn voor Vlaams Belang in Zaventem. Hij zegt mensen te willen aanmoedigen “om te gaan stemmen tegen de verstedelijking en de verfransing”.
Na een carrière als Europajournalist, was Guido Naets ook 15 jaar lang perschef voor het Europees Parlement. Hij was ook vier jaar lang hoofd van de studiedienst van CVP, maar deed nog nooit actief aan politiek.
Hij werd door Vlaams Belang gevraagd om op de lijst te komen staan. “Als lijstduwer wil ik nu met het nieuwe kiessysteem waarbij je niet meer moet gaan stemmen, jonge en oudere mensen aanmoedigen om te gaan stemmen”, legt Naets uit. “Dat is nu cruciaal in Zaventem, of we worden onderdeel van het Brussels Gewest.”
Vlaamse onderhandelaars vissen twee mislukte hervormingen terug op
De Vlaamse partijen N-VA, Vooruit en cd&v willen bij wet verbieden dat woonzorgcentra winst maken op de zorgtaken die ze uitvoeren op hun bewoners. Dat staat in de passage over ouderenzorg in de formatieteksten, die De Tijd kon inkijken. Voor die zorgtaken krijgen woonzorgcentra subsidies van de overheid en dat ze er dan nog eens winst op zouden maken, vinden de partijen niet langer aanvaardbaar. Dat is slechts een van de voorgestelde maatregelen om de maandelijkse kost van een verblijf in een woonzorgcentrum niet te laten stijgen tot boven het pensioen van veel rusthuisbewoners.
Vorig jaar probeerde minister van Welzijn Hilde Crevits (cd&v) al een verbod in te voeren, nadat bleek dat commerciële rusthuizen vaak hun winsten naar het buitenland versluizen. Haar voorstel was om via een decreet vast te laten leggen dat woonzorgcentra geen winst meer mogen maken op de zorg die ze aanbieden. Maaltijden, kappersbezoeken en andere diensten zouden nog wel winstgevend mogen zijn voor de rusthuizen. Weerwerk van de oppositie in het parlement zorgde er echter voor dat het decreet er nooit kwam.
Winst maken op het gesubsidieerde deel van de zorgtaken moet gedaan zijn, vinden de partijen
In de regeringsvorming proberen N-VA, Vooruit en de christendemocraten het opnieuw. Zeker winst maken op het gesubsidieerde deel van de zorgtaken moet gedaan zijn, vinden de partijen. De vraag is enkel wat precies tot de zorgtaken en wat tot de woon-
en leefkosten behoort. Vandaag krijgen bewoners op hun factuur een dagprijs te zien. De onderhandelende partijen zouden rusthuizen willen verplichten om de factuur op te splitsen om op die manier meer transparantie te bieden. Daarnaast wil Vlaanderen mensen meer en makkelijker toegang geven tot de verhoogde zorgbudgetten.
Een ander voorstel dat N-VA er afgelopen legislatuur niet doorkreeg, is de mogelijkheid om privaat kapitaal in te brengen in de publieke ouderenzorg. N-VA, Open Vld en cd&v kwamen daarover vorige legislatuur tot een akkoord, totdat de christendemocraten terugkrabbelden. Met Vooruit in plaats van de liberalen in de regering, wordt het nog moeilijker om dit door te voeren. In de stad Antwerpen lukte het niettemin toch om met Vooruit een akkoord te bereiken over de uitbreiding van het Antwerps Zorgbedrijf. Hoe dan ook wordt het - ook betreffende ouderenzorg - geven en nemen voor de Vlaamse partijen. Voor heel wat maatregelen moet extra geld geïnvesteerd worden. ‘Boekhouder’ Matthias Diependaele zal als formateur echter ook waken over de begroting.
Wie de Vlaamse Volksbeweging kent, begrijpt dat onze vereniging steeds een bepaald evenwicht in haar werking dient te bewaren. Zo handelt de VVB onomwonden vanuit een radicaal Vlaams-nationaal standpunt, maar wel steeds met een constructieve ingesteldheid. Ook wensen we, in functie van maatschappelijke verbinding, aan de slag te gaan met andere groepen in onze samenleving om samen te werken aan een warm en zelfbewust Vlaanderen.
Wij combineren dat streven moeiteloos met onze bedoeling om doorlopend het bewijs te leveren van onze trouw aan de historische nalatenschap van onze beweging en weigeren dan ook ons verleden te verloochenen. Daarom ging ik enkele maanden geleden graag in op het verzoek om gastspreker te zijn op de 23ste editie van de IJzerwake. Dit jaar is het exact honderd jaar geleden dat in Kaaskerke bij Diksmuide voor het eerst duizenden en nog eens duizenden Vlamingen verzamelen bliezen op de locatie waarop enkele jaren later de eerste IJzertoren gebouwd zou worden. Sterker dan ooit tevoren herdachten onze Vlaamse oud-strijders, de overlevenden van de slachting van 19141918, er hun gevallen kameraden.
Professor Frans Daels herinnerde die 31ste augustus 1924 aan de geschonden heldenhuldegrafstenen, aan de met bloed bevruchte ploegvoren waaruit de spreekwoordelijke oogst nog niet was opgestaan en aan onze gedeelde strijd die niet eindigen kan, zolang wij die niet gewonnen hebben.
Nu is het aan ons, alle overtuigde Vlamingen, om doortastend verder te bouwen aan het draagvlak voor Vlaamse onafhankelijkheid
Nooit eerder kwamen meer Vlamingen samen om als volk hulde te brengen aan hun doden. Dat doen ze ondertussen al meer dan honderd jaar, zij het nu in Diksmuide of in Ieper. Dat zullen wij blijven doen, ook nu de recente ‘moeder aller verkiezingen’ de verwachtingen van velen niet heeft ingelost. Het verkiezingsresultaat heeft ertoe geleid dat onze Vlaamse politici niet bij machte waren om het beleid geheel naar zich toe te trekken. Doorheen de afgelopen weken werden politieke keuzes gemaakt naargelang de mogelijkheden die de kiezer op 9 juni heeft bepaald en wij weten allemaal dat ‘kiezen’ vaak ook ‘verliezen’ betekent. Wij kunnen voor niet-binnengehaalde eisen dan ook begrip hebben. Als Vlaamse Volksbeweging hebben wij er echter voor geknokt om de Vlaamse onafhankelijkheid bespreekbaar te maken. Die erfenis dragen de V-partijen met zich mee. Een zoveelste voortzetting van de status quo is voor ons dan ook onaanvaardbaar. Het is aan onze politieke vertegenwoordigers om de duidelijke stem die de kiezer liet horen in de verkiezingsuitslag in harde realiteit om te zetten: meer Vlaamse autonomie, met de onafhankelijkheid van Vlaanderen als uiteindelijk doel.
Als Vlaamse vereniging die buiten en boven elke partijpolitiek staat, kunnen wij het ons in deze cruciale tijden evenmin veroorloven om zelf achterover te gaan leunen. Integendeel dienen we kritisch, maar ook verbindend en met oog voor dialoog met alle Vlamingen van goede wil, tot een bundeling van onze krachten te komen om in te kunnen grijpen wanneer voor Vlaanderen nadelige en onomkeerbare blunders dreigen te worden begaan.
Een zoveelste voortzetting van de status quo is voor ons onaanvaardbaar
Daarbij leggen wij onze hoop in de vaststelling dat het oude België, vertegenwoordigd door de belgicistische Vivaldi-kliek, voorlopig plaats heeft geruimd voor iets nieuws: voor een momentum om eindelijk werk te maken van de verdere ontmanteling van dat systeem en van de daarmee gepaard gaande structurele bevrijding van Vlaanderen. Nu is het aan ons, alle overtuigde Vlamingen, om doortastend verder te bouwen aan het draagvlak voor Vlaamse onafhankelijkheid. Wij zeggen klaar en duidelijk: gedaan met vasthouden aan gebrekkige staatsmisvormingen die niets dan onheil voor Vlaanderen met zich hebben meegebracht. Gedaan met vergiftigde tricolore geschenken om de goede wil van de Vlamingen af te kopen en hen de ogen te doen sluiten voor mistoestanden die niets meer met democratie te maken hebben. Gedaan met de voortdurende verbrusseling van Vlaams grondgebied en gedaan met het financieel leegzuigen van Vlaanderen om vooralsnog bodemloze Waalse putten te vullen. Wie staat met ons, wie doet mee?
taal
In een wereld waarin globalisering en technologische vooruitgang de diversiteit aan talen bedreigen, heeft IJsland een opmerkelijke stap gezet om zijn rijke en eeuwenoude taal, het IJslands, te beschermen. Het land, dat bekendstaat om zijn indrukwekkende landschappen en kleine, hechte gemeenschap, bevindt zich nu op de voorgrond van taalbehoud door een innovatieve aanpak met behulp van artificiële intelligentie (AI).
IJslands is een taal met diepe historische wortels. De taal is sinds de tijd van de Vikingen nauwelijks veranderd, wat betekent dat moderne IJslanders middeleeuwse teksten nog steeds met relatief gemak kunnen lezen. Maar het IJslands staat vandaag de dag onder druk. Met nog geen 400.000 sprekers en een wereldwijde dominantie van het Engels in technologie, sociale media en populaire cultuur, dreigt de taal op lange termijn terrein te verliezen.
Om die trend te keren, heeft IJsland besloten om AI in te zetten als een middel om zijn taal te beschermen en te promoten. De overheid heeft aanzienlijke investeringen gedaan in technologische ontwikkeling, waarbij ze samenwerkt met bedrijven zoals OpenAI en academische instellingen om het IJslands een plek te geven in de digitale wereld. Dat is essentieel, want zonder digitale aanwezigheid loopt een taal het risico irrelevant te worden in de moderne samenleving.
Samenwerking met OpenAI
MICHAEL DISCART
Een van de meest baanbrekende projecten op dat gebied is de ontwikkeling van taaltechnologie die het mogelijk maakt om het IJslands te gebruiken in spraakherkenning, tekst-naar-spraak, en automatische vertaling. Grote bedrijven zoals Google en Microsoft hebben hun taalmodellen voornamelijk gericht op grote, wereldwijd gesproken talen. Daarom was het cruciaal dat IJsland zelf het initiatief nam om AI-technologieën te ontwikkelen die afgestemd zijn op de specifieke kenmerken van de IJslandse taal, zoals de complexe grammatica en uitgebreide verbuigingen.
Menselijke testers worden ingezet om GPT-4 te helpen bij het produceren van betere antwoorden in het IJslands
Op initiatief van president Gudni Johannesson, sinds 1 augustus opgevolgd door Halla Tomasdottir, heeft IJsland een samenwerking opgezet met OpenAI om GPT-4 te gebruiken bij het behoud van de IJslandse taal. Dat partnerschap is
niet alleen bedoeld om GPT-4’s capaciteiten in IJsland te verbeteren, maar ook om een blauwdruk te bieden voor andere minderheidstalen wereldwijd. Johanna Vigdis Gudmundsdottir, CEO van een taaltechnologiecentrum, benadrukt op de site van OpenAI het belang van die samenwerking: “We willen ervoor zorgen dat kunstmatige intelligentie niet alleen helpt bij het behouden van taal, cultuur en geschiedenis, maar ook bijdraagt aan economische voorspoed.”
De technologische uitdagingen
GPT-modellen worden voornamelijk getraind op grote hoeveelheden tekst op het internet, waarvan het merendeel in het Engels is. Dat betekent dat de modellen niet dezelfde nauwkeurigheid hebben in kleinere talen zoals het IJslands. Hoewel GPT-4 aanzienlijke verbeteringen heeft laten zien ten opzichte van eerdere versies, zijn er nog steeds uitdagingen, zoals grammaticale fouten en gebrek aan culturele context.
IJslandse bedrijven zullen chatbots en andere interactieve applicaties in hun eigen taal kunnen aanbieden
Om die problemen aan te pakken, heeft Vilhjalmur Thorsteinsson, CEO van een taalsoftwarebedrijf, een team van 40 vrijwilligers samengesteld om GPT-4 te trainen op correcte IJslandse grammatica en culturele kennis. Door middel van RLHF, Reinforcement Learning from Human Feedback (versterkend leren door menselijke terugkoppeling, red.), worden menselijke testers ingezet om GPT-4 te helpen bij het produceren van betere antwoorden in het IJslands.
Toekomstperspectieven
De eerste resultaten van RLHF zijn veelbelovend. Terwijl eerdere pogingen om GPT-3 te trainen op 300.000 IJslandse taalvoorbeelden teleurstellend waren, heeft RLHF er met slechts 100 al significante verbeteringen opgeleverd. Dat maakt
het proces haalbaar voor andere talen met beperkte digitale data.
Het IJslandse initiatief dient als een model voor andere kleine taalgebieden die hun cultureel erfgoed willen behouden
De impact van dat werk is groot. Niet alleen zal GPT-4 in staat zijn om beter IJslands te genereren, maar het zal ook de basis vormen voor toepassingen zoals Embla, een spraakassistent die vloeiend in het IJslands kan communiceren. Bovendien kunnen IJslandse bedrijven chatbots en andere interactieve applicaties in hun eigen taal aanbieden, in plaats van te vertrouwen op Engelstalige oplossingen.
Nationale en lokale trots
De impact van die AI-ontwikkelingen reikt verder dan alleen technologische vooruitgang. Het project stimuleert ook een gevoel van nationale trots en identiteit. Door ervoor te zorgen dat het IJslands zijn plaats behoudt in de digitale wereld, benadrukt het land het belang van culturele en taalkundige diversiteit in een tijdperk van globalisering. Bovendien moedigt het jonge generaties aan om hun moedertaal te koesteren en actief te gebruiken, zelfs in een wereld die steeds meer gedomineerd wordt door het Engels. Het IJslandse initiatief dient als een model voor andere kleine taalgebieden die hun cultureel erfgoed willen behouden in een snel veranderende wereld. Het Nederlands heeft er nog niet meteen behoefte aan, maar denk aan de mogelijkheden voor dialecten zoals het Limburgs, het West-Vlaams of - op een nog lokaler niveau - het Aalsters. Door artificiële intelligentie te omarmen, heeft IJsland laten zien dat het mogelijk is om een oude taal nieuw leven in te blazen en relevant te houden voor de toekomst. Het is een inspirerend voorbeeld van hoe innovatie en traditie hand in hand kunnen gaan om de unieke identiteit van een volk te beschermen en te bevorderen.
STIJN DERUDDER
Waarschijnlijk heeft u als goede burger wel eens een zelfklever of een pleister van het Rode Kruis gekocht. Misschien bent u al bloed of plasma gaan geven. Zonder twijfel kent u het Rode Kruis, dat in binnen- en buitenland aan hulpverlening doet. “Maar weinig mensen beseffen wat wij precies doen. Zelfs mensen binnen de overheid weten soms niet juist wat precies ons statuut en ons takenpakket zijn”, zegt Philippe Vandekerckhove, die al ruim twintig jaar gedelegeerd bestuurder van Rode Kruis-Vlaanderen is.
Uw verslaggever strikt Vandekerckhove voor een gesprek in een erg drukke zomerperiode. Er zijn veel festivals en evenementen waar Rode Kruis-Vlaanderen aanwezig is, al valt de drukte daarrond nog mee omdat die zaken op voorhand ingepland zijn. “Het zijn de onverwachte zaken die ertussen komen en moeilijker zijn.”
Komt de werking van het Rode Kruis soms in de problemen door onverwachte rampen?
“Veel onverwachte rampen die veel media-aandacht krijgen, zijn eigenlijk vaak erg lokale evenementen. De lokale hulpdiensten, of desnoods die van omringende gemeenten, kunnen mee opgeroepen worden. Het grootste risico vormen rampen die een groter gebied bestrijken, omdat de lokale hulpdiensten dan niet kunnen functioneren. Het meest recente voorbeeld daarvan was de wateroverlast in Wallonië. Maar als je denkt aan de rampen die in ons geheugen gegrift staan: eigenlijk waren die allemaal erg lokaal. Bijvoorbeeld het kapseizen van de Herald of Free Enterprise in Zeebrugge (1987): een verschrikkelijke ramp, maar de hulpdiensten daarrond waren allemaal operationeel. De gasontploffing in Gellingen (2004) was eveneens een afschuwelijke ramp, maar eigenlijk een zeer lokaal gegeven. De grootste dreiging, en dat is waar de overheden zich vandaag meer en meer op willen voorbereiden, is dat we betrokken zouden raken in een conflict.”
Is Rode Kruis-Vlaanderen actief bezig met het scenario van een oorlog in eigen land?
“Wel, in vergelijking met vijf jaar geleden, is ons hele land zich daar meer op aan het voorbereiden. Als ik vijf jaar geleden zou gezegd hebben dat we plannen moesten maken voor een bloedvoorraad voor als België betrokken zou geraken in een conflict, dan zou niemand daarin geïnteresseerd zijn. Nu wordt daar wel over gepraat. In Zweden heeft de overheid vandaag een actieve order staan dat elk gezin eten en drinken in huis moet hebben voor een week. De wereld is dus volledig veranderd.”
In het Vlaams Parlement werd de rechtspersoonlijkheid van Rode KruisVlaanderen onlangs verankerd. Wat betekent dat precies voor jullie?
“Het Rode Kruis is geen ngo en ook geen gouvernementele organisatie. Dat is iets wat weinig mensen nog weten en ook bij onze overheden is dat niet meer zo gekend. Het feit dat wij een speciaal statuut hebben, net als alle andere Rode Kruisverenigingen wereldwijd, wilden we terug onder de aandacht brengen. Wij zijn een ‘Helper van de Overheid’ en wilden dat ook zo vastleggen met de Vlaamse overheid. Bij de federale overheid was dat al het geval.”
Waarom wilden jullie dat nu (pas) ook Vlaams vastleggen?
“In het verleden hebben wij relatief weinig samenwerking gehad met de Vlaamse overheid. De rampenparaatheid wordt in België meestal op het federale niveau georganiseerd. Plots kenden we dan onverwacht een intense samenwerking met de Vlaamse overheid voor de opvang van vluchtelingen uit Oekraïne. Die hadden een speciaal statuut en plots werd dat een Vlaamse in plaats van een federale materie, in tegenstelling tot de overige asielopvang. We hebben dan in Mechelen het nooddorp voor Oekraïense vluchtelingen gebouwd. Zo hebben wij de Vlaamse overheid beter leren kennen en hebben we vastgesteld dat zij onvoldoende wisten waaruit onze opdracht bestaat, hoe wij werken, enzovoort.”
Het ‘recht op bloed en plasma geven’ heeft nooit bestaan
“En dan is het idee gekomen van de juristen om te verankeren dat Rode Kruis-Vlaanderen ook tegenover de Vlaamse overheid die bijzondere rol zou krijgen. Dat is unaniem goedgekeurd in het Vlaams Parlement, wat ik toch ook een enorm teken van steun vind voor onze organisatie.”
Op 11 juli ontving u van Vlaams minister-president Jan Jambon het Ereteken van de Vlaamse Gemeenschap. Hoe kwam dat bij u binnen?
“Ik had dat helemaal niet verwacht en was zeer vereerd, dat kan ik niet ontkennen. Ik zie het als een erkenning van de Vlaamse overheid voor de hele organisatie en het werk van velen.”
Hoe verloopt de samenwerking met de Vlaamse en federale overheid?
“Wat ik moet vaststellen, is dat de samenwerking met de Vlaamse overheid correct en zakelijk verloopt. En dat is aangenaam: er worden vlot afspraken gemaakt, die worden gehonoreerd en er wordt niet op teruggekomen. Dat onderscheidt zich van de werking van de federale overheid, waar alles soms meer communautair geladen is. Als men een opdracht vraagt, zal men er rekening moeten mee houden dat dat aan twee kanten van de taalgrens kan opgevangen worden, enzovoort. Als er een noodsituatie plaatsvindt en men wil die aanpakken, wordt dat federaal in de steigers gezet. Maar dan moet men kijken dat de betrokkenheid aan de twee kanten van de taalgrens vergelijkbaar is.”
Rode Kruis-Vlaanderen staat in samenwerking met de Vlaamse overheid in voor de opvang van Oekraïense vluchtelingen. Op federaal niveau doen jullie dat al langer, in opdracht van Fedasil.
“Dat is een beetje een verwarrende situatie. Fedasil is de financierende overheid, maar beheert ook zelf een aantal centra. Wij beheren er ook heel wat. Zij zijn dus rechter en partij tegelijkertijd.”
Waarom besteedt Fedasil die taak uit aan het Rode Kruis?
“Daar zijn twee redenen voor. Enerzijds is die asielopvang historisch ontstaan. In de jaren negentig heeft het Rode Kruis naar aanleiding van de Balkanoorlog zeer snel een aantal opvangplaatsen moeten zoeken. Fedasil bestond op dat moment helemaal nog niet
en dus heeft het Rode Kruis dat in handen genomen. Nadien is de asielopvang dan gestructureerd door de overheid.”
“Anderzijds zien we nu nog steeds dat, als het heel snel moet gaan omdat er plots een grote instroom is, Fedasil dat moeilijk alleen georganiseerd krijgt. Als overheidsdienst moeten zij aan veel meer regeltjes voldoen, bijvoorbeeld om personeel te rekruteren of voor de aankoop van materialen.”
Waarom neemt de overheid niet alle asielopvang in eigen beheer?
“Als je dat doet, verlies je de kennis die er binnen het Rode Kruis is om ooit nog snel tussen te komen. Wij hebben door die ervaring nu eenmaal een specifieke expertise. Ik geef een voorbeeld: toen wij betrokken raakten bij de bouw van het nooddorp in Mechelen, zijn de douches en toiletten op vraag van onze manager op een andere plek gezet. Op de oorspronkelijke plannen stonden die aan de buitenkant, maar dat is gevaarlijk voor vrouwen die ’s nachts alleen naar het toilet moeten. Door het sanitair op een centrale plek te zetten, is er veel meer sociale controle en dus veiligheid.”
Op de Middellandse Zee is de Internationale Federatie van Rode Kruis- en Rode Halve Maanverenigingen actief met het reddingsschip Ocean Viking.
“Inderdaad, eerst was dat samen met het Italiaanse Rode Kruis. Zij zijn daarbij betrokken omdat ze een enorme toevlucht kregen van vluchtelingen die de Middellandse Zee probeerden over te steken. Als ik het juist voor heb, heeft zich dat nu verlegd richting de Canarische Eilanden en is vooral het Spaanse Rode Kruis nu mee betrokken.”
Op de acties met Ocean Viking op de Middellandse Zee komt vaak heel wat kritiek. Merken jullie dat dat soms afstraalt op jullie werking?
“In Vlaanderen zelf heb ik daar nog niet veel van gemerkt. Maar dat neemt niet weg dat wij ons natuurlijk ook zeer bewust zijn van de discussie over enerzijds de opvang van asiel-
de periode daarvoor sterk groeiende was in Vlaanderen, terwijl het Rode Kruis het lastig had om van de grond te komen. Vanaf 1972 heeft het Rode Kruis dan een vlucht gekend, een beetje ten nadele van het Vlaamse Kruis.”
“Op welke manier we dat precies kunnen rechtzetten, weet ik niet. Ik denk dat het zonde is dat we twee vrijwilligersbewegingen naast elkaar hebben in een klein gebied als Vlaanderen. Er zijn in het verleden meerdere keren pogingen geweest om toenadering te zoeken, maar tot nog toe zijn die niet gelukt. In elk geval staan wij als Rode Kruis-Vlaanderen open om tot een betere samenwerking te komen.”
Hoe verloopt de samenwerking met de Franstalige en Duitstalige tak van het Rode Kruis?
“Wij zitten samen in een nationale koepel waarin we de bestuursorganen vormen, maar operationeel werken we onafhankelijk. De samenwerking verloopt de laatste jaren vrij goed, al is er af en toe weleens een punt van discussie. De overstromingen in Wallonië waren voor ons een heel vervelende zaak. Er is veel kritiek geweest op het Rode Kruis, terwijl wij niet direct verantwoordelijk waren.”
Hoe bedoelt u?
“Het Rode Kruis kan pas aan hulpverlening doen wanneer het gevraagd wordt door een zustervereniging. In België zijn er twee verenigingen, namelijk Rode Kruis-Vlaanderen en Croix Rouge de Belgique - Communauté francophone. De hulpvraag van die laatste kwam toen relatief laat en beperkt. Als we bevragingen doen, zien we dat mensen daar nog steeds naar verwijzen.”
Waarom wacht het Rode Kruis op een opdracht om in actie te schieten?
In welke mate zijn jullie afhankelijk van de overheid?
“Het zal u waarschijnlijk verbazen, maar minder dan drie procent van onze omzet krijgen we onder de vorm van subsidie. Al de rest is vergoeding voor een activiteit die we verrichten, of schenkingen van bedrijven en burgers. De prijzen van bloed worden bepaald door de minister van Volksgezondheid. De dienst Fedasil bepaalt de prijs per dag per inwoner voor de opvang van asielzoekers.”
“Naast bloed en asielopvang is er nog een derde zuil. Daar komen allerlei bronnen van inkomsten in voor. We geven bijvoorbeeld eerstehulplessen aan bedrijven en zij betalen ons daarvoor. Maar aan de bevolking geven we dan weer gratis eerstehulplessen. We verkopen de zelfklevers, of intussen pleisters, die inkomsten genereren. We krijgen legaten en schenkingen. Dus allerlei bronnen van inkomsten komen daarin samen. We stellen dus vast dat de structurele financiering die we krijgen van de overheid slechts drie procent bedraagt. Dat is zeer laag in vergelijking met het Nederlandse, Franse en Duitse Rode Kruis. Dat is ook een van de redenen dat we willen dat onze overheden beseffen dat wij geen ngo zijn en dat zij mee de verantwoordelijkheid hebben om ervoor te zorgen dat onze organisatie zich voldoende goed kan organiseren. Als je niet wil investeren in de brandweer als het niet brandt, zal er geen brandweer zijn als het brandt.”
De bloedvoorraad in Vlaanderen staat weer enorm laag, maar dat is eigenlijk een typisch zomers fenomeen?
“Een aantal jaren geleden was er nog een levenslange uitsluiting en daar kwam natuurlijk reactie op, wat ik begrijpelijk vind. Ook andere groepen met een verhoogd risico, zoals mensen die uit Afrika migreerden of betaalde sekswerkers, werden slechts één jaar uitgesloten als donor. Men vond dat dus disproportioneel. Minister Maggie De Block heeft dan actie genomen om dat te versoepelen naar één jaar na het laatste seksueel contact, wat gelijk was voor de andere risicogroepen. Daar is reactie op blijven komen en in de vorige legislatuur is er een verdere versoepeling tot vier maanden gekomen.”
Kan of moet er een verdere versoepeling komen?
zoekers binnen een geregeld systeem met duidelijke procedures, en anderzijds de hulpverlening voor mensen die bewust niet kiezen voor die asielprocedure, zoals transitmigranten. Die worden ook soms aangebracht door mensensmokkelaars die daar grof geld voor vragen. Als je daar te ver in meegaat, ben je het misschien wel mee aan het organiseren. Als Rode Kruis proberen wij een zo goed geïnformeerd mogelijke positie in te nemen, waardoor we van beide kanten kritiek krijgen. Mensen ter rechterzijde zeggen dat wij naïeve gutmenschen zijn, omdat we opvang voorzien voor asielzoekers. De linkerzijde zal ons verwijten dat we onvoldoende kritiek geven op het beleid, enzovoort. Dat is het lot van de Rode Kruisverenigingen, vrees ik.”
“Daar zit een goede logica achter. Een ramp is eigenlijk een enorme logistieke operatie die onverwacht moet gebeuren. Je hebt coordinatie nodig en daarom is de regel bij het Rode Kruis dat er een assessment van de situatie gemaakt moet worden. Nadien bekijken we wie het best geplaatst is om te gaan.”
Hoe meer hulp, hoe beter, zou ik denken?
“Bloedproducten kunnen we nooit erg lang bijhouden. Daarom doen we altijd ons best om in juni campagne te voeren, zodat de bloedvoorraad wordt opgekrikt richting de zomervakantie. Tijdens die vakantie is het immers moeilijker om bloeddonoren te vinden. Maar de situatie is nu niet kritiek en zal vanaf september automatisch weer terug aandikken.”
“Ik moet wel zeggen dat de bevolking altijd goed reageert op onze campagnes. In Vlaanderen mogen wij zeer blij en dankbaar zijn voor de enorme donortraditie, zelfs in vergelijking met onze meest nabije buurlanden.
Het zijn de ouders die hun kinderen op hun achttiende meenemen om bloed of plasma te geven. Als wij bloedtekorten hebben, is dat veel minder problematisch dan de situatie in Engeland of Frankrijk soms is. In Engeland moet men regelmatig operaties uitstellen vanwege tekorten. Zoiets kennen wij niet.”
“Het is voor ons een moeilijk dossier. Ik heb het gevoel dat we vaak naast elkaar praten. Ik moest in het federaal parlement eens uitleg komen geven, met al onze epidemiologische statistieken over infectieziekten. En dan zijn er volksvertegenwoordigers die zeggen: voor ons is dat geen medisch dossier, maar een dossier van inclusiviteit. Dat is een totaal andere dimensie om de discussie te voeren.”
Wij zijn een ‘Helper van de Overheid’ en wilden dat ook zo vastleggen
“Waar het voor ons wringt, is dat wij altijd gewerkt hebben volgens het principe van het recht van de patiënt op het veiligst mogelijke bloed en plasma. Dat verwacht de minister van Volksgezondheid ook. Als men nu andere overwegingen belangrijker vindt, dan moet men ons dat maar duidelijk meedelen of als opdracht meegeven. Ik heb nog nooit een politicus horen zeggen dat het recht van de patiënt op het veiligste bloed niet het belangrijkste recht is. Maar in de feiten is dat soms wel wat men doet.”
Het recht op het veiligste bloed en plasma moet voor u het basisprincipe blijven?
In Vlaanderen is er ook het Vlaamse Kruis, een andere hulporganisatie. Wat is de relatie tussen Rode KruisVlaanderen en het Vlaamse Kruis?
“Ik kan zeggen dat wij het grootste respect hebben voor de vrijwilligers die zich voor het Vlaamse Kruis inzetten. In de Eerste Wereldoorlog waren er de taalproblemen aan het front. Toen hebben de Vlamingen een eigen Rode Kruis opgericht, omdat het Belgische Rode Kruis overwegend Franstalig was. Die Vlaamse afdeling gebruikte ook de traditionele Rode Kruisvlag, maar daar werd een stokje voor gestoken door het Belgische establishment. Zo zijn die mensen verplicht geweest een andere naam en de huidige Vlaamse Kruisvlag te gebruiken. Dat is een historisch onrecht dat aan die Vlaamse Kruisvrijwilligers is aangedaan. Zij wilden Rode Kruisactiviteiten in Vlaanderen, zoals dat ook voorzien is door onze stichter Henry Dunant, die verklaarde dat we overal actief moeten zijn. Ik hoop dat we die fout ooit nog rechtgezet krijgen.”
Op welke manier moet die fout dan rechtgezet worden?
“Daarvoor moet ik nog een stukje geschiedenis vertellen. De wijziging in de structuren van het Belgische Rode Kruis zijn in 1972 tot stand gekomen: toen is het Rode Kruis in de taalgemeenschappen opgesplitst. Dat was voor een stuk omdat het Vlaamse Kruis in
“Dat is niet altijd waar. Als een grote ramp in het buitenland gebeurt en men vraagt een veldhospitaal, dan gaan wij niet proberen om dat te organiseren. Onze Duitse collega’s hebben daarin veel meer ervaring en middelen, dus het heeft geen nut om ons daartussen te wringen. Na de tsunami van 2004 in Indonesië waren er op een bepaald ogenblik zoveel vliegtuigen met materiaal onderweg, dat ze niet konden landen op de luchthavens en rechtsomkeer moesten maken. Wat een verspilling van geld en middelen! Er is dus een bepaalde ‘militaire’ organisatie nodig.”
Een veldhospitaal opbouwen laten jullie aan de Duitsers over, maar wat is de expertise van Rode Kruis-Vlaanderen?
“Wij weten dat we met een bevolking van 7 miljoen Vlamingen een kleine organisatie zijn in vergelijking met het Duitse, Japanse of Amerikaanse Rode Kruis. We weten ook dat als de EU middelen vrijmaakt voor een ramp, ze liever met één grote partner samenwerkt dan met tien kleine partners. Daarom hebben wij ervoor gekozen om ons te specialiseren op vier gebieden, waarin we wereldwijd de beste willen zijn. Ik denk dat dat vandaag voor twee van de vier al het geval is. Eén daarvan is het ‘eerstehulponderricht’. De wetenschappelijk onderbouwde richtlijnen die wij opstellen, worden door alle 192 zusterverenigingen wereldwijd gebruikt. Dat is een manier waarop Vlaanderen echt boven zijn gewicht kan boksen. Dat past ook binnen de bredere filosofie van Vlaanderen als kennisregio. Onze andere ‘specialisaties’ waarin we top willen zijn, zijn rampenparaatheid, donorselectie en de aanmaak van bloedplaatjes.”
“Behalve de domeinen waar we de beste willen zijn, zijn we ook een zeer snelle organisatie. Als er een ramp gebeurt, dan proberen wij altijd als eerste ter plekke te zijn om aan hulpverlening te doen. Wanneer de Verenigde Naties na een aantal weken 10 miljard euro vrijmaken voor de ramp, dan kunnen wij ons zachtjesaan terugtrekken omdat er dan veel grotere organisaties binnenkomen.”
Wie bloed of plasma gaat geven, moet eerst een hele vragenlijst invullen. Maar ik kan daar op zich op schrijven wat ik wil. Wat gebeurt er daarna met mijn bloed of plasma?
“Die medische vragenlijst is inderdaad een akte van vertrouwen: we gaan ervan uit dat de donor die correct invult en we zien ook dat dat werkt. Wij weten bijvoorbeeld hoeveel bepaalde infecties er bij de algemene bevolking voorkomen. Bij de donoren die zich aanmelden om bloed te geven, ligt dat tien, soms zelfs twintig of dertig keer lager. Die zelfselectie werkt dus wel degelijk en is een goedkope manier om de veiligheid te verhogen. We zijn natuurlijk niet naïef: sommige mensen zullen wel eens een fout maken of de vragenlijst misschien zelfs moedwillig niet correct invullen. Eens je bloed of plasma is afgenomen, testen we dat ook in het laboratorium op een aantal aandoeningen en infectieziekten.”
Vandaag mogen mannen die seks hebben met mannen (MSM) in de praktijk vaak geen bloed geven, tenzij ze meer dan vier maanden lang geen seks gehad hebben met een man, zelfs als het om hun vaste partner gaat.
“Laat me toch zeggen dat de uitsluiting van zo’n groep er niet komt op basis van een persoonlijke inschatting. Dat is gebaseerd op wetenschappelijke gegevens die aantonen dat er een veel hoger risico op besmetting binnen die groep aanwezig is. Dat wil niet zeggen dat iedereen binnen die groep dat hoge risico heeft, maar gemiddeld genomen is dat wel het geval omdat daar andere seksuele gewoonten heersen.”
“Uiteraard. Om heel eerlijk te zijn, is dit toch een rare discussie? Het ‘recht op bloed en plasma geven’ heeft nooit bestaan. Men heeft hier plots een symbooldossier van gemaakt, omdat het veel verontwaardiging wekt. Maar het is een slecht symbooldossier, omdat er zoveel wetenschappelijke data zijn die aantonen dat het hier niet om discriminatie gaat, maar dat er wel degelijk een hoog risico is.”
WANNES NEUKERMANS ER IS DE VRIJWILLIGERS VAN HET VLAAMSE KRUIS EEN HISTORISCH ONRECHT AANGEDAAN”
“Het VNZ is een uitmuntend functionerend ziekenfonds datnaast het uitkeren van wettelijke vergoedingen - extra voordelen biedt aan zijn leden. Bovendien is het VNZ een echte gemeenschapsorganisatie die zich met passie ten dienste stelt van de ontwikkeling en ontplooiing van onze volksgemeenschap. Sluit aan en geniet mee van deze meerwaarde.”
Jan Verleysen, gewezen nationale voorzitter Marnixring Internationale Serviceclub
het VNZ.
Het is nu iets meer dan een maand geleden dat Trump ei zo na aan de dood ontsnapte tijdens een bijeenkomst in Butler, Pennsylvania. Nu alles wat bedaard is, weten we zo goed als ‘wat’ er gebeurd is, maar zijn er ook meer en meer vragen over het ‘hoe’ en ‘waarom’ dat allemaal zomaar kon gebeuren.
Gedegen onderzoek van de beschikbare video- en audiobestanden laten zonder enige twijfel een enkele schutter zien, Crooks, die positie innam op het dak van het AGR-gebouw, en twee salvo’s richting Trump afvuurde: 3 schoten, gelijkmatig en rustig, dan haastig en slordiger 5 schoten. Onmiddellijk daarna klonk een 9de schot, en 10 seconden later een 10de, beide van scherpschutters van de politie en Secret Service. Het eerste schot trof Trump in het oor, dan de top van de balustrade van een van de podia achter Trump. Toeschouwer David Dutch werd geraakt door het 2de en 3de schot. Tijdens het volgende salvo werden Corey Comperatore en James Copenhaver geraakt. Corey stierf ter plaatse, beide andere slachtoffers zijn inmiddels ontslagen uit het ziekenhuis. Er heerst nog enige verwarring rondom het 9de schot. Dat zou van de plaatselijke politie gekomen zijn, naast een van de andere podia. Dat schot zou het wapen van Crooks geraakt hebben en splinters in zijn gezicht gesproeid hebben. Het laatste schot zou van het Secret Service-team gekomen zijn en zou Crooks uitgeschakeld hebben. Dat alles is nagenoeg zeker.
Opmerkelijk feiten op een rijtje
Met elk nieuw bericht over de andere elementen van deze moordaanslag worden steeds meer vragen opgeroepen. Onderzoek door parlementslid Clay Higgins bracht enkele opmerkelijke feiten naar boven.
Ten eerste, dit was de eerste keer dat scherpschutters van de Secret Service ingezet werden
tijdens een evenement van een voormalige president. Waarom was dit de eerste keer dat dergelijke zeer gespecialiseerde eenheden ingezet werden, terwijl er een algemeen tekort was aan Secret Service-agenten?
Ten tweede, de Secret Service was niet aanwezig tijdens de veiligheidsbriefing met alle ordediensten op de ochtend van de bijeenkomst. Bovendien, de radio’s die de plaatselijke politiediensten opzij hadden gezet voor gebruik door de Secret Service, om zo een uniforme communicatie tussen de verschillende diensten mogelijk te maken, werden genegeerd. De scherpschuttersteams werden de voorafgaande dag eraan herinnerd om hun radio’s op te halen, maar deden dat niet, zelfs niet op de dag van de bijeenkomst.
Ten derde, de locatie waar het lichaam van Crooks gevonden was, werd kort na de aanslag door de FBI grondig gereinigd en vrijgegeven, volgens Higgins tegen de gangbare protocollen in.
Ten vierde, het lichaam van Crooks was reeds op 23 juli door de FBI vrijgegeven voor crematie (terwijl verschillende open onderzoeken nog lopende waren). Dat werd door Higgins ontdekt op 5 augustus, toen hij vroeg om het lichaam te onderzoeken om verschillende getuigenverslagen na te trekken. Higgins wijst erop dat die acties van de FBI redelijkerwijs enkel opgevat kunnen worden als obstructie van elk daaropvolgend onderzoek.
Bijkomende bronnen
Andere bronnen voegen daaraan toe: Crooks had sinds augustus 2023 42 keer de schietbaan ‘Clairton Sportsmen’s Club Range’ bezocht, waar ook meerdere federale agentschappen komen trainen, waaronder de FBI en het Department of Homeland Security (waaronder de Secret Service valt). Interim-directeur van de Secret Service Ronald Howe had tijdens een hoorzitting in het congres onder eed verklaard dat de Secret Service niet had bespaard of geknipt in de middelen van het team voor Trump. Een klokkenluider binnen de Secret Service liet weten dat Rowe persoonlijk betrokken was om de betrokkenheid van agenten die instaan voor de beoordeling van bedreigingen op evenementen te verminderen.
De adjunct-directeur van de FBI, Paul Abbate, verklaarde tijdens een gelijkaardige hoorzitting over de moordpoging dat de FBI een socialemedia-account had gevonden waarvan men dacht dat het aan Crooks, de schutter, toebehoorde. Dat account was in gebruik tussen 2019 en 2020, toen hij 14-15 jaar oud was. “Sommige van deze berichten, indien uiteindelijk toe te wijzen aan de schutter, lijken antisemitische en anti-immigratiethema’s te bespreken die politiek geweld omarmen en te beschrijven zijn als extremistisch van aard.” De CEO van GAB, Andrew Torba, reageerde onmiddellijk. In een tweet toonde hij het verzoek van de FBI om gebruikersinformatie van het account dat vermoedelijk van Crooks was. Torba was heel duidelijk: de account waarover informatie verzocht was, was
ontegensprekelijk pro-lockdown, pro-Biden, en pro-immigratie.
Verdachte beslissingen
Er was ook de opvallende bodycamvideo van een van de lokale agenten, die uitroept ‘’Ik had hen fucking gezegd dat ze de mannen fucking daar hadden moeten plaatsen… de Secret Service… !” Eerder had de voormalige directeur van de Secret Service, Kim Cheatle, gezegd dat de Secret Service wel aanwezig was op de ochtendbriefing, dat ze niet op de hoogte waren van een bedreiging, terwijl getuigenissen van andere aanwezige politiediensten dat volkomen tegenspraken. Tijdens haar hoorzittingen werd Cheatle beschuldigd het onderzoek tegen te werken en meineed gepleegd te hebben. Verschillende politieke commentatoren spreken over ‘weaponized incompetence’. Incompetentie als een wapen (of schild). Anderen wijzen erop dat zelfs als er niets kwaadwilligs achter zat, de beslissingen en woorden van topmensen binnen de FBI en de Secret Service zeer verdacht lijken. Clay Higgins zegt het openlijk: dit kan haast niet anders meer opgevat worden dan tegenwerking van elk ander onafhankelijk onderzoek, en dat terwijl Amerika transparantie en antwoorden verwacht. Een ander punt dat meer en meer wordt aangehaald, is hoe snel de media die hele moordpoging achter zich gelaten hebben en amper aandacht bieden aan nieuwe informatie, zeker als men het vergelijkt met ‘6 januari’.
WIM VANRAES
Met Alain Delon (88) overleed vorige week één van de laatste sterren uit de glorieperiode van de Franse cinema. Velen zien hem ook als de laatste getuige van een verdwenen Frankrijk: conservatief, rechts, met de nodige dosis viriliteit en machismo (maar niet te veel), geliefd door vrouwen, maar gehaat door feministen. Toch die van de woke-versie.
Acht bladzijden. Dat is de ruimte die de krant Le Figaro maandag vrijmaakte voor de berichtgeving over de overleden acteur Alain Delon (88). Het moet geleden zijn van de dood van een president dat één persoon zoveel aandacht kreeg in de media. Niemand in Frankrijk vond dat overdreven. Delon wordt voor zijn acteurswerk door iedereen op handen gedragen. Niet alleen omwille van zijn prestaties in bekende films als ‘La Piscine’ of ‘Le dernier Samuraï’. Er spelen ook andere factoren een rol. Om te beginnen herinnert Delon de Fransen aan de eigen vergane grandeur. Het is vandaag moeilijk te vatten, maar in de jaren 1960 en 1970 slaagde de Franse cinema erin het Amerikaanse Hollywood naar de kroon te steken. Dat was te danken aan legendes als Jean Gabin, Jean-Paul Belmondo, Catherine Deneuve en dus ook Alain Delon. Die tijd is definitief voorbij. Daarmee komen we direct bij een tweede reden voor de onnoemelijke populariteit van Delon: de knappe man die in stijlvolle pakken een verleider eerste klas was. Dat was voor velen de verpersoonlijking van een bijna verdwenen Frankrijk, die Franse charme, maar hij incarneerde ook bepaalde traditionele of conservatieve waarden. De klassieke verhoudingen tussen de seksen werd bevestigd door de viriele en wat machistische Alain Delon, waarbij de vrouw zich moest laten verleiden door een man die het overal voor haar zou opnemen.
Rechts
Delon stond ook bekend als rechts, ja zelfs bijna extreemrechts. En dat rechtse Frankrijk voelde zich al te vaak in de hoek gedrongen. Delon en zijn populariteit was voor hen het bewijs dat ze niet alleen stonden. Hij had in de jaren 1950 in Indochina (nog zo’n trauma van de vergane Franse grandeur) gevochten met de latere Front National-oprichter Jean-Marie Le Pen. Ze werden vrienden voor het leven, tot ergernis van de overwegend linkse kringen van acteurs en artiesten.
Toen het land na de studentenprotesten van mei ’68 platlag en er overal gestaakt werd, stelde Delon voor om het tv-journaal te presenteren. Hij was een overtuigde aanhanger van president De Gaulle. Delon kocht het manuscript van diens oproep op 18 juni 1940 om de oorlog verder te zetten en schonk het aan de vroegere medestanders van De Gaulle. Toen de president in 1969 aftrad na het verloren referendum, stuurde Delon hem een brief om zijn steun uit te spreken. Delon reeg de vrouwelijke veroveringen aan elkaar, hetgeen hem gehaat maakte in feministische kringen. We hebben het dan over het woke-feminisme, die rare mix van mannenhaat, afkeer van het traditionele gezin, maar ook van erotische heteroseksualiteit en een obsessie met LGBT-rechten. Over Delon deden geruchten de ronde dat hij biseksueel was. Wat er ook van zij, hij verzette zich tegen kinderadoptie door homokoppels. Opnieuw klonk gehuil uit de woke-kringen, ook al werden ze zo nog niet genoemd.
Tolerant
Na het overlijden van Delon waren er natuurlijk een aantal figuren die op sociale media gif begonnen te spuien. Ze kunnen misschien iets leren van de tolerantie van de Franse topacteur. Ook al kreeg hij het etiket ‘rechts’ en ‘homofoob’ opgekleefd, Delon was bevriend met Luchino Visconti, de Italiaanse regisseur van een aantal van zijn films. Visconti was een communist en homoseksueel.
In de film ‘Monsieur Klein’ speelde hij de hoofdrol. Delon zelf financierde de film die gerealiseerd werd door Joseph Losey, een communist die verjaagd was uit Hollywood. Nog een voorbeeld: Delon was voorstander van de doodstraf. Dat belette hem niet samen met Jean Gabin te acteren in ‘Deux hommes dans la ville’, waarin de doodstraf werd aangeklaagd. Het zegt veel over de persoon Alain Delon. SALAN
Yvette Cooper, de Britse minister van Binnenlandse Zaken, kwam vorige week met het idee om misogynie, of vrouwenhaat, als extremistische ideologie te bestempelen en dus ook op die manier te bestrijden. De Labour-politica werkt aan een strategie om ‘schadelijke ideologieën’ uit de samenleving te bannen, waaronder ‘rechts-extremisme’ en ‘islamisme’. Links extremisme was dan weer niet in de lijst terug te vinden.
De nieuwe strategie moet enerzijds het aantal geweldsdelicten tegen vrouwen terugdringen en anderzijds de verspreiding van ‘misogyne ideeën’ moeilijker maken. Volgens de Britse politie is de situatie dramatisch en moet er eerder vandaag dan morgen actie worden ondernomen. Zo werden er in 2022 en 2023 meer dan 1 miljoen geweldsdelicten tegen vrouwen geregistreerd. Op maandag kwam opnieuw een 43-jarige vrouw om het leven bij een steekpartij in Manchester. Ook een 17-jarig meisje en een 64-jarige man raakten gewond bij de steekpartij.
Wat valt onder misogynie?
De vraag die nu natuurlijk op ieders lippen brandt: wie en wat valt er juist onder ‘vrouwenhaat’? Omhelst het voorstel van Cooper ook transgenders? Of personen die nog in transitie zijn? En wat met personen die een mannenlichaam hebben, maar zich wel identificeren als vrouw? Hoewel het nog onduidelijk is hoe Cooper de mogelijke wetswijziging precies ziet, lijkt het waarschijnlijk dat het begrip ‘vrouw’ zeer ruim geïnterpreteerd zal worden. De reden daarvoor is onder meer de befaamde ‘transgenderwet’ die in april in Schotland werd aangenomen. De Schotse ‘Hate Crime and Public Order Act’ criminaliseert personen die spotten met transgenders of hun ideologie te veel in vraag stellen. Cooper en haar Labour-collega’s zullen ongetwijfeld iets soortgelijks in gedachten hebben voor het mogelijke wetsvoorstel over vrouwenhaat.
Hellend vlak
Naast vrouwenhaat wil de minister ook dat extreemrechtse en islamitische ideologieën wettelijk aan banden worden gelegd, maar ook dat zijn twee bijzonder vage termen. Vallen de uitspraken van Nigel Farage over migratie onder ‘extreemrechtse haatzaaierij’? En is het dragen van een boerka een voorbeeld van islamisme? Niemand weet het. Maar één ding is zeker: het Verenigd Koninkrijk begeeft zich steeds meer op een hellend vlak dat de vrijheid van meningsuiting en de vrijheid van vereniging met de dag meer ondermijnt. Het beste voorbeeld daarvan zijn de arrestaties in de nasleep van de steekpartij in Southport, waarbij drie jonge kinderen om het leven kwamen. Meer dan 1.000 mensen zijn sindsdien berecht voor hun aandeel in de rellen, onder wie een 11-jarig kind. Velen van hen kregen zware, effectieve gevangenisstraffen, zelfs tot 30 maanden, voor het verspreiden van ‘haat’ of ‘valse informatie’ op socialemediakanalen. Het VK mag binnenkort dus een soortgelijk optreden verwachten tegen misogyne boodschappen, althans als het van Cooper en Starmer afhangt. De minister wil het Verenigd Koninkrijk namelijk beschermen tegen handelingen en ideologieën die “aanzetten tot haat en geweld” en “de democratie ondermijnen”. Toch lijkt de aanpak van Labour, die eerder doet denken aan China en Rusland dan aan een inclusieve democratie, de sociale kloof in het VK eerder te vergroten dan te verkleinen.
PEPIJN DEMORTIER
Het succesvolle offensief van Oekraïne op Russisch grondgebied heeft één belangrijke keerzijde: een diplomatieke uitweg lijkt morsdood. Wat Kiev precies wenst te bereiken, is niet helemaal duidelijk, maar dat de militaire fase van het conflict nog een tijdje zal aanhouden, is hier wel een onvermijdelijk gevolg van. En dat heeft ook gevolgen voor het Westen, dat per slot van rekening de levensader van de Oekraïners voedt.
Ongeacht de afloop van het Oekraïense offensief in Koersk, twee zaken weten we met zekerheid. Lange tijd dacht menig analist dat een oplossing voor het conflict rond de huidige frontlijnen gezocht moest worden - quod non. In de linies kan dus meer beweging worden gebracht dan lange tijd werd aangenomen. Een tweede vaststelling is dat een onderhandelde oplossing - begrijp: een staakthet-vuren - weer een heel eind verderaf is komen te liggen. Of Oekraïne door de bezetting van dat stukje Rusland zijn positie aan de onderhandelingstafel heeft weten te versterken, zal de toekomst moeten uitwijzen.
Over de kwaliteit van de Oekraïense invasie in de regio Koersk bestaat weinig discussie
Op kortere termijn is een diplomatieke uitweg uitgesloten, wat vragen oproept. Er was een soort akkoord in de maak om elkaars energie-infrastructuur niet langer te belagen. Beide partijen hadden zich akkoord verklaard in Doha samen te zitten. Over de grote lijnen bestond volgens diplomatieke bronnen een consensus, enkel de details dienden ter plekke nog te worden besproken. Koersk besliste daar anders over. A qui profite le crime?
Les van Von Clausewitz
Van Carl von Clausewitz leerden we dat hetgeen op het slachtveld gebeurt de voortzetting is van een politieke strijd. Maar diezelfde Pruisische strateeg wist ook te vertellen dat ook de “verovering van een licht beveiligde provincie een kortere weg naar vrede kan zijn”. De achterliggende idee, toegepast op de gegeven situatie, is dat het
Rusland aan het twijfelen kan brengen. Het is een teken van kwetsbaarheid, overigens van een heel andere soort dan de sancties allerhande die Moskou sinds het begin van de oorlog moet ondergaan. Was het niet net de realiteit dat de Polen in 1921 Russisch grondgebied wisten te veroveren dat de bolsjewieken ertoe bracht hun westerse campagne te staken? En omgekeerd: de Finnen slaagden daar tijdens de aanloop van WO II net niet in, ook al draaide zowat elke militaire confrontatie met de Sovjets op een zege uit. Maar terug naar het Oekraïne van 2024.
Wagner-invasie
Over de kwaliteit van de Oekraïense invasie in de regio Koersk bestaat weinig discussie. Over het motief des te meer. Eén hypothese is dat men Russische troepen van de klassieke frontlijn wil weglokken. Dat kwaliteitsvolle eenheden gebruikt werden voor de operatie, sterkt die stelling. Maar dat lijkt niet het geval te zijn. De Russische druk in oostelijk Oekraïne houdt onverminderd aan, net zoals de terreinwinst gering blijft. Psychologisch is er wel een effect. Krijgsgevangenen, bezet grondgebied en - niet onbelangrijk - een bevolking, voor zover niet op de vlucht, die niet het minste verzet biedt.
Zal Oekraïne zich strategisch terugtrekken tot een linie die nog op Russische bodem ligt?
Overigens, over psychologie gesproken. Het is niet veel meer dan één jaar geleden dat ook de Wagner-groep de autoriteit van Moskou uitdaagde door een opmars in zui-
Het Berlijnse ziekenhuis Charité is een van de meest gerenommeerde in Berlijn. In de eerste 6 maanden van dit jaar heeft het zoveel slachtoffers van steekpartijen behandeld als in het hele jaar 2023 samen. De leidinggevende directeur van het centrum voor spierchirurgie, Ulrich Stöckle, gaf aan de mediagroep RBB en de lokale krant Berliner Morgenpost uitleg over de cijfers: hij en zijn collega’s hadden nu al 55 slachtoffers van dergelijke aanvallen verzorgd.
“Ook als we onze job elke dag opnieuw met de nodige professionaliteit uitvoeren, kunnen we na de behandeling van dergelijke zware feiten niet gewoonweg terug tot de orde van de dag overgaan”, aldus de arts, die zich eveneens afvroeg: “Waarom gebeurt deze toenemende geweldontwikkeling voor onze ogen?”
De stijging wijst duidelijk op het sterk toegenomen maatschappelijk fenomeen van steekincidenten
De stijging wijst duidelijk op het sterk toegenomen maatschappelijk fenomeen van steekincidenten. Stöckle herinnert zich één incident bijzonder goed. Het ging om een man die terechtkwam in een discussie over een parkeerplaats in de wijk Berlin-Wedding. Hij stak daarop de andere autobestuurder neer. Zowel de dader als het slachtoffer waren migranten. De familieleden van het slachtoffer vielen hierna de toegesnelde politiediensten aan.
Het gaat om meervoudige en soms heel diepe mesverwondingen
Dat de brutaliteit van dergelijke incidenten toeneemt, merken we, aldus Ulrich Stöckle, ook aan de ernst van de toegebrachte letsels. Het gaat om meervoudige en soms heel diepe mesverwondingen, en in een
aantal gevallen worden ook lange steekwapens gebruikt. De criminaliteitsstatistiek van de politie van Berlijn had voor het voorbije jaar al merkelijk meer steekincidenten geregistreerd. 3.842 feiten, of een stijging van 525 strafbare feiten ten opzichte van 2022. Als het aantal behandelingen bij Charité een aanwijzing is, zal het aantal dus dit jaar nog fors verhogen.
PIET VAN NIEUWVLIET
delijk Rusland en de uiteindelijke verovering van een militaire basis in Rostov. Een ‘kaakslag’, zou men dat in andere kringen noemen. Maar dan wel eentje die niet zonder gevolgen bleef. Wagner-leider Jevgeny Prigozjin overleed twee maanden later in een bedenkelijk vliegtuigongeluk. Geen zinnig mens die het woord toeval in de mond durft te nemen. Terug naar Oekraïne.
Is het de bedoeling om het veroverde gebied te blijven bezetten of zal Oekraïne zich strategisch terugtrekken, weliswaar tot een linie die nog op Russische bodem ligt? De meeste experten zetten in op het laatste scenario. Alles wijst dan ook op een verder aanslepend conflict, wat automatisch de focus naar het Westen draait, de plek waar de mecenassen van Kiev zich bevinden. Rusland heeft al een tijdje de stap gezet naar een oorlogseconomie, wat in de praktijk betekent dat zo’n 30 procent van de overheidsmiddelen richting defensie vloeien.
Westerse verantwoordelijkheid
Artillerie is de hoeksteen van het conflict: wie de meeste munitie produceert, trekt aan het langste eind. De VS zit vandaag aan een productie van 80.000 155 mm-granaten per maand, de standaardmunitie voor een houwitser. Niet slecht, denkt de leek, alleen heeft Oekraïne er op maandbasis zo’n 75.000 nodig, enkel nog maar om de strikt defensieve positie te behouden, met daartegenover de Russen die een veelvoud afvuren. (Pour la petite histoire: midden de jaren negentig zat de Amerikaanse productie aan 800.000, maar dat terzijde.) Rusland zit door zijn oorlogseconomie aan een veelvoud hiervan, of drie keer meer dan al het gewicht dat de VS én Europa in de schaal kunnen leggen. Eufemistisch zou men dat een structureel tekort kunnen noemen. Realistisch een enorme hypotheek op het verloop van het conflict. Los nog van hoe de operatie rond Koersk uitdraait, de kern van het verhaal is dat de frontlijn tussen Oekraïne en Rusland zich over zo’n duizend kilometer uitstrekt. Een diplomatieke uitweg zit er niet in, zeker niet op korte en wellicht ook niet op middellange termijn. Het plaatst iedereen voor zijn verantwoordelijkheid in wat een onverbiddelijke uitputtingsoorlog is. GDD
De centrumrechtse Zweedse regering houdt haar woord: het aantal asielaanvragen is naar een historisch dieptepunt gezakt en tegelijkertijd verlaten steeds meer mensen uit de Afrikaans-islamitische cultuurkring het Scandinavische land. Sinds 1979 waren er nooit minder asielaanvragen, zo blijkt uit de meest recente cijfers van het Zweedse nationaal instituut voor statistiek.
De Zweedse minister van Migratie, Maria Malmer Stenergard (van de liberaal-conservatieve Moderata) liet verstaan dat tussen januari en mei van dit jaar 5.700 mensen meer het land hebben verlaten dan er naar Zweden zijn geïmmigreerd.
Er worden vooral minder asielaanvragen uit Irak, Somalië en Syrië ingediend
Minister Stenergard toonde zich uiterst tevreden en voorspelde dat die ontwikkeling nog een tijd zal aanhouden. Dat ligt er vooral aan dat minder asielaanvragen uit Irak, Somalië en Syrië worden ingediend. Tegelijkertijd zijn er steeds meer Irakezen, Syriërs en Somaliërs die Zweden opnieuw verlaten. “De trend van een migratie die onder controle kan worden gehouden, is van een uitzonderlijk en beslissend belang, omdat we hiermee ook de integratie een stuk kunnen verbeteren”, aldus nog de politica.
Met zijn minderheidskabinet is premier Kristersson aangewezen op de stemmen van de rechtse ZwedenDemocraten
De Zweedse minister-president, Ulf Kristersson (eveneens van de liberaal conservatieve Moderata), was in 2022 met een regering aangetreden, die als duidelijke doelstelling had het migratiebeleid in Zweden in een andere plooi te leggen. Want de exploderende multiculturele bendecriminaliteit die het Scandinavische land teisterde, was het gevolg van “een onverantwoordelijke migratiepolitiek en van een mislukte integratie” van vorige, linkse regeringen. Met zijn minderheidskabinet is hij aangewezen op de stemmen van de rechtse ZwedenDemocraten. Ook Denemarken slaagt erin de migratiecijfers beter onder controle te krijgen, dankzij een vrij stringent migratiebeleid onder leiding van de Deense sociaaldemocraten.
“We moeten onze tradities in ere houden en onze eigenheid behouden in Gent.” Aan het woord is Anneleen Van Bossuyt (N-VA), lijsttrekker en dus kandidaat-burgemeester van de Arteveldestad. Huidig burgemeester Mathias De Clercq (Open Vld) en mobiliteitsschepen Filip Watteeuw (Groen) strijden ook voor dat burgemeesterschap. “Voor veel Gentenaars is het genoeg geweest. Ze willen een ander beleid. Een stem voor N-VA is de enige garantie op die verandering.” Dat is althans de boodschap van N-VA, die op 13 oktober écht wil doorbreken in Gent.
Maar vooraleer de campagne voor de gemeenteraadsverkiezingen écht losbarst, richt Van Bossuyt zich als federaal onderhandelaar op de regeringsvorming. Die onderhandelingen startten al snel na de verkiezingen, in tegenstelling tot in 2019, toen eerst meer dan een jaar gediscussieerd werd wie die regering zou vormen.
We spreken elkaar vlak na de ‘semaine familiale’, waarin ook de onderhandelaars een week op vakantie konden. Was dat nodig?
“Absoluut. Voor mezelf en zeker ook voor mijn kinderen. Het is al een lange, intensieve periode geweest. Sinds april begon de campagne van de bovenlokale verkiezingen, waar ik samen met Matthias Diependaele de N-VA-lijsten trok in Oost-Vlaanderen. Sindsdien was ik eigenlijk elke dag bezig en was ik lange dagen weg van huis. Dan kwamen de verkiezingen eraan en zijn we eigenlijk onverwacht snel aan die onderhandelingen begonnen. Dat zijn ook weer erg onregelmatige dagen, dus dat weekje vakantie was zeer welgekomen.”
Federaal onderhandelt u mee, maar tegelijkertijd komen de gemeenteraadsverkiezingen in Gent ook dichterbij. Hoe verdeelt u uw tijd?
“De échte campagne voor de gemeenteraadsverkiezingen is nog niet begonnen, nu is het vooral aanwezigheidspolitiek: de kermissen, de Oogstfeesten in Oostakker. Daar probeer ik zoveel mogelijk naartoe te gaan. Vanaf eind augustus beginnen de eerste commissievergaderingen opnieuw in Gent, vanaf half september begint ook het parlement opnieuw en dan zal de campagne ook volop bezig zijn. Hoe we dat gaan bolwerken, moet ik nog eens bekijken, want je kunt je ook niet in vier splitsen, natuurlijk.”
Hoeveel tijd nemen die onderhandelingen in beslag?
“Dat hangt van dag tot dag af. Soms is dat van ’s morgens tot ’s avonds. Ook op vakantie heb ik een aantal teksten nagelezen. Echt gestopt waren we niet, we hebben gewoon een week lang geen vergaderingen ingepland. Veel hangt af van de werkgroepen. Ik leid de werkgroepen rond mobiliteit, armoede en gelijke kansen, klimaat en leefmilieu en energie; dat is vanuit ‘team formateur’. Als vertegenwoordiger van N-VA zit ik in de werkgroepen economie en buitenlandse zaken.”
Dat is een hele boterham.
“Maar wel superinteressant en leuk om te doen! In 2014 onderhandelde ik ook mee, maar dat was vanuit mijn functie op de studiedienst en dus meer op technisch niveau. Dat onderhandelen op politiek vlak is toch nog iets anders.”
Merkt u een verschil in omgang, vergeleken met het normale parlementaire werk?
“Eigenlijk wel, omdat we uiteindelijk proberen om samen een project op te bouwen. Ik heb natuurlijk enkel de afgelopen periode van N-VA in de oppositie meegemaakt en toen werd niet constructief samengewerkt: een voorstel van de oppositie werd bij voor-
baat afgeschoten. Al viel dat in de commissie Economie nog goed mee. Tijdens de regeringsvorming is die relatie toch anders. Pas op: ieder heeft zijn ideologie. Maar je merkt wel de wil die er is om samen tot iets te komen. We zullen zien of het lukt.”
Ondanks dat, lekt er toch nog geregeld iets over de regeringsvorming in de media. Hoe komt dat?
“Ik vind dat heel spijtig. De dag nadat we onze vergadering met de werkgroep Energie hadden, stonden er plots heel wat zaken in de kranten - zaken die overigens ook niet volledig juist waren. Dat is jammer en ik heb in onze groep dan ook gezegd dat ik dat niet apprecieerde. Je bereikt daar immers niets mee.”
Hier in Gent bent u kandidaat-burgemeester. Hoe schat u uw kansen in?
“Wij trekken naar de Gentenaar met een boodschap die klaar en duidelijk is: als de Gentenaars het anders willen, is de enige garantie daarop een stem voor de N-VA. Als je stemt voor de partijen die in de meerderheid zitten, is dat de snelste weg naar meer van hetzelfde. Als je stemt voor een van de extremen, is dat een omweg naar meer van hetzelfde.”
En wat is dat dan, ‘anders’?
“Eén van onze vijf grote speerpunten waarmee we naar de verkiezingen trekken, is mobiliteit. Zowel tijdens de campagne in 2018 als in het bestuursakkoord was hét woord van de huidige meerderheidspartijen (Open Vld, Vooruit, Groen en cd&v) ‘verbinden’. Maar Gent is nog nooit zo verdeeld geweest als nu, zowel figuurlijk als letterlijk. Het mobiliteitsbeleid van dit stadsbestuur is er een van polarisatie.”
Bij de regeringsonderhandelingen heeft ieder zijn ideologie, maar je merkt wel de wil om samen tot iets te komen
“Iedereen staat eigenlijk wel achter het idee van de ‘modal shift’ (ruimte creëren voor alternatieve vervoermodi voor de auto, red.). We willen allemaal meer leefbaarheid, bereikbaarheid en verkeersveiligheid. Maar het gaat over de manier waarop, want het stadsbestuur zet nu mensen tegen elkaar op: de fietser tegen de auto en omgekeerd, de fietsers tegen de voetgangers. Enfin, het is ongelooflijk gepolariseerd, terwijl je samen naar hetzelfde zou moeten streven. Iedereen moet vrij kunnen kiezen hoe hij zich verplaatst. Verkeersveiligheid is ook superbelangrijk en daarom moeten de verkeersregels gelden voor iedereen. Ook voor fietsers. We willen ook af van de lage-emissiezone (LEZ).”
Jullie willen die volledig afschaffen?
“Absoluut. In Gent heeft die totaal geen nut. Studies tonen aan dat de luchtkwaliteit in Gent niet proportioneel is verbeterd door de LEZ in te voeren. Wij hebben sinds 2017 al het circulatieplan in Gent. Daar nog eens een lage-emissiezone bij, is dubbelop. De kosten wegen niet op tegen de baten.”
Daarnaast gaat het in Gent over geld: de stad kampt met een enorme schuldenberg.
“De financiële toestand is rampzalig, een ander woord is er niet voor. Op één legislatuur zijn de schulden per Gentenaar verdubbeld: we zijn de centrumstad met de grootste schuldenberg. En de belastingen zijn dan nog eens verhoogd… De Gentenaar vraagt zich dus terecht af waar al dat geld naartoe is.”
En wat is het antwoord op die terechte vraag?
“Dat dat geld naar heel veel zaken gaat waar het niet naartoe zou moeten gaan. Op elke gemeenteraad worden er eindeloos veel subsidies goedgekeurd, of er worden dure studies georganiseerd waarvan je de uitkomst al kan voorspellen. Een studie van 500.000 euro, gedaan met en door het middenveld over hoe we het middenveld meer kunnen betrekken. De conclusie van die studie? Het middenveld moet meer geld krijgen. Dat het middenveld dat graag zou hebben, daar heb ik geen studie voor nodig.”
Roma zijn niet geïnteresseerd in zich integreren, werken of de taal leren
“Ik denk ook aan het project op de Blekerijstraat: 2,1 miljoen euro voor een twintigtal mensen die illegaal in het land verblijven, het bevel gekregen hebben het grondgebied te verlaten, maar van wie stad Gent zegt: ‘Laten we ze toch maar proberen hier te houden.’
Waar ben je dan mee bezig? Ik denk ook aan het project op de Lübecksite, rond de integratie van Roma. Je weet op voorhand dat dat gedoemd is om te mislukken, maar toch geeft het stadsbestuur daar drie miljoen euro aan uit. Voor negentig mensen!” Waarom was dat gedoemd om te mislukken?
“Het is eigen aan de cultuur van de Roma om zich te verplaatsen, om niet sedentair te leven. Zij zijn niet geïnteresseerd in zich inte-
greren, werken of de taal leren. Na drie jaar ging nog niet de helft van de kinderen naar school, nog niet de helft van de volwassenen ging werken, laat staan Nederlands leren.”
Die kennis van het Nederlands lijkt u erg belangrijk te vinden.
“Voor ons is dat heel belangrijk. Er wonen in Gent mensen van meer dan 150 verschillende nationaliteiten. Wat is hét bindmiddel om te kunnen samenleven? Dat je minstens elkaar begrijpt. Maar de stad Gent moedigt scholen aan om de thuistaal toe te laten, terwijl één kind op drie in Gent opgroeit in een gezin waar de thuistaal niet het Nederlands is. De enige plek waar die kinderen Nederlands kunnen leren, is op school. Je ontneemt op die manier kinderen dus voor een stuk hun toekomst.”
Volgens de Gemeente-Stadsmonitor is het veiligheidsgevoel bij Gentenaars afgenomen. Terecht?
“Ja, absoluut. Er wordt veel te weinig op veiligheid ingezet. Ik herinner mij nog dat ik tijdens de campagne van 2018 durfde zeggen dat ik mij als vrouw niet altijd veilig voelde in Gent. Dat werd gewoon weggelachen door de andere partijen. Als je problemen weglacht en niet onder ogen wil zien, kan je ze ook niet aanpakken. Gent is een fantastische stad, maar dat betekent niet dat er geen problemen kunnen zijn.”
Gent staat al lang bekend als een linkse stad, ook bij de verkiezingen van 9 juni was dat het geval. Hoe komt dat?
“Gent en ook Leuven zijn studentensteden, die wat meer progressief zijn. Al merk ik wel een kentering. Bij de bovenlokale verkiezingen, die je absoluut niet een-op-een kunt vergelijken met de lokale verkiezingen, waren wij voor de Kamer wel de op een na grootste partij, met zelfs een lichte vooruitgang ten opzichte van 2019. Wij merken ook dat er op een andere manier naar ons gekeken wordt. In 2018 was N-VA helemaal onbespreekbaar hier in Gent. Dat is nu niet meer het geval.”
WANNES NEUKERMANS
Eerder maakten we hier duidelijk dat onze onlineveiligheid zienderogen daalt. We boeten in aan privacy door laks onze data te delen met iedere website die ernaar vraagt en door gretig gevoelige gegevens op sociale media te plaatsen. Bovendien staan we kwetsbaar tegenover kwaadwillige cybercriminelen die het gemunt hebben op onze betaalgegevens en identificatiekenmerken.
Een cybercrimineel zal eerst proberen de identificatiegegevens van een geviseerd slachtoffer te verzamelen. Daarna zal hij, aan de hand van de bekomen gegevens, zich uitgeven voor iemand anders en hiermee aan de slag gaan om buit te maken. Waar men zich in de offlinewereld omslachtig moet gaan vermommen om in de stijl van ‘The Talented Mister Ripley’ iemands persona geheel te gaan imiteren, kan een digitaal profiel vaak probleemloos van aan het toetsenbord opgemaakt worden. Op basis van de onlinevoetafdruk die iemand nalaat, kan je je zonder al te veel moeite uitgeven voor iemand anders. Ook de vergaring van nog gevoeligere data verloopt vaak bijzonder makkelijk, door verstrooidheid, onachtzaamheid en slordigheid.
Tijdsgeest
De blootstelling aan identiteitsfraude of identiteitsdiefstal is hierdoor de laatste jaren alleen maar toegenomen. Het volume aan betalingen, identiteitsverificaties bij overheidstoepassingen en financiële transacties die we via het internet doen, kan nauwelijks ingeschat worden. De georganiseerde misdaad ziet hier uiteraard een mogelijkheid in om op te kapitaliseren.
“We zetten ontzettend veel online”, aldus Matthias Dobbelaere-Welvaert, directeur van ‘the Ministry of Privacy’, en bekend privacy-activist. “Het is echt gigantisch veel en het is niet dat de politie hier met duidelijke gegevens of statistieken over communiceert.”
Wat te doen?
“Buiten wat bewustzijn is er maatschappelijk en juridisch de laatste jaren bitter weinig veranderd, maar onze samenleving is zoveel digitaler geworden”, zucht Dobbelaere-Welvaert. Als burgers van de 21ste eeuw moeten we ons dringend bezinnen over onze persoonlijke digitale hygiëne. “Aan algemene identiteitsfraude kan je eigenlijk heel weinig doen, behalve je sociale media heel strak houden. Enkel zo wordt het moeilijk voor copycats en catfishers”, dixit Dobbelaere-Welvaert. Dat druist natuurlijk in tegen onze aard om steeds meer en meer met elkaar te willen delen, vriendschappen te onderhouden via sociale media en onszelf in de schijnwerpers te willen plaatsen. Privacykenners zijn het hierover eens: hoe minder je over jezelf deelt, hoe moeilijker je geïmiteerd kan worden; dat spreekt voor zich. Bovendien toont bepaalde rechtspraak aan dat er niet altijd zwaar getild wordt aan het kwaadwillig imiteren van iemand op
sociale media en dat veroordelingen pas plaatsvinden wanneer feiten gepaard gaan met zwaardere misdrijven als afpersing en pedofilie. Karig zijn met wat je zelf deelt, is de boodschap, maar volstaat evenwel niet. Gegevens kunnen nog steeds gestolen worden.
Buiten wat bewustzijn is er bitter weinig veranderd
Digitale diefstal van andermans identiteit maakt dan wel een inbreuk uit op tal van strafrechtelijke regels, maar dat is niet waar de schoen wringt. “Er heerst een enorme straffeloosheid”, stelt Dobbelaere-Welvaert vast. “Hoe ga je georganiseerde bendes pakken? Het zijn vaak professionele criminele netwerken in Oost-Europa en Rusland, echte bedrijven met accountants en advocaten.” Het beeld van de hacker als duistere tiener op zolder, is totaal voorbijgestreefd. De armkracht van die bendes vergroot, maar de inspanningen van overheidswege lijken niet mee te groeien. Eens gegevens en naderhand centen afhandig werden gemaakt, kunnen ze quasi niet gerecupereerd worden en blijven de slachtoffers berooid en de criminelen onbestraft achter.
Elektronische identiteitskaart
De invoering van de elektronische identiteitskaart met mogelijkheid tot digitale identificatie bracht enige verbetering. Hierdoor kunnen we elektronische verrichtingen uitvoeren, zoals de identificatie bij verschillende instanties, het ondertekenen van elektronische documenten en het veilig aanmelden bij de online overheidsdiensten. Hoewel ook de software rond de eID gehackt
kan worden, laat het instrument wel degelijk toe om bijvoorbeeld relatief veilig bankverrichtingen te doen. Vooral de implementatie van ‘itsme’ stroomlijnde heel wat van de digitale handelingen en transacties waarvoor identificatie vereist is.
De elektronische identiteitskaart is evenwel niet zaligmakend en kent haar beperkingen. Sinds 2018 verzamelt de overheid lokaal bijvoorbeeld vingerafdrukken die op de elektronische identiteitskaart gegraveerd staan. Jan Jambon, toen minister van Binnenlandse Zaken en Veiligheid, maakte zich destijds sterk dat een databank aan vingerafdrukken de online criminaliteit en identiteitsfraude in de weg zou staan. “Dat klopt niet”, geeft Dobbelaere-Welvaert stellig aan. “Het merendeel van de identiteitsfraude vindt volledig online plaats. Voor een specifieke soort van offline identiteitskaart of paspoortfraude kan een biometrische databank soelaas bieden, bijvoorbeeld bij een douanecontrole, maar het gros van de identiteitsfraude valt daarbuiten. Ook Sander Loones zijn identiteitsdiefstal zal daarmee niet opgelost raken.” Loones is tot op de dag van vandaag slachtoffer, nadat hij op een ongelukkige persconferentie zijn identiteitskaart aan de aanwezige pers liet zien en blijft voorstander van een biometrische gegevensdatabank.
Het wordt almaar moeilijker om echt van vals te onderscheiden
Helaas kan ook digitale identificatie aan de hand van ‘itsme’ of de eID omzeild en het voorwerp van hacking worden. Je krijgt de boodschap dat je account geblokkeerd zal worden wegens een verdachte activiteit, tenzij je die blokkering voorkomt via een opgegeven link. Je ontvangt een melding dat er vanaf een onbekend apparaat werd ingelogd op je itsme-account met de vraag je identiteit te verifiëren. Je klikt bijgevolg op een plausibel uitziende link die je meeneemt naar een platform dat er exact zoals ‘itsme’ uitziet en voor je het weet hebben criminelen je volledige identificatiesleutel overgenomen. Het lijkt wel dat per oplossing die er wordt aangeboden er een nieuwe techniek voor digitale identiteitsfraude opduikt. Voor de nieuwste technologieën, zoals een permanente identiteitscode op de blockchain, lijkt de argwaan groot en de geest nog niet gewonnen.
Terug naar af?
Wat er ook van zij, voorzichtigheid en waakzaamheid blijven constant aangewezen. Laat nooit iemand meekijken wanneer je pincodes ingeeft, gebruik niet telkens hetzelfde digitale paswoord, stuur nooit een foto van je identiteitskaart door, tenzij je die voorziet van een watermerk, reageer niet op phishingmails en zo verder. Waterdicht en bijzonder origineel zijn die aanbevelingen helaas niet. Op de vraag of er nog verdere
tips bestaan, antwoordt Matthias Dobbelaere-Welvaert een laatste keer vertwijfeld. “Het wordt almaar moeilijker om echt van vals te onderscheiden. De tips zijn al 10 jaar hetzelfde: wees voorzichtig. Check en check en dubbelcheck.”
We kunnen ons bovendien niet van de indruk ontdoen dat, ondanks een stijgende maatschappelijke bewustwording, criminelen innovatiever en gewiekster worden, terwijl de politiek achterophinkt. Met de opkomst van artificiële intelligentie zullen criminele instanties op nog grotere schaal phishingoperaties kunnen uitrollen met gepersonaliseerde, gepolijste en waarachtige berichten die nog nauwelijks te onderscheiden zullen vallen van officiële overheidscommunicatie. De vraag is maar of de regeringen die momenteel de formatiefase doormaken cyberveiligheid hoog op de agenda plaatsen.
Het verzekeringswezen begrijpt maar al te goed dat er van overheidswege bij wijlen met de kraan open wordt gedweild. Onder het motto ‘Niet kunnen voorkomen, dan maar verzekeren’, bieden bedrijven als Baloise en KBC sinds enkele jaren cyberverzekeringen aan die indekken tegen een aantal risico’s.
De pakketten verschillen enigszins per verzekeraar en naargelang men een zakelijke of privéverzekering wenst te nemen. De privéverzekering bevat meestal een technische bijstand, rechtsbijstand en een effectieve, maar gelimiteerde vergoeding voor de bedragen die bij misbruik verloren zijn gegaan. De cyberverzekering dekt in principe zaken waar je zelf geen schuld aan hebt. Dekking is aldus veelal uitgesloten bij nalatigheid van de verzekerde. Natuurlijk is een snelle klik op een frauduleuze link of bijlage sneller gebeurd dan je denkt. Het komt er dus op aan op de kleine lettertjes er goed op na te lezen. Maar wie de kleine lettertjes goed las, kwam wellicht in eerste instantie al niet in aanraking met cybercriminaliteit. Bij de koepel van het verzekeringswezen Assuralia en private banken kan er niet geantwoord worden op de vraag hoeveel euro de Vlaming tegenwoordig schade loopt in het kader van onlinefraude. Er is geen zicht op hoeveel verzekeringen er tegen cybercriminaliteit worden afgesloten of hoeveel claims er succesvol worden ingediend.
Vijfenveertig jaar geleden stond ons land in rep en roer. Een extreem gewelddadige moordpartij, waarbij een heel gezin in koelen bloede was uitgeroeid, had ervoor gezorgd dat de bevolking met de daver op het lijf zat. De daders, Freddy Horion en Roland Feneulle, werden gelukkig snel bij de kraag gevat.
Horion zag zichzelf als een monster zonder waarde, een underdog en een freak. Hij kampte met een fors minderwaardigheidscomplex en een bijna grenzeloze haat voor het systeem. Dat had, als we zijn latere advocaat Jef Vermassen mogen geloven, héél veel te maken met zijn allesbehalve gemakkelijke jeugd en de trauma’s die hieruit voortvloeiden.
Als baby werd hij geopereerd aan zijn halsspieren. Hij was amper vier jaar oud toen zijn moeder aan borstkanker bezweek. Horion overleefde ternauwernood een ongeval toen hij als twaalfjarige op z’n fiets door een flink boven zijn theewater zijnde politieagent werd aangereden. De man ging vrijuit, maar Horion hield er een gebarsten schedel, een groot litteken in z’n gezicht en een oog dat iets lager stond dan het andere aan over. Iets later maakte een infectie door kolengruis datzelfde oog gedeeltelijk blind. Hij werd met z’n donkere bril op school en in de kroeg uitgelachen, en dat was vanzelfsprekend niet bepaald bevorderlijk voor z’n zelfbeeld.
OP HET SLECHTE PAD
Tot overmaat van ramp raakte hij op wat men ‘het slechte pad’ pleegt te noemen. Hij pleegde een aantal diefstallen en stond op 23 februari 1973 op de uitkijk tijdens een gewapende overval op het Liberale Ziekenfonds in de Gentse Phoenixstraat. Hij belandde hiervoor op 4 oktober 1974 voor het hof van assisen dat hem tot 7 jaar cel veroordeelde. Die, in zijn ogen veel te hoge, straf en het feit dat zijn vrouw en kinderen hem intussen hadden verlaten, voedden zijn frustraties en diepe haat tegen de maatschappij. Haat, die een gewelddadige uitweg zocht nadat hij in juli 1978 vervroegd was vrijgekomen.
HORIONS AANVRAGEN OM VOORWAARDELIJK VRIJ TE KOMEN WERDEN TELKENS GEWEIGERD
Op 9 februari 1979 wou hij aan de Vliegtuiglaan, in de Gentse havenbuurt, een prostituee overvallen, maar die verdween voor hij zijn slag kon slaan. Hij stapte dan maar de Ganda Bazar, het kruidenierswinkeltje van Hélène Lichachevski, aan de overzijde van de straat binnen en haalde zijn karabijn met afgezaagde loop van onder z’n jas. Hij dwong haar op de grond te gaan liggen en schoot haar een paar seconden later koelbloedig twee kogels in het achterhoofd. Voor de speurders was het een raadsel wat er was gebeurd. Het ging blijkbaar niet om een klassieke roofmoord, want de dader was er weliswaar met 5.000 frank vandoor gegaan, maar had tegelijkertijd een behoorlijk grote som achtergelaten in de kassa.
EEN GROTE SLAG
Een paar weken na die gruwelijke en totaal zinloze moord kwam de Franse gangster Roland Feneullewaarmee Horion in de gevangenis vriendschap had gesloten - vrij. Vrijwel meteen smeedden Horion en Ferneulle plannen om ergens in het Gentse ‘een grote slag’ te slaan. Hun oog viel op de autohande-
laar Roland Steyaert in Sint-Amandsberg. Volgens sommige bronnen zou Horion er ooit op een blauwe maandag hebben gewerkt en was men hem nog geld verschuldigd. Wat er ook van zij, Horion was er rotsvast van overtuigd dat Steyaert in het geld zwom. Op 23 juni 1979 belden Freddy Horion en zijn kompaan Roland Feneulle aan bij de familie Steyaert. Uit hun latere verklaringen bleek dat ze oorspronkelijk het plan hadden opgevat om de man te overvallen en er met een van zijn auto’s vandoor te gaan. De nietsvermoedende vrouw van Roland Steyaert, Leona Van Lancker, opende de deur en liet de mannen binnen. Horion en Feneulle gingen rustig, samen met Steyaert, rond de keukentafel zitten om de details van de verkoop van een 2pk’tje te bespreken. Maar dan haalde Horion plots zijn geweer met afgezaagde loop boven. Hij bedreigde Roland Steyaert, Leona en hun 13-jarige dochter Hilde. De verbouwereerde autohandelaar beloofde hen geld en een vluchtauto. Maar moeder en dochter werden in de kelder opgesloten en Roland Steyaert werd in de garage met een schot in zijn slaap afgemaakt. Bijna op datzelfde ogenblik kwamen de 22-jarige dochter Anne-Marie en haar 24-jarige verloofde Marc De Croock, zich niet bewust van het drama dat zich in de woning afspeelde, met boodschappen binnen. Anne-Marie werd ook in de kelder opgesloten en Marc wachtte hetzelfde lot als Roland in de garage.
IN 1982 ONTVLUCHTTE HORION LEUVEN-CENTRAAL EN DOOK ONDER IN NEDERLAND WAAR HIJ ZES WEKEN LATER KON WORDEN OPGEPAKT
Het hek was nu compleet van de dam voor het moordlustige duo. Anne-Marie werd uit de kelder gehaald en misbruikt waarna ze ook haar dood schoten. Het duo wou geen overlevenden die tegen hen konden getuigen en daarom opende Horion de kelderdeur en schoot op Leona en Hilde die in doodsangst onderaan de trap zaten. Dochter Hilde overleefde echter de twee schoten die Horion op haar afvuurde. Feneulle moest het genadeschot geven. Met 4.000 Belgische frank, een handvol juwelen en wat antieke stukken om het op een roofoverval te doen lijken, verdwenen ze in een auto die ze van Steyaert hadden gestolen.
VEROORDELING EN OPSLUITING
Twee dagen na de slachtpartij werd Feneulle bij de kraag gevat, een dag later Horion. Ze bekenden snel en Horion biechtte meteen ook de moord op de winkelierster op. Anderhalf jaar later, in december 1980, stonden beiden voor een assisenjury in Gent. Ze kregen ondanks het weerwerk van hun advocaten, Jef Vermassen en Piet Van Eeckhaut, - zoals te verwachten was - de doodsstraf, maar die werd meteen in levenslange opsluiting omgezet. Horion poogde een paar keer te ontsnappen. In oktober 1982 ontvluchtte hij met medegevangene Albertus Hartmann Leuven-Centraal en dook onder in Nederland waar hij - tot opluchting van velen - zes weken later kon worden opgepakt. Roland Feneulle overleed op 22 oktober 2013 in de hospitaalafdeling van de gevangenis van Brugge aan longkanker. Horion heeft sinds 1995 verschillende keren gevraagd om voorwaardelijk vrij te komen. Zijn aanvraag werd telkens geweigerd. In 2018 oordeelde een panel van gerechtspsychiaters dat hij niet meer gevaarlijk is en niet meer thuishoort in de gevangenis. Wel hoorde hij volgens het panel in een forensisch psychiatrisch centrum. Na jaren van procederen door Horion, gaf het hof van beroep van Antwerpen in een arrest van 13 november 2023 het bevel aan de Belgische staat om Freddy Horion op te nemen in een instelling buiten de gevangenis. Het hof schaarde zich daarmee achter een recent arrest van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens: de rechters in Straatsburg hadden immers geoordeeld dat het strafuitvoeringstraject van Horion, die intussen ruim 44 jaar in detentie zat en bovendien sinds 1993 in de tijdvoorwaarden is voor een voorwaardelijke invrijheidstelling, zich in een complete impasse bevond.
Eind maart 2024 ging de Belgische staat in cassatieberoep tegen die beslissing. Het Hof van Cassatie, het hoogste rechtscollege van het land, spreekt zich niet uit over de feiten zelf, maar gaat wel na of het proces correct is verlopen. Omdat het om een burgerlijke zaak gaat, werkt het beroep in ieder geval niet opschortend. Horion blijft dus - voorlopig - in de gevangenis.
JAN HUIJBRECHTS
Nieuwe woningen
Pallieterke, Het Laatste Nieuws van maandag 12 augustus meldt dat tegen 2030 ons land netto 225.000 extra nieuwe woningen nodig heeft. Voor ons beetje natuur dat we nog hebben, is dat nefast en op termijn zal alles potdicht gebouwd zijn. Nu er jaarlijks 50.000 nieuwelingen bijkomen, zal dat de aanvoer met de gezinsherenigingen niet verminderen. Voor Belgische vrouwen met een Belgische achtergrond bedraagt het geboortecijfer 1,38 kinderen per vrouw, met andere woorden die extra nieuwe woningen zijn uitsluitend het gevolg van de massa-immigratie, en dit voornamelijk via ‘gezinshereniging via huwelijksimmigratie’. Gezinshereniging is in werkelijkheid niets anders dan een importmachine om zo massaal mogelijk moslims via dat legaal immigratiekanaal ons land te overspoelen. Om dat massale misbruik van ‘gezinshereniging’ voor massa-immigratie te doen stoppen, zou ik een voorstel willen doen om gezinshereniging nog enkel toe te laten als de betrokken personen onafgebroken reeds een bepaald aantal jaren hebben samengeleefd in het land waar het huwelijk plaatsvond.
Bijvoorbeeld naar Marokko vliegen van zodra men meerderjarig is om daar een huwelijk aan te gaan, dan onmiddellijk terug te keren om het formulier voor ‘gezinshereniging’ aan te vragen, zou onmiddellijk definitief verleden tijd moeten zijn.
Luc Vandeputte, Ledegem
Reccino Van Lommel
Pallieterke, In het interview met Reccino Van Lommel (Pallieterke van 15 augustus) spaart de Turnhoutse kandidaat-burgemeester zijn kritiek niet op N-VA die mee zijn stad bestuurt. Uiteraard is dit zijn volste recht. In zijn kritiek op Bart De Wever verwijst hij naar “de achterban van NVA die voor een samenwerking met Vlaams Belang is” en hoopt hij onderhuids dat “er een dag zal komen dat hij het onderspit zal delven”. BDW heeft reeds voor de verkiezingen van 9 juni een duidelijk standpunt ingenomen en dat werd door zijn kiezers niet afgestraft. Zoals alle partijen heeft ook Vlaams Belang het recht om een veto te stellen tegenover andere partijen. Dit noemt men democratie. Ik wens Reccino Van Lommel op 13 oktober 50 procent van de stemmen, zodat hij op 1 januari 2025 de nieuwe burgemeester van Turnhout mag worden.
Lieven De Meyer, Merksem
Met beter hopen
Pallieterke,
In ’t Pallieterke van 15 augustus stelt Karl Van Camp terecht vast dat Catalanen en Schotten er niet in slagen meer autonomie te bekomen en hoopt hij dat Vlaanderen het beter zal doen. Catalanen, Schotten, Bretoenen, Basken, Zuid-Tirolers, en ga zo maar voort, zijn echter minderheden in hun eigen land. Vlamingen zijn in België een meerderheid, misschien wel de enige meerderheid in een democratisch land, die het niet voor het zeggen heeft. Op 9 juni kregen we de kans daar iets aan te veranderen, maar is ons dat niet gelukt. Door het feit dat de Belgische gewesten legislatuurregeringen hebben, biedt een volgende kans zich pas aan over vijf jaar. Voor mijn generatie - ik ben ondertussen 84 - is met beter hopen de tijd verlopen.
Ondertussen was het onder meer op de Olympische Spelen al ‘Belgian’ wat de klok sloeg, ook al iets waarover Van Camp het - even terecht - had in ’t Pallieterke van 8 augustus: Belgian Cats, Belgian Tornados, Belgian Cheetas, Belgian beer in het Belgian House, en dat terwijl driekwart van de atleten Vlamingen waren, die allemaal braaf ‘Belgian’ bleven. Nafissatou Thiam, die na drie Olympische Spelen nog altijd haar eerste woord in de taal van de meerderheid van haar land moet uiten, maar wel vlot Engels spreekt, en al twee jaar aan de andere kant van de wereld woont, mocht bij de eindceremonie de ‘Belgian Flag’ dragen. Guido van Alphen, Kasterlee
Herman Brusselmans
Pallieterke,
De brief van de heer Johan Corveleijn over Herman Brusselmans doet me toch even de wenkbrauwen fronsen! De Bijbel beschuldigen van aanzetten tot “gruwel, wreedheden, excessen, ophitsen en bestraffen”, is wat kort door de bocht. Ik moet hier vaststellen dat ‘begrijpend lezen’ inderdaad uit de mode is! Het zijn meestal historische verslagen. Moet men alle geschiedenisboeken verbieden? Het is een spiegel van de mensheid, geen leerboek voor moord. Jezus heeft niemand vermoord, hij is integendeel plaatsvervangend gestorven voor onze wandaden!
André Lannoo, Heverlee
Warm en koud
Pallieterke,
Bart De Wever wil enerzijds de mensen aanzetten om hun spaargeld in de economie te investeren, door spaargeld toch vanaf een bepaald bedrag te belasten en de roerende voorheffing op dividenden van aandelen terug te brengen van 30 procent naar 25 procent. Aan de andere kant wil hij wel een belasting van 10 procent heffen, als je een aandeel met winst verkoopt. Dit lijkt me, om het met een Latijnse uitdrukking te zeggen, die Bart graag gebruikt, een ‘contradictio in terminis’. En Bart, ga je dan ook 10 procent terugbetalen aan de beleggers die hun aandelen met verlies verkopen?
Marc De Neef, Ternat
Regeringsonderhandelingen
Pallieterke, Politici hebben zichzelf hoge inkomens, criminele uittredingsvergoedingen, cumuls en grote pensioenen gegund en gestemd, een véélvoud van wat de privé krijgt, waardoor de bevolking haar vertrouwen verloren is in het parlement. Het volk moet werken met een aanslag van gemiddeld 53 procent belasting op hun inkomen met een aalmoes als pensioen, zónder uittredingsvergoeding. Twee maanden na de verkiezingen zitten vijf politieke partijen nu samen te ‘onderhandelen’ voor een regeerakkoord. Gelooft iemand nog dat zij aan de privé zullen denken in hun onderhandelingen? De privé die hen wel moest verkiezen bij gebrek aan beter, de privé die hier al dat gefeest moet betalen? Zij beloven ons al veertig jaar lang te vernieuwen, te verjongen, te verbreden en te verdiepen, met ons geld en onze verdiensten.
Marc Bertrand, Edegem
Een lezersbrief insturen? Stuur uw bericht naar lezersbrieven@pallieterke.net. Opgelet, brieven mogen maximaal 1.000 karakters tellen (inclusief spaties). Dat zijn een 30tal lijnen in ’t Pallieterke of zo’n 160 woorden. We houden ons het recht voor om zonder verantwoording uw (te lange) brief niet te publiceren of in te korten. Uw naam en gemeente moeten worden doorgegeven voor publicatie bij uw brief.
Vlaanderen en Wallonië. Zoals we reeds vroeger schreven: het zijn twee regio’s met eigen regelgeving en gebruiken. Neem nu de problematiek van de maximumfactuur van het rusthuis. De voorbije week stond het onderwerp ook op de agenda van de onderhandelaars voor een volgende Vlaamse regering.
Wie de term ‘maximumfactuur rusthuis’ intikt op Google, zal iets opmerkelijks vaststellen. Zowel de uiterst linkse PVDA als het rechtse Vlaamse Belang staan bovenaan de zoekresultaten en beide partijen eisen een maximumfactuur voor de rusthuisbewoners. En zowat alle andere partijen zitten ook op dezelfde golflengte. Alleen Hilde Crevits gaf in het verleden aan tegen een maximumfactuur te zijn, al stelt ze wel andere maatregelen voor om het rusthuisverblijf betaalbaar te houden. Het is overigens een problematiek die al enkele jaren aansleept. Het houdt de mensen bezig, want iedereen weet ondertussen dat het met een gemiddeld pensioen onmogelijk is om het verblijf in een rusthuis te betalen. Althans als u in Vlaanderen woont, want in Wallonië en Brussel is een plaatsje in een rusthuis zo’n 300 tot 400 euro goedkoper dan in Vlaanderen. Gemiddeld, want er zijn in beide regio’s natuurlijk verschillende soorten woonzorgcentra. Vraag me niet hoe het komt dat er zo’n verschil is tussen de rusthuisfactuur in Vlaanderen en Wallonië.
In Wallonië en Brussel is een plaatsje in een rusthuis zo’n 300 tot 400 euro goedkoper dan in Vlaanderen
Snelheidsboetes
Wie in een rusthuis terecht komt, zal - zo vermoed ik - nog maar weinig verplaatsingen maken met de eigen wagen. Dat brengt me bij het tweede onderwerp: de opmerkelijke verschillen tussen beide landsdelen wat betreft de snelheidsboetes. Op basis van de gegevens van 2023 werden 72 procent van de snelheidsboetes uitgeschreven in Vlaanderen en maar 22 procent in Wallonië. Omgerekend in effectieve aantallen gaat het in Vlaanderen over 4.704.885 en in Wallonië over 1.708.803 boetes. De jaarlijkse opbrengst gaat zo richting 600 miljoen euro en dat bedrag wordt verdeeld tussen de Belgische schatkist en de regio’s. Een verklaring voor het grote verschil tussen Vlaanderen en Wallonië is te zoeken bij het aantal trajectcontroles en flitspalen. Het is niets nieuws onder de zon dat er al jaren meer flitspalen en trajectcontroles te vinden zijn in Vlaanderen. Weet dan wel dat Wallonië op dat vlak een inhaalbeweging gestart is en in sneltempo nu trajectcontroles invoert. Maar tot nader bericht is de bijdrage in de Belgische schatkist van Vlaamse chauffeurs een pak groter dan die van Waalse chauffeurs. Ook dat is een vorm van transfert
Auto
Wie te snel rijdt, doet dat met een wagen. Ook hier zijn opmerkelijke verschillen vast te stellen. In 2023 was de bestverkochte auto in Vlaanderen de BMW X1. In Wallonië staat de Dacia Sandero op de eerste plaats, gevolgd door de Dacia Duster. Ook hier zijn er enkele verklaringen: Vlaanderen is welvarender en zodoende kan er een ruimer budget uitgetrokken worden voor een wagen. De genoemde BMW X1 is verkrijgbaar vanaf zo’n 40.000 euro. De Dacia Sandero daarentegen is verkrijgbaar vanaf 12.000 euro in de goedkoopste versie. Da’s een heel verschil in de geldbeugel. Een andere verklaring voor het verschil in keuze is dat er in Vlaanderen meer bedrijfswagens via leasingmaatschappijen verkocht worden dan in Wallonië.
En dan is er nog mijn slecht karakter. Is het toeval dat de twee bestverkochte auto’s in Wallonië hun wortels in Frankrijk hebben? En dat Vlaanderen kiest voor een wagen van Duitse makelij? Oeps, don’t mention the war...
PAL voor Vlaanderen is een project van PAL Academie vzw. Met die vzw zetten we onze kennis, kunde en netwerk in om het pad naar Vlaamse onafhankelijkheid te effenen. De vzw beschikt over ideeën en mensen, maar met uw financiële steun op rekening KBC BE39 7390 1640 4519 zouden we nog veel meer kunnen doen.
Op zondag 1 september trekt voor de 43ste keer De Gordel door de Vlaamse Rand rond Brussel. Officieel vond de eerste editie plaats op 27 september 1981 en zo jaarlijks tot 2012. Vanaf 2013 veranderde de naam in Gordelfestival en verschoof de aandacht vooral naar het sportieve en toeristische karakter van de streek. Het ‘Vlaamse’ en politieke aspect kreeg minder en minder aandacht.
Maar sinds vorig jaar heet het Gordelfestival opnieuw ‘De Gordel’. En meer dan bij de vorige edities focust het evenement op de oorspronkelijke kern: een sportief feest dat het groene én het Vlaamse karakter van de Rand in de kijker zet.
Dit jaar zijn er twee startpunten voor de wandel- of fietstochten. Traditioneel is er het Provinciedomein Huizingen als startpunt. Daarnaast is Dilbeek de focusgemeente van De Gordel. Die gemeente is nog altijd bekend van de slogan ‘Waar Vlamingen thuis zijn’. Die slogan werd bedacht door reclameman Herman Bryssinck, die ook de bedenker was van het oorspronkelijke concept. Verfransingsdruk
Dat Dilbeek dit jaar de focusgemeente is, is niet toevallig. 50 jaar geleden werd daar het cultureel centrum Westrand geopend. Dat moest het Vlaamse culturele leven in de gemeente ondersteunen. Dilbeek is - voor alle duidelijkheid - geen faciliteitengemeente, maar behoort tot het eentalige Nederlandstalige taalgebied. Maar de gemeente grenst aan Brussel, meer bepaald aan Anderlecht, Sint-Jans-Molenbeek en SintAgatha-Berchem, en dat zijn drie bekende probleemgemeenten. Er is dus een zekere druk van
A Weerstand
Franstalige inwijkelingen vanuit Brussel. In de gemeenteraad van Dilbeek haalt UF, het Union des Francophones, toch nog altijd zo’n 10 procent van de stemmen en dat vertaalt zich in drie zetels.
Gratis
Vorig jaar namen 26.000 mensen deel aan de Gordel. Dit jaar worden er minstens evenveel verwacht voor een programma vol wandelingen, fietstochten, een gravelparcours, aandacht voor ‘urban sports’ en G-sport, optredens en randanimatie in het trefpunt in Huizingen en focusgemeente Dilbeek. Inschrijven voor De Gordel is eenvoudig en gratis. Alle informatie vindt u op: www.degordel.be
KARL VAN
K. Hetzijzo-Nepleer-Radon L Verifiërend
1.Misdeeld
2.Daar-MeerinLombardije
3.Slipte-Afwateringssysteem
4.Belasterend-Voorzetsel
5.Onzelfzuchtige-Loofboom
6.Plus-Aansteekkoord-Senior
7.Aanzien-Intense
8.Indianentent-NederlandsewaterloopAttokelvin
9.Zweedsmeubelconcern-BestaatVoorwerpomzwaredingenmeeoptetillen
10.Meldkamer
11.Inhoudsmaat-Enomstreken-
B. Pausennaam-Boomvruchten C. Vlaams-Brabantsegemeente D. Redevoeringhouden-Vloeistof E. Doorgedraaid-Bevestiging-Gordijnrail F.Technetium-Blaadjepapier-LieddatLucDeVosonsterfelijkmaakt G. VicepresidentonderClinton-Hoevedier-Modderigegrond H Vooraanstaande-Bepaalde I. Genadeslag-InternetlandcodevoorTaiwan J. Watersportterm
De euforie over de snelle regeringsvorming is zo stilaan volledig verdwenen. Het concept dat het ook in dit land moet mogelijk zijn om ‘snel en efficiënt’ te werken, zal hier niet snel wortel schieten. Dat is trouwens niet eens iets wat we verwachten. Integendeel, snel en efficiënt zal de Vlaming vooral doen vermoeden dat er iets achter ligt te stinken.
Hoe het begon? Wel, een ‘logische’ coalitie dient zich aan en de partijen vliegen er meteen vol enthousiasme op. Daarbij maken ze even abstractie van het feit dat de linkervleugel en de rechtervleugel van de partners vrijwel niks met elkaar gemeen hebben. Vooruit droomt van de rijken meer geld in het potje te laten leggen. MR wil vooral de sukkels de crisis laten betalen door op hun extraatjes te gaan besparen. Dat is het type spreidstand dat je net zo goed had in Vivaldi. Maar daar lag geen hond van wakker. Deze keer was er wel een duidelijke marsrichting van de kiezer gekomen en zou het wél lukken.
Dit is het begin van meer politieke profileringsellende
Hoe het loopt? Na twee mislukte supernota’swie verzint de naam van die dingen? - was het raak bij de derde. De Wever had het laken daarvoor wel nog een rukje naar links moet trekken om Conner warm te houden en er heerste groot optimisme. Tot iemand opmerkte dat Bouchez naar zijn zin niet genoeg laken meer had. En nu zit het ouderwets vast. Ex-cd&v’er en eeuwige dromer van een nieuwe partij, Hendrik Bogaert, vatte het raak samen op X: “Elke week duwt Vooruit een mogelijke regering verder weg van centrumrechts beleid. Het mag gaan stoppen. De prijs om zonder PS te regeren mag niet zijn dat je het PS-programma uitvoert.” Het is gestopt. Bouchez heeft aan de rem getrokken. De gelijkenis met Vivaldi is treffend. Zelfs in blind enthousiasme moet dat stilletjes gaan opvallen.
De zondvloed
Wat we vandaag zien, is geen turbulentie in de regeringsvorming. Het is de vorming van de structurele verlamming die de Arizona-regering gaat blijven terroriseren. En het begin van meer politieke profileringsellende. Sammy Mahdi is er nu eenmaal de man niet naar om de keuze tussen Bouchez en Conner te laten gaan. Als kleinste partij aan Vlaamse kant wil hij ook eisen stellen en in beeld lopen. Ook hij zal binnenkort dus van leer trekken.
Als er miserie is in de regering, wordt die gul gedeeld met de bevolking
En dan is er nog De Wever zelf, die toch ook wat communautairs uit de brand zal willen slepen. Je kan niet decennialang roepen dat het systeem niet werkt om er vervolgens niks aan te veranderen. Er wacht deze partijen hoe dan ook een zondvloed aan miserie. En als er miserie is in de regering, wordt die gul gedeeld met de bevolking. Nee, er is geen reden tot optimisme.
“Wij gaan naar de toekomst!”
De kogel is door de kerk! Eva De Bleeker en Vincent Verbeecke gaan door naar de volgende ronde om Open Vld een nieuwe toekomst te geven. Niet echt de radicale breuk met het verleden die je zou verwachten. De ene was al staatssecretaris, de andere was woordvoerder van Gwendolyn Rutten en Bart Somers. En toch zijn ze heel duidelijk. “Het moet helemaal anders”, stelt de Bleeker onomwonden. “Ik zou er zelfs aan toevoegen,” reageert Verbeecke, “dat het helemaal anders moet.”
Naast de niet zo heel radicale keuze voor twee oudgedienden van Open Vld, valt op dat premier De Croo en een hele resem oude krokodillen herverkozen zijn in het partijbestuur. Ook daar: weinig verandering. De Croo zit zelfs in ‘pole position’ om de nieuwe ondervoorzitter te worden. Dat is eerder meer van hetzelfde. Daar komt bovenop: van de 40.000 leden die Open Vld beweert te hebben, hebben er maar zo’n 8.000 gestemd. Meteen een belangrijke eerste vraag voor Eva en Vincent… Jullie zijn beiden als grootste uit de eerste ronde gekomen, maar vooral de grote stilte van de leden valt op. Zijn jullie wel geloofwaardig als kandidaat-voorzitters van de partij?
“Ik begrijp uw vraag, maar ik zal u antwoorden: ik wel. Het is natuurlijk volop zomer en onze leden hebben het druk met werken. Het zijn ondernemers die door niet te stemmen een duidelijk signaal geven: jullie moeten ook werken. En daar ben ik toe bereid. Hard werken. Heel hard werken. En dan nog harder
men. Wij vechten nu wel een strijd uit om het voorzitterschap, maar voor mij is de basis zeker de basis.”
(zucht) Maar hoe gaat u het contact met de basis herstellen? De Croo, de man die u allen verraden heeft en de basis straal negeerde, zit nog steeds in het partijbestuur.
VINCENT: “Nee nee, Alexander is nog steeds een liberaal voor mij. Maar dan als basis, hé.” EVA: “Voor mij ook. Liberaal is Alexander nog steeds. Een basisliberaal uiteraard.”
Excuseert u mij, maar ik zie geen breuk met het verleden en eigenlijk ook geen breuklijn tussen u beiden.
EVA: “Haha, dat betekent dat we goed bezig zijn. Want we zijn allebei basisliberalen die geloven dat het anders moet en we willen een echte donkerblauwe toekomst. Er is nog plaats voor een echte liberale partij in Vlaanderen.”
VINCENT: “Ik sluit mij daar volledig bij aan.”
Maar ben je al lid van het Vlaams & Neutraal Ziekenfonds?
Heel harder hardst werken, dat is de boodschap
Maar hoe dan? Hoe gaat u de liberalen terug doen meetellen?
VINCENT: “Ik denk dan in de eerste plaats aan dinges… euh. Vervelend, ik zou het 1.000 keer zeggen, maar kan er nu niet opkomen.”
Splits zelf de sociale zekerheid!
Word lid van het VNZ.
“Heel harder hardst werken, dat is de boodschap. Dat is wat ik ook doe. Als u mij ziet, ben ik heel hard aan het werken. Om onze partij het elan te geven dat onze leden verdienen. Maar het is natuurlijk zomer en dan zijn echte liberalen aan het werken. Zoals in alle
“Inderdaad, hard werken in alle seizoenen. Dat wou ik ook nog zeggen.”
Heeft u geen kans gemist om te zeggen dat de oude Open Vld gewoon sjoemelde met haar ledenaantal? U wou toch eerlijker zijn?
“Heel eerlijk. Echt waar.”
“Als we echt willen breken met het verleden, moeten we durven eerlijk zijn. Maar ik vind dat we naar de toekomst moeten durven kijken. Ik geloof heel erg in de toekomst.”
“Ja! De toekomst. Daar wil ik het over hebben. Ik wil daar ook naar kijken. Een
“Dat is zeker. Als de toekomst niet donkerblauw is, is ze de toekomst niet.”
Mooi hoor, maar u heeft de basis
“De basis. Nog zo’n mooi woord! We moeten de basis mee hebben. Wij zijn een partij die luistert naar de basis. Als ik voorzitter word, zal ik naar de basis luisteren. ‘Hallo basis,’ zal ik dan zeggen, ‘vertel eens wat ik voor
“Terug voeling krijgen met de basis. Dat is inderdaad de eerste radicale stap die ik ga ne-
EVA: “Maatregelen! We hebben maatregelen nodig!”
VINCENT: “Juist. Maatregelen! Maar niet zomaar maatregelen. Donkerblauwe maatregelen die uit de basis komen voor een mooie toekomst.”
EVA: “Vincent, nu zit je gewoon mijn programma te citeren. Dat is niet eerlijk.”
VINCENT: “Niet waar Eva, ik wist niet eens dat jij een programma had. Mag ik het eens lezen?”