
“De klimaatgod is enkel tevreden als je betaalt”


“De klimaatgod is enkel tevreden als je betaalt”
Vorig jaar had Gwendolyn Rutten nog boos haar afscheid van de nationale politiek aangekondigd, toen niet zij, maar Paul Van Tigchelt minister van Justitie werd. Die vervanging was nodig omdat de vorige minister, Vincent van Quickenborne, een andere partijgenoot, had geblunderd in een terreurdossier. ‘Quickie’ stapte niet uit de politiek, zoals een meermaals in opspraak gekomen politicus hoort te doen, maar eiste gewoon zijn burgemeesterschap van Kortrijk weer op. GROTE RELLEN IN ENGELAND
RUST 3 8-9
CLUB-SUPPORTERS RISKEREN ZWARE SANCTIES 4
Die post had hij aan zijn partijgenote Ruth Vandenberghe overgelaten, nadat hij zichzelf in de federale regering had gewurmd. Met Kortrijk als laatste toevluchtsoord, nam de gebuisde minister die daarna gewoon weer van haar af.
Die stoelendans was slechts de eerste van een reeks voor Open Vld. Drie weken later stapte Bart Somers uit de Vlaamse regering om opnieuw burgemeester te worden in Mechelen. Je ziet het patroon: met het uitzicht op een nederlaag in de landelijke verkiezingen trekken de feodale heren zich terug naar hun lokaal bastion, in de hoop daar wel te kunnen overleven.
Rutten maakte een bocht van 180 graden en nam onmiddellijk de vrijgekomen ministerpost in. In juni leed haar partij een zware nederlaag, waaraan zij met haar schaamteloze postjespakkerij ongetwijfeld zelf een bijdrage heeft gele -
verd, en zo was elke kans verkeken dat zij in de volgende regering nog aan de slag kon. Enkele dagen geleden beging zij haar volgende ongegeneerdheid: ze besloot de vorming van de nieuwe Vlaamse regering niet af te wachten, verliet haar post en eiste haar burgemeesterschap van Aarschot weer op. “Het werk is klaar”
Rutten licht haar beslissing toe. “Het werk is klaar”, zegt de vrouw die nog maar een half jaar op post is. Rutten is nochtans minister voor Binnenlands Bestuur, en in die bevoegdheid belast met het organiseren van de gemeenteraadsverkiezingen van oktober. “Met nog 2,5 maanden te gaan, ligt er in Aarschot nog heel wat werk op de plank en wil ik me ten volle inzetten voor onze stad”, zegt ze. Onzin, uiteraard. Rutten, wil zich nog
snel even lokaal profileren en als uittredend burgemeester de gemeenteraadsverkiezingen ingaan. Er zijn twee soorten mensen die overleven in de politiek: degenen die politiek talent hebben en degenen die geen enkele schaamte kennen. Tot de tweede groep, de mensen die om het even wat zouden zeggen of doen om weer aan de bak te geraken, tevens de talrijkste groep, behoort Gwendolyn Rutten. Het zou kunnen dat ze deze keer wel een brug te ver is gegaan. Zelfs binnen Open Vld, waar men begint in te zien dat het openlijke carrièrisme van de topmensen een belangrijke factor was in de verkiezingsnederlaag, klinkt nu luide kritiek. Ontslagnemend voorzitter Tom Ongena, immer de brave soldaat, blijft stil, maar degenen die zijn plaats ambiëren, onder wie Bert Schelfhout en de ex-woordvoerder van Rutten, Vincent Verbeecke, houden zich niet in. Eva De Bleeker, de minister die door De Croo opzij werd gezet omdat zij haar begroting net iets te gewetensvol had opgesteld, liet ook haar ongenoegen blijken. Het valt echter te betwijfelen of Open Vld, de partij van het ultieme carrièrisme, ooit echt van aard kan veranderen.
VLAAMS PARLEMENTSLID (VB)
“De overheid sensibiliseert veel te weinig rond phishing”
De Camino Francés is een populaire pelgrimsroute naar Santiago de Compostella. De weg loopt van onder meer Saint-Jean-Pied-dePort aan de Franse kant van de Pyreneeën naar Roncevalles aan de Spaanse kant. In Roncevalles vinden de dappere stappers goedkoop logement in een prachtige omgeving. Er staan op die bergpas ook twee monumenten die verwijzen naar een befaamd gevecht dat er op 15 augustus 778 zou hebben plaatsgevonden.
Die gebeurtenis wordt vermeld in de ‘Vita Karoli Magni’, dat door de geestelijke Einhard werd geschreven. Einhard was een vertrouweling van Karel de Grote. Zijn werk vormt onze belangrijkste informatiebron over die tijd. De auteur beschrijft hoe ‘Hruodlandus Brittannici limitis praefectus’ (Roeland, militaire commandant van het grensgebied met Bretagne) om het leven kwam in een hinderlaag in de Pyreneeën. Roeland maakte deel uit van het Frankische leger dat zonder succes had geprobeerd om Zaragoza te veroveren op de moslims. De Franken hadden vervolgens de Baskische hoofdstad Pamplona verwoest. Toen het leger terugkeerde naar Frankrijk, werd de achterhoede aangevallen. Roeland sneuvelde.
Troubadours hebben dat verhaal honderden jaren lang doorverteld. Door de toevoeging van heel wat nieuwe en onwaarschijnlijke elementen was het uitgegroeid tot een waar heldenepos: het ‘Chanson de Roland’. In het ‘Roelandslied’ wordt de dappere christelijke ridder het slachtoffer van verraad door zijn jaloerse stiefvader Ganelon. De door Roeland geleide achterhoede wordt aangevallen door niet minder dan 400.000 Saracenen. Roeland wil geen lafaard zijn en het duurt lang alvorens hij op zijn hoorn ‘Olifant’ blaast om de hulp van de rest van het leger in te roepen. Roeland sterft met zijn zwaard ‘Durendal’ in de hand. Onze held had eerst geprobeerd om het zwaard stuk te slaan op de rotsen, maar het wapen was zo sterk dat de rots spleet. In het chanson wordt de ziel van Roeland door engelen naar de hemel gebracht. Met de valse stiefvader Ganelon loopt het vanzelfsprekend slecht af: hij wordt ontmaskerd, gefolterd en gevierendeeld.
Het heldenepos wilde Roeland neerzetten als een rolmodel en geeft geen nauwkeurig relaas van de historische gebeurtenissen. Vandaag zou de Frankische aanvoerder wellicht doorgaan voor een gewelddadige witte man die te macho was om hulp te vragen. Tegen moslims vechten is sowieso niet politiek correct. In de middeleeuwen was een christelijke ridder die zijn lot aanvaardde en dapper streed tot het bittere einde, wél een voorbeeld. Van Spanje tot in Klein-Azië vochten christenen tegen de oprukkende islam en er was nood aan heldhaftige voorbeelden.
Historici zijn het niet eens over wat er nu precies gebeurd is, en zelfs niet over het tijdstip of de plaats. De aanvallers waren wellicht geen Saracenen, maar Basken die wraak wilden nemen voor de verovering van Pamplona of de buit wilden recupereren. Roncevalles is daarmee ook een belangrijke plek voor het Baskische nationalisme. De Basken herdenken niet de heldendaden van Roeland, maar hun eeuwenoude verzet tegen vreemde indringers. Het feit dat Roncevalles vlakbij de staatsgrens ligt die hun land in tweeën deelt, draagt bij tot de symboliek van de plaats. Meer dan duizend jaar lang zijn de Europeanen opgegroeid met het verhaal van de dappere Roeland. Het epos heeft duizenden ridders als voorbeeld gediend. De befaamde auteur Tolkien zou zich door het verhaal van Roeland hebben laten inspireren toen hij Boromir op de hoorn van Gondor liet blazen. Als u ooit in de buurt zou zijn, moet u dus zeker een bezoek brengen aan die bergpas waar één van de mooiste verhalen uit de Europese cultuurgeschiedenis is ontstaan.
KARIM VAN OVERMEIRE
EDITORIAAL
Redactie & beheer:
Uitgeverij ’t Pallieterke
Lagesteenweg 5 bus 1, 1850 Grimbergen Tel. : 03-232 14 17
Abonnementen/administratie: secretariaat@pal.be
Lezersbrieven: lezersbrieven@pal.be
Abonnementen binnenland Abonnement buitenland: 3 maanden: 58,5 euro Tarieven afhankelijk van de 6 maanden: 117 euro bestemming. Alle inlichtingen 1 jaar: 234 euro op de kantoren. Steunabo 1 jaar: 350 euro
Het abonnementsgeld kan overgeschreven worden op volgend rekeningnummer met vermelding van uw naam en adres: BE82 4096 5194 9168 BIC KREDBEBB
Elke week op donderdag in uw krantenwinkel
Oud-hoofdredacteurs:
Bruno De Winter (1945-1955, stichter), Jan Nuyts (1955-2000), Leo Custers (2000-2010), Karl Van Camp (2010-2020) Kernredactie: Stijn Derudder (hoofdredacteur), Jurgen Ceder, Simon Segers, Wannes Neukermans, Anton Schelfaut, Karl Van Camp Verantwoordelijke uitgever: Wart Van Schel Foto's: Belga, Photonews, Shutterstock
Met de volle aandacht die de Olympische Spelen krijgen, lijkt het alsof er in de rest van de wereld een relatieve stilte heerst. Maar dat is slechts schijn. Er zijn niet alleen de spanningen in het Midden-Oosten, ook de onzekerheid en de schommelingen op de beurzen wijzen op een grote economische bezorgdheid. En na komend weekend wordt Frankrijk met zijn eigen politieke instabiliteit geconfronteerd.
Het was zo in de Griekse Oudheid en het is in theorie de bedoeling dat dat ook vandaag nog van toepassing zou zijn. We hebben het over het concept van de olympische vrede, die bepaalt dat er aan het begin van de Spelen een soort van heilige wapenstilstand wordt afgekondigd en de oorlogen wereldwijd een pauze nemen. Het is een misverstand te denken dat dat voor de gehele periode van het sportevenement geldt. Aanvankelijk was er sprake van een vrede van vijf dagen, later zelfs van drie maanden. De bedoeling was dat bezoekers en atleten op een veilige manier naar Olympia zouden kunnen afreizen en ook ter plaatse beschermd zouden zijn. Conflicten zouden de Spelen intern niet mogen verstoren of overschaduwen. Is dat het geval in 2024 met de Spelen in Parijs? Het lijkt van niet. We gaan het hier niet hebben over atleten uit Arabische landen die weigeren een hand te geven aan hun Israëlische tegenstanders. Of Oekraïners die hetzelfde doen met atleten die de (Wit-)Russische nationaliteit bezitten.
Vanaf volgende week zal de politieke klasse opnieuw geconfronteerd worden met de realiteit van een instabiele Vijfde Republiek
Wel over de internationale spanningen die blijven aanhouden en het wapengekletter dat niet stopt. De oorlog in Oekraïne duurt gewoon voort. Net als tijdens de Olympische Winterspelen in Sotsji in 2014, toen er aan de oostkant van Oekraïne al de facto oorlog werd gevoerd. En kort na die Winterspelen annexeerde Poetin de Krim.
Spierballengerol van Iran
Waar iedereen nu naar uitkijkt, is de reactie van Iran na de geslaagde aanslag op de Hamas-leider in Teheran. Een nieuwe vernedering die het mollah-regime niet zomaar kan laten passeren. Verbaal is het spierballengerol al begonnen met dreigingen van de opperste leider Ali Khamenei. Misschien is het al zover als u dit leest: internationale waarnemers verwachten een soort van ‘aanval’ zoals in april, toen Iran raketten en drones afvuurde op Israël. Zonder succes trouwens, want het gigantische luchtschild beschermt de Joodse staat tegen elke aanval.
Wat wel een verschil zou zijn met april, is dat Teheran druk zet op de Arabische landen in de regio om zich volledig afzijdig te houden in het conflict en bijvoorbeeld Israël niet te waarschuwen. De toenadering tussen Tel Aviv en Riyad, en dus het regime in Saudi-Arabië, is bekend.
Betekent dat een regionale oorlog? Wellicht niet, maar onder andere Rusland is bezorgd over wat een aantal militaire clashes tussen Iran, Israël en de ‘proxy’s’ in Libanon (Hezbollah) en Syrië kunnen betekenen. Een echte destabilisatie van de regio valt niet te verwachten. Toch niet geopolitiek. Economisch is dat anders.
Verontrustende economische signalen
Indien de Houthi-rebellen als bondgenoten van Iran opnieuw beginnen met hun guerrilla-acties in de Rode Zee, dan is dat slecht nieuws voor de internationale logistieke aanvoerlijnen. Dat kan leiden tot een groeivertraging en een recessie; een vrees die nu al aanwezig is. Begin deze week kwamen er toch verontrustende economische signalen met verschillende beurzen die zwaar op verlies openden. 2 tot 3 procent ‘in de min’ in Europa en de VS, meer dan 10 procent in Japan. Waarna weliswaar enig herstel volgde, maar hier kunnen we toch spreken van een soort van kanarie in de economische koolmijn. De aandelenkoersen daalden, omdat men in de VS vreest voor een recessie en het rentebeleid van de verschillende centrale banken onduidelijk is. Zal men, nu de inflatie minder sterk is, kiezen voor een rentebeleid dat expansiever is? Lees: sneller en meer rentedalingen? Het is daarop dat de financiële markten hinten. In Japan was de beursklap een gevolg van een tweede rentestijging op korte tijd. Dat hebben beleggers niet graag. Hogere rente betekent meer kosten voor bedrijven met hogere schulden en maakt beleggen in aandelen minder interessant dan in andere producten als obligaties. Nu kan het geen kwaad die schommelingen met enige ratio en afstand te bekijken: de beurzen waren gewoon wat overgewaardeerd. Maar de vrees voor een recessie is iets dat we niet zomaar opzij mogen schuiven. Bedrijven boeken nog interessante winsten. Niettemin lijkt zich een economische vertraging aan te dienen.
Ook slecht
nieuws voor Bart De Wever
Onder andere in Duitsland slaagt men er niet in de economische motor opnieuw te doen aanslaan. De overgang van een economie gebaseerd op goedkoop Russisch gas is en blijft moeilijk. Net als de omschakeling naar een koolstofarmere economie.
Hogere rente betekent meer kosten voor bedrijven met hogere schulden
Zoals bekend, is Duitsland de motor van de Europese economie en als die begint te sputteren, heeft dat ook gevolgen voor België, aangezien Duitsland onze belangrijkste handelspartner is. Een recessie bij de oosterburen voelen wij ook. En dat zou slecht nieuws zijn voor formateur Bart De Wever. Kort voor de verkiezingen kwam de Nationale Bank met voorspellingen dat de volgende regering zou kunnen genieten van enige economische rugwind. Dat is ondertussen een al te optimistische voorspelling. Een groeivertraging of zelfs recessie zou de budgettaire situatie nog verder kunnen doen verslechteren.
Frankrijk onder een stolp
Daar komt nog bij dat in Frankrijk, de tweede economie van de Europese Unie, de investeringsbereidheid van bedrijven een knauw heeft gekregen. Een onzekerheid die het gevolg is van de recente parlementsverkiezingen. Er is in de Assemblée nationale geen enkele politieke meerderheid te vinden. Vanaf volgende week zal de politieke klasse in Parijs opnieuw geconfronteerd worden met de realiteit van een instabiele Vijfde Republiek, voor een belangrijk deel het gevolg van het narcistische gedrag van president Emmanuel Macron. Ondertussen leeft men er onder een stolp, gebiologeerd door de sterke prestaties van de Franse topzwemmer Léon Marchand op de Spelen. En door de - het moet gezegd - prachtige reclame die men maakt voor de lichtstad door allerlei toeristische trekpleisters in de schijnwerpers te zetten. Op maandag 12 augustus, of zeker na 15 augustus, wordt het daar echter een pijnlijk ontwaken. Met een postolympische politieke en economische kater.
De beurzen waren gewoon wat overgewaardeerd
Drie meisjes, van 6, 7 en 9 jaar, zijn overleden aan hun verwondingen. Acht andere kinderen en twee volwassen werden in het ziekenhuis opgenomen. Sommigen verkeren nog steeds in kritieke toestand. Ze werden, tijdens een dansfeestje gewijd aan de muziek van Taylor Swift, in het Britse arbeidersstadje Southport met een mes aangevallen door een jongeman van Rwandese afkomst.
De boosheid om de gewelddadige dood van de kinderen sloeg om in straatprotest, eerst in Southport zelf, daarna in Londen en andere Britse steden. De betogingen ontaardden hier en daar in rellen en vandalisme. Onder andere een asielcentrum en een moskee werden geviseerd. Via sociale media werd eerst het bericht verspreid dat de dader een moslim was die recent per boot was aangekomen. Later bleek het om een Rwandees van de tweede generatie te gaan.
Wie waarschuwt, is zelf schuldig
“Farage en co zijn medeschuldig aan geweldgolf” was de titel van het editoriaal dat De Standaard heeft gewijd aan de onlusten. Inge Ghijs beweerde in dat stuk: “Dat sommige Britse politici van Reform, onder wie Farage, die haat ook nog aanwakkerden door misinformatie over de dader te bevestigen, maakt hen medeschuldig aan de geweldgolf.” Dat is een pertinente leugen. Nigel Farage heeft op geen enkel moment foute informatie over de dader verspreid. Hij heeft de rellen ook verschillende keren veroordeeld.
Wat Farage door sommigen wordt kwalijk genomen, is dat hij heeft gewaarschuwd dat de onrusten nog kunnen uitbreiden, wat uit zijn mond blijkbaar als een aanmoediging geldt. Het is belangrijk de ratio in die beschuldigingen te zien. Wie in de politiek durft te waarschuwen dat het maatschappelijk weefsel wordt aangetast door massamigratie, krijgt geen gelijk wanneer die voorspelling correct blijkt. Integendeel, via dat perverse mechanisme wijt men elke mislukking van het multiculturele experiment aan autochtoon racisme dat net is uitgelokt door immigratiekritische politici.
Het is niet dat er in Europa nog geen rellen zijn geweest die erop wijzen dat de multiculturele samenleving niet werkt. Het is echter hoogst uitzonderlijk dat het straatprotest uitgaat van autochtone blanken. De reden waarom dat in het VK anders is, is echter niet een immigratiekritische partij die dat uitlokt. In tegenstelling tot andere Europese landen bestaat een dergelijke partij niet in het VK. Recent is er wel Reform van Farage, maar die partij schrikt terug voor het uitgesproken antimigratieprofiel van de Europese verwanten. Het heeft er dus eerder van weg dat het net kiezers zijn die geen hoop op democratisch gestuurde verandering kunnen koesteren, die dan maar naar andere middelen grijpen.
Wanneer het bestel de kiezer negeert
Bij elke gelegenheid die hem werd geboden, heeft de Britse kiezer nochtans duidelijk gemaakt dat het stopzetten van de ongebreidelde immigratie zijn eerste politieke prioriteit is. Dat was de reden waarom hij voor de onmogelijk geachte Brexit stemde. Dat was ook, zo blijkt uit alle opinieonderzoek, waarom hij de Conservatie-
ve Partij bij de voorlaatste verkiezingen een ruime meerderheid heeft gegeven. Die partij hield echter - voor de zoveelste keer - haar belofte niet. In 2023 kwamen bijna een miljoen mensen het land binnen. De combinatie van de eigenaardigheden van het Britse kiessysteem en de afkeer voor de in gebreke blijvende Conservatieve Partij, hebben in juli voor het merkwaardige resultaat gezorgd dat de linkse Labourpartij van Keir Starmer, die het nauwelijks beter deed dan in 2019, nu toch een comfortabele meerderheid in het Lagerhuis kreeg. Het Rwandaplan van de Tories, het enige dat enig effect leek te hebben op de instroom, zal door Starmer worden afgeschaft. Zijn populariteit is sinds de moorden en de rellen met 16 procent gedaald, maar zonder mirakel zullen de Britten nu vijf jaar opengrenzenbeleid moeten ondergaan. De wanhoop over een politiek bestel dat systematisch de wil van de kiezer negeert, is begrijpelijk.
Het protest is erger dan de moorden
Het is merkwaardig hoe snel de persaandacht wegdreef van de drie doodgestoken jonge meisjes. De verontwaardiging ging vanaf de tweede dag alleen nog over de protestacties. Dat sommige betogers zich baseerden op de leugen dat de dader een recente islamistische immigrant was, werd de overheersende invalshoek van de berichtgeving. De pers counterde die onwaarheid eerst met de mededeling dat de verdachte geboren is in Cardiff, wat de indruk wekte dat we met een Welshman te doen hebben.
Nu voor één keer de relschoppers autochtone Engelsen zijn, veranderen de spelregels
Het was opvallend dat toen niets anders over het profiel van de dader werd meegegeven. Zelfs de conservatieve Spectator schakelde de commentaarsectie uit bij een artikel over de zaak. Dan weet je genoeg: de dader is geen autochtoon. The Telegraph verbrak uiteindelijk de stilte en vermeldde dat de verdachte een 17-jarige van Rwandese afkomst is. Als de pers er een gewoonte van maakt om de allochtone afkomst van daders te verzwijgen, zet die zelf de deur wagenwijd open voor speculatie. Het zegt ook veel over de staat van onze beschaving dat protestacties die uiteindelijk alleen tot materiële schade en lichte verwondingen hebben geleid meer verontwaardiging bij het bestel opwekken dan de brutale moord op drie kleine meisjes met een keukenmes. Brendan O’Neill op Spiked: “Nu deze afschuwelijke week ten einde loopt, is het moeilijk om de conclusie te vermijden dat we worden geregeerd door mensen die meer bang zijn voor de woede van de massa na onmenselijke daden dan voor de onmenselijke daden zelf.”
Het gaat over meer dan Southport
Degenen die nu hun morele superioriteit pogen aan te tonen over de domme reacties van Engelse plebejers, negeren ook dat de boosheid over veel meer dan de moorden van Southport gaat. De Britten hebben niet alleen het gevoel dat ze hun land snel aan het verliezen zijn, maar ook dat ze er als tweederangsburgers worden behandeld. Die indruk is niet onterecht. Niets toont het morele verval van het Britse bestel beter aan dan het schandaal van de ‘grooming gangs’. Britse overheden hebben toen jarenlang weggekeken van het prostitueren van duizenden minderjarige Engelse meisjes door Pakistaanse bendes, omdat ze ‘spanningen tussen de gemeenschappen’ wilden vermijden.
Ik heb ook nog niemand horen pleiten voor meer straathoekwerkers die moeten luisteren naar de grieven van de Engelse autochtonen
Toen had er betoogd en geprotesteerd moeten worden, massaal en vreedzaam. Het gebrek aan behoorlijke politieke omkadering aan de rechterzijde liet dat niet toe. Net zoals nu, wanneer de pot overkookt, er niemand kan verhinderen dat dom vandalisme en geweld - dat wel degelijk strenge afkeuring verdient - pers en politiek de gelegenheid bieden de legitimiteit van het ongenoegen van de hand te wijzen. Ook de reacties op de rellen zelf tonen het beleid van de twee maten en de twee gewichten aan. We zagen de laatste dagen een ander gezicht van linkse politici, die plichtmatig steeds alle rellen en vandalisme veroordelen, maar tegelijk altijd toch wel begrip tonen voor de reden van het ongenoegen, zeker als relschoppers zich kanten tegen Israël, de politie of het ‘institutioneel racisme’. Terwijl in 2020 betogers van Black Lives Matter nog standbeelden aan het neerhalen waren in verschillende Britse steden omwille van de dood van een zwarte misdadiger aan de andere kant van de oceaan, liet Keir Starmer zich knielend fotograferen, als solidariteitsbetuiging met de betogers.
Two Tier Keir
We hoorden Starmer ook niet over de rellen van twee weken geleden in Harehills, een wijk in Leeds die model staat voor de werkelijkheid van een multiculturele samenleving: verschillende minderheden die moeizaam naast elkaar leven, in parallelle gemeenschappen, elk met hun eigen waarden, elk met hun eigen levenswijze. Toen een aantal zigeunerkinderen door de jeugdzorg werden weggehaald van bij hun ouders, werd dat aangevoeld als een inbreuk op hun culturele autonomie en leidde dat tot rellen met verschillende migrantengroepen, waartegen de onrust in Southport klein bier was. De politie beantwoordde het geweld niet, maar koos voor een tactische terugtocht, waarna het
aan lokale leiders werd overgelaten de rust te herstellen.
Een week eerder waren er ook rellen in ander multicultureel paradijs, de Londense wijk Whitechapel, met enkele honderden Bengalen, waarbij verschillende politieagenten gewond geraakten. Ook toen hoorden we geen politieke reacties.
Nu voor één keer de relschoppers autochtone Engelsen zijn, veranderen de spelregels echter helemaal. Geen enkel begrip, hard politieoptreden, algemene afschuw. Keir Starmer hield een toespraak waarin hij de betogers ordinaire criminelen en extreemrechtse boeven noemde en aankondigde dat zij zonder genade zullen aangepakt worden via snelrecht en een nationaal actieplan. Op sociale media leverde het hem de bijnaam ‘Two Tier Keir’ op (vrij vertaald als ‘Twee Maten Keir’).
“Een beslissing waarover ze nooit werden geraadpleegd”
Drie kinderen zijn vermoord. Als je daar niet boos van wordt, mogelijk zelfs razend, moet je van niets boos worden. Het is fout amok te maken en je woede te koelen op de politie of andere onschuldigen, maar waarom was er ook niet een beetje begrip over wat de rellen heeft geïnspireerd?
Ik moet dan terugdenken aan Benjamin Dalle die ons in 2020 vermaande niet te veel in “zwart-wit” te denken over degenen die in 2020 rel schopten naar aanleiding van de accidentele dood van de jonge Adil. Hij had het had het toen over de “diepe frustratie en woede” van “jongeren die opgroeien in armoede, in veel te kleine appartementen, zonder tuinen, zonder toegang tot internet, al te vaak ook zonder perspectief”. Bij de Britse pers en de politiek was niets van dat begrip terug te vinden voor de Engelse jongens uit arbeidersgezinnen die op straat kwamen. Ik heb ook nog niemand horen pleiten voor meer speelpleintjes of straathoekwerkers die moeten luisteren naar de grieven van de Engelse autochtonen.
In 1968 hield het Britse Conservatieve parlementslid Enoch Powell zijn legendarische ‘Rivers of Blood’-speech als waarschuwing voor de gevolgen van immigratie (die toen nog beperkt was tot 50.000 nieuwkomers per jaar). Hoewel toen uit een peiling bleek dat driekwart van de Britten het met hem eens was, werd hij voortaan een paria voor het politieke bestel. Over de Engelsen zei hij toen, heel correct, zoals nu blijkt: “Om redenen die ze niet konden begrijpen, en als gevolg van een beslissing bij verstek, waarover ze nooit waren geraadpleegd, werden ze vreemdelingen in hun eigen land.”
JURGEN CEDER
Volgende week donderdag is een feestdag, wat betekent dat de dagbladhandels gesloten zijn en de postbode even niet op stap gaat. Daarom zal ’t Pallieterke al op woensdag 14 augustus beschikbaar zijn in de dagbladhandel. Onze kantoren zijn gesloten op 15 en 16 augustus.
Komende maand krijgen de burgers die een jaar geleden hebben ingetekend op de staatsbon van Vincent Van Peteghem (cd&v) hun geld terugbetaald. Met de intrest erbij uiteraard. Dat is 22 miljard euro plus een rentevergoeding van 610 miljoen euro. Banken azen op dat geld voor herbeleggingen. Alleen zullen de opbrengsten daarvan straks een stuk hoger worden belast.
Bijna een jaar geleden, op 5 september 2023, konden particuliere beleggers intekenen op een eenjarige staatsbon. Die had een nettorendement van 2,81 procent, een stuk meer dan de spaarboekjes. Het was een idee van minister van Financiën Vincent Van Peteghem (cd&v). Hij wou met die staatsbon de banken ertoe aanzetten de rente op het spaarboekje te verhogen, wat ook lukte. Straks eindigt de looptijd van de staatsbon-Van Peteghem. Nog eens benadrukken: er werd voor 22 miljard euro op ingetekend. Dat geld wordt dus in september teruggestort, samen met de rentevergoedingen a rato van 610 miljoen euro. Het geld komt op de spaarboekjes terecht en dus staan de banken klaar om hun klanten advies te geven over de herbelegging van die opbrengst.
Vermogenstaksen
Er dienen zich verschillende mogelijkheden aan en dat is positief. Maar tegelijk wordt de particulier geconfronteerd met de absurde Belgische vermogensfiscaliteit. Tijdens de voorbije verkiezingscampagne was te horen dat het tekort van 28 miljard euro in de begroting moest worden weggewerkt via hogere of nieuwe vermogenstaksen of belastingen op vermogenswinsten. Het was het aanhoudende discours van de politieke linkerzijde. Dat is logisch, maar men vergeet daarbij dat de belastingen of vermogenswinsten hier al zeer hoog liggen. Dat is in deze rubriek al tot vervelens toe benadrukt. En gezien de budgettaire uitdagingen lijkt het er niet op dat de toestand zal verbeteren. Ook niet met een federale regering die sociaaleconomisch wat meer centrumrechtse accenten zal leggen.
De particuliere beleggers zien hun belastingfactuur stijgen
Want men vergeet vaak dat het onder andere een centrumrechtse regering is die de vermogensfiscaliteit recentelijk heeft doen stijgen. Het beste - of pijnlijkste - voorbeeld daarvan is de roerende voorheffing op dividenden van aandelen, kasbons en gespecialiseerde spaarrekeningen allerhande. Die bedroeg goed
tien jaar geleden nog 15 procent, ondertussen is dat verhoogd naar 30 procent. Onder andere de centrumrechtse regering-Michel trok die op. Roerende voorheffing
Heel wat Belgen die hun staatsbon met rente hebben terugbetaald gekregen, zullen de komende maanden van hun bank het advies krijgen om dat geld te beleggen of op een termijnrekening te plaatsen, waarbij geld voor een bepaalde tijd wordt vastgezet en niet kan worden opgevraagd. Het levert wel een brutorente van 2,75 procent tot 3 procent of meer op, afhankelijk van de duurtijd. Er moet wel een roerende voorheffing van 30 procent op worden betaald.
De ‘fiscale ‘redding’ lijkt te komen van de klassieke spaarrekening
En dat is net het grote verschil met de Van Peteghem-staatsbon die fiscaal aantrekkelijk werd gemaakt door er een roerende voorheffing van 15 procent op te heffen. De particuliere beleggers zien dus de belastingfactuur van hun investeringen stijgen. Ze kunnen natuurlijk opnieuw beleggen in een staatsbon, hoort men al zeggen. Dat klopt, maar in tegenstelling tot vorig jaar is er geen sprake meer van een fiscaal gunstregime. Het bedraagt dus nu ook 30 procent roerende voorheffing op de nieuwe staatsbons.
Kasbons
Zijn de oude kasbons een optie? Dat zijn de bekende schuldbewijzen van een bank die op een vervaldag het bedrag en de intresten uitbetalen. Vroeger, een drietal decennia geleden, had je nog de kasbons aan toonder die ergens in een kluis of gewoon thuis in de slaapkamer werden bewaard. Met een brutorendement van 3 procent is dat aan een terugkeer bezig. Maar ook hier: de intrest wordt belast aan 30 procent. De hogere roerende voorheffing maakt dat het geld uit de fiscaal aantrekkelijke staatsbon
straks toch zwaarder wordt belast. Het toont aan hoe absurd de Belgische vermogensfiscaliteit is.
Uiteindelijk lijkt de ‘fiscale redding’ nog te komen van de klassieke spaarrekening waar de intresten belastingvrij zijn tot een renteopbrengst van 1.020 euro. Pas daarboven moet je een roerende voorheffing van 15 procent betalen. Opnieuw een voorbeeld van de weinig doorzichtige Belgische vermogensfiscaliteit. Je moet dus al een paar honderdduizenden euro spaargeld hebben vooraleer je er echt op belast wordt, terwijl de fiscus bij andere beleggingen vlug aan de deur klopt.
In tegenstelling tot vorig jaar is er geen sprake meer van een fiscaal gunstregime
Opgelet: De particuliere beleggers zien hun belastingfactuur stijgen want de Europese Commissie, het Internationaal Monetair Fonds en de OESO bepleiten al langer dat er komaf gemaakt wordt met die uitzondering van taksen op het spaarboekje. Al moet de eerste politicus nog opstaan die de fiscale vrijstelling op het spaarboekje wil afbouwen of gewoon schrappen.
ANGÉLIQUE VANDERSTRAETEN
Sinds zondagavond circuleren op sociale media verschillende foto’s van Club Brugge-supporters die tijdens Standard-Club Brugge in het uitvak de ‘Kühnen-groet’ brachten. Die groet wordt gezien als een alternatieve Hitlergroet en is onder andere in Duitsland verboden. Zelf omschrijft ultragroep North Fanatics de groet als een “nationalistisch overwinningsteken”.
Voor de wedstrijd zondagmiddag betraden een driehonderdtal jeugdspelers van Standard het veld van Sclessin, verborgen achter witte en rode maskers. Het ging om een actie tegen racisme in het voetbal. ‘Onze enige kleuren zijn wit en rood’, was het idee achter de actie van Standard Luik, verwijzend naar de clubkleuren. De supporters van Standard ondersteunden de actie met een spandoek ‘Siamo tutti antifascisti’ - ‘We zijn allemaal antifascisten’. Op de tribune werd ook een vlag van Che Guevara opgehangen. De supportersschare van Standard Luik staat bekend als eerder links. Zo zijn er banden met verschillende andere ‘Antifa’-supportersverenigingen, waaronder het Cypriotische AC Omonia Nicosia, het Israëlische Hapoel Tel Aviv en de Duitse club Sankt Pauli, die eveneens met de beeltenis van Che Guevara zwaaien.
North Fanatics
Dat zorgde voor een tegenreactie van enkele tientallen meegereisde supporters van Club Brugge. Zij ontrolden een spandoek met de tekst ‘FCK ANTIFA’ en brachten de Kühnen-groet. Dat gebaar, met gestrekte duim, wijsvinger en middelvinger, geldt als een ‘moderne nazigroet’. Club Brugge, politie en het Bondsparket hebben een onderzoek geopend naar de actie van de Club Brugge-supporters. De club heeft intussen 34 fans geïdentificeerd en zegt “proactief op te treden tegen mensen die het niet waard zijn onze kleuren te dragen”. Die 34 worden voortaan geweerd op alle thuis- en uitwedstrijden van Club Brugge. Volgens Het Laatste Nieuws behoren de meesten tot de Brugse ultragroep North Fanatics 13 (NF13).
De Brugse ultragroep NF13 omschrijft de groet zelf als een “nationalistisch overwinningsteken”
NF13 geeft in een reactie aan dat het wel degelijk om een bewuste actie ging. Zij omschrijven de groet die “enkelingen” brachten echter als een “nationalistisch overwinningsteken” als tegenreactie “naar de andere dictatoriale en extremistische beweging”. Met racisme, neonazisme of antisemitisme zou het signaal niets te maken hebben, aldus NF13. “Het is al langer bekend dat Standard zich als extreemlinks uit en zijn banden met Europese Antifa-organisaties niet onder stoelen of banken steekt”, klinkt het in een verklaring. “Deze zijn gewelddadig, terroristisch en horen evenmin als nazisme thuis in onze maatschappij.”
De supporters die de groet brachten, riskeren stadionverboden tot 10 jaar en kunnen daarnaast ook gerechtelijk vervolgd worden. Club Brugge zelf riskeert ook een sanctie. Volgens de overkoepelende supportersfederatie van Club Brugge is het echter mogelijk dat sommige supporters, die niet op de hoogte waren van de actie, het gebaar onbewust maakten omdat 3 ook het stamnummer van Club Brugge is. Voetbalreglement
Volgens het voetbalreglement is het verboden om “zich in te laten met beledigende, kwetsende, provocerende en/of discriminerende teksten, symbolen, spreekkoren, gebaren en uitlatingen”. Zo kregen supporters in het verleden een stadionverbod opgelegd voor anti-joodse gezangen tijdens Club Brugge-Anderlecht. ‘Joden’ geldt als de geuzennaam voor Anderlecht-supporters. Toenmalig AA Gent-voetballer Benito Raman werd door de Belgische voetbalbond geschorst nadat hij “alle boeren zijn homo’s” zong. De supporters van Club Brugge worden ‘boeren’ genoemd. Tijdens het meest recente EK voetbal in Duitsland werd de Turkse verdediger Merih Demiral geschorst omdat hij het symbool van de Grijze Wolven bracht. Een jaar geleden werd in de Kamer de nieuwe voetbalwet goedgekeurd. Sindsdien zijn de minimum- en maximumstraffen voor supporters die zich niet aan de regels houden in de hoogte gegaan. Stadionverboden kunnen voortaan tot tien jaar gelden. Daarnaast is er ook een minimumstraf voorzien in geval van racisme en vreemdelingenhaat. Mensen die hierop betrapt worden, krijgen een stadionverbod van minstens 30 maanden en een boete van 1.500 euro. Bij antisemitische gezangen krijgen aanstichters en recidivisten een zwaardere straf.
De laatste weken werd pijnlijk duidelijk dat de Franstaligen blijkbaar veel meer dan de Vlamingen belang hechten aan voorbijgestreefde symbolen uit de negentiende eeuw. Zowat alle Vlaamse partijen willen de Senaat afschaffen, maar de Franstaligen spartelen tegen. En wanneer N-VA vluchten boven het koninklijk paleis wil toelaten, reageren de Franstalige media als door een wesp gestoken.
Om met het laatste symbooldossier te beginnen: wanneer N-VA de opheffing van de verbodszone voor vliegtuigen boven het koninklijk paleis op tafel legt, dan gaat het uiteraard niet om een republikeins accent in het eisenpakket voor de federale regeringsonderhandelingen. Die verbodszone zorgt er immers voor dat er veel meer vluchten over de Vlaamse Rand moeten gaan dan anders het geval zou zijn.
Laken
Ook voor de Franstaligen gaat het behoud van de verbodszone over veel meer dan alleen maar de bescherming van een Belgisch symbool. Wordt de verbodszone opgeheven, dan dreigen enkele dichtbevolkte wijken in Laken en Brussel immers veel meer vluchten over zich heen te krijgen dan nu al het geval is. De Franstaligen menen dan ook in het voorstel een communautaire agenda te zien van N-VA.
Hoewel bijna vijftig procent van de Vlamingen voor een V-partij stemt, blijven de Vlaamse media weigeren om de ultieme conclusie over België te trekken
Daar hebben ze natuurlijk ook gelijk in, maar met dit verschil dat het voorstel van N-VA geen maatregel is om de Franstaligen te pesten, maar een vraag om een maatregel op te heffen die de Vlamingen pest. Het is immers de onzinnige verbodszone waaraan de Franstaligen vasthouden, die de routes van hun natuurlijke baan verlegt, en niet de opheffing van de verbodszone. De reactie van de Franstaligen heeft dus een hoog ‘houd de dief!’-gehalte.
Dat de Franstaligen daarbij niet met open vizier willen vechten, maar zich gedeeltelijk verschuilen achter de veiligheid van het koninklijke domein, wekt ergernis op, maar tegelijkertijd ook verbazing. Welke Vlaamse partij zou het aandurven om met zo’n volkomen achterhaald argument te komen aandragen, met uitzondering natuurlijk van het (niet toevallig) zieltogende Groen en Open Vld? Zelfs de Vlaamse media, die zich anders maar wat graag afzetten tegenover N-VA om de Belgische constructie te verdedigen, namen deze keer niet het risico zich bij hun eigen lezers onsterfelijk belachelijk te maken door de verbodszone toch te verdedigen.
Senaat
Nog pijnlijker voor de Vlaamse verdedigers van België is de discussie over de afschaffing van de Senaat. Hier slagen de Franstaligen er zelfs in zélf toe te geven dat de Senaat geen enkele zin meer heeft, zij het impliciet. Indien de Senaat in zijn huidige vorm wel nog enig nut had, zou het immers niet nodig zijn om allerlei voorstellen te verzinnen om de Senaat een andere invulling te geven. Vooral het voorstel om de Senaat om te vormen tot een ‘burgerpanel’ wekt verbazing. Voor de Franstalige partijen is het zelfs niet nodig de Senaat nog steeds te kunnen gebruiken als opvangnet voor uitgerangeerde of bij de verkiezingen uit de boot gevallen politici, als de instelling en de naam maar in één of andere vorm blijft voortbestaan. Ook hier is er geen enkel Vlaams medium dat het waagt om toch de verdedi -
ging van de Senaat op zich te nemen. En in tegenstelling tot de verbodszone boven Laken, kan er betreffende de Senaat geen redenering opgezet worden om bij de lezer enig begrip te kunnen opwekken voor het standpunt van de Franstalige partijen. De Noord-Belgische commentatoren tasten met andere woorden volledig in het duister over de beweegredenen van hun dierbare landgenoten. Daarom ook kunnen we tussen de lijnen vooral veel ergernis lezen over het compleet onzinnige en onverdedigbare Franstalige standpunt, dat zo open en bloot illustreert dat de Belgische taalgrens veel meer is dan alleen maar een taalgrens.
Vlaamse media weigeren conclusies te trekken
Met hun onverdedigbare standpunten maken de Franstalige politici het natuurlijk niet gemakkelijk voor de Vlaamse media om België te blijven verdedigen bij
hun lezers en kijkers. De werkelijkheid van het voortbestaan van de Belgische Senaat en de verbodszone boven Laken doorkruist immers lelijk het sprookjesbeeld dat zij zo graag ophangen over de zaligmakende Belgische unie van de 21 ste eeuw. Andere voorbeelden uit die werkelijkheid zijn zowel de politiezones als de gemeentes in het Brussels Gewest, de onbeperkte duur van de werkloosheidsuitkeringen, de weigering om zelfs nog maar te beginnen aan een hervorming van de sociale zekerheid en zoveel meer. En hoewel ondertussen al bijna vijftig procent van de Vlamingen voor een V-partij stemt, blijven de Vlaamse media weigeren om de ultieme conclusie over België te trekken.
Zelfs de Vlaamse media namen deze keer niet het risico zich belachelijk te maken door de verbodszone toch te verdedigen
Daarbij hebben die Vlaamse media dan nog het geluk dat de gemiddelde Vlaming de Franstalige media links laat liggen. Je hoeft die niet eens zo vaak in te kijken om vast te stellen dat men ten zuiden van de taalgrens bij wijze van spreken niet op een andere planeet, maar in een ander universum leeft. Zo leeft de discussie over de afschaffing van de Senaat niet eens in de Franstalige media, laat staan dat men er zich zou ergeren aan het verschil in standpunt tussen de Vlaamse en de Franstalige partijen. Daar stelt men gewoon vast dat er een verschil in standpunt is, maar tegelijkertijd ook dat er een bijzondere meerderheid nodig is om een verandering door te voeren, en die is er nu eenmaal niet. Meer hoeft dat voor hen blijkbaar niet te zijn. Als de Vlamingen zich daar ondertussen dood aan ergeren, dan is dat wat hen betreft niet hun probleem, maar uitsluitend een probleem voor de Vlamingen.
FILIP VAN LAENEN
Brussel is niet meer in staat om zijn problemen op te lossen
Twee maanden na de verkiezingen kunnen de regerings-onderhandelingen aan Franstalige kant tussen MR, PS en Les Engagés eindelijk van start gaan. Aan Nederlandstalige kant lijkt de impasse compleet. Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (BHG) stevent op de afgrond af. Terwijl het nood heeft aan een krachtige hervormingsregering, blijven de kortzichtige partijbelangen primeren.
Bij een coalitie tussen Groen, Vooruit en Open Vld dreigt cd&v als kleinste partij naast een van de drie Brusselse ministerposten te grijpen. Een coalitie met Team Fouad Ahidar lijkt dan weer onmogelijk. Bovendien dreigt de compromissencultuur de politieke agenda opnieuw te bepalen, terwijl het water de Brusselaars aan de lippen staat. Een recent rapport van de Universiteit van Namen maakte duidelijk dat de uitgaven momenteel structureel 1,3 miljard te hoog liggen, op een totaal van 5,7 miljard aan inkomsten.
Socialistisch wanbeleid
Onder de vorige regeringsploeg zijn de schulden zowat verdubbeld en dreigen die te exploderen naar 300 procent van de inkomsten. De Brusselse regering heeft zich de afgelopen jaren bezondigd aan peperdure prestigeprojecten die het zich niet kan permitteren, zoals Metro 3 en Belgian Beer World, terwijl het niet eens de veiligheid op straat kan garanderen. Vorig weekend viel er weer een slachtoffer na een schietpartij aan de Stalingradlaan.
Van alle Europese hoofdsteden is het risico op sociale uitsluiting of armoede in Brussel het hoogst
De vuilnisophaaldiensten van Net Brussel weigeren in de Brabantwijk - achter het Brusselse Noordstation - nog vuil op te halen. De criminele overlast door de drugshandel spreekt tot de verbeelding. Door talrijke schietincidenten met doden en gewonden zijn bepaalde volkswijken veranderd in no-gozones.
Door het socialistische wanbeleid van de afgelopen jaren verlaat de middenklasse de stad en keren steeds meer bedrijven Brussel de rug toe. Het BHG zal drastisch moeten besparen, maar kan je een kei het vel afstropen? Gezien de grote noden wat betreft veiligheid, mobiliteit, renovatie van het oude woningenbestand, sociale woningen, infrastructurele werken en de openbare veiligheid betekent besparen politieke zelfmoord.
Broekzak-vestzak
Om de budgettaire nood te lenigen, zou Brussel tienduizenden mensen aan het werk moeten krijgen, maar door de dramatische sociaaleconomische situatie is dat een verhaal op heel lange termijn. Zowat 40 procent van de Brusselse bevolking op arbeidsleeftijd is niet aan de slag. Van alle Europese hoofdsteden is het risico op sociale uitsluiting of armoede in Brussel het hoogst.
Om die mensen naar de arbeidsmarkt te draineren, zal er een krachtdadige regering en een uitgekiende administratie nodig zijn. Beiden vormen momenteel een natte droom. Een rapport van het Rekenhof liet van de werking van de Brusselse administratie geen spaander heel.
Bovendien moet er flink aan de architectuur van de Brusselse instellingen worden gesleuteld. In het BHG zijn er negen overheden en zes wetgevers. Dat heeft tot gevolg dat iedereen mag beslissen, maar dat niemand verantwoordelijk is. Zo telt het Brussels Parlement heel wat gemeentemandatarissen die uiteindelijk zichzelf moeten controleren. Die broekzak-vestzakoperatie vormt één van de oorzaken van de budgettaire ontsporingen. Het is vrijwel een illusie te denken dat het uitgebreide kleurenpallet aan partijen in Brussel orde op zaken zal stellen. Aan Franstalige kant wordt de Parti Socialiste aan boord gehesen. Het verlanglijstje ligt al klaar. Aan Vlaamse kant is de situatie geblokkeerd. Toch kunnen we het BHG niet aan zijn lot overlaten. Brussel mag dan al een stad zijn met derdewereldallures, het is en blijft een venster op de wereld met grote internationale uitstraling. Bovendien ligt het BHG helemaal in Vlaanderen. Als het Brusselse potje overkookt, dan komt de smurrie in Vlaanderen terecht. Confederale tekentafel
Ooit verklaarde Frank Vandenbroucke dat zonder Brussel België al lang zou zijn gesplitst. Brussel is en blijft de olifant in de confederale kamer. Vlaams Belang pleit voor een nauwere band met Vlaanderen op zoveel mogelijk niveaus. Maar we moeten niet naïef zijn. Met de Brusselnorm investeert Vlaanderen al heel veel, maar heeft
het weinig in de pap te brokken. Daarom moet het BHG zeker op de confederale tekentafel terechtkomen en dient het intussen onder toezicht van de federale overheid te komen.
Om Brussel van een structureel faillissement of een bestuurlijke chaos te redden, zouden grondige hervormingen en een stevig beleid kunnen worden opgelegd, zoals: de strikte naleving van de taalwetgeving, een grondige sanering van de Brusselse instellingen, een duidelijk mobiliteitsbeleid, woonbeleid, veiligheidsbeleid en een degelijk sociaal en ruimtelijk ordeningsbeleid. Bovendien zou dat plan dan een opstap kunnen betekenen naar een confederale omwenteling van de federale architectuur.
JULIEN BORREMANS
Nooit eerder duurde de vorming van de Brusselse regering zo lang. Vooral aan Nederlandstalige zijde zit het vast: de druk op formateur Elke Van den Brandt (Groen) neemt alsmaar toe, zeker nu PS aan Franstalige zijde aan boord gehesen is.
In 2014 duurde het 56 dagen om de regering-Vervoort II te vormen. Brussel kent gewoonlijk een relatief korte regeringsvorming, maar deze keer lijkt het muurvast te zitten. Aan Franstalige zijde lijken MR, Les Engagés en PS de meerderheidspartijen te worden. De Franstalige socialisten gaven hun Brusselse voorzitter Ahmed Laaouej de toestemming om de gesprekken op te starten. Formateur David Leisterh (MR) stelt startnota’s op voor de inhoudelijke onderhandelingen.
Amper gesprekken
Aan Nederlandstalige zijde liggen de kaarten heel wat moeilijker. Volgens formateur Elke Van den Brandt is er “op dit moment geen bereidheid voor een coalitie met drie of vier partijen”. Met Team Fouad Ahidar willen de andere partijen niet samenwerken. Van den Brandt gaat momenteel voor een coalitie met Groen, Open Vld, Vooruit en cd&v. Over Van den Brandt als formateur komt er wel wat frustratie naar buiten, omdat er amper inhoudelijke gesprekken zijn.
Om cd&v toch aan boord te krijgen, zou Van den Brandt een extra ‘regeringscommissaris’ aanstellen
De christendemocraten staan daar echter niet voor te springen: aan Nederlandstalige zijde zijn er in de Brusselse regering amper drie posten, namelijk twee ministers en een staatssecretaris. Om cd&v toch aan boord te krijgen, zou Van den Brandt een extra ‘regeringscommissaris’ aanstellen. Welke bevoegdheden die zou krijgen, is onduidelijk. Daarom zegt Brussels cd&v-kopstuk Benjamin Dalle momenteel dat hij de paars-groene meerderheid, waartegen zijn partij de afgelopen jaren oppositie voerde, niet wil depanneren. De christendemocraten verkiezen dus een oppositiekuur en vragen zich af waarom Groen niet naar N-VA kijkt, die de op een na grootste partij van de coalitie zou zijn.
De eerste oproepingsbrieven voor bijzitters bij de lokale verkiezingen van 13 oktober zijn verzonden. Wie op 9 juni opgeroepen werd, kan opnieuw een brief krijgen.
Voor digitale stembureaus worden in totaal vijf bijzitters en vijf plaatsvervangers opgeroepen. In bureaus waar nog op papier gestemd wordt, zijn het er vier. Het is een magistraat die bepaalt wie er als bijzitter en voorzitter van een stembureau wordt uitgeloot. Voorzitters moeten een bepaald beroep uitoefenen, zoals leerkracht, notaris en ambtenaar. Voor de bijzitterslijst kan iedere stemgerechtigde opgeroepen worden. Vooralsnog krijgen mensen die op 9 juni al zijn opgeroepen, geen vrijstelling. Daar
komt binnenkort echter verandering in: sinds de verkiezingen van 9 juni houdt men bij wie in een stem- of telbureau gezeteld heeft. Het is een magistraat die bepaalt wie er als bijzitter en voorzitter van een stembureau wordt uitgeloot
Werkgevers willen het huidige systeem van verloning op basis van anciënniteit afschaffen. Dat blijkt uit een studie van Acerta Consult. 75 procent wil evolueren naar een salaris volgens prestaties en competenties van de werknemers, in plaats van op basis van de leeftijd en ervaring.
Aan de studie van de hr-expert naar de loontevredenheid in België namen ruim 2.700 werknemers en 500 werkgevers deel. Uit de studie blijkt dat de meeste werknemers tevreden zijn over hun loonpakket: gemiddeld geven ze hun salaris een score van 7 op 10. De zekerheid van het geld dat maandelijks gestort wordt, is volgens het onderzoek een van de belangrijkste criteria. 85 procent van de werknemers wil weten hoeveel hij of zij iedere maand zal verdienen én hoe dat loon de komende 5 tot 10 jaar zal evolueren.
Momenteel werkt 78 procent van de bedrijven nog met barema’s
Weyts wil belangenconflict opstarten tegen “ezelsstamp” van Gilkinet
Minister van Vlaamse Rand Ben Weyts wil een belangenconflict opstarten tegen de beslissing van federaal minister van Mobiliteit Georges Gilkinet om Boeing 777-toestellen van DHL niet langer ’s nachts op te laten stijgen en te laten landen. “Op weg naar de uitgang trapt Gilkinet nog na naar een florissant in Vlaanderen gevestigd bedrijf”, foetert Weyts.
Midden juni - na de verkiezingen - schreef minister van Mobiliteit Georges Gilkinet (Ecolo) een instructie uit die ervoor zorgt dat DHL niet langer nachtvluchten mag uitvoeren met de Boeing 777. De afgelopen 10 jaar kreeg het pakjesbedrijf een uitzondering in de regelgeving voor nachtvluchten. Omdat het over grote toestellen gaat, hoeft DHL ze niet helemaal vol te laden en daardoor is er minder geluidsoverlast. Die uitzondering schrapt Gilkinet nu.
Volgens Weyts gaat het dan ook om “een symboolstrijd van een niet-herkozen minister die al aan de gemeenteraadsverkiezingen denkt”
Dat zorgt voor problemen bij het grootste pakjesbedrijf dat actief is op Zaventem. Zij zullen hun Boeing 777 moeten vervangen met de kleinere Airbus A300, die dus voller geladen moet worden. Volgens het kabinet-Weyts kan de geluidsoverlast daardoor met 60 procent stijgen: de beslissing van Gilkinet mist dus volledig haar doel.
Belangenconflict
Weyts zal nu aan zijn collega-ministers vragen om een belangenconflict in te roepen tegen het besluit van Gilkinet. Die laatste legde eerder al een uitdrukkelijke vraag van premier De Croo om de beslissing te schrappen, naast zich neer. Volgens Weyts gaat het dan ook om “een symboolstrijd van een niet-herkozen minister die al aan de gemeenteraadsverkiezingen denkt”.
De Vlaamse minister omschrijft de demarche van Gilkinet als een
En het is net dat systeem waar de meeste werkgevers vanaf willen. Momenteel werkt 78 procent van de bedrijven nog met barema’s: wie langer in dienst is, ziet zijn loon automatisch stijgen. Slechts 26 procent van de bedrijven wil die anciënniteit nog behouden. In de plaats daarvan willen werkgevers hun personeel op basis van prestaties, vaardigheden en competenties verlonen.
ezelsstamp. “DHL is een in Vlaanderen gevestigd bedrijf, dat werkgelegenheid verschaft aan 1.600 vaak laaggeschoolde mensen én veel inspanningen doet om geluidsoverlast te beperken. Iets waar trouwens ook de nieuwe omgevingsvergunning voor de luchthaven op aanstuurt”, zegt Weyts. “Vanuit Vlaanderen hebben we de belangen van de luchthaven én de omwonenden altijd verdedigd. We moeten dat nu opnieuw doen.”
U kunt de klok erop gelijk zetten, waarde lezer, dat er in de maand augustus weer volop nieuws zal zijn over rellen en ambras in zwembaden, op stranden, op foren, op dorpsfeesten en in treinen. De ‘usual suspects’ worden door de gazettekes van het Vlaamse mediakartel liefkozend omschreven als ‘jongeren’ en als ‘Brusselaars’, maar na een paar decennia weet zelfs de meest intellectueel uitgedaagde lezer inmiddels dat het in die ‘faits divers’ steevast om Marokkanen gaat. Ze opereren altoos in roedels, hebben dezelfde opgeschoren haartjes en pronken schaamteloos met queeresque schoudertasjes van Gucci, die vermoedelijk dienen voor de opslag van diverse soorten drugs en lippenstift.
In het prille begin van mijn journalistieke loopbaan - in 1991 - was ik nog belijdend lid van de linkse kerk en schreef ik een enorm verhaal voor het Nederlandse weekblad Intermediair over de nieuwe generatie Marokkanen waarmee het goed zou komen, na al het gedonder met hun ouders. Ik had een rondje gemaakt langs tientallen sociaal werkers en andere deskundigen op het gebied van de Marokkanenproblematiek en de stemming was, zoals altijd in Amsterdam als over het etnische spanningen gaat, opgetogen.
Ik begrijp werkelijk niet hoe de kranten van Mediahuis en DPG al decennialang hun ogen sluiten voor het Marokkanendrama
Een goed voorbeeld van die struisvogelpolitiek is het vernietigende rapport over het systematisch rammen van potten en poten door Marokkanen, dat stoemelings verdween in de lade van het bureau van kameraad Rutger Groot Wassink, de wethouder (schepen) van Omvolking in Pyongyang aan de Amstel, zoals ik Amsterdam graag noem.
Zestien jaar later corrigeerde ik mijn naïeve bevindingen over het Marokkanendrama - een jeugdzonde wat mij betreft - live in het Journaal van TV Brussel, waar ik was uitgenodigd om mijn boek Brussel Eurabia te promoten. Prompt belandde ik op de zwarte lijst van de Vlaamse media.
‘Het Marokkanendrama’ van journaliste Fleur Jurgens kwam precies in die periode uit en de linkse kerk en politiek correct Nederland en Vlaanderen negeerden het boek of kraakten het af. Fleur was een roepende in de woestijn, maar het boek was een teken aan de wand, want het jiha distendrama, het Berberijnse drugskarteldrama in Antwerpen en Rotterdam, de gruwelijke aan slagen in Parijs en Brussel in 2015 en 2016, de plofkrakerspandemie en het gejubel over de slachtingen op 7 oktober moesten nog komen.
Ik begrijp werkelijk niet hoe de kranten van Mediahuis en DPG al decennialang hun ogen sluiten voor het Marokkanen drama. Het mantra ‘extreemrechts niet in de kaart spelen’ is ver sleten en heeft net als de schutkring rond Vlaams Belang en PVV niet gewerkt. Integendeel zelfs. Het bagatelliseren en goedpraten van Marokkaans ‘kattenkwaad’ door journa listen van het mediakartel is deerniswekkend, pathe tisch en doorzichtig. Noem het beestje bij zijn naam, dan kan er eindelijk eens naar concrete oplossingen worden gezocht.
ARTHUR VAN
In een nieuwe reeks gesprekken en video’s mocht hoofdredacteur Stijn Derudder auteur, columnist en Italiëkenner Philip Roose (1979) ontvangen. Hij is een Vlaming die al ongeveer 20 jaar woont en werkt in Italië, maar ook heel actief de Belgische politiek opvolgt. In hun eerste gesprek hebben ze het over ‘Bella Figura: Waarom de Italianen zo Italiaans zijn’, het boek dat Roose samen met de Antwerpse schrijver Joost Houtman schreef. Ook het leven als Vlaming in Italië en een blik op Rooses gezinsleven in Catánia, kwamen aan bod.
De ‘bella figura’ uit de titel verwijst niet enkel naar de ijdelheid en vestimentaire stijl van de Italianen, maar eveneens naar het voorkomen in een bredere zin. “Het is een beetje een cliché, maar het klopt wel: Italianen willen er goed uitzien. Het gaat ook om mensen goed ontvangen en zeker geen mal figuur te slaan. Ze zijn ijdel, zijn een beetje lichtgevoelighoe zuidelijker, hoe meer -, ze eten graag en nodigen graag mensen uit”, duidt Roose. Het esthetische aspect en de gastvrijheid zijn hier de kernwoorden.
Hoewel hij toegeeft dat Vlamingen ook bourgondiërs zijn, varieert volgens hem de gastvrijheid bij ons meer van individu tot individu, terwijl het eerder een cultureel gegeven is bij de Italianen. “Bij Vlamingen hangt het ervan af wie er langskomt. Het is daarentegen onmogelijk om bij een Italiaan thuis te komen zonder te blijven eten of drinken. De absolute meerderheid van de Italianen wil een goed figuur slaan, dat is het verschil een beetje.”
Dat Vlamingen ook veel minder bekommerd zijn om hun fysieke verschijning, zullen weinig mensen ontkennen. “Italianen zouden in een crisis veel eerder besparen op reizen of de woning dan op kleren en eten. Iedereen is anders, maar volkeren hebben toch gemeenschappelijke kenmerken en ik denk dat die bella figura de Italianen het meest definieert.”
Campanilismo
Italië is een jonge natie. Tot 1861 was het land verdeeld in verschillende onafhankelijke gebieden. Die regionale verdeling is ook vandaag nog sterk aanwezig. “De Sicilianen zijn een trots volk. We noemen dat ‘campanilismo’, een gevoel van verbondenheid met het eigen dorp of de eigen wijk”, aldus Roose. Die term stamt van ‘campanile’, de klokkentoren (van de parochiekerk). “Dat uit zich in een zekere rivaliteit tussen Siciliaanse steden als Catánia en Palermo, of bijvoorbeeld in Milaan tussen supporters van AC Milan en Internazionale.” Italianen zijn fier op hun lokale geschiedenis en gastronomie. “Het Romeinse aspect beperkt zich wel vooral tot Rome. Als je met een Romein in gesprek gaat, merk je dat ze als erfgenamen van het Romeinse Rijk het gevoel hebben dat ze zich niet
meer moeten bewijzen. Als bijvoorbeeld een Duitser een opmerking zou maken, dan zeggen ze: ‘2000 jaar geleden zat jij nog omhuld in een berenvel, terwijl wij in onze Romeinse thermen vertoefden’”, verduidelijkt Roose. Elke regio kent kenmerkende elementen afkomstig uit de geschiedenis of van andere culturen. In Sicilië gaat het dan bijvoorbeeld om Griekse en Arabische invloeden, in Toscane dan weer om de renaissance. “Ze hebben allemaal die lokale trots, maar maken wel deel uit van de Italiaanse natie.”
Vlaamse identiteit
De eerdergenoemde bella figura is desondanks niet de reden dat Roose 20 jaar geleden besloot om zich in Italië te vestigen. Het was de romantiek omtrent een Italiaanse schone voor wie hij zijn Vlaanderenland voor ‘de laars’ inruilde. Roose woont sinds 2008 in Catánia en heeft drie in Italië geboren kinderen. Zijn nationale identiteit heeft daardoor vanzelfsprekend een evolutie ondergaan. “Je wordt in min of meerdere mate je omgeving. Als je wil integreren in een bepaalde gemeenschap, moet je bepaalde waarden en gedragsregels overnemen.”
Echt Italiaans voelt hij zich desondanks niet. “Ik ben een Vlaming. Misschien ben ik wel een type wereldburger, wat sommigen enkel pretenderen te zijn. Maar mijn roots liggen in Vlaanderen, in West-Vlaanderen.” Of hij hier opnieuw zou kunnen aarden, valt wel te betwijfelen. “Je neemt toch een bepaalde flexibiliteit met betrekking tot de regels over. Bijvoorbeeld betreffende parkeren. In Vlaande-
ren is alles zeer gereglementeerd, wat in Italië totaal niet het geval is, vooral niet in het zuiden.”
De regionale verdeling is vandaag nog sterk aanwezig in Italië
Rooses kinderen zijn geboren in Catánia en zijn dus Italiaanse staatsburgers. Hij spreekt met hen naar eigen zeggen geen Nederlands, hoewel ze de taal wel machtig zijn dankzij bezoeken aan het vaderland en interacties met hun Vlaamse grootouders. “Het is belangrijk voor mij dat ze Nederlands spreken en begrijpen, omdat ze zo ook gemakkelijker andere talen leren. Mijn oudste zoon en dochter spreken daarnaast ook Engels. Veel Italianen spreken niet goed Engels, maar zij wel dankzij hun kennis van het Nederlands en de meer internationale blik die ze sowieso hebben. Bij de kleinste beperkt het Nederlands zich voorlopig enkel tot begrijpen, maar daar zullen we zeker nog werk van maken met behulp van enkele verplichte vakanties bij de grootouders of bij de nonkels en tantes. Het is belangrijk dat ze met hun familie kunnen spreken en verbonden zijn met hun eigen afkomst.”
Aangezien Nederlands niet de moedertaal is van zijn nageslacht, vermoedt hij wel dat zijn toekomstige kleinkinderen geen Nederlands meer zullen kennen. “Dat is misschien ook typisch Vlaams, om zich te integreren. Bij andere culturen merk je toch dat die origine veel langer meespeelt”, aldus Roose.
De wet op de kernuitstap moet zo snel mogelijk op de schop, Doel 4 en Tihange 3 moeten langer openblijven, Doel 3 en Tihange 2 moeten voor zover mogelijk opnieuw worden opgestart én er moet zo snel mogelijk een Belgisch energiebedrijf worden opgericht waarin onze kerncentrales kunnen worden ondergebracht. Dat is het verlanglijstje dat energie-expert Jozef Ongena zou willen voorleggen aan de politieke onderhandelaars die momenteel het energiebeleid van de volgende federale regering aan het uittekenen zijn.
Jozef Ongena ontvangt ons in zijn thuisbasis in Belsele bij Sint-Niklaas. We nemen plaats in zijn zonovergoten landschapstuin. Ei zo na was het prachtige uitzicht vanuit de tuin ernstig verstoord geworden door gevaartes van 240 meter hoog. Energieleverancier Luminus wilde immers drie windmolens bouwen op de grens tussen Belsele en Waasmunster. Tot Ongena’s grote opluchting weigerde minister van Omgeving Zuhal Demir (N-VA) de vergunning omdat de locatie, zo dicht bij de huizen, niet ideaal is. Een duidelijk geval van NIVEA (niet in mijn voor- en achtertuin, red.), of is er toch meer aan de hand?
De energietransitie is voor een groot stuk een geldzaak
“Mensen zullen mij misschien radicaal vinden, maar de waarheid moet gezegd worden: de energietransitie is voor een groot stuk een geldzaak”, aldus Ongena. Men hoort geregeld ook het woord ‘winstmolens’. Er is zeer veel geld mee gemoeid. En wie zal binnen twintig jaar de afbraak ervan betalen? U, de belastingbetaler. De afbraakkosten zijn niet inbegrepen in de aankoopfactuur.” Het zakenmodel van de windmolenbouwers is een doorn in het oog van Ongena. “Windmolens worden direct en indirect massaal gesubsidieerd. Zonder subsidies is het zakenmodel veel minder aantrekkelijk. In landen die massaal in hernieuwbare energie investeren, zoals Duitsland, Denemarken en nu ook België, is elektriciteit het duurst. In Frankrijk is elektriciteit ongeveer de helft goedkoper en veel schoner. De enorme subsidies voor hernieuwbare energie zouden best geschrapt worden. Een goede en efficiënte technologie bewijst zichzelf.”
Ook de recyclage van windmolens blijkt niet evident te zijn.
“Er bestaan vandaag twee mogelijkheden: ofwel zaag je de wieken in stukken en begraaf je ze onder de grond, ofwel haal je ze door een versnipperaar. Maar wat doe je dan met de stukjes die overblijven? Gratis zal de berging ervan alleszins niet zijn. Bovendien verbruikt zo’n versnipperaar ook energie. Het is te hopen dat andere oplossingen kunnen worden ontwikkeld, maar dat lijkt niet evident te zijn.”
Hoe kijkt u als wetenschapper naar de Europese Green Deal?
“De Green Deal is helaas niet haalbaar. Het heeft ook weinig zin om tegen 2050 van Europa het eerste klimaatneutrale continent te maken. Tenzij alle landen ter wereld het voorbeeld van Europa volgen.”
“Ik had liever een nieuw gezicht aan de top van de Europese Commissie gezien. De energieplannen die recent gepresenteerd werden, zijn slecht onderbouwd. De protestbrieven van wetenschappers zijn reeds verstuurd. Ik hoop dat de nieuwe topmensen een neutralere positie innemen ten aanzien van energie dan hun collega’s uit de vorige Europese Commissie.”
“Het energiebeleid is gebaseerd op het klimaatbeleid. Maar de natuur heeft altijd het laatste woord. Je kan simuleren wat je wil, maar pas als een model in de praktijk wordt geverifieerd, geloof ik het. De ingewikkelde klimaatmodellen die worden gebruikt, zijn slechts eerste benaderingen. Het is moeilijk om voorspellingen te doen, zelfs op basis van de beste wetenschappelijke methodes en steeds betere modellen. Simpel gesteld, maar er is meer aan de hand: we kennen slechts een deel van de parameters die het klimaat bepalen en kunnen ze slechts heel gedeeltelijk meten. Bovendien bestaat 70 procent van het aardop-
pervlak uit water. Hoe ga je overal op zee parameters zoals temperatuur en windsnelheden meten? Je hebt toch niet overal boeien of meetschepen liggen? Je kan ook niet elke laag van de atmosfeer meten. Wat zijn de modellen dan waard als de input zo onvolledig is? Het zijn de beste schattingen die we hebben, maar ook niet meer dan dat. Maar om daar de toekomst van Europa op te baseren? Dat lijkt mij niet verantwoord.”
Waarom is het volgens u niet nodig om de CO2-uitstoot van Europa tot nul te herleiden?
“Het is ingewikkelder dan de vraag doet vermoeden. We moeten inderdaad de CO2-uitstoot zo veel mogelijk reduceren. Maar CO 2 is slechts een van de vele factoren die het klimaat bepalen. De relatie tussen CO 2 en temperatuur is ook niet lineair, maar logaritmisch. Het is niet zo dat als de hoeveelheid CO 2 in de atmosfeer verdubbelt, ook de temperatuur verdubbelt. Er zijn ook andere factoren die mee het klimaat bepalen. Maar als je dat wil aankaarten, staat de goegemeente op haar achterste poten. Veel collega’s durven zich niet meer uit te spreken. Dat is de context waarin wetenschappelijke discussies anno 2024 moeten plaatsvinden. Ik ben daar zeer ongelukkig over. Discussie ligt aan de basis van wetenschappelijke vooruitgang.”
Heeft de Green Deal uw vertrouwen in de Europese Unie geschaad?
“Ik ben 100 procent voor een Europees project dat streeft naar vrede en een vrij verkeer van mensen mogelijk maakt. Maar het klimaat- en energiebeleid is zoals gezegd slecht onderbouwd. Er zijn immers nog heel wat wetenschappelijke discussiepunten. Ik zal niet zeggen dat álles verkeerd is, maar waarom worden de discussies niet eerst beslecht, alvorens er beleid op te baseren? Vroeger gaven experten ad-
vies aan politici. Vandaag is dat andersom. Experten mogen alleen nog maar uitvoeren wat politici willen. Als politici zeggen dat 1 plus 1 gelijk is aan 3, moeten experten dat maar bevestigen. Ik vrees dat we eerst door een crisis zullen moeten gaan vooraleer daar verandering in komt.”
Laat ons overgaan naar uw expertisegebied, zijnde kernfusie. Een argument tégen kerncentrales dat groene politici vaak aanhalen, is dat ze gevaarlijk zouden zijn. Kan u daar met kernfusie een antwoord op bieden?
“In 1994 vond in Sevilla een conferentie van de IAEA (Internationaal Atoomenergieagentschap, red.) over kernfusie plaats. De groene betogers aan de ingang scandeerden slogans als: ‘Nee tegen kernfusie. Het nucleaire is gevaarlijk.’”
De Chinezen lachen ons vierkant uit
“Kernfusie voegt op vlak van veiligheid nochtans een extra laag toe. Bij kernsplijting vindt er een vermenigvuldigingsreactie plaats. Bij de splitsing van één atoom komen drie neutronen vrij die elk op hun beurt ook drie neutronen voortbrengen enzovoort. Als je de reactie niet tegenhoudt, blijft die zich voortzetten. Bij kernfusie is dat niet nodig. Er vindt immers geen neutronenvermenigvuldiging plaats.”
“Ten tweede is helium het voornaamste afvalproduct van kernfusie. Dat is een edelgas dat ook de zon aanmaakt. Het is niet radioactief en het is geen broeikasgas. Het is een product dat zeer zeldzaam, nuttig en onschadelijk is. Het blijft ook niet hangen in de atmosfeer als je het zou laten ontsnappen.”
“Samengevat: kernfusie is veiliger dan
kernsplijting en produceert met helium een ideaal restproduct. Bovendien levert kernfusie een vrijwel oneindige voorraad brandstof op. Om een Belg 80 jaar lang van stroom te voorzien, heb je slechts 15 gram materie nodig. Maar ik ben zeker niet tegen kernsplijting. We zullen het nodig hebben in afwachting van de eerste kernfusiecentrales.”
Voelt u zich in uw werkzaamheden voldoende gesteund door onze beleidsmakers?
“Jazeker, Europa en België investeren veel in fusieonderzoek. Helaas zorgt de situatie met het Verenigd Koninkrijk voor problemen. De samenwerking met Britse wetenschappers en instituten is zeer moeilijk geworden. De grootste en beste kernfusiemachine ter wereld, de Joint European Torus (JET) in het Britse Culham, nabij Oxford, is nu eigendom van het Verenigd Koninkrijk en niet langer van de EU. Het VK plant deze machine binnenkort te sluiten, ook al is die perfect in orde. Bovendien is in JET de laatste twintig tot dertig jaar ongeveer 4 miljard euro Europees en Brits belastinggeld geïnvesteerd. Het plan van het VK is nu om JET af te breken. De EU kan helaas niet meer meebetalen, omdat JET niet langer op haar grondgebied staat. Ook Engeland wil voorlopig niet meer in JET investeren. Het wil zijn eigen koers varen met een zeer grote nieuwe machine die pas in 2040 operationeel zal zijn.”
Is er een alternatief op Europese bodem?
“De EU investeert in het grote en belangrijke ITER-project (International Thermonuclear Experimental Reactor, red.) in Zuid-Frankrijk dat door Covid en technische problemen pas tegen 2040 performante experimenten zal uitvoeren. De EU participeert ook in een Japanse machine die pas binnen enkele jaren operationeel zal zijn. Wat moeten we in de EU de komende jaren doen? We moeten nú men-
sen opleiden, dus waarom zou je JET sluiten? We hopen dat de nieuwe Europese Commissie en de nieuwe Britse regering aan tafel zullen zitten om dit zeer belangrijke project in leven te houden. Er staat te veel op het spel. Ik hoop dat we nog op tijd zijn om een sluiting te voorkomen.”
Is België alleen in staat om een kernfusiemachine op zijn grondgebied te bouwen?
“Dat is niet mogelijk, omwille van de complexiteit van het onderzoek. Het is ook niet realistisch dat de Britten alleen het kernfusieprobleem zullen oplossen. Je hebt alle specialisten ter zake nodig, waar ter wereld ze ook wonen. Daarom betreur ik ten zeerste dat we niet meer met de Russen kunnen samenwerken.”
“Veel collega’s durven zich niet meer uit te spreken”
'’Het was nochtans een verrijking om met hun ideeën in aanraking te komen. Rusland is de bakermat van het onderzoek naar kernfusie. Ons onderzoek moet op wereldschaal gebeuren.”
Hoe verhoudt kernfusie zich tot kleine modulaire reactoren of SMR’s?
“We moeten in beide technologieën investeren. Er zijn slechts drie soorten energiebronnen: zon, wind en water, verbranding en kernsplijting. Het is onzinnig om bij voorbaat twee van de drie bronnen uit te sluiten. Je moet je energiebeleid diversifiëren, zoals je dat ook met een aandelenportefeuille doet. Je investeert toch ook niet alleen in Bitcoins? Dan loop je het risico om twee maanden later al je geld kwijt te zijn. Voeg er daarom nog een vierde energiebron aan toe, zijnde kernfusie. De SMR’s zullen nog tijd vragen. Ook kernfusie zal niet voor morgen zijn. Maar nu moet je investeren en toekomstplannen opstellen. Het vraagt veel tijd om alles voor te bereiden.”
Over welke termijn spreken we dan?
“Dat is moeilijk te zeggen. Niels Bohr heeft ooit gezegd: ‘Het is zeer moeilijk om voorspellingen te doen, vooral wat de toekomst betreft.’ Bij de SMR’s is van alles aan het bewegen. Binnen 10 tot 15 jaar zal het concept van de Amerikanen misschien commercieel leefbaar zijn, maar ik heb geen kristallen bol. Maar je moet nú beslissen dat je ze wil. Je moet nú de basis leggen.”
Wat moeten we in de tussentijd doen?
“Wat we vooral niet moeten doen, is onze kerncentrales sluiten. Doel 4 en Tihange 3 moeten zeker openblijven. Ook Doel 3 en Tihange 2 kunnen best opnieuw worden opgestart. De vraag is of dat nog zal lukken. De kerncentrales vervangen door gascentrales lijkt me om twee redenen niet zinvol: er komt veel CO 2 vrij en elektriciteit die via gas wordt opgewekt, is de duurste van allemaal. De kerncentrales hadden nooit verkocht mogen worden aan het buitenland. Dat was destijds een zeer grote vergissing. Electrabel was een Belgisch kroonjuweel met zeer bekwame ingenieurs. Die firma heeft alles gedaan wat het kon om onze nucleaire infrastructuur goed te onderhouden en uit te bouwen.”
Energie-expert en ondernemer
André Jurres pleitte in een opiniestuk in De Tijd voor de oprichting van een Belgisch energiebedrijf dat onder meer nieuwe kerncentrales zou kunnen bouwen. Een goed idee? Of zou Vlaanderen beter een eigen energiebedrijf oprichten?
“Ik zou net als mijn collega voor een energiebedrijf op federaal niveau opteren. Het lijkt me niet de beste weg om dat enkel op Vlaams niveau te doen. België is te klein
om een energiebedrijf in twee te splitsen. Een samenwerking op Benelux-niveau zou waarschijnlijk zelfs nog beter zijn. Maar in zulke zaken heeft de politiek het laatste woord.”
“Ik zou eerst en vooral de schade herstellen die ten tijde van de regering-Verhofstadt is aangericht. De wet op de kernuitstap moet worden geschrapt en de kerncentrales moeten opnieuw in Belgische handen komen, op federaal niveau. Je hebt kerncentrales in Doel én Tihange, dus een Belgische verankering, zoals destijds in Electrabel, lijkt mij de beste oplossing. Dan zijn we niet meer afhankelijk van het buitenland, waar vandaag de belangrijke beslissingen worden genomen.”
Is België wereldtop wat betreft kernenergie?
“Wij wáren wereldtop, maar de wet op de kernuitstap heeft zeer veel schade aangericht. Waar zijn er nog studenten die nucleaire techniek willen studeren? Dat beroep heeft op dit moment in België geen toekomst. Of moeten we de toekomstige centrales dan maar met buitenlandse ingenieurs onderhouden?”
Zijn er ook redenen tot optimisme?
“De Myrrha-onderzoeksreactor van het SCK in Mol is een magnifiek project. België is daarin een pioniersland. Het SCK heeft 580 miljoen euro gekregen van de federale regering om het project op te starten. Dat is zaaigeld om investeringen uit andere landen aan te trekken. Als het Myrrha-project succesvol is, kunnen we de levensduur van langlevend kernafval verkleinen met factor 1.000 en het volume met factor 100. Geen enkel ander land heeft het aangedurfd om daarin te investeren. In de toekomst zouden we deze oplossing eventueel nog kunnen verkopen aan andere landen. Het SCK beschikt over zeer capabele mensen met goede ideeën. Myrrha is fenomenaal. Ik sta honderd procent achter het project, al moet het zich nog bewijzen.”
Moet er ook worden nagedacht over de bouw van nieuwe kerncentrales?
“Daags na de kernramp van Fukushima heeft Angela Merkel (toenmalig bondskanselier, red.) beslist om de 22 Duitse kerncentrales stil te leggen. De Duitsers wekken nu stroom op met zon, wind en bruinkool, maar als de plannen doorgaan, mag dat laatste binnenkort ook niet meer. Stroom opwekken met gas is ook niet de beste manier. Hoe zal de machtige Duitse industrie op een betaalbare en continue manier kunnen blijven draaien? Als Duitsland niet goed draait, draait ook Europa niet goed. Dus ja, kerncentrales zijn noodzakelijk.”
“Het is belangrijk dat mensen correct geinformeerd worden over kernenergie. Maar als je dat probeert, stuit je geregeld op problemen. Nochtans is kernenergie een belangrijke factor om de CO 2 -uitstoot te helpen reduceren.”
De investeringen in zonne- en windenergie zullen zichzelf dus niet terugverdienen?
“De Europese Commissie heeft 360 miljard euro voorzien voor wind- en zonne-energie. Die enorme som kan op dit moment slechts gedeeltelijk omgezet worden in projecten. En wat wil men bereiken? De totale CO2-uitstoot van Europa in de wereld bedraagt 7 procent. 7 procent! Maar als door het nieuwe energiesysteem de industrie niet meer concurrentieel is en sputtert, hoe moet het dan verder met de inkomens van Europese gezinnen?”
Moet Duitsland voorlopig dan maar op kolen en gas blijven draaien?
“De belangrijkste reden om kolen en gas langzaam af te bouwen, is dat ze eindig zijn. Bovendien is de verwachting dat de kosten zullen stijgen. Het gros van de goedkope olie en gas is intussen ontgonnen. De putten zijn nog lang niet leeg, maar om de rest te ontginnen zijn bijkomende investeringen nodig. Het is dus te
verwachten dat de prijs zal toenemen. Daarom moet je investeren in nieuwe technologieën om de bestaande aan te vullen.”
“80 tot 85 procent van de energie in de wereld wordt vandaag opgewekt door middel van verbranding. Europa zit aan 70 procent, onder meer door de modernisering van het Oostblok en onze industrie. Voor de daling van 80 naar 70 procent hebben we ongeveer 25 jaar nodig gehad. Hoe wil je dan de komende 25 jaar van 70 procent naar nul gaan? Het lijkt me onvermijdelijk dat we de komende jaren verder gebruik zullen moeten maken van fossiele energie.”
Gelooft u in het potentieel van groene waterstof als duurzame energiebron?
“Groene waterstof is veel te duur. Als je water splitst in waterstof en zuurstof, investeer je zeven keer meer energie dan nodig is om waterstof van methaan af te scheiden. Waarom zou de industrie dure groene waterstof kopen? Als je hem in het buitenland laat maken en met de boot laat overkomen, is hij nog goedkoper. Dat gebeurt nu bijvoorbeeld per boot van Saoedi-Arabië naar Antwerpen.”
Zijn er verkeerde keuzes gemaakt?
“Wat zeker geen goed idee is, is om windmolens te bouwen die uitsluitend voor de productie van groene waterstof bedoeld zijn. Dat is veel te duur.”
We hadden onze kerncentrales nooit mogen verkopen aan het buitenland
“De mensen worden ook voortdurend bang gemaakt. Of het nu mooi of slecht weer is, altijd is het de schuld van de klimaatverandering. Bovendien is de klimaatgod enkel tevreden als je betaalt. De Chinezen lachen ons vierkant uit.”
“We hadden een goede elektriciteitsmix die in onze noden voorzag. Maar omdat de wind en de zon zo sterk fluctueren, wordt het almaar moeilijker om het systeem stabiel te houden. We gaan in zekere zin terug naar de middeleeuwen en worden opnieuw afhankelijk van het weer. Is dat de vooruitgang die we nastreven? We hadden met onze kerncentrales energieoverschotten die we konden uitvoeren, maar nu moeten we op bepaalde dagen elektriciteit invoeren. En als we dan toch onze overschotten van wind en zon moeten exporteren, moeten we er meestal voor betalen.”
ANTON SCHELFAUT
“Geen woorden, maar daden: elke bewuste Vlaming wordt lid van het Vlaams & Neutraal Ziekenfonds. Deze stap naar een Vlaamse sociale zekerheid is de voorbode van de eigen onafhankelijke Vlaamse Republiek!”
Wim De Wit, voorzitter IJzerwake
Er zijn twee weken voorbijgegaan sinds Biden zijn kandidatuur voor de aanstaande presidentsverkiezingen in de Verenigde Staten introk en zijn eigen vicepresident, Kamala Harris, voordroeg als zijn opvolger. In die periode betonneerde Harris de steun voor haar en werd ze in alle haast door de Democratische gedelegeerden verkozen als de officiële kandidaat van de Democratische Partij. Alle negatieve berichten in de media over Bidens mentale aftakeling, en wat dat betekende voor de Democratische Partij en haar kansen in de verkiezingen, verdwenen en maakten plaats voor wat men nu ‘Kamala-mania’ noemt.
Le Monde titelde breed: “Kamala-mania brengt enthousiasme terug in het Democratische kamp”. Peilingen laten een stijging zien van de Democratische kandidaat ten overstaan van Biden, positieve berichten overspoelen traditionele en sociale media, een ongehoorde instroom van donaties breekt alle records: eindelijk heeft Amerika een kandidaat die de moeite waard is! Die abortus terug op de agenda gaat zetten! Niet alleen een vrouw, maar een zwarte vrouw!
Astroturfing
Dat is een klassiek voorbeeld van wat men hier in de VS ‘astroturfing’ noemt. Astroturf is ‘synthetisch gras’, gebruikt in sportstadions. Het is een woordspeling op ‘grassroots’, een woord gebruikt om aan te duiden dat een campagne voornamelijk steunt op de brede, onderste lagen van de bevolking, en niet van bovenaan opgelegd wordt. Astroturfing is dan een campagne die zo opgesteld wordt om de schijn te geven een brede basis te hebben bij de gewone man en vrouw, terwijl het in feite volledig artificieel is.
Het is correct dat Harris in juli 310 miljoen dollar binnenhaalde aan donaties. Twee derde van de donaties kwam van mensen die voor het eerst geld gaven aan de Democraten, en 94 procent van de donaties bedroegen 200 dollar of minder, volgens cijfers van haar campagneteam. Dat wil zeggen dat het team van Harris tussen 1,5 en 30 miljoen Amerikanen kon overhalen voor het eerst geld te doneren. Begin juli werd bericht dat topdonateurs van de Democraten 90 miljoen dollar aan toegezegde steun niet wilden uitbetalen, omwille van Bidens slechte prestatie tijdens het debat. Als beide cijfers correct zijn, wil dat zeggen dat Harris slechts 19 miljoen dollar van die donaties kon recupereren met haar eigen kandidatuur.
Fraude bij ActBlue?
Tegelijk loopt er in minstens drie staten een onderzoek naar ActBlue, de grootste organisatie die instaat voor het verzamelen van donaties voor de Democratische Partij. De reden: aantijgingen van grootschalige fraude. Vaak gepensioneerde mensen lijken honderden tot duizenden donaties te hebben gemaakt, in sommige gevallen tot bijna 1 miljoen dollar. Wanneer onderzoeksjournalisten in databases van de FEC, de federale organisatie die waakt over donaties aan politieke partijen, die herhaalde donaties onderzochten en de donateurs zelf opzochten en ondervroegen, waren die geschokt over het feit dat ze dergelijke hoge bedragen hadden gegeven. Vaak waren ze er financieel niet toe in staat en leefden ze van een karig pensioen.
Dergelijke hoge bedragen aan donaties, en van ‘nieuwe’ donateurs, steunen echter het verhaal van Kamala’s brede steun onder de bevolking en haar stijgende populariteit. Naast de twijfel die nu bestaat, omwille van de mogelijke fraude door ActBlue, wijzen andere commentatoren erop dat in vele staten er totaal geen sprake is van ‘Kamala-mania’. Zij bekeken de aantallen nieuwe registraties van kiezers (die zich in de VS kunnen registreren per partij of als onafhankelijke). In North Carolina waren er de voorbije twee weken slechts 681 netto nieuwe kiezersregistraties als Democraat, en dat is een duidelijke barometer van enthousiasme onder de bevolking.
De bocht van de media
De peilingen vormen een ander onderdeel van de ‘astroturfing’, om zo de schijn te wekken van een golf van enthousiasme en steun voor Kamala Harris. Dat Harris in de voorverkiezingen in 2020 met moeite 1 procent van de stemmen wist te halen, voordat ze zich terugtrok, is een eerste gegeven. Tot vorige maand waren zelfs Democraten het erover eens dat Harris een blok aan het been was van Biden. Op 26 april 2024 sprak bijvoorbeeld een panel op CNN erover dat Harris de herverkiezingskansen van Biden negatief beïnvloedde. “De mensen houden niet van haar, ook de onafhankelijken lusten haar niet, en haar stem is zo irritant!”
Een kijkje achter de schermen van de peilingen laten een ander beeld zien dan wat het team van Harris ons wil laten geloven. Een peiling van Harvard liet zien dat Trump een voorsprong van 3 procent had, zelfs met 883 Democraten, 654 Republikeinen en 544 onafhankelijken. Dat er niet meer dan 35 procent meer Democraten dan Republikeinen zijn in de VS, wordt dan ‘vergeten’ (andere peilingen wijzen erop dat er net iets meer Republikeinen dan Democraten zijn, en dat onafhankelijken een derde tot de helft van de bevolking uitmaken).
Wittebroodsweken?
Maar er is dus ‘Kamala-mania’. Conservatieve bronnen wijzen erop dat dat deels te verklaren valt als ‘wittebroodsweken’, waarin Kamala gewoon de nieuwe kandidaat is en als ‘beter dan Biden’ wordt afgebeeld. Maar het is ook een van boven opgelegde campagne die amper effect heeft onder de bevolking zelf. Nu Harris officieel de kandidaat van de Democratische Partij is geworden, begint ook de tegencampagne op gang te komen en worden haar eerdere standpunten en daden meer en meer naar boven gebracht. Het effect daarvan zal pas in de komende weken zichtbaar worden. Kunnen Democraten echt enthousiast de verkiezingen tegemoet kijken, nu de mentaal verzwakte Biden is vervangen door Harris, met haar eigen bagage en problemen?
Het aantal Franse joden dat naar Israël wenst te migreren, zit in een stijgende lijn: vorig jaar werden 6.440 aanvragen ingediend, een verhoging met 510 procent ten opzichte van het jaar daarvoor. De cijfers zijn afkomstig van het Israëlische ministerie voor Migratie en Integratie en het Joods Agentschap. De tendens werd nog versterkt na de aanval van Hamas op Israël op 7 oktober 2023 en de toename van antisemitisme in Frankrijk.
Volgens een artikel in het Franse dagblad L’Opinion zouden steeds meer Franse joden zich willen vestigen in Israël. Een honderdtal van hen zijn op maandag 15 juli in Israe l aangekomen en nog eens 3.000 nieuwe Franse emigranten zouden in de loop van dit jaar worden verwacht en opgevangen, aldus de Israëlische minister van Migratie en Integratie, Ophir Sofer. De minister was vol lof voor de vastberadenheid van de migranten, en dat ondanks de bijzonder moeilijke actuele situatie in Israël.
Zowel België als de voetbalbond geven hun falen om het antisemitisme te stoppen toe
De stijging van het aantal joodse emigranten naar Israël mag niemand verwonderen. Ze gaat hand in hand met de stijging van het aantal antisemitische daden in Frankrijk. Tijdens het 38 ste diner van de Conseil représentatif des institutions juives de France (Crif - Raad van de vertegenwoordigers van joodse instellingen in Frankrijk) op 6 mei in Parijs verklaarde de ontslagnemende eerste minister Gabriël At -
tal dat de Franse regering tijdens het eerste trimester van dit jaar 366 daden van antisemitisme had geregistreerd, een stijging met 300 procent ten opzichte van de eerste drie maanden van 2023.
3.000 nieuwe Franse emigranten zouden in de loop van dit jaar worden verwacht in Israël
In dat verband kan tevens worden verwezen naar de houding van België, dat heeft aangegeven tijdens de eerste dag van de UEFA Nations League op 6 september de ploeg van Israël niet te kunnen ontvangen. De Belgische Voetbalfederatie heeft dat onlangs nog in een persbericht bevestigd, omdat de organisatie “onmogelijk” zou zijn - men heeft het dan allicht over de te nemen veiligheidsmaatregelen. In feite geven zowel België als de voetbalbond hun falen om het antisemitisme te stoppen toe. Intussen is een stilzwijgende remigratie aan de gang, iets waarover u allicht weinig zal horen in onze mainstreammedia.
Woningnood in Berlijn, behalve voor migranten
Stelt u zich voor dat u illegaal een Aziatisch land, bijvoorbeeld Iran, binnenglipt, u geen geldige identiteitspapieren heeft en u er wil blijven wonen - inclusief genietend alle sociale uitkeringen van het land. U wenst ook een nagelnieuwe woning, terwijl u weet dat de gemiddelde inwoner van Iran moeite heeft om de maandelijkse huur in grote Iraanse steden te betalen. Hoeveel kans bestaat er dat u in uw opzet slaagt? Terwijl Berlijn kreunt onder de woningnood en zelfs Duitsers van de middenklasse zich bezorgd afvragen hoe ze een ooit een huis gaan kunnen kopen, lijkt men voor asielzoekers kosten noch moeite te sparen.
De wijk Pankow-Rosenthal is bij de Berlijners gekend als een aantrekkelijke buurt: een beetje buiten het drukke en minder veilige centrum van Berlijn, in het groen. Wie uit de middenklasse de financiële middelen heeft om hier iets te kopen, zit bij de gelukkigen. En nu is er dit woonproject van 61 nieuwe appartementen, volledig modern toegerust, met ingebouwde keuken enzovoort. Duitsers moet niet eens een aanvraag proberen in te dienen, want het project is uitsluitend bedoeld voor asielzoekers en vreemdelingen.
Onbetaalbaar
Berlijn is een nachtmerrie voor wie jonger dan 30 jaar is en geen investeringsbankier is: zoek dan maar een betaalbare woning. De officiële website van de Duitse hoofdstad geeft het toe: “In 2030 zullen 3,9 miljoen mensen in onze stad leven.
Het woonproject is uitsluitend bedoeld voor de vele asielzoekers en vreemdelingen
Daarom heeft Berlijn dringend nood aan nieuwe en betaalbare woonruimte. Tegen 2030 moeten er 194.000 woningen bijkomen.” De voorzitter van het Duitse Landesamt für Flüchtlingsangelegenheiten, Mark Seibert, werd intussen geconfronteerd met opmerkingen van Duitsers, jonge en oude.
Berlijn is een nachtmerrie voor wie jonger dan 30 jaar is en geen investeringsbankier is
Hij zegt alle begrip te hebben voor hun bezorgdheden, maar “mensen die hier, in dit nieuwe project, zullen wonen, hebben een langs reis achter de rug, doorheen de meest uiteenlopende opvangcentra. Dit is een project van onze Duits sociaal rechtssysteem”. Moraal van het verhaal: steeds meer Duitsers krijgen de indruk in een tweeklassenmaatschappij te leven. Aan de ene kant ‘asielzoekers en vluchtelingen die geholpen moeten worden’ en aan de andere kant de ‘Duitsers die belastingen betalen en aan hun lot worden overgelaten’. PIET VAN NIEUWVLIET
Het volk wikt, maar het regime beschikt. De verkiezingen in Venezuela waren dan ook een regelrechte farce, een orkestratie die wellicht te verwachten viel. De grote troeven van het land, een erg rijkgevulde bodem, zijn tegelijkertijd ook zijn nadeel. Alle binnenlandse ellende ten spijt, is het vooral een speelbal van bredere internationale krachten. Ongeacht wie er het presidentiële ambt bekleedt.
En zo riep de Heilige Vader vorige zondag op om de “waarheid te zoeken” in de recente Venezolaanse verkiezing. De zoektocht is wellicht korter en eenvoudiger dan de bejaarde kerkvader kon vermoeden daar op het Sint-Pietersplein. Zoals te verwachten viel, draaide die verkiezing uit op een frauduleuze farce. Zetelend president Maduro bleek plots de winnaar te zijn, nipt, maar wel de kandidaat met een absolute meerderheid achter zijn naam. Het was een resultaat dat door niemand ernstig genomen werd.
Lange tijd was de politieke verhouding er een van een elite, met inbegrip van een stevig betaald militair apparaat
Alle indicaties van goedmenende waarnemers ten spijt, er is geen ruimte voor twijfel. Die 51 procent die hij zogezegd haalde, is nep, maar we hebben het dan ook over een man die Amerikaanse sancties, moordaanslagen, een invasie van huurlingen, massabetogingen van opposanten en diplomatieke isolatie overleefde. Elf jaar lang. Wat maakt deze extra verkiezing dan uit?
Economische achteruitgang
Hoe andere landen reageren, is altijd een veelzeggende indicatie. Waar de EU en de VS - laat het ons gemakkelijkheidshalve het ‘Westen’ noemen - de farce aan de kaak stelden, erkenden anderen zonder aarzelen de (vermeende) zege. China, Cuba, Nicaragua, Rusland, kortom, de
‘usual suspects’. Allen met een eigen agenda, dat spreekt. Op zich is dat al een serieuze indicatie dat hier meer aan de hand is.
Venezuela is dan ook geen doorsnee Latijns-Amerikaans land. Het heeft een rijke ondergrond met onder meer de grootste oliereserves ter wereld. Tegelijkertijd is het gedurende vele jaren volkomen mismeesterd, niet in het minst door Maduro zelf. “Venezuela is het land dat in de geschiedenis de grootste economische achteruitgang buiten oorlogstijd kende”, analyseerde Cynthia Arnson van het Wilson Center in Washington recent de situatie aldaar. En wat de olie-industrie betreft, is ze even duidelijk: “Onder zijn beleid werd dit een schaduw van zichzelf.” Het is zonder meer een gewaagd bulletin om naar de kiezer te trekken. Sinds hij in 2013 de teugels in handen nam, kromp de economie met 80 procent. Op een zeker moment - we hebben het over 2018 - bedroeg de inflatie 130.000 procent. ‘Weimar anrufen?’
Binnenlandse verschuivingen
Er zijn verschillende manieren om naar de Venezolaanse realiteit te kijken. De binnenlandse, om te beginnen, waarvan het dramatische gehalte - men kan het al raden - zonder meer buitenissig is. Zeker ook voor de zeven miljoen inwoners die hun land doorheen de jaren ontvlucht zijn, zowat een vierde van de bevolking.
Lange tijd was de politieke verhouding er een van een elite, met inbegrip van een stevig betaald militair apparaat, die een ruimere massa onder de knoet hield. Hier schijnt volgens waarnemers verandering in te zijn gekomen. De steun van het leger, toch van de lagere echelons,
Het Finse parlement heeft recent een wet goedgekeurd die de grenswachters meer bevoegdheden geeft om asielzoekers en illegalen aan de grens tegen te houden. De wet van de centrumrechtse regering van Petteri Orpo werd met 167 stemmen voor en 31 tegen (de Linkse Alliantie en de groenen) goedgekeurd. Volgens Orpo was de wet noodzakelijk wegens de “hybride oorlog” van Rusland, die erin bestaat gericht migranten uit de derde wereld naar de Finse grens te sturen (tevens de EU-buitengrens).
De minister van Binnenlandse Zaken, Mari Rantanen (Partij van de Finnen), verklaarde dat hij momenteel met andere EU-lidstaten druk probeert uit te oefenen om Europese wetgeving goedgekeurd te krijgen om tegen die geïnstrumentaliseerde migratie te strijden. De nieuwe Finse wet laat toe dat grenswachters migranten de toegang tot het land ontzeggen, desnoods met geweld.
Mensenrechtenorganisaties maken bezwaar tegen de wet, omdat die het internationale en Europese recht zou schenden
Mensenrechtenorganisaties maken bezwaar tegen de wet, omdat die het internationale en Europese recht zou schenden, maar de Finse minister van Financiën, Riika Purra (Partij van de Finnen), stelde al eerder dat de nationale veiligheid in deze voorop moet en zal gaan. Buurlanden als Letland, Litouwen en Polen zouden gelijkaardige wetten voorbereiden.
Polen geeft toelating om vuur te openen
Polen kampt momenteel met golven van illegalen, die vanuit Wit-Rusland Polen proberen binnen te dringen. Tussen januari en mei 2024 registreerden de veiligheidsdiensten ongeveer 400 pogingen tot illegaal overschrijden van de grensper dag wel te verstaan. In totaal betreft het meer dan 17.000 illegalen die vanuit Wit-Rusland Polen proberen binnen te komen. In de meeste gevallen gaat het om illegalen die afkomstig zijn uit Irak, Afghanistan en Afrikaanse landen, en als eindbestemming Duitsland of het Verenigd Koninkrijk hebben.
In 2023 werden op die manier ongeveer 26.000 illegalen uit Wit-Rusland betrapt, 10.000 meer dan het jaar daarvoor. De toestand verslechterde nadat in juli een Poolse grenswachter door een projectiel werd gedood, dat een migrant vanop het Wit-Russische grondgebied afvuurde. Daarom nam het Poolse parlement een wet aan die grenswachters de toelating geeft om het vuur te openen tegen illegalen die het grondgebied proberen binnen te dringen (401 stemmen voor, 17 stemmen tegen).
Op zaterdag 13 juli moesten het Poolse leger en de grenswachten al gewapend optreden tegen rellen met migranten die de troepen bekogelden. Amnesty vindt de nieuwe Poolse wetgeving buitenproportioneel.
PIET VAN NIEUWVLIET
is geen zekerheid meer voor het regime van Maduro en co. Die vaststelling alleen volstaat echter niet om een politieke omwenteling te finaliseren.
Buitenlandse begeerte
Maar er is ook die buitenlandse blik, op een verpletterende manier beïnvloed door de reserves van het land. De banden met Rusland (en Cuba) bestaan al een poosje; die met China zijn recenter, maar grootschaliger. Peking neemt olie af, maar het bouwt ook heel wat in Venezuela. En om het plaatje rond te maken: Peking is ook de bankier van al die projecten. Men wil dan ook geen gerommel en vooral betaalde rekeningen. Dat vertaalt zich in een herkenbaar onderschrijven van de soevereiniteit van Caracas. Business is business, wat voor de Chinezen losstaat van de binnenlandse politiek, zolang de stabiliteit maar gewaarborgd is. Luistert de leider naar de naam Maduro, Chavez of - wie zal het zeggen - Pol Pot, het zal Peking worst wezen.
Luistert de leider naar de naam Maduro, Chavez of Pol Pot, het zal Peking worst wezen
Toch is de Chinese lijn geen passe-partout. De houding die het aanneemt ten aanzien van Venezuela, leverde kritiek op bij traditionele bondgenoten als Brazilië, Chili, Peru, Ecuador, noem maar op. Kortom, landen die los van economische belangen op de morele ladder misschien enkele treden hoger dan Peking staan? Trouwens, valt het u op hoe ver we weer afgedreven zijn van het binnenlandse politieke verhaal van Venezuela? Sneu voor die mensen, maar zoals gezegd: de sterkte is ook de zwakte van het land. GDD
Neemt AfD de macht in Sachsen op 1 september?
Van de drie naderende deelstaatverkiezingen in Duitsland zijn die van Sachsen op 1 september allicht de interessantste en de spannendste. Anders dan in de deelstaten Brandenburg en Thüringen, heeft de rechtse partij Alternative für Deutschland in Sachsen een reële kans om de macht te grijpen – zij het een beperkte kans. Sinds de val van het communistische SED-regime in OostDuitsland, is de CDU er onafgebroken aan de macht en het zou dus kunnen dat CDU-regeringsleider Kretschmer er aan de macht blijft.
Opmerkelijk is tevens dat de links-populistische BSW (Bündnis Sahra Wagenknecht), die aan haar eerste verkiezingen in Sachsen deelneemt, volgens peilingen (en met de nodige voorzichtigheid gesteld) haar stemmen niet of bijna niet zou afnemen van AfD. De beide partijen, BSW en AfD, scoren goed in de peilingen en hebben ook wat programmatorische overeenkomsten. SPD stuurde haar kanselier Olaf Scholz naar de oostelijke deelstaat om er de rode kameraden bij te staan, want in de peilingen komt de plaatselijke SPD nog amper op 7 procent van de stemmen.
Een degelijke partij met een degelijke leiding
BSW kan volgens de peilingen rekenen op 15 procent van de kiezers en bijkomend op-
merkelijk is dat het duo dat de verkiezingsstrijd voor BSW voert, nagenoeg onbekend is. Het lokale verkiezingsprogramma oogt niet bepaald revolutionair. BSW bouwt lokaal dus op de nationale bekendheid en aantrekkingskracht van de oprichtster, Sahra Wagenknecht. Helemaal anders dan bij AfD, dat kan rekenen op een lijsttrekker als Jörg Urban, een waterkundig ingenieur, en goed gekend in Sachsen (maar veel minder nationaal).
Urban zei dat CDU “nog liever met de communisten in bed kruipt om haar macht in Sachsen te behouden”
Hoewel veel aandachtspunten tussen BSW en AfD gelijklopend zijn, is de kans op een coalitie tussen AfD en BSW klein, want Wagenknecht ziet haar ambities eerder nationaal dan op deelstaatniveau en zal dus geen nationale blokkades riskeren wegens ‘ergens een deelstaatcoalitie met AfD’. De lokale CDU kijkt met sympathie in de richting van BSW, wat bij Urban de uitspraak ontlokte dat CDU “nog liever met de communisten in bed kruipt om haar macht in Sachsen te behouden”.
Urban hoopt voor AfD op een absolute meerderheid aan parlementszitjes in de oostelijke deelstaat Sachsen. Die kans is klein, maar valt binnen de mogelijkheden: mochten SPD, FDP en die Grünen onder de kiesdrempel zakken en geen vertegenwoordigers in het deelstaatparlement meer overhouden, zou AfD met 40 procent van de stemmen voldoende kunnen hebben voor een (nipte) meerderheid. Momenteel geven de peilingen AfD tussen 30 en 32 procent van de stemmen, dus de partij heeft wel nog een weg te gaan.
“Mijn
Door de aanhoudende verloedering zag Frédéric Erens zich in 2019 genoodzaakt om Brussel - waar hij tot dan zijn hele leven had doorgebrachtte verlaten. Hoewel hij nu in het Vlaams-Brabantse Keerbergen woont, zal hij in het Vlaams Parlement nog steeds met evenveel overtuiging op de barricaden staan voor onze hoofdstad. “Mijn hart ligt nog altijd in Brussel.”
Om zich volledig te kunnen toeleggen op zijn werkzaamheden in het Vlaams Parlement, nam Frédéric Erens (56) een jaar geleden afscheid van zijn bank- en verzekeringskantoor. “Ik zou beide niet meer kunnen combineren, omdat het twee gespecialiseerde bedrijvigheden zijn”, legt hij uit. “Als je iets doet, moet je dat voor de volle honderd procent doen. De politiek is niet zomaar een hobby die je er even bij kan nemen. Je moet er voor de volle 100 procent voor gaan.”
Was het met pijn in het hart dat u de bank- en verzekeringssector heeft verlaten?
“Nee, toch niet. De laatste tien jaar zijn er te veel wijzigingen geweest in de bank- en verzekeringssector. Daardoor kon ik haast niet meer bezig zijn met de essentie van mijn job. Ik was meer bezig met alles wat te maken heeft met ‘compliance’, het naleven van allerlei externe en interne regeltjes. Dat nam bijna 45 tot 50 procent van mijn tijd in beslag. Ik kon dus slechts de helft van de tijd bezig zijn met bankieren en de uitbouw van mijn kantoor. Dan ben je eigenlijk niet meer bezig met het beroep waarvoor je hebt gekozen, maar met het controleren, opvolgen en bij wijze van spreken ‘vervolgen’ van je klanten.”
Vooral voor politici lijkt het geen lachertje te zijn om nog een beroep te doen op bankdiensten.
“Politici en hogere ambtenaren behoren tot de PEP’s (politically exposed persons, red.). Elk trimester moeten hun geldtransacties gemonitord worden. Bankiers moeten politici als het ware uitkleden: wat geven ze uit, wat zijn hun inkomsten,… Politici die daarnaast ook als zelfstandige werken, worden zelfs twee keer onder de loep genomen. Sommige banken vinden dat allemaal veel te lastig. En wat doen ze dan? Dan ‘outboarden’ ze bepaalde klanten. Dat is een mooie manier om te zeggen dat iemand niet meer welkom is bij de bank.”
Vlaamse onafhankelijkheid was en is voor mij de enige uitweg uit een vastgeroest België
“Het is waanzin dat banken hun klanten tegenwoordig moeten uitkiezen. In sommige klanten moeten ze omwille van de door Europa opgelegde regels te veel tijd en energie investeren, waardoor de kosten vaak hoger liggen dan de opbrengsten. Daarom is het soms interessanter om klanten te ‘outboarden’. Dat geldt bijvoorbeeld ook voor rijkere families die geen inkomen hebben uit arbeid, maar enkel uit dividenden. Banken moeten ook hen soms dubbel monitoren, waardoor het soms interessanter is om hen uit te sluiten.”
“Vijftien jaar geleden wilden banken zoveel mogelijk klanten binnenhalen, terwijl we vandaag het omgekeerde zien. De regels worden steeds strenger. Ik ben benieuwd hoe het bankwezen er binnen vijf jaar zal uitzien.”
Vormt ook de digitalisering van het bankwezen een probleem?
“Ja, want niet iedereen is gedigitaliseerd. Vooral ouderen en mensen die te goedgelovig zijn, worden vandaag het slachtoffer van phishing. Banken en de overheid sensibiliseren veel te weinig. Mensen worden steeds vaker geconfronteerd met phishing. Zelfs mensen die monetair of boekhoudkundig geleerd zijn, worden er het slachtoffer van. De digitalisering creëert dus een nieuw probleem: mensen worden beroofd door internationale bendes. Phishing loert achter elk hoekje: je moet voortdurend waakzaam zijn.”
Banken en de overheid sensibiliseren veel te weinig rond phishing
“Een ander probleem is dat bankkantoren steeds minder bereikbaar zijn. Probeer maar eens contact op te nemen of een afspraak te maken met uw bankier. Het is tegenwoordig uniek als u nog geholpen kan worden door een fysieke persoon. Bankieren is nochtans mensenwerk. In elk kantoor zou een loket moeten zijn waar mensen fysiek geholpen kunnen worden.”
“Mijn kantoor was gevestigd op de Louizalaan in Brussel. De laatste jaren kreeg ik daar steeds vaker mensen over de vloer die niet konden lezen of schrijven. Dat is natuurlijk het gevolg van de ongebreidelde immigratie. Nochtans zijn dat de mensen die zogezegd onze pensioenen zullen betalen. Ik kan alleen maar vaststellen dat velen van hen ongeletterd zijn. Aan dat analfabetisme wordt niks gedaan, want als de overheden het niet gezien hebben, moeten ze er ook niet aan beginnen. Maar het is wel de realiteit.”
U bent al sinds 1991 lid van Vlaams Blok. Hoe bent u bij de partij terechtgekomen?
“Ik kwam in 1987 voor het eerst in contact met het Vlaams Blok. Ik ontmoette Philip Claeys op een jaarlijks evenement van het Franse Front National van Jean-Marie Le Pen in Parijs. In datzelfde jaar, 1987, werd ook VBJ boven de doopvont gehouden. Ik ben in het spoor van Filip Dewinter, Karim Van Overmeire, Jurgen Ceder, Reinhard Staveaux, Philip Claeys en Dominiek Lootens-Stael lid geworden van Vlaams Blok. Die vriendenkring heeft de partij gedynamiseerd.”
“Sinds 1987 heb ik een nauwe band met de partij. Maar mijn stiefvader was een ra-
biate franskiljon. Ik kon dus geen Vlaams Blok-materiaal ontvangen op mijn thuisadres. Gelukkig had ik een kot in Sint-Gillis waar alle post van de partij kon toekomen (lacht). In 1991 ben ik uiteindelijk voluit voor het Vlaams Blok gegaan, onder meer onder impuls van toenmalig senator Roeland Van Walleghem.”
U was voordien al lid van het Belgische Front National. Hoe komt een Vlaams-nationalist daar in een hemelsnaam terecht?
“De voorzitter van het FN, Daniel Féret, was een jeugdvriend van de familie. Ik heb hem leren kennen toen ik acht jaar oud was. Hij kwam regelmatig bij ons thuis over de vloer. Van het een kwam het ander.”
“Ik had heel snel door dat er een groot verschil was tussen Vlaanderen en Wallonië. Féret vertoonde bijvoorbeeld erg denigrerend gedrag ten aanzien van Vlamingen. In die periode betekende het belgicisme nog iets: het Belgische economisch weefsel bestond nog. Het FN was een belgicistische partij, waardoor ik logischerwijze ook veel in aanraking kwam met belgicisten. Ik kon alleen maar vaststellen dat het einde van België al lang ingezet was. Vlaamse onafhankelijkheid was en is voor mij de enige uitweg uit een vastgeroest België. België heeft niks meer: de kroonjuwelen, zoals de Generale Maatschappij, zijn al lang verkocht.”
Hoe heeft uw politiek engagement vorm gekregen?
“Ik ben geboren als Nederlander. Mijn vader is een Nederlander. Ik had dus de Nederlandse nationaliteit en de daarbij horende blauwe identiteitskaart. Midden jaren 1980 moest ik in het gemeentehuis van Anderlecht een nieuwe identiteitskaart ophalen. De loketbediende haalde ineens een groene Belgische identiteitskaart boven, maar die wilde ik natuurlijk niet. De ambtenaar sprak toen de profetische woorden: ‘Als je het daar niet mee eens bent, moet je maar gaan lullen in het parlement.’ En zo geschiedde.”
In mijn bankkantoor kwamen steeds vaker mensen over de vloer die niet konden lezen of schrijven, een gevolg van de ongebreidelde immigratie
“De reden waarom ik destijds een Belgische in plaats van een Nederlandse identiteitskaart heb gekregen, was de wet-Gol. In het midden van de jaren 1980 heeft inderdaad de wijziging van het ius sanguinis (recht van het bloed, red.) naar het ius soli (recht van de grond, red.) plaatsgevonden.
Omdat ik geboren was in Gent, kreeg ik als minderjarige automatisch de Belgische identiteit.”
Bent u een Groot- of een Heel-Nederlander?
“Ik ben de Heel-Nederlandse gedachte zeer genegen. Een onafhankelijk Vlaanderen is een belangrijk doel, maar geen einddoel.”
Zijn er nog andere gebeurtenissen die u richting de politiek hebben gedreven?
“Mijn ouders hebben elkaar leren kennen aan de oevers van het Tanganyikameer in Centraal-Afrika, waar ze werkten. Mijn moeder is opgegroeid in Afrika. Mijn grootmoeder is in 1960 zelfs moeten vluchten uit Congo en heeft lang in Zuid-Afrika gewoond. Ik heb dus altijd heel veel sympathie voor dat laatste land gehad. De aanslagen in Johannesburg van 1983 hebben mijn ouders sterk geraakt. Ze hebben mij toen uitgelegd wat er precies gaande was in Zuid-Afrika. Dat was voor mij toch wel een openbaring.”
U verhuisde na de verkiezingen van 2019 naar Keerbergen. Was het in Brussel zo onleefbaar geworden?
“Ik heb er lang van afgezien, van mijn verhuis uit Brussel. Ik woonde en werkte in Brussel, maar door het wanbeleid op vlak van mobiliteit deed ik er elke dag een uur over om Brussel te doorkruisen en de acht kilometer naar mijn werk met de auto af te leggen. Met het openbaar vervoer moest ik er zelfs nog langer over doen. Dagelijks stelde ik er het maatschappelijke verval vast en dat liet me niet onverschillig. Mijn stad, het Brussel waar ik opgroeide, is niet het Brussel van vandaag. Ik heb het daar soms wel moeilijk mee. Hoe is het in hemelsnaam mogelijk dat een stad in veertig jaar tijd zó ingrijpend is veranderd? Vroeger kwam iedereen van heinde en verre naar Brussel om de chique winkels op de Louizalaan te bezoeken. Vandaag is het een winkelstraat geworden waar je om de tien meter een dakloze op een matras aantreft. De chique winkels gaan weg en de armoede neemt het over. De verloedering is schrijnend.” “Ik ben tien jaar geleden zelfs aangevallen voor mijn eigen deur, nadat ik enkele ‘jongeren’ had gewezen op hun ongepast gedrag. Mijn zoontje was daar getuige van. Onder meer daarom heb ik beslist dat ik niet in Brussel wilde blijven. Uiteraard ben ik vandaag veel liever in Keerbergen, maar dat betekent niet dat ik mij niet bekommer om de problematiek in Brussel. Mijn hart ligt nog altijd in Brussel. In het Vlaams Parlement zal ik me dus logischerwijze onder meer met Brussel bezighouden, naast financiën en mobiliteit.”
In tijden van sociale media, smartphones, hacking en camera’s sluimeren gevaren voor onze privacy en onlineveiligheid om elke hoek. Enerzijds draagt iedereen een verantwoordelijkheid voor wat men wel of niet op het wereldwijde web plaatst. Anderzijds beschermen overheden onze privacy, of zouden ze dat moeten doen. Maar wat wanneer het misgaat? Wat als criminele organisaties het op ons gemunt hebben? En wat kan er zoal fout lopen?
Iedereen heeft recht op privacy, iedereen heeft het recht op eerbiediging van zijn privéleven en zijn gezinsleven. Maar is het privéleven wel nog steeds privé? Internet, elektronische identiteitskaarten, betaalkaarten, bewakingscamera’s, gsm en gps: zowat alles wat we doen en laten lijkt achterhaald te kunnen worden. Meer dan ooit laten we onze gegevens rondslingeren, waardoor ook malafide instanties er gretig gebruik van kunnen maken. Privacy is niet langer iets van de fysieke wereld. Door de digitale evolutie lijken we veel lakser geworden te zijn als het gaat om de voetafdruk die we achterlaten. Geen haar op ons hoofd dat eraan denkt om brieven per post door iemand te laten lezen, maar aan socialemediabedrijven vertrouwen we kennelijk maar wat graag toe wat we liefst doen (Facebook), hoe we ons voelen over elk thema (Twitter/X), waar we zoal naartoe gaan (Strava), welke vakantiefoto’s we trokken (Instagram), welke filmpjes ons plezieren (TikTok), wie onze familieleden zijn, waar en wanneer we geboren werden, en ga zo maar door. Slimme spraak- en opnametechnologie als Alexa (Amazon) en Siri (Apple) luisteren via onze smartphones mee, niet enkel wanneer we een commando geven, maar ook wanneer ons toestel in slaapmodus staat. Sinds de Algemene Verordening Gegevensbescherming (GDPR), moeten bedrijven duidelijk en transparant communiceren welke gegevens ze verzamelen, waarom ze dat doen, hoelang die worden bewaard, hoe ze worden beschermd, maar vooral: bedrijven moeten geïnformeerde toestemming vragen voor de verzameling van privégegevens. Realiteit is echter dat heel wat mensen klakkeloos alle pop-upvenstertjes zo snel mogelijk afvinken om gulzig te kunnen verder surfen. Door zoveel informatie nietsvermoedend te delen met bedrijven die de grenzen van de fysieke en digitale wereld overschrijden en doen vervagen, laten we die conglomeraten toe een digitaal profiel van elk van ons op te maken dat verkocht kan worden voor marketingdoeleinden of gebruikt kan worden om artificiële intelligentie (AI) verder mee uit te bouwen. Elke flard die op het internet wordt geplaatst, wordt ‘gescrapet’ en gebruikt.
Cybercriminaliteit
Ook al zijn we nog zo laks, op sociale media bepalen we zelf min of meer wat we met wie delen. Je kiest wat je online plaatst. Als die gegevens verder gedeeld worden, dan moet ‘wie z’n gat verbrandt, op de blaren zitten’. Anders is het wanneer onze geheime gegevens daadwerkelijk gestolen en misbruikt worden door criminele instanties. Hoewel de term cybercriminaliteit erg breed is, zien we elk jaar op rij een verhoging van het aantal meldingen rond hacking, onlinefraude en computercri-
minaliteit. De FOD Economie rapporteerde al tussen 2018 en 2021 een verdubbeling van het aantal fraudegevallen op het internet. Het Belgisch Centrum voor Cyberveiligheid gaf aan dat het in 2023 onder meer 10 miljoen gevallen van verdachte e-mails ontving, dat er het laatste jaar vijf gevallen van hacking plaatsvonden met nationale impact en dat het aantal kleinere incidenten met 142 procent steeg. Drastische cijfers die aantonen dat onze onlineveiligheid daalt.
De cijfers van het Belgisch Centrum voor Cyberveiligheid tonen aan dat onze onlineveiligheid daalt
Doorgaans zijn er twee manieren waarop data geroofd worden. Ofwel worden we persoonlijk geviseerd en worden we doel van een kleine gerichte aanval, ofwel krijgen bedrijven of overheidsinstanties die over een brede hoeveelheid gevoelige informatie beschikken te maken met een georkestreerde ‘cyberattack’. Een aantal voorbeelden. Burgers laten nog steeds maar al te vaak hun paswoorden voor allerhande websites hacken. Internetgebruikers kiezen erg voor de hand liggende paswoorden (hun naam, adres, geboortedatum enzovoort) waardoor het voor indringers wel erg gemakkelijk wordt om aan te melden op andermans account. Daarnaast wordt kredietkaartinformatie geregeld gestolen, waarmee oplichters heel wat transacties kunnen doen vooraleer de eigenaar zijn of haar kaart kan blokkeren. Verder maken bedriegers nepprofielen aan van bekende, betrouwbare figuren of zelfs familieleden om geld af te troggelen van kwetsbare, goedgelovige burgers. Ook online-afpersing, waarbij oplichters beweren te beschikken over gevoelige informatie (intieme beelden, geheim onlinesurfgedrag en dergelijke) komt steeds meer voor. De situaties zijn vaak bijzonder schrijnend en te talrijk om op te noemen. Nog verregaander wordt het echter wanneer een bedrijf of overheidsinstantie tegen een georganiseerde cyberaanval aanloopt. Zo werd eind 2022 de stad Antwerpen getroffen door een gecoördineerde aanval van hackerscollectief Play Group, waarbij 557 gigabyte aan data werd buitgemaakt, waaronder persoonlijke gegevens, paspoorten en financiële documenten. Tal van stadsdiensten lagen als gevolg daarvan maandenlang plat. Afspraken maken bij loketten of in recyclageparken, attesten te krijgen van het OCMW, onlinetickets te boeken voor de musea, boeken te ontlenen in de bibliotheek of sluikstort te melden, niets werkte meer. Het hackerscollectief
versleutelde de toegang tot alle toepassingen totdat Antwerpen heel wat losgeld betaalde. De verliezen die ’t Stad leed, waren enorm en zouden tot op vandaag een negatieve doorwerking hebben. Ook dat type aanval, waarin oplichters software hacken en versleutelen en een betaling eisen, ‘ransomware’, steeg in 2023 met 24 procent.
Identiteitsfraude
Door onverschillig al onze persoonlijke gegevens op sociale media te plaatsen, laten we vreemden quasi toe om onze identiteit na te bootsen, te gebruiken en te misbruiken. U herinnert zich nog wel het spraakmakende verhaal van de Gentse, mannelijke, student die zich uitgaf als ‘Eveline’ en bekende bronstige sloebers als Peter Van de Veire, Stan Van Samang en Sean Dhondt zover kreeg om expliciete naaktbeelden met hem/haar te delen. Hoewel de bekende Vlamingen zich nadien gretig in de slachtofferrol wentelden, bleef één slachtoffer onbesproken: de Australische schone van wie foto’s werden gebruikt om Van de Veire en co uit hun tent te lokken. Het model in kwestie werd uiteraard niet schuldig bevonden aan de verspreiding van de naaktbeelden van de crème de la crème van het Belgische BV-landschap, maar het moet toch akelig en bevreemdend zijn om vast te stellen dat jouw beeltenis gebruikt werd om strafrechtelijke feiten te plegen.
Eind 2022 werd de stad Antwerpen getroffen door een gecoördineerde aanval van hackerscollectief Play Group
Verdere ervaringsdeskundigen vinden het als het om identiteitsfraude blijkt te gaan helemaal niet moeilijk. Zo toonde N-VA-politicus Sander Loones jaren geleden in een moment van onachtzaamheid zijn identiteitskaart tijdens een persmoment, waarna een foto van zijn kaart een eigen leven begon te leiden. “Ik werkte op de dienst Vreemdelingenzaken en was verantwoordelijk voor het project waarbij vreemdelingen een elektronische verblijfskaart kregen. Op een persconferentie toonde ik mijn identiteitskaart om te kunnen vergelijken. Een journalist nam er een foto van die in de krant belandde, en de miserie begon.” Zo sloten criminelen huurcontracten in zijn naam, werden er bankrekeningen op zijn naam geopend en leningen aan woekerintresten afgesloten. Hoewel het geval van Sander Loones geenszins onbekend was, maakte burgemeester voor Open Vld te Lokeren Filip Anthuenis in 2020 dezelfde fout door bij de voorstelling van de nieuwe e-ID’s evenzeer zijn kaart te tonen tijdens het gesprek met de verzamelde pers. Dat ook hij later het slachtoffer werd van identiteitsfraude, hoeft niemand te verbazen. De onvoorzichtigheid waarmee met een gevoelig document als de identiteitskaart wordt omgesprongen, ook door publieke figuren, is bij momenten stuitend.
Wordt vervolgd
In dit stuk werd op een pijnlijke manier beschreven wat er zoal kan misgaan. Volgende week leest u hier wat er beter kan, hoe we concreet te werk kunnen gaan om dat soort inbreuken te vermijden en hoe de politiek hiermee omgaat. Welke strategieën kan iemand in het dagelijkse leven toepassen? Bent u al eens slachtoffer geworden van cybercriminaliteit of identiteitsfraude? Stuur ons een lezersbrief met uw verhaal.
SANDER DE WULF
Dit jaar is het precies 250 jaar geleden dat Caspar David Friedrich het levenslicht zag. Hij wordt vandaag - geheel terecht overigens - door zijn erg atmosferische kleurgebruik en de bijna meditatieve sereniteit van veel van zijn werken, beschouwd als één van de belangrijkste schilders van de Duitse romantische schilderschool. Toch had het niet veel gescheeld of hij was compleet in de vergetelheid geraakt… Niet minder dan drie grote tentoonstellingen in Hamburg, Berlijn en Dresden zetten dit jaar deze toch wel bijzondere schilder in de schijnwerpers.
Net als zijn schilderijen, werd zijn leven gekleurd door mist en mystiek, drama, ‘weltschmerz’ en weemoed. Hij werd geboren en groeide op in Greifswald, een ietwat slaperig kust- en Hanzestadje in Mecklenburg-Voor-Pommeren, dat sinds 1456 binnen zijn muren aan een universiteit onderdak bood, de op één na oudste universiteit van het Oostzeegebied. Caspar was de 6de van 10 kinderen en zijn opvoeding werd stevig beïnvloed door het strenge lutherse geloof van zijn vader. Al op jonge leeftijd moest hij verschillende harde slagen van het lot ondergaan. Zijn moeder stierf aan tyfus toen hij amper 7 jaar oud was. Kort daarna stierf ook zijn zus Barbara. Op 13-jarige leeftijd moest hij toezien hoe zijn broer Christoffer, die een jaar jonger was, aan een hartstilstand overleed nadat hij Caspar van de verdrinkingsdood gered had toen die bij het schaatsen door het ijs was gezakt. Drie jaar later bezweek zijn zuster Maria aan een longontsteking… Die traumatische ervaringen hadden een grote impact op hem en lagen waarschijnlijk aan de basis van zijn latere depressies en een mislukte zelfmoordpoging.
KUNSTONDERWIJS
Al op jonge leeftijd ontdekte men dat Caspar artistieke aanleg had. Hij kreeg zijn eerste tekenlessen in 1790 als privéleerling van de kunstenaar Johann Gottfried Quistrop, die graag uitstapjes maakte in het landschap van West-Pommeren met zijn leerlingen. Hij moedigde Caspar aan om vrijuit inspiratie te putten uit de natuur. Het was ook diezelfde Quistrop die hem kennis deed maken met de poëzie van de theoloog Ludwig Gotthard Kosegarten, die in zijn gedichten de natuur zag als een openbaring van God.
verlamming veroorzaakte. Ondanks een verblijf in een kuuroord, knapte hij niet echt op en werd het schilderen moeilijk voor hem. Hij gaf het schilderen met olieverf bijna volledig op en wijdde zich aan aquarellen en sepiatekeningen. De werken uit die tijd lieten nauwelijks nog landschappelijke taferelen - zijn specialiteit - zien, maar bevatten vaak symbolen van de dood en het afnemende leven, zoals het sombere ‘Landschaft mit Grab, Sarg und Eule’. Friedrich kon steeds minder schilderen en nog minder verkopen, waardoor hij en zijn gezin in armoede leefden. Na een tweede beroerte was hij bijna volledig verlamd. Op 7 mei 1840 overleed hij in Dresden. Zijn werk raakte in de vergetelheid en pas in het begin van de 20ste eeuw werd hij, bijna bij toeval, herontdekt. Zijn ‘Wanderer über dem Nebelmeer’ is intussen uitgegroeid tot een icoon van de romantische schilderkunst.
AFGEZONDERD EN OVERWELDIGD
Heel veel van zijn werken waren landschapstaferelen, vaak geïnspireerd door zijn veelvuldige reizen naar de eenzame stranden van de Oostzee, de krijtwitte kliffen van het eiland Rügen of het donkere, met mythen beladen Harzgebergte. Het was opvallend hoe hij, geheel conform de geest van de romantische stroming, de mens binnen die vaak overweldigende landschappen een plaats wist te geven. De menselijke figuren - vaak klein en nietig - in zijn tot de verbeelding sprekende landschappen, staan meestal melancholisch mijmerend met de rug naar de kijker, waardoor de toeschouwer het landschap op dezelfde manier beschouwt als die figuren en het gevoel van afzondering versterkt dat uit vrijwel al zijn schilderrijen spreekt. Zijn figuren lijken overweldigd door en op te gaan in de natuur, betoverd door de verlokking van het verre, het oneindige, het onbereikbare. Hij gaf hiermee zijn landschappen een ziel en maakte zo de natuur tot een klankbord van menselijke gevoelens.
FRIEDRICH
Een belangrijk aspect waarover vandaag in onze postmodernistische tijd vaak zedig wordt gezwegen, is zijn nationalisme. Hij was stevig beïnvloed door patriottische denkers als Herder, Fichte en Arndt en zijn vriend Novalis, de te jong gestorven schrijver. Veel van zijn schilderijen die werden gemaakt tijdens de Franse bezetting van de Duitse Landen, stonden bol van anti-Franse symboliek. Op een allegorisch werk als ‘Gräber gefallener Freiheitskrieger’ uit 1812 is een vrijwel onzichtbare slang in de kleuren van de Franse vlag te zien, die zich om de grafsteen van Arminius - de Germaanse vrijheidsstrijder die de Romeinen een verpletterende nederlaag bezorgde in het Teutoburgerwoud - kronkelt. De figuren in werken als ‘Der Chasseur im Walde’, ‘Zwei Männer in betrachtung des Mondes’ en ‘Wanderer über dem Nebelmeer’ zijn getooid in Oudduitse kledij, een uiting van verzet tegen de door Frankrijk geïnspireerde modetrends en een duidelijke referentie aan zijn eigen patriottische, revolutionaire instelling. Daarmee waren zijn schilderijen niet alleen nostalgisch gericht op het verleden, maar ook op de toekomst en de hoop van de wordende Duitse natie. Niet voor niets vormden zijn werken, toen de Fransen in 1814 waren verdreven, de hoofdattracties van de Dresdener Patriotischen Kunstausstellung.
Olympische Spelen
Pallieterke, Inderdaad zielig dat Greenpeace gemuteerde gewassen tegenwerkt. Waarom verbieden ze onze patatjes ook niet? Wanneer die door ontdekkingsreizigers uit Amerika ingevoerd werden, overleefden die amper de winters. Door telkens de overlevenden verder te gebruiken en onderling te kruisen, zijn tientallen soorten ontstaan. Dit is pure agrarische genetische evolutie, gestuurd door de mens. Genetische manipulatie is een vergevorderde wetenschap die kunstmatig toepast wat de natuur, zowel planten als dieren, al sinds haar bestaan heeft gedaan. Voor de verantwoordelijken van de openingsceremonie in Parijs stel ik voor, in navolging van het getoonde woke ‘Laatste Avondmaal’, eens Allah en profeet Mohamed voor te stellen als transgender en homoseksueel. We moeten allemaal toch zo verdraagzaam zijn, nietwaar?
Dirk Vandeputte, Aartselaar
Belgian Party
Olympische Spelen (2) Pallieterke, Had men het gewaagd om met de islam te spotten zoals met heeft gedaan met het christendom, de Spelen waren al in bloed en geweld geëindigd.
Daniel Meuleman
Na vier jaar les te hebben gevolgd bij Quistrop, was Friedrich klaar voor het grote werk en trok hij naar de Academie van Kopenhagen. Hij ging er in de leer bij Christian August Lorentzen en Jens Juel, twee Deense schilders die naam hadden gemaakt met hun landschappen en die hem sterk zouden beïnvloeden. Na zijn studie vestigde Friedrich zich in 1798 in Dresden. Hoewel hij veel verschillende methoden probeerde, zoals etsen en experimentele prenten, tekende en schilderde hij het liefst met inkt, aquarel of sepia. Later schakelde hij over naar olieverf als medium.
PASSÉ
Hij brak door met zijn werk toen hij in 1805, op aandringen van Goethe, de felbegeerde ‘Weimar Kunstfreunde-prijs’ won. Vooral zijn werk ‘Tetschener Altar’ (1807), dat beschouwd wordt als het begin van zijn rijpe olieverftechniek, werd erg goed ontvangen door critici en het brede publiek. In 1824 kreeg hij een aanstelling tot professor aan de Academie van Dresden, maar hij raakte het daaropvolgende jaar overwerkt en moest het rustig aan doen, waardoor zijn productiviteit aanzienlijk afnam, wat op zich weer leidde tot inkomstenverlies. Bovendien lag hij in de laatste jaren van zijn leven niet meer zo goed in de markt. Toen de idealen van de vroege romantiek uit de mode raakten, zagen zijn tijdgenoten hem meer en meer als een excentrieke en melancholieke eenzaat. Zijn stijl was niet meer van de tijd en geleidelijk keerden zijn opdrachtgevers zich van hem af. Rond 1835 werd hij een eerste keer getroffen door een beroerte, die een lichte
JAN HUIJBRECHTS
Pallieterke, Voor de derde maal organiseerde de FOD Kanselarij van de Eerste Minister op 21 juli de ‘Belgian Party’ in het Jubelpark te Brussel. Diverse Franstalige en Nederlandstalige ‘artiesten’ traden op en het geheel werd uitgezonden door VRT, La Une, BRF, Play4 en TV5Monde. Aan Nederlandstalige kant waren Peter Van de Veire en Kat Kerkhofs de presentatoren. De presentatie en de bindteksten ademden nostalgie naar het ‘Belgique de papa’ uit en men wilde de toehoorder doen geloven dat er zoiets als een Belgische muziekscene bestaat. Dit terwijl de optredende Vlaamse zangers - uitgezonderd Helmut Lotti misschien - volstrekte onbekenden waren voor de Franstaligen en in mindere mate vice versa. Kan ook niet anders, de Franstalige radio- en tv-stations weigeren immers nog altijd Nederlandstalige liedjes uit te zenden. Het was zielig vast te moeten stellen hoe Van de Veire en co artificieel een Belgisch enthousiasme trachtten op te wekken door de aanwezigen constant op te zwepen. Dragers van tricolore Elton John-brillen en tricolore ‘Gallische carnavalskledij’ werden om hun ‘civisme’ geprezen. Dat Vlamingen en Walen iets samen vieren (liefst niet de 21ste juli natuurlijk) moet mogelijk zijn. Maar dan doordrongen van hun identiteitsgevoel en fier daarop; niet geprangd in een ‘Belgisch’ keurslijf. Laat de ‘Belgian Party’ een waarschuwing zijn hoe het NIET moet bij de festiviteiten voor ‘200 jaar België’. De Vlaamse parlementsleden zijn gewaarschuwd. Tijdens de party mochten we ook een staaltje van onbenulligheid en Vlaams masochisme meemaken. De Antwerpse Emma Bale begon haar optreden met een Frans liedje. Ze had zich - in het Frans - ook al echt ‘Belgisch’ uitgelaten: “Je suis super heureuse de pouvoir fêter la Belgique…” Bij de overschakeling naar het tweede - Nederlandstaligliedje had zij de volgende boodschap: “Ma suivante chanson sera ‘malheuseurement’ en néerlandais…” Ze trachtte te corrigeren, maar het onheil was geschied. Hopelijk houden organisatoren van muziekevenementen in Vlaanderen en de VRT in de toekomst rekening met de instelling van Emma bij het sluiten van contracten. L. Monballiu, Sint-Stevens Woluwe
Migranten en tewerkstelling Pallieterke, Vroeger had ik jarenlang een abonnement op Knack, maar dat heb ik toen stante pede opgezegd na het lezen van dat fameuze voorwoord in Knack van Bert Bultinck dat “Racistische stereotypen diep in het Vlaamse DNA zijn ingebakken”. Ge moet maar durven! Trouwens, sedert het ontslag van Rik Van Cauwelaert, gevolgd door Koen Meulenaere met zijn onvergetelijke ‘Kwaad Bloed’, heeft Knack volgens mij nooit meer datzelfde journalistieke niveau bereikt van vroeger. Bert Bultinck is trouwens niet de enige met zijn Vlaamse minachting, Tom Lanoye bijvoorbeeld kan er ook wel wat van met zijn ‘weg met ons’-mentaliteit en zo zijn er nog wat van dezelfde soort. Interessant artikel van Julien Borremans.
Alex Beaumon, Landen
Gwendolyn Rutten
Pallieterke, Hier mag toch eens gelachen worden... Gwendolyn Rutten, ik hou van jou! Onbevreesd, vrij van schaamte met de middelvinger naar de goegemeente en een arrogante glimlach om de mondhoeken, dat is Gwendolyn ten voeten uit. Als mascotte van Open Vld geef je het juiste beeld van de partij weer en dien je als lichtend voorbeeld voor het nageslacht en het clubje arrogante ‘losers’ van de laatste verkiezingen. Dank u, Gwendolyn. Roger Gielens
Björn Rzoska
Pallieterke,
Ik ben er geen grote fan van om linkse en of groene figuren in ’t Pallieterke een forum te geven, maar anderzijds is het soms interessant te weten welke rare vooroordelen die mensen hebben. Zo beweert Rzoska dat de Vlaamse Beweging blijvend en voortdurend “koketteert met het collaboratieverleden”. Voorbeelden om die bewering te onderbouwen, worden niet gegeven en laat me toe het te zeggen dat de interviewer geen enkele poging doet om uitleg te vragen. Wat mezelf betreft, ik vind die bewering totale onzin en ik kan daar geen voorbeelden van terugvinden. Verder bestrijdt Rzoska het gedachtegoed van Vlaams Belang, nog zo een klassieke uitspraak, maar er wordt nooit gespecifieerd wat er juist verkeerd zou zijn. Vlaams Belang heeft immers duidelijke meningen over alle aspecten van het leven. Ook hier stelt de interviewer geen indringende vragen. Die dubieuze uitspraken vormen inderdaad een gemakkelijke drogreden om niet te moeten meewerken aan een zelfstandig Vlaanderen en dat zonder enig deftig argument. Robert Bové, Wichelen
ZIJN ‘WANDERER ÜBER DEM NEBELMEER’ IS INTUSSEN UITGEGROEID TOT EEN ICOON VAN DE ROMANTISCHE SCHILDERKUNST Een lezersbrief insturen? Stuur uw bericht naar lezersbrieven@pallieterke.net. Opgelet, brieven mogen maximaal 1.000 karakters tellen (inclusief spaties). Dat zijn een 30-tal
In februari 2023, meer dan een jaar geleden, verspreidde Ben Weyts, minister van Sport in de Vlaamse regering, een persmededeling met de titel: “Vlaanderen met ambitie naar Zomerspelen in Parijs en Winterspelen in Milaan”. Tenzij ik iets gemist heb, heb ik van die Vlaamse ambitie nog niets gemerkt. Ik zie alleen Belgische ambitie.
En neen, ik heb het niet over de individuele sportprestaties van onze Vlaamse topsporters. Iedereen weet dat deelnemen aan de Olympische Spelen ook een beetje een kansspel is waar winst of verlies heel dicht bij elkaar liggen. De prestatie van Nina Derwael was top, alleen kwam ze net enkele punten te kort voor een medaille. Helaas.
Belgium
Ik volg de Olympische Spelen met een zijdelingse blik. En zeker na de wansmakelijke en vooral saaie openingsceremonie had ik er al grotendeels mijn buik van vol. Maar goed, op het moment dat er een Vlaming of Belg aan de beurt is, volgt een mens de wedstrijd met toch iets meer interesse. Maar ondanks de investeringen van Ben Weyts in de Vlaamse topsporters, is het toch al ‘Belgium’ dat de klok slaat. Belgian Cats, Belgian Tornados, Belgian Cheetahs, je hoort niets anders. Wordt er gewonnen, dan gaat de huldiging door in het Belgian House met veel Belgisch bier, Belgische frietjes en Belgische vlaggen. Om de Brabançonne niet te vergeten. Kortom, het draait allemaal rond Team Belgium. Nochtans werd de bevoegdheid ‘sport’ geregionaliseerd eind de jaren 1970. Sindsdien werden de nationale sportbonden gesplitst in een Vlaamse en Waalse vleugel. Maar ondertussen zijn we dus 50 jaar verder. Internationale sportwedstrijden zouden een middel kunnen zijn om het merk ‘Vlaanderen’ uit te dragen. Maar dat gebeurt dus niet en zal ook op deze Olympische Spelen niet gebeuren.
Impact
In zijn persmededeling van februari 2023 vroeg Ben Weyts of Vlaanderen meer impact zou krijgen op het beleid van het Belgisch Olympisch en Interfederaal Comité (BOIC), de federale instantie die België op olympisch niveau vertegenwoordigt. Ondanks het feit dat Vlaanderen méér investeert in sport en méér medailles behaalt, blijft de stemverhouding binnen het BOIC paritair. Weyts heeft daarom gevraagd om ook daar verandering in te brengen, zowel demografisch, democratisch als budgettair.
Een voorbeeld: vier leden van het BOIC zetelen ook in het IOC, het Internationaal Olympisch Comité. Drie van die vier Belgische leden behoren tot de francofonie. Ik ben benieuwd of de N-VA-onderhandelaars in het toekomstige regeerakkoord daar verandering in gaan brengen.
Wereldtentoonstelling
Dat doet me denken aan een uitspraak van Jan Jambon in De Morgen van 27 november 2021. Hij was net terug van de wereldtentoonstelling in Dubai. De minister-president was erg teleurgesteld over de invulling van het Belgische paviljoen.
Ik lees in het krantenartikel dat onze minister-president wil nagaan of Vlaanderen zich de volgende keer autonomer kan presenteren. “Het voorbeeld van de Duitse deelstaat Baden-Württemberg, die daar met een eigen paviljoen staat, kan inspirerend werken. Ik heb ondertussen begrepen dat dat wel kan voor ‘Länder’ van Duitsland en deelstaten van België, maar dat de federale overheid daar dan mee akkoord moet gaan.”
Ook dat is een uitdaging voor de N-VA-onderhandelaars in het federaal regeerakkoord. Vlaanderen dat aanwezig is met een eigen paviljoen op een wereldtentoonstelling, hoe mooi zou dat niet zijn. Dat zal niet meer lukken in 2025 (in Osaka, Japan), maar hopelijk lukt het tegen 2030 wel. Benieuwd wat het regeerakkoord daarover zal brengen.
PAL voor Vlaanderen is een project van PAL Academie vzw. Met die vzw zetten we onze kennis, kunde en netwerk in om het pad naar Vlaamse onafhankelijkheid te effenen. De vzw beschikt over ideeën en mensen, maar met uw financiële steun op rekening KBC BE39 7390 1640 4519 zouden we nog veel meer kunnen doen.
Augustus is traditiegetrouw een moeilijke maand voor journalisten. We hebben dan te maken met wat we gemeenzaam ‘komkommertijd’ noemen. U weet het, de parlementen zijn in reces en de parlementsleden zijn met vakantie. En ook de onderhandelingen voor de nieuwe regeringen liggen eventjes stil.
Daarom dat ik van deze windstilte op politiek vlak gebruik wil maken om u nu al te melden dat uw geliefkoosd ’t Pallieterke volgend jaar zijn 80ste verjaardag gaat vieren. Dat is best opmerkelijk, want de papieren media hebben het de jongste jaren steeds moeilijker om te overleven in deze digitale tijden.
Wie kan rekenen, weet ondertussen dat het eerste nummer in 1945 verscheen, meer bepaald op donderdag 17 mei. Stichter en eerste hoofdredacteur was Bruno De Winter. Bruno was in 1931 als 21-jarige aan de slag gegaan bij de Vlaamsgezinde krant Het Handelsblad. Eerst als hulpje voor alle werk, maar hij groeide snel door in de journalistiek. Hij werd actief als redacteur voor het Antwerpse stadsnieuws, maar mocht ook de verslaggeving in het parlement brengen. Tijdens de oorlog verscheen Het Handelsblad niet en werkte hij als ambtenaar voor de Nationale Landbouw- en Voedingscorporatie.
Kronijk
Na de bevrijding hernam hij zijn journalistieke werk voor Het Handelsblad. Hij kreeg er een eigen column die ‘Kleine Kronijk’ werd genoemd en die spoedig razend populair werd. Hij ondertekende die rubriek met ’t Pallieterken, toen nog met een ‘n’ achteraan. De column was zo populair dat De Winter aan een eigen satirisch weekblad dacht, maar de toenmalige bazen van Het Handelsblad vonden dat een te groot financieel risico.
De reclameagenten Karel Polderman en François Van Gool zagen er wel brood in en zo kon Bruno uiteindelijk met zijn eigen weekblad van start gaan. Het eerste werkjaar stond hij er alleen voor en moest hij elke week op zijn eentje vier bladzijden vullen. Daarnaast vervulde hij ook alle
andere taken, zoals het zetwerk en de administratie. Op 14 maart 1946 werd de nieuwe vennootschap opgericht die gevestigd werd in de Vestingstraat 28 te Antwerpen. Nys
Om de grijsogende bladzijden wat op te vrolijken, zou Bruno De Winter alras uitkijken naar een goede cartoonist. In augustus 1945 werd een cartoonwedstrijd uitgeschreven. De winnaar van die wedstrijd was Jef Nys, die 10 jaar lang cartoonist zou blijven bij ’t Pallieterke. Later zou hij (nog meer) bekendheid genieten als geestelijke vader van Jommeke. Pas maanden later, op 1 oktober 1946 werd nog een medewerker, Jan Nuyts, in dienst genomen. Bruno De Winter overleed in de vroege morgen van 30 mei 1955 aan een hartaanval. Hij was amper 45 jaar oud. Zijn begrafenis een week later bracht duizenden mensen op de been. De Standaard noemde Bruno De Winter “de meest populaire Vlaming van het ogenblik”. Zijn redactiesecretaris en rechterhand, Jan Nuyts, volgde hem op en zou met succes ’t Pallieterke verderzetten.
Geschiedenis
A. Bezuinigden pietluttig
C. Patriottisch
B. Muzieknoot - Cremeer - Gokchinees
E. Massavernietigingswapens
In 2015 werden er ter gelegenheid van 70 jaar ’t Pallieterke twee boeken uitgegeven. Het eerste boek ‘Jef Nys, de beginjaren als cartoonist’ werd geschreven door Tomas Verachtert en telt 220 bladzijden en brengt het verhaal van de 10 jaren van Jef Nys bij ’t Pallieterke (ISBN 978 908 2244 31 1). Het boek is rijkelijk geïllustreerd met een 300tal cartoons en tekeningen van Jef Nys. Het tweede boek ‘Zonder andere baas dan mijn geweten - ’t Pallieterke van Bruno de Winter’ werd geschreven door Mark Vanvaeck en telt 215 bladzijden (ISBN 978 908 2244 32 8). Van beide boeken hebben we nog enkele exemplaren in voorraad. Prijs per boek: 20 euro (+ 5 euro verzendingskosten). Indien u beide boeken bestelt, is de prijs 40 euro (+ 5 euro verzendingskosten). Bestellen kan via het secretariaat van ’t Pallieterke (telefonisch of per mail - zie bladzijde 2). De boeken kunnen ook besteld worden via elke boekhandel in Vlaanderen en Nederland. Tot slot: in 2018 werden alle jaargangen van ’t Pallieterke ingescand. Alle nummers van de voorbije 79 jaar kunnen gratis geraadpleegd worden op: www.pallieterke.advn.be. En binnen enkele weken zullen we u berichten over de nakende initiatieven inzake de viering van onze 80ste verjaardag.
KARL VAN CAMP
D. Tijdperk - Nederlanse waterloop - Roomijsmerk
F. Spoorwegmaatschappij - Deel van een huis - Tennisterm
G. Zelfvertrouwen - Schraal - Pers. vnw.
H. Verlichtingsmiddelen
I. Boek van de Hindoes - Waardepapier
J. Ginds - Amerikaanse autofabrikant - Zelfhulpgroep voor alcoholisten - Klop
K. De huig betreffend - Schorre
L. Seleen - In stand blijven
1. Buitengewoon zenuwachtig
2. En andere - Magnesium - Franse rivier
3. Syndicaat
4. Vlaamse politieke partij - LoofboomAmerikaanse gouden munt
5. Elk - MuzieknootVlaamse film met Jacques Vermeire in de titelrol
6. Plaats waar ‘Den Duvel’ rijptRomeinse getal twee
7. Natuurkundige eenheid van druk - Beestachtig
8. Sjalot - VS
9. Alpenweide - Lichaamsdeel - Helium
10. Energiewekker - Deel van het jaar
11. Plechtige belofteLeer van de rassenverbeteringen
12. Heiligen - Ganzenveer
Mevrouw Rutten heeft wel vaker deze rubriek gehaald. Ze is zonder enige twijfel een zeer kleurrijk figuur die de nationale politiek verlaat. Niet omwille van haar flamboyante stijl of pittige discours. Absoluut niet. Maar wel door haar onfeilbaar vermogen om in iedere mogelijke omstandigheid de meest idiote keuze te maken. Het is weinigen gegeven. Maar Gwenny? Gwenny had het. Ze zal gemist worden.
Deze keer is ze echt weg hoor, Gwendolyn Rutten. Negen maanden geleden koos ze ook al eens resoluut voor het burgemeesterschap en verder niks, maar dat was om te lachen. Nu is het serieus. Ze heeft nu immers zelf de ministerpost waarvoor ze gedreigd, geschreeuwd, gesmeekt en geplunderd heeft de rug toegekeerd. Ze moet hem niet meer hebben. Zo simpel is het. Het was leuk voor een paar maandjes, maar ondertussen is alle mogelijke werk dat er kon gebeuren ook gebeurd. Het is klaar. In alle eerlijkheid moet Gwendolyn diep vanbinnen gedacht hebben: en ik maar al die jaren denken dat minister een serieuze job is? Been there, done that. Ze had de gemeenten nog een briefje gestuurd over hoe die bende amateurs de gemeenteraadsverkiezingen moest organiseren en dan kon de boel overgedragen worden aan Lydia Peeters. Lydia heeft de volle vijf jaar in de Vlaamse regering gezeten en geen klop uitgevoerd. Als ze dat
nog een maandje of twee volhoudt tot aan de volgende regering, komt alles dik in orde. Ondertussen kan Gwenny werken aan wat haar altijd al na aan het hart lag: Aarschot! Of hoe heette die gemeente waar ze titelvoerend burgemeester was ook alweer?
Schande!
De volledige pers struikelde ondertussen over elkaar heen om te roepen hoe schandalig de keuze wel was. Er kwam net nog geen landverraad aan te pas. Ze was potjandorie viceminister-president! Wie laat dat liggen om het eigen vel te redden in Aarschot? De pers was geschokt door zoveel politiek opportunisme. Bijna even hard als toen ze de job aanpakte, nadat ze net de nationale politiek had verlaten. Toen was het ook al ‘du jamais vu’ en postjespakkerij. In het hoofd van Gwendolyn was er maar één conclusie mogelijk: de pers weet gewoon niet wat ze wil. En daar heeft ze een punt. Figuren als Gwendolyn maken niet echt een verschil in de politiek. Ze zijn in het beste geval een komische of tragikomische noot. Alleen verwacht de publieke opinie van de liberalen dat ze wat geleerd hebben van het pak slaag dat ze van de kiezer kregen. Het zal evenwel zonder Gwendolyn zijn. Tenzij de kiezers in Aarschot het pakje slaag nog eens dunnetjes overdoen.
“Er is nog steeds geen vaccin tegen tijgers en cobra’s”
Er heerst wat angst in de Vlaamse ambtenarij. De nieuwe Vlaamse regering is van plan om de tering naar de nering te en zetten en geen overbodige kosten meer te maken. En net op dat moment beslist het departement ‘Zorg’ om een klimaatarts in dienst te nemen. Zotte kosten of bittere noodzaak? Verantwoordelijk minister Crevits wenst niet te reageren op de beslissing van haar administratie. “Dat ze zelf hun idiotie verklaren”, liet ze ‘off the record’ weten. En binnen de administratie zelf weten ze ook niet goed waar de vacature precies vandaan komt. Slechts één ambtenaar wou ons anoniem te woord staan.
Woordvoerder Joris Moonen bracht deze week heet nieuws naar buiten. Vlaanderen heeft blijkbaar dringend nood aan een klimaatarts. En wie zoeken we dan precies? “Wel, we zoeken iemand die medisch geschoold is en voor de rest is er nog niet veel achtergrondkennis over het klimaat nodig”, verduidelijkt Moonen. “Het moet iemand zijn die zich wil inwerken en creatief wil helpen nadenken over welke acties verbeterd kunnen worden en welke nieuwe acties in het leven geroepen moeten worden.”
Het is natuurlijk zo dat het klimaat erg ziek is en dat een behandelende arts geen overbodige luxe is
veel manieren. Maar niet - en ik kan dit niet genoeg benadrukken - door onder de trein te springen. Dat zorgt niet voor verkoeling. Nu gaat u mij zeggen dat u dat misschien intuïtief ook zo aanvoelt, maar als administratie houden wij het toch op een wat meer wetenschappelijk onderbouwde visie. Die komt van de klimaatarts.”
U waarschuwt ook voor een veranderende insectenpopulatie. Tijgermuggen?
Maar ben je al lid van het Vlaams & Neutraal Ziekenfonds?
Splits zelf de sociale zekerheid!
Word lid van het VNZ.
Ook Moonen benadrukt dat hij slechts de boodschapper is en in geen geval verantwoordelijk kan gesteld worden voor de inhoud. Wie dan wel? Daar blijft het oorverdovend stil over. Na lang aandringen was één ambtenaar bereid om anoniem over de vacature te pra“Dit is een heel vervelende zaak. Deze vacature had nooit mogen uitlekken. Zeker niet in tijden van besparingen. Maar het is natuurlijk zo dat het klimaat erg ziek is en dat een behandelende arts geen overbodige luxe is. Al kan je het klimaat natuurlijk niet behandelen. Dat weten wij ook wel. Maar die discussie willen we niet voeren. Het leidt alleen maar tot een oeverloos welles-nietesspelletje en daar hebben wij helaas geen tijd voor.”
Waaruit zal dat takenpakket dan wel
“We stellen bijvoorbeeld vast dat mensen meer willen drinken als het heet is. Water vooral. We willen dan vermijden dat mensen dan gaan denken: hé, ik heb zin om meer te drinken dan anders. Er zal toch niets mis zijn? Nu is er een klimaatarts die iedereen kan geruststellen en kan zeggen: wel integendeel, bij warm weer moet je veel drinken. Luister gerust naar je lichaam. Ook andere fenomenen als lichtere kledij dragen, sandalen, ijsjes eten en zelfs een verfrissende duik nemen. Dat is allemaal perfect normaal. Maak
wees uit dat de klimaatverandering tot meer zelfmoord leidt. Is daar een rol weggelegd voor
“Zeer zeker. We willen duidelijk maken dat het dus perfect normaal is om verkoeling te zoeken bij hitte. En dat kan op zeer
ANDRÉ: “Bijvoorbeeld, ja. Die rotbeestjes kunnen vieze ziektes veroorzaken. En daar blijft het niet bij. Als het klimaat zo blijft opwarmen, kunnen we hier last krijgen van tijgers, leeuwen, cobra’s, een herverkiezing van de Vivaldi-regering. Zelfs een terugkeer van Verhofstadt kan niet uitgesloten worden bij een wereldwijde temperatuurstijging van amper 5 graden. Zo’n klimaatarts kan daar niet echt iets aan doen, maar hij kan wel waarschuwen en mensen erop wijzen dat leeuwen niet zomaar grote poezen zijn die je mag aaien. En dat er ook nog niet meteen een vaccin voor bestaat. Begrijpt u?”
Niet echt. Wat zegt u tegen mensen die dit een groteske vorm van verspilling noemen?
ANDRÉ: “Ik zeg daar liever niets tegen, als u het niet erg vindt. Maar ik begrijp het wel. We hebben dan ook besloten om geen ‘happy hour’ meer te organiseren voor het uitschrijven van vacatures. En dat nemen we ter harte. Beloofd.”