“Het opgesoupeerde vredesdividend is gelijkaardig met toen”
JOREN
ONDERMAATS ONDERNEMERSCHAP
Een goede zaak is ook dat de proeven over de meest essentiële bouwstenen van kennisoverdracht gaan: taal en wiskunde. Wie die niet minimaal beheerst, kan ook geen andere vakken meester worden.
Een deel van de resultaten, zoals afgenomen van een paar duizend leerlingen van het vierde leerjaar en het twee middelbaar, is nu al bekend. Hoe moeten we die interpreteren? In principe heeft Lieven Boeve, baas van Katholiek Onderwijs Vlaanderen, geen ongelijk: het is de eerste keer dat de scholen dezelfde eindtoetsen opgelegd kregen, waardoor het ons nog ontbreekt aan een vergelijkingspunt uit het verleden. Dat neemt niet weg dat hij ongeveer de enige was die twijfel uitsprak over de slechte resultaten.
Vooral de wiskundige kennis blijkt ondermaats. In het tweede jaar van het secundair behaalt slechts een magere 13 procent de vooropgestelde minimumnorm. Een
STAPELT DE BUIZEN OP O
ander ontnuchterend resultaat is dat 10 procent van de leerlingen in die graad zelfs niet over een basis aan leesvaardigheid beschikt. Zij kunnen in theorie wel lezen, maar het ontbreekt hen aan de bekwaamheid om de inhoud goed te begrijpen en er informatie uit te halen.
In september zullen alle scholen hun individuele resultaten kennen en zullen ze zich met elkaar kunnen vergelijken. Het is jammer dat het niet de bedoeling is die informatie te verstrekken aan de burgers. De scholen zijn immers bang in een rangschikking terecht te komen en in een concurrentiestrijd te verzeilen, maar zou dat zo een slechte zaak zijn?
Olifant in de kamer
Alle kranten hebben aandacht besteed aan de resultaten. Geen enkele heeft het echter aangedurfd het te hebben over de
We hebben in dit blad onderwijsminister Weyts vaak bekritiseerd, maar dat hij de centrale toetsen heeft kunnen doordrukken, ondanks weerstand van de onderwijskoepels, is een prestatie. Hij heeft het tij niet kunnen keren voor het Vlaams onderwijs, maar heeft tenminste een werkbaar instrument aangereikt dat gebruikt kan worden om het herstelproces aan te vatten. 8-9 2 3 4 5
olifant in de kamer: immigratie. Ik durf nu al te voorspellen dat er in september een duidelijke correlatie vastgesteld zal kunnen worden tussen de resultaten en de etnische samenstelling van de scholierenbevolking. Gebrek aan taalkennis en cultureel verschillende opvattingen over het belang van onderwijs zullen meer verklaren dan het onderwijsnet waartoe de school behoort. Wie wordt de volgende minister van onderwijs? Het is bekend dat Vooruit aast op de job van Ben Weyts. Links draagt echter een belangrijke verantwoordelijkheid voor de achteruitgang van het onderwijs. Wouter Duyck, professor cognitieve psychologie aan UGent, vertelde aan HUMO: “De achteruitgang is een erfenis van het beleid van de voorbije vijftien jaar, waarin kennisoverdracht werd verwaarloosd ten koste van een focus op welbevinden en leukigheden.”
Kunnen we van een socialist verwachten dat die voor een kentering zal zorgen? Gratis schoolmaaltijden, het enige breekpunt dat Vooruit in de campagne vooropstelde voor onderhandelingen over een Vlaamse regering, heeft alvast niets te maken met de kernproblemen van het Vlaamse onderwijs.
JURGEN
CEDER
“Vervroegde
Voetbal heeft me nooit kunnen boeien. Ik worstel dan ook niet met het verschrikkelijke dilemma waar sommige mensen uit mijn omgeving mee geconfronteerd worden: kan je als Vlaams-nationalist met goed fatsoen supporteren voor de Belgische nationale ploeg? Helaas kan ik niet helemaal ontsnappen aan de voetbalgekte. Vanuit mijn studeerkamer hoor ik ’s avonds allerlei geluiden uit de leefkamer waar mijn vrouw voor de televisie gekluisterd zit. Op basis van de geluiden kan ik opmaken hoe goed of hoe slecht de Rode Duivels of een andere favoriete ploeg het doen. Als de kreten te luid worden, sluit ik de deur van mijn studeerkamer, zodat ik me ongestoord kan verdiepen in een of ander nerdy onderwerp. Hoe zat het alweer met de Hollandse Brigade in Spanje anno 1809? Voetbal en carnaval
Wat me wel interesseert, is wat voetbal met de samenleving doet. Voetbalsupporters illustreren hoe we diep vanbinnen nog altijd tribale wezens zijn. Dat is zeker het geval wanneer nationale ploegen in het veld treden. Voor de gekte die dan optreedt, bestaat er in de vakliteratuur zelfs een specifieke term: ‘soccer nationalism’ of voetbalnationalisme. Overdrijf ik wanneer ik stel dat dat voetbalnationalisme voor de West-Europese elites de enige nog aanvaardbare uiting van nationalisme vormt? Een voetbalwedstrijd waarin de ‘Mannschaft’ aantreedt, is het enige ogenblik waarop de Duitsers hun auto’s met de nationale kleuren kunnen tooien, met vlaggen kunnen zwaaien en samen luidkeels ‘Deutschland! Deutschland!’ kunnen schreeuwen zonder dat de rest van de wereld over elkaar struikelt van verontwaardiging. In dat opzicht is voetbal te vergelijken met carnaval: de wereld wordt tijdelijk op zijn kop gezet. Wat diep vanbinnen leeft, mag er eventjes uitkomen. De heersende ideeën worden in vraag gesteld.
Een beetje politicus zal er zich wel voor hoeden om smalend te doen over de voetbalgekte. Velen zien hier een uitgelezen kans om, uitgedost met tricolore sjaal en een gek hoedje, zichzelf te manifesteren als een gewone jongen/meisje die de emoties van de massa deelt. Het gebruik of misbruik van voetbal voor politieke doeleinden is overigens zo oud als de sport zelf. Rechtse dictators zoals Benito Mussolini (1934) of de Argentijnse militaire junta (1978) maakten van het wereldkampioenschap en de successen van hun ploeg gebruik om het eigen blazoen op te poetsen. Eén keertje leidde het opgeklopte nationale gevoel zelfs tot een echte oorlog. In 1969 viel El Salvador buurland Honduras binnen nadat een supporter was doodgeschoten en er in Honduras immigranten uit El Salvador waren aangevallen.
Vandaag zijn het geen grimmige rechtse dictators die zich van het voetbal bedienen. Al in 1998 werd het succes van het - toen reeds etnisch zeer diverseFranse nationale elftal aangegrepen om het multiculturalisme te promoten. Sportcolumnist Hans Vandeweghe rekende voor ons uit dat 10 van de 24 EK-ploegen al minstens ‘één voetballer met een kleurtje’ tellen. Dat is wellicht niet onlogisch in samenlevingen die geconfronteerd worden met een sterke immigratie. Minder vanzelfsprekend is dat die voetballers ingezet worden als spreekbuis voor politieke stellingnames. Zo fulmineerden Thuram en Mbappé van ‘les Bleus’ tegen het Rassemblement National. Je moet naïef zijn om dat af te doen als burgers die hun persoonlijke mening uiten. Het omgekeerde zou immers ondenkbaar zijn: een blanke ‘Bleu’ die zijn steun uitspreekt voor Le Pen. Neen, als voetbal onderaan misschien op carnaval lijkt, dan is het bovenaan net het omgekeerde: hier wordt het gebeuren in functie van de heersende ideologie geplaatst. Als u het niet erg vindt, laat ik de deur van mijn studeerkamer nog even dicht.
Abonnementen binnenland Abonnement buitenland: 3 maanden: 58,5 euro Tarieven afhankelijk van de 6 maanden: 117 euro bestemming. Alle inlichtingen 1 jaar: 234 euro op de kantoren. Steunabo 1 jaar: 350 euro
Het abonnementsgeld kan overgeschreven worden op volgend rekeningnummer met vermelding van uw naam en adres: BE82 4096 5194 9168 BIC KREDBEBB
Elke week op donderdag in uw krantenwinkel
Oud-hoofdredacteurs:
Bruno De Winter (1945-1955, stichter), Jan Nuyts (1955-2000), Leo Custers (2000-2010), Karl Van Camp (2010-2020) Kernredactie: Stijn Derudder (hoofdredacteur), Jurgen Ceder, Simon Segers, Wannes Neukermans, Anton Schelfaut, Karl Van Camp Verantwoordelijke uitgever: Wart Van Schel Foto's: Belga, Photonews, Shutterstock
De Vlaamse regering van 2024 wordt niet die van 2009
Nu een Vlaamse regering van N-VA, Vooruit en cd&v in de steigers staat, wordt al snel de vergelijking gemaakt met de regering-Peeters II van 2009 die dezelfde samenstelling had. Toch zijn de omstandigheden en de machtsverhoudingen fundamenteel anders.
Terug naar 7 juni 2009. Toen vonden zowel Vlaamse als Europese verkiezingen plaats. CD&V (nu cd&v) werd op Vlaams niveau de grootste partij met zowat 23 procent van de stemmen, gevolgd door de socialisten van sp.a en de liberale Open Vld, die elk op 15 procent strandden. N-VA haalde met 13,1 procent een onverhoopt goede score. De partij van de toen nog corpulente Bart De Wever wist te overleven zonder de reddingsboei van het kartel met CD&V. Een maand na de verkiezingen werd een Vlaamse regering gevormd van CD&V, sp.a en N-VA, dezelfde constellatie van een beleidsploeg die vandaag op Vlaams niveau opnieuw in de steigers staat. De liberalen verdwenen naar de oppositie. De neiging is groot om parallellen te trekken met de Vlaamse regering-Peeters II die in 2009 aan de macht kwam. Er werd meer geld uitgegeven aan bijvoorbeeld kinderopvang. Een belastingverlaging als de jobkorting voor alle werkenden verdween. Volgt straks eenzelfde beleid dat eerder centrum dan centrumrechts is?
Weg met de “mercantiele zotternij”
Het is opletten geblazen met zomaar vergelijkingen te maken en de regering van 15 jaar geleden naar vandaag te transponeren. De omstandigheden zijn inderdaad om meer dan één reden verschillend. Al zijn er wel gelijkenissen, maar die zijn eerder beperkt. In 2009 was de financiële crisis net voorbij en hing de schaduw van de beginnende eurocrisis met zorgenkind Griekenland over het continent. Overheden moesten tussenkomen om de economie te stutten. Dat doet denken aan de aanpak na de corona- en energiecrisissen in de periode 2020-2022. Begrotingen gingen in het rood en na enige tijd diende een sanering zich aan. Vlaanderen kampte toen ook met een tekort van 2 miljard euro en het was zaak om te werken richting een begrotingsevenwicht.
Daardoor moest een liberale trofee sneuvelen, de jobkorting: een nettobonus van 300 euro of 250 euro (af-
hankelijk van het inkomen) die alle werkende Vlamingen begin 2009 op hun rekening kregen gestort. Eigenlijk kwam het neer op een algemene Vlaamse belastingverlaging. De nieuwe regering van christendemocraten, socialisten en N-VA beperkte die bonus tot 125 euro voor 600.000 werkende Vlamingen met een laag inkomen. Vanuit de oppositie fulmineerden de liberalen tegen wat ze een belastingverhoging noemden, maar onder andere N-VA had het niet moeilijk om hen de mond te snoeren. Het was uitgerekend Open Vld-minister Guy Vanhengel die gesteld had dat die jobkorting een “mercantiele zotternij” was. Als Brusselaar was hij natuurlijk gefrustreerd dat enkel de inwoners van het Vlaams Gewest konden rekenen op deze belastingverlaging.
Men is dat ook al vergeten, maar Kris Peeters’ opgang in de politiek was onverwacht
Het voorbeeld van 2009 en de jobkorting doet natuurlijk vermoeden dat een recente vergelijkbare maatregel die in de regering-Jambon een liberale trofee was, zal sneuvelen: de jobbonus, een belastingverlaging en een koopkrachtimpuls voor wie minder dan 2.900 euro bruto per maand verdient. De verleiding zou natuurlijk groot zijn om die af te schaffen nu de Vlaamse regering die er zit aan te komen wellicht meer geld zal steken in sociale uitgaven en er tegelijk moet gewerkt worden richting een begroting in evenwicht. Is het niet in 2027, dan naar het einde van de legislatuur. Wie echter denkt dat N-VA zoals in 2009 een belastingverlaging terugdraait, vergist zich.
N-VA is naar rechts opgeschoven
De reden: de Vlaams-nationalisten zijn anno 2024 toch rechtser dan een paar decennia geleden. Ook en vooral op sociaaleconomisch vlak. De huidige Vlaamse formatie is pas
begonnen, maar uit de startnota blijkt dat de al genoemde jobbonus zal behouden blijven en zelfs wordt uitgebreid. N-VA had in 2009 nog niet de sterke band opgebouwd met de Vlaamse werkgeversorganisatie Voka zoals dat nu het geval is. 15 jaar geleden deed zich wel een kentering voor met voormalig Voka-topman Philippe Muyters die minister werd in de Vlaamse regering. Dit onder andere ten nadele van de meer linksgeoriënteerde ex-VU-figuur Jan Peumans. Die werd Vlaams Parlementsvoorzitter. We zijn het ondertussen vergeten, maar dat was eigenlijk dik tegen zijn zin. Kris Peeters als dominante factor
En de manke vergelijkingen zijn nog niet ten einde. Anno 2024 is N-VA de grootste partij en bepaalt het tempo van de Vlaamse formatie. Het is ook Bart De Wever die eigenhandig kan beslissen wie minister-president wordt. Zelfs de ‘ministeriabelen’ zijn nu al duidelijk. Antwerps havenschepen Annick De Ridder is op weg naar een ministerpost en uittredend minister van Financiën Matthias Diependaele is de gedoodverfde minister-president. De andere partijen hebben daar weinig aan te zeggen. In 2009 draaide alles rond één figuur: Kris Peeters. Men is dat ook al vergeten, maar zijn opgang in de politiek was onverwacht. Eerst van kmo-organisatie Unizo naar de Vlaamse regering onder leiding van Yves Leterme, waardoor Eric Van Rompuy naast een nieuwe ministerpost greep. Hij is er tot op de dag van vandaag gefrustreerd over. Wanneer Leterme zijn kans federaal ging wagen in 2007, werd Peeters plots minister-president. Hij was toen al enorm bezig met zijn eigen imago. Dat van goede bestuurder bleef in die periode plakken (de federale saboteur van de regering-Michel na 2014 was hij nog niet) en dat legde hem en zijn partij geen windeieren. In de aanloop naar de verkiezingen zei een doodeerlijke Open Vld-minister van Financiën Dirk Van Mechelen dat het met “Kris Peeters perfect was”. Het kostte de Vlaamse liberalen stemmen en CD&V kon de schade beperken.
Een Kris Peeters II-regering lag van bij het begin vast. N-VA kon als junior partner minder zwaar doorwegen. Gevolg was dat de invloed van de zuilorganisaties toen veel groter bleef. De in de regering dominante Peeters liet hen begaan via minister van Welzijn Jo Vandeurzen. En via minister van Omgeving Joke Schauvliege die duidelijk de Boerenbond-belangen diende. Er was toen een gebrek aan langetermijnvisie, waarvoor de huidige en de toekomstige Vlaamse regering een zware prijs betaalt.
Hilde Crevits, Kris Peeters en Philippe Muyters in 2009 tijdens regering-Peeters II
Voltallige regering-Peeters II
IS HET HOOGTEPUNT VAN DE GROENE IDEOLOGIE VOORBIJ?
Door alle aandacht voor het succes van de rechtse partijen bij de Europese verkiezingen, is een andere electorale verschuiving wat onder de radar gebleven, namelijk de inzakking van de groene partijen. Bij ons probeerde men de nederlaag een beetje weg te moffelen achter het geïsoleerde succes van Groen in Brussel. De achteruitgang is echter in heel Europa een feit.
In België en Duitsland zou men de regeringsdeelname als oorzaak kunnen zien, maar dat verklaart niet de achteruitgang van de groenen in Frankrijk en Italië (dat 5 procent van zijn bbp dankt aan een autosector die dreigt gedecimeerd te worden door het Europese verbod op wagens op fossiele brandstoffen vanaf 2035).
De Europese verkiezingen van 2019 waren nog een groot succes voor de groene partijen, die toen konden surfen op de golven van het klimaatprotest waarvan Greta Thunberg het boegbeeld was. Velen, niet in het minst de groenen zelf, zagen dat enkel als het begin van een groene opmars die Europa zou veroveren. De radicale Green Deal van de EU bouwde op de toen heersende politieke sfeer. Vijf jaar later liggen de groene electorale dromen aan diggelen. Met uitzondering van Denemarken, gingen de ecologisten overal achteruit, met het verlies van een kwart van de Europese zetels tot gevolg. De Duitse groenen, in 2019 nog de tweede partij van hun land, zijn nu gehalveerd en moeten zelfs AfD laten voorgaan.
De boerenprotesten, eerst in Nederland, dan overwaaiend naar andere landen, waren de eerste tekenen van een groeiende afkeer voor de groene reglementitis van de EU. Het stikstofdossier heeft de groenen ongetwijfeld pijn gedaan. Het vervreemden van de landbouwers en hun vrienden kan echter niet het verlies verklaren, want daar hebben de ecologisten nooit veel fans gehad. Eén cijfer moet de groene politici verontrusten: bij de Europese verkiezingen stemde in Duitsland, het land waar groene ideeën altijd het sterkst stonden, slechts 12 procent van de kiezers onder de 30 jaar, de leeftijdsgroep waar groen het best scoort, voor Die Grünen.
De trage tocht naar werkelijkheidsbesef
Het gaat niet alleen over stikstof. Het gaat ook over dure energie, lage-emissiezones in steden, verplichte warmtepompen, renovatieverplichtingen en alle andere regels die voortvloeien uit de onrealistische nuluitstootdoelstelling. Ze zijn duur of zorgen voor ergernis. De politieke onrust in Duitsland over een totaalverbod op gas- en mazoutboilers en de verplichting om dure warmtepompen aan te schaffen, was een goed voorbeeld van het groeiende verzet tegen de oplopende kost van de groene dogmatiek. De regering moest uiteindelijk de maatregelen afzwakken, maar de schade was aangericht. Een gelijkaardig verbod in het VK werd uitgesteld omwille van electorale redenen. De EU, voorganger in de groene kerk, zag zich ook door massaal protest verplicht om een groot deel van de maatregelen van de Green Deal inzake de landbouw in te trekken. Nu is het wachten tot men ook erkent dat het niet mogelijk is om vanaf 2035 alleen nog elektrische wagens te verkopen. Een recente peiling onder Polen, Fransen en Duitsers wees uit dat dat de minst populaire klimaatmaatregel is. De politiek zijnde wat hij is, zullen we echter nog enkele jaren moeten wachten, met alle navenante schade voor onze auto-industrie tot gevolg, vooraleer politici eindelijk zullen toegeven, uit angst voor electorale zelfmoord, dat die maatregel niet haalbaar is. Even voorspelbaar zal de huidige beleidsgeneratie het aan haar opvolgers overlaten om de algemene ‘nuluitstoot tegen 2050’ een officiële begrafenis te geven. De vraag is hoe dat soort onuitvoerbare maatregelen ooit beslist konden worden. Ik heb ooit in de illusie verkeerd dat beleidsbeslissingen waarmee ik het niet eens ben, best wel doordacht konden zijn door degenen die ze namen, met een besef van de gevolgen en rekening houdend met wat mogelijk is. De kernuitstap en ongeveer
alles wat groene ideologen sindsdien hebben beslist, hebben mij van het tegendeel overtuigd. Retoriek en ideologie beslissen alles. Spreek de magische woorden ‘duurzaam’, ‘hernieuwbaar’, ‘biologische diversiteit’ of ‘klimaatneutraal’ uit en je moet niets meer bewijzen, uitrekenen of aan kritisch onderzoek onderwerpen.
Hernieuwbaar: soms te weinig, soms te veel
In eigen land kregen we deze week opnieuw een voorbeeld van de botsing tussen ideologie en werkelijkheid. Hoogspanningsnetbeheerder Elia waarschuwt voor een teveel aan stroom in de zomermaanden. Dat is een primeur voor ons land. We wisten al dat zonne-energie tot stroomtekorten kan leiden in de winter. Door de toename van het aandeel ‘hernieuwbare energie’ dreigt nu ook het omgekeerde in de zomer.
Greta Thunberg is consequenter dan haar groene vrienden in de politiek
Dat is een probleem, omdat men die stroom niet zomaar kan wegtoveren. Dus moeten de bronnen afgekoppeld worden, waarbij het onduidelijk is hoe dat financieel geregeld moet worden met de leveranciers. Een andere mogelijkheid is dat die stroom wordt verkocht aan het buitenland, maar dat is in de praktijk heel moeilijk. Als de zon schijnt in Vlaanderen, is de kans groot dat ze ook de zonnepanelen in Frankrijk en Nederland bestraalt. Duitsland zit al een tijdje met dat probleem, wat er al toe geleid heeft dat het land geen geld kreeg voor overtollige stroom die het naar de buurlanden moest afleiden, maar er zelfs voor moest betalen.
Kernenergie is niet het probleem
De Standaard, de groene partijkrant, bracht het nieuws onder de titel: ‘Kernreactoren blijven bij overaanbod toch draaien, want splijtstof moet op’. De krant probeert dus de schuld te leggen bij het gebrek aan soepelheid van de kernenergiesector om de nukken van de zonne-energie op te vangen. Dat is een wel bijzonder gekleurde kijk op het probleem. Het klopt dat je bij een kerncentrale niet zomaar de knop aan of uit kan zetten, maar het echte probleem ligt natuurlijk bij de grilligheid van de zon. Tussen zomer en winter is er een aanzienlijk verschil in het gebruik van energie voor verwarming (meestal gas of aardolie), maar qua verbruik van stroom verschillen december en juli niet zoveel van elkaar. Een vaste bron van elektriciteit hoeft niet geweldig soepel te zijn.
Om de tekorten van hernieuwbaar op te vangen, is dus een betrouwbare, gemakkelijk inzetbare reservebron nodig. Daarmee komen we altijd weer bij fossiele brandstoffen uit: steenkool of aardgas. Het National Bureau for Economic Research schrijft daarover: “Historisch gezien waren de landen die het meest succesvol waren in de overgang naar hernieuwbare energie, die landen die in staat waren om te gaan met schommelingen in de energievoorziening door middel van snel reagerende opwekkingssystemen op basis van fossiele brandstoffen.” Dat is ook de reden waarom de leveranciers van fossiele brandstoffen veel liever hernieuwbaar zien opduiken als concurrent dan kernenergie, omdat ze bij de eerste onmisbaar blijven.
Greta versus groene politiek
De onvermijdelijkheid van fossiele brandstoffen bij het gebruik van hernieuwbaar, is een van die vele interne contradicties van politiek op basis van groene leerstellingen. Denk ook maar aan de landschappen en zeezichten die worden beschadigd door de windmonstruositeiten of het uitdunnen van de roofvogelpopulatie door de luchtschroefbladen. Als een of andere industrie zou bijdragen aan het uitroeien van vleermuizenkolonies, zou het groene protest oorverdovend zijn, maar als windturbines hetzelfde doen (omdat de longen van de dieren springen door de luchtdruk), horen we niemand. Behalve Greta Thunberg dan. Zij werd door de Noorse politie opgepakt bij een protest tegen de plaatsing van windturbines in een beschermd gebied voor rendieren. Thunberg is consequenter dan haar groene vrienden in de politiek, die de natuur zijn beginnen te industrialiseren op een manier die geen enkele roofkapitalist zich zou kunnen veroorloven.
België en Duitsland staan niet alleen met hun zorgen over energie uit wind en zon. De mars der lemmingen naar hernieuwbare energie zorgt overal voor dezelfde problemen. In Australië is het momenteel ongewoon koud. Het huidige tekort aan zonne-energie, vooral in het oosten, leidt er nu toe dat de verwaarloosde fossiele brandstofsector de tekorten niet meer kan opvangen. Enkele dagen geleden waarschuwde de Australian Energy Market Operator dat er onvoldoende gas is om aan de vraag te voldoen. Dat gas had er nochtans kunnen zijn. De staat Victoria, waar de kou nu hard toeslaat en de vraag naar gas het grootst is, bezit een rijk potentieel aan schaliegas. De groene wetgevers van die staat hebben de uitbating ervan echter verboden.
Botsing tussen ideeën en werkelijkheid
De Amerikaanse staat Texas, nochtans een olieproducent, is kampioen in windenergie. In die staat, die zo groot is als Frankrijk en Duitsland samen, werden 15.000 windturbines in gebruik genomen. Eerder deze maand heeft de Texaanse wetgever beslist dat hij komaf wil maken met de afhankelijkheid van wind. Er werd een investeringspakket van 1 miljard dollar vrijgemaakt dat vooral de gaswinning moet ten goede komen. In 2021 onderging Texas een stroomcrisis ten gevolge van een winterstorm. 4,5 miljoen mensen vielen zonder elektriciteit. Honderden mensen kwamen om als rechtstreeks of onrechtstreeks gevolg van de stroomuitval. De oorzaak was onder andere windstilte en het dichtvriezen van de turbines. De enige manier om bij windenergie dat soort catastrofes te vermijden, is het opslaan van grote hoeveelheden stroom in batterijen. Dat is echter onbetaalbaar, terwijl de opslag van gas geen grote kost met zich meebrengt.
De groenen zijn de natuur beginnen te industrialiseren op een manier die geen enkele roofkapitalist zich zou kunnen veroorloven
Die recente incidenten rond de onbetrouwbaarheid van wind en zon dienen hier enkel als illustratie van een veel omvangrijker verschijnsel: de structureel wordende botsingen tussen groene ideologie en werkelijkheid. Dat is de reden waarom groene partijen klappen krijgen. Ook waar ze niet aan het beleid deelnemen, worden ze geassocieerd met het probleem. Politieke partijen die de moed hebben om de groene ideeënleer van zich af te schudden en post te vatten aan de andere kant van de breuklijn, wachten gouden tijden.
JURGEN CEDER
Greta Thunberg (tweede van links)
Ondermaatse ondernemingsdynamiek: een vergeten zwakte
In België, en zeker Wallonië, worden te weinig nieuwe ondernemingen opgericht. Er zijn ook nog tal van zogenaamde zombiebedrijven die blijven bestaan, maar weinig toegevoegde waarde hebben voor de economie. Die zwakke dynamiek is ook een gevolg van te veel regelgeving en een overtal aan beschermde sectoren. Dat is een probleem voor de groei op lange termijn, zo waarschuwt de Europese Commissie in haar recentste landenrapport.
Zoals vorige week al in deze rubriek aangekondigd, heeft de Europese Commissie haar reeks landenrapporten klaar en voor België ziet de situatie er niet rooskleurig uit. Door het wanbeleid van de regering-Vivaldi is België één van de acht EU-landen die op het Europese strafbankje terechtkomen. Het begrotingstekort van 31 miljard euro, of 4,4 procent van het bbp, moet door de volgende regering teruggedrongen worden. Over een tijdspanne van vier jaar of zeven jaar (met dan een reeks hervormingen), zal ten laatste ergens in september worden bepaald. Dat de media vooral aandacht hebben voor de dramatische budgettaire situatie, is begrijpelijk.
“Low business dynamism”
In het landenrapport dat 90 bladzijden omvat, staat echter zoveel meer. De Europese Commissie wijst ook op een reeks zwaktes die vaak onder de radar blijven, zoals de ondermaatse ondernemingsdynamiek in dit land. Op bladzijde 9 van het rapport heeft de Europese Commissie het inderdaad over “low business dynamism”. Waarover gaat dat? Zeer eenvoudig: in België worden te weinig nieuwe bedrijven opgericht en dat gaat ten koste van banen, hogere productiviteit en dus economische groei en welvaart.
Er verdwijnen in België vrij weinig ondernemingen
Het is niet altijd gemakkelijk om de juiste cijfers te vinden, maar wat opzoekingswerk bij Eurostat maakt veel duidelijk. In België worden
gemiddeld 6,9 procent nieuwe ondernemingen opgericht in verhouding tot het totale aantal ondernemingen. Afgezien van Griekenland scoort niemand slechter in de Europese Unie. Het EU-gemiddelde is hier 8,9 procent. Dat van de buurlanden is 9,6 procent. Het zal niet verbazen dat hier meteen regionale verschillen opduiken. In Vlaanderen komen er per jaar 18 ondernemingen bij per 1.000 inwoners, in Wallonië zijn er dat 12.
Gebrek aan creatieve destructie
De gebrekkige ondernemingsdynamiek werkt trouwens in twee richtingen. Er verdwijnen in België vrij weinig ondernemingen: 3 procent per jaar, het laagste gemiddelde van Europa.
Er is een te strakke regulering die het voor nieuwkomers moeilijk maakt om tot een bepaalde markt of sector toe te treden
Voor alle duidelijkheid: het is altijd jammer dat een onderneming overkop gaat en mensen hun baan verliezen, maar een gezonde economie leeft van wat de Amerikaanse econoom Joseph Schumpeter “creatieve destructie” noemt. Er verdwijnen nu eenmaal bedrijven en er komen nieuwe bij door nieuwe concurrenten. Die dynamiek is in dit land dus ondermaats, wat het grote aantal zogenaamde zombiebedrijven verklaart. Dat zijn ondernemingen die financieel niet kunnen overleven, maar dat toch doen. Volgens de Nationale Bank zijn zombiebedrijven ondernemingen die al tien jaar of langer actief zijn, maar waarbij de winst al drie jaar na
Vlaams Belang Antwerpen
elkaar lager ligt dan de financiële lasten. De onderneming verliest pas de zombiestatus nadat de winst gedurende twee jaar op rij hoger is dan de financiële lasten. Wel is het aantal Belgische zombiebedrijven aan het dalen van 15 procent van het totaal aantal ondernemingen naar 11 procent. De lage rente van de voorbije jaren, waardoor de schuldenkost niet hoog opliep, was daarbij een hulpmiddel.
Rompslomp
De vaststelling dat er te weinig bedrijven worden opgericht en verdwijnen, is één zaak. Een andere zaak is het zoeken naar de oorzaken en de oplossingen. De verklaring gaat in elk geval verder dan de vaststelling dat ondernemerschap onder andere in onderwijs en media niet echt in een positief daglicht wordt gesteld. Hét probleem is het weinig gunstige ondernemingskli-
maat met allerlei regels voor vergunningen en een onoverzichtelijke administratieve rompslomp. Dat is ook wat de Europese Commissie stelt in haar België-rapport.
Bovendien is er ook sprake van een te strakke regulering die het voor nieuwkomers moeilijk maakt om tot een bepaalde markt of sector toe te treden. Van alle OESO-landen liggen de barrières in België het op twee na hoogste voor nieuwkomers (op een en twee staan Canada en wat opvallend Zuid-Korea). En dan gaat het niet over de vestigingswet voor apothekers. Neen, er zijn beperkingen voor architecten, immobiliën, telecom, logistiek en kleinhandel. De hoge loonkosten doen de rest. Die hinderpalen wegwerken is een taak voor de volgende regeringen, zeker diegene die op regionaal niveau verantwoordelijk zijn voor het industriële en economische beleid.
ANGÉLIQUE VANDERSTRAETEN
stelt verkiezingskandidaat uit joodse gemeenschap voor
Vlaams Belang Antwerpen heeft vorige week vrijdag een prominente verkiezingskandidaat uit de joodse gemeenschap voorgesteld. David Rosenberg (45) zal een verkiesbare plaats innemen op de lijst voor de gemeenteraadsverkiezingen van 13 oktober. “Niet Vlaams Belang, maar PVDA, Groen en Vooruit zijn gevaarlijke en extreme partijen”, oordeelt Rosenberg.
Vastgoedmakelaar David Rosenberg (45) is de zoon van de bekende advocaat en professor Henri Rosenberg. Die laatste was steeds een pleitbezorger van een doorbreking van het cordon sanitaire. “Henri Rosenberg was een prominent lid van de joodse gemeenschap dat steeds zijn nek heeft durven uit te steken”, vertelde Filip Dewinter op een persconferentie. “Zijn zoon gaat nu nog een stap verder door te kandideren voor Vlaams Belang bij de gemeenteraadsverkiezingen.”
Rosenberg is al sinds 2001 lid van Vlaams Belang, maar heeft zich nu pas ‘geout’. Hij verwierf in 2023 de nodige bekendheid dankzij zijn deelname aan het programma ‘Shalom Allemaal!’ op Play4. Hij zal op de zevendevolgens Dewinter verkiesbare - plaats staan. Op basis van de recente verkiezingsresultaten mag Vlaams Belang aanspraak maken op een negental zetels, becijferde Dewinter. In 2019 behaalde de partij in de stad Antwerpen nog zes zetels.
De kandidatuur van David Rosenberg past volgens Dewinter binnen de strategie van Vlaams Belang om zich op te werpen als vertegenwoordiger van alle gemeenschappen die via hun waarden en normen de Antwerpse, Vlaamse en Europese gemeenschap vormgeven.
Toenemend antisemitisme
Rosenberg motiveert zijn keuze voor Vlaams Belang als volgt: “Ik heb de afgelopen jaren, en vooral de laatste maanden, gemerkt dat we onze stad dreigen te verliezen aan een antiwesterse islamitische cultuur, de wokebeweging, communisten en radicale islamisten.” Hij beschouwt Vlaams Belang als de beste vertegenwoordiger van de joodse gemeenschap.
Volgens Rosenberg voelt de Antwerpenaar zich niet langer veilig in zijn eigen stad. “De criminaliteit stijgt en wordt steeds gewelddadiger. Het aantal gevallen van antisemitisme neemt toe”, schetst hij. “Linkse partijen zijn doordrongen van antisemitisme en woke-ideologie en dragen daarin een verpletterende verantwoordelijkheid.”
Extreme partijen
Rosenberg is van mening dat niet Vlaams Belang, maar Vooruit, Groen en PVDA “extreme en gevaarlijke partijen” zijn. “Binnen die partijen is heel wat antisemitisme aanwezig. Vooruit is geen antisemitische partij, maar er staan wel antisemitische figuren op haar lijsten.”
Rosenberg is van mening dat niet
Vlaams Belang, maar Vooruit, Groen en PVDA “extreme en gevaarlijke partijen” zijn
“De traditionele partijen zijn heel goed in het organiseren van Holocaust-herdenkingen, maar de joodse gemeenschap waant zich vandaag opnieuw in de jaren dertig”, aldus nog Rosenberg. “We hebben genoeg van kaarsen en bloemetjes. De traditionele partijen zijn alleen maar bezig met de herdenking van dode joden, maar niet met de veiligheid van de joden die vandaag in Antwerpen leven.”
Filip Dewinter en David Rosenberg schudden elkaar de hand
Wordt Georges-Louis Bouchez I de monarch van Wallonië of van België? Bouchez laat een spoor van conflicten achter en werd meermaals zelfs in zijn eigen partij weggezet als ‘eigengereid’, ‘onbetrouwbaar’ en ‘respectloos’. Het wordt kwaad kersen eten met hem om België in een definitieve plooi te leggen.
Georges-Louis Bouchez lag de afgelopen jaren meermaals onder vuur wegens de veelvuldige bijna-doodervaringen van Vivaldi. Zo hield hij zijn minister van Buitenlandse Zaken Hadja Lahbib de hand boven het hoofd nadat ze visa had verleend aan een Iraanse delegatie, onder wie de ‘slager van Teheran’. Zijn deelname aan het tv-programma Special Forces was een fiasco. Hij werd naar huis gestuurd omdat hij totaal geen ploegspeler was.
Rebel uit het zuiden
Vorige zomer was er het incident in Knokke waar zijn vriendin de wielertoeristen “vuile Vlamingen” toeriep. Ondanks zijn dure beloftes, spreekt Bouchez nog steeds geen woord Nederlands.
Wordt de monarch van Wallonië de doodgraver van België?
Dat is toch wel een dubieuze houding voor een man die zo voor de eenheid van het land pleit. De linkse partijen vormen dan wel de favoriete schietschijf van Georges-Louis Bouchez, in 2020 stelde hij aan de groenen nog voor om “een as van de moderniteit” te vormen tegen N-VA.
Na een zoveelste incident met de MR-voorzitter stapte JeanLuc Crucke over naar Les Engagés en stelde dat MR “een trumpiaanse richting” uitgaat. Even voordien stond de positie van Bouchez ter discussie nadat hij zonder overleg had beslist wie minister en staatssecretaris werd in de regering-De Croo. Het was Jean-Luc Crucke die toen aankondigde dat Bouchez aan zijn laatste kans toe was en dat hij collegialer moest zijn.
Nadien keerde hij zich met succes tegen de kernuitstap van Vivaldi I, die nota bene in het regeerakkoord was opgenomen en die hij ook ondertekende. Bouchez heeft naast vele vijanden ook onvoorwaardelijke verdedigers. “Bouchez is niet de circusclown waarvoor iedereen hem verslijt”, nuanceerde Hendrik Vuye ooit in De Morgen. “Hij wil naam maken door de polemiek op te zoeken.” De enige keer dat MR voordien een verkiezingsoverwinning behaalde, was toen de partij op ramkoers met de Parti Socialiste lag. Dat huzarenstukje heeft hij met brio overgedaan. Ecolo is in Franstalig België zelfs op sterven na dood. ‘La droite campingcar’
Georges-Louis Bouchez werd door de pers meermaals met de grond gelijkgemaakt, maar behaalde een klinkende verkiezingsoverwinning. Zijn ‘parler-vrai’, zijn rebels gedrag binnen Vivaldi en zijn volks liberalisme, of ‘la droite campingcar’, legden hem geen windeieren. Hij is de volkse jongen met tattoos die hoog op de maatschappelijke ladder kon klimmen. Bovendien is hij stevig rechts, waardoor hij op weinig sympathie van de pers kan rekenen. Zelfs tot in de armste Waalse PS-gemeenten behaalde hij de overwinning. Georges-Louis Bouchez liet meermaals aan Open Vld verstaan dat een sociaaleconomische rechtse partij niet cultureel links hoeft te zijn. Het levert uiteraard heel wat belangstelling bij de media op, maar heel weinig kiezers. Terwijl MR glorieert, gaat Open Vld door een diep dal en weten de protagonisten van geen hout meer pijlen te maken. “We hebben nood aan een dictatoriale voorzitter. Iemand die iedereen in de pas doet lopen en niet plooit voor tegenstand van clans”, liet Egbert Lachaert in De Zondag optekenen. Of
een partijmodel in aloude Sovjettraditie soelaas zal brengen, is zeer twijfelachtig.
Bovendien biedt Bouchez perspectief, een heel eenvoudig perspectief. Hij wil verspilling en efficiëntie tegengaan en de economie fors laten groeien door onder meer minder regels en bemoeizucht. Bouchez wil de groei van de overheidsuitgaven tegen 2030 fors beperken, waarmee hij 18 miljard euro hoopt te besparen, zonder dat dat mensen pijn hoeft te doen. Een budgettaire wonderdokter zowaar.
Houthakker Bouchez
Maar of dat zal lukken zonder aan de fundamentele constructiefouten van het federale bestel te raken, is zeer de vraag. Met Bouchez heeft De Wever zijn copernicaanse omwenteling van het Belgische staatshuishouden nog niet op zak. En voor minder wil De Wever het niet doen, zoals hij zelf heeft verklaard.
Bouchez is de volkse jongen met tattoos die hoog op de maatschappelijke ladder kon klimmen
Maar ook in Brussel wacht Georges-Louis Bouchez een aartsmoeilijke opdracht. De uitgaven moeten worden gesaneerd, terwijl de publieke infrastructuur een belabberde indruk geeft en de scholings- en de tewerkstellingsgraad een dieptepunt heeft bereikt. De armoede, de onveiligheid, het integrisme en de segregatie vormen stekelige uitdagingen. De Nederlandsonkundige belgicist chargeerde recent nog met de voeten vooruit en verwees het Brusselse Good Move-plan naar de prullenmand. “We gaan gesloten pleinen en straten heropenen”, liet hij verstaan. Ook wil hij de afgelaste wedstrijd met Israël weer op de agenda plaatsen.
Houthakker Bouchez moet met chirurgische precisie zowel de Brusselse als de federale structuren mee hervormen zonder aan de evenwichten te tornen. Het wordt uitkijken naar hoe dat afloopt.
JULIEN BORREMANS
N-VA en Vlaams Belang worden nog steeds gemarginaliseerd
Op 9 juni stemde niet minder dan 46,5 procent van de Vlamingen voor N-VA of Vlaams Belang. Toch worden die twee partijen in de media en het publieke debat nog steeds weggezet als marginale fenomenen. Andere partijen die ondertussen geen tien procent van de stemmen meer halen, hebben daar veel minder last van en worden in het openbaar nog steeds beschouwd als de echte ‘grote’ partijen die ertoe doen.
We maakten het verleden week zelf mee op een receptie. Rond een tafeltje staan we met vijf mensen te praten en plots stelt iemand de vraag hoe het nu verder moet na de verkiezingen. Op een familiefeestje of onder vrienden, waar je op voorhand min of meer weet wie welk standpunt heeft, kan je dat uiteraard zonder veel problemen doen. Maar sta je op een receptie met vier mensen te praten die je van haar noch pluim kent, neem je toch een zwaar risico.
Vanzelfsprekendheid
Tot onze verbazing pikte een van de tafelgenoten gretig op het thema in. Eerste kraakte hij Vlaams Belang volledig af, waarna hij ook over N-VA enkele laatdunkende uitspraken deed. Maar wat vooral opviel, was de vanzelfsprekendheid waarmee hij die twee partijen afserveerde. Hij verwachtte daarbij duidelijk dat iedereen rond de tafel het volmondig met hem eens zou zijn. Je hoeft nochtans geen doctoraat in de statistiek te hebben om te snappen dat als je willekeurig vier Vlamingen uitkiest, het weinig waarschijnlijk is dat niemand van hen voor N-VA of Vlaams Belang gestemd heeft op 9 juni. We hebben het zelf eens nagerekend en die kans bedraagt minder dan één op twaalf. Die kans is zelfs een pak kleiner dan de kans dat maar liefst drie van de vier Vlamingen rond het tafeltje voor een van de V-partijen gestemd heeft.
Er is echter geen mens die het in zijn hoofd zou halen om op een receptie tegenover vier wildvreemde mensen te verkondigen dat partijen als PVDA, Groen en Open Vld marginaal of extremistisch zijn, en een gevaar voor het land als ze zomaar hun zeg zouden krijgen in een regering.
Nochtans moeten die drie partijen al hun stemmen bij elkaar leggen om op gelijke hoogte met N-VA of Vlaams Belang te komen, laat staan N-VA en Vlaams Belang samen.
Groene en liberale media
Op dezelfde manier behandelen veel media N-VA en Vlaams Belang als kleine, marginale partijen. Dat die twee partijen samen bijna de helft van de Vlaamse stemmen haalden, blijft in hun ogen niet meer dan een kortstondig fenomeen dat dra wel over zal gaan. Interviews met politici van Vlaams Belang zijn nog steeds een zeldzaamheid en hebben vaak een ronduit vijandige toon, terwijl N-VA-politici al eens wat vaker getolereerd worden op voorwaarde dat ze zich voldoende conformeren aan het groene en liberale gedachtegoed.
De zelfselectie aan de universiteit uit een steeds kleiner clubje blijft zich doorzetten
Hetzelfde verhaal zien we trouwens aan de universiteiten. Voor de verkiezingen bespraken we nog een opiniepeiling die aantoonde dat Groen op winst stond bij het academisch personeel. Het bewees vooral dat de zelfselectie aan de universiteit uit een steeds kleiner clubje zich steeds verder blijft doorzetten. Het is natuurlijk in die kringen, die zich het toonbeeld van democratie en verdraagzaamheid wanen, dat men nood ziet aan de uit de VS overgewaaide ‘veilige ruimtes’, waar
men de mening van de rest van de bevolking zelfs niet meer hoeft te aanhoren. Doet een of ander clubje aan de overzijde van het politieke spectrum hetzelfde, dan zijn dat geen ‘veilige ruimtes’, maar verderfelijke ‘echokamers’ die zo snel mogelijk uitgeroeid moeten worden.
Aangeprate marginaliteit
Het is dan ook begrijpelijk dat wie het eens is met de groene en liberale ideologie, en die groene en liberale ideologie zo ongeveer overal bevestigd ziet als het dominante discours, snel kan denken dat hij zich alleen maar tussen groene en liberale geestesgenoten bevindt, ook al staat hij op een receptie aan een tafeltje met vier mensen die hij nooit eerder ontmoet heeft.
En laten we het niet vergeten: daar hoort natuurlijk ook bij dat de tegenpartij, inclusief ondergetekende, wijselijk zijn mond houdt. Dat is natuurlijk gedeeltelijk uit beleefdheid en gedeeltelijk uit plaatsvervangende schaamte wegens zoveel gebrek aan diplomatie. Maar ook omdat we geen zin hebben om onze persoonlijke politieke mening aan de neus van Jan en alleman te hangen. En al zeker niet aan die van iemand die eigenlijk dringend eens met de politieke werkelijkheid ge-
confronteerd zou moeten worden, maar die het wellicht niet zal kunnen verdragen. Dan houden we het natuurlijk liever gezellig en proberen we zo snel mogelijk naar een ander onderwerp over te schakelen. Het spreekt voor zich dat dat laatste het probleem niet zal oplossen. Integendeel. Maar net zoals de Vlamingen zich in België laten minoriseren door de Franstaligen, zo laten conservatieve politici zich maar al te vaak marginaliseren door de groene en liberale media, niet alleen in Vlaanderen, maar in de hele westerse wereld. Dat heeft als concreet gevolg dat ook straks weer het cultuurbeleid van de komende Vlaamse regering, met de bijhorende subsidies, afgestemd zal worden op allerlei culturele organisaties die de mening van de helft van de Vlamingen en die van de met afstand grootste partij in de Vlaamse regering met hand en tand bestrijden. Vooruit zal niets anders toelaten en N-VA zal wellicht niets anders durven, uit vrees in de media afgekraakt te worden als een bedreiging voor de beschaving. Misschien moeten we op een volgende receptie toch maar eens overwegen onze mond eens goed open te doen?
Georges-Louis Bouchez bij koning Filip op 10 juni
PVDA schuift Jos D’Haese naar
voren in Antwerpen
Na de opvallend goede resultaten voor PVDA in de stad Antwerpen, schuift de partij kopstuk Jos D’Haese naar voren als lijsttrekker voor de verkiezingen van 13 oktober. Nu ze meer dan 20 procent haalden bij de verkiezingen van 9 juni, hopen de communisten N-VA het vuur aan de schenen te leggen in Antwer-
Samen met Vooruit en Groen haalde PVDA 46 procent van de stemmen in de stad. D’Haese hoopt dan ook met die partijen een links blok te vormen, om op die manier De Wever en N-VA uit ’t Schoon Verdiep te krijgen.
Palestina
PVDA wist in Antwerpen en in andere grootsteden veel zieltjes te winnen door hard in te spelen op het conflict tussen Israël en Palestina. Voor het Vlaams Parlement scoorde PVDA in het kanton Antwerpen 22,5 procent. N-VA haalde slechts 3 procent meer. Die goede score zorgt ervoor dat de communisten volop in willen zetten op de Antwerpse stadslijst. Daardoor zal de onbekendere disctricsschepen Ben Van Duppen de nieuwe directeur worden van de studiedienst, in plaats van lijsttrekker in Antwerpen, zoals eerst het plan was.
Mieke Schauvliege (Groen) blijft
fractieleider in Vlaams Parlement, ook Vooruit behoudt fractieleiders
Bij Groen blijft Mieke Schauvliege ook in de komende legislatuur fractieleider in het Vlaams Parlement. Dat besliste de negenkoppige fractie van de groenen unaniem.
Schauvliege wist in de afgelopen legislatuur te wegen op het stikstofdossier en nam in april 2023 de rol van fractieleider over van Björn Rzoska, die afscheid nam van de nationale politiek. Ze raakte met ruim 17.000 voorkeursstemmen herverkozen in de kieskring Oost-Vlaanderen.
Klimaatbeleid
De groene fractie is van 14 naar 9 zetels afgeslankt. Schauvliege zegt dat haar fractie zich voorbereidt “op stevige oppositie vanuit de prioriteiten die de groene kiezers ons meegegeven hebben”. Het gaat volgens Schauvliege om “eerlijk klimaatbeleid, goeie zorg en eerlijke kansen”. Ze wil het “kille, rechtse Zweedse beleid waar gewone mensen en het klimaat het slachtoffer van zijn” vermijden. De Vlaamse socialisten kiezen zowel op Vlaams als op federaal niveau voor dezelfde fractieleiders. Vlaams blijft Hannelore Goeman op post, federaal is dat Joris Vandenbroucke. Dat zou zo blijven, minstens tot na de gemeente-
raadsverkiezingen en eventueel de regeringsvormingen. Hannelore Goeman volgde in december 2019 Conner Rousseau op als fractieleider, toen hij partijvoorzitter werd. Joris Vandenbroucke
volgde Melissa Depraetere in november 2023 op als federaal fractieleider, toen zij partijvoorzitter werd. Eerder was Vandenbroucke al een tijdlang fractieleider in het Vlaams Parlement.
Kans is klein dat Team Fouad Ahidar
zal meebesturen
De kans dat Team Fouad Ahidar deel zal nemen aan de Brusselse regering, wordt met de dag kleiner. Nadat onder meer N-VA, PS, Vooruit en MR een coalitie met de partij van Ahidar al uitgesloten hadden, doet Open Vld dat nu ook. “Bijzonder jammer”, reageert Fouad Ahidar.
Na zijn breuk met Vooruit slaagde Fouad Ahidar erin om met zijn eigen partij drie verkozenen uit het Nederlandstalige kiescollege in het Brussels Parlement binnen te loodsen. Al voor de verkiezingen gaf hij aan de ambitie te hebben om aan de macht deel te nemen en zelfs minister of staatssecretaris te worden. “Als ik in de volgende regering zit, dan duiden we één iemand (sic) aan die
zich enkel met het veiligheidsthema bezighoudt”, klonk het in een interview in april.
Deur dicht
Quasi elke mogelijke coalitiegenoot heeft intussen echter de deur dichtgegooid voor Ahidar en co. Opmerkelijke uitspraken van (verkozen) kandidaten, maar ook zeker van Fouad Ahidar zelf, zorg-
den ervoor dat MR al de dag na de verkiezingen een partnerschap uitsloot. N-VA volgde snel. Intussen gaven ook Vooruit, PS en Open Vld aan niet samen te willen werken met Ahidar. “Fouad is doorheen de jaren wat meer naar links opgeschoven en een stuk meer richting religie. Dat is zijn goed recht, maar mijn meug is het niet”, schrijft Sven Gatz op zijn blog.
Philippe Muyters wordt fractievoorzitter voor N-VA in Vlaams Parlement
Philippe Muyters (62) raakte met ruim 11.000 voorkeursstemmen opnieuw verkozen in het Vlaams Parlement en zal daar de 31-koppige N-VA-fractie leiden. Dat is binnen de partij afgesproken. Muyters was tussen 2009 en 2019 tien jaar lang Vlaams minister en de afgelopen legislatuur werkte hij vooral op begroting en sport als Vlaams Parlementslid.
Fractievoorzitters treden als woordvoerder op voor hun fractie en zetelen in het Uitgebreid Bureau, dat de politieke werking van het Vlaams Parlement coördineert. Zij geven leiden aan de parlementaire fractie van hun partij en kunnen individuele parlementsleden aansturen. N-VA kiest met Muyters voor een ervaren politicus die nieuwe Vlaamse volksvertegenwoordigers kan begeleiden. Philippe Muyters volgt Wilfried Vandaele en voordien Matthias Diependaele op als fractievoorzitter voor N-VA in het Vlaams Parlement.
Eerste eerste opvolger
Intussen zijn bij N-VA ook de eerste ‘eerste opvolgers’ bekend. Lieven Dehandschutter werd in Oost-Vlaanderen vanop de lijstduwersplaats verkozen, maar wil zich volop op de sjerp in Sint-Niklaas richten. Inge Brocken volgt hem op. In Limburg werd voormalig boegbeeld Jan Peumans als lijstduwer verkozen, maar hij zal opgevolgd worden door Andy Pieters, de kabinetschef van Zuhal Demir. Peumans gaf aan “het neoliberale beleid van Annick De Ridder” niet te willen verdedigen.
MR vervroegt interne verkiezingen
Nadat de Franstalige liberalen vorig jaar de termijn van huidig voorzitter Georges-Louis Bouchez met één jaar hadden verlengd, komen er nu toch vervroegde voorzittersverkiezingen. De resultaten zouden in de week van 15 juli bekend zijn, meldt Belga. Bouchez is kandidaat om zichzelf op te volgen. In principe was de termijn van Bouchez al afgelopen in november 2023, maar werd met een jaar verlengd tot na de lokale verkiezingen van oktober 2024. Nu heeft de partij toch beslist om de procedure te versnellen.
Stabiliteit
“De MR-raad is van mening dat deze nog verre termijn het goede verloop van de lopende onderhandelingen zou kunnen belemmeren, met name op federaal niveau. Na de verkiezingen van 2019 werd de vorming van de federale regering aanzienlijk vertraagd door de interne verkiezingsprocessen die in verschillende partijen werden georganiseerd. Maar ons land heeft stabiliteit nodig”, legt de partij uit.
De komende dagen zullen MR-leden zich kandidaat kunnen stellen. Na een elektronische stemming zouden de resultaten al in de week van 15 juli bekendgemaakt worden. Huidig voorzitter Bouchez is na de goede verkiezingen logischerwijs kandidaat om zichzelf op te volgen. Hij zou echter ook Waals minister-president kunnen worden en het voorzitterschap van de Franstalige liberalen aan iemand anders overlaten.
Jos D’Haese
Philippe Muyters
Mieke Schauvliege
Paniek bij schrijvendedeapen van het mediakartel!Belgische
Ik moest gniffelen toen ik de paniekerige paginagrote advertentie zag van ruim dertig Nederlandse kranten en nieuwsmedia (een groot deel in handen van het Belgische mediakartel) die een oproep deden om de voorgenomen btw-verhoging op kranten en boeken te stoppen.
In het coalitieakkoord van PVV, VVD, NSC en BBB (door sommige columnisten in dienst van de Leysen-dynastie en het Van Thillo-imperium ‘Kabinet Bruinrechts 1’ genoemd) staat dat de btw op gedrukte en digitale media verhoogd wordt van 9 naar 21 procent. In de advertentie schrijven de media dat ze vrezen dat mensen met een kleine beurs worden afgesneden van verdiepende journalistiek, met een groeiende nieuwskloof tot gevolg. De btw-verhoging zal een onvermijdelijke daling in abonnementen inzetten. “Laat Nederlanders goede toegang behouden tot onafhankelijke journalistiek”, luidde de brullende kop. De holle kreet “onafhankelijke journalistiek” en de pathetische opmerking dat mensen met een kleine beurs worden afgesneden van verdiepende journalistiek, veroorzaakten bij mij een lachstuip. Alleen de ‘bon chic, bon genre’ (BCBG) koopt de peperdure papieren kranten nog. De redacties van al die kranten, die klagen over de btw-verhoging, zouden eens moeten gaan klagen bij hun gierige Belgische baasjes. Journalisten worden uitgeknepen - als ze al niet vervangen zijn door AI - door de mediabaronnen. De BCBG blijft die krantjes heus wel kopen, maar het door het journaille zo verafschuwde volk is al lang afgehaakt: te duur, te elitair, te grootstedelijk. En hebben de redacties van de kranten ooit advertenties geplaatst tegen de 4 miljard extra voor Oekraïne, de 1 miljard extra vóór asielzoekers, de 40 miljard voor stikstof en klimaathysterie, de 28 miljard voor 0,000036 graad minder opwarming, de verhoging van energie, benzine en vliegtickets en ‘last but not least’ de 45 miljard voor het coronafonds? Nee dus, maar wel piepen omdat de krant een paar dubbeltjes duurder wordt.
Wat mij wel opvalt, is dat de buitenlandse kranten die ik in Portugal in de kiosk koop - El País, die Welt, Neue Zürcher Zeitung, Le Monde, Daily Mail en La Gazzetta dello Sport - goedkoper zijn dan de ‘kwaliteitskranten’ in Nederland en België, en oneindig veel meer hoogstaand leesvoer bieden.
Het niveau van de gazetten van de Belgen is beschamend. Bovendien is er geen en kel verschil meer tussen Het Parool, het Algemeen Dagblad en Het Laatste Nieuws, en dat komt mede doordat de schrijvende apen al grotendeels vervangen zijn door de ‘ghost in the machine’: Artificial Intelligence (Artificiële Intelli gentie).
Het pathetische gejam mer van het journaille over de paar dub beltjes meer voor een krant die de linkse, elitaire beau monde straks moet ophoesten, is aandoenlijk. Dat doet heus geen pijn en bovendien mag het best wat meer kosten om de blijde ‘Groot-Eu ropese boodschap’ van de baasjes in Vlaanderen te mogen lezen.
The Phoebus Foundation stelt
Latijns-Amerikaanse
kunst met Vlaamse toets tentoon
“Antwerpen was in de 16de en 17de eeuw echt wel het Hollywood aan de Schelde.” De invloeden reikten zelfs zo ver dat Inca-schilders honderd jaar later kunstwerken vervaardigden op basis van prenten uit Vlaanderen. The Phoebus Foundation, de kunstorganisatie van Fernand Huts en stafchef Katharina Van Cauteren, pakt uit met een internationale tentoonstelling van hun Latijns-Amerikaanse kunst.
De tentoonstelling bestaat uit twee delen: het eerste deel stelt kunst tentoon uit de koloniale periode; uit de 17de, 18de, en 19de eeuw. In een ander deel gaat het om moderne Latijns-Amerikaanse kunst uit de periode vanaf 1930. Fernand Huts, de man achter Katoen Natie en Indaver, legt uit hoe hij in 1997 in Montevideo neerstreek voor de aankoop van een haven. Gecharmeerd door het feit dat het in Uruguay zomer is terwijl in Europa de winter heerst, besloot Huts om er samen met zijn familie te overwinteren. “Van het ene kwam het andere en plots had ik een kunstcollectie”, lacht Huts. De History and Mystery-tentoonstelling in het KUMU-museum toont nu een deel van die collectie in de Estse hoofdstad Tallinn.
Vicekoninkrijken
Het eerste deel van de werken komt uit de periode van de vicekoninkrijken Peru en Mexico, die destijds bestuurd werden door Spaanse families. Van zodra de Spanjaarden voet aan wal zetten in Midden- en Zuid-Amerika, was er sprake van culturele vermenging. Om Latijns-Amerikaanse gebieden als kolonies in te lijven, moest er gecommuniceerd worden met de burgers. “Je moet je voorstellen dat je als missionaris toekomt in dat Inca-rijk. Dat is een nieuwe wereld waarin 700 talen gesproken worden die een Europeaan nog nooit heeft gehoord. Er is bovendien geen schriftelijke cultuur”, legt Katharina Van Cauteren uit, stafchef van The Phoebus Foundation. Europese missionarissen gebruikten schilderijen en prenten om te communiceren met de inheemse bevolking. “Dat waren bovendien prenten waarvan de missionarissen ook wisten dat ze het goede oude, christelijke geloof op de juiste manier in beeld brengen.”
Samenwerking Antwerpse prentenmaker en Inca-schilder
In die koloniale gebieden was er een gegoede klasse die schilders de opdracht gaf om aan de slag te gaan met die prenten. Eén van die schilders is Diego Qiuspe Tito, die rond 1675 ‘De heilige familie in Nazareth’ afwerkt. “Maar het fantastische hieraan is eigenlijk dat de schilder zich volledig heeft gebaseerd op een prent die zowat honderd jaar voor-
dien was gesneden in Antwerpen”, legt Van Cauteren uit, terwijl ze voor haar favoriete werk van de collectie staat. Het gaat om een prent van Hieronymus Wierix (1553-1619), een Antwerpse prentmaker en graveur.
“Antwerpen was in de 16de en 17de eeuw echt wel het Hollywood aan de Schelde: dé plaats waar beeldtaal werd gecreëerd.” Die schilderijen werden dan wel vaak in opdracht van die gegoede klasse gemaakt: van Diego Quispe Tito is bekend dat hij ook spontaan graag inspiratie putte uit die enorme Europese beeldenvoorraad die aanwezig was in Latijns-Amerika.
“Deze schilder is dus leentjebuur gaan spelen bij Wierix, maar heeft toch zijn eigen draai aan het schilderij gegeven”, vervolgt Van Cauteren haar uitleg. De basis van het schilderij is duidelijk dezelfde, maar er zijn wat ‘Inca-elementen’ ingebed. Zo is het gebruik van kleuren als goud, blauw en rood typisch voor koloniale kunst uit die periode. Dat Maria links op de foto aan het spinnen is, geeft aan dat draad en weven belangrijk waren in de Inca-cultuur. De vele werktuigen op de voorgrond
en het gegeven dat Jozef hout aan het zagen is in de achtergrond, tonen de nieuwe technologieën aan die vanuit Europa in Latijns-Amerika terechtkwamen. “Want schrijnwerkerij kende men niet in dat oude Andes-rijk. Dat is een van de eerste nieuwe technologieën die de Spanjaarden daar hebben binnengebracht.”
Peruaanse dame in Vlaamse kant
Fernand Huts geeft uitleg bij het portret van een Peruaanse dame met een waaier, dat rond 1750 gemaakt werd door een onbekende schilder. “Waarschijnlijk gaat het hier om een dame die behoorde tot een van de meest vooraanstaande families in Peru in de 18de eeuw.” Maar wat is er nu zo speciaal aan die dame? “Wel, ze is volledig aangekleed met kant afkomstig uit Vlaanderen.”
Gedurende lange tijd was Vlaanderen deel van het Spaanse keizerrijk en de Vlamingen dreven dan ook enorm veel handel met de Spanjaarden. “Als je terugblikt op de 16de en 17de eeuw, was ons Vlaanderen de regio waarin veel luxeproducten gemaakt werden”, legt Huts uit. Denk aan de boekdrukkunst, de schilderkunst, de kant, het laken en de kledij. Die producten waren gegeerd bij de aristocratie, de adel en de welstellende burgers. “En zo hebben wij vanuit Vlaanderen de wereld overspoeld met Vlaamse producten en Vlaamse invloeden. Aan de kledij van deze dame zie je dat duidelijk.”
De tentoonstelling ‘History and Mystery: Latin American Art and Europe’ is van 21 juni 2024 tot 03 november 2024 te bezichtigen in het KUMU-museum in Tallinn, Estland.
WANNES NEUKERMANS
Opening KUMU met Katharina Van Cauter (rechts) en Fernand Huts naast haar
‘De heilige familie in Nazareth’
Door AI gegenereerde typende apen
“Het godsbesef is aan het eroderen, maar de christelijke moraliteit blijft overeind”
Historicus Joren Vermeersch (42) over zijn boek ‘Vlaanderens waanzinnigste eeuw’ en de parallellen tussen de 14de eeuw en vandaag: “Ook toen kwam de oorlog onverwacht aankloppen, na een lange periode van vrede. En bleek het vredesdividend plots opgebruikt”.
Uw verslaggever sprak af met schrijver en columnist Joren Vermeersch om het te hebben over zijn nieuwe boek ‘Vlaanderens waanzinnigste eeuw (1297-1385)’. Tijdens de veertiende eeuw werd Vlaanderen geteisterd door oorlog, hongersnood en uiteraard de Zwarte Dood. Vanuit het standpunt van de gewone man vertelt Vermeersch het verhaal van die periode uit de Vlaamse geschiedenis. Daarin spelen zich enkele gebeurtenissen af die ons doen denken aan een aantal brandend actuele thema’s.
Uw boek is nu zes maanden in de verkoop en blijkt een succes.
“Inderdaad. Het loopt lekker. Het was een risico om het uit te werken in het genre ‘faction’ (boeken die de bouw en vertelwijze van een roman hebben, maar gebaseerd zijn op ware personages en gebeurtenissen, red.), maar ik ben erg tevreden met het resultaat. Dat genre is in de Engelstalige literatuur goed ingeburgerd, bij ons is dat nog niet het geval. Toch heeft het enkele onmiskenbare voordelen.”
Zoals?
“Je kan er de lezer mee onderdompelen in de geschiedenis, op een manier die met een klassiek beschrijvend geschiedenisboek niet mogelijk is. Als je een historisch verhaal vertelt vanuit de ogen van de gewone man, moet je ook diens leef- en gedachtewereld daarin betrekken. Dan gaat het ook over zaken als angst, haat, bijgeloof, vooroordelen, geweld, de eetcultuur, maar ook de liefde en gehechtheid tussen ouder en kind. De geschiedenis wordt op die manier veel menselijker.”
Kan de lezer zich herkennen in de middeleeuwse Vlaming?
“Ja en neen. In het boek respecteer ik de bijzonder grote culturele afstand tussen de middeleeuwse mens en wij. Het anti-
semitisme, de homohaat, het collectieve denken en het alomtegenwoordige godsbesef zijn markante verschillen. Anderzijds zie je wel dat de menselijke natuur telkens terugkomt, de essentie van het zijn, wat de Fransen de ‘condition humaine’ noemen. Dat gaat bijvoorbeeld over de tijdloze angst bij ouders voor het verlies van hun kinderen. Dat is allemaal heel sterk aanwezig in het boek… En zulke anekdoten en beschrijvingen maken de lezer duidelijk dat de middeleeuwse mens weliswaar anders was, maar tegelijk ook een mens zoals u en ik.”
Is dit een poging om geschiedenis terug populair te maken?
“Het is een manier om onvertelde historische verhalen open te trekken naar een breder publiek. De Vlaamse historiografie heeft veel te danken aan mensen als Bart Van Loo en Johan Op de Beeck, die als eersten de stap gezet hebben naar een meer verhalende vorm van geschiedenis. Het is trouwens geen toeval dat geschiedenis voor volwassenen niet door academici gemaakt wordt. Op de Beeck komt uit de journalistiek, Van Loo komt uit het onderwijs en ik kom uit de politiek achter de schermen.”
Hoe komt dat?
“Omdat Vlaamse academici dat tot op vandaag ongepast achten. Sinds de marxistische gedachte in de late jaren zestig dominant werd aan onze historische faculteiten, meent men dat de voornaamste opdracht voor historici erin bestaat om geschiedenis te deconstrueren. Concreter gesteld: de historicus moet de burger duidelijk maken dat de impact van gebeurtenissen van minder historisch belang was dan die van economische en politieke machtsrelaties. Het relativeren dus van wat men ‘l’histoire événémentielle’ noemt, ten voordele van ‘l’histoire structurelle’. Daarin is nadrukkelijk geen plaats meer voor grote ver-
halen. En al helemaal niet als die later uitgroeiden tot stichtende nationale mythes. In mijn boek geef ik die verhalen opnieuw een centrale plaats, evenwel zonder te romantiseren. Integendeel zelfs. Meer dan eens hang ik de vuile was buiten van onze eigen geschiedenis.”
Waarom opnieuw een boek over de middeleeuwen?
“Omdat het Vlaanderen van vandaag toen is geschapen. Onze taal werd toen geboren, maar ook het landschap met de steden en dorpen die wij vandaag kennen. En de manier waarop onze maatschappij zich organiseert, met de ambachten en de broederschappen als middenveldorganisaties die tussen de staatsmacht en de burger in stonden. Of nog: het begin van onze sociale zekerheid, met de hospitalen en armendissen die door vermogende leken werden georganiseerd en gefinancierd. Voeg daar nog onze christelijke cultuur aan toe en je beseft: toen werd Vlaanderen gesmeed zoals het vandaag is.”
Je noemt de veertiende eeuw in je boek onze ‘waanzinnigste eeuw’, een bewuste knipoog naar het gelijknamige boek van Barbara Tuchman. Wat maakte die eeuw zo opvallend?
“De mens van toen kwam in een levende hel terecht. De Ruiters van de Apocalyps uit het evangelie van Johannes, honger, ziekte, oorlog en de dood zelf, kwamen opeenvolgend over Vlaanderen gerold. De periode voordien was nochtans erg stabiel. Het contrast kon niet groter zijn.”
Stabiel naar middeleeuwse standaarden?
“Neen, stabiel naar onze standaarden. Men denkt altijd dat de middeleeuwen één langgerekte periode vol chaos, honger en miserie was, maar dat klopt niet. De dertiende eeuw was erg vredevol: er was economische groei, geen hongersnood
en er waren geen grote epidemieën. Toen de Fransen in 1297 binnenvielen, kende Vlaanderen al 80 jaar lang vrede. Oorlog was iets uit een heel ver verleden. Mensen konden zich daar niets meer bij voorstellen. Want niemand kende nog iemand die een oorlog had meegemaakt. Dat wordt een volledig abstract begrip, net zoals het dat voor ons was. Dat had zijn gevolgen.”
Bovenal het gegeven van het opgesoupeerde vredesdividend is gelijkaardig
“De steden waren ver buiten hun muren gegroeid. Die werden afgebroken en er waren geen plannen om nieuwe te bouwen. Want waarom zou je investeren in nieuwe muren? Vlaanderen was het meest dichtbevolkte vorstendom van Frankrijk, dat tegelijk het sterkste koninkrijk van Europa was. Niemand ging eraan denken om ons in die periode aan te vallen. Toen er dan plots een nieuwe oorlog uitbrak, lag die niet aan een inval door een buitenlandse macht, maar aan een clash over de politieke suprematie tussen de koning en de graaf. Vanuit de logica van de Fransen was hun invasie van 1297 een perfect legale bevrijdingsoperatie tegen een afvallige vazal.”
Klinkt bekend…
“Inderdaad. De parallel met de invasie van Oekraïne door Rusland is opmerkelijk. En net zoals Oekraïne vandaag bescherming zoekt bij het Westen, om politiek onafhankelijk van Rusland te kunnen worden, zocht het Vlaanderen van toen dat in een alliantie met Engeland. Maar bovenal het gegeven van het opgesoupeerde vredesdividend is gelijkaardig. De periode van vrede voor de Franse invasie was even lang als die tussen 1830 en 1914. Om naar nog langere periodes van vrede in onze ge-
HISTORICUS
schiedenis te zoeken, moet je al teruggaan naar de piek van de Pax Romana. Enig verschil: de Pax Romana werd afgedwongen via militaire macht. Dat waren we in 1297 vergeten. En vandaag evenzeer.”
In diezelfde eeuw woedde de pestepidemie. Was men dergelijke epidemieën toen meer gewoon dan dat het geval was aan het begin van de coronacrisis?
“Neen, ook dat is een populaire misvatting. Er was weliswaar een lage levensverwachting, maar dat lag niet zozeer aan epidemieën. Boesdoener was vooral een hoge sterfte van vrouwen in het kraambed en vooral van kinderen. Zo stierven veel kinderen aan longontstekingen, infectieziektes, enzovoort. Amper één op de twee haalde de leeftijd van 12 jaar. Pas dan was je pas min of meer ‘zeker’ dat je het ging redden. Daar komt overigens de leeftijd voor onze plechtige communie vandaan: dat is eigenlijk het vieren van het doorkomen van die periode met een hoge sterftegraad.”
Dan moet de Zwarte Dood toch echt wel voor een maatschappelijke schok gezorgd hebben.
“Inderdaad. De bevolking werd getroffen door een agressieve bloedparasiet waartegen ze geen enkele resistentie had. In een periode van drie maanden heeft die een slachting aangericht, ook onder de sterke mensen binnen de bevolking. Eén derde van de bevolking stierf. Met grote economische turbulenties en blijvende culturele veranderingen tot gevolg. Het was bij momenten beangstigend om die hoofdstukken in mijn boek in al hun verschrikking op papier te zetten.”
Als scheppende factor van de middeleeuwen voor het Vlaanderen van vandaag, haalde u de christelijke moraliteit aan. Die zou tot op de dag van vandaag aanwezig zijn. Is dat wel zo?
“Het godsbesef is snel aan het eroderen in de Vlaamse samenleving, maar de christelijke moraliteit blijft overeind. Die is er zodanig hard en lang in geboetseerd, dat die zelfs zonder het actieve geloof nog blijft doorwerken in onze maatschappij. Dat uit zich op veel manieren. De naastenliefde bijvoorbeeld, die vandaag nog steeds springlevend is en je bijvoorbeeld minder hebt in hindoeïstisch India. En er zijn nog andere voorbeelden.”
Zoals?
‘Waarom kijk je naar de splinter in het oog van je broeder, terwijl je de balk in je eigen ogen niet opmerkt?’, wist Jezus. Daardoor zoeken christelijke culturen in de eerste plaats bij zichzelf de verantwoordelijkheid voor falen. Dat speelt minder bij andere culturen, neem nu de islamitische.”
Men denkt altijd dat de middeleeuwen één langgerekte periode vol chaos, honger en miserie was, maar dat klopt niet
“Volgens gelovige moslims is de Koran perfect en daardoor de islamitische samenleving en cultuur eveneens. Als die dan faalt, kan dat enkel te wijten zijn aan externe factoren. Armoede wordt dan bijvoorbeeld geweten aan de corrupte dictator, aan westers ‘neokolonalisme’ en aan wat nog allemaal, in plaats van het eigen samenlevingsmodel kritisch onder de loep te nemen. Waar Europa soms overdrijft in zelfkritiek, komt de Arabische wereld er soms tekort. Ook daarin schuilt de impact van het christendom.”
Over de Arabische wereld gesproken. U heeft zich al meermaals fel uitgesproken over de boycot tegen Israëlische instellingen vanuit de UGent, die er kwam na de bezetting van het UFO. Waarom?
“Ik ben een trotse alumnus van de UGent. Daarom erger ik me aan het feit dat mensen met bepaalde meningen de universiteit in globo claimen, alsof die ‘van hen’ zou zijn. Dat is onverzoenbaar met de universitaire gedachte, die immers een clash tussen ideeën veronderstelt. Het idee alleen al om een universiteitsgebouw in te nemen, dat vol te hangen met je eigen slogans en te weigeren daaruit te vertrekken tot de universiteit op zich die allemaal overneemt, staat haaks op die gedachte. Je kunt debatten organiseren op de universiteit. Maar wat we gezien hebben, kwam op iets anders neer: op het opdringen van één mening, door een luide minderheid aan een stille meerderheid.”
Was Leuven Vlaams dan anders?
“Sorry, maar de splitsing van de KUL kwam er doordat zowel de bevolking, de politiek als de media overtuigd raakten van de noodzaak daarvan. Dat was het gevolg van grote betogingen en debatten, niet van de bestorming en de vandalisering van het KUL-rectoraat toen, wat overigens het werk was van een klein groepje extreemlinksen.”
Waarom gaf UGent volgens u toe aan de bezetters?
“Eerder dan toegeven, wat frisse tegenzin veronderstelt, was er mijns inziens sprake van een perfect een-tweetje. De voorstanders van de academische boycot van Israël binnen het academische korps hadden al veel eerder een petitie daarvoor gelanceerd. Maar zijn wisten maar een fractie van hun collega’s achter dat idee te scharen. Hoe is het hen dan toch gelukt is om hun eisen erdoor te rammen? Doordat zij oververtegenwoordigd zijn in de organen die daartoe konden beslissen: het mensenrechtencomité en de Raad van Bestuur. Dit
was een klassiek voorbeeld van de disproportionele macht die links verwerft via de tactiek van de ‘lange mars door de instellingen’.”
Hoe komt het dat links oververtegenwoordigd is in dergelijke instellingen?
“Vooreerst is er een numerieke oververtegenwoordiging van progressieve academici, om verschillende redenen. Daarenboven hebben conservatievere professoren doorgaans meer zelfrelativering als academicus. Zij vinden dat hun taak als academicus er in de eerste plaats uit bestaat om wetenschap te bedrijven en onderwijs te verstrekken, eerder dan aan politiek te doen met de universiteit als instrument. Daardoor gaan zij zich minder vaak aanbieden voor mandaten in bestuursorganen en ligt de weg daarin breed open voor ‘activistische’ progressieve academici. Waarmee ik bedoel: academici die van mening zijn dat de universiteit hun visie op mens en samenleving actief moet uitdragen in binnen- en buitenland.”
“UGent zou dankbaar moeten zijn dat ze mocht samenwerken met een instelling als Tel Aviv University, die zo gerenommeerd is in de positieve en medische wetenschappen. Toch schrapte UGent eenzijdig de gezamenlijke onderzoeksprojecten, terwijl dat ging over onderzoek naar autisme en één derde van de studenten van Tel Aviv University Arabische moslims zijn. Waar zitten dan de fanatici? Het is ronduit beschamend. En waarom? De rector had vanaf dag één die bezetting moeten laten ontruimen.”
Vindt u zo’n bezetting geen vorm van geoorloofd protest?
“Natuurlijk niet. Dat is een vorm van criminaliteit, die enkel en alleen onbestraft bleef omdat het rectoraat besloot dit te gedogen. Dit valt mijlenver buiten het recht van betogen. Dat recht is onderworpen aan juridische beperkingen. Zoals daar zijn: betogen doe je op straat, niet in een gebouw dat niet van jou is. Dat heeft allemaal zijn redenen: verhinderen dat de luidste roepers hun wil fysiek opleggen aan de stille meerderheid.”
Denkt u dat een bezetting van studenten omwille van andere redenen zo lang gedoogd zou worden?
(Lacht) “Dat is een open deur intrappen. ‘Links mag alles’, zo gaat het gezegde. Ook dat ergert mij, als UGent-alumnus. In plaats van de bezettingskwestie principieel te benaderen, liet de rector betijen omdat hij sympathie had voor de actievoerders en hun eisen. Dan ben je verkeerd bezig. De concrete agenda van de actie had hierin geen enkele rol mogen spelen. De rector had vanaf dag één helder moeten zeggen: een universiteitsgebouw bezetten kan niet. Waarom? Omdat zo’n gebouw een gemeenschapsvoorziening is. Ze is van iedereen, maar daarom ook van niemand. Ik denk overigens hetzelfde over een ander crimineel feit dat we te pas en te onpas zien opduiken, onder het mom van betogen: het blokkeren van wegen.”
Er woedde onder de linkse partijen een hevige concurrentieslag voor de moslimstem
“Ook dat is een crimineel feit, dat niet gedekt wordt door het betogingsrecht. Toch passeert dat allemaal. En als je daar kritiek op geeft, krijg je van de actievoerders en hun sympathisanten steevast het verwijt dat hun eisen veel belangrijker zijn. Sorry, maar dat zijn ze niet. Geen enkele burger heeft het recht om als een sheriff andere burgers tegen te houden op de openbare weg. Om wat voor reden dan ook.”
Dat neemt niet weg dat de oorlog in Gaza hier enorm hard leefde, ook tijdens de verkiezingen.
“Dat leefde in België vooral omdat we hier een grote moslimgemeenschap hebben en er onder de linkse partijen een hevige concurrentieslag woedde voor de moslimstem. Geen enkele partij ging daar verder in dan PVDA. Die partij aanvaardt niet eens het bestaansrecht van Israël binnen zijn internationaal erkende grenzen. Daar kwam, wat België betreft, nog bovenop dat talloze prominente politici, opiniemakers en media de bevolking hebben opgejut tegen Israel door kritiekloos fake news te verspreiden, afkomstig uit Hamas-kanalen.”
Vlaamse academici vinden deze verhalende vorm van geschiedenis niet gepast
“Denk aan de hoax dat Israël een propvol hospitaal gebombardeerd had met honderden burgerdoden tot gevolg. Terwijl het een antisemitische vooringenomenheid veronderstelt om zo’n beschuldiging überhaupt te geloven.”
Hoe kan dit conflict opgelost worden?
“Er is geen vrede mogelijk met Hamas, laat staan een tweestatenoplossing. Hamas zal altijd blijven ijveren voor de vernietiging van de staat Israël, via terreur tegen Israëlische burgers. Daarom begint elke oplossing met de uitschakeling van Hamas. Leiders uit de Arabische wereld beseffen dat. De regeringen van Saudi-Arabië, de V.A.E., Egypte, Marokko, enzovoort, hebben er geen enkel probleem mee dat Israël Hamas uitschakelt. Links Vlaanderen denkt daar blijkbaar anders over. Vanaf dag één riepen mensen als minister Caroline Gennez al op tot een wapenstilstand en een gevangenenruil. Dat had Hamas niet alleen intact gelaten, maar enorm versterkt. De naïviteit hierrond is soms stuitend.”
Niet alleen bij links Vlaanderen, maar bij heel links Europa.
“Ja, maar met deze kanttekening: het fenomeen doet zich in Europa enkel voor in lidstaten die omvangrijke moslimgemeenschappen tellen. In Warschau, Praag, Riga of Boedapest heb je ook socialisten, maar die gingen niet betogen tegen Israël of oproepen tot een boycot van Israël in hun media en nationale parlement.”
Afsluitende vraag: wat is je volgende boekproject?
(blaast) “Er zijn drie jaar van intensieve research geslopen in de redactie van ‘Vlaanderens waanzinnigste eeuw’. En ik heb mijn echtgenote minstens een jaar pauze beloofd. Maar het begint nu toch alweer te kriebelen. Ik zou graag de oefening herhalen voor Vlaanderens zestiende eeuw. Die periode was op
Vlaanderens waanzinnigste eeuw’, Joren Vermeersch. 39,99 euro – uitgeverij Borgerhoff & Lamberigts. EAN 9789464759679
Debat Trump versus Biden
Vandaag vindt het eerste presidentiële debat plaats, georganiseerd door CNN. President Biden en voormalige president Trump kwalificeerden zich, Robert Kennedy jr. niet. Kwalificatie steunt op percentages in de peilingen (minstens 15 procent in minstens vier grote nationale peilingen) en in hoeveel staten hun kandidatuur is ingediend (genoeg staten om 270 kiesmannen te kunnen behalen, wat voldoende is om het presidentschap te winnen). Met pakweg vier maanden te gaan, is dat geen goed teken voor Kennedy.
Biden bracht de hele voorgaande week in het presidentiële buitenhuis Camp David door, waar hij zich voorbereidde op het debat. Dat omvatte, volgens ABC-reporter Selina Wang, training om 90 minuten lang recht te staan. Trump lijkt niet te geven om formele voorbereiding en brengt zijn tijd door tussen zijn kiezers en fans, op bijeenkomsten waar tienduizenden op afkomen, om hem te horen en in de hoop een glimp van hem op te vangen.
Peilingen
In de gemiddelden van de nationale peilingen gaan Trump en Biden nek aan nek. Afhankelijk van de peiling staat nu eens Biden, dan weer Trump op kop, met 3 tot soms minder dan 1 procent verschil. Momenteel staat Biden op de eerste plaats, met amper 1 procent meer dan Trump.
Bill Maher, een bekende komiek, politieke commentator en televisiepresentator, haalde scherp uit naar de resultaten van die peilingen: “Hoe staat Biden in godsnaam voor op Trump?” Hij wees erop dat Biden 14 procent steun onder kiezers met Latijns-Amerikaanse origine had verloren, meer dan de helft van de stemmen van Afro-Amerikanen onder de 50 jaar, 8 procent steun van vrouwen sinds 2020 en algemeen de steun van mensen met studieschulden. “En toch lees ik in de peilingen dat hij deze week terug op kop liep. Leg me dat maar eens uit.”
Daarnaast komen er berichten uit een hele reeks staten waar Trump terrein verovert. In de normaal gezien sterk Democratisch kiezende staat Minnesota, bijvoorbeeld, waar Trump nu een kleine voorsprong heeft. Iowa is ook niet de minste staat. Die wordt aanzien als een graadmeter voor hoe de Verenigde Staten als geheel zullen kiezen. In de meest recente peiling in Iowa haalt Trump 50 procent van de waarschijnlijke kiezers, en slechts 32 procent steunt Biden.
Timing en geruchten
De timing van het debat is bijzonder, omdat het plaatsvindt voordat zowel de Republikeinse als Democratische nationale conventies officieel hun respectievelijke presidentskandidaat naar voren schuiven. Dat is de eerste keer dat het zo vroeg plaatsvindt en was een voorwaarde van de Democraten.
Een anonieme Democratische politieke strateeg vertelde aan de Britse krant The Daily Mail dat als Biden het slecht doet in zijn eerste debat, hij vervangen zou kunnen worden. Dat zou enkel vlot kunnen verlopen als Biden vrijwillig opzijstapt, maar die kans lijkt klein. De enigen die hem daar toch toe zouden kunnen dwingen, zijn Barack Obama, Bill Clinton, Nancy Pelosi en Chuck Schumer, vervolgde de anonieme bron.
Van Jones, een bekende politieke analist bij CNN, is het ermee eens dat het voor Biden ‘erop of eronder’ is. Mocht hij er een soep van maken op het podium, zouden de kansen voor de Democraten om in november te winnen voorgoed verloren zijn, vertelde hij tijdens een nieuwssegment met Jim Acosta. “Het zou de Democratische partij in paniek brengen.”
Mentale fitheid
De onafhankelijke, links leunende politicus Cenk Uygur gaat een stap verder en fulmineert openlijk tegen de Democratische Partij. “Biden heeft dementie. De man is in een verschrikkelijke, verschrikkelijke staat.” Volgens hem moet je waanzinnig zijn om te geloven dat Joe Biden achter de schermen een krachtpatser zou zijn. Die scherpe kritiek komt op de hielen van een wel zeer bizarre vertoning. Toen video’s te zien waren waarop Biden op een podium door Obama bij de hand geleid moest worden, of waarin hij ronddwaalt en tegen de lucht lijkt te praten, werden daarover vragen gesteld door Witte Huis-verslaggevers. Perssecretaris Karine Jean-Pierre veegde die vragen zonder meer van tafel: “In plaats van te spreken over de resultaten van het werk van de president tijdens zijn ambtstermijn, (..) zien we deze fakes, deze gemanipuleerde video’s over de president. En dit werd te kwader trouw gedaan.”
Op CNN verdedigde Brian Stelter die uitleg van het Witte Huis over de zogenaamde ‘cheap fakes’, en voormalig congreslid Adam Kinzinger noemt de video’s gewoon “flagrante leugens”. Anderen wijzen er gretig op dat zittende presidenten het doorgaans slecht
doen in hun eerste debat. Als reactie daarop citeren conservatieve commentatoren het boek 1984 van George Orwell: “De Partij zei dat niet op je ogen en oren mag vertrouwen. Dat was hun laatste, belangrijkste bevel.”
Debatregels
De regels van het debat zelf zijn ook niet onbesproken. De microfoons van beide sprekers worden uitgeschakeld wanneer het hun beurt niet is om te spreken. Beide kandidaten mogen geen steunmateriaal of aantekeningen meebrengen, enkel een pen, papier en een fles water. Tijdens twee reclamepauzes mogen de kandidaten verder niet met hun campagnepersoneel spreken. Bijzonder is dat er geen publiek zal zijn en dat de kandidaten geen openingsrede zullen geven. De plaats van elke kandidaat werd bepaald via het opgooien van een munt: Biden won en koos het rechterpodium.
Trump krijgt dan weer het laatste woord, wat hij wellicht zal gebruiken om onder andere te wijzen op de recente verkrachtingen en moorden op jonge meisjes door reeds verschillende keren uitgewezen illegalen. Trump liet ontvallen dat zijn keuze voor een vicepresident op het debat aanwezig zou zijn, maar liet nog niet weten wie juist. Normaal zijn de conventies van beide partijen het ‘echte’ begin van de verkiezingscampagne, maar dit vroege debat vormt nu het wel heel belangrijke startschot, en mogelijke eindschot, voor de huidige president: het is erop of eronder voor Biden.
Migratiekinderen keren terug naar Algerije
Het lijkt een nieuwe trend bij migratiekinderen: een vaste wil om Frankrijk achter zich te laten en naar het herkomstland terug te keren. Een video van Adeldz30 op TikTok werd 587.000 maal bekeken, waarin de Algerijn zegt: “Ik heb de beslissing genomen om Frankrijk te verlaten en in Algerije te gaan leven.” Want Algerije, voor hem, is het beloofde land. “Men is er eerlijk, men helpt er elkaar.” Nochtans gaat het om jongeren die in Frankrijk geboren werden en nooit in Algerije hebben geleefd.
In de kern gaat het steeds om deze vaststelling, zegt deze Adeldz30: het gaat erom dat “ik me eigenlijk nooit een Fransman heb gevoeld”. Naila, een jonge vrouw van 23 jaar, plaatst een gelijkaardige boodschap: “Mijn ouders kwamen in Frankrijk aan in 1995. In 2024 verlaat ik dit strontland en keer ik terug naar mijn platteland.” De video die erop volgt, is nog explicieter: “99 problemen - met een emoji van de Franse vlag - en 1 oplossing - met een emoji van de Algerijnse vlag.” Het zou gaan om een fenomeen dat breder om zich heen grijpt dan louter op sociale media blijkt.
Omgekeerde migratie
Op de Britse zender BBC was de getuigenis van Maher Mezahi te horen, die het had over omgekeerde migratie, een vrij recent fenomeen. Hij had het eerst over het misprijzen van zijn vader voor zijn herkomstland, over het falende rechtssysteem in Algerije en de onontwarbare administratie. “Maar deze lijst lost op van zodra ik me realiseerde dat ik thuiskwam, om te doen wat ik eigenlijk het liefste zou doen op de plaats waar ik het meest van houd.” Mezahi, migratiekind van Algerijnse ouders, voelde zich ook nooit thuis in Frankrijk. Nabil Mati, academicus aan de ‘Ecole des hautes études’ in de sociale wetenschappen in Parijs: “Sommige migrantenkinderen verkiezen zich in Algerije te vestigen om hun waardigheid, hun cultuur en hun identiteit te bewaren.”
Over die nieuwe migratietrend werd de voormalige Franse ambassadeur Xavier Driencourt door de collega’s van Boulevard Voltaire aan de tand gevoeld: “Het gaat om jongeren van de tweede, derde en zelfs vierde generatie, die Fransen zijn en zeggen dat Frankrijk een islamofoob, racistisch land is. Ze willen terug naar Algerije om er volgens de regels van hun geloof te leven.” Jongeren, ook voor hem, die zich nooit thuis voelden in Frankrijk.
Sommigen hebben geen realistische verwachtingspatronen en beschouwen Algerije als het eldorado, wat het niet is
Hij waarschuwt tezelfdertijd voor al te veel optimisme: “Ze zeggen wel dat ze terug willen, maar hoeveel doen het ook werkelijk?” Sommigen hebben geen realistische verwachtingspatronen en beschouwen Algerije als het eldorado, wat het niet is. Nochtans zijn er heel wat jonge gediplomeerde Frans-Algerijnen die naar Algerije vertrekken: “Voor vernieuwende ondernemingen en ondernemers biedt het veel kansen”, aldus Driencourt. Schrijver Boualem Sansal stelde eerder al dat “de Algerijnse regering veel administratieve, financiële en fiscale incentives heeft gecreeerd om jongeren aan te trekken”.
PIET VAN NIEUWVLIET
Leeflonen in Duitsland exploderen
De leeflonen in Duitsland lijken een vat zonder bodem te worden. Recent raakte immers bekend dat bovenop de 37,6 miljard euro die de Duitse belastingbetaler hiervoor al jaarlijks betaalt, nog een bijkomende 9,2 miljard euro nodig zal zijn. Twee derde van de steuntrekkers heeft een migratieachtergrond. De gegevens zijn afkomstig van het federaal Agentschap voor Werk (Bundesagentur für Arbeit) en werden door de Duits krant Bild-Zeitung bekendgemaakt.
In januari en februari van dit jaar namen de kosten voor het zogenaamde Bürgergeld (met inbegrip van woonondersteuning, zoals huur en verwarming) toe tot een maandelijks bedrag van 3,9 miljard euro. Als men dat extrapoleert naar een volledig jaar, moet men voor 2024 rekening houden met een uitgave van 46,8 miljard euro. De Duitse federale minister van Sociale Zaken, Hubertus Heil (SPD), had voor dat Bürgergeld in 2024 ‘slechts’ een bedrag begroot van 37,6 miljard euro. Nog nooit zo’n groot bedrag
De oorzaak van die kostenexplosie zien experten in de stijgende aantallen leefloonontvangers in Duitsland en in de almaar stijgende kosten voor sociale bijstand. Sinds december 2023 werden de bedragen voor (toen nog bekend als) Hartz IV al eens met 25 procent verhoogd en op 1 januari 2024 werd nog een bijkomende verhoging van 12 procent goedgekeurd.
Een minister van Werk moet mensen doen werken
In mei 2024 ontvingen ongeveer 4 miljoen werkzoekende werklozen het zogenaamde
Bürgergeld. Dat zijn er 200.000 meer dan op het moment van de invoering van het Bürgergeld begin 2023 en 80.000 meer dan in mei 2023. In 2022 ontvingen 3,5 miljoen werkzoekenden de uitkering onder Hartz IV. Oekraïners kregen automatisch toegang tot het systeem van leeflonen. Ongeveer twee derde van alle ontvangers van dat Bürgergeld zijn vreemdelingen of hebben een migratieachtergrond, zoals het Bundesagentur in de maand mei bekendmaakte.
In mei 2024 ontvingen ongeveer 4 miljoen werkzoekende werklozen het Bürgergeld
Intussen steken ook kritische stemmen de kop op binnen de regering, vooral bij de liberale FDP. Aan Bild-Zeitung verklaarde de ondervoorzitter van de liberale fractie in de Bundestag, Christoph Meyer: “Een minister van Werk moet mensen doen werken, dat is onze mening. Hubertus Heil moet minister voor Werk zijn, en geen minister voor Bürgergeld.”
WIM VANRAES
Bruisende Balkan stapelt incidenten op
De regio mag dan al nooit een oase van stabiliteit geweest zijn, de oorlog in Oekraïne en Gaza deden de Balkan wat naar het achterplan verdwijnen. Onterecht, want het blijkt er gevoelig onrustiger te zijn dan doorgaans aangenomen wordt. We plaatsen enkele twistpunten op een rij.
Voetbal staat los van politiek. Of zou dat toch moeten zijn, althans in theorie. Dat het in de praktijk wel eens anders durft te lopen, illustreren enkele voorvallen in en rond het veld op het lopende EK. Toen dat nog een tornooi met 16 deelnemers was, leverde dat vaak een vertrouwd plaatje op. Landen als Duitsland, Spanje of Frankrijk en Engeland, waren de klassiekers die zich door de selectierondes van het tornooi speelden. Maar door dat aantal naar 24 op te trekken, maakten plots ook enkele mindere goden hun opwachting. En daar stonden plots landen als Noord-Macedonië, Albanië of Servië op het veld. Kroatië was de uitzondering die de regel bevestigde.
Het Servische deel van Bosnië, de Republika Srpska, is aan een feitelijke secessie aan het werken
Rechtstreeks gevolg daarvan is dat plots heel wat nationalisme op en rond het veld opduikt. Enthousiaste Serviërs die de Münchense binnenstad inpalmen, leverden een sterk beeld op. En voor wie eraan zou twijfelen: de gescandeerde slogans (“Kosovo is Servië!”) hadden voor alle duidelijkheid weinig met de ploegopstelling te maken. Toen Albanië 2-2 gelijkspeelde tegen Kroatië, greep de Albanese spits Mirlind Daku een megafoon en brulde “Fuck Macedonia” en “Fuck de Serviërs”. Een repertorium dat vrij snel door de aanwezige fans overgenomen werd. Inmiddels volgden verontschuldigingen, maar na een klacht van de Noord-Macedonische voetbalbond werd Daku voor twee wedstrijden geschorst. Kosovo
Die incidenten zijn niet toevallig. Ze zijn illustratief voor de onrustige periode die de Balkan doormaakt. In Kosovo bijvoorbeeld, waar spanningen tussen Albanezen en Serviërs dagelijkse kost zijn. Anti-Servische sentimenten zijn een politieke hefboom voor Albanese politici, aangesterkt door milities die op het terrein actief zijn.
In werkelijkheid blijft
Bosnië-Herzegovina de achilleshiel van de hele westerse Balkan
De kern van het probleem is een tiental (Servische) gemeenten, waar de Albanese autoriteiten in uitvoering van de akkoorden van Brussel (2013) “de rust en veiligheid” moeten garanderen - quod non. Gevreesd wordt dat deze lokale entiteiten zouden fuseren, als prelude voor een volledige afscheuring. Het bracht Duitsland ertoe enkele (eenzijdige) diplomatieke initiatieven te nemen. Berlijn is als de dood voor grenscorrecties op de Balkan, wat ze als een doos van Pandora zien. En daar duikt plots het spook van Donald Trump weer op. Tijdens zijn eerdere (eerste?) passage langs het Witte Huis opperde hij al het idee wat correcties in Kosovo door te voeren. Een aanhoudende instabiele situatie is koren op deze molen.
Bosnië
Bosnië mag dan al officieel het pad richting Europees lidmaatschap bewandelen, in diplomatieke kringen beseft men dat dit vooral een pro forma-traject is. In werkelijkheid blijft Bosnië-Herzegovina, zoals het voluit heet, de achilleshiel van de hele westerse Balkan. Een NAVO-rapport uit 2020 sloeg nagels met koppen. Men spreekt over een “diepe verdeeldheid” tussen de verschillende componenten van het land. Verder hekelt de Alliantie “een gebrek aan duidelijkheid rond de strategische oriëntatie van het land”.
Plots duikt op het EK voetbal heel wat nationalisme op rond het veld
De studie heeft anno 2024 nog niets aan actualiteit ingeboet. Het Servische deel van Bosnië, de Republika Srpska, is
Duizenden groepsverkrachtingen in Duitsland op 10 jaar
Uit het antwoord op een parlementaire vraag van AfD maakte de Duitse federale regering bekend dat op een termijn van 10 jaar minstens 6.897 mensen in Duitsland het slachtoffer werden van groepsverkrachtingen. Het overgrote deel van de slachtoffers zijn Duitse vrouwen en meisjes, zo blijkt uit het antwoord, dat door onze collega’s van Junge Freiheit bekend werd gemaakt. 5.626 Duitse vrouwen en 1.271 niet-Duitse vrouwen werden het slachtoffer.
Hoewel het aantal geregistreerde groepsverkrachtingen bij onze oosterburen in het voorbije jaar licht daalde, registreerden de politiediensten in 2023 toch nog steeds 761 meldingen. In 2022 waren het er 789. Nog steeds meer dan twee groepsverkrachtingen per dag. En ondanks de lichte afname, zijn het er nog steeds meer dan in het referentiejaar 2016. Toen werden er 749 groepsverkrachtingen gemeld, in vergelijking met 2015 een stijging van 87,25 procent. Meestal islamitische daders
Met 111 gevallen per jaar spant de Duitse hoofdstad Berlijn de kroon, een ratio van 3,11 per 100.000 inwoners. De Duitse deelstaten Sachsen-Anhalt en Brandenburg volgen onmiddellijk (met een ratio van 2,16 en 1,51). Thüringen (0,09) en Mecklenburg-Vorpommern (0,19) zijn de veiligste deelstaten, zo blijkt. Wat de achtergrond van de vermoedelijke daders betreft, hebben 48 procent niet de Duitse nationaliteit - het aandeel vreemdelingen in de totale Duitse bevolking bedraagt momenteel 16,43 procent.
Met 111 gevallen per jaar spant de Duitse hoofdstad Berlijn de kroon
De meeste verdachten komen uit Syrië (79 verdachten vorig jaar), Afghanistan (49), Irak (43) en Turkije (33). Voor de AfD-vraagsteller zijn die cijfers slechts een eerste indicatie: “Het reële aantal groepsverkrachtingen zal allicht nog een stuk hoger liggen”, want niet iedereen doet - uit schaamte soms - aangifte. Maar feit is wel dat “duizenden slachtoffers
De meeste verdachten komen uit Syrië, Afghanistan, Irak en Turkije
intussen hebben moeten lijden onder een desastreuze migratiepolitiek”. AfD roept de regering op om maatregelen te nemen, zodat “groepsverkrachtingen niet meer tot het alledaagse, treurige nieuws in Duitsland behoren”.
PIET VAN NIEUWVLIET
aan een feitelijke secessie aan het werken. Vergaderingen van de federatie worden al een tijd geboycot en aansluiting bij het Servische moederland lijkt dé grote strategische prioriteit te zijn. Tot daar de Vrede van Dayton die bijna drie decennia geleden tot stand kwam.
Griekenland
Nog eentje. Vorige maand omschreef de nationalistische presidente Gordona Silianovska haar land als “Macedonië”, een bewuste provocatie. Na jarenlang getouwtrek met Griekenland, raakten Athene en Skopje het in 2018 eens om voortaan de benaming “Noord-Macedonië” te gebruiken (akkoorden van Prespa). Dat geografische voorvoegsel slechts één keer laten vallen, volstaat voor een fikse rel. Zo ook op 12 mei. Protest kwam er uit Griekenland, maar ook een tik op de vingers van de Europese Commissie die waarschuwt dat als het land “zijn traject richting EU-lidmaatschap wil verderzetten, de akkoorden geëerbiedigd moeten worden”.
De incidenten zijn illustratief voor de onrustige periode die de Balkan doormaakt
En nu we toch in Hellas zitten: binnenkort loopt een akkoord tussen Griekenland en Bulgarije uit 1964 rond de Arda-rivier ten einde. Die is essentieel voor de irrigatie van Griekse landbouwgebieden en op Sofia rust de verplichting de stroom te irrigeren. Nu het akkoord hernieuwd moet worden, leggen de Bulgaren hun eisen op tafel (toegang tot de haven van Alexandroupolis, een beter treinverbinding enzovoort). “Deze situatie dreigt de relaties van Bulgarije met de EU te bemoeilijken”, klinkt het genuanceerd in diplomatieke middens. En tot slot nog een rel waar Griekenland bij betrokken is, deze keer met Albanië. Tijdens de recentste Europese verkiezingen, raakte een zekere Fredi Beleri verkozen. Met bijna een kwart miljoen aan voorkeurstemmen zette hij de op drie na beste score van regeringspartij ‘Nieuwe Democratie’ neer. Er stelt zich echter een klein probleem: de man, afkomstig uit de Griekse etnische minderheid in Albanië, is er burgemeester en bevindt zich aldaar... in de gevangenis. Een Borms-moment op zijn Grieks... GDD
Allereerste antimigratieraadsleden verkozen in Ierland
Het leek alsof Ierland de uitzondering op de nieuwe West-Europese regel zou worden en het groene eiland als enige migratiekritische kandidaten geen kans op verkiezing gaf. Vier kandidaten die met een duidelijk antimigratieprogramma in de lokale verkiezingen stapten, werden verkozen. Twee politieke partijen zorgden voor een historische omslag bij gemeenteraadsverkiezingen, al gaat het om een eerste, bescheiden stapje. Het eerste raadslid van de Irish Freedom Party, Glen Moore, werd verkozen in Dublin en bezet daarmee voortaan de vierde van de vijf zetels in de kiesomschrijving Palmerstown-Fonthill (Zuid-Dublin).
Een eerste raadslid van de eveneens migratiekritische National Party werd verkozen in Blanchardstown-Mulhuddart, in het graafschap Fingal. Het gaat om Patrick Quinlan die daarnaast ook voor het Europees Parlement kandideerde. Hij haalde een betere score dan een kandidaat van Fine Gael, Steve O’Reilly. De goede score van Quilan had ook te maken met de steun die hij kreeg van de kandidaat van de partij Aontu, een links-conservatieve partij, die tegenstand tegen abortus combineert met
een sociaaleconomisch links en nationalistisch programma.
Versnippering
Samen met die twee rechtse gemeenteraadsleden werden lokaal ook twee onafhankelijke kandidaten tot gemeenteraadslid verkozen, die zich in hun programma uitspraken tegen verdere migratie naar Ierland. Helaas is het ‘rechtse politieke kamp’ in Ierland hopeloos versnipperd. Er is de Irish Freedom Party met 23 kandidaten op lokaal vlak en één verkozene en verder is er de National Party, die helaas uiteenvalt in twee kampen. En er is ook nog de partij Independent Ireland die er met de jongste Europese verkiezingen, onder leiding van Michael Collins, in slaagde één zetel te veroveren met 6,2 procent van de stemmen. De naam Collins blijkt nog steeds te klinken in Éire.
Het ‘rechtse politieke kamp’ in Ierland is helaas hopeloos versnipperd
Alle begin is moeilijk, ook in Ierland, zo blijkt. En vooral: versnippering zorgt automatisch voor machteloosheid en irrelevantie. Nog een andere rechtse partij, Ireland First, kon rekenen op 1,8 procent van de stemmen bij de Europese verkiezingen, de IFP eveneens op 1,7 procent en de National Party op 0,7 procent.
ALEXANDER VAN HOECKE - KAMERLID
“Er zit iets fundamenteel fouts in het Vlaamse medialandschap”
Amper vier jaar nadat hij als inhoudelijk medewerker bij Vlaams Belang terecht is gekomen, mag Alexander Van Hoecke (29) zich opmaken voor zijn eerste legislatuur in de Kamer. Daar zal de jurist van opleiding zetelen in de commissie Justitie. “Het eerste wat ik zou willen realiseren met een absolute meerderheid, naast de onafhankelijkheid van Vlaanderen? Dat celstraffen volledig worden uitgezeten.”
Volgende week mag Alexander Van Hoecke (29) de eed afleggen in de Kamer van Volksvertegenwoordigers. Op 9 juni verzekerde de huidige persverantwoordelijke van Vlaams Belang zich met 8.696 voorkeurstemmen van een zetel voor de komende vijf jaar.
Van Hoecke is een geboren en getogen Lokeraar, maar bleef na zijn rechtenstudies in Gent wonen. Toch bleek de lokroep van het Waasland bijzonder sterk te zijn: begin dit jaar verhuisde hij opnieuw naar zijn heimat, Lokeren. “Ik wil bij wijze van voorbeeld op vrijdagavond om frietjes kunnen gaan en in de rij minstens één persoon kennen”, motiveert hij zijn keuze. “Dan pas voel ik me echt thuis. In Gent ontbrak dat gevoel. Ik ben opnieuw thuisgekomen.”
Van Hoecke is sinds 2020 aan de slag bij Vlaams Belang. Hij begon als inhoudelijk medewerker in het Vlaams Parlement, waar hij de thema’s energie en buitenlandse zaken opvolgde. In januari 2023 werd hij nationaal persverantwoordelijke. Dat hij die functie nu moet verlaten, doet hem toch een beetje pijn. “Ik zal mijn helikopterzicht wel missen. Als persverantwoordelijke heb ik de afgelopen twee jaar heel veel bijgeleerd, net omdat ik zo vaak in aanraking kwam met thema’s die buiten mijn eigen vakgebied vielen. Ik verwierf ook heel wat interessante inzichten over de verhouding tussen de media en de politiek, en Vlaams Belang in bijzonder.”
Kan u die inzichten met onze lezers delen?
“Er zit iets fundamenteels fout in het Vlaamse medialandschap. Een van de boosdoeners is de sterke mediaconcentratie: grote mediabedrijven zoals DPG Media en Mediahuis hebben de markt bijna volledig in handen. Ook de vertegenwoordiging van Vlaams Belang in de duidingsprogramma’s van VRT zit scheef. Het is logisch dat ministers of regeringspartijen meer aan bod komen in de actualiteitsprogramma’s, maar zelfs als je daarmee rekening houdt, komt Vlaams Belang disproportioneel weinig aan bod.”
“Verder leert mijn ervaring van de afgelopen twee jaar mij dat de individuele journalist een belangrijke rol speelt. Sommige journalisten die bij een links medium zoals De Morgen werken, zijn veel correcter dan hun collega’s bij Het Laatste Nieuws of De Standaard. Ook de politieke journalistiek is mensenwerk.”
Waar is de kiem voor uw politiek engagement gelegd?
“Al sinds mijn jeugd bevind ik mij duidelijk rechts op het politieke spectrum. Ik ben ook een Vlaams-nationalist in hart en nieren. Mijn politiek engagement is ontstaan uit een frustratie over de Belgische staatsstructuur. Die verhindert ons om de problemen ten gronde aan te pakken.”
Dat is het mooie aan het KVHV: je bent onder gelijkgezinden, maar het is geen echokamer
“In Gent ben ik tijdens mijn studies bij het Katholiek Vlaams Hoogstudentenverbond (KVHV) terechtgekomen, waardoor mijn politiek engagement wat meer vorm kreeg. Ik ontmoette er ook heel wat gelijkgezinden. Dat is het mooie aan het KVHV: je bent onder gelijkgezinden, maar het is geen echokamer. Binnen het KVHV bestaat een diversiteit aan opinies. In 2014, toen ik lid werd, stond N-VA bijvoorbeeld heel sterk. Maar KVHV was toen de plek waar je ook een ander Vlaams-nationaal geluid hoorde. Dat sprak me enorm sterk aan. Toch heb ik lang tegen mezelf gezegd dat de partijpolitiek niks voor mij was.”
Om welke redenen?
“Ik had het gevoel dat er doelstellingen zijn die de dagjespolitiek overstijgen, zoals de Vlaams-nationale strijd. Veel politici maken hun beroep van die dagjespolitiek, maar dat zou eigenlijk niet mogen. Ze zouden bezig moeten zijn met politiek met een grote letter ‘P’, en niet met ‘politique politicienne’. Toch bleef, nadat ik mijn rechtenstudies had afgerond, het gevoel knagen dat ik iets in de politiek moest doen.”
“Daarom heb ik in 2020 gesolliciteerd voor de functie van inhoudelijk medewerker in het Vlaams Parlement. Daar hield ik me bezig met energie en buitenlands beleid. Ik vond het geweldig om voortdurend met de inhoud bezig te kunnen zijn en zo impact te hebben.”
Verwacht u dat het een grote aanpassing zal zijn om voortaan voor in plaats van achter de schermen te werken?
“Als woordvoerder was ik de spreekbuis van de partij. Voortaan moet ik de mening van Alexander Van Hoecke over verschillende onderwerpen vertolken. Het zal dus sowieso een aanpassing zijn, maar een die ik helemaal zie zitten. Niet per se omdat ik voor de schermen wil werken, maar omdat ik zelf dossiers zal kunnen behartigen. Ik heb het in mij om een dossiervreter te zijn. Ik hoop dat ik daardoor échte verandering kan realiseren.”
Hoe heeft u de campagne beleefd?
“De eerste campagne die ik actief heb meegemaakt, was meteen ook een hele leuke. Je merkte aan alles dat we de wind in de zeilen hadden. Voor huisbezoeken had ik als nationaal persverantwoordelijke weinig tijd, maar als ik om 18 of 19 uur thuiskwam, wilde ik daar absoluut nog een uurtje tijd voor vrijmaken. Ook in het weekend heb ik daar steeds enkele uren voor uitgetrokken. Huisbezoeken geven mij enorm veel voldoening. In mijn eigen gemeente, Lokeren, hebben die ook hun vruchten afgeworpen.”
Politiek is voor mij geen jas die ik ’s avonds zomaar kan uitdoen
“Onze partij doet aan politiek tússen de mensen. Campagne voeren ligt mij enorm goed. Het heeft me verbaasd hoeveel energie je kan halen uit zoiets uitputtends als een campagnedag.”
Dan stemt het u ongetwijfeld bijzonder gelukkig dat u binnenkort opnieuw de straat op mag om campagne te voeren voor de gemeenteraadsverkiezingen?
“Ik kijk enorm uit naar de lokale verkiezingen, omdat ik de lokale politiek heel boeiend vind. Ik wil altijd aanspreekbaar zijn. Ik haal er waanzinnig veel voldoening uit als ik kiezers met een concreet probleem kan helpen. Dat geeft mij evenveel energie als campagne voeren. Het is de taak van politici om voor de mensen het verschil te maken.”
Kan u de politiek soms ook loslaten?
“Ik ben iemand die de politiek niet kán loslaten. Ik beschouw politiek niet als mijn werk. Ik weet dat het een cliché is, maar politiek is oprecht mijn passie. Een politicus die aan politiek doen
als een job beschouwt die hij gewoon kan vergeten zodra hij thuiskomt, is volgens mij niet uit het juiste hout gesneden. Politiek moet een passie zijn, iets dat je overal ziet in het dagelijkse leven. Politici worden verkozen om dingen te veranderen en te verbeteren. Ik probeer de politiek soms even van me af te zetten, al is het maar op aandringen van mijn omgeving, maar politiek is voor mij geen jas die ik ’s avonds zomaar kan uitdoen. Als ik iets doe buiten de politiek, is het lezen over de oudheid (lacht).”
Als u morgen een absolute meerderheid zou hebben en meteen één beleidsdaad mag stellen, welke zou dat dan zijn?
“Het eerste wat ik zou doen, is de Vlaamse onafhankelijkheid verwezenlijken. Daarnaast moeten wij, beleidsmakers, nadenken over hoe het rechtsapparaat met uitgesproken straffen moet omgaan. We moeten af van het idee dat vervroegde invrijheidstelling de regel is.”
Politici zouden bezig moeten zijn met politiek met een grote letter ‘P’, niet met ‘politique politicienne’
“Daarmee ondermijn je het gevoel van rechtvaardigheid dat justitie zou moeten uitdragen. Als een rechter een straf uitspreekt, moet die ook worden uitgezeten. Maar vandaag is jammer genoeg het tegenovergestelde waar: veroordeelden komen in veel gevallen na een fractie van hun straf al vrij. Dat moet radicaal anders.”
Hoe zal u weerstaan aan de verleidingen die voortvloeien uit het aanzien van een politiek mandaat?
“Het zit niet in mijn aard om veel waarde te hechten aan statussymbolen. Ik beschouw mijn politiek mandaat vooral als een loodzware verantwoordelijkheid. Ik vind het enorm belangrijk dat iemand die verkozen is, of het nu als gemeenteraads-, bestuurs- of parlementslid is, beseft dat hij of zij daar namens de Vlaming zit en vooral een verantwoordelijkheid draagt. Het is een eer om volksvertegenwoordiger te mogen zijn, maar het is vooral een verantwoordelijkheid. Jij bent verantwoordelijk voor al die mensen die jouw bolletje hebben ingekleurd. Iemand heeft je het vertrouwen gegeven om daar iets mee te doen. Het is aan jou om dat vertrouwen niet te beschamen en elke stem om te zetten in resultaten.”
Twee ‘matekes’, twee gewichten?
BEOORDELING VAN INTENTIE BIJ RACISME- EN DISCRIMINATIEDELICTEN
In de aanloop naar de laatste stembusslag beroerden tal van tv-programma’s de gemoederen. Op VTM gaf met name ‘Het Conclaaf’ bij wijlen aanleiding tot verhitte duels, boude uitspraken en ongemakkelijke interacties. Programmamaker Eric Goens zette de verbitterde persoonlijke relaties onder de partijleiders geregeld pijnlijk in de verf.
Dat Tom Van Grieken en Conner Rousseau niet bepaald twee handen op één buik zijn, hoeft weinig betoog. In eerste instantie ging hun onderlinge confrontatie over de vermeende twistappel rond holebi-adoptie. De temperatuur was al enigszins verhoogd toen Van Grieken Rousseaus racistische uitspraken over de Roma-gemeenschap andermaal aankaartte. Op de vraag waarom Conner vindt dat hijzelf wel een tweede kans verdient en de gewone man in de straat niet, antwoordde de Vooruit-frontman bijzonder.
“Wie zegt dat ik geen tweede kans geef aan mensen? Wie me kent, weet dat ik heel veel tweede kansen geef. Ik neem mensen ook niet op één ding dat ze verkeerd zeggen, maar op intenties.” (…) “Maar vrijheid van meningsuiting stopt wanneer je andere mensen schaadt. Wanneer je oproept tot geweld en anderen echt heel hard schaadt en oproept tot discriminatie en racisme.”
Opvallend. Rousseau stelt dat de intentie waarmee iemand handelt in deze een specifieke relevantie heeft bij de beoordeling of iemand zich schuldig maakt aan racisme of discriminatie. Is de intentie waarmee iemand iets zegt doorslaggevend om van racisme en/ of discriminatie te spreken? Is dat juridisch ook daadwerkelijk zo?
Discriminatie volgens de wetgever
De Belgische wetgever heeft zich meermaals uitgesproken over wat effectief discriminatie inhoudt (de antidiscriminatiewet, de antiracismewet en de genderwet). Discriminatie is de ongeoorloofde ongelijke of oneerlijke behandeling van een andere persoon op basis van bepaalde beschermde persoonlijke kenmerken. Tot die persoonlijke kenmerken behoren onder meer enkele criteria zoals ras, huidskleur en nationaliteit, maar ook andere factoren als handicap, geslacht, seksuele oriëntatie of politieke overtuiging.
Volgens de wet is discriminatie tegenover een persoon of een groep van personen omwille van specifieke criteria verboden. Een eenvoudig voorbeeld ziet men wanneer een verhuurder weigert zijn pand ter beschikking te stellen van mensen met een bepaalde nationaliteit. “Geen verhuring aan Portugezen.” Dat zal altijd en onmiskenbaar discriminatie op basis van een raciaal criterium uitmaken. De intentie is hier aldus geenszins relevant. Het onderscheid op basis van een beschermd kenmerk volstaat hier om te besluiten dat er sprake is van discriminatie. Een burgerlijke rechter kan de verhuurder dwingen om op te houden met dat discriminerende gedrag en een sanctie uitspreken.
Dat neemt niet weg dat er een bijkomende (kwaadwillige) intentie van de verhuurder kan zijn. Mogelijk heeft de verhuurder het niet begrepen op mensen met de Portugese nationaliteit en sluit hen daarom uit van de kans om een woning te huren. Mogelijk maakt hij de afweging omdat hij in het verleden slechte ervaringen had met Portugezen. Wat er ook van zij, een rechter zal in zo’n situatie steevast besluiten dat er een ongeoorloofd onderscheid gemaakt wordt. Discriminatie veronderstelt
een handeling, in dat geval een weigering om te verhuren, los van enige intentie.
Iets genuanceerder gaat het eraan toe wanneer men zich schuldig maakt aan indirecte discriminatie. Een gedraging lijkt op het eerste gezicht onschuldig, maar brengt toch discriminerende gevolgen met zich mee. Een klassiek voorbeeld hiervan speelt zich af wanneer een cafébaas geen dieren toelaat, en als gevolg daarvan een klant met een blindengeleidehond niet binnen mag. Hoewel de persoon met een visuele beperking niet rechtstreeks geviseerd lijkt te worden door een verbod op dieren in de kroeg, wordt hij of zij door een schijnbaar neutrale bepaling toch negatief beïnvloed.
Van discriminatie zal evenwel geen sprake zijn wanneer het gemaakte onderscheid of het verschil in behandeling objectief wordt gerechtvaardigd door een legitiem doel en de middelen voor het bereiken van dat doel passend en noodzakelijk zijn. Voor de aanwerving van politieagenten worden bepaalde fysieke toelatingsproeven wel degelijk als proportioneel aanzien, ook al betekent dat in feite dat bijvoorbeeld mensen in een rolstoel de facto niet toegelaten zullen worden.
Strafbaar racisme
Is er dan een verschil tussen discriminerend gedrag en racisme? We legden dat onderwerp evenzeer voor aan prof. dr. Leo Neels, advocaat, voormalig hoofddocent media-en communicatierecht en expert ‘rechten en vrijheden’. Professor Neels stelt dat, om te spreken van strafbaar racisme in de zin van de Belgische Strafwet, er daadwerkelijk een oproep moet zijn om tot geweld over te gaan. Het gaat als het ware om een strafbaarheidsdrempel om gewone gesprekken mogelijk te maken, opdat niet elke grove uitlating automatisch strafbaar zou zijn. Het is aldus verboden om anderen publiekelijk aan te moedigen om individuen of groepen op grond van een van de beschermde criteria te discrimineren, of haatgedrag en geweld tegen hen te stellen/te plegen. “Slaagt ‘m op z’n bakkes”, “Ze moesten die allemaal afschieten”, “Ge zou er beter op kloppen met een matrak”. Daarenboven vereist die aanmoediging of aansporing een bijzonder opzet, een expliciet oogmerk om te schaden.
Of een uiting tot geweld kan leiden en met bijzonder opzet werd gepleegd, is onderworpen aan de beoordeling van de rechter. De magistraten beslissen soeverein.
In dit onderscheid schuilt dus een belangrijke nuance. Tot discriminatie in burgerlijke zaken (huurgeschillen, arbeidsverhoudingen en zo meer) kan besloten worden louter in het geval een discriminerende handeling zich stelt. Strafbaar racisme vereist dan weer een kwaadwillig opzet, een intentie om leed te berokkenen aan een bepaalde persoon of bevolkingsgroep.
Bewijslast
De Belgische wetgeving hecht een bijzonder belang aan de bescherming tegen discriminatie. Het ging zelfs zover dat het bewijsrecht in deze materie werd omgekeerd. Concreet is het
zo dat de persoon die zich slachtoffer acht van discriminatie, dit kan signaleren bij de burgerlijke rechter, waarna het aan de vermeende pleger is om het tegendeel te bewijzen. De beschuldigde moet bewijzen dat hij of zij geen discriminerende handelingen heeft gepleegd. Hier geldt dus een vermoeden van schuld, tot bewijs van het tegendeel. We keren terug naar het voorbeeld van de verhuurder en de Portugese kandidaat-huurder. Als deze laatste meent dat hij of zij gediscrimineerd werd op basis van nationaliteit, zal de verhuurder moeten bewijzen dat de weigering om aan de Portugees te verhuren niet door discriminerende redenen was ingegeven. De verhuurder kan bijvoorbeeld proberen aantonen dat het pand in het verleden aan tal van mensen met diverse afkomst ter beschikking werd gesteld of eenvoudig dat er zich een betere kandidaat dan de Portugees had aangeboden. Het proces vertrekt dus wel degelijk bij het gevoel, het vermoeden dat de Portugees in eerste instantie heeft.
Het is op vlak van bewijslast dat nu net de schoen wringt. Enerzijds stipuleert de antidiscriminatiewetgeving een omkering van de bewijslast en een vermoeden van schuld, zonder dat een intentie vereist is. Anderzijds vereist het strafrechtelijk racismemisdrijf wel degelijk een bijzonder kwaadwillig opzet, maar is er geen omkering van de bewijslast. Hoe zou iemand die van strafrechtelijk racisme beticht wordt immers kunnen bewijzen dat hij of zij niet van kwade wil is? Dat zou de fundamenten van de rechtsgang op losse schroeven zetten omdat negatief bewijs leveren juridisch en praktisch niet mogelijk is.
Discriminerende uitingen
“Bovendien,” zo poneert professor Neels verder, “merken we op heden een neiging om ook bepaalde uitspraken of uitingen als discriminerend te aanzien.” Hedendaagse tendensen in de rechtsleer en rechtspraak spelen met het idee om discriminerende uitlatingen met burgerrechtelijke straffen te sanctioneren. “Je discrimineert wanneer iemand zich gediscrimineerd voelt”, vervolgt professor Neels. Doe je een uitspraak die een persoon met beschermd criterium kwetst, dan kan die persoon op basis van dit gekrenkt gevoel een schadevergoeding proberen te eisen. En omdat we ons in de burgerrechtelijke context bevinden, is er géén kwaad opzet vereist en moet de beschuldigde bewijzen dat de uitspraak niet discriminerend was. Zo nivelleert het discriminatierecht tot het recht van de langste tenen.
“En dat is een probleem dat de wetgever niet goed heeft aangepakt”, aldus professor Neels. “We sukkelen daarmee.”
Conner en Melissa
Terug naar Conner. Wat betreft de uitspraken van de oud-voorzitter van Vooruit werd wel degelijk geoordeeld dat een bemiddelingsprocedure nodig was. Ook al was het in een zatte bui, hij riep daadwerkelijk agenten op om met behulp van stokken een bepaalde etnische groep af te ranselen. Het parket van Oost-Vlaanderen
was van mening dat deze uitspraken strafbaar waren en Rousseau moest een intensief hersteltraject doorlopen.
Conner Rousseau nam achteraf uitgebreid afstand van zijn uitspraken en bood meermaals zijn excuses aan. “Het strookt niet met wie ik ben. Mijn vrijwilligerswerk, de persoon wie ik ben, mijn politiek engagement... wegen veel zwaarder door dan één zat, lomp moment”, vindt Rousseau zelf van het incident.
De onmiskenbaar laakbare uitspraken van Rousseau brachten de (voorlopig nog) voorzitster van Vooruit Melissa Depraetere in verlegenheid en noopten haar tot enig semantisch bochtenwerk. In ‘De Tafel van Gert’, nog zo’n spraakmakende televisieshow, stelt ze formeel dat de uitspraken van Rousseau wel degelijk racistisch zijn. “Maar er is wel een verschil met een racist zijn”, vult ze fijntjes aan. En zo trekken beide Vooruit-kopstukken opnieuw de intentiekaart.
Tot slot
Dat brengt ons terug bij af. Als de ene persoon iets zegt, is hij racist, als de ander het zegt dan weer niet. Wie is er scherprechter van wie wel en niet racist is?
Wat met een tachtig jaar oud dame die net een flink stuk gebak aan een zwart jongetje heeft gegeven? Maakt zij zich schuldig aan discriminatie wanneer ze aan haar vriendinnen van de bridgeclub vertelt dat ze “zo’n schattig negerke ne crèmekoek heeft meegegeven” omdat hij zo mooi ‘Drie Koningen’ kwam zingen? Misschien zou Conner beweren van niet.
Nochtans nam ze wel degelijk een woord in de mond dat vandaag de dag als haatdragend aanzien wordt. Wat als het zwarte jongentje de zoon van Dalilla Hermans was geweest en Dalilla zich hierdoor erg gekwetst voelt? Wat zou de publieke opinie wel niet zeggen wanneer de voorzitter van Vlaams Belang dit woord zou gebruiken, al was het maar in de privésfeer?
De huidige rechtspraktijk durft al zo ver te gaan dat, puur omdat iemand zich gekwetst zou voelen, de gepensioneerde dame aan discriminatie doet. Dat is zeer verregaand. Geenszins had dit vrouwtje de bedoeling om iemand te kwetsen. Aan strafbaar racisme maakt ze zich niet schuldig, tenzij kwaad opzet wel degelijk bewezen wordt door het vermeende slachtoffer, maar ze zou kunnen aankijken tegen een fikse boete omdat Unia lucht kreeg van haar taalgebruik in de bridgeclub.
In die zin zou men de uitspraak van Rousseau enigszins kunnen volgen. Iemand die geen kwade bedoelingen heeft, moet niet afgerekend worden. Maar wanneer heeft iemand kwade bedoelingen? Men kan niet zomaar de bewijslast omdraaien en verwachten dat iemand bewijst dat hij of zij geen racist is. Men kan niet oordelen dat bepaalde uitspraken racistisch zijn, louter en alleen omdat ze uit de mond van een bepaalde persoon komen. Hoeveel racistische uitspraken moet iemand doen om racist te zijn? Het is een onhaalbare praktijk en zorgt voor uitholling van het racismebegrip. Iedereen racist en niemand racist.
SANDER DE WULF
‘Het Conclaaf’ van Eric Goens op VTM
De Slag bij Fleurus
Op 27 juni is het precies 230 jaar geleden dat de Slag bij Fleurus werd beslecht in het voordeel van de Fransen. ‘En dan?’, hoor ik u al vragen. Van de honderden veldslagen die in de turbulente geschiedenis van de Lage Landen werden uitgevochten, was die slag nochtans een van de belangrijkste. De nederlaag die de Fransen op die dag aan de geallieerden toebrachten, leidde immers tot het definitieve verlies van de zelfstandigheid van de Zuidelijke Nederlanden onder de Habsburgse monarchie en even later ook tot de ondergang van de Republiek der Zeven Verenigde Provinciën.
Dat treffen vormde een van de bloederige hoogtepunten van de zogenaamde ‘Eerste Coalitieoorlog’, een militair conflict tussen het revolutionaire Frankrijk en een bondgenootschap van Europese mogendheden, later bekend geworden als de Eerste Coalitie. Die coalitie tegen Frankrijk bestond uit een alliantie waarvan onder meer Oostenrijk, Pruisen, De Nederlandse Republiek, Groot-Brittannië, Spanje, Portugal, Napels-Sicilië, Piëmont-Sardinië en enkele kleinere staatjes deel uitmaakten.
Die Eerste Coalitieoorlog woedde in 1794 al twee jaar, zonder dat een van beide partijen een beslissende overwinning had behaald. Vooral 1793 was geen succesjaar geweest voor de Fransen. In de Vendée en Bretagne waren breedgedragen opstanden van de plattelandsbevolking uitgebroken tegen de nieuwe bewindslui in Parijs en de belangrijke Zuid-Franse havenstad Toulon was maandenlang door de Britten en de Spanjaarden bezet geweest.
DEMI-BRIGADES
Ondanks het feit dat er geen beslissende doorbraak kon worden geforceerd, verloren de Britse premier William Pitt en de geallieerde opperbevelhebber Hendrik von Saksen-Coburg-Saalfeld de hoop op een militaire overwinning niet. Begin 1794 besloot de prins van Saksen-Coburg zijn voornaamste inspanningen te concentreren op het noorden van Frankrijk, met als doel door een mars naar Parijs een einde te maken aan de oorlog. Om dat gevaar het hoofd te bieden, reageerde de Franse minister van Oorlog Lazare Carnot door zijn troepen te concentreren aan de noordgrens. Daar moest een leger van 80.000 man koste wat het kost de dreiging van een invasie afweren. Het profiteerde van de rekrutering van de ‘vrijwilligers van het Jaar II’ (de revolutionaire kalender had 21 september 1792 vastgesteld als het begin van het nieuwe tijdperk).
Die vrijwilligers werden ingedeeld bij de zogenaamde ‘demi-brigades’, halve infanteriebrigades, die elk bestonden uit een bataljon ervaren soldaten en twee bataljons vrijwilligers. Die ‘vrijwilligers’, gerekruteerd onder dwang of tegen betaling, waren niet zozeer gedreven door enthousiasme, zoals de legende zegt, en nog minder door competentie. Hun successen waren voor een groot deel te danken aan de vastberadenheid van hun aanvoerders en de doortastende manier waarop tucht en discipline werden gehandhaafd door het executeren van deserteurs en het straffen van onbekwame of weinig strijdlustige officieren.
HET BELEG VAN CHARLEROI
Carnot gaf aan het gros van de Franse troepen het bevel om het strategisch belangrijke Charleroi te belegeren. Logisch, want zo konden ze de Oostenrijkse aanvoer- en communicatielijnen bedreigen. Na verschillende mislukte pogingen tegen de Oostenrijkse voorposten slaagden de Fransen er onder het bevel van hun opperbevelhebber Jourdan op 18 juni in om bij Charleroi de Samber over te steken. Wanneer Jourdan de beboste en ruige oevers van de heuvels van de Samber overstak om Charleroi te belegeren, wist hij dat het voor de troepen waarover hij het bevel voerde, deze keer inderdaad een kwestie was van ‘veroveren of sterven’. Meer dan 50.000 geallieerden, onder leiding van de prins van Saksen-Coburg, probeerden het beleg van Charleroi op te heffen. In de vroege ochtenduren van 26 juni arriveerden de eerste Oostenrijks-Nederlandse troepen voor Charleroi, niet wetende dat de stad de dag ervoor een geheime overga-
ve had aanvaard. In plaats van zich eerst goed van de situatie te vergewissen, gaf Saksen-Coburg het bevel om in vijf colonnes tegelijkertijd de Franse strijdkrachten frontaal aan te vallen, die in een boog rond Charleroi waren opgesteld.
Dat bleek achteraf gezien geen al te slimme zet te zijn geweest. Aanvankelijk slaagden de geallieerden erin om de Fransen zware verliezen toe te brengen en hen hier en daar zelfs op de vlucht te jagen, maar de geallieerden verloren veel van hun initiële slagkracht door hun verspreide slagorde. De Fransen trokken zich terug via het Bois de Monceau naar Marchienne, maar daar aarzelden de geallieerde troepen toen ze beseften dat Charleroi inmiddels in Franse handen was gevallen. De Franse generaal Kléber maakte van de gelegenheid gebruik om zijn troepen te laten aanvallen en dwong de geallieerden om zich terug te trekken. In het centrum hetzelfde verhaal: de Fransen werden gedwongen zich op Gosselies terug te trekken en Championnet op te geven. Pas nadat Jourdan uit zijn reserve versterkingen had aangevoerd, kon het verloren gegane terrein worden heroverd.
TERUGTOCHT
RICHTING HET RIJNLAND
De ‘vrijwilligers van het Jaar II’, onder bevel van uiterst bekwame generaals als Jourdan, Kléber, Marceau, Lefebvre en Soult, hielden uiteindelijk stand en vormden opnieuw een gevechtslinie. In de loop van de middag braken de aanvallen van de Oostenrijkse en Nederlandse colonnes op die Franse posities uit, waarbij de geallieerden zich vooral concentreerden op de Franse rechtervleugel. Wanfercée, Baulet en Velaine vielen in geallieerde handen en ook in het centrum werd opnieuw urenlang verwoed om elke vierkante meter gevochten.
VANUIT DE LUCHTBALLON KON DE FRANSE KAPITEIN DE OOSTENRIJKSE
TROEPENBEWEGINGEN
NAUWGEZET IN HET OOG HOUDEN EN RAPPORTEREN
Door massaal zijn reserves in de strijd te gooien, wist Jourdan uiteindelijk het pleit in zijn voordeel te beslechten en werd de weifelende Saksen-Coburg gedwongen zich op Brussel terug te plooien. Het was het begin van een algemene terugtocht richting het Rijnland. Geen van de andere coalitiepartners had voldoende troepen in het veld om de Fransen te stuiten.
L’ENTREPRENANT
De inzet van de ‘demi-brigades’ was overigens niet het enige vernieuwende gegeven dat de Slag bij Fleurus bijzonder maakte. De generale staf van de Franse bevelhebber Jourdan bevond zich de hele dag op een plateau tussen Gosselies en Jumet en beschikte daar over ‘l’Entreprenant’, een luchtballon met een diameter van ongeveer 9 meter, die in staat was twee mensen tot op 500 meter hoogte te brengen. Vanuit de gondel van de ballon kon kapitein Jean-Marie-Joseph Coutelle tijdens de veldslag de Oostenrijkse troepenbewegingen nauwgezet in het oog houden en rapporteren. De Fransen haalden uit die observaties groot strategisch voordeel en rijfden zo de zwaarbevochten overwinning binnen. Na de zege bij Fleurus lanceerden de Fransen onverwijld een tegenoffensief. Ze trokken Namen, Brussel en Luik binnen, bezetten Keulen en uiteindelijk Koblenz, zonder ook maar één schot te lossen.
JAN HUIJBRECHTS
LEZERSBRIEVEN
Walter Zinzen
Pallieterke, Als ook Walter Zinzen, voormalig VRT-journalist, zeker geen flamingant, eerder zelfs links en belgicist, tot het besef is gekomen dat het zo met Brussel niet verder kan, zal het wel waar zijn, zeker? In De Standaard van vorig weekeinde verscheen een artikel van zijn hand waarin hij letterlijk het volgende stelt: “De oplossing om Brussel efficiënt te besturen kan alleen als men er een echt stadsgewest van maakt, met één enkele burgemeester, die we dan minister-president noemen, één enkel gemeentebestuur, dat we regering noemen, één enkele gemeenteraad, die we parlement noemen en uiteraard ook met één enkele politiezone. De negentien gemeenten worden, naar Antwerps voorbeeld, districten.” Dat is iets wat ik, niet-partijgebonden Vlaams-nationalist, al jaren schrijf in mijn brieven en blogs. En dan hebben we het nog niet gehad over die ‘Fédération Bruxelles-Wallonie’, die ongrondwettelijk is, geen inkomsten heeft en miljarden kost.
Guido van Alphen, Kasterlee
Rovers van de Wetstraat
Pallieterke, Ik had in mei op de jaarmarkt te Herne een kort gesprek met mevrouw Ampe. Ik heb haar er toen fijntjes op gewezen dat ze zelf jarenlang mee aan de knopjes zat bij Open Vld. Toen hebben we haar niet al te veel gehoord in de media over datgene waar de burgers van wakker liggen. Jarenlang hing ze eerst mee aan de vetpot, om nu pas tot inzicht te komen. Dat is ofwel naïef, ofwel keek ze steeds de andere kant uit. Wat haar column betreft, geef ik haar 100 procent gelijk. Zoveel mogelijk publiceren, zou ik zo zeggen! De heer De Wever en zijn N-VA zullen samen met cd&v en Vooruit hun rooftocht verderzetten!
Didier Van Haver, Geraardsbergen
Verkiezingsuitslag
Pallieterke, Het brutale onevenwicht tussen wat de Vlamingen krijgen en de minder werkende Walen opsouperen, is de reden dat er stemmen opgingen voor het splitsen van het land, terwijl iedereen weet dat dat bijna onmogelijk geworden is door de gigantische staatsschuld. De bevolking wil eerlijke fiscaliteit en dat politici zich met beleid bezighouden, niet met carrièreplanning en zichzelf te verrijken. De cumuls en criminele uittredingsvergoedingen moeten worden afgeschaft en de pensioenen van politici en ambtenaren in lijn gebracht met wat werknemers uit de privésector krijgen. De openbare schuld bevindt zich intussen op de privébankrekeningen en in de bezittingen in binnen- en buiteland van onze politici en ‘hoogwaardigheidsbekleders’ die zichzelf riante jaarinkomens gegund en gestemd hebben. Waar hebben zij die voor nodig? Is dat de eerlijke fiscaliteit waar Kris Peeters het altijd over had? Peeters beloofde het Arco-probleem op te lossen, maar hij deed niets en liep weg naar de Europese Unie. Marc Bertrand, Edegem Jan Peumans
Pallieterke, De heer Peumans maakte vorige week bekend dat hij niet zal zetelen in het Vlaams Parlement. Ik vind dat een heel laffe en zelfs hypocriete daad. Hij hekelt het ‘sociaal engagement’ en ‘neoliberaal beleid’ van partijgenote De Ridder. Ik snap dat hij zich daar niet in kan vinden, maar verdedig dan uw eigen
mening als verkozene en laat uw eigen kiezers niet in de steek. Laat dat toch niet over aan uw opvolger. Opportunisme noem ik dat. En als u dan toch niet de bedoeling had om verkozen te geraken en enkel de lijst wilde duwen, laat u dan ergens anders op de lijst zetten om stemmen te halen. Peumans’ beslissing is de reden waarom ik kotsmisselijk word van politiek, of dat nu een N-VA’er is of iemand van een andere partij. Bedankt, Peumans, u hebt het perfect aangetoond. Geniet van uw pensioen dat u al in 2019 aankondigde. Sindsdien bent u toch nog uw zegje blijven doen. En het principe van lijstduwers en opvolgers mag ook wel eens grondig herbekeken worden. Patrick Dewael en zijn zoon kunnen erover meespreken, niet? Geen correct systeem in mijn ogen. Maar ja, wachten op veranderingen in het politieke systeem, is zoals wachten op Godot. Peumans zal het niet doen, hij laat het aan zijn opvolger. Peumans had als goeie Vlaamse parlementair en N-VA’er zoveel (weliswaar federale) dossiers op tafel kunnen gooien. Voorbeelden? De afschaffing van de nutteloze Senaat en provincieraden, een vermindering van de partijfinanciering, de uittredingsvergoedingen… Maar neen, dat laat hij aan zijn opvolger. Alleen maar blaffen! Marc Ruiters, Oostduinkerke Onderhandelingen met Franstaligen U maakt al bij uw aankondiging een fundamentele, eerste fout. U stelt namelijk dat er vroeg of laat met de Franstaligen zal gesproken moeten worden. Het is onjuist en zelfs niet wenselijk dat er vroeg of laat met de Franstaligen onderhandeld zal moeten worden. Zoals onder andere Vlaams Belang stelt, heeft het Vlaamse volk het recht op zelfbeschikking. In het programma van VB vindt u de referenties naar nationale en internationale rechtsregels ter zake. Vlaanderen hoeft daarom niet de onafhankelijkheid uit te roepen, maar wel de volledige zelfbeschikking, inclusief de financiering. Als Vlamingen hun belastingen, btw, successierechten en kadastraal inkomen op een VLAAMSE rekening storten, stort het federale niveau binnen de week in elkaar. Wallonië en Brussel misschien ook, maar dat is hun, reeds lang voorziene, probleem. De federale staatsschuld moet ‘verdeeld’ worden. En als je met Franstaligen gaat spreken, zullen de Vlamingen het gros daarvan betalen en zullen Vlamingen ook nog eens schandalig veel en quasi oneindig lang moeten betalen voor hun zelfbeschikking. Dus spreken met Franstaligen, is onszelf de financiële strop om de hals leggen. Als een firma failliet gaat, zijn de schuldeisers eraan voor de moeite. Als de Belgische staat failliet gaat en wordt ontbonden, zijn de schuldeisers eraan voor de moeite. En als jijzelf aan de staat hebt geleend: het probleem kondigt zich al decennialang aan. Eigen schuld, dikke bult. Dr. ir. Peter van Geloven
Burgemeester Jos D’Haese Pallieterke, Filip Dewinter heeft met een wiskundige zekerheid voorspeld dat Jos D’Haese van PVDA een volgende Antwerpse burgemeester wordt. Maar ook dat is maar een tussenstap. Zodra de moslimkiezers in de meerderheid zijn, zullen ze met hun eigen moslimpartij naar de kiezer trekken, de meerderheid halen en dan zal PVDA zelfs de kiesdrempel niet meer halen.
Luc Vandeputte, Ledegem
Een lezersbrief insturen? Stuur uw bericht naar lezersbrieven@pallieterke.net. Opgelet, brieven mogen maximaal 1.000 karakters tellen (inclusief spaties). Dat zijn een 30tal lijnen in ’t Pallieterke of zo’n 160 woorden. We houden ons het recht voor om zonder verantwoording uw (te lange) brief niet te publiceren of in te korten. Uw naam en gemeente moeten worden doorgegeven voor publicatie bij uw brief.
n Jourdan tijdens de slag bij Fleurus met op de achtergrond de verkenningsballon
Het verschil tussen noorden en zuiden
Dat Vlaanderen, Wallonië en Brussel elk een apart leven leiden, is de lezer bekend. Met de jaren worden de verschillen steeds groter en drijven de landsdelen verder uit elkaar, als ijsbergen aan de Zuidpool. Wederom brengen we graag enkele verschillen onder de aandacht.
Zo’n 100.000 gezinnen verwarmen hun woning met een pelletkachel of pelletketel. Pellets zijn kleine korrels hout en de verwarmingstechniek wordt om ecologische redenen door de groenen aangeprezen, wat ik op zich heel eigenaardig vind. Ten eerste is het een verbrandingsmethode en ten tweede wordt ten onrechte gedacht dat pellets een restproduct zijn van de houtindustrie. Dat is slechts deels juist. De waarheid is dat pellets onder andere in bulk worden ingevoerd vanuit de Verenigde Staten of de Scandinavische landen. Om aan de nodige pellets te geraken, worden bossen aangeplant waarvan de bomen na enkele jaren gerooid worden en tot pellets worden verwerkt. Kortom, we twijfelen toch fameus aan de bewering dat pelletkachels goed zijn voor het milieu. In Wallonië worden mensen gestimuleerd om hun bestaande verwarmingssysteem van gas, stookolie of elektriciteit te vervangen door een ‘duurzame’ variant met pellets. Een Waals gezin krijgt daarvoor subsidies, gaande van 400 tot 10.800 euro, en de grootte van de premie is afhankelijk van het type, het inkomen enzovoort. Wenst u in Vlaanderen een pelletkachel te installeren, dan zal u dat moeten realiseren zonder premie. Ook in Brussel worden geen premies toegekend voor de installatie van een pelletkachel of -ketel. Drie regio’s, drie verschillende inzichten. Renovatieplicht
Naast ‘duurzaam’ verwarmen (met andere woorden: weg met gas, stookolie en elektrische verwarming) wordt de klemtoon ook gelegd op de renovatie van woningen. Zo is er in Vlaanderen sinds 1 januari 2023 een renovatieverplichting. Die verplichting geldt voor huizen die nu een EPC-label E of F hebben. Binnen een termijn van vijf jaar moet (na verkoop of bij verhuur) een woning energetisch gerenoveerd zijn. In Vlaanderen is dat nu al verplicht, maar in Wallonië en Brussel geldt alsnog die verplichting niet, alhoewel er wel plannen gemaakt worden om die verplichting binnen enkele jaren ook in te voeren.
Energielabels
Maar het kan nog ingewikkelder. Zowel in Vlaanderen als in Wallonië kennen we de opdeling van de energielabels, van A+ (heel energiezuinig) tot F (energieverspillend). Dat label toont de berekende energiescore, per jaar en per m2 bruikbare vloeroppervlakte. En dit wordt uitgedrukt in kWh/m2 per jaar. Alleen, de berekende kWh/m2 per jaar is voor elk label anders in Vlaanderen dan in Wallonië of Brussel. Eén voorbeeld: label C heeft in Vlaanderen een waarde van 200-300 kWh/m2 jaar, maar label C in Wallonië geeft 170-255 kWh/m2 per jaar. En in Brussel heeft label C ook nog eens andere waarden. En om het dan nog eens extra moeilijk te maken: in Vlaanderen worden de waarden opgedeeld in scores A+ tot F, in Wallonië en Brussel is er ook nog een label G. Dat de drie gewesten een verschillende EPC-score hanteren, is in feite onbegrijpelijk. De verschillende normen en interpretaties ervan zijn meer dan verwarrend. Dergelijke toestanden geven munitie aan de tegenstanders van staatshervormingen. Scheiden
We eindigen met nog een laatste klein verschil: in Wallonië trekken getrouwde koppels er gemiddeld pas na 17,3 jaar huwelijk de stekker uit, tegenover 15,6 jaar in Vlaanderen. Waarom getrouwde koppels er in het ‘conservatieve’ Vlaanderen sneller de brui aan geven dan in het ‘progressieve’ Wallonië, is alsnog een vraagteken. Over scheidingen gesproken: in Vlaanderen staat 47 procent van de kiezers achter een boedelscheiding tussen noorden en zuiden. In Wallonië verzet 99 procent van de kiezers zich daar tegen. We zijn benieuwd hoe dat gaat aflopen...
PAL voor Vlaanderen is een project van PAL Academie vzw. Met die vzw zetten we onze kennis, kunde en netwerk in om het pad naar Vlaamse onafhankelijkheid te effenen. De vzw beschikt over ideeën en mensen, maar met uw financiële steun op rekening KBC BE39 7390 1640 4519 zouden we nog veel meer kunnen doen.
Gordel pakt uit met enkele
nieuwigheden
De Gordel, het jaarlijkse fiets- en wandelevenement in de Vlaamse Rand, pakt op zondag 1 september uit met enkele nieuwigheden. Dit jaar is er voor het eerst een aanbod voor mensen met een verstandelijke beperking. Ook straatsporten komen dit jaar aan bod, onder meer in de vorm van een ‘slackline’ tussen de torens van het gemeentehuis van focusgemeente Dilbeek.
Op de eerste zondag van september kunnen Vlamingen elk jaar te voet, al lopend of per fiets het groene en Vlaamse karakter van de Vlaamse Rand ontdekken. Dit jaar is Dilbeek, met als slogan ‘Waar Vlamingen thuis zijn’, de focusgemeente. De keuze voor Dilbeek past binnen de strategie van bevoegd minister Ben Weyts (N-VA) om de oorspronkelijke boodschap van de Gordel weer meer te benadrukken. “Alle nieuwsgierigen zijn van harte welkom om het groene en Vlaamse karakter van de Rand te vieren”, zegt hij.
Dit jaar is Dilbeek, met als slogan ‘Waar Vlamingen thuis zijn’, de focusgemeente
Naar aloude gewoonte kunnen de deelnemers dit jaar kiezen tussen de traditionele wandelingen van 5, 10 of 15 km, de fietstochten van 20, 40 en 60 km, de Gordelklassieker - een fietstocht van 100 km - en een pelotonrit van 125 km.
Nieuwigheden
Naast de gekende fiets- en wandeltochten en randactiviteiten staan ook enkele verrassingen op het
HORIZONTAAL
A. Naar de hedendaagse stijl inrichten
B. Planeet - Koelte
programma. In samenwerking met de Special Olympics biedt De Gordel voor het eerst een cross-initiatie voor mensen met een verstandelijke beperking aan op het Provinciaal Domein in Huizingen.
Deelnemers kunnen dit jaar voor het eerst straatsporten, zoals skateboarden, beoefenen
Daarnaast kunnen deelnemers van De Gordel dit jaar voor het eerst straatsporten, zoals skateboarden, beoefenen. Tussen de torens van het gemeentehuis van Dilbeek wordt dan weer een ‘slackline’ gespannen. Daarbij moeten deelnemers op een touw van de ene naar de andere toren stappen. “We willen zoveel mogelijk Vlamingen betrekken en ook daarom breiden we het aanbod steeds verder uit”, zegt Weyts. Alle geïnteresseerden kunnen zich sinds vorige week inschrijven. Voor elke geregistreerde deelnemer wordt een extra boom of struik aangeplant in de Vlaamse Rand. “Zo maak je door je deelname de Vlaamse Rand nog wat groener”, besluit de minister.
ANTON SCHELFAUT
C. In acht nemend - Uitroep bij negatieve gevoelens - Opperwezen
D. Pers. vnw. - Televisieomroep - Europese hoofdstad
E. Bijzonder nadelig - Honorabel
F. En andere - Familienaam van ‘de Vlaamse Doris Day’
G. Eiland van Tanzania - Afgelegen dorpje
H. Internetlandcode voor IJsland - Kruising van een grapefruit en een mandarijn
I. Chileens eiland vooral bekend door de honderden Moai
J. Potentaat - Stadsgracht - Nieuwe naam van ‘Kanye West’
K. Verzorg redactioneel - Oliehoudend zaad
L. Waadvogel - Afgepaste hoeveelheid eten
VERTICAAL
1. Kleingeestige vitter
2. Hou een rede - Limburgse gemeenteMeisjesnaam
3. Dieptepunt - Drager van de erfelijke eigenschappen - Nauwelijks ontloken
4. Van een - Inwoner van een bepaald werelddeel
5. Nederlands minister-president die verschillende regeringen leidde - Algemeen Nederlands
6. Nanoseconde - Vorm van openbaar vervoerFranse nv
7. Het ontladen van innerlijke spanning
8. Glijschoen - Delft het onderspit
9. Nederlandse omroep - FamilielidWerk van Homerus
10. Wijze van zwemmen - Molybdeen
11. Oosterlengte - Engelse kinderjuffrouw
12. Reactie op overmatig drankgebruik - Europeaan
KARL VAN CAMP
Ben Weyts
X van de week!
Hoe ver mag je op een politiek aspect afwijken van je partij voordat je er niet meer bij hoort? Het is een vraag die zich opdringt bij de nieuwste Vlaams Belang-aanwinst in Antwerpen. David Rosenberg is joods, een klein beetje een televisiester in ‘Shalom Allemaal’ en iemand die geld verdient met het promoten van en investeren in cannabisgebruik. Dat laatste zou in de partij wat wenkbrauwen kunnen doen fronsen.
“De joodse stem” is een politieke fetisj. Je moet er eentje op de lijst hebben staan. En daar is voor alle duidelijkheid niets mis mee. Er is een belangrijke joodse gemeenschap in Antwerpen die zichzelf moet kunnen herkennen in de gemeenteraad. Sommige joodse politici, om Michael Freilich niet bij naam te noemen, hebben trouwens bewezen dat ze fantastisch werk kunnen verrichten in het parlement. U hoeft het niet met hem eens te zijn om dat te erkennen. Alleen moet die brave man of vrouw wel enigszins compatibel zijn met de partijboodschap.
Heb je er eentje, dan heb je ze allemaal
Dat is de les die cd&v met pijn en smart heeft geleerd bij de verkiezingen van 2018. Peeters kwam Bart De Wever uitdagen in zijn eigen stad. Daarvoor importeerde hij zichzelf helemaal uit Puurs. En daarvoor wou hij liefst ‘een ultraorthodoxe jood’ op de lijst.
De legende wil namelijk dat die mensen ‘in blok’ stemmen. Heb je er eentje, dan heb je ze allemaal. Alleen had het exemplaar dat Peeters op het oog had een paar neveneffecten. Zo weigerde hij vrouwen de hand te schudden. Peeters moest zijn kandidaat lossen met schaamrode kaken en niet veel later zat Kris terug in Puurs. Tot grote hilariteit van de Antwerpenaar.
Investeer in moeder natuur, investeer in cannabis
Vraag is of Vlaams Belang in de honger naar de joodse stem niet ook zichzelf in de voet heeft geschoten. Rosenberg heeft dan wel een mooie stamboom, hij heeft ook cannabisstruiken in het hartje bloeien. Hij investeert in kweek en gebruik waar dat legaal is. En hoopt dat het in Vlaanderen ook kan. Dat botst nogal met het VB-standpunt inzake drugs. Dat hij daarnaast vreest voor de veiligheid van de joodse gemeenschap, lijkt echter reden genoeg om hem aan boord te hijsen. Het is zo één van die zaken die je dan best aan de kiezer voorlegt, natuurlijk. Maar we moeten er niet flauw over doen.
Wie wil groeien als politieke partij, moet in het Vlaanderen van vandaag diversiteit omarmen
Opmerkelijk is het wel, in een partij die zichzelf graag met een klare lijn presenteert. Wie wil groeien als politieke partij, moet in het Vlaanderen van vandaag diversiteit omarmen. Ook Vlaams Belang ontsnapt daar niet aan. Alleen wel op tijd achterom kijken of de kiezers van het eerste uur nog volgen.
Profi ciat met je Vlaamse overtuiging!
Maar ben je al lid van het Vlaams & Neutraal Ziekenfonds? Splits zelf de sociale zekerheid! Word lid van het VNZ.
Jean-Marie Dedecker: Hèhèhè, losers!
Wie redt Open Vld? Het is een dilemma waar de liberalen dezer dagen mee worstelen. Na een beleid waarbij iedere vernieuwer keihard werd uitgelachen door de familieclans, blijft er plots geen levende ziel meer over. Onlangs klaagde Jean-Jacques De Gucht nog over koude koffie op het hoofdkwartier en niemand kwam het probleem verhelpen. Waar gaat het met één van de oudste liberale partijen in Europa heen? Het zal nog even een vraagstuk blijven. Wij vroegen enkele insiders om hun mening.
Jean-Jacques De Gucht: “Het zijn moeilijke tijden, maar ik heb van mijn vrouw een eersteklasthermos meegekregen die de koffie warm kan houden. Niet ideaal natuurlijk, maar ik ben niet in de politiek gegaan omdat het makkelijk is. Wel omdat Karel mijn papa is en ik altijd vooraan mocht staan. Bij Open Vld zeggen we altijd dat het niet uw huidskleur is die telt, maar wel uw achternaam. Dat is het liberalisme waar ik voor sta. Ik kom wel eens terug als het hier wat opgelapt is.”
Jean-Marie Dedecker (gewezen lid): “Hèhèhè! Kom je straks nog eens terug?”
Guy Verhofstadt: “Ik zeg altijd: optimisme is een morele plicht. En je ziet dat het werkt als je erin gelooft. Zelf heb ik geen dag geleden onder de neergang van de partij. Wel integendeel, ‘I cry all the way to the bank’ nu ik met pensioen ga. Succes iedereen, ik ga naar Toscane. Nog eens merci aan Ongena om 10.000 flessen kutwijn per jaar over te nemen tot 2050. Beste laatste beslissing ooit!”
“Een goed draaiend familiebedrijf mag je nooit toevertrouwen aan de eerste de beste snotaap met pretentie uit de familie. Je zet er beter een degelijke leider neer met visie voor de toekomst en geeft de kinderen een aandeel. Bij Open Vld hebben we dat wel gedaan en je ziet wat ervan komt. Alles naar de kloten door mijn schuld. Dat was een dure les, maar ik hoop dat iedereen ze geleerd heeft. Ik ga nu naar de privé. Span-
Dju, één bocht te veel gepakt. Of was het er net één te weinig?
“Weet je wat het is? Als ik geen voorzitter was geworden, hadden ze me achteraan de lijst gezet en kon ik de volgende vijf jaar gaan werken. Niemand moet mij zeggen dat mijn systeem niet gewerkt heeft. Bijna 14.000 stemmen heb ik gehaald, man! Dat zijn er 12.000 meer dan in 2019. Ik weet wel dat ik mijn ontslag heb ingediend. Dat was mijn verantwoordelijkheid. Maar dat ze dat aanvaard hebben, dat snap ik niet!”
Vincent Van Quickenborne: “We moeten daar niet flauw over doen. Wat we nodig hebben in de partij, is vernieuwing, vernieuwing en nog eens vernieuwing. Ik heb die analyse gemaakt. Dat is mijn analyse. Er kan geen betere analyse gemaakt worden. Het lijkt mij dan ook logisch dat ik die vernieuwing zelf gestalte ga geven als partijleider. Ik ga iets zeggen dat u gaat verbazen: ik ben eigenlijk
“Dan ben ik eindelijk eens minister en is het hier al gedaan. Maar ik blijf optimistisch. Dat ik verkozen ben, is niet alleen goed nieuws voor de politiek, maar ook voor het onderwijs. Ik ga niet lesgeven in
september. Mensen hebben vleugels! Morgen doen werken! Gewoon doen!”
Noël Slangen (ex-spindoctor): “Mijn analyse is heel helder. Ik ben destijds bij de partij gegaan omdat ze mij konden betalen. En nu ga ik weg bij de partij omdat ze me niet meer kunnen betalen. Ik doe wat ik zeg en ik zeg wat ik doe.”
Ik ga iets zeggen dat u gaat verbazen: ik ben eigenlijk helemaal nieuw!
Vincent
Jean-Marie Dedecker (gewezen lid): “Hèhèhè, losers! Kom je straks nog eens terug?” Egbert Lachaert: “Dju, één bocht te veel gepakt. Of was het er net één te weinig? Dat kan ook. Nee, het was één te weinig. In ieder geval: baas Alexander is dood, leve baas Georges-Louis! Eigenlijk wou ik meer ruggengraat hebben en zelf een project lanceren. Zoals Tom Ongena heeft gedaan. Dat is een klasbak! Of is een klootzak? Ik bel Georges-Louis en ik laat het u weten.”
Patrick Dewael: “Jongens, jongens. Ik heb nog een zoon die voorzitter kan worden! Echt top! Waarom kijken jullie nu zo kwaad?” Jean-Marie Dedecker (gewezen lid): “Hèhèhè, bende cryptocommunistische eikels dat het zijn. Ik ga ze nog allemaal overleven. Hèhèhè. Kom je straks nog een keer terug? Ik heb goesting om het geknakte riet plat te branden met een vlammenwerper.”