Kromhout september 2025

Page 1


GEORGE PARS GRAANHANDEL

Al 175 jaar een passie voor gewassen

BAS REITSMA

Salarisadministratie raakt steeds vaker HR-zaken

van zelfstandige zorg

VOORWOORD

Samen plussen voor succes

Nu we de zomer als welverdiende rustperiode achter ons laten, pakken we bij Van der Veen & Kromhout de draad weer op. We hopen dat de zomerperiode ruimte heeft geboden voor reflectie en nieuwe inzichten. We merken wel, net als veel van onze klanten, dat het nog steeds flink druk is. Goed organiseren en snel kunnen schakelen zijn cruciale vaardigheden. Hier en daar vragen personeelskrapte, ziekte en volle agenda’s om extra inzet en flexibiliteit.

Vanuit onze HR++ afdeling denken we graag mee over de inzet en het behoud van personeel. Goed personeel vinden is uitdagend, maar het behouden van goede mensen is minstens zo belangrijk. We praten graag mee over strategische keuzes en arbeidsvoorwaarden die hierbij helpen. Zo ondersteunen we organisaties om niet alleen te overleven, maar ook te groeien in deze uitdagende tijd.

Ook veranderende wet- en regelgeving houdt ons altijd bezig. Gelukkig lijken er op dat vlak geen onverwachte grote wijzigingen aan te komen, maar we blijven alert en begeleiden waar nodig. Onze begeleiding wordt sowieso erg gewaardeerd, merken we. We zijn niet alleen een goede partner op fiscaal, accountancy- en HR-gebied, maar ook de sparringpartner die graag meedenkt en verbindend werkt. Of daar die twee HR-plussen voor staan? Dat zou best eens kunnen.

Onze betrokkenheid en deskundigheid blijven de basis van onze dienstverlening, ook in de tweede helft van het jaar. We kijken uit naar wat we samen kunnen bereiken.

De directie van Van der Veen & Kromhout

WURK & WILLE

met Johan van der Velde en Jesper de Vries

Johan (46, salarisadministrateur) uit Grootegast en Jesper (28, assistentsalarisadministrateur) uit Burgum werken op de HR++-afdeling in Gorredijk. Die plussen staan voor preventief meedenken met klanten, ontwikkelingen bijhouden, net dat stapje extra zetten en wat Johan en Jesper betreft ook: anderen graag willen helpen. Johan werkt al negentien jaar bij Van der Veen & Kromhout, Jesper is dit voorjaar begonnen.

Wanneer is voor jou een werkdag echt geslaagd?

Johan: Ik vind het leuk om collega’s en klanten te helpen. Naast salarisadministrateur ben ik ook applicatiebeheerder op onze afdeling. Ik help collega’s met vragen over bijvoorbeeld ons systeem en bijt me graag vast in klantenvraagstukken. Vaak denk ik op de terugweg naar huis nog na over een oplossing, zodat ik er de volgende dag mee aan de slag kan. Als het lukt en ik duidelijk kan uitleggen wat de oplossing inhoudt, geeft dat veel voldoening. Helemaal als ik hoor dat het begrepen is.

Waar haal jij de meeste voldoening uit in je werk?

Jesper: Net als Johan vind ik het erg leuk om mensen te helpen, daarin lijken we op elkaar. Hiervoor werkte ik bij een ICT-bedrijf: daar deed ik HR en salarisadministratie, maar was ik ook applicatiebeheerder Ik leer snel: als iemand iets goed uitlegt, sla ik het meteen op en kan ik het daarna zelf aan iemand anders uitleggen. Ik wil me graag blijven ontwikkelen. Gelukkig heb ik hier een team van adviseurs om me heen waar ik terechtkan. Ik hoop dat collega’s straks ook bij mij aankloppen.

Wat was je favoriete schoolvak?

Jesper: Gym, het sportieve zat er bij mij al vroeg in. Ik heb van mijn zesde tot mijn zestiende gevoetbald en nu doe ik drie keer per week aan krachttraining. Samen met een vriend, dat is een goede stok achter de deur. Iedereen heeft weleens geen zin, maar het is fijn en belangrijk om lekker te sporten.

Johan: Bedrijfsadministratie. Ik ben naar de Hotelschool gegaan, maar de horeca bleek toch niets voor mij te zijn. Het vak bedrijfsadministratie vond ik wél heel leuk. Ik ben een MBA-opleiding gaan doen om hier veel meer over te leren. Zo ben ik uiteindelijk salarisadministrateur geworden. Eind goed, al goed!

Wat was je eerste bijbaan?

Jesper: Ik heb drie jaar bij de Poiesz in Burgum gewerkt als afdelingschef. Op zaterdagochtend was ik aanspreekpunt voor de ‘droge kruidenierswaren’. Ik verdeelde de vracht die binnenkwam over de medewerkers, en aan het eind van de dag was alles weer bijgevuld. Ik vond het leuk om dat van begin tot eind te regelen.

Wat weten veel mensen niet van jou?

Johan: Mijn vrouw en ik hebben een gezamenlijke hobby: we kijken ontzettend graag naar races. Formule 1, de Porsche Supercup, IndyCar, MotoGP en sinds anderhalf jaar ook NASCAR, de Amerikaanse stockcarrace. Zo’n race duurt al gauw 3,5 uur en is hier vaak ’s avonds of ’s nachts te volgen. Wij vinden dat fantastisch: er gebeurt van alles. Mijn vrouw is nog fanatieker dan ik. In 2022 zijn we getrouwd en kregen we van Van der Veen & Kromhout weekendkaarten voor Zandvoort. Dat was geweldig.

Jesper: In mijn vrije tijd ben ik DJ en producer. Ik draai muziek en maak sinds kort ook zelf techno en hardstyle. Dat doe ik samen met mijn neefje Fabian. Onze DJ-naam is The Rievs: een verbastering van onze achternaam De Vries. We hebben samen een cursus gevolgd zodat we ook op feesten kunnen gaan draaien. We zijn er achter de schermen druk mee bezig, maar hebben vooral ook veel plezier.

Welke serie of film zou je iedereen aanraden?

Johan: Boeken van de Amerikaanse thrillerschrijver Harlan Coben zijn verfilmd tot spannende Netflixseries. Ze zijn goed gemaakt en vaak verrassend. Jesper: Op Videoland kijk ik graag Special Forces VIPS. Je ziet dat mensen met doorzettingsvermogen vaak veel meer kunnen dan ze denken. Heel inspirerend om te zien.

INGENIEUR PIETER DE WOLF VAN

WAGENINGEN UNIVERSITY & RESEARCH

De waarde van mest

De provincie Noord-Brabant hield in juni een symposium onder de titel ‘Mest, het bruine goud’. Dat klinkt veehouders waarschijnlijk als muziek in de oren: mest met de waarde van goud. Zeker als je nu moet betalen om er vanaf te komen. Ik heb als onderzoeker in de akkerbouw al heel vaak de vraag gehad vanuit de veehouderij wat ze zouden moeten doen aan de mest om te zorgen dat akkerbouwers er voor gaan betalen. En hoe je met akkerbouwers zou kunnen samenwerken, zodat je van je mestoverschot af zou kunnen komen.

Het antwoord is eenvoudig: er is niks mis met rundveedrijfmest, vanuit de akkerbouw gezien. Het probleem is alleen dat er teveel van is. En zelfs goud daalt in waarde als er veel aanbod is en weinig vraag. Bij een lage goudprijs daalt het aanbod en stijgt de vraag, en ontstaat er weer een nieuw evenwicht tussen vraag en aanbod. Bij mest werkt dat helaas niet zo: in Nederland wordt de bemestingsruimte voor dierlijke mest voor vrijwel 100% ingevuld. Als het aanbod dan groter is, daalt de prijs wel, maar de vraag neemt niet toe. En het aanbod daalt ook niet, omdat de dieren mest blijven produceren. Dan schiet de prijs dus omlaag.

Onwenselijk

Dat is ontzettend vervelend, want als veehouder ben je dus akkerbouwers aan het betalen om jouw mest af te nemen en niet die van je collega. Mest heeft dus een negatieve prijs, net als bedrijfsafval, waar je ook iemand betaalt om het af te nemen. Dat is

wat mij betreft een hele onwenselijke situatie: een landbouwkundig waardevol product moet je niet behandelen als afval.

Van benutting naar plaatsing

Het is ook om een andere reden onwenselijk: we zijn inmiddels in de hele grondgebonden landbouw bezig met mestplaatsing, en niet meer met mestbenutting. Want de gedachte van de melkveehouder is: hoe meer mest ik op mijn eigen bedrijf kan plaatsen, hoe minder ik hoef te betalen voor afvoeren naar een akkerbouwer. Dan krijgt elk perceel evenveel, ook stukken die het misschien prima doen met wat minder.

In de akkerbouw wordt ook elk gaatje ingevuld, want dat levert geld op, terwijl kunstmest geld kost. Of gewassen het nodig hebben is niet langer de vraag. En als je na het seizoen nog wat ruimte in de boekhouding hebt, laat je nog wat mest komen in de stoppel of in de groenbemester. Nodig? Meestal niet. Gaan we zo de waterkwaliteitsdoelen halen? Ik vrees van niet.

Klein tekort

Ik denk dat een klein tekort aan dierlijke mest een hele gezonde situatie zou zijn. Veehouders krijgen er dan weer geld voor en gaan nadenken of ze wel echt alles op het eigen bedrijf nodig hebben. Akkerbouwers moeten er voor gaan betalen, en gaan dan ook weer kijken hoe ze het zo efficiënt mogelijk kunnen inzetten. De samenwerking gaat weer op basis van wederzijds belang: want die akkerbouwer wil van de veehouder wel weten dat de mest niet naar een ander gaat. De beste garantie daarvoor is het leveren van voer en strooisel. Laten koeien daar dan nog wat melk en vlees van maken, maar die 70% die in de mest terecht komt, wil je dan als akkerbouwer wel weer terug hebben.

Betere verhouding

Wat we dus in Nederland nodig hebben, is een betere verhouding tussen de omvang van plantaardige en dierlijke sectoren.

Nederland als één gemengd bedrijf. Dan hoeft er niet naast elke veehouder een akkerbouwer te zitten. Landbouwkundig is het onwenselijk om akkerbouw te doen op gronden die daar minder geschikt voor zijn, maar vaak groeit gras daar prima. En er zijn genoeg bedrijven die op een efficiënte manier graan ophalen bij akkerbouwers en dat als mengvoer afleveren bij veehouders. En verwerkers van brouwgerst, suikerbieten en zetmeelaardappelen brengen ook reststromen door het hele land bij veehouders. In de toekomst gaat dat dan in ruil voor het bruine goud. Wie weet kunnen coöperatieve verwerkers van plantaardige en dierlijke producten daar ook iets voor betekenen.

Wij hebben op onze agrarische afdeling veel melkveehouders als klant. Door het wegvallen van derogatie (een uitzondering om meer dierlijke mest op je land te mogen gebruiken), moeten de meeste melkveehouders veel dierlijke mest afvoeren. Naast dat het natuurlijk zonde is om de mineralen en organische stof uit deze meststoffen te moeten missen, kost afvoer ook erg veel geld. Vanuit de melkveehouderij wordt steeds meer naar de akkerbouw gekeken voor de mestafvoer. Daarom hebben we een akkerbouwspecialist gevraagd hoe vanuit de akkerbouw naar deze (waardevolle) meststof wordt gekeken.

Arend Hoekstra

Agrarisch adviseur bij Van der Veen & Kromhout

“We bieden goede zorg voor een eerlijke prijs.”

HET DIERENARTSENCENTRUM:

De kracht van zelfstandige zorg

Per 1 januari 2025 zijn verschillende dierenartsenpraktijken gefuseerd tot Het Dierenartsencentrum, met vier vestigingen: Oosterwolde, Noordwolde, Marum en Leek. De dierenartsen zijn zelf aandeelhouder en bieden zo een zelfstandig alternatief voor het groeiende aantal ketens in de sector. Ze willen kwaliteit waarborgen, zorg betaalbaar houden en hun autonomie bewaken. Ze kunnen nu nog efficiënter werken en investeren in apparatuur en specialistische zorg.

De laatste jaren is er veel ketenvorming onder dierenartsen, waarbij tarieven vaak hoger liggen dan bij zelfstandige praktijken. Wytske Veenstra, dierenarts gezelschapsdieren en mede-eigenaar: “Wij zijn een autonome praktijk met een gezond prijsbeleid. We bieden uitstekende zorg, maken onze eigen keuzes en zorgen voor een goede prijskwaliteitverhouding.” Directeur Erik Romp: “Als grote, zelfstandige praktijk zijn we inmiddels wel bijzonder in de markt. Wij kunnen bovendien een zekere flexibiliteit bieden én eigen diensten.”

PaardenklIniek

Klanten met gezelschapsdieren, rundvee en paarden kunnen bij Het Dierenartsencentrum terecht. Wytske: “Op alle vier vestigingen behandelen wij gezelschapsdieren en rundvee. Zorg voor paarden bieden we in Noordwolde en Marum. In Marum zijn we bovendien bezig met het ontwikkelen van een eigen kliniek. We willen specifieke handelingen graag zelf kunnen aanbieden en breiden onze dienstverlening voor paarden daarom bewust uit.”

Tijd en maatwerk

Bij Het Dierenartsencentrum werken intussen meer dan vijftig mensen: het aandeel dierenartsen en paraveterinairen is ongeveer gelijk verdeeld. Erik: “Een paar jaar geleden besloten de dierenartsen dat zich volledig wilden kunnen richten op hun vak en leiding geven aan iemand anders wilden overlaten. Alles dat met de organisatie te maken heeft, regel ik.” De fusie beschrijft Erik als een cultuurtraject dat tijd nodig heeft. “Elke locatie heeft een bepaalde werkwijze. We hebben wel een aantal kaders vastgesteld, zodat het als één bedrijf voelt en functioneert.” De reacties van de klanten zijn heel positief, vertelt de directeur. “Sommige mensen moeten even wennen, dat is prima en ook een kwestie van tijd.”

Autonome zorg

Moeite om vakkundig personeel te krijgen heeft de zelfstandige

dierenartsenpraktijk niet. “Het feit dat wij een autonome praktijk zijn, trekt mensen aan. Datzelfde geldt voor klanten”, vertelt Erik. Wytske knikt: “We merken dat mensen gewoon goede zorg voor hun dier willen. Die bieden wij. We vinden het belangrijk dat mensen tevreden over onze zorg en met een goede prijs weer naar huis gaan. Het feit dat wij alles zelf doen en dat je ook bij spoed en in het weekend één van onze eigen dierenartsen treft, spreekt mensen erg aan.” Wat wel veranderd is de afgelopen jaren, is dat klanten mondiger zijn geworden. Erik: “Mensen raadplegen vaak even ‘Dr. Google’ voordat ze ons bellen. Dan hebben ze de diagnose zelf al zo’n beetje gesteld. Het beste blijft uiteraard de specialist raadplegen: die heeft er tenslotte voor geleerd.”

Specialistische behandelingen

Het Dierenartsencentrum zet bovendien in op meer specialistische zorg. Wytske: “In Marum zijn we gestart met tandheelkunde voor gezelschapsdieren. Voorheen verwezen we klanten door naar andere klinieken, maar nu hebben we een opgeleide dierenarts in huis. Deze kans hebben we bewust gegrepen.”

Erik: “We ontwikkelen ook orthopedie. Door de fusie hebben we meer dierenartsen met specialisaties, die we op gedegen wijze uitbreiden. Klanten willen steeds meer kwaliteitszorg en zijn bereid daarin te investeren. Wij bieden deze zorg liever zelf aan, zodat ze niet elders veel meer hoeven te betalen. We hopen ook dat collega’s klanten voor deze specialisaties naar ons doorverwijzen.”

‘Ontwikkelen past bij ons’

Deze stappen horen bij de strategie van Het Dierenartsencentrum voor de komende drie jaar. Erik: “Het is spannend omdat het nieuw is, maar ontwikkelen past bij ons. We evalueren jaarlijks onze voortgang en toetsen of we op de goede weg zitten. Onze keuzes maken we bewust, met oog voor de bedrijfsvoering. We investeren flink in moderne apparatuur én in de groei van onze medewerkers, want hun ontwikkeling is voor ons eveneens essentieel.”

‘Mooi om hun visie tot leven te zien komen’ Jelle van der Meulen, belastingadviseur en vennoot bij Van der Veen & Kromhout: “Wij zijn nauw betrokken bij de financiële en fiscale afwikkeling van het fusietraject. Denk aan jaarrekeningen, loonadministratie, aandeelhoudersstructuren en alle fiscale aspecten die komen kijken bij een fusie van deze omvang. Belangrijk is dat iedereen er goed uitkomt en het proces in goede banen wordt geleid. Onze rol vraagt ook om vertrouwen, zeker wanneer het om complexe berekeningen gaat.”

Het contact met Het Dierenartsencentrum verloopt prettig en direct, vindt Jelle. “Erik is ons eerste aanspreekpunt, wij hebben goede gesprekken. Door de schaalvergroting zijn er meer mogelijkheden ontstaan, maar ook meer administratief werk. Wij adviseren nu ook over hoe de rapportages en administratie naar een hoger niveau getild kunnen worden.” Jelle vindt het bijzonder om te zien hoe de praktijk is uitgegroeid tot een zelfbewuste, professionele organisatie.

“En mooi dat het allemaal is voortgekomen uit de dierenartsen zelf. Zij hebben een hele duidelijke visie over hoe ze willen werken.”

Erik is ook content met de samenwerking: “Ik heb veel met Jelle gepraat over de stappen die we nemen. Hij is echt een steun en toeverlaat, daar ben ik erg blij mee.”

“We hebben al zes generaties een passie voor gewassen”

In Sint Jacobiparochie blikken vader Jelte Pars en zijn zonen George en Jarco terug én vooruit. George Pars Graanhandel bestaat op 4 juli 2025 precies 175 jaar. Een mijlpaal voor dit nuchtere familiebedrijf, dat ooit begon met de handel in graan en inmiddels een toonaangevende toeleverancier is voor akkerbouwers en melkveehouders.

“Het begon als een eenvoudige graanhandel”, vertelt Jelte, vijfde generatie binnen het familiebedrijf. “Door de jaren heen is er veel bijgekomen, zoals zaaizaden, meststoffen en gewasbescherming. We merkten bovendien dat klanten behoefte hadden aan advies, een rol die wij steeds meer zijn gaan vervullen. Vroeger kwam dat van de overheid, nu vooral van bedrijven zoals wij.” Sinds januari 2025 is Jelte officieel met pensioen, maar hij blijft nauw betrokken. “Ik werk en denk graag mee. De agrarische wereld verandert snel en wij ontwikkelen mee.”

Poldergraan

Die betrokkenheid wordt gewaardeerd, zegt Jarco: “Hoit zijn inbreng is heel waardevol. We bespreken veel met z’n drieën.” Jarco runt sinds 2016 Poldergraan BV in Biddinghuizen, een dochteronderneming met een focus op het schonen en bewerken van granen, (zaai)zaden en peulvruchten, zowel gangbaar als biologisch. “In Flevoland zit een hoge concentratie biologische telers. We hebben ons aanbod daarop afgestemd, met een goed kernassortiment biologische zaaizaden. Flexibiliteit en snelheid zijn daarin onze kracht. Als een klant belt, moet het vandaag nog geregeld worden.”

Schoningslijn

Lokaal geteelde baktarwe

George: “We werken binnen verschillende projecten aan lokaal geteelde baktarwe, zodat bakkers hun CO2-footprint kunnen verlagen. Eén grote biologische bakkerij gebruikt nu tarwe van telers uit onze regio. Wij meten zelf de eiwitkwaliteit bij binnenkomst: zo kunnen we de kwaliteiten scheiden en de granen beter vermarkten.”

Vanaf 2016 is Poldergraan hard gegroeid. George: “Naast de traditionele graanhandel (inkoop, opslag en verkoop), vermeerderen we zelf ook de zaaigranen en maken we op maat gemaakte zaden- en groenbemester-mengsels. In Biddinghuizen verwerken we inmiddels zo’n 3.500 ton zaaigranen per jaar. Dat vraagt om automatisering en efficiëntie.” Een investering in een nieuwe schoningslijn helpt daarbij. “Daarmee kunnen we granen sorteren en schoonmaken met meerdere technieken. Het is in de basis traditioneel werk, maar met moderne technologie kom je echt verder.”

Flinke stappen

De afgelopen jaren hebben beide bedrijven flinke stappen gezet en is het personeelsbestand gegroeid tot 21 medewerkers. George: “Het is belangrijk om een goede rolverdeling te hebben. Jarco is meer van de buitendienst en klantcontacten, ik richt me vooral op de organisatie en productie. Juist door die samenwerking, en dankzij hoit zijn advies en ervaring, hebben we de afgelopen jaren flinke stappen kunnen zetten.”

“We hebben allemaal andere kwaliteiten, maar we waarderen elkaars werk.”

Schaalvergroting

De sector is daarnaast volop in beweging. Wet- en regelgeving, schaalvergroting, duurzaamheid: het vraagt veel van ondernemers. “Onze klanten zijn niet meer de boeren van veertig hectare van vroeger”, vertelt Jelte. “De grootste klant nu heeft vijfhonderd hectare. Daarom moeten we meebewegen, ook als adviseur.” Jarco ziet dat als hun kracht: “We staan nog steeds dichtbij de klant, letterlijk. Als er iets is, rijden we zelf even langs. Boeren waarderen dat persoonlijke. Het is een kwestie van vertrouwen.”

Waardering

Jelte ziet met trots hoe zijn zoons het bedrijf voortzetten. “Toen ik in 2013 vroeg of ze het wilden overnemen, wist ik diep vanbinnen het antwoord wel. We hebben allemaal andere kwaliteiten, maar we waarderen elkaars werk. En dat is belangrijk in een familiebedrijf.”

‘Betrokken bij bedrijfsopvolging’

Teake Potijk, Senior Accountant Audit bij Van der Veen & Kromhout: “George Pars Graanhandel is een stabiele organisatie waar alles klopt: de mensen, de processen en de resultaten. Ze hebben hun administratie goed op orde en weten wat ze willen. Het is fijn samenwerken: afspraak is afspraak, de lijnen zijn kort en als je iets vraagt krijg je snel antwoord. Het zijn oprecht aardige mensen, ze passen goed bij ons.”

Van der Veen & Kromhout verzorgt onder andere de controle van de jaarrekening, de loonadministratie, aangiften en fiscaal advieswerk. Teake: “Bovendien hebben we geassisteerd bij de bedrijfsopvolging en bestuursopvolging. Het is mooi om de gezonde groei van de organisatie te volgen en te zien dat de volgende generatie het roer overneemt: ze zijn echt klaar voor nog eens 175 jaar.”

VRAAG NU SUBSIDIE AAN VOOR

DIGITALE WEERBAARHEID!

Kleine bedrijven, ook zzp’ers, die hun digitale weerbaarheid willen verbeteren, kunnen hiervoor dit jaar weer een tegemoetkoming aanvragen via de subsidieregeling ‘Mijn Cyberweerbare Zaak’. Regel de subsidie zo snel mogelijk, want het loket is al open.

Voor wie

De subsidie MCZ is beschikbaar voor zelfstandig ondernemers en mkb-bedrijven die staan ingeschreven bij de KVK, maximaal 50 medewerkers hebben en een jaaromzet hebben van maximaal € 10 miljoen.

Hoeveel subsidie

De subsidie bedraagt 50% van de kosten van cyberweerbare maatregelen, met een maximum van € 1.250 per aanvrager. De subsidiabele kosten moeten meer dan € 400 bedragen.

Waarvoor is de subsidie?

De subsidie is beschikbaar voor de volgende digitale veiligheidsmaatregelen.

• Veilige netwerktoegang/wifi

• Wachtwoordmanager

• Tweefactorauthenticatie (2FA), tweestapsverificatie en multifactortauthenticatie (MFA)

• Patch-management: tools of diensten voor het automatisch controleren, beheren en uitvoeren van beveiligingsupdates op systemen en software

• Antivirussoftware

• Back-ups instellen en testen

• Risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E)

• Cyber awareness-trainingen

Let op! U kunt geen subsidie krijgen voor een van deze zaken als u hier eerder al subsidie voor heeft ontvangen.

Eerst aanschaffen dan aanvragen

Door een vragenlijst in te vullen, kunt u achterhalen welke digitale gevaren u loopt. Vervolgens kunt u de producten aanschaffen die op de actielijst voorkomen. U kunt meerdere producten of diensten aanschaffen tot u het maximumbedrag aan subsidie van € 1.250 heeft bereikt. Na aanschaf kan de subsidieaanvraag worden ingediend.

Let op! U moet in een en dezelfde aanvraag subsidie aanvragen voor de verschillende producten en/of diensten.

Tip! Bij betaling per credit card ontvangt u vaak pas later een betaalbewijs. Omdat u het betaalbewijs nodig heeft bij de aanvraag van de subsidie, is het verstandig om bij voorkeur per bank te betalen.

Aanvragen subsidie

De subsidie kan digitaal bij RVO.nl worden aangevraagd. Hiervoor is eHerkenning op niveau EH2+ of hoger vereist. De aanvraag kan tot 31 oktober 2025 17.00 uur worden ingediend.

Tip! Vraag de subsidie na aanschaf zo snel mogelijk aan, want op is op!

ZELFSTANDIG AFSCHRIJVEN OP ZONNEPANELEN OF NIET?

Als u als ondernemer zonnepanelen aanschaft, is het de vraag of het een zelfstandig bedrijfsmiddel is. In dat geval kunt u er namelijk ook zelfstandig op afschrijven. Is het echter geen zelfstandig bedrijfsmiddel maar behoren de zonnepanelen tot het gebouw waarop ze bevestigd zijn, dan zijn de regels over afschrijving op gebouwen van toepassing.

Woningcorporatie investeert in zonnepanelen

In een zaak die diende voor het gerechtshof ’s-Hertogenbosch moest het gerechtshof zich buigen over bovenstaande vraag. Een woningcorporatie had geïnvesteerd in zonnepanelen die

geplaatst werden op de door hen verhuurde woningen. Het betrof zogenaamde niet-geïntegreerde zonnepanelen die op de daken bevestigd werden. De corporatie wilde hierop zelfstandig afschrijven, maar de Belastingdienst was het hiermee niet eens. Daarop belandde de zaak eerst voor de rechtbank en daarna het gerechtshof.

Onderdeel van gebouw

Als de zonnepanelen kwalificeren als aanhorigheid of onderdeel van het gebouw, kan hierop niet zelfstandig worden afgeschreven. Het gerechtshof moest daarom beoordelen of de zonnepanelen kwalificeerden als onderdeel van of aanhorigheid bij het gebouw. Dit zou alleen mogelijk kunnen zijn als de zonnepalen onroerend waren. Het gerechtshof kwam tot het oordeel dat de zonnepanelen inderdaad onroerend waren omdat ze vanwege de constructie naar aard en inrichting waren bestemd om duurzaam ter plaatse te blijven en dit naar buiten toe ook kenbaar was.

Let op! Dat de mogelijkheid bestond de zonnepanelen te verplaatsen, deed niet af aan het onroerende karakter van de zonnepanelen, aldus het gerechtshof.

Het gerechtshof oordeelde dat de zonnepanelen onderdeel waren van het gebouw, omdat ze hier onmiddellijk en uitsluitend dienstbaar aan waren. De zonnepanelen droegen immers bij aan de energievoorziening van het gebouw en vormden daarom een functionele en technische eenheid met het gebouw.

Let op! Het maakt naar het oordeel van het gerechtshof niet uit als een deel van de opgewekte stroom wordt gebruikt buiten het gebouw. In dat geval zijn de zonnepanelen een aanhorigheid. Ze horen namelijk bij het gebouw waarop ze zijn geplaatst, zijn daar in gebruik en daaraan dienstbaar.

Werktuigvrijstelling?

De corporatie probeerde nog de zonnepanelen als werktuig aan te merken en zo te profiteren van de werktuigenvrijstelling, maar het gerechtshof ging hier niet in mee. Deze vrijstelling is volgens de wetsgeschiedenis alleen bestemd voor zaken die hoofdzakelijk gebruikt worden voor het (productie)proces dat in het gebouw plaatsvindt. Het opwekken van energie kan volgens het gerechtshof niet als zodanig worden gezien.

Beperkt afschrijven

Het gerechtshof komt dan ook tot de conclusie dat op de zonnepanelen niet zelfstandig kon worden afgeschreven, ook niet als werktuig. De zonnepanelen moesten daarom het afschrijvingsregime van het gebouwen volgen. Dit betekent dat maar beperkt op de zonnepanelen kon worden afgeschreven, aangezien het gebouw inclusief de zonnepanelen slechtst kan worden afgeschreven tot de WOZ-waarde.

PER 1 JULI VERSOEPELING KWIJTSCHELDEN BELASTINGSCHULDEN

Vanaf 1 juli 2025 zal het voor belastingplichtigen vaker mogelijk zijn om voor een belastingschuld gehele of gedeeltelijke kwijtschelding te krijgen. Om dit te bereiken is de Uitvoeringsregeling Invoeringswet gewijzigd.

Onredelijk bezwarend

De wijziging komt er in het kort op neer dat belastingplichtigen hun bezittingen niet meer direct hoeven te verkopen om hun belastingschulden te voldoen, als dit voor hen onredelijk bezwarend is. De waarde van de bezitting min de erop drukkende schuld moet dan wel binnen een door de Belastingdienst bepaalde termijn worden gebruikt om de belastingschuld mee af te lossen. Daarbij gaat het alleen om schulden die voorrang hebben op de Belastingdienst, zoals hypotheken. Blijft daarna toch nog een deel van de belastingschuld over, dan bestaat tevens de mogelijkheid dat hiervoor kwijtschelding wordt verleend. Het bezit van bepaalde vormen van vermogen staat kwijtschelding dus niet langer in de weg, zoals nu wel het geval is.

Eigen woning

Uit de toelichting op de wijziging blijkt dat deze zich onder meer richt op de eigen woning. Het wordt als onredelijk bezwarend

gezien dat deze verkocht zou moeten worden om de belastingschuld te betalen, als deze door een verlenging van de betalingstermijn wel zou kunnen worden voldaan. Bij luxe goederen, zoals een plezierjacht of tweede auto, zal de wijziging niet van toepassing zijn.

Binnen 72 maanden

Volgens de nieuwe regeling moet een belastingschuld binnen 72 maanden worden afgelost. Dit is vijf jaar langer dan de bestaande reguliere termijn van 12 maanden waarin een belastingschuld moet worden afgelost. Gedurende de eerste 12 maanden moeten belastingplichtigen ook alles wat ze boven hun ‘betalingscapaciteit’ aan inkomen hebben, aanwenden voor het betalen an hun belastingschuld. De resterende 60 maanden hoeft dit niet meer, onder de voorwaarde dat de waarde van de bezitting waarvan is vastgesteld dat het onredelijk bezwarend is om deze direct te moeten verkopen, wordt aangewend voor het betalen van de belastingschuld.

Let op! Wat de betalingscapaciteit van een belastingplichtige is, hangt van diverse factoren af, zoals het inkomen, de vaste lasten en de gezinssamenstelling.

WETSVOORSTEL VBAR BIJ TWEEDE KAMER INGEDIEND

Op 7 juli jl. is het wetsvoorstel Verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden (Vbar) bij de Tweede Kamer ingediend. Het wetsvoorstel verduidelijkt de criteria over wanneer iemand werknemer is en wanneer iemand als zelfstandige werkt.

Elementen beoordeling werknemerschap

De al bestaande definitie van een arbeidsovereenkomst wordt door het wetsvoorstel nader aangevuld. Momenteel is sprake van een arbeidsovereenkomst als een werknemer persoonlijk arbeid verricht in dienst van een werkgever die aanwijzingen en instructies kan geven (gezagsverhouding) en daarvoor loon ontvangt. In het wetsvoorstel wordt dit aangevuld door aan te geven dat van arbeid verrichten in dienst van een werkgever sprake is als:

• de arbeid wordt verricht onder werkinhoudelijke of organisatorische sturing door de werkgever, en

• de werknemer de arbeid niet voor eigen rekening en risico verricht, of de arbeid in mindere mate voor eigen rekening en risico verricht dan dat sprake is van werkinhoudelijke of organisatorische sturing.

WZOP

Het wetsvoorstel Vbar introduceert in de Memorie van Toelichting de WZOP-toets, een nieuw beoordelingskader voor arbeidsrelaties. De WZOP-toets verduidelijkt het gezagscriterium bij arbeidsrelaties en bestaat uit drie elementen:

1. Werknemer (W): dit element richt zich op signalen van werknemerschap, zoals werkinhoudelijke en organisatorische aansturing door de werkgever. De ‘kernactiviteit’ van de organisatie is uit de beoordeling gehaald om een evenwichtige afweging tussen werknemerschap en zelfstandigheid te maken.

2. Zelfstandige (Z): hierbij wordt gekeken naar kenmerken van zelfstandig ondernemerschap, zoals het dragen van eigen risico en verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de werkzaamheden.

3. Ondernemerschap (OP): dit element kijkt naar kenmerken van extern ondernemerschap, zoals het hebben van meerdere opdrachtgevers en het zelfstandig werven van opdrachten.

Rechtsvermoeden werknemerschap

Zzp’ers die minder dan € 36 per uur verdienen, kunnen straks stellen dat ze werknemer zijn en de bijbehorende rechten opeisen. Denk bij dit laatste bijvoorbeeld aan loondoorbetaling bij ziekte, vakantiedagen en ontslagbescherming. Heeft een zzp’er een beroep gedaan op dit rechtsvermoeden, dan verschuift de bewijslast naar de werkgever die moet aantonen dat er toch geen sprake is van een arbeidsovereenkomst. Het is dus een weerlegbaar rechtsvermoeden. Het uurtarief wordt elk jaar aangepast aan de stijging van het minimumloon en afgerond op hele euro’s.

Salarisadministratie raakt steeds vaker HR en automatisering”

Salarisadministratie is allang niet meer alleen het op tijd verwerken van lonen. “Je zit steeds vaker op het snijvlak van HR en systemen”, zegt Bas Reitsma, loonadviseur bij Van der Veen & Kromhout. “Dat maakt het vak uitdagender, maar ook veel leuker.”

Meer dan verloning

Bas werkt sinds 2020 bij Van der Veen & Kromhout en houdt zich bezig met de inrichting, controle en doorontwikkeling van salarissystemen bij klanten. “In korte tijd heb ik me verdiept in Nmbrs, ons salarispakket. Daarin ben ik echt expert geworden. Mijn collega Wiemer is bijvoorbeeld juist inhoudelijk sterk in de loonverwerking. Zo vullen we elkaar goed aan.”

Steeds vaker gaan de gesprekken met klanten over méér dan alleen de maandelijkse verloning. “Denk aan verlof, verzuim, arbeidsvoorwaarden en rapportages. Sommige klanten zijn behoorlijk zelfstandig en doen veel zelf. Maar juist dan is het fijn als je af en toe kunt sparren.”

“Nmbrs als loonpakket of als HR-tool: we kijken samen wat past bij de organisatie.”

Breder HR-advies

Waar salarisadministrateurs voorheen vooral werden gezien als ‘salarisverwerkers’, worden zij tegenwoordig ook betrokken bij bredere HR-processen. “We adviseren bijvoorbeeld over dossieropbouw bij ziekteverzuim, zodat de werkgever goed voorbereid is richting het UWV. Maar ook over wat er vanuit de cao of wetgeving nodig is.”

Daarnaast denken Bas en zijn collega’s mee over onderwerpen als inschaling, arbeidsvoorwaarden en voorzieningen die helpen om medewerkers te behouden of nieuwe collega’s aan te trekken. “Soms betekent dat het opstellen van een vaststellingsovereenkomst, soms gewoon even klankborden: wat past bij deze situatie, deze werknemer en deze organisatie?”

Koppelen

Wat klanten bijvoorbeeld ook om kunnen vragen, is hulp bij het koppelen van hun eigen systemen aan Nmbrs. “Wij kijken mee hoe we Nmbrs kunnen verbinden met bijvoorbeeld een roosterprogramma of een ERP-systeem. Dat zorgt voor minder handmatig werk en meer overzicht. Laatst hebben we zo’n koppeling live getest met een klant. Dan kijk je samen hoe de systemen met elkaar communiceren: wat gaat goed, wat kan beter? Dat zijn leuke, technische sessies waarin je samen echt iets opbouwt.”

Basis én diepgang

Het helpt als een klant zelf ook goed thuis is in de systemen. “Dan kun je inhoudelijk sparren, over hoe iets is ingericht of wat de vervolgstap zou kunnen zijn. Die diepgang in het contact vind ik heel waardevol.”

Tegelijk blijft de basis werk belangrijk. “We voeren controles uit, signaleren afwijkingen en kansen, bijvoorbeeld bij subsidies. We zorgen dat alles klopt op het gebied van wet- en regelgeving, ook bij ingewikkelde situaties zoals ziekteverzuim, internationale medewerkers of bijzondere contractvormen. Voor vragen over de interpretatie van cao’s kunnen klanten eveneens bij ons terecht.”

Signalen oppikken

Nmbrs heeft veel mogelijkheden, zoals uitgebreide notitie- en actiemodules. “ “Daarmee kun je bijvoorbeeld rapportages draaien over verzuim of verlof. Of terugkijken wat er besproken is tijdens een beoordelingsgesprek. Dat helpt om signalen tijdig op te pikken.” Een voorbeeld is een hoog aantal niet-genoten vakantiedagen. “Dan bespreken we: hoe ga je daar als werkgever mee om? Soms nemen medewerkers uit betrokkenheid geen verlof. Maar uiteindelijk is het belangrijk dat mensen op tijd pauze nemen. Daar kun je als werkgever op sturen.”

Groeiproces

Een goed ingerichte salarisadministratie is geen eindpunt, maar een groeiproces. “Het begint met het inrichten of overnemen van een dossier, daarna ga je steeds verder verfijnen. Je kijkt welke koppelingen mogelijk zijn, welke extra modules relevant zijn, en hoe je het voor zowel HR als leidinggevenden overzichtelijk houdt.” Die ontwikkeling loopt bij elke klant anders. “Sommigen gebruiken Nmbrs vooral als loonpakket, anderen benutten de volledige HR-functionaliteit. Het is altijd maatwerk.”

Vertrouwen als basis

In de samenwerking met klanten is vertrouwen het sleutelwoord. “Hoe beter je elkaar leert kennen, hoe gerichter je kunt meedenken. Klanten waarderen het als je hun situatie echt snapt en met praktische oplossingen komt.”

STEN SPEELT IN ZIJN VRIJE TIJD TROMBONE

“Altijd feest met de Dekdweilers”

Een relatiebeheerder die in zijn vrije tijd trombone speelt in een dweilorkest? Dat vraagt om nadere uitleg. Sten Renema (34), werkzaam bij Van der Veen & Kromhout in Joure, maakt al ruim tien jaar muziek bij de Heegemer Dekdweilers. “Het is eigenlijk altijd een feestje als wij er zijn. Muziek maken, gezelligheid, een drankje erbij: wat wil je nog meer?”

Sten speelt al vanaf jonge leeftijd trombone. “Ik ben begonnen op de basisschool, toen speelde ik bij de plaatselijke dorpsfanfare. Op de middelbare school zat ik bij de Bogerman Bigband in Sneek. Een paar jongens daar speelden ook bij de Dekdweilers. Zo ben ik erin gerold.” Sten is bovendien niet alleen muzikant, maar ook penningmeester van het dweilorkest.

Jonge vaders

Inmiddels is het dweilorkest, dat voornamelijk bestaat uit muzikanten uit Heeg en omstreken, uitgegroeid tot een vaste club van ruim twintig man. “Dat is handig, want de meesten van ons zijn jonge vaders. Met een dubbele bezetting kunnen optredens vaker doorgaan zonder dat het orkest in de knel komt, maar met complete bezetting speelt het nog altijd het beste.”

“We zijn niet alleen muzikanten, maar ook een soort vriendengroep. Muziek verbindt.”

Flink repertoire

Het repertoire? Bekende feestnummers, die meteen herkenbaar zijn voor het publiek. “We treden vaak op in setjes van twintig tot dertig minuten. Per optreden spelen we gemiddeld vier setjes. We spelen geen enkel nummer dubbel: we hebben een flink repertoire. Nieuwe nummers studeren we tijdens de repetities in, maar tijdens optredens spelen we alles uit het hoofd.”

Sneekweek en Thialf

Een paar hoogtepunten? “De optredens tijdens de Sneekweek vind ik het leukst. We spelen dan drie middagen op de Marktstraat. Zonnetje erbij, vrolijke mensen, veel bekenden, een drankje erbij: dat is elk jaar weer gezellig. Maar ook Thialf is mooi. Daar spelen we regelmatig bij schaatswedstrijden. En we hebben een aantal keren op de Weissensee gespeeld, tijdens de alternatieve Elfstedentocht. Dat was wel bijzonder. Ook de sfeer na de tijd, in de feesttent, was erg goed.”

Mooie middag

“Iedere zomer organiseren we een studiedag. Onlangs ook weer, in IJlst. ’s Ochtends repeteren we en ‘s middags komt de aanhang erbij. Dan spelen we nog een setje, er zijn springkussens voor de kinderen en we sluiten af met een buffet. Inmiddels hebben we gemiddeld twee kinderen per Dekdweiler, zo ongeveer allemaal in de leeftijd van nul tot zes jaar. Dat levert mooie middagen op.”

Of zijn collega’s bij Van der Veen & Kromhout van zijn muzikale leven weten? “Zeker, de meesten wel. En sommige klanten ook. We worden wel eens opgemerkt door de regionale televisie. Dan word je herkend en krijg je leuke reacties. Het is toch iets dat mensen bijblijft.”

Muziek verbindt

Waarom hij al zo lang bij het orkest zit? “Het is de groep die het maakt. We zijn niet alleen muzikanten, maar ook een soort vriendengroep. Muziek verbindt. Stel dat dit orkest stopt, dan zou ik niet direct naar een andere club overstappen. Maar blijven spelen, dat zeker wel. Misschien later met de kinderen, als ze dat willen.”

Zeilen

Naast muziek maakt Sten ook graag een zeiltocht. “Af en toe wedstrijden, maar tegenwoordig zeil ik vooral recreatief met het gezin. Muziek en water, dat blijft toch trekken.”

Meer weten of boeken voor een feestje?

Kijk op: www.dekdweilers.com

COLUMN EERT HANS DE VRIES

PERSOONLIJK, PROFESSIONEEL ÉN DICHTBIJ:

Onze aanpak in salaris en HR

Veel ondernemers kennen ons van de jaarrekening, de aangifte of het financiële advies. Logisch: als accountantskantoor zorgen wij ervoor dat je cijfers kloppen en dat je met vertrouwen vooruit kunt kijken. Maar wist je dat je bij Van der Veen & Kromhout óók terecht kunt voor salarisadministratie en HR-advies via onze HR++ afdeling? En dat we dat met net zoveel zorg en aandacht doen als je voor die andere zaken van ons gewend bent?

Kloppend hart

Personeelszaken vormen het kloppend hart van je organisatie. Of je nu een groeiende onderneming runt, of een stabiel team van vaste krachten aanstuurt: de manier waarop je met je mensen omgaat, bepaalt in hoge mate je succes. Toch merken we dat personeelszaken zoals salarisadministratie en HR-beleid in de waan van de dag wel eens wat op de achtergrond raken. Begrijpelijk, maar niet zonder gevolgen.

Efficiënt en digitaal

Daarom nemen onze collega’s van de HR++ afdeling je die zorg graag uit handen. Onze salarisadministrateurs zorgen ervoor dat alles bij jouw organisatie klopt: van een overzichtelijke loonstrook tot de juiste afdracht van belastingen en premies. Foutloos, op tijd en volgens de laatste wet- en regelgeving. Hierbij maken wij gebruik van het moderne salarispakket Nmbrs, met veel mogelijkheden om je HR- en salarisadministratie nog efficiënter en volledig digitaal te laten verlopen. Maar we gaan nog een stapje verder.

Goed luisteren

Want wij geloven dat goede dienstverlening begint bij goed luisteren. Wij bieden meer dan standaard oplossingen, wij gaan voor advies dat precies past bij jouw situatie. Heb je vragen over arbeidsvoorwaarden, een zieke medewerker of hulp bij ontslag? Wil je sparren over CAO-vraagstukken, of wil je meer weten over pensioenregelingen? Dan krijg je bij ons geen helpdesk aan de lijn, maar een vaste contactpersoon die jouw organisatie écht kent.

Persoonlijk

Omdat wij onze klanten goed kennen, kunnen we snel schakelen. We kennen je doelen, begrijpen je branche en we weten wat er speelt. Die combinatie van klantinzicht en persoonlijk advies maakt ons een sterke en betrokken partner. Wij weten dat het uiteindelijk niet alleen om cijfers draait, maar ook om vertrouwen, aandacht en echt kunnen meedenken. Juist als het ingewikkeld wordt. Dat is dan ook wat je van ons mag verwachten. Of het nu gaat om de jaarrekening, de salarisverwerking of een lastige HR-vraag: wij staan voor je klaar.

HR-advies op locatie

Bovendien gaan wij onze HR-advisering binnen afzienbare tijd nog verder uitbreiden. Zodat wij bij jou op locatie advies kunnen geven over diverse HR-vraagstukken. Bijvoorbeeld bij ziekte, disfunctioneren, werving & selectie, de beoordelingscyclus, enzovoort. Dichtbij en persoonlijk! Later dit jaar ontvang je hier meer informatie over.

‘Wij staan voor je klaar met persoonlijk advies, juist als het ingewikkeld wordt.”

COLUMN JULES WILMING

De hybride ondernemingsstructuur

Hoe melkveehouder Gerrit en akkerbouwer Lieuwe de handen ineenslaan

‘Daar heb ik wel een oplossing voor’, zegt Arnold, agrarisch adviseur.

Het idyllische plaatje en de werkelijkheid

Blauwe lucht, witte wolken en frisse velden met vers gras zover het oog reikt. Zwartwit gevlekte grazende koeien. Een glas verse, dampende melk bij het ontbijt en smeuïge, ambachtelijke boter op een stuk versgebakken, grof gesneden volkorenbrood. Het Friese boerenleven lijkt idyllisch.

Maar achter dit plaatje schuilt een zeer complexe wereld van regelgeving, administratieve verplichtingen, mestboekhoudingen, marktwerking en fiscaliteit. Toch ziet Karel, vijf maanden geleden afgestudeerd aan de Aeres Hogeschool in Dronten, mogelijkheden om op een duurzame manier de veehouderij van zijn vader Gerrit voort te zetten.

Vergaande samenwerking

Adviseur Arnold zit met akkerbouwer Lieuwe, melkveehouder Gerrit en de jonge Karel aan de keukentafel in de woning van Gerrit. ‘Hoe kunnen we de samenwerking juridisch vormgeven?’, vraagt Gerrit. Karel draait inmiddels een paar maanden met mij mee. Hij wil de veehouderij uiteindelijk overnemen, maar wil met het bedrijf ook een flinke moderniseringsslag gaan maken. Hij denkt aan een vergaande samenwerking met Lieuwe.’

bedrijfs-opvolgingsregeling? Die is versoepeld op het punt van de dienstbetrekking en de vaste vrijstelling is verhoogd, maar alles boven de anderhalf miljoen wordt iets zwaarder belast. Een maatschap met Karel kan door het vervallen van de dienstbetrekkingseis direct worden opgetuigd, maar daarvoor moeten we nog wel wat andere vragen door.’ ‘Zoals?’, vraagt Gerrit.

Inkomen, vermogen en opvolging Arnold legt uit: ‘Jij bent nu 57 en je wilt nog een paar jaar doorgaan. In die tijd is er inkomen, maar op het moment dat je stopt niet meer. We moeten nadenken hoe de periode tot aan de AOW qua inkomen wordt opgevuld. Daarvoor is vermogen nodig dat inkomen genereert. Door niet de gehele onderneming aan Karel te schenken, kun je dat bereiken. Je doet daarmee ook recht aan de positie van de andere kinderen.

iets over de hybride structuur. Als voorwaarde stond erbij dat je een bepaald winstniveau moet hebben; structureel boven de honderdduizend euro zou heel prettig zijn. Wat ik nu zie, is dat de uitbreidingen die ik de laatste jaren in mijn bedrijf deed hun vruchten beginnen af te werpen.’

‘Kijkend naar jouw resultaten’, zegt Arnold, ‘en dat die nu structureel op een hoger niveau liggen, is dit ook voor jou zeker het onderzoeken waard. Bovendien past deze structuur goed bij de samenwerking die Karel voorstelt: vergaande samenwerking tussen de veehouderij en de akkerbouw, zonder dat er met vermogens over en weer wordt geschoven. Voor ieder een eigen BV met daarin de gronden en eventueel ander vermogen. Daarnaast een maatschap met vijf maten.’

Vijf maten?

Kromhout is de nieuwsbrief van Van der Veen & Kromhout accountants en adviseurs.

Hoewel de redactie zeer zorgvuldig te werk gaat, is het altijd mogelijk dat bepaalde berichtgeving niet meer juist is of onjuist is overgekomen.

Wij ondervinden geen aansprakelijkheid voor de gevolgen van stappen die u onderneemt op basis van deze nieuwsbrief. Als de inhoud uw belangstelling heeft gewekt, neem dan contact op met ons kantoor.

Gorredijk Tolhûsleane 2 Postbus 55, 8400 AB Gorredijk (0513) 468 468 gorredijk@kromhout.com

www.kromhout.com

Joure

Marconiweg 2

Postbus 211, 8500 AE Joure (0513) 480 480 joure@kromhout.com

Karel legt uit: ‘Tijdens mijn opleiding Dier- en Veehouderij werd niet alleen veel aandacht besteed aan efficiency, maar ook aan de impact van de veehouderij op de omgeving. Ik volgde een vak waarin we bespraken waarom de veehouderij met een mestoverschot zit, terwijl de akkerbouw veel met kunstmest werkt. Voor mijn eindopdracht schreef ik een paper over een mogelijke oplossing. Die zie ik nu voor me: vergaande samenwerking met buurman Lieuwe. Kort gezegd: de mest naar Lieuwe, een deel van de opbrengst van het land terug naar de koeien. Lieuwe staat open voor dit plan.’

Fiscale puzzel

‘Dit is een lastig puzzeltje met meerdere facetten, maar niet onoverkomelijk’, zegt Arnold. ‘We pakken het stap voor stap aan. Het eerste punt: gaan we gebruikmaken van de

’ Arnold vervolgt: ‘Je zou kunnen denken aan overdracht van je onderneming tegen een winstrecht. Bijkomend voordeel: dat wordt niet in box 3 belast, maar gezien als ondernemingsvermogen. Een andere, in mijn ogen betere optie, is om een hybride ondernemingsstructuur op te zetten, zeker met het oog op de samenwerking met Lieuwe. Zo’n structuur combineert het goede van twee fiscale werelden: je blijft ondernemer met de bijbehorende faciliteiten, en je profiteert van het lagere tarief van de vennootschapsbelasting.’

BV als spaarpot

De adviseur vertelt waar hij aan denkt: ‘Het land in een BV onderbrengen en dat beschikbaar stellen aan de onderneming. De BV strijkt een groot deel van de winst op, laag belast met vennootschapsbelasting. De BV wordt als het ware een spaarpot voor later. In de toekomst kan de BV op elk gewenst moment dividend uitkeren om van te leven. De arbeid die je voor de veehouderij verricht, blijft belast als winst in de inkomstenbelasting.’

Ook kansrijk voor Lieuwe

Lieuwe luistert met bovengemiddelde belangstelling. ‘Ik las recent in jullie nieuwsbrief

‘Vijf?’, vraagt Karel. ‘We gaan toch met z’n drieën verder?’ Arnold antwoordt: ‘Jij, Gerrit en Lieuwe als persoon in de maatschap: dat zijn drie natuurlijke personen. Daarnaast de BV’s van Gerrit en Lieuwe. Deze twee rechtspersonen worden ook maat en krijgen dus een winstaandeel.’

Afspraak en vervolg

‘Dit lijkt me een interessante optie’, zegt Lieuwe. ‘Zie jij kans om dit meer gedetailleerd voor ons uit te werken, Arnold?’

‘Laten we een afspraak maken voor over een week of zes’, stelt Arnold voor. ‘Ik neem dan ook onze fiscalist mee. De hoofdlijnen zoals nu besproken zal hij verder in detail voor jullie uitwerken, met alle plussen en minnen en wat het cijfermatig betekent.’

Klaar voor de toekomst

‘Dan heb ik nog even de tijd om wat ik beschreef in mijn eindopdracht voor onze beide ondernemingen verder naar de praktijk te vertalen’, besluit Karel. ‘Ik zie een structurele, duurzame en milieuvriendelijke oplossing al helemaal voor me. Klaar voor de toekomst.’

Uw ambities voor de volle 100% waarmaken. Door 24/7 met u mee te denken op het gebied van accountancy en fiscaal advies. Meer dan 100 betrokken topprofessionals die nooit concessies zullen doen aan uw doelen en uw plannen om ze te bereiken. In voor- en tegenspoed. Uw zaken raken ons immers net zo goed.

VOLG ONS OOK OP: linkedin.com/company/van-der-veen-&-kromhout facebook.com/vanderveenenkromhout instagram.com/veen_kromhout

Redactie

Tine van Knijff-van Hijum, Noordvrouw.nl

Jules Wilming, Van der Veen & Kromhout Anita van der Ven, Van der Veen & Kromhout

Fotografie

Ewoud Rooks, Ewoud Rooks Photography Lucas Kemper, Lucas Kemper fotografie

Striptekenaar Pascal de Jong

Vormgeving Okkinga Communicatie

Drukwerk Drukkerij Lageveen

Leest u de Kromhout liever digitaal dan op papier? Laat het weten via info@kromhout.com. We verwijderen u dan van de verzendlijst. De nieuwste Kromhout vindt u op www.kromhout.com/dekromhout

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.