5 minute read

Extreme situaties op een berg

De reacties op een extreme situatie verschillen van persoon tot persoon, net als het gevoel of een situatie überhaupt als extreem wordt ervaren. Hoe is het echter specifiek op een berg?

Uit een online enquête die in 2021 werd uitgevoerd onder 201 bergbeklimmers in en rond Salzburg over hun ervaring van extreme situaties op een berg, blijkt dat deze grotendeels gelinkt worden aan begrippen zoals steenslag, valpartijen, onweer, lawines en ongelukken. Bij het merendeel van de ondervraagden, gebeurde zo’n beleving van een extreme situatie ofwel in groepsverband (24%) ofwel in duo (49%).

Advertisement

Extreme situaties worden in het algemeen ervaren door mensen die hun eigen mentale en/of fysieke grenzen bereiken, of zelfs overschrijden. Dit wordt vaak gezien als een limiet, als een kans om prestaties te optimaliseren en over de eigen grenzen heen te groeien. Het kan zelfs leiden tot het ervaren van een zogenaamde "flow" in de situatie - een staat van opperste geluk en voldoening .

Veel bergbeklimmers verklaarden dat ze een intens lichaamsgevoel ervaren tijdens de extreme situatie en ook zeer gecontroleerd handelen. Vaak kunnen ze iets positiefs uit de situatie halen en de gedane ervaringen toepassen in het dagdagelijkse leven. Recentere benaderingen op het gebied van positieve psychologie wijzen in een vergelijkbare richting. Extreme situaties kunnen dus zinvol en belangrijk zijn voor een persoon, of het nu een positieve of een negatieve ervaring is.

Volgens Zuckermann is het bewust opzoeken van dergelijke adrenaline een manier om nieuwe en intense sensaties te ervaren. Of om de woorden van Reinhold Messner te citeren: "Bergbeklimmen is de kunst om daar te gaan waar je zou kunnen omkomen - en daar alsnog niet te sterven."

Dit citaat weerspiegelt waarschijnlijk het best waarom mensen zich blootstellen aan gevaarlijke alpine situaties: “Bergbeklimmen is meer dan sport. Bergbeklimmen bevrijdt ons van sociale conventies. Het is extase en geluk tegelijk. Bergbeklimmen is ongebreidelde passie. Bergbeklimmen vereist het omgaan met angsten en versterkt het ego.”

In een interview in 2021 vond de extreemklimmer Stefan Glowacz ook een goede verklaring voor de noodzaak van bergbeklimmen en de daarmee verbonden gevaren: "Projecten uitvoeren op de grens en tegen alle gezonde verstand in, is een soort levenselixer. Passie en obsessie zijn zeker nodig in alpinisme en expedities zijn een manier om doelen op de limiet te realiseren.

" Last but not least beschrijft Ulrich Aufmuth de houding ten opzichte van het leven in de bergen als volgt: "We zijn merkbaar gelukkiger, levendiger en zorgelozer in de bergen dan in het dagelijks leven [...].”

Voorbereiden op extreme situaties

Extreme situaties worden meestal als extreem ervaren omdat ze je overvallen op een onvoorbereid moment, omdat ze je verrassen en omdat ze een overweldigende indruk nalaten.

Onderstaande kenmerken beschrijven wat ervaren bergbeklimmers typeert:

1. Ontwikkeling van mentale, fysieke en manuele vaardigheden, bijvoorbeeld beheersing van de nodige touwtechnieken,

2. Training van het lichaam en de aangeleerde (technische) vaardigheden om er ten allen tijde op terug te kunnen vallen,

3. Het juiste materiaal & uitrusting is goed voor de gemoedstoestand, maar is evenwel niet de enige sleutel tot succes en vereist vooral de juiste toepassing ervan.

Bergbeklimmers zullen het beamen; hoe beter je technische vaardigheden getraind zijn en hoe beter je mentale toestand is, des te meer kan je terugvallen en vertrouwen op je sporttechnische competenties en ervaring.

In de enquête werd vaak verwezen naar “Kalm blijven” als het ging om hoe je emoties kan beheersen in extreme of gevaarlijke situaties. Wat steeds terug komt: training, training & training. Dit zou kunnen door gevaarlijke situaties te simuleren, het trainen van bepaalde processen, mindfulness en uit je comfortzone stappen.

Stressmanagement kan door:

• cognitieve herstructurering (“Eigenlijk heb ik wel geluk gehad”);

• positieve zelfinstructie (“Blijf kalm en haal diep adem”);

• het bewust afstoppen van negatieve gedachten, zoals door je te concentreren op een bepaald punt, een handeling of ademhalingstechnieken (bv. buikademhaling of focussen op een constante ademhaling).

Wat te doen na een extreme gebeurtenis?

In de psychologie worden verschillende gesprekstechnieken gebruikt om stress na extreme gebeurtenissen onder controle te krijgen. Deze maatregelen zijn geen psychotherapie, maar dienen om de gezondheid van normaal reagerende, gezonde mensen na traumatiserende ervaringen te herstellen. Mitchell en Everly definiëren dergelijke situaties als volgt: "Elke situatie die bij een persoon emotionele reacties uitlokt die zo ongewoon sterk zijn dat deze het normaal functioneren van wie ermee geconfronteerd wordt, aantasten". Ze worden gekenmerkt door "een gevoel van machteloosheid", "hulpeloosheid" of "schuldbesef", een "identificatie met het slachtoffer", "hoge intensiteit van beleving" of een "bedreiging voor het eigen leven". Een persoon die aan een dergelijke situatie werd blootgesteld, heeft het soms moeilijk om terug te keren naar het dagdagelijkse leven omdat hij/zij een psychologisch trauma heeft opgelopen.

Dit trauma is een (normale) reactie op een enorme stresssituatie, maar het kan een individu wel enorm belasten. Zo'n acute stressreactie vertoont duidelijke symptomen (bijv. hartkloppingen, geheugenverlies, woede, agressie of angst), die optreden in de eerste minuten tot uren na de gebeurtenis en binnen 48 uur verdwijnen.

Oefening baart kunst

“Therapeutische gesprekken over traumatische ervaringen worden vaak ervaren als nuttig, maar ook als moeilijk en uitdagend. Veel patiënten vermelden dat ze erg bang zijn om de traumatische ervaringen opnieuw te beleven en erover te praten.”

Het gevoel van vertrouwen en empathie, evenals de competentie en neutraliteit van de onafhankelijke therapeut worden als nuttig ervaren. Over het algemeen zijn deskundigen het erover eens dat een voortdurend vermijden van traumatische ervaringen het risico op hervallen van traumagerelateerde bijwerkingen kan verhogen.

In het kader van directe "psychologische eerste hulp" (crisisinterventie) – bv. door bergreddingsdiensten – wordt onderscheid gemaakt tussen 2 gesprekstechnieken nl. "defusing" en "debriefing". Een "defusing" is een gestructureerde groepsdiscussie, die vaak direct na een emotioneel stressvolle gebeurtenis wordt uitgevoerd, zoals een ernstig berg- of lawine-ongeluk. Het dient vooral om de acute stresssymptomen op te vangen. Deze fase wordt gevolgd door de zogenaamde "debriefing". Dit gesprek volgt een paar dagen na de traumatiserende gebeurtenis. Het dient om een stressvolle gebeurtenis te verwerken en om zo de negatieve effecten te verminderen.

Als een dergelijk trauma pas na vier weken afneemt, spreekt men van een "acute stressstoornis". Als dit echter langer aanhoudt, is het een "posttraumatische stressstoornis". In dit geval is het essentieel om psychologische begeleiding of psychotherapie te zoeken die verder gaat dan de hierboven beschreven "psychologische eerste hulp". Onder begeleiding van een psycholoog of therapeut worden de sleutelscènes van de extreme situatie zorgvuldig herbekeken. De traumatische gebeurtenis en bijbehorende gevoelens, gedachten en lichamelijke gewaarwordingen worden steeds gedetailleerder beschreven en herhaald totdat een significante vermindering van de stressintensiteit optreedt.

Om traumatische ervaringen te verwerken, moet best de emotionele belasting worden aangepakt. Psychotherapie is de belangrijkste vorm van therapie voor stressstoornissen. Volgende factoren zijn belangrijk om beter om te gaan met extreme situaties in de bergen:

1. voorbereiding op stressvolle gebeurtenissen in extreme situaties (primaire preventie),

2. professionele ondersteuning onmiddellijk na een extreme situatie door reddingsteams (secundaire preventie),

3. laagdrempelige toegang tot psychotherapeutische of psychologische behandeling (tertiaire preventie).

Wie zich verder wenst te verdiepen in deze materie kan terecht in het herfstnummer 2021 van het magazine van de Alpine Club Salzburg "HochHinaus" op: t1p.de/hhextrem

Over de auteurs:

Dr. Kerstin Hödlmoser werkt als universitair hoofddocent aan de Paris-Lodron-Universiteit Salzburg. Ze is klinisch psycholoog, gezondheids- en sportpsycholoog en psychotherapeut voor gedragstherapie (kerstin. hoedlmoser@plus.ac.at)

Anna Beuster, M.Sc., voltooide haar studie psychologie aan de Universiteit Paris-Lodron in Salzburg. Ze werkt als psycholoog in de kinder- en jeugdpsychiatrie en volgt momenteel de opleiding tot psychologisch psychotherapeut.

Patricia Frytz, M.Sc.BA, werkt aan de Parijse Lodron Universiteit van Salzburg en de Universiteit van Leipzig. Ze is psycholoog en sportpsycholoog.

This article is from: