







RENSWOUDE – Het Leughtenpad is een route door een speelbos waar je kunt rennen, speuren, klimmen, klauteren, ontdekken en onderzoeken. Er zijn allerlei speelelementen te vinden. Elise (11), Xienna (11), Benthe (10) en Romy (7) komen er graag. Ze vertellen over het blotevoetenpad en het vlot bij de waterpoel.
MARISSA DIEPEVEEN
Xienna: ‘We staan met een caravan op camping “De Lucht”. We lopen vanaf de camping zo Het Leughtenpad op.’ ‘Ik ga graag naar Het Leughtenpad als we op de camping zijn. Er zijn heel veel activiteiten om te doen. Ik verveel me nooit’, vertelt Benthe.
Het blotevoetenpad ‘Ik trek voor het blotevoetenpad mijn laarzen en sokken uit. Je voelt het pad beter met je blote voeten’, zegt Romy. ‘Het blotevoetenpad bestaat uit 5 delen met een andere ondergrond. Het begint met boomstammen. De bovenkant voelt glad en vochtig aan mijn voeten. Ik vind het een grappig gevoel’, vertelt Xienna.
Over drempels en dennenappels Romy: ‘Ik loop over betonnen drempels heen. Ze voelen stevig onder mijn voeten. Het kriebelt ook een beetje door het grind in het cement. De drempels zijn rond van boven. Mijn voeten buigen eroverheen.’ Elise: ‘Ik loop over bosgrond. Er liggen dennenappels, naalden en blaadjes op. Ik voel het prikkelen onder mijn voeten.’
Een pad met steentjes ‘Ik loop over het deel met steentjes. De steentjes zijn best glad. Je voelt ze heel goed onder je voeten. Het doet soms een beetje pijn. Mijn voeten zijn het niet gewend. Het laatste deel is een kuil met water. Er staat op dit moment geen water in’, legt Benthe uit.
Lees verder over het vlot op pagina 3!
Een kidsrun in Kwintelooijen Hoe gaat een bloedafname?




Sietse zegt tegen Maartje: 'Ik zou willen dat ik in de middeleeuwen was.' Maartje vraagt: 'Waarom dan?' Sietse: 'Dan had ik niet zo veel geschiedenisles!'’

Fatima (11)




Peter wil graag helikopterpiloot worden. Als zijn eerste helikopterles begint, vraagt zijn leraar: 'Wat zijn die dingen die boven ons draaien?' Peter denkt eens na en antwoordt: 'Dat is de ventilator.' 'Nee, dat heb je fout’, antwoordt de leraar. Waarop Peter zegt: 'Nou ik wed dat als ik ze uitzet, u het heel warm krijgt!'


Sanne (9)

2 oenen willen vuur maken. Zegt de ene oen tegen de ander: 'Weet je zeker dat de lucifers het doen?'



























Zegt de andere: 'Ja hoor, ik heb ze allemaal uitgeprobeerd!'

Mark (8)




Waarom vliegen heksen op een bezem?
Youssra (11)
Omdat een stofzuiger te zwaar is.
Hoe ver kun je een tunnel inlopen?
Mohammed (11)
Wat kun je wel serveren, maar niet eten?
Marieke (10)

Tot de helft, want daarna loop je er weer uit. MAIL
Een tennisbal.
































































Lekker met water spelen
Xienna: ‘Je kunt ook verschillende wateractiviteiten doen bij Het Leughtenpad. Er zijn waterspuiten om elkaar nat te maken. Er is een visvijver. Er is ook een waterpoel.’ ‘Het is een grote speelplek waar vaak kinderen komen. De meeste kinderen spelen graag met water. Vooral als het mooi weer is’, zegt Elise.
Een vlot op het water ‘Ik kom heel graag bij de waterpoel. Er drijft een vlot op het water. Het vlot brengt je van de ene kant naar de andere kant van de waterpoel’, vertelt Xienna. Benthe: ‘Het is belangrijk dat je in het midden van het vlot gaat staan. Het vlot gaat schuin als je op een hoek van het vlot gaat staan.’


Evenwicht vinden
Romy: ‘Ik ga het liefst alleen op het vlot. Ik ben licht. We gaan dit keer alle 4 op het vlot. Het vlot staat laag en een beetje schuin. Er loopt water over de schoenen van Elise heen. We moeten ons gewicht beter verdelen. Het vlot ligt rechter op het water als het in evenwicht is.’
RENSWOUDE – Leerlingen van groep 6 van basisschool De Stifthorst kregen vanwege de landelijke Boomplantdag een les over het leven in het bos. Rob en zijn vrouw Ria gaven de les. Ze hadden verschillende opgezette dieren en andere materialen uit het bos bij zich. TEKST EN FOTO'S: MARISSA DIEPEVEEN

Sitara
merelnestje zien. Het mandje zorgt ervoor dat het merelnestje heel blijft.
Ria: ‘Het Kasteelbos in Renswoude is een lindebos. De lindebomen in het Kasteelbos zijn ongeveer 200 jaar oud. Het bos is een thuis voor verschillende dieren. Het bos is ook belangrijk voor verschillende planten en schimmels. Er groeien mossen om het water in de grond vast te houden voor de bomen en planten.’
Dieren schuilen in het bos Sitara: ‘Het bos is belangrijk voor grote dieren zoals reeën. De reeën knabbelen aan de blaadjes van de bomen. De reeën kunnen schuilen in het bos.’ ‘Het bos is ook belangrijk voor kleine dieren zoals eekhoorns. Eekhoorn bouwen hun nest hoog in de boom waar de stam en een tak splitsen’, zegt Liam.

Naar de overkant ‘We trekken onszelf op het vlot naar de overkant door aan het touw te trekken. Je pakt het touw met 1 hand vast. Je trekt de hand aan het touw naar je toe. Je pakt het touw nu met je andere hand vast. Je trekt deze hand ook naar je toe. Het vlot gaat steeds verder naar voren over het water’, legt Elise uit.

Rob, Yoni

Vogels, insecten en amfibieën Yoni: ‘Er leven verschillende vogels in het bos zoals bosuilen en spechten. Ze zitten op de takken. Vogels vinden er allerlei insecten om te eten. Ze eten ook de besjes van de bomen. Vogels slapen en bouwen vogelnesten in de bomen.’ Sitara: ‘Er leven ook padden en salamanders in het bos. Zij eten ook insecten.’
Spelen met fantasie of opdrachten Xienna: ‘Er is nog veel meer te doen. Er een uitkijktoren, een groot spinnenweb en een vleermuizenrek. Er is voor iedereen wat leuks te doen. Je kunt overal je eigen fantasie gebruiken.’ Elise: ‘Je kunt voor € 3,00 ook een opdrachtenboekje met een schepnet en een rugzak vol spulletjes halen bij de receptie van de camping.’

Rob,
AMFIBIEËN
Gewervelde, koudbloedige dieren met een naakte en vrij gladde huid zoals een kikker. Ze leven zowel in het water als op het land.
Insecten eten van het hout. Sitara laat de sporen zien.
Beschadigde bomen ‘Het is belangrijk dat mensen de bomen niet beschadigen. Een beschadigde bast van een boom kan ziek worden. Het werkt net als een wond in je huid die gaat ontsteken’, legt Ria uit. ‘Een zieke of dode boom wordt opgegeten door de paddenstoelen, schimmels en insecten zoals kevers in het bos’, zegt Yoni.
Levi: ‘We mailen 1 keer per week op dinsdagmiddag. Sam en Amelia mailen ons in het Engels. We lezen hun mail en reageren in het Engels. Szymon en ik kunnen al best goed Engels.’ ‘Het was een idee van onze juf Rianne. Zij kent de moeder van Sam en Amelia’, zegt Szymon.
Even wennen
Szymon: ‘Ik vind het erg leuk om in het Engels te mailen. Ik vind het ook een beetje spannend. Ik mail met kinderen die ik nog niet echt ken.’ Levi: ‘Ik moest even wennen aan het mailen in het Engels. Ik vind het inmiddels echt leuk. Ik leer over Sam en Amelia en hun leven.’


in het Engels

Vertellen over hobby’s ‘Sam en Amelia gaan niet naar school. Ze krijgen thuis les van hun moeder. Sam houdt van tekenen. Amelia houdt van dansen, zingen en koken.’, legt Levi uit. Szymon: ‘Ik heb Sam en Amelia verteld over mijn hobby’s voetballen en vissen. Levi en ik leren Sam en Amelia soms Nederlandse woorden zoals hallo.’
Hulp van de juf
Levi: ‘Het meeste van de Engelse mails begrijpen we zelf. Onze juf Daniëlle helpt ons met de moeilijke delen.’ Szymon: ‘Levi en ik overleggen met juf Daniëlle wat we terugsturen. We doen ongeveer 15 of 20 minuten over het sturen van een mail. We sluiten de mail af met “Bye”. Dat betekent doei.’

tekst
1 of 2 keer door. Begrijp je net als Levi en Szymon wat Sam en Amelia mailen? Schrijf op waarover jij denkt dat hun bericht gaat. Ken je nog niet genoeg Engels? Geen probleem! Een volwassene kan jou helpen.
We think it’s pretty fun to e-mail with Levi and Szymon. The communication is going pretty good. Levi and Szymon actually speak English pretty well. We also learn new Dutch words. We speak a different language. We also live in a different time zone. Other than that we have more in common than differences with Levi and Szymon.
Levi and Szymon are learning about what we do in our life. We’ve shared there were 5 tornadoes in our area. We’ve explained that the tornadoes did not touch our house in St. Charles County. We’re excited to learn more of the Dutch language. We’re looking forward to getting to know Levi and Szymon better. They sound like nice people.
Sam and Amelia






KWINTELOOIJEN – De Kwintelooijen Run werd dit jaar op zaterdag 13 april gehouden. Deelnemers konden 5, 10 of 15 kilometer hardlopen door Kwintelooijen. Er werd voor kinderen ook een kidsrun van 1 kilometer georganiseerd. David (9) deed mee aan de kidsrun. David vertelt hoe de kidsrun voor hem ging. TEKST: MARISSA
David: ‘Ik had voor de kidsrun een voetbalwedstrijd. Het voetballen was een goede warming-up voor de kidsrun. Ik vind een goede warming-up belangrijk. Mijn benen voelen met koude spieren nog aan alsof ik stijf of bevroren ben. Mijn spieren zijn door het voetballen al warm en soepel geworden. Ik kan beter rennen met warme spieren.’
De start
Alle deelnemers doen samen voor de start nog een dansje op het lied voor de Koningsspelen. ‘Ik voel me zenuwachtig. Ik wil zo graag een podiumplek halen. Mijn keel wordt helemaal droog. Het dansen helpt om te ontspannen en op te warmen voor de start. We gaan klaar staan. Ik begin na het startschot zo snel mogelijk te rennen’, zegt David.
Positieve gedachten geven energie
David: ‘Ik probeer direct bij de voorste 3 renners te blijven. Ik word helaas onderweg door een paar renners ingehaald. Het helpt mij niet om te balen. Ik denk niet aan mijn vermoeidheid. Ik denk juist aan het podium. Die gedachte geeft mij energie voor een eindsprint.’
De finish
‘Ik haal verschillende renners in. Ik lig tweede. Ik wil persé de voorste renner ook nog inhalen. Hij ligt jammer genoeg te ver voor me. Ik kom daardoor als tweede over de finish. Ik vind de tweede plek ook knap. Ik mag een medaille halen. Ik krijg ook nog een beker. Ik voel me supertrots.’
RENSWOUDE – De leerlingen van de groepen 7 van basisscholen De Borgwal en de Stifthorst speelden tegen elkaar tijdens het jaarlijkse schoolvoetbaltoernooi. De leerlingen spelen in jongensteams en meidenteams. Elk team heeft 6 spelers in het veld en 1 keeper. Joey (10), Sophie (11) en Tim (11) mochten keepen tijdens het toernooi. TEKST: MARISSA DIEPEVEEN
Joey: ‘Ik vind het erg leuk om te keepen. Ik ben ook keeper bij voetbalvereniging Renswouw. Ik wil tijdens het toernooi zoveel mogelijk ballen tegenhouden. Het toernooi is voor mij geslaagd als dat lukt.’ ‘Ik keep ook graag. Je bent als keeper echt belangrijk voor je team’, zegt Sophie.
Ballen tegenhouden ‘Je geeft je team meer kans om te winnen als je veel ballen tegenhoudt’, legt Sophie uit. Tim: ‘Ik vind het leuk om naar een bal van de tegenstander te duiken. Ik let heel goed op de bal, de ogen en de voeten van de tegenstander. Ik weet daardoor in welke richting ze willen schieten.’
Verschillende keepers Sophie: ‘Ik ben de vaste keeper van mijn meidenteam. Ik sta iedere wedstrijd in het doel. Ik wilde dat graag. Mijn team vond het goed.’ ‘Mijn team heeft geen vaste keeper. Ik en een andere speler uit mijn team keepen om en om een wedstrijd. Ik kan de andere wedstrijden lekker voetballen’, vertelt Tim.

Tim: ‘Ik vind keepen minder leuk als we een slechtere tegenstander hebben. Ik sta dan veel stil.’
Een bal doorlaten
Joey: ‘Ik laat in 1 wedstrijd 2 ballen door. Ik voel me teleurgesteld. Ik zet het van me af voor de volgende wedstrijd begint. Ik denk er niet meer aan. Mijn team helpt mij door positieve dingen te roepen als het keepen goed gaat. Ze roepen bijvoorbeeld “lekker”. Dat geeft me weer een goed gevoel.’
EDERVEEN – De Nieuwkomersschool is een school waar leerlingen naartoe gaan die uit een ander land naar Nederland zijn gekomen. Zij moeten eerst de Nederlandse taal en cultuur leren kennen voordat ze de lessen op een gewone basisschool kunnen volgen. Achmed (9), Illia (10), Gamal (10) en Maria (11) vertellen over de Nieuwkomersschool. TEKST: MARISSA DIEPEVEEN

Gamal voor het bord met platen van het programma LOGO. De afbeeldingen helpen om de woorden te begrijpen.

Achmed zit voor het bord waar de leerlingen de kleuren leren in het Nederlands.

Achmed: ‘Ik ben ongeveer 2 jaar geleden uit Oekraïne naar Nederland gevlucht.’ Illia: ‘Ik ben ook 2 jaar geleden uit Oekraïne naar Nederland gevlucht.’
Gamal: ‘Ik kom uit Jemen. Ik ben ongeveer 2 jaar geleden via Saoedi-Arabië naar Nederland gevlucht.’
Maria: ‘Ik kom uit Syrië. Ik ben eerst naar Turkije gevlucht. Ik ben sinds 4 maanden in Nederland.’
Verschillende talen spreken
Achmed: ‘Er zitten in totaal 10 leerlingen in onze groep. Er zijn een paar Oekraïense kinderen bij.’ ‘Onze klasgenoten komen uit 6 verschillende landen. We spreken verschillende talen zoals Turks, Russisch, Arabisch, Oekraïens en Syrisch. Sommige leerlingen spreken ook een beetje Engels’, zegt Illia.
Praten in de klas
Illia: ‘De regel is dat iedereen in het klaslokaal Nederlands probeert te praten. We hebben 2 juffen in de klas. De juffen praten Nederlands. Ze verstaan een beetje Turks en Russisch.’ Het komt voor dat de juffen en een leerling elkaar niet begrijpen. De andere leerlingen helpen als ze dat kunnen. Ze gebruiken een vertaal-app als dat nodig is.
Woordenschat en andere vakken
Gamal: ‘We werken veel aan onze Nederlandse woordenschat. We hebben iedere dag de vakken taal en lezen.’ Illia: ‘We oefenen de woorden die we leren met het programma LOGO op de computer. We rekenen en lezen.’ ‘We hebben ook vakken zoals knutselen, tekenen en gym’, zegt Maria.
Met plezier naar school ‘Ik vind het fijn om met meer Oekraïense leerlingen op dezelfde school te zitten. Ik kan op het schoolplein even zonder moeite met hen praten’, legt Achmed uit.
Maria: ‘Ik zat in Turkije ook op school. Mijn klasgenoten zeiden daar dat ik terug moest naar mijn geboorteland Syrië. Ik voel me welkom op de Nieuwkomersschool. Mijn klasgenoten zijn hier mijn vrienden.’
Achmed en Illia helpen elkaar veel. Ze verstaan elkaars moedertaal. FOTO’S: GOVERT GOVERS

VEENENDAAL – Zaadbommetjes zijn kleine ronde balletjes van aarde, klei en zaadjes. Je kunt de zaadbommetjes in de natuur gooien. De zaadjes zullen door regenwater gaan ontkiemen en uitgroeien tot nieuwe bloemen of planten. Tomas (11) legt samen met zijn oma Maria uit hoe je heel makkelijk zelf zaadbommetjes maakt. TEKST EN FOTO’S: MARISSA DIEPEVEEN
‘Maria: ‘We hebben verschillende zakjes met zaadjes. Deze zaadjes zijn speciaal voor bloemen waar vlinders en bijen op afkomen. We hebben in een bakje 5 schepjes gezeefde potgrond en 4 schepjes bentoniet gedaan.’


Tomas: ‘Ik heb een zakje met bijenbloemenzaadjes gekozen. Ik doe het in het bakje met de potgrond en klei. Oma doet er 2 schepjes water bij. Ik roer het goed door elkaar. Het mengsel moet plakkerig worden.’
‘Je kunt het mengsel het beste met je handen verder kneden. Het mengsel moet nu een beetje voelen als een deegje wanneer je koekjes bakt’, legt Maria uit. Tomas: ‘Je kunt er extra water bij doen als het nog te droog voelt.’


‘Mijn mengsel is klaar. Het is plakkerig genoeg om balletjes van te maken. Ik pak steeds een klein beetje van het mengsel in mijn hand. Ik rol het tussen mijn handen tot een balletje’, vertelt Tomas.
Tomas: ‘Mijn zaadbommetjes zijn nu klaar. Ik leg de zaadbommetjes in de kuiltjes van een lege eierdoos. Er staan al veel planten in de tuin bij mij thuis. Er is nog 1 plek waar minder planten staan. Ik denk dat ik de zaadbommetjes daarin gooi.’


BENTONIET
Kleipoeder. Je koopt dit bijvoorbeeld in een tuincentrum.
EDE – De leerlingen van groep 5 van basisschool Calluna werken een aantal weken aan het thema China. Het thema komt ook terug in een kookles. De leerlingen maken samen Chinese noedelsoep. Iedereen helpt mee en mag daarna een bakje noedelsoep eten. Nora (9) en Louk (8) leggen uit hoe zij de noedelsoep maken.
STAP 1: Nora: ‘We snijden eerst de groenten die we gaar willen koken in de soep. We snijden de champignons, de wortels, de prei en de sperziebonen.’ ‘We snijden alles zo fijn mogelijk. De groenten koken dan sneller gaar’, vertelt Louk.

STAP 3: Louk: ‘We doen nu voorzichtig de stukjes champignons, wortel, prei en sperziebonen in de pan met kokend water.’ Nora: ‘De groenten koken nu zacht en gaar in de bouillon. De smaak van de bouillon trekt in de groenten.’

STAP 5: Sanne: ‘Ik tik de schil van de eieren kapot op iets hards zoals de tafel. Ik kan de eieren nu pellen. We doen de gepelde eieren in een grote kom.’ Jackie: ‘Ik snijd de eieren eerst door met een mes. We prakken de eieren verder fijn met een vork.’

STAP 7: Louk: ‘We krijgen allemaal een bakje noedelsoep. We lopen langs de kommetjes met groenten, kruiden, gember en limoen. Ik knijp limoen in mijn soep. Ik vind zure smaken lekker.’ ‘De bouillon smaakt zoutig en een beetje zoet door de wortel’, zegt Nora.

water bouillonblokjes (wok)noedels gember limoen champignons prei
wortels sperziebonen zeekraal bosuitjes taugé peterselie koriander

STAP 2: ‘Er staan 2 grote pannen met heet water op de kookplaat. We brokkelen de bouillonblokjes fijn boven de pan met water’, zegt Louk. ‘We doen 3 bouillonblokjes in de kleinere pan en 5 in de grotere pan. De bouillon moet even koken’, legt Nora uit.

STAP 4: ‘We maken ondertussen de rest van de groenten en kruiden klaar. Deze groenten en kruiden hoeven niet gekookt te worden’, zegt Louk. Nora: ‘We plukken de peterselie en de koriander van de takjes.’

STAP 6: ‘De limoen is in partjes gesneden. We stampen de gember fijn in een vijzel. We doen het daarna in een kommetje’, zegt Nora. Louk: ‘De andere groenten en kruiden zijn ook in kommetjes gedaan.’

Het leuke van dit recept is dat je het naar je eigen smaak kan maken. Je kiest zelf hoeveel water en bouillonblokjes je wilt gebruiken. Je kiest ook zelf hoeveel groenten en kruiden je in de soep wilt.
Nora: ‘Je kunt ook andere soorten groenten in de noedelsoep doen. Ik denk dat pompoen lekker is in de noedelsoep.’ Louk: ‘Je kunt kiezen voor meer zoute of meer zoete ingrediënten. Ik doe er nog meer wortel in. De wortel zorgt voor meer kleur in de noedelsoep.’
WAGENINGEN – Waterschap Vallei en Veluwe zorgt voor de watergangen in onze regio. Bevers kunnen in of langs de oevers van deze watergangen leven. Bevers zorgen soms voor uitdagingen. Het waterschap houdt de bevers daarom goed in de gaten. Chris (10), Raoul (10) en Sil (10) mochten mee op pad om te zien hoe het waterschap dit doet en waarom. TEKST EN FOTO'S: MARISSA DIEPEVEEN
Chris, Raoul en Sil lopen door een waterrijke wijk waar verschillende beversporen te zien zijn. Britt is ecoloog en weet heel veel over bevers. Britt vertelt: ‘Bevers komen liever niet zo dicht bij de mensen. De wat rustigere natuurgebieden raken alleen een beetje vol. De bever zoekt daarom nieuwe plekken om te leven.’
Over bevers
Chris: ‘Bevers houden zich overdag schuil voor mensen. Ze zijn vooral actief in de vroege ochtend of late avond.’ Isabeau is ook ecoloog. Isabeau: ‘Ik heb een kaart met de watergangen in deze regio. Het waterschap weet dat de bevers op verschillende plekken in en langs deze watergangen zitten door bijvoorbeeld beversporen. Beversporen zijn in deze wijk duidelijk te zien.’

Poep is ook een aanwijzing dat er bevers zijn. Raoul, Sil en Chris bekijken de beverpoep. Er zitten heel veel houtvezels in.

Een bever heeft op de hoek van de oever een onderwaterburcht gemaakt. Er liggen allemaal takken op.


Knaagsporen
‘We zien als eerste knaagsporen van een bever. Een boom is een stuk boven de grond doorgeknaagd. Er liggen allemaal grote houtsnippers omheen’, zegt Raoul. Sil vertelt: ‘Bevers eten graag hout. Ze eten het liefste zacht hout en de bast van bomen zoals wilgen. Ze hebben lange sterke knaagtanden.’
Beverglijbanen
Chris: ‘We komen verderop bij een stuw in een watergang. De bevers kunnen door de stuw niet verder zwemmen. De bevers moeten uit het water komen. De bevers gaan aan de andere kant van de stuw het water weer in.’ Raoul: ‘De bevers maken hierdoor ingesleten paadjes. Je noemt dit een beverglijbaan.’
Geursporen
‘Bevers maken van hun leefomgeving een territorium. Ze beschermen hun leefomgeving tegen andere bevers. Bevers laten geursporen achter om duidelijk te maken dat het hun plek is. Britt heeft geursporen gevonden. Het ziet eruit als een hoopje oud riet en modder. We mogen het allemaal ruiken. Het ruikt heel apart’, vertelt Raoul.

De bevers kunnen via de beverglijbaan tussen het riet heen en weer om de stuw heen.


Hier heeft een bever een boom om geknaagd. Er liggen grote houtsnippers omheen.
WATERGANGEN
Stroken land waar water doorheen loopt zoals rivieren en sloten.
ECOLOOG
Een wetenschapper die onderzoek doet naar de relaties tussen planten, dieren en hun omgeving.
BEHEERDER
Een medewerker die het onderhoud van de dijken en de watergangen regelt door bijvoorbeeld het gras te maaien.
Bevergeluiden
Sil: ‘Bevers hebben een grote platte staart om zichzelf te sturen in het water. Ze kunnen er ook heel hard mee op het water slaan. Bevers laten elkaar daarmee weten dat er gevaar dreigt.’ Britt: ‘Je kunt het knagen aan de bomen ook goed horen. Bevers zijn verder stille dieren. Ze piepen en grommen wel naar elkaar.’
Beverburchten
‘Bevers kunnen een onderwaterburcht graven in de dijken of oevers van de watergangen. De ingang van een onderwaterburcht is een gat onder het wateroppervlak’, vertelt Chris. Britt: ‘Je ziet er vaak takken liggen. Een onderwaterburcht met gangen en kamers kan meerdere meters breed en hoog zijn.’ ‘Een beverburcht kan voor uitdagingen zorgen. Dijken of oevers zouden zonder ingrijpen beschadigd kunnen raken en instorten’, zegt Isabeau.
Oplossingen
Het waterschap wil een goede plek voor bevers zonder gevaar voor mens en natuur. Carina is beheerder bij het waterschap. Carina legt uit: ‘We zoeken naar beverburchten door met prikstokken te voelen of er gaten in de dijken of wallen zitten. We zoeken naar oplossingen als dat nodig is. We maken dan bijvoorbeeld de gaten dicht. We mogen bevers niet vangen. Bevers zijn beschermde dieren.’
De bevers zwemmen door de watergangen van Wageningen naar Veenendaal en Renswoude. Het waterschap houdt in de gaten waar de bevers hun territorium gaan maken.
Renswoude

Veenendaal
Wageningen Ede
VEENENDAAL – 1 april, kikker in je bil! We halen op 1 april vaak grapjes uit bij elkaar. Heb jij wel eens een 1 aprilgrap uitgehaald of ben je weleens in de maling genomen? We vroegen het aan vijf leerlingen van basisschool Wereldkidz De Vlieger. TEKST EN FOTO’S:
‘Ik heb mijn zus voor de gek gehouden met een emmer koud water boven de deur. Mijn zus deed de deur open en liep naar buiten. De emmer viel van de deur. Mijn zus kreeg een plens water over zich heen. Ze rende daarna achter mij aan met een bezem.’


‘Ik liet twee jaar geleden mijn tante schrikken door een nep kakkerlak in haar shirt te doen. Ze rende wel tien keer rond de kamer. Ze moest bijna huilen van de schrik. Ik deed dit jaar dezelfde grap bij mijn moeder. Zij schrok gelukkig minder en kon erom lachen.’
Heb jij wel eens een 1 aprilgrap uitgehaald?
De letters in de gele balk vormen het antwoord. Mail dit antwoord, samen met je voornaam, leeftijd en het telefoonnummer van je ouder(s) of verzorger(s), naar: ANTWOORD@JONG0318.NL
We verloten de prijs onder de goede inzendingen. Alleen de winnaar krijgt bericht.
‘Mijn klasgenoten en ik hebben een leuke
1 aprilgrap bedacht voor de juf. We hebben een Oreo koekje opengemaakt en er tandpasta tussen gedaan. De juf vond het heel vies toen ze het opat. We moesten allemaal heel hard lachen. De juf lachte ook.’


‘Ik werd twee jaar geleden zelf in de maling genomen door de juf. Ze vertelde ons dat er een gevaarlijk insect in de klas was dat jeuk veroorzaakte. We moesten een suikerklontje in onze sok doen om geen jeuk te krijgen. Iedereen deed het. De juf vertelde daarna dat het een 1 aprilgrap was.’
‘Ik vind het leuk om grappen te maken. Ik haalde op 1 april een grap uit bij mijn vader. Ik stopte heel veel zout in zijn koffie. Hij nam een slok. Hij riep: "Bah, wat is dit?" Ik vond het heel grappig. Mijn vader vond het iets minder leuk.’

Wat doen de voeten van Romy over de ronde drempel? (PAGINA 1)
Wie knabbelen aan de blaadjes van de bomen in het bos? (PAGINA 3)
Waarvan houdt Amelia naast zingen en koken? (PAGINA 4)
Wat wil David heel graag halen? (PAGINA 5)
Waarop oefenen de leerlingen van de Nieuwkomersschool de woorden van het programma LOGO? (PAGINA 6)
Wat kun je het beste kneden met je handen? (PAGINA 7)
Wat kookt sneller als het klein is gesneden? (PAGINA 8)
De geursporen van een bever zien eruit als een hoopje oud riet en …?
(PAGINA 9)
Wat voor een nep beest deed Hadile in het shirt van haar tante?
(PAGINA 10)
Wat zet de moeder van Esmee in een contract?
(PAGINA 11)
Wat gaat het laboratorium doen met het bloed van Niene?
(PAGINA 12)
Waarvan kunnen er meer gebouwd worden met het geld van de sponsorloop?
(PAGINA 12)
HET ANTWOORD VAN DE PUZZEL VAN MAART IS COMPLIMENTEN DE WINNAAR IS DYLLAN (8) ! Wil je nog meer puzzelen? Kijk dan eens op PUZZELCORNER.NL voor meer leuke puzzels! SUSANNE VEENENDAALEDE – Sandra is de moeder van Esmee (12). Sandra werkt als sales medewerker bij CTS IT in Ede. Sales is het Engelse woord voor verkoop. Esmee: ‘CTS IT verkoopt aan klanten computers, laptops en computeraccessoires. CTS IT zorgt ook voor de computernetwerken en de beveiliging. Mijn moeder heeft veel contact met de klanten.’ TEKST: MARISSA DIEPEVEEN
Esmee: ‘De afdeling sales bestaat uit mensen in de buitendienst en in de binnendienst. De buitendienst medewerkers gaan naar klanten toe om te praten over de wensen van een klant. Mijn moeder zit in de binnendienst. Zij krijgt op kantoor het wensenlijstje van de klant. Mijn moeder maakt daarvan een voorstel of contract voor de klant.’
Voorstellen en contracten maken ‘Het voorstel gaat over de spullen die de klant wil kopen. De klant wil weten wat de spullen gaan kosten. Het contract gaat over de diensten van CTS IT. Dit gaat bijvoorbeeld over de beveiliging van het netwerk van de klant. Mijn moeder zet de afspraken en kosten in het contract’, legt Esmee uit.
COMMERCIËLE Dat gaat over handel en winst maken.

Sandra en Esmee voeren een gesprek in de vergaderruimte. Sandra overlegt hier regelmatig met collega’s.
Bellen met klanten
Esmee: ‘De mensen van de buitendienst bespreken het voorstel of contract met de klant. Mijn moeder regelt alles wat de klant nodig heeft zodra de klant akkoord is. Ze belt met klanten als er vragen zijn. Ze wordt heel vrolijk van de leuke gesprekken met klanten. Ze vertelt thuis enthousiast over haar werk.’

Esmee kijkt mee op de werkplek van Sandra. Sandra werkt veel met de computer en de telefoon. FOTO’S: GOVERT GOVERS
Welke opleiding doe je voor deze baan?
Sandra: ‘Ik heb onder andere een commerciële opleiding gedaan. Ik ben daarna begonnen als telefoniste. Ik heb bij CTS IT steeds meer over computers geleerd. Ik kon daardoor sales medewerker worden.’
Meedenken en oplossen
‘Het is handig dat mijn moeder wat van computers weet. Ze begrijpt dan beter wat klanten willen. Het is voor klanten fijn als je spontaan bent aan de telefoon. Je moet accepteren dat een klant soms “nee” zegt. Er zit weleens iets tegen. Het is handig als je dan snel een oplossing kunt bedenken’, zegt Esmee.
VEENENDAAL – Er zijn verschillende beroepen in het onderwijs. Je kent natuurlijk de juffen en meesters. Weet jij ook wat een onderwijsassistent, een directeur of een intern begeleider doet? We vroegen 3 leerlingen van basisschool het Baken in Veenendaal naar hun gedachten.

Taco (12): ‘Ik denk dat een onderwijsassistent lessen geeft en luistert naar de meester. Soms schrijft een onderwijsassistent ook dingen op die hij moet onthouden. Het lijkt me leuk om op een school te werken. Het lijkt me minder leuk dat je alleen in het weekend vrij bent.’
Onderwijsassistenten
Ze zorgen er samen met leraren voor dat alles soepel verloopt in de klas.

Jamie (11): ‘Ik heb zelf een intern begeleider gehad. Ik heb door mijn autisme en ADHD meer rust nodig op school. Ik ging tijdens een schoolreisje samen met de intern begeleider in een apart groepje. Ik denk dat dat ook de taak is van een intern begeleider: kinderen zoals ik helpen.’
Intern begeleiders helpen leerlingen als er extra zorg nodig is op school. Ze praten ook met leraren en ouders. Ze zorgen er samen voor dat het voor iedereen mogelijk is om goed te leren.

Edona (10): ‘Een schoolleider komt soms in de klas kijken of de meester of juf het goed doet. Hij voert ook veel gesprekken en regelt dingen zoals een nieuw toestel voor het schoolplein. Ik zou geen schoolleider willen worden. Het lijkt me saai om de hele dag achter een computer te zitten.’
Schoolleiders nemen belangrijke beslissingen. Ze zorgen ervoor dat alles op school goed verloopt voor de leraren en de leerlingen. Ze werken aan een veilige plek met goed onderwijs.

Niene is gaan zitten op de grote stoel

De medewerker van het laboratorium pakt de vinger van Niene vast.
EDE – Niene (6) is in Ziekenhuis Gelderse Vallei in Ede. Ze moet haar bloed laten controleren. Niene laat daarvoor wat van haar bloed afnemen. Bloed afnemen kan op verschillende manieren. Niene legt uit hoe een bloedafname via de vinger gaat. TEKST: MARISSA DIEPEVEEN
De moeder van Niene meldt Niene eerst aan via een scherm. De medewerkers van het laboratorium weten nu dat Niene er is. Ze krijgt een bonnetje met een nummer erop. Niene: ‘Ik moet een tijdje wachten in de wachtruimte. Mijn nummer verschijnt op het scherm in de wachtruimte. Er staat ook naar welke kamer ik moet.’
Een kinderkamer
Niene: ‘Er zijn verschillende kamers waar bloed af wordt genomen. Het ziekenhuis heeft ook een speciale kamer voor kinderen gemaakt. De kinderkamer heeft leuke dingen om je af te leiden zoals een tablet met filmpjes. De kinderkamer is dit keer niet vrij. Ik ga in een gewone kamer op de grote stoel zitten. Mijn moeder houdt mijn hand vast.’
De bloedafname
‘Ik strek mijn arm uit en kies een vinger voor de bloedafname. De medewerker van het laboratorium zet een klein apparaatje op mijn vinger. De prik duurt maar een paar tellen. De medewerker drukt daarna in mijn vinger. Druppels bloed gaan in een buisje. Het laboratorium kan mijn bloed nu onderzoeken’, vertelt Niene.
EDE – Je kunt in Nederland altijd schoon water halen uit de kraan. Kinderen in sommige arme landen moeten wel een uur lopen om bij een waterput te komen voor water. De leerlingen van groep 5, 6 en 8 van de Veldhuizerschool in Ede wilden deze kinderen graag helpen. De leerlingen deden mee aan de sponsorloop ‘Wandelen voor Water’. TEKST: SUSANNE VEENENDAAL
Sifra (12) vertelt: ‘We gingen eerst langs huizen om geld in te zamelen. Ik vertelde mensen over onze sponsorloop om andere kinderen te helpen. Mensen konden geld geven via een QR-code of door contant te betalen.’ ‘Met het geld kunnen er meer waterputten gebouwd worden in arme landen. Het is belangrijk dat iedereen genoeg water heeft’, zegt Ezra (12).

De leerlingen wandelen 6 kilometer met water in hun rugzakken. FOTO’S: EIGEN BEELD VELDHUIZERSCHOOL

De kinderkamer voor bloedafnames.


De medewerker van het laboratorium pakt de vinger van Niene vast.
Het is zo voorbij
Niene: ‘Ik krijg een watje op mijn vinger. Ik kies een pleister van een flamingo voor op mijn vinger. Ik vind het bloed afnemen niet zo fijn. Het is nodig om te weten of je slechte cellen in je bloed hebt. De medewerkers leggen goed uit wat ze doen. Het is zo voorbij. Ik mag als laatste nog een kaartje uitzoeken als beloning. Ik kies een kaartje met kittens.’

Iedereen heeft de sponsorloop gered. De leerlingen hebben samen meer dan € 4.000,- opgehaald.
De wandeling
De sponsorloop zelf vond plaats op 22 maart. De kinderen liepen 's ochtends tijdens schooltijd een wandeling van 6 kilometer. Ze droegen flesjes water in hun rugzak. Isaäc (9): ‘Ik kreeg echt pijn in mijn voeten tijdens en na het wandelen. Ik vind het zo erg dat sommige kinderen elke dag met water moeten lopen.’
Een hoge opbrengst
De opbrengst van de sponsorloop was geweldig. De leerlingen haalden meer dan € 4.000,- op. ‘Ik vind het fijn dat we op deze manier konden helpen’, vertelt Isaäc. Emy (8) zegt: ‘Ik wil dit vaker doen. We kunnen met meer geld nog meer waterputten laten bouwen. Dat zou ik fantastisch vinden!’