4 6 9 11
FEIJENOORD — De leerlingen van Sterrenschool de Globetrotter krijgen iedere vrijdag een warme lunch op school. Kok Ralph van Stichting VoedselEducatie010 maakt de lunch. Leerlingen van Sterrenschool de Globetrotter helpen kok Ralph. Aras (9) en Miraç (10) maken met kok Ralph linzensoep, brood en een salade voor alle leerlingen. Tekst: Lotte Keuzenkamp
Aras: ‘We koken voor 200 leerlingen.’ ‘Ik vind het heel leuk om kok Ralph te helpen’, zegt Miraç. Ze beginnen met het maken van brood. ‘We moeten het deeg goed kneden voordat het de oven in kan’, zegt Aras.
Gezonde salade ‘We maken een gezonde salade. In onze gezonde salade zitten verschillende groentes. Ik leer van kok Ralph hoe ik voorzichtig een komkommer in stukjes snijd. Ik snijd de komkommer eerst in de lengte doormidden. Ik leg de 2 stukken komkommer daarna neer en snijd ze voorzichtig in plakjes’, vertelt Miraç. Aras maakt een dressing voor de salade. ‘De dressing is de saus voor de salade. Ik maak de dressing van azijn en kruiden’, vertelt Aras.
Het eten uitdelen
Miraç: ‘Ik vind het eten uitdelen het leukst. Ik vind het leuk om langs alle klassen te gaan.’
Aras: ‘We geven aan iedere leerling een kopje soep en een stukje brood. We zetten bij ieder groepje leerlingen een bordje fruit en een bordje salade.’ Miraç: ‘De leerlingen die de soep heel lekker vinden, mogen nog een kopje soep komen halen.’
Dijken stevig en sterk houden
Zelf een schip bouwen
2.500 Rotterdamse thuiszitters
Een bijzondere zwemschool
Miraç en Aras koken met kok Ralph. Foto’s: Arjen Jan Stada
THEMA: KINDERBOEKENWEEK
De meester vraagt aan de klas: ‘Waarvoor zijn rubberen handschoenen bedoeld?’
Jantje zegt: ‘Ik weet het! Dat is om je handen te wassen zonder dat ze nat worden!’ Mohamed (10)
2 politieagenten botsen met hun auto tegen een boom. Zegt de ene agent tegen de andere: ‘Zo, dit is wel de snelste keer dat we op de plek van het ongeval zijn!’
Mehdi (10)
‘Ik rende vandaag hard weg voor de conducteur in de trein’, zegt Jantje tegen zijn moeder. Moeder vraagt: ‘O, en wat gebeurde er toen?’ Jantje antwoordt: ‘Toen hij me had ingehaald vond hij het niet leuk dat ik gewoon een kaartje had.’
Eva (12)
Wat krijg je als je een postduif kruist met een specht?
Een vogel die post aflevert en op de deur klopt als hij er is.
Dominique (11)
Ken je die mop over die mummie?
Die is heel ingewikkeld.
Yara (12)
Wat is het toppunt van geduld?
Op je hoofd gaan staan en wachten tot je sokken afzakken.
Mila (9)
Ik moet van de juf een boek lezen. Maar de boeken in de bieb zijn supersaai.
Dus heb ik zelf een boek geschreven. Vol met spanning en avontuur!
Wat knap!
avontuur boekenweek dichter gedicht goud grappig griffel
hoofdstuk illustrator kinderboek kinderjury leesteken lettergreep penseel prentenboek schrijver thema titel zilver zin
antwoord van de woordzoeker van september is: SCHILDER. De winnaar is Xavi (12) Gefeliciteerd!
Laat me raden: je gaat nu je eigen verhaal lezen!
Michiel van de Vijver Jong010 wordt mede mogelijk gemaakt door:
Zoek de paraplu's in de kinderkrant!
Kun jij ze allemaal vinden? Vul hier het aantal in:
Nee. Ik weet precies wat er gaat gebeuren. Supersaai!
Heb jij een tip voor Jong010?
redactie@jong010.nl
Lees alle kranten op onze website: www.jong010.nl
JONG010 - OKTOBER 2024
JAARGANG 15 - EDITIE 2
OPLAGE: 38.000 KRANTEN
Hoofdredacteur: Suzanne Huig
Journalisten: Marloes Brouwer, Lot Derks, Lotte Keuzenkamp, Amy van Loon, Jesse Wagenvoord
Fotografen: Fleur Beerthuis, Peter Snaterse, Arjen Jan Stada
Vormgeving: Marcel van den Assem
Redactiemedewerker: Sasja Hof
ROTTERDAM – Ahmed
Aboutaleb: ‘Ik ben gestopt als burgemeester van Rotterdam.
Ik vind het jammer, maar het is goed dat iemand anders mijn taken overneemt. De gemeenteraad heeft een nieuwe burgemeester gekozen. Carola Schouten is de nieuwe burgemeester van Rotterdam.
Wat wil jij tegen de nieuwe burgemeester zeggen?’
Tekst en foto’s: Suzanne Huig
A HMED A BOUTALEB
‘Ik vind het belangrijk dat iedereen genoeg eten en drinken heeft. Sommige mensen hebben niet genoeg geld om boodschappen te doen. Ik hoop dat u die mensen kunt helpen.’
‘Ik vind het belangrijk dat alle plekken in Rotterdam bereikbaar zijn voor alle Rotterdammers. Ik vind daarom dat mensen gratis moeten kunnen reizen in de stad. Ik hoop dat u daarvoor kunt zorgen.’
‘Ik ga met een taxi naar school. Ik ben vaak lang onderweg door de files. Ik mis daardoor lessen op school en ben ’s middags laat thuis. Kunt u ervoor zorgen dat taxi’s die leerlingen vervoeren langs files mogen rijden?’
‘Ik zie soms mensen ruziemaken op straat. Ik vind dat niet fijn. Ik vind het belangrijk dat het veilig is op straat. Ik hoop dat u ervoor kunt zorgen dat het veilig blijft op straat.’
‘Kinderen rennen vanaf een speeltuin soms zo de straat op. Ik vind dat gevaarlijk. Ik vind daarom dat er hekken om speeltuinen gezet moeten worden. Ik hoop dat u daarvoor kunt zorgen.’
‘Ik vind het belangrijk dat u extra uw best doet voor arme mensen in de stad. U kunt er misschien voor zorgen dat alle arme mensen een huis, eten en drinken hebben.’
‘Op sommige scholen zijn er te weinig juffen en meesters. Ik vind het belangrijk dat alle Rotterdamse leerlingen een goede juf of meester hebben op school. Ik hoop dat u ervoor kunt zorgen dat er meer juffen en meesters komen.’
‘Kinderen die in een rolstoel zitten kunnen vaak niet meespelen in een speeltuin. Ik vind dat niet eerlijk. Ik hoop dat u ervoor wilt zorgen dat er meer plekken komen waar kinderen met een beperking kunnen spelen.’
Wat wil jij tegen de nieuwe burgemeester zeggen?
‘Roken en vapen is ongezond. Ik vind het belangrijk dat jongeren niet gaan roken of vapen. Ik hoop dat u sigaretten en vapes kunt verbieden in Rotterdam.’
Foto: Gemeente Rotterdam / Marc Nolte
ROTTERDAM – Stans
Goudsmit is de Rotterdamse kinderombudsvrouw. Ze controleert of iedereen in Rotterdam zich aan de kinderrechten houdt. In Rotterdam gaan ongeveer 2.500 kinderen niet naar school. Ze gaan bijvoorbeeld niet naar school omdat ze ziek zijn, wachten op zorg of wachten op een passende plek op een school. Kinderen die langer dan 4 weken niet naar school gaan of niet op een school staan ingeschreven worden thuiszitters genoemd. De kinderombudsvrouw heeft onderzocht hoe het voor thuiszitters is om niet naar school te gaan. Ze sprak met thuiszitters, hun ouders en professionals. Uit het onderzoek blijkt dat thuiszitters niet krijgen waar ze volgens hun kinderrechten recht op hebben. Tekst: Suzanne Huig
PROFESSIONALS
Mensen die er vanuit hun beroep iets mee te maken hebben.
Kinderombudsvrouw Stans. Foto: PinkPepper
‘Een groot deel van de thuiszitters krijgt geen onderwijs. Veel thuiszitters wachten lang op een passende plek op school. Of op de zorg die ze nodig hebben. En als thuiszitters zorg krijgen, krijgen ze vaak geen onderwijs. Thuiszitters horen vaak niets meer van hun school. Ze voelen zich daardoor eenzaam en hebben weinig contact met vrienden. Thuiszitters hebben een groter risico om zonder diploma van school te gaan. Ook gezinnen van thuiszitters kunnen in de problemen komen. Ouders kunnen bijvoorbeeld geldproblemen krijgen als ze minder kunnen werken om er voor hun kind te zijn’, vertelt kinderombudsvrouw Stans.
Kinderombudsvrouw Stans maakte een lijst met adviezen voor scholen en de gemeente Rotterdam.
Lees alle adviezen op de website orr.nl/thuiszitters-wie-zit-ermee
ROTTERDAM – Thomas (11) ging
bijna 2 jaar niet naar school.
Thomas: ‘Ik vond het niet leuk om thuis te zitten. Ik wilde bij een klas horen zoals andere kinderen.’
Tekst: Suzanne Huig / Foto: Debbie Kleijn
‘Ik moest op school met een computerprogramma werken dat ik niet goed begreep. Ik kreeg daar geen goede hulp bij. Ik kreeg daardoor het gevoel dat ik dom was terwijl ik hoogbegaafd ben. Ik raakte mijn zelfvertrouwen kwijt. Ik had het gevoel dat ik er alleen voor stond’, vertelt Thomas.
Recht op onderwijs ‘Alle kinderen hebben volgens de kinderrechten recht op inclusief onderwijs. Ik vind daarom dat scholen en de gemeente Rotterdam actie moeten ondernemen zodat thuiszitters wel onderwijs kunnen krijgen. Ook als ze niet naar school kunnen. Ik vind het belangrijk dat er samen met thuiszitters naar oplossingen wordt gezocht’, zegt kinderombudsvrouw Stans.
Niet fijn voelen op school
Thomas: ‘Ik voelde me niet fijn op school. Ik wilde daardoor steeds vaker niet naar school. Ik wilde bij mijn moeder blijven omdat ik me bij haar wel fijn voelde. Mijn vader bracht mij 2 jaar geleden op de eerste schooldag van het schooljaar naar school. Ik rende in paniek achter hem aan toen hij wegging. Ik wilde niet op school blijven. Ik ben die dag naar huis gegaan. Ik ben de weken daarna een aantal uur per dag naar school gegaan. Mijn moeder of mijn vader bleef dan op school. Ik voelde me helaas steeds minder fijn op school. In de herfstvakantie van dat schooljaar is besloten dat ik niet meer naar school ging.’
ROTTERDAM – Neserin (9) ging 2 jaar niet naar school. ‘Ik vond het heel erg om niet naar school te gaan. Ik miste mijn klasgenoten’, zegt Neserin. Tekst: Suzanne Huig / Foto: Debbie Kleijn
Neserin: ‘Ik kwam in groep 3 in een klas met 34 andere leerlingen. Het was altijd druk in mijn klas. Ik werd daardoor ook druk. Ik moest na 2 maanden terug naar groep 2 omdat ik te druk was. Ik kreeg het gevoel dat ik niet goed genoeg was. Ik werd ook gepest op school. Ik voelde me boos en verdrietig op school. Ik liep daarom soms weg uit de klas of verstopte me op school. De leraren zeiden dat ik daardoor niet kon leren op school. Ik kwam daardoor thuis te zitten en maakte thuis mijn schoolopdrachten.’
Eenzaam thuis
‘Ik zat bijna 2 jaar thuis. Ik keek thuis filmpjes op YouTube en speelde met mijn LEGO. Ik vond het niet leuk om thuis te zitten. Ik had thuis niemand om mee te spelen of om mee samen te werken. Mijn vrienden gingen naar school dus ik kon niet met hen afspreken. Ik voelde me eenzaam. Ik had het gevoel dat ik nergens meer bij hoorde’, vertelt Thomas.
Hulp gekregen en weer naar school
‘Ik heb hulp gekregen om met lastige dingen om te gaan. Ik heb daardoor weer zelfvertrouwen gekregen. Ik heb geleerd om weer naar school te kunnen zonder dat mijn moeder of vader op school hoeft te blijven. Ik ga sinds dit schooljaar naar de middelbare school B!TS. Dat is een school speciaal voor kinderen die thuis hebben gezeten. Ik oefen op deze school om weer naar school te gaan. Het doel is om over een paar maanden naar een gewone middelbare school te gaan. Ik ben heel blij dat ik weer naar school ga’, zegt Thomas.
Verdrietig, eenzaam en buitengesloten ‘Ik zat 2 jaar thuis. Ik voelde me verdrietig toen ik niet naar school ging. Ik voelde me eenzaam doordat ik mijn klasgenoten niet zag. Ik had het gevoel dat ik werd buitengesloten doordat ik niet mee mocht met klassenuitjes. Ik ging bijvoorbeeld niet op schoolreisje terwijl mijn vrienden wel op schoolreisje gingen’, vertelt Neserin.
Weer naar school Neserin: ‘Ik ga sinds dit schooljaar weer naar school. Ik ga nu naar een school voor kinderen die een beetje extra hulp nodig hebben. In mijn klas zitten maximaal 9 andere kinderen. Ik kan me goed concentreren doordat er niet veel kinderen bij mij in de klas zitten. Ik vind het heel leuk dat ik weer naar school ga en nieuwe dingen leer. Ik vind het ook heel leuk dat ik weer vrienden kan maken.’
ROTTERDAM – Zussen Jolie (12) en Esmée (9) hebben astma. Jolie: ‘Astma is een ziekte aan je longen. We voelen ons niet ziek. We zijn alleen sneller benauwd doordat we astma hebben.’ Tekst: Suzanne Huig
Je lichaam heeft zuurstof nodig. Je longen halen zuurstof uit de lucht. De lucht die je inademt, gaat via je luchtpijp naar je 2 longen. In je longen gaat de lucht door kleine buisjes. Die buisjes geven de lucht door aan kleine blaasjes. Die blaasjes zorgen ervoor dat de zuurstof in je bloed terechtkomt. Je bloed stroomt door je lichaam en brengt zo je zuurstof rond. ‘Als je astma hebt, zijn je longen een beetje ontstoken. Je kunt daardoor soms minder goed ademen. Je voelt je dan benauwd’, legt Jolie uit.
Gevoelige longen
‘Ontstoken longen zijn heel gevoelig. Onze longen kunnen daardoor minder goed tegen bijvoorbeeld stof, rook, planten of haren van dieren. Ik krijg bijvoorbeeld het gevoel dat ik geen adem kan halen als ik in een stoffige ruimte ben’, zegt Esmée. Jolie: ‘Mijn longen zijn ook gevoeliger voor inspanning. Ik heb bijvoorbeeld last van mijn astma als ik traploop of sport.’
Medicijnen innemen
‘We gebruiken medicijnen zodat we minder last hebben van onze astma. We ademen de medicijnen in met een puffer. De medicijnen komen daardoor gelijk in onze longen terecht’, legt Esmée uit. Jolie: ‘Ik neem iedere ochtend en iedere avond medicijnen in. Ik neem extra medicijnen in als ik moeite heb met ademhalen.’ Esmée: ‘Ik neem alleen medicijnen in als ik moeite heb met ademhalen.’
INHALATOR (PUFFER)
Een apparaat om medicijnen toe te dienen waarbij het medicijn wordt ingeademd.
Doktersbezoek en fysiotherapie
Esmée: ‘We gaan 3 keer per jaar naar het ziekenhuis. De dokters kijken dan hoe onze longen werken en of de medicijnen nog goed werken.’ Jolie krijgt iedere week fysiotherapie om beter met haar astma om te leren gaan. ‘Ik oefen bij de fysiotherapie om zo goed mogelijk adem te halen. Ik oefen bijvoorbeeld om dieper vanuit mijn buik adem te halen. Ik kan daardoor steeds langer traplopen of sporten zonder benauwd te worden’, vertelt ze.
Jolie en Esmée laten hun inhalator zien.
Fonds Kind & Handicap helpt kinderen en jongeren met een handicap of chronische ziekte.
Een handicap is een beperking waardoor je sommige dingen niet zo goed kunt.
Allergisch voor noten en pinda’s De zussen zijn allebei ook allergisch voor noten en pinda’s. ‘We krijgen uitslag en zwellingen als we de producten binnenkrijgen. We kunnen ook in een shock raken waardoor we geen adem kunnen halen. Dat is heel gevaarlijk’, zegt Esmée. Jolie: ‘We proberen ervoor te zorgen dat we de producten niet binnenkrijgen. We kijken bijvoorbeeld altijd op de verpakking van een product wat erin zit. We hebben allebei een EpiPen voor als we toch iets binnenkrijgen waarvoor we allergisch zijn. Een EpiPen is een spuit die je in je been kunt prikken als je een allergische reactie krijgt. De spuit brengt een stofje in je lichaam dat ervoor zorgt dat de allergische reactie stopt.’
Een chronische ziekte is een ziekte die minimaal 3 maanden duurt, steeds terugkomt of niet genezen kan worden.
De organisatie geeft bijvoorbeeld geld om hulpmiddelen te kopen, voorlichting te geven of onderzoek te doen.
Jolie en Esmée.
Foto’s: Peter Snaterse
2 EpiPennen.
GELD SPAREN
ROTTERDAM – De kans is kleiner dat je later geldproblemen krijgt als je al op jonge leeftijd met geld leert omgaan. Je kunt je geld maar 1 keer uitgeven. Je moet daarom goed nadenken wat je ermee doet.
Tekst: Suzanne Huig
Sparen betekent dat je geld bewaart voor later. Het is handig om te sparen. Je hebt dan altijd wat geld dat je kunt gebruiken als je iets wilt kopen of iets moet betalen. Sommige mensen weten precies waarvoor ze sparen. Ze sparen bijvoorbeeld voor iets leuks wat ze willen hebben of iets leuks wat ze willen doen. Je kunt ook sparen zonder dat je al precies weet waarvoor je spaart. Je maakt dan een spaarpotje voor als je ineens iets wilt kopen of als je ineens iets moet betalen.
€ 25,00 : € 2,50 = 10. Ze moet 10 weken sparen totdat ze de step kan kopen.
Ze moet nog € 25,00 sparen. € 2,00 + € 0,50 = € 2,50. Ze ontvangt € 2,50 per week.
Antwoord: € 49,95 – € 24,95 = € 25,00.
ROTTERDAM – De waterschappen in Nederland zorgen ervoor dat de Nederlandse dijken veilig blijven. Waterschap Hollandse Delta zorgt voor de dijken in Charlois, Feijenoord, IJsselmonde, Rozenburg, Hoogvliet en Pernis. Celina en Arie werken bij waterschap Hollandse Delta. Ze leggen uit wat zij doen om ervoor te zorgen dat dijken stevig en sterk blijven. Tekst: Jesse Wagenvoord
Celina: ‘Dijken beschermen Nederland tegen overstromingen. Je kunt op de website WWW.OVERSTROOMIK.NL opzoeken hoe hoog het water bij jouw huis komt te staan bij een overstroming.’ ‘Als er geen dijken zouden zijn, zouden veel dingen onder water komen te staan’, zegt Fabian (12). ‘Stadion De Kuip zou bijvoorbeeld onder water staan als er geen dijken zouden zijn’, zegt Jabin (5).
Gevaren voor dijken
Lynn (8): ‘Dijken worden van klei gemaakt. Klei is stevig en breekt niet snel.’ Ze bespreken de gevaren voor dijken. ‘Bevers zijn een groot gevaar voor dijken. Bevers maken veel schade aan dijken doordat ze gangen in dijken graven’, zegt Fabian. ‘Droogte is ook een gevaar voor dijken. In een dijk kunnen scheuren ontstaan als de klei te droog is’, zegt Jabin.
Lina (10) spaart om een stuntstep te kopen. De stuntstep kost € 49,95. Ze heeft op haar bankrekening € 24,95 staan. Ze krijgt van haar ouders € 2,00 zakgeld per week. Ze laat 1 keer per week de hond van de buren uit. Ze verdient daarmee € 0,50 per week.
Hoeveel weken moet ze haar zakgeld en het geld dat ze verdient sparen totdat ze de step kan kopen?
Ze testen het materiaal dat dijkwachten gebruiken. Foto’s: Arjen Jan Stada
Gaten en scheuren
Arie: ‘Dijkwachten lopen regelmatig langs dijken om dijken te controleren.’ Julie (8): ‘Dijkwachten zoeken naar gaten en scheuren in een dijk. Ze repareren gaten en scheuren snel met een soort kleikorrels.’ Sabeau (7): ‘De kleikorrels worden in een gat of scheur gestopt.’ Fabian: ‘De kleikorrels worden veel groter als ze nat worden. De korrels drukken een gat of scheur dan dicht. Een dijk is dan weer veilig.’
Een dijk verstevigen
Celina: ‘We testen elke 12 jaar of een dijk nog sterk genoeg is. We maken de dijken die niet meer goed zijn sterker. We versterken dijken dan bijvoorbeeld met een damwand. Een damwand is een soort muur van staal.’
Waterschap Hollandse Delta is 1 van de 21 waterschappen in Nederland.
Kijk voor meer informatie en opdrachten op WWW.WSHD.NL/EDUCATIE. Ook voor ouders en leerkrachten!
Naam:
Arie laat klei zien.
Gebruik de ruimte hieronder om de som uit te rekenen.
ROTTERDAM – Marieke van Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) Rijnmond reageert iedere maand in Jong010 op een vraag of een probleem van een leerling of klas. Ze beantwoordt deze maand de vraag van Amy (9). Tekst: Suzanne Huig
Marieke beantwoordt ingestuurde vragen.
Foto: Peter Snaterse
ergens mee?
Stuur een mail naar REDACTIE@JONG010.NL
Of stuur een brief naar Jong010, Postbus 13037, 3004 HA Rotterdam.
ROTTERDAM – Jacey (16) haar huis heeft 3 jaar geleden in brand gestaan. Ze kon samen met haar moeder en broertje op tijd vluchten doordat een rookmelder in huis afging. Brandweerman Olof bluste samen met andere brandweerlieden de brand in Jacey haar huis. Jacey en brandweerman Olof vertellen over de brand. Tekst: Suzanne Huig
Jacey: ‘Ik had een hoverboard. Dat is een soort elektrisch skateboard. Ik had mijn hoverboard ’s middags in de woonkamer in de oplader gedaan om op te laden. Ik ben vergeten om de oplader uit het stopcontact te halen. Mijn hoverboard is ’s nachts in brand gevlogen.’ Brandweerman Olof legt uit hoe dat kan gebeuren: ‘Accu’s van elektrische apparaten kunnen beschadigen doordat ze vallen of ergens tegenaan stoten. Je ziet die beschadiging vaak niet. Maar de beschadiging kan ervoor zorgen dat de accu sneller oververhit raakt en in brand vliegt. Accu’s hebben vaak ook een maximale oplaadtijd. Een accu kan oververhit raken als hij langer dan de maximale tijd wordt opgeladen. Kijk op de website www.iklaadaccuraat.nl hoe je accu’s veilig kunt opladen.’
Amy: ‘Waarom krijgen kinderen prikken tegen ziektes?’
Hoi Amy,
In Nederland krijgt ieder kind de mogelijkheid om prikken tegen ziektes te halen. Die prikken noemen we vaccinaties. Kinderen krijgen een berichtje als ze een prik kunnen komen halen. Meestal worden veel kinderen tegelijkertijd uitgenodigd voor een vaccinatiedag.
Antistoffen aanmaken
Je krijgt bij een vaccinatie eigenlijk een heel klein beetje van een ziekte ingespoten. Je lichaam gaat daardoor stofjes aanmaken die tegen de ziekte kunnen vechten. Je noemt die stofjes antistoffen. Als je na de vaccinatie wordt besmet met de ziekte kunnen die antistoffen tegen de ziekte vechten. De ziekte krijgt daardoor geen kans om je ziek te maken.
Beschermen tegen ernstige ziektes
De ziektes waarvoor je vaccinaties krijgt zijn vaak ernstige ziektes. Sommige ziektes kunnen er bijvoorbeeld voor zorgen dat je lichaam niet meer helemaal goed werkt. En aan sommige ziektes kun je zelfs overlijden. De vaccinaties beschermen je tegen de ziektes. Bijna alle kinderen in Nederland krijgen de vaccinaties. De ziektes komen daardoor bijna niet meer voor in Nederland.
Groetjes Marieke
Jacey laat een foto zien van de brandschade.
Gered door de rookmelder
Jacey: ‘We hadden gelukkig een rookmelder beneden hangen. Mijn moeder is wakker geworden door de rookmelder. Zij is beneden gaan kijken en zag dat de woonkamer in brand stond. Ze riep naar mij dat er brand was. Ik heb mijn broertje gepakt en ben naar beneden gegaan. We moesten door een dikke laag rook naar buiten. Ik heb het gezicht van mijn broertje tegen mijn borst aangehouden zodat hij zo min mogelijk rook inademde.’ ‘Het is verplicht om op iedere etage in huis een rookmelder te hebben. Een rookmelder gaat piepen als er rook in de buurt is. Je hebt 3 minuten om te vluchten en jezelf in veiligheid te brengen als een rookmelder gaat piepen. Jullie zijn dankzij het piepen van de rookmelder op tijd gevlucht’, vertelt brandweerman Olof.
Geluk en verdriet
Brandweerman Olof kwam met 3 brandweerteams naar het huis om de brand te blussen en de 2 honden die nog boven waren te redden. ‘De brand was snel geblust. Maar we hebben de dieren helaas niet kunnen redden. Ze hadden te veel rook ingeademd’, vertelt brandweerman Olof. Jacey: ‘Het is heel verdrietig dat we onze honden zijn verloren bij de brand. Maar we hebben veel geluk dat we zelf veilig zijn buitengekomen. Mijn moeder is sinds de brand voorzichtiger met opladers. Ze houdt alle opladers en elektrische apparaten goed in de gaten.’
Heb jij een vraag aan Marieke of zit je
Jacey met brandweerman Olof voor haar huis. Foto’s: Peter Snaterse
HILLEGERSBERG-SCHIEBROEK – Op het schoolplein van basisschool Eduard van Beinum is een voedselbos aangelegd. ‘Ons voedselbos is een bos dat bestaat uit 30 eetbare planten’, zegt Niklas (8). Tekst en foto’s: Suzanne Huig
Mae (9): ‘In het voedselbos groeien bijvoorbeeld aardbeien, appels, honingbessen en rabarber.’ Liv (9): ‘Bij iedere plant staat een kaartje met daarop informatie over de plant. We kunnen op het kaartje zien welk deel van de plant we kunnen eten.’ ‘Je kunt van een muntplant het blad en de bloem eten’, zegt Niklas. ‘Je kunt van de amandelboom alleen de noten eten’, zegt Robin (9).
Verse producten
Aris (9): ‘We eten de producten uit ons voedselbos samen op.’ Tijn (8): ‘De producten uit ons voedselbos zijn heel vers. Ze smaken lekkerder dan producten uit de supermarkt.’
Robin: ‘Dat komt omdat de producten uit de supermarkt worden bespoten met middeltjes. Wij spuiten geen middeltjes op de producten uit ons voedselbos.’
FEIJENOORD – Leerlingen van basisschool Beatrix bezochten het Techniekhuis op Zuid. De leerlingen leerden appelsap maken. Tekst en foto’s: Jesse Wagenvoord
Mayson (10): ‘We maken appelsap van appels. Je maakt fruitsap door het fruit te persen.’ ‘We leren dat je kracht moet gebruiken om druk te zetten. Je kunt door de druk sap uit fruit krijgen. Je hebt heel veel verschillende soorten krachten. Ik gebruik vandaag de spierkracht in mijn armen om de appels te persen’, vertelt Cem (10).
in stukjes.
De leerlingen in het voedselbos.
Samenwerken in de tuin
Niklas: ‘Ieder schooljaar verzorgen andere leerlingen het voedselbos. De leerlingen die het voedselbos verzorgen halen bijvoorbeeld het onkruid in het voedselbos weg.’
Liv: ‘Het is belangrijk dat het onkruid wordt weggehaald. Het onkruid neemt anders te veel plek in. Er blijft dan te weinig plek over voor de planten om te groeien.’ Amal (8): ‘We leren in de tuin om samen voor iets te zorgen. We leren daardoor goed samenwerken.’
Schillen en snijden
‘We beginnen met het schillen van de appels. Ik wil geen stukjes schil in het appelsap’, zegt Coco (10). ‘We leren schillen met een mesje. Ik vind het best moeilijk om met een mesje appels te schillen’, zegt Adenya (11). ‘We snijden de appels daarna in stukjes. We raspen de stukjes appel met een rasp in nog kleinere stukjes. We kunnen de kleine stukjes straks makkelijker persen’, vertelt Cem.
Adenya knijpt sap uit de appels en Coco raspt de stukjes appel.
De leerlingen beginnen met het maken van het appelsap.
De leerlingen hebben uiteindelijk hun eigen appelsap.
Persen maar
De leerlingen testen zelf uit welke manier van persen het beste werkt. ‘Ik doe de appelstukjes in een netje. Ik knijp met mijn handen zo hard mogelijk in het netje. Ik pers het sap uit de appels met de druk die mijn handen zetten’, legt Adenya uit. ‘Coco en ik proberen de appels te persen met een lijmklem. Ik vul een koker met stukjes appel’, zegt Mayson. Coco: ‘Op de koker komt een deksel. We draaien een klem steeds strakker tegen het dekseltje aan. Je krijgt sap door de druk van het dekseltje.’
Mayson schilt de appels en Cem snijdt de appels
ROTTERDAM – Isaï (10) is een zwemtalent. Hij zwemt bij zwemvereniging NieMo Barracuda. Hij is dit jaar met zijn team een niveau omhoog gegaan. Het team gaat volgend jaar naar de eredivisie van het zwemmen. Tekst: Jesse Wagenvoord / Foto’s: Fleur Beerthuis ‘Ik oefen tijdens de zwemtraining allerlei zwemslagen. Ik doe bijvoorbeeld de schoolslag, de borstcrawl, de rugcrawl en de vlinderslag. Ik vind de borstcrawl het leukst om te doen. Je haalt tijdens de borstcrawl je armen om de beurt naar voren in het water. Je trappelt ondertussen met je benen. Ik oefen ook verschillende afstanden. Ik zwem afstanden van 50 meter tot 800 meter. Ik ben het best in korte afstanden zwemmen. Je moet bij korte afstanden sprinten. Ik vind het leuk om heel hard te gaan’, vertelt Isaï.
op voor
In de prijzen Isaï: ‘Ik heb elke zaterdag een zwemwedstrijd. Ik ga met mijn team naar wedstrijden. Ik zwem tijdens een wedstrijd meestal 3 verschillende afstanden en slagen. De snelste zwemmer wint de wedstrijd. Ik win best vaak een prijs met zwemmen. Ik heb 5 gouden medailles en 1 zilveren medaille gewonnen op het Nederlands Kampioenschap. Ik vind het leuk om een prijs te winnen.’
CENTRUM – Zwemschool de Toekomst is een bijzondere zwemschool. Kinderen met een beperking leren zwemmen bij de zwemschool. Tekst: Jesse Wagenvoord
Ajshe is de oprichtster van de zwemschool. Ajshe: ‘Kinderen met of zonder beperking kunnen bij ons komen zwemmen. We kijken per kind wat hij of zij nodig heeft. We vinden altijd een manier om een kind te leren zwemmen.’
Kleine groepjes
‘Ik vind het leuk om bij Zwemschool de Toekomst zwemles te krijgen. Ik leer heel veel tijdens de zwemlessen’, zegt Riyansh (8). Riyansh hoort niet goed door zijn gehoorproblemen. ‘Ik vind het fijn dat ik op deze zwemschool in een klein groepje leer zwemmen. Ik kan de zwemmeester daardoor goed volgen. Ik kan tijdens de zwemles liplezen wat de meester zegt. Ik heb Zwemdiploma A en Zwemdiploma B. Ik wil later misschien bij de reddingsbrigade om mensen te redden’, vertelt Riyansh.
Jayden.
De wereld rond
‘We gaan met ons zwemteam ook naar het buitenland voor wedstrijden. We gaan bijvoorbeeld naar Duitsland, België en zelfs naar Suriname. Ik vind het altijd gezellig om met mijn team op pad te gaan. Mijn droom is om later naar de Olympische Spelen te gaan’, zegt Isaï.
Riyansh en Yekta laten trots een zwemdiploma zien.
Structuur en complimentjes
Yekta (12) heeft autisme. Yekta: ‘Ik vind het heel nuttig om te leren zwemmen. Ik wil graag zo goed leren zwemmen dat ik ook in de zee kan zwemmen. Ik vind het fijn dat we bij deze zwemschool vaak dezelfde opdrachten doen. Ik vind structuur fijn. De meester motiveert ons tijdens de lessen heel goed. Hij geeft veel complimenten. Ik zwem met leeftijdsgenoten en andere kinderen met autisme. Ik begrijp kinderen met autisme goed.’
Samen leren zwemmen
Jayden (8) heeft autisme en is non-verbaal. Non-verbaal betekent dat Jayden niet praat. Hij zwemt samen met zijn moeder. Jaydens moeder praat voor Jayden. ‘Jayden is gek op zwemmen. Jayden kan zichzelf door zwemles nu goed redden in het water. Ik help Jayden bij deze zwemschool met zwemmen. Jayden begrijpt mijn korte instructies goed. We vinden het fijn dat deze zwemschool goed kijkt naar wat Jayden nodig heeft om te leren zwemmen’, vertelt de moeder van Jayden.
Foto’s: Arjen Jan Stada
Isaï warmt zich
de training.
Isaï tijdens een training in het water.
EREDIVISIE
De hoogste klasse binnen een sport.
Wat is jouw lievelingsboek met daarin een eigenwijs personage?
ROTTERDAM – De Kinderboekenweek is van 2 oktober tot en met 13 oktober. Het thema van de Kinderboekenweek is ‘Lekker eigenwijs’. Tijdens de Kinderboekenweek is er extra aandacht voor boeken met eigenwijze personages. Wat is jouw lievelingsboek met daarin een eigenwijs personage?
Tekst en foto’s: Suzanne Huig
‘Ik vind het boek ‘Juf Braaksel en het geheimzinnige plan’ een leuk boek. Het verhaal gaat over een lieve juf die ontslag heeft genomen. Leerlingen Lucas, Thijs, Milou en Lotte vertrouwen het niet en gaan op onderzoek uit. Ze zijn heel eigenwijs.’
‘Ik vind het boek ‘Gozert’ een leuk boek. Het boek gaat over Ties en zijn vriend Gozert. Ties is de enige die Gozert kan zien en horen. Gozert is heel eigenwijs. Hij heeft allerlei plannen waardoor Ties in de problemen komt.’
‘Ik vind het boek ‘De vreselijke tweeling’ heel leuk. Het boek gaat over de tweeling Max en Lot. Ze zijn heel eigenwijs. Ze maken bijvoorbeeld een drankje waarmee ze hun vader in een hond veranderen.’
PERSONAGE Iemand uit een boek of film die niet echt bestaat.
‘Ik vind alle boeken van de serie ‘Juf Braaksel’ heel leuk. De hoofdpersonen Thijs en Lotte zijn heel eigenwijs en doen allemaal dingen die niet mogen.’
‘Ik vind het boek ‘Oorlogsgeheimen’ een mooi boek. Het gaat over de Tweede Wereldoorlog. Een hoofdpersoon is eigenwijs omdat hij zijn beste vriend verraadt uit jaloezie.’
Wat is de voornaam van de nieuwe burgemeester van Rotterdam?
PAGINA 3
Hoe voelde Thomas zich thuis? PAGINA 4
Hoe heet de ziekte waarbij je longen een beetje ontstoken zijn?
PAGINA 5
Hoe heet het als je geld bewaart voor later? PAGINA 6
Waarin had Jacey haar hoverboard gedaan om op te laden? PAGINA 7
Hoe heet het bos met eetbare planten? PAGINA 8
Wat leren de leerlingen van basisschool Beatrix te maken bij Techniekhuis op Zuid? PAGINA 8
Wat is jouw lievelingsboek met daarin een eigenwijs personage?
BOEKENBON TER WAARDE VAN 15 EURO
Het antwoord van de puzzel van september is: OMBUDSVROUW. De winnaar is Youp (9) Gefeliciteerd!
Welke zwemslag vindt Isaï het leukst om te doen? PAGINA 9
Wat gebruiken de leerlingen om gaatjes in het hout te maken? PAGINA 11
Waar tekenden de deelnemers de vierde les? PAGINA 11
Wat bestaat uit 45 raadsleden?
PAGINA 12
De antwoorden op de vragen vind je in deze krant!
Jody (9)
Imani (12)
Lilly (9)
Yara (9)
Lloyd (10)
CENTRUM – De leerlingen van groep 8 van basisschool de Mozaìek bezochten het Maritiem Museum. Ze leerden van alles over het bouwen van schepen. Tekst: Jesse Wagenvoord ‘Vikingen maakten meer dan 1.000 jaar geleden de schepen van hout’, vertelt Evy (12). Jelte (12): ‘Schepen worden nu vaak van metaal gemaakt. De smid verhit metaal en slaat het dan met een hamer in de goede vorm voor een schip.’
Boren en schroeven
De leerlingen maken zelf een boot van houten plankjes. ‘Alle houten plankjes hebben al de goede vorm. Wij maken van de plankjes een schip’, vertelt Elin (12). ‘We gebruiken een boormachine en schroeven om de plankjes aan elkaar te maken. We maken met een boormachine gaatjes in het hout. We draaien de schroeven daarna makkelijk in de gaatjes’, vertelt Sven (12). ‘Ik kijk eerst goed waar de schroeven moeten komen. Ik zet kruisjes op de plekken waar de schroeven moeten komen. Ik zorg er daardoor voor dat het schip netjes en recht wordt’, zegt Lucas (12).
Een goed schip
De leerlingen weten waar je op moet letten bij het maken van een goed schip. ‘Het schip mag niet te zwaar worden. Een schip zinkt als het te zwaar is. Een schip moet daarom van licht materiaal worden gemaakt’, zegt Jolijn (12). ‘Je maakt een schip sneller door aan de voorkant van het schip een scherpe punt te maken. Een scherpe punt snijdt door het water. Het schip wordt door de scherpe punt minder tegengehouden door het water’, legt Sven uit. Lara (12): ‘Een schip moet ook waterdicht zijn. Een schip zinkt als er veel water in komt.’
KRALINGEN – Tekenares Steffanie le Sage gaf een cursus botanisch tekenen aan kinderen in de Trompenburg tuinen. De cursus bestond uit 6 lessen. De deelnemers tekenden de vierde les in de woestijnkas. Tekst en foto’s: Jesse Wagenvoord ‘We leren bij de cursus botanisch tekenen om planten, kruiden en bloemen te tekenen. We tekenen nu cactussen’, zegt Madelief (11). De leerlingen beginnen de les met tekenoefeningen. ‘Ik oefen om verschillende vormen te tekenen. Ik oefen ook met het potlood hard en zacht op het papier drukken. Je krijgt een lichtere kleur door minder hard te drukken. Ik kan wat ik leer tijdens de oefeningen straks gebruiken voor mijn cactustekening’, vertelt Fenna (7).



De eerste schets De leerlingen tekenen in een woestijnkas vol met cactussen. ‘We kiezen eerst een cactus om na te tekenen. Ik kies een cactus met een blauwe bovenkant. Blauw is mijn lievelingskleur’, zegt Elina (8). ‘Ik kijk of er makkelijke vormen in de cactus zitten die ik ga tekenen. Ik zie bijvoorbeeld cirkels en ovalen. Ik schets eerst de vormen die ik zie’, vertelt Madelief.
Madelief maakt eerst met potlood een schets van haar cactus.
Schaduw met kleuren ‘Ik kleur na het schetsen mijn tekening in met kleurpotlood. Ik gebruik lichtgroen en donkergroen. Ik gebruik donkergroen om schaduw te maken in de tekening’, zegt Fenna. Elina: ‘Je kunt ook schaduw maken met 1 kleur. Je drukt zacht op het potlood voor de lichte stukken. Je drukt harder voor de donkere schaduw stukken.’ ‘Ik wrijf aan het einde met mijn vinger over de tekening. Ik krijg daardoor mooie overgangen tussen de kleuren. Ik maak mijn tekening af door met stift de randen over te trekken. Ik vind het leuk om in de natuur te tekenen’, vertelt Madelief.
De leerlingen maken zelf een schip. Foto’s: Fleur Beerthuis
De deelnemers met hun botanische tekening.
Elina. Fenna.
Rotterdam
De gemeenteraad van Rotterdam bestaat uit 45 raadsleden. René Segers-Hoogendoorn is 1 van de gemeenteraadsleden. Anna (10) vertelt samen met haar vader René over de gemeenteraad. Tekst: Suzanne Huig
‘Iedere Rotterdammer die 18 jaar of ouder is, mag tijdens de gemeenteraadsverkiezing kiezen wie hij of zij in de gemeenteraad wil hebben. De 45 kandidaten die het meest worden gekozen, vormen de gemeenteraad’, legt René uit. ‘Ik heb met mijn vader in Rotterdam folders uitgedeeld vooraf aan de gemeenteraadsverkiezing in 2022. Rotterdammers konden via de folders meer te weten komen over mijn vader en beslissen of ze op hem wilden stemmen’, zegt Anna.
Samen beslissingen nemen
René: ‘De gemeenteraad is de baas van een gemeente. Gemeenteraadsleden vergaderen over plannen en regels. We nemen met elkaar beslissingen. We beslissen bijvoorbeeld of ergens huizen of bomen komen. Een plan of regel wordt uitgevoerd als meer dan de helft van de raadsleden het een goed idee vindt. We hebben bijvoorbeeld met elkaar besloten dat de Coolsingel verbouwd moest worden om meer plaats te maken voor fietsers.’ Anna: ‘De gemeenteraadsleden spreken in de gemeenteraad namens de inwoners van gemeente Rotterdam. Mijn vader praat daarom met veel Rotterdammers zodat hij weet wat Rotterdammers wel en niet willen.’
Anna: ’Een politieke partij is een groep mensen met dezelfde ideeën. Iedere politieke partij vindt andere dingen belangrijk.’
Vergaderen met elkaar
‘De 45 gemeenteraadsleden van Rotterdam komen van 15 verschillende politieke partijen. Een politieke partij is een groep mensen met dezelfde ideeën. Iedere politieke partij vindt andere dingen belangrijk’, legt Anna uit. René: ‘De gemeenteraadsleden denken niet allemaal hetzelfde over onderwerpen. De gemeenteraadsleden vergaderen daarom veel met elkaar om met elkaar beslissingen voor de stad te kunnen nemen.’ Anna: ‘Je kunt de maandelijkse gemeenteraadsvergadering bekijken via de website gemeenteraad.rotterdam.nl. Je kunt via de website meekijken en meeluisteren.‘
Welk idee voor de stad zou jij in een gemeenteraadsvergadering willen bespreken?
Burgemeester kiezen
De gemeenteraad neemt als de baas van de gemeente alle beslissingen voor de gemeente. De gemeenteraad heeft ook besloten dat Carola Schouten de nieuwe burgemeester van Rotterdam is. ‘De gemeenteraadsleden vonden het belangrijk dat de inwoners van Rotterdam konden meebeslissen. We hebben daarom vragenlijsten onder inwoners van Rotterdam verspreid en inwoners gesproken. Inwoners konden via de vragenlijst en de gesprekken hun mening geven. Alle gemeenteraadsleden hebben uiteindelijk gekozen tussen 2 kandidaten. De meeste gemeenteraadsleden kozen voor Carola Schouten. Zij is daarom de nieuwe burgemeester van Rotterdam’, legt René uit.
Kennismaken met de gemeenteraad?
Dat kan! Jouw school mag gewoon naar het stadhuis komen. Mail naar voorlichtinggriffie@griffie.rotterdam.nl
Gemeenteraadslid René en zijn dochter Anna Foto’s: Arjen Jan Stada
Mijn idee:
Anna met een folder.
Anna in gesprek met haar vader René.