Jong010, dé Rotterdamse kinderkrant - oktober 2025

Page 1


als klassenhuisdier 4 6 8 11

ruzies voorkomen

De leerlingen openen de Kinderboekenweek.

Foto’s: Arjen Jan Stada

OVERSCHIE – De leerlingen van de Openbare Daltonschool Overschie openden op 1 oktober de Kinderboekenweek. Ari (10): ‘De Kinderboekenweek is een week waarin we zoveel mogelijk boeken lezen. Het thema van de Kinderboekenweek 2025 is ‘Vol avontuur!’. We lezen daarom boeken die gaan over avonturen.’ Tekst: Lotte Keuzenkamp

Hidaya (8): ‘We starten de Kinderboekenweek met een gezamenlijke opening. We staan op het podium met 3 grote zelfgemaakte boeken. In de zelfgemaakte boeken staat dat iedere klas op een eigen avontuur gaat.’ Mayra (11): ‘Groep 8 gaat bijvoorbeeld op avontuur naar de toekomst omdat de leerlingen uit groep 8 volgend jaar naar de middelbare school gaan.’

Vol avontuur

Mayra: ‘Je kunt overal een avontuur van maken. Je kunt een avontuur beleven als je naar school gaat of als je naar een ander land gaat.’ Ari: ‘Je kunt over een avontuur lezen in een boek. Een avontuurlijk boek is een boek met een verhaal dat je echt beleeft. Het lijkt dan net alsof je zelf in de wereld van het boek leeft.’

Verhalen delen

Anouar (9): ‘De Kinderboekenweek draait niet alleen om lezen. We doen ook andere activiteiten. Leerlingen vertellen elkaar tijdens een spel bijvoorbeeld over een boek dat ze hebben gelezen.’ Dahab (9): ‘Ik vind het leuk om over boeken te praten met andere leerlingen. Ik ontdek daardoor misschien een nieuw boek dat ik kan lezen.’

Moeder spook ziet een vriendin lopen. ‘Hé’, zegt moeder spook. ‘Hoi! Daar ligt een zakdoek op de grond. Zal ik hem weggooien?’, zegt de vriendin. ‘Nee! Dat is mijn zoontje’, zegt moeder spook.

Neserin (12)

De moeder van Jantje zegt: ‘Ga jij eens roze nagellak halen.’ ‘Oké’, zegt Jantje. Op de terugweg komt hij langs de eendjes in het park. Als Jantje thuiskomt, vraagt moeder: ‘Waar is de nagellak, Jantje?’ Hij zegt: ‘Alle eendjes hebben nu roze teentjes!’

Jolie (11)

De juf vraagt aan Maartje: ‘Ik ben mooi. Is deze zin tegenwoordige tijd of verleden tijd?’ Maartje antwoordt: ‘Verleden tijd, juf.’

Celina (10)

Waarom lachen kabouters als ze aan het voetballen zijn?

Omdat het gras onder hun oksels kietelt.

Keano (9)

Waarom heeft een zebra strepen?

Lian (10)

Dan heeft hij een kersenschudding. Omdat de stippen uitverkocht waren.

Wat gebeurt er als een kers uit de boom valt?

Maas (11)

THEMA: POLITIE

aanrijding arresteren bekeuring controleren fietsen handboeien helpen inbraak melding problemen regels rijden rustig ruzie slachtoffer verdachte waarschuwing wapen wijkagent

(1

Regels: de woorden vind je horizontaal, verticaal en diagonaal.

e n n y en J i m m y

Jimmy heeft een veilige route naar school gevonden.

Hoef je dan geen drukke straten over te steken?

Michiel van de Vijver

Maar je moet er wel iets voor over hebben.

Klopt.

Zoek de handboeien in de kinderkrant!

Kun jij ze allemaal vinden? Vul hier het aantal in:

Jong010 wordt mede mogelijk gemaakt door:

Hij komt geen auto’s tegen, zei hij. redactie@jong010.nl

Heb jij een tip voor Jong010?

Lees alle kranten op onze website: www.jong010.nl

DE NIEUWE JONG010 VERSCHIJNT DONDERDAG 13 NOVEMBER 2025

JONG010 - OKTOBER 2025

JAARGANG 16 - EDITIE 2

OPLAGE: 36.000 KRANTEN

Hoofdredacteur: Suzanne Huig

Journalisten: Marloes Brouwer, Lotte Keuzenkamp, Jesse Wagenvoord

Fotografen: Fleur Beerthuis, Hanne van Mourik, Nina Passenier, Arjen Jan Stada

Vormgeving: Marcel van den Assem

Redactiemedewerker: Sasja Hof

Antwoord
woord):

ROTTERDAM

Carola Schouten is de burgemeester van Rotterdam. Ze hoort graag de meningen en ervaringen van basisschoolleerlingen. De burgemeester is benieuwd of jij je afval scheidt.

Tekst en foto's: Suzanne Huig en Marloes Brouwer

C AROLA S CHOUTEN

Foto: Casper Rila

‘Wist je dat er eigenlijk helemaal geen afval bestaat? Van alle dingen die wij weggooien, kunnen we tegenwoordig nieuwe dingen maken. Van oud papier wordt nieuw papier gemaakt. En glas wordt opnieuw gebruikt. Het is daarom belangrijk om je rommel gescheiden weg te gooien. Je kunt glas in een glasbak gooien. Je kunt papier in een papiercontainer gooien. Hoe ga jij om met afval? Scheid jij jouw afval thuis?’

‘Ik zorg dat ik minder afval heb. Ik stop mijn lunch bijvoorbeeld niet in plastic zakjes. Ik leg mijn boterhammen in herbruikbare brooddoekjes. Die doekjes maak ik na schooltijd schoon. Ik kan mijn brood de volgende dag weer in die doekjes meenemen naar school.’

‘Ik scheid afval. Ik probeer ook voor minder afval te zorgen. Ik neem bijvoorbeeld altijd een katoenen tas mee als ik boodschappen ga doen. Ik hoef dan geen plastic tas te kopen die daarna weer in de prullenbak terechtkomt.’

‘Ik scheid alleen glas. Ik gooi glas in een glasbak. Ik gooi al het andere afval in dezelfde vuilnisbak. Ik gooi bijvoorbeeld etensresten, papier, luiers, karton en flesjes in die vuilnisbak.’

‘We hebben op school een papiercontainer. We stoppen daarin al het oud papier zodat het kan worden gerecycled. Sommige mensen gebruiken plastic bekers. Ze zorgen daardoor voor extra plastic afval. Ik vind dat niet goed want plastic afval is moeilijk te recyclen.’

‘Ik scheid thuis afval. Ik gooi glas in de glasbak op straat. Ik gooi papier in een papiercontainer. Ik breng lege plastic statiegeldflessen naar de supermarkt. Je krijgt daar geld voor iedere lege fles die je inlevert.’

‘Ik scheid thuis afval. We hebben thuis 4 prullenbakken. We hebben een prullenbak speciaal voor etensresten. We hebben een prullenbak voor papier. We hebben een prullenbak voor glas. En we hebben een prullenbak voor plastic afval.’

‘Wij scheiden thuis afval. Wij hebben een speciale afvalbak voor papier. Wij hebben ook een speciale afvalbak voor plastic. Ik vind het belangrijk om afval te scheiden. De materialen kunnen alleen opnieuw worden gebruikt als ze worden gescheiden.’

‘Ik scheid glas en papier. Ik zorg ervoor dat ik geen plastic afval heb. Ik koop soms bijvoorbeeld groenten en fruit op de markt. Op de markt liggen plastic zakjes om je groenten en fruit in te doen. Ik gebruik die plastic zakjes niet. Ik stop mijn groenten en fruit in een herbruikbaar zakje zodat ik geen plastic afval heb.’

Scheid jij jouw afval thuis?

‘Ik scheid papier, glas, plastic en etensresten. Ik gooi etensresten in een speciale groene container. Het afval uit zo’n groene container wordt gebruikt om compost van te maken. Compost kan bijvoorbeeld gebruikt worden als een soort voeding voor planten.’

ROTTERDAM - Het kan soms lastig zijn om met anderen om te gaan. Sommige kinderen hebben bijvoorbeeld vaak ruzie. Andere kinderen vinden het bijvoorbeeld lastig om op een goede manier voor zichzelf op te komen. De training ‘Amigo’s’ kan je helpen om zelfverzekerd te worden, voor jezelf op te komen en om beter met anderen en emoties om te gaan. Muzaffer (12) volgde de training. Tekst: Suzanne Huig

De training is gratis. Kijk voor meer informatie op WWW.INDIGOWEST.NL of mail naar PREVENTIE@INDIGORIJNMOND.NL

ROTTERDAM – Muzaffer: ‘Ik had vaak ruzie met klasgenoten. Ik voelde me daardoor vaak boos en geïrriteerd. Ik vond dat vervelend. Ik wilde minder ruziemaken. Ik wilde leren om ruzies te voorkomen. Ik ben daarom de training ‘Amigo’s’ gaan volgen.’ Tekst: Suzanne Huig

Amigo is het Spaanse woord voor vriend. Ieder kind dat de training ‘Amigo’s’ volgt, krijgt voor ongeveer 3 maanden een volwassene als vriend. ‘Busra was mijn Amigo. Ze kwam 1 keer per week bij mij op school langs. Ik vond haar heel aardig. Ze leerde mij om een vredemaker te zijn in plaats van een vredebreker. Een vredemaker reageert vriendelijk en positief op anderen. Een vredebreker reageert negatief op anderen’, vertelt Muzaffer. Rustig en vriendelijk reageren

‘Ik reageerde snel boos op anderen. Soms deed een klasgenoot bijvoorbeeld per ongeluk iets dat ik niet leuk vond. Ik werd dan gelijk boos en maakte ruzie. Ik heb bij de training geleerd om niet gelijk te reageren. Ik denk nu eerst na over hoe ik op een rustige manier kan reageren op de ander. Ik reageer daarna rustig en vriendelijk. Ik zeg bijvoorbeeld rustig wat ik niet fijn vind. Ik vraag daarna vriendelijk of de ander rekening met mij wil houden’, vertelt Muzaffer.

Negeren of hulp halen ‘Ik heb bij de training ook geleerd om ruzies te vermijden. Ik negeer het gedrag dat ik vervelend vind van anderen. Als ik het gedrag negeer, ontstaat er niet zo snel ruzie. Als iemand mij blijft uitdagen, vraag ik hulp aan een volwassene. De volwassene kan de persoon die mij uitdaagt dan aanspreken op zijn of haar gedrag’, zegt Muzaffer.

‘Ik stop, denk na en reageer dan pas.’

Muzaffer doet aan kickboksen. Foto’s: Arjen Jan Stada

Nadenken over de gevolgen ‘Ik maak ook minder ruzie omdat ik nu nadenk over de gevolgen van ruziemaken. Ik wil de gevolgen voorkomen. Een gevolg van ruziemaken is bijvoorbeeld straf krijgen. Ik wil geen straf krijgen. Een gevolg van ruziemaken is ook dat kinderen je niet aardig vinden. Ik wil een goede toekomst met veel vrienden. Ik heb een propje in mijn broekzak. Het propje helpt mij herinneren aan de gevolgen van ruziemaken op voor mij lastige momenten’, legt Muzaffer uit.

Doel behaald

‘Ik ben blij dat ik de training heb gevolgd. De training heeft mij echt geholpen. Ik wilde minder ruzie leren maken. Ik heb dat doel behaald. Ik voel me veel fijner omdat ik bijna nooit meer ruzie heb. Ik vind het ook veel gezelliger op school omdat ik bijna geen ruzie meer heb met mijn klasgenoten’, zegt Muzaffer.

Muzaffer.

ROTTERDAM – Metehan (12) mist een deel van zijn hersenen en heeft het IDDDFP-syndroom. ‘Ik ben een beetje anders. Ik kan alles, maar ik kan de meeste dingen niet zo snel’, zegt Metehan. Tekst: Suzanne Huig

‘Ik mis mijn hersenbalk. Je hersenbalk is een deel van je hersenen. Je hersenbalk zorgt ervoor dat je linkerhersenhelft en je rechterhersenhelft met elkaar verbonden zijn en informatie kunnen uitwisselen. Ik heb ook het IDDDFP-syndroom. Dat is een zeldzaam syndroom. Ik heb door het syndroom moeite met leren en me concentreren. Ik heb ook moeite met bewegen. Ik beweeg trager dan mijn leeftijdsgenoten en ik ben snel moe. Ik zie ook minder scherp en mijn oogleden hangen een beetje naar beneden’, vertelt Metehan.

Gepest door mijn beperkingen

‘Ik vind het heel vervelend dat ik een beetje anders ben. Ik ben veel gepest door mijn beperkingen. Ik werd bijvoorbeeld buitengesloten en had geen vrienden omdat ik anders ben dan de meeste kinderen. Ik voelde me daardoor vaak alleen. Ik vind het erg dat kinderen met een ziekte of beperking soms worden gepest. Ik vind dat iedereen respect moet hebben voor elkaar’, vertelt Metehan.

Een presentatie voor de klas

‘Ik zit nu op basisschool Kindcentrum IJsselmonde. Ik voel me nu heel fijn op school. Ik heb samen met meester Justin een presentatie over mijn beperkingen gegeven in de klas. Mijn klasgenoten begrijpen mij daardoor beter. Ze zijn daardoor ook aardiger voor mij. Mijn klasgenoten helpen mij bijvoorbeeld met het aandoen van mijn jas of het pakken van mijn tas. Ik hoor erbij in de klas en heb vrienden’, vertelt Metehan.

Metehan maakte een poster voor zijn presentatie in de klas. Foto’s: Hanne van Mourik

‘Ik vind het belangrijk dat iedereen zichzelf kan zijn. Ik zou een kind dat wordt buitengesloten vragen of hij of zij iets met mij samen wil doen. Ik zou ook voor het kind opkomen als het kind wordt gepest.’

Fonds Kind & Handicap helpt kinderen en jongeren met een handicap of chronische ziekte.

Zwemmen en voetballen ‘Ik krijg speciale therapie om beter te leren bewegen. Ik kan daardoor steeds meer. Ik heb zwemles gehad bij een speciale zwemschool voor kinderen met een beperking. Ik heb daar mijn zwemdiploma A, B en C gehaald. Ik vind dat heel knap van mezelf. Ik voetbal bij een voetbalvereniging voor kinderen met een beperking. Ik vind het fijn om te sporten met kinderen die ook een beperking hebben. Die kinderen begrijpen dat ik sommige dingen minder goed kan’, zegt Metehan.

‘Ik zou aan de pester laten zien wat pesten met iemand doet. Ik zou het kind dat wordt gepest laten opschrijven wat er tegen hem of haar is gezegd.

Een handicap is een beperking waardoor je sommige dingen niet zo goed kunt.

Een chronische ziekte is een ziekte die minimaal 3 maanden duurt, steeds terugkomt of niet genezen kan worden.

Ik zou daarna een prop van het blaadje maken en het blaadje aan de pester geven. Ik zou daarbij zeggen dat het gepeste kind door het pesten net zo wordt beschadigd als het blaadje.’

De organisatie geeft bijvoorbeeld geld om hulpmiddelen te kopen, voorlichting te geven of onderzoek te doen.

Metehan.
Jouw idee.
ZELDZAAM Een zeldzame ziekte of een zeldzaam syndroom komt bij minder dan 2.000 mensen voor.
Naam en leeftijd:
Foto’s: Suzanne Huig

ACHTERAF BETALEN

ROTTERDAM – De kans is kleiner dat je later geldproblemen krijgt als je al op jonge leeftijd met geld leert omgaan. Je kunt je geld maar 1 keer uitgeven. Je moet daarom goed nadenken wat je ermee doet. Tekst: Suzanne Huig

Je kunt bij verschillende online winkels achteraf betalen. Je koopt dan iets maar betaalt pas later. Sommige mensen hebben het gevoel dat ze geen geld uitgeven als ze ervoor kiezen om achteraf te betalen. Dit zorgt ervoor dat sommige mensen meer geld uitgeven dan dat ze kunnen uitgeven. Ze kunnen daardoor eerder schulden krijgen.

Op tijd kunnen betalen

Het is belangrijk om te bedenken of je iets kunt betalen voordat je iets koopt en kiest voor achteraf betalen. Bedenk of je het geld wel kunt missen. Je krijgt achteraf een rekening die je moet betalen als je kiest voor achteraf betalen. Het is belangrijk om die rekening op tijd te betalen. Het kost extra geld als je te laat betaalt. Je betaalt hierdoor uiteindelijk veel meer.

Mats (13) koopt samen met zijn moeder online een horloge. Het horloge kost € 60,00. Ze kiezen ervoor om achteraf te betalen.

Ze vergeten de rekening op tijd te betalen. Ze krijgen een herinneringsbrief. Ze hebben op dat moment niet genoeg geld om het horloge te betalen.

Ze krijgen een nieuwe herinneringsbrief. De online winkel geeft een boete van 10 procent van het aankoopbedrag (€ 60,00) omdat de rekening niet op tijd is betaald. De online winkel rekent € 13,50 voor het sturen van de herinneringen.

Bestel nu, betaal achteraf!

Hoeveel moeten Mats en zijn moeder uiteindelijk betalen?

Het horloge kost € 60,00. De online winkel geeft een boete van 10 procent van het aankoopbedrag omdat de rekening niet op tijd is betaald. 10 procent van € 60,00 = € 6,00. De online winkel stuurt ook een rekening van € 13,50 voor het versturen van de herinneringen. € 60,00 + € 6,00 + € 13,50 = € 79,50

‘De regenmeter’

ROTTERDAM – Waterschap Hollandse Delta is 1 van de 21 waterschappen in Nederland. Een waterschap zorgt in een gebied voor genoeg water. Wessam (10) en Hamsa (10) laten met het proefje ‘De regenmeter’ zien hoe je kunt meten hoeveel regen er is gevallen. Tekst: Suzanne Huig / Foto’s: Fleur Beerthuis

‘Haal de dop van de fles. Knip daarna de bovenkant van de fles. Versier je fles als je dat leuk vindt’, zegt Wessam. Hamsa: ‘Maak met een watervaste stift een basislijn aan de onderkant van de fles op 5 centimeter hoogte.’

Hamsa: ‘Giet 100 ml water in de regenmeter. Zet een streep op de hoogte van het water en schrijf daarbij 100 ml. Giet nog eens 100 ml water in de regenmeter. Zet een streep op de hoogte van het water en schrijf daarbij 200 ml. Je herhaalt dit tot de fles helemaal is gevuld met water.’

Wat gebeurt er?

‘Doe een laagje steentjes in de fles. Vul de fles daarna met water tot de getekende basislijn’, zegt Wessam.

‘Haal het water uit de fles. Vul de fles daarna weer tot aan de basislijn met water. Lijm de bovenkant van de fles ondersteboven op de onderkant van de fles. Je kunt je regenmeter nu buiten zetten. Kijk iedere dag op hetzelfde tijdstip om te zien hoeveel regen er is gevallen in 24 uur’, zegt Wessam.

Je kunt met je regenmeter meten hoeveel regen er is gevallen. Waterschappen houden goed in de gaten hoeveel regen er valt om wateroverlast te voorkomen. Waterschappen slaan regenwater op om te gebruiken in droge periodes.

Wat heb je nodig?

* Plastic fles.

* Een schaar.

* Lijm.

* Een liniaal.

* Een maatbeker met water.

* Een bakje met steentjes.

* Een watervaste stift.

* Knutselmaterialen.

Weetje

Als er in een korte tijd veel regen valt, kan dat voor wateroverlast zorgen. Op sommige momenten kan er meer dan 25 millimeter regen per uur vallen.

Droppie Water: Robert van der Kroft

Naam: Gebruik deze ruimte om de som uit te rekenen.

ROTTERDAM – Marieke van Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) Rijnmond reageert iedere maand in Jong010 op een vraag of een probleem van een leerling of klas. Ze beantwoordt deze maand de vraag van Ruby (10). Tekst: Suzanne Huig

Marieke beantwoordt ingestuurde vragen.

Foto: Peter Snaterse

Heb jij een vraag aan

Ruby: ‘Ik mag zelf geen eten kopen van mijn ouders terwijl klasgenoten dat wel mogen. Mijn klasgenoten kopen allemaal lekkere dingen. Is dat slecht?’

Hoi Ruby,

Het is logisch dat jij ook lekkere dingen wilt kopen als je klasgenoten dat doen. Je vindt de dingen die zij kopen waarschijnlijk lekker en wilt niet buiten de groep vallen.

Voedingsstoffen en vitamines

Het is slecht voor je als je te veel lekkere dingen koopt en eet. De meeste lekkere dingen zoals snoep en chips zijn niet heel gezond. In die producten zitten weinig voedingsstoffen en vitamines. Je hebt juist voedingsstoffen en vitamines nodig om je goed te kunnen ontwikkelen, te kunnen groeien en na te kunnen denken. In veel lekkere dingen zitten veel suikers en vetten. Je kunt te dik worden en je tanden beschadigen als je te veel suikers binnenkrijgt.

Afspraken maken met je ouders

Jouw ouders willen goed voor je zorgen. Ze willen daarom dat je gezond eet. Ze willen niet dat je zelf eten koopt zodat ze weten wat je eet. Je kunt misschien met je ouders afspreken dat je 1 keer in de week zelf iets mag kopen. Je kunt dan toch meedoen met je klasgenoten. Als je vaak gezonde dingen eet, is het niet erg om af en toe te snoepen.

Groetjes, Marieke

Stuur een mail naar REDACTIE@JONG010.NL

Of stuur een brief naar Jong010, Postbus 13037, 3004 HA Rotterdam.

ROTTERDAM – Ieder jaar komen er zeker 150.000 meldingen binnen op de meldkamer van Rotterdam-Rijnmond. Dat zijn ongeveer 410 telefoontjes per dag. Je kunt in de nagebouwde meldkamer van de Club van 1-1-2 oefenen met het bellen naar de meldkamer. Brandweervrouw Sjors vertelt wat er gebeurt als je 112 belt. Tekst: Suzanne Huig

‘Je belt 112 in een noodsituatie. Je belt als je met spoed de politie, een ambulance of de brandweer nodig hebt. Je mag niet voor de grap naar 112 bellen. Iemand in nood moet langer op hulp wachten als jij voor de grap de meldkamer belt’, vertelt brandweervrouw Sjors.

Politie, brandweer of ambulance

Brandweervrouw Sjors: ‘Je krijgt een persoon van een de landelijke meldkamer te spreken als je 112 belt. Die persoon vraagt in welke plaats je bent en of je de politie, de brandweer of een ambulance nodig hebt. Je wordt naar de meldkamer Rotterdam-Rijnmond doorverbonden als het gaat om een noodgeval in Rotterdam. Je krijgt dan een politiemedewerker, een verpleegkundige of een brandweermedewerker in de meldkamer Rotterdam-Rijnmond aan de telefoon.’

Brandweervrouw Sjors legt in de nagebouwde meldkamer van de Club van 1-1-2 uit wat er gebeurt als je 112 belt. Foto’s: Hanne van Mourik

Zoveel mogelijk informatie

‘De medewerker van de meldkamer stelt je verschillende vragen. Probeer zoveel mogelijk informatie te geven over waar je bent en wat er aan de hand is. Je kunt iets herkenbaars in de buurt noemen als je het adres van het ongeval niet weet. De meldkamer zet de melding met alle informatie door naar de hulpverleners die het snelst bij het ongeval kunnen zijn. Je belt met de meldkamer tot de hulpverleners er zijn’, legt brandweervrouw Sjors uit.

Brandweervrouw Sjors: ‘De hulpverleners krijgen alle informatie over het noodgeval en de route naar het ongeval.’

A. Je ziet een kat in een boom.

B. Je ziet een auto-ongeluk gebeuren.

C. Je ziet vlammen uit een woning komen.

D. Je telefoon is gestolen.

E. Je ziet iemand in het water liggen en om hulp roepen.

Marieke of zit je ergens mee?
Juiste antwoorden: B. C. E.

HILLEGERSBERG-SCHIEBROEK – Evy (9), Ophelia (7) en Mara (8) mochten de dierenverzorgers van Stadsboerderij De Wilgenhof helpen op de boerderij. Evy: ‘Ik wil later ook op een boerderij werken. Ik verzorg graag dieren.’ Mara: ‘Ik vind het leuk dat er veel te doen is op een boerderij.’

Tekst: Lotte Keuzenkamp

Evy, Ophelia en Mara geven 2 paarden eten. Evy: ‘De paarden eten brokken, brood en hooi. We zetten de paarden allebei in een aparte stal voordat ze eten krijgen. Ze eten anders elkaars eten op. We moeten 1 paard medicijnen geven omdat het paard oud is. We verstoppen de medicijnen in een broodje dat we aan het paard geven.’

Stal schoonmaken

De meiden maken de stal van de geiten schoon. Mara: ‘We scheppen de poep en het vieze stro in een kruiwagen. We brengen dat naar de mesthoop. We vullen de stal daarna met nieuw stro. Ik vind het wel een beetje vies om de stal schoon te maken.’

HOEK VAN HOLLAND — Groep 8 van De Wilhelminaschool bezocht het strand van Hoek van Holland. De leerlingen ontdekten met gids Saadet van De Stad Uit de zee en de duinen in Hoek van Holland. Tekst: Lotte Keuzenkamp

Ze bekijken de zee. ‘Het zeewater staat lager bij eb en hoger bij vloed. Het is nu eb. Het water staat laag’, vertelt gids Saadet. ‘Een groot stuk strand is nog nat. Het strand is nog nat omdat het water daar stond toen het vloed was’, zegt Joanna (11).

CHARLOIS – De leerlingen van groep 8 van basisschool de Klaver Carnisse hebben een klassenhuisdier. Het klassenhuisdier is een baardagaam. De leerlingen verzorgen het dier zelf. Tekst: Lotte Keuzenkamp

Nora (12): ‘Een baardagaam is een reptiel. Onze baardagaam heet Carlos. De vorige groep 8 heeft hem zo genoemd. Zij hebben Carlos gekregen. Wij verzorgen Carlos sinds de vorige groep 8 naar de middelbare school is gegaan. Als wij naar de middelbare school gaan, gaat de volgende groep 8 Carlos verzorgen.’ Ronya (12): ‘Onze juf of de conciërge verzorgt Carlos in de weekenden en in de vakanties.’

Knuffelen

Ophelia: ‘We mogen knuffelen met de paarden, de konijnen, de geiten en de cavia's. Ik vind het knuffelen met de dieren het leukst. Ik heb 2 cavia’s vastgehouden. Ik vind het fijn om cavia’s te knuffelen omdat cavia’s lekker zacht zijn.’

Kwallen op het strand

Chris (11): ‘Op het natte zand liggen aangespoelde zeedieren. We vinden op het strand veel schelpen, zeeslakken en kwallen.’ Bartosz (11): ‘Kwallen zijn dieren met 1 gat. Ze plassen, poepen en eten uit het gat. Ze hebben geen hersenen of hart.’ Avelin (11): ‘We mogen de kwallen niet aanraken. Het kan pijn doen als je een kwal aanraakt.’

Wormen, sprinkhanen en andijvie

Bergen van zand

De leerlingen wandelen met gids Saadet door de duinen. ‘Duinen zijn bergen van zand’, zegt Avelin. Joanna: ‘Duinen beschermen het land tegen de zee als het stormt.’ Avelin: ‘Op de duinen staan planten. De planten hebben lange wortels. De wortels zorgen ervoor dat het zand op dezelfde plek blijft liggen. De duinen zouden zonder de wortels van plek veranderen.’

Nora: ‘Carlos eet wormen, sprinkhanen en andijvie. Ik geef Carlos iedere dag nieuwe andijvie en nieuw water. Hij krijgt soms levende wormen en sprinkhanen. We kopen de wormen en sprinkhanen in een dierenwinkel. Carlos speelt eerst met de wormen en sprinkhanen. Hij eet ze na een paar dagen op. Carlos eet de wormen en sprinkhanen levend. Hij eet geen dode dieren.’

Verschonen en wassen ‘We verschonen 2 keer per week Carlos zijn hok’, vertelt Nina (12). Milana (12): ‘We wassen Carlos 1 keer per maand. We zetten hem dan in een teiltje met water. Het kan best spannend zijn om hem vast te pakken. Hij kan soms ineens heel wild doen. We blijven altijd rustig als hij dat doet. Hij wordt dan vanzelf ook rustig.’

De meiden maken de geitenstal schoon. Foto’s: Fleur Beerthuis
De meiden op Stadsboerderij De Wilgenhof.
De leerlingen zijn blij met Carlos. Foto’s: Arjen Jan Stada
De leerlingen zoeken zeedieren. Foto’s: Nina Passenier
De leerlingen ontdekken het strand en de duinen.

ROTTERDAM – De broers Ayham (12) en Ilya (8) zaalvoetballen bij zaalvoetbalvereniging Jong Actief Rotterdam. Ze zijn ingeschreven bij de vereniging door de organisatie SportMEE. SportMEE helpt kinderen met een beperking en hun broertjes en zusjes zoeken naar een passende sport als het voor een gezin lastig is om zelf een sport te vinden. Tekst: Suzanne Huig

Ayham: ‘Ik heb ADHD en autisme. Ik vind het daardoor soms lastig als iets niet lukt of als iets niet naar mijn zin gaat. Ik vind het tijdens een zaalvoetbaltraining bijvoorbeeld lastig als ik de bal niet krijg. Mijn vader helpt mij als ik iets lastig vind tijdens een training. Hij haalt mij dan even uit het veld zodat ik tot rust kan komen. Ik kan daarna weer verder zaalvoetballen.’

en Ayham.

Sporten en vrienden maken

‘Ik vind het heel fijn dat SportMEE ons heeft geholpen om een sportvereniging te vinden. Ik vind het belangrijk om te sporten. Ik kan mijn energie kwijt als ik sport’, zegt Ayham. Ilya: ‘We worden fitter en beter in voetballen doordat we naar zaalvoetbaltraining kunnen.’ Ayham: ‘Ik vind het ook fijn dat we nieuwe vrienden maken bij de sportvereniging.’

ROTTERDAM – Jurre (12) volgt badmintonlessen bij BadmintonClub Asterix. Jurre: ‘Ik vind het leuk dat een shuttle snel door de lucht vliegt.’ Tekst: Marloes Brouwer

Jurre: ‘Badminton is een racketsport. Je moet met een racket een shuttle wegslaan. Een shuttle is een balletje met veren. Een shuttle is erg licht. Een shuttle vliegt daardoor snel door de lucht. Badminton is de snelste racketsport die er is.’

ROZENBURG – Djenna (11), Jifra (9), Emily (12), Juliëtte (9) en Fajen (8) zitten op hobby horsing. Hobby horsing is een sport waarbij je oefeningen doet met een stokpaard. Juliëtte: ‘We springen zo hoog mogelijk met ons stokpaard.’

Tekst en foto’s: Marloes Brouwer

Djenna: ‘We hebben naast het huis een route van hindernissen gemaakt. We springen met ons stokpaard over de hindernissen. We proberen zo hoog mogelijk te springen.’ Fajen: ‘We gaan soms naar het bos. We gaan dan crossen. Crossen is heel snel over heuvels en boomstammen rennen.’

Het stokpaard verzorgen

‘We verzorgen ons stokpaard goed. Mijn stokpaard heet Saartje. Ik borstel haar manen’, vertelt Jifra. Juliëtte: ‘Ik maak vlechtjes in de manen van mijn stokpaard. Ik maak ook een mooi strikje in haar manen.’

Scoren en de bal afpakken Ayham en Ilya trainen iedere woensdag bij zaalvoetbalvereniging Jong Actief Rotterdam. ‘Ik vind het heel leuk om te scoren’, zegt Ilya. Ayham: ‘Ik vind het leuk om ervoor te zorgen dat de tegenstander niet scoort. Ik kijk goed naar mijn tegenstanders. Ik weet daardoor welke kant ze opgaan en kan dan de bal afpakken.’

STOKPAARD Een stuk speelgoed dat bestaat uit een

Punten verdienen

‘Je moet de shuttle over het net naar je tegenstander slaan. Je krijgt een punt als je tegenstander de shuttle niet terug kan slaan en de shuttle op de grond valt. Je tegenstander krijgt een punt als de shuttle buiten het veld valt. Je tegenstander krijgt ook een punt als je de shuttle per ongeluk in het net schiet’, legt Jurre uit.

Een drop schieten

Jurre: ‘Ik probeer vaak een drop te schieten. Ik schiet de shuttle dan heel zacht. De shuttle gaat daardoor maar net het net over. Mijn tegenstander moet dan snel naar het net rennen om de shuttle terug te kunnen slaan. Ik maak het mijn tegenstander daardoor lastig.’

Ilya en Ayham zaalvoetballen samen. Foto’s: Nina Passenier
Ilya
houten stok met een paardenhoofd.
Jurre. Foto’s: Hanne van Mourik

ROTTERDAM – De haven gebruikt en maakt veel energie. Fleur (9), Thijs (10), Lucas (8) en Sophie (10) leerden tijdens een bezoek aan Portlantis meer over windmolens en energie in de haven. Tekst: Suzanne Huig

‘In de Rotterdamse haven is veel energie nodig voor bijvoorbeeld schepen, vrachtwagens, kranen en fabrieken in de haven. Je hebt fossiele en duurzame energiebronnen. Fossiele energiebronnen zorgen ervoor dat er te veel CO2 in de lucht komt. Dat is slecht voor de aarde. Duurzame energiebronnen zijn niet slecht voor de aarde en raken nooit op. De Rotterdamse haven wil daarom zoveel mogelijk duurzame energiebronnen gebruiken’, legt gids Lisette van Portlantis uit.

Energie van windmolens

‘Rondom Portlantis staan 22 windmolens van Eneco. De windmolens vangen de wind op en maken daar energie van’, zegt Sophie.

‘De wind is een duurzame energiebron’, zegt Fleur. Gids Lisette: ‘De windmolens buiten hebben 3 wieken in dezelfde vorm. De wind laat de wieken van windmolens draaien. De wieken laten een soort dynamo draaien die de beweging omzet in elektrische energie. De energie gaat daarna via kabels naar plekken waar de energie wordt gebruikt.’

Portlantis.

Verschillende wieken

‘Jullie gaan zelf verschillende windmolens maken. Jullie testen met een windmachine hoeveel energie je opwekt met je zelfgemaakte windmolens’, vertelt gids Lisette. Lucas en Sophie maken een windmolen met 3 lange wieken. Lucas: ‘Lange wieken vangen meer wind dan korte wieken. Ik denk daarom dat je met lange wieken meer energie opwekt.’ De windmachine meet 120 rondjes per minuut. Lucas zet de wieken schuiner. ‘De wieken worden meer geduwd als ze schuiner staan’, zegt hij. De windmachine meet nu 166 rondjes per minuut. Fleur en Thijs maken een windmolen met 6 wieken. ‘We denken dat we meer energie opwekken als we meer wieken gebruiken’, zegt Fleur. Thijs: ‘De windmachine meet 193 rondjes per minuut.’

Waar gaat groep 8 naartoe op avontuur? PAGINA 1

Uit welke taal komt het woord amigo? PAGINA 4

Hoe noem je iemand die vriendelijk en positief reageert op anderen? PAGINA 4

ENERGIE

Een kracht die voor licht, warmte en beweging zorgt.

Zelf wieken maken

Fleur, Thijs, Lucas en Sophie maken zelf wieken van papier. Lucas en Sophie maken een windmolen met 4 smalle wieken. Ze plaatsen de windmolen voor de windmachine. De wieken draaien niet. Lucas: ‘We hebben bij 2 wieken te veel plakband gebruikt. Die wieken zijn te zwaar.’ Ze halen de 2 zware wieken van hun windmolen af en proberen het opnieuw. De wieken draaien nu 100 rondjes per minuut. Thijs en Fleur maken een windmolen met 3 verschillende vormen wieken. Ze plaatsen de windmolen voor de windmachine. Fleur: ‘De wieken draaien 210 rondjes per minuut.’

Lijkt het jou leuk om meer over de haven te weten te komen? Leerlingen uit groep 6, 7 en 8 kunnen met het havenprogramma Port Rangers de haven leren kennen. Kijk voor meer informatie op

Wat had Metehan eerst niet omdat hij een beetje anders is dan de meeste kinderen? PAGINA 5

Wat maken de leerlingen bij het proefje van het Waterschap? PAGINA 6

Waar bel je naartoe als je het alarmnummer belt? PAGINA 7

Wat doen de meiden met de geitenstal? PAGINA 8

Het antwoord van de puzzel van september is: VRIENDELIJK. De winnaars zijn Melle (10) en Bram (10) Gefeliciteerd!

Waarmee springen de meiden over hindernissen? PAGINA 9

Wat maken de kinderen bij Portlantis? PAGINA 10

Hoe heet het Spaanse rijstgerecht dat Riham maakt? PAGINA 11

Wat doet gemeenteraadslid Marchiano een groot deel van de uren die hij besteedt aan zijn taken? PAGINA 12

De antwoorden op de vragen vind je in deze krant!

Sophie, Fleur, Lucas en Thijs op het dakterras van
Sophie en Lucas maken een windmolen met 3 wieken. Foto’s: Arjen Jan Stada

ROTTERDAM – De vriendinnen Kate (13) en Nanne (12) houden van haken. Ze volgen een workshop haken van meester Wessel en juf Else in Hostel Room Rotterdam. Tekst en foto’s: Marloes Brouwer

‘Ik vind het leuk om bij deze workshop met anderen samen te haken. Ik vind het ook leuk dat we zelf mogen kiezen wat we haken. Ik maak een armbandje’, vertelt Kate. Nanne: ‘Haken geeft mij een fijn gevoel. Ik word rustig als ik haak.’

Wol en een haaknaald

‘We gebruiken wol en een haaknaald. We pakken de wol die we willen gebruiken. We doen de draad van de wol om onze vinger. We maken met onze vingers een lusje van de wol. Een lusje is een soort rondje. We steken onze haaknaald door het lusje. We trekken het goed aan. We herhalen dit steeds. We krijgen daardoor een lapje stof’, legt Nanne uit.

ROTTERDAM – Luc (9) heeft een YouTube-kanaal. Zijn kanaal heet GekkeLucje. Hij maakt elke dag een nieuw filmpje. Luc: ‘Mijn droom is om een beroemde YouTuber te worden.’ Tekst: Marloes Brouwer ‘Ik ben 2 jaar geleden met mijn eigen YouTube-kanaal begonnen. Mijn moeder vond dat goed. Ik vond het moeilijk om een gebruikersnaam te bedenken. Bijna alle leuke namen waren al gebruikt. Gekkelucje was gelukkig nog beschikbaar. Ik vind Gekkelucje leuk klinken’, vertelt Luc.

ROTTERDAM – Riham (9) houdt van koken. Ze laat zien hoe ze paella maakt. Riham: ‘Paella is een Spaans rijstgerecht. Mijn moeder is in Spanje opgegroeid. Zij heeft mij geleerd hoe ik paella maak.’ Tekst: Marloes Brouwer Riham zet de ingrediënten die ze nodig heeft klaar in bakjes. ‘Ik gebruik garnalen, gamba’s, mosselen, inktvis, verschillende groenten, rijst en verschillende kruiden. Ik weeg de kruiden op een keukenweegschaal zodat ik precies genoeg kruiden gebruik. Het gerecht is niet lekker als je te veel of te weinig kruiden toevoegt’, zegt Riham.

Mutsen en knuffeltjes haken

‘Ik heb thuis een keer een muts voor mijn moeder gehaakt. Mijn moeder was er blij mee. Ik haak ook graag knuffeltjes’, vertelt Nanne. Kate: ‘Ik heb een keer een haarspeld in de vorm van een bloem gemaakt.’

Filmpjes maken met een app ‘Ik maak elke dag een nieuw filmpje voor mijn kanaal. Ik maak de filmpjes met een app. De app heet Loom. Ik verbind de app met mijn webcam. Ik film mezelf. De app maakt ook een filmpje van mijn computerscherm. Ik maak vaak filmpjes over het computerspel Roblox. Je ziet in de filmpjes wat ik tijdens het spel doe. Ik vertel in de filmpjes ook over wat ik aan het doen ben’, vertelt Luc.

Riham laat de mosselen en gamba’s zien. Foto’s: Arjen Jan Stada

Veel volgers krijgen Luc: ‘Kinderen uit de straat komen soms naar mij toe om te vertellen dat ze mijn filmpjes hebben bekeken. Ik vind dat erg leuk. Ik wil graag heel veel volgers krijgen en heel beroemd worden.’

Kruiden toevoegen

Riham: ‘Ik doe de garnalen, gamba’s, mosselen en inktvis in een pan. Ik voeg daarna de groenten en verschillende kruiden toe. Ik gebruik zwarte peper, gember en kurkuma. Ik kook de rijst. Ik voeg saffraan toe aan de rijst. De kleur van de rijst wordt daardoor mooi geel. De paella smaakt erg lekker door alle kruiden.’

Eten maken voor anderen ‘Ik vind het leuk om eten te maken voor anderen. Ik maak in het weekend vaak ontbijt voor heel mijn familie. Ik bak dan graag crêpes. Ik heb ook 2 keer eten voor mijn juf gemaakt’, vertelt Riham.

Meester Wessel legt uit hoe je haakt.
Kate en Nanne laten knuffeltjes zien die ze hebben gehaakt.
Luc laat een filmpje van zichzelf zien. Foto’s: Arjen Jan Stada
Luc maakt een filmpje.
Riham roert in de pan.

OKTOBER 2025

Rotterdam

Marchiano van Campenhout is 1 van de 45 gemeenteraadsleden van Rotterdam. Inaya (11) bezocht hem in het stadhuis. Gemeenteraadslid Marchiano en Inaya spraken over de taken die een gemeenteraadslid heeft. Tekst: Suzanne Huig

Gemeenteraadslid Marchiano: ‘De 45 gemeenteraadsleden van Rotterdam komen van 15 verschillende politieke partijen. Ik hoor bij de politieke partij BIJ1 Rotterdam. Iedere politieke partij vindt andere dingen belangrijk. De gemeenteraadsleden die bij dezelfde politieke partij horen, noem je samen een fractie. Iedere fractie heeft een werkkamer in het stadhuis.’

Verschillende vergaderingen ‘Ik besteed ongeveer 14 uur per week aan mijn taken als gemeenteraadslid. Een groot deel van die uren ben ik aan het vergaderen. Ik vergader iedere week met leden van de politieke partij BIJ1 Rotterdam over de plannen die wij belangrijk vinden voor Rotterdam. Ik heb een aantal keer per maand een commissievergadering. In een commissievergadering vergadert een groepje raadsleden over een bepaald onderwerp. Raadsleden bedenken tijdens een commissievergadering bijvoorbeeld oplossingen voor een probleem in de stad. Ik vergader ongeveer 1 keer per maand met alle gemeenteraadsleden tijdens de gemeenteraadsvergadering. In die vergadering worden de beslissingen genomen’, vertelt gemeenteraadslid Marchiano.

Inaya: ‘Partijen moeten naar elkaar luisteren, overleggen en samenwerken om samen beslissingen te kunnen nemen voor de stad.’

Praten met andere politieke partijen ‘De 45 gemeenteraadsleden moeten met elkaar samenwerken. Gemeenteraadsleden praten daarom ook veel met elkaar buiten de vergaderingen om. Ik praat bijvoorbeeld met raadsleden van andere politieke partijen over wensen en ideeën van mijn partij. Ik probeer op die manier meer dan de helft van de raadsleden enthousiast te krijgen voor onze wensen en ideeën. Ik zoek dan eigenlijk alvast steun voordat ik een wens of idee bespreek in een gemeenteraadsvergadering. Je noemt dat lobbyen’, legt gemeenteraadslid Marchiano uit. Inaya: ‘Politieke partijen proberen hun eigen wensen en ideeën te laten horen en waar te maken. Maar de partijen moeten naar elkaar luisteren, overleggen en samenwerken om samen beslissingen te kunnen nemen voor de stad.’

Praten met Rotterdammers

‘Ik ga vaak op pad in de stad als ik niet aan het vergaderen of aan het lobbyen ben. Ik praat dan met Rotterdammers over wat ze goed en minder goed vinden gaan in de stad’, vertelt gemeenteraadslid Marchiano. Inaya: ‘De gemeenteraadsleden komen op voor de wensen en meningen van de inwoners van de stad. Ik vind het daarom belangrijk dat gemeenteraadsleden praten met Rotterdammers. De gemeenteraadsleden moeten met elkaar zo’n fijn mogelijke stad maken voor alle Rotterdammers.’ Gemeenteraadslid Marchiano: ‘Rotterdammers kunnen zelf ook contact opnemen met gemeenteraadsleden of komen inspreken bij een gemeenteraadsvergadering om te laten weten wat ze ergens van vinden.’

Lijkt het je leuk om een gemeenteraadsvergadering te zien? Je kunt de vergaderingen bekijken en terugkijken via gemeenteraad.rotterdam.nl

Inaya en gemeenteraadslid Marchiano in de hal van het stadhuis. Foto’s: Arjen Jan Stada
Gemeenteraadslid Marchiano en Inaya in de raadzaal.
Gemeenteraadslid Marchiano (midden) en Inaya (rechts) praten met een lid van de politieke partij BIJ1 Rotterdam in de werkkamer van de partij.

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.