Een tekening voor Antek (12) 4 8 12 11
Proefje ‘Over water lopen’
De leerlingen luisteren naar
10 jaar een kinderombudsvrouw
FEIJENOORD — De leerlingen van groep 7/8 van het Zuider Gymnasium kregen een EHBOles van Jan van het Rode Kruis. Deniz (11), Jesse-James (10), Inaya (10), Jaydha (11) en Ubaida (11) vertellen wat ze geleerd hebben. Jaydha: ‘EHBO is eerste hulp bij ongelukken.’
Inaya: ‘We leren hoe je kunt helpen bij een ongeluk.’
Tekst: Lotte Keuzenkamp
Deniz: ‘Je volgt 4 belangrijke stappen bij een ongeval. Je kijkt eerst of de omgeving veilig is. Je kunt zelf een ongeluk krijgen als het nog niet veilig is. Je kijkt daarna wat er precies is gebeurd. Je belt 112. 112 is een alarmcentrale die ervoor zorgt dat de ambulance, politie of brandweer komt. Je legt aan de telefoon goed uit wat er precies is gebeurd. Je helpt het slachtoffer nadat je 112 hebt gebeld.’
De leerlingen leggen elkaar in de stabiele zijligging. Foto’s: Arjen Jan Stada
Stabiele zijligging
Jaydha: ‘Iemand die bewusteloos op zijn rug ligt kan stikken in zijn eigen tong.
Je legt iemand in de stabiele zijligging om het stikken te voorkomen.’
Jesse-James legt uit hoe je iemand in de stabiele zijligging legt: ‘Je legt iemand zijn linkerhand op zijn rechterwang. Je tilt iemand zijn linkerknie omhoog. Je draait de persoon daarna op zijn rechterzij. De persoon ligt nu op zijn zij met zijn wang op zijn hand.’
Verband leggen
Jan van het Rode Kruis leert de leerlingen hoe ze een verband leggen. Ubaida: ‘Je doet verband op een wond zodat er geen bacteriën in de wond komen. Je legt eerst het witte stukje van het verband op de wond. Je wikkelt het verband daarna om de wond heen.’
Wandelen door Rotterdam
Jan van het Rode Kruis.
Jantje heeft een slecht rapport. De meester zegt tegen Jantje: ‘Als je dit aan je vader laat zien, krijgt hij vast grijze haren!’
Jantje zegt: ‘O, dan zal mijn vader heel blij zijn.’ Meester vraagt: ‘Hoezo?’
Jantje vertelt: ‘Nou, mijn vader is al jaren kaal.’
Ayoub (10)
Pietje is aan het gamen. Moeder vraagt:
‘Pietje wil je even boodschappen doen?’
‘Daar heb ik geen zin in moeder’, zegt Pietje.
Moeder: ‘Dan maak je maar zin.’
’s Avonds zegt Pietje: ‘Ik wil pannenkoeken.’
Moeder zegt: ‘Ik heb geen pannenkoeken.’
Pietje reageert: ‘Dan maak je maar pannenkoeken!’
Romaisa (9)
2 vliegen zitten op een hondendrol.
Zegt de ene vlieg tegen de andere: ‘Ik weet nog een vieze mop.’
Zegt de andere: ‘Nu even niet. Ik zit net te eten.’
Adam (8)
glad handschoen helm ijs ijzel kou koud laarzen muts natuurijs schaats schaatsen
sjaal skiën skipak skistok slee sneeuw sneeuwbal sneeuwpop sneeuwvlok snowboarden trui vriezen wanten winterjas
J e n n y en J i m m y
Michiel van de Vijver
Hoe noem je een rijke koe?
Doekoe.
Mehdi (11)
Hoe heet een mens die zich gedraagt als een aap?
Ouiam (11)
Een stinkend rijke man. Een mensaap.
Hoe noem je een man die stinkt en rijk is?
Riham (13)
Zoek de sneeuwvlokjes in de kinderkrant!
Kun jij ze allemaal vinden? Vul hier het aantal in:
Jong010 wordt mede mogelijk gemaakt door:
Waar ben je goed in? In rekenen en taal. Maar ook in schaken, verstoppertje ... ... viool spelen, tennis, tekenen, spelletjes, veters strikken ... En opscheppen. redactie@jong010.nl
Heb jij een tip voor Jong010?
Lees alle kranten op onze website: www.jong010.nl
JONG010 - JANUARI 2025
JAARGANG 15 - EDITIE 5 OPLAGE: 38.000 KRANTEN
Hoofdredacteur: Suzanne Huig
Journalisten: Marloes Brouwer, Lotte Keuzenkamp, Ahmad Resh, Paul van Strien, Jesse Wagenvoord
Fotografen: Fleur Beerthuis, Peter Snaterse, Arjen Jan Stada
Vormgeving: Marcel van den Assem
Redactiemedewerker: Sasja Hof
Aan deze editie werkten verder mee: Robert
(9) Gefeliciteerd!
ROTTERDAM –
Carola Schouten is de burgemeester van Rotterdam. Ze hoort graag de meningen en ervaringen van basisschoolleerlingen. De burgemeester hoort graag van jou hoe ze Rotterdam mooier en fijner kan maken.
Tekst en foto's: Suzanne Huig
C AROLA S CHOUTEN
‘Rotterdam is een heel fijne en mooie stad. Dat komt vooral door de ongeveer 671.000 Rotterdammers die er wonen. Ik leer veel mensen kennen en breng mensen met elkaar in contact. Ik zorg er graag voor dat volwassenen bevriend worden met elkaar want vriendschap zorgt voor mooie dingen. Wat vind jij dat ik moet doen om Rotterdam nog mooier en fijner te maken?’
‘Ik vind dat de burgemeester moet zorgen voor veilige fietspaden. Soms zit er geen rand tussen een fietspad en een rijbaan. Automobilisten rijden dan hard langs fietsers. Ik voel me dan niet veilig op mijn fiets.’
‘Ik vind dat de burgemeester ervoor moet zorgen dat er meer wijkagenten op straat lopen. Ik zie soms mensen alcohol drinken of drugs gebruiken op straat. Ik voel me dan niet veilig. Ik voel me veiliger als er een wijkagent in de buurt is.’
‘Ik vind dat de burgemeester ervoor moet zorgen dat er op straat meer wordt gecontroleerd op het gebruik van drank en drugs. Ik vind dat mensen die op straat alcohol drinken of drugs gebruiken moeten worden meegenomen naar een politiebureau. Ik zou me dan veiliger voelen op straat.’
‘Ik durf soms niet in een speeltuin te spelen als er jongeren in de speeltuin rondhangen. Ik hoop daarom dat de burgemeester ervoor kan zorgen dat jongeren niet meer rondhangen in speeltuinen.’
‘Ik vind het fijn als de burgemeester ervoor zorgt dat er in heel Rotterdam een rookverbod komt. Ik hoop dat ze er ook voor zorgt dat er geen oude gebouwen worden gesloopt. De oude gebouwen zijn herinneringen aan de geschiedenis van Rotterdam.’
‘Ik vind dat de burgemeester ervoor moet zorgen dat er meer straatverlichting komt in de stad. Ik vind dat straatverlichting ervoor zorgt dat de stad er mooier en gezelliger uitziet.’
‘Ik zou het fijn vinden als de burgemeester ervoor kan zorgen dat er meer camera’s in de stad komen te hangen. De politie kan via de camera’s dan alles in de gaten houden.’
‘Ik kan soms niet veilig en makkelijk ergens naartoe doordat er wegwerkzaamheden zijn. Ik moet dan bijvoorbeeld op een gevaarlijke plek oversteken. Of ik moet lang zoeken naar de goede route. Ik hoop dat de burgemeester ervoor kan zorgen dat er veilige en duidelijke routes komen als er ergens aan een weg wordt gewerkt.’
Wat vind jij dat de burgemeester moet doen om Rotterdam nog mooier en fijner te maken?
‘Ik hoop dat de burgemeester ervoor kan zorgen dat Feyenoord een nieuw stadion krijgt. Ik vind het oude stadion er niet mooi uitzien.’
Foto: Ruben Timman
ROTTERDAM – De leerlingen van basisschool Over de Slinge gingen op pad in het centrum van Rotterdam. De leerlingen wandelden de kinderwandeling ‘Speuren door 010’ met gidsen van organisatie Gilde Rotterdam. Ze liepen langs allerlei gebouwen en beelden in de stad. Tekst: Jesse Wagenvoord / Foto’s: Peter Snaterse
Celya (11): ‘Ik vind het leuk en belangrijk dat we tijdens de wandeling meer leren over de stad waarin we wonen.’ ‘We leren door verschillende gebouwen en standbeelden te bekijken bijvoorbeeld welke mensen belangrijk zijn geweest voor Rotterdam’, zegt Djaanvi (11).
De verwoeste stad
De leerlingen komen langs het standbeeld ‘De verwoeste stad’. ‘Ik zie een grote man die iets tegenhoudt. Ik zie een gat op de plek van zijn hart’, zegt Djaanvi. ‘Rotterdam is gebombardeerd in de Tweede Wereldoorlog. Het centrum van de stad was verwoest’, zegt Abdullah (11). ‘Het gat in het hart van het standbeeld staat symbool voor het verwoeste stuk van Rotterdam tijdens de oorlog’, vertelt Lena.
De kubuswoningen
Ecrin: ‘We lopen langs de kubuswoningen. De huizen hebben de vorm van een kubus. De kubussen staan scheef.’ ‘Ik heb het gevoel dat de huizen zo kunnen omvallen’, zegt Celya. ‘In de kubuswoningen wonen mensen. Ik zou wel binnen willen kijken’, zegt Ashley (11).
Het stadhuis
De wandeling begint bij het stadhuis. ‘Ik vind het stadhuis heel indrukwekkend en mooi om te zien’, zegt Mouna (11). Ecrin (11): ‘De burgemeester werkt in het stadhuis.’ ‘We bekijken bij het stadhuis een standbeeld van Johan van Oldenbarnevelt. Johan van Oldenbarnevelt was heel lang geleden een belangrijke pensionaris. Een pensionaris hielp de burgemeester door advies te geven’, legt Lena (13) uit.
The Red Apple Het gebouw ‘The Red Apple’ is de volgende stop. ‘Het gebouw ‘The Red Apple’ is een groot rood gebouw. Red apple betekent rode appel’, zegt Mouna. ‘De naam ‘The Red Apple’ komt van de appelboom die voor het gebouw staat. De appelboom heeft het bombardement overleefd. Ik vind dat heel bijzonder’, vertelt Abdullah.
De naam Rotterdam
De wandeling eindigt bij de standbeelden van 2 voeten voor de Markthal. ‘De voeten staan voor de eerste voetstappen in Rotterdam. Dit plein bij de Markthal is het oudste stuk van Rotterdam’, zegt Djaanvi. Lena: ‘Je ziet hier blauwe stenen tussen de andere stenen liggen. De blauwe stenen liggen op de plek waar de rivier de Rotte vroeger stroomde.’ ‘Mensen hebben hier vroeger een dam in de Rotte gebouwd. De naam Rotterdam komt daar vandaan’, legt Abdullah uit.
Lijkt het jou ook leuk om met je klas te wandelen? Mail voor meer informatie naar kinderrondleiding@gilderotterdam.nl
Foto: Pixabay
ROTTERDAM – Gabrielle (13) en Wouter (13) hebben epilepsie.
Wouter: ‘Epilepsie is een ziekte waarbij je soms een storing in je hersenen hebt. De storing zorgt voor een aanval.’ Tekst: Suzanne Huig
Gabrielle: ‘Er zijn verschillende vormen van epilepsie. Sommige mensen met epilepsie hebben een paar aanvallen in hun leven. Anderen hebben meerdere aanvallen per dag. Ik heb door het gebruik van medicijnen maar heel weinig aanvallen.’
Wouter heeft clusteraanvallen
Wouter: ‘Ik krijg soms een kleine aanval. Ik voel dan alleen een schokje in mijn lijf. Ik heb ongeveer 1 keer per maand een clusteraanval. Je krijgt bij een clusteraanval meerdere aanvallen achter elkaar. Ik voel een clusteraanval niet aankomen. Ik val ineens. Mijn lijf spant aan en trilt. Ik kan dan even niets. Mensen om mij heen moeten er dan voor zorgen dat ik zo veilig mogelijk lig zodat ik mezelf en anderen geen pijn doe. Mijn gezicht kan tijdens een aanval blauw worden. Ik krijg dan te weinig zuurstof. Iemand die bij mij in de buurt is, geeft mij medicijnen en extra zuurstof tijdens een aanval. Een aanval duurt meestal een paar minuten. Ik herinner me na een aanval niet wat er tijdens een aanval is gebeurd. Ik ben na een aanval heel moe.’
Gabrielle.
Foto’s: Arjen Jan Stada
Wouter met Monika.
‘Monika is 1 van de mensen die mij overdag en ’s nachts in de gaten houdt.’
‘Ik vind de boeken uit de serie ‘Dagboek van een muts’ heel leuk. Ik leer door de boeken hoe ik me zelfverzekerder kan voelen.’
Fonds Kind & Handicap helpt kinderen en jongeren met een handicap of chronische ziekte.
Gabrielle heeft een bijzondere vorm van epilepsie Gabrielle: ‘Ik heb een bijzondere vorm van epilepsie. Ik ben 1 van de 9 kinderen in de wereld met deze vorm van epilepsie. Ik voel een aanval meestal aankomen. Ik krijg het benauwd als ik een aanval krijg. Ik moet meestal spugen. Mijn lichaam gaat trillen. Ik raak daarna meestal even bewusteloos. Ik heb dan geen controle over mijn lichaam. Ik ga daarom liggen als ik een aanval voel aankomen zodat ik niet op de grond val als ik buiten bewustzijn raak. Ik roep thuis mijn moeder als ik een aanval voel aankomen. Ik ga dan met mijn moeder op bed liggen. Ik roep op school een juf als ik een aanval voel aankomen. Ik ga dan met een juf op een zitzak liggen. De persoon die bij mij is, geeft mij speciale medicijnen en belt 112 als ik een aanval heb. De ambulancemedewerkers controleren mij altijd na een aanval.’
Hulp van de thuiszorg of van verpleegsters Wouter heeft altijd iemand bij zich die op hem let. ‘Ik word dag en nacht door iemand van de thuiszorg in de gaten gehouden. Die persoon gaat bijvoorbeeld met mij mee naar school en slaapt bij mij op de kamer. Die persoon houdt heel de tijd in de gaten of het goed met mij gaat. Die persoon geeft mij medicijnen en zuurstof als ik een aanval krijg. Ik vind het fijn dat er altijd iemand bij mij in de buurt is die mij kan helpen. Ik kan daardoor ontspannen’, vertelt Wouter. Wouter en Gabrielle zitten op de speciaal onderwijsschool Recon openluchtschool. Het is een school voor kinderen die ziek zijn of een beperking hebben. ‘Bij ons op school zijn altijd verpleegsters aanwezig die je kunnen helpen. De verpleegsters helpen mij bijvoorbeeld met het innemen van medicijnen’, vertelt Gabrielle.
Medicijnen innemen en rusten Gabrielle en Wouter slikken allebei medicijnen om ervoor te zorgen dat ze minder aanvallen krijgen. ‘Ik neem iedere ochtend en iedere avond pilletjes in’, vertelt Wouter. Gabrielle: ‘Ik neem ook iedere ochtend en iedere avond pilletjes in. Ik krijg ook 2 keer per dag een spuitje met medicijnen.’ Wouter: ‘We krijgen eerder een aanval als we moe zijn. We proberen er daarom voor te zorgen dat we niet te moe worden. Ik rust iedere schooldag daarom een uurtje uit in de rustruimte op onze school.’ Gabrielle: ‘Ik slaap iedere schooldag 2 uur in de rustruimte op school.’
Een handicap is een beperking waardoor je sommige dingen niet zo goed kunt.
Een chronische ziekte is een ziekte die minimaal 3 maanden duurt, steeds terugkomt of niet genezen kan worden.
De organisatie geeft bijvoorbeeld geld om hulpmiddelen te kopen, voorlichting te geven of onderzoek te doen.
Rotterdam
De gemeenteraad bestaat uit 45 raadsleden. De 45 gemeenteraadsleden van Rotterdam komen van 15 verschillende politieke partijen. Iedere politieke partij vindt andere dingen belangrijk en heeft een andere mening. De gemeenteraadsleden die bij dezelfde politieke partij horen, noem je samen een fractie. Iedere fractie heeft een leider. De 15 fractieleiders vertellen hun wensen voor Rotterdam en Rotterdamse kinderen. Tekst: Suzanne Huig / Foto: Hans Tak
Ardi Oostdijk Forum voor Democratie
‘Forum voor Democratie Rotterdam droomt van een veilige en fijne stad voor iedereen. Een stad waarin we met elkaar omgaan met respect. Ik wens voor Rotterdamse kinderen dat ze gewoon kind kunnen zijn in Rotterdam.’
Agnes Maassen D66
‘D66 vindt het belangrijk dat alle kinderen goed onderwijs krijgen. We dromen daarnaast van een stad met een schone lucht, schoon water en veel groen. Ik wens voor alle leerlingen dat ze een plek hebben waar ze lekker kunnen sporten en spelen.’
Co Engberts PvdA
‘PvdA Rotterdam wenst een plek waar we goed voor elkaar zorgen, samen leuke dingen doen en elkaar helpen als het even moeilijk is. Wij wensen dat alle kinderen opgroeien in een stad waar je altijd je dromen kunt volgen en je talenten kunt ontdekken.’
René SegersHoogendoorn CDA
‘CDA Rotterdam vindt het belangrijk dat mensen voor elkaar zorgen en samenwerken. Wij wensen dat alle leerlingen in een veilige wijk kunnen wonen waar mensen elkaar helpen en met elkaar voor een fijne omgeving zorgen.’
Dieke van Groningen VVD
‘De Rotterdamse VVD wenst een veilige en fijne stad waar iedereen zichzelf kan zijn. Ik wens dat kinderen aardig tegen elkaar doen en respect hebben voor elkaar, voor ouders en voor leraren. Dat maakt onze wereld een stuk mooier en gezelliger.’
Imane Elfilali Volt
‘Volt Rotterdam vindt het belangrijk dat kinderen en jongeren al jong meepraten over onderwerpen die zij belangrijk vinden en die gaan over hun toekomst. Mijn wens voor leerlingen is dat ze hun dromen kunnen waarmaken en dat volwassenen daarbij helpen.’
Serkan Soytekin DENK
‘DENK Rotterdam wenst dat iedereen zich in Rotterdam welkom voelt en mee kan doen. Mijn wens voor basisschoolleerlingen is dat ze gelijke kansen krijgen om hun talenten te ontdekken en te ontwikkelen zonder angst voor discriminatie.’
Marchiano van Campenhout BIJ1
‘BIJ1 Rotterdam wenst dat iedereen zichzelf mag zijn in Rotterdam. Ik wens dat leerlingen een heel fijne schooltijd hebben waarin ze het beste uit zichzelf kunnen halen en mooie herinneringen kunnen maken.’
Simon Ceulemans Leefbaar Rotterdam
‘Leefbaar Rotterdam wenst dat iedereen zich overal veilig kan voelen in Rotterdam. Onze wens voor basisschoolleerlingen is dat een school voor alle leerlingen, juffen en meesters een fijne en veilige plek is en dat er niet wordt gepest.’
Tjalling Vonk
ChristenUnie
‘ChristenUnie Rotterdam wenst dat iedereen in Rotterdam genoeg geld heeft om te kunnen eten en te kunnen wonen in een warm huis. Mijn wens voor leerlingen is dat ze opgroeien in een stad waar ze veilig zijn, goed les krijgen en een fijn thuis hebben.’
Ellen Verkoelen 50PLUS
‘50PLUS wenst dat iedereen zich thuis voelt, zichzelf kan en mag zijn en leuke vrienden en familie om zich heen heeft. Ik wens voor alle kinderen dat ze het superleuk hebben op school, zich veilig voelen en elke dag iets nieuws leren.’
Ruud van der Velden Partij voor de Dieren
‘Partij voor de Dieren Rotterdam wenst dat mens en dier goed met elkaar samenleven in onze stad. We wensen voor leerlingen dat ze meer leren over de dieren en de natuur in onze stad.’
Michantely de Jong Groep de Jong
‘Groep de Jong vindt het belangrijk dat Rotterdam een stad is waar iedereen zich gehoord en gewaardeerd voelt. Mijn wens voor Rotterdamse basisschoolleerlingen is dat zij zichzelf mogen zijn en zich veilig en gehoord voelen.’
Judith Bokhove GroenLinks
‘GroenLinks droomt van een stad waar geen armoede is en iedereen een eerlijke kans krijgt om een goede toekomst op te bouwen. Ik wens iedere leerling toe dat je later kunt worden wat je wilt en dat je mag zijn wie je bent.’
Theo Coşkun SP
‘SP wenst dat alle Rotterdammers hun wensen en dromen in onze mooie stad kunnen laten uitkomen. Ik wens voor alle kinderen dat ze in vrede kunnen opgroeien en dat de oorlog in Gaza en Oekraïne stopt.’
GELDBOEVEN
ROTTERDAM – Geldcriminelen proberen geld of gegevens te stelen of te misbruiken. De kans is kleiner dat je slachtoffer wordt van criminelen als je veilig met geld leert omgaan. Tekst: Suzanne Huig
Een geldcrimineel kan doen alsof hij of zij iemand is die je kent. De crimineel vraagt dan bijvoorbeeld via een bericht via WhatsApp om snel geld over te maken. Een crimineel haalt soms foto’s van sociale media om het extra echt te laten lijken. Een geldcrimineel kan zich ook voordoen als een bekend bedrijf of een bank. De crimineel probeert dan via berichten of websites wachtwoorden, bankgegevens of pincodes te stelen. De gestolen gegevens worden gebruikt om spullen te bestellen of geld van een rekening te halen. Een geldcrimineel kan ook een geldezel zoeken. Een geldezel is iemand die tegen betaling zijn betaalrekening, betaalpas of pincode uitleent. Geldezels helpen criminelen. Geldezel zijn is strafbaar.
Stop geldcriminelen
Denk goed na voordat je op een bericht reageert of op een link klikt. Bel een bedrijf, bank of persoon als je twijfelt of een bericht echt is. Geef nooit je rekeningnummer, betaalpas of pincode aan iemand. Leen ook niet zomaar je telefoon aan iemand uit als je via je telefoon bij je betaalrekening kunt komen.
Verdachte situaties: A, B. D. Veilige situatie: C
Wat ziet er verdacht uit? Omcirkel wat jij verdacht vindt.
Beste meneer/mevrouw,
Hierbij sturen wij u uw nieuwe bankpas. Wij verzoeken u om uw oude bankpas niet meer te gebruiken. De oude bankpas mag worden doorgeknipt.
Neem voor meer informatie contact op met de klantenservice van uw bank.
Met vriendelijke groet, De Rabobank
Uw pakket is onderweg. De betaling is helaas niet goed gegaan. Klik op deze link om te betalen. A
CROTTERDAM – Nederland heeft 21 waterschappen. Waterschap Hollandse Delta is 1 van de waterschappen. Een waterschap zorgt in een gebied voor veilige dijken en schoon en genoeg water. Asaf (10) en Amadou (11) laten met het proefje ‘Over water lopen’ zien waarom het belangrijk is dat het waterschap zorgt voor schoon water in de natuur.
Tekst: Suzanne Huig / Foto’s: Peter Snaterse
‘Vul het bakje met water’, zegt Amadou.
Wat gebeurt er?
Hallo oma, ik heb een nieuw telefoonnummer. Ik doe mee aan een Wiltsponsorloop. u mij steunen door dit tikkie te betalen? X
Beste klant, we controleren voor uw veiligheid uw gegevens. We vragen u daarom om een foto van uw bankpas te sturen.
Wat heb je nodig?
* Een bakje.
* Water.
* Een punaise met een platte metalen kop.
* Afwasmiddel.
Asaf: ‘Leg de punaise voorzichtig met de punt naar boven in het bakje water.’
Amadou: ‘Doe wat druppels afwasmiddel in het water.’
‘Wacht en kijk wat er gebeurt’, zegt Asaf.
De bovenkant van water staat een klein beetje onder spanning. De punaise kan daardoor op het water blijven drijven. Je maakt het water vies door er afwasmiddel in te doen. De spanning verdwijnt als het water vies is. De punaise zakt daardoor naar de bodem.
Weetje
Sommige insecten kunnen op water lopen. Schaatsenrijdertjes kunnen bijvoorbeeld op water lopen.
Een sloot is schoon als je ziet dat er insecten op het water lopen. De insecten kunnen niet meer op het water lopen als het water vervuild raakt. Ze zakken er dan doorheen. Dat is voor de insecten niet fijn.
Droppie Water: Robert van der Kroft
ROTTERDAM – Marieke van Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) Rijnmond reageert iedere maand in Jong010 op een vraag of een probleem van een leerling of klas. Ze beantwoordt deze maand de vraag van Naliya (10). Tekst: Suzanne Huig
Marieke beantwoordt ingestuurde vragen.
Foto: Peter Snaterse
jij een vraag aan
Hoi Naliya,
Naliya: ‘Mijn ouders zeggen dat ik brutaal ben. Ik wil gewoon mijn mening geven. Wat kan ik doen?’
Je bent een eigen identiteit aan het ontwikkelen. Dat betekent dat je aan het ontdekken bent wie je bent en wat je belangrijk vindt. Je komt daar achter door over dingen na te denken. Je wilt door die ontwikkeling steeds vaker je mening geven.
Rustig en vriendelijk je mening geven
Het kan voorkomen dat jij soms iets anders vindt dan je ouders. Het is goed dat je dat tegen je ouders durft te vertellen. Het is belangrijk om dingen op een rustige en vriendelijke manier te vertellen zodat je niet brutaal wordt gevonden. Het kan bijvoorbeeld brutaal overkomen als je een gesprek onderbreekt. Je moet daarom soms even op je beurt wachten voordat je je mening mag geven. Je moet soms ook even vragen of je je mening mag geven.
Een andere mening of niet luisteren
De meeste ouders en verzorgers vinden het leuk als je mee wilt praten zolang je vriendelijk blijft. Je mag altijd je mening geven als het gesprek over jou gaat. Je ouders of verzorgers zullen het niet altijd met je eens zijn. Je ouders of verzorgers weten vaak wat goed voor je is. Je ouders of verzorgers willen soms misschien niet naar je luisteren als je je mening geeft over iets dat niet over jou gaat. Dat hoort erbij.
Groetjes Marieke
Stuur een mail naar REDACTIE@JONG010.NL
Of stuur een brief naar Jong010, Postbus 13037, 3004 HA Rotterdam.
ROTTERDAM – Tess (13), Britt (16) en Lara (18) hebben 6 jaar geleden koolmonoxide in huis gehad. Hulpverleners hebben de zussen en hun ouders gered. Veiligheidsregio RotterdamRijnmond vindt het belangrijk dat mensen een koolmonoxidemelder (CO-melder) hebben zodat ze worden gewaarschuwd als er koolmonoxide in huis is.
Tekst: Suzanne Huig
‘Onze moeder dacht dat ze ziek was. Ze heeft mij naar mijn hockeytraining gebracht en is daarna ziek naar bed gegaan’, vertelt Britt. ‘Wij hebben met onze vader ’s avonds bij onze opa en oma gegeten. Mijn zussen en ik gingen naar bed toen we thuiskwamen. Onze vader zat beneden televisie te kijken. Hij hoorde ineens een harde knal. Hij rende naar boven en zag dat ik uit mijn bed was gevallen. Ik moest overgeven en was in de war’, vertelt Tess. Britt: ‘We kregen mama niet wakker. We hebben voor mama en voor Tess de hulpdiensten gebeld.’



Gered door de hulpdiensten Koolmonoxide (CO) is een giftig gas dat je niet kan ruiken, proeven of zien. Je kunt erg ziek worden als je het gas inademt. Je kunt bijvoorbeeld hoofdpijn krijgen of misselijk worden. Je kunt van te veel koolmonoxide bewusteloos raken of doodgaan. Brandweerlieden hebben altijd een CO-melder bij zich. Ze worden daardoor op tijd gewaarschuwd als ze in een ruimte komen waar het giftige gas hangt. Britt: ‘De CO-melder van de brandweerlieden die bij ons kwamen, ging gelijk piepen. De hulpdiensten hebben ons toen snel naar buiten gedragen. We zijn allemaal naar het ziekenhuis gebracht en hebben daar zuurstof gekregen. We hebben het gelukkig allemaal overleefd.’
CV-KETEL
Een cv-ketel is een apparaat dat water verwarmt voor de verwarming, douche en kranen in huis.
7 CO-melders in huis
‘De koolmonoxide is in ons huis gekomen door een storing aan onze cv-ketel. De ketel had uit moeten gaan door de storing maar dat is niet gebeurd. Het giftige gas kon zich daardoor verspreiden in ons huis. We hadden geen CO-melder dus we hadden niet door dat het giftige gas in ons huis aanwezig was’, vertelt Britt. Tess: ‘We hebben nu 7 CO-melders in huis. We nemen een CO-melder mee als we op vakantie gaan of ergens gaan logeren. We zorgen ervoor dat we voortaan altijd gewaarschuwd zullen worden als er koolmonoxide in een ruimte is.’
Heb
Marieke of zit je ergens mee?
Tess en Britt bij de cv-ketel. Foto’s: Arjen Jan Stada
Tess en Britt laten een CO-melder zien.
CROOSWIJK – In de toekomst zijn er veel mensen nodig die technische beroepen willen doen. Denk bijvoorbeeld aan automonteurs, timmermannen en mensen die computerprogramma’s maken. Alle leerlingen van de Oscar Romeroschool krijgen daarom techniekles op school.
Tekst: Paul van Strien
De leerlingen leren tijdens de lessen alle vormen van techniek kennen. De leerlingen van groep 6 maken een kijkdoos. Ze ontwerpen een slaapkamer. De verhoudingen moeten kloppen en ze moeten het interieur zelf maken. Oliver (9): ‘Ik maak een bed van karton en plaats hem in mijn kijkdoos.’
INTERIEUR
De inrichting van een ruimte. Bijvoorbeeld van een huis, boot of auto.
De leerlingen maken een kijkdoos tijdens de techniekles.
Verschillende gereedschappen
Het technieklokaal is geen gewoon klaslokaal. In het lokaal staan 3D-printers en hangen zagen en schroevendraaiers aan de muur. Paulina (10) werkt het liefst met een hamer. ‘Ik werk graag met mijn handen. Ik voel me ontspannen als ik met mijn handen werk’, zegt ze.
Fijne lessen
Oliver en Filip (8) vinden het fijn dat ze techniekles krijgen. Oliver: ‘Ik wil later met techniek werken. Ik vind het daarom fijn om nu al veel over techniek te leren.’
Filip: ‘Ik wil later net als mijn vader huizen bouwen.’
Problemen oplossen
Filip: ‘We leren tijdens de technieklessen bijvoorbeeld ook problemen op te lossen met technisch LEGO.’ Hamza (9): ‘We moesten bijvoorbeeld een keer treinen en spoorbanen goed programmeren zodat de treinen konden rijden. Ik vond dat een lastige opdracht.’
De burgemeester hoort graag de meningen en … van basisschoolleerlingen. PAGINA 3
Wie hielp de burgemeester heel lang geleden door advies te geven? PAGINA 4
Welke ziekte hebben Gabrielle en Wouter? PAGINA 5
Hoe noem je de gemeenteraadsleden die bij dezelfde politieke partij horen samen? PAGINA 6
Wat zakt naar de bodem tijdens het proefje? PAGINA 8
Wat ontwikkel je als je ontdekt wie je bent en wat je belangrijk vindt? PAGINA 9
Wat hebben alle gezinsleden in het ziekenhuis gekregen? PAGINA 9
Het antwoord van de puzzel van december is: PORTEMONNEE. De winnaar is Kai (8). Gefeliciteerd!
Tijdens welke les maken de leerlingen van groep 6 een kijkdoos? PAGINA 10
Hoe noem je een grote berg poep en plas? PAGINA 11
Waar ruikt Ilayna haar zeep naar? PAGINA 11
BOEKENBON TER WAARDE VAN 15 EURO
Kinderrechten zijn ……… over hoe iedereen met kinderen moet omgaan. PAGINA 12
De antwoorden op de vragen vind je in deze krant!
Foto’s: Fleur Beerthuis
ROTTERDAM – Sharvano (7) heeft het boek ‘Boer Boris en de mesthoop’ gemaakt. Sharvano: ‘Het verhaal gaat over boer Boris die alle poep en plas van zijn boerderijdieren naar een mesthoop brengt. Een mesthoop is een heel grote berg van poep en plas. Het is een grappig verhaal.’ Tekst en foto’s: Suzanne Huig
De boeken uit de prentenboekenserie ‘Boer Boris’ zijn geschreven door schrijver Ted van Lieshout. Sharvano: ‘Ik vind de prentenboekenserie ‘Boer Boris’ heel leuk omdat ik het leuk vind om over boerderijdieren te lezen. Ik vond het jammer dat er nog geen verhaal was over een mesthoop. Ik heb daarom zelf een verhaal over een mesthoop bedacht.’
Bedenken, schrijven en tekenen ‘Ik heb eerst een grappig verhaal bedacht. Ik heb het verhaal daarna opgeschreven. Ik vond dat een leuke manier om te oefenen met schrijven. Ik heb daarna plaatjes bij het verhaal getekend. Mijn klasgenoten hebben mijn boek gelezen. Zij vinden het een leuk boek. Ik hoop dat ik ooit een boek maak dat in alle boekwinkels te koop is’, zegt Sharvano.
ROTTERDAM – Antek (12) leert bij Rijndam Revalidatie opnieuw lopen. 'Ik heb lang niet gelopen. Mijn spieren zijn daardoor slap geworden. Ik oefen hier om sterker te worden en weer goed te leren lopen', zegt Antek. Tekst: Ahmad Resh
Antek: ‘Stamcellen zijn een soort bloedfabriekjes van je lichaam. Mijn stamcellen in mijn beenmerg werkten niet goed. Ik heb daarom nieuwe stamcellen gekregen. Ik kon heel ziek worden als ik geen nieuwe stamcellen zou krijgen. De nieuwe stamcellen werken goed maar ze moeten nog wennen aan mijn lichaam. De stamcellen irriteerden mijn nieren. Ik kreeg daardoor vocht bij mijn longen en mijn hart. Dokters hebben het vocht weggehaald. Ik moest daarvoor bijna 4 maanden op bed liggen. Mijn spieren zijn daardoor slap geworden.’
Bezoek krijgen
'Ik krijg bij Rijndam Revalidatie soms bezoek. Edwin Stierman is bij mij op bezoek om voor mij te tekenen. Hij is van de organisatie ‘Tekenen voor kinderen’. Hij tekent voor kinderen in ziekenhuizen. Edwin tekent waar ik bij zit. Ik heb om een boze Donald Duck gevraagd. Ik vind Donald Duck leuk. Donald Duck heeft vaak pech. Hij glijdt bijvoorbeeld uit over een bananenschil. Donald Duck wordt dan boos. Ik vind dat grappig', vertelt Antek.
Antek en Edwin met de tekening. Foto’s: Arjen
Niet boos
Antek wordt zelf niet snel boos. 'Ik kon door mijn ziekte niet naar school. Ik heb de musical en het schoolkamp van groep 8 gemist. Ik ben daar niet boos om. Ik hoop dat ik snel weer naar school mag’, zegt hij.
FEIJENOORD – Groep 3 van basisschool De Nieuwe Haven ging langs bij De Speelfabriek. De Speelfabriek is een werkplaats vol creatieve proefjes. Tekst: Jesse Wagenvoord
De meiden typen hun naam op een typemachine.
Foto’s: Arjen Jan Stada
De leerlingen maken een auto van een blokje hout.
‘Ik leer mijn naam typen op een ouderwetse typemachine’, zegt Erza (6). Rosalie (6): ‘Ik druk op de toets met de R. Een stempel met de letter R slaat dan tegen het papier aan. Je ziet nu de letter op het papier.’ ‘Ik vind het makkelijker om op een laptop iets te typen. Je kunt met een typemachine een verkeerd getypte letter niet weghalen’, zegt Adriël (6).
Zeep met kleur en geur
Ilayna (6): ‘We maken ook zelf zeep.’ ‘Ik stamp zeepkorrels fijn. Ik maak met water een bal van de fijngestampte zeepkorrels’, zegt Rosalie. ‘De zeepbal mag nu in een verfbadje. Ik kies blauw’, zegt Adriël. ‘De zeepbal krijgt ook een geurtje. Ik knijp met een pipet een paar druppels uit het potje met chocoladegeur. Ik knijp de druppels over de zeep. De zeep ruikt nu lekker naar chocolade. Ik vind het leuk dat ik in De Speelfabriek veel verschillende dingen kan ontdekken’, zegt Ilayna. Rosalie: ‘Ik vind het cool dat ik zelf de kleur en geur van mijn zeepje mag kiezen.’
PIPET
Een glazen buisje om precies een hoeveelheid van een vloeistof op te zuigen.
Sharvano leest zijn eigen boek.
Sharvano legt zijn boek in de schoolbibliotheek.
Edwin tekent Donald Duck voor Antek.
Jan Stada
ROTTERDAM – Rotterdam heeft 10 jaar een kinderombudsvrouw. In januari 2015 kreeg Rotterdam als eerste stad in Nederland een eigen kinderombudsvrouw. De kinderombudsvrouw van Rotterdam komt op voor de rechten van alle Rotterdamse kinderen. Anne Mieke Zwaneveld was de eerste kinderombudsvrouw van Rotterdam. Stans Goudsmit is sinds 2018 de kinderombudsvrouw van Rotterdam en andere gemeenten in de regio. Tekst: Suzanne Huig Kinderrechten zijn afspraken over hoe iedereen met kinderen moet omgaan. De kinderombudsvrouw let erop dat iedereen zich aan de kinderrechten van Rotterdamse kinderen houdt. Kinderombudsvrouw Stans doet haar best om ervoor te zorgen dat steeds meer kinderen en volwassenen de rechten van kinderen kennen. Ze heeft bijvoorbeeld lessen over kinderrechten gemaakt die ze geeft op scholen. Ze geeft ook gastlessen aan organisaties zodat organisaties leren hoe ze beter rekening kunnen houden met kinderrechten.
Zimmen voor kinderen
De kinderombudsvrouw helpt kinderen en jongeren met het zoeken naar een oplossing voor een probleem. Kinderen hebben daarbij het recht om mee te praten en mee te beslissen. Kinderombudsvrouw Stans noemt dat zimmen. Ze probeert ervoor te zorgen dat kinderen op steeds meer plekken kunnen zimmen. Ze geeft bijvoorbeeld bij de gemeente en andere organisaties aan hoe ze de meningen en ervaringen van kinderen en jongeren kunnen gebruiken bij het maken van nieuwe plannen en het oplossen van problemen. Kinderombudsvrouw Stans luistert zelf ook altijd naar de meningen en ervaringen van kinderen en jongeren. Ze heeft bijvoorbeeld kinderen en jongeren gesproken voor haar onderzoek naar armoede, haar onderzoek naar leven met een beperking en haar onderzoek naar thuiszitters.
ROTTERDAM – Dominique (12) was kinderburgemeester van Rotterdam. Dominique: ‘Kinderombudsvrouw Stans heeft ervoor gezorgd dat ik de ideeën van kinderen mocht vertellen tijdens een bijeenkomst voor volwassenen.’ Tekst: Suzanne Huig
‘Stans heeft mij meegenomen naar een bijeenkomst waar werd gepraat over klimaatproblemen. Het was een bijeenkomst waarbij alleen Rotterdammers van 18 jaar en ouder aanwezig mochten zijn. Stans vond het belangrijk dat ook de meningen en ideeën van kinderen werden gehoord. Ze nodigde mij daarom uit om ook te komen. Ik vond dat heel bijzonder. Zij heeft ervoor gezorgd dat daar ook naar kinderen werd geluisterd’, vertelt Dominique.
Ieder kind helpen
Dominique: ‘Ik vind het heel belangrijk dat Rotterdam een kinderombudsvrouw heeft. Stans doet onderzoek naar situaties die we niet altijd zien maar die sommige mensen wel veel verdriet doen. Stans wil ieder kind helpen. Ze luistert naar kinderen en helpt kinderen om problemen op te lossen. Ze doet echt haar best voor kinderen. Ze laat kinderen zien dat er altijd iemand is die wel naar je luistert en je helpt.’
ROTTERDAM – Dean (9) is geboren met een spierziekte. Hij gaat daarom met leerlingenvervoer naar school. Na een verhuizing ontstonden problemen met leerlingenvervoer. Leerlingenvervoer kwam soms veel later dan afgesproken en vergat Dean soms op te halen. De moeder van Dean vroeg daarom hulp aan kinderombudsvrouw Stans. Tekst: Suzanne Huig
‘We waren heel blij met leerlingenvervoer totdat we verhuisden. De route van huis naar school veranderde door onze verhuizing. Dean werd vanaf dat moment regelmatig te laat of niet opgehaald. Hij was daardoor soms veel te laat op school en miste lessen’, vertelt moeder Bianca. Dean: ‘Ze vergaten mij soms ook op school op te halen aan het eind van een schooldag. Ik zat daardoor soms om 16.30 uur nog op school te wachten op leerlingenvervoer.’


Stans hielp een oplossing zoeken Moeder Bianca stuurde brieven naar de organisatie van leerlingenvervoer, wethouders en de burgemeester. De brieven hielpen helaas niet. Ze vroeg daarom of kinderombudsvrouw Stans haar wilde helpen. Moeder Bianca: ‘Stans luisterde naar ons verhaal. Ze hielp ons om een oplossing te zoeken. Ze zorgde ervoor dat onze klacht terechtkwam bij de persoon die het probleem kon oplossen. Ze zorgde ervoor dat we bij de gemeenteraad konden vertellen hoe we ons voelden.’ Dean: ‘Haar hulp heeft ervoor gezorgd dat ik iedere schooldag thuis en op school op tijd word opgehaald. Ik ben daar heel blij mee. Ik maak me nu geen zorgen meer over of ik wel of niet word opgehaald. Ik word slimmer doordat ik geen lessen meer mis. En ik heb ’s middags tijd om met vrienden te spelen doordat ik op tijd thuis ben.’
Kinderombudsvrouw Stans. Foto: PinkPepper
Dean met zijn moeder Bianca. Foto: Suzanne Huig
Dominique met de resultaten van Stans haar onderzoek naar thuiszitters. Foto's: Peter Snaterse