Jong010, dé Rotterdamse kinderkrant - januari 2023

Page 1

7 9 12

– De prijzen voor gas stijgen in Nederland. Sommige mensen proberen minder gas te gebruiken om geld te besparen. Je kunt bijvoorbeeld minder gas verbruiken door de verwarming lager te zetten. Tekst: Amy van Loon

Gas wordt bijvoorbeeld gebruikt om water warm te maken. Gas wordt ook gebruikt om te koken en huizen te verwarmen. Een gedeelte van het gas dat we in Europa gebruiken, komt uit Rusland. Dat gas stroomt via een lange buis van Rusland naar Europa.

Sinds de oorlog komt er minder gas door de buis. ‘Gas begint op te raken omdat Rusland sinds februari 2022 oorlog voert met Oekraïne’, legt Kari (9) uit. ‘We krijgen minder gas. Gas wordt daardoor duurder’, zegt Kalle (7).

17 graden in huis Kari en Kalle besparen thuis op meerdere manieren gas.

‘Ik douche nu korter. Ik stond eerst 8 minuten onder de douche. Ik douche nu maar 5 minuten’, vertelt Kari.

‘We zetten de verwarming thuis niet hoger dan 17 graden. Ik doe mijn onesie aan en pak mijn deken als ik het koud heb. Mama heeft mijn dekentje gemaakt’, zegt Kalle.

Kari: ‘Ik knuffel met onze poes Sammie als het heel koud is.’

Kari en Kalle op een koude dag.

Foto: Amy van Loon

Kachel uit in de klas

Kalle: ‘Op school staat de kachel uit zodat we geen gas gebruiken.’ Op school zijn er regels. Je mag geen onesie of handschoenen aan. ‘Ik doe op school een heel dikke trui aan. Mama heeft een thermotrui van wol gekocht. Ik doe mijn thermotrui aan als het heel koud is. We mogen ook onze jas aan’, zegt Kari.

ONESIE

Kledingstuk uit 1 deel.

JANUARI 2023
De Club van 1-1-2 De Nederlandse taal leren Meedoen met een beperking Duiken in het zwembad
4
HILLEGERSBERG-SCHIEBROEK

jij.’ Kwik zegt: ‘Waarom?’ Zegt Kwak: ‘Omdat je op de kermis was.’ Gwen (10)

beeldhouwen beweging bioscoop boeken dansen film filmhuis fotografie galerie gebouwen

kunstwerken liedjes restaureren rondleiding schilderen stem tekenen theater toneelspelen uitje

Het antwoord van de woordzoeker van december is: VRIEZEN. De winnaar is Arif (11). Gefeliciteerd!

JANUARI 2023
JONG010
JAARGANG 13
EDITIE
OPLAGE:
Hoofdredacteur: Suzanne Huig Journalisten: Lot Derks, Amy van Loon, Annika Verdam Fotografen: Peter Snaterse, Arjen Jan Stada Vormgeving: Marcel van den Assem Redactiemedewerker: Sasja Hof
- JANUARI 2023
-
5
38.000 KRANTEN m e i f a r g o t o f g k r b i o s c o o p b n u s e j d e i l n e s i n i i s d a n s e n c d s u r e t s u l e m h i t h e j u a d w l l i e w m l t b h u m s i l l e l a i o o e r p f d d r i g u b t e k e n e n k f w e s e m k l r r o e e g n i g e w e b e r n t h e a t e r n n n n Antwoord (1 woord): Regels: de woorden vind je horizontaal, verticaal en diagonaal. Ook achterstevoren. Je mag letters meerdere keren gebruiken. Als je de overgebleven letters in de juiste volgorde zet, krijg je het
antwoord. Mail dit antwoord samen met je voornaam, leeftijd en het telefoonnummer van je ouder(s) of verzorger(s) (zodat we contact met je kunnen opnemen als je hebt gewonnen) naar ANTWOORD@JONG010.NL. Alleen de winnaar krijgt bericht.
Diëgo (11) Een andrijvie. Omdat wolken zweten. Een dode bij. Kwik, Kwek en Kwak lopen op straat. Kwik zegt: ‘Ik heb vandaag gedroomd dat ik op de kermis was.’ Kwak zegt: ‘Kwek en ik hebben gedroomd dat we naar een feestje gingen en dat iedereen mee mocht, behalve
Heb jij een tip voor Jong010? Kun jij ze allemaal vinden? Vul hier het aantal in: Zoek de puntenslijpers in de kinderkrant! Een lucifer zegt tegen een andere lucifer: ‘Hoe
Zegt
‘Houd je mond!’ Zegt de ene lucifer: ‘Jij bent echt een heethoofd!’ Kelsey (10) Michiel van de Vijver Jong010 wordt mede mogelijk gemaakt door: Donateurs J e n n y en J i m m y Ik heb gister mijn oude buurman geholpen met het opruimen van een kamer. Hij was erg blij. Wat aardig! Ik ken iemand die er ook blij mee zou zijn. Wil je helpen? Natuurlijk! Niet jouw kamer! Mooi. Speelgoed kan in de bak, schone kleding in de kast, vieze kleding in de wasmand ... redactie@jong010.nl Lees alle kranten op onze website: www.jong010.nl Aan deze editie werkte verder mee: IsaG DE NIEUWE JONG010 VERSCHIJNT DONDERDAG 9 FEBRUARI 2023 De ene onderbroek zegt tegen de andere onderbroek: ‘Laten we naar Spanje gaan.’ Zegt de andere onderbroek: ‘Ik ben al bruin genoeg!’
Wat drijft en is groen? Leen (11) Waarom komt er regen uit een wolk? Cillian-Joao (10) Welke insect heeft vleugels, maar kan niet vliegen?
gaat het?’
de andere lucifer:
Alvinda (10)

HMED A BOUTALEB

‘Ik spaar al heel lang voor een Nintendo. Ik zou van het geld daarom een Nintendo kopen. Ik zou ook een groot schetsboek kopen want ik houd van tekenen. Ik zou de rest van het geld sparen voor later.’

‘Heel veel mensen dromen ervan om rijk te worden en doen mee met een loterij. De kans dat je een prijs wint, is heel erg klein. Het is verstandiger om geen loten te kopen, maar het geld in een spaarpot te doen. De kans is dan groter dat je over een tijdje iets kan kopen wat je graag wilt hebben. Maar stel dat je ineens € 1.000,00 wint. Wat zou jij met de geldprijs doen?’

‘Ik zou de geldprijs weggeven. Ik zou de helft van het bedrag aan een goed doel geven. Ik zou de andere helft van het bedrag aan mijn familie geven. Mijn familie kan het geld gebruiken om iets leuks te doen.’

‘Ik zou de geldprijs op een spaarrekening zetten. Ik zou het geld bewaren voor later. Ik moet later bijvoorbeeld een huis en eten betalen. Ik kan de geldprijs later gebruiken om die dingen te betalen.’

‘Ik zou de geldprijs aan mijn ouders geven. Mijn ouders kunnen het geld gebruiken om kleding en eten te kopen. Ze kunnen het geld ook gebruiken om een fijn huis te kopen.’

‘Ik zou de helft van de geldprijs weggeven aan arme mensen bij mij in de wijk. Ik zou de andere helft van het geld gebruiken om leuke dingen te doen met mijn familie. Ik zou mijn familie meenemen naar een pretpark en naar de bioscoop.’

‘Ik zou de helft van de geldprijs op een spaarrekening zetten. Ik bewaar dat geld voor later. Ik zou de andere helft van het bedrag uitgeven aan versiering voor op mijn kamer.’

‘Ik zou graag een grotere kamer willen. Ik zou de geldprijs daarom aan mijn ouders geven. Mijn ouders kunnen het geld gebruiken om een groter huis te kopen.’

‘Ik vind LEGO heel leuk. Ik zou van het geld daarom iets van LEGO kopen. Ik zou de rest van het geld sparen voor later.

Ik kan het geld later gebruiken om iets te kopen wat ik heel graag wil.’

‘Ik spaar voor een elektrische fiets. Ik zou de helft van de geldprijs bij een elektrische fiets leggen. Ik zou de andere helft van het geld aan mijn ouders geven.’

JANUARI 2023
CAN 9 JAAR ARAS 8 JAAR SERENAY 8 JAAR ALAA 8 JAAR JIP 8
S
11
BALIZZA 9 JAAR AYMEN 9
DAVID 12
ROTTERDAM – Burgemeester Ahmed Aboutaleb hoort graag van Rotterdammers wat zij van de stad vinden.
Hij
is ook benieuwd naar de meningen en ervaringen van basisschoolleerlingen.
Wat zou jij doen met een geldprijs? Tekst en foto's:
Suzanne Huig
JAAR
ANNE
JAAR
JAAR
JAAR Wat zou jij doen met een geldprijs?
A
Nolte
Foto: Gemeente Rotterdam / Marc
LOTERIJ Spel waarbij je met geluk wint.

ROTTERDAM – Stans Goudsmit is de Rotterdamse kinderombudsman. De kinderombudsman controleert of iedereen in Rotterdam zich aan de kinderrechten houdt. Stans heeft onderzocht of kinderen met een beperking kunnen meedoen. De kinderombudsman sprak voor het onderzoek met bijna 150 kinderen met een beperking. Uit het onderzoek blijkt dat kinderen met een beperking veel problemen tegenkomen. Tekst: Suzanne Huig ‘Kinderen met een beperking hebben het gevoel dat zij in een andere wereld leven. Ze voelen zich eenzaam en onbegrepen. Kinderen met een beperking gaan vaak naar een speciale school. Ze kunnen of mogen vaak niet meedoen bij een sportclub of in een speeltuin. Kinderen met een beperking en kinderen zonder beperking komen elkaar op school en in hun vrije tijd daardoor bijna niet tegen’, vertelt kinderombudsman Stans.

In gesprek gaan en oplossingen zoeken ‘Ik vind dat verenigingen, scholen en de gemeente met kinderen met een beperking in gesprek moeten gaan. Ze kunnen de problemen die de kinderen tegenkomen samen oplossen. Sportverenigingen kunnen bijvoorbeeld zorgen dat kinderen met een beperking kunnen meedoen. Scholen kunnen bijvoorbeeld activiteiten organiseren voor kinderen met een beperking en kinderen zonder een beperking. En de gemeente kan in speeltuinen bijvoorbeeld zorgen voor speeltoestellen waar kinderen met een beperking op kunnen spelen. Ik vind dat kinderen met een beperking gehoord en gezien moeten worden’, zegt kinderombudsman Stans.

BEPERKING

Iets hebben waardoor je sommige dingen anders moet doen of niet kunt.

IJSSELMONDE – Esila (13) en Anas (12) zijn slechtziend. ‘Mijn ogen werken voor 20 procent. Ik zie vanaf ongeveer 2 meter afstand wazig’, zegt Esila. Anas: ‘Ik zie geen details.’ Esila en Anas komen iedere dag vervelende situaties tegen door hun beperking. Tekst: Suzanne Huig

Esila en Anas zitten op basisschool Visio Onderwijs Rotterdam. Basisschool Visio Onderwijs Rotterdam is een school voor kinderen die slechtziend of blind zijn. Esila: ‘Ik voel me vaak niet begrepen door kinderen die niet bij ons op school zitten. Ik vind dat lastig. Ik zou het fijn vinden als kinderen zonder beperking bij ons op school langskomen. Ze kunnen dan zien hoe het is om slechtziend te zijn.’ ‘De leerlingen van onze school zouden bijvoorbeeld 1 dag per week kunnen samenwerken met leerlingen van andere scholen. De leerlingen kunnen elkaar dan leren kennen’, zegt Anas.

Iedere sport kunnen doen ‘Ik vind het jammer dat kinderen met een beperking niet iedere sport kunnen doen. Ik vind het belangrijk om te sporten. Sporten zorgt ervoor dat je kunt ontspannen en fit blijft. Ik vind dat sportverenigingen rekening moeten houden met kinderen met een beperking. Sportverenigingen kunnen bijvoorbeeld de regels aanpassen of hulpmiddelen zoeken zodat kinderen met een beperking kunnen meedoen’, zegt Anas.

Onveilig voelen in het verkeer

Esila: ‘Ik voel me soms onveilig in het verkeer. Fietsen, scooters en motoren staan vaak op een stoep geparkeerd. Ik kan vanaf een afstand niet zien wat er op een stoep geparkeerd staat. Ik schrik soms omdat ik bijvoorbeeld ineens voor een scooter sta.’ Anas: ‘Ik vind dat het verboden moet worden om fietsen, scooters en motoren op de stoep te parkeren.’ Esila: ‘Ik zie de kleuren van een verkeerslicht soms niet. In de buurt van onze school maken niet alle verkeerslichten geluid. Ik weet daardoor niet altijd of ik veilig kan oversteken. Ik vind dat alle verkeerslichten geluid moeten maken zodat blinden en slechtzienden veilig kunnen oversteken.’

Hekken om schommels

Anas: ‘Ik voel me soms niet veilig in speeltuinen. Ik heb een keer een schommel tegen mijn hoofd gehad omdat ik niet zag dat iemand schommelde. Ik vind dat de gemeente hekken om schommels moet zetten zodat er minder snel ongelukken gebeuren.’

JANUARI 2023
Stans Goudsmit. Foto: IsaG
Esila en Anas:
‘Wij hebben last van fietsen, scooters en motoren die op een stoep worden geparkeerd.’
Foto's: Peter Snaterse

ROTTERDAM – Mohamed (9) heeft suikerziekte. ‘Ik heb een verkeerde hoeveelheid suiker in mijn bloed doordat mijn lichaam niet goed werkt. Ik heb een speciale sensor en pomp die voor een goede hoeveelheid suiker in mijn bloed zorgen. Ik voel me door de sensor en pomp fit’, vertelt Mohamed. Tekst en foto’s: Suzanne Huig

‘Ik weet sinds ongeveer 2 jaar dat ik suikerziekte heb. Ik had steeds dorst. Ik dronk ’s ochtends 1 liter melk tijdens het ontbijt. Ik dronk ’s nachts vaak 2 liter water. Ik moest 6 keer per uur plassen. Ik was ook snel moe. Ik ben daarom met mijn moeder naar de dokter gegaan. De dokter kwam erachter dat ik te veel suiker in mijn bloed had’, vertelt Mohamed.

Insuline om suikers te gebruiken ‘In eten en drinken zitten koolhydraten. De koolhydraten komen als suikers in je bloed terecht’, vertelt Mohamed. Insuline is een stofje dat zorgt dat je lichaam de suikers kan gebruiken als energie om dingen te doen. Insuline wordt gemaakt in je alvleesklier. Je alvleesklier is een orgaan in je buik. ‘Mijn lichaam maakt geen insuline. Mijn lichaam kan de suikers in mijn bloed daarom niet gebruiken. Ik houd daardoor te veel suikers in mijn bloed. Ik moet insuline in mijn lichaam krijgen om de suikers te kunnen gebruiken’, vertelt Mohamed.

Fonds Kind & Handicap helpt kinderen en jongeren met een handicap of chronische ziekte.

Een handicap is een beperking waardoor je sommige dingen niet zo goed kunt.

Een sensor en insulinepomp ‘Ik heb een sensor in mijn arm. Ik kan mijn suikerwaarde meten door een computertje tegen de sensor aan te houden. Mijn waarde moet tussen de 4 en de 8 zijn. De sensor piept als mijn suikerwaarde te laag is. Ik moet dan iets eten of drinken met daarin koolhydraten’, vertelt Mohamed. Mohamed heeft op zijn buik een insulinepomp. ‘De sensor geeft een seintje aan mijn insulinepomp als mijn suikerwaarde te hoog is. De pomp pompt dan extra insuline mijn lichaam in’, legt Mohamed uit.

Koolhydraten tellen

‘De hoeveelheid suiker in mijn bloed verandert als ik iets eet of drink met daarin koolhydraten. Ik tel daarom hoeveel koolhydraten ik eet en drink. Ik voer in mijn insulinepomp het aantal koolhydraten in dat ik eet en drink.

De pomp weet daardoor hoeveel insuline mijn lichaam nodig heeft voor een goede suikerwaarde. Ik kan op mijn pomp aangeven dat ik speel of sport. Ik heb meer suiker nodig als ik speel of sport. De pomp houdt tijdens het spelen en sporten in de gaten dat ik genoeg suiker heb. Ik ben heel blij met mijn insulinepomp. Ik kan alles doen doordat mijn pomp mijn suikerwaarde in de gaten houdt’, vertelt Mohamed.

Een chronische ziekte is een ziekte die minimaal 3 maanden duurt, steeds terugkomt of niet genezen kan worden.

De organisatie geeft bijvoorbeeld geld om hulpmiddelen te kopen, voorlichting te geven of onderzoek te doen.

JANUARI 2023
Mohamed laat zijn sensor en insulinepomp zien. ORGAAN Onderdeel van je lichaam met een bepaalde functie. Mohamed bekijkt zijn suikerwaarde. Mohamed voert de koolhydraten van een pakje drinken in. Mohamed heeft zijn insulinepomp altijd bij zich.

ROTTERDAM – Je kunt met geld leren omgaan als je zelf een rekening, betaalpas en pincode hebt. Je krijgt een betaalpas en pincode bij een bankrekening. Je kunt je geld veilig op de bankrekening bewaren. Je kunt met de betaalpas en pincode bijvoorbeeld geld pinnen en betalen in een winkel. Tekst en foto: Suzanne Huig

Je krijgt een betaalpas en pincode bij een Rabo JongerenRekening. Het is belangrijk om je betaalpas en pincode nooit aan iemand te geven. Anderen kunnen geld van jouw rekening halen als ze je betaalpas en pincode hebben.

Betaalpas bewaren Het is belangrijk om je betaalpas op een veilige plek te bewaren. Je kunt je betaalpas bijvoorbeeld in een portemonnee bewaren. Blokkeer je betaalpas als je hem kwijt bent. Mensen die je pas vinden, kunnen je pas anders gebruiken. Je kunt een nieuwe betaalpas aanvragen als je je betaalpas hebt geblokkeerd.

Pincode onthouden

De kans is groter dat iemand achter jouw pincode komt als je je pincode ergens bewaart. Leer je pincode daarom uit je hoofd. Schrijf je pincode niet op en zet hem niet in je telefoon. Zorg dat mensen je pincode ook niet kunnen zien als je hem invoert bij een winkel of pinautomaat. Je kunt je pincode opvragen bij de bank als je hem bent vergeten.

Pinnen zonder pincode

Contactloos betalen is betalen door je betaalpas bij een betaalautomaat te houden. Je hoeft je pincode niet in te voeren als je contactloos betaalt. In je betaalpas zit een code. Die code wordt gelezen als je je betaalpas bij de betaalautomaat houdt. De code is gekoppeld aan jouw betaalrekening en naam. Contactloos betalen is veilig omdat je geen pincode hoeft in te voeren. Niemand kan stiekem meekijken wat je pincode is omdat je geen pincode hoeft in te voeren.

‘Ik heb een bankrekening, betaalpas en pincode. Ik krijg mijn zakgeld iedere maand op mijn rekening gestort. Ik betaal de dingen die ik koop met mijn betaalpas. Ik kijk online hoeveel geld ik nog op mijn rekening heb staan. Ik vind het heel fijn dat ik zelf mijn geld niet hoef te tellen doordat mijn geld op mijn rekening staat.’

IJSSELMONDE – De waterschappen zorgen voor het water in sloten, vaarten en meren in Nederland. Waterschap Hollandse Delta zorgt voor het water in Charlois, Feijenoord, IJsselmonde, Rozenburg, Hoogvliet en Pernis. Benthe is jeugdbestuurder bij waterschap Hollandse Delta. Ze vertelt als jeugdbestuurder wat het waterschap doet. De leerlingen van groep 6 van Kindcentrum IJsselmonde kregen van Benthe een gastles over de Watersnoodramp. Tekst en foto's: Suzanne Huig

‘In de nacht van zaterdag 31 januari 1953 op zondag 1 februari 1953 was er een zware storm in Nederland. In delen van Nederland braken de dijken door en waren overstromingen. Zeewater stroomde op meer dan 150 plaatsen het land in. Dieren verdronken. Mensen overleden. Er was veel schade. Deze grote storm met overstromingen wordt de Watersnoodramp genoemd’, vertelt Benthe.

Vluchten naar een droge plek ‘Mensen vluchtten tijdens de Watersnoodramp naar een plek waar het water niet kon komen. Ze vluchtten bijvoorbeeld naar een zolder of dak van een huis’, vertelt Benthe. De leerlingen bespreken wat ze meenemen als ze zouden vluchten naar een zolder of dak van een huis. Arthur (9): ‘Ik neem flessen water en eten in blik mee. Je hebt eten en drinken nodig om te kunnen overleven.’ ‘De elektriciteit werkt niet meer na een overstroming. Ik neem daarom een zaklamp mee zodat ik voor licht kan zorgen als dat nodig is’, zegt Hanna (9). Hatice (9): ‘Ik neem een deken mee om mezelf warm te houden.’ ‘Ik neem een noodfluit mee. Ik kan aan hulpverleners laten horen waar ik ben door op de noodfluit te blazen’, zegt Benna (10).

HOOGWATER

De leerlingen bekijken met Benthe 1 van de Deltawerken.

WATERKERING

Iets dat water tegenhoudt. Bijvoorbeeld een dijk.

De Deltawerken

‘De Deltawerken zijn gebouwd om te voorkomen dat er nog een Watersnoodramp komt. De Deltawerken zijn 13 waterkeringen die Nederland beschermen tegen hoogwater’, vertelt Benthe. Ilse (9): ‘De Deltawerken beschermen het land tegen water uit de zee.’ ‘De waterkeringen gaan dicht als het water hoog staat. Ze zorgen er daardoor voor dat het water het land niet in kan stromen’, zegt Zubair (9). Vensly (9): ‘Ik voel me veilig dankzij de Deltawerken.’

JANUARI 2023
De leerlingen bespreken met behulp van kaartjes wat ze meenemen als ze moeten vluchten voor water. Shadé (10) Naam:
Reactie:
Heb jij een bankrekening, betaalpas en pincode? Of vind je het fijner om contant geld te hebben? Leg uit waarom. CONTANT GELD Bankbiljetten en munten. Moment dat het water hoog staat.

ROTTERDAM – De Club van 1-1-2 is een nagebouwd huis in de brandweerkazerne van Schiedam. Je kunt daar leren hoe je brand kunt voorkomen en wat je moet doen als er brand in huis ontstaat. Aafke (9), Stephan (10), Juliëtte (9), Tibbe (9) en Jazzlynn (7)

1-1-2.

‘In het nagebouwde huis zijn verschillende kamers. Jullie gaan op zoek naar de onveilige situaties in de kamers’, vertelt Georgette van de Club van 1-1-2.

Gevaar in de woonkamer Aafke, Stephan, Juliëtte, Tibbe en Jazzlynn bekijken de woonkamer van het nagebouwde huis. ‘De kaarsen staan te dicht bij de gordijnen. De gordijnen kunnen in brand vliegen als ze worden geraakt door de kaarsen’, zegt Juliëtte. Aafke: ‘Op de bank ligt een laptop die wordt opgeladen. De oplader en de laptop kunnen heel heet worden. De bank kan daardoor in brand vliegen.’ ‘Ik zie dat er verschillende verlengsnoeren op elkaar zijn aangesloten. De verlengsnoeren kunnen daardoor overbelast raken en in brand vliegen’, zegt Stephan.

Hoi Darren, Pesten is bijvoorbeeld iemand beledigen, buitensluiten of slaan. Je bent bij pesten niet gelijk aan elkaar. Een pester doet iemand pijn. Ik vind het goed dat je nadenkt over waarom kinderen pesten. Je kunt het pesten misschien stoppen als je begrijpt waarom kinderen pesten.

Populair willen zijn Kinderen kunnen verschillende redenen hebben om te pesten. Pesters willen vaak populair zijn en gezien worden. Ze pesten zodat ze aandacht krijgen en opvallen. Sommige pesters pesten omdat ze niet goed weten hoe ze op anderen moeten reageren. Ze pesten om te testen hoe anderen reageren.

Frustraties en gepest zijn Sommige pesters pesten omdat ze zich niet fijn voelen. Ze hebben bijvoorbeeld problemen thuis. Ze reageren hun frustraties van de problemen af door te pesten. Sommige pesters zijn vroeger zelf gepest. Ze pesten om te voorkomen dat ze zelf weer worden gepest. Ze denken dat ze zelf minder snel worden gepest als ze pesten.

Praat erover Pesters hebben vaak niet in de gaten dat pesten mensen verdrietig kan maken. Het is belangrijk dat kinderen die worden gepest erover praten. Een juf, meester, ouder, verzorger of vriend kan helpen om het pesten te stoppen.

Groetjes, Marieke

Vluchten uit je slaapkamer

Ze bekijken ook de slaapkamer van het huis. In de slaapkamer ligt speelgoed op de grond. ‘Je ziet vaak slecht als er rook is. Het is daarom belangrijk dat er geen spullen op de grond liggen waarover je kunt struikelen’, legt Georgette van de Club van 1-1-2 uit. ‘Het is dus belangrijk dat je kamer altijd is opgeruimd zodat je vluchtroute vrij is’, zegt Tibbe. Stephan: ‘Het is ook belangrijk om een rookmelder in de buurt van je slaapkamer te hangen. De rookmelder waarschuwt je als er brand is.’

Zo snel mogelijk vluchten ‘Kijk of jullie thuis ook brandgevaarlijke situaties hebben. En breng jezelf zo snel mogelijk in veiligheid als er toch brand ontstaat’, zegt Georgette van de Club van 1-1-2. ‘Je neemt niets mee als je vlucht. Je belt buiten het alarmnummer 112’, zegt Jazzlynn. Tibbe: ‘Het is belangrijk dat je weet waar de huissleutel ligt zodat je zo snel mogelijk naar buiten kunt. De huissleutel hangt bij mij bij de voordeur.’

JANUARI 2023
Darren: ‘Waarom pesten sommige kinderen?’ Marieke beantwoordt ingestuurde vragen. Foto: Peter Snaterse
Stuur
REDACTIE@JONG010.NL Of stuur
ROTTERDAM – Marieke van het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) Rijnmond reageert iedere maand in Jong010 op een vraag of probleem van een leerling of klas. Ze beantwoordt deze maand de vraag van Darren (11) Tekst: Suzanne Huig
een mail naar
een brief naar Jong010, Postbus 13037, 3004 HA Rotterdam.
Heb jij een vraag aan Marieke of zit je ergens mee? VLUCHTROUTE Veilige route om uit een gebouw te komen. bezochten de Club van Tekst: Suzanne Huig / Foto’s: Arjen Jan Stada
Wil jij de Club van 1-1-2 bezoeken? Of wil je meer leren over de hulpdiensten in Rotterdam?
dan op WWW.DECLUBVAN112.NL OPDRACHT
Kijk
Ze bekijken de brandgevaarlijke situaties in de woonkamer.

IJSSELMONDE – Hulphond Joe (2) van praktijk Joe&Co helpt kinderen om zich zelfverzekerd en fijn te voelen.

Skye (10) oefent 1 keer per week met Joe. Skye: ‘Ik vind het heel leuk om met Joe te oefenen. Joe is een vriend voor mij. Ik vertrouw Joe. Joe vertrouwt mij.’

Tekst: Suzanne Huig

‘Joe kan je helpen als je problemen hebt of als je je niet fijn voelt. Joe kan je bijvoorbeeld helpen als je onzeker bent, bang bent of gespannen bent. Joe draagt een sjaal als hij aan het werk is in de praktijk. Joe draagt geen sjaal in zijn vrije tijd. Hij weet door de sjaal wanneer hij moet werken en wanneer hij kan ontspannen’, vertelt Skye.

Nadenken en duidelijk zijn Skye maakt voor Joe een parcours van verschillende opdrachten. ‘Ik moet ervoor zorgen dat Joe weet wat hij moet doen. Joe doorloopt het parcours alleen als ik duidelijk ben. Ik denk eerst goed na over het parcours. Ik laat Joe het parcours doorlopen als ik precies weet wat hij waar moet doen. Ik praat duidelijk tegen Joe. Ik doe het parcours 1 keer voor. Joe doorloopt het parcours daarna netjes. Ik leer door een parcours voor Joe te maken om goed na te denken voordat ik iets doe. Ik leer ook om duidelijk te zijn’, zegt Skye.

Zelfverzekerder voelen

‘Ik was vroeger soms onzeker.

Ik durfde bijvoorbeeld niets aan een onbekende te vragen. Ik heb door Joe geleerd om in mezelf te geloven.

Ik laat Joe verschillende oefeningen doen als ik met hem oefen.

De meeste oefeningen lukken als ik in mezelf geloof en zelfverzekerd ben. Joe vertrouwt dan op mij.

Ik sta rechtop en adem diep in en diep uit voordat ik Joe vraag om een oefening te doen. Ik voel me dan rustig en zelfverzekerd. Ik denk aan Joe als ik me ergens onzeker over voel. Ik ga dan rechtop staan en adem diep in en diep uit. Ik bedenk me dan dat ik in mezelf mag geloven’, vertelt Skye.

Lichaamstaal van een hond ‘Ik leer door Joe hoe ik met honden moet omgaan. Ik kijk Joe niet in zijn ogen aan. Hij kan zich dan bedreigd voelen. Het is belangrijk om op de lichaamstaal van een hond te letten. Je kunt aan de lichaamstaal van een hond zien hoe een hond zich voelt. Joe steekt bijvoorbeeld zijn tong uit als hij iets spannend vindt. Joe geeft bijvoorbeeld aan dat hij wil spelen als hij op zijn voorpoten ligt’, vertelt Skye.

JANUARI 2023
Skye laat Joe een parcours doorlopen. Foto’s: Arjen Jan Stada Skye laat Joe een oefening doen.

ROTTERDAM

De Scuba Rangers is een duikgroep voor kinderen van 8 tot 12 jaar. Jonah duikt elke week het zwembad in met een persluchtfles op zijn rug. ‘Ik kan met de persluchtfles ademhalen onder water’, zegt hij.

SCHIEBROEK – De freerunners van sportvereniging OneMovement leren in een gymzaal verschillende trucs. Romeo (12): ‘Freerunnen is een sport waarbij je een parcours aflegt van punt A naar punt B. Je legt het parcours zo creatief en mooi mogelijk af. Je springt bijvoorbeeld over obstakels.’ In de gymzaal gebruiken de freerunners banken en speeltoestellen als obstakels. Tekst: Lot Derks

Freerunnen is een sport die je overal kunt doen. Roemer (10): ‘Ik vind het leuk dat ik altijd en overal kan freerunnen als ik dat wil. Je kunt bij freerunnen alle stoepjes en muurtjes gebruiken om vanaf te springen. Je hebt verder niets nodig.’

‘Een trimvest is een soort zwemvest dat je draagt tijdens het duiken. Het vest helpt je om op de juiste hoogte te blijven’, zegt Jonah. Hij maakt de persluchtfles vast aan het trimvest. Hij draait de ademautomaat op de fles. ‘Je gebruikt de ademautomaat om te ademen onder water. Je moet voordat je gaat duiken altijd testen of het goed werkt. Je kunt dit testen door een paar keer in te ademen en uit te ademen’, legt Jonah uit.

Materiaal aantrekken

‘We doen een loodgordel om. Een loodgordel is een gordel met daaraan gewichtjes van lood. De gordel zorgt ervoor dat je in het water naar beneden zakt’, zegt Jonah. Trainer Jordi helpt de leerlingen om hun trimvest aan te doen. De leerlingen zetten een duikmasker op en trekken vinnen aan. ‘Het duikmasker bedekt onze ogen en neus. Het masker zorgt ervoor dat er geen water in onze ogen en neus komt. De vinnen zorgen ervoor dat we kunnen zwemmen zonder onze armen te bewegen’, legt Jonah uit.

Het zwembad in De leerlingen zwemmen een rondje door het zwembad. ‘We duiken altijd in tweetallen. We houden elkaar in de gaten’, zegt Jonah. De leerlingen doen tijdens de les verschillende oefeningen. ‘Je kunt tijdens het duiken je duikbril verliezen. Wij leren daarom om onze duikbril onder water weer op te doen’, vertelt Jonah. ‘We leren ook om onze ademautomaat terug te vinden. De ademautomaat kan tijdens het duiken ergens achter blijven haken en uit je mond worden getrokken. Je strekt dan je arm langs je lichaam naar achteren en omhoog. Je vindt de ademautomaat op die manier terug’, zegt Jonah.

Nieuwe trucs leren De freerunners worden in de les uitgedaagd. Roemer: ‘We leren tijdens de les dingen die we nog niet konden of niet durfden. Ik kon bijvoorbeeld nog geen salto toen ik begon met freerunnen. Ik heb tijdens de lessen een salto leren maken.’ Avdi (11): ‘De oefeningen lijken soms moeilijk. De oefeningen lukken uiteindelijk als je vaak oefent. Ik kan verder en hoger springen dan eerst. De ‘dash vault’ is een oefening waarbij je met je benen naar voren ergens overheen springt. De ‘dash vault’ lukt steeds beter.’ Romeo oefent ook thuis. ‘Ik heb een trampoline thuis zodat ik een flip kan oefenen. Een flip is een draai in de lucht’, zegt Romeo.

Sterk en creatief

Romeo: ‘Freerunnen maakt je sterk. Je moet jezelf bijvoorbeeld kunnen optrekken aan obstakels. Je moet ook creatief zijn. Je kunt met 1 obstakel verschillende oefeningen bedenken. Je kunt bijvoorbeeld van een kast springen en over een kast springen. We noemen iedere oefening een ‘challenge’.’ Avdi doet graag trucs na van andere freerunners. ‘Ik kijk graag filmpjes op TikTok of YouTube om nieuwe trucs te leren’, zegt hij.

OBSTAKEL Hindernis. Iets wat in de weg staat.

JANUARI 2023
Roemer doet een flip. Foto’s: Peter Snaterse Romeo. Avdi doet de ‘dash vault’. Jonah draait de persluchtfles open zodat er lucht in het vest komt. Jonah test de ademautomaat. Jonah en zijn maatje houden elkaar tijdens het zwemmen goed in de gaten. – Jonah (11) leert duiken bij duikschool Haai Five. Hij zit bij de Scuba Rangers. Tekst en foto’s: Annika Verdam

OVERSCHIE – De Nationale Voorleesdagen zijn van 25 januari tot en met 4 februari. De leerlingen van basisschool De Regenboog vertellen in de schoolbibliotheek van hun school over hun favoriete boek. Tekst en foto’s: Amy van Loon

Mira (10): ‘Mijn favoriete boek is ‘De Waanzinnige Boomhut van 65 verdiepingen'. Het is een grappig boek. In het verhaal zit veel fantasie.’ Stella (9): ‘Ik vind het boek ‘Mathilde’ leuk. Het boek gaat over een slim meisje. Ik vind het boek leuk omdat er in het verhaal dingen gebeuren die echt kunnen gebeuren. In het verhaal gebeuren ook dingen die niet kunnen gebeuren. Iemand laat bijvoorbeeld spullen bewegen met haar ogen.’

Kari en Kalle …….. gas door minder lang te douchen. PAGINA 1

Waarover gaat de vraag van de burgemeester deze maand? PAGINA 3

Wat heeft Anas tegen zijn hoofd gehad in een speeltuin? PAGINA 4

Lezen in de schoolbibliotheek

‘Ik vind het leuk dat we op school een schoolbibliotheek hebben. Je mag in de schoolbibliotheek een boek kiezen als je klaar bent met je werk’, vertelt Jesse (10). ‘We mogen soms ook lezen voordat een les begint’, zegt Lamek (9). Dané (10): ‘In de schoolbibliotheek zijn veel verschillende boeken. Ieder kind kan in de bibliotheek daardoor een boek vinden dat hij of zij leuk vindt.’

Voorleestips

‘Ik vind het belangrijk dat kinderen lezen en worden voorgelezen. Kinderen leren nieuwe woorden door te lezen en voorgelezen te worden’, zegt Dané. Vivienne (9): ‘Ik lees mijn zusje soms een verhaaltje voor uit haar lievelingsboek.’ Jesse: ‘Je moet op je leestempo letten als je voorleest. Mensen kunnen je niet goed verstaan als je te snel voorleest.’ ‘Het is ook belangrijk dat je niet te hard of te zacht praat’, zegt Stella.

In welk orgaan wordt insuline gemaakt? PAGINA 5

Welke waterkeringen zijn gebouwd om te voorkomen dat er nog een Watersnoodramp komt? PAGINA 6

Wat moet je maken bij de opdracht op pagina 7? PAGINA 7

Het

Wie worden in de les uitgedaagd? PAGINA 9

Hoe heet het vest dat je draagt tijdens het duiken? PAGINA 9

Welke voorleesdagen zijn er eind deze maand? PAGINA 10

Door wie werden de Romeinen verslagen in 476? PAGINA 11

Hoe heet iemand die niet kan lezen en schrijven? PAGINA 12

JANUARI 2023
antwoord van de puzzel van december is: BOTERHAMMEN. De winnaar is Amber (8). Gefeliciteerd!
De antwoorden op de vragen vind je in deze krant!
TER
15
BOEKENBON
WAARDE VAN
EURO
De leerlingen van basisschool De Regenboog laten hun favoriete boek zien in de schoolbibliotheek.

DELFSHAVEN – De leerlingen van de Mariaschool wandelen door de wijk Middelland. Ze laten tijdens de wandeling zien wat zij fijne plekken in de wijk vinden. De leerlingen vertellen waar ze graag spelen. Tekst en foto’s: Lot Derks

De leerlingen zijn blij dat ze in de stad wonen. Liyana (11): ‘Ik was een keer in een dorp. Ik zag in dat dorp overal koeien en paarden. Ik ben allergisch voor koeien en paarden. Ik vind het fijn dat je in de stad niet veel koeien en paarden ziet.’

Spelen in de buurt

De leerlingen spelen na schooltijd in de buurt. Liyana: ‘In de stad zijn veel verschillende speelplekken. Ik vind het daarom fijn dat ik in de stad woon.’ Soufian (11): ‘Ik wil graag rennen als ik buiten ben. Ik kan niet goed stilzitten. Buitenspelen geeft mij een gevoel van vrijheid.’ Soufian mag soms met zijn zus mee naar het skatepark aan de Heemraadssingel. ‘Mijn zus kan goed skaten. Ik wil ooit leren skaten.’

Een groter voetbalveld

De leerlingen zijn blij met het park in de buurt van hun school. Roemer (11): ‘Het park is groot. We kunnen goed verstoppertje spelen in het park.’ In het park is ook een voetbalveld.

Deejeano (11): ‘Het voetbalveld is erg klein. Op het veld kunnen weinig kinderen voetballen.’ Alpay (11): ‘We willen graag dat er kunstgras komt en dat het veld groter wordt.’

ROZENBURG – De leerlingen van de groepen 6 van basisschool De Phoenix leerden tijdens een geschiedenisles over de tijd van de monniken en ridders. Meester Koen en meester Thomas verkleedden zich voor de geschiedenisles. Jackie (10): ‘Ik begrijp en onthoud de geschiedenisles goed doordat de meesters verkleed zijn en dingen uitbeelden.’ Tekst: Suzanne Huig Meester Koen is verkleed als gladiator. ‘De Romeinen veroverden grote delen van Europa en Noord Afrika. De delen vormden samen het Romeinse Rijk. De Romeinen legden wegen en bruggen aan. Ze beschermden boeren tegen plunderaars. Gladiatoren vochten in Romeinse theaters. In het jaar 476 kwam er een einde aan het Romeinse Rijk omdat de Romeinen werden verslagen door de Germanen’, vertelt meester Koen.

Een keizer en landheren

‘De tijd van de monniken en ridders begon na het vallen van het Romeinse Rijk. Het grote gebied waarover de Romeinen heersten, werd verdeeld in verschillende koninkrijken. Karel de Grote werd keizer van het koninkrijk in West-Europa. Hij verdeelde zijn land in streken. Iedere streek had een landheer’, vertelt meester Thomas. Kaj (9): ‘Boeren werden niet meer beschermd door de Romeinen. Boeren huurden daarom land van een landheer in ruil voor bescherming tegen rovers.’ ‘Boeren betaalden hun landheer door een deel van hun oogst aan hun landheer te geven’, zegt Lina (9).

Monniken

en de paus

Meester Thomas is verkleed als monnik. ‘De kerk was heel belangrijk in deze tijd. Monniken waren mannen die leefden in een klooster. Monniken schreven Bijbelse teksten en baden’, vertelt meester Thomas. Fender (9): ‘De paus is het hoofd van de kerk. De paus was in de tijd van de monniken en ridders heel machtig. Hij bepaalde wie keizer werd.’ ‘De paus kroonde Karel de Grote tot keizer’, vertelt Vie (10).

Een letter ontwerpen en handtekening zetten Hanna (10): ‘Karel de Grote kon niet lezen en schrijven. Hij liet de monniken een nieuwe letter ontwerpen die simpel was om te schrijven en te lezen.’ Jackie: ‘Karel de Grote moest laten weten dat berichten van hem kwamen. Hij zette daarom een handtekening onder brieven die anderen voor hem schreven.’

KONINKRIJK

Een koninkrijk is een gebied, een rijk, waar een koning(in) de macht heeft.

JANUARI 2023
Leerlingen uit groep 6 met meester Thomas en meester Koen. Foto’s: Peter Snaterse De leerlingen bekijken de speelplekken in de buurt. De leerlingen bedenken zelf een handtekening.

De Nederlandse taal leren

ROTTERDAM – 1 op de 5 Rotterdammers kan niet goed lezen en schrijven. Iemand die laaggeletterd is, heeft veel moeite met lezen en schrijven. Iemand die analfabeet is, kan helemaal niet lezen of schrijven. De gemeente Rotterdam vindt het belangrijk dat iedereen de Nederlandse taal kan spreken, schrijven en lezen. De gemeente zorgt daarom voor taallessen. Tekst: Suzanne Huig

Rotterdam

Honar (12) woont sinds 2021 in Nederland. Honar: ‘Ik kom uit Irak. Ik heb de Nederlandse taal op school geleerd. Mijn moeder en vader volgen taallessen om de Nederlandse taal ook te leren.’ Tekst: Suzanne Huig

‘Ik vond het spannend om naar Nederland te verhuizen. Ik vond het spannend dat ik een heel nieuwe taal moest leren’, zegt Honar.

30 nieuwe woorden per dag ‘Ik ben in Nederland gelijk naar een schakelklas gegaan. In een schakelklas zitten allemaal leerlingen die niet of nog niet zo goed Nederlands kunnen. De leerlingen in een schakelklas krijgen extra lessen Nederlands. Ik leerde in de schakelklas ongeveer 30 nieuwe woorden per dag’, vertelt Honar.

Nederlands praten en hulp vragen ‘Ik kon na 6 maanden de Nederlandse taal spreken en verstaan. Ik heb de Nederlandse taal goed geleerd door op school en in mijn vrije tijd veel met kinderen af te spreken. Ik probeerde zoveel mogelijk Nederlands te praten als ik met kinderen afsprak. Ik schaamde me niet als ik iets verkeerd zei. Ik vroeg aan andere kinderen wat een woord betekende als ik een woord niet begreep’, zegt Honar.

Iqbal en Rafiq leerden de Nederlandse taal op school

Rotterdam

De tweeling Iqbal (9) en Rafiq (9) wonen sinds 2020 in Nederland. Iqbal: ‘Wij hebben de Nederlandse taal op school geleerd. Onze moeder volgt nu taallessen om Nederlands te leren.’ Tekst: Suzanne Huig

Iqbal: ‘Ik vond het spannend om naar Nederland te verhuizen terwijl ik de Nederlandse taal niet kon spreken en verstaan. Ik was bang dat ik niemand zou begrijpen. Ik wilde de Nederlandse taal heel snel leren zodat ik mensen kon begrijpen.’

Woorden leren

Rafiq: ‘Iqbal en ik zijn samen een jaar naar een schakelklas gegaan. We hebben in de schakelklas veel taallessen gehad. Onze juf leerde ons Nederlandse woorden met behulp van spelletjes en plaatjes.’

Iqbal: ‘Ik heb ook veel Nederlandse woorden geleerd door op straat naar Nederlandse kinderen te luisteren. Ik onthield de woorden die Nederlandse kinderen zeiden. Ik zocht op internet de betekenis van die woorden op.’

Heb jij een tip om te oefenen met taal? Zo ja, wat is jouw tip?

Tekst en foto’s: Suzanne Huig

Zyana (10): ‘Je kunt oefenen met taal door spelletjes te spelen.

Je kunt bijvoorbeeld een woord zeggen en daarna de betekenis van het woord uitbeelden.

Je leert daardoor op een leuke manier nieuwe woorden.’

Ouders leren Nederlands Honar: ‘Mijn vader volgt sinds een jaar lessen Nederlands. Mijn moeder volgt sinds de zomer lessen Nederlands. Mijn ouders leren bij de taallessen om de Nederlandse taal te spreken, te verstaan, te schrijven en te lezen. Ik vind het belangrijk dat mijn ouders de Nederlandse taal goed leren. Mijn ouders kunnen bijvoorbeeld met mensen praten en vrienden maken als ze de taal goed spreken en verstaan.’

Moeder volgt taallessen

Rafiq: ‘Onze moeder spreekt en verstaat Marokkaans en Frans. Ze volgt taallessen om Nederlands te leren spreken en verstaan.’ ‘We komen soms op plekken waar mensen geen Marokkaans en Frans spreken en verstaan. Ik vertaal dan voor onze moeder wat die mensen zeggen. En ik vertaal voor die mensen wat onze moeder zegt. Ik vertaal bijvoorbeeld bij de dokter, tandarts, op school of in een winkel. Ik vind het heel fijn als onze moeder straks zelf de Nederlandse taal goed verstaat en spreekt. Ze heeft mijn hulp dan niet meer nodig’, zegt Iqbal.

Tommy (9): ‘Je kunt vragen of buurtkinderen je willen voorstellen aan hun vrienden. Je leert dan veel nieuwe kinderen kennen. Je kunt met al die kinderen gesprekjes oefenen.’

Heb jij een tip om te oefenen met taal?

Zo ja, wat is jouw tip?

JANUARI 2023
Kinderstadskrant
Honar helpt zijn vader met zijn taalopdrachten. Rafiq en Iqbal lezen samen met hun moeder een boek. Rafiq en Iqbal. Foto’s: Arjen Jan Stada De vader van Honar en Honar. Foto’s: Peter Snaterse

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.