Wat beweegt de prijs van rundvlees? Eclaireur de Roupage overtuigt met zijn fokwaarden
du Falgi
(Rufus vd Sijsloberg x Wilmots du Falgi)
Op 21 mnd.: 945 kg en 141 cm (+12)
Uitzonderlijke lengte met makkelijke bloedvoering
Ki-code: 945140
⊲ Fokt gestalte en gewicht
⊲ Voor loodzware koeien
⊲ Eenvoudig op te fokken kalveren
Wilt u sperma van Gaillard of andere stieren bestellen, bezoek dan onze webshop op shop.crv4all.nl of shop.crv4all.be
RUBRIEKEN
5 Van de redactie
6 Fokkerijnieuws
13 CRV-bedrijfsnieuws
17 Managementnieuws
23 Uit de dierenartspraktijk: tetanusbesmetting na het onthoornen
31 Managementnieuws
32 Marktinfo voer
33 Marktinfo vee
34 Agenda
35 CRV-coöperatienieuws
HOOFDARTIKEL
8 De prijs van rundvlees kent een stevige lift. Wat is de oorzaak en hoe gaat het verder?
REPORTAGE
14 Gras, de motor op het vleesveebedrijf van Filip Ally
SERIE GEZONDHEID
18 Alertheid nodig op salmonellabacterie
INTERVIEW
20 Voor graslandspecialist Pieter Van Rumst is gras het meest complete voer
MANAGEMENT
24 De vijfde editie van de verkiezing Beste Graslandboer neemt een start
FOKKERIJ
26 Sterk debuut van Eclaireur in nieuwe fokwaardepublicatie
hoofdartikel de prijs van rundvlees
BIJ DE COVER
Zowel koe als kalf genieten elke dag van een nieuw stukje vers gras (foto: Regine Foket)
Filip Ally:
‘Een kalf moet hier vitaal genoeg zijn om makkelijk zichzelf te kunnen redden’
Pieter Van Rumst:
‘Boeren praten erg weinig over beweiden, ze praten vooral over het oogsten’
Gras als motor van vleesveebedrijf van Filip Ally
Wat beweegt de prijs van rundvlees?
Eclaireur de Roupage overtuigt met zijn fokwaarden
info@voerwaarts.nl
Benut het groeipotentieel van uw lammeren maximaal met:
LAMMERENKORREL GROEI
• Voor goede spierontwikkeling van uw lammeren; een hoge maar veilige groei zonder vervetten.
• Met alle toegevoegde mineralen en sporenelementen zoals kobalt.
• Voeradvies na spenen 150 -250g per dag gericht op een groei van 2kg per week.
Informeer naar onze dealeradressen, vraag naar VOERWAARTS bij uw dealer of bestel via HOBBYFARMING.NL (vanaf 250kg totaal) of 123voer.nl (per zak)
VOERWAARTS.N L Tel. 0315 23 00 83 • info@voerwaarts.nl
verzendkosten 05-12-2024 10:21
Een stijgende vleesprijs, de kost van keuzes
Waar stopt het? De prijs van rundvlees zit sinds kerstmis 2024 stevig in de lift. En dat is goed nieuws, al zeker voor de vleesveehouders. Het geeft hun immers wat zuurstof, zuurstof die ze meer dan verdienen na jarenlang volhouden. Zoals vleesveehouder Filip Ally in de reportage terecht stelt dat het de diehards zijn die hebben volgehouden.
De redenen voor deze prijsstijging zijn in de sector wel vrij duidelijk, dat blijkt ook uit het hoofdverhaal in dit nummer. Ieder verwijst naar de krimp in de veestapel en de gevolgen van blauwtong. Al moet er ook nog wel vermeld worden dat we van dit laatste nog niet alle gevolgen zien. De kalveren die niet geboren werden in de naweeën van de eerste blauwtonggolf, worden immers geen stieren die binnen een jaar afgemest zijn. Of geen vaarzen die binnen anderhalf jaar een nieuw kalf zullen geven.
Kortom, nog een tijd lang zal blauwtong voor minder aanbod zorgen. Uiteindelijk herstelt dat zich wel, wat niet gezegd kan worden van de uitstroom uit de sector en de daaruit volgende krimp in de veestapel.
WIM VEULEMANS HOOFDREDACTEUR
Evenzeer is de vraag wat de consument gaat doen. Houdt hij of zij vast aan zijn of haar favoriete stukje rundvlees, of gaat hij of zij toch af en toe voor een goedkoper stukje vlees? De voorbije maanden is het ieder wel duidelijk geworden dat een evenwicht tussen vraag en aanbod vrij fragiel is, een disbalans zorgt vrij snel voor een fluctuatie in de prijs. Dat de consument dit de komende maanden nog meer gaat merken in de winkelkar, is een feit. De prijsstijging is dus niet louter het gevolg van toevallige marktschommelingen. Jarenlang is er ingezet op minder vleesconsumptie en strengere milieuregels, wat geleid heeft tot een daling van het aantal veehouders. Maatschappelijke druk en beleidskeuzes hebben het produceren van rundvlees steeds complexer en minder aantrekkelijk gemaakt. Dat leidt uiteindelijk tot een structureel kleiner aanbod. En zoals altijd geldt: minder aanbod bij blijvende vraag betekent hogere prijzen. Laat op die manier deze evolutie ook een wake-upcall zijn voor politiek en samenleving. Boeren en hun koeien doen ertoe.
Blonde Award 2024 voor Mandrie van den Berg
Op de algemene ledenvergadering van het Blonde d’Aquitaine Stamboek Nederland van 9 april jongstleden in Markelo is stamboeklid en penningmeester Mandrie van den Berg uit Zuna aangeduid als winnaar van de Blonde Award 2024.
Tijdens de voorstelling van de genomineerden werd Mandrie van den Berg onder meer geprezen om zijn inzet voor de stierenveiling op het opfok- en teststation BAC in Laren. Evenzeer werd er gewezen op al zijn werk
achter de schermen voor het stamboek. De Blonde Award is een prijs die jaarlijks wordt uitgereikt op de algemene ledenvergadering. Alle leden kunnen vooraf personen nomineren. Op de ledenvergadering volgt dan de definitieve stemming over de genomineerden.
Mandrie van den Berg (rechts) kreeg de award uit handen van stamboekvoorzitter Jan Geert Veldman
Recordprijzen in de VS door populariteit gebruikskruising
De prijs die Amerikaanse melkveehouders moeten betalen voor vervangingsvaarzen, is gestegen naar recordhoogte. In sommige staten in het noordwesten van Amerika wordt tot 4000 dollar voor een drachtige vaars betaald. Het toenemende gebruik van ‘beef on dairy’ ligt aan de oorzaak hiervan. Dit meldt de nieuwssite The Bullvine.
Een belangrijke oorzaak voor het krappe vaarzenaanbod is de populariteit van de gebruikskruising
Uit cijfers van het Amerikaanse ministerie van Landbouw blijkt dat op 1 januari van dit jaar in de VS circa 40.000 vaarzen minder beschikbaar waren dan op 1 januari 2024. Tegelijkertijd was de melkveestapel nog iets groter dan een jaar eerder. Dit jaar zullen naar verwachting ongeveer 2,5 miljoen vaarzen afkalven, een diepterecord in de 22 jaar dat dit kengetal wordt bijgehouden. Door de krapte aan vervangingsvaarzen steeg de gemiddelde prijs in een jaar tijd met bijna 70 procent. Een belangrijke oorzaak voor het krappe aanbod van vaarzen is de massale toepassing van gebruikskruising. In 2024 ging volgens de National Association of Animal Breeders (NAAB) circa 84 procent van de verkochte doses vleesveesperma naar de melkveehouderij. De populariteit van de gebruikskruising is goed te verklaren. Ook kruislingkalveren brengen in de VS momenteel recordprijzen op. Zo wordt volgens The Bullvine tot wel 1000 dollar voor een kruislingstierkalf betaald.
De grote vraag naar kruislingkalveren komt deels door de hoge vleesprijzen. Daarnaast komen er relatief weinig vleesveekalveren op de markt, omdat de omvang van de Amerikaanse vleesveestapel is gedaald tot het niveau van begin jaren zestig van de vorige eeuw. Belangrijke vleesveegebieden zijn de laatste jaren getroffen door droogte, waardoor veehouders dieren moesten verkopen vanwege voertekorten. Daarbij is het door de hoge vleesprijzen voor zoogkoeienhouders vaak aantrekkelijker om vaarzen te verkopen aan afmestbedrijven dan om ze zelf op te fokken en drachtig te maken.
Een daling van de hoge veeprijzen wordt voorlopig nog niet verwacht. Voor dit jaar is een verdere daling van het aantal stuks jongvee voorzien, waardoor de prijzen zelfs nog verder zouden kunnen stijgen. Veel vleesveesperma gebruiken is voor de korte termijn interessant vanwege de hoge opbrengstprijs van kruislingkalveren, maar verhoogt het risico op een jongveetekort.
Vetten Os succesvol voor vleesveehouder Baele
De editie van 2025 van de Vetten Os op de LAR in Rekem was voor Stijn en Lies Baele bijzonder succesvol. Zij hadden met hun koe het beste vrouwelijke dier van de keuring. Met negen eerste prijzen, vooral met hun vrouwelijke dieren, betekende hun deelname een meer dan geslaagde dag voor broer en zus Baele.
Lies en Stijn Baele baten samen een vleesveemesterij uit in Sint-Lievens-Houtem. Deze eerste prijzen resulteerden in twee ereprijzen en meteen ook in de kampioenstitels, zowel bij de vaarzen als bij de koeien. De in 2021 geboren koe won uiteindelijk de titel van beste vrouwelijke dier op de keuring. Stijn en
Lies kochten beide dieren reeds vorig jaar mager aan in Wallonië. ‘Omdat we er potentie in zagen voor de Vetten Os, liepen ze eerst nog wat op de weide. In december begon dan het afmesttraject voor de keuring.’
Bij de stieren was er de finale winst voor een stier afgemest door Luc en Nicolas Degroote. Deze stier won ook de kampioenstitel bij de stieren jonger dan 22 maanden. De kampioensstier ouder dan 22 maanden was dan weer klaargezet door Ilias Akarkach. Alle kampioenen werden na de keuring geveild, waarbij een deel van de opbrengst naar het goede doel ging.
De vrouwelijke LAR-kampioene van Stijn en Lies Baele
Guido
Van Huylenbroeck, landbouweconoom en professor op emeritaat (UGent):
‘Onze landbouwers verdienen snel een perspectief op
de lange termijn’
Uit: De Standaard, 2 mei 2025
Natuurinclusieve melkveehouderij kans voor Nederlandse dubbeldoelrassen
De toenemende belangstelling voor natuurinclusieve veehouderij kan nieuw perspectief bieden voor bedreigde Nederlandse dubbeldoelrassen. Deze conclusie trekken onderzoekers van Wageningen Livestock Research uit een studie in het kader van het project DubbelDoel Natuurlijk. De onderzoekers vroegen zich af welk type koe het best past bij natuurinclusieve veehouderij, een vorm van landbouw waarbij voedselproductie hand in hand gaat met biodiversiteit en natuurbeheer. Hierbij was in het bijzonder aandacht voor Nederlandse dubbeldoelrassen zoals mrij, fh en Groninger blaarkop. Om hun vraag te beantwoorden
analyseerden de onderzoekers data van bijna 500 bedrijven met dubbeldoelkoeien. De geïnterviewde boeren benadrukten het belang van robuuste, probleemloze dieren. Ze gaven aan dat hun ideale koeien onder wisselende omstandigheden productief en gezond moeten zijn. De koeien moeten goed om kunnen gaan met een wisselende kwaliteit ruwvoer en daarmee zowel melk als vlees produceren. Een goede benutting van gras – ook van grasland met een hogere biodiversiteit – vonden de veehouders essentieel. Ze gaven daarbij aan dat verhogen van de biodiversiteit vaak extra inspanningen kost, die niet altijd financieel worden beloond.
Er is geen ‘beste ras’ voor natuurinclusieve bedrijven, maar bedreigde Nederlandse dubbeldoelrassen kunnen volgens hen goed passen binnen een extensieve, natuurinclusieve bedrijfsvoering. Fokkerij speelt een cruciale rol bij de ontwikkeling van koeien voor natuurinclusieve bedrijfssystemen. Belangrijk hierbij is volgens de onderzoekers dat kenmerken als robuustheid en ruwvoerbenutting worden gemeten en vastgelegd. De huidige fokdoelen sluiten deels aan bij de wensen van natuurinclusieve melkveehouders, maar er is behoefte aan meer maatwerk per ras en bedrijfstype, concluderen ze.
Vleesveemanifestatie Hulshorst toont kampioenen
De Stichting Vleesmanifestatie Hulshorst was dit jaar toe aan de vijftiende editie van de vleesveekeuring. Bij witblauw koos de jury voor de twee jongste rubriekswinnaars als dagkampioenen. De vier maanden oude Darkozoon Marcus van de Molen van de familie Witte uit Borssele won bij de stieren. Zijn vrouwelijke evenknie was ook een Darkotelg, namelijk Angela van de Braeck van Albert van Milligen uit Harskamp. Opvallend was dat zij nog geen twee-en-een halve maand oud was. Van Milligen won nog een tweede titel. Zijn Brigitte van de Braeck (v. Brillant) won de titel bij de vaarzen van een tot twee jaar. Govert van ’t Hul (v. Goveur) van vleesveehouderij Van Engelen uit Nunspeet won de kampi-
oenstitel bij de stieren van 7 tot 12 maanden. In de categorie ouder dan een jaar was de kampioenswinst dan weer voor stalgenoot en net een jaar oude Parmo van ’t Hul (v. Darko).
Van ’t Staverhul Recette won het kampioenschap vaarzen van 7 tot 12 maanden. De Donnaydochter is gefokt door maatschap Van Ginkel-van Dijk uit Uddel. Macrondochter Caroline 22 vdw van Jacob Worp uit Benningbroek pakte tot slot een nieuwe titel, deze bij de vrouwelijke witblauwen ouder dan twee jaar.
Ook bij verbeterd roodbont won een van de jongste deelnemers het dagkampioenschap. Die eer was voor Nero, een twee-en-eenhalve maand oud stierkalf van Van de Pol uit
Kampioenen verbeterd roodbont Kampioenen witblauw
Ermelo. Bunthoeve Coba 42 (v. Fabian) van maatschap Van de Bunt uit Winterswijk Kotten was de vrouwelijke dagkampioene en kampioene bij de vrouwelijke dieren ouder dan twee jaar. De jongste vrouwelijke kampioene, tot vier maanden, was Lauri van Vredenburgh. De drie maanden oude Flugeldochter werd voorgesteld door maatschap Te Riele uit Vaassen. Hun Hertog Jan van Vredenburgh, zoon van Koos, was dan weer de oudste kampioensstier in Hulshorst.
De zes maanden oude Suus van Begrazingsbedrijf KB uit Staphorst won de titel Miss Toekomst en het kampioenschap vrouwelijk van 4 tot 12 maanden. Van de Westhoeve Nn8854, een dochter van Herman en gefokt door maatschap Westerkamp-van Wezel uit Zwolle, won de laatste vrouwelijke titel (een tot twee jaar).
Een zoon van Kouwhoeve Hans, Teun, won de titel van Mister Toekomst in Hulshorst en de titel van kampioen mannelijk van 4 tot 12 maanden. Teun is eigen aan Ton Voets uit Liempde.
Ook Vleesveehouderij Spronk uit Zoeterwoude had met hun Patrickzoon een kampioen, dit bij de stieren van een tot twee jaar.
HOOFDVERHAAL
De prijs van rundvlees: mag
Rundvlees zit in de lift, althans wat de prijs betreft. Een stabiele vraag en een krimpende productie stuwen de prijs omhoog. De vraag van een miljoen is nu of deze trend aanhoudt, een vraag die dan wel niemand kan beantwoorden.
TEKST WIM VEULEMANS
DDe verwachting is dat de prijs in de retail op korte termijn nog gaat stijgen
e prijs van een rund zit het voorbije jaar stevig in de lift. Al helemaal op de Belgische markt, maar ook elders in Europa stijgen de prijzen. Ongeacht het ras, de leeftijd of de sekse, de prijzen gaan stevig omhoog. Of dit te voorspellen was, wat de oorzaken zijn of wat de trend voor de nabije toekomst is, de antwoorden op deze vragen zijn vaak het gespreksonderwerp. Het hoeft niet te verbazen dat ook de consumenten deze prijsstijging beginnen te voelen, al helemaal in Nederland en Vlaanderen. Wat vroeger een doordeweekse steak was, is nu stilaan een luxeproduct aan het worden. Duidelijk is dat het evenwicht tussen vraag en aanbod aan de basis van de prijsstijgingen ligt. Analisten verwijzen daarbij steeds naar de krimpende markt voor rundvee. Het verbruik bepaalt dan deels de sterkte of de hoogte van de prijstoename.
‘Voor de handel in varkens- en kippenvlees is die wereldhandel veel meer van tel dan voor ons rundvlees.’ Dat stelt Joris Coenen van de exportdienst Belgian Meat Office van het Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing (VLAM), die dagelijks met de positie van Belgisch vlees in de wereldhandel bezig is. ‘Als we naar de prijszetting van ons rundvlees kijken, moeten we dus vooral naar de lokale – lees Europese – oorzaken kijken en minder naar die elders in de wereld.’
Wereldse krimp in koppen
Wanneer we zo naar de rundvleesproductie in de vier grootste Zuid-Amerikaanse rundvleesproducerende landen kijken, is de verwachting dat deze in 2025 gaat afnemen. Dat stelt Angus Gidley-Baird, senior analist dierlijke eiwitten van Rabobank, in de kwartaalanalyse van
het wat meer zijn?
de wereldwijde rundvleesmarkt. RaboResearch voorspelt dat de wereldproductie in het tweede kwartaal van 2025 met 3 procent daalt ten opzichte van dezelfde periode in 2024. Globaal wordt verwacht dat de productie in 2025 tegenover 2024 met 2 procent daalt tot een niveau dat 3 procent hoger ligt dan het gemiddelde productievolume in de vijfjarige periode tussen 2019 en 2023. De grootste krimp voorspelt RaboResearch voor NieuwZeeland en Brazilië. RaboResearch verwacht dat Brazilië, dat goed is voor 63 procent van het aanbod in Zuid-Amerika, de productie zal verlagen met 500.000 ton. Als reden hiervoor noteert het rapport het hoge aantal vrouwelijke slachtingen, veroorzaakt door de sterke prijzen in 2022 en 2023. Daardoor zijn er nu minder kalveren. Door de dalende koopkracht en de verminderde binnenlandse consumptie van rundvlees zijn verwerkers zich voornamelijk op de exportmarkt gaan richten. Ook in de Verenigde Staten daalde de rundveestapel het afgelopen jaar met 150.000 stuks tot 27,9 miljoen, maar RaboResearch verwacht wel een relatief stabiele rundveestapel in het komende jaar. In de Verenigde Staten bevindt de rundveestapel zich nu op een dieptepunt in de cyclus.
De oorzaken van deze krimp wereldwijd zijn divers. Enerzijds heeft de rundveesector jarenlang mondiaal met een groot gebrek aan rendabiliteit gekampt. Een hogere kostprijs, onder meer van voer en deels ook ener-
gie, gecombineerd met lage prijzen deden de ambities van de sector geen goed. Ook het klimaat heeft invloed gehad en zorgt, zeker in regio’s die de voorbije jaren lange droogteperiodes hebben gekend, zoals Australië, Brazilië en delen van Afrika, voor een krimp van het aantal runderen. De toegang tot drinkwater en ruwvoer voor de runderen is immers cruciaal.
Verschil tussen Noord en Zuid
Vergelijkbaar met de trend van 2024 zijn de Noord-Amerikaanse rundveeprijzen ook in de beginmaanden van 2025 weer aan het stijgen. Het aanhoudend lagere aanbod in combinatie met de sterke consumentenvraag blijft de rundveeprijzen opdrijven. Dat ziet ook Joris Coenen. ‘De krimp in de productie zorgt in de Verenigde Staten al jaren voor een opwaartse prijsdruk. De vraag naar Amerikaans rundvlees is sterk genoeg om dat hogere prijsniveau te ondersteunen, en ook de importvraag was zeer sterk. En ondanks die hogere prijzen zie je toch niet meteen een herstel in productie’, stelt Coenen. ‘Al daalde het aandeel van vrouwelijke dieren in de slachtcijfers wel al in 2024 – een eerste stap richting herstel. Maar ook in de VS vraagt men zich af waar het evenwicht zal liggen tussen vraag en aanbod.’
Ondertussen lopen de producenten op het zuidelijk halfrond hun eigen race tegen bijna de helft van de prijs van de Noord-Amerikaanse markt. De Braziliaanse rundvee-
Wereldwijd knalt de prijs van rundvlees
De prijzen van rundvlees stijgen wereldwijd, zo laat de maandelijkse publicatie zien van de Europese Commissie, waarin de karkasprijzen van alle werelddelen worden genoteerd.
Midden april kenden alle werelddelen een opwaartse prijstrend. Groot-Brittannië spant daarbij met 825,72 euro per 100 kilo geslacht (stieren) de kroon. Met respectievelijk 684 en
629 euro per 100 kilo volgen de Verenigde Staten en Europa op afstand. In de VS stegen de prijzen in een maand tijd met bijna 8 procent. Alleen in Argentinië stagneerde de prijs.
VERENIGDE STATEN € 684,45 URUGUAY € 426,04 NIEUWZEELAND € 431,60
€ 315,83
€ 453,83
GROOTBRITTANNIË € 825,72
€ 629,07
€ 376,03
prijzen kenden een grote stijging tegen het einde van 2024 toen de sterke exportmarkten streden om een lager aanbod van vee. RaboResearch verwacht dat de Braziliaanse rundveeprijzen in het tweede kwartaal waarschijnlijk gaan dalen door een toename van het aanbod. Dat geldt ook voor de andere Zuid-Amerikaanse rundvleesproducerende landen. Doordat de wederopbouw van de productie in het noorden dan weer niet meteen voorzien is, kan het prijsverschil tussen Noord en Zuid nog toenemen.
Ondanks de recordproductie in Australië, blijven daar de rundveeprijzen vrij stabiel. In de laatste zes maanden van 2024 lagen de meeste Australische rundveeprijzen binnen de 10 procent van het gemiddelde. De sterke Amerikaanse markt ondersteunt ook de vraag naar Australische exportproducten. Uit een berekening van RaboResearch blijkt dat de export vanuit Australië naar de VS – die in 2024 met 60 procent is toegenomen – ongeveer even groot is als de binnenlandse consumptie. Die opwaartse prijstrend is niet overal te noteren. Joris Coenen verwijst daarbij naar China. ‘In China is de markt niet zo sterk. Een zwakkere economische groei en inflatie zijn daar de oorzaak van’, aldus Coenen. ‘De
voorbije vijftien jaar zijn de Chinezen steeds meer vertrouwd geraakt met rundvlees, ook door de ontwikkeling in het aanbod en de fastfood-trend.’ De rundvleesverkoop groeide ook in China, maar de inflatie en de schijnbare daling van de koopkracht riepen die een halt toe. In 2024 lagen de Chinese groothandelsprijzen voor rundvlees 21 procent lager dan het jaar ervoor. Een bijkomend gevolg is een zwakkere importvraag, die vooral de exporteurs richting China voelen. ‘Daar speelt Europa geen rol in. Die export is in handen van Australië, ZuidAmerika en de Verenigde Staten. Al zal de handelsoorlog voor die laatste ook invloed hebben’, denkt Coenen.
Europese veestapel krimpt
‘Voor de situatie met rundvlees in Europa moeten we vooral naar de interne markt en de eigen omstandigheden kijken’, geeft Coenen aan. Daarbij verwijst hij naar de stabiele consumptie en de afgenomen productie. ‘Ondanks de inflatie van de voorbije jaren blijft het recente consumptieverloop in Europa vrij stabiel, ook in België’, verduidelijkt Coenen. Analisten dachten dat rundvlees, door het hogere prijsniveau en de inflatie wel minder in het winkelmandje van de consument kon komen te
Figuur 1 – De prijsontwikkeling van stieren in België vanaf 2021 tot april 2025 voor classificaties AS2, AE2 en AU2 (bron: Vlaamse overheid)
Ook in Nederland steeg de prijs van rundvee de voorbije maanden
Kalversector volgt dezelfde trend
Wie naar de prijzen voor kalveren kijkt, merkt ook daar een sterke toename. Eind april meldde de beroepsvereniging voor de Belgische kalversector prijzen van 1200 euro voor een witblauwkalf en 585 euro voor een kruislingkalf. Dit zijn bedragen die circa 400 euro hoger liggen dan ruim vier jaar geleden. Volgens Johan Heylen, commercieel directeur bij Vanlommel, is ook deze prijsvorming een gevolg van het spel van vraag en aanbod. ‘Wat het eerste betreft merken we een vrij stabiele consumptie. In Noordwest-Europa verschuift de consumptie van kalfsvlees
wel van retail naar verbruik in de horeca.’ De krimp in de productie zorgt dus voor de prijsverhoging. ‘Door de krimp in de melkveehouderij zien we minder kalveren in aanvoer’, geeft Heylen aan. Daarbovenop hebben de stikstofmaatregelen gevolgen in de kalversector. ‘In Nederland hebben toch wat kalverhouders ingetekend op de opkoopregeling’, verduidelijkt hij. ‘In Vlaanderen zien we dit momenteel nog niet, maar de kalversector heeft wel nood aan meer PAS-technieken om aan de stikstofmaatregelen van de Vlaamse overheid te kunnen voldoen. Anders wordt
liggen. Maar volgens Coenen is dat slechts beperkt het geval.
In België ligt het thuisverbruik van rundvlees al een paar jaar op een vrij stabiel niveau, rond de 4,4 kilogram per hoofd van de bevolking. Dat was in 2024 nog steeds zo. ‘Dat noteren we inderdaad in de marktanalyse van YouGov, dat het thuisgebruik van voeding analyseert’, zegt Coenen. ‘De gemiddelde aankoopfrequentie is 21 keer per jaar, 70 procent van de 18- tot 54-jarige Belgen zegt minstens een keer per week rundvlees te eten en 11 procent geeft aan de dag ervoor rundvlees gegeten te hebben. Dat zijn drie parameters die bevestigen dat rundvlees een plaats heeft in de eetgewoontes van de Belg.’
Voor de krimp van de Europese productie zijn er twee belangrijke redenen. ‘Op langere termijn is dit de demografie van de sector’, stelt Roel Vaes, adviseur op de studiedienst van Boerenbond. ‘De sector kende voorbije decennia een sterke uitstroom van bedrijven.’ Die krimp kwam er bij gebrek aan rendabiliteit en gebrek aan opvolging. ‘Op Europees niveau is de melkveehouderij leidend, ook wel in vleesproductie’, stelt Joris Coenen van VLAM daarbij. ‘De melkprijs bepaalt vooral of dieren worden aangehouden en ook het gebruik van gesekst sperma speelt daarbij een rol. Er is minder vervangingsvee nodig.’
De Europese veestapel is in december 2024 2,6 procent kleiner in aantal dieren dan het jaar ervoor. Uitschieters daarbij zijn Nederland met een daling van 5,3 procent en België met 4,1 procent.
Invloed van blauwtong
De prijs voor rundvlees kent sinds een kleine vier jaar een opleving. ‘Dat was steeds een normale evolutie met een stijging van 5 tot 15 procent’, geeft Roel Vaes aan. ‘Maar sinds nieuwjaar is die prijsstijging eerder explosief te noemen.’Sinds nieuwjaar kwam er zo voor de beste koeien (DS2) 1,7 euro bij per kilo geslacht. Een verklaring voor deze explosieve stijging ligt volgens analisten deels bij blauwtong. ‘De oversterfte bij kalveren was de voorbije maanden hoog in België’, geeft Vaes aan. ‘Minder levende kalveren en minder drachtige dieren noopten vleesveehouders om koeien langer aan te houden en toch te blijven insemineren. Daardoor kwam
het ook hier moeilijk voor de sector. En er is het geurkader, dat vernieuwen van de vergunning van kalverbedrijven zwaar hypothekeert.’
Slager Luc De Laet ziet dat ook blauwtong effect heeft, zeker in het aanbod van de dikbilkalveren die hij inkoopt. ‘Door blauwtong is er meer uitval bij de kalveren en zeker bij de witblauwen heeft dit een effect dat nog wel even zal aanhouden.’
Vleesveehouders houden mogelijk ook meer kalveren aan om de veestapel op peil te houden, waar ze deze anders zouden verkopen.
er een nog grotere dip in het slachtaanbod. Bovendien merk je momenteel dat de prijs van stieren nog harder stijgt, al is dat ook het gekende seizoenseffect.’
Ook landbouweconoom Jan Leyten van KBC verwijst naar blauwtong als oorzaak van de prijsexplosie. Hij benoemt ook ouder wordende veehouders zonder opvolging als nog een andere reden, net als de stijgende grondprijzen. ‘De vleesveesector kon door de zwakke conjunctuur in de vleesveehouderij van de voorbije periode onvoldoende investeren in dure landbouwgrond. Maar grond is wel een belangrijke en noodzakelijke productiefactor, ook voor vleesveehouders.’
Dat er veel minder geïnvesteerd werd de voorbije jaren, is voor Leyten heel duidelijk op te maken uit de eigen bankdossiers. De oplevende prijzen hebben daar nog maar weinig aan veranderd. ‘In de melkveehouderij zien we wel die investeringen door het betere rendement van de voorbije twee jaar, al zitten daar weer overheidsreglementeringen in de weg.’ ‘België is momenteel een duurder land voor rundvee’, stelt René Zandbelt, inkoper bij Vleesvee Integratie Twente (VIT). Wekelijks slacht dit bedrijf een 150 runderen voor de Nederlandse markt. Het vlees gaat voornamelijk naar slagerijen en deels naar de horeca. ‘We kopen dieren aan van diverse rassen als Belgisch witblauw, limousin en blonde d’Aquitaine, in Nederland, Frankrijk, Duitsland en België.’ Daarbij is Zandbelt goed geplaatst om de markt te overschouwen. Zandbelt zit ongeveer dertig jaar in het vak en heeft deze trend nooit eerder gezien. ‘De markt is bijzonder onstuimig, maar de redenen hiervoor zijn voor ieder wel duidelijk’, zo verwijst ook de VIT-inkoper naar de krimp in de veestapel. ‘Witblauw kent een grote prijsstijging, maar eigenlijk geldt dit voor alle rassen.’ Hij geeft ook aan dat er geen uitwijkmogelijkheden zijn voor kopers in Europa. Overal is er een tekort in het aanbod en de productie is nog niet meteen hersteld. Dat ziet ook Joris Coenen. ‘De rundveehouderij is een sector met een heel trage cyclus. Het duurt jaren in plaats van maanden om de productie weer op niveau te krijgen.’
Fokkers beloond voor werk ‘Jarenlang is het schraal geweest voor de fokkers, de prijsopleving is welkom. Maar voor verderop in de keten
is het nu moeilijk om een evenwicht te vinden’, meent Zandbelt. ‘Mesters durven geen koeien meer op te zetten, omdat ze vrezen dat ze bij hun afzet amper de benodigde meerwaarde kunnen halen. Koeien die je nu duur aankoopt, moeten binnen honderd dagen immers nog wat meer kunnen opbrengen om het nodige rendement te halen’, zegt hij.
Ook vleesveehouder en kersverse voorzitter van de Vlaamse landbouworganisatie ABS Bruno Vincent kijkt verwonderd naar de huidige prijzen voor rundvee. ‘De hoogte van de stijgingen verwondert me wel wat, maar vooral zie ik het als een wake-up call voor de gehele sector. Het is duidelijk een gevolg van de krimp in de sector die onze overheid mee heeft bewerkstelligd’, is de ABS-voorzitter duidelijk. ‘Daarbovenop zien we als vleesveehouders allemaal wel de gevolgen van blauwtong op onze bedrijven, voor mijn bedrijf vooral in de mindere vruchtbaarheid.’ Vincent vreest ook de gevolgen van de generieke reductie die de sector vanuit de stikstofwetgeving boven het hoofd hangt. ‘Als de overheid niet ingrijpt, gaat de krimp nog harder door’, is hij stellig.
Wat doet de consument?
De vraag is natuurlijk of de consument gaat ‘downtraden’ dan wel afhaken bij een bepaalde prijs voor zijn of haar rundvlees. ‘Voeding is in principe niet elastisch’, stelt Coenen. ‘We moeten nu eenmaal eten en hebben als consument geen keus. Maar binnen het aanbod zit er tussen producten wel verschil in de mate dat ze elastisch zijn.’ Hij stelt daarbij dat naarmate een product luxer is, de elasticiteit toeneemt. ‘Een consument kan bij een hogere prijs voor rundvlees downtraiden of makkelijker overschakelen van rund naar kip,’ verduidelijkt Coenen. ‘We zien dat deels al in de YouGov-cijfers. Stoofvlees heeft het nu moeilijker, gehakt doet het dan weer goed.’
Uit diezelfde YouGov-cijfers, een analyse van het thuisverbruik van vlees, blijkt ook dat de gemiddelde prijs voor rundvlees in België steeg van 12,43 euro per kilo in 2019 naar 15,50 euro in 2024. Dat is goed voor een prijsstijging van drie euro in vijf jaar tijd. Daarbij is ook te noteren dat de explosieve stijging sinds kerst 2024 hierin nog niet vervat zit. Vleesveehouder Bruno Vincent merkt ook op dat de retail de prijsverhoging nog niet geheel heeft doorrekend. ‘Ondanks de druk op hun marge ziet de retail vlees toch nog steeds als een belangrijk item in hun producten.’
‘De stijgende trend was ons al langer duidelijk, maar de forse stijging sinds een aantal maanden verrast me toch wat’, stelt Luc De Laet, slager en eigenaar van onder meer Butcher’s Store in het Antwerpse Hove. In zijn aanbod rundvlees in de eigen winkel zit niet alleen Belgisch vlees, maar ook vlees uit andere landen. ‘In Spanje en Italië merk ik weinig prijsstijging, in Duitsland en Oostenrijk steeg onze inkoopprijs licht. Vooral Ierland, Nederland en België kenden de sterkste stijging’, geeft de slager aan. Hij geeft aan de stijgende inkoopprijzen ook steeds door te berekenen aan de consument. ‘Zo zitten we met americain préparé ondertussen aan 23 euro per kilo, waar dit een tijd terug nog maar 16 euro was. De markt is zo instabiel dat we in onze prijszetting amper kunnen volgen.’
Hij merkt wel dat consumenten andere keuzes gaan maken, onder meer richting varkensvlees. ‘Het mooie weer in de laatste week van april en begin mei doorbrak
die trend wat. ‘Bij barbecue denkt de Belg toch vooral aan rundvlees,’ verduidelijkt De Laet.
Stabiliteit nodig
Ook de retail en de slagers in Nederland kijken met spanning naar de markt. De explosieve prijsstijging van de karkassen wordt nog niet echt doorberekend aan de consument. Dat ziet ook Zandbelt. Hij geeft ook aan dat slagers vaak hun heil zoeken in andere versnijdingen om zo de nodige meerwaarde op de ingekochte karkassen te kunnen halen. ‘De hele markt heeft eigenlijk stabiliteit nodig, waarbij ieder een correcte prijs krijgt voor zijn product.’
Alleen kan niemand voorspellen waar het evenwicht tussen vraag en aanbod gaat liggen en wat de prijs voor rundvlees dan zal zijn. ‘De tien euro ligt echt wel in het bereik, maar niemand kan voorspellen waar de stijging een einde zal kennen.’ Dat is de kijk van Roel Vaes. ‘Dat zal de consument grotendeels bepalen, want de prijsstijging voor karkassen van de laatste maanden is nog niet geheel verrekend in de retail. Dat volgt nog’, meent hij. ‘Mogelijk gaat de retail die deels opvangen door rundvlees niet meer te promoten met acties.’
Of de tarieven van Trump een extra verstorend effect zullen hebben, betwijfelen analisten. De invloed van de wereldhandel in rundvlees op Europa is beperkt. Vooral de beschikbaarheid van grondstoffen en hun prijs kunnen een kostprijsverhogend effect hebben. Eerder zullen dierziekten als blauwtong, waarvan we nog niet alle gevolgen hebben gezien, een verstorend effect hebben. Nagenoeg iedereen in de sector stelt het belang van stabiliteit voorop. De sector heeft er immers alle belang bij dat de gehele keten rendabel is. Dit was jarenlang niet het geval aan het begin van de keten, bij de veehouder. De aantrekkende prijzen keerden dit om, maar nu komen sectoren verderop in de keten onder druk. Coenen verwijst tot slot naar de retail, waar continu gestuurd wordt op marges en dat voor elke meter in hun winkelaanbod. ‘Voor verse producten geldt gelukkig wel dat ze een manier zijn om de shopfrequentie van de consument te bepalen. De consument heeft vers vlees nodig.’
Hij deelt de mening van Vaes dat er in de retail mogelijk minder tot geen acties met vlees meer zullen zijn. l
De consument zal het prijsevenwicht gaan bepalen
Veiligheidsactie: koop separatiehekwerk met 15 procent korting
Bij dit nummer van VeeteeltVlees ontvangt u een flyer met informatie over een interessante kortingsactie. CRV wil veehouders helpen bij het realiseren van een veilige werkplek voor medewerkers. Het komt de laatste tijd helaas steeds vaker voor dat een CRV-medewerker tijdens het insemineren of scannen wordt aangevallen door een loslopende koe of pink. In samenwerking met stalinrichtingsleveranciers DSD, Royal de Boer en Spinder kunt u nu met 15 procent korting hekwerk aanscha en. Hiermee kan in veel stallen een oplossing gerealiseerd worden om dieren te separeren van het koppel, zodat medewerkers veilig hun werk kunnen doen. De actie loopt tot het einde van dit jaar. Scan de QR-code om de flyer te downloaden
Twee nieuwe marchigianastieren in het aanbod
Het vleesveeaanbod van CRV is uitgebreid met twee stieren van het Italiaanse ras marchigiana. Giustiniano di Giunture (Tiro x Veroso) is een imposante stier, die op een leeftijd van een jaar al 623 kg woog. Hij beschikt over beste benen met een fijne botstructuur en is geschikt voor gebruik op pinken.
De stier Indigeno (Barone Mattei x Orletto) vererft een beste (spier)ontwikkeling en hoge groeicijfers. Zijn dochters hebben een goede vruchtbaarheid en ook deze nieuwe marchigianastier is pinkenstier. Sperma van de stieren Giustiniano en Indigeno is uit voorraad te bestellen via de CRV-webshop.
Kijk hiervoor op www.crv4all.nl of www.crv4all.be
Bwb-proefstier Barabar de Fermine ki-code 945284
geboren: 08-01-2023
schofthoogte: 22 mnd, 136 cm (+6) gewicht: 873 kg 22 mnd. 33 cm op 22 mnd.
Barabar is een stier met een prachtig fenotype. De voorbije maanden maakte hij een zeer mooie evolutie door. De zoon van Reflet is bovendien makkelijk in te zetten op diverse afstammingen. Barabar heeft een aantal interessante genomische fokwaarden, waaronder een karkasfokwaarde van 125. Zijn vader Reflet, een zoon van Digital, had gelijkaardige kwaliteiten met goede fokwaarden en sterke groeikracht. Deze stier was echter geen meat+.
Giustiniano
Gras is de motor op Tielts vleesveebedrijf
Elk jaar een kalf in en onder de koe en dat op gras. Dat is het fokkerij- en bedrijfsdoel van het West-Vlaamse vleesveebedrijf ‘Van de Pannemeers’ van Filip Ally. Daarbij is de vleesveehouder allergisch voor te zware kalveren. Hun opstart vindt hij vaak te moeilijk.
TEKST WIM VEULEMANS
EXTRA FOTO’S WWW.VEETEELTVLEES.NL
De veestapel van Filip Ally in het West-Vlaamse Tielt bestaat momenteel uit een honderd runderen, groot en klein. Dit zijn voornamelijk witblauwen van het vleestype, maar ook enkele dubbeldoeldieren. ‘Die laatste zet ik in als ontvangsters voor embryo’s. Ze zijn ideaal om een kalf groot te brengen als zoogkoe. Ze geven voldoende melk, maar niet te veel en hebben de nodige vleeskwaliteiten’, stelt Ally. Als de dubbeldoelrunderen uiteindelijk niet via een embryo drachtig raken, durft de veehouder ze ook te insemineren, vaak met een witblauwe kruisingsstier. ‘De laatste biefstukken uit de achterhand brengen niet altijd het meeste op’, verduidelijkt Ally. ‘Als ik dan naar deze kruisingsdieren kijk, hebben die vaak goede ruggen,
voldoende voorhand en is het vlees vaak net wat vetter. Ook dat valt in de smaak bij de afnemers.’
Nu afspraken maken met afzet
Dat brengt het gesprek ook meteen naar een actueel onderwerp in de rundveesector, de prijsvorming. ‘De markt is al jaren sterk aan het krimpen,’ vertelt Filip Ally, die ook deeltijds werkt voor de Interprofessionele Vereniging voor het Belgisch vlees (IVB). ‘De vleesveehouderij is jarenlang uitgeperst, enkel de diehards zijn zo overgebleven. En die krijgen nu eindelijk de prijzen die ze verdienen en nodig hebben.’
Volgens de jonge veehouder is het nu wel belangrijk om met afnemers duidelijke afspraken te maken. ‘We zijn
nu toch wat meer prijszetter geworden. Daarbij mogen we onze afnemers niet bewust tegen elkaar uitspelen, maar wel een correcte prijs bedingen voor onze dieren.’
Met die afspraken doelt Ally op de aanbiedingsvorm en het omzettingsprocent van warm naar koud gewicht. ‘Die afspraken moet je nu maken, zodat je er later altijd op terug kan vallen als de markt weer stabiel is.’
Het vleesveebedrijf werkt met een periodiek afkalfpatroon, waarbij het afkalven zich voornamelijk in het voorjaar afspeelt. ‘Op een paar maanden tijd, van maart tot midden mei, kalven er rond de veertig dieren. Dit jaar is dat wat anders’, verduidelijkt Ally. Hij refereert daarbij aan de gevolgen van blauwtong, die ook dit bedrijf trof. ‘De dieren zijn net wat minder goed binnengekomen vorige herfst, wat magerder, met minder goed zichtbare tochten en ze zijn moeilijker drachtig geworden.’
Toch wil de veehouder blijven vasthouden aan dit systeem. ‘Dat periodieke systeem heeft een aantal voordelen. Zo is zowel het insemineren als het kalven in één periode geconcentreerd. Het is makkelijker werken en bovendien is het werk handiger te combineren met mijn werk buitenshuis. Anderzijds merk ik ook dat selectie daarin niet het makkelijkste is. Het zal maar je beste koe zijn die niet tijdig drachtig is. Wat doe je dan als fokkerijliefhebber? Ratio en emotie gaan dan toch wel tegen elkaar spelen.’
Stress vermijden
Met een landgebruik van circa 14 hectare is de omvang in grond eerder beperkt. Dat maakt dat Ally jaren geleden al bewust koos voor het volop benutten van gras als voer voor de runderen. Daarom gaan hier in de zomer alle dieren de weide op, ook de koeien met kalveren. ‘Vanaf midden mei gaan inderdaad ook de moeders en hun kalfjes de weide op’, vertelt hij. ‘Belangrijk daarbij is dat de temperatuur ’s nachts niet meer te laag wordt. Want te koud en te nat is niet goed voor de jonge dieren.’ Ook hier ziet Ally een groot voordeel. De stallen staan gedurende een periode leeg, wat handig is om ze te reinigen. De kalveren blijven zogen tot ze een maand of zes zijn. De meeste kalveren worden pas gespeend wanneer ze weer binnenkomen. Dat spenen gebeurt vrij geleidelijk. De jonge dieren krijgen een flap in de neus. Ze blijven evenwel nog ruim een week bij de moeder lopen. ‘Op die manier vermijd ik stress bij koe en kalf en kan de koe
BEDRIJFSPROFIEL
naam bedrijf Van de Pannemeers eigenaar Filip Ally (42) plaats Tielt
aantal dieren 100 witblauwe en dubbeldoeldieren en 350 legkippen
grondgebruik 14 ha
zich makkelijk zelf droogzetten. En de buren klagen minder doordat er minder geloei is’, lacht Ally. Omdat de kalveren op het moment van spenen al wat ouder en zwaarder zijn, blijft een speendip uit. De jonge dieren nemen dan immers al voldoende ruwvoer op. Dat gras belangrijk is op het bedrijf, bewijst ook de keuze om de dieren, ook de kalfjes, in de weide niet bij te voeren. ‘Als ze met de moeders nog binnen zitten, krijgen de kalveren in een aparte box nog wel wat krachtvoer bij, maar eens ze buiten zijn, doen ze het verder op melk en gras.’ In combinatie met de zoogperiode van zes maanden is dat een keuze voor goedkope groei en arbeidsgemak. ‘Ik merk wel dat wanneer de kalfjes midden mei voor het eerst naar buiten gaan, ze even een terugval hebben, omdat het krachtvoer dan wegvalt.’ Omdat het bedrijf streeft naar een leeftijd van circa 24 maanden bij de eerste kalving, merkt Ally dat het vooral de vaarzen zijn die het het moeilijkst hebben met de
Links: door het omweiden zijn er verplaatsbare drinkbakken voorzien
Rechts: elke dag krijgen de dieren een nieuw stuk weide met vers gras
Tielt
Alle koeien, inclusief hun kalveren, gaan naar buiten vanaf het moment dat de temperatuur het toelaat
bedrijfsvoering. ‘De kalveren groeien goed door in hun zoogperiode en daarna worden ze tot een jaar oud verder stevig doorgevoerd. Dan merk ik dat deze vaarzen al rond een jaar tochtig worden. Als je wilt dat ze dan kalven rond de twee jaar, moet je soms wachten met insemineren. En dat is niet altijd handig.’
Ally merkt ook dat de ene koe het beter doet op het rantsoen met overwegend gras dan de andere. Maar enige besluiten richting achterliggende genetica nemen is niet makkelijk, aldus de West-Vlaamse vleesveehouder. ‘Ik heb bijvoorbeeld een Jet-Setdochter die met haar 1,32 meter naar de standaardnorm wat klein is, maar elk jaar geeft ze me een kalf en steeds is ze in conditie. Het lijkt alsof ze voor zichzelf weinig nodig heeft.’
Omweiden met zoogkoeien
Mede omdat de weide-oppervlakte wat beperkt is, kiest Ally voor een omweidsysteem met daarin de keuze voor kruidenrijk grasland. ‘Het kruidenrijk grasland is speciaal ingezaaid voor drogere periodes. Kruiden als klaver, luzerne, smalle weegbree en cichorei kunnen veel beter tegen droogte. Elke dag krijgen de dieren een nieuw stuk weide en dus vers gras voor de kiezen. De grootte van dat stuk weide stem ik af op de grootte van het koppel en op de hoeveelheid gras die er staat’, verduidelijkt de veehouder. ‘Elke ochtend zet ik de draad verder en dan zie je de dieren klaar staan om het verse gras te vreten. Het vergt wat extra werk, maar op die manier benut ik steeds weer het beste gras in de weide.’
Ally benoemt ook de gezondheid van zijn dieren als extra voordeel van het omweiden. ‘De mest van de dieren is vaak een bron van besmetting. Als je dieren weghoudt van die verse mest, beperk je de kans op besmetting.’ Zo worden op het bedrijf enkel de kalveren ontwormd. Vooralsnog is ontwormen niet nodig bij de oudere dieren. ‘Met omweiden hebben de dieren niet alleen steeds jong gras ter beschikking, ook bepaalde andere planten zijn dan eerder in een jong stadium. Ik merk zo dat mijn dieren ook de jonge netels wegvreten, net als de ridderzuring, tenminste als het planten in een jong stadium zijn’, geeft hij aan. ‘Ik vermoed dat dit komt doordat ze
hier reeds op jonge leeftijd aan gewend zijn. Ook de houtkanten pakken ze aan.’ Voor ridderzuring ziet de vleesveehouder misschien nog wel een bijkomend voordeel. ‘Sommige adviseurs beweren immers dat deze plant een ontwormend effect kan hebben.’
Na de koeien komen de kippen. Sinds een paar jaar werkt Ally met een mobiele kippenstal met een 350 kippen. De kippen grazen op de weide die de koeien net achter zich gelaten hebben en dit gedurende een paar dagen. ‘Natuurlijk gaat dit niet over de volledige oppervlakte en al zeker niet nu er ophokplicht is’, vertelt hij. ‘Daardoor is hun ruimte net wat beperkter dan normaal. Ze zitten nu onder een net.
Het grote voordeel van de kippen is dat ze de mest van de koeien verspreiden doordat ze gek zijn op de wormen erin. Daardoor heb ik ook minder verbrande plekken in de weide.’ De mobiele kippenstal werkt nagenoeg geheel automatisch op zonne-energie.
Geen zware kalveren
De accenten die Ally in zijn fokkerij legt, zijn niet zo verschillend van die van andere fokkerijbedrijven. Al is er in de selectie ook wel sterke aandacht voor de moedereigenschappen van de dieren. ‘Net als op veel andere bedrijven ligt ook hier de focus op vruchtbaarheid,’ stelt hij, ‘met een eerste kalf op 24 maanden en dan een volgende een jaar later.’
De veehouder geeft daarbij aan dat hij allergisch is voor te zware kalveren. ‘Een kalf moet hier vitaal genoeg zijn om makkelijk zichzelf te kunnen redden bij de moeder en in de weide. Daarom probeer ik ook jonge stieren te mijden die in hun afstamming stieren hebben die te zware kalveren geven.’
Van Futé is Ally nog steeds fan. De stier krijgt, ondanks dat er al meerdere zonen ter beschikking zijn, nog steeds een ruim gebruik op het bedrijf. ‘De kalveren groeien steeds goed uit’, verduidelijkt hij zijn keuze. ‘Waarom zou je hem niet gebruiken als hij nog steeds beter is dan zijn beschikbare zonen?’, vindt hij. Andere stieren die tot slot kansen kregen en krijgen, zijn Feston, Champagne, Avicii en enkele Futézonen als Ronaldo en Eclaireur. l
Bultavo lijkt effectiever dan andere blauwtongvaccins
GEZONDHEID – Op bedrijven die vaccineerden met het blauwtongvaccin Bultavo van Boehringer Ingelheim, werd in 2024 een kleinere verhoging van het gebruik van ontstekingsremmende pijnstillers gevonden dan op bedrijven die niet vaccineerden of vaccineerden met een van de andere vaccins. Ook PCR-testen op virus gaven op Bultavogevaccineerde bedrijven vaker een gunstige uitslag. Dit komt naar voren uit een veldstudie van dierenartsen van de Vereniging Kernpraktijken Rundvee en de faculteit Diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht. In totaal werden van 1114 melkveebedrijven gegevens verzameld. Op de helft van de bedrijven waren de dieren niet gevaccineerd, op 29 bedrijven waren de dieren één keer gevaccineerd. Op 46,5% van de bedrijven werd twee maal gevaccineerd. Van deze volledig gevaccineerde bedrijven waren 40 bedrijven gevaccineerd met Syvazul (Syva), 110 met Bluevac (CZ/Kernfarm) en 366 bedrijven met Bultavo (Boehringer Ingelheim). Twee bedrijven werden de eerste keer gevaccineerd met Syvazul en de tweede keer met Bultavo. In de analyse zijn deze meegenomen bij de bedrijven die twee keer met Bultavo waren gevaccineerd.
Op niet-gevaccineerde bedrijven lag het gebruik van pijnstillers in het derde kwartaal van 2024 ruim 2,5 behandeldagen per 10 koeien hoger dan in het derde kwartaal van 2023. Op bedrijven die twee keer waren gevaccineerd met Bultavo, was het gebruik van pijnstillers in het derde kwartaal van 2024 significant lager dan op de bedrijven die niet waren gevaccineerd. De bedrijven die met Bluevac of Syvazul hebben gevaccineerd, vertoonden een sterkere toename in gebruik van pijnstillers dan niet-gevaccineerde bedrijven. Een volledige verklaring hiervoor hebben de onderzoekers niet. Het zou volgens hen zo kunnen dat deze bedrijven om een of andere reden toch meer zijn blootgesteld aan
Op bedrijven die vaccineerden met Bultavo, nam het gebruik van pijnstillers minder toe
BTV3 of dat de boeren die deze vaccins gebruikten, meer geneigd zijn om pijnstillers te gebruiken dan andere boeren. Dit sluit aan bij het feit dat alle vaccinerende bedrijven in 2023 al een gemiddeld iets hoger pijnstillergebruik hadden dan de niet-vaccinerende bedrijven. Anderzijds was dat ook het geval voor Bultavo-vaccinerende bedrijven. Op 380 bedrijven in het onderzoek is een PCR-test op BTV3 uitgevoerd. Op bedrijven waar met Syvazul of Bluevac is gevaccineerd, werd significant vaker een PCR-test gedaan dan op niet-gevaccineerde en Bultavo-gevaccineerde bedrijven. Bij gebruik van Bultavo was de kans op een positieve uitslag significant lager dan op niet-gevaccineerde bedrijven. Bij de andere vaccins werd dit effect niet gevonden.
De onderzoekers benadrukken dat op basis van de uitkomsten van deze veldstudie niet zonder meer mag worden geconcludeerd dat de vaccins Bluevac en Syvazul niet effectief zijn. Zo is bijvoorbeeld niet uit te sluiten dat bedrijven die deze vaccins toepasten, meer zijn blootgesteld aan BTV3. Om meer zekerheid te krijgen over de effectiviteit van vaccins zou volgens hen een wetenschappelijk opgezette proef moeten worden uitgevoerd.
Lengte veldperiode bepaalt kwaliteit
RUWVOER – Hoe langer gemaaid gras op het veld ligt, hoe meer voedingswaarde verloren gaat. Idealiter moet het gras binnen vierentwintig uur na het maaien zijn weggewerkt. ‘Een belangrijke oorzaak van het verloren gaan van voedingswaarde is de verademing van grassuikers tijdens de veldperiode’, vertelt Leo Tjoonk, teamleider ruwvoer bij Agrifirm.
‘Die verademing gaat door als het gras iets vochtiger is. Als de kuil door die verademing minder suikers bevat, verloopt het inkuilproces niet lekker en dat beïnvloedt de kwaliteit.’
Die verademing van de suiker vindt vooral plaats wanneer het gras de nacht ingaat met een drogestofgehalte lager dan 30 procent. ‘Om dat te voorkomen, moet het gras ’s avonds vooral goed droog zijn’, zegt Tjoonk. Hij geeft de tip om ’s avonds niet te lang door te gaan met maaien. ‘Als de capaciteit er is, kan er ook in twee keer gemaaid worden. Maai dan bij voorkeur vanaf tien uur ’s ochtends, als het gras luchtdroog is, tot vier uur ’s middags.’
Verliezen kunnen ook ontstaan door bacteriën die het eiwit en de suiker in het gras omzetten als het gras te lang op het veld blijft liggen. Dat leidt tot verlies van suikers en de vorming van ammoniak en boterzuur op het veld en in de kuil. ‘Dat is niet wenselijk voor de kuilconservering’, zegt Tjoonk. Als het regent na het maaien, is het volgens Tjoonk daarom beter om nat in te kuilen dan te laat. In dat geval raadt hij aan om een conserveringsmiddel te gebruiken. ‘Een goed gelukte natte kuil is bovendien ook erg smakelijk’, weet de ruwvoeradviseur.
GEZONDHEID – België stelt de uitroeiing van ibr uit en mikt nu op 2030 om bij Europa een ibr-vrijstatus aan te vragen. Het was de bedoeling om deze aanvraag eind 2027 al in te dienen, maar de uitroeiing van de ziekte staat onder druk. Ook wordt de vaccinatieperiode met twee jaar verlengd tot in november 2027. ‘De extra tijd tot 2030 geeft iedereen wat
ademruimte, maar het doel blijft hetzelfde: een rundveesector vrij van ibr’, zegt David Clarinval, de Belgische minister van Landbouw. Clarinval wil deze periode ook gebruiken om de traceerbaarheid van dieren te verbeteren. De minister benadrukt dat het de bedoeling is dat alle Belgische rundveebedrijven tegen
november 2029 volledig vrij zijn van ibr, waarna de officiële aanvraag enkele maanden later kan worden ingediend. Een bestrijdingsprogramma om ibr uit te roeien begon in België in 2007 op vrijwillige basis. Sinds 2012 is deelname verplicht voor alle rundveehouders in België.
Elke rundveehouder kan ermee te maken krijgen: ziekten in de veestapel. Maar hoe herken je ze op tijd? Hoe behandel en voorkom je ze? In deze serie duiken we in veelvoorkomende ziekten bij runderen. Praktische inzichten voor een gezonde veestapel.
onderwerp 1. salmonella 2. bvd 3. ibr
4. mycoplasma 5. leptospirose 6. mannheimia
7. para-tbc 8. neospora
Gevraagd: alertheid op salmonellabacterie
Salmonella is verraderlijk, verspreidt zich snel en laat niet altijd ziekteverschijnselen zien. Eind 2024 steeg het aantal besmette melkveebedrijven. ‘Wees ook op vleesveebedrijven alert en onderschat salmonella niet.’
TEKST QUINTEN DEN HERTOG
Een koe met diarree, een kalf dat is verzwakt; zou het salmonellose zijn? Salmonellose is een infectieziekte veroorzaakt door salmonellabacteriën. De bacterie kan grote schade aanrichten binnen de veestapel en vormt een risico voor mensen. ‘Op zo’n 80 procent van de geïnfecteerde rundveebedrijven worden geen ziekteverschijnselen gezien. Maar ook al valt er nu niets op, dat kan zomaar veranderen’, waarschuwt rundveedierenarts bij Royal GD Maarten Weber.
Plots de kop opsteken
Als runderen een verminderde weerstand hebben, bijvoorbeeld door andere infecties, kunnen ziekteverschijnselen door een salmonellabesmetting plots de kop opsteken. Hoge koorts, diarree of abortus bij volwassen runderen en koorts, diarree of een longontsteking bij kalveren kunnen grote gevolgen hebben. Bij salmonellose op zoogkoeienbedrijven worden vooral jonge kalveren ziek met soms sterfte tot gevolg. Naast diarree en longontstekingen kunnen bij deze kalveren gewrichtsontstekingen en in uitzonderlijke gevallen het afsterven van staartpunten, oorpunten of klauwtjes optreden.
Als er ziekteverschijnselen zijn, dan zijn die in de eerste drie maanden vaak het hevigst. Daarna kunnen de verschijnselen afnemen, maar vaak volgt een jaar na de eerste uitbraak een nieuwe opleving, merkt Weber. Dit maakt dat blijvende waakzaamheid en maatregelen nemen essentieel is.
Daarbij komt dat salmonella besmettelijk is voor de mens. Dit kan zich uiten in diarree en koorts. ‘Eet en drink niet in de stal, gebruik bedrijfskleding bij contact met mest en dieren en
neem deze bedrijfskleding niet mee het woonhuis in’, adviseert de dierenarts. Bij een verlossing kan een veehouder via de huid besmet raken met de salmonellabacterie, zeker bij een doodgeboorte van een kalf. Het gevolg is een huidontsteking met puskopjes op de armen, soms gevolgd door algemeen ziek zijn.
Kwetsbare groepen, zoals kleine kinderen, ouderen, zwangeren en mensen met een verminderde weerstand, lopen extra risico. ‘Veehouders moeten salmonella niet onderschatten. De kiem Salmonella dublin, die veel bij rundvee voorkomt, geeft veel complicaties bij de mens. We horen regelmatig van veehouders dat ze ernstige ziekteverschijnselen hebben, tot ziekenhuisopnames aan toe’, benadrukt de dierenarts.
Besmettingsgraad op vleeskalverbedrijven hoger
Recente cijfers over het voorkomen van salmonella-infecties op vleesveebedrijven ontbreken. Weber weet wel dat in 2013 bij een onderzoek naar de besmettingsgraad op één op de tien zoogkoeienbedrijven antistoffen tegen salmonella werden aangetoond. ‘Deze antistoffen zijn een concrete aanwijzing voor een salmonellabesmetting op het bedrijf’, vertelt de dierenarts. Op vleeskalverbedrijven ligt de besmettingsgraad volgens hem aanzienlijk hoger. Hij vertelt dat in 2017 op een derde van de onderzochte vleeskalverbedrijven antistoffen tegen salmonella werden aangetoond. ‘Per kwartaal tellen we ook op hoeveel vleeskalverbedrijven salmonellabacteriën werden gevonden in mestmonsters of kalveren die voor sectie kwamen. Dit aantal varieert tussen 10 en 65 bedrijven per kwartaal.’
Op deze vleeskalverbedrijven kan de schade door ziekte en uitval volgens Weber fors oplopen. ‘Daarom hebben we in opdracht van de Stichting Brancheorganisatie Kalversector een protocol gemaakt waarmee kalverhouders met hun dierenarts een plan van aanpak voor hun specifieke bedrijf kunnen opstellen.’
Bij melkvee wordt salmonella gemonitord via tankmelkonderzoek. In de laatste tankmelkronde werd een toename van de besmettingsgraad gezien. De oorzaak is niet helemaal duidelijk. Het natte jaar of een verminderde weerstand door blauwtong kunnen oorzaken zijn. ‘We moeten er de komende periode rekening mee houden dat de kans op insleep van salmonella op vleesveebedrijven ook is toegenomen’, stelt Weber.
Aanvoer van runderen, aanvoer van mest en het verstrekken van oppervlaktewater als drinkwater zijn routes waarlangs rundveebedrijven besmet kunnen raken. De salmonellabacterie
wordt door besmette runderen, ook als ze geen symptomen vertonen, uitgescheiden in mest en melk.
Volwassen runderen scheiden de bacterie na infectie gemiddeld twee weken uit, kalveren zo’n drie weken. Vijf tot tien procent van de runderen blijft na infectie drager, waarvan sommige continu grote hoeveelheden salmonellabacteriën uitscheiden en andere bij een periode van weerstandsdaling. Een rund met een lagere weerstand is gevoeliger voor een besmetting en zorgt zo ook voor een snellere verspreiding. Jongvee dat in het tweede levensjaar wordt besmet, volwassen runderen die in de transitieperiode besmet raken en runderen met ziekteverschijnselen blijven vaker drager. Ook runderen met chronische leverbotinfecties zijn gevoeliger voor salmonella en blijven langer besmettelijk.
Scherp blijven op verschijnselen
De bacterie overleeft lang, vooral op natte plekken zoals slootkanten en drassige percelen. Een natte omgeving is echter niet essentieel. Uit onderzoek blijkt dat de salmonellabacterie na een jaar nog in droge mest in stallen wordt aangetroffen. Binnen het bedrijf verspreidt de bacterie zich niet alleen van rund tot rund, maar ook via de omgeving, zoals waterbakken en oppervlaktewater, het land of de afkalfstal. Ook volle melk die aan kalveren wordt gevoerd, kan een besmettingsbron zijn. Om verspreiding te voorkomen is het belangrijk geen oppervlaktewater te gebruiken als drinkwater als er alternatieven zijn. Zieke runderen moeten, indien mogelijk, geïsoleerd worden. ‘Richt je verder op verhoging van de weerstand tegen salmonella, voor zover haalbaar een scheiding van verschillende diergroepen op het bedrijf en op hygiënemaatregelen’, geeft de dierenarts mee. ‘Let op een zoogkoebedrijf met salmonellose bijvoorbeeld extra goed op de biestvoorziening, op het veelvuldig instrooien van de stal en beperk het aantal runderen in één groep. Volgens hem is het handig om tijdens een rondgang over het bedrijf met de dierenarts in kaart te brengen welke aanvullende maatregelen wenselijk en praktisch uitvoerbaar zijn. Weber raadt ook aan om scherp op verschijnselen van salmo-
Dierenarts Maarten Weber:
‘Veehouders kunnen ziek worden door salmonella’
nella te blijven en om bij een salmonellaverdenking een mest- en bloedmonster te laten onderzoeken. Soms gaat een salmonella-infectie samen met andere infecties. Het aantonen van andere infecties sluit salmonella als oorzaak niet uit. ‘Beschouw verschijnselen zoals diarree, longontstekingen en uitval niet als normaal’, benadrukt Weber. Bij een verwerper adviseert hij om naast het verplichte bloedonderzoek op brucellose ook onderzoek op salmonellose aan te vragen. Bij dode runderen en verworpen vruchten kan sectie uitkomst geven.
Afvoeren van dragerdieren
Runderen met ziekteverschijnselen van salmonellose kunnen behandeld worden met antibiotica of een andere ondersteunende behandeling na afstemming met de dierenarts. Lukt het niet om de infectie te beheersen met preventieve maatregelen in de bedrijfsvoering? Dan is opsporen en afvoeren van salmonelladragers een goede aanvulling. Royal GD heeft hier specifieke testschema’s voor.
‘Maar de essentie van aanpak zit bij alle bedrijfstypen in preventieve maatregelen in de bedrijfsvoering. De weerstand van de runderen, het contact tussen de verschillende diergroepen en de hygiëne op het bedrijf vormen de sleutel tot succesvolle beheersing. Vraag hierbij advies aan de dierenarts’, stelt Weber. Een bedrijfsspecifiek advies heeft een belangrijke rol in het slagingspercentage, zo besluit hij. ‘De aanpak is niet eenvoudig en vraagt veel inspanningen van de veehouder, maar beheersing van salmonella is daarmee wel goed haalbaar.’ l
Via welke weg krijgt een rund salmonella?
INSLEEP
GEBEURT VIA
aanvoer van runderen
het weiland
vooral op drassige percelen en in slootkanten overleeft de bacterie lang
het weiland oppervlaktewater als drinkwater besmette buurbedrijven mestaanvoer zoals de aanvoer van varkensmest
VERSPREIDING
OP HET BEDRIJF
GEBEURT VIA
mest
waterbakken oppervlaktewater als drinkwater
het weiland vooral op drassige percelen en in slootkanten overleeft de bacterie lang afkalfstal
melk
bij het voeren van volle melk aan kalveren
leeftijd 45
opleiding bachelor toerisme en recreatiemanagement, holistic management aan het Savory Institute carrière touroperator, verschillende functies als voerspecialist bij Agrifirm en Quartes huidige functie ona ankelijk grasspecialist Obs’Herbe, samenwerking met proFarm
‘Boeren praten erg weinig over beweiden, ze praten vooral over het oogsten van gras’
‘Vers gras is het meest complete voer’
De beperkte huiskavels en lage weidepremies voor melkvee
nodigen veehouders in Vlaanderen niet uit om hun koeien te laten grazen. Maar volgens graslandspecialist Pieter Van Rumst liggen er beslist kansen. ‘Weidegang is een eenvoudige maatregel om aan de Belgische emissie-eisen van 2030 te voldoen.’
TEKST JAAP VAN DER KNAAP
Een gemakkelijk jaar was grasseizoen 2024 niet. En daarmee ook niet voor Pieter Van Rumst. De overvloedige neerslag maakte het voor de graslandspecialist extra lastig om Belgische melkveehouders te motiveren om te starten met weidegang en de staldeuren open te zetten. Het aandeel bedrijven dat weidegang toepast in België, is met name in Vlaanderen niet groot en Van Rumst probeert daar verandering in te brengen. Sinds 2016 adviseert hij veehouders in de Benelux met zijn bedrijf Obs’Herbe (letterlijk: observeer het gras) over de teelt van gras, en met name weidegang. ‘Bijna elke veehouder kan stappen zetten om iets te doen met weidegang.’
Wat is uw drijfveer om weidegang te promoten?
‘Als 16-jarige ging ik in de zomer koeien melken in Ierland. Daar zag ik dat boeren veel meer met weidegang bezig zijn en daardoor minder afhankelijk zijn van de aankoop van voer. Daarna heb ik jarenlang gewerkt in het toerisme, maar als boerenzoon bleef ik geïnteresseerd in de landbouw. In toeristische landen als Frankrijk, Wales en Ierland zie je dat veehouders op een eenvoudige, natuurlijke manier gras omzetten in melk en vlees, waarmee ze een goede boterham verdienen. Op reizen door deze grasrijke gebieden is bij mij wellicht het zaadje geplant om iets met advisering rond grasland en weidegang te willen doen.’
Waarom vindt u weiden belangrijk?
‘Ik ben na mijn carrière in het toerisme eerst een aantal jaren actief geweest in de veevoedersector om meer te leren over
voeding. Het viel me toen op dat boeren vooral praten over het oogsten van gras, maar erg weinig over beweiden. Er is veel tunnelvisie. Er wordt vooral gedacht vanuit technologische oplossingen om met hoge input zo veel mogelijk output te produceren. Maar met al die input daalt de zelfredzaamheid van bedrijven. Met meer grasland en met meer grasklaver in het rantsoen ben je minder afhankelijk van de aanvoer van eiwit en kunstmest. Bovendien zorg je voor een betere kwaliteit mest bij een grasrijker dieet. Vers gras is de meest evenwichtige grondstof voor de koe.’
Het is toch juist die wisselende kwaliteit van weidegras die veehouders ervan weerhoudt om te gaan weiden? ‘Bij weidegang zijn dat maar tijdelijke schommelingen. Maar als je kuilgras wint onder matige omstandigheden, heb je de hele winter slecht gras in het rantsoen. Vers gras heeft juist een evenwichtige samenstelling en met een efficiënt weidesysteem als dynamisch omweiden beperk je veel van die schommelingen. Mais bevat weliswaar veel energie in de vorm van zetmeel, maar geen eiwit. Vers gras bevat naast eiwit en energie juist ook volop mineralen. De rol van gras bij de gezondheid van de koe wordt veelal onderschat. Dat zeg ik niet zelf, het zijn de boeren die ik begeleid bij hun beweidingsmanagement, die dat na een tijd verwonderd vaststellen. Vers gras is het meest complete voer voor de koe.’
Waarom is het aandeel bedrijven in België met weidegang dan zo beperkt? ‘Door de ontwikkeling in met name de
Vlaamse melkveehouderij is het aandeel weidegang sterk teruggelopen. In de afgelopen twintig jaar is het aantal melkveehouders gehalveerd en zijn de bedrijven gespecialiseerd en gegroeid. Maar de huiskavel is niet meegegroeid, integendeel. De beweidbare huiskavel is in Vlaanderen in twintig jaar van 3,5 koe per hectare naar 8 koeien per hectare gegaan. Die intensiteit is er de oorzaak van dat de mogelijkheden voor weidegang beperkter zijn geworden.’
Kan een hogere weidepremie weidegang stimuleren?
‘De huidige premies bij de Belgische zuivelondernemingen zijn niet toereikend om veehouders tot weidegang aan te zetten. Die lage weidepremie komt ook doordat de consument hier niet bereid is om extra te betalen voor weidegang. Ik verwacht dat door de recente komst van een aantal Nederlandse zuivelverwerkers op de Belgische markt er meer aandacht komt voor weidegang. Die betalen immers wel een hogere weidepremie.’
‘Maar nog meer dan een weidepremie, zou investeringssteun een flinke stimulans kunnen zijn voor weidegang. Ik denk aan steun voor de aanleg van koepaden, inrichting van de huiskavel met moderne afsluiting en drinkwatervoorziening op de weide.’
Zijn er andere motivaties om te weiden?
‘Absoluut. Weidegang is een toegekende maatregel op de PAS-lijst, de lijst van ammoniakemissie-reducerende maatregelen in Vlaanderen. Weidegang is daarmee voor veel veehouders een eenvoudige maatregel
‘Adviseren is mensenwerk, weidegang kun je niet opdringen’
om aan de verplichte emissie-eisen van 2030 te voldoen. Wanneer je er dan ook echt voor zorgt dat de koeien een dagdeel kwaliteitsgras opnemen, dus dat ze echt gaan grazen, draagt dat ook nog eens bij aan de kostprijsverlaging.’
Hoe zou u grasland toepassen in een modern bouwplan?
‘Bij de teelt van gras gaat het om meer dan alleen ruwvoerteelt. Grasland, zeker kruidenrijk grasland, draagt bij aan de biodiversiteit en klavers kunnen stikstof uit de lucht binden. Ook komen er steeds meer initiatieven rondom de opslag van koolstof en daarbij kan grasland een grote rol spelen. Bij strenge bemestingsnormen past de teelt van grasklaver heel goed in een rotatieteelt met mais en granen. Als je ziet wat voor absurde kostprijzen sommige bedrijfseconomische adviesbureaus
toerekenen aan vers gras, merk je dat ze niet direct fan zijn van grasteelt en weidegang. Maar zeker bij alternatieve –lees lagere – bemestingsnormen, heeft gras of grasklaver ook veel kansen op economisch vlak. Zelfs op hoogproductieve melkveebedrijven.’
Hoe brengt u het onderwerp weidegang op tafel bij een adviesgesprek?
‘Bij een adviesgesprek vraag ik altijd eerst wat de ondernemer zelf wil. Wat vind je leuk? Als je iets graag doet, dan doe je dat goed en kun je daar meestal ook geld mee verdienen. Adviseren is echt mensenwerk, weidegang kun je niet opdringen. Samen met de veehouder kijk ik als weide-architect naar het bedrijf, de inrichting en de huiskavel. Hoe kunnen we de huiskavel zo inrichten dat weiden eenvoudig blijft? Maak een plan, ga aan de slag. Er kunnen
bijna altijd stappen worden gemaakt, of je nu extensief of intensief boert, dat maakt niet uit.’
Wat typeert de veehouders die u begeleidt rondom weidegang?
‘Onder de veehouders die ik adviseer, zit een grote groep zelfzuivelaars. Ze bedienen een groep consumenten die graag koeien in de weide zien en die daar vragen over stellen. Daar waar de grote groep consumenten geen waarde toekent aan weidemelk, constateren zelfzuivelaars wel degelijk een groeiende vraag. Zuivelverwerkers merken ook dat de melkkwaliteit beter is als koeien een grasrijker rantsoen krijgen. De melk bevat meer gunstige vetzuren, waardoor je gezondere zuivelproducten kunt maken.’
U hebt het woord ‘weidewandelen’ geïntroduceerd. Wat is dat?
‘Het is mijn vrije vertaling van het Engelse woord farmwalk. Via een rondje door het land met de graslandhoogtemeter kun je de wekelijkse grasgroei in beeld brengen. Maar nog belangrijker is dat je via de weidewandeling met je eigen ogen ziet wat er in het land gebeurt. Ik organiseer ook bewust weidewandelingen met groepen boeren. Zo kun je leren van elkaars ervaringen en elkaar motiveren.’
Waar moet je op letten tijdens zo’n wandeling?
‘We kijken dan niet alleen naar het gras, maar ook naar de koe en haar omgeving. Is ze voldoende volgevreten, hoe ziet de mest eruit, hoe zijn de mestflatten van de vorige begrazing verteerd? Je observeert alles, van gras tot koe tot bodem. Met al die observaties bepaal je de te nemen maatregelen.’
Welke uitdagingen ziet u nog voor boeren die weiden?
‘We missen echt goede grasdata, gegevens waar je het weiden goed op kunt sturen. Ik ben geen wetenschapper, maar het zou wel goed zijn als veehouders meer op basis van grascijfers aan de slag kunnen gaan, zoals bij een rantsoenberekening.’
‘Ook echt laten grazen is een uitdaging. Koeien naar buiten doen is wat anders dan effectief grazen: daar kan zomaar 10 kilo droge stof versgrasopname per koe per dag verschil mee gemaakt worden.’
‘Daarnaast ben ik fan van zomerstalvoeren en hooi. Als je gras inkuilt, verlaag je de pH-waarde en verandert de vem-eiwitverhouding. Bij gedroogd hooi blijft die verhouding gunstiger. De kostprijs van het voeren van kunstmatig gedroogd hooi is een punt van zorg, maar op het vlak van diergezondheid en melkkwaliteit liggen daar echt kansen.’ l
Tetanusbesmetting na het onthoornen
Een vleesveehouder meldde dat er wat scheelde met een kalf van ongeveer zes weken oud. Op dit bedrijf onthoornt de veehouder zijn kalveren zelf. Zoals de wetgeving voorschrijft, doet onze praktijk de voorafgaande verdoving. We spuiten de kalveren standaard nog een pijnstiller in, waarna we het bedrijf verlaten. Dan brandt de veehouder de hoornpitjes weg met een onthoornbout.
Tijdens het klinisch onderzoek van het kalf, dat tien dagen geleden onthoornd was, merkte ik op dat het dier erg stijf stond, moeilijk kon bewegen en een angstige blik had. De lichaamstemperatuur was normaal, maar het viel wel op dat het derde ooglid zichtbaar was. De staart stond iets hoger, alsof het dier mest wilde maken. Bovendien klemde het dier zijn kaken abnormaal hard op elkaar, en waren er af en toe spiertrillingen te zien.
Op basis van de symptomen was de eerste diagnose waar ik aan dacht, klem of tetanus. Tetanus wordt veroorzaakt door de bacterie Clostridium tetani. Deze kiem kan aanwezig zijn in de bodem en in de mest van gezonde dieren. Wanneer een meestal kleine wonde besmet raakt in afwezigheid van zuurstof, bijvoorbeeld als de wonde onder een korstje zit of dicht gekleefd is, begint de bacterie te groeien en maakt ze gifstof-
Aan de hand van voorbeelden uit hun dagelijkse praktijk schrijven vier dierenartsen over diergezondheid in de vleesveehouderij. Om en om beschrijven Anthony De Schryver, René Bemers, Piet De Meuter, en Hans Van Loo maandelijks vastgestelde ziektebeelden, uitgevoerde behandelingen en/of mogelijke preventiemaatregelen.
naam aandoening tetanus of klem verschijnselen stijve of trillende spieren, moeilijk bewegen of rechtop komen, geklemde kaken, derde ooglid tonen, hoger gedragen staart, sterfte oorzaak wondinfectie met de bacterie Clostridium tetani
fen aan. Het zijn deze gifsto en die de zenuwen en hersenen aantasten en de symptomen veroorzaken. De behandeling is vaak zeer moeilijk en de prognose niet zo goed. Ondertussen merkte ik op dat een van de onthoornwondjes ontstoken was, wat erop kon wijzen dat dit de intredepoort van de bacterie was geweest. Onder de wondkorst was etter aanwezig. Ik nam met een swab een staaltje om in het labo te laten analyseren. Vervolgens waste ik de wonde grondig uit met lauw water en ontsmette deze met antibioticumspray. Daarna diende ik het kalf een antitoxine toe als tegengif voor de gifsto en, een pijnstiller, een hoge dosis penicilline en een licht kalmeringsmiddel. Ik wees de veehouder op het belang van een propere omgeving, vooral bij een chirurgische ingreep, wat onthoornen immers is. Navraag leerde me bovendien dat de veehouder de wonden na het onthoornen niet altijd goed ontsmette of behandelde met een antibioticumspray. Mogelijk was het kalf hierdoor besmet geraakt met de Clostridium tetani-bacterie.
Een dag later vertoonde het kalf tympanie of buikzucht, het kon niet meer opstaan. In overleg met de veehouder besloot ik dat euthanasie de beste optie was. Enkele dagen later kregen we het resultaat van het labo: Clostridium tetani.
Start van de vijfde editie Beste Graslandboer
Er bestaat geen blauwdruk voor het winnen van de titel Beste Graslandboer.
De winnaars van de eerste vier edities van de verkiezing hebben elk hun eigen grasaanpak. Eén ding is zeker: het is voor hen geen straf om over gras te praten. Wie wordt de vijfde in de rij winnaars? Aanmelden kan vanaf nu.
TEKST INGE VAN DRIE, JAAP VAN DER KNAAP
Ze kunnen er uren over praten. De vier veehouders die tot nu toe de titel Beste Graslandboer wonnen, hebben heel verschillende bedrijven, maar zeker één ding hebben ze gemeen: gras speelt op hun bedrijven een hoofdrol. Van het biologische melkveebedrijf van Auke Spijkerman uit Wapserveen, waar maximaal melken uit vers gras het motto is, tot de eenvoudige bedrijfsvoering van Joeri Ham uit Wijdenes, die op alle onderdelen van de bedrijfsvoering bij de beste 25 pro-
cent van de bedrijven wil horen. Van de ‘volhoudbare’ en relatief extensieve bedrijfsvoering van koeienboer Jan Vonk uit Goudriaan, die zuinig is op zijn grasmat, tot grasteler Wim van Ittersum uit Mastenbroek, die weidevogelbeheer, veel weiden en een hoge melkproductie per koe combineert.
Die variatie in winnaars toont wel aan dat er geen blauwdruk is voor het winnen van de competitie Beste Graslandboer, die Veeteelt samen met Wageningen Uni-
Juryvoorzitter Agnes van den Pol: ‘Inspirerend om met juryleden en boeren over gras te praten’
Ze is vanaf het begin betrokken bij de verkiezing Beste Graslandboer, maar vervelen doet dat Agnes van den Pol nog allerminst. De lector Grasland en Beweiding van Aeres Hogeschool Dronten treedt ook dit jaar weer op als voorzitter van de jury. ‘Het is fantastisch om tijdens de verkiezing met de juryleden en veehouders over gras te praten’, geeft Van den Pol aan. ‘Ik kijk daar elke keer weer naar uit. Het zijn inspirerende dagen. We ontmoeten veehouders die echt met passie over grasland en hun graslandbeheer kunnen vertellen.’ De juryvoorzitter hoopt dat er dit jaar weer veehouders meedoen voor wie de teelt van gras niet alleen economisch waardevol is, maar die ook oog hebben voor de meerwaarde van gras op andere vlakken. ‘Grasland zorgt voor biodiversiteit en voor aankleding van het landschap. En natuurlijk vormt gras de basis voor een gezond rantsoen. Het gaat uiteindelijk om het totaalplaatje. Ik verwacht dat we dit jaar weer diverse inspirerende veehouders zullen treffen.’
Schrijf je nu in voor de verkiezing Beste Graslandboer 2025
Ben jij een veehouder met passie voor gras en een scherp oog voor graslandmanagement? Meld je dan vanaf nu aan voor de verkiezing Beste Graslandboer, met dit jaar als hoofdsponsor grasveredelaar Barenbrug. Aanmelden kan eenvoudig door het invullen
van het aanmeldformulier op veeteelt.nl. Met de verkiezing geven we veehouders een podium om hun visie op grasland te delen. Het maakt niet uit of je een groot of een klein bedrijf hebt, melkvee of vleesvee houdt, biologisch of gangbaar boert of a omstig bent
HOOFDSPONSOR
uit Vlaanderen of Nederland. Belangrijk is vooral dat je een duidelijke visie hebt op de rol van grasland op je bedrijf. Laat zien wat je drijft, deel je aanpak en wie weet win jij de titel Beste Graslandboer van 2025 én een bedrag van 1000 euro!
SPONSORS
BESTE GRASLA N DBOER 2023 2025
versity & Research, Stichting Weidegang en Aeres Hogeschool Dronten voor de vijfde keer organiseert.
Veehouders met een hart voor gras De toekomstige winnaar van de vijfde verkiezing Beste Graslandboer hoeft niet per se 2500 uur weidegang of minimaal 75 procent eiwit van eigen land te realiseren. Evenmin hoeft hij – of zij – een grasopbrengst van minstens 15 ton per hectare te halen of een rantsoen met 100 procent gras te voeren. Waar draait het dan wel om? Om veehouders met een hart voor gras, die met hun graslandmanagement andere veehouders kunnen motiveren en inspireren. Kortom: voor de nieuwe Beste Graslandboer moet het geen straf zijn om over gras te praten. Vanaf donderdag 22 mei kunnen veehouders zich eenvoudig aanmelden via de website van Veeteelt (zie kader). Naast een aantal bedrijfsgegevens vragen we naar je motivatie: waarom wil je graag deelnemen aan deze verkiezing en wat maakt je bedrijf op het gebied van grasland uniek? Het is mooi als je je verhaal kunt ondersteunen met kengetallen, bijvoorbeeld met het aantal uren weidegang, het percentage eiwit van eigen land of het aantal weidevogelnesten op je bedrijf. We willen graag dat veehouders zichzelf aanmelden. Maar ken je iemand die echt genomineerd zou moeten
22 mei-
30 juni
Deelnemers kunnen zich online inschrijven via veeteelt.nl
1 juli1 september
De jury kiest drie genomineerden en bezoekt hun bedrijven. De redactie maakt (video)reportages
worden? Geef dan de redactie een tip en meld je via veeteelt@crv4all.com.
Het aanmelden voor de verkiezing kan tot 1 juli. Daarna gaat de vakjury onder leiding van voorzitter Agnes van den Pol (zie kader) aan de slag. Behalve Van den Pol maken ook onderzoeker Bert Philipsen van Wageningen Livestock Research, melkveehouder Andries-Jan de Boer van 3D Agro Advies en de regerend Beste Graslandboer Wim van Ittersum deel uit van de jury. De juryleden beoordelen alle inzendingen en selecteren daaruit drie bedrijven, bij wie ze op bezoek gaan.
Publiek kan meestemmen
Vanaf donderdag 18 september kan ook het publiek meestemmen. In het septembernummer en op de website van Veeteelt stellen we de drie kandidaten voor, waarna het publiek zijn voorkeur aan kan geven. In de einduitslag wegen zowel het eindoordeel van de jury als de stemmen van het publiek mee. Voor de winnaar ligt een hoofdprijs van 1000 euro klaar. Ook is er een publieksprijs en een motivatieprijs, in de vorm van de Gouden Grasspriet. Op donderdag 9 oktober maken we in een webinar bekend wie de prijzen wint. Meld jij je ook aan? Wie weet komt de jury deze zomer bij jou langs en word jij de nieuwe Beste Graslandboer! l
18 september
De genomineerden worden bekendgemaakt
18 september8 oktober
Het publiek kan stemmen op veeteelt.nl
9 oktober
Bekendmaking van de winnaar tijdens webinar
Sterk debuut Eclaireur
De meestbesproken stier die deze nieuwe fokwaardepublicatie rijk is dit voorjaar, is Eclaireur de Roupage. De Futézoon debuteert bovengemiddeld sterk met zijn genetisch verervingsprofiel.
De informatie in de voorjaarspublicatie met fokwaarden voor het Belgisch-witblauwras van het Waalse stamboek is in de regel nogal beperkt. Dat is met deze publicatie van voorjaar 2025 niet het geval. Zeker voor tweede bezoek en lineaire kenmerken is de lijst met stieren die voor het eerst een fokwaarde voor deze kenmerken krijgen, vrij ruim. Een tweede vaststelling is de invloed van blauwtong op een aantal kenmerken. Deze ziekte heeft ervoor gezorgd dat het Waalse stamboek tijdelijk een aantal data heeft geschrapt (zie kader pagina 29).
Geboortegewicht normaliseert
Bij de geboortekenmerken geregistreerd bij eerste bezoek is de lijst met informatie als vanouds wat beperkt. Door de actie van het stamboek om informatie van een aantal maanden uit te sluiten voor de berekening van deze fokwaarden is er een normalisatie van de fokwaarde geboortegewicht. De betrouwbaarheid van deze fokwaarde is daardoor ook wat lager. De
De fokwaarde geboortegewicht van Feston steeg
Tabel 1 – Stieren met een eerste en tweede publicatie voor fokwaarden bij eerste bezoek (* = tweede publicatie, bron: Elevéo, april 2025)
TEKST WIM VEULEMANS ki aantalnakomelingen geboortegewicht naam vader drachtduur conformatie
uiterst lage geboortegewichten van een aantal debuterende stieren uit de vorige publicatie liggen nu meer in de lijn der verwachting. Zo steeg de fokwaarde van Feston de Belle Eau (v. Boy) van 57 naar 85, wat meer overeenkomt met de signalen uit het veld. Ook aan de bovenzijde van deze fokwaarden zijn er weinig stieren die extreem vererven, met te zware kalveren, wat vaak resulteert in een moeilijke opstart. Dauphinzoon Héraklion de St. Fontaine en Généralzoon Apollon de Dessous la Ville debuteren met een fokwaarde geboortegewicht van 117.
van 115. Tot slot zijn drie stieren die vorige keer debuteerden, niet meer in deze publicatie terug te vinden. Dit komt doordat hun betrouwbaarheid te laag was door het schrappen van een aantal nakomelingen.
Lijstje populaire stieren
De lijst met stieren die voor het eerst een fokwaarde voor kenmerken tweede bezoek krijgen, is dit voorjaar veel ruimer dan we gewend zijn bij eerdere publicatie. In tabel 2 zijn alle stieren die voor het eerst deze fokwaarden krijgen, opgenomen en dit op basis van (aanvullende) dochterinformatie. Deze lijst bevat ook een aantal stieren met veel dochters en kan zo bekeken worden als een lijstje van populaire stieren bij de Waalse vleesveehouders. Vier stieren hebben informatie van meer dan 200 nakomelingen in hun fokwaarde. Cargo du Coin, een
Tabel 2 – Stieren met een nieuwe fokwaarde bij tweede bezoek (bron: Elevéo, april 2025)
Slechts vijf stieren uit de tabel hebben een fokwaarde conformatie. De hoogste daarbij is Estaminet de Tohogne met 120. Door blauwtong verliest hij wat nakomelingen in deze fokwaarde. Hélium de Fooz (v. Amaretto) volgt hem in het lijstje met een fokwaarde naam
zoon van Darko, voegt de informatie van 269 nakomelingen toe aan zijn eerdere merkerfokwaarde. Deze informatie resulteert in een index gewicht/conformatie van 103. Hij vererft daarbij een gemiddeld gewicht (98) met een goede gestalte (105) en mooie conformatie (109). Ki-genoot Eclaireur de Roupage (v. Futé) heeft op basis van 240 nakomelingen een index gewicht/conformatie van 120. Veelbelovend is daarbij dat hij dit doet met zowel een sterke vererving op conformatie (119) als een positieve vererving op gewicht (110) en gemiddelde gestalte (101). Eenzelfde profiel heeft Jeunet de la Béole (v. Forrain). Hij debuteert met 202 nakomelingen in zijn fokwaarde conformatie (111) en een index gewicht/conformatie van 114.
Dat het witblauwras al even de weg van de meer economische fokkerij is ingeslagen, is
ook duidelijk in het profiel van het merendeel van de stieren met nieuwe fokwaarden voor tweede bezoek. Het overgrote deel scoort daarbij bovengemiddeld. De stieren in de top doen dit zelfs met gewicht en conformatie. Ecusson de Centfontaine is met een index gewicht/conformatie van 130 de hoogste in de lijst. Deze Futézoon doet dat met conformatie (117) en gewicht (122). De gestalte van zijn nakomelingen is met 97 gemiddeld. Een andere Futézoon, Ronaldo van de Stokerij, volgt hem met een index
gewicht/conformatie van 127 op de voet. Hij vererft wat meer conformatie (129) bij zijn jaarlingen, maar geeft ook wat toe op gestalte (83). Hun gewicht is echter meer dan voldoende (111). Jet-Setzoon Gédéon de Saint Donat heeft met een index van 123 een gelijk profiel met veel conformatie (122) en een goed gewicht (111). Hij moet wel wat toegeven op gestalte (89).
Wie op deze drie kenmerken niets wil toegeven, is meer aangewezen op een stier als Rexar van Ter Bos. Deze Généralzoon zorgt
immers voor een positieve vererving voor alledrie deze kenmerken met een flinke plus voor gewicht (118) en gestalte (119) en een meer dan mooie conformatie (110). Dit alles zorgt voor een index gewicht/conformatie van 122.
Een stier met een sterk positieve fokkerij naar gewicht is Gaillard du Falgi. De Rufuszoon heeft met dertig nakomelingen in zijn fokwaarde een fokwaarde gewicht van 119 met ook een sterke vererving op gestalte (116).
Tabel 3 – Stieren met een eerste fokwaarde voor de lineaire beoordelingskenmerken (bron: Elevéo, april 2025)
Blauwtong zorgt voor tijdelijke aanpassing
Blauwtong is de voorbije periode op verschillende manieren tot uiting gekomen op rundveebedrijven. Daarom heeft het Waalse stamboek een tijdelijke aanpassing doorgevoerd in de fokwaardeschatting. Sommige gegevens zijn immers niet representatief voor de werkelijke situatie. Besloten werd om een
aantal gegevens uit de achterliggende dataset te verwijderen. Voor het eerste bezoek gaat dit over de geboortegegevens van juli tot en met december 2024. Bij het tweede bezoek gebeurde hetzelfde voor het kenmerk conformatie met de gegevens van november en december. Alle andere kenmer-
ken leken niet door blauwtong beïnvloed te worden. Wat de vrouwelijke vruchtbaarheid betreft, zijn de gegevens van januari en februari 2025 verwijderd. Omdat er nog maar weinig gegevens waren, is het nog niet duidelijk of dit bij een volgende fokwaardeberekening nog effect zal hebben.
Een minder positief profiel heeft Flash-Back de Centfontaine, een zoon van Balisto. Zijn nakomelingen tonen dan wel nog een mooie conformatie (106), ze zijn vooral te licht (78). Datzelfde geldt vooralsnog ook voor Packo van het Bareelhof (v. Esperanto) en Olympien de la Ferme des Croix (v. Digital). Beide hebben een fokwaarde gewicht van 83.
Na Ronaldo zijn er nog een aantal stieren die bij hun nakomelingen van ruim een jaar een mooie conformatie laten zien. Een van hen is Avicii de Mahoney. Deze zoon van Esperanto vererft met een fokwaarde 122 voor conformatie een mooie bespiering. Zijn gestalte (90) en gewicht (98) liggen net onder het gemiddelde. Dat geldt ook voor Darkozoon Octopus de Bierwa
Avelgemse toppers
Maar liefst vijfenveertig stieren staan genoteerd in de lijst met debuterende stieren voor de lineaire beoordelingskenmerken en dit op basis van dochterinformatie. In de top, op basis van eindbeoordeling, staan twee stieren uit de Avelgemse fokkerijstal van Geert Demasure en Veerle Vercaemer. Met een fokwaarde eindbeoordeling van respectievelijk 131 en 124 staan Rexar (v. General) en Léandro van Ter Bos (v. Wilmots) op plek een en vier in deze lijst (tabel 3). Deze laatste doet dat met veel breedte in
Eclaireur scoort op nagenoeg alle kenmerken
bekken en vooral borst. Rexar legt daarbij meer nadruk op lengte en maat. Over de gehele lijn vererft opnieuw Eclaireur bijzonder goed in de lineaire beoordeling van zijn dochters. De kruisligging van zijn dochters (124) is daarbij een opvallend kenmerk. Ook Danseur de Ste. Hélène, een zoon van Cactus, vererft een goed profiel bij zijn dochters. Met een fokwaarde voor lengte (105) en gestalte (122) staat ook Cargo du Coin (v. Darko) in de top van deze tabel.
Er zijn bovendien weinig tegenvallers in deze lijst te noteren. Al heeft elke stier wel een aandachtspunt in zijn fenotypische kenmerken.
Tot slot zorgt deze hoeveelheid gegevens ook voor de mogelijkheid om de eerdere genoomfokwaarden te vergelijken met de eerste fokwaarden op basis van dochters voor een ruim aantal stieren. Daarbij is het goed om vast stellen dat de lineaire kenmerken vrij goed te voorspellen zijn op
Tabel 4 – Stieren met eerste publicatie voor fokwaarde karkasgewicht (bron: Elevéo, april 2025)
basis van het DNA van de stieren. De fokwaarden op basis van tientallen dochters liggen vrij dicht bij de eerdere merkerfokwaarden.
Opnieuw dezelfde namen
De lijst voor debutanten in karkasgewicht is vrij gelijk aan die voor tweede bezoek. Ook hier staan in de top verschillende stieren genoteerd die ook goed scoren voor tweede bezoek. Daarbij staat ook opnieuw Eclaireur de Roupage (v. Futé) met een fokwaarde karkasgewicht van 122 en een zeer sterke fokwaarde karkasrendement van 126. Beide op basis van mannelijke nakomelingen. Hij wordt in de top net voorafgegaan door Unesco van de Sijsloberg, een zoon van Artisan, die debuteert met een fokwaarde 123 voor karkasgewicht. Nummer drie is voor Bienvu de la Melle (v. Cerbère) met een fokwaarde 121. Ook Cabotin de la Cleuzeur (v. Race) debuteert sterk met een fokwaarde van 118. Even goed als Têtuzoon Tiret du Rivage. In deze tabel valt ook het hoge karkasrendement van Cargo op (120) dat hij combineert met een gemiddeld karkasgewicht (100). Ook hier is de gemiddelde vererving van de stieren vrij goed, enkel de eerder vermelde Flash-Back valt wat tegen naar karkasgewicht.
Imposat de Roche Gue
de la Bocheroule
du Bouchelet
de Hotte
ten Dreve
de Bierwa
van het Gravenhof
des Princes de Ligne
Pérou P d’Ormeignies
Tiret du Rivage
Top Side Rashford
Unesco van de Sijsloberg
d’Argenton
Tabel 5 – Stieren met een eerste publicatie voor fokwaarde vruchtbaarheid (bron: Elevéo, april 2025)
Ook in de lijst met stieren die voor het eerst op basis van dochters een fokwaarde krijgen voor de vruchtbaarheidskenmerken, duikt Eclaireur op. De populaire stier zorgt voor bovengemiddeld goed vruchtbare dochters voor alledrie de kenmerken. Deze voor leeftijd eerste inseminatie en eerste kalving zijn al deels op basis van dochterinformatie, deze voor interval eerste-tweede kalving nog op basis van merkerinformatie.
Die positieve vererving voor vruchtbaarheid is trouwens bij alle debuterende stieren te vinden, al is de informatie, zowel de achterliggende dochterinformatie als de beschikbare fokwaarden, nog beperkt. l
Klimbonen meezaaien verhoogt de ruweiwitopbrengst van mais
RUWVOER – De drogestofopbrengsten van mengteelten van mais met klimbonen blijven achter bij die van mais in monocultuur. Maar door een hoger ruweiwitgehalte verhoogt meezaaien van klimbonen wel de ruweiwitopbrengst met 170 tot 200 kg per hectare. Dit blijkt uit proeven van de Vlaamse onderzoeksinstellingen ILVO, HoGent en Hooibeekhoeve.
Het onderzoek werd uitgevoerd in de voorbije drie jaar. Het eerste jaar werden verschillende rassen mais en klimbonen getest in een zaaidichtheid van 100.000 zaden per hectare, met 70 procent mais en 30 procent klimbonen. Door droogte viel de opbrengst van de mengteelt dat jaar tegen. Daarom werd de zaaidichtheid in 2023 en 2024 verhoogd tot 130.000 zaden per hectare met twee variaties in aantal klimboonzaden, namelijk 30.000 en 50.000 per hectare. De onderzoekers kozen voor specifiek veredelde rassen en geselecteerde mengsels. Voor mais presteerde een laat afrijpend ras (vanaf FAO 240) het best. In 2023 en 2024 bracht de monoteelt mais gemiddeld 21 ton droge stof per hectare op. De mengteelt met 30.000 bonenzaden per hectare leverde gemiddeld 20 ton droge stof
per hectare op. Bij 50.000 bonenzaden per hectare was de drogestofopbrengst gemiddeld 18,5 ton per hectare.
In 2023 en 2024 leverde de mengteelt, ondanks de lagere drogestofopbrengst, een hogere ruweiwitopbrengst op. Bij 30.000 bonenzaden was de meeropbrengst 170 kg ruw eiwit per hectare en bij 50.000 bonenzaden was dit 200 kg ruw eiwit. Het zetmeelgehalte van de ingekuilde mengteelt was wel lager.
In de proeven werd ook gekeken naar het effect van bemesting. Klimbonen fixeren stikstof uit de lucht. Daardoor concurreren ze voor stikstofopname uit de bodem niet met mais. De onderzoekers concludeerden daaruit dat de mengteelt van mais met klimbonen de stikstof zeer efficiënt benut bij een lagere bemesting.
Een mengteelt van mais en klimbonen inzaaien kan volgens de onderzoekers vanaf 10 mei, om het risico op vorstschade te beperken. Na opkomst groeien de klimbonen rond de maisplanten omhoog. Door de juiste rassen te selecteren rijpen mais en bonen gelijktijdig af. De mengteelt kan worden gehakseld en ingekuild bij circa 35 procent droge stof.
Een mengteelt van mais en klimbonen benut stikstof zeer efficiënt bij een lagere bemesting
Europese mestbehoefte groter dan Nederlands overschot
MEST – In grote delen van Europa is nog volop ruimte voor de afzet van dierlijke mest. De mestbehoefte is vele malen groter dan Nederland kan invullen. Dit biedt ruimte om de meest kansrijke exportmarkten te selecteren. Deze conclusie trekt het Nederlands Centrum voor Mestverwaarding (NCM) op basis van berekeningen van het Nutriënten Management Instituut (NMI Agro) in opdracht van het ministerie van LVVN.
De oostelijke Duitse deelstaten Brandenburg, Mecklenburg-Voor-Pommeren en SaksenAnhalt zijn volgens NMI Agro de meest kansrijke gebieden voor de export van Nederlandse mest
De onderzoekers van NMI Agro brachten voor meerdere Europese landen de ruimte voor import van mest in kaart. Ze baseerden deze berekeningen op het huidige gebruik van kunstmest en dierlijke mest in deze gebieden, de productie van dierlijke mest in deze gebieden en de huidige export. Daarbij keken ze naar zowel stikstof als fosfaat, waarbij gerekend werd met maximaal 170 kg stikstof en 70 kg fosfaat per hectare.
De landen die in het rapport in kaart zijn gebracht, zijn Frankrijk, Duitsland, Polen, België, Estland, Letland, Litouwen, Tsjechië, Zweden, Hongarije en Roemenië. In de analyse zijn deze landen (behalve de Baltische Staten) in regio’s onderverdeeld. In vrijwel alle onderzochte gebieden is volgens NMI Agro ruimte voor de import van dierlijke mest en deze ruimte is vele groter dan wat vanuit Nederland beleverd kan worden.
De potentieel grootste afzetmarkten zijn Frankrijk en Duitsland. Deze landen hebben grote arealen landbouwgrond en een relatief kleine veestapel. Ook Polen, Roemenië, Hongarije en de Baltische Staten hebben nog importruimte en in deze landen is de bodem-
vruchtbaarheid vaak slecht door lage bemestingstoestanden met fosfaat, kalium, en organische stof. De meest kansrijke gebieden voor de export van Nederlandse mest zijn de oostelijke Duitse deelstaten Brandenburg, Mecklenburg-Voor-Pommeren en SaksenAnhalt. Ook in het westen en noorden van Polen, Litouwen en Letland ziet NMI Agro exportkansen. Daarbij helpt het dat bedrijven in deze gebieden groot zijn. Overigens merken de onderzoekers op dat de exportkansen voor Nederlandse mest niet alleen worden bepaald door de berekende ruimte. Zo maakt het uit welke gewassen er in de gebieden geteeld worden. Ook de bereidheid van lokale boeren en tuinders om dierlijke mest in te zetten speelt een rol, net als de afstemming van de kwaliteit op de behoefte. Exporteurs zullen moeten investeren om nieuwe markten op te bouwen. Om structureel mest in het buitenland af te kunnen zetten moet lokaal infrastructuur aanwezig zijn voor opslag en aanwending.
Het rapport ‘Verkenning kansrijke exportmarkten voor dierlijke mest’ is te downloaden via de website van het NCM.
Eiwit neemt een flinke duik
– De huidige voederwaardeprijzen zijn berekend door Wageningen Universiteit (WUR) op 8 april 2025. De waarde van 1000 vem (kvem-prijs) stijgt iets naar 23,2 eurocent, terwijl de waarde van eiwit hard zakt naar 67,6 eurocent per kg dve.
– In de onderstaande tabel met de voederwaardeprijzen staan verschillende producten opgesomd met bijhorende voederwaarde. De voederwaarde van het product wordt berekend aan de hand van de cijfers die WUR publiceert. Er wordt daarbij een vergelijking gemaakt tussen de marktwaarde en de voederwaarde. Belangrijk om te weten is dat men enkel producten mag vergelijken die vergelijkbaar zijn. Bij een voederwaardeprijs onder de 100 is het voedermiddel prijstechnisch interessant. Evalueer ook eerst welke producten in het rantsoen passen en kies binnen deze producten de goedkoopste optie.
– De eiwitprijzen zijn opnieuw gedaald. De oogst van sojabonen in Argentinië en Brazilië is momenteel in volle gang. De oogst valt goed mee en de verwachting is dat er 15,1 miljoen ton meer geoogst wordt dan vorig seizoen. Hiermee komen de prijzen onder druk te staan. De raap blijft duur tegenover de soja. De prijs van de oude oogst is hard gedaald, met name door de prijsverhouding raap-soja. De prijs van DDGS blijft nu stabiel, maar het is moeilijk leverbaar.
– De graanprijzen zijn de afgelopen weken gedaald. In Europa zijn de weersomstandigheden vrij verschillend, het ene gebied vraagt om water, terwijl andere gebieden gebaat zijn bij droogte. Wereldwijd zijn er wel wat zorgen over de teelten, maar over het algemeen zijn er toch meer positieve berichten. In Amerika verloopt de inzaai van mais zeer goed en zijn de gewascondities van tarwe naar boven bijgesteld. In China zijn er echter zorgen om de tarweoogst in de provincie Heran, waar een derde van de tarwe voor China wordt geproduceerd. Momenteel is het daar te droog. De graanmarkt reageert dan ook hoopvol op de onderhandelingen tussen Amerika en Rusland over een veilige doorgang op de Zwarte Zee.
– De markt van de vulmiddelen blijft aantrekkelijk. Bijproducten zijn afgelopen weken weer wat gestegen.
VOEDERWAARDEPRIJZEN
(bron: Liba)
mei
ENERGIE- EN EIWITPRIJZEN VOER
in eurocenten, excl. btw (bron: Wageningen Livestock Research)
Voederwaardeprijzen geven de verhouding weer van de voederwaarde van mengvoer, grondstoffen en bijproducten in relatie tot de marktprijs. Bij een voederwaardeprijs onder de 100 procent is het voedermiddel prijstechnisch interessant.
19 juli Provinciale fokveedag Belgisch witblauw, Wulpen
21 juli Fokveedag blonde d’Aquitaine, Bogaarden
23 juli Regionale prijskamp Belgisch witblauw, Geel ten Aard
25 juli Nationale keuring blonde d’aquitaine, Libramont
26 juli Nationale keuring Belgisch witblauw, Libramont
16 augustus Vleesveekeuring, Enter
12-14 september Nationale Franse limousinkeuring, Baraqueville (Frankrijk)
VOORUITBLIK
VEILINGEN
18-19 juni Veiling limousin, Boisseuil (Frankrijk)
27 september BAC stierenveiling, Laren
BEURZEN, STUDIEVERGADERINGEN, DEMODAGEN 25-28 juli Landbouwbeurs, Libramont
16-18 september Space, Rennes (Frankrijk) 7-10 oktober Sommet de l’Elevage, Clermont-Ferrand (Frankrijk)
Raadpleeg de website veeteeltvlees.be of veeteeltvlees.nl voor een actuele en uitgebreide stand van zaken.
JUNI
GEZONDHEID
De invloed van blauwtong op de prijsvorming van rundvlees in de Benelux is duidelijk. Alleen gaat de impact nog verder, ook de vruchtbaarheid van de dieren stond onder druk. Dat blijkt ook uit analyses van fokkerijorganisatie CRV. We kijken in dit nummer dieper naar oorzaak en gevolg. Verder staat er natuurlijk een mooie bedrijfsreportage gepland. Evenzeer leest u een verhaal over emigratie naar wat minder voor de hand liggende landen, alsook een verhaal over bedrijfsovername, met name over de communicatie in het gezin en tussen overnemer en overlater.
COLOFON
VeeteeltVlees is een uitgave van CRV BV in opdracht van Coöperatie CRV ua. De leden van de Coöperatie CRV ontvangen VeeteeltVlees gratis, als onderdeel van het lidmaatschap. VeeteeltVlees verschijnt maandelijks.
redactie
hoofdredacteur Wim Veulemans
redactie Inge van Drie, Jaap van der Knaap, Wichert Koopman, Grietje de Vries, Quinten den Hertog, Justine Poppe foto- en beeldbewerking Simone Smit, Rogier van der Weiden
vormgeving René Horsman, Esther Onida eindredactie Lieke van den Broek hoofd CRV-magazines Jaap van der Knaap
Nederland en België € 104,00, overige landen € 168,00. In combinatie met abonnement op vakblad Veeteelt bedraagt een abonnement € 173,00 per jaar, overige landen € 299,00 per jaar. Prijzen excl. btw. Abonnementen zijn gebaseerd op kalenderjaar en worden jaarlijks in februari gefactureerd. Opzegging is mogelijk per kwartaal. Bel voor opgave van een abonnement: België: CRV Klantenservice (078 15 44 44) e-mail klantenservice.be@crv4all.com
De foto’s zijn van de eigen fotodienst van VeeteeltVlees. Uitzonderingen zijn de foto’s van Vetten Os (6), Blonde d’Aquitaine Nederland (6, 35), Vleesveemanifestatie Hulshorst (7), Harrie van Leeuwen (10,31), BBG (13),
Regine Foket (14-16), Annemiek Veenkamp (17), MacGregor Photography (26,29) en Eric Elbers (35).
Overname van artikelen is alleen toegestaan na toestemming van de redactie. Hoewel aan de samenstelling van de inhoud de meeste zorg is besteed, kan door de redactie geen aansprakelijkheid worden aanvaard voor mogelijke onjuistheden of onvolledigheden. Alle auteursrechten en overige intellectuele eigendomsrechten ten aanzien van (de inhoud van) deze uitgave worden uitdrukkelijk voorbehouden. Deze rechten berusten bij CRV BV c.q. de betre ende auteur. Artikelen uit VeeteeltVlees mogen uitsluitend verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden na schriftelijke toestemming van CRV.
In de maand april organiseerden de vleesveebestuurders van CRV in Nederland een drietal goedbezochte ledenbijeenkomsten voor vleesveehouders. De regiobestuurders waren aanwezig om de leden bij te praten en vragen te beantwoorden over de financiële jaarcijfers en actuele ontwikkelingen binnen CRV. Klantadviseur Joost van der Ven gaf een toelichting op het gebruik van de applicaties CRV Dier en CRV Bedrijf en Ianthe Moens en Bauke van der Valk deelden hun kennis over de gevolgen van blauwtong. De CRV-dierenartsen adviseer-
den om koppels gedekte dieren te scannen om verrassingen te voorkomen. Op de ledenbijeenkomsten was productmanager Eric Elbers aanwezig om een update te geven van het stierenaanbod. Hij presenteerde ook een overzicht van het aantal inseminaties en kalveren per ras.
Op de bijeenkomst in Moergestel is afscheid genomen van bestuurder Joost Huijbregts. Hij wordt opgevolgd door Bastiaan Oomen. CRV bedankt Joost voor zijn jarenlange inzet voor vleesveehouders en wenst Bastiaan veel succes.
Prijskampen Tielt en Merksplas
De aftrap van het zomerprijskampenseizoen is op zondag 1 juni om 12.30 uur in Tielt in de loods Nemegheer aan de Wakkensteenweg. De jaarlijkse prijskamp in Merksplas staat
gepland op zaterdag 28 juni tijdens de Koekhoven kermis in de Bosstraat en start om 11.00 uur. Inschrijven voor deze prijskamp kan nog tot en met 31 mei.
De CRV-vleesveebestuurders in Nederland, v.l.n.r.: Jan te Riele (regio Midden), Bastiaan Oomen (Zuid) en Karsten Bolhuis (Noord)
Voor meer informatie en het aanvragen van een inschrijfformulier kunt u contact opnemen met Wendy Meyvis: 0468-28 74 05 of verheyenwim.wendy@telenet.be
Nieuwe vleesveebestuurder: Bastiaan Oomen
In maart is Bastiaan Oomen (32) uit Oirschot benoemd als lid van het regiobestuur in Zuid-Nederland en vertegenwoordiger van vleesveehouders in de CRV-ledenraad.
‘Samen met mijn ouders Peter en Marja en broer Jasper heb ik een zoogkoeienbedrijf met tussen de 300 en 350 blonde d’Aquitaines. Daarmee beheren we ongeveer 1400 hectare natuur’, vertelt hij. ‘En min of meer als hobby heb ik zelf nog een twintigtal Belgisch witblauwen.’
Een fokker met een grote F wil Bastiaan zichzelf niet noemen. ‘Maar fokkerij helpt om het rendement te verbeteren. Daarom vind ik het belangrijk dat zaken als registratie en gegevensverwerking goed geregeld zijn’, vertelt hij.
Het CRV-regiobestuur is niet het eerste college waarin Bastiaan zitting heeft. De vleesveehouder is bestuurder voor zowel het Belgisch-witblauwstamboek als het blonde d’Aquitainestamboek en afgevaardigde naar het algemeen bestuur van de Federatie Vleesveestamboeken Nederland. ‘De wereld wordt steeds individualistischer’, constateert hij. ‘In dat licht is het best bijzonder dat het lukt om vleesveeen melkveehouders uit Nederland en Vlaanderen bij elkaar te houden. Daarvoor is het belangrijk dat er binnen de coöperatie aandacht is voor het belang van alle leden’, benadrukt Bastiaan. ‘Ik wil me dan ook inzetten voor alle vleesveerassen. Of ze nu “groot” of “klein” zijn.’
Welkom op de ledenbijeenkomsten in Vlaanderen
Het regiobestuur Vlaanderen organiseert de komende weken ledenbijeenkomsten voor vleesveehouders. Gastspreker is Sander Cleuren, directeur van de Interprofessionele Vereniging van het Belgisch vlees (IVB). Hij zal een toelichting geven op de systemen van karkaskwalificatie en aanbiedingsvormen. Verder staat een voorstelling van het actuele stierenaanbod van CRV en BBG op de agenda, evenals een presentatie over veilig werken met dieren. En natuurlijk wordt u bijgepraat over de actualiteit in de coöperatie.
De data en locaties van de bijeenkomsten staan in tabel 1. De deuren zijn open vanaf 19.45 uur en het programma start om 20.00 uur.
De avonden worden afgesloten met een borrel. Uw aanmelding
dinsdag 27 mei Domein de Putten Houtum 51, Kasterlee dinsdag 3 juni ’t Veilinghuis Tongersesteenweg 150, Sint-Truiden woensdag 11 juni Hotel Shamrock Euromarktlaan 24, Tielt
Tabel 1 – Data en locaties ledenbijeenkomsten voor vleesveehouders datum locatie adres
ontvangen we graag uiterlijk twee dagen voor de bijeenkomst.
Aanmelden kan door het invullen van het formulier dat verschijnt na het scannen van de QR-code
Eclaireur de Roupage
Futé x Imperial de L’Ecluse
Op 31 mnd.:
1052 kg en 143 cm (+4)
Mannelijk gesekst beschikbaar
Zo vader zo zoon
Ki-code: 945177
⊲ 92 punten voor bespiering.
⊲ Moeder gaf meerdere ki stieren
⊲ Karkasindex mannelijk 122!
Wilt u sperma van Eclaireur of andere stieren bestellen, bezoek dan onze webshop op shop.crv4all.nl of shop.crv4all.be