Veeteeltvlees april 2025

Page 1


Marcel en Thom Jansen willen naam maken met hun limousins

Areaal grasland onder druk door krimp veestapel

CRV-directeuren over de ambitie en de toekomst

Cabotin

8472 De La Cleuzeur

Race De Mehogne x Paravent D’Izier

Op 21 mnd.: 863 kg en 136cm (+7)

Voor vreemd bloed met kwaliteit

Ki-code: 945175

⊲ Past op elke hedendaagse bloedlijn

⊲ Mannelijke karkasindex 118

⊲ Moeder was een zware koe van 1.043 kg

Wilt u sperma van Cabotin of andere stieren bestellen, bezoek dan onze webshop op shop.crv4all.nl of shop.crv4all.be

RUBRIEKEN

5 Van de redactie

6 Fokkerijnieuws

27 CRV-bedrijfsnieuws

30 Managementnieuws

32 Marktinfo voer

33 Marktinfo vee

34 Agenda

35 CRV-coöperatienieuws

HOOFDARTIKEL

8 Het areaal grasland staat onder druk, de krimp van de veestapel is een reden

REPORTAGE

12 Marcel en Thom Jansen willen naam maken in de limousinfokkerij

MANAGEMENT

16 Inspirerende graslandboeren: korrelkunstmest of vloeibare kunstmest

22 Infographic: graskuil aanrijden

28 Voerwijzer: afmesten zonder ruwvoer

INTERVIEW

18 In gesprek met CRV-directeuren Angus Haslett en Egon Verheijden over de ambitie en de toekomst van CRV

DE BOERIN

24 Op de trekker: drie jonge boerinnen over hun passie voor de trekker

hoofdartikel areaal grasland

BIJ DE COVER

Nadia en Lotte, twee dieren van de familie Jansen genieten als eerste van het jonge voorjaarsgras (foto: Quinten den Hertog)

De Boerin trekkerfans voer zonder ruwvoer

Thom Jansen: ‘Een goed begin is het halve werk. We zijn met goed uitgangsmateriaal begonnen’

Angus Haslett: ‘Elk kalf heeft een doel voor de veehouder, financieel of genetisch’

Marcel en Thom Jansen willen naam maken met hun limousins

Betimax RDS: 5H VEEVERVOER!

H Volledig gegalvaniseerd met antislip hars vloer

H Disselvering voor het soepel rijden

H Hydraulische verlaging tot de grond

H Binnenscheidingen (hek of deur) voor een veilig transport

www.joskin.com

H Keuze uit hekken voor het eenvoudig laden

Niet alleen het mooie weer

geeft nieuwe energie

Een vroege ochtendzon, maar toch een jas, fluitende vogels, een bar tussen de bloesems, werkende trekkers, de geur van mest en springende koeien. De mooiste periode van het jaar kent zijn aanvang. En toegegeven, wanneer het weer meezit, zoals momenteel, is het nog net wat mooier.

Het voorjaar is de bron van de latere oogst. Het brood, de pasta, de melk, het vlees, het groeit hier en nu, zoals een imagocampagne in Vlaanderen ooit schreef. Een enkeling beseft het misschien niet, maar het bewustzijn omtrent de land- en tuinbouwsector groeit in de maatschappij. De drukte op de velden, de weides, het vraagt wat aandacht en begrip van de buren. Wanneer de prijs van een eitje een land als de Verenigde Staten kan domineren, besef je al snel dat voedsel belangrijk is. De reuring in de wereldhandel versterkt dat idee nog meer. Landen plooien zich steeds meer terug op zichzelf, rekenschap met een ander ontbreekt wel eens.

Dan staat de land- en tuinbouwsector er toch wat anders in met meer samenwerking, meer visie op lange

termijn, meer durf. En wat onze sector nog mooier maakt, zijn de passie en de ambitie die er steeds zijn. Hoewel ik zelf weinig heb met tractor rijden, voel ik wel de trots en de passie die drie jonge boerinnen in deze VeeteeltVlees met ons delen. Eenzelfde passie lees je ook in de bedrijfsreportage. Een vader en zoon die samen mooie koeien willen fokken, ook bij hen proef je de passie voor hun dieren en hun vak, maar evenzeer merk je hun realiteitszin op. Ook hun kleine veestapel moet quitte draaien.

Vaak is het een passie die ze van thuis uit, van hun ouders of hun omgeving hebben meegekregen. Die passie is een kracht in de sector. Ondanks de vaak moeilijke omgevingsfactoren staat er toch steeds opnieuw een nieuwe generatie op en klaar om verder te gaan. We moeten hen en hun energie omarmen, hun kansen en vooral perspectief bieden. Een generatie die durft, die vaak net wat anders tegen de problemen aankijkt. Dat merken ook de twee directieleden van CRV, die deze jongeren een duidelijke plek geven in de ambitie van de coöperatie.

Recordbedrag voor BAC Usainbolt

De recente stierenveiling van het blonde d’Aquitainestamboek bracht met BAC Usainbolt een nieuwe prijstopper. De zoon van Edison werd verkocht voor een topprijs van 7300 euro, exclusief btw. De ruim 18 maanden oude stier is gefokt door Henk Stegeman in Laren. De zoon van Edison komt met moeder Havanaise uit een sterke koefamilie. De stier scoorde 88 punten algemeen voorkomen met 89 punten voor ontwikkeling. Met 892 kilo en een maat van 1,48 meter was hij ook de meeste ontwikkelde stier in het aanbod. Nummer twee in de toplijst was BAC Unable

van de Menningweerd. Deze Hashtagzoon, gefokt door Menno Roelofsen uit Grootschermer, ging van de hand voor 5500 euro. Er was ook veel interesse voor Louiszoon BAC Ulysee van fokker Wim Rutjes uit Spijk. De stier werd door veilingmeester Adrion van Beek afgeslagen op 5400 euro. Met de goede belangstelling op het opfokstation in Laren en de goede prijzen met een gemiddelde van 4420 euro voor de elf aangeboden dieren die allemaal werden toegewezen, kan de organisatie terugkijken op een bijzonder geslaagde dag.

Amerikaanse vleesveehouders nemen fors meer rietjes af

Nadia en Mp Juri

Het gebruik van sperma van vleesveestieren door Amerikaanse vleesveehouders is in 2024 fors gegroeid. In totaal namen ze 1,8 miljoen doses af. Dat is een toename van 290.000 doses. Dat blijkt uit cijfers van de National Association of Animal Breeders (NAAB), die zo’n 95 procent van de Amerikaanse ki-industrie vertegenwoordigt.

De totale afzet van vleesveerietjes lag afgelopen jaar op 9,7 miljoen doses, waarvan 7,9 miljoen doses voor het beef-on-dairy-segment waren. In tegenstelling tot voorgaande jaren groeide de inzet van vleesvee op melkkoeien afgelopen jaar nauwelijks met een toename van 14.000 doses.

Opvallend is de toename van het gebruik van mengsperma bij vleesvee. In 2024 verkochten Amerikaanse ki-organisaties hiervan 2,8 miljoen doses, meer dan twee keer zoveel als in 2023. Mengsperma is daarmee na angus de meestverkochte categorie bij vleesvee. De export van vleesveerietjes van Amerikaanse ki-organisaties nam met 9 procent toe tot 4,9 miljoen doses.

winnaars videokeuring

Limousin Vereniging

Nadia van de Hiedbrink en Mp Juri mogen zich de kampioenen noemen van de mooie videokeuring die Limousin Vereniging Nederland recent organiseerde. Daarvoor hadden Nederlandse limousinfokkers een veertigtal dieren aangemeld. Het jureren lag in handen van Johan van Ginkel en Hans Toorneman. Bij de stieren kozen beide juryleden voor Mp Juri, een zoon van Jourdan Rj, uit fokkerijstal Hoogeveld bv uit Eelde. De zeven jaar oude stier won ook het kampioenschap oudere stieren. Zijn vrouwelijke evenknie werd de bijna zeven jaar oude Nadia van de

Hiedbrink van de familie Janssen uit Braamt. De dochter van Lotto won ook het kampioenschap bij de koeien.

De andere titels waren voor de net twee jaar oude Ursula van vof Martinizicht uit Groningen. Deze dochter van Martini won het kampioenschap jong. Bij de stieren was die titel voor Salman Teddy Pp, een tweeënhalf jaar oude zoon van Jensuis Pp, eigen aan vof veehouderij Salman en zonen uit Noordwijk.

Nadia van de Hiedbrink (v. Lotto) won het algemeen kampioenschap vrouwelijk
BAC Usainbolt werd verkocht voor 7300 euro
Amerikaanse vleesveehouders namen in 2024 bijna 300.000 doses vleesveesperma meer af dan het jaar ervoor

Cees Veerman, oud-minister van Landbouw:

Blauwtong veroorzaakte 35 procent oversterfte afgelopen zomer in Vlaanderen

‘De vleessector moet minder defensief zijn’

Uit: foodbusiness.nl, 2 april 2025

speekselen. Meer dan tachtig procent van de bedrijven constateerde deze verschijnselen. Bij vleesveehouders kwamen abortus, vroeggeboorte en mank lopen het vaakst voor.

Zestig procent van de vleesveehouders gaf aan dat dit speelde op hun bedrijf.

Zoon van Gédéon duurst verkocht

Afgelopen jaar werd er volgens DGZ relatief weinig gevaccineerd tegen blauwtong. In totaal lieten bijna 2500 Vlaamse rundveehou-

Van de veertien aangeboden witblauwstieren op de stierenveiling voor Belgisch witblauw in Ciney wist Gédéonzoon Vatour de l’Empereur de hoogste prijs te halen. De gemiddelde prijs lag op 4830 euro, wat gezien de huidige marktprijzen voor stieren toch eerder beperkt is.

GEZONDHEID – Afgelopen zomer lag de oversterfte van runderen in Vlaanderen op 35 procent. In de periode juli tot en met september haalde kadaverophaaldienst Rendac ruim 58.000 runderen op. In dezelfde periode in 2023 waren dat er bijna 43.000. Dat meldde DGZ in een webinar over blauwtong. Melkveehouders hadden meer last van blauwtong dan vleesveehouders, blijkt uit de resultaten van een enquête over blauwtong die DGZ hield. In totaal vulden 906 melkveehouders en 774 vleesveehouders de enquête in. Van de melkveehouders die de enquête invulden, nam bijna 29 procent geen ziekteverschijnselen van blauwtong waar. Bij vleesveehouders was dat bijna 46 procent. Bijna een derde van de melkveehouders constateerde ziekteverschijnselen bij 0 tot 20 procent van de dieren, tegen ruim 42 procent bij vleesveehouders.

Melkveehouders zagen bij koeien met blauwtong het vaakst een daling in melkproductie, vroeggeboorte, mank lopen en overmatig

Wolf verliest hoogste beschermde status

Vatour de l’Empereur, zoon van Gédéon uit een dochter van Ganache en gefokt door Jean-Philippe Scalais uit het Luxemburgse Moxhe, werd verkocht voor 7200 euro. Ganache kreeg een eindbeoordeling van 89,3 punten met 90 punten voor hoogtemaat en 88,3 voor bespiering. De stier woog 694 kilogram bij een maat van 128 cm (+6). Hij was goed voor een dagelijkse groei van 1,42 kilogram per dag (7-13 maanden). De stier werd door een Duitse veehouder aangekocht. Nummer twee in de toplijst was Galoubet, een zoon van Cachemire. Deze stier met een maat van 133 cm (+10) veranderde van naar voor 6400 euro. 6000 euro was dan weer de verkoopprijs van Eclaireurzoon Réportage de Lez-Fontaine. De prijzen op deze veiling varieerden tussen de 3500 en de 7200 euro. Gemiddeld lag de verkoopprijs op 4830 euro.

Vatour de l’Empereur (v. Gédéon) werd verkocht aan een Duitse veehouder

MAATSCHAPPIJ – Er komt in Europa meer ruimte om de aanwezigheid van wolven te reguleren. Zo verdwijnt het strikte verbod op afschot. Een voorstel van de Europese Commissie om de status van bescherming van de wolf te verlagen is begin december aangenomen door de landen die zijn aangesloten bij de Conventie van Bern. De wolf had tot nu toe de status ‘strikt beschermd’. Dit betekent onder andere dat

Krimp veestapel

Aan de cijfers van het CBS valt het nog niet af te lezen en het Planbureau voor de Leefomgeving verwacht dat het meevalt. Agrarische experts zijn echter unaniem: het areaal blijvend grasland gaat dalen. En hard ook. De a ouw van derogatie en de opkoopregeling maken grasland minder aantrekkelijk. ‘De krimp van de veestapel helpt ook de positieve e ecten van grasland om zeep’, stelt graslandlector Agnes van den Pol.

drukt op areaal gras

De kwaliteit van het water in rivieren en sloten gaat gestaag verbeteren en het strengere mestbeleid (de afbouw van derogatie) heeft effect. Dat concludeerde het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) begin januari in een nieuw rapport. Volgens PBL-onderzoeker Daan Boezeman werd er daarbij vanuit gegaan dat het areaal blijvend grasland zal afnemen als gevolg van het wegvallen van derogatie en het uitkopen van veehouders (tabel 1). Derogatiebedrijven op zand en löss zullen volgens de studie 10 procent van het grasland omzetten naar bouwland. Op kleigrond gaat het om 5 procent van het areaal. Inclusief het effect van stoppers komt het aandeel grasland in 2030 slechts 2 procent lager uit dan in het referentiejaar 2022. De vraag is hoe realistisch die schattingen zijn. Want zonder koeien valt er aan een hectare grasland weinig te verdienen. Is de afname van grasland forser dan werd aangenomen, dan is het onwaarschijnlijk dat de strengere mestregels werkelijk zorgen voor schoner water. Want waar grasland verdwijnt, neemt de kans op uitspoeling van nutriënten uit mest alleen maar toe. In veenweidegebieden zal het meevallen, maar juist in de regio’s waar de deelname aan de uitkoopregelingen het hoogst is, leent de grond zich prima voor andere gewassen. Voor gewassen met een hoger saldo dan gras.

Graszode ‘arresteert’ stikstof

Mark de Beer twijfelt er niet aan: negen op de tien boeren die met melken stoppen, zetten de ploeg in het gras. De teeltadviseur bij Groeikracht BV merkt het inderdaad in regio’s waar de grond zich leent voor akkerbouw. ‘Daar holt het areaal grasland achteruit. Het is puur economie. De teeltvergoeding die akkerbouwers betalen, is aantrekkelijk.’

Toch zijn er ook teelttechnische argumenten die het scheuren van grasland in de hand werken. De afbouw van derogatie beperkt de bemestingsruimte en juist voor het telen van gras is veel stikstof, fosfaat en kali nodig. ‘Een ton droge stof gras van 20 procent ruw eiwit kost zo’n 7 kuub aan rundveedrijfmest, terwijl het voor een ton droge stof mais volstaat om 2,5 kuub rundveedrijfmest te geven. De afbouw van derogatie maakt het dus moeilijker om hoogwaardig gras te telen. Door een deel van het areaal te bestemmen voor mais, blijft er meer mest over om ook kwalitatief goede graskuilen te maken’, zegt De Beer. Afbouw van derogatie is niet de enige maatregel die het scheuren van grasland in de hand werkt. De rotatieplicht draagt er ook aan bij. Boeren die eerder op een vast perceel mais teelden, zijn nu verplicht die teelt te roteren op andere percelen. In de praktijk komt het erop neer dat kavels waar nu nog (blijvend)

gras staat, geploegd worden voor rotatie met mais. De Beer geeft als voorbeeld een bouwplan met 60 procent grasklaver, 30 procent mais en 10 procent wintergraan. Een dergelijk plan geeft ruimte om hoogwaardig gras te blijven telen én te voldoen aan de rotatieplicht. ‘Je speelt drijfmest vrij voor je grasklaver, dat geeft lucht. Het wintergraan is een strategische keuze en niet direct voor het teeltsaldo, zeker niet op zandgrond.’

Al met al groeit de druk om grasland te scheuren, terwijl de voordelen van grasland voor de kwaliteit van grondwater en voor biodiversiteit evident zijn. ‘Als je eerlijk kijkt naar de uitspoeling van nitraat, dan is daarvan onder een perceel grasland eigenlijk geen sprake. De graszode “arresteert” de stikstof in de periode dat het gras groeit, zeker tien maanden per jaar’, stelt De Beer. ‘Gras bouwt organische stof op en stimuleert het bodemleven en de biodiversiteit, met name bij oudere grasmatten en grasmengsels met kruiden en klaver.’

Ploeg erin, CO2 eruit

Rick Hoksbergen, branchespecialist melkvee bij Countus, onderschrijft de druk op het areaal grasland. Ook hij voorziet dat bij deelnemers van de stoppersregeling in negen op de tien gevallen de ploeg erin gaat. Hoewel dat aan de officiële cijfers van het CBS nog niet valt af te lezen (figuur 1 op pagina 10).

‘De meeste stoppers beëindigden hun bedrijf in 2024 of doen dat dit jaar. Als RVO akkoord is en de beschikking afgeeft, hebben veehouders nog zes maanden de tijd om te tekenen. Daarna is er twaalf maanden tijd om de koeien daadwerkelijk af te voeren. Het effect van de stoppersregeling op het areaal blijvend grasland gaan we de komende twee jaar pas echt merken.’

Blijvend grasland is volgens Hoksbergen om twee redenen heel belangrijk. De eerste is de uitspoeling van nutriënten uit mest. Die is met blijvend grasland beduidend lager dan bij andere teelten. Voor

Tabel 1 – Gewasarealen in hectares bij vastgesteld en bij voorgenomen beleid met 2022 als basisjaar (bron: WUR)

Limburgs gedeputeerde Leon Faassen: ‘Het beschermen van grasland heeft onze aandacht’

De provincie Limburg heeft een relatief hoog aantal veehouders dat deelneemt aan de stoppersregelingen (LBV en LBV+). Volgens cijfers van RVO gaat het om 52 melkveebedrijven. De kans is groot dat het grasland op deze locaties bestemd wordt voor de teelt van akkerbouwgewassen, ziet ook Leon Faassen, de gedeputeerde voor landbouw in Limburg. ‘We kunnen niet exact voorspellen wat er gaat gebeuren op de grond van stoppende melkveehouders, maar we zien zeker gevallen waarin de overstap wordt gemaakt naar akkerbouw.’

Met name in het Zuid-Limburgse heuvelland is dit zorgelijk vanwege de verhoogde kans op erosie en uitspoeling van nutriënten. ‘Het heeft onze aandacht. In de gebiedsprocessen en met het traject duurzaam schoon grondwater werken we aan een oplossing. Maar ook het beleid van minister Wiersma, die via extra geld stuurt op agrarisch natuurbeheer, biedt kansen om grasland te behouden.’

Om een neerwaartse trend in blijvend grasland te doorbreken is vorig jaar in samenwerking met de LLTB het project Groen als

Gras gestart. Hierin staat perspectief voor de veehouderij in Limburg centraal. Want de enige manier om grasland rendabel en dus in stand te houden, is via het houden van graasdieren. Toekomst voor rundvee betekent toekomst voor grasland. Grasland dat cruciaal is voor een gezonde bodem, klimaatadaptatie, het voorkomen van uitspoeling, biodiversiteit, het vasthouden van CO2, het behalen van de normen voor de Kaderrichtlijn Water, het versterken van kwetsbare natuur, kringlooplandbouw en het karakteristieke Limburgse landschap.

Figuur 1 – Aandeel gras en blijvend gras ten opzichte van areaal cultuurgrond in Nederland (bron: CBS)

het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen geldt hetzelfde. Een tweede reden is de opslag van koolstof. Het is bekend dat grasland in staat is CO2 vast te houden, terwijl er bij het scheuren van grasland juist veel CO2 vrijkomt. ‘Provincies zien dat ook: ploeg erin, CO2 eruit. Terwijl de opgave is om juist minder CO2 uit te stoten. Het vastleggen van organische stof in de bodem is een waardevolle eigenschap van blijvend grasland.’ Niet voor niets speelt de kwestie ook op provinciaal (zie kader hierboven) en soms gemeentelijk niveau. Het lijkt erop dat er in Limburg nog maar een handjevol veehouders overblijft, met ook alle gevolgen van dien voor het landschap.

Verplichte herinzaai en scheurverbod

Toch bestaat er al Europees beleid om het areaal blijvend grasland te behouden. In het GLB zitten zogenoemde conditionaliteiten ingebouwd om te sturen op gewenste ontwikkelingen. Zo moet het GLMC1 voorkomen dat het areaal blijvend grasland achteruitgaat. In Nederland is dat ongeveer 42 procent (referentiejaar 2018). RVO meet jaarlijks of dit op het gewenste niveau blijft, maar wel op landelijke schaal. Het is een sectordoel, individuele bedrijven worden er niet bedrijfsspecifiek op afgerekend. Hoksbergen: ‘Den Haag moet in actie komen als het areaal blijvend grasland landelijk onder de norm komt. Dan kunnen maatregelen als verplichte herinzaai of een scheurverbod in beeld komen. Dat kan bedrijven die recent

zijn omgeschakeld naar akkerbouw duur komen te staan. En dan is er nog de eiwittransitie, waarbij de doelstelling is om meer plantaardig eiwit te consumeren. Het zou kunnen dat sommige doelstellingen onhaalbaar of onverenigbaar blijken.’ Wat is dan de oplossing om een neerwaartse trend in blijvend grasland te doorbreken of te voorkomen? ‘Het GLB beweegt steeds meer naar doelsturing. Wellicht is een hogere GLBpremie voor blijvend grasland een optie. Maar dan moet het wel om serieuze bedragen gaan. De huidige graslandsubsidie is peanuts in vergelijking met de saldo’s die boeren kunnen verdienen met sommige akkerbouwgewassen’, stelt Hoksbergen. Ook een derogatie voor blijvend grasland geldt als mogelijke oplossing.

Biodiversiteit onder de grond

Als de derogatie definitief en volledig verdwijnt, ligt het voor de hand dat de situatie van voor derogatie terugkeert. ‘Meer mais in plaats van gras is dan logisch, omdat mais zorgt voor een betere benutting van het eiwit in het rantsoen. Een goed rantsoen heeft energie nodig’, beargumenteert Agnes van den Pol, lector Grasland en beweiding bij Aeres Hogeschool Dronten. Vanuit haar expertise somt ze de genoemde voordelen van blijvend grasland nog eens op: een betere bodemkwaliteit, koolstofvastlegging, meer biodiversiteit en dan vooral onder het grondoppervlak. Blijvend grasland bevordert het bodemleven en dat heeft veel tijd nodig om te groeien. Van den Pol noemt ook de waterkwaliteit die baat heeft bij grasland, dankzij een verminderde kans op uitspoeling. ‘De waterhuishouding is in een graszode beter op orde, grasland is veerkrachtig in extreme perioden van droogte en nattigheid.’

Factuur voor groene diensten

Is het twee voor twaalf voor het Nederlandse grasland? Van den Pol: ‘Dat denk ik nog niet, maar we realiseren ons wel onvoldoende dat minder dieren ook gevolgen heeft voor het graslandareaal (zie kader rechterpagina). Met krimp van de veestapel help je dus ook de positieve effecten van grasland om zeep, je gooit het kind met het badwater weg.’

Ze ziet de graslandsubsidie wel als behulpzaam middel om de neerwaartse trend in blijvend grasland te doorbreken of te voorkomen. Maar er zijn ook andere vormen, betoogt ze. ‘Grasland is meer dan voer voor koeien. Het zorgt voor bio-

diversiteit, koolstofvastlegging en een fraai landschap. We waarderen dat wel, maar belonen er niet voor.’ Bij ecosysteemdiensten waar Van den Pol op doelt, is altijd de vraag wie daarvoor de portemonnee moet trekken: de markt of de overheid? En wie is er kwartiermaker? ‘Er is inderdaad een regisseur nodig, die eigenaarschap neemt voor het belonen van behoud van grasland. Vanuit het maatschappelijk belang van blijvend grasland kom je dan uit bij de overheid. De gras-

landsubsidie is een voorbeeld, maar die wordt weer afgebouwd. Minder dieren houden met hetzelfde areaal grasland, dat moet de insteek zijn. Dat kan als je als veehouder een factuur kunt sturen voor groene diensten’, zegt Van den Pol. Als maar duidelijk is dat er daadwerkelijk iets positiefs geleverd wordt, is het volgens de lector logisch om daarvoor te belonen. Dus waarom geen factuur voor schoon water als blijvend grasland gunstig uitpakt voor de waterkwaliteit? l

‘Stel granen gelijk aan gras in de regelgeving’

stuks melken fokvee (x 1.000)

percentage blijvend grasland van totaal cultuurgrond Nederland

Figuur 2 – Relatie tussen de omvang van de Nederlandse veestapel en het aandeel blijvend grasland in de periode 1960-2023

Geen grasland zonder vee. Het klinkt te vanzelfsprekend, maar toch lijkt de dreigende terugval in blijvend grasland beleidsmakers te verrassen. Terwijl diezelfde beleidsmakers de krimp van de veestapel stimuleren met miljoenen.

Teeltadviesbureau Groeikracht BV maakte een analyse van de relatie tussen de omvang van de veestapel en het aandeel blijvend grasland (figuur 2). De figuur maakt duidelijk dat een graslandnorm niets oplost als de veestapel krimpt. Grasland blijft alleen als het economisch rendabel is (met rundvee).

Wat volgens het adviesbureau wel kan helpen, is granen (behalve mais) in de regelgeving gelijkstellen aan grasland (mestplaat-

sing, GLB). Bij graan is de uitspoeling niet heel veel anders dan bij gras, maar daarmee krijgen (stoppende) veehouders wel de ruimte om iets anders te verbouwen. Een wisselbouw van vier jaar grasklaver, twee jaar mais en één jaar graan levert meer vem op en minder ruw eiwit (nog wel 15 procent). De groei van het areaal mais blijft zo beperkt en er is in potentie minder ammoniakemissie. Voor bodem en milieu is dit winst, stelt de adviesorganisatie, die vasthouden aan blijvend grasland krampachtig noemt. Als beleidsmakers rustgewassen een economisch duwtje in de rug geven, is de milieuschade te overzien. Dat is in tegenstelling tot het huidige beleid, dat indirect continuteelt met aardappelen, uien en lelies in de hand werkt.

Naam maken in de limousinfokkerij

In de stal van Marcel en Thom Jansen zijn alleen maar goede koeien te vinden. Met een ondereind van 85 punten probeert Thom met zijn kleinere veestapel naam te maken tussen de betere limousinfokkers.

‘Ik denk dat dat redelijk lukt’, zegt hij.

TEKST QUINTEN DEN HERTOG

‘Dit zijn ze’, zegt limousinfokker Thom Jansen trots. In het lentezonnetje schitteren de gewassen limousinkoeien Nadia en Lotte, helemaal klaar voor de foto. De koeien werden op de afgelopen videokeuring van Limousin Vereniging Nederland algemeen kampioen en publiekskampioen. ‘Nadia is de eerste koe waarmee ik naar een keuring ging. Inmiddels heeft ze meegedaan aan drie fysieke keuringen en drie videokeuringen. Ze scoorde altijd goed, maar viel steeds net buiten de prijzen. Het is extra leuk dat juist zij nu algemeen kampioen op die videokeuring werd’, vertelt Thom. Samen met zijn vader Marcel heeft hij in Braamt vijf fokkoeien met bijbehorend jongvee. De koeien

zijn inmiddels van Thom, de stal en het land van zijn vader. Rustig lopen Thom en zijn vader Marcel met de twee kampioenskoeien naar de wei. De rest van de koeien staat nog op stal, maar dat maakt de twee limousins niet uit. Ze grazen gemoedelijk in het verse voorjaarsgras. ‘Eigenlijk moet er nog een regenbui overheen. Dan kunnen ze naar buiten’, vertelt Thom. Hoewel de veehouders ook nog twee hectare elders hebben, lopen de dieren altijd op de één hectare rondom huis. Dat is een bewuste keuze. Thom werkt vier dagen buiten de deur als fokkerijspecialist bij CRV en helpt in de weekenden mee op een melkveebedrijf in de buurt. Marcel is vrachtwagenchauffeur. ‘Zo kunnen we de koeien makkelijk

controleren en in de gaten houden. Mijn moeder Sandra houdt ook een oogje in het zeil en kan zo ’s middags makkelijk het voer aanschuiven of de drachtige koeien checken’, legt Thom uit. Voor dat laatste hebben de veehouders ook een camera in de stal hangen. ‘Je zit het hele jaar op een kalf te wachten. Dat wil je niet op het laatste moment door je vingers laten glippen. Maar in principe kalven ze zelf’, licht Marcel toe.

Koeien mak maken

Omdat de veehouders aan de rand van het dorp zitten, vinden ze het belangrijk dat de dieren hanteerbaar zijn. ‘Als er een keer iets gebeurt, moeten ze wel halstermak zijn. Daar beginnen we mee als ze nog kalf zijn, vertelt Marcel. Makke dieren zijn niet alleen handig, maar ook nodig voor de keuring. Vooral Thom is een echte keuringsliefhebber. ‘Ik heb het er een keer van laten komen en dacht “met een blauwe maandag is het wel over”, maar dat is niet het geval’, vertelt Marcel lachend. Vader Marcel vindt het vooral spannend. ‘De heen- en terugreis vind ik altijd een groot risico. Je hoopt dat het goed verloopt en je bijvoorbeeld geen lekke band krijgt. Ik heb plezier aan de keuring, maar ben toch altijd blij als de dieren thuis weer op hun plek staan’, vertelt hij. Als jonge dieren doen de limousins al mee. ‘Als een jong dier mee is geweest, hoef je daarna eigenlijk niet meer te oefenen. Ze zijn gewend aan de geluiden en aan het lange stilstaan. Je moet er echt wel tijd in investeren, maar daar heb je het hele leven van het dier plezier van’, vindt Thom. ‘Je wilt goed voor de dag komen en niet dat ze aan alle kanten uitbreken. Af en toe maken ze nog weleens een bokkensprongetje, maar over het algemeen hebben we handzame dieren’, vult Marcel aan. Dat de dieren goed hanteerbaar zijn, is niet altijd zo geweest. Van het karakter van hun eerste limousins schrokken vader en zoon wel even. Voordat Marcel limousins had, stonden er Belgisch witblauwen in de stal. Maar door zijn werk als vrachtwagenchauffeur wilde hij van de keizersneden af. Thoms oom kwam als monsternemer bij melkveehouder Harry Duenk over de vloer, die ook een koppel limousins had. Hij had drie pinken te koop staan. Daar hadden Marcel en Thom Jansen wel oren naar. Maar het karakter van de limousins was heel anders dan dat van de dikbillen. ‘Een blauwe kun je drijven, maar een limousin moet je lokken. Daar moesten we echt aan wennen’, zegt Marcel. ‘Toen we de drie pinkjes ophaalden, sprong er een rechtop tegen de muur

ontwikkeling

BEDRIJFSPROFIEL

stalnaam De Hiedbrink

eigenaren Marcel (58), Sandra (57, niet op de foto) en Thom Jansen (25) aantal dieren 5 fokkoeien met kalveren en wat jongvee grondgebruik 3 ha, waarvan 1 ha grasland aan huis

van de stal. Daar schrokken we van en toen twijfelden we even of we wel de juiste keuze hadden gemaakt. Maar uiteindelijk is dat helemaal goed gekomen.’ Dat komt niet alleen door het mak maken. Thom selecteert dieren met een minder goed karakter uit.

Gestart met een goede basis

De drie pinken van Duenk vormen de basis van de huidige koeien van Jansen. ‘Een goed begin is het halve werk. We zijn echt met goed uitgangsmateriaal begonnen. Die bloedlijnen zie je nu nog steeds terug in onze huidige dieren’, vertelt Thom. Van de drie pinkjes waarmee ze begonnen, bleek de ‘minste’, Escalope (v. Bardot), uiteindelijk de beste. ‘We hadden haar bijna vroegtijdig verkocht, maar nu vormt ze de bloedlijn van ons bedrijf.’ Escalope kreeg 87 punten, haar preferente moeder Nicole (v. Ferry) had 89 punten en haar preferente overgrootmoeder Hellen had ook 89 punten. Uit Escalope kwam Ivy (v. Tastevin), de moeder van Nadia. Nadia kreeg ook 89 punten en de dochter van Nadia, Solene, heeft 88 punten. ‘Hun genetica zit goed verankerd in het DNA. Dat was wat anders ge-

Braamt

Nadia (v. Lotto) werd afgelopen videokeuring algemeen kampioen

Lotte (v. Incendie) scoorde 94 punten voor

Bij de afgelopen COT-veiling werd deze stier van Jansen geveild

weest als we met ander uitgangsmateriaal waren begonnen.’

Ook de andere koeien van de veehouders scoren goed. Op één 85 puntenkoe na hebben ze allemaal 88 punten. 85 punten is voor Thom het ondereind. Maar in deze koe ziet de jonge veehouder potentie. Hij kocht haar als embryo van de koe Breiz Izel. ‘Eigenlijk werk ik niet met embryo’s, want we hebben alleen maar goede koeien. Maar van deze koe kon ik tien embryo’s van twee verschillende stieren kopen op een Engelse veiling. De koe had al eerder mijn aandacht getrokken, dus de keuze was snel gemaakt’, zegt hij. Twee van de embryo’s verkocht hij door en tot nu toe zette hij er één in. ‘Ik verwacht dat ze nog beter uitgroeit. Maar fokken blijft deels gokken.’ Vader en zoon geven aan dat ze een veestapel hebben die laatrijp is. Daarom laten ze de koeien niet alleen keuren als ze voor de eerste keer gekalfd hebben – op 2,5 jarige leeftijd – maar ook later nog een keer. ‘Mijn koeien worden elk jaar beter en zitten volop in ontwikkeling. Daar moet je als fokker oog voor hebben’, vertelt Thom. Bij een latere beoordeling scoren de dieren meestal een of twee punten hoger. Zo begon Nadia met 88 punten, heeft ze nu 89 punten en denkt Thom dat ze de 90 punten ook kan krijgen. ‘Dat zou dan onze eerste koe zijn die excellent is’, zegt hij enthousiast.

Gek op Franse stieren

De veehouders werken met kunstmatige inseminatie. Twee keer hadden ze wel een stier op het bedrijf. Dat beviel goed, maar Thom zoekt liever per koe een stier uit. In het vat heeft hij sperma van veel verschillende stieren zitten. Twee keer kocht hij een vat van een stopper, maar hij importeerde ook zo’n vijftig rietjes van Interlim Génétique Service uit Frankrijk. Zijn favoriet is de in Frankrijk in de praktijk geteste stier Onyx MN. De stier werd nationaal kampioen in Frankrijk en heeft een goede index. Thom kijkt daar heel erg naar. ‘Skeletontwikkeling, bespiering en groei vind ik belangrijk. Liefst

heb ik een stier die zelf ook wat gepresteerd heeft in de ring.’ Een andere stier waar Thom fan van is, is Mercure MN. Daar heeft hij nu twee stiertjes van lopen. ‘Mercure is een uit Frankrijk geïmporteerde stier. Hij was daar ki-stier en werd nationaal kampioen op de laatste fysieke NVM in Nederland in 2022. De stiertjes zijn heel goed. Ik hoop nog een vaarskalf van hem te krijgen.’

Thom probeerde ook nog met een hoornloze stier te fokken. ‘Ik wil de beste dieren fokken, dus mijn focus ligt niet op hoornloosheid. Maar ik wilde het een keer proberen met een stier die van goed niveau is’, vertelt hij. Tijdens een vakantie in Luxemburg kwam hij bij de fokker van de stier Lundi PP terecht. ‘Ik had de stier al een keer op een beurs in Hannover gezien. Hij werd naar Frankrijk verkocht en kreeg daar een index en veel nakomelingen. Hij fokt niet extreem groot, maar wel extreem fijn en luxe. Mijn koe Lotte, die juist groot is, is nu drachtig van hem.’

Verder fokken op hoornloosheid ambieert Thom nog niet. ‘Het gemiddelde niveau van hoornloze limousins is nu nog lager dan van de stieren met hoorns. Ik zie dat ze in Frankrijk niet hoornloos op hoornloos op hoornloos zetten. Je moet zorgen dat je de genetica vasthoudt.’

Thom probeert zelf ook om mooie dekstieren te fokken. Zo wil hij een klein beetje naamsbekendheid opbouwen. Vorig jaar verkochten ze een stier aan Boerderij Koningshoeve in Spaarnwoude en veilden ze twee keer een stier via de COTveiling, waarvan een bij de veiling van afgelopen 5 april. Als de kalveren gespeend worden, kijkt Thom hoeveel plek er in de stal is. Vaarskalfjes houdt hij sowieso aan totdat ze een keer gekalfd hebben. ‘Ik wil de jeugd wel de kans geven.’

Quitte draaien

Bij de stiertjes kijkt hij of er een goede dekstier tussen zit. De stiertjes waar de veehouder geen potentie in ziet, gaan naar de afmester. ‘Ik moet er echt iets in zien. Voldoende groot, lang, breed, luxe, correct gebouwd en een goed karakter. En de moederlijn moet goed zijn. Vind ik er geen liefhebber voor, dan gaat hij in een vleespakket’, vertelt hij. Thom verkoopt namelijk vleespakketten om de vaste kosten van de koeien eruit te halen. Eén à twee keer per jaar laat hij daar een koe of stier voor slachten. ‘De limousins zijn een hobby. We hoeven er niks mee te verdienen, maar we proberen zeker wel quitte te draaien. De tijd die we erin stoppen, tellen we niet, maar de kosten die we eraan kwijt zijn, moeten we er wel uithalen. De stal hebben we bijvoorbeeld zelf gebouwd om de kosten te drukken’, zegt Thom. Op den duur hoopt hij zijn veestapel uit te breiden. Hij kijkt daarom rond of hij wat kan pachten of huren. Hij denkt aan zo’n twintig fokkoeien met bijbehorend jongvee. ‘Ik vind het zo leuk en ben echt gek van de koeien. Nu moet er vanwege ruimtegebrek weleens een weg, dat vind ik lastig, want we fokken alleen maar goede koeien. De afgelopen drie jaar hebben we alleen stiertjes gehad, maar daarvoor was het een moeilijke keuze als er een koe weg moest. Als er dan een koe met 88 punten weg moet, omdat dat op dat moment de minste is, dan wordt daar wel een traantje om gelaten.’

In de toekomst wil Thom misschien ook een klein winkeltje, om ook losse delen vlees te kunnen verkopen. ‘Als ik meer koeien heb, kan ik meer omzetten in vlees. Nu is het echt een hobby, maar dan kan ik er misschien wel een bedrijfstak van maken.’ Voor nu moeten de veehouders dealen met de ruimte en de middelen die ze hebben. ‘Ik wil toch wel met de betere limousinfokkers van Nederland meekomen en ik denk dat dat redelijk lukt’, besluit Thom. l

Geef jij richting aan de koers van CRV?

Jij controleert de kwaliteit van melk!

CRV zoekt een:

Lid hoofdbestuur Coöperatie CRV u.a. en RvC

Het hoofdbestuur van Coöperatie CRV u.a. heeft tot taak de coöperatie te besturen en het plan Coöperatie 2030 succesvol te implementeren. Voor goed en toekomstgericht bestuur van de coöperatie zoeken we een nieuw lid voor het hoofdbestuur die ook zal toetreden tot de raad van commissarissen (RvC) van CRV Holding BV. De RvC vervult drie rollen: die van toezichthouder, raadgever en werkgever van de directie. We zoeken een strategisch gedreven bestuurder met ervaring in innovatie en met een breed netwerk binnen de rundveehouderij.

Wat ga je doen?

• Als coöperatiebestuurder ben je, samen met je medebestuursleden, verantwoordelijk voor het besturen van de Coöperatie CRV. Je draagt actief bij aan het verdere succes van Coöperatie 2030, het plan waarin de coöperatie haar richting heeft bepaald voor de toekomst. Hierbij zoek je actief de dialoog met de ledenmelk- en vleesveehouders, de ledenraad en de directie van CRV Holding BV.

• Naast je rol als hoofdbestuurslid van de coöperatie zit je ook in de raad van commissarissen van CRV Holding BV. Als commissaris waarborg je de belangen van alle stakeholders waar CRV mee te maken heeft. Je hebt als kerntaak een toezichthoudende en adviserende rol richting het bedrijf, maar je bent ook werkgever van en sparringpartner voor de directie.

• In je rol als hoofdbestuurslid heb je een sterke a niteit met de strategische richting die CRV opgaat met haar meerjarenstrategie ‘Breeding the Future’. Je rol als toezichthouder is gericht op toezicht op de succesvolle implementatie van de strategie en op actief meedenken met de strategische invulling van de plannen.

Wie ben je?

• Je bent een enthousiast lid-rundveehouder van CRV en je voelt je betrokken bij Coöperatie CRV en collega-veehouders, zowel nationaal als internationaal.

• Je weet als geen ander wat nodig is om strategieën succesvol te laten zijn.

• Je hebt als bestuurder of toezichthouder ervaring in relevante organisaties en voelt je comfortabel als sparringpartner van de directie van CRV, waarbij je je analytische, scherpe geest continu weet in te zetten.

• Je hebt a niteit en ervaring met innovaties op het gebied van dataoplossingen en visie op wat nodig is voor de toekomst.

• Je beschikt over een sterk netwerk in de Vlaams-Nederlandse rundveehouderij en bent goed op de hoogte van (internationale) strategische, maatschappelijke en politieke ontwikkelingen in de rundveesector.

• Als je een vleesveehouder bent en/of woonachtig in Vlaanderen, is dat een pre.

• Je opleidings- en/of denkniveau is bachelor- of masterniveau.

• Ervaring in het bedrijfsleven is een pre.

Heb je belangstelling?

Stuur dan uiterlijk 2 mei 2025 je sollicitatiebrief en curriculum vitae per e-mail naar linda.noe@crv4all.com. Kijk voor de uitgebreide vacaturebeschrijving op www.crv4all.nl/vacatures of scan de QR-code.

Neem voor meer informatie contact op met Jochem van der Starre: +31 (0)6 11 28 35 15, of met Wanda Verdonck: +32 (0)4 78 34 91 20.

CRV is een innovatieve coöperatieve veeverbeteringsorganisatie die rundveehouders internationaal een breed portfolio aan genetica, managementproducten en dienstverlening biedt. Onze producten en diensten worden wereldwijd afgezet in meer dan 60 landen. Coöperatie Koninklijke CRV is de aandeelhouder van de CRV Holding en heeft ook een zelfstandige taak als erkend stamboek in Nederland. CRV Vlaanderen vzw is het erkend stamboek in Vlaanderen.

COOPERATIE-

naam Janneke Boom-de Baat woonplaats Noordeloos leeftijd 58 veestapel 70 koeien en 30 stuks jongvee oppervlakte 44 ha, waarvan 38 ha gras

‘Smakelijker

en steviger gras’

‘Gebruikers van het eerste uur. Zo zou je ons wel kunnen typeren als het over het gebruik van vloeibare kunstmest gaat. Toen de loonwerker hier in de buurt een jaar of vijftien geleden ermee aan de slag ging, zijn we gelijk aangehaakt. We hebben hier in de Alblasserwaard veel lange, smalle percelen, waarvan de vorm ook niet altijd geweldig is. Met korrelkunstmest is het strooibeeld dan niet optimaal. Maar met vloeibare meststof kun je juist wel heel precies bemesten en ook veel exacter doseren. Zeker sinds de nieuwste spuit helemaal gps-gestuurd is, kun je bijna tot op de centimeter bemesten.’

Halvering van de gift

‘Naast een preciezere bemesting zijn we ook veel minder stikstof gaan gebruiken. In het verleden gaven we wel 300 tot 400 kilo stikstof per hectare, nu komen we niet boven de 150 kilo uit. We geven meestal ook maar twee giften en heel af en toe een kleine derde gift uiterlijk in juli.’

‘Sinds het begin gebruiken we Powerbasic, een aangezuurde 100 procent ureummeststof met zwavel. Deze spoelt niet uit en vervluchtigt niet. Daardoor hebben we nu begin februari al op een deel van de percelen kunstmest gespoten, dit keer dus zelfs voor het sleepslangen uit.’

Eigen smaakproef

‘Over de resultaten van vloeibare kunstmest zijn mijn man Ad en ik heel tevreden. We hebben ieder jaar ruim voldoende gras, dat ook heel smakelijk is. Afgelopen jaar hebben we nog eens de proef op de som genomen door een perceel deels vloeibaar en deels met korrel te bemesten. De koeien vraten het gras dat vloeibaar was bemest, het eerst en het best af. We hebben ook nooit meer van dat slappe gras, maar juist altijd een stevig gewas. Vloeibare kunstmest is misschien wat duurder, maar het is voor ons echt een onmisbare schakel in ons hoogproductieve bedrijf geworden.’

naam Jean Nicolaes woonplaats Klimmen leeftijd 27 veestapel 200 koeien en 100 stuks jongvee oppervlakte 110 ha, waarvan 90 ha gras

‘Vaker een kleinere gift’

‘Hier op het bedrijf, dat ik samen met mijn ouders en broer run, hebben we altijd korrelkunstmest gebruikt. Op deze plek in Zuid-Limburg is het landschap glooiend. Dat maakt het lastig om vloeibare meststof te spuiten. Dit gebeurt namelijk vaak met zwaar materiaal en dat geeft risico op bodemverdichting. We hebben de mogelijkheid om in het voorjaar met een kleine trekker, eventueel uitgerust met dubbellucht, en een kleine kunstmeststrooier kunstmest te strooien. Zo kunnen we al vroeg in het voorjaar aan de slag.’

Gras wakker maken

‘In het voorjaar kiezen we bewust voor twee kunstmestgiften. De eerste keer 180 kilo product direct bij het bereiken van de T-som, vervolgens vier weken voor het maaien van de eerste snede nog eens 100 kilo product. De eerste gift strooien we ammoniumsulfaatsalpeter en de tweede gift KAS met zwavel. Door een vroege eerste gift maak je het gras wakker. En door een tweede gift beperk je de risico’s van uitspoelen en zorg je voor meer en beter eiwit.’

Flexibeler in toedienen

‘Ook na de eerste en tweede snede strooien we nog een gift en we houden gedurende het seizoen het weidegras smakelijk met kleine giften. Vaker kleinere giften strooien vinden wij een groot voordeel van korrelkunstmest. Daarnaast ben je bij korrelkunstmest flexibeler, het weer is iets minder belangrijk dan bij vloeibare meststof, waarbij het niet mag regenen en de zon niet te fel mag zijn.’

‘Door de aanwezigheid van de kunstmeststrooier kunnen we ook heel gemakkelijk kali bijstrooien op de percelen met luzerne en grasklaver. En een enkele keer strooien we ook korrelkalk. Als onze kunstmeststrooier van zo’n twintig jaar oud aan vervanging toe is, kopen we weer een kunstmeststrooier. Dan een met gps om nog nauwkeuriger te strooien.’

naam Angus Haslett

functie CEO van CRV Holding BV

leeftijd 63 jaar

opleiding bachelor of agriculture, production and management, Massey University, Nieuw-Zeeland vorige functies (o.a.) manager-directeur CRV Oceanië, directeur Emac-automatiseringssystemen, verschillende functies bij bedrijven in de verpakkingsindustrie, verschillende functies bij Nufarm-gewasverzorgingsmiddelen

naam Egon Verheijden functie CFO van CRV Holding BV

leeftijd 51 jaar opleiding bedrijfseconomie, Radboud Universiteit, Nijmegen, opleiding registeraccountant, Universiteit Tilburg vorige functies (o.a.) diverse functies en partner bij KPMG Nederland en KPMG International, finance director bij Teva Pharmaceuticals, finance director bij Stada Arzneimittel in Duitsland

‘Wij willen onze leden en klanten verdienen’

Ondanks een lastig boekjaar 2023-2024 is de ambitie van CRV helder. De

twee CRV-directeuren Angus Haslett en Egon Verheijden duiden de ambitie

‘Breeding the future’ aan de hand van een aantal concrete innovaties. Zo stellen ze dat het creëren van specifieke genetica, data-oplossingen en een fokkerijstrategie voor een ki-organisatie steeds belangrijker worden.

In een vergaderzaal in het CRV-kantoor in Arnhem, die is vernoemd naar de Nederlandse holsteintopper Himster Grandprix, gaan de twee CRV-directieleden Angus Haslett, algemeen directeur, en Egon Verheijden, financieel directeur, in gesprek over de toekomst en ambitie van CRV. Het is enkele uren voor de introductie van de fokwaarde voor methaan, een belangrijke mijlpaal voor CRV en de rundveehouderijsector wereldwijd en toch nemen beide heren uitgebreid de tijd voor een gesprek over gesekst sperma, gebruikskruising, methaan en data-ambities van CRV.

2024 was een bewogen jaar voor CRV, hoe kijken jullie daarop terug?

Verheijden: ‘Het was financieel gezien geen goed jaar voor CRV. Maar je moet wel de balans proberen te zoeken in de cijfers. Die cijfers werden beïnvloed door slechts enkele factoren; het gebrek aan duidelijkheid vanuit het overheidsbeleid is er daar een van. Want hoe ga je om met een krimpende veestapel en hoe schat je de gevolgen daarvan in? Begin 2024 hield de sector, ook wij, rekening met een krimp van 7 tot 12 procent van het aantal koeien. In september 2024 was dat slechts 1 procent. Dan merk je hoe snel iets kan veranderen. Die onzekerheid is er niet alleen voor ons, maar ook voor veehouders.’

Haslett: ‘Afgelopen najaar hebben we ingezet op een herstructurering van de organisatie. Dat heeft impact op mensen, want uiteindelijk zijn het onze medewerkers die CRV maken tot wat en wie we zijn. Het was een hard jaar voor ieder van ons, maar het is noodzakelijk, omdat we CRV klaar willen

maken voor de toekomst, ook buiten Nederland en Vlaanderen. De internationale markt is enorm competitief, dat heeft ook impact op onze mensen. Ik vraag me vaak af wat ik kan doen voor onze mensen. Je wilt hun ook stabiliteit geven.’

Verheijden: ‘Niets binnen CRV is mogelijk zonder gepassioneerde medewerkers. De grootste stap in onze herstructurering is gezet.’

Wat voor impact had blauwtong op CRV?

Haslett: ‘In Nederland bleven we in onze stierenstallen tot nu toe gevrijwaard van enige impact op de productie, maar bij onze Belgische partner BBG, waar de Belgisch witblauwe stieren zijn gehuisvest, was dat een ander verhaal. Als het overgrote deel van de productie daar stilvalt, komt de bevoorrading onder druk. We hebben immers continu een goed aanbod van stieren nodig om veehouders te kunnen ondersteunen in het creëren van meerwaarde op hun bedrijf. De spermaproductie is nu hersteld. Bovendien hebben de blauwtongzorgen de samenwerking met onze Waalse collega’s verder verdiept.’

Verheijden: ‘Er is de voorbije maanden geïnvesteerd in een intensievere relatie met BBG en onze Waalse collega’s van veeverbeteringsorganisatie AWE. Zo hebben onze dierenartsen ondersteuning geboden, maar hebben we nu ook witblauwstieren geplaatst in onze stallen in Nederland. Ons partnerschap met en onze investering in BBG zijn belangrijk, want beide zorgen mede voor toegevoegde waarde voor de veehouders, ook voor vleesveehouders.’

Witblauw is in onze regio belangrijk, ook voor de gebruikskruising. Welke ontwikkeling zien jullie daarin?

Verheijden: ‘In onze thuismarkt zit gebruikskruising, “beef on dairy”, op een aandeel van circa 35 procent. De huidige vleesprijzen zullen dat aandeel nog wel wat opdrijven. Gesekst sperma is in de thuismarkt nog beperkt, maar groeit. Alleen denk ik niet dat we een aandeel gaan halen van 90 procent, zoals in het Verenigd Koninkrijk. Er is daar veel promotie voor gesekst sperma geweest, het speelveld en de regels zijn er anders. Wat in onze thuismarkt ook een rol speelt, is het hoge genetische niveau van de melkkoeien. Daar zetten veehouders niet graag vleesstieren op in.’

Haslett knikt bevestigend: ‘Belangrijk is de strategie die “beef on dairy” met zich meedraagt. Enerzijds willen veehouders graag verder werken met hun genetisch beste dieren, die ze eenvoudig kunnen identificeren via merkertesten. Anderzijds is het belangrijk dat elk kalf een doel heeft voor de veehouder, financieel dan wel genetisch. Een deel van deze kalveren is voor de fokkerij, het andere voor het kalfsvlees.’

Welke rol gaat gesekst sperma in de toekomst spelen?

Haslett: ‘Het is duidelijk dat een fokkerijstrategie met gesekst sperma in de toekomst nog meer deel zal zijn van de veehouderij. Ook bij vleesvee, want je merkt vaker prijsverschillen op tussen mannelijke en vrouwelijke kalveren. Maar internationaal is gesekst sperma ook een vrij verstorende factor in de markt. Er zijn immers maar twee spelers op de markt die rechtstreeks

we nodig hebben om die verder te ontwikkelen. We gaan nu goed kijken hoe we hiermee omgaan en welke stap we verder in het proces moeten zetten. Ook is het de vraag of we dit nog steeds alleen verder moeten doen.’

Verheijden voegt toe: ‘In deze innovatie is schaal inderdaad ook belangrijk.’

Recent presenteerde CRV haar nieuwe strategie. Waar staat deze voor?

Haslett: ‘In het voortraject van zo’n strategie ga je kijken naar de verschillende invalshoeken. Wat is je doel? Hoe zien veehouders je, hoe wil je dat ze je zien? Wie wil je zijn?

Egon Verheijden:

‘Ons partnerschap met en investeren in BBG is belangrijk, want het zorgt voor toegevoegde waarde voor

de veehouders, ook voor vleesveehouders’

toegang hebben tot de productie van gesekst sperma en zij bepalen dus de markt.’ Verheijden: ‘Eigenlijk kun je dat doortrekken naar de gehele geneticamarkt. Er zijn veel spelers op de markt. Sperma is een “commodity” geworden, een gebruiksvoorwerp.

Het aantonen van de meerwaarde die je met specifieke genetica en de fokkerijstrategie haalt, wordt voor een ki-organisatie dus steeds belangrijker.’

Wat is de status van Engender, een Nieuw-Zeelandse start-up die een eigen techniek ontwikkelt om sperma te seksen?

Even kijken beide directeuren elkaar aan, dan zegt Haslett stellig: ‘Om in de toekomst relevant te zijn en meerwaarde te creëren voor veehouders, moet je kunnen beschik-

ken over bepaalde technologieën. Het seksen van sperma is er daar een van. In 2018 kwam Engender op ons pad. We zijn toen als CRV gaan kijken of er meer coöperatieve partijen interesse hadden om samen in het avontuur te stappen. Toen daar geen vervolg uit kwam, besloten we met de leden om alleen verder te gaan. We staan nog steeds open voor samenwerkingen. De laatste 12 tot 18 maanden heeft Engender flinke stappen kunnen zetten. Zo zijn er twee prototype’s gemaakt die gesekst sperma kunnen produceren en hebben we enkele proeven succesvol afgerond.’

Welke stappen zijn dan nu verder nodig richting marktintroductie?

Haslett: ‘Belangrijk is dat we de grenzen van onze techniek kennen, maar ook weten wat

Maar ook kijk je naar de markt waarin je je beweegt. Er is daar veel dynamiek. Het zou goed zijn dat er eindelijk eens duidelijkheid kwam voor de sector waar men met de veestapel naartoe wil.’

Verheijden: ‘Cruciaal in onze strategie is dat we CRV weerbaar maken voor zulke onvoorspelbaarheden. Je wilt niet afwachten, maar eerder vanuit je kracht handelen. Het is essentieel voor de toekomst van de veehouderij dat we een gezonde en duurzame balans hebben in onze veestapel. Dat de blijvers zekerheid hebben. Op die manier kan de sector investeren in nieuwe en duurzame ontwikkelingen.’

CRV kijkt in haar strategie ook breder dan de veehouder, ook verder in de keten. Waarom is dat de keuze?

Verheijden: ‘In het verleden was er vooral focus op de koe en het kalf. Fokkerij stond altijd centraal. Nu kijken we hoe we veehouders kunnen ondersteunen in hun verdienmodel. En dan ga je eveneens kijken naar hoe je hen kunt helpen om ook verder in de keten een meerwaarde te hebben. Dat kan in de vleesindustrie, maar bijvoorbeeld met methaan ook in de zuivel of de distributie. Die bedrijven moeten allemaal hun duurzaamheidsdoelstellingen halen. Veehouders kunnen daarin een rol spelen, maar willen er dan ook wat aan hebben. CRV wil en kan hen daarin helpen.’

Haslett: ‘De uitdagingen voor onze sector zijn groot, ook in het klimaatdebat. We kunnen een deel van de oplossing zijn, alleen is het belangrijk dat er een gezonde basis is voor onze sector, inclusief de veehouders. Met een stabiele veehouderij kan er veel aangepakt worden. We merken inderdaad steeds meer dat ze ons, CRV, vanuit de keten naar waarde schatten en ook kijken naar wat wij in een globale aanpak kunnen betekenen.’

Is de veehouder wel klaar voor het fokken op verminderen van methaan? Verheijden: ‘Fokken op methaan kan een grote bijdrage leveren aan het toekomst-

proof worden als sector. Het publieke debat over methaan is er nu eenmaal. Daarbij komt dat veehouders diffuse signalen horen. Dan weer worden ze gewezen op de te ruime veestapel, dan weer op de druk op onze voedselvoorziening.’

Haslett: ‘Het klopt dat veehouders hier nog niet mee bezig zijn, maar als CRV moeten we hen hierin ondersteunen. Zowel in het begrijpen van het probleem als in de mogelijke oplossingen.’

Waarom investeert CRV hierin?

Haslett haakt meteen in: ‘Het is een investering in de toekomst van de veehouderij. We werken met boerengeld, het is dan ook belangrijk dat in al ons onderzoek de focus ligt op wat we ermee terug kunnen geven aan onze veehouders. Omdat onze middelen niet oneindig zijn, moeten we slimme keuzes maken. Daarbij kijken we ook naar samenwerkingen met andere partijen, zoals we dat ook met andere onderzoeken deden.’

De ontwikkelingen met data en het aantal spelers in data gaan razendsnel. Hoe blijft CRV hierin een rol spelen?

Verheijden: ‘Er zijn inderdaad veel bedrijven bezig met data. De meerwaarde zit hem echter niet in de data zelf, maar vooral in wat je ermee doet. Onze aandacht gaat dus uit naar dataoplossingen, waarbij we ook hier kijken welke samenwerkingen we kunnen oppakken. We zijn er ons wel van bewust dat je met het delen van data met andere partijen een risico loopt, maar het is de enige manier vooruit, de manier om meerwaarde te creëren voor veehouders.’

Haslett: ‘Er is een oceaan aan data beschikbaar in de veehouderij. Het gaat niet alleen over hoe je deze verzamelt, maar vooral over wat je ermee doet. De ontwikkelingen met hardware gaan zo snel. Nog maar een aantal jaren geleden was de halsband er enkel voor de koeherkenning, nu kun je er de voerefficiëntie mee bepalen. Hardware zal niet onze focus hebben, slim data koppelen wel. Zo is ook kunstmatige intelligentie een uitdaging, ook daar kijken we wat we kunnen met andere partijen. We kunnen niet alles zelf doen.’

Welke rol heeft de coöperatie binnen de ambities van CRV?

Haslett: ‘Met CRV hebben we als coöperatie een unieke positie en structuur. Natuurlijk is de coöperatie niet meer zoals ze 150 jaar geleden door de stichtende veehouders is opgezet. Een moderne coöperatie pakt vanuit haar verleden mee wat goed is, maar past zich ook vlot aan in wat de huidige tijd vraagt. Daarom is het belangrijk om steeds weer relevant te zijn voor onze leden-vee-

Angus Haslett:
‘Er is een oceaan aan data beschikbaar in de veehouderij. Het gaat niet alleen over hoe je deze verzamelt, maar vooral over wat je ermee doet’

houders. We willen het verdienen dat leden en klanten zaken doen met ons.’

Welke plaats heeft de nieuwe generatie veehouders daarin?

Haslett: ‘Die is de toekomst. Maar vooral kijken jongeren vaak anders naar problemen en pakken ze gewoon door. Er zit een enorme energie bij jongeren. Dat merken we bij Young CRV. De waarde van die groep voor onze coöperatie is belangrijk, met hen willen we aan en voor de toekomst werken.’

Tot slot, wat drijft jullie om met CRV elke dag aan het stuur te staan in de veeverbetering?

Ze peilen met een glimlach bij elkaar wie eerst de vraag oppikt. Haslett neemt de aanzet: ‘Niets is leuker dan een gesprek aan te

gaan met een veehouder aan de keukentafel. In welk land je dat ook doet, overal ben je welkom en elk verhaal is anders. Daarbij drijft het me ook deel te mogen zijn van hun toekomst met onze ontwikkelingen en producten. Dat geldt ook voor onze eigen medewerkers, het doet ook altijd deugd om met hen het gesprek aan te gaan.’

Verheijden: ‘Het gegeven dat we iets samen doen met veehouders, samen werken aan een duurzame voedselproductie is voor mij een grote meerwaarde. We hebben een geweldig verhaal te vertellen. Ik merkte dat er vroeger een disconnectie was tussen veehouder, industrie en politiek. De laatste jaren komt hier een kentering in. We kunnen zo veel mooie en duurzame dingen doen met en voor veehouders in de toekomst.’ l

De man op de kuil bepaalt het eindresultaat

In de haksel- of inkuiltrein is de persoon op de kuil degene die het tempo en de kwaliteit van het werk bepaalt. Mark de Beer, ruwvoerexpert bij Groeikracht, geeft zeven tips over het aanrijden van de graskuil.

PRODUCT

Het ideale product om aan te rijden bevat tussen de 35 en 45 procent droge stof. Gehakseld/gesneden gras rijdt beter aan. De ideale lengte ligt tussen de 1 en 4 cm

VERDELEN

Verdeel het gras in een laag voordat je het aanrijdt. Die laag mag maximaal 20 cm dik zijn. Bij 40 kuub gras uit de wagen betekent dit een verdeling over 200 m2

GEWICHT

De aanvoersnelheid is a ankelijk van het gewicht van de shovel, vermenigvuldigd met de factor 3. Bij een shovel van 15 ton betekent dit 45 ton product per uur (bij 10 ton product per hectare is dat 4,5 hectare per uur)

DUUR VAN HET AANRIJDEN

Een minuut per ton product.

Dus: 20 ton product = 20 minuten

BANDENDRUK

Minimaal 2 bar

PLASTIC

Door meteen de kuil met nieuw plastic af te dekken voorkom je een toename van gisten en daarmee de afname van voerkwaliteit

EINDPRODUCT

A: boven de betonwanden: > 200 kg ds/m3

B: tussen de betonwanden: > 250 kg ds/m3

Ook meiden rijden lekker op de trekker

Lotte Picard: ‘Er is niks mooiers dan de tarwestoppel oprijden op een mooie zomeravond’

naam Lotte Picard (20) woonplaats Vechmaal studie bachelor agro-industrie bedrijf Belgisch witblauw en akkerbouw favoriete trekker Fendt

Op het passagiersstoeltje van de trekker naast papa. Daar kreeg Lotte Picard (20) uit Vechmaal als kind de smaak van het trekker rijden te pakken. Opgegroeid op een vleesvee- en akkerbouwbedrijf met ruwvoerteelten, graan en suikerbieten, hoorde het trekkerwerk nu eenmaal bij de boerderij.

‘Op mijn dertiende reed ik voor de eerste keer zelf met onze Fendt 516’, vertelt Lotte. ‘Papa zette me tijdens het cultiveren aan het stuur en liep intussen wat rond op het veld om me in de gaten te houden. Toen ik dat onder de knie had, leerde hij me stuk voor stuk andere veldwerkzaamheden aan.’ Jong geleerd is oud gedaan, moet papa Picard gedacht hebben. Want intussen kan Lotte al heel wat. Denk maar aan schijfeggen, diepwoelen, maaien, klepelmaaien, harken en stro of balen gras halen met de wagen. Dit werk combineert ze met haar studie bachelor agro-industrie akkerbouw in Geel. ‘Als het druk is, spring ik even bij’, vertelt Lotte. ‘Zo moest ik onlangs nog perspulp a alen bij de suikerfabriek.’ Kiezen tussen het verzorgen van de Belgisch witblauwen en het trekkerwerk kan ze niet.

‘De afwisseling maakt het zo mooi’, zegt ze. Ze geeft aan dat haar ouders haar nooit verplicht hebben om dit te doen. ‘Uit eigen wil en interesse heb ik altijd zelf in dit werk willen groeien.’ Met die instelling wil ze dit jaar voor de eerste keer vaste mest spreiden op het veld. ‘Mijn vader heeft me beloofd me dat deze zomervakantie te leren.’

In de zomer staat ook het halen van pakken stro op haar agenda. Omdat haar vader dan meestal bezig is met de graanoogst, is dit een vrouwentaak bij de familie Picard. ‘Ik rijd met de wagen, mijn mama Ann Jans laadt de pakken met de verreiker op het veld en mijn twee jaar jongere zus Britt lost

de pakken stro thuis met de verreiker’, aldus Lotte. Het trekkerwerk na de tarweoogst vindt ze het mooist. ‘Er is niks mooiers dan de tarwestoppel oprijden op een mooie zomeravond met mijn trekkerraampje open’, zegt ze. ‘Het feit dat het graan en het stro binnen is na een druk boerenjaar, geeft een gevoel van rust.’ Nu het seizoen weer voor de deur staat, heeft ze veel zin om er weer in te vliegen. Al

weet ze ook dat haar verjaardag op 18 april dan op de tweede plaats komt. ‘Afgelopen twee jaar werkte ik op mijn verjaardag na school mest in op het land voor bieten. Door de nattigheid waren die in april nog niet gezaaid.’ Dit jaar zitten ze al in de grond. Toch is het ondanks het landwerk op haar verjaardag altijd heel druk. Lotte lacht: ‘Ik moet altijd goed nadenken wanneer ik een verjaardagsfeest geef.’

Marte Boeckx: ‘Mijn vader en ik hebben John Deere-bloed in de aderen’

naam Marte Boeckx (23) woonplaats Westerlo werk fulltime boerin bedrijf 1200 vleeskalveren

favoriete trekker John Deere 3650

Het is niet moeilijk om te raden waar Marte Boeckx uit Westerlo blij van wordt. Haar hele slaapkamer hangt vol met John Deere-posters. De appel valt niet ver van de boom; die passie voor trekker rijden heeft ze niet van een vreemde. ‘Het trekkerbloed kreeg ik absoluut van mijn vader mee’, vertelt Marte. ‘Vroeger ging hij bij een loonwerker rijden en nam hij me als kleuter mee. Hij deed van alles bij de loonwerker, van gras hakselen tot mest rijden.’

Het duurde dan ook niet lang voordat Marte zelf aan het stuur zat. ‘Gras schudden met de John Deere 3650 onder het toeziend oog van papa, dat was mijn eerste werk’, herinnert ze zich.

Na haar studie landbouwtechnische wetenschappen is ze nu thuis op het rundveebedrijf fulltime actief en houdt ze zelf 1200 vleeskalveren. Daar steekt ze voor al het trekkerwerk graag de handen uit de mouwen. Van mest rijden tot tal van veldwerkzaamheden. Daar hoort ook het aankoppelen van de machines bij. ‘Als je ermee wilt rijden, moet je ze ook kunnen klaarzetten’, zegt Marte resoluut. ‘Het liefst heb ik daar zo weinig mogelijk mankracht voor nodig.’ Kiezen tussen het werk bij de dieren of het werk op de trekker kan ze niet. ‘De afwisseling tussen de twee heb ik echt nodig.’

Als de mais voor de koeien wordt gehakseld, is Marte in haar nopjes. Ze kan het dan niet laten om met een hakselkar van de loonwerker bij te springen om met haar eigen trekker mais naar de kuil te rijden. Met de lente in aantocht kijkt de jonge boerin enorm uit naar het maaien van de eerste snede gras en het rijden van mest. ‘Gewoon al de geur die bij die werkzaamheden in de lucht hangt, is fantastisch’, zegt ze. ‘Dan weet je dat het voorjaar is.’

Als het landwerk opnieuw van start is gegaan, begint ook het tractorpullingseizoen voor Marte. Met een groepje mensen – ze noemt het haar ‘pulling-team’ – organiseert ze twee keer per jaar zelf een trekkertrek. Ook aan andere pullings doet ze met datzelfde team graag mee elk weekend. Marte vindt niks mooiers dan een zondag vol gezelligheid tussen de trekkers.

Als het kan, is ze ook af en toe op de sleepwagen te vinden. ‘Vaak kan ik het niet laten om zelf mee te doen met onze John Deere 3650 in de klasse vijf en zes ton’, vertelt ze. ‘Die dateert van bouwjaar 1992 en doet thuis nog goed werk tijdens het gras schudden of het klaarleggen van het zaaibed.’

De liefde voor die specifieke trekker is groot. Dat komt niet alleen doordat ze ermee leerde rijden.

‘Mijn vader en ik zijn enorm fan van oude John Deere-tractoren’, geeft ze aan. ‘Ook collega-boeren weten dat. “Jullie hebben John Deere-bloed in de aderen”, zeggen ze dan.’

Met de liefde voor dit Amerikaanse merk speelt er, heel stiekem, een Amerikaanse of Canadese droom in haar hoofd. Het open landschap, de boerenmentaliteit en de vrijheid in die twee landen vindt ze fantastisch.

Of ze nooit een ander merk heeft uitgeprobeerd dan John Deere? ‘Ooit deed ik aan een trekkertrek mee

met een Case 1455 en toen was papa boos’, grinnikt Marte. ‘Overloper, zei hij toen lachend.’ Ze kreeg daar de smaak van Case niet te pakken. ‘Misschien koop ik er nog wel eens een oude Amerikaanse John Deere bij om te renoveren, specifiek voor trekkertrek.’ Maar een oude pikdorser zou ook welkom zijn voor Marte. ‘Dit jaar organiseren we met ons team voor de eerste keer naast een tractorpulling ook een pikdorsercross. Hopelijk vind ik nog een pikdorser bij een team waarmee ik mag meeracen. Dat zou echt mooi zijn.’

Nieuwe angusstieren: Poncho, Red Zamari en Dynamic

Aan het aanbod voor het angusras zijn drie nieuwe stieren toegevoegd. Het gaat om de Ierse black-angusstier Rawburn Poncho X478, de eveneens uit Ierland afkomstige red-angusstier Hawkley Red Zamari Y132 en de uit Amerika afkomstige Quaker Hill Dynamic. Van Poncho mogen gemakkelijke geboortes worden verwacht. Zijn kalveren die in Ierland al zijn geboren, zijn niettemin best en groeien snel. Poncho is geschikt voor de gebruikskruising op melkvee, maar is ook een topstier voor de zuivere angusfokkerij. Zo scoort hij hoge fokwaarden voor moedereigenschappen als melkproductie en tussenkalftijd. Red Zamari scoort in Ierland eveneens gun-

stige fokwaarden voor drachtduur en geboortegewicht en is daarmee ook geschikt voor de gebruikskruising op melkvee. Red Zamari stamt uit dezelfde koefamilie als de bewezen en gewaardeerde red-angusstier Hawkley Red Zeppelin.

Dynamic is een Amerikaanse angusstier en afkomstig uit de Queenlijn van het bekende Quaker Hill-fokbedrijf in de staat Virginia. De zoon van Sydgen Enhance heeft hoge fokwaarden voor groei en karkaskwaliteit. Ook scoort hij goed voor klauwkwaliteit en karakter. Dynamic is ook geschikt voor de gebruikskruising en is geselecteerd voor het Wildhoeve Angus-project.

Sperma van Poncho, Red Zamari en Dynamic is te bestellen via de CRV-webshop

Mannelijk gesekst sperma van blondestier Hashtag

Via de CRV-webshop is nu mannelijk gesekst sperma te bestellen van de stier Hashtag, een bewezen fokstier van het ras blonde d’Aquitaine. Hashtag (Aramis x Angelo) is een uitgesproken pinkenstier met zeer gunstige fokwaarden voor geboortegemak. Hij wordt in Frankrijk ook ingezet voor de gebruikskruising. De nakomelingen van deze Franse topstier laten niettemin een mooie bespiering zien in combinatie met veel fijnheid. Dochters van Hashtag beschikken over veel

breedte in het kruis, waardoor ze gemakkelijk afkalven. Daarbij hebben ze een hoge melkproductie, wat zicht vertaalt in hard groeiende kalveren.

Van Hashtag is uitsluitend mannelijk gesekst sperma beschikbaar. De Franse fokkerijorganisatie Auriva maakte een filmpje van de stier. Scan de QR-code om dit filmpje te bekijken

Bwb-proefstier Boston de Termes ki-code 945285

geboren: 26-03-2023

schofthoogte: 137 cm (+9) 20 mnd. gewicht: 875 kg 20 mnd. 32 cm op 20 mnd.

OBJECTIF DES FREINES

93 / 89 / 86 / 90 / 80 / 89

SAGE DE TERMES

90 / 86 / 85 / 92 / 75 / 87

verkoper: Claudine Genin en Pierre Adam, Termes fokker: Claudine Genin en Pierre Adam, Termes haarkleur: wit

MANITOU DE BELLE EAU

SUBTILE DES FREINES

RESISTANT D’AU CHÊNE

HAUTESSE DE TERMES

LIMPAIR DE COBREVILLE

INEGALÉE DE BELLE EAU

PÉTULANT DES FREINES

OSEILLE DES FREINES

PARTISAN D’AU CHÊNE

ORAISON D’AU CHÊNE

JAGUAR DE PIERRECOME

DRAGONNE DE TERMES

Boston is een twee jaar oude stier die als zoogkalf werd opgefokt. Deze Objectifzoon is een stier met gewicht, hoogte en lengte. Hij heeft uitstekende benen en een prachtig fenotype. Zijn stamboom bevat alleen maar zeer economisch fokkende stieren.

Boston kreeg zeer goede genomische fokwaarden om hoogtemaat, lengte en gewicht/karkasindex te verbeteren.

Rawburn Poncho X478
Hashtag is een uitgesproken pinkenstier

Aan de hand van praktijkcases schrijven verschillende voeradviseurs van Aveve (B.) en Agrifirm (Nl.) over rantsoenberekeningen in de vleesveehouderij. Deze editie beschrijft Jelle van Schaijk van Agrifirm de mogelijkheden van afmesten zonder snijmais.

Afmesten zonder snijmais

Voor veel veehouders met kleine koppels rundvee is de houdbaarheid van de maiskuil een herkenbaar probleem. Door de lage voersnelheid is er een grotere kans op broei en schimmelvorming in de maiskuil. Hierdoor komt de smakelijkheid in het gedrang, wat leidt tot een lagere groei. Om dit probleem te tackelen is er altijd de mogelijkheid voor het maken van maisbalen. Maar er is nog een andere oplossing: het voeren van onbeperkt balansmeel samen met gehakseld stro of hooi. Het systeem van stro-Beef Balans-meel houdt in dat de dieren onbeperkt en naar behoefte krachtvoer in combinatie met ruwvoer in de vorm van stro kunnen vreten. Van groot belang hierbij is dat er te allen tijde voer beschikbaar is. Hierdoor voorkom je schrokgedrag bij de dieren, wat zou kunnen leiden tot oplopers of clostridium. Het voordeel van het onbeperkt aanbod is dat de dieren meerdere kleinere porties per dag gaan eten. Door het onbeperkt aanbieden van stro en krachtvoer kunnen ze dan ook zelf beslissen van welk voer ze vreten en hoeveel. Het aangeboden Beef Balans-meel bevat dan ook veel rustige grondstoffen met voldoende ruwe celstof, eiwit en zetmeel om het rantsoen compleet te ma-

Nog veel dieren hebben geen antistoffen tegen blauwtong

GEZONDHEID – Op veel bedrijven die vorig jaar getroffen zijn door het blauwtongvirus, is nog een groot aantal dieren aanwezig dat geen antistoffen heeft. Dat blijkt uit een onderzoek door dierenartspraktijk Het Drentse Hart uit Beilen op 55 melkveebedrijven. Bij 31 van deze bedrijven had minder dan de helft van de koeien antistoffen tegen blauwtong. Bij 22 bedrijven daarvan ging het zelfs om minder dan een kwart. ‘Dat geeft aan dat nog altijd een groot deel van de koeien geen blauwtong heeft gehad, ondanks dat vrijwel alle veehouders te maken hebben gehad met blauwtong’, legt dierenarts Bernd Hietberg uit. ‘Het is een regionaal onderzoek, maar het heeft ons wel verrast. We hadden juist het idee dat we in ons gebied flink getroffen waren door blauwtong.’

Het is volgens Hietberg een duidelijk signaal dat naast het jongvee dat afgelopen jaar geboren is, ook nog een groot deel van de volwassen veestapel niet beschermd is tegen een nieuwe uitbraak. ‘Onderschat de ernst van dit type blauwtong niet’, stelt Hietberg dan ook. ‘Zorg dat je de veestapel gaat vaccineren en zet voor mei een boosterprik als je vorig jaar al hebt gevaccineerd. Als je vorig jaar niet hebt gevaccineerd, dan zou je zo snel mogelijk de basisprik moeten laten zet-

ten en enkele weken later de boosterprik.’ Hietberg adviseert alle runderen vanaf drie maanden te vaccineren. ‘De jongste kalveren krijgen via de biest nog immuunstoffen van hun moeder mee. Op bedrijven met weinig blauwtong kun je kalveren al vanaf een maand vaccineren. Jonge kalveren vaccineren is belangrijk, omdat blauwtong bij jonge dieren in hogere sterftecijfers resulteert. Ook al is er bij jonge dieren geen sprake van productieverlies of vruchtbaarheidsproblemen, je hebt wel veel minder virus op het bedrijf door de jonge dieren mee te vaccineren. Dat is ook iets wat we geleerd hebben afgelopen jaar. Een niet-gevaccineerd kalf kan tot maanden virus bij zich houden en daarmee een besmettingsbron blijven. Er hoeft maar een knut zo’n kalf te steken en je loopt het risico dat het virus zich weer gemakkelijk verspreidt.’

Hietberg wijst ook op het belang van het vaccineren van dekstieren. ‘We hebben afgelopen herfst gemerkt dat bij diverse vleesveehouders koeien niet drachtig bleken ondanks dat er een stier in het koppel liep. Blauwtong maakt stieren tijdelijk steriel, we zien soms perioden tot drie maanden zonder drachtige dieren. Vergeet stieren daarom niet te vaccineren. Sterker nog, Duits onderzoek bij scha-

Nieuw ras smalle weegbree voor minder uitspoeling van stikstof

STIKSTOF – Een nieuw ras smalle weegbree kan de uitspoeling van stikstof op grasland tot 89 procent terugdringen. Dat blijkt uit onderzoek van universiteiten in Nieuw-Zeeland, zo meldt zadenfirma DLF. Het zogeheten

AgritaiN kan de uitspoeling van stikstof volgens DLF op vier manieren beperken. Zo bevordert het de wateropname van koeien, waardoor ze meer drinken. Door het lage drogestofgehalte bevat AgritaiN daarnaast

Bedrijven die vorig jaar vaccineerden tegen blauwtong, ondervonden minder schade

pen lijkt erop te wijzen dat boostervaccinaties nog beter bescherming bieden. Gezien de financiële schade van niet-drachtige koeien zou ik als melkveehouder, maar zeker ook als vleesveehouder, overwegen een stier of dekram bij de schapen zelfs drie keer te vaccineren ’

relatief veel water. Die twee effecten zorgen voor een hogere urineproductie, waardoor de stikstofconcentratie per liter urine aanzienlijk lager is dan bij gewoon gras. Bovendien gaan de koeien vaker urineren, waardoor de urine verspreid wordt over een groter oppervlak. De nieuwe smalle weegbree zorgt daarnaast voor een betere benutting van het eiwit in de koe, doordat het eiwit uit het gewas maar langzaam vrijkomt in de koe. Een derde voordeel is volgens DLF dat de speciale weegbree te boek staat als een natuurlijke nitrificatieremmer. Daarbij komt dat de plantwortels in de bodem de omzetting van ammoniumstikstof naar nitraat vertragen.

Het maximaal te behalen voordeel van 89 procent geldt voor beweidingssystemen. Voor opstallers is volgens de onderzoeken een maximale reductie van 45 procent haalbaar. AgritaiN komt dit jaar op de Europese markt en wordt onder meer verkocht in het graskruidenmengsel MultiMax.

Het speciale ras smalle weegbree verdunt de stikstofconcentratie in urine

Engels raaigras legt koolstof dieper vast

GRAS – Voor de opslag van koolstof in de bodem zijn grasmengsels met een hoog aandeel Engels raaigras geschikter dan mengsels met veel roodzwenk en veldbeemd. Bij roodzwenk- en beemdgrassen hopen de plantenresten zich vooral op in de toplaag van 1 tot 2 cm, terwijl bij Engels raaigras de koolstofophoping beter verdeeld over de diepte van de bodem plaatsvindt. Dat blijkt uit een promotieonderzoek van Maurice Evers.

Evers richtte zich in zijn onderzoek op sportvelden, waar koolstofophoping in de toplaag ongewenst is. ‘Koolstof in de toplaag vormt een viltlaag en die sluit de bodem als een soort deksel af. Daardoor kan er minder zuurstof de bodem in en kunnen ziekten en plagen ontstaan in het gras. Door die afsluitende laag gaat het overtollige regenwater niet goed meer de bodem in, waardoor er plassen ontstaan’, legt Evers uit.

Hij zag duidelijke verschillen tussen grassoorten. ‘Bij Engels raaigras hoopt de koolstof zich veel minder direct onder het bodemoppervlak

op, maar vindt koolstofopslag meer evenredig verdeeld in de diepte plaats dan bij andere grassen. Dat zorgt ervoor dat Engels raaigras het meest geschikt is voor sportvelden.’

De resultaten zijn volgens Evers ook door te vertalen naar grassen voor de landbouw. ‘Engels raaigras wordt veel ingezet in de landbouw, maar er komen ook steeds meer kruidenmengsels. Bij kruidenmengsels is er meer biodiversiteit en ontstaat er meer humus en koolstof, mogelijk ook boven in het bodemprofiel. Dat is gunstig voor zandgronden, maar bij de zwaardere gronden moet je wel alert zijn. Er is een kans dat de humus in de bovenlaag als een deksel gaat werken.’

Evers adviseert daarom om aan het begin van het grasseizoen met een schop het land in te gaan en de toplaag van de grasmat te bekijken. ‘Zie je daar veel plantenresten en humus? Zorg dan dat je het bodemleven activeert, zodat het de humus omzet. Dat kan door lucht in de toplaag te krijgen via een weidesleep, wiedeg of prikrol.’

Aantal Vlaamse runderen daalt

‘als een rollercoaster’

‘De gemiddelde veebezetting in Vlaanderen daalt als een rollercoaster.’ Dat zei Benedikt Sas, directeur bij Dierengezondheidszorg

Vlaanderen (DGZ), tijdens de algemene jaarvergadering van het Melkcontrolecentrum

Vlaanderen (MCC). In een jaar tijd daalde het aantal melk- en vleesveerunderen met circa 5 procent naar 1.017.086 runderen in februari 2025. In vergelijking met februari 2020 is dit een daling van ongeveer 9,5 procent. Sas toonde deze daling aan de hand van een lijngrafiek. ‘Bij een normale trend daalt de veebezetting in de winter en stijgt die op-

nieuw wat in het voorjaar door de aankoop en geboorte van dieren’, zei de directeur van DGZ. ‘Afgelopen winter daalde de veebezetting harder dan normaal. Met het voorjaar in zicht zouden we nu een stijging mogen verwachten. Maar dat zien we dit jaar niet. Integendeel, de cijfers zakken nog verder de diepte in.’

De oorzaak van de terugloop in de veebezetting is volgens Sas de vergrijzing en de onzekerheid in de sector. Hij hoopt dat de dalende lijn door de juiste politieke beslissingen wat afvlakt in de toekomst.

Kalveren met hersenschade door blauwtong

GEZONDHEID – Op vleeskalverbedrijven heeft het blauwtongvirus een grote impact op de gezondheid van kalveren. Sinds de start van de uitbraak hebben kalverhouders meer te maken met jonge kalveren met hersenschade, zo bericht De Kalverhouder. De kalveren met hersenschade willen niet drinken en weten zelfs met veel individuele zorg niet waar ze melk moeten halen. Volgens De Kalverhouder heeft Royal GD op sommige van deze ‘domme’ kalveren sectie uitgevoerd en ontbreken in sommige gevallen de grote hersenen volledig. Naast afwijkend gedrag zijn de kalveren kleiner en gevoeliger voor infecties.

Dierenartsen zien de ‘domme’ kalveren dagelijks, vooral bij de kalveren die de afgelopen twee maanden op kalverbedrijven zijn gearriveerd. Dat zijn de kalveren die tussen half mei en half juni 2024 zijn verwekt. De hersenaanleg van een kalf gebeurt in de baarmoeder vanaf de derde tot en met de achtste week. Deze kalveren zijn dus naar alle waarschijnlijkheid via de moederkoe besmet geraakt tijdens de zomer in het begin van de dracht. De hersenafwijkingen zijn ook bij eerdere blauwtonguitbraken naar voren gekomen. Bij kalveren die dit jaar geboren zijn, komt hersenschade veelvuldig voor met verschijnselen als stereotypisch gedrag, overmatig likken, een afwijkende gang en blindheid. De symptomen lijken te wijzen op hersenvliesontsteking, maar dat is het niet. Behandeling is niet mogelijk, alleen preventie door moederdieren te vaccineren.

Meer actueel nieuws?

Kijk in het voorjaar goed naar de toplaag van de graszode en onderzoek de hoeveelheid humus

Rustige markt ondanks geopolitiek

De huidige voederwaardeprijzen zijn berekend door Wageningen Universiteit (WUR) op 11 maart 2025. De waarde van 1000 vem (kvem-prijs) daalt amper naar 21,9 eurocent, terwijl de waarde van eiwit een heel klein beetje stijgt naar 78,1 eurocent per kg dve.

In de onderstaande tabel met de voederwaardeprijzen staan verschillende producten opgesomd met bijbehorende voederwaarde. De voederwaarde van het product wordt berekend aan de hand van de cijfers die WUR publiceert. Er wordt daarbij een vergelijking gemaakt tussen de marktwaarde en de voederwaarde. Belangrijk om te weten is dat men enkel producten mag vergelijken die vergelijkbaar zijn. Bij een voederwaardeprijs onder de 100 is het voedermiddel prijstechnisch interessant. Evalueer ook eerst welke producten in het rantsoen passen en kies binnen deze producten de goedkoopste optie. – De eiwitprijzen bleven de afgelopen weken relatief stabiel. De oogst van sojabonen in Argentinië staat in de startblokken, in Brazilië is momenteel meer dan 75 procent geoogst. Waar de prijzen stabiel zijn gebleven, zien we dat het aanbod van soja wat krapper wordt. Dit komt doordat het transport via schepen vertraging heeft, wat niet echt op de prijs doorwerkt. Wat de prijs betreft, kijkt men toch vooral naar Amerika en de plannen daar. De raap blijft duur tegenover de soja, de raapprijzen zijn ook wat opgelopen. De crushmarges op koolzaad zijn weer verbeterd. Daarnaast zal er meer koolzaad naar de EU komen als China de heffingen op Canadese producten blijft handhaven. Dan moet de markt in rustiger vaarwater terechtkomen voor de EU. DDGS blijft nu stabiel, maar is moeilijk leverbaar.

– De graanprijzen zijn de afgelopen weken iets gedaald. Hiermee reageerde de graanmarkt met name op de onderhandelingen tussen Amerika en Rusland over een veilige doorgang op de Zwarte Zee. Er zou sprake zijn van een akkoord, maar er is nog niks bevestigd en ook de inhoud van het akkoord is niet bekend. De vraag is of dit akkoord gaat leiden tot een verdere daling of een stijging. De weersomstandigheden zullen voor de graanmarkt de komende tijd een grotere rol gaan spelen richting de prijsbepaling.

– De markt van de vulmiddelen blijft aantrekkelijk.

– Bijproducten zijn afgelopen weken stabiel gebleven in prijs. De aardappelbijproducten zijn echter zeer interessant geprijsd.

VOEDERWAARDEPRIJZEN

(bron: Liba) april 2025

ENERGIE- EN EIWITPRIJZEN VOER

in eurocenten, excl. btw (bron: Wageningen Livestock Research)

april 2025 m/m y/y

fokvee kvem 21,90 kg dve 78,10 mestvee kvevi 21,20 kg dve 72,30

m/m = vergelijking t.o.v. vorige maand y/y = vergelijking t.o.v. dezelfde maand vorig jaar

Zoek, vervang en bespaar

Voederwaardeprijzen geven de verhouding weer van de voederwaarde van mengvoer, grondstoffen en bijproducten in relatie tot de marktprijs. Bij een voederwaardeprijs onder de 100 procent is het voedermiddel prijstechnisch interessant.

voerwaardeprijs (€/ton)vevi marktprijs t.o.v. voederwaardeprijs(%) bewaringsverlies(%) vevig/kgds dveg/kgds reg/kgds vemg/kgds %ds marktprijs(€/ton) m/m y/y

bron:

NUCHTERE KALVEREN

NUCHTERE KALVEREN

BROUTARDS Bron:

BROUTARDS LIMOUSIN

bron: Veemarkt Les Hérolles (Fr.)

Bron: veemarkt Les Hérolles (Fr.)

KOEIEN BELGISCH WITBLAUW BROUTARDS BLONDE D’AQUITAINE

KOEIEN BELGISCH WITBLAUW BROUTARDS BLONDE

Bron: Veemarkten België

Bron: veemarkten België

STIEREN

BELGISCH WITBLAUW

STIEREN BELGISCH WITBLAUW

KARKASPRIJZEN

KARKASPRIJZEN WERELDWIJD

land waarde maart 2025 trend (m/m**)

Groot-Brittannië 787,98

Bron: European Market Observatories

Bron: European Observatories

Uruguay 409,87

Europa 612,55

Australië 369,35

Verenigde Staten 635,53

Nieuw-Zeeland 419,08

Argentinië 451,32

Brazilië 304,87

*euro/100 kg geslacht gewicht stieren

**m/m = vergelijking t.o.v. vorige maand

Leden kiezen nieuwe regiobestuurders

De afgelopen weken hebben alle leden van Coöperatie CRV de gelegenheid gehad om (online) nieuwe regiobestuurders te kiezen.

Omdat de regiobesturen de ledenraad benoemen, waren dit indirect ook verkiezingen voor de ledenraad. De namen en woon-

Tabel 1 – Nieuw benoemde en herbenoemde districtsbestuurders per maart 2025

naam en woonplaats

regio Noord

Rikie Mulder, Nieuwolda

Tryntsje Noordenbos, It Heidenskip

Auke Spijkerman, Wapserveen

Marieke van Weperen, Oosterwolde

regio Oost

Janet Heilersig, Markelo

John Hilhorst, Laag Keppel

Bertine Luttikhedde, Haaksbergen

regio Mid-West

Mike Kroes, Woubrugge

Nieuwe stalnamen

Nevenstaande aanvragen voor stalnamen zijn in het eerste kwartaal van 2025 ingediend bij de afdeling stamboek van Coöperatie CRV. Als veertien dagen na publicatie geen bezwaren tegen deze stalnamen zijn ingediend, krijgen deze de officiële status.

Tabel 2 – Aangevraagde stalnamen

eerste kwartaal 2025

naam en woonplaats

William Nillesen, Groesbeek

Inge van Schie-Rameijer, Lelystad

regio Zuid

Leanne Bastiaansen, Groot-Ammers

Siem van Leeuwen, Heenvliet

Bastiaan Oomen, Oirschot

Jan Vermeer, Goirle

regio Vlaanderen

Raf Jonckers, Wommersom

Marc De Paep, Melsele

Veerle Vercaemer, Avelgem

plaatsen van de bestuurders die zijn benoemd en herbenoemd, zijn weergegeven in tabel 1.

In de ledenraad van maart is afscheid genomen van afzwaaiende bestuurders. CRV dankt hen hartelijk voor hun jarenlange inzet voor de coöperatie

stalnaam naam woonplaats

Sunrise Holland vof Rehorst Berkenwoude

Hoorn Holstein mts. K., G. en M. H. Hoorn-Middelveldt Wanneperveen

T&T Quality

T&T Quality Nieuwleusen

Kerkpad Kuyper A. H. M. Kuyper Soest

Foka Mini Cows K. Turksema-Wijnalda Opende

TMW mts. Talsma Wergea

stal Bonestroo vleesveehouderij Van Engelen Nunspeet

Fan’e Maaitiid Boer Brunia Reard

Nieuwe vleesveebestuurder: Veerle Vercaemer

Voordat ze ruim twintig jaar geleden haar man Geert Demasure leerde kennen, had Veerle Vercaemer nog nooit een Belgischwitblauwrund van nabij gezien. ‘Ik volgde een opleiding accountancy-fiscaliteit, maar raakte snel gecharmeerd van de aangename, rustige dieren’, vertelt ze. Inmiddels is Veerle medeverantwoordelijk voor de uitbating van het gesloten vleesveebedrijf met 450 Belgisch-witblauwdieren, 180 afkalvingen per jaar en zo’n 110 hectare akkerbouw. Onder de stalnaam ‘van ter Bos’ zijn de fokkers succesvol op prijskampen. En ze leveren jaarlijks een twintigtal stieren voor de fokkerij, af en toe ook aan ki-organisaties. ‘Zo’n zes jaar geleden zijn we op

kleine schaal begonnen met de afzet van vlees in de korte keten’, vertelt de vleesveehouder. ‘En we hebben nu een leuke vaste klantenkring opgebouwd waaraan we ongeveer eens per maand een dier verkopen in colli van tien kilo.’

De komende vier jaar vertegenwoordigt Veerle de leden-vleesveehouders in het regiobestuur van Vlaanderen en in de ledenraad, het hoogste bestuurlijk orgaan van Coöperatie CRV. ‘Ik vind het belangrijk dat we ons als boeren verenigen, want samen staan we sterk. Daarom wil ik me inzetten voor de coöperatie’, zo verklaart ze haar betrokkenheid. ‘Het is logisch dat binnen CRV de meeste aandacht uitgaat naar melk-

veehouders. Maar daarom is het des te belangrijker dat ook vleesveehouders hun stem laten horen. En ik merk dat ook echt naar ieders stem wordt geluisterd.’

De Belle Eau

Boy De Renuamont x Tartan De Belle Eau

Op 33 mnd.:

1242 kg en 147cm (+7)

Voor pure groeikracht

Ki-code: 945235

⊲ Zeer gemakkelijke bloedlijn

⊲ Uitzonderlijke eigen prestatie

⊲ Geschikt voor op vaarzen

Wilt u sperma van Feston of andere stieren bestellen, bezoek dan onze webshop op shop.crv4all.nl of shop.crv4all.be

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.