BRUZZ - editie 1881 (13-03-2024)

Page 1

Langere pauzes en een gebedsruimte

Ramadan op de werkvloer 14

Serres in stadstuintjes

Zelf tomaten kweken 21

Jemima Kulumba organiseert eerste biënnale voor vrouwelijke kunstenaars

‘Een structurele uitsluiting verdient een structureel antwoord’
WEEKBLAD #1881, EEN UITGAVE VAN VLAAMS-BRUSSELSE MEDIA VZW, FLAGEYPLEIN 18 - 1050, ELSENE - AFGIFTEKANTOOR ANTWERPEN X P303153
13 maart 2024
onverdoofd slachten
240301_220x290__onverdoofsslachten_NL.indd 2 01/03/2024 14:16
daarom laten we ons horen brussel blijft doof

06 Met 300 Brusselaars in gesprek

Historicus Hans Vandecandelaere over hyperdiversiteit

22 Vuilnis en gesorteerde zakken

De strijd van Frédéric Fontaine, de nieuwe topman van Net Brussel

27 Liefde en leed op de Titanic

Berthe Mayné, de enige Brusselse op het verzonken luxeschip

05 EDITO

10 IN BEELD Bart Dewaele

12 IN DE KIJKER Gewest pakt drugsproblematiek aan

13 BEELDCOLUMN Kim Duchateau

14 SAMENLEVING De ramadan op de werkvloer: wat mag en wat niet?

18 BIJGEDACHTE Splinterpartijen zetten toekomstige VlaamsBrusselse meerderheid onder druk

19 KORT GESPREK Voka-directeur René Konings over de moeilijke zoektocht naar personeel

21 BOTANISCH BRUSSEL De tomatenplant, publiekslieveling in Brusselse tuinserres

26 VOETBALCOLUMN Juridisering

28 DE SLAAPKAMER van Emma

30 COVERSTORY Nieuwe Biennale of Women in Art strijdt voor gendergelijkheid in de kunstwereld

36 COLUMN Rennen voor je leven

37 SELECT Het Millenium Festival rolt de rode loper uit voor Oliver Stone Klein onderhoud Jr.cE.sA.r

Eat & Drink Goods

De vijf inzichten Jessa Wildemeersch

13 maart 2024 | 3
Iedereen ergert zich aan vuilnis in de stad, maar een propere stad komt er niet zomaar.

CINEMATEK herbergt een uitgebreide collectie van 260.000 afdrukken en negatieven van meer dan 80.000 titels. Ongeveer 20 experts wijden zich fulltime aan de conservatie, restauratie en digitalisatie van deze films. Bruno Mestdagh, coördinator digitale filmcollectie en restauratie, benadrukt het belang van hun werk: “De impact van een instituut zoals CINEMATEK op de filmwereld is niet te onderschatten.”

HISTORISCH BELANG

Oude filmbeelden groeien in waarde naarmate ze ouder worden. Alledaagse zaken die triviaal lijken bij de opnames, zoals het straatbeeld of hoe mensen zich gedragen, worden vele decennia later bijzonder interessant.

CINEMATEK beheert en conserveert diverse filmcollecties, waaronder die van overheidsdiensten

Het historische belang is enorm en groeit elke dag.

LEXICON

België is een filmland met een rijke geschiedenis. Het kloppend hart daarvan ligt in Brussel-centrum, waar CINEMATEK een centrale rol speelt. Sinds 1938 vertoont, bewaart en restaureert CINEMATEK films uit binnen- én buitenland. Maar er is meer. Oprichter Jacques Ledoux vat het alvast mooi samen: ‘action speaks louder than words’. Hoog tijd om het licht te laten schijnen op wat CINEMATEK juist allemaal doet.

Bobijn

Een bobijn vormt de kern van lmmateriaal: het is de spoel waarop een rol lm is gewikkeld. In het archief van CINEMATEK worden waardevolle bobijnen, van Citizen Kane en Casablanca tot Daens en Titanic, bewaard in een speciale ruimte van 6°C.

JEANNE DIELMAN

zoals het leger, de NMBS en Sabena. Daarnaast bevatten ze belangrijke bewegende beelden uit verschillende conflicten waar België in betrokken was, zoals de twee Wereldoorlogen. “Vooral de beelden uit WOI zijn een schatkamer aan informatie over het leven aan het front en in de loopgraven”, vertelt Bruno. “Het historische belang is dan ook enorm en groeit elke dag.”

ARCHIEF

Een rondleiding door het immense archief van CINEMATEK, dat om veiligheidsredenen op een discreet gelegen locatie ligt,

ALLEN NAAR CINEMATEK!

Wist je dat je elke dag naar CINEMATEK kan gaan?

We stellen dagelijks minstens drie vertoningen voor, soms vergezeld van een inleiding of onder live pianobegeleiding voor stille films. Of je nu van animatie, klassiekers, cultfilms of documentaires houdt, er is voor elk wat wils.

is een ware ontdekkingsreis. In speciaal geacclimatiseerde opslagplaatsen liggen de bobijnen gestapeld, naast oude scopitones (een soort ‘video jukebox’), filmcamera’s en andere curiosa. Op de bovenste verdieping vind je het restauratiecentrum. “Digitaliseren en digitaal restaureren is een arbeidsintensief proces”, zegt Bruno. “Eerst wordt de pellicule nagekeken op gebreken, waarna klank en kleur wordt ‘opgekuist’ met speciale software. Het kost al gauw zes weken om een tien minuten durende kortfilm uit de jaren ‘60 digitaal klaar te maken voor vertoning.”

In 2014 startte het team van CINEMATEK met de restauratie van de film ‘Jeanne Dielman, 23 Quai du Commerce, 1080 Bruxelles’, geregisseerd door de Belgische Chantal Akerman, die met een retrospectieve van 15 maart tot 21 juli zal gevierd worden in CINEMATEK. Enkele jaren later, tijdens de coronapandemie, werd de film herontdekt door het grote publiek. Meer nog, de film ging viraal en werd recent uitgeroepen tot ‘the greatest film of all time’. “Een mooie beloning voor ons harde werk, dat we met veel passie uitoefenen”, besluit Bruno.

Baron Hortastraat 9

1000 Brussel cinematek.be

€ 6 per ticket (€ 3 met korting en gratis met Cinevillepas)

CINEMATEK 2/3 HEDEN
CINEMA ARCHIEF MUSEUM RESTAURATIE EDUCATIE PUBLIREPORTAGE
© Aline Peeters
Collection
TEKST alinepeeters.com
• VORMGEVING
monoeil.be ©
CINEMATEK

COLOFON

BRUZZ

Flageyplein 18, 1050 Brussel, 02-650.10.65

ABONNEMENTEN

Josiane De Troyer (abo@bruzz.be), 02-650.10.80

Gratis in Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Rest van België: 29 euro per jaar; IBAN: BE98 3631 6044 3393

van Vlaams Brusselse Media vzw Buiten België: 35 euro per jaar.

OPLAGE

55.000 exemplaren.

ADVERTEREN?

Marlies De Deygere

02-650.10.81

marlies.dedeygere@bruzz.be

DISTRIBUTIE

Ute Otten, 02-650.10.63, ute.otten@bruzz.be

ALGEMENE DIRECTIE

Dirk De Clippeleir

COÖRDINATOR MAGAZINE

Maarten Goethals

ARTDIRECTOR

Heleen Rodiers

VORMGEVING

Ruth Plaizier

EINDREDACTIE

Karen De Becker, Kurt Snoekx

WERKTEN MEE AAN DIT NUMMER

Luana Difficile, Sophie Soukias, Kevin Van den Panhuyzen, Steven Van Garsse, Tom Zonderman (redacteurs); Michaël Bellon, Maya Callizaya, Emilia De Feyter, Ine D’Hauwers, Andy Furniere, Michiel Leen, Maren Moreau, Tom Peeters, Niels Ruëll, Matisse Van der Haegen, Reinout Vander Hulst, Bram Van Renterghem, Michel Verlinden (medewerkers)

VERTALING

Frédérique Beuzon, Gregory Blauwers, Sam De Ryck, George Holmer

FOTOGRAFIE & ILLUSTRATIE

Bart Dewaele, Kim, Delphine Frantzen, Ivan Put, Saskia Vanderstichele

VERANTWOORDELIJKE UITGEVER

Koen Cypers

Flageyplein 18, 1050 Elsene.

BRUZZ is een uitgave van de Vlaams Brusselse Media vzw, wordt gedrukt bij

Printing Partners

Paal-Beringen

en wordt gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschapscommissie

MELD NIEUWS

Zelf nieuws gespot?

Tips zijn altijd welkom via: BRUZZ.be/meldnieuws

Persberichten kunnen via redactie@bruzz.be

VOER UW EVENEMENT IN OP ENCODEZ VOTRE ÉVÉNEMENT SUR ENTER YOUR EVENT ON www.extranet.brussels

WWW.BRUZZ.BE

Maarten Goethals

Coördinator Magazine

Ramadan

Zondagavond begon de ramadan: de jaarlijkse vastenmaand voor islamieten. Zeker in Brussel, met een dikke twintig procent moslims onder de bevolking, bepaalt die religieuze periode het dagelijkse ritme. In de eerste plaats voor de gelovige zelf: die doorbreekt zijn vaste patronen van eten en slaap via gebed en bezinning.

In de verduring van die opdracht ligt een zekere gratie en grootsheid, iets wat katholieken – met hun eigen vastentijd – maar al te goed begrijpen.

Maar ook de ruime omgeving waarin moslims opereren, ondergaat een transformatie. Neem bijvoorbeeld de werkvloer. Verschillende Brusselse bedrijven passen de werkschema’s aan, of richten een lokaal in om te bidden.

Hoe die aanpassingen te interpreteren?

“Langere pauzes voor moslims tijdens de ramadan: onderwerping of gezond verstand?”

Rechts zal roepen: “Onderwerping.” Anderen noemen het “gezond verstand”. Een derde kan er een verregaande optimalisering van het (neo)kapitalisme in zien: “Mensen die zich goed voelen op het werk presteren beter.” (p.14)

En dan is er nog de pragmatische visie van historicus Hans Vandecandelaere die, naar aanleiding van een nieuw boek over Brussel, tegen BRUZZ geheel en al terecht zegt: “Diversiteit, dat is zoeken, op je bek gaan, en opnieuw proberen.” (p.6)

FR Dimanche soir, c’était le début du ramadan, la période de jeûne islamique annuelle. À Bruxelles, qui compte plus de vingt pour cent de musulmans parmi sa population, cette période religieuse détermine le rythme quotidien. En premier lieu pour le croyant même, pour qui la prière et la réflexion changent les habitudes de repas et de sommeil. Faire cela pendant un mois a une certaine grâce et grandeur et cela, les catholiques le comprennent très bien, avec le carême. Mais l’environnement plus large dans lequel les musulmans opèrent subit aussi une transformation. Comme sur le lieu de travail. Plusieurs entreprises bruxelloises adaptent leurs horaires ou ont aménagé un lieu de prière. Comment interpréter ces adaptations ? La droite parlera de ‘soumission’. D’autres évoqueront le ‘bon sens’. Un troisième groupe y voit une optimisation en profondeur du (néo-)capitalisme : « Les gens qui se sentent bien au travail, travaillent mieux. » (p. 14) Et puis, il y a la vision de l’historien Hans Vandecandelaere dont le nouveau livre sur Bruxelles vient de paraître : « La diversité, c’est chercher, se casser la figure, et réessayer. » (p. 6)

EN Sunday night marked the start of Ramadan, the month of fasting for Muslims. Ramadan determines the daily rhythm, especially in Brussels where around a fifth of the population is Muslim. First, for the believers themselves who with prayer and reflection break their daily patterns of eating and sleeping. There is a certain grace and grandeur to the process, something Catholics – with their own Lent – know all too well. But the wider world in which Muslims operate is also transformed. Take the workplace, for example. Many companies in Brussels will be adjusting their schedules or setting up a prayer room. How should we interpret these adjustments? The right will cry “submission.” Others call it “common sense.” Others again might see it as a form of (neo)capitalism: “People who feel good at work perform better.” (see page 14) Then there is historian Hans Vandecandelaere who has just published a book on Brussels, takes a pragmatic view, and quite rightly says to BRUZZ: “Diversity means trying, failing, and then trying again.” (see page 6)

13 maart 2024 | 5
‘Diversiteit, dat is zoeken, op je bek gaan

en opnieuw proberen’

Van asielcrisissen tot drugsproblematieken: over onze hoofdstad vloeide de voorbije jaren heel wat inkt, maar wat vinden Brusselaars daar nu zelf van?

Auteur en Brusselaar sinds langs Hans Vandecandelaere deed wat weinigen hem voordeden: hij ging het hen vragen. Zijn inzichten bundelde hij in We moeten eens over Brussel praten, een scherpe doorlichting van onze hyperdiverse hoofdstad.

door Matisse Van der Haegen foto’s Bart Dewaele

Kijk eens naar buiten,” zal het verschillende keren klinken tijdens het gesprek in een koffiebar in centrum Brussel.

Het is dé slagzin waarmee Vandecandelaere zijn nieuwste inzichten graag illustreert en had zomaar de titel van zijn nieuwe boek kunnen zijn.

De keuze viel echter op We moeten eens over Brussel praten. Een titel die verwijst naar de driehonderd interviews die de auteur, stadsgids en journalist in zo’n drie jaar aan veldwerk afnam, en die tegelijk lezers uitnodigt tot debat.

Want dat is het doel: wie de hoofdstad slechts kent van de grimmige headliners vol geweld en armoedeproblematieken, aanmanen om haar een nieuwe kans te geven. Van de jeugdwerking tot het onderwijs en de arbeidsmarkt: voorbij de holle frasen en hellhole-uitspraken, hoe gaat het nu echt met Brussel?

Om de tien jaar heeft het snel veranderende Brussel een boek nodig om zijn polsslag te meten, schrijft u. Hoe maak je van zo’n diverse stad een scherpe MRI-scan?

HANS VANDECANDELAERE: Dat is niet makkelijk. Ik ben voor mijn analyse vertrokken vanuit hyperdiversiteit als centraal thema en zo lees ik de stad als een verzameling van groepen.

Dé Congolees of Marokkaan bestaat niet, want alle 1,2 miljoen Brusselaars zijn unieke personen van wie de identiteit uit meerdere factoren bestaat. Toch kun je al die individuen clusteren in kleine groepen en subgroepen. Dit boek is het verhaal van hoe al die groepen zich verhouden tot bepaalde thema’s.

De titel van uw boek klinkt als een uitnodiging. Met wie wil u het over Brussel hebben?

VANDECANDELAERE: Met iedereen uiteraard, maar zeker ook met de vele Vlamingen die

hun neus ophalen voor deze, in hun ogen, vreemde en onveilige stad. Brussel heeft zijn problemen, maar ik wil hen tonen dat de stad het, ondanks haar uitdagingen, ook bijzonder goed doet op veel vlakken. Wat hier leeft aan innoverende projecten in de gezondheidszorg, het onderwijs en het jeugdwerk is ongelofelijk.

U staat bekend als een rasechte Brusselaar en een liefhebber van de stad. Bent u kritisch genoeg in dit boek?

VANDECANDELAERE: Brussel blijft voor mij altijd dé topstad bij uitstek. Kijk naar buiten: honderd meter verder sta je hier in een volledig nieuwe wereld. Van de Brabantstraat, tot het Luxemburgplein of de Abattoir in Anderlecht: al die plekken hebben een volstrekt uniek karakter. Ik vind dat enorm boeiend en ben daarnaast al twintig jaar professioneel met Brussel bezig. In die zin ben ik misschien

auteur ▼ Het gesprek
Hans Vandecandelaere,

BIO

• Historicus, onderzoeksjournalist, stadsgids en Brusselkenner

• Auteur van meerdere boeken over Brussel: In Brussel over de naoorlogse migratie naar Brussel, een stadsdeelbiografie over Oud-Molenbeek en En vraag niet waarom, een analyse van de Belgische sekswerksector. Deze week verschijnt We moeten eens over Brussel praten

• Richt in 2022 de website hyperdiversbrussel.be op waarin hij in 42 afleveringen thematisch het kleurrijke Brussel uit de doeken doet

13 maart 2024 | 7

Het gesprek Hans Vandecandelaere, auteur

gekleurd, maar tegelijk schuif ik niets onder de mat. Dit is een kritisch boek dat voor het leeuwendeel net gaat over de uitdagingen waar deze stad mee kampt.

Over uitdagingen gesproken: leidt die hyperdiversiteit met een mengelmoes van talen, religies en klassen er niet toe dat dit een erg verdeelde stad is?

VANDECANDELAERE: Vraagt u nu of we in een gesegregeerde stad leven?

Als u wil.

VANDECANDELAERE: Daar heb ik grote vraagtekens bij. Brusselaars leven naast en door elkaar, maar de vraag is in welke mate dat absoluut is? Ik zie Brussel zeker niet als een archipel waar ieder groepje op zijn eiland woont.

ULB-professor stadsgeografie Benjamin Wayens heeft daar een interessante visie op: hij stelt dat iedere identiteit bestaat uit een torentje puzzelstukken waarbij ieder stukje een persoon vormt tot wie hij is. Pas als je twee mensen naast elkaar legt en geen enkel puzzelstukje overlapt, dan heb je segregatie. In Brussel zie ik nog heel wat ontmoetingsplekken, zoals het onderwijs en de arbeidsmarkt, waar mensen van allerlei slag elkaar tegenkomen.

Pas op, er bestaan zeker barrières zoals de kloof tussen arm en rijk. Maar kijk ook eens breed wie hier allemaal passeert en naar de vermenging van huidskleuren onder vrienden. In die zin denk ik dat segregatie zelden absoluut is. Tegelijk moeten we ongetwijfeld blijven inzetten op verbinding en een goede publieke ruimte waar burgers geen drempels ervaren om met elkaar in contact te komen.

In het onderwijs veroorzaakt hyperdiversiteit niet zelden botsende visies. Hoe kunnen leerkrachten hiermee omgaan?

VANDECANDELAERE: Diversiteit leidt inderdaad regelmatig tot ethische geschillen. Denk aan thema’s als de evolutietheorie,

geaardheid of het conflict Israël-Palestina. Uit onderzoek van de VUB blijkt dat heel wat leraren dat soort hete hangijzers uit de weg gaan.

Die onderwerpen doodzwijgen is evenwel geen oplossing. De boodschap is juist om er wel over te beginnen, maar op de juiste manier.

“Geloof is iets wat je gelooft en wetenschap iets wat je bewijst,” stelt een leerkracht in uw boek. Het lijkt me makkelijker gezegd dan gedaan om dat credo voor de klas te verdedigen?

VANDECANDELAERE: Persoonlijk sta ik achter die stelling: je moet grenzen durven te trekken. Een school heeft als taak om de beste kennis die voorhanden is aan te bieden en daar mag je niet op afdingen.

Alleen is de uitdaging om tegelijk je publiek mee te hebben. Kijk naar seksuele opvoeding: de voorbije jaren deed ik heel wat veldwerk over de visie van gelovige jongeren op seksualiteit. Dat leverde intieme gesprekken op over seks en gender, en mijn conclusie was dat die thema’s perfect bespreekbaar zijn, alleen vergt dat een andere aanpak.

Leerkrachten vertrekken nog te vaak vanuit het idee dat iedereen seks heeft. Ze vliegen er dus meteen in met lessen rond soa’s en condooms, maar vergeten dat er ook andere visies zijn. Heet eens iedereen welkom in je klas, pas dan kan je beginnen te praten.

Hoe moeten scholen dat aanpakken?

VANDECANDELAERE: Ik heb al tal van boeiende gesprekken gehad met leerkrachten en directeurs die experimenteren op het vlak van schoolfeesten, halalmaaltijden of kledij. Een mooi woord daarvoor is ‘micro-innovatie’. Het onderwijs is een huis met vele kamers en eerder dan het hele huis te verbouwen, kan je beter kijken wat je op maat van jouw school of klas kan doen. In die zin is hyperdiversiteit een

“Onder invloed van migratie is Brussel in zeventig jaar tijd een zeer religieuze stad geworden, terwijl de rest van België seculariseerde”

Hans Vandecandelaere wil praten over Brussel: “Ik hoop dat boeken zoals de mijne toch een klein beetje een genuanceerde kijk kunnen geven.”

beetje een processie van Echternach: zoeken, op je bek gaan en opnieuw beginnen.

In het beeld dat veel Vlamingen over Brussel hebben, speelt veiligheid een grote rol. Is dit een veilige stad?

VANDECANDELAERE: Dat denk ik wel, ja. Wij zijn de enige metropool in de Benelux, hoor. Deze stad is groter dan Gent, Leuven, Antwerpen en Luik samen. Dat alles beschouwd, is het hier relatief veilig.

Maar hoe leg je dat uit aan Vlamingen die nieuwsberichten over acht schietpartijen in evenzoveel dagen zien passeren?

VANDECANDELAERE: Daar spelen de media een grote rol in. Ik bedoel daarmee: de berichtgeving over de schietpartijen was terecht, maar het gaat nu al een maand over niks anders. Ik hoop dan dat boeken zoals de mijne toch een klein beetje een genuanceerde kijk kunnen geven.

In de praktijk is het zo dat ik, als ik nu aan de Hallepoort passeer, me niet onveilig voel. Om op de vraag terug te komen: ik zou aan de gemiddelde Vlaming voorstellen om eens naar Brussel-Centrum te komen. Ik denk niet dat je je daar onveilig zal voelen, of je moet echt al van kwade wil zijn.

Daarnaast is het wel zo dat Brussel op het vlak van imago nog veel te winnen heeft door een paar plekken grondig aan te

pakken. Dan bedoel ik dat niet zoals aan het Zuidstation, maar structureel en in samenwerking met de eerstelijnszorg.

Een hardnekkige kloof is die tussen jongeren en de politie. Hoe kan Brussel die uitdaging aangaan?

VANDECANDELAERE: Uit een recente bevraging van de VGC-Jeugdraad bleek dat 75 procent van de jongeren zich onveilig voelt in contact met de politie: dat is een gigantische uitdaging.

Toch bestaan er al knappe initiatieven. Mijn voorbeeld is dat van de fietsbrigade van de zone Brussel Hoofdstad-Elsene. Zij profileren zich als toegankelijke agenten met wie je een babbeltje kan slaan en die er niet vies van zijn om eens af te stappen en wat te basketballen met de drarries (straattaal voor ‘vriend’, red.).

Jaren geleden al brak ik een lans voor een nabijheidspolitie die zich niet met de combi verplaatst in de wijken, maar te voet of met de fiets. Dat is wat je nodig hebt om de drempel af te bouwen. Ik zie dat model nu ook uitwaaieren naar andere politiezones.

U noemt Brussel een stad met verschillende snelheden: wijken vol expats en een Europese bubbel staan in schril contrast met een verarmde onderlaag. Hoe moeten we daarmee omgaan?

VANDECANDELAERE: Armoede en huisvesting blijven voor mij dé twee grootste uitdagingen van de stad: we laten globaal heel veel groepen achter. Er beweegt op dat vlak nu wel wat, maar de politieke ambitie om dit aan te pakken blijft ondermaats.

De meeste huisartsen die u sprak noemden armoede en korte scholingsgraad dé nummer één uitdaging in de fysieke eerstelijnszorg. Vond u dat opvallend?

VANDECANDELAERE: Ja, dat verraste me. Met religie en cultuur valt het blijkbaar allemaal best mee, maar een groot knelpunt is dat veel mensen hun weg niet vinden naar de preventieve zorgverlening. We zagen dat al

COMMENT VA VRAIMENT BRUXELLES ?

bij de coronaproblematiek in de Kanaalzone en ook de gratis borstkankeronderzoeken zijn daar geen succes.

Eén van de schrijnende studies die ik las voor dit boek ging over de eerstelijnswerkers die echt op hun tandvlees zitten. Daardoor is de zogenoemde ‘nuldelijn’, burgers die medeburgers helpen, uit noodzaak een essentieel onderdeel geworden van het welzijnsnetwerk. Zij helpen om basismiddelen te verdelen en vervullen een brugfunctie naar de professionele hulpverlening, maar worden daar nauwelijks voor erkend en al zeker niet vergoed.

Met de verkiezingen in zicht steken hete hangijzers als de hoofddoekenkwestie en het verbod op onverdoofd slachten opnieuw de kop op. Brussel blijft worstelen met die religieuze twistpunten, hoe komt dat?

VANDECANDELAERE: Onder invloed van migratie zijn we in zeventig jaar tijd een zeer religieuze stad geworden, terwijl de rest van België seculariseerde. Tegelijk vind ik globaal gezien dat het best meevalt om met die realiteit dag aan dag samen te leven.

Onze visie op religie is te krampachtig. Geloof is een dynamisch gegeven: ik ken zeer veel moslims die islam bijvoorbeeld op hun eigen manier invullen. Tegelijk geeft een bepaald percentage gelovigen bij conflict tussen wet en geloof voorrang aan het laatste. Dat is wel degelijk een probleem en iets waar we het been stijf moeten houden.

Het is zoals in het onderwijs: kennis staat altijd boven en je moet daar een lijn zien te vinden, maar wel met respect. Dat zijn geen gemakkelijke oefeningen. Het is een proces van onderhandelen, vallen en opstaan.

Hans Vandecandelaere, We moeten eens over Brussel praten, Uitgeverij Epo, 250 blzn., 24,90 euro

FR L’image tenace de trou à rats colle à Bruxelles, mais comment les Bruxelloises et Bruxellois viventils leur ville ? L’écrivain Hans Vandecandelaere a posé la question à 300 d’entre eux et en ressort avec un livre. Des associations pour jeunes à la politique de sécurité en passant par les soins de santé et l’enseignement : où se situent les points noirs et comment va vraiment Bruxelles ?

HOW IS BRUSSELS REALLY DOING?

EN It seems difficult for Brussels to wash off its image as a hellhole, but how do the people of Brussels actually experience the city themselves? Hans Vandecandelaere asked 300 of them and wrote a book about it, a sharp examination of our hyper-diverse capital. From youth work and security policy to healthcare and education, where lie the issues and how is Brussels really doing?

13 maart 2024 | 9
In beeld door Bart Dewaele

Kriekelaars en boskers

Nog tot zaterdagmiddag konden Brusselaars in Schaarbeek kriekelaars afhalen om in de eigen tuin te planten. Dat initiatief ging uit van de Bûûmplanters, die op die manier “Schaarbeeks erfgoed weer wil aanplanten”. Behalve kriekelaars werden ook hagen verkocht en lindebomen, appelbomen en boskers. Ook het Atheneum van Koekelberg kwam langs en gaat deze week een honderdtal struiken planten. MG

In de kijker

Brussel

voert strijd tegen drugshandel op: ‘Aanpak Peterbos als voorbeeld’

Van systematische identiteitscontroles tot gecoördineerde controles van handelszaken: Brussels minister-president Rudi Vervoort (PS) gaat de strijd aan tegen de drugshandel.

Twee weken geleden kwam de Gewestelijke Veiligheidsraad samen na verschillende drugsgerelateerde schietpartijen, waarbij in Sint-Gillis ook een dode viel. Brussels minister-president Rudi Vervoort (PS) kondigde toen aan werk te maken van een gewestelijke strategie tegen drugscriminaliteit, maar ook om de problematiek vooral op lokaal niveau aan te pakken. Op basis van informatie van de federale en de lokale politie zijn intussen verschillende hotspots geïdentificeerd, zo meldde Vervoort op een persconferentie maandag.

Volgens Vervoort gaat het om tien tot vijftien zones. Om welke hotspots het gaat, wordt vandaag nog niet gecommuniceerd. “Maar de wijken zullen jullie niet verbazen,” aldus de minister-president. “Jullie kennen de meeste hotspots, zoals de Hallepoort of Matonge, al. Bovendien gaat het om een momentopname: de lijst is dynamisch en kan veranderen.”

Elke hotspot krijgt een taskforce waarvoor de lokale overheid in samenwerking met

de politie een actieplan zal uitwerken volgens drie assen: veiligheid, preventie en daarnaast wijkleven of infrastructuur.

“De politie zal meer zichtbaar aanwezig zijn op het terrein in die zones,” zei Sophie Lavaux, de directeur van het gewestelijke veiligheidsagentschap safe.brussels, maandag op de persconferentie. “Per hotspot zijn maatregelen zoals een alcoholverbod, systematische identiteitscontroles of een verbod op het bezit van gevaarlijke voorwerpen mogelijk.” De betrokken burgemeesters zullen daarvoor de nodige politiebesluiten moeten nemen.

Gebruikers en kopers aanpakken

Om de veiligheid in bepaalde wijken te verbeteren, zullen de taskforces daarnaast een beroep doen op andere instanties voor gerichte controleacties van handelszaken, in samenwerking met onder meer de stedenbouwkundige diensten, de belastinginspectie en het Federaal

Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen.

Lavaux: “Burgemeesters kunnen dan een politiebesluit nemen, waarmee ze zaken kunnen sluiten die bijvoorbeeld de stedenbouwkundige regels of die rond voedselveiligheid niet respecteren.” Een dergelijke administratieve sluiting kan bijvoorbeeld ook als wordt vastgesteld dat er drugs verkocht worden in een handelszaak.

Opvallend is dat het pakket aan maatregelen niet alleen voor drugsdealers ontradend moet werken, maar ook voor kopers of gebruikers. Wanneer

zij binnen de perimeters van de hotspots betrapt worden op gebruik of bezit, zullen zij gestraft worden met een gemeentelijke administratieve sanctie (GAS) of een minnelijke schikking.

Preventie en infrastructuur

Behalve naar het veiligheidsaspect heeft de Gewestelijke Veiligheidsraad ook naar preventie gekeken. Hier wordt ‘Operatie Opkuis’ aan het Zuidstation afgelopen zomer als voorbeeld genoemd van een gecoördineerde actie, waarbij behalve de politie ook andere

© BELGA

10-15

hotspots, onder meer Matonge en de Hallepoort, krijgen een prioritaire aanpak met elk specifieke maatregelen

50 %

van de verkochte cocaïne zou uit glas kunnen bestaan, daarvoor worden gebruikers gewaarschuwd in een communicatiecampagne

diensten betrokken zijn. “De politie was daar, maar ook straathoekwerkers en netheidsdiensten waren aanwezig. De dakloze mensen die daar werden aangetroffen, werden begeleid naar andere diensten,” aldus Lavaux.

“We willen ook antennes oprichten voor mensen met psychische moeilijkheden en de mobiele teams die daarvoor onlangs zijn opgericht, zullen we versterken, net als het Sublink-initiatief voor het metronetwerk. Ten slotte zullen we communicatiecampagnes lanceren rond onder meer de gevaren van lachgas en cocaïne, zodat gebruikers weten dat tot de helft van de cocaïne die ze gebruiken uit glas kan bestaan.”

Een derde deel gaat over het wijkleven of infrastructuur. Lavaux: “Daar denken we aan maatregelen op korte termijn met gecoördineerde acties van de gemeenten en het Gewest, waarbij bijvoorbeeld kapotte straatverlichting wordt hersteld. We zullen ook de leegstand in de hotspots proactief aanpakken, met bijvoorbeeld aankopen van leegstaande panden door Citydev of de Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij.”

Lichten op rood

De lijst van tien à vijftien hotspots wordt dus later bekendgemaakt. Behalve Matonge of Hallepoort lijkt bijvoorbeeld ook de Ribaucourt-wijk in Molenbeek een evidente keuze. “We communiceren vandaag niet over de lijst, maar ik zal jullie al een kleine scoop geven,” lachte burgemeester van Anderlecht Fabrice Cumps (PS). “Peterbos staat op de lijst. Daar staan de lichten al een tijdlang op rood en we zijn er al enkele maanden bezig met een aanpak. We zien het als een laboratorium.”

KEVIN VAN DEN PANHUYZEN

Cartoon door Kim
Fatima Bouchataoui is educatief medewerker bij Avansa Citizenne en neemt zelf deel aan de ramadan: “Alles gebeurt bewuster.”

Samenleving

Brusselse bedrijven houden rekening met de ramadan

‘Een langere pauze voor vastende moslims is geen islamisering’

Een ruimte om te bidden, langere pauzes, aangepaste werkuren: moeten Brusselse bedrijven rekening houden met moslim-werknemers die actief aan de ramadan meedoen? BRUZZ sprak met vier experts. “Mensen die zich goed voelen op het werk presteren beter.”

door Ine D’Hauwers foto’s Ivan Put

De ramadan is net begonnen, en voor werkgevers en werknemers kan dat een impact hebben op de werkvloer. Hoe pakken zij dat aan? En wat mag er wel en niet?

Om meteen met de deur in huis te vallen: is een bedrijf verplicht rekening te houden met religieuze vragen van zijn werknemers, of het nu moslims, katholieken, protestanten of van eender welke godsdienstige strekking zijn?

SABINE GOOSSENS: Nee, maar het personeel kan altijd wel vragen om flexibiliteit, door bijvoorbeeld de werktijden aan te passen, meer kleinere pauzes te geven in plaats van één lange middagpauze, een nachtshift om te wisselen naar een dagshift, of bij jobs met risico op gevaar, zoals werken op het dak, iemand die deelneemt aan de vastenperiode te laten samenwerken met iemand die dat niet doet om de alertheid te verzekeren. Werkgevers die een dergelijke vorm van erkenning tonen, dragen bij tot een inclusieve sfeer en creëren een grotere verbondenheid.

En moreel gezien, ligt daarin geen verplichting?

PATRICK LOOBUYCK: In deze context vind ik morele plicht een te groot woord. De godsdienstvrijheid geeft moslims niet het recht op een arbeidsplaats die rekening houdt met de ramadan. Vanuit pragmatisch oogpunt vind ik het wel verstandig om met die vragen aan de slag te gaan: het geeft werknemers het gevoel mee te tellen, het helpt met het identificeren met het bedrijf, wat dan weer tot een groter engagement leidt. Maar voor alle duidelijkheid: een bedrijf dat dat niet doet, is niet per se slecht.

FATIMA BOUCHATAOUI: Mensen die zich goed voelen op het werk presteren beter en zijn algemeen gelukkiger. Alles aanpassen, gaat natuurlijk niet, maar het is fijn als dat wel gebeurt, zeker wanneer iemand aangeeft dat het te zwaar wordt. Wie in serres werkt in de zomer, en de ramadan valt dan, die ziet af. In principe mogen moslims het vasten ook verbreken als het fysiek te zwaar wordt.

Heeft u dat ooit gedaan?

BOUCHATAOUI: Ja. De eerste keer toen ik zwanger was. Erna vroeg ik me wel af of

het echt nodig was om de ramadan te onderbreken. Maar sowieso: een gelovige moet die dagen wel inhalen nadien, wat meestal gebeurt in de winterperiode.

Wat maakt het vasten zo moeilijk?

BOUCHATAOUI: Het vasten gebeurt overdag, het eten in de avond of in de vroege ochtend, het ontbijt nemen we rond vijf uur, bij het opgaan van de zon. Doordat het slaapritme verstoord raakt, kan dat tot meer vermoeidheid leiden. Anderzijds: door ’s avonds meer tijd te nemen om samen de maaltijd te delen, schuift de spirituele betekenis ervan meer naar de voorgrond. Alles gebeurt bewuster.

Rekening houden met de ramadan: uw bedrijf doet het, Nicolas Dingens, hoe gaat dat concreet in zijn werk?

NICOLAS DINGENS: Het kantoor in Brussel heeft bijvoorbeeld een ruimte ingericht voor het bidden. De werktijden worden ook flexibeler ingevuld, door vroeger te beginnen en de mogelijkheid van langere pauzes. Dat laatste is nodig omdat veel van de uitvoerende

13 maart 2024 | 15

ploegen buiten werken. Op de dag van het Suikerfeest mogen alle medewerkers die vasten al stoppen om 14 uur. Planningsgewijs veroorzaakt dat soms hoofdbrekens, want de Turkse gemeenschap viert het Suikerfeest op 10 april, maar de Marokkaanse gemeenschap houdt vast aan de maanstanden, wat soms vijf dagen kan afwijken.

Heeft dat invloed op de winst van het bedrijf?

DINGENS: Nee. Flexibiliteit vergt weliswaar extra ondersteuning, maar de continuïteit van de activiteiten komt niet in gedrang.

Hoe krijgt u de andere medewerkers mee?

DINGENS: Door sensibilisering. Via het intranet deel ik nieuwsartikels die inzetten op bewustwording bij collega’s. Leidinggevenden worden dan weer gebriefd, zodat die hun werkschema’s eventueel kunnen aanpassen. Wanneer iemand bij EnergyVision begint, kan hij of zij aangeven deel te nemen aan de ramadan. Die lijst maakt het makkelijker voor leidinggevenden. Trouwens, sommige niet-moslims proberen zelfs paar dagen mee te vasten. Het leeft.

GOOSSENS: De werkgever moet wel steeds toelichten waarom hij bepaalde zaken toelaat. Daarnaast moet hij zijn flexibiliteit niet enkel op het vlak van religie laten zien. Als iemand net gescheiden is en co-ouderschap uitvoert, kan de werkgever bepaalde mogelijkheden, bijvoorbeeld een ander werkschema, zelf voorleggen. Op die manier voelt elk individu binnen de organisatie zich gehoord en ontstaat er sympathie voor elkaars situatie.

LOOBUYCK: Een bedrijf moet inderdaad opletten geen twee soorten mensen te creëren, daarom moet het goed uitleggen dat aanpassingen gebeuren op voet van gelijkheid. Het signaal moet zijn: er wordt met iedereen rekening gehouden, en de maatregelen mogen vooral niet ten koste gaan van niet-moslims. Daarom is het belangrijk om eerst te luisteren naar wat de noden juist inhouden, en dan eventuele maatregelen breed te communiceren en te beargumenteren naar de andere werknemers.

• Nicolas Dingens

• 34 jaar

• Personeels- en organisatiecoördinator bij EnergyVision in Brussel

• Sabine Goossens

• 52 jaar

• hr-experte van Acerta Consult in Leuven

• Gespecialiseerd in diversiteit en inclusie

Wat als die extra maatregelen toch tot spanningen onder werknemers leiden?

GOOSSENS: Op je werk zit je in een professionele rol. Als werkgever mag je verwachten dat iedereen respect heeft voor collega’s, leveranciers en klanten met een andere religieuze overtuiging. Gebeurt dat niet, dan zorg je er best voor dat de personen in kwestie elkaars gelijkenissen inzien. Ik kwam ooit een bedrijf tegen waar de leidinggevende het nieuwe personeelslid een vragenlijst liet invullen. Het heeft iets weg van het vriendenboekje dat vroeger de klas rondging. Collega’s leren de nieuweling snel kennen, ontdekken misschien gelijke interesses en hebben direct een gespreksonderwerp klaar. Dat kan een hulp zijn om zich niet blind te staren op de verschillen en onenigheden te vermijden.

Rechtse stemmen noemen die toegevingen aan moslims een vorm van ‘islamisering’. Terechte of onterechte kritiek?

LOOBUYCK: Ik zie het eerder als een gevolg van de uitgangspunten van onze samenleving, zoals gelijkheid, godsdienstvrijheid en vrijheid van geweten. Zolang het niet de bedoeling is om moslims meer privileges te geven dan anderen, is er wel het een en ander mogelijk.

“Sommige niet-moslims proberen zelfs paar dagen mee te vasten. Het leeft”
Nicolas Dingens

Personeels- en organisatiecoördinator bij EnergyVision

In die zin is niet elke toegeving een vorm van islamisering of – om een woord van Michel Houellebecq te gebruiken –onderwerping. In Nederland was het volgende week normaal gezien de week van de lentekriebels. Het onderwijs staat dan stil bij seksuele voorlichting en relatievorming. Men koos ervoor om dat een week naar voren te schuiven met als argument: tijdens de ramadan vinden veel gelovigen het ongepast om dat soort

Samenleving Brusselse bedrijven en de ramadan

• Fatima Bouchataoui

• 54 jaar

• Educatieve medewerker bij Avansa Citizenne, een Brusselse organisatie die inzet op burgerschap

• Neemt zelf deel aan de ramadan

• Patrick Loobuyck

• 49 jaar

• Moraalwetenschapper en filosoof aan de UGent

• Schreef over de seculiere samenleving, over de verlichting en gaf in 2022 een boek uit over burgerschap

onderwerpen te bespreken. In kranten verschenen titels met woord ‘capituleren’ in. Maar in mijn ogen lijkt dat eerder gezond verstand.

Langere pauzes, aparte kamers om te bidden: opent dat de deur niet tot meer en meer uitzonderingen, meneer Dingens?

DINGENS: Ik begrijp die angst. Maar de praktijk leert het omgekeerde. Werknemers profiteren daar niet van; ze zijn al blij dat er rekening mee wordt gehouden. Dat vertrouwen willen ze niet schaden.

LOOBUYCK: Een bedrijf moet sowieso zijn grenzen stellen als werkgever. Het hangt daarnaast ook af van wat de regelingen precies inhouden. Maar bepaalde partijen zullen altijd moord en brand schreeuwen als iemand iets extra’s doet voor moslims. ‘Zie je, de witte Vlaming wordt gediscrimineerd’, dat soort gevoelens en uitingen vind ik niet altijd terecht.

Sommige bedrijven gaan niet mee in die flexibiliteit: niet omdat ze niet willen, maar omdat ze niet kunnen.

GOOSSENS: Een leidinggevende kan niet altijd met ieders wens rekening houden, daar kan ik zeker inkomen. Tenslotte moet het bedrijf blijven draaien. Volgens mij is het een kwestie van de dialoog aan te gaan en te zoeken naar een oplossing die elkaar tegemoetkomt. Het gaat over geven en nemen: wanneer je de werknemer iets toestaat, kan je er iets voor terugvragen.

Pasen, Kerstmis, Pinksteren: al die christelijke feesten zijn ook officiële vakantiedagen. Moet bijvoorbeeld ook het Suikerfeest een door de overheid erkende vrije dag worden?

LE RAMADAN SUR LE LIEU DE TRAVAIL

BOUCHATAOUI: Niet iedereen heeft die dag nodig. Ik neem dan meestal vrij. Ik stel eerder voor om een systeem op poten te zetten van een aantal flexibele feestdagen per jaar, waarbij eenieder die kan inzetten wanneer nodig. Dan kan het ook andere minderheden dienen, zoals de hindoes.

GOOSSENS: In België maakt de christelijke betrokkenheid van mensen die hier geboren zijn een minder groot deel uit van hun leven dan een paar generaties terug. Echter, de religieuze diversiteit neemt wel toe: er zijn veel nieuwkomers met een andere geloofsovertuiging. Het blijkt dat zes op de tien officiële feestdagen verband hebben met katholieke rituelen. Wanneer een werknemer, met een andere religieuze overtuiging, graag vakantie wil nemen op een feestdag die niet officieel erkend is, kan de werkgever die dag best toestaan. Ik raad ook aan om personeelsfeesten of teamvergaderingen niet op die feestdag te plannen. Belangrijk is dat de leidinggevende geen schroom heeft om vragen te stellen over het geloof van zijn medewerkers.

DINGENS: Als mensen zelf aangeven dat ze met iets rekening houden, staan we daarvoor open. Bij Chinees Nieuwjaar kunnen medewerkers een volledige week vrij krijgen.

Wat denkt u, professor: van het Suikerfeest een officiële vakantiedag maken?

LOOBUYCK: Daar zijn al een paar voorstellen rond geweest. Enerzijds kan het een tegemoetkoming zijn. Maar anderzijds: de moslimgemeenschap maakt minder dan tien procent uit van de samenleving, dan voelt het wat kunstmatig om iedereen dan vrijaf te geven.

FR Un espace de prière, des pauses plus longues, un horaire de travail adapté : les entreprises bruxelloises doivent-elles tenir compte de leurs employé.e.s musulman.e.s qui participent au ramadan ? BRUZZ a parlé à quatre experts, qui font savoir que les entreprises ne sont pas obligées de répondre aux demandes religieuses de leurs employé.e.s. Mais il y a aussi l’approche pragmatique : « Les gens qui se sentent bien au travail ont de meilleures performances. Cela donne un sentiment de reconnaissance aux employé.e.s, les aide à s’identifier à l’entreprise. »

TITEL SAMENVATTING

RAMADAN IN THE WORKPLACE

EN Bodytekst samenvatting

EN A space to pray, longer breaks, adjusted working hours... Should employers in Brussels take Muslim employees who actively participate in Ramadan into account? BRUZZ spoke to four experts, who told us that an employer is not obliged to accommodate religious requests from employees. But there is also the pragmatic approach: “People who feel good at work also perform better. It makes employees feel like they matter, it helps with identifying with the company, which in turn leads to greater engagement.”

13 maart 2024 | 17

Splinterpartijen zetten toekomstige Vlaams-Brusselse meerderheid onder druk

Steven Van Garsse

Elke week neemt een

BRUZZ-redacteur het nieuws op de korrel

“Het huidige systeem van de aparte taalgroepen kraakt in zijn voegen”

Splinterpartijen, Franstalige stemmen en een N-VA die incontournable dreigt te worden, het wordt een bizarre kiesstrijd in Vlaams Brussel. Alle ogen zijn gericht op Vlaanderen, waar Vlaams Belang in de peilingen de eerste partij is, of op Brussel, waar de PVDA op één staat. De vorming van een Vlaamse regering én Brusselse regering riskeert een breinbreker te worden, omdat het speelveld erg klein wordt voor de partijen die in staat zijn om samen een regeerakkoord te onderhandelen. Er zullen minder opties zijn, minder ruimte om te onderhandelen, wat nadien meestal ook geen stabiele regeringen oplevert. Waar het minder over gaat, is de vorming van het college van de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC). Ook daar kondigen zich onweerswolken aan. Dit weekend raakte bekend dat klokkenluider Claude Archer met de lijst Transparency naar de kiezer trekt. Nu heeft elke verkiezing wel haar one-issuepartijtjes. Maar het wordt wel echt dringen aan Nederlandstalige kant. Ook Palestina-activist Abou Jahjah heeft al een lijst aangekondigd. En er zijn twee scheurlijsten: een van Fouad Ahidar (ex-Vooruit) en Voor U, de lijst van Els Ampe (ex-Open VLD).

Niemand kan voorspellen wat dat gaat opleveren. Omdat de Nederlandstaligen een gegarandeerde vertegenwoordiging hebben van zeventien zetels kunnen enkele honderden stemmen al het verschil

maken. Daarbij speelt vooral de onvoorspelbare factor van de Franstalige stem. Ook Franstaligen kunnen voor de Nederlandstalige lijsten stemmen. Dat is sinds 2019 zelfs makkelijker geworden, omdat Franstalige en Nederlandstalige lijsten sindsdien op één scherm zichtbaar zijn op de stemcomputer.

Eenvoudige wiskunde

Groen heeft er wellicht zijn kiesoverwinning in 2019 aan te danken. Agora haalde er toen onverwacht een zetel door. Op 9 juni zal Fouad Ahidar, die campagne voert in het Frans, ongetwijfeld stemmen halen bij Franstaligen. Claude Archer, een tweetalige Brusselaar, rekent zelfs expliciet op de anderstalige stem om verkozen te raken. Het is eenvoudige wiskunde, zo zegt hij. Daarbij rijst de vraag hoe Vlaams die vertegenwoordiging dan nog is. Zeker is dat dit nooit de bedoeling is geweest van de wetgever. Die wou juist het Nederlandstalige electoraat beschermen. In de verre achtergrond doemt het spookbeeld op van de ‘valse Vla-

mingen’, waar Nicolas Bouteca ons in zijn recente boek Only In Belgium nog aan herinnert. In 1971 werden in de agglomeratieraad elf Franstaligen verkozen op plekken die voor Vlamingen waren bedoeld. Ze zouden daar tot 1989 blijven en zelfs mee in de uitvoerende macht zitten.

Dat kan vandaag veel moeilijker. Eenmaal verkozen voor een Nederlandstalig zitje is het onmogelijk om in een latere verkiezing nog van kant te veranderen. Maar toch. Het huidige systeem van de aparte taalgroepen kraakt in zijn voegen.

Dat de vorming van een Vlaamse meerderheid in Brussel een echte puzzel dreigt te worden, heeft nog een andere reden. De Nederlandstaligen kunnen drie gekozenen naar de Brusselse regering sturen. Twee ministers, en één

Bijgedachte

staatssecretaris. De wet ging in 1989, bij de vorming van het Gewest, uit van een stabiel partijlandschap met vier à vijf partijen die aan elkaar gewaagd zijn.

De laatste peiling geeft echter de volgende zetelverdeling: vijf zetels voor Groen, vijf voor het Vlaams Belang en drie voor de N-VA. De andere partijen, Vooruit, CD&V, PVDA en Open VLD halen nog maar één zetel, zo berekende ULB-politoloog Pascal Delwit. Toegegeven, de peiling is een beetje tricky omdat de foutenmarge groot is. Helemaal ongeloofwaardig is ze echter niet, omdat ze strookt met eerdere peilingen. Hoe hieruit een stabiele meerderheid gehaald kan worden, waarbij elke partij een ministerpost krijgt, is zeer de vraag. Er zal dus geknutseld moeten worden, zeker als de splinterpartijtjes het goed doen. Niet onbelangrijke vaststelling: een meerderheid zonder N-VA, een horrorscenario voor de Franstaligen, is vrijwel onmogelijk. En ja het klopt, het gaat ‘maar’ over die zeventien Nederlandstalige Brusselaars, maar ze vormen wel het sluitstuk van de Brusselse regeringsvorming. Zonder meerderheid is er geen Brusselse regering en wordt het Brussels Gewest onbestuurbaar. Enige bezorgdheid is dus wel op haar plaats.

Kort gesprek

Voka-directeur René Konings over de moeilijke zoektocht naar personeel

‘Werken moet meer lonend zijn dan niet-werken’
De

overheid moet werklozen meer begeleiden naar knelpuntberoepen zoals bakkerspersoneel, vindt René Konings van Voka Brussels.

Het was een opvallende noodkreet die de uitbaatster van patisserie Dhondt uit Molenbeek twee weken geleden slaakte. De Molenbeekse familiale bakkerij met 54 jaar geschiedenis op de teller zal voortaan niet meer openen op zondag. Reden? Het bedrijf vindt gewoon geen mensen meer om tijdens het weekend de bestellingen te helpen beredderen. Werkgeversorganisatie Voka Brussel is zich van het probleem bewust en pleit daarom om het systeem van flexi-jobs uit te breiden.

“Ondernemingen mogen niet afgestraft worden als die personeel willen inzetten op moeilijke uren,” vindt Voka-directeur René Konings.

Opvallend: bakkerij Dhondt is niet de enige, ook patisserie Maes in Ganshoren kaartte hetzelfde probleem aan begin dit jaar.

spreek in die context dan ook niet graag van Neets (Not in Education, Employment or Training, red.), maar van UP’s: Unknown Potential. Mensen hebben talenten en competenties, het is aan overheden en arbeidsbemiddelaars om ze een duw in de rug te geven via opleiding en vorming.”

Ja, maar hoe?

“Wie gaat werken zou meer moeten overhouden dan wie van een vervangingsinkomen leeft, of een vervangingsinkomen combineert met deeltijdse tewerkstelling. Bovendien is de informele economie in Brussel vrij groot. Onze boodschap aan de politici is dat daar ook naar moet worden gekeken als we werken weer lonend willen maken.”

Ligt een deel niet ook bij de bedrijven, die niet willen investeren in nieuwe krachten?

“Daarom pleit Voka voor kleine fiscale incentives voor bedrijven die werknemers en stagiairs via opleidingen naar een duurzame tewerkstelling willen begeleiden. Een fiscaal voordeel voor werknemer, werkgever en opleidingscentrum verdient zichzelf terug, het is alleszins een productievere investering dan een vervangingsinkomen zonder bijkomende ondersteuning richting werk.” ML

De huidige VGCcollegeleden zijn Sven Gatz, Ans Persoons en Elke Van den Brandt.

© BELGA

“De zoektocht naar talent is voor veel ondernemers momenteel de grootste zorg. In alle segmenten van de arbeidsmarkt worden die geconfronteerd met het feit dat vacatures moeilijk in te vullen raken, of het nu gaat om hoog-, midden-, of laagopgeleiden. Vooral de laagopgeleiden schijnen in Brussel moeilijk te activeren.”

De werkloosheidsstatistieken in het Brussels gewest geven nochtans aan dat er in Brussel een stevige arbeidsreserve aangeboord kan worden.

“Er is in Brussel zeer veel potentieel te vinden. We zijn het jongste gewest, wat betekent dat we binnen België ook het enige gewest zijn waarin de bevolking op arbeidsleeftijd in de komende jaren nog sterk zal toenemen. Er is dus een fantastisch reservoir aan talent. Ik

15 september 2024 | 19
13 maart 2024 | 19

Botanisch

Tomatenplant De publiekslieveling in Brusselse tuinserres

In de Lakense serres van Stuivenberg groeien weer planten, dankzij bioboerderij Ferme Nos Pilifs. Dergelijke professionele serres met eetbare planten zijn zeldzaam in Brussel, maar steeds meer Brusselaars zetten in hun tuin een klein kasje. In die tuinserres is vooral de tomatenplant alomtegenwoordig.

De serres van Stuivenberg, eind negentiende eeuw gebouwd om bloemen en planten te kweken voor het Koninklijk Domein van Laken, zijn onlangs volledig gerestaureerd door Leefmilieu Brussel en kregen een nieuwe functie. De sociale bioboerderij Ferme Nos Pilifs uit Neder-Over-Heembeek verkreeg de concessie om er de volgende tien jaar planten te kweken voor verkoop. Vooral eetbare planten – kruiden en groente- en fruitplanten – en een klein deel sierplanten.

Stadslandbouw zit in de lift in Brussel: tussen 2015 en 2020 nam het aantal projecten toe van 16 naar 42. Dat blijkt uit een tussentijdse evaluatie van de Brusselse Good Food-strategie, die in die transitie een cruciale rol speelt. Maar initiatieven met serres blijven zeldzaam, ondanks het voordeel van het hele jaar door te kunnen produceren.

“Het vergt een extra investering om in de nodige technologie te voorzien voor gecontroleerde temperaturen, irrigatie en verlichting,” zegt Etienne Duquenne, coördinator van het stadslandbouwproject van Ferme Nos Pilifs. “Die investeringen komen boven op de hoge kosten voor terreinen in Brussel, door de vastgoeddruk, en de productie- en personeelskosten. Dat maakt het nog moeilijker om rendabel te worden en te concurreren met meer grootschalige bedrijven op het platteland.” Ferme Nos Pilifs is een maatwerkbedrijf dat werk verschaft aan mensen met een beperking.

• Vruchtgewas dat behoort tot defamilie van denachtschade, net alsdeaardappel,paprikaen aubergine

De bedrijven met serres in Brussel zijn vooral tuincentra, waarbij de serres enkel dienst doen als verkoopruimte voor voornamelijk sierplanten. Daarnaast zijn er de voorbije jaren ook kleinschalige wijkprojecten bijgekomen, zoals La Pousse Qui Pousse in Sint-Gillis. Maar vooral bij particulieren

• Een van oorsprong subtropischeplant

• Demeestetomatenrassen klimmenomhoogengroeien instamvorm.Erzijnook struikvormigetomatenplanten of dwergtomaten,perfectomin een pot te kweken

beweegt er iets, stelt Duquenne vast.

“Veel mensen zoeken in hun tuin opnieuw connectie met de natuur en willen ook een klein beetje zelfvoorzienend zijn. Brussel is trouwens bijzonder afhankelijk van transport van voedsel. Als dat zou wegvallen, zitten de Brusselaars binnen de kortste keren zonder eten. Daarom verkopen we zelf geen planten voor onmiddellijke consumptie, maar om zelf in je tuin te planten. Je hoeft geen expert te zijn om ze te telen en met een serre is het nog gemakkelijker.”

Veel mensen kiezen voor een kleine serre in plastic, die tussen vijftig en zestig euro kost. Voor een meer duurzame glazen serre betaalt een klant vierhonderd à vijfhonderd euro.

Vooral tomaten zijn populair in de serres in stadsmoestuintjes, omwille van hun culinaire veelzijdigheid en de grote diversiteit aan soorten – van grote vleestomaten tot kleine kerstomaatjes. Tomatenplanten kweken in serres is geen overbodige luxe, want ze zijn nogal gevoelig voor meeldauw, een veelvoorkomende schimmelziekte bij planten in de buitenlucht. Meeldauw slaat vooral toe bij warme temperaturen nadat het vochtig is geweest door regen.

Ferme Nos Pilifs speelt in op de liefde voor de tomaat met een heus Brussels Tomato Festival, dat ieder jaar in het laatste weekend van augustus plaatsvindt. Maar de bioboerderij biedt tijdens het hele jaar workshops aan om mensen hun eigen kruiden, fruit en groenten te leren telen. De Brusselse vzw Bûûmplanters, partner in het project in Laken, organiseert workshops over fruitbomen.

Reeks nalezen?

Lees de hele reeks op BRUZZ.be/beestigbrussel

13 maart 2024 | 21
Brussel
SS
Eigenschappen ©
‘Voor een propere stad moet veel vegen, maar minder ver
Afvalbeheer Topman Frédéric Fontaine gooit de cultuur bij Net Brussel om

je niet vuilen’

Vuilnis blijft een grote bron van ergernis voor de Brusselaar, maar Frédéric Fontaine weet waar hij als nieuwe topman met Net Brussel heen wil. “Ik heb extra mensen nodig, want afvalbeheer is een basistaak. De politiek moet rekening houden met ons belang voor deze stad.”

door Bram Van Renterghem foto’s Ivan Put

Frédéric Fontaine was voorbestemd voor een carrière in de sport. Maar een auto-ongeluk op de Brusselse ring besliste daar anders over. “Het heeft tweeënhalf jaar geduurd eer ik weer kon lopen. Gedaan dus met sporten.” Fontaine koos voor de politiek – “een ploeg- en vechtsport” – en ging op twee Ecolo-kabinetten aan de slag, waarna hij directeur-generaal van Leefmilieu Brussel werd. “Nadat ik die had omgevormd tot een performante organisatie, zocht ik een nieuwe uitdaging.”

Die heeft hij nu gevonden als hoofd van Net Brussel, een boîte die bekendstaat om haar machtige vakbonden en roestig bestuur.

De audits uit 2020-2021 waren niet mals: een lage productiviteit, oubollig management, inefficiënt beleid, freewheelende directeurs, een verouderd IT-systeem, ouderwetse hr-opvattingen, hoog absenteïsme en een administratie die meer tewerkstellingsmachine is dan wat anders.

FRÉDÉRIC FONTAINE: Ze hebben de zaken nog geminimaliseerd. In 2023 zijn we veroordeeld voor onvrijwillige doodslag, omdat een werknemer in 2016 zelfmoord had gepleegd door wat u allemaal opsomt. Sommige problemen bestaan vandaag nog altijd, maar we zijn op goede weg. De hervorming van de afvalophaling is een succes en onze productiviteit is verhoogd. We halen nu dubbel zoveel organisch afval op als voorheen. De samenwerking met de gemeenten is verbeterd, er openen nieuwe recyparken, de bio-methanisatiefabriek staat in de steigers. Enzovoort. Dat gezegd zijnde, mijn mandaat bestaat er niet in het agentschap zo goed mogelijk te besturen. Mijn mandaat bestaat erin dit Agentschap en zijn cultuur te transformeren.

Van welke cultuur naar welke cultuur?

FONTAINE: Naar een cultuur van verantwoordelijkheid en resultaten. Iédereen moet verant-

woordelijkheid nemen voor zijn eigen opdracht en het belang inzien van wat we doen. Ik wil een management op basis van doelstellingen. Daarvoor zijn extra mensen nodig, op IT, hr, financiën … Maar de Brusselse regering heeft een moratorium ingesteld, waardoor ik geen mensen mag aanwerven. Zelfs al betaal ik ze met wat ik elders bespaar.

De schuldgraad loopt op, de Brusselse regering wil bezuinigen.

FONTAINE: En dat begrijp ik helemaal. Maar men moet ook rekening houden met de specifieke, fragiele situatie en uitdagingen van Net Brussel. En met ons belang voor deze stad.

Andere agentschappen zullen ook goede redenen hebben om een uitzondering te willen. FONTAINE: Ja, maar gezondheid, veiligheid, water, energie en afvalbeheer zijn basistaken. Daar gelden andere overwegingen. Maar goed, ik ben er niet voldoende in geslaagd om de situatie waarin Net Brussel zich bevindt aan politici uit te leggen. Ik neem daar mijn verantwoordelijkheid in. Maar sinds de nieuwe ophaalregeling doen we meer met minder, en dit zonder onrust. Dat kunnen we niet blijven volhouden.

Wat wil u?

FONTAINE: Er moet meer ondersteuning en flexibiliteit komen. Steeds meer bedrijven vragen ons of we ook – betaald – hun organisch afval kunnen ophalen. Maar het personeelsplan verbiedt me om snel extra mensen aan te werven – dat wordt één keer per jaar goedgekeurd door de regering. Die klanten kunnen niet wachten en gaan elders. Hetzelfde met de verloning. Wij mogen wettelijk geen salariswagens aanbieden, maar zonder komt er geen enkele ingenieur af op onze vacatures. Geen enkele. Bij

13 maart 2024 | 23

intercommunales zoals MIVB, Vivaqua of Sibelga krijgen ze veel meer betaald. Bij administraties zoals Brussel Leefmilieu kunnen ze van 9 tot 5 werken, bij ons moeten ze om 5.30 uur in de depots te staan. Dus bieden we wel wagens aan. Nood breekt wet.

Er was een tijd dat er om de haverklap gestaakt werd bij Net Brussel, maar dat is gaan liggen. Hoe is de relatie nu met de vakbonden?

FONTAINE: De sociale dialoog is verbeterd, maar nog niet gestabiliseerd. Soms loopt het goed, zoals bij de hervorming van de ophaling. Daar hebben de vakbonden zich constructief opgesteld en hun voorstellen hebben het project verrijkt. Soms loopt het moeilijker, bijvoorbeeld bij de discussie over het tuchtreglement. Ik vind dat disfunctioneel gedrag moet kunnen worden bestraft. Maar nu zijn er mazen in het net, waardoor dat in de praktijk soms moeilijk is. Verder kan ik daar weinig over zeggen, die onderhandelingen lopen nog.

Eind februari raakte bekend dat Net Brussel twee werknemers heeft ontslagen omdat ze

steekpenningen hebben geëist om extra grofvuil op te halen. Met de hulp van de vakbonden hebben ze dat ontslag bij de Raad van State aangevochten. Met succes.

FONTAINE: De Raad van State heeft het ontslag geschorst, niet vernietigd. We hebben er vertrouwen in dat we de zaak ten gronde zullen winnen. Maar het toont aan dat we inzake tuchtprocedures niet zomaar kunnen doen wat we willen.

U noemt de hervorming van de afvalophaling een succes. Zijn er nog hervormingen op komst?

FONTAINE: We bestuderen dat. Het is niet ondenkbaar dat we in de toekomst twee ophaalrondes per week doen voor de oranje zak, maar dat is niet eenvoudig, aangezien we die hervorming helemaal uit eigen zak zouden moeten betalen.

Verder willen we op artificiële intelligentie inzetten. Nu wordt een straat bijvoorbeeld drie keer per week gereinigd, ongeacht hoe vuil die is. Om efficiënter te werken, zullen we camera’s op vrachtwagens zetten, die nagaan hoe vuil de stoepen erbij liggen. Die camera’s herkennen geen gezichten – qua privacy zit dat goed – maar

wel sigarettenpeuken, hondendrollen, wikkels van chocolade, flessen … Zo kwalificeren we hoe proper een straat erbij ligt, en afhankelijk daarvan zullen we de frequentie verminderen of vermeerderen, of vegen we bijvoorbeeld maar een deel van de straat. Dat proefproject start midden maart, met camera’s op vier vrachtwagens, die gedurende vier maanden de netheid op de gewestwegen van tien gemeenten in kaart zullen brengen.

Zijn er nog projecten?

FONTAINE: We zetten ook in op de netheid na ophaling. Door de fini-fini-regeling, waarbij mensen na de ophaalronde naar huis mogen, ongeacht het uur, werkt men erg snel, waardoor er soms al eens vuil achterblijft op straat. Met een groter risico op arbeids- en verkeersongevallen.

U wil die fini-fini-regeling afschaffen?

FONTAINE: Niet noodzakelijk. Zevenenhalf uur lang achter een vrachtwagen aanhollen, is gewoon niet mogelijk. Die regeling is daarenboven een vorm van management op basis van doelstellingen. Goed werk mag

Afvalbeheer Topman Frédéric Fontaine gooit de cultuur bij Net Brussel om

Frédéric Fontaine, topman van Net Brussel: “We willen inzetten op artificiele intelligentie om na te gaan hoe vuil bijvoorbeeld de stoepen erbij liggen.”

verloond worden, in dit geval door minder lang te werken. Maar: het doel moet wel juist gedefinieerd zijn.

Fini-fini, maar proper?

FONTAINE: Daar wilden we met de vakbonden over praten, maar toen kwamen de gemeenten met de vraag naar nachtelijke ophalingen. Omdat je niet over alles tegelijk kan onderhandelen, werd daar voorrang aan gegeven. Waardoor de fini-fini nu nog verder moet worden verfijnd.

Werken jullie ook op de mentaliteit van de bevolking?

FONTAINE: (Knikt) Ik zeg altijd: de properste stad is niet die waar men het meest veegt, maar waar men het minst vervuilt. Vanaf 20 maart houden we een ‘netheidstriatlon’. Daarbij gaan we drie keer naar een uitgekozen wijk: de eerste keer om stickers te plakken op verkeerd gesorteerde zakken, de tweede keer om bij bewoners en handelaars aan te bellen en hen te waarschuwen voor boetes. De derde keer om de overtredingen vast te stellen en te beboeten. Daarna communiceren we het percentage verkeerd buitengezet of gesorteerd afval, met de boodschap dat we terugkomen – wat we dan ook effectief doen. Waarop we het nieuwe percentage communiceren, want dat werkt motiverend. Dat gebeurt allemaal dit voorjaar. In het najaar pakken we de sluikstorten aan.

Dat lijkt me een waar dilemma. Ruim je ze op, dan geef je het signaal dat de burger verder kan vervuilen, het afval wordt toch opgehaald. Doe je het niet, dan trekt dat vuil ander vuil aan.

FONTAINE: Als je het gewoon weghaalt zonder meer, sluikstorten ze daar de volgende dag weer, dat klopt. Maar als je het stort met linten afzet met daarop ‘crime scene’, ‘lopend onderzoek’ of iets dergelijks, dan beïnvloed je dat gedrag wel. Mensen voelen zich gezien, en zo willen we dit najaar werken. In Namen zag men dat 25 procent van het grofvuil op zo’n ‘crime

scene’ weer werden opgehaald, door de mensen die het daar hadden achtergelaten. Ze waren bang.

Een ander hot topic zijn de ondergrondse afvalcontainers. Hoe staat u daar tegenover?

FONTAINE: We hebben daar nog geen standpunt rond. Een bureau bestudeert dat nu in acht Europese steden. We zullen ook de Brusselaars die al zo’n systeem gebruiken, bevragen. Willen we die containers complementair aan de ophaling, of in de plaats ervan? Willen we met een badge werken, of ‘open bar’? Willen de Brusselaars dat wel, en zullen de gemeenten hun verantwoordelijkheid nemen om de plekken daarvoor aan te duiden, wetende dat er altijd iemand zal klagen, omdat die inzamelpunten ook sluikstorters aantrekken? Veel vragen dus, en zeker niet alleen maar voordelen.

Toch passen talloze steden dat al succesvol toe, terwijl Brussel het nu nog eens bestudeert. Hebben we niet al genoeg tijd verloren?

FONTAINE: Het is een gigantische en dure reorganisatie. Er zijn steden die al een stap terug hebben gezet hierin. In wijken in Antwerpen en Barcelona bijvoorbeeld, is men teruggekeerd naar de traditionele vuilnisophaling.

Iets helemaal anders: door de strengere lage-emmissiezone (LEZ) mag een deel van uw vrachtwagens volgend jaar niet meer in Brussel rondrijden.

FONTAINE: Dat is inderdaad een belangrijke uitdaging. We verminderen onze emissies en zullen onze vloot vernieuwen. Maar het

is niet zeker of we erin zullen slagen om volledig aan de eisen van de LEZ te voldoen. Een moeilijke kwestie met een evidente budgettaire dimensie.

In het kader van clean.brussels zijn er ook netheidsmanagers gekomen, die verantwoordelijk zijn voor plaatsen waar gemeenten en gewest samenkomen, zoals het Flageyplein of Brussel-Zuid.

FONTAINE: Het initiatief is noodzakelijk, maar in de concrete uitwerking zijn we geremd door het moratorium (waardoor nieuwe mensen aanwerven niet mogelijk is, red.). We schakelen nu mensen in die eigenlijk iets anders doen. Tijdelijke oplossingen dus, maar als het moratorium voorbij zal zijn (op 30 september, red.), zullen we op het terrein wel al iets hebben neergezet.

Heeft u tot slot nog wensen voor uw volgende minister?

FONTAINE: Er moet overeenstemming zijn over de prioriteiten. Alvorens te innoveren, bijvoorbeeld met AI, moeten we eerst repareren. Want als de verwarmingsketel niet werkt en het ’s ochtends vroeg nul graden is in de kleedkamer, gaan de ploegen de baan niet op en blijven de vuilnisbakken staan. Daarnaast moeten de middelen in lijn zijn met wat men van een performant agentschap verwacht. Het gaat niet noodzakelijk om geld, maar om flexibiliteit en autonomie. Tot slot moet netheid niet het dossier van één minister zijn, maar van de hele regering, het liefst nog gedragen door de minister-president. Dat is nodig om grote veranderingen te realiseren.

‘L’IA PEUT RÉVOLUTIONNER LA PROPRETÉ DES RUES’

FR Voilà deux ans que Frédéric Fontaine (52 ans) dirige Bruxelles Propreté, une institution connue pour ses syndicats difficiles et son administration vieillotte. Il a déjà pu améliorer certaines choses : les nouvelles tournées de ramassage – sans grève –sont un succès pour lui. Mais la route est longue. Il veut plus de répression à l’aide d’un ‘triathlon de la propreté’, et rendre le balayage des rues plus efficace grâce à l’IA. « Il s’agit de projets pilotes ». Pour la prochaine législature, il veut que la propreté devienne une compétence du Ministre-Président.

‘AI BENEFITS ROAD CLEANING TOO’

EN Frédéric Fontaine (52) has been at the helm of Net Brussel/Bruxelles-Propreté, an administration known for its difficult unions and slow-moving machinery, for two years now. He has already been able to improve things. He points to the new collection round – without strikes – and calls it a success. But there is still a long way to go. He wants to improve the way we handle waste with a “cleanliness triathlon” and make road cleaning more efficient by using AI. For the next legislature, he wants “Cleaning” to fall under the Minister-President.

13 maart 2024 | 25

A LA CARTE

In zijn nieuwe boek werpt schrijver Eric de Kuyper een eigenzinnige blik op Brussel.

Deze week zit hij in A la Carte.

Donderdag na BRUZZ 24

KLAS ZONDER LEERKRACHT

Wat vinden ketjes ervan als ze van school zouden moeten veranderen omdat er geen juf of meester is?

Meer op BRUZZKet en op Tiktok

RUPTURE

De BRUZZ-documentaire Rupture gaat op 22 maart in wereldpremière op Docville in Leuven. Bestel nu je tickets!

Randje buitenspel

ANDERLECHT-WATCHER

REINOUT VANDER HULST

JURIDISERING Het wonder. Het wonder is geschied. De rede heeft het gehaald van de profileringsdrang van enkele op hol geslagen magistraten van de voetbalbond (KBVB). Begin vorige week besloot het Belgisch Arbitragehof voor de Sport (BAS) dat de match tussen Anderlecht en Genk niet herspeeld moet worden. Het BAS ging daarmee regelrecht in tegen de eerdere beslissing van de Disciplinaire Raad voor het profvoetbal. Gelukkig, want ‘penaltygate’ – zoals de hele farce is gaan heten – was een Belgenmop in the making Het geschil ging over iets met een penalty voor Genk. Die werd gemist, Sor scoorde in rebound, maar de goal werd afgekeurd. Volgens het reglement moest de strafschop hernomen worden, maar dat gebeurde niet. De wedstrijdleiding ging dus in de fout. Tot daar de logische ontwikkeling van een jammerlijk voorval. Een scheidsrechterlijke blunder, niets nieuws onder de zon. De VAR en/of scheidsrechter een paar weken op het strafbankje en daarmee is de kous af zou je denken. Dat was echter buiten Racing Genk en het bondsreglement gerekend. De Limburgers beriepen zich op artikel B6.121 om de volledige ongeldigheid van de wedstrijd te bepleiten. Artikel B6.121 is een verschrikking. Het creëert een onderscheid tussen de foutieve interpretatie van een wedstrijdfeit (een menselijke fout) en de foutieve toepassing van de spelregels (een soort procedurefout).

Vreemd genoeg is het enkel in dat laatste geval mogelijk om er als benadeelde partij een zaak van te maken. Voor de voetbalbond is het dus belangrijker dat een scheidsrechter voortdurend alle formele regeltjes naleeft dan dat hij effectief juiste beslissingen neemt. Alsof een voetbalwedstrijd zich afspeelt in een vacuüm zonder bal. Een protocollaire bijeenkomst waarbij de ref in veel te strak korset op een dun touw van bondsbureaucratie moet balanceren.

Het ridicule onderscheid tussen menselijke fout en fout tegen de toepassing van de spelregels faciliteert ongetwijfeld de egotrip van enkele bijdehante advocaten, maar aan het voetbalspel zelf draagt het niets bij. Het leidt tot een nodeloze juridisering van de sport en ondermijnt het gezag van de nu al vermaledijde Belgische scheidsrechters. Mocht het BAS de beslissing van de Disciplinaire Raad niet hebben teruggedraaid, dan was voetbal in België van al zijn unieke schoonheid ontdaan. Het sacrale treffen tussen twee voetbalploegen zou verschraald zijn tot een ordinaire rechtshandeling onder voorbehoud. Voor de Anderlecht-supporter zou de bloedmooie treffer van Théo Leoni tegen Genk gereduceerd zijn tot een vervlogen herinnering zonder substantie. De KBVB moet snel maken dat een dergelijke nachtmerrie ons ook in de toekomst bespaard blijft. Schrap artikel B6.121. Niet morgen, maar vandaag. (RV)

Met Union, RWDM en Anderlecht telt Brussel drie voetbalteams in eerste klasse. In ‘Randje buitenspel’, een nieuwe column, focust BRUZZ beurtelings op het wel en wee van de traditieclubs uit de drie buurgemeenten. Volgende week komt Union aan de beurt.

Meer BRUZZ
info en tickets via Docville.be
Alle

Lag een Brusselse passagier aan de basis van het verhaal van de film Titanic?

Luana Difficile zoekt elke week een antwoord op een lezersvraag, deze week van Olivia uit Jette.

Het verhaal van Jack en Rose in de Hollywoodklassieker Titanic is wereldberoemd. Maar wist je dat die fictieve romance hard lijkt op het levensverhaal van de enige Brusselse passagier op het luxeschip?

onder een valse naam en tijdens de reis spraken ze in het geniep af. Zijn familie wist niet van hun relatie. Doet die verboden liefde over klassengrenzen heen een belletje rinkelen?

Ook een vraag?

Stel je vraag en stem op BRUZZ.be

Bekijk en lees antwoorden op BRUZZ.be/bigcity

De regisseur van Titanic (1997), James Cameron, baseerde zich voor het scenario van de film deels op verhalen van bestaande passagiers. Er is een vermoeden dat hij ook inspiratie haalde uit het verhaal van Berthe Mayné, een vrouw uit Elsene die de ramp overleefde. Berthe groeide op in een bescheiden gezin en bouwde een carrière uit als cabaretzangeres. Toen ze 24 jaar was, leerde ze de rijke Canadese hockeyspeler Quigg Baxter, ook 24, kennen in het hotel Métropole. Berthe trad er op, Quigg was er op vakantie met zijn moeder en zus. Het was een coup de foudre tussen hen, maar Quigg zou drie maanden later terug naar Canada reizen met de Titanic.

Hij vroeg Berthe mee om er te kunnen trouwen en boekte voor haar stiekem een kamer vlak onder zijn suite. Ze scheepte in

Reddingsboot

Pas de avond van de catastrofe ontmoette Berthe haar toekomstige schoonfamilie in een reddingsboot. Quigg vroeg zijn moeder en zus om goed voor zijn beminde Berthe te zorgen. Zelf kon hij niet mee – vrouwen en kinderen eerst. Berthe weigerde haar grote liefde achter te laten én ze wou terugkeren voor haar juwelen. Molly Brown overtuigde haar om te blijven. Brown werd na de schipbreuk beroemd omdat ze de bemanning van de reddingsboot aanspoorde om terug te gaan en meer passagiers te redden, en kreeg een belangrijke rol in Camerons kaskraker.

De drie vrouwen in Quiggs leven overleefden de ramp, zijn lichaam werd nooit teruggevonden. Berthe verbleef nog enkele maanden in Canada, maar werd nooit aanvaard door Quiggs familie. Met een valies vol

verdriet keerde ze terug naar Brussel en Parijs om het werk te hervatten als cabaretzangeres. Enkele minnaars kruisten haar pad, maar trouwen deed ze nooit. Uiteindelijk vestigde ze zich in de Koekelberglaan in Sint-Agatha-Berchem, waar ze op 75-jarige leeftijd overleed.

Berthes familie kon het verhaal maar moeilijk geloven. Haar naam stond immers niet op de passagierslijst. Pas na haar dood, toen een neef een oude schoendoos met foto’s en krantenknipsels terugvond, kwam haar verhaal boven water.

Of James Cameron zich daadwerkelijk baseerde op het verhaal van de Brusselse weten we niet zeker. Titanic-kenner Philippe Delaunoy legt uit dat de regisseur zich liet inspireren door bestaande passagiers, maar Berthe nooit letterlijk heeft vermeld. Al is het volgens hem wel waarschijnlijk dat ze er iets mee te maken heeft.

MAYA CALLIZAYA/LUANA DIFFICILE

Vanaf 15 maart loopt in Thurn & Taxis de expo Titanic: The Artifact Exhibition. Info via titanicexpo.be

Big City
De slaapkamer
Emma is twaalf en woont in Schaarbeek. “Ik woon hier graag, maar er is veel afval in de buurt en ik vind dat mensen veel roken. Ze zouden beter stoppen.”
Emma

‘Ik leer mijn zus al dingen die ze nog niet op school had geleerd’

Elke week gaat BRUZZ op bezoek bij een kind in zijn of haar slaapkamer. Deze week gaan we langs bij Emma (12). Ze woont op de negende verdieping van een appartement in Schaarbeek. Sinds ze op reis gingen naar Marokko heeft Emma de reiskriebels helemaal te pakken: “Ik zou graag naar verre landen reizen, waar ik nog nooit ben geweest.” door Emilia De Feyter foto Saskia Vanderstichele

Waar ga je naar school?

Ik ga naar het Boodschapinstituut, ik zit in het zesde leerjaar. Je kan mijn school zien vanuit het raam. (Wijst naar buiten) Dat gebouw daar, met dat puntdak.

Sommige leerlingen in Schaarbeek moeten van school veranderen door een lerarentekort. Kampt jullie school daar ook mee?

In het vierde leerjaar heb ik het eerste semester geen leerkracht gehad, tot aan de kerstvakantie. Op dit moment hebben de andere zesdejaars niet echt één leerkracht, maar twee halftijdse leerkrachten.

Welke talen spreek je?

Deens, Nederlands en Frans tijdens mijn hobby’s. Ik spreek Deens met mijn papa. We gaan normaal twee keer per jaar naar Denemarken. De laatste tijd gaan we meer op bezoek, omdat mijn oma in een woonzorgcentrum zit. Nu gaan we in de herfst-, winter-, paas- en zomervakantie naar Denemarken.

Vind je het leuk om familie te hebben in Denemarken?

Ja, anders zou alles in België gebeuren. Zo kunnen we meer reizen. Als we niet naar Denemarken zouden gaan, zouden we misschien ergens naartoe gaan, maar ik vind het daar leuk en mijn familie ook.

Heb je hobby’s?

Ja, hiphop, scouts en zwemmen.

Hiphop, cool! Al lang?

Ik ben dit jaar begonnen. Ik was

geïnspireerd door een serie, Jenny (op Ketnet, red.). Zij danst ook hiphop en het leek me wel cool. Soms danste ik haar na. Ik wilde zien hoe het was om echt les te volgen. Nu dans ik bij Vibrato in Schaarbeek.

Zijn je scouts ook in Schaarbeek?

Nee, in Marche-en-Famenne in de Ardennen. We hebben daar een huis, want daar is meer natuur. We gaan er elk weekend naartoe, op zaterdag heb er ik zwemles en scouts.

Woon je graag in Schaarbeek?

Ja, het is hier wel leuk, al is het hier niet groot. De meneer onder ons vindt het niet leuk als we te veel lawaai maken, dan komt hij aankloppen. Ik vind het uitzicht wel mooi en ik vind de inrichting van onze kamer leuk. Ik vind het niet zo erg dat ik een kleine kamer heb, omdat ik er ook een heb in de Ardennen.

Wat vind je van de buurt?

Er zijn mooie gebouwen, maar er is wel veel afval en ik vind dat mensen veel roken. Altijd als ik er voorbijkom, moet ik mijn mond en neus dichthouden. Als je voorbij rokende mensen komt en je ademt het in, kan het ook je eigen longen beschadigen.

Mensen zouden dus minder moeten roken?

Ja, want er zijn veel mensen die er niet tegen kunnen.

Sommigen gooien het ook gewoon op straat. Roken is niet goed voor je longen. Het is dus

beter om te stoppen. Zo maak je ook andere mensen blij. Er zijn ook steeds meer jonge kinderen die vapen. Volgens mij is dat hetzelfde als roken, maar iets ‘nieuwer’.

Weet je al wat je zou willen doen later?

Ik wil leerkracht worden, of iets met psychologie. Soms leer ik mijn kleine zus al dingen die ze nog niet op school had geleerd. Ik vind dat leuk om te doen.

Welke droom zou jij graag willen laten uitkomen?

Ik hoop dat ik mijn vrienden altijd zal blijven zien. Ik zou ook graag naar verre landen willen reizen. Landen waar ik nog nooit ben geweest. In de krokusvakantie zijn we naar Marokko geweest. Dat was heel leuk.

Reeks nalezen?

Lees de hele reeks op www.BRUZZKet.be/slaapkamer

‘J’AIME VOYAGER LOIN’

FR Emma, 12 ans, habite au neuvième étage d’un immeuble de Schaerbeek, avec une vue imprenable sur la ville. Elle la trouve belle, cette ville, même s’il y a beaucoup de déchets et que les gens devraient moins fumer. Depuis un voyage au Maroc et grâce à sa famille au Danemark, Emma a envie de voyager partout dans le monde: « Je rêve de pays lointains ».

“Ik hoop dat ik mijn vrienden altijd zal blijven zien”

‘I LOVE TO TRAVEL FAR’

EN Emma (12) lives on the ninth floor of an apartment building in Schaarbeek/Schaerbeek, with a beautiful view over the city. A city she likes, although there is a lot of litter and there should be fewer people smoking. Thanks to her family in Denmark and having been to Morocco recently, Emma has got the travel itch bad: “I would love to travel to faraway countries.”

13 maart 2024 | 29
Tentoonstelling
Vrouwen claimen hun plaats in de patriarchale kunstwereld

‘Gelijkheid? Daar zijn we vandaag nog niet’

In Bozar wordt de vergeten surrealiste Jane Graverol in ere hersteld, later dit jaar stellen ook het CIVA en het Design Museum scherp op te lang verzwegen vrouwen in de kunsten. Er beweegt dus wat in Brussel, al is de strijd om gendergelijkheid nog niet gestreden, maakt de nieuwe Biennale of Women in Art duidelijk.

13 maart 2024 | 31
door Maren Moreau foto’s Saskia Vanderstichele Jemima
Kulumba, Nina Vandeweghe en Ilke Cop proberen van binnenuit de kunstwereld te veranderen.

Op dit moment loopt in Bozar de tentoonstelling Histoire de ne pas rire. Het surrealisme in België, waarin de vergeten vedette Jane Graverol haar plaats krijgt naast collega’s als Paul Delvaux, Salvador Dalí en René Magritte. Het CIVA presenteert eind april dan weer de eerste solotentoonstelling van de modernistische architecte Simone Guillissen-Hoa. En in het Design Museum Brussels opent midden oktober de reizende expo Here we are! Women in design 1900-today

Er is duidelijk, en zeker in Brussel, een inhaalbeweging bezig om het werk van vrouwelijke kunstenaars te tonen. Toch liegen de cijfers niet. Uit een grootschalig onderzoek van Kunstenpunt uit 2019 blijkt

dat vrouwelijke beeldende kunstenaars na hun 35e veel minder verdienen dan hun mannelijke collega’s. De genderkloof is het grootst tussen 45 en 54 jaar, mannen verdienen dan het dubbele van vrouwen. Daarnaast is minder dan twaalf procent van de werken in collecties moderne kunst gemaakt door een vrouw.

Een voetnoot in de geschiedenis Hoe komt het eigenlijk dat vrouwelijke kunstenaars zo lang onzichtbaar zijn gebleven in de kunstgeschiedenis? “Dat heeft natuurlijk met geschiedschrijving te maken”, zegt de Brusselse kunsthistorica en -gids Véronique Danneels. “Veel vrouwen werden vergeten en vaak werd hun werk toegeschreven aan mannen. Figuren als Mayken Verhulst, een kunstschilder die

haar kleinzonen Pieter Brueghel de Jonge en Jan Brueghel de Oude opleidde, bleven lang een voetnoot. Dat patriarchale systeem weegt ook vandaag nog door in de kunstwereld.”

Al ziet ze stilaan een verschuiving: “Kunstenaressen uit de klassieke en moderne periode krijgen eindelijk hun plaats in musea.” Ook bij studenten en professoren merkt ze een hernieuwde interesse voor vrouwelijke kunstenaars, die nu op een piëdestal mogen staan. “Het is een belangrijk moment in de kunstgeschiedenis. Binnen dertig jaar zal die voor een stuk herschreven zijn, daar ben ik van overtuigd.”

Daarnaast merkt Danneels dat vrouwen steeds meer doorgroeien naar hoge functies in Brusselse kunstinstellingen: van de Centrale for Contemporary Art en de Beursschouwburg tot het Museum van Elsene en de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten. “Een mooi voorbeeld is Zoë Gray,” zegt Danneels. “Zij verhuisde als curator van Wiels naar Bozar en stelt zich met veel kennis en bescheidenheid ten dienste van de kunst en het publiek.” Al maakt Véronique Danneels wel een kanttekening: “Het is natuurlijk niet omdat een vrouw curator of directeur is, dat er ook verandering komt. De maatschappij als geheel moet een nieuwe manier van denken aanleren.”

Editie nul

Het is een strijd waar Jemima Kulumba zich graag bij aansluit. Ze is oprichter en mededirecteur van Women in Art, een organisatie die streeft naar meer gendergelijkheid in de kunsten. Op maandag 18 maart opent de ‘nulde editie’ van hun Biennale of Women in Art in het Vanderborghtgebouw in Brussel. Dat tweejaarlijkse kunstevenement zal werk van hedendaagse vrouwelijke kunstenaars tentoonstellen en workshops en debatten organiseren over de rol van vrouwen in de kunstwereld. In onze hoofdstad vond Jemima Kulumba de ideale voedingsbodem. “Er is hier nog veel werk, maar Brussel is een stad in beweging. Het voordeel is dat we hier kunstenaars en liefhebbers uit Brussel, Wallonië en Vlaanderen kunnen samenbrengen en op termijn een internationaal netwerk kunnen uitbouwen.”

De kiem voor het evenement werd gelegd in Senegal, waar Jemima Kulumba werkte voor de Biënnale van Dakar. “De kwaliteit was heel hoog, maar er werd ook

Tentoonstelling Vrouwen claimen hun plaats in de patriarchale kunstwereld
Van links naar rechts: Ilke Cop, Jemima Kulumba en Nina Vandeweghe: “Wij willen ons als kunstenaar niet meer aanpassen aan typische genderrollen.”
“De structurele uitsluiting van vrouwelijke kunstenaars vraagt om een structureel antwoord”
Jemima Kulumba
Oprichter van de Biennale of Women in Art

een ongelijkheid zichtbaar,” vertelt ze. “Toen ik door de straten van Dakar liep, struikelde ik bijna over de kraampjes waar vrouwelijke kunstenaars hun werk verkochten. Terwijl er op de biënnale zelf veel meer mannelijke kunstenaars stonden.” Toen ze naar Brussel terugkeerde, zag ze dat de representatie van vrouwen op kunstbeurzen hier nog kleiner was. Haar research in het archief van de Université des Femmes bevestigde haar gevoel. “Ik was in shock: hoe komt het dat vrouwen al zo lang uit de kunstgeschiedenis worden gebannen en dat er niets beweegt? Ik vond dat zo’n structurele uitsluiting een structureel antwoord verdiende. Vandaar dat dit evenement om de twee jaar terugkeert.”

Voor de Biennale of Women in Art stelden meer dan 200 artiesten zich kandidaat, een getal dat ver boven de verwachtingen lag. Voor Kulumba bevestigde het opnieuw de nood. De selectie gebeurde door een jury van experts en burgers. “Publieke instellingen hebben het vaak moeilijk om burgers uit minderheidsgroepen te betrekken, omdat die zich uitgesloten voelen. Ons experiment toonde dat een burgerpanel niet meer middelen vraagt én een meerwaarde is voor het debat.” Het resultaat is een selectie van 25 vrouwelijke artiesten uit de beeldende en performancekunst.

Ongelijkheid als muze

Ook buiten de Biennale of Women in Art wordt er in de hoofdstad door vrouwelijke

kunstenaars aan de weg getimmerd. Zoals door Ilke Cop. De Brusselse kreeg de liefde voor kunst met de paplepel binnen. Toch begon ze niet meteen met creëren. Maar toen ze na een studie kunstgeschiedenis en cultuurmanagement, en een carrière in duurzame mode begon te schilderen, viel alles in de plooi. Op korte tijd creëerde ze een unieke figuratieve stijl die een brug slaat tussen het verleden en het heden, met zowel mythologische en geschiedkundige referenties als hedendaagse thema’s, zoals ecopessimisme en (de)kolonisatie. Met haar sculpturen en schilderijen lijkt ze de kunstgeschiedenis te herschrijven door zichzelf en andere vrouwen prominent in het canvas te plaatsen.

Dat is nochtans niet bewust, zegt ze. “Ik heb geen agenda, ik vertrek gewoon vanuit mijn leefwereld. Die feministische thema’s komen voort uit de ongelijkheid in de maatschappij. Ik ben opgegroeid met stereotiepe beelden over gender, maar als

kunstenaar wil ik me vandaag niet meer conformeren aan de regels die gelden voor vrouwen.”

Het is iets wat de eveneens Brusselse kunstenaar Nina Vandeweghe herkent. Zij exposeert haar werk momenteel in de kleurrijke groepstentoonstelling Popcorn in het MIMA. De schilderijen van Nina Vandeweghe verbeelden de mens op een treffende en groteske manier. Op het eerste gezicht zijn haar doeken speels en humoristisch, maar ze verraden ook een harde ondertoon en een persoonlijke invalshoek. “Autotheoretische kunst,” zo omschrijft ze haar werk zelf. Het is een term die vaak een negatieve bijklank heeft. “Autobiografisch werk door vrouwen wordt weggezet als narratief, therapeutisch en emotioneel, terwijl het bij mannen als universeel wordt gezien,” zegt Nina Vandeweghe. “Er is een fetisjisme rond theorie, alles moet theoretisch onderlegd zijn. Ik voeg daar graag iets aan toe door de grens op te zoeken van het intieme binnen het publieke domein: wat kan je zeggen en wat niet?” Zo raakte haar doek Let’s freeze them bitches, over het invriezen van eicellen, een gevoelige snaar bij het grote publiek. “Ik vertrek vanuit een persoonlijke ervaring om op een subversieve manier institutionele problemen bloot te leggen. Door moeilijke thema’s als seksisme en mentale gezondheid bespreekbaar te maken, wil ik conventies doorbreken en bevragen.”

Ambitie of arrogantie?

Die zelfzekerheid moest groeien, bij beide kunstenaars. Ilke Cop zag haar schildersdroom lang als een onbereikbaar ideaal. Een kunstenaar was toch immers een man die zich als een genie opsloot in zijn atelier? “Nu ik zelf kunst maak, is dat beeld gelukkig helemaal veranderd,” lacht Cop. “Kunstenaars zijn geen mannen met een geniale ingeving, maar mensen die elke dag met vallen en opstaan hun visie probe-

“Ik ben ervan overtuigd dat we de kunstgeschiedenis aan het herschrijven zijn”
Véronique Danneels Kunsthistorica en kunstgids
“Wanneer ik aan een tentoonstelling deelneem, praten mannen meer over mijn uiterlijk dan over mijn werk”

ren te verbeelden en naar buiten te brengen.” Als vrouw ligt de drempel hoger. “Zeker als je extravert en ambitieus bent. Ambitie wordt gezien als arrogantie. Als een vrouw een bepaald niveau verwacht van de mensen met wie ze samenwerkt, krijgt ze de reactie: wat denk je wel? Als een man dat doet, wordt hij bewonderd, omdat hij weet wat hij wil. Dat heeft niets te maken met wie ik ben als kunstenaar, maar met hoe de maatschappij naar mij kijkt.”

Ook Nina Vandeweghe krijgt te maken met dat seksisme. “Wanneer ik aan een tentoonstelling deelneem, praten mannen meer over mijn uiterlijk dan over mijn werk.” Vrouwen moeten in een patriarchaal systeem vooral mooi, subtiel en dienstbaar zijn, zegt ze. “Als kunstenaar willen wij ons niet meer aanpassen aan die typische genderrollen. Natuurlijk hoeft niet alles politiek hypercorrect te worden, mensen zijn nu eenmaal messy, en er mag een beetje marge zijn. Maar alleen maar als we vertrekken vanuit gelijkheid. En daar zijn we vandaag nog niet.”

Hoop als motor

Bij elkaar vinden ze zusterschap, al is dat niet overal zo. “Het is sowieso niet makkelijk om als kunstenaar van je werk te leven,

laat staan als vrouw,” zegt Nina Vandeweghe. “Daardoor ontstaat er een gevoel van competitie. Zelf heb ik er geen moeite mee om op hetzelfde veld te spelen, maar ik merk helaas dat vriendschappen onder druk staan.” Bij Hyster-x, het makerscollectief voor vrouwen en non-binaire personen, opgericht door haar zus Uschi, zag Ilke Cop het omgekeerde. “Door elkaar te ondersteunen, veranderde de theorie van schaarste naar een theorie van overvloed. We hoeven niet boven elkaar te

ELLES REVENDIQUENT LEUR PLACE DANS L’ART

FR Bozar rend hommage à la surréaliste oubliée Jane Graverol, le CIVA s’intéressera fin avril à l’architecte Simone Guillissen-Hoa, et le Design Museum se penchera sur les femmes dans le design à l’automne. Le rattrapage est en cours, mais l’égalité des genres dans les arts, on n’y est pas encore, dit Jemima Kulumba. Elle assurera l’ouverture le 18 mars de la première Biennale of Women in Art, mettant à l’honneur 25 artistes femmes car « l’exclusion structurelle des femmes artistes mérite une réponse structurelle ».

staan, we kunnen ook naast elkaar staan.” En het werkt, want ondertussen worden de leden gevraagd voor belangrijke jury’s en grote evenementen.

Ook Jemima Kulumba hoopt met haar Biennale of Women in Art ooit de grote kunstinstellingen te veranderen. “Je moet wel een beetje zot en utopisch zijn,” zegt ze. “In het begin werd mijn idee voor een biënnale weggezet als onhaalbaar. Een directeur van een kunstbeurs zag feminisme zelfs als een modeverschijnsel. Terwijl het om een serieuze problematiek gaat! De laatste cijfers van Women in Art bevestigen dat: vandaag is 64% van de studenten aan kunstscholen een vrouw, terwijl vrouwen maar 10% van de kunstmarkt uitmaken. Door de zichtbaarheid van vrouwelijke kunstenaars hebben we een gevoel van gendergelijkheid, maar dat is niet het geval.”

Kunstenaars Nina Vandeweghe en Ilke Cop vinden een biënnale voor vrouwelijke kunstenaars op dit moment noodzakelijk. “Al is het dubbel. Want je wilt natuurlijk dat het ook over je werk gaat. De hoop is dat we geen apart circuit creëren voor vrouwelijke kunstenaars, maar van binnenuit de kunstwereld veranderen.” De weg is nog lang, zegt Jemima Kulumba. “Ik moet als vrouwelijke organisator veel deuren intrappen en dat is moeilijk. Maar die woede geeft me ook kracht. Het is een reden om ’s morgens op te staan en ervoor te gaan.”

De Biennale of Women in Art (18 > 31/3) vindt plaats in het Vanderborghtgebouw, biennaleofwomeninart.com; Nina Vandeweghe neemt deel aan de groepsexpo Popcorn (> 26/5) in het MIMA, mimamuseum.eu

WOMEN CLAIM THEIR PLACE IN THE ART WORLD

EN Bozar honours forgotten surrealist Jane Graverol with Histoire de ne pas rire, at the end of April the CIVA will focus on architect Simone Guillissen-Hoa, and in the autumn, the Design Museum will turn its gaze to women in design. There is some catching up going on, but true gender equality in the arts is not there yet, as Jemima Kulumba knows. On 18 March, she will launch the brand-new Biennale of Women in Art, where 25 female artists will exhibit their work. A biennial because “the structural exclusion of women artists deserves a structural response.”

Tentoonstelling Vrouwen claimen hun plaats in de patriarchale kunstwereld

Rennen voor je leven

Tom Peeters is journalist en geeft Nederlandse les aan nieuwe en anderstalige Brusselaars in het volwassenenonderwijs. Tweewekelijks schrijft hij over hoe in zijn klas de wereld samenkomt.

“Toen zijn belagers dreigden om zijn moeder te vermoorden, besloot Patrick om Nigeria te verlaten”

Glunderend lag hij op de grond tussen twee banken. Patrick had in de klas heimelijk een blik op zijn telefoon geworpen: Nigeria was na een penaltythriller geplaatst voor de finale van de Afrika Cup. Het was de tuimelperte van de grote bevrijding.

Applaus op alle tafels.

Vanaf de eerste les greep de slanke Nigeriaan met zijn puntige sik en AfrikaansEngelse tongval mijn aandacht. Een wijze en zachtaardige man, bescheiden en hoffelijk ook. Soms zelfs té: late aankomsten in de klas werden steevast gevolgd door uitvoerige verontschuldigingen. Hij had nog maar eens moeten overwerken.

Wat dat werk was, wist ik niet. Terwijl we later op een zachte winteravond met de klas langs de stripmuren in het centrum wandelen, onthult Patrick dat hij in Nigeria zowel politicus als hoteluitbater was geweest. Zijn politieke engagement was anderhalf jaar terug de aanleiding om naar België te vluchten. Hij was fysiek aangevallen door politieke tegenstanders. Nadat zijn belagers hadden gedreigd om zijn moeder te vermoorden, nam hij het besluit om Nigeria te verlaten. “Ik moest rennen voor mijn leven om haar te beschermen.”

In het hier en nu doet de West-Afrikaan zijn volledige verhaal in de personeelskeuken van een hotel bij het Zuidstation waar hij sinds vier maanden kamers schoonmaakt. Nu pas zie ik dat een stuk van zijn voortand ontbreekt – een gevolg van de fysieke bedreigingen. Hij is dankbaar dat zijn leraar de tijd wil nemen om naar zijn verhaal te luisteren. In de klas is er zelden tijd voor informele gesprekken. Na de les gaan de meeste studenten meteen naar huis, vooral degenen van wie het leven, zoals dat van Patrick, bestaat uit werken, studeren en slapen.

Te populair

Patrick ontvluchtte zijn vaderland tijdens de campagne voor de presidentsverkiezingen. In zijn provincie gold hij als een van de topkandidaten voor de regeringspartij PDP die uiteindelijk de verkiezingen verloor tegen de APC. Hij was te populair, en dus werd besloten om hem en zijn familie te kleineren. Door zijn vertrek moest hij niet alleen afscheid nemen van zijn moeder, maar ook zijn politieke strijd staken voor betere wegen in zijn provincie en tegen corruptie en hongersnood in de rest van het land.

Het voelt extra wrang, zeker nu de situatie in Nigeria met de dag verslechtert. Maar het alternatief, Brussel, is goed voor hem. In het hotel wordt hij met respect behandeld, hoewel het psychologisch geen gemakkelijke overgang was: van hotelmanager naar schoonmaker. Hij waardeert de rust in Brussel en voorlopig lukt het hem om de huur te betalen. De lessen Nederlands gaan nu wel tijdelijk on hold. Het gaat best goed, vooral het schrijven, maar school is momenteel moeilijk te combineren. Hij krijgt altijd pas ’s avonds zijn poetsrooster voor de volgende dag.

Er staat ook een belangrijke periode voor de deur. In mei weet Patrick of zijn verblijfsvergunning wordt verlengd. Daarom wil hij geen risico’s nemen, en scherp en waakzaam blijven op zijn werk. Bij groen licht keert de universitair opgeleide geograaf vrijwel zeker terug naar de schoolbanken. Als leerling, en op een dag zelfs misschien ooit als leerkracht. In Nigeria gaf hij aardrijkskunde. Dezelfde glans in zijn ogen toen hij tijdens de Afrika Cup op mijn klasvloer lag: “Leraar is een mooi beroep. Als je veel geeft, krijg je er veel voor terug.”

Reeks nalezen?

Wie alle columns van BRUZZ wil herlezen, kan de teksten terugvinden op BRUZZ.be/column

Peeters Column
door Tom
Info & Tickets listenfestival.be

Het Millenium Festival duikt in de Stone Age

Met Oliver Stone verwelkomt documentairefestival Millenium een eregast van formaat. De drievoudige Oscarwinnaar, die in films als Platoon, JFK en Natural born killers zijn Amerika tot op het bot dissecteerde, toont er zijn twee recentste documentaires en geeft een masterclass. Een portret. door Niels Ruëll

Uw gids door de culturele agenda 13 > 19/3

In de jaren 1960 onderbreekt Stone zijn studies aan Yale University om Engels te onderwijzen in Saigon, en vervolgens Vietnam, Cambodja, Thailand en Laos te verkennen. Een job als schoonmaker in de machinekamer van een marineschip leert hem dat een zeemansleven minder romantisch is dan gedacht. Hij begint te schrijven, maar geen enkele uitgever ziet wat in zijn boeken. Om zichzelf te straffen voor zijn hoogmoed, geeft hij zich als vrijwilliger op voor de Vietnam-oorlog en kiest voor het traject dat hem het snelst “als anonieme infanterist en kanonnenvoer” naar het front leidt. Hij maakt er de grootste gruwel mee. “Geen mens zou ooit zoveel dood mogen zien,” schrijft hij in zijn memoires Chasing the light. Na zijn tour of duty verliest hij zich in braspartijen en belandt getraumatiseerd en paranoïde in de junkiegetto’s van New York. Hij pikt er het schrijven weer op, maar richt zich dit keer op filmscenario’s. Na een filmopleiding rijdt hij met de taxi om rond te komen.

Cocaïne en littekens

In de late jaren 1970 tonen Al Pacino en Sidney Lumet net als John Frankenheimer interesse in zijn scenario over zijn Vietnam-ervaringen. Platoon raakt op dat moment niet van de grond, maar het scenario brengt Columbia Pictures wel op het idee om Stone als scenarist in te huren voor de adaptatie van het boek van een Amerikaanse drugssmokkelaar die net niet was weggerot in een Turkse gevangenis. Midnight express verstomt toeschouwers en Stone wint de Oscar voor beste scenario. Hij lijkt gelanceerd, maar mispakt zich aan genrefilm The hand, en zijn cocaïneverslaving ontspoort. “Ik hield van mijn cocaïne zoals een baby van speelgoed en een volwassene van ijsjes.”

Zijn geluk is dat hij als scenarist wordt gevraagd voor een update van de gangsterklassieker Scarface. Hij infiltreert in het drugsmilieu en stort zich in Parijs met hart en ziel op het werk. “Scarface in de vroege jaren 1980 ging integraal over een antiheld die verzwelgt in zijn materialistische

American dream. Het was, zo je wilt, een sociale satire, die spottend het Amerikaanse verlangen naar rijkdom tegen elke prijs weerspiegelde. Het ging mijn Wall Street en Natural born killers vooraf, twee films die de misvormde nakomelingen van wild kapitalisme tonen. Ik stoffeerde het scenario met al de energie, grensoverschrijdende woede en wrede oneliners die ik in me had,” schrijft Stone in zijn memoires. Brian De Palma regisseert Scarface, Al Pacino tiert “Say hello to my little friend” en acteert zich de annalen van de filmgeschiedenis in.

Onversaagde

kwelduivel

Vanaf dat moment is Stone niet meer te stuiten. Na een intense film over het militaire schrikbewind en de doodseskaders in El Salvador, regisseert hij de instantklassieker Platoon. Zijn ontluisterende schets van de Vietnam-oorlog wordt in 1987 bekroond met de Oscars voor beste film, regisseur, montage en geluid.

Het is het begin van de ‘Stone Age’. In de tweede helft van de jaren 1980 en de jaren 1990 is hij toonaangevend met provocerende, donkere filmspektakels over Amerika’s waanzin, trauma’s en etterende wonden. Denk aan Born on the fourth of July, Natural born killers, JFK en Nixon. Met Wall Street stelt hij de waanzinnige hebzucht van de Amerikaanse beursmakelaar aan de kaak.

Na de eeuwwisseling boet de kwelduivel-chroniqueur van Amerika aan scherpte in zonder daarom te versagen. Hij reconstrueert 9/11 in World Trade Center, portretteert president Bush in W. en

Op het Millenium Festival leidt Stone zijn twee recentste docu’s in: Nuclear now en JFK revisited: through the looking glass Cinema Het Millenium Festival rolt de rode loper uit voor Oliver Stone

Vanaf de late jaren 1980 wordt Oliver Stone toonaangevend met provocerende, donkere filmspektakels over Amerika’s waanzin, trauma’s en etterende wonden, zoals Platoon (links) en Natural born killers

de demonisering van de technologie. In JFK revisited: through the looking glass buigt Stone zich nogmaals over de moord op president John F. Kennedy, een van zijn grootste obsessies.

In 1991 is JFK, zijn labyrintische politieke thriller met Kevin Costner, even succesvol als controversieel. De bioscoopbezoeker wordt bedolven onder een lawine aan informatie en theses die in twijfel trekken dat JFK door lone gunman Lee Harvey Oswald werd doodgeschoten. Het werd en wordt afgedaan als een samenzweringstheorie. Maar Stone laat zich daardoor niet doen.

klokkenluider Edward Snowden in Snowden. Hij blijft in de belangstelling staan door nooit een blad voor de mond te nemen, maar ook door uitvoerige en niet altijd even kritische interviewdocumentaires te maken over Fidel Castro, Hugo Chávez en Vladimir Poetin.

JFK-obsessie

De Vietnam-veteraan met drie Oscars op de schouw zal in Brussel een masterclass verzorgen en zijn twee recentste documentaires inleiden. In Nuclear now, dat aan Al Gores An inconvenient truth doet denken, legt Stone overtuigend maar spreekbeurtachtig uit waarom hij een enorme voorstander is van kernenergie. Hij ziet er de oplossing in voor de klimaatcrisis en hekelt

JFK had hoe dan ook een enorme impact. Het Amerikaanse Congres stemde een jaar na de bioscooprelease via de President John F. Kennedy Assassination Records Collection Act toe om een half miljoen documenten van de onderzoekscommissie uit 1976 te declassificeren. Bevindingen uit de analyse van die massa informatie vormen de kern van JFK revisited: through the looking glass. Stone vermoedt dat de CIA president John F. Kennedy heeft vermoord. “De belangrijkste vraag is niet wie Kennedy vermoordde, maar waarom. Omdat hij voor de vrede streed, daarom,” bezwoer hij me tijdens een onderhoud in Cannes.

Met Stone is het pittig debatteren. Millenium kan er maar wel bij varen.

Het Millenium Festival loopt van 15 tot en met 22/3; op 15/3 geeft Oliver Stone een masterclass in Flagey; tot 28/3 herneemt Flagey Platoon, Wall Street, Natural born killers en JFK, festivalmillenium.org

LE FESTIVAL MILLENIUM PLONGE DANS LE STONE AGE

FR Avec Oliver Stone comme invité d’honneur, le festival de documentaires Millenium a de quoi rendre jaloux les autres festivals belges. Le vétéran de la guerre du Vietnam triplement oscarisé est connu pour ses interviews avec Vladimir Poutine ou Fidel Castro, mais surtout pour ses films sombres et provocateurs qui vous plongent dans la folie, les traumatismes ou les blessures ouvertes de l’Amérique: Platoon, Né un 4 juillet, Tueurs-Nés, JFK et Wall Street. À Bruxelles, il viendra donner une masterclass et présenter ses films les plus récents : Nuclear Now et JFK : L’enquête

THE MILLENIUM FESTIVAL DIVES INTO THE “STONE AGE”

EN With Oliver Stone, the Millenium documentary festival has managed to get a guest of honour that every other Belgian film festival envies. The Vietnam veteran with three Oscars in his pocket is notorious for interviews with the likes of Vladimir Putin or Fidel Castro, and famous for his provocative films that dive deep into America’s madness and traumas, like Platoon, Born on the Fourth of July, Natural Born Killers, JFK, and Wall Street. He is coming to Brussels to give a master class and introduce his latest documentaries: Nuclear Now and JFK Revisited: Through the Looking Glass

Pop & JazzArt & Lit Film

All killer, no filler

‘Murder on the dance floor’, allemaal goed en wel, hulde ook aan zangeres Sophie Ellis-Bextor, wier carrière een flinke doorstart maakt. Maar de echte killers op de dansvloer werden de voorbije jaren toch vooral uitgedeeld door Róisín Murphy. Op haar twee recentste albums toonde de Ierse zangeres zich even kleurrijk als haar outfits, dansend op wufte discobassen en geile housebeats. Of wie behoudt er zijn cool wanneer haar recente hit ‘CooCool’ door de boxen schalt?

RÓISÍN MURPHY 13/3, Koninklijk Circus, cirque-royal-bruxelles.be

Onweerstaanbaar aanzoek

“Noémie, I’m asking you to marry me,” zingt Simon Casier alias Zimmerman op zijn nieuwe album Love songs, dat hij niet toevallig uitbracht op 14 februari. Zou de Noémie in kwestie (Wolfs, die eind vorig jaar zelf haar tweede soloalbum uitbracht) zo’n aanzoek durven af te wijzen? Casier, in een ander leven bassist bij Balthazar, gaat niet voor het halve werk, en stut zijn romantische serenades met kirrende violen, donzige piano’s en luilekkere steeldrums.

ZIMMERMAN 13/3, Ancienne Belgique, abconcerts.be

Uitheemse funksater

Takuya Kuroda boekte twintig jaar geleden een enkeltje richting New York, en daar heeft de trompettist nog geen moment spijt van gehad. Hij studeerde er aan The New School in Greenwich Village, liep daar jazzzanger José James tegen het lijf en speelde niet veel later in diens band. Kuroda mengt jazz met soul en hiphop, maar op zijn recentste album, Midnight crisp uit 2022, out hij zich vooral als een uitheemse funksater. (TZ)

TAKUYA KURODA 16/3, Flagey, flagey.be

Meet

Spijker op de kop

De Chinese Zhang Yueran verblijft enkele weken in Brussel om aan een nieuw boek te werken. Het bouwen aan dat toekomstproject onderbreekt ze af en toe om terug te blikken op het recente, succesvolle verleden. Op het podium van het Made in China-festival in Gent, bijvoorbeeld, maar ook bij Passa Porta, waar ze ingaat op De spijker, haar roman uit 2023, die haar internationale doorbraak betekende en onder meer Ian McEwan tot lofbetuigingen bracht.

MEET THE AUTHOR: ZHANG YUERAN 13/3, Passa Porta, passaporta.be

Modieuze kunst

Begin dit jaar kondigde Bernier/Eliades de representatie van Martin Margiela aan. Met een dubbeltentoonstelling in Athene en Brussel viert de galerie die gloednieuwe samenwerking met de eigenzinnige Genkse modeontwerper, die ooit nog Jean Paul Gaultier assisteerde, in 1988 zijn eigen luxemerk Maison Margiela uit de grond stampte, en twintig jaar later de fashionwereld inruilde voor de beeldende kunsten.

MARTIN MARGIELA 14/3 > 11/5, Bernier/Eliades, bernier-eliades.com

Stof tot nadenken

Eind dit jaar sluit het Joods Museum de deuren voor een grondige renovatie. Voor het zover is, zet het met een laatste tentoonstelling een reflectie op het idee van transformatie op. Passage. Textiles & rituals verkent met de verrukkelijk buitenissige assemblages van Charlemagne Palestine, een resem performances, en textielwerken van onder anderen Elise Peroi en Jennifer Bornstein de verwevenheid van stoffen en rituelen. (KS)

PASSAGE. TEXTILES & RITUALS 15/3 > 1/9, Joods Museum, mjb-jmb.org

Chantal avec nous

Beter laat dan nooit. Negen jaar na haar voortijdige overlijden, zes jaar na de retrospectieve in de Cinémathèque française en vier jaar na de royale tentoonstelling in het Eye Filmmuseum in Amsterdam, eert nu ook Brussel zijn invloedrijkste cineaste: Chantal Akerman. In Bozar loopt de grote tentoonstelling Chantal Akerman: travelling, die installaties, films en archieven samenbrengt. Cinematek vertoont al haar films.

CHANTAL AKERMAN: TRAVELLING 14/3 > 21/7, Bozar, bozar.be RETROSPECTIEVE CHANTAL AKERMAN 15/3 > 21/7, Cinematek, cinematek.be

De Verdeelde Staten

Een grote groep mensen moet fanatiek van een van de norm afwijkende film houden voor je hem cult kan noemen. In het geval van The sweet east moet dat nog blijken. Maar het potentieel is er. De geschifte scènes en knettergekke wendingen volgen elkaar op. De absurdistische roadmovie koppelt Pizzagate aan pedofiele neonazi’s, levensgevaarlijke white nationalists en tal van andere rare snuiters in gepolariseerd Amerika.

THE SWEET EAST US, dir.: Sean Price Williams, act.: Talia Ryder, Simon Rex, Jacob Elordi

D(r)oomdebuut

Een zwaar mishandelde tiener belandt in een gesloten voorziening tussen jongeren met niet minder grote trauma’s. Flashbacks leren hoe zijn ouders hem jarenlang extreem verwaarloosden. Koen Mortier baseerde zijn snoeiharde vierde film op een zorgverlener die zijn ervaring te boek stelde. Over de groteske climax kan je redetwisten. Wel staat vast dat met hoofdrolspeler Thibaud Dooms een groot talent is opgestaan. (NR)

SKUNK BE, dir.: Koen Mortier, act.: Thibaud Dooms, Natali Broods, Colin H. Van Eeckhout

Select Aanraders van de week
Chantal Akerman the author: Zhang Yueran Róisín Murphy

Jr.cE.sA.r hangt nu zelf de held uit

‘Wat kunnen wij tegen de chaos?’

Theaterdrievuldigheid Jr.cE.sA.r (Junior Mthombeni, Fikry El Azzouzi en Cesar Janssens) behaalde internationaal successen met totaalspektakels over helden als Malcolm X, Winnie Madikizela-Mandela en Tupac Shakur. Maar volstaat het om wereldverbeteraars uit het verleden voor het voetlicht te brengen om de wereld daadwerkelijk te veranderen? In hun nieuwe zaalshow R.I.S.A (Reckless Idiots Seeking for Absolution) zet Jr.cE.sA.r andermaal een ruime cast op de scène. Maar deze keer gaan de performers de confrontatie aan met zichzelf, om daarna naar verbinding en dialoog te zoeken. “Na Malcolm X, Dear Winnie en Who’s Tupac? daagde het dat we het deze keer zelf moesten doen,” zegt regisseur Junior Mthombeni tussen de repetities door. “Het lijkt er toch sterk op dat de chaos in de wereld toeneemt. Er heerst een einde-der-tijdengevoel. Met als gevolg: een verrechtsing in de politiek, verslavingen in de stad, trauma’s en onderdrukking in de samenleving, individualisme en alomtegenwoordige social media, die de sociale samenhang ondermijnen, terwijl cultuur onder vuur komt te liggen. Wat kunnen wij daartegen doen?”

“Wij” is in dit geval – behalve Fikry El Azzouzi, die de tekst schreef, en Cesar Janssens, die componeerde – een eclectische cast van makers, spelers en muzikanten: Tom Van Landuyt, Nina Plantefève-Castryck, Alex Akuete, Junior Akwety, Priscilla Adade, Lisi Estarás, Ria Verlinden, Gerardo Salinas, Jesús Bienvenido, Enrique Noviello, Gwen Cresens en Mirko Banovic. Mthombeni: “In die diverse groep babbelt iedereen aanvankelijk naast elkaar en doet iedereen zijn ding. Het is een soort micromaatschappij, en wij zoeken uit hoe we daar samenhang in krijgen. Hoe maken we daar een soort familie van? Daarvoor hebben we met van alles geëxperimenteerd: met familieopstellingen, meditatie, tarotkaarten, noem maar op. Of dat lukt zal je in de voorstelling zien.” Dat er ook muziek en humor aan te pas komen, is in ieder geval zeker. “Een belangrijke inspiratiebron is de murga, een populair soort muziektheater uit Zuid-Amerika en het zuiden van Spanje, dat wordt gebruikt om de noden, behoeften en protesten van mensen uit te drukken in de vorm van carnavaleske parades, met kostuums, muziek en sociale commentaar.” Tijdens vorige creaties merkte Jr.cE.sA.r al dat verbinding met het publiek makkelijker tot stand komt wanneer het drietal muzikaal van de grond gaat.

Jr.cE.sA.r brengt R.I.S.A (Reckless Idiots Seeking for Absolution) van 14 tot en met 22/3 in de KVS BOL, kvs.be

Klein onderhoud
© DANNY WILLEMS

20 & 21.03.24

SORRY, BUT I FEEL SLIGHTLY DISIDENTIFIED…

Benjamin Kahn

«A luminous presence, Cherish Menzo inhabits the stage and denounces with infinite grace the ordinary racism of which she is often the victim».
L’Oeil d’Olivier

Les Halles de Schaerbeek

22a, rue Royale Ste-Marie 1030 BXL reservation@halles.be|+32 (0)2 218 21 07

Select Aanraders van de week

PodiumKlassiek

Ja, dié Angela

Ken je Angela Kasner? De domineesdochter groeide op in Oost-Duitsland, haar tante uit West-Duitsland stuurde haar vaak westerse cadeautjes. Toen de Berlijnse Muur viel, zette Angela haar wetenschappelijke carrière stop en ging ze de politiek in, waar ze beter bekend werd als Angela Merkel, de voormalige Duitse bondskanselier. Joachim Robbrecht schreef dit fictieve portret op basis van echte speeches.

NELE VEREECKEN EN MIEKE VERDIN: ANGEL 18/3, Cultureel Centrum W:Halll, kunstencultuur.woluwe1150.be

Om te kotsen

Na haar succesvoorstelling Carte noire nommée désir presenteert schrijfster, regisseuse, performer, danseres en comédienne Rébecca Chaillon een nieuw stuk over de representatie van lichamen, seksualiteit, verlangen, eetlust en walging. In Plutôt vomir que faillir, ontstaan vanuit pijnlijke herinneringen aan Chaillons schooltijd, drijven vier performers hun adolescentie uit door verhalen te delen.

RÉBECCA CHAILLON: PLUTÔT VOMIR QUE FAILLIR 19 > 23/3, Théâtre National, kaaitheater.be

Rauwe rouw

De naam van theatergezelschap Venedig Meer is een taalspelletje op de naam van actrice en regisseur Florence Minder, waar behalve een Nederlandse tegenstelling ook een Italiaanse stad mee gemoeid is. Ook de solo Good mourning steunt op een taalspel. Om een persoonlijk verhaal over rouw eerlijk en een beetje omfloerst te vertellen, schakelt ze over naar een dubbelganger die Amerikaans Engels blijkt te spreken. (MB)

VENEDIG MEER: GOOD MOURNING! (RELOADED) 12 > 16/3, Théâtre Varia, varia.be

Yes yes, Nono

De muzikale parels van het Klarafestival blijven de hoofdstedelijke cultuuragenda bepalen. In week twee trekt het Minguet Quartett een kaarsrechte lijn door de muziekgeschiedenis, met de Italiaanse avant-gardist Luigi Nono als eindpunt. Voor zijn fluisterende Fragmente – Stille, an Diotima keek de componist namelijk uitdrukkelijk over zijn schouder naar de drie illustere voorgangers – Verdi, Beethoven en Ockeghem – die hem op dit programma vergezellen.

MINGUET QUARTETT 13/3, Flagey, klarafestival.be

Terug naar start

Drie componisten proberen hun (en onze) plaats in dit universum te vatten en keren daarvoor terug naar het beginpunt. Maar hun visie op dat beginpunt kan niet meer uiteenlopend zijn. Voor Claude Vivier is het een zoektocht naar de moeder die hij nooit heeft gekend, Wim Henderickx’ Tejas klinkt als een muzikale big bang, en in Le sacre du printemps confronteert Igor Stravinsky je met de oerimpulsen van heidense rituelen.

BELGIAN NATIONAL ORCHESTRA & WIEGERS 15/3, Bozar, klarafestival.be

Scarlatti moet blazen

De finesse van de barok en het volkse van de accordeon, het lijken op het eerste gezicht onverzoenbare werelden. Niet als je Philippe Thuriot heet. Na zijn vertaalslagen van Bach en Couperin jaagt hij dit keer de Essercizi per gravicembalo van Domenico Scarlatti door de blaasbalg. Al gaan die eeuwenoude oefeningen een eigen leven leiden, wanneer Thuriots rusteloze vingers onvermijdelijk beginnen te improviseren. (JC)

PHILIPPE THURIOT 19/3, Koninklijke Kapel van de Protestantse kerk van Brussel, klarafestival.be

Minguett Quartett Nele Vereecken en Mieke Verdin: Angel

Eat & Drink

Goods

Na Savage hebben Louis Leysen en Joel Rammelsberg ook Goods opgericht, een eigentijdse delicatessenwinkel die op zeer overtuigende wijze inzet op hergebruik en zelfgemaakte producten.

Gelegen tegenover Savage – een restaurant waar planten de hoofdrol spelen en dierlijke eiwitten optionele garnering zijn – zet Goods de visuele stijl voort via de mooie groene kleur van de rekken. Zo is meteen duidelijk dat beide adressen uit dezelfde koker komen: die van het duo Louis Leysen en chef Joel Rammelsberg.

De visuele overeenkomsten zijn niet alleen decoratief, ze getuigen ook van een uitwisseling tussen beide entiteiten. Goods gaat door het leven als een market, een lokale levensmiddelenwinkel dus, die het midden houdt tussen een kruidenierszaak en een brood- en banketbakkerij. En je kan

Win Tickets

Film naar keuze

5x2 tickets, UGC-bioscopen

Met onze vouchers voor UGC De Brouckère en UGC Gulden Vlies kan je zelf een film uit hun aanbod kiezen. Mail ‘UGC’

er een aantal vinylplaten op de kop tikken.

Op de schappen staan potten in overvloed: garums, siropen, lactogefermenteerde groenten, misokaramel en runderstoofvlees, allemaal producten die kunnen bogen op de expertise van het restaurantteam. En dan hebben we het nog niet gehad over het ruime drankenassortiment, van kefir tot aardpeerlikeur, maar ook natuurwijn en bier – waaronder het huisbier dat samen met brouwerij Illegaal is gemaakt. Er is ook een toonbank met brood en gebak, dat in alle transparantie wordt gemaakt in een atelier achteraan in de winkel.

Goods is sinds juli vorig jaar open en heeft onlangs een bovenzaal in gebruik genomen waar je de delicatessen van de market kan eten. De ruimte onder het mansardedak biedt plaats aan een

March on!

5x2 tickets, Théâtre Marni, 13/4

Het D Festival en Maria Eugenia Lopez werpen via een choreografische loop een poëtische blik op migratie. Mail ‘March’

Stuur het trefwoord, samen met je adres en telefoonnummer, naar win@bruzz.be

twintigtal gasten en heeft twee kubusvormige luidsprekers aan de muur.

Tijdens ons bezoek proefden we eerst een verslavend lekkere kardemummabullar (4 euro), een Zweeds opgerold cakeje met kardemom, en een appel-kersensap van Constant-Berger (4 euro).

De aangeboden broodjes – veggie of met vlees – zijn van dezelfde kwaliteit, zowel qua textuur als qua smakencombinatie. Wij kozen voor een bagel (6 euro), belegd met bietenhummus vergezeld van een panisse – een beignet van kikkererwtenmeel – en groentepickles. Het restaurant kan ’s avonds ook worden afgehuurd, voor maximaal twintig personen, voor een vegetarisch vijfgangenmenu (50 euro per persoon, exclusief drank).

TEKST: MICHEL VERLINDEN

FOTO: SASKIA VANDERSTICHELE

Thriller: a cruel picture

5x2 tickets, Cinematek, 17/3

Offscreens eregaste Christina Lindberg schittert als wraakengel in Tarantino’s favoriete Zweedse zonde. Mail ‘Thriller’

Vredestraat 25, Elsene, goods.brussels
••••

De vijf inzichten Jessa Wildemeersch

‘Luister niet naar de angst voor het onbekende’

Met De madonna van het moeras debuteert actrice en theaterauteur Jessa Wildemeersch als romanschrijfster. Dat speelde ze klaar door te springen, tijd te nemen, haar intuïtie te volgen, contact te maken, te bewegen en te focussen. door Michaël Bellon

Durf te springen

Een boek schrijven vraagt toewijding en doe je niet tussen de soep en de patatten. De combinatie van spanning en angst voor het onbekende doet je aarzelen. Luister niet naar die angst, maar daag jezelf uit om iets nieuws te doen.

Doe jezelf tijd cadeau

Als je ‘springt’, kom je soms voor praktische problemen te staan. Ik begreep dat ik mijn agenda moest herbekijken om ruimte te maken voor inspiratie, experiment, falen en weer opstaan. Maar eigenlijk is dat een cadeau. Gun jezelf de ruimte om buiten de tijd te gaan staan.

Intuïtie is een goede raadgever

Ik heb met veel mensen gepraat, veel plaatsen bezocht, veel in bibliotheken rondgehangen en veel gelezen. Die voorbereiding is belangrijk, maar de mooiste momenten tijdens het schrijven zijn toch die waarop je intuïtie voor een nieuwe wending zorgt wanneer je even vastzit.

Beweeg

Ideeën, inzichten en zelfs intuïtie zijn verbonden met je geest. Maar je lichaam zorgt ook voor inspiratie. Aandacht geven aan dat lichaam, bewegen, mediteren en je zintuigen openzetten, kan veel in gang zetten. Tijdens mijn residentie in Rome stond ik vroeg op om te schrijven en researchen, maar ik ging altijd eerst naar het park.

Keer jezelf naar binnen, treed naar buiten

De concentratie die nodig is om te creëren zorgt ervoor dat je je naar binnen keert. Maar ik krijg ook veel energie door met mensen samen te werken. Ik probeer het evenwicht te bewaren tussen afzondering enerzijds en in de wereld staan en contact maken anderzijds.

De madonna van het moeras (Horizon) wordt voorgesteld op 19/3 bij Passa Porta, passaporta.be; de theaterversie gaat in première op 16/5, try-outs vanaf 5/5, jessa.be

KOEN
©
BROOS
www.banad.brussels –PRESENTEERT EEN FILM VAN ZOHRA BENHAMMOU EN YOUNES HAIDAR WERELDPREMIÈRE 22 MAART 20u00 Info & tickets docville.be

20.03 – 28.03.24

Soon at AB

MARCH

FRI 15 MAR

BRAINDANCE_

Eliza Rose

Wist je dat... zeewier meer CO2 naar zuurstof omzet dan alle bovenaardse planten en bomen samen?

SAT 16 MAR

Jack Shore

THU 21 MAR

David Numwami

Mon 15 APR

Priya Ragu

WED 27 MAR SOLD OUT

Amadou & Mariam

FRI 29 MAR SOLD OUT

Roméo Elvis

SAT 30 MAR

Willem Ardui

SUN 31 MAR

Rosa Butsi + Noa Lee

APRIL

Wat je allemaal nog niet weet, kom je te weten op DOCVILLE .

Sat 23 MAR BHM x AB

Ms Mavy Presents Afroplug Club Night

THU 21 MAR

AT CINÉMA PALACE

La Haine

Introduction by Baloji

THU 21 MAR

AT SUPER FOURCHETTE Mary Ocher

Support: Lazzaro

SAT 23 MAR FREE

BHM X AB MASTERCLASS Music Producer In Afro Genres

SAT 23 MAR

Fatima Yamaha

Support: Asa Moto

SAT 23 MAR

BHM X AB MS MAVY PRESENTS Afroplug Club Night

MON 25 MAR Venna

TUE 26 MAR

SUPER FOURCHETTE Boolvar

TUE 02 APR FREE

LECTURE

Klassiek met De Keere

Neoklassiek

WED 10 APR

Kowari

FRI 12 APR

LYNN

SUN 14 APR

De Beren Gieren

present: ‘What Eludes Us’

MON 15 APR

Priya Ragu

MON 15 APR

Novo Amor

TUE 16 APR

MILANOSPORT

SUN 21 APR

Porcelain id

TUE 23 APR

James Brandon Lewis Quartet

THU 25 APR

Michelle David & The True-tones

FRI 26 APR M Huncho

FRI 26 APR

Zap Mama

FRI 12 MAR

WWW.DOCVILLE.BE

Info & tickets abconcerts.be
LYNN
20E EDITIE LEUVEN, BELGIUM

Niet te missen!

INNOVATIEPARCOURS op 20.03 @Campus Etterbeek AFTERWORK op 20.03 @U-square

STUDENT AI HACKATON op 21.03 @BeCentral

Verlicht je nieuwsgierigheid

FTI Festival in Brussel 15-22 maart

Wereldverbeterende AI-robots, sneakers in schimmelleer, levensreddende lama’s, internet via lichtgolven, slimme energienetten, moleculaire CO2-sponzen, en nog veel meer… Ontdek het allemaal tijdens FTI Brussel!

Programma & Tickets ftibrussel.be

Als trekker voor het FTI festival in Brussel, deel van Flanders Technology & Innovation, stelt de Vrije Universiteit Brussel en partners je een programma voor vol boeiende en interactieve avonturen op diverse locaties in en rond Brussel.

Of je nu een toekomstige student bent, een geïnteresseerde burger of een gedreven professional, er is voor elk wat wils. We willen jou uitnodigen om deel te nemen aan het vormgeven van de toekomst. Ontdek hoe jij samen met ons de brug kunt slaan tussen technologie en samenleving.

Verken FTI Brussel tussen 15 en 22 maart. Innoveer de stad. Innoveer de wereld. Want de wereld heeft je nodig

Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.