BRUZZ editie 1942 (02-07-2025)

Page 1


Fat Friendly wil straatmeubilair voor dikke mensen

Met de mobilhome overnachten in Anderlecht

Grégory Schmit

Wetsdokter en dragqueen

Brusselse formatie Is de PS het nieuwe FDF?

En het circus gaat maar door en door. Zaterdag kondigt PS-baas Ahmed Laaouej trots aan dat hij opnieuw een parlementslid van een andere partij heeft kunnen binnenhalen, Soulaimane El Mokadem (ex-PTB), zodat de partij op achttien zetels komt in het parlement. Enkele uren later trekt El Mokadem zijn staart weer in. Hij zal ontslag nemen, zodat de zetel opnieuw naar de PTB gaat.

Afwachten of dat laatste bewaarheid wordt, maar fraai is het in elk geval niet. Terwijl de Brusselaars nu al meer dan een jaar wachten op een nieuwe regering, probeert Laaouej vooral ongegeneerd de macht van zijn eigen partij uit te breiden.

De passage met El Mokadem komt er amper enkele dagen nadat Laaouej er al mee gedreigd heeft om in 2029 met een ‘Vlaamse PS’ op te komen in de Nederlandse taalgroep voor het Brussels parlement. Er is veel gefocust op de relatie tussen Vooruit en de PS in de hoofdstad, en die krijgt hier inderdaad een flinke knauw, maar het voorstel legt vooral een institutionele bom onder het Brusselse model.

Dat model is gebouwd op evenwichten tussen de taalgroepen, nadat Franstaligen, in casu het FDF, decennialang geparasiteerd hebben op de rechten van de Brusselse Vlamingen. Het was de tijd van de ‘valse Vlamingen’, een donkere bladzijde in de geschiedenis van de hoofdstad.

meesterstrateeg in zich zal laten spreken, maar het toont vooral hoe hij niet inzit met communautaire gevoeligheden in de hoofdstad, en hoe hij de ontstaansgeschiedenis van het Brussels Gewest helemaal miskent. Nadat Laaouej al luidkeels had aangekondigd nooit met de N-VA in zee te willen gaan, rijst hiermee stilaan de vraag: is de PS het nieuwe FDF?

De hele demarche kan zich tegen Laaouej zelf keren. Per slot van rekening moet Laaouej, als hij in een regering stapt, met diezelfde Vlamingen aan tafel die hij vandaag collectief schoffeert. Wat Brussel nodig heeft, zijn voorstellen die het vertrouwen kunnen herstellen om snel tot een regering te komen. Dit gooit alleen maar olie op het vuur.

Laat dit tegelijk een wake-upcall zijn aan de Nederlandstaligen om vooral niet in een regering te stappen die geen meerderheid heeft aan Nederlandstalige kant. Dan zijn ze, met de PS in de regering, een vogel voor de kat.

“De demarche van Ahmed Laaouej voor een Vlaamse PS gooit alleen maar olie op het vuur”

Er is nadien, in 1989, in serieuze grendels voorzien om dat in de toekomst te vermijden. Laaouej stelt nu voor om die via een achterpoortje te omzeilen. Dat is volledig tegen de geest van de Brusselwet, en een usurpatie van de moeizaam tot stand gekomen communautaire evenwichten. Het is verwonderlijk dat hier niet meer commotie rond bestaat.

Zeker, het toont het machtsdenken van Laaouej, en het zal wel kloppen dat hij hier de

Toeval of niet, maar zaterdag kwam de Brusselse schrijver David Van Reybrouck met een opmerkelijk voorstel. Hij wil een deliberatieve commissie rond de plaats van de auto in de stad. Woensdag bespreekt het Brussels parlement het initiatief.

Er is al veel inkt gevloeid over het wel en wee van een deliberatieve democratie, waarbij de burgers rechtstreeks, na een loting, mee het beleid kunnen bepalen. Er zijn nadelen aan, dat heeft de voorbije legislatuur wel aangetoond: het is traag en weinig efficiënt.

Maar als de representatieve democratie vastloopt, zoals nu in Brussel, kan het misschien geen kwaad om andere wegen te bewandelen. En de stem terug te geven aan het volk, dat nu al meer dan een jaar lang op een schandelijke manier genegeerd wordt door de Brusselse gekozenen.

Steven Van Garsse Senior politiek analist

In het edito fileert de redactie de Brusselse actualiteit.

Lees meer Opinie: ‘Hittegolven worden de norm, Brussel is niet voorbereid en intussen laat de nieuwe regering op zich wachten’ p.18

De Nederlanders Frank en Mieke genieten van een kop koffie op het mobilhometerrein in Anderlecht.

OP DE COVER

06Het gesprek Grégory Schmit is wetsdokter en dragqueen

ACTUALITEIT

03Vooraan ‘Is de PS het nieuwe FDF?’

12Fenomeen van de week Molengeek: modelorganisatie in het oog van de storm

13Cartoon Kim

RWDM staat op een zucht van promotie naar de hoogste voetbalklasse.

26Stedenbouw Erfgoedbescherming kan Zuidpaleis redden van sloop

VERHALEN

14Samenleving Vzw Fat Friendly ijvert voor een inclusieve publieke ruimte

OP DE COVER

32Vakantie Op bezoek op het mobilhometerrein in Anderlecht

32Interview Brusselse pornoactrice Gigi Max wint sectorprijs

ACTUALITEIT

18Opinie ‘Hittegolven worden de norm’

19Debatteer mee Stuur jij je kind op 30 juni nog naar school?

verlegt grenzen van de skatecultuur

29Big City Waarom kosten vuilniszakken in Brussel minder dan in de rest van het land?

29Meer BRUZZ Wat is er te doen op de andere BRUZZ-kanalen?

30Hang-out Fatoumata

15Debatteer mee Voel jij je veilig in het Brusselse nachtleven?

16Geopolitiek Is Brussel een doelwit voor Russische aanvallen?

ELKE WEEK

03Vooraan ‘Maak medische screening verplicht’

10In beeld Bram De Jaegher: Couleur Café

06Het gesprek Jeugdrechter Tine Suykerbuyk en journaliste Phara de Aguirre over Mijn jeugdrechter

22Stedenbouw Stad Brussel wil Nieuwe Graanmarkt vrouwvriendelijk maken

COLOFON

36Column Een leven zonder stigmatisering

28Sporting Flagey ‘Alles met wieltjes is welkom’

29Big City Waarom was er ooit een Schaarbeekse school in Blankenberge?

VERHALEN

24Horeca Brasserieën tonen zich creatief in tijden van crisis

18 Stadsleven Twix

12Fenomeen van de week Platform Better koppelt bedrijven en goede doelen

23Beestig Brussel Burgers blazen boomgaarden nieuw leven in 28 Sporting Flagey Nieuw festival

13Cartoon Kim Duchateau

14Opinie ’Maak van het Noordplein een ontmoetingsplaats voor politiek debat’

ELKE WEEK

10In beeld Emiel Viellefont: 25 Joêr Gardevils

14Stadsleven Merci

23Botanisch Brussel Natuurboomgaard in Laarbeekbos krijgt opfrisbeurt

SELECT

37 Peixe e Limão serveert zuiderse vervoering op het Brosella Festival

29Meer BRUZZ Wat is er te doen op de andere BRUZZ-kanalen?

30Hang-out Eléonore

36Column Tussen godin en dikke koe

41 Klein onderhoud Jean Harlez

SELECT

43Eat & Drink Lila29

44Inzichten DJ Piscine

37 Filmmaker Mathijs Poppe slaat een brug tussen Jette en Shatila

41 Klein onderhoud Ilyas Mettioui

43Eat & Drink Fish Tank

44Inzichten Lubiana

BRUZZ Flageyplein 18, 1050 Brussel, 02-650.10.65 ABONNEMENTEN Josiane De Troyer (abo@bruzz.be), 02-650.10.80 Gratis in Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Rest van België: 29 euro per jaar; IBAN: BE98 3631 6044 3393 van Vlaams Brusselse Media vzw, een abonnement binnen Europa kost 162 euro per jaar, buiten Europa 192 euro per jaar OPLAGE 50.000 exemplaren ADVERTEREN? Angela Mngongo 02-650.10.81 angela.mngongo@brusselmedia.be DISTRIBUTIE Ute Otten, 02-650.10.63, ute.otten@bruzz.be ALGEMENE DIRECTIE Dirk De Clippeleir ALGEMEEN HOOFDREDACTEUR Klaus Van Isacker COÖRDINATOR MAGAZINE Maarten Goethals ART DIRECTOR Heleen Rodiers VORMGEVING Ruth Plaizier EINDREDACTIE Karen De Becker, Kurt Snoekx WERKTEN MEE AAN DIT NUMMER Eva Christiaens, Kris Hendrickx, Bettina Hubo, Sophie Soukias, Steven Van Garsse, Tom Zonderman (redacteurs); Michaël Bellon, Tibert Blommaert, Annelies Bontjes, Maya Callizaya, Jasper Croonen, Andy Furniere, La Morrigasme, Michiel Leen, Louiza Moyersoen, Tom Peeters, Niels Ruëll, Maria Saldi, Michel Verlinden (medewerkers) VERTALING Frédérique Beuzon, Gregory Blauwers, Sam De Ryck, Aurélien Garcia, George Holmer FOTOGRAFIE & ILLUSTRATIE Bart Dewaele, Kim, Delphine Frantzen, Ivan Put, Saskia Vanderstichele, Emiel Viellefont VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Dirk De Clippeleir, Flageyplein 18, 1050 Elsene.

BRUZZ is een uitgave van de Vlaams Brusselse Media vzw wordt gedrukt bij Printing Partners Paal-Beringen en wordt gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschapscommissie

en Angela Mngongo 02-650.10.81 sacha.devos@brusselmedia.be angela.mngongo@brusselmedia.be DISTRIBUTIE Ute Otten, 02-650.10.63, ute.otten@bruzz.be ALGEMENE DIRECTIE Dirk De Clippeleir ALGEMEEN HOOFDREDACTEUR Klaus Van Isacker COÖRDINATOR MAGAZINE Maarten Goethals ART DIRECTOR Heleen Rodiers VORMGEVING Ruth Plaizier EINDREDACTIE Karen De Becker, Kurt Snoekx WERKTEN MEE AAN DIT NUMMER Eva Christiaens, Kris Hendrickx, Sophie Soukias, Tom Zonderman (redacteurs); Uma Barrea, Michaël Bellon, Maya Callizaya, Jasper Croonen, Astrid De Bois, Emilia De Feyter, Andy Furniere, Michiel Leen, Tom Peeters, Niels Ruëll, Kevin Van den Panhuyzen, Michel Verlinden (medewerkers) VERTALING Frédérique Beuzon, Gregory Blauwers, Sam De Ryck, Aurélien Garcia, George Holmer FOTOGRAFIE & ILLUSTRATIE Bart Dewaele, Kim, Delphine Frantzen, Ivan Put, Saskia Vanderstichele, Emiel Viellefont VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Dirk De Clippeleir, Flageyplein 18, 1050 Elsene. BRUZZ is een uitgave van de Vlaams Brusselse Media vzw wordt gedrukt bij Printing Partners Paal-Beringen en wordt gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschapscommissie

Inhoud

‘Bij een dragshow werk ik even nauwkeurig als bij een autopsie’

Als wetsdokter snijdt Grégory Schmit overdag lijken open bij verdachte overlijdens. Als zijn alter ego Clarika geeft hij ‘s avonds het beste van zichzelf in dragclub Chez Maman. Het contrast tussen zijn job als forensisch arts en zijn nachtleven vormt het onderwerp van Docteur Queen, een biografie die onlangs verscheen. “Ik ga niet op hoge hakken naar een plaats delict.”

door Maria Saldi foto’s Saskia Vanderstichele

Niet je typische wetsdokter.”

Met die belofte verkoopt de achterflap van het boek het verhaal van Grégory Schmit. En dat kan weleens kloppen –in de mate dat wetsdokters typisch kunnen zijn. Schmit, actief onder meer in Brussel, Waals-Brabant en Henegouwen, is de arts die alle dodelijke slachtoffers van de 2016 aanslag in metrohalte Maalbeek onderzocht. Maar tegelijk vond hij een fascinerende manier om de dood niet het laatste woord te geven, want geregeld staat hij op de planken van de bekende dragclub Chez Maman, in het centrum van Brussel, waar hij optreedt als Clarika, een blonde vamp met een hoog sexappeal. Een sterk

contrast? “Eerder een manier om mij in evenwicht te houden.”

Was u bij het uitkomen van het boek bang voor uw reputatie als arts, nu uw privéleven wel heel openbaar wordt?

GRÉGORY SCHMIT: Absoluut niet. Mijn sociale media met foto’s van mezelf in drag staan openbaar, veel collega’s en studenten zijn al lang op de hoogte. Ze zijn nieuwsgierig en spreken mij erover aan, en komen soms kijken naar mijn shows. Ik heb al meegemaakt dat een politieagent op het werk komt vragen wanneer mijn volgende performance staat gepland. Negatieve reacties heb ik gelukkig nog nooit gehad, daar ben ik heel dankbaar

voor. Waarschijnlijk zijn er wel mensen die gechoqueerd zijn, maar die houden dat voor zichzelf. Ik heb twee passies, die elkaar niet in het gedrang brengen. Waarom zou ik me daarvoor moeten schamen? Het is geen dubbelleven, zoals ik weleens hoor. Ik verstop me allesbehalve.

Het leven als dragqueen en dat als wetsdokter lijken mijlenver uit elkaar te liggen. Kruisen die werelden elkaar ooit?

SCHMIT: Ik ga natuurlijk niet op hoge hakken naar een plaats delict, en verkleed me ook niet als dokter in dragshows bij Chez Maman. ‘Docteur Queen’ is een bijnaam die mijn vrienden me ooit hebben gegeven, naar de tv-serie Docteur Quinn uit de jaren

BIO

• Geboren in 1982 in Virton, in de provincie Luxemburg

•.Studeert in 2012 af als forensisch arts aan de UCLouvain, waar hij ook lesgeeft

• Als Clarika is hij regelmatig te vinden in dragclub Chez Maman, in de Lievevrouwbroersstraat

• Trad op als wetsdokter bij fel gemediatiseerde zaken zoals de dood van de vierjarige Mawda en zangeres Maurane

negentig. Het is niet mijn dragnaam, die heeft niets met mijn job te maken. Het zijn voor mij twee compleet verschillende facetten van mezelf. Wel moet ik in beide omgevingen heel rigoureus te werk gaan. Een wetsdokter moet in opperste concentratie een autopsie uitvoeren, de kleinste fout kan grote gevolgen hebben. Als dragqueen werk ik even nauwkeurig. De make-up moet er piekfijn uitzien, ik moet de geknipte kostuums vinden en strakke choreografieën instuderen. Het is niet zomaar een paar penseelstreken zetten en gaan feesten, zoals sommige mensen denken.

Is uw extravagante nachtleven een manier om met de somberheid van uw job om te gaan?

SCHMIT: Ja en nee. Met mijn zware job heb ik wel nood aan iets dat me in evenwicht houdt, waar ik mijn gekke kant kan laten zien. En ik wil nog een andere sociale kring dan alleen mijn collega’s. Maar het is niet omdat ik op mijn job vreselijke dingen zie, dat ik drag doe. Toen ik ermee begon, was ik zelfs nog niet aan het werk. Als student in het Brusselse nachtleven ontdekte ik Chez Maman. Omdat ik me altijd al graag heb verkleed en een voorliefde voor theater heb, deed ik

eenmalig mee aan de ‘Nacht van de debutantes’. Het is uiteindelijk niet bij één keer gebleven. Ik begon er bij te klussen als barman en moest af en toe invallen voor andere performers. ‘Maman’ en haar ‘dochter’ hebben mij onder hun vleugels genomen, en twintig jaar later sta ik nog steeds op de scène als Clarika.

Hoe zwaar is het om in uw job elke dag met de dood geconfronteerd te worden?

“Ik ben meer geraakt door de levende slachtoffers die ik onderzoek dan door de dode, omdat de levenden mij hun verhaal kunnen vertellen,” vertelt wetsdokter en dragqueen Grégory Schmit.

SCHMIT: Ik werk niet alleen met lijken, de helft van de slachtoffers die ik zie leeft nog. Ook iemand die wordt aangevallen op straat bijvoorbeeld, komt bij mij terecht voor een onderzoek. Door de levende slachtoffers ben ik meer geraakt dan door de dode, omdat zij mij hun verhaal kunnen vertellen en vaak emotioneel reageren. Ik ben niet ongevoelig, maar ’s nachts lig ik niet wakker van wat ik overdag zie. Als ik aankom op een plaats delict, is de familie van het slachtoffer niet aanwezig, wel mensen van het parket en politieagenten, die ik goed ken. We maken grapjes en praten over ditjes en datjes, zoals op elke werkplek. Er hangt absoluut geen sombere sfeer. Als ik een autopsie uitvoer op iemand, wordt die voor mij een expertiseobject. Dat moet wel, om mijn werk nauwkeurig uit te voeren en in opperste concentratie te kunnen werken, zonder het lijk te veel te beschadigen. De familie moet nog waardig afscheid kunnen nemen. Sommige verhalen zijn echt heel triest, en dan is het wel moeilijk om niet emotioneel te worden.

Welke verhalen uit uw carrière als wetsdokter zijn u bijgebleven?

SCHMIT: Twee staan in mijn geheugen gegrift. Tijdens de aanslagen in Brussel in 2016 heb ik alle mensen onderzocht die in het metrostation van Maalbeek waren omgekomen. Het voelde alsof ik in een oorlogszone terechtkwam. 24 uur lang ben ik ondergronds gebleven om de situatie vast te stellen, met het constante alarmsignaal van de metro en een indringende rookgeur. De pers overspoelde mij met vragen, net als iedereen uit mijn omgeving. In een dergelijke situatie is het onmogelijk om je werk niet mee naar huis te nemen.

En dan is er mijn allereerste autopsie. Ik was 24 jaar en liep nog stage. Toen ik de kamer binnenkwam, zag ik vijf kleine lichamen naast elkaar. Een moeder had al haar kinderen, die

“Bij mijn eerste autopsie zag ik vijf kleine lichamen naast elkaar: een moeder die haar kinderen de keel had overgesneden”

tussen de drie en de veertien jaar oud waren, de keel overgesneden terwijl ze aan het slapen waren. De oudste twee waren wakker geworden en hadden nog geprobeerd om zich te verzetten. De autopsie ging de hele dag door, met vijf minuten pauze tussen elk lichaam. Een echte vuurdoop dus, waar ik heb moeten leren om mijn emoties uit te schakelen.

U woont in Brussel, en voert uw autopsieën uit in het ziekenhuis van Saint-Luc. Hebt u ooit al iemand op uw snijtafel gehad die u kende?

SCHMIT: Eén keer. Op mijn allereerste concert toen ik acht was, ging ik naar de Brusselse zangeres Maurane kijken. Door de jaren heen ben ik haar blijven volgen en heb ik haar enkele keren mogen ontmoeten. Op de vooravond van haar dood was ik op haar concert. Het was bizar om haar te moeten onderzoeken, maar ik heb niet getwijfeld. Veel keuze had ik niet, er was niemand anders beschikbaar (lacht). Ik ben vooral blij dat ik het heb gedaan, en niet iemand anders. Ik voelde dat ik bij dat moment moest zijn.

Is wetsdokter zijn uw roeping?

SCHMIT: Helemaal niet. Toen ik mijn studies geneeskunde in het begin van de jaren

2000 begon, wist ik niet eens dat het bestond. Niemand sprak erover, en het kwam niet in de media. In mijn vierde jaar geneeskunde zag ik plots een documentaire over het beroep. Het contact met zowel dokters, politieagenten, als leden van het parket sprak me aan. Ik was helemaal verkocht toen ik een jaar later het vak ‘forensische geneeskunde’ volgde. Het is helemaal anders dan een dokter die mensen geneest, maar ik voel me geen ‘dokter van de dood’. Ik noem mijn vak liever ‘de geneeskunde van de gerechtigheid’. Tegenwoordig komt het beroep vaker voor in televisieseries, maar het stigma dat de snijzaal een door en door lugubere plek

is, leeft nog sterk. Ik doe mijn uiterste best om mijn studenten te enthousiasmeren voor het metier, want er is een groot tekort. We zijn met drie wetsdokters voor heel Brussel en Waals-Brabant, in 2007 waren er nog zes voor Brussel alleen. Gelukkig doen steeds meer studenten een stageaanvraag op onze afdeling, hopelijk is er beterschap op komst.

U componeerde het boek samen met Denis Goeman, die het effectieve schrijfwerk deed. Hoe hebben jullie elkaar leren kennen?

SCHMIT: Tien jaar geleden. Denis Goeman was als parketmagistraat verantwoordelijk voor de moordzaken in Brussel, en omdat er in Brussel nogal wat moorden zijn, zagen hij en ik elkaar bijna dagelijks. Op een dag toonde een van onze collega’s hem een filmpje van mijn dragperformance. Denis was gefascineerd en het zaadje voor het boek was geplant. Toen hij tijdens een apéro voorstelde om mijn atypische verhaal neer te schrijven, heb ik niet lang moeten nadenken.

Hebben jullie het boek uitgebracht om het beroep in een positiever daglicht te plaatsen?

SCHMIT: Ik hoop dat het aantoont dat wetsdokters gewoon mensen zijn met leuke, en vooral levendige hobby’s. Denis beschrijft op een didactische manier hoe een autopsie in zijn werk gaat, wat het mysterie errond countert. Door dat aan de hand van een kleurrijk hoofdpersonage te doen, krijgt het beroep een menselijk gezicht. Denis is heel blij dat hij mij heeft gevonden. Mocht het een fictieboek zijn, zou niemand hebben geloofd dat er een wetsdokter zoals ik rondloopt.

Docteur Queen van Denis Goeman en Grégory Schmit, 22,50 euro, uitgegeven bij Racine.

‘J’APPORTE LE MÊME SOIN À UN SHOW DRAG QU’À UNE AUTOPSIE’

FR Le jour, Grégory Schmit est médecin légiste. La nuit, il devient Clarika, son alter ego drag, sur la scène du cabaret Chez Maman. Ce grand écart est au cœur de Docteur Queen, biographie récemment parue. « Ce sont deux facettes de moi très différentes mais qui exigent la même rigueur : en médecine légale, l’erreur est lourde de conséquences ; en drag, je suis tout aussi méticuleux. »

‘I TAKE THE DRAG SHOWS JUST AS SERIOUSLY AS I DO THE AUTOPSIES’

EN During the day, Grégory Schmit is a pathologist. At night, he gives it his all at drag club Chez Maman as his alter ego Clarika. That contrast is the subject of Docteur Queen, a recently published biography. “They are two completely different sides of myself but both environments demand very rigorous work. Both as a pathologist and as a drag queen, I need to work meticulously.”

In beeld door Bram De Jaegher

Couleur Café

Heet was Couleur Café, en dat lag niet alleen aan de zon. Terwijl het zweet uit de poriën gutste, werd het Ossegempark afgelopen weekend op temperatuur gebracht door vuurvaste sets van onder meer Little Simz, Omah Lay en Nathy Peluso. En voor wie het nog niet warm genoeg had, was daar altijd de Globo Swing, een soort reuzenhamsterwiel voor volwassenen. Ook de 34ste editie van Couleur Café was uitverkocht. MG

Molengeek Modelorganisatie in het oog van de storm

Jarenlang was Molengeek hét voorbeeld van een succesverhaal uit Molenbeek. De voorbije maanden lijkt de modelorganisatie van Ibrahim Ouassari wat van haar glans te verliezen.

Molengeek, dat is in de eerste plaats een vzw die een breed publiek via opleidingen naar de technologiesector wil leiden. In de praktijk is dat publiek daarbij vaak laaggeschoold en afkomstig uit de volkswijken van onder meer Molenbeek. Het concept las de voorbije jaren vooral als een succesverhaal. Molengeek slaagde erin om een aantal in het oog springende partnerschappen te smeden met onder meer Google, Meta en BNP Paribas. Gewestinstellingen als Actiris en Bruxelles Formation werkten samen met Molengeek, dat ook uitbreidde naar andere steden en het buitenland: Antwerpen (BorGerHub), Charleroi (Charlewood), het Noord-Franse Roubaix, Casablanca in Marokko (LionsGeek), Italië, Nederland … Een positief verhaal uit Molenbeek en over de Molenbeekse jeugd, daar hadden verschillende prominenten wel oren naar, al helemaal in de jaren na de aanslagen. Onder meer toenmalig premier Alexander De Croo (Open VLD) en koning Filip kwamen op bezoek bij Molengeek. En via de MR van Georges-Louis Bouchez belandde medeoprichter

Ibrahim Ouassari zelfs in de raad van bestuur van Proximus. Diezelfde Ouassari mocht zich in 2021 ook ‘Brusselaar van het jaar’ noemen. De voorbije maanden lijkt het succes van Molengeek echter te tanen. In februari besloot Bruxelles Formation zo om de samenwerking met de vzw niet langer voort te zetten. Aan de basis ligt een tiental klachten van cursisten die een opleiding volgden. Het belangrijkste en terugkerende verwijt luidt dat de kwaliteit van de opleiders niet volstaat. Vaak betreft het mensen die zelf nog maar net dezelfde opleiding van enkele maanden achter de rug hebben. Ondanks verschillende vergaderingen vonden Molengeek en Bruxelles Formation geen oplossing en beëindigde de overheidsinstantie de samenwerking, heet het daar.

Medeoprichter Ibrahim Ouassari ontkent dat er een probleem is met de kwaliteit van de opleiding. De echte angel was volgens hem dat Bruxelles Formation te laks was met de studenten. Volgens de CEO moest zijn organisatie te vaak door de vingers zien dat studenten te laat kwamen,

bijvoorbeeld omdat ze tot een gat in de nacht gameden. “Die tien klachten gaan ook maar over twee docenten over twee jaar,” vertelt hij aan de telefoon. “Dit jaar was dat bovendien een externe, die dus niét bij ons was opgeleid, de Molengeekcultuur niet kende en geen geduld had met ons publiek.”

Kritiek in een rapsong

Nochtans is Bruxelles Formation niet de enige bron die zijn frustratie uit over de aanpak van Molengeek. Minstens sinds begin dit jaar circuleert ook een rapsong ‘Molenbluff’ online, waarin onder meer de directie op de korrel wordt genomen. “Formation déçue, promesses non tenues/Des attentes brisées, des rêves perdus (…)/ Direction insensibles aux critiques constructives.”

(“Ontgoochelende opleiding, niet-nagekomen beloften/ Gebroken verwachtingen, verloren dromen (…) Een directie die ongevoelig is voor constructieve kritiek.”)

Dit weekend raakte ook bekend dat Defensie al sinds 2024 niet meer samenwerkt met de vzw. Het leger hoopte via Molengeek meer cyberexperts te rekruteren, een functie waarvoor er niet genoeg kandidaten zijn. Die hoop bleek ijdel, de samenwerking leverde – om verschillende redenen –geen enkele aanwerving op, schrijft La Libre De Standaard weet dan weer dat Google, dat in totaal één miljoen euro naar Molengeek liet vloeien, de samenwerking eind vorig jaar niet verlengde. De niet zo nieuwe nieuwtjes volgt op een dossier

© PHOTONEWS

Ibrahim Ouassari, medeoprichter van Molengeek, in 2019, bij de aankondiging van de samenwerking met Proximus, samen met Brussels minister van Werk Bernard Clerfayt (Défi).

à charge in het Franse magazine Paris Match, waarin ook de denigrerende en autoritaire toon die Ouassari soms aanneemt tegen cursisten, wordt aangekaart. Onder meer medeoprichtster (en ex-vriendin van Ouassari) Julie Foulon, die Molengeek in 2019 verliet, heeft het daar over verbaal geweld tegen studenten en medewerkers. Een audio-opname van eind 2024 suggereert dat die houding nog altijd een probleem vormt. Op de opname gaat Ouassari brutaal tekeer tegen een cursiste die hij heeft uitgesloten, maar die toch terugkomt. “Die persoon zorgde ervoor dat alle cursisten naar buiten kwamen,” zegt hij. “Daar moest ik dan mee omgaan en ik was kwaad, ja.”

1 mio

euro liet Google naar Molengeek vloeien. De samenwerking werd eind vorig jaar niet verlengd

was het jaar waarin Ibrahim Ouassari de titel ‘Brusselaar van het jaar’ kreeg

Een ander punt van kritiek gaat over de betalingsstructuur voor de opleiders. Die worden niet betaald door Molengeek, dat geen werknemers heeft, maar door Urbantech, een bedrijf dat gecontroleerd wordt door Ouassari. “Zo kunnen we vaste contracten aanbieden, want Urbantech heeft nog andere klanten,” licht Ouassari toe.

Voor een goed begrip: niet iedereen keert Molengeek de rug toe. De gewestelijke arbeidsbemiddelaar Actiris blijft bijvoorbeeld samenwerken met Molengeek, net zoals Proximus en BNP Paribas Fortis. Heel wat deelnemers aan opleidingen van Molengeek lijken ook tevreden met het aanbod dat ze kregen.

Ouassari heeft dan ook niet het gevoel dat de wind aan het keren is voor Molengeek. “Sommigen dromen daar misschien van. Het idee dat jongeren uit Molenbeek succesvol kunnen zijn, bevalt niet iedereen. Jullie hebben daar in het Nederlands toch een spreekwoord voor? Iets met bomen en wind?”

KRIS HENDRICKX

Hoe vriendelijk is Brussel voor dikke mensen?

De Brusselse organisatie Fat Friendly wil meer aandacht voor dikkere mensen in het straatbeeld. Daarom publiceerde ze een online kaart waarop iedereen kan ontdekken of een terras, bioscoopzaal of sporthal wel geschikt is voor zwaardere personen. “Ik ben in een constante staat van hyperwaakzaamheid.”

door Michiel Leen

Volgens cijfers van het wetenschappelijke instituut Sciensano is ongeveer de helft van de Belgen te dik, en is er bij een op de zes Belgen ouder dan 3 jaar sprake van overgewicht (een BMI van meer dan 30). Het gaat met andere woorden om een significant deel van de bevolking, en toch blijven hun specifieke noden vaak onder de radar. De Brusselse organisatie Fat Friendly wil daar verandering in brengen.

Concreet doet de vereniging dat door op op haar website een kaart bij te houden van het gewest, waarop staat in welke

mate publieke ruimtes toegankelijk zijn voor dikke mensen. (De grens ligt op maatje 44.) Via de website kan iedereen nagaan of een terras bijvoorbeeld bankjes heeft (in plaats van terrasstoeltjes met beklemmende armleuningen), of er trappen zijn of smalle draaideuren bij de ingang. “Allemaal zaken waar een zwaar persoon rekening mee moet houden”, zegt mede-initiatiefneemster Marie-Amah Kouadio, “en waar wie er niet mee te maken krijgt, zich niet eens van bewust is.”

De bal ging enkele jaren geleden aan het rollen. Medeoprichtster Pelphine, die haar familienaam liever niet gepubliceerd ziet,

deelde op haar Instagram berichten over het wel en wee van dikke mensen in Brussel. Daaruit kwamen ontmoetingen voort met gelijkgestemde zielen, die op hun beurt leidden tot de oprichting van de vzw Fat Friendly en de website, die naast de interactieve kaart ook een bundel van teksten en manifesten rond zwaarlijvigheid aanbiedt.

Een ander recent wapenfeit van Fat Friendly is de workshop ‘Des assises pour

tous’tes’, tijdens de LABdays in de Centrale for Contemporary Art. De focus lag er op aangepast zitmeubilair in de publieke ruimte.

“Een gebrek aan geschikt zitmeubilair is een dagelijkse hindernis,” zegt Pelphine. “Er bestaan geen normen waaraan publieke infrastructuur zou moeten voldoen voor dikke mensen. Wij willen die denkoefening wel maken en concrete oplossingen aandragen. Zoals minimale afmetingen,

“Vrouwen worden sneller als dik beschouwd. Bij mannen wordt zwaarlijvigheid meer geassocieerd met knuffelbaarheid of kracht”

Pelphine

bijvoorbeeld. Maar ook: een design dat aanspreekt, zodat dikke mensen ook het zelfvertrouwen ervaren om er gebruik van te maken. Nu moeten we al te vaak blij zijn dat we überhaupt kunnen zitten, ook al doet het pijn of is het oncomfortabel.”

Inspiratie uit Amerika

De inspiratie voor Fat Friendly komt uit Amerika. Daar ontstond in de jaren 1960 al een tegenbeweging die zichzelf The Fat Underground noemde. “De eisen uit hun ‘Fat manifesto’ zijn vandaag nog steeds actueel,” meent Pelphine. “Zo stelden zij vijftig jaar geleden de Body Mass Index al in vraag, die een uitvinding was van de Amerikaanse zorgverzekeraars en die arbitrair ging bepalen wat een ‘normaal’ gewicht is, wat geldt als overgewicht, en wat als obesitas. Het hele discours rond de ‘obesitasepidemie’ is toen ontstaan. Net als de zeer lucratieve dieet- en vermageringsindustrie, inclusief de maagverkleiningen en de recente hype rond Ozempic.”

In België staat de beweging nog in haar kinderschoenen. En in Brussel is er nog heel wat werk aan de winkel. “Mijn aanvoelen is dat bij stadsplanning en het ontwerp van gebouwen rekening gehouden wordt met mensen met beperkte mobiliteit, maar niet specifiek met dikke mensen,” zegt Marie-Amah Kouadio, “al overlappen de oplossingen soms wel.”

“Het gaat ook om uiteenlopende noden,” vult Pelphine aan. “Niet elke dikke persoon heeft last van een beperkte mobiliteit, dik zijn hoeft geen handicap te zijn. Maar de zitjes op het openbaar vervoer, bijvoorbeeld, zijn niet altijd aangepast aan dikkere mensen, en dat brengt soms agressie met zich mee van medepassagiers, die vinden dat hun plaats wordt afgenomen. Met enkele bredere zitjes kan dat probleem al verholpen worden.”

Hyperwaakzaamheid

Op het terrein groeit het bewustzijn maar traag. “Ik maak uitbaters er wel attent op wanneer hun terrasstoeltjes niet comfortabel zijn,” zegt Pelphine. “Niet iedereen durft dat. De reacties zijn meestal wel positief: uitbaters geven te kennen dat ze niet beseften dat hun stoeltjes, bijvoorbeeld door de armleuningen, niet leuk zitten. Door erover te praten wakker je het bewustzijn errond aan. Sommige locaties zijn dan weer bang voor de kosten die een aanpassing van hun infrastructuur of

“Altijd weer die rotopmerkingen over mijn gewicht moeten ondergaan, het vreet aan mijn gezondheid”

meubilair met zich meebrengt. Maar kleine ingrepen kunnen soms al wonderen doen. Zo kan je de tussenleuning in een theater of cinemazaal weghalen of desnoods een paar stoelen in het gangpad zetten. Bovendien kost gedetailleerde info geven over de toegankelijkheid van een locatie niets.”

Daar komt de kaart van Fat Friendly van pas. “Voordat ik ook maar ergens heen ga, zit ik op Google te kijken of de plek wel toegankelijk is voor mensen zoals ik,” zegt Pelphine. “Ik moet vaak improviseren, en dat kost geweldig veel tijd en mentale energie. De kaart moet dat verhelpen. We moedigen de mensen dan ook aan om zo gedetailleerd mogelijke informatie toe te voegen. Zoals over het wegdek in de buurt. Het kan een detail lijken, maar kasseien of asfalt, dat maakt soms een wereld van verschil.”

“Je bent als dikke persoon in een staat van hyperwaakzaamheid,” vult Kouadio aan. “Dat voortdurende bewustzijn van je dik-zijn, dat voortdurende afvragen of je ergens wel naar binnen kan, of je de juiste kleren zal vinden, of je weer rotopmerkingen zal moeten ondergaan, het vreet aan je gezondheid. Het gaat om ons recht om ons thuis te voelen in de stad. Het gaat om deelnemen aan het leven in de stad.”

Wantrouwen

Het discours van Fat Friendly vertoont raakpunten met dat van andere identitaire bewegingen, en dat is geen toeval, menen de initiatiefnemers. “Er zijn raakpunten met de strijd van andere minderheden, die ook met geweld en discriminatie worden geconfronteerd, “weet Pelphine. “Fatphobia hangt samen met seksisme en racisme. Veel dikke mensen internaliseerden de overtuiging dat ze niet normaal zijn, wat niet hoeft te verwonderen als je ziet hoe er over hen wordt gepraat en gedacht in deze samenleving. Dan is er nood aan een

tegenbeweging die een fierheid kan doen groeien bij dikke mensen. Je eist als dikke persoon het recht op om te zijn wie je bent.”

Het hoeft daarom niet te verbazen dat de leden van Fat Friendly bijvoorbeeld de term ‘obesitas’ hekelen. “Obesitas is een medische term die duidt op een ziekte. Bovendien is er geen consensus over wat obesitas precies inhoudt. Het heeft voor ons geen zin om te zeggen: je overschrijdt deze of gene BMI-grens, dus je bent ziek. Het grote publiek denkt: hoe dikker, hoe zieker. Dat klopt niet. Levensstijlkeuzes en mentaal welbevinden hebben een grotere impact dan het gewicht an sich.”

Ze zien hun wantrouwen tegenover de medische wereld gerechtvaardigd in verschillende voorbeelden: “Doses van medicatie die niet zijn afgestemd op zwaardere mensen, anticonceptie die minder efficiënt werkt, chemotherapie waarbij artsen niet weten welke dosis een zwaardere persoon nodig heeft … Tegelijkertijd zijn er nog te veel artsen die alle gezondheidsproblemen waarmee een dikke patiënt bij hen komt, willen herleiden tot een kwestie van gewicht,” zegt Pelphine.

En dus zoeken de Brusselaars steun bij elkaar. Fat Friendly organiseert praatgroepen voor gelijkgestemden, vaak en non-mixité grosse et sans homme cis-genre. Toch een opvallend criterium voor een vereniging die zich tegen discriminatie zegt te kanten? “Veel personen in de groep zijn slachtoffer geweest van seksisme of seksueel geweld,” zegt Kouadio. “We wilen een plek creëren waar ze ook over die ervaringen kunnen spreken. Uit ervaring weten we ook dat er vooral vrouwen naar de praatgroepen komen. Maar we organiseren zeker ook activiteiten die openstaan voor alle dikke mensen.”

Pelphine vult aan: ”Fatphobia raakt vrouwen nu eenmaal anders dan mannen. Vrouwen worden sneller beschouwd als (te) dik. Bij mannen wordt dik zijn veel meer geassocieerd met knuffelbaarheid of kracht. Het omslagpunt ligt veel hoger. Bij dikke vrouwen grijpen verschillende vormen van discriminatie op elkaar in: op basis van gender, gewicht, afkomst.”

De reacties van beleidsmakers blijven momenteel eerder beperkt, zo blijkt. “Onze focus als organisatie ligt meer op het terrein en op samenwerking met organisaties als Unia, om echt op te treden tegen discriminatie,” zegt Pelphine. “We hebben nu vaak het gevoel dat fatphobia een soort sous-discrimination is. Er wordt veel over ons gesproken, er zijn veel mensen aan het woord die zich naar eigen zeggen bezorgd tonen over onze gezondheid, maar wijzelf en onze noden blijven haast onzichtbaar. Om dan de verantwoordelijkheid helemaal bij het individu te leggen, dat is absurd. Er is een systeemverandering nodig.”

BRUXELLES EST-ELLE ADAPTÉE AUX PERSONNES EN SURPOIDS ?

FR Environ un Belge sur deux est en surpoids, et près d’un sur six est obèse. Pourtant, les besoins de cette part importante de la population restent ignorés. L’organisation bruxelloise Fat Friendly veut y remédier grâce à une carte des lieux accessibles, des ressources et des ateliers. « En tant que personne en surpoids, on vit dans un état constant de super-vigilance », confie Marie-Amah Kouadio, cofondatrice de Fat Friendly.

IS BRUSSELS ADAPTED TO THE NEEDS OF OVERWEIGHT PEOPLE?

EN Around half of Belgians are overweight, one in six Belgians are considered obese. And yet the needs of this half of the population often remain under the radar. That is what the Brussels organisation Fat Friendly wants to change with an online map of accessible places for overweight people, articles, and workshops. “As an overweight person, you are always in a state of hypervigilance,” MarieAmah Kouadio, co-founder of Fat Friendly, says.

Opinie

‘Hittegolven

worden de norm’

Een hittegolf treft niet iedereen in gelijke mate, schrijft onderzoeker Simon De Muynck. “Oversterfte treft ouderen, maar ook mensen die op straat leven of in onwaardige woningen, zijn extra kwetsbaar.”

Simon De Muynck

• Master in Milieuwetenschappen en -beheer

• Coördinator bij het Centre for Urban Ecology en onderzoeker (ULB–LoUIsE)

Het is warm in Brussel. En daar zullen we aan moeten wennen. We spreken van een hittegolf wanneer gedurende minstens vijf opeenvolgende dagen de maximumtemperatuur 25 °C of meer bedraagt, waarvan er minstens drie dagen een maximumtemperatuur van 30 °C of meer hebben. Uit het klimaatrapport van het Koninklijk Meteorologisch Instituut (KMI) van België blijkt dat, bij een ongewijzigd klimaattraject, het aantal hittegolven in het Brusselse stadscentrum tegen 2100 kan verdrievoudigen, de intensiteit ervan kan verdubbelen en de duur met vijftig procent kan toenemen. Met andere woorden: hittegolven worden de norm. Eerste probleem: de blootstelling aan hittestress is zeer ongelijk verdeeld over het grondgebied van het Brussels gewest. De gemeenten

Stadsleven Twix

door Bram Van de Velde

Af en toe bekruipt mij een onweerstaanbare drang naar zoetigheid. Dan stap ik met vaste tred richting dichtstbijzijnde supermarkt, om die zoetzucht te stillen. Een Twix klaart doorgaans de klus. Ze liggen op ooghoogte voor me uitgestald, voor 2 euro en 6 cent per verpakking. Tot het me opvalt: diezelfde Twix ligt ook op de onderste rayon. En wel voor

en wijken van het hypercentrum en de eerste kroon zijn veel meer verstedelijkt en beschikken over minder groene ruimtes en vegetatie. De sociaaleconomisch meest kwetsbare bevolkingsgroepen die er wonen, zijn dus veel meer blootgesteld aan de hitte dan andere – een eerste vorm van milieuongelijkheid.

Extra kwetsbaar

Tweede probleem: hitte doodt. Onderzoek van Sciensano toont aan

“Brussel is nauwelijks voorbereid op de gevolgen van extreme hitte”

1 euro en 84 cent. Voor een korting van 22 cent ga ik gewillig door de knieën. Ik neem de onderste Twix en wend me tot de kassa, klaar om mijn korting in ontvangst te nemen. Tot mijn ontsteltenis rekent de juffrouw me de volle 2 euro en 6 cent aan. Ik maak haar attent op het prijsverschil

dat lange periodes van hitte (en de dagen erna) doorgaans gepaard gaan met oversterfte in alle gewesten van het land. De geregistreerde oversterfte betreft vooral (maar niet uitsluitend) senioren. We spreken over enkele honderden mensen in België en een vijftigtal in de zomer van 2022. Maar er wordt minder gesproken over mensen die op straat leven, in onwaardige woningen verblijven of die op andere manieren extra kwetsbaar zijn voor hitte. Die groepen worden opvallend weinig bestudeerd in Brussel, maar ze hebben wel degelijk last van de gevolgen: ademhalingsproblemen, vermoeidheid, slaap van mindere kwaliteit, concentratieproblemen op het werk, op school ... De lijst is lang. En grotendeels onbekend. Derde probleem: Brussel is

van hetzelfde product, dat zich nota bene voor haar neus zwart op wit manifesteert. “C’est le code bar qui compte, monsieur.” Ik word instant opstandig. Wie geen correct prijzenbeleid hanteert, verdient mijn centen niet. “Laisse tomber,” laat ik de juffrouw weten. Met lege handen

verlaat ik de winkel. En mijn drang naar zoetigheid? Wel, mijn gierige kantje blijkt sterker.

In Stadsleven vertellen redacteurs en lezers in maximaal 1000 tekens een verrassende anekdote over Brussel. Insturen kan via redactie@bruzz.be

nauwelijksvoorbereidopde gevolgen van extremehitte. Het vorigeBrusselseregeerakkoord maaktegewag van enkele intentiesomstedelijkewijken te vergroenenenreflecterende materialen te gebruiken, wat beter isdanniets,maarverre van voldoende. Het Brusselse regeerakkoord van dezelegislatuurlaatnogaltijdopzich wachten. Het federalecoalitieakkoord2025-2029wijdt2,5regels aanhittegolven: het stelt voorom te onderzoeken of federale gebouwen met airconditioning opengesteldkunnenwordenvoor het publiek,iets wat instedenals Parijs of Nantesalgebeurt. Het nationaal ozon- enhitteplan bestaatgelukkigwel,maartreedt pasinwerkingwanneerbeide problemenzichtegelijkvoordoen

(hitteen ozon) enlijktzijn weg niet te vindennaarallekwetsbare groependiegevoeligzijnvoorhoge temperaturen(daklozen,mensenin onwaardigewoningen,enzovoort).

Zorgwekkende realiteit Veelinitiatievenomdestadaan te passenaanhittestresszijnstopgezet (GoodMove,Renolution) of schietenschromelijktekort(schoolstraten,vergroening van scholen, drinkwaterfonteinen,enzovoort).De verstedelijking van Brussel–de belangrijkstefactordiebijdraagtaan deblootstellingaanhitte–neemt sindsdejaren1950lineairtoe.In 1950 was noggeenkwart van het gewestondoorlatend.In2022is dat almeerdandehelft.Endiecijfers verhulleneenveelzorgwekkendere realiteitopgemeentelijkniveau:90 procent van het grondgebied van Sint-Joostisondoorlatend,85 procent van Sint-Gillis,78procent van Schaarbeek,77procent van Elsene...tegenover19procent van Bosvoorde,34procent van Oudergem, 37 procent van Ukkel of 45 procent van Sint-Pieters-Woluwe. Opnieuwzittendusnietalle inwonersinhetzelfdeschuitje,en zijn het vaakdearmstemensendie deprijsbetalenvooreenklimaatontwrichtingdieopwereldschaal grotendeelsveroorzaaktwordtdoor ...derijkstemensen.

Reageren of zelfeen opiniestukinsturen?Mail naarredactie@bruzz.be

Dat was een van de dingen waarvoor ik vroeger veel te vroeg opstond: de Smurfen kijken vóór school. De Smurfen gaven je altijd een goed humeur”

Debatteer mee

Stuur jij je kinderen nog naar school op maandag 30 juni?

Resultatenonlinebevraging,op 26 juni2025viaRhetoric (42 reacties)

Ja Het isnogeenschooldag,dus het lijktmelogisch dat mijnkindnoggaat :-) Hanne R.

Ikzienietinwaarom ze niet tothet einde van het jaar naarschool zou gaan. Margo K.

Behalvedescholenin het Franstalige of NederlandstaligeschoolsysteemzijnerinBrusselenomgeving nogveelandere,internationale of Europesescholen. DeDuitseschoolinWezembeek-Oppem,bijvoorbeeld, gaatdoor11juli.Dusja. Daniela S.

Het isgewooneenschooldag,hoeongelukkigdieook magvallen. Het systeemmagzekeraangepast worden van mij,omditsoortzaken te voorkomen, maar tot dietijdis het eenschooldag,punt.Ook krijgen ze oponzeschoolpasop30junihunrapport mee. Linda W.

Ik twijfel

Een beetjevreemd, want danhebben ze eerst weekendendaarnanogeendag. Rune V.

Nee

Schoolisslechts tot 12uur,waardoor we opvang moetenvindenvooreenhalvedag.Onzezoonstart daaromopmaandagal met eenkampje. Sarah J.

Zinloos.Deresultaten van het studiejaarzijnal bekendenerisgeeninteressant of pedagogisch onderwijsprogrammavoorzienopmaandag30juni 2025. Riny N.

Ze krijgentochgeen les opdielaatstedag. Maarten D.

was zaterdagin Brusselvoorde première van de nieuwe smurfenfilm.De zangeresvertolkt de rol van de Smurfin,enzingt ookdesoundtrack van ‘Smurfs’

Het aantal hittegolven kan volgens het KMI tegen 2100 verdrievoudigen.
RIHANNA

Fruitbomen Burgers blazen boomgaarden nieuw leven in

In Neder-Over-Heembeek rekent de Stad Brussel op buurtbewoners om ten volle de vruchten te plukken van vier gemeentelijke boomgaarden, waarvan twee in het Begijnenbosdal.

Ecologische organisatie Velt leidt gedurende twee jaar een groep burgers op.

door Andy Furniere

Onlangs verzamelden een dertigtal buurtbewoners zich in het Begijnenbosdal, een natuurgebied in Neder-Over-Heembeek, voor de aftrap van een project dat vier gemeentelijke boomgaarden in de wijk moet opwaarderen. Het startmoment vond plaats in de grootste van die boomgaarden, waar zo’n vijftig jonge fruitbomen – met kersen, appels, peren en pruimen – staan. Deelnemers konden er vragen stellen aan de verantwoordelijken van de vereniging Velt, die het project leidt op vraag van de Stad Brussel.

“Ze konden er meteen ook proeven van de kersen, die als eerste rijp zijn,” zegt Catheline Pieters, medewerker fruit bij Velt. In augustus volgen de pruimen, op het einde van de zomer kunnen de appels en peren geplukt worden.

Correct oogsten is een van de thema’s die aan bod komen in de workshops voor buurtbewoners die Velt in augustus en september organiseert, net als de juiste snoeitechnieken, ecologische beheermethodes en manieren om het fruit te verwerken – in confituur of sap bijvoorbeeld. Volgend jaar volgt een tweede reeks workshops, waarna de groep rond de buurtboomgaard autonoom verder zal werken.

De Stad Brussel lanceerde het project omdat de boomgaarden onderbenut worden. “Er zijn veel fruitbomen aangeplant, maar zonder duidelijke visie,” zegt Pieters. “Fruitbomen snoeien vereist bovendien specifieke kennis, die soms ontbreekt bij gemeentebesturen.”

Zeker hoogstambomen vragen de nodige tijd en moeite om ze goed te snoeien. “Anderzijds is het onderhoud van een boomgaard minder intensief dan van moestuintjes, je moet maar

• Projectomvierboomgaarden inNeder-Over-Heembeekbeter te benuttendoorparticipatief beheer

• Veltleidtbuurtbewonersop tijdenszestienworkshops gespreid over tweejaar

• Maaktdeeluit van een bredereherwaardering van boomgaardeninBrussel

één of twee keer per seizoen samenkomen, dat maakt het voor vrijwilligers behapbaar. En het is een fijne omgeving, ook het sociale aspect is enorm belangrijk.”

Eerder begeleidde Velt aan Parckfarm de aanplanting van een boomgaard en in het kader van het onderzoeksproject Arbres werkte Velt mee aan de doeltreffende inrichting en benutting van boomgaarden in Ukkel en Vorst. In Vorst wordt er geëxperimenteerd met soorten die in België weinig bekend zijn – zoals pawpaw, kaki en nashi – om hun aanpassing aan de klimaatverandering te testen.

“Uit Arbres bleek dat bodemvervuiling geen obstakel vormt voor boomgaarden, zolang je wegblijft van postindustriële sites zoals aan het kanaal in Anderlecht,” zegt Pieters. “Om eventuele effecten van luchtvervuiling te vermijden, volstaat het om het fruit goed te wassen.”

De projecten van Velt maken deel uit van een bredere herwaardering van boomgaarden door geëngageerde burgers. Andere voorbeelden zijn onder meer te vinden aan de Margaretasquare en in het Timmermanspark. In Jette blies een groep mensen zonder papieren weer leven in een verwaarloosde boomgaard op een VUB-terrein.

“Er zijn ook veel mogelijkheden op minder evidente plekken,” zegt Pieters. “Ook op een kruispunt vind je fruitbomen of -struiken. Het is toch jammer om te zien hoe dat fruit vaak zomaar op de grond blijft liggen.”

Alle info op www.brussel.be/boomgaarden-noh

Reeks nalezen?

Lees de hele reeks op BRUZZ.be/dossier/botanisch-brussel

Stad Brussel wil Nieuwe Graanmarkt vrouwvriendelijk maken

Genderstrijd rond een basketpleintje

Langere zitbanken, een derde basketring aan de rand van het pleintje en plaats voor planten: met die ingrepen wil Brussel de Nieuwe Graanmarkt groener, maar vooral vrouwvriendelijker maken. Niet iedereen snapt de noodzaak ervan. “Niemand verbiedt de meisjes toch om te basketten?”

door Louiza Moyersoen foto’s Ivan Put

Oude platanen omzomen de Nieuwe Graanmarkt, in het centrum van Brussel. Enkele groene bankjes nodigen uit om te gaan zitten, maar het pleintje is vooral populair door het basketbalveld. Twintiger Ahmed liep school net naast het plein, maar is inmiddels al enkele jaren afgestudeerd. Toch blijft hij de plek trouw. “Het is wat verder weg, maar ik kom regelmatig terug om te sporten. Zo zie ik ook mijn vrienden weer.”

De Stad Brussel werkt aan de herinrichting van de omgeving en lanceerde al in 2023 een wedstrijd, met als doel eind dit jaar een bouwvergunning in te dienen. Voor de plannen wordt rekening gehouden met tekortkomingen of problemen met de huidige inrichting. Die kwamen naar boven in bevragingen en workshops. Eén bezorgdheid domineert daarbij, zo blijkt uit de voorlopige resultaten die BRUZZ onder de loep nam: een veilige omgeving creëren voor meisjes, en dan vooral ’s nachts.

De negentienjarige Anna is het daarmee eens: ze vindt het plein onaangenaam. “Ik voel me er niet comfortabel, ook niet als ik met een groep vrienden ben. De mannen en het sporten domineren het plein.”

Leonie is een jaar jonger en woont al haar hele leven naast het plein. Zij is milder van toon. “Ik kom er elke dag voorbij, en voel me er nooit onveilig. Maar ik kan begrijpen dat meisjes het anders aanvoelen. Veel gebruik ik het plein niet, ik vind basketten niet leuk.”

De herinrichting past in een bredere trend van genderbewuste stadsontwikkeling. Bij het (her)ontwerpen van openbare ruimten wordt steeds meer rekening gehouden met de noden van vrouwen. Volgens experte Apolline Vranken, oprichtster van L’architecture qui dégenre, hebben kleine en grotere ontwerpkeuzes grote gevolgen voor de belevenis van de openbare ruimten. “Zo vergroot betere straatverlichting het veiligheidsgevoel van vrouwen en meisjes.”

Uit een recente studie van expertisecentrum perspective.brussels blijkt trouwens dat slechts een op de vijf gebruikers van sportfaciliteiten in de openbare ruimte in Brussel vrouw is. “Dat cijfer verrast me jammer genoeg niet,” zegt Julie Van Garsse, directeur van de progressieve vrouwenbeweging ZIJkant, die benadrukt dat het belangrijk is om te vertrekken vanuit de noden van de meisjes en vrouwen zelf.

Dat gebeurt al, steden en architecten gebruiken steeds vaker burgerparticipatietrajecten in de vorm van infomomenten, workshops en bevragingen om inzicht te krijgen in de nodige ingrepen. De architecten kunnen op basis daarvan beslissen welke elementen ze integreren in het ontwerp en hoe centraal ze de wensen van bepaalde groepen, zoals vrouwen, plaatsen.

Een goed Brussels voorbeeld is het Dauwpark aan de Anderlechtsepoort, oordeelt Gitte Van Der Biest van jeugdwerkorganisatie JES. Zij werkt met jongeren rond participatie in de publieke ruimte. Het Dauwpark opende voor het eerst in 2000 in

het dichtbevolkte Kuregem en moest een klein deel van de nood aan openbare ruimte opvangen. Via verschillende poorten in de straten kunnen buurtbewoners het parkje bezoeken. Elke poort brengt de bezoeker naar een groene doorgang die loopt tot een centrale rotonde.

Na een lang burgerparticipatietraject beslisten de architecten om het park op te delen in verschillende zones, elk met een eigen functie. In één doorgang ligt het voetbalveldje met de fitnessapparatuur waar de mannen om vroegen. Een andere staat vol met tafels om te kunnen picknicken. In het centrum van het park staat de speelzone vol sporttoestellen, populair onder vrouwen. “Want moeders kunnen tegelijk sporten en op hun kinderen passen,” zegt Van Der Biest, die het een succes noemt.

Voor Ben, die met zijn zoon in het park speelt, kan het nog beter. “Doordat het park is weggestopt, komt de politie niet vaak genoeg kijken. Dat geeft soms een onveilig gevoel. Het park heeft wel leuke speeltoestellen, daarom blijf ik toch komen.”

“Het wordt een ruimte die openstaat voor nieuw, niet-competitief gebruik”

Michaël Stas en Basil Descheemaeker

Architecten Nieuwe Graanmarkt

Ook even verderop, rond het park van de Ninoofsepoort, werd in 2016 een burgerparticipatietraject opgestart. Een loods werd gesloopt om plaats te maken voor een groot grasveld van ongeveer 2,4 hectare met aan de zijkant een kleine speeltuin en fietsparcours. Zussen Ada (22) en Pau (21) groeiden op in de buurt. Tijdens de examens wandelen ze elke dag als studeerpauze door het grote grasveld. “Vroeger moest je door een klein steegje wandelen naast de loods, zonder goede verlichting. Nu kunnen we door het park wandelen,” vertelt Ada. Toch vinden ze het ontwerp niet ideaal: “Als de zon fel schijnt, valt meteen het gebrek aan schaduw op. Er werden onlangs een paar extra bomen geplant, maar dat lijkt me niet genoeg.”

Parking verdwijnt

Ook voor de Nieuwe Graanmarkt gingen architecten Michaël Stas en Basil Descheemaeker aan de slag met de informatie van de workshops en bevragingen. Hun ambitie? “De sfeer van het plein behouden, maar een breder publiek aantrekken.”

Wat dat concreet geeft? Op verzoek van scholieren worden de korte zitbanken vervangen door een langere versie, zodat ze in grotere groepen kunnen samenzitten. Langs één helft van het basketbalveld komt er ook een derde, niet-officiële basketring om ‘informeel spel’ uitnodigender te maken. En rondom de bestaande platanen komen grote plantvakken.

De grootste veranderingen zijn niet onmiddellijk rondom het basketbalveld zelf, maar op de rest van het plein. Het kader rond het plein wordt autovrij en heraangelegd met een mix van blauwtinten en de kasseien die er nu al liggen. “Door de parking weg te werken, komt er meer publieke ruimte vrij. Die nood kwam naar boven uit het participatietraject en het hele college stond achter dat idee,” zegt schepen van Stedenbouw en Openbare Ruimte Anaïs Maes (Vooruit).

De parking achter het plein maakt plaats voor een grasveld, met bomen en speeltuigen. Volgens Descheemaecker en Stas is dat grasveld essentieel om het plein vrouwvriendelijker te maken: “Het wordt een ruimte die openstaat voor nieuw, niet-competitief gebruik, die ook vrouwen en meisjes zichzelf kunnen toe-eigenen.” Het mag echter niet bij fysieke ingrepen blijven, zegt Apolline Vranken. Ze wijst erop dat de sociale dynamieken van de wijk evengoed een rol spelen. “Er zijn limieten

“Er zijn limieten aan stadsplanning. Uiteindelijk gaat het ook en vooral over mensen en hun gedrag”

Apolline Vranken

Oprichtster van adviesbureau L’architecture qui dégenre

aan stadsplanning. Uiteindelijk gaat het ook en vooral over mensen en hun gedrag.”

Ook Anna denkt dat alleen de infrastructuur veranderen haar niet zal kunnen overtuigen om te komen basketten op de Nieuwe Graanmarkt: “Ik zou het misschien wel overwegen als er een evenement voor vrouwen georganiseerd wordt.”

Weggejaagd

Ondanks het streven naar meer inclusie kan soms het omgekeerde gebeuren: uitsluiting. Ook daarvoor waarschuwt Vranken, zeker in buurten met geracialiseerde bewoners en die waar gentrificatie kan ontstaan nadat de plek opgewaardeerd werd. “De huidige bezoekers van het basketbalpleintje hebben het recht om er gebruik van te maken.” Voor de architecten zijn die mensen niet weg te denken: “Dankzij de basketters leeft het plein. Een inclusief ontwerp moet meer publiek uitnodigen, zonder iemand weg te jagen.” Basketter Ahmed is niet goed op de hoogte van de plannen, zo blijkt: “Eerlijk, het maakt me ook niet zo veel uit. Zolang ik maar kan spelen.”

Toch voelen sommigen zich wél weggejaagd op de Nieuwe Graanmarkt, met name de eigenaar van de wasserij. Dat de parking achter het plein wordt opgedoekt, noemt hij “desastreus”. “Ik heb vooral klanten uit de horeca. Als de plannen blijven zoals ze nu zijn, kunnen mijn klanten niet meer leveren.” Volgens de architecten en schepen Maes klopt dat niet: leveren met een vrachtwagen blijft mogelijk. Dat de werken überhaupt nodig zijn voor de vervrouwelijking van het plein

vindt de eigenaar onbegrijpelijk: “Het moet vrouwvriendelijker, maar niemand verbiedt de meisjes om te basketten.” Hij ziet alvast maar één oplossing: “Als de werken beginnen, sluit ik.”

Geen tijd om na te denken

Felix Aerts van vzw Toestand is kritisch over de typische participatietrajecten bij de heraanleg van de openbare ruimte. “Uit bevragingen en korte workshops komen vaak dezelfde ideeën: betere verlichting en grotere banken. Maar de mensen krijgen amper de tijd om na te denken over wat ze willen en nodig hebben.” Zelf werkt Toestand aan een atypisch, langdurig participatietraject voor Park West. Ze trokken drie jaar geleden naar een braakliggend terrein in Sint-Jans-Molenbeek. Sindsdien bouwt

Toestand samen met Leefmilieu Brussel aan een tijdelijk park, dat in de toekomst plaats zal maken voor een officieel aangelegde versie.

Op de junidag dat BRUZZ een bezoekje brengt, genieten mensen in het hele park van het goede weer. Er spelen kinderen, er wandelen ouderen en jongeren voetballen. Voor Toestand was dat hét doel, iedereen moet zich welkom en veilig voelen. “We hebben daar hard op ingezet. In het paviljoen kunnen moeders met jonge kinderen bijvoorbeeld hun flesjes opwarmen en er is een gratis toilet.”

De grootste troef van het park en het participatietraject is echter de tijd dat het project heeft gekregen. “Er was in twee jaar voorzien voor de opbouwfase, erna begon pas het traject met de architecten.” In die twee jaar hebben de parkwachters en Toestand een band opgebouwd met de bezoekers, wat helpt om echte gesprekken te voeren, die naar de kern gaan. “Het is een park in transitie. We testen zaken uit en analyseren wat werkt en wat niet.” Die bevindingen stuurt Toestand naar de architecten die ermee aan de slag gaan en terugkoppelen met Toestand. “We zitten nu aan de vijfde cyclus met de architecten. Het plan begint vorm te krijgen, maar is nog niet af.”

De architecten van de Nieuwe Graanmarkt krijgen minder tijd voor hun ontwerp. De aanvraag voor de bouwvergunning wordt eind 2025 ingediend. Of het plein effectief vrouwvriendelijker wordt?

Dat zal afhangen van méér dan infrastructuur alleen. Ook Anna wacht de vernieuwing af: “Ik ben benieuwd, ik wil het wel een kans geven.”

‘LES

FILLES AUSSI DOIVENT SE SENTIR

EN SÉCURITÉ ICI’

FR Le Nouveau Marché aux Grains s’apprête à être réaménagé, avec pour ambition de le rendre plus vert et plus accueillant pour les femmes. Certains, pourtant, estiment ne pas être entendus. Car rendre un espace plus inclusif peut aussi donner l’impression d’en exclure les usagers habituels. « Les personnes qui utilisent le terrain de basket doivent pouvoir continuer à en profiter », insiste-t-on. Pour les architectes, la présence des basketteurs est même cruciale : « Ce sont eux qui font vivre la place. Une conception inclusive doit permettre d’accueillir davantage de publics, sans en écarter aucun. »

‘GIRLS

TOO SHOULD FEEL SAFE HERE’

EN The idea is to make the Nieuwe Graanmarkt/ Place du Nouveau Marché aux Grains in Brussels greener and more female-friendly. Many see this as progress but not everyone feels heard. What is meant to become a more inclusive square might in fact drive away those who already use it. “Those who are now using the basketball court have the right to be there.” More so, they are crucial to the square’s future, according to the architects: “It is the basketball players that make the square alive. An inclusive design should invite more people, without driving anyone away.”

‘Nog 50 dagen om beslissing te nemen over bescherming Zuidpaleis’

De ontslagnemende regering moet voor 20 augustus een beslissing nemen als die het Zuidpaleis wil beschermen als erfgoed. Dat blijkt uit een antwoord van staatssecretaris Ans Persoons (Vooruit) in het parlement. Zonder beslissing krijgt de MIVB waarschijnlijk een vergunning om het gebouw te ontmantelen.

door Tibert Blommaert

De deadline heeft te maken met de plannen om het gebouw af te breken. De MIVB heeft daarvoor in januari een stedenbouwkundige vergunning aangevraagd, maar heeft die nog niet gekregen. De vergunningsaanvraag kan immers niet worden behandeld zolang de regering zich niet heeft uitgesproken over de vraag om het gebouw te beschermen als erfgoed.

In haar antwoord vermeldde Persoons dat de MIVB daarom “een herinnering had gericht” aan de regering. Die moet de zaken in een stroomversnelling brengen. De Brusselse regering heeft na zo’n herinnering maar dertig dagen (plus één zomermaand) om zich uit te spreken over de al dan niet bescherming van het gebouw.

Als er tegen 20 augustus geen beslissing wordt genomen, dan vervalt de beschermingsaanvraag, en “dan kan de gemachtigde ambtenaar van Urban een vergunning afleveren (voor de ontmanteling, red.),” zo verklaarde Persoons.

Volgens Brussels parlementslid Benjamin Dalle (CD&V) is dat een waarschijnlijk scenario. “Als de regering een gezamenlijk standpunt heeft, dan had

mevrouw Persoons dat wel verdedigd. Maar ik heb het niet gehoord vrijdag,” zo legt hij uit aan BRUZZ. Het lijkt hem onwaarschijnlijk dat de Brusselse regering het de komende weken plots wel eens zou raken over de kwestie.

De ontslagnemende Brusselse regering zit wat verveeld met de aanvraag tot bescherming. De regering heeft immers beslist om het Zuidpaleis te ontmantelen. Het gigantische gebouw moet wijken voor de aanleg van Metro 3, de nieuwe metrolijn die van Albert naar het Noordstation en later tot Bordet moet lopen.

Oorspronkelijk kon het gebouw, opgeleverd in 1880, blijven staan. Maar het consortium dat voor de lijn een nieuwe tunnel graaft tussen de haltes Anneessens en Zuidstation stootte op technische moeilijkheden veroorzaakt door de drassige ondergrond. Door die moeilijkheden liggen de werken aan die tunnel al vier jaar stil.

Om het project te redden, schoot de Brusselse regering begin 2023 in actie om de tunnel toch af te werken. Daarvoor moest er van bovenaf worden ingegrepen, zo

“De Brusselse regering heeft twee jaar de tijd gehad om zich uit te spreken over de bescherming, maar we hoorden niets”

Marion Alecian

Directeur stadsbeweging Arau

meldde het bouwconsortium. Het Zuidpaleis, dat behalve 34 sportclubs en enkele handelszaken ook de hogeschool Francisco Ferrer huisvestte, moet tijdelijk wijken voor de metrowerf.

Façadisme

Het is wel de bedoeling dat het na de oplevering van de metrotunnel weer opgebouwd wordt, zij het met een moderne invulling. Bovendien moeten de monumentale gevels tijdens de werken blijven staan, alleen de binnenkant wordt afgebroken. De ontmanteling en heropbouw van het Zuidpaleis zullen negen jaar in beslag nemen, pas in 2034 zal het paleis weer in volle glorie toegankelijk zijn voor de Brusselaars.

Buurtbewoners en actiegroepen verzetten zich tegen de afbraak. Stadsbeweging Arau vindt het gebouw te waardevol om zomaar te slopen. “Het is architecturaal erfgoed. En dat geldt niet alleen voor de gevel, maar ook voor verschillende binnenruimten. Daarnaast is het hele ensemble van sportactiviteiten en kleine handelszaken immaterieel erfgoed voor de

Buurtbewoners en actiegroepen verzetten zich tegen de afbraak van het Zuidpaleis voor de metrowerken. Stadsbeweging Arau vindt het gebouw te waardevol om zomaar te slopen.

hele wijk, dat kun je niet zomaar heropbouwen,” zo vindt Marion Alecian, directeur van Arau vzw.

Ook heeft ze vragen bij de bescherming van de gevel tijdens de werken – de gevel zou erg broos worden als de rest wordt afgebroken – en bij de lange duur van de werf.

De actiegroepen zetten dan ook alle middelen in om de sloop tegen te houden. Naast de procedure tegen de spoedordonnantie (inmiddels vernietigd door het Grondwettelijk Hof), diende Arau in juli 2023 daarom een aanvraag in om het gebouw te beschermen. Een beschermd gebouw mag niet worden afgebroken.

Twee jaar later is die aanvraag nog steeds niet behandeld.

‘Vuil

spel’

“Dit is een schandalige manier van werken,” vindt Alecian van Arau. “De Brusselse regering heeft twee jaar de tijd gehad om zich uit te spreken over de bescherming, maar we hoorden niets.” Volgens haar speelt de MIVB vuil spel. “Ze versturen die herinnering niet voor niets net voor het zomerreces.”

Volgens Alecian rekken de regeringspartijen tijd om het gebouw niet te moeten beschermen. “De klassering kwam in april 2024 op de regeringstafel, maar toen vond de Brusselse regering dit dossier ‘te belangrijk’ om zo dicht bij de verkiezingen te behandelen. Ze schoven het door naar de volgende regering, die er nog steeds niet is.”

In regeringskringen wordt er daarvoor gewezen naar de positie van Ecolo en Brussels klimaatminister Alain Maron. Die zou in volle kiescampagne niet mee verantwoordelijk willen zijn geweest voor een beslissing om het gebouw niet te beschermen. Ecolo was altijd erg kritisch voor de ontmanteling en de aanleg van de metro.

Game over voor het Zuidpaleis?

Daarvoor is het nog te vroeg. Arau bekijkt of het naar de Raad van State kan stappen tegen de niet-bescherming: niet beslissen heeft dezelfde gevolgen als de beslissing om niet te beschermen. Al wordt het volgens Alecian erg moeilijk om beroep aan te tekenen tegen een beslissing die niet is genomen. “Het is een truc om de boel te forceren,” zo vermoedt ze.

Ook de stedenbouwkundige vergunning voor de afbraak kan nog het voorwerp worden van een juridische strijd. Belanghebbenden, in deze zaak vooral buurtbewoners van het Zuidpaleis, kunnen nog naar de Raad van State trekken om de toekenning aan te vechten. Zodra de vergunning voor ontmanteling is afgeleverd, hebben zij zestig dagen om die te betwisten. Ze kunnen daarbij vragen om de uitvoering van de vergunning op te schorten, omdat het paleis anders al afgebroken is nog voordat de Raad van State zich heeft uitgesproken.

© BELGA

Nieuwfestival

verlegtde grenzen van deskatecultuur

Komend weekend organiseert vzw Skatoria het eerste Festival Les Friches, gewijd aan nieuwe kunstvormen rond skateboarden. Plaats van afspraak is cultureel centrum Jacques Franck in Sint-Gillis, op een boogscheut van het Moricharplein.

door Andy Furniere

“Annelien is nog even aan het skaten,” zegt Kévin Dupont, een van de trekkers van skateboardfestival Les Friches, bij aankomst aan het Moricharplein – Place Mo voor ingewijden. Annelien Snyers is een van de skaters die komend weekend hun artistieke exploten op het festival laten zien. Ze toont er zeefdrukwerken en zal er optreden met de punkband Coucou, c’est moi, opgericht met twee andere vrouwelijke skaters.

Een van de bedoelingen van het nieuwe festival is om met open blik te experimenteren met verschillende kunstvormen, met de bekende houten plank op wieltjes als buigzame basis, legt Dupont uit. Artiesten zullen er de cultuur van het skaten combineren met theater, circusspektakel, dans, fotografie, muziek en film. Er staat zelfs een marionettenvoorstelling op het programma.

Volgens Dupont is het festival mooi complementair met de huidige skateboardtentoonstellingen in het Design Museum.

“Terwijl die meer de geschiedenis van de cultuur belichten, met een sterke Amerikaanse inslag, onderzoeken wij de nieuwe, hybride mogelijkheden voor de toekomst.”

Place Mo vormt voor heel wat skatersartiesten een bron van inspiratie. Zo maakte de Amerikaanse fotograaf Sloan Laurits portretten van de habitués op het plein.

Snyers creëerde een drieluik van zeefdrukillustraties waarin ze de losse sfeer op het plein op speelse wijze naar haar hand zet. “Place Mo heeft dan ook een speciale plek in

mijn hart, ik heb hier al zoveel mooie momenten beleefd,” zegt Snyers. Ze is erbij komen zitten op de trappen van het plein, die fungeren als een soort tribune. “Behalve een skateterrein, is het ook een gezellige ontmoetingsplaats, met een fijne mix van verschillende generaties en activiteiten. En je ziet er de mooiste zonsondergang van Brussel.”

“Het kan als vrouw erg intimiderend zijn om in het openbaar op een skateboard te stappen”

Skaten is cruciaal voor haar sociaal leven, zegt Snyers. “Zo bouwde ik een vriendengroep op toen ik jaren geleden vanuit een klein Vlaams-Brabants dorp naar Brussel verhuisde.” Het maakte haar ook veerkrachtiger. “Je leert dat vallen, falen nodig is om beter te worden in iets.”

De artieste maakt deel uit van het collectief BX’elles van vrouwelijke skaters, dat onder meer lessen aanbiedt. “In het begin kan het zeker als vrouw erg intimiderend zijn om in het openbaar op een skateboard te stappen, er is nog altijd machogedrag. Daarom bieden wij meisjes en vrouwen een

safespace om hun skills en zelfvertrouwen te ontwikkelen. Gelukkig zijn er altijd meer vrouwelijke rolmodellen.” Zoals de Vlaamse Lore Bruggeman, die erbij was op het olympisch debuut van het skateboarden in Tokio.

Er is nog werk aan de winkel, beseft ook Dupont. “De skatergemeenschap was in oorsprong een heel mannelijke, waar vrouwen moeilijk hun plek in vonden, en de mediaberichtgeving errond had daarom ook een heel mannelijke visie.” Het thema komt op het festival uitgebreid aan bod in de conferentie ‘Straight guys doin’ crooked grinds’ over seksistische stereotypen in skatemedia.

“En dan ga ik nu ook even op mijn plank springen,” zegt Dupont bij het afscheid. “Tegenwoordig kom ik hier vooral ontspannen met mijn tweejarige dochter, maar het blijft kriebelen.”

In Sporting Flagey zoekt BRUZZ een interessant verhaal uit de Brusselse sportwereld.

© DIANA VOS

Big City

zoekt elke week een antwoord op een lezersvraag, deze week van Mery uit Molenbeek.

door Maya Callizaya

Waarom kosten vuilniszakken in Brussel minder dan in de rest van het land?

Vraag Vuilniszakken, je hebt ze in verschillende kleuren en maten, en ze kosten niet allemaal evenveel. Mery uit

Molenbeek ziet dat er een verschil is tussen de Brusselse prijzen per zak en de prijzen in de rest van het land. Hoe komt dat, vraagt ze zich af.

Antwoord In Brussel betaal je voor een rol van vijftien zakken van dertig liter voor restafval 1,50 euro. Dat is 0,10 euro per zak. In Namen betaal je voor zo’n rol van twintig zakken 10 euro, of 0,5 euro per zak. Dat is vijf keer zoveel als in Brussel. De Leuvenaars moeten nog dieper in hun buidel tasten.. Daar kost een rol van tien zakken

14,5 euro, dat loopt al op tot 1,45 euro per zak en dus 14,5 keer zoveel als in Brussel.

Maar hoe komt dat nu?

Wel, in Brussel werkt de afvalinzameling anders dan in Vlaanderen en Wallonië.

België is een federale staat, en afvalinzameling is gewestelijke materie. Elk gewest bepaalt dus zelf de prijs van de ophaling of de vuilniszakken.

afvalproductie. Hoe meer afval je produceert, hoe meer je belast wordt, en bijgevolg ook hoe meer je bijdraagt aan de kosten van de intercommunale. Zo willen ze mensen aanmoedigen om minder afval te produceren.

In Brussel gebeurt de afvalinzameling via de organisatie Net Brussel. Net Brussel krijgt een dotatie, die wordt vastgelegd door de regering. Dat is een politieke beslissing.

In Vlaanderen en Wallonië daarentegen wordt gewerkt met intercommunales, dat zijn verenigingen van gemeenten. Zij zijn verantwoordelijk voor het ophalen en verwerken van het afval.

Zowel in het Vlaams als in het Waals Gewest is het mogelijk om een vaste of variabele belasting in te voeren. Op die manier kunnen gemeenten kiezen voor een belastingsysteem op basis van

In Brussel is dat voorlopig niet het geval. Net Brussel krijgt elk jaar geld van de Brusselse regering, en niet van aparte belastingen per persoon of gezin. In Brussel geldt geen er taks op de afvalzak, je betaalt hier de commerciële prijs. Een witte zak voor restafval kost hier evenveel als een blauwe zak, waar pmd in thuishoort, terwijl dat in veel andere gemeenten niet zo is. Daar zijn zakken voor restafval vaak duurder om mensen aan te sporen om beter te sorteren. Pmd of karton heeft immers nog een waarde. Restafval niet, dat wordt verbrand. Minder restafval is dus beter en daar zetten de andere gewesten volop op in. In Brussel is er momenteel nog geen politieke wil om de inwoners te laten betalen voor hun aandeel in de vervuiling.

Conclusie De vuilniszakken zijn in Brussel goedkoper, omdat de afvalophaling op een andere manier georganiseerd wordt. In Vlaanderen en Wallonië betalen de burgers huisvuilbelasting om de afvalophaling te financieren, terwijl Net Brussel van het Gewest een dotatie krijgt om de afvalophaling te doen.

Ook een vraag?

Stel je vraag en stem op BRUZZ.be Bekijk en lees antwoorden op BRUZZ.be/bigcity

ZOMER VOL OPENLUCHTFILMS

Van stoep tot stadsplein en park: overal in Brussel duiken deze zomer openluchtcinema’s op. Meer op BRUZZ.be/openluchtfilms

WIN TICKETS VOOR MINI-EUROPA

Er staat een miniversie van onze reporter Saïd in Mini-Europa en jij kan hem gratis gaan bewonderen. Luister naar BRUZZ radio via 98.8 FM en BRUZZ.be en maak kans op een familieticket

BRUZZKET-TIPS

Elke week geeft BRUZZKet drie tips om je weekend te vullen. Ideaal om de vakantie in te gaan.

Check ze op BRUZZKET.be en BRUZZKet Instagram

Meer BRUZZ

BIO

Naam: Fatoumata

Leeftijd: 14 jaar

Woont samen met: papa, mama en twee broers

Gemeente: SintLambrechts-Woluwe

Talen: Nederlands, Frans, Engels en Peulh, een taal uit Guinée

Hobby’s: teksten schrijven, percussie spelen

Lievelingseten: sushi

‘Ik sta vaak stil bij wat er in de wereld gebeurt’

Elke week toont een Ket zijn favoriete plek in Brussel. Deze keer: Fatoumata (14) die BRUZZ meeneemt naar het Jubelpark. “Later wil ik mensenrechtenadvocaat worden en voor anderen opkomen.”

door Annelies Bontjes foto Saskia Vanderstichele

Waarom wou je afspreken in het Jubelpark?

Dit was de eerste plek die ik bezocht toen ik vorig jaar naar Sint-Lambrechts-Woluwe verhuisde. Ik vond het meteen superleuk. Ik wist dat ik hier vaker zou komen.

Waar woonde je daarvoor?

In Laken. Ik kende deze kant van de stad nog helemaal niet. Ik wist zelfs niet eens dat Sint-Lambrechts-Woluwe bestond.

Vond je het lastig om te verhuizen?

Nee, want ik ga nog steeds naar dezelfde school. Daar heb ik keiveel vrienden. Het is wel ver reizen, maar als je de motivatie hebt om elke dag te gaan, ça va.

Wat motiveert je om naar school te gaan?

Mijn vrienden zien. En omdat ik een bepaald doel wil bereiken. Ik wil mensenrechtenadvocaat worden.

Wow, dat is een bijzondere job. Waarom wil je mensenrechtenadvocaat worden?

Ik heb al bijna heel mijn leven onrecht meegemaakt. Vroeger kon ik niet goed voor mezelf opkomen, maar nu kan ik dat wel. Als mensenrechtenadvocaat wil ik voor mensen opkomen die dat niet kunnen.

Wat voor onrecht heb je meegemaakt?

Racisme. Ik krijg bijna wekelijks opmerkingen. Mensen noemen me bijvoorbeeld het n-woord, of als het tijdens de les geschiedenis gaat over een donker persoon of over slaven, dan wordt er altijd naar mij gekeken.

Zegt de leraar daar dan iets van?

Jawel, maar het heeft geen zin, want leerlingen doen het stiekem, dus het stopt niet. Soms word ik boos en dan scheld ik iemand uit. Ik weet dat dat niet de juiste manier is, maar dan kan ik het gewoon niet controleren.

Wat doe je meestal als je hier bent?

Ik ga zitten op een bankje, altijd op dezelfde plek in de schaduw bij de fontein. Dan denk ik na over wat er de afgelopen weken is gebeurd. En ik schrijf teksten over dingen die ik belangrijk vind, zoals oorlogen of mensenrechten die worden geschonden.

Op je pull staat Palestina. Schrijf je over de oorlog daar?

Ja, en over de oorlog in Congo, die is al lang bezig en daar weten mensen weinig over.

Is het lastig om over dat soort zware onderwerpen te schrijven?

Nee, want ik vind het juist belangrijk dat er aandacht voor is. Mijn leerkracht helpt me om een site te maken voor mijn teksten, zodat anderen het kunnen lezen, ook al weet ik dat je hun mening niet kan veranderen.

Ben je iemand die veel nadenkt?

Ja, ik sta vaak stil bij dingen die gebeuren. Als ik ruzie heb, dan vraag ik me af of ik misschien fout zat en die andere persoon juist was. Ik kan dingen niet snel loslaten.

Wat vind je echt leuk om te doen?

Teksten schrijven. Als ik klaar ben en zie dat ik zevenhonderd woorden heb geschreven, dan ben ik echt trots en blij.

Heb je nog een wens?

Ik zou willen weten wat mijn zus denkt over wat ik aan het doen ben. Ze is overleden aan een hersenbloeding, ik was toen acht. Mijn zus was superslim. Veel mensen keken naar haar op, vooral ik. Haar mening is belangrijk voor mij. Ik denk elke dag aan haar.

Wil jij ook je favoriete plek tonen?

Dat zou heel leuk zijn. Stuur een mailtje naar ket@bruzz.be en een journalist neemt contact met je op.

Muziekinstrument

Ik speel percussie bij Fanfakids. Ik repeteer drie keer per week. Muziek maken met een grote groep is tof, er hangt een goede vibe.

Idool

Rima Hassan. Zij ging samen met collega’s op een bootje naar Gaza varen, en toen is ze opgepakt. Ze praat over dat het niet oké is wat er in Palestina gebeurt, dat is ook wat ik probeer te doen.

Nieuwsbron

Ik lees vaak de krant, kijk naar VRT. Soms wil ik schrijven over Palestina, maar dan wil ik eerst precies weten wat er allemaal gebeurt, zodat ik geen dingen zeg die niet waar zijn.

Op het mobilhometerrein in Anderlecht

Geen schaduw, geen stroom, maar veilig en goedkoop

Al bijna zevenduizend mobilhomes stonden de afgelopen drieënhalf jaar op de tijdelijke camperplek van Camp in Brussels in Anderlecht, zowat de enige plaats in het gewest waar campers terechtkunnen. Het is een testproject van Sébastien Tran, die graag een volwaardige camperplaats wil openen in Brussel. “Een terrein vinden is aartsmoeilijk.”

door Bettina Hubo foto’s Saskia Vanderstichele

Bij het groene hek op nummer 13 van de Félicien Ropsstraat komt een camper met Spaanse nummerplaat aanrijden. De inzittenden, twee vrouwen en een man, stappen enigszins verbaasd uit als ze merken dat het hek niet spontaan opengaat.

Op een geplastificeerd A4-tje, vastgemaakt aan de poort, lezen ze dat onlinereservering verplicht is en dat ze pas om één uur naar binnen kunnen. Het is even over negen in de ochtend en de Spanjaarden, die uit Mallorca blijken te komen, besluiten hun camper voor enkele uurtjes langs de weg te stallen, nadat ze eerst de boeking in orde hebben gebracht.

“Het staat klaar en helder op de website, maar nog steeds is het voor sommigen niet duidelijk dat ze moeten reserveren,” zegt Sébastien Tran aan de telefoon. “Dat is nodig, want we hebben maar 29 plekken, en in het weekend en in de zomer is alles heel vlug volzet.”

Tran kwam een jaar of zes geleden op het idee om voor toeristen die met een camper naar Brussel reizen een terrein in te richten. Dat soort toerisme is al enkele jaren, vooral sinds corona, in opmars. Uit studies blijkt dat mobilhomereizigers in België en Europa de snelst groeiende groep kampeerders zijn. Ons land telt intussen ruim 83.000 mobilhomes, in heel Europa zijn het er meer dan drie miljoen.

Buiten de vijf plaatsjes voor motorhomes aan de jeugdherberg van Molenbeek was er in Brussel echter geen plek voor hen, stelde Tran vast. Volgens het algemeen politiereglement mogen camperaars in het gewest langs de weg overnachten, maar niet langer dan één nacht.

Tran concretiseerde zijn voornemen, stelde een businessplan op en richtte de vzw Camp in Brussels op.

Gratis terrein

Omdat hij zijn plan eerst wilde uittesten, ging hij op zoek naar een terrein voor

tijdelijke bezetting. Na veel moeite kwam hij uit op parking Bizet aan de Bergensesteenweg in Anderlecht, een voormalige overstapparking van het Gewest die de gemeente nu in gebruik heeft. Tran: “Het was een probleemplek geworden voor de gemeente. Er waren nachtelijke races, vechtpartijen, sluikstorten. De politie moest om de haverklap langskomen. Daarom mochten wij het terrein gratis hebben, voor vijf jaar.”

De vzw ruimde de verloederde parking op, installeerde een stevig hek aan de ingang en in januari 2022 ging het motorhometerrein open.

Veel meer dan een asfaltparking met een plukje groen en op de grond witte markeringen voor standplekken is het niet. Er is geen receptie, alles is geautomatiseerd. Wie boekt, krijgt een code om binnen te rijden. Tran komt eens per dag langs om te kijken of alles in orde is en eventueel de display met stads- en metroplannetjes aan te vullen of de vuilnisbakken buiten te zetten.

Olivier en Iris Saal en hun drie kinderen hebben op hun rondreis een bezoek aan het Europees Parlement gepland.
De Franse Anna is klaar voor een groot avontuur: “Ik heb mijn huis weggedaan, al mijn bezittingen opgeslagen en ga nu met dit busje reizen.”

Op het terrein zijn geen stroom- of watertappunten. Daarom zijn alleen zelfvoorzienende campers welkom en dit voor maximaal 72 uur. “Voertuigen zonder volledige sanitaire voorzieningen zijn niet toegelaten op de site,” staat duidelijk vermeld op het A4-tje aan de ingangspoort. Een tweede infoblad, geïllustreerd met niet mis te verstane pictogrammen, benadrukt dat plassen en toiletwater lozen op de parking ten strengste verboden is en bestraft kan worden met een boete van 150 euro.

Ook barbecueën mag niet. “Dit terrein is bedoeld voor mensen die overdag de stad willen bezoeken en daar ook iets eten,” legt Tran uit. De afwezigheid van faciliteiten weerspiegelt zich in de prijs, 10 euro per camper per nacht.

Prima plek

Op deze warme woensdagochtend in juni zijn 17 van de 29 plaatsen bezet, vooral door Duitse en Franse motorhomes. Ze staan er in alle soorten en maten, van lieftallige kampeerbusjes tot glimmende, luxueuze witte reuzen van ruim zeven meter lang. De meeste eigenaren zijn ondertussen wakker en rommelen wat aan, in en om hun voertuig.

Michaël Bachelard, short, T-shirt, petje, is met twee vuilniszakjes op weg naar de afvalbakken. Hij is tevreden over deze overnachtingsplaats. “Ideaal als je, zoals ik, de stad wil bezoeken. Ik ben hier gisteren aangekomen en ben met een gerust hart tot ’s avonds laat het centrum in gegaan omdat ik wist dat mijn busje hier veilig stond. En dat voor tien euro,” vertelt de veertiger uit de Dordogne.

Zijn busje is een bescheiden, verbouwde bestelwagen. “Eenvoudig, maar ik heb alles. Batterij, watertank, doucheslang en ook een draagbaar toiletje.” Bachelard kocht het wit-turquoise busje onlangs tweedehands voor 10.000 euro. “Ik ben net gescheiden en

moet nu alleen op vakantie,” legt hij uit. Via Luxemburg, Luik en Namen is hij naar Brussel gereisd. Straks rijdt hij door naar Gent.

Veiligheid, daar gaat het ook om bij zijn landgenote Anna, die met haar nieuwe, zeegroene Volkswagen California aan de overkant staat. Gisteren was ze op bezoek bij haar dochter, die in Brussel woont. “Eigenlijk wilde ik gewoon ergens langs de straat parkeren en slapen, maar mijn dochter vond dat niet veilig. Dus heeft ze hier een plaats voor mij geboekt,” zegt de Française, afkomstig uit de Opaalkust. Een prima plek, vindt ze, al was ze vanochtend vroeg wakker door de graafwerken op de Bergensesteenweg.

Ze moet nog een beetje wennen aan het blitse campertje, vooral de klim naar het dakbed is nogal lastig. Anna is aan een nieuw nomadisch leven begonnen. “Ik heb mijn huis weggedaan, al mijn bezittingen opgeslagen en ga nu met dit busje reizen.”

Zo meteen rijdt ze richting Zwitserland, op weg naar haar andere dochter, die gaat bevallen. “Ik rij een uur of vijf, wellicht tot in de Vogezen. Ik kan stoppen waar en wanneer ik wil. Het vrije leven,” lacht ze, waarna ze de deur van haar nieuwe huis dichtschuift en achter het stuur kruipt.

Intussen wandelt de familie Kosztovici uit het Duitse Ulm – vader, moeder, dochter van veertien en hondje Lucky – naar de uitgang. Ze gaan per metro naar de Europese wijk, waar ze een rondleiding geboekt hebben in het Europees Parlement. “Wij wilden Brussel zien en zochten een camping in de stad,” zo verklaart de vader hun aanwezigheid op het terrein. Dat er geen faciliteiten zijn is voor hen geen probleem. Hun uit de kluiten gewassen luxecamper is uitgerust met zonnepanelen en alle snufjes. Alleen kan de airco zonder externe elektriciteitsbron niet aanblijven als ze weg zijn. Dus kan het hondje niet in het voertuig blijven. “Hij moet mee, maar

“Er is zoveel nachtlawaai, sirenes, metro, optrekkende motoren. Wij wonen in een rustig dorpje bij Konstanz en zijn dat niet gewoon”
Iris Saal Camperaar

in het Parlement mag hij niet binnen. Een van ons drie zal buiten moeten wachten.” Even verderop maken ook Olivier en Iris Saal en hun drie kinderen zich klaar om op pad te gaan. Zonnecrème smeren, rugzakjes om. Ze moeten zich haasten, want ook zij hebben op hun korte rondreis door de Lage Landen een bezoek aan het Europees Parlement gepland.

Echt uitgeslapen is het Duitse gezin niet. “Er is hier zoveel nachtlawaai, sirenes, metro, optrekkende motoren,” vertelt moeder Iris. “Wij wonen in een rustig dorpje bij Konstanz aan de Bodensee en zijn dat niet gewoon.” Het is hun tweede nacht in Anderlecht en ze zijn blij dat ze straks vertrekken. “Nee, geen derde nacht voor ons hier.”

Werftoilet

Sébastien Tran beseft dat het huidige terrein van Camp in Brussel lang niet perfect is voor

De familie Kosztovici uit het

Duitse Ulm kan hondje Lucky niet achterlaten in de camper, want zonder externe stroom is er geen

De Fransman Michaël Bachelard is tevreden over deze overnachtingsplaats. “Ik ben hier gisteren aangekomen en ben met een gerust hart tot ’s avonds laat het centrum in gegaan.”

mobilhometoeristen. “Er is inderdaad lawaai, de metro loopt precies onder de parking. Bovendien zijn er geen schaduwplekjes en als het vol staat, is het echt dringen. Soms lopen hier tachtig mensen rond.”

En dan is er de afwezigheid van sanitaire voorzieningen. Omdat er toch altijd camperaars waren die, tegen de afspraak in, hun behoeften deden in de schaarse struiken rondom, heeft Tran twee maanden geleden een werftoilet neergezet. “We stellen helaas vast dat velen daar nu ook hun wc in legen, wat niet de bedoeling is.”

Hij begrijpt dat het voor sommige reizigers lastig is zonder faciliteiten en maakt dan ook volop plannen voor een camperplaats met alles erop en eraan. “Die moet een stuk groter zijn. Nu hebben we 2.000 vierkante meter. We willen naar 3.500 à 4.000 vierkante meter, zodat we meer en

grotere standplekken kunnen maken. De vraag groeit immers en de mobilhomes worden steeds groter.”

Sinds 2022 kwamen er al 6.800 campers langs op het terrein, goed voor zo’n 17.000 toeristen. “Als we straks alle faciliteiten aanbieden, elektriciteit, water, toiletten en een lozingspunt, worden het er natuurlijk meer. Mogelijk is er ook plaats voor wat tentjes, want een tentencamping is er sinds de sluiting van Camping 58 niet meer in Brussel.”

Tran mikt op een terrein met meer groen, en hier en daar een schaduwplek, waar hij picknickbanken wil neerzetten. Hij rekent op een totale investering van 130.000 euro. “De dagprijs zal wel stijgen tot 20 à 25 euro.”

Voor hij al die plannen kan realiseren, moet hij een terrein vinden en dat blijkt hoogst ingewikkeld. Op de huidige plek in Anderlecht moet de vzw sowieso na volgend jaar weg, want de gemeente plant er in het kader van het wijkcontract Bizet een bouwproject met sociale woningen, sporthal en crèche.

Geen kampeergedrag

Tran zoekt een plek dicht bij de Ring en dicht bij een metrostation, en wil deze keer graag een contract voor lange duur. “Ik heb de vraag al overal gesteld, aan bedrijven, aan publieke instanties die gronden in portefeuille hebben zoals Citydev, NMBS of MIVB, aan gemeenten en zelfs aan kerkfabrieken. Tot nu toe zonder concreet resultaat.”

Hij hoopt op ondersteuning van het Gewest. “Het toerisme is een belangrijke sector voor Brussel,” zegt hij. “Camperaars zijn in opmars. Het zijn evengoed

toeristen die geld spenderen. Daarom moet er voor dat soort toerisme de nodige infrastructuur zijn.” Maar het Gewest lijkt er niet echt mee bezig. Het kabinet van ontslagnemend minister-president Rudi Vervoort, bevoegd voor Toerisme, laat weten dat de grond in Brussel schaars is en dat er van een regering in lopende zaken geen nieuwe initiatieven te verwachten zijn.

Voorlopig moeten campertoeristen in Brussel het nog een tijd zonder groen en schaduw doen en zonder degelijke voorzieningen. “Ik vind het niet zo’n probleem. Dat is het camperleven,” zegt Tilburger Frank, die samen met zijn vrouw Mieke geniet van een kopje koffie in de zon, hij rechtstaand op het asfalt, zij zittend in de deuropening van hun mobilhome. Ze hebben van hun dochter tickets gekregen voor een dansvoorstelling in het Koninklijk Circus en besloten om met hun pas aangeschafte camper in Anderlecht te gaan staan.

“Wij waren altijd echte caravankampeerders,” vertelt Frank, “maar we hebben de caravan onlangs ingeruild voor deze motorhome.” Camperen is iets helemaal anders, zo blijkt. “Met een caravan ga je voor een weekje op een aangename, groene camping staan, luifeltje uit. Een mobilhome daarentegen is bedoeld om rond te trekken. Twee dagen en, hup, weer verder. Op een camperplek zet je de luifel niet open. Je vertoont geen kampeergedrag, zoals dat heet. Hier zet zelfs niemand een stoel buiten.” “Dat is wel jammer,” komt zijn vrouw tussenbeide. “Het is zo fijn als je ergens aankomt, meteen de stoeltjes naar buiten, wijntje erbij. Nu zit je binnen in zo’n hete camper.”

‘TROUVER UN TERRAIN, C’EST VRAIMENT COMPLIQUÉ’

FR Depuis trois ans et demi, près de 7 000 mobilhomes ont stationné sur le camping temporaire Camp in Brussels, à Anderlecht. En réalité, ce projet initié par Sébastien Tran est le seul lieu de la capitale où les mobil-homes peuvent s’installer. Il s’agit d’un simple parking asphalté, agrémenté d’un peu de verdure, qui accueille uniquement des véhicules autosuffisants : il n’y a ni eau, ni électricité, ni système pour évacuer les eaux usées. « Trouver un terrain, c’est vraiment compliqué. »

‘FINDING

A SITE IS ALMOST IMPOSSIBLE’

EN For three and a half years, almost 7,000 mobile homes have been parked at Camp in Brussels, the capital’s temporary motorhome site in Anderlecht. Sébastien Tran heads this project which is just about the only place in Brussels where mobile homes can park. It is not much more than asphalt with a patch of green and, as there is no water or electricity, only self-sufficient campers are welcome on the site. There is also nowhere to dispose of waste water. “Finding a site is almost impossible.”

airco in hun mobilhome.

Een leven zonder stigmatisering

Deze column is de laatste die ik voor BRUZZ schrijf. Het zou dus logisch zijn om dit avontuur af te sluiten met een conclusie. Maar is een conclusie eigenlijk wel mogelijk?

Op dit moment zie ik geen conclusie.

De onderwerpen die ik in deze columns heb besproken, zijn zo veelomvattend dat ik het gevoel heb ze slechts vluchtig te hebben aangeraakt en dat een heel leven niet zou volstaan om ze te doorgronden. In de kolommen van BRUZZ heb ik het gehad over man-vrouwverhoudingen, toestemming, seksuele armoede, de verhouding tot je lichaam, bdsm, relaties, objectificatie, fysiek en psychologisch geweld, liefde et cetera. Maar er valt nog zoveel meer te schrijven.

Laat me nogmaals benadrukken dat die verhalen slechts een klein stukje van mijn persoonlijke ervaring weerspiegelen, en dat die ervaring op haar beurt maar een fractie is van het enorme scala aan ervaringen van sekswerkers en andere vakmannen en -vrouwen in de erotiek in al haar vormen.

Deze werkers leven overal om jullie heen en

“Wij zijn er om jullie leegtes op te vullen en jullie te laten dromen”

met jullie samen. Door de stijgende levensduurte zoeken steeds meer mensen hun toevlucht tot deze inkomstenbronnen, ook al is het maar occasioneel. De kans is groot dat iemand uit je omgeving een van ons is. En heel waarschijnlijk ben jij een van onze klanten, ook al zie je jezelf zo niet. Misschien heb je nog nooit een prostituee bezocht en was je enige contact met een stripper tijdens het vrijgezellenfeest van een neef. Gezien de massale consumptie van pornografische inhoud op het internet durf ik echter wel te veronderstellen dat de meerderheid van mijn lezers deze content al heeft bekeken, al was het maar één keer in hun leven.

La Morrigasme

is een erotisch performer, paaldansdocent en in hun vrije tijd ook domina. Hen treedt op in burlesque- en dragcabarets, op culturele festivals, undergroundraves en privéfeesten, in nachtclubs en stripclubs, en dat zowel in België, Brussel als het buitenland. Hun is altijd geëngageerd, fel feministisch en fier queer, met als slogan ‘Le cul au service de l’ARTivisme’. Instagram: la.morrigasme

Wij zijn er om jullie leegtes op te vullen en jullie te laten dromen. Seks, sensualiteit en verlangen hebben altijd deel uitgemaakt van het menselijk bestaan. Ze doorkruisen de kunsten en de tijdperken. Het is dus des te vreemder dat wie er geld voor vraagt zo gestigmatiseerd wordt.

Luisteren

Ik vraag niemand om het met mij eens te zijn. Wel streef ik naar een leven zonder angst voor geweld, dat door stigmatisering wordt uitgelokt. Als je wilt strijden tegen menselijke uitbuiting, doe dat dan door samen te werken met sekswerkers en niet door hen tegen te werken. Luister naar wat ze te zeggen hebben en betrek ze bij elk publiek debat dat hen aangaat.

Je kunt verenigingen door en voor sekswerkers steunen, zoals Utsopi, de Belgische Unie van Sekswerkers. Je kunt boeken lezen die geschreven zijn door de betrokkenen, content consumeren die ethisch geproduceerd is door sekswerkers of door producenten die hen respecteren (en ja, dat betekent mogelijk betalen voor porno) en je ook goed informeren over deze onderwerpen. Utsopi biedt bijvoorbeeld een lijst van bronnen aan in het Nederlands, Frans en Engels.

Uit vele monden klinkt het woord ‘slet’ nog altijd als een scheldwoord. Voor mij symboliseert het ‘bevrijding’.

Ik wil iedereen bedanken die de tijd heeft genomen om mij te schrijven over wat mijn columns hebben losgemaakt. Jullie berichten zijn zeer waardevol. Deze columns waren ook de aanleiding voor verrijkende ontmoetingen met inspirerende kunstenaars en onderzoeksters. Ik wil BRUZZ bedanken om me een semester lang te verwelkomen in deze kolommen.

Reeks nalezen? Wie alle columns van BRUZZ wil herlezen, kan de teksten terugvinden op BRUZZ.be/column

Uw gids door de culturele agenda 4 > 10/7

‘Dat schijfje citroen geeft de vis een zuiderse toets’

Een ongepolijste stem die ontroert in een emotioneel samenspel met gitaar en cello. Meer zal het Italiaans-Belgische trio Peixe e Limão niet nodig hebben om straks ook op Brosella het publiek in verschillende talen in vervoering te brengen. “We hebben nooit afgesproken dat we vanaf nu een meertalige Brusselse band zijn. Dat ging spontaan.”

door Tom Peeters

Vis en citroen, maar dan in het Portugees: zo noemden de Italiaanse zangeres Flavia Clementi en de Belgische gitarist Thomas Van Bogaert hun begeesterende project Peixe e Limão, dat begin juli ongetwijfeld ook het Brosella Festival in vervoering zal brengen. “Ik ben geboren in maart, vis is mijn sterrenbeeld,” zegt Van Bogaert op een zonnige namiddag in Molenbeek. “Door er een schijfje citroen aan toe te voegen, wilden we er een zuiderse toets aan geven.” Met alleen gitaar en stem straalde hun sound van bij het begin eenvoud uit. “Luister naar ‘Bombom’, de openingstrack van ons eind vorig jaar verschenen debuut SALTA! en je weet wat ik bedoel. Het staat voor genieten van de kleine dingen des levens.” Ook toen Federico Bragetti, een kameraad van beide bandleden, hen later zou vervoegen op cello werd die less-is-more-aanpak behouden.

Naast de krachtige, nog ongepolijste stem van Clementi is die puurheid hét handelsmerk van dit onconventionele trio, dat een sober akoestisch instrumentarium koppelt aan frisse popmelodieën en invloeden uit de wijde wereld.

“Voor mij werkte het bevrijdend om uit te roepen: ik ben niet je shrink, betaal verdorie een professional met een diploma”
Flavia Clementi

Van Bogaert, een ingeweken Bruggeling die je misschien kent als drijvende kracht van het Ravekoor, en de uit Genua afkomstige Bragetti leerden elkaar kennen tijdens hun opleiding aan het Koninklijk Conservatorium Brussel. Maar Clementi was, toen ze na rechtenstudies in Rome naar Brussel verhuisde, een complete leek op muzikaal vlak. Op aanraden van Bragetti klopte ze aan bij Van Bogaert. “Ik wilde hem eerst zelfs betalen om me te begeleiden met zijn gitaar en mee te duiken in een repertoire van Braziliaanse en Latijns-Amerikaanse muziek die me na aan het hart lag.” Hoewel ze al vaker complimenten gekregen had over haar ontroerende stem, was ze er nooit mee aan de slag gegaan. Van Bogaert: “Ik viel als een blok voor haar stemgeluid. Het zou heel awkward hebben gevoeld om me te laten betalen om met haar te spelen.” (Lacht)

“In het begin ging ik zingen bij Thomas zoals anderen naar de yogaklas of de gym gaan, maar al snel werd het meer dan een hobby. Toen hij na enkele sessies voorstelde om ook een video te maken en optredens in te plannen, leek het alsof ik in een droom beland was, ook omdat anderen ons motiveerden om door te zetten. Vooral onze residentie bij Muziekpublique twee jaar geleden was een mijlpaal. Zij pushten ons om meer eigen nummers te schrijven, want tot dan brachten we vooral covers. We hebben elk een verschillende smaak, maar slaagden er snel in om een repertoire te vinden waar we allemaal achter stonden.”

Alle windstreken

Brachten ze hun covers vooral in het Portugees, als gevolg van Clementi’s voorliefde voor bossanova, choro en samba – terwijl niemand van de groep de taal effectief spreekt –, dan veranderde dat vanzelf toen ze muziek begonnen te componeren. Bragetti: “De taal – Frans, Spaans of Engels – hangt vaak af van het eerste zinnetje van de tekst. Als dat er is, hang je er min of meer aan vast.” Straks klinkt er misschien ook Nederlands, want ook Van Bogaert is aangespoord om zijn tekstbijdrage te leveren: “We hebben nochtans nooit afgesproken dat we vanaf nu

een Brusselse band zijn die veel talen gebruikt. Dat ging spontaan.”

Inspiratie komt volgens Clementi aanwaaien uit alle windstreken. “Zo knipoogt ‘Mary’ naar Ierse folk, terwijl ‘Tired talks’ persoonlijker is. Maar ook dat kon ik alleen in het Engels zingen, omdat het de taal is die ik spreek met mijn partner. Het liefst zing ik echter in het Spaans of het Frans. Die talen vloeien vlotter dan het Engels. Schrijven in mijn moedertaal vind ik dan weer lastig omdat dat in mijn ogen sneller gênant of cheesy is.”

Het valt op dat de twee instrumentalisten zonder percussionist in de buurt hun instrument soms ook als een drumstel aanwenden. “Omdat we qua bezetting meer doen denken aan een kamermuziekensemble, is het niet altijd even makkelijk om aan de verleiding te weerstaan om wat breder te arrangeren,” zegt Bragetti. “Maar dat doen we bewust niet, want met ons sobere, onconventionele palet zijn we geen band als alle anderen. Dat palet daagt ons uit om alle mogelijkheden van ons instrument te verkennen, ver weg van de stereotypen.”

“We zijn klassiek geschoold aan het conservatorium, maar willen tegelijk niet te hoogdravend klinken, het blijft popmuziek,” zegt Van Bogaert. “Alleen voelen onze composities meer aan als folk, omdat we ze brengen op akoestische instrumenten,” preciseert Bragetti.

Advocaat van de emotie

Clementi, die in Brussel belandde voor een stage bij de mensenrechtenorganisatie No

Peace Without Justice, is tegenwoordig voltijds aan de slag als juriste bij de ngo Advocaten Zonder Grenzen. Ook al houdt ze haar professionele en artistieke activiteiten het liefst uit elkaar, engagement kruipt net als bloed waar het niet gaan kan. “Ik zing ook over de liefde, een cruciaal onderdeel van het leven, maar voor de wat militantere teksten kan ik niet om mijn werkervaring heen. Al doe ik dat nooit gratuit of op de werkwijze van een advocaat.” (Lacht) In het pakkende ‘Canto di una lotta’ declameert ze zo haast als een slamdichter het gedicht van een Peruaanse activiste, dat in Italië een symbool werd in de strijd tegen femicide. “Toen de verontwaardiging

groot was na het zoveelste schandaal over een jonge vrouw die vermoord was door haar partner, doken overal in het straatbeeld passages uit dat gedicht op. Het is een brief van een dochter aan haar moeder. Ook mijn moeder was gepakt toen ze me die hoorde vertolken.” Een logisch gevolg van Clementi’s empathische voordracht en emotionele zeggingskracht die je haast betrokken partij maakt. Ook ‘My Palestinian friend’ bevindt zich op het snijvlak van persoonlijk en breder engagement. “Mijn tante Anna, die in Palestina en Israël woonde, gaf me voor haar dood een boekje met Palestijnse strijdliederen en zei dat ik er een van mocht gebruiken. Ik koos die met de meest universele boodschap. En de titel, tja, we hebben allemaal onze politieke gevoeligheden. Maar als onze songs een politieke geladenheid hebben, is er altijd een persoonlijke link, die nog benadrukt wordt door de muziek.”

De tekst waar ze misschien wel de meeste reacties op kreeg is ‘Psy’, een wat ludieke maar daarom niet minder gemeende steek naar mensen die je altijd overladen met hun mentale issues. “Ik heb zelf ervaren hoe overwhelming en mentaal belastend dat kan zijn. Voor mij werkte het bevrijdend om eindelijk eens uit te roepen: ik ben niet je shrink, betaal verdorie een professional met een diploma. Pas achteraf begreep ik hoe empowerend dat ook voor anderen kon zijn.”

Peixe e Limão speelt op 5/7 op Brosella (4 > 6/7, Ossegempark), brosellafestival.be

ENCHANTEMENT

MÉRIDIONAL À BROSELLA

AVEC PEIXE E LIMÃO

FR Poisson et citron en portugais : c’est le nom qu’ont choisi la chanteuse italienne Flavia Clementi et le guitariste belge Thomas Van Bogaert pour leur projet envoûtant, Peixe e Limão. « La tranche de citron apporte une touche méridionale au poisson », sourit Clementi. Une voix brute, une guitare, et le violoncelle de leur complice Federico Bragetti ont suffi à embarquer Brosella dans un voyage polyglotte début juillet. « On n’a jamais planifié de devenir un groupe multilingue bruxellois », confie Van Bogaert. « C’est venu très naturellement. »

PEIXE E LIMÃO ADDS A SOUTHERN FLAIR TO BROSELLA

EN The Italian singer Flavia Clementi and the Belgian guitarist Thomas Van Bogaert called their inspiring project Peixe e Limão, which is Portuguese for “fish and lemon.”

“That slice of lemon gives the fish a southern flair,” Clementi says laughingly. With nothing more than a moving, unpolished voice, a guitar, and the cello of their companion Federico Bragetti, the Italian-Belgian trio is set to enchant the Brosella Festival in several languages at the beginning of July. “We never decided to become a multilingual Brussels band,” Van Bogaert says. “It happened very spontaneously.”

Party Expo Film

Circulaire beats

Fuse ontdekte het succes van partyen in de openlucht met zijn XRDS-festival onder het viaduct in Anderlecht, en daarna ook met zijn open airs tijdens de coronapandemie.

Tijdens de zomermaanden nestelt de Brusselse club zich graag in het Circle Park, de tijdelijke herbestemming van de oude industrieterreinen in Anderlecht. SHDW, Kr!z, Initial Code en Laura Charlier mogen er met hun schijven op je heupen mikken. Wie daar nog niet zoet mee is, kan afterpartyen in Fuse zelf.

FUSE OPEN AIR 5/7, Circle Park, fuse.be

Ongeschoren beats

Bij Madame Moustache mag Débris een avond invullen. Aftrappen doet het partycollectief op het terras met een back to back tussen xupt en Lila Luzi. Verwacht je aan een snuif Italo disco, new beat en eightiessynths. Dat klankenarsenaal wordt binnen verder uitgediept door VDC (Very Disco Channel), gevold door de proghouse van GARSA. Henry Keller en PiDeNi mogen zich als laatsten tussen het puin van de nacht wagen. DÉBRIS 06 4/7, Madame Moustache, www.madamemoustache.be

Huisgemaakte beats

LOL leest in cyberspace als laughing out loud, maar partyanimals weten intussen dat het ook League of Locals kan beteken: C12 geeft onder die banier namelijk een forum aan een kransje hoofdstedelijke beatbakkers om hun waren uit te stallen. Dat zijn tijdens deze tweede LOL-editie STDJ, het brein achter æther events en liefhebber van psychedelische, progressieve schijven, en Onohno, die zijn voorliefde voor UK garage en klassieke house mag etaleren. (TZ)

LEAGUE OF LOCALS 5/7, C12, c12space.com

Oertoekomst

De Chileense Cecilia Vicuña heeft haar leven gewijd aan de verdediging van de aloude kennis en gebruiken van haar volk en het opzetten van een dialoog tussen die kennis, die ze als een talisman en een creatieve kracht ziet, en de hedendaagse wereld, die werd en wordt getekend door ongebreideld kapitalisme, kolonialisme en ecologische vernietiging. Op haar 77e presenteert ze met Arch future haar eerste, zestig jaar overspannende solo bij Xavier Hufkens.

CECILIA VICUÑA: ARCH FUTURE > 2/8, Xavier Hufkens, xavierhufkens.com

Natuurlijk

Biomimetica is “een wetenschap die patronen in de natuur bestudeert om er inspiratie uit te halen om menselijke problemen op te lossen.” In de Botanique beweegt kunstenaar Pierre Jean Giloux zich met de expo Biomimetic stories part II net op dat kruispunt van wetenschap en sciencefiction. Vier nieuwe augmentedrealityfilms verbeelden de (nog) ongekende banden tussen stad, natuur en biotechnologie.

PIERRE JEAN GILOUX: BIOMIMETIC STORIES PART II > 17/8, Botanique, botanique.be

Digitale spiegel

Daar is de vakantie, daar zijn de lome, lege dagen die maar al te vaak doelloos worden weggescrold en -geswipet. De tentoonstelling Artcade duikt diep in dat op handen zijnde digitale generatieconflict door bezoekers met een AR-app op interactieve belevingsreis te sturen langs negen niet zo prikkelarme ruimtes. Onderweg leer je bij over kunst, technologie, gaming en AI, en je eigen plek daarin. Aan het eind krijg je te zien wat jouw digitale mindset is. (KS) ARTCADE > 31/8, Plein Publik BXL, enterartcade.be

Pedro of Chris?

Wie zou jij kiezen? Pedro Pascal, de internet-daddy uit The last of us, of Chris Evans, die jarenlang Captain America belichaamde? De veelgevraagde, zelden spitante Dakota Johnson weet het niet. Ze speelt een succesvolle koppelaarster, die een rijke, sympathieke man wil zoals Harry (Pascal), maar eigenlijk meer voelt voor een onbemiddelde acteur (Evans). Celine Song, die harten brak met Past lives, regisseerde de romcom, maar dat merk je niet echt.

MATERIALISTS US, dir.: Celine Song, act.: Dakota Johnson, Pedro Pascal, Chris Evans

Studeren of metselen?

Net voor Laurent Cantet met de opnames van Enzo zou starten, overleed de Franse Gouden Palm-winnaar van Entre les murs. Robin Campillo, scenarist van verschillende van zijn films, nam het project over. Enzo, de 16-jarige zoon van een prof en een ingenieur, zet zich af tegen hun rijkeluisbestaan door voor een metselaarsopleiding te kiezen. Op een bouwwerf voelt hij zich aangetrokken tot een bouwvakker uit Oekraïne. En zo ...

ENZO FR, dir.: Robin Campillo, act.: Eloy Pohu, Maksym Slivinskyi, Pierfrancesco Favino

Scarlett of distortus rex?

De onsterfelijke dinofranchise is toe aan film zeven. Met David Koepp is de scenarist van de eerste twee Jurassic Park-films weer aan boord, regisseur Gareth Edwards ken je van Star wars en Godzilla. Voor een frisse wind moet Scarlett Johansson zorgen. Op een eiland vol nakomelingen van dino-experimenten moet ze het onder meer opnemen tegen de distortus rex, een gemuteerde variant van de tyrannosaurus rex. (NR)

JURASSIC WORLD: REBIRTH US, dir.: Gareth Edwards, act.: Scarlett Johansson, Mahershala Ali

Materialists
Cecilia Vicuña: Arch future
Fuse Open Air

Klein onderhoud

Jean Harlez viert 100e verjaardag met release Le chantier des gosses

‘Ik stond aan de kant van de Marolliens’

“Ik maak geen films meer. Niet omdat ik zonder ideeën zit, maar omdat ik er genoeg heb gemaakt,” vertelt Jean Harlez. 100 jaar oud is de Molenbekenaar intussen, maar zijn partner Marcelle Dumont, een voormalige journaliste, vindt het nog nodig om te verantwoorden waarom ze volgende dinsdag niet met de metro maar met de taxi zullen afzakken naar Cinema Palace: “Te gevaarlijk, hij valt nogal makkelijk.” Hun aanwezigheid moet een evenement maken van de eerste van een reeks vertoningen van Le chantier des gosses. Die wonderlijke film haalt je naar de Marollen van 1954, waarin ketten vol kattenkwaad vaders bretellen verknippen tot katapulten om de bouwploegen te verjagen die hun speelterrein bezetten, een stuk braakland onder het Justitiepaleis.

“Een film maken is als schilderen: je doet het zonder te weten waarom,” antwoordt Harlez op de vraag naar wat hem destijds bezielde. “Na de oorlog had ik het geluk dat ik drie jaar voor (filmpionier, red.) Charles Dekeukeleire mocht werken. Hij was geen prater, maar antwoordde wel als je vragen stelde, én ik zag hoe hij te werk ging.” Dekeukeleire zegde de samenwerking op toen hij zich op langspeelfilms toelegde. “Plots stond ik op straat met niets in mijn zakken.”

Op eigen kracht knutselde Harlez toen een filmcamera in elkaar. “Ik heb een diploma precisiemechaniek en kan met gereedschap overweg.” Toen het ministerie van Landbouw zijn kortfilm over een landbouwcoöperatie kocht, investeerde hij in een eigen langspeelfilm. “Ik wilde in een volksbuurt draaien, omdat ik zelf een kind van het volk ben. Mijn vader heeft zijn hele leven de signalisatie van de spoorwegen verzorgd, mijn moeder maakte het eten. Wij woonden toen in de Marollen. Daar kon je nog bij elkaar aankloppen voor hulp of een babbel. Op de set droeg ik geen pak maar een blauwe kiel. Ik stond aan de kant van de Marolliens.”

Le chantier des gosses werd niet opgekocht door een ministerie. Niemand wilde ervan weten. Expo 58 kwam eraan. “Brussel moest in een gunstig daglicht worden geplaatst, maar Jean filmde de sloppenwijk onder het Justitiepaleis. Dat zinde de autoriteiten niet,” zegt Marcelle Dumont, die zich over het scenario ontfermde. “Resultaat: de film bleef veertig jaar in blikken dozen zitten.” Harlez smeet zich op educatieve films en deed ook het camerawerk voor zijn vriend Marcel Broodthaers. Pas in 1970 kon hij Le chantier des gosses afwerken. Een bioscooprelease volgde er niet. Het neorealistische kleinood dreigde verloren te raken in de plooien van de geschiedenis tot Cinema Nova er lucht van kreeg en de film in 2014 uitbracht, met een overrompeling tot gevolg. Deze zomer moet er helemaal een Belgische klassieker van maken. “En dat voor een film over straatkinderen,” zegt de 100-jarige met twinkelende ogen. NIELS RUËLL

Le chantier des gosses speelt vanaf 8/7 in de zalen

18.05 > 04.07

www.brf.brussels

FestivalKlassiek

Zon in de bioscoop

Naar goede gewoonte verleidt Cinema Palace ons in de zomer met een aangepast programma. Sun Screens vertoont een veertigtal titels, waaronder tal van klassiekers (van Chaplins Modern times tot Kurosawa’s Seven samurai), hedendaagse kleppers (van The brutalist (zie foto) tot The Substance) én films die uit de boot vielen, zoals Life will give you pictures, een docu over Humo-fotograaf Herman Selleslags, en Rano van Brusselaar Valéry Rosier. (NR)

SUN SCREENS 4/7 > 17/8, Cinema Palace, cinema-palace.be

Wereldreis in Anderlecht

“Le festival qui vous fait voyager tout l’été”: met die verleidelijke leuze nodigt Les Escales Estivales je elke donderdag van juli en augustus uit voor een muzikale ‘wereldreis’. De soundtrack voor die trip wordt onder meer ingekleurd door Johnny Makam, die Turkse traditionele ritmes vermengt met popklanken, de Ethiopische kleuren van Kolonel Djafaar en de mix van funk, soul en mokassa van de Kameroenees Diese Mbangue. (TZ)

LES ESCALES ESTIVALES 3/7 > 28/8, Escale du Nord, escaledunord.brussels

Op wieltjes

De Waalse skateschool Skatoria kickflipt zich met een driedaagse rond het skateboard cultureel centrum Jacques Franck in. Er staan initiatiesessies, workshops, dj-sets, circus- en dansperformances, expo’s en concerten van onder meer de Brusselse postpunkgroep Tiny Apartment Huge Dog op het programma. Allemaal over die plank op wieltjes die zestig jaar na haar ontstaan in Californië waaghalzen en creatievelingen over de hele wereld blijft inspireren. (TZ)

LES FRICHES 4 > 6/7, CC Jacques Franck, lesfriches.be

Voor en door melomanen

Een eigen orkest uit de grond stampen, het is niet iedereen gegeven. Toch is dat precies wat de broers Pierre en Aurian Baudhuin in 2017 deden. Melomania is sindsdien een plek waar jongeren – amateurs en conservatoriumstudenten – symfonisch samenspelen. Hun jaarlijkse zomerconcert is het orgelpunt van de werking. Met een professionele dirigent op de bok, Guy Van Waas, wagen ze zich dit keer aan werk van Tsjaikovski en Brahms.

SOUFFLE DU ROMANTISME 6/7, Onze-LieveVrouw-van-Stokkelkerk, melomania.be

Bach op de middag

Je wordt dezer dagen met middagconcerten om de oren geslagen. Terwijl Midis-Minimes uit de startblokken schiet, klinken de slotakkoorden van Bach Ad Meridiem in de kathedraal. De Belgische organiste Hélène Richardeau blaast als laatste enkele van Johann Sebastians sonaten en koralen door de pijpen. Zeker in de indrukwekkende Brabantse gotiek is dat bij zomertemperaturen verkwikkende muziek.

BACH AD MERIDIEM 5/7, Sint-Michiels- en Sint-Goedelekathedraal, cathedralisbruxellensis.be

Vier seizoenen in de zomer

Vraag op straat wie Vivaldi is, en de kans is groot dat je De vier seizoenen teruggekaatst krijgt. Op Les Estivales de la Woluwe klinkt de klassieker net dat tikje anders. In een hopelijk zonovergoten Roodebeekpark krijg je het vioolconcerto niet op volle sterkte. Alle natuurkracht komt uit slechts vijf strijkers, aangevuld met de gitaarsnaren van voormalig Klara-’Twintiger’ Maarten Vandenbemden. (JC)

CONNAISSEZ-VOUS ‘LES QUATRE SAISONS’ DE VIVALDI? 5/7, Roodebeekpark, wolubilis.be

Souffle du romantisme
Sun Screens

Met een adembenemend uitzicht van op de oude WTC-toren, een fluweelzacht interieur en verfijnde gerechten laat Lila29 een westelijke kustwind door de Noordwijk waaien.

Op straatniveau vangt The Standard niet meteen het oog, maar als je eenmaal de lobby van het hotel binnenstapt en de lift neemt naar de 29e verdieping, besef je in wat voor parel je boven Brussel zweeft. Doorschijnende gordijnen, licht hout, zachte rondingen, diffuus licht: Lila29 toont een ingetogen elegantie die je niet verwacht in deze ruwe hoek van de hoofdstad. Buiten biedt het met groen omzoomde dakterras een prachtig uitzicht op de stad.

In die setting serveert chef-kok Alex Joseph (van Rouge Tomate en The Hoxton) kleine bordjes met Iberische invloeden, die

tot in het detail kloppen. Wij begonnen met een ultrakrokante pan de cristal met Cantabrische ansjovis (14 euro) en stortten ons daarna op een superverse ceviche van zeebaars, afgewerkt met sinaasappel en basilicumaioli (24 euro). Dezelfde levendige en precieze stijl kenmerkt de heirloomtomaten met romescosaus (17 euro).

Voor wie zin heeft in iets stevigers, staan op de kaart ook gegrilde octopus met inktaioli (31 euro), een halve Baskische kip (25 euro), artisjokken met chermoulayoghurt (19 euro) en presa ibérica (26 euro).

Daarbij passen bijgerechten als arroz negro (7 euro), pimientos de Padrón (5 euro) en patatas bravas (7 euro). Het dessert, een crema catalana (15 euro), maakte alle beloften waar met zeste, kaneel, geflambeerde suiker en een lauwe textuur.

Wonen en ouder worden in Brussel

Op de drankkaart is de keuze ruim. Er figureren cocktails als de ‘Lila29 Spritz’ (14 euro), een gerookte margarita (16 euro) en de ‘Mango Sour’ (14 euro) op, net als alcoholvrije alternatieven als een Rish-kombucha met tagetes (9 euro), een fles Feral met wijnachtig profiel (60 euro) of een uitstekende mocktail op basis van Botivo, munt en gember (10 euro). De wijnkaart, met vooral flessen boven de 50 euro en prestigieuze cuvees, mikt op een internationaal publiek. Een aangename verrassing is de ruime sherryselectie (6 tot 10 euro per glas), ideaal bij tapas of een dessert. Voeg daarbij de professionele en vriendelijke service, en je hebt een stijlvol rooftopadres waar je graag naar terugkeert.

TEKST: MICHEL VERLINDEN FOTO: SASKIA VANDERSTICHELE

Eengeschiktewoon-zorgvoorzieningdiebijupast? Noodaanondersteuningthuisofindeinstelling? Bezorgdoverdeleefomstandighedenvaneenoudere?

02 511 91 20

Info@home-info.be

Neem contact met ons op www.home-info.be

Met de ondersteuning van

Eat & Drink
Koning Albert II-laan 30, Brussel, lila29.com

Inzichten

Wat weet DJ Piscine van het leven?

‘Wees

jezelf, want alle anderen zijn al bezet’

Welke fout maak je keer op keer tijdens het creatieve proces?

Trop de minutie tue la minutie. Als je je te veel in de details verliest, verlies je het algemene beeld van wat je wilt maken uit het oog. Stop op tijd met chipoteren. Voor een goed nummer heb je soms maar een paar uur nodig.

Wat heeft je werk je geleerd over het leven of over jezelf?

Ik voel vaak heel veel voldoening als ik aan het werk ben en heb zo geleerd dat werk een belangrijke waarde is in mijn leven.

Wat helpt jou als je creatief droog staat?

Vaak komt de honger met het eten, dus ik forceer me dan toch even om te beginnen. Ik geef me een halfuur om tot iets te komen, en meestal volgt er dan ook iets. En anders ga ik wandelen. Creativiteit is als een spier die je kan trainen, maar soms ook moet laten rusten.

Welke belangrijke tip kreeg je ooit van je publiek?

Be yourself, because everybody else is already taken. Door te imiteren kom je nergens.

Welke levenswijsheid kreeg je mee van je ouders?

Mijn ouders hebben veel gewerkt in hun leven, en ik ben blij dat ik die werklust heb meegekregen.

Welke zin mag er op je doodsprentje komen te staan?

Heal the world or die trying. Als muzikant wil je mensen samenbrengen en van de wereld een iets betere plek maken. Met welke quote pak je graag uit?

Tant mieux, tant pis. We moeten vooruit. En: happiness is the best revenge

In welk ander vak zou je ook top zijn?

Ik wilde plastisch chirurg worden, of ingenieur, maar misschien nog het meest psycholoog. De menselijke geest vind ik fascinerend.

• DJ Piscine gaat door het dagelijkse leven als Maximilian De Vos

• Hij was vroeger lid van de Yama Dirty Crew, is medeoprichter van het dj-collectief echte.ra, en vormt vandaag met zangeres en fluitiste Stéphanie Bertrand het ongebruikelijke, aanstormende duo The Haze

• Als DJ Piscine pakt hij deze zomer uit met de ep PRAY pt.1

• Instagram: dj.piscine

Van welk vooroordeel heb jij soms last?

De vraag die mensen me het vaakst stellen, is of ik van mijn muziek kan leven. Alsof muzikanten bohemiens zijn die maar wat aanmodderen. Elk project is voor mij een onderneming.

Wat was het beste persoonlijke nieuws dat je de afgelopen weken kreeg?

De release van mijn ep PRAY pt.1. Voor mij was dat een belangrijk moment, waarop ik de meer poppy kant van mijn persoonlijkheid kon laten zien. De eerste single ‘Born again’, mét zang, was een radioplaat. Dat mensen er graag naar luisteren deed me heel wat.

Welke lifehack verbeterde je leven?

Het Pareto-principe draait om het feit dat 80 procent van de gevolgen voortkomt uit 20 procent van de oorzaken.

Wie is de bekendste persoon met wie je ooit sprak?

In de Sounds Jazz Club kwam ik Cillian Murphy, de acteur uit Oppenheimer, Small things like these en Peaky Blinders, tegen. Hij was voor opnames in België. Normaal doe ik zoiets niet, maar ik heb hem even aangesproken, en hij wenste me geluk met mijn muziek.

Doe eens een toekomstvoorspelling. Ik ben een hyperoptimist, op het naïeve af. Ik hoop dus op meer vrede en harmonie tussen de in wezen sociale wezens op deze steen in de ruimte.

Wat was er vroeger beter?

In het moment leven. Geduld. Typeer Brussel in drie woorden. Gastvrij kosmopolitisch dorp.

Wanneer verbaasde Brussel jou?

Elke zomer word ik weer verliefd op Brussel met zijn festivals, muziek, terrassen, mensen op straat ... MICHAËL BELLON

De ep PRAY pt.1 van DJ Piscine is sinds 27/6 uit bij SWIM Records

04-07 17-08-25

Exhibitions   Concerts   Films  Guided Tours   Rooftop *We’re open all summer! Full programme £

www.zomerpret.be

Aankondiging of vacature? Reserveer deze ruimte voor jouw organisatie. Mail naar sales@bruzz.be en vraag naar onze instapaanbieding voor slechts € 500.

PORTE

GARE DU NORD NOORDSTATION

QUAI AUX PIERRE DE TAILLE ARDUINKAAI

PORTE D'ANDERLECHT ANDERLECHTSEPOORT

PL. STE. CATHERINE ST.-KATELIJNEPL.

GARE DU MIDI ZUIDSTATION

GARE CHAPELLE STATION KAPELLE

GARE CENTRALE CENTRAAL STATION

GARE DU CONGRES CONGRES STATION

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.