BRUZZ editie 1943 (09-07-2025)

Page 1


De zomer van

vakantietips in Brussel + 50

9 juli 2025

Vakantie Een shot tequila voor de democratie

Ik moet dringend op vakantie,” zingt de Antwerpse rapper Yong Yello, en we kunnen alleen maar hopen dat de Brusselse politici zijn advies opvolgen. Het liefst buiten de stad, want verandering van decor werkt altijd verkwikkend. Aan een zwembadbar of berghut lijken problemen anders, kleiner, en relativeren we vanzelf waar we ons tijdens het jaar altijd zo druk in maken. Wie weet, komt er zelfs een regering van.

Met of zonder nieuwe ministers: na de zomer moeten er dringend beslissingen genomen worden over enkele heikele dossiers, waarvan de voortzetting van de metro, en bijbehorende afbraak van het Zuidpaleis, misschien wel een van de belangrijkste is. De huidige, ontslagnemende regering wil niet beslissen over een eventuele afbraak. Maar de buurtbewoners van de Stalingradwijk kunnen niet blijven wachten. Als een nieuwe regering er ook in het najaar niet komt, moet uiteindelijk het parlement de duim omhoog of omlaag steken.

Zo slecht is dat misschien nog niet. Instanties zoals de MIVB en het Rekenhof zijn nu sowieso bezig met rapporten over de voor- en de nadelen van (gedeeltelijke) voort- of stopzetting van het metroproject. Verkozenen des volks die op basis van die documenten debatteren en vervolgens een geïnformeerde beslissing nemen, dat klinkt als een gezonde democratie. Dat de beslissing op die manier tot stand komt, kan zelfs extra draagvlak creëren. En dat zal nodig zijn.

het kindergeld voor buitenlandse studenten schrappen, een taxcut op koten van Brusselse universiteiten, de verhoging van het Waarborgfonds, meer ondersteuning voor mensen met een handicap of de invoering van een sanctionerend paritair huurcomité. Of je nu voor of tegen die maatregelen bent, ze zijn in het halfrond tot stand gekomen. Het parlement staat weer in het centrum van de beslissingsmacht en dat is verfrissend.

“Het Brussels parlement is aan een renaissance bezig de jongste maanden”

Het Brussels parlement is sowieso aan een renaissance bezig de jongste maanden. Door gebrek aan een regering worden nu beslissingen genomen via bonte, brede coalities. Op basis van inhoud dus, en niet op basis van meerderheid tegen oppositie. Zo stemde het parlement onlangs over meer geld voor Molenbeek 2030,

Vergeet niet dat er vorige legislatuur veel kritiek kwam van toenmalige parlementsleden zoals Alexia Bertrand (Open VLD), Juan Benjumea Moreno (Groen) en Pepijn Kennis (Agora), die vonden dat het parlement te mak was, dat ze te weinig het verschil konden maken. Nu is het vast een pak leuker voor parlementsleden. Voorstellen worden niet afgeschoten omdat ze van het andere kamp komen. Politieke vijanden zoeken en vinden steun bij elkaar voor hun voorstellen. Het zou fijn zijn mocht dit soort van partijoverschrijdend, parlementair werk behouden kunnen blijven. Uiteraard blijft een regering nodig. Om gedetailleerde besluiten uit te werken, om de administraties aan te sturen, om een begroting in te dienen. Om een project voor Brussel te lanceren dat meer is dan een verzameling van losse maatregelen. Net daarom wenst BRUZZ alle politici een goed politiek ‘reces’ toe. Dat komt van het Latijnse recessus, wat ‘terugtrekking of ‘afgelegen plaats’ betekent. Wie een volledige reset wil, kan zich daarbij aan de BRUZZ cocktail wagen (zie p. 54). Hoe bissap – een van de ingrediënten – smaakt, weet ik niet, maar tequila staat erom bekend dat je nadien als een ander mens weer wakker wordt. Dat laatste wens ik onze Brusselse politici, en bij uitbreiding elke Brusselaar, van harte toe. Met of zonder alcohol. Fijne vakantie.

Redacteur

In het edito fileert de redactie de Brusselse actualiteit.

Lees meer Dubbelinterview met Cieltje Van Achter en Elke Van den Brandt: ‘Dit is geen institutionele crisis, maar een crisis van karakters’ op p.26

BRUZZ magazine neemt even vakantie. Het volgende nummer van het magazine komt uit op woensdag 20 augustus.

04-07 17-08-25

ZOMERINTERVIEWS

06Eddy Merckx en Paul Van Himst ‘Honderd worden? Nee, dank je, dat hoeft niet’

26Cieltje Van Achter en Elke Van den Brandt ‘Dit is geen institutionele crisis, maar een crisis van karakters’

36Nienke ’s Gravemade ‘In Brussel heb je zelden een flirt op straat’

PORTRETTEN

12Philippe Thuriot Accordeonist verovert vanuit Anderlecht de wereld met zijn instrument

18Vakantieplannen Voor Zeno, Chakira, Spring en Dimitri brengt de zomer nieuwe uitdagingen

32Abir Gharbi en Oumar Diallo ’Dansen kan ook zonder alcohol’

42Marjolein Pottie ‘Ik teken, schrijven is een totaal ander vak’

ACTUALITEIT

03Vooraan ‘Een shot tequila voor de democratie’

16Hooliganisme Brico Ben na de raid: ‘De zaak voelt als een gevangenis nu’ 24 Jeugdbewegingen Voor een laatste keer op zomerkamp

ZOMERPAUZE

15Vakantie in Brussel Joséphine

35 Vakantie in Brussel Dominique

40 Checklist Brussel zomert: gezellig, groen en gratis

45Vakantie in Brussel Steven 46 Puzzel Een exclusieve woordzoeker voor aandachtige BRUZZ-lezers 54 BRUZZ cocktail Proef de zomer in je glas dankzij Britt Jent Mosselmans

SELECT

47 25 tips voor een hete cultuurzomer

COLOFON

BRUZZ Flageyplein 18, 1050 Brussel, 02-650.10.65 ABONNEMENTEN Josiane De Troyer (abo@bruzz.be), 02-650.10.80 Gratis in Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Rest van België: 29 euro per jaar; IBAN: BE98 3631 6044 3393 van Vlaams Brusselse Media vzw, een abonnement binnen Europa kost 162 euro per jaar, buiten Europa 192 euro per jaar OPLAGE 50.000 exemplaren ADVERTEREN? Angela Mngongo 02-650.10.81 angela.mngongo@brusselmedia.be DISTRIBUTIE Ute Otten, 02-650.10.63, ute.otten@bruzz.be ALGEMENE DIRECTIE Dirk De Clippeleir ALGEMEEN HOOFDREDACTEUR Klaus Van Isacker COÖRDINATOR MAGAZINE Maarten Goethals ART DIRECTOR Heleen Rodiers VORMGEVING Ruth Plaizier EINDREDACTIE Karen De Becker, Kurt Snoekx WERKTEN MEE AAN DIT NUMMER Eva Christiaens, Kris Hendrickx, Bettina Hubo, Sophie Soukias, Steven Van Garsse, Tom Zonderman (redacteurs); Johan Baeten, Uma Barrea, Michaël Bellon, Jasper Croonen, Louiza Moyersoen, Niels Ruëll, Bram Van Renterghem (medewerkers) VERTALING Frédérique Beuzon, Gregory Blauwers, Sam De Ryck, Aurélien Garcia, George Holmer FOTOGRAFIE & ILLUSTRATIE Bart Dewaele, Kim, Delphine Frantzen, Ivan Put, Saskia Vanderstichele, Emiel Viellefont VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Dirk De Clippeleir, Flageyplein 18, 1050 Elsene.

BRUZZ is een uitgave van de Vlaams Brusselse Media vzw wordt gedrukt bij Printing Partners Paal-Beringen en wordt gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschapscommissie

Eddy Merckx en Paul Van Himst
‘Honderd worden? Nee, dank je, dat hoeft niet’

Boezemvrienden en Brussel-connaisseurs, sportfreaks, levende legendes, en mannen met al eens kwaaltje: in een uniek zomergesprek overschouwen Eddy Merckx en Paul Van Himst het bestaan op hun tachtigste, de deconfiture van RSC Anderlecht en RWDM, en leven na de dood. En over dat leven vóór de dood? “Het gaat snel voorbij. Net een klasseflits, zoals in het voetbal.”

door Maarten Goethals en Tom Zonderman foto’s Saskia Vanderstichele

De ene sukkelt met zijn rug en wandelt met een loopstok.

“Zonder lukt niet meer,” zegt Paul Van Himst. De andere revalideert nog van een val met de fiets, met een gebroken heup die maar moeilijk herstelt. “Ik moet nog tot 18 juli zware antibiotica pakken,” zegt Eddy Merckx. “2.700 milligram per dag. Dat is een pak. Het maakt me moe.”

En toch. Ondanks de kwaaltjes en de haperende lichamen tekenen de twee Belgische sportlegendes present voor een uniek dubbelgesprek met BRUZZ. Plaats van afspraak? Koffiebranderij Brésor, in Asse. Het bedrijf dat Paul Van Himst overnam in de jaren 1990, en waar het voetbalicoon elke dag nog komt om mails te beantwoorden en geanimeerde telefoontjes te plegen met klanten. Het geeft ook structuur aan zijn dag, zal hij later zeggen.

Als Eddy Merckx even later het bureau betreedt, wandelt hij direct door naar het secretariaat, en geeft hij iedereen een kus op de wang. Vriend aan huis, zo blijkt. Iedereen zegt ook gewoon Eddy. Die dag gevolgd door: “Gelukkige verjaardag, hé” –de wielergod, geboren op 17 juni 1945 en opgegroeid in Sint-Pieters-Woluwe, is tachtig geworden, en de hele natie zal het geweten hebben met extra uitzendingen op televisie, extra sportartikelen in de kranten, en zelfs een ‘ultieme biografie’, geschreven door gewezen VRT-journalist Johny Vansevenant.

Merckx, nog altijd een rijzige man, de haren piekfijn gekamd, neemt plaats in het zaaltje waar het interview zal plaatsvinden en hoort hoe op zijn gsm geregeld een bericht binnenloopt. Even later komt Van Himst binnen, opgewekt en guitig. Meteen bij het zien van zijn boezemvriend zegt Van Himst, alsof hij het zeker niet mag vergeten: “Ik moet u de groeten doen van …” En dan volgt een resem aan namen van gemeenschappelijke kennissen en connecties.

Heren, dank om even tijd te maken. Om te beginnen met misschien wel de vraag der vragen: hoe gaat het met jullie?

EDDY MERCKX: Ik hoop binnenkort weer te kunnen fietsen. Vijftig, zestig kilometer. Sowieso niet meer bergop. Maar dan moet de pijn wegblijven. Als ik nog steeds last heb van mijn heup binnen twee weken, moet ik terug naar de kliniek voor een ingreep.

PAUL VAN HIMST: Ik moet ook antibiotica nemen, maar gelukkig niet zoveel als Eddy. Lang marcheren lukt niet meer.

MERCKX: Het probleem is die bacterie die op de heupprothese is gekomen. Sinds

Eddy Merckx

• Geboren in 1945 in Meensel-Kiezegem, groeide op in Sint-Pieters-Woluwe

• Wordt beschouwd als de beste wielrenner ooit

• Kreeg de bijnam ‘De Kannibaal’, vanwege zijn onverzadigbare honger naar overwinningen

• Won 525 wedstrijden, waaronder vijfmaal de Ronde van Frankrijk, vijfmaal de Giro en driemaal het wereldkampioenschap

• Richtte na zijn wielercarrière een eigen fietsmerk op, Eddy Merckx Bikes

Paul Van Himst

• Geboren in 1943 in Sint-Pieters-Leeuw

• Voetbalde bijna zijn hele carrière voor RSC Anderlecht en werd er 8 keer landskampioen

• Won 4 Gouden Schoenen en speelde 81 interlands voor België.

• Was coach van RSC Anderlecht en later ook bondscoach

• Bleef na zijn voetbalcarrière actief in zijn koffiebedrijf Brésor

december vorig jaar ben ik al vier keer geopereerd. Dat is niet niets. Ik voel het wel. En die medicatie legt me zo plat als iets.

VAN HIMST: Ah ja, het is altijd iets.

MERCKX: En als het er niet is, staat het voor de deur (lacht).

Doet u iets speciaal met de zomervakantie?

VAN HIMST: Weg ga ik niet meer. Dan kom ik liever naar de koffiebranderij. Gisterenavond ben ik nog naar een etentje geweest. Er was driehonderd man, ik zat aan een tafeltje met Marijn De Valck, Boma van FC De Kampioenen, en met Brigitta Callens. Ik ken dat meisje niet speciaal, maar het is een sympathieke. Maar tegen elven ben ik weggegaan.

MERCKX: Misschien een paar dagen op reis. Ik zal wel zien.

Wat doet dat met de moraal, niet kunnen bewegen, lange tijd moeten revalideren?

MERCKX: Ik laat me niet gaan natuurlijk. Ik heb gisteren een klein beetje gefietst. Maar het is niet makkelijk. Als je niet vecht, dan gaat het zeker bergaf.

VAN HIMST: Ik kom alle dagen hierheen tegen kwart over negen, tien uur. ‘s Middags ga ik een stukske eten, of ga ik naar huis. Dan kom ik terug, om dan tegen het einde van de

werkdag met een van de jongens een pint te pakken. En dan is mijn dag ook door. Ik ben content dat ik dat nog kan doen. De koffiebranderij doet mij opstaan. Ik ben alleen, en ik doe alles zelf. Het was wel makkelijker toen Arlette er nog was, mijn vrouw: dan deed ik niets (lacht).

Zotte dingen

Op het voetbalveld deed hij dan weer van alles. Van Himst werd in zijn carrière acht keer kampioen met Anderlecht, won vier keer de Gouden Schoen, en in zijn eerste seizoen als coach van paars-wit veroverde hij in 1983 de UEFA Cup, de voorganger van de UEFA Europa League, tegen het Portugese Benfica. Door zijn erudiete stijl, en de elegantie waarmee hij met de bal speelde, stond hij volgens kenners op hetzelfde niveau als de Braziliaanse topspits Pelé, die hij persoonlijk kende, en van wie een iconische zwart-witfoto in het koffiekamertje hangt.

Merckx won in zijn carrière in totaal 525 koersen, waarvan vijfmaal de Ronde van Frankrijk en de Ronde Van Italië, maar ook zevenmaal Milaan-San Remo, tweemaal de Ronde van Vlaanderen, driemaal het wereldkampioenschap … te veel om allemaal op te noemen. Wat ‘De Kannibaal’

voorgeschoteld kreeg, schrokte hij op, tot frustratie van de verzamelde concurrentie.

Zowel Van Himst als Merckx stond in zijn tijd voor kracht, dominantie, lichamelijke superioriteit. Hun sportieve superioriteit leek geen grenzen te kennen. Is de confrontatie met een lichaam dat niet altijd meer mee wil daarom des te harder?

MERCKX: Ik spreek niet veel over het verleden. Het zijn de mooiste bladzijden van mijn leven geweest: ik kon van mijn hobby mijn beroep maken. Maar het is niet dat ik de hele tijd aan die tijd terugdenk, aan die glorie. Dat is vergankelijk. Twee voeten op de grond, zo ben ik opgevoed. En met respect voor iedereen.

VAN HIMST: Nu ik zo oud ben geworden, kan ik zeggen: de tijd gaat rap. Het gaat snel voorbij. Precies een klasseflits, zoals in het voetbal. Ik hoop dat ik zolang mogelijk goed kan blijven. Ik ga geen zotte dingen meer doen.

MERCKX: Het ging ook snel omdat het druk was. Ik moest veel koersen. Ik herinner me jaren waarin ik honderd, honderdvijftig wedstrijden reed, zelfs een jaar honderdnegentig. En ik moest veel reizen, met de auto. Dikwijls tegen mijn goesting, maar ik was verplicht als ik iets wilde verdienen. Soms had ik liever wat meer genoten van de

“Ik geloof in God, en ik hoop dat ik naar het paradijs mag”

overwinning. Ik weet nog de eerste keer dat ik de Ronde van Italië won, juni 1968. Na de aankomst mochten de ploegmaats feesten in Napels, maar ik moest de trein nemen, omdat ik de volgende dag ergens aan de start moest verschijnen. Er zou een restaurant in de trein zijn, zei men, maar er was just niks. Ik ben toen nog mijn eigen eten moeten gaan kopen.

Jullie groeiden uit tot nationale helden, door iedereen bemind en geprezen. Was dat een last of een extra motivatie?

MERCKX: Extra motivatie. Want je wilde al die mensen die kwamen kijken niet ontgoochelen. Daarom wilde ik ook winnen.

VAN HIMST: Tegelijk weet je: sport is altijd herbeginnen. Een match of een koers vandaag winnen, betekent niet dat het ook morgen zal lukken. Veel sporters kunnen dat niet aan.

Meneer Merckx, hoe was het trouwens om onlangs tachtig te worden?

MERCKX: Al die aandacht in de media: ik stond ervan versteld. Van de andere kant deed het mij veel plezier om zoveel sms’jes en whatsapps te krijgen. Mijn nummer doet blijkbaar de hele wereld de ronde. De dag zelf zijn mijn kinderen en kleinkinderen thuis geweest om taart te eten. En daarmee was de

dag voorbij. Met ouder worden heb ik geen probleem, wel met het verlies aan kracht.

Heeft u hem tips gegeven, meneer Van Himst, u bent tenslotte een dik jaar ouder?

MERCKX: (Komt tussenbeide) Paul was daar meer mee bezig dan ik.

VAN HIMST: Ik heb gezegd: als je tachtig wordt, is het gedaan jong.

Willen jullie eigenlijk honderd worden?

MERCKX: Dat hoeft niet.

VAN HIMST: Ik ben nog content dat ik leef. Maar ik ga me daar ook niet elke dag mee bezighouden, want dan geniet ik niet meer.

Krampachtig Anderlecht

Wat zeker nog niet gedaan is: de liefde voor de sport. En dan specifiek RSC Anderlecht: als het lukt, en als de heup en de rug en andere kwaaltjes niet opspelen, dan gaan

Van Himst en Merckx naar de belangrijkste thuiswedstrijden. De twee zitten naast elkaar, en geven live commentaar in het Brussels dialect. Maar de laatste jaren gaat het van kwaad naar erger met paars-wit, tot frustratie van beide fans, die zuchten als de evidente vraag komt: wat is er aan de hand met hun ploeg? Eens roemrijk, nu nauwelijks nog een schim van zichzelf.

MERCKX: Interne kwesties.

VAN HIMST: Ik zie veel potentieel op en naast het veld, gasten met talent. Maar ik zie geen ploeg met een ziel. Anderlecht is niet van de kaart geveegd, maar negen jaar geen kampioen spelen is ondermaats.

Wat mist RSC Anderlecht?

MERCKX: Durf.

VAN HIMST: Als je klapt van durven … De mannen van Union, die durven. Anderlecht is altijd …

MERCKX: Krampachtig.

VAN HIMST: Oplettend.

Wat zou trainer Merckx doen?

MERCKX: Ik ben geen trainer. Ik ken niet genoeg van voetbal. Het enige dat ik weet, is wat Pol mij altijd uitlegt. Die ziet de zaken anders, net zoals ik de koers kan lezen door mijn ervaring.

VAN HIMST: Tot enkele jaren geleden was Eddy nerveus tijdens de wedstrijden. Ik moest altijd zeggen: het komt wel in orde … Of wees wat kalm. ’t Is waar, hé, Eddy?

Hoe kijken jullie naar het succes van die andere Brusselse club, Union, die afgelopen seizoen landskampioen werd?

MERCKX: Verdiend.

VAN HIMST: Terechte kampioen, zeker met wat ze de laatste drie jaar deden. Ik vind het een speciale ploeg. Union speelt voetbal dat de

mensen aanstaat. Fysiek, tactisch, technisch. Precies of ik Real Madrid soms bezig zie.

MERCKX: Minder talent toch.

VAN HIMST: Union heeft de mentaliteit die Anderlecht vroeger had. Een mentaliteit om te winnen.

Dag des oordeels

Wie die ingesteldheid ook mankeert: RWDM, blijkbaar. Stond vorig seizoen aan de leiding in tweede klasse, maar vergat het dan af te maken in de laatste drie wedstrijden, waardoor de droom om naar eerste terug te keren, uitdraaide in een regelrechte nachtmerrie. Toeval of niet, maar Merckx en Van Himst delen een verleden met ‘die van Molenbeek’. Merckx ging in de jaren zeventig tijdens de winterstop geregeld trainen bij RWDM, om zijn conditie op peil te houden. (Over die periode zegt ex-speler Jacques Teugels: “Als hij verloor, begon hij te tackelen.” Merckx: “Ik tackelen? En dan mijn benen openrijten zeker?”) Later werd hij even beheerder bij de club, al ging dat eerder om een titel dan om een echte functie. Toen een goede vriend van hem, Jean Gooris, als covoorzitter aan de kant werd geschoven, bekoelde de liefde echter snel.

Van Himst, geboren en opgegroeid in Sint-Pieters-Leeuw en tijdens zijn jeugd vaak te vinden in de buurt van Veeweide en de Abattoir, ruilde in 1975 Anderlecht in voor RWDM, toen regerend landskampioen. Hij speelde samen met brulboei Johan Boskamp, een verhouding die aanvankelijk stroef verliep. Na het seizoen zocht Van Himst andere oorden op – derdeklasser Eendracht Aalst.

Vandaag woedt een hevige strijd tussen de Molenbeekfans en de Amerikaanse eigenaar John Textor, die RWDM van naam wil veranderen naar Daring Brussels. Klinkt internationaler, luidt de uitleg. “Er gaat een stuk ziel kapot,” zegt Merckx over de plannen die hij onbegrijpelijk vindt.

VAN HIMST: Ik vind RWDM een schone naam. Een goede naam. Wat is er mis met RWDM? Ook dat bewijst wat ik zei: het is altijd iets. Het zou zo schoon geweest zijn, mocht het zijn gelukt: drie Brusselse clubs in eerste klasse, te vergelijken met Real Madrid, AC Milan en Atlético Madrid. Drie ploegen uit dezelfde regio, perfect mogelijk.

Over Real Madrid gesproken, meneer Van Himst: heeft u destijds geen aanbod gekregen om voor dat sterrenelftal te spelen?

VAN HIMST: Ja. Maar ik heb het niet gedaan.

MERCKX: Hij mocht niet van zijn vrouw.

VAN HIMST: (Onverstoorbaar) De verandering was te groot en de kinderen nog te klein. Dat speelde allemaal mee. Maar mocht ik herbeginnen met wat ik nu allemaal weet?

MERCKX: Dan is het wel makkelijk zo.

Zou u iets anders doen in uw carrière, mocht u het allemaal mogen overdoen?

MERCKX: Ik was beter afgestapt in de Ronde van Frankrijk in 1975, om me te focussen op de Ronde van 1976. Door een val heb ik een serieuze kwak gekregen, en moest ik enorm veel pijnstillers nemen.

Zou u vandaag bijvoorbeeld willen voetballen, meneer Van Himst?

VAN HIMST: Het voetbal is veranderd. Het aanvallen en verdedigen is meer een collectief gebeuren. Ik genoot eerder van een

“Het verschil tussen Union en Anderlecht?
Bij Union zie ik een ploeg met een ziel en met durf”

Paul Van Himst Voetbalicoon

‘VIVRE JUSQU’À CENT ANS ? NON MERCI, SANS FAÇON’

FR Amis intimes et inconditionnels de Bruxelles, grands sportifs, légendes vivantes, parfois sujets aux problèmes de santé : dans un entretien unique, Eddy Merckx et Paul Van Himst méditent sur l’existence à 80 ans, la déconfiture du RSC Anderlecht et du RWDM, et la vie après la mort. Et la vie avant la mort alors ? « Elle passe très vite. Comme un éclair de génie au football. » Et vivre jusqu’à cent ans ? « Non, merci, sans façon. »

vrije rol. Ik vind trouwens dat coureurs vandaag minder rijden dan vroeger, terwijl voetballers steeds meer moeten opdraven. Nog een verschil.

MERCKX: Mocht ik vandaag nog koersen, dan had ik allicht de Ronde van Spanje meer dan één keer gewonnen. Want die ligt nu aan het einde van het seizoen. In mijn tijd lag die eerder in het jaar, wat mij niet goed uitkwam. En allicht zou ik ook meer dan twee keer de Ronde van Vlaanderen hebben gewonnen met het huidige parcours.

Wie wint de Ronde van Frankrijk?

MERCKX: Pogacar. Natuurlijk.

VAN HIMST: Dat asemt gelijk niet. Hij stampt sneller dan de rest, die allemaal altijd moeten lossen. Toen Eddy ook veel koersen won, was er tenminste nog tegenstand: Gimondi, Godefroot, De Vlaeminck … Maar Pogacar wint zonder inspanningen.

Hoe moet de concurrentie de Sloveen aanpakken? Een tactiek in gedachten?

MERCKX: Probeer maar.

Tot slot, en om in goddelijke sferen te blijven: geloven jullie?

MERCKX: Ik wel.

VAN HIMST: Ik ook. Ik ben zo opgebracht thuis.

MERCKX: Ik hoop dat er iets is na de dood. Er is nog niemand teruggekomen om het te zeggen.

En wat zou u zeggen mocht u God ontmoeten op de dag des oordeels?

MERCKX: Mag ik in het paradijs? Ik ben toch braaf geweest?

VAN HIMST: En kunt gij dat dan meteen ook voor mij arrangeren?

‘LIVE TO BE A HUNDRED? NO, THANK YOU, THAT’S NOT FOR ME’

EN Close friends and connoisseurs of Brussels, sports enthusiasts, living legends, and men with occasional ailments: in a unique summer conversation, Eddy Merckx and Paul Van Himst reflect on life at eighty, the decline of RSC Anderlecht and RWDM, and life after death. But what about life before death? “It goes by so quickly. Just like a flash of brilliance, like in football.” But do they want to live to be a hundred? “No, thank you, that’s not for me.”

Philippe Thuriot

‘Accordeon was een keuze zonder veel keuze’

In het voorjaar bracht hij een nieuw album uit met improvisaties op Bach, in de zomer valt hij elke vrijdag te horen op radio Klara: Philippe Thuriot verovert vanuit

Anderlecht de wereld met zijn accordeon.

door Louiza Moyersoen foto’s Saskia Vanderstichele

Philippe Thuriot groeide op in het ouderlijke café in Tervuren, waar zijn ooms instonden voor het vaste muzikale vermaak. Eén van hen als drummer, de andere als accordeonist. Ze speelden er elke avond bals musettes. Thuriot leerde de beginselen van accordeon en volgde buiten het café privélessen, ook voor klarinet en viool.

Op zijn vijftiende deed hij toelatingsexamen viool bij de kunsthumaniora van Brussel, maar dat liep anders dan verwacht. “Mijn vader vertelde de directie dat ik ook accordeon speelde, en dat kwam blijkbaar goed uit: er was een leraar accordeon, maar nog geen leerlingen. Ze duwden mij in die klas.” Een keuze die er geen was dus, maar intussen is Thuriot blij met die beslissing: “Ik hou bijzonder veel van viool, maar hoeveel goede violisten zijn er niet? Die concurrentie is zo bikkelhard dat ik blij ben met mijn accordeon.”

Godfather van muziek

Wanneer Thuriot zich voorbereidt op een concert, repeteert hij vaak thuis in Anderlecht met zijn ramen wijd open. Zijn buren duiken soms op onder zijn raam om mee te luisteren, tot zijn groot plezier. Die luistervinken krijgen de kans om te horen uitdokteren hoe Thuriot de passages en de voorbereide improvisaties in elkaar moet

Philippe Thuriot

• Geboren in 1963 in Hamme bij Dendermonde in een leraarsgezin, actief in het amateurtoneel

• Studeerde Germaanse filologie en theaterwetenschappen

• Begon in 1986 zijn carrière bij De Munt onder intendant Gerard Mortier als dramaturg, daarna persverantwoordelijke en hoofd van de educatieve dienst

• In 1989 ingelijfd door Pierre Audi bij de Nederlandse Opera in Amsterdam, waar hij eerst de externe en internationale relaties leidde, daarna de castings en de artistieke administratie

zetten. “Ik ben een harde werker. Als er een moeilijkere passage tussen zit, zal ik die altijd willen kraken.” Ook ingewikkelde muziekstukken gaat hij niet uit de weg, zoals Bachs ‘Die Kunst der Fuge’. “Anne Teresa De Keersmaeker heeft me dat ooit in de oren gefluisterd. Ik zag die partituren en dacht: ‘What the fuck.’ Maar als ik me daarop één jaar kan toeleggen, zal het me wel lukken’.”

Ondertussen speelt hij andere stukken van Bach. Zo begon hij meer dan tien jaar geleden hij het eerst de Goldbergvariaties te leren. Uiteindelijk besloot hij het stuk op te nemen, met in februari het album: Illuminations - Improvisations on Bach als resultaat. Het is geen perfecte vertaling van piano naar accordeon, wel met improvisaties en extra variaties. “Waarom Bach? Simpel: Bach is de godfather van muziek en dit is een echt cultstuk.”

“Om volledig te kunnen focussen tijdens de opnames, stelde Gwen Cresens, mijn producer, voor om ons volledig te isoleren in een rurale omgeving, op een plek waar je de beslommeringen van het dagelijkse leven achter je kunt laten.” Het team koos voor de Franse Auvergne, maar de ideale opnameplek vinden, bleek moeilijker dan verwacht. Vrijwel altijd was er te veel achtergrondgeluid: een frigo die pompte, een duif op de zolder of een feestzaal in de buurt. Tot ze een kleine kerk op een heuveltop bezochten in Saint-Jean-SaintGervais. “Ik krijg nog altijd koude rillingen als ik eraan terugdenk. De magie van dat kerkje was ongelooflijk.”

Een week lang werd die kerk omgetoverd tot opnamestudio. “In dat gehuchtje ging het rond dat er drie gasten in die kerk zaten, dus kwamen de inwoners luisteren. Ze gingen zonder een geluid te maken op de parochiebankjes zitten en luisterden urenlang.” Als ode aan het dorp werden de kerkklokken opgenomen en toegevoegd aan de plaat. Voor Thuriot blijft de opname van het album een prachtige herinnering, maar niet in die mate dat hij een drang voelt naar een nieuw album. “De vraag is of de mens alles moet vastleggen

“De vraag is of de mens alles moet vastleggen in het leven. Mogen we niet gewoon dingen doen zonder het te vereeuwigen?”

in het leven. Mogen we niet gewoon dingen doen zonder het te vereeuwigen?”

Amélie Poulain

Toch legt hij, ondanks zijn filosofische mijmeringen, deze zomer een stukje accordeongeschiedenis vast. Samen met Gwen Cresens is hij elke vrijdag van de vakantie te horen op Klara, in het programma Weg van Accordeon. Een uur lang serveren de twee vrienden hun publiek muziekstijlen uit verschillende landen, geïnspireerd door het instrument. “Wij zijn twee accordeonisten van de oude garde. We willen de accordeon in al zijn facetten belichten.” Ook de bouw en de geschiedenis van het instrument komen aan bod, zoals het aantal knoppen: “202, nee ... 228.” Thuriot vermoedt dat veel mensen nog een vergeten accordeon op zolder hebben liggen of er een familieband mee koesteren, maar toch raakt het instrument meer in de

vergetelheid. “Ooit kwam ik twee meisjes tegen die me vroegen wat dat was toen ze het instrument zagen.” Hij spreekt over vergane glorie: vroeger een instrument vol nostalgie en verhalen, zoals de feesten in zijn thuiscafé, maar die tijd lijkt voorbij, ondanks de revival door de cultfilm Le Fabuleux Destin d’Amélie Poulain

Toch geeft Thuriot de hoop niet op. “Er zijn misschien minder spelers, maar die spelen op een heel hoog niveau. Ze hebben echt hun eigen originele taal ontwikkeld en trekken publiek.” Hij doelt onder anderen op Suzan Peeters en Stan Maris, beiden uit Brussel afkomstig.

Vriendelijke stad

Thuriot steunt niet alleen die nieuwe generatie, hij geeft ze ook les. De grootste moeilijkheid voor zijn studenten? “Accordeonisten kunnen hun handen niet zien. Ik zeg mijn studenten dat ze het klavier van buiten moeten kennen, het altijd voor hen moeten ‘zien’. Hierdoor ontwikkelen accordeonisten een heel goed gehoor, want dat is het enige dat we hebben.” Accordeonisten spelen hun stukken uit het hoofd. “Een tijdje terug ging een video van Got Talent viraal van een accordeonist die zich liet blinddoeken en dan een stuk speelde. Het hele publiek ging uit zijn dak, maar dat is nonsens. Dat kan elke accordeonist.” Zelf heeft hij de video nooit bekeken, zijn studenten vertelden hem erover, maar die “nonsens” hoeft hij niet te zien. “Het is wel grappig. Die kerel vond een gat in de markt.”

Thuriot verhuisde drie jaar geleden van een dorpje in Vlaanderen naar Kuregem in Anderlecht. Hij trok ernaartoe nadat een vriend hem had verteld over een appartement dat te koop stond in de oude veeartsenschool. In die drie jaar heeft de hoofdstad zijn hart veroverd: “Ik schrok echt van Brussel. Het komt slecht in het nieuws, maar toen ik verhuisde, ontdekte ik dat Brussel de vriendelijkste stad is van België.” Het menselijke contact, de tweetaligheid en de grote hoeveelheid jongeren maken voor hem Brussel tot wat het is.

Helemaal geïntegreerd is hij nog niet: “Ik ben te veel weg met mijn tournees, maar als ik op pensioen ben of even meer tijd heb, wil ik lokaal actiever worden en meer sociale projecten ondersteunen.” Die rustige periode zal nog even op zich laten wachten. Deze zomer repeteert hij met het Belgisch Nationaal Jazz Orkest en speelt hij Händel “op eigenwijze wijze” met Hendrik Lasure op het Musica Antiqua festival Brugge en in de Bozar. “Daarnaast ben ik gevraagd om iets te componeren voor het kamermuziekensemble Oxalys. Ik ken mijn plannen nog niet allemaal, maar er is genoeg te doen.”

Vakantie in Brussel (1)

‘Mijn ideale zomerdag? Verstoppertje spelen in het Jubelpark’

Joséphine Mbuyi

uit Brussel houdt van picknicken met de familie

Joséphine Mbuyi werd geboren in Luik, maar verhuisde op haar tweede al naar Brussel, waar ze niet meer weg wil. “Ik hou van Brussel. Het is echt mijn stad.” Haar perfecte zomerdag gaat niet over wat de stad te bieden heeft, maar wie: familie en vrienden. Een ideale vakantiedag begint voor de 21-jarige Joséphine met een uitgebreid ontbijt, zeker nu ze geslaagd is voor alle examens van de opleiding sociaal werk aan de Odisee Hogeschool Brussel. Aan tafel, met haar ouders, broer en vier zussen wordt er over de meest uiteenlopende onderwerpen gebabbeld. Samen plannen ze de rest van de dag. Een groepje gaat shoppen, anderen willen een museum bezoeken. Joséphine heeft meer zin in een bezoekje aan de rommelmarkt. Dat doet ze met haar jongere zus, Benedicte. Het Vossenplein in de Marollen is de uitgekozen plek: “De beste rommelmarkt van Brussel,” oordeelt Joséphine. “En de markt is open tot 14 uur, dat betekent lang genoeg uitslapen. Ik ben geen ochtendmens. En sowieso ga ik

liefst rond de middag, want dan kan je beter met de verkopers onderhandelen. In theorie toch, want ik neem altijd mijn zus mee, zij kan dat goed. Ik ben daar te lief voor.”

De twee zussen dolen rond op het plein op zoek naar cottagecoreschatten. Hun lijstje van gezochte items bestaat uit schattige mandjes, mooie tapijten en stof om mee te naaien. Na een paar uur te zoeken is Joséphine het Vossenplein meestal beu en stuurt ze een berichtje naar haar vrienden om te vragen waar ze zitten.

Antwoord: meestal de Vismet, of Sint-Katelijne. Ze verpozen regelmatig aan het water en praten bij over hun vakantie. In winkels in de buurt zoeken ze iets om te eten: “Ik koop fruit, zoals bananen en watermeloen. Oh my gosh watermeloen is echt wel het fruit van de zomer.”

Voor de avond valt, vertrekt Joséphine naar huis om een zomerpicknick voor te bereiden. Iedereen in het gezin heeft zijn taak. Joséphine maakt een slaatje, haar zus koekjes en cake. Er worden ook hotdogs klaargemaakt – “met ketchup natuurlijk” – en haar moeder brouwt een hibiscuslimonade. Met al het eten vertrekt de familie naar het Jubelpark. “De organisatie van de picknick is altijd stressvol, maar zodra je zit, is het heel gezellig.” Na het eten spelen ze tikkertje en verstoppertje. Iedereen moet meedoen, ook moeder en vader. “Thuis spelen ze niet altijd mee, als ze het wel doen, is dat grappig om te zien.”

Na het eten keren ze terug naar huis. Voor iedereen zich terugtrekt in zijn of haar kamer, bidt het gezin samen. “We luisteren naar een prediking en praten over een Bijbelvers, en zeggen samen een gebed. Daarna is het bedtijd voor iedereen.” LOUIZA MOYERSOEN

Hooliganisme

Brico Ben na de raid: ‘De zaak voelt als een gevangenis nu’

Enkele weken zijn intussen voorbijgegaan sinds de brutale aanval van Brugse hooligans op Brico Ben. In de Molenbeekse Maritiemwijk blijft de agressie nazinderen bij de familie die de zaak al dertig jaar uitbaat. “Als er iemand op het raam klopt, dan schrik ik al.”

door Kris Hendrickx foto Bart Dewaele

Van de ravage die de Brugse supporters hebben aangericht, is niets meer te merken in de doe-het-zelfzaak Brico Ben. Klanten lopen af en aan, enkele arbeiders geven de ingang een nieuwe lik verf, maar zo normaal als de zaken er aan de buitenzijde uitzien, zo diep zijn de wonden die geslagen zijn bij de familie Ziani, die de winkel opende in 1995.

Bij vader Mouloud (73) is dat zelfs letterlijk zo. “Ik leed al aan een hernia en die is door de aanval groter geworden. Ik ben acht kilogram vermagerd. Ik slaap erg slecht en word twee of drie keer wakker per nacht. Dan zie ik diezelfde beelden van slaande, schoppende en gooiende hooligans.”

Op zondag 4 mei stormde een groep van tientallen Bruggefans de zaak van de familie Ziani binnen. Onder het roepen van racistische slogans gaven ze vader en zoon ervan langs. “Ik geloof dat ze in de eerste plaats een werknemer van de buren wilden vastgrijpen die hen aan het filmen was,” legt Mouloud uit. “Uiteindelijk werden ook mijn zoon Iliass en ik aangepakt. Ik smeekte mijn aanvaller nog om niet te slaan, omdat ik net uit het ziekenhuis kwam, maar tevergeefs (toont het litteken op zijn hoofd).”

De inval van de Bruggelingen levert vooral donkere herinneringen op. Toch was er midden in die miserie een lichtpuntje. “Nadat ik neergeslagen was, wou een van de supporters een gasfles op mijn hoofd gooien. Toen is een andere Bruggefan tussenbeide gekomen en heeft dat net op tijd verhinderd. Daar ben ik hem erg dankbaar voor. Uitgerekend die heeft nadien een flink pak rammel gekregen van jongeren uit de buurt. Dat had hij niet verdiend (schudt het hoofd).“

Ook mentaal heeft de inval sporen nagelaten. De familie werd aangevallen in een zaak die ze al dertig jaar runnen en die zo’n beetje een tweede thuis was geworden. “Dit gebouw was vroeger de industriële bakkerij van de warenhuisketen Sarma,” vertelt Mouloud. “Toen ik begon, had ik een enorme ruimte met vooral lege rekken. Ik herinner me dat ik maar geld had om een paar rekken met koopwaar aan te bieden. Langzaamaan is het aanbod gegroeid, maar een goudmijn is het vandaag zeker niet.”

Het is in die vertrouwde omgeving dat de twee aangevallen werden, een gebeurtenis die ook de moeder van Iliass van dichtbij beleefde. “Ik kwam net na de aanval aan en zag ze alle twee bebloed op de grond liggen. Ik dacht dat ze dood waren en ben flauwgevallen,” vertelt Naziha El Hammouti (63), die onbezoldigd werkt in de zaak van het gezin.

“Sindsdien heb ik het moeilijk om hier binnen te stappen. We werkten al het jaar rond in de zaak, maar de aanval heeft iets geknakt. Het voelt als een gevangenis. Ook thuis gedraag ik me angstiger. Als er iemand op het raam tikt, schrik ik al, en ik sluit de deur die ik vroeger nooit op slot deed.”

Het verhaal van het gezin Ziani is dat van veel Marokkaanse migranten die de weg naar Brussel vonden. Vader Mouloud kwam in 1968 met zijn ouders uit Marokko, op 15-jarige leeftijd. “Mijn vader wou dat ik naar school ging, maar ik ben meteen beginnen te werken,

“Ik smeekte mijn aanvaller om mij niet te slaan, maar tevergeefs”

hier in de bakkerij van de Sarma. Later werkte ik bij allerlei bedrijven, van de productie van auto-onderdelen over kartonfabrieken tot yoghurtproducent Jacky. Tot ik met mijn eigen zaak kon beginnen. Daar ben ik nog altijd trots op.”

Moeder Naziha groeide op in hetzelfde dorp als Mouloud en kwam pas in 1982 naar België. “Ik heb me hier altijd welkom gevoeld, kwam met iedereen overeen. De firma achter onze zaak – Lily Immo – hebben we genoemd naar een oude Belgische dame met wie we bevriend waren en die we ook tijdens de covidperiode hebben geholpen. Toch heeft die aanval iets veranderd. Soms denk ik eraan mijn koffers te pakken en naar Marokko te verhuizen.”

Ook Mouloud en Iliass zeggen dat ze nooit eerder met echt racisme te maken kregen. “Ook niet toen ik in Asse naar school ging,” vertelt Iliass, die daarvoor al Nederlandstalig

onderwijs volgde in Brussel. “Ik was daar plots de enige Arabier in de klas. In het begin was dat wat vreemd, maar uiteindelijk voelde ik me daar echt goed, ik heb er vrienden gemaakt met wie ik nog steeds contact hou.”

Zelfgemaakte taarten

Gelukkig is er veel solidariteit in de wijk. Daar trekt de familie zich aan op. “Heel veel mensen kwamen hun steun betuigen, vaak brachten ze bloemen mee en soms zelfgemaakte taartjes,” vertelt Iliass. “Mensen van allerlei origine. Op dat moment voel je dat Brusselaars toch met elkaar verbonden zijn.”

Van 26 tot 28 september organiseren buurtbewoners een mars van Molenbeek naar Brugge. De initiatiefnemers noemen zich het collectief ‘Ik ben België - Je suis la Belgique’. Dat collectief verzamelde jongeren die werken aan twee mozaïekkunstwerken

gemaakt met de brokstukken van de opslagplaats van Brico Ben.

Dankzij een inzamelactie kwam er ook een financiële duw in de rug van 5.000 euro. “Dat was hartverwarmend en heel nuttig,” geeft Naziha toe. “Tegelijk volstaat het niet. Ik heb het hele camerasysteem moeten vervangen, de supporters hadden het vernield en voor de verzekering moéten we camera’s hebben. Wel, daarmee is die 5.000 euro al op. Wie zal de rest van de kosten betalen? Voor de stukgeslagen voorraad bijvoorbeeld?”

De bekommernissen van Naziha tonen dat de doe-het-zelfzaak niet meteen op een dikke financiële matras zit. Dat blijkt als BRUZZ op het eind van het gesprek naar de zomerplannen van de drie vraagt. “De winkel sluit nooit, dat zou te duur zijn,” legt Mouloud uit. “Vakantieplannen hebben we niet. Zes jaar geleden was ik nog eens in Marokko. We zien wel wanneer dat nog een keer lukt.”

De zaak van de familie Ziani in Molenbeek was het doelwit van Brugse voetbalsupporters. “Ik slaap slecht en zie dan beelden van slaande, schoppende en gooiende hooligans,” zegt vader Mouloud.

Vakantieplannen

Zeno heeft met schapen scheren een passie ontdekt: “Het is niet zo gemakkelijk: het is een soort dans en je mag het beest geen pijn doen.”

‘Ik ga schapen scheren in Tunesië’

Brusselaars met speciale zomerplannen

Een podcast maken, leerkracht worden, mediteren in een klooster, wol in het buitenland verzamelen: voor vier Brusselaars belooft de vakantie een boeiende en leerrijke periode te worden, die hun leven grondig zal veranderen. “Deze zomer wordt een reis.”

door Uma Barrea foto’s Emiel Viellefont

Zeno (19) wil groeien in het ambacht van schapen scheren

Met een vriend ga ik in de maand juli door het zuiden van Tunesië trekken, en het concept is simpel: ik ga schapen scheren in ruil voor een slaapplaats.”

“Waar het idee vandaan komt? Afgelopen jaar heb ik samen met een andere vriend, Arno, een zoon van schaapherders, mijn certificaat voor schaapscheren behaald. Sindsdien raakte ik in de ban van het ambacht. Ik wil erin groeien, en wil het daarom zoveel mogelijk doen. Ik scheer trouwens met de hand. Voor de wol is dat veel beter: een elektrische tondeuse breekt de wol af en met mijn manier krijg je een betere snit.”

“Een schaap scheren is niet zo gemakkelijk: het is een soort dans en je mag het beest geen pijn doen. Arno en ik hebben ooit 45 schapen in drie dagen geschoren: leuk, maar fysiek afmattend. Het begint al bij het vangen van het dier. Ik reken ongeveer vijf euro per exemplaar, afhankelijk van de herder en het aantal schapen in de kudde. Zelden gaat het om een kudde van honderd in een keer, vaak zijn het twee Texelaars hier, een Thones et Marthod daar. Ik heb gehoord dat de wol van schapen in Tunesië vanzelf dunner wordt in de zomer. Ik ben heel benieuwd wat dat zal geven. Mijn lievelingsschapen zijn Jacobschapen of Hebrideans vanwege hun mooie horens en zwarte vacht.”

“Ook maak ik deel uit van Samsara, een Brussels multidisciplinair atelier dat creatief aan de slag gaat met de wol die ik scheer, reinig en tot draden spin. Anderen maken er vervolgens een trui van. Lokaal en biologisch, al vind ik dat label niet zo belangrijk.”

“Ik droom ervan om later mijn eigen kudde te beheren en op een boerderij te kun-

nen wonen. In de zomer in de zon zweten, en dan afkoelen in de rivier. En zelfs bij slecht weer zou ik me amuseren, denk ik. Het is gewoon lit. En misschien is het allemaal een vorm van escapisme: wegvluchten van de drukke stad, maar ik vind het oprecht een edele manier van leven. Je bent eerlijk met jezelf, je leeft met wat er rondom je groeit, en in de grootstad verdwijnt dat besef.”

“Maar eerst: Tunesië.”

“Ik droom ervan om later mijn eigen kudde te beheren en op een boerderij te kunnen wonen”

Chakira (21) gaat in een podcast op zoek naar haar overleden vader “

Mijn vader stierf toen ik vijf jaar oud was aan een hartstilstand.

Daardoor heb ik maar weinig herinneringen aan hem. Ik wou er iets mee doen, en daarom begin ik aan een podcast, met als titel ‘De man achter mijn naam.’”

“Ik heb blijkbaar de ogen van mijn vader, En ik hoor dat ik even vriendelijk ben als hij. Maar dat weet ik niet, ik kan dat niet checken. Wie was hij? Hoe was hij als persoon? Wat zou hij van mijn keuzes vinden, bijvoorbeeld dat ik journalistiek in Brussel ging studeren? Geen idee. Ik interview daarom de komende maanden mensen die mijn vader goed hebben gekend: vrienden van op café, familieleden, leraren. Mechelen is een kleine stad, als ik mensen vraag of ze ‘de Bouzy’ hebben gekend – dat was zijn bijnaam – weet ik zeker dat ik snel iemand zal vinden.”

“Mijn broer, die vijftien jaar ouder is, steunt mij, maar heeft mij gewaarschuwd dat ik misschien dingen over mijn vader te weten zal komen die ik liever niet wil weten. Hij kampte met agressieproblemen, en ging daarvoor in therapie. Aan de andere kant is ook dat een deel dat bij zijn identiteit hoort. Ook mijn zussen zijn enthousiast: dit project kan helpen om beter met de realiteit van rouwen om te gaan.”

“Het heeft zeker dertien jaar geduurd voor ik over mijn vader kon spreken zonder te huilen of een krop in de keel te krijgen. Nu kan over het onderwerp al eens gelachen worden.”

“Ik ben enkel met mijn moeder opgegroeid en ben de jongste. Ik kreeg aandacht van iedereen: ik had geen regeltjes die ik moest volgen, ik was zeer vrij, waardoor ik mezelf snel kon ontwikkelen. Door de dood van mijn vader ben ik snel volwassen geworden. Eerst zag ik dat als compliment, maar ik heb niet voor die situatie gekozen. Dat is wat het leven mij geleerd heeft.”

“In Brussel woont er ook een familie

“Wie was mijn vader? Hoe was hij als persoon? Wat zou hij van mijn keuzes vinden? Geen idee”

Bouzerda: tegenover mijn kot stond op de bel: Mohamed Bouzerda, exact de naam van mijn vader. Ik heb nooit durven aan te bellen. Vreemd, he?”

Spring (30)

trekt naar een boeddhistisch klooster in Frankrijk om er te mediteren

Mijn zomer staat in het teken van activisme én spiritualiteit. Twee ogenschijnlijk tegengestelde werelden, maar voor mij vullen ze elkaar aan.”

“Ik ga zoveel mogelijk naar de Palestinaprotesten in Brussel aan de Beurs om de energie erin te houden, want het is zo makkelijk om op te geven en dat wil ik echt niet. Ik wil elke dag blijven vechten en bewust zijn van al die mensen die lijden, sterven, moeten vluchten in de meest onwerkelijke omstandigheden.”

“Tegelijkertijd zoek ik de stilte op. Ik ga voor het eerst naar een boeddhistisch klooster in Frankrijk om te mediteren. De voorbije jaren werd het mij duidelijk hoe belangrijk het voor mij is om contact te maken met iets wat groter is dan mezelf. Mijn ego even parkeren. Even niet presteren, niet controleren. Gewoon zijn.”

“Het is geen strikte Vipassana-retraite (een van de oudste meditatietechnieken, red.). Mijn ADHD maakt volledige stilte nogal overweldigend, maar in het klooster zijn er ademhalingsworkshops, yoga en momenten van reflectie. Als ik bezin, wordt alles vloeibaar. Het is die stroom van loslaten waar ik even op wil varen. Ik vind het spannend en heb zin om die interne ontdekkingstocht aan te vatten in die week.”

“Wat ik echt wens? Rust. En de ruimte om mijn verlangens niet meteen te willen bevredigen. Dat reflexmatige najagen van prikkels voelt voor mij heel kapitalistisch. Ik wil terug naar de essentie, en dat is ademen.”

“Die inzichten wil ik ook meenemen in mijn werk. Ik geef paaldanslessen bij Jezebel Studio, een Nederlandstalige queerplek in Molenbeek. De studio richtte ik samen met twee anderen op en deze zomer vieren we ons tweejarige bestaan met een festival in Reset Atelier eind augustus.”

“We treden op op Rock Herk en er komt binnenkort een kortfilm uit over de studio, gemaakt door South Babes. Het is fijn om te voelen dat een initiatief zo kan uitgroeien in Brussel.”

“Het reflexmatige najagen van prikkels vind ik heel kapitalistisch”

“Toen ik begon met paaldansen, was ik mezelf een beetje kwijt: mijn lichaam, mijn seksualiteit. Ik zocht antwoorden. Die heb ik niet per se gevonden maar ik voel me ondertussen wél beter, veerkrachtiger en verbondener.”

“Deze zomer wordt een reis. Naar buiten, voor rechtvaardigheid. Naar binnen, voor stilte.”

Dimitri (54)

schoolt zich om tot leerkracht

I“Het vooruitzicht geeft me wel wat stress. Er staan me ongetwijfeld moeilijke dagen te wachten” “

k wil jongeren in moeilijke omstandigheden helpen om goed onderwijs te krijgen. Daarom ga ik een intensief voorbereidingsprogramma van vier weken volgen bij Teach For Belgium als zij-instromer om vanaf september les te geven in de middelbare school. Ik wil Nederlands geven aan jonge Franstaligen in Brussel omdat ik dat belangrijk vind. Ik zie het bij mijn eigen kinderen: het is een troef in het dagelijkse en professionele leven.”

“Hoe jonge mensen de wereld zien, en hoe ze die interpreteren door wat er rondom hen gebeurt, vind ik heel interessant. Ik kan dat echt waarderen: wat ze leuk vinden, waar ze bij betrokken zijn en hoe dat invloed heeft op alles. Ik leer er zelf ook veel van.”

“Ik heb al wat ervaring met jongeren, maar ik moet nog heel veel kennis opdoen. Vorig jaar heb ik elke dinsdagmiddag

Debateville gerund voor een groep tieners en dat is me goed bevallen. Daar werd ik geïntroduceerd aan Teach for Belgium, een organisatie die leraren zoekt voor scholen waar leerlingen zitten die uit een kansarm milieu komen.”

“Vier weken lang word ik elke dag voltijds getraind. Ik moet bijvoorbeeld lesgeven aan leerlingen in een zomerschool om klasmanagement te leren.”

“Nu doe ik de stap om vakleraar te worden, maar ik ben heel mijn carrière communicatie-expert geweest. Ik kom wel uit een nest van leraren: mijn ouders stonden allebei voor de klas, misschien zit het een beetje in mijn DNA.”

“Het vooruitzicht geeft me wel wat stress. Ongetwijfeld staan me moeilijke dagen te wachten. Gelukkig krijg ik een buddy en word ik de eerste twee jaar goed begeleid. Lesgeven is een vak, van kinderen houden betekent nog niet dat je geschikt bent om voor de klas te staan.”

“Mijn zomer is altijd heel bewogen en druk. Ik doe veel verschillende dingen graag, zoals in mijn meubelmakeratelier, The Micro Factory, in Anderlecht zitten. En waar ik woon, in de buurt van Thurn & Taxis, is onlangs een communitycafé geopend, Noordouest, waar ik een paar shifts achter de bar ga draaien. Ik ga sowieso gravelbiken, maar ik weet nog niet waar, op vakantie met een vriend en met mijn gezin.”

Kom mee vieren op 11 juli. Welkom vanaf 12 uur in café Sint-Nicolaas

Korte Boterstraat 8 in Brussel, 50 meter van de Grote Markt

Jeugdleiding gezocht

Voor een laatste keer op zomerkamp

Een groot aantal jeugdbewegingen in Brussel kampt met een leiderstekort, waardoor de werking op de helling staat. Zo vertrekt Chiro Schaarbeek deze vakantie waarschijnlijk voor de laatste keer op zomerkamp.

door Uma Barrea

Voor het laatst op kamp tijdens de vakantiemaanden, het is vermoedelijk de realiteit voor Chiro Schaarbeek. En die jeugdbeweging is niet alleen: de Akabe-groep uit Sint-Pieters-Woluwe, een jeugdbeweging voor jongeren met een beperking, zette vorig jaar al een punt achter haar werking. Ook de scoutstakken van Molenbeek en RuusbroecLaken vrezen voor hun voorbestaan in de nabije toekomst.

De verklaring die telkens terugkomt: het gebrek aan leiding. Te weinig man- en vrouwkracht om het allemaal gebolwerkt te krijgen.

“Ik wil niets liever dan mijn groep levend houden, maar het zal even op de tanden bijten zijn de komende jaren,” zegt ook Victor Masil (21), leider bij de scouts van Ganshoren, die ongeveer honderd leden telt. Victor maakt al sinds de welpen – kinderen van 8 tot 11 jaar – deel uit van de groep, en mag zich sinds drie jaar groepsleider noemen. “Volgend jaar vertrekken vijf van onze leiders, en er komt niemand bij. Dat betekent meer werk op minder schouders.”

Victor is een van de 130 scoutsleiders in Brussel, voor ongeveer 790 kinderen. De Chiro kan rekenen op 110 leidinggevende vrijwilligers, voor 759 ketjes in 2025. Volgens de koepelorganisaties van de jeugdbewegingen ligt dat aantal – zowel wat leiders als actieve leden betreft – een flink stuk lager dan tien jaar geleden. Hoe komt dat?

En waarom is precies het leiderstekort vandaag zo erg?

Eerste verklaring: de stijgende kostprijs van het leven. “Omdat alles duurder wordt, combineren veel jongeren hun engagement met een studentenjob,” vertelt Anke Dirix van De Ambrassade, het expertisecentrum voor alles wat te maken heeft met jeugdbeleid. Scouts, Chiro en KSA blijven vrijwilligersfuncties, die soms zelfs nog geld kosten – bijvoorbeeld voor de aankoop van materialen – en die bovendien net op die momenten plaatsvinden waarop de meeste flexijobbers de tijd hebben om te werken: zaterdag of zondag. Dirix ziet in die shift van een onbetaalde invulling van vrije tijd naar een combinatie met een financieel rendabele invulling niet zozeer een vermindering van engagement, maar wel een “nieuwe, flexibelere, meer bredere invulling ervan”.

Dat nieuwe slaat ook op de duur van het engagement, zo blijkt uit de jongste resultaten van de JOP-monitor die periodiek peilt naar de leefwereld van jongeren. Jongeren zoeken, in tegenstelling tot vroeger, vaak kortere vormen van engagement, zoals stickers voor het Rode Kruis verkopen. Dat geeft meer inhoudelijke afwisseling en –praktisch voordeel – een kleinere belasting op de resterende vrije tijd.

Heel wat uren per week

Toegegeven: meedraaien in een jeugdorganisatie kan oplopen tot aardig wat uren in de week. Er is niet alleen de dag van de activiteit zelf, die in het weekend een halve dag in beslag neemt – vaak van 14 tot 17 uur, al verschilt dat per groep – er zijn ook de talloze uren die in voorbereiding en nabespreking kruipen, nodig om de werking vlot te laten draaien. Victor, hoofdleider bij de scouts van Ganshoren, wijst nog op een ander soort activiteiten die druk zetten op de agenda: “Evenementen zoals quizzen en eetfeesten, om de kas te stijven. Weekends en leefweken met de ketten. Kampen die twee weken duren in de zomer, en de voorbereiding van die kampen. Dat komt er allemaal bij.”

Bovendien vraagt een jeugdbeweging, net zoals in alle andere sectoren, ook om steeds meer administratie. Verslagen opstellen, verzekeringen regelen, uitnodigingen maken … Als een groep al kampt met een gebrek aan leiding is het moeilijker om dat werk gelijkmatig te verdelen, waardoor het vaak op de schouders van één iemand of een beperkt aantal mensen terechtkomt. In die situatie zit Leo (20), groepsleider van Chiro Schaarbeek. Hij moet alles alleen doen omdat zijn medegroepsleider er midden in het jaar de brui aan gaf. “De druk is hoog, de moed zakt me soms in de schoenen,” geeft hij toe.

Chiro Schaarbeek bestaat tien jaar en dreigt volgend jaar te moeten stoppen. De afdeling organiseerde meerdere wervingsacties voor nieuwe leiders, zoals onder meer een barbecue, maar voorlopig zonder succes. De leiding telt volgend jaar twee vrijwilligers, voor een groep van vijftig leden. Geen ideale verhouding. “De komende vier jaar is er geen doorstoom

van de leden naar de leiding,” zegt Leo. “Daardoor kan de groep dus ook niet groeien.”

Te groot vrijetijdsaanbod

Voor jeugdbewegingen actief in een grootstad speelt er nog wat anders: het immense alternatieve aanbod aan vrijetijdsbesteding en andere maatschappelijke noden die om vrijwilligers vragen. De concurrentie is moordend: van buitenschoolse activiteiten die op alle leeftijden mikken tot shoppingmalls waar jongeren urenlang rondstruinen, van informele en drukbezochte ontmoetingsplekken zoals skateparken en stadsparken, tot thuis een ondersteunende rol opnemen, zoals helpen in het huishouden. Vooral dat laatste mag niet onderschat worden, zegt Dirix van De Ambrassade. Ook Hans Deschuytter, stadsondersteuner in Brussel bij Scouts en Gidsen

“Omdat alles in het leven duurder wordt, combineren veel jongeren hun engagement met een studentenjob”
Anke Dirix De Ambrassade

Vlaanderen, ziet in dat brede aanbod aan activiteiten de boosdoener. “Er is altijd een zekere uitval bij de doorstroom van leden naar leiding,” zegt hij. “Maar door het grote vrijetijdsaanbod moeten jongeren keuzes maken.” In combinatie met ouders die

jongeren minder verplichtingen opleggen dan vroeger leidt dat volgens Deschuytter tot een “structureel probleem”.

Blijft de vraag: hoe het tekort opvangen? Sommige groepen kiezen ervoor om leeftijdsgroepen samen te voegen, om zo de draagkracht van de leidingsploeg te behouden. Een andere oplossing is evolueren naar kleinere groepen, al heeft dat als risico dat er een ledenstop moet worden ingevoerd of dat er wachtlijsten ontstaan. Tweewekelijks in plaats van wekelijks afspreken, kan de druk eveneens verlichten.

Er zijn organisaties die mikken op zij-instromers, een beetje vergelijkbaar met het onderwijs. Jongeren die niet zozeer de hele structuur doorliepen, maar die van buitenaf komen en meteen aansluiten als leider. “Die profielen durven echter sneller te stoppen, door een gebrek aan emotionele band,” leerde Leo van Chiro Schaarbeek intussen al.

Cieltje Van Achter en Elke Van den Brandt

‘Dit is geen institutionele crisis, maar een crisis van karakters’

De Vlaamse feestdag is ook voor de Nederlandstalige Brusselaars een dag in mineur. Er is nog altijd geen Brusselse regering, en daarin is, hoe je het draait of keert, de N-VA een cruciale factor. Met de N-VA als het kan, zonder als het moet, luidt het adagium van minister Elke Van den Brandt (Groen).

Vlaamse Minister Cieltje Van Achter (N-VA) blijft loyaal aan de enige Nederlandstalige meerderheid die al gevormd: één met de N-VA. “We moeten als Vlamingen aan één zeel trekken,” zegt ze.

door Johan Baeten en Steven Van Garsse foto’s Bart Dewaele

Geanimeerd is het zeker, als Elke Van den Brandt en Cieltje Van Achter samen geïnterviewd worden. De N-VA is niet vergeten hoe de Vlaamse meerderheid voor een Brusselse regering met N-VA erbij werd losgelaten door de informateurs Van den Brandt en Christophe De Beukelaer (Les Engagés). En nog een tweede keer toen Groen en Vooruit samen met Team Fouad Ahidar en de PVDA gingen onderhandelen. Van den Brandt hekelt dan weer de houding van de N-VA als het over het Brussels Gewest gaat. “Een failed state? Komaan zeg!” Plaats van afspraak is het Muntplein. Een symbolische plek voor de Vlaamse gemeenschap in Brussel. Vlak bij het Martelaarspein, hoofdzetel van de Vlaamse regering, en met Muntpunt als uithangbord van de Vlamingen in Brussel, en daarnaast ook het Vlaams-Nederlands huis De Buren. Maar het Muntplein is ook niet gespeend van enige ambiguïteit, want het is even goed de plek waar in 1830 de Belgische revolutie begon, met de opvoering van De Stomme van Portici. Laat het net Van den Brandt zijn die daar met een kwinkslag op wijst.

N-VA en Groen: de spreidstand kan moeilijk groter zijn. Conservatief versus progressief. Vlaamsgezind versus kosmopolitisch. “Op persoonlijk vlak vinden we elkaar, hoor,” zegt Van den Brandt die ook collegevoorzitter is van de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC). “Straks zitten we samen over de VGC en de plannen van Vlaanderen voor 2026.”

11 juli komt eraan. Hoe is het met de Vlamingen in Brussel gesteld?

CIELTJE VAN ACHTER: Goed. Fijn dat we 11 juli volop kunnen vieren. Het is een feest van verbondenheid. Van de anderstaligen die Nederlands willen leren tot de Vlaming die hier al zijn hele leven woont. Het is ook een feest van engagement. Wij investeren in onderwijs, in zorg, in taal. Dat kunnen we die dag tonen. Ook kijk ik heel erg uit naar het samen zingen op de Grote Markt.

ELKE VAN DEN BRANDT: Nederlands is nog te veel een taal van het verstand. Je gebruikt het op school, het is de taal die je nodig hebt op de arbeidsmarkt. Het moet meer nog een taal worden van het hart. Waarin kinderen spelen, een babbeltje te slaan. Om zo onze taal verder te verankeren. Het Nederlands moet de maïzena zijn, het bindmiddel. Daarom is een 11 julifeest belangrijk.

Wat zijn de pijnpunten?

VAN DEN BRANDT: Als het over onderwijs gaat was ik wel kwaad op de minister van

“Nederlands moet meer nog een taal worden van het hart, waarin kinderen spelen, een babbeltje te slaan”

Onderwijs (Zuhal Demir, N-VA, red.), die zegt dat iedereen op maandag 30 juni, de laatste schooldag, aanwezig moet zijn. De realiteit is vooral dat zoveel kinderen al maanden geen leerkracht voor de klas hebben gehad.

Voor de crèches wordt meer plaats beloofd, maar er moet ook iets gebeuren aan het tekort aan personeel. Daar hoor ik de Vlaamse regering veel minder over. Crèches staan leeg omdat er geen personeel is. Terwijl er met een beter statuut voor de kinderverzorgers wel mogelijkheden zijn. Ik hoor Vlaanderen zeggen: daar is geen geld voor. Maar ze heeft wel drie miljard euro veil om een luchthaven te kopen. Dan vraag ik me af: waar liggen de prioriteiten?

VAN ACHTER: Het leerkrachtenprobleem is groot. Daarvan zijn we ons bewust, maar er is ook veel gebeurd onder Ben Weyts (voormalig N-VA-minister van Onderwijs), door bijvoorbeeld voor de zij-instromers meer anciënniteit mogelijk te maken. Dat heeft enorm gerendeerd.

Ik heb deze week een school bezocht in Sint-Gillis, in een moeilijke buurt, met een sterk schoolteam, een sterk project en zonder leerkrachtentekort. Het kan dus wel. We investeren tegelijk ook hard in buitenschoolse opvang. Er is 11 miljoen euro

Elke Van den Brandt Brussels minster van Mobiliteit

Cieltje Van Achter

• Geboren in 1979

• Studeert rechten (KU Leuven), nadien master in ontwikkelingssamenwerking (Bologna) en in de Internationale betrekkingen (Johns Hopkins University)

• Van 2014 tot 2024 Brussels parlementlid en fractieleider voor de N-VA

• Sinds september 2024 Vlaams minister van Brussel en Media

• Woont in Schaarbeek

Elke Van den Brandt

• Geboren in 1980

• Studeert Communicatiewetenschappen (VUB)

• Brussels parlementslid van 2009 tot 2014 en van 2019 tot 2024

• Vlaams Parlementslid van 2014 tot 2019

• Minister van Mobiliteit in de Brusselse regering sinds 2019, en sinds juni 2024 ontslagnemend minister in die regering

• Woont in Ganshoren

bijkomend vrijgemaakt. Om onze kinderen ook na school in contact te brengen met het Nederlands. Tot slot willen we ook de ouders die voor het Nederlandstalige onderwijs kiezen, warm maken voor onze taal.

Even naar de politieke situatie. Er was vorig jaar in november een meerderheid aan Nederlandstalige kant, voor een toekomstige Brusselse regering, met Groen, N-VA, Vooruit en Open VLD. Bestaat die meerderheid nog?

VAN ACHTER: Ja. Ik heb mijn woord gegeven. Het is de enige meerderheid die al gevormd is aan Nederlandstalige kant. We stonden ook op een zucht van een akkoord voor de Vlaamse Gemeenschapscommissie.

VAN DEN BRANDT: We hebben in Brussel een meerderheid nodig in beide taalgroepen én in het hele parlement. De Brusselwet is daar kristalhelder over. Vandaag is er in geen van beide taalgroepen een meerderheid.

Het klopt, er was een coalitie met de N-VA. Dat was voor Groen geen makkelijke keuze, iedereen weet dat we geen natuurlijke bondgenoten zijn, maar we hebben die keuze gemaakt in het belang van Brussel. Daarrond is echter geen meerderheid te vinden in het hele parlement. PS wil dat niet, Ecolo, Défi en PTB ook niet.

We hebben ook geprobeerd om een coalitie te maken zonder N-VA. Ook daar is geen meerderheid voor te vinden. Het is een vraagstuk dat ons nu al een jaar gijzelt. Met of zonder N-VA? Sommige partijen willen niet zonder (MR, Open VLD, red.) andere partijen willen niet met. Dat plaatst Brussel in een houdgreep. Daar moeten we vanaf. De veto’s moeten verdwijnen. Brussel verdient het om bestuurd te worden, om verdedigd te worden.

Mevrouw Van Achter, er is geen meerderheid mogelijk in het Brussels parlement met de N-VA. Wat nu?

VAN ACHTER: Wij willen mee aan boord van die regering om moedige beslissingen te nemen, om te hervormen. Rond veiligheid, tweetaligheid, de begroting, de complexe structuur, et cetera. Het is heel duidelijk dat de PS die hervormingen niet wil. De PS heeft neen gezegd tegen die plannen (begin december vorig jaar, red.) en is dan achterover gaan leunen.

Sinds die dag is Brussel geblokkeerd. Daarom zeggen we: laten we als Vlamingen aan één zeel trekken. We moeten ons niet uit elkaar laten spelen door de Franstaligen. Zij moeten onze coalitie niet bepalen.

VAN DEN BRANDT: Dan moet je wel consequent zijn. Ga jij morgen met PTB in zee, Cieltje? Als die tot de Franstalige meerderheid behoort. Dan zeg je toch ook neen? Er blijft altijd een meerderheid nodig in het hele parlement. Er zijn vandaag veto’s van de ene taalkant naar de andere. Ik betreur dat. Dat maakt de formatie onmogelijk.

VAN ACHTER: Er is wel een verschil tussen extreemlinks en mijn partij die democratisch is. En er is ook het veto van de PS dat nergens op gestoeld is. Neen, de PTB is echt niet de oplossing voor Brussel. Met extreemlinks en extreemrechts maken wij geen regering.

VAN DEN BRANDT: : Iedere partij vindt haar eigen veto rechtmatig. Zo komen we er niet.

Mevrouw Van den Brandt, u heeft PS en N-VA in maart samen aan tafel gebracht. Voor het eerst. Hoe verliep dat gesprek?

VAN ACHTER: Er was geen gesprek. Het ging een uur lang over racisme. Nee, laten we die Vlaamse meerderheid herstellen en hervormingen voorstellen. Dat is de enige weg.

En vervolgens? Alles is geprobeerd. PS wil niet met N-VA, maar Ecolo en Défi evenmin.

VAN ACHTER: Dan moet je de PS aan tafel krijgen. Of Ecolo.

VAN DEN BRANDT: Daarom heb ik dat gesprek met PS en N-VA georganiseerd. Om te

begrijpen waarop het vastzit. Er wordt weleens gezegd dat dit een institutionele crisis is. Dat klopt niet. Brussel heeft 35 jaar zijn nut bewezen, omdat partijen wilden tonen dat het kán werken. Daarom zeg ik: we zitten in een crisis van karakters, van ego’s, niet in een institutionele crisis. Er zijn een aantal mensen die hun eigen gelijk vooropstellen. Die houding maakt elke stap vooruit onmogelijk. Er heerst echt een machocultuur. Waren er alleen vrouwen geweest rond de tafel, we hadden misschien al een regering.

VAN ACHTER: Als het over ego’s gaat, denk ik dat we daar ook namen op kunnen plakken. We moeten een kat een kat durven te noemen: Ahmed Laaouej is gewoon de verkiezingen van 2029 aan het voorbereiden.

VAN DEN BRANDT: Oh, als je namen noemt, mag je Georges-Louis Bouchez daar ook bijrekenen.

VAN ACHTER: (Afgemeten) Ja. Maar over de Brusselse instellingen? Het heeft inderdaad 35 jaar gewerkt, omdat er respect was voor de andere taalgroep, voor de Brusselwet. Dat is er vandaag niet vanuit de PS. Wat Laaouej een heel jaar gedaan heeft, is de Vlaamse gemeenschap in Brussel aanvallen.

VAN DEN BRANDT: Het communautaire is jammer genoeg terug van weggeweest. Er waren voordien in de Brusselse regering ook spanningen, maar die gingen over de tegenstellingen tussen rechts en links, of over meer of minder natuur in de stad.

De PS dreigt er nu mee om ook aan Nederlandstalige kant op te komen. Wat dachten jullie toen jullie dat hoorden?

VAN DEN BRANDT: Dat maakt het probleem alleen maar groter. We zullen nog meer lijsten hebben. Het zal nog moeilijker worden om een coalitie te maken. De oplossing is juist partijen die beter samenwerken, over de taalgrenzen heen.

VAN ACHTER: Ik maak me daar heel grote zorgen over. Eerst stelt Laaouej een minderheid voor in de Nederlandse taalgroep, dan wil hij met een geheime stemming de ministers laten kiezen. Nu is er ‘het verraad van Vooruit’ omdat ze niet met de communisten in zee willen gaan. Dit is een gebrek aan respect voor de Vlaamse gemeenschap in Brussel. Wat is het volgende?

Er ligt een piste op tafel aan Nederlandstalige kant om met een minderheid te regeren. Met Groen, Vooruit en CD&V, en gedoogsteun van bijvoorbeeld Team Fouad Ahidar. Een goed idee in deze communautaire sfeer?

VAN DEN BRANDT: De Brusselwet voorziet daar niet in. Je hebt een meerderheid nodig in de eigen taalgroep om de ministers aan te

duiden, om in de VGC de begroting en verordeningen goed te keuren, en er zijn bijna wekelijks stemmingen in het parlement nodig met een dubbele meerderheid. Ik zie niet hoe je dat voor elkaar krijgt als er geen meerderheid is aan Nederlandstalige kant.

VAN ACHTER: Een minderheidsregering is een archislecht idee. We mogen ons niet laten marginaliseren.

Waarom houdt u, mevrouw Van Achter, zo hard vast aan die regeringsdeelname?

VAN ACHTER: Omdat ik dat verschuldigd ben aan onze kiezers. We willen een begroting op orde, een veilige en propere stad, respect voor de taalwet en een activering van werkzoekenden. Ook heb ik een mandaat gekregen van mijn partij om hervormingen op tafel te leggen voor Brussel.

Praat u met eerste minister Bart De Wever over Brussel?

VAN ACHTER: Uiteraard. Ik ben een vast item op het partijbestuur. ‘Hoe gaat het in Brussel?’ is vaak het eerste agendapunt.

Dus, ja we spreken heel veel over Brussel. En week na week moet ik een update geven van deze triestige saga.

VAN DEN BRANDT: Als ik even mag: de N-VA zou toch veel meer kunnen doen voor Brussel vanuit de federale regering. De fusie van de politiezones is een goede zaak, maar ik had veel meer verwacht op het vlak van veiligheid bijvoorbeeld. De politie voor de metro is nog altijd niet versterkt. Die wordt nu betaald vanuit middelen voor mobiliteit.

Beliris schroeft dan weer de investeringen in de hoofdstad terug.

Dan zou ik zeggen: als Brussel elke week een agendapunt is op het N-VA-partijbestuur, grijp dat moment aan om voor Brussel op tafel te kloppen.

VAN ACHTER: Heb je het federale regeerakkoord wel gelezen? Er is juist veel beslist rond de veiligheid in hoofdstad, met een versterking van de politie. Er komt nu eindelijk een fusie van de politiezones, maar wat besliste de Brusselse regering? Een spuitruimte voor drugsgebruikers aan Merode. Waar zoveel scholen zijn. Ik pik jouw kritiek niet.

VAN DEN BRANDT: Er gaat bij Arizona veel energie naar symboolmaatregelen. De grenscontroles bijvoorbeeld om de migratie in te dijken. Volgens experten zal dat weinig impact hebben. Kunnen we die politie niet beter inzetten voor de veiligheid in de hoofdstad?

Voor defensie-uitgaven geldt dat he sky the limit is, maar voor klimaat hoor ik altijd dat riedeltje van “haalbaar en betaalbaar”.

“Bart

De Wever heeft gelijk: Brussel is een failed state”

Cieltje Van Achter

Vlaams minister van Brussel en Media

‘NOUS AVONS DES POINTS COMMUNS SUR LE PLAN PERSONNEL’

FR À l’approche de la fête flamande, BRUZZ revient sur l’impasse politique à Bruxelles avec Cieltje Van Achter et Elke Van den Brandt. Toujours pas de gouvernement après plus d’un an. Avec la N-VA si possible, sans si nécessaire, tel est l’adage de Mme Van den Brandt (Groen). Mme Van Achter (N-VA) reste fidèle à la seule coalition néerlandophone déjà formée : une majorité avec la N-VA. Quelle est la solution ? Qu’en est-il des tensions communautaires ravivées par le PS ? Le gouvernement fédéral se présentera-t-il en sauveur ?

En dan zwijg ik nog over de premier die over Brussel praat, over een failed state. Dit is geen premier van wie ik denk: hierin heb ik een bondgenoot. De N-VA lijkt Brussel te hebben opgegeven.

VAN ACHTER: Jullie hebben de Brusselse begroting in de prak gereden, en er is geen regering. Dan is dat een failed state. De premier heeft gelijk. Dat wil echter niet zeggen dat de N-VA Brussel loslaat. Integendeel. Ik ben door mijn partij aangesteld om voor Brussel te werken, elke dag.

VAN DEN BRANDT: De ironie is dat N-VA en PS hier elkaar ergens in vinden. De N-VA wil aantonen dat Brussel het niet kan. De PS vreest dat de N-VA Brussel zal blokkeren. Wel, die angst is de PS nu zelf aan het bewerkstelligen. Wat vijfendertig jaar met zoveel liefde is opgebouwd, in het belang van de Brusselaar, wordt helemaal onder de bus gegooid. Dat gaat er bij mij niet in.

Is er een verborgen plan van de N-VA om Brussel in een confederale plooi te leggen, zodra ze in de regering zit? Dat is wat Laaouej vreest.

VAN ACHTER: De vrees dat wij Brussel zouden blokkeren, is hallucinant, want het is vandaag net de PS die Brussel blokkeert. We willen inderdaad hervormingen, en dat de Vlaamse en Franse gemeenschap hun verantwoordelijkheid opnemen in Brussel. Maar net zo goed willen we de regio’s versterken. Onze agenda hierover is heel transparant. Maar je stapt niet in een regering om die vervolgens te blokkeren. Het is voor ons (als Vlaams-nationalistische partij, red.) ook niet natuurlijk om op Belgisch niveau te besturen. Maar wij doen dat wel. We zijn een verantwoordelijke partij.

‘WE HAVE THINGS IN COMMON ON A PERSONAL LEVEL’

EN In the run-up to the Flemish National Day, Cieltje Van Achter and Elke Van den Brandt talk about the hopeless political stalemate in Brussels. More than a year after the election, there is still no government. With the N-VA if possible, without it if necessary, is the motto of Van den Brandt (Groen). Van Achter (N-VA) remains loyal to the only Dutchspeaking majority found so far: one with the N-VA. What is the solution? What about the communal upheavals in the PS? And will the federal government prove to be the knight in shining armour?

Abir Gharbi en Oumar Diallo

‘Om te dansen heb je geen alcohol nodig’

Meer interactie tussen dansers, minder alcohol. Meer zorgvuldig gekozen dj’s, minder commercie. De twee jonge Brusselaars Abir Gharbi en Oumar Diallo vonden het nachtleven opnieuw uit met het Supreme Night Festival dat het échte dansen centraal stelt. “Wat telt, is het zeldzame moment dat iedereen op dezelfde golflengte

zit.”

De visie die Stromae schetst in zijn tijdloze hit ‘Alors on danse’ – feesten om aan de dagelijkse sleur te ontsnappen – legt een realiteit bloot: naar een nachtclub gaan is vaak een manier om je af te reageren, alles te vergeten, te consumeren en mensen te ontmoeten. Maar gaan mensen nog wel naar een nachtclub om echt te dansen? Om er eigen bewegingen uit te proberen, zich te laten inspireren door die van anderen, een stijl te ontwikkelen, op te gaan in het ritme van een dj van wie we meer verwachten dan wat achtergrondmuziek?

Omdat ze zich niet altijd herkennen in de Brusselse nachtclubs, hebben dansers Abir Gharbi en Oumar Diallo hun eigen feestformats ontwikkeld. Een manier om opnieuw aan te sluiten bij de oorspronkelijke geest van het clubben, ontstaan in de jaren zeventig in Chicago en New York, eerst in disco- en later in houseclubs. Die plekken boden destijds ruimte aan de Afro-Amerikaanse, latino- en queergemeenschappen, die uit mainstreamclubs werden geweerd, om zich volledig te kunnen uiten.

Het is die erfenis die Abir Gharbi (26) en Oumar Diallo (31) vandaag elk op hun eigen manier in leven houden: Abir met haar Clubbing Night Project, housefeesten die openstaan voor iedereen; Oumar met zijn Supreme Cypher-feesten, danscirkels geïnspireerd op hiphop waar de collectieve energie iedereen aanzet om zichzelf te overtreffen op een eclectische muziekselectie. Beiden organiseren ook gratis sessies in Dakh, het epicentrum van de streetdance in Schaarbeek, en werken mee aan hedendaagse creaties die in theaterzalen worden opgevoerd.

Eind juni sloegen ze voor het eerst de handen ineen rond de clubcultuur: het Supreme Night Festival, georganiseerd op verschillende locaties in de hoofdstad, waaronder de Vaux-Hall, midden in het Warandepark. Hun credo: delen. Ongeacht de ervaring of het niveau. Hun ambitie: dat iedereen tijdens zo’n avond in Brussel kan voelen wat muziek vanbinnen losmaakt – die impuls waardoor het lichaam in beweging komt, om een intens gevoel van vrijheid te ervaren.

Hoe zet je dans weer centraal in een club?

OUMAR DIALLO: Door dj’s uit te kiezen die draaien wat ze zelf echt goed vinden, niet wat toevallig commercieel scoort. We briefen hen over de

tekst en foto’s Sophie Soukias

Oumar Diallo

• Geboren in 1994 in Brussel

• Ontdekt dans via zijn grote broer en de begindagen van YouTube

• Gepassioneerd door funk, specialiseert zich in popping en hiphopfreestyle

• Lanceert in 2018 de Supreme Cypher-avonden, originele danscirkels

• Organiseert gemengde poppingsessies in Dakh (Schaarbeek)

• Richt in 2020 het gezelschap Kifesh op (laatste creatie: april 2025)

Abir Gharbi

• Geboren in 1999 in Brussel

• Ontdekt dans via dancehall, legt zich later toe op hiphop en house

• Organiseert gemengde housesessies in Dakh (Schaarbeek)

• Lanceert in 2022 het Clubbing Night Project, houseavonden voor iedereen

• Speelt in Ali (De Munt, 2024) en Voi(x)(e) van Aminata Soumaré (2025)

energie die wij zoeken: een echte muzikale reis, geen aaneenschakeling van hits. Daarnaast is er de ‘ambianceur’, die een centrale rol speelt. Dat is de schakel tussen de dj en het publiek, de man of vrouw die de toon zet, de dansers motiveert en verbinding creëert.

ABIR GHARBI: We werken ook met ‘concepten’ die aanwezigen moeten inspireren. Stalking bijvoorbeeld, waarbij twee mensen dansend op elkaar reageren, typisch voor house. Er is ook de Soul Train, overgenomen van de gelijknamige Amerikaanse cultshow, en er zijn de vraag-antwoordformats, waarbij de ene danst en de andere die dans beantwoordt. Het draait allemaal om interactie. Oumar heeft ook een volledig eigen cypher-concept bedacht: verschillende danskringen waarin de deelnemers de hele avond beurtelings hun ding doen.

Wat is jullie relatie met de Brusselse nachtclubs?

DIALLO: Ik ben altijd graag uitgegaan, al doe ik het vandaag minder. Je moet weten waar je moet zijn, je moet de juiste dj’s volgen. In de grote clubs is het vaak hetzelfde liedje: commerciële muziek, weinig aandacht voor de energie in de zaal. Zelf zoek ik een inspirerende vibe, met allerlei soorten mensen, niet per se professionals. Ook iemand die niet veel beweegt maar volledig aanwezig is, draagt bij aan de collectieve energie. Wat telt, is dat zeldzame moment dat iedereen op dezelfde golflengte zit.

GHARBI: Ik voelde me nooit echt thuis in de nachtclubcultuur. Als moslimvrouw herkende ik me niet in de sfeer die er vaak heerst: overal alcohol, opdringerige blikken, muziek

Abir Gharbi (links) en Oumar Diallo willen de oorspronkelijke geest van het clubben terugbrengen. “We willen dansplekken creëren waar mensen voor de vibe komen.”

“Een feest is een plek waar iemand zijn zorgen aan de deur laat”

die niet altijd geschikt lijkt om te dansen. Het was niets voor mij. Ik verkies kleinschalige feesten, onder vrienden, zoals in mijn tienerjaren. We dansten, deelden alles. Het was vrolijk, ontspannen en ons op het lijf geschreven.

Serveren jullie alcohol op jullie evenementen?

GHARBI: Dat hangt ervan af. Als ik iets alleen organiseer, is er geen alcohol. Het publiek is jong en komt vooral voor de muziek en de sfeer. Ik voelde nog nooit de behoefte om alcohol aan te bieden. Veel mensen denken dat ze niet kunnen dansen zonder te drinken, maar wij doorbreken dat idee. De muziek, de gemoedelijke sfeer: dat volstaat om je vrij te voelen.

DIALLO: In mainstreamclubs staat alcohol vaak centraal, omdat het geld opbrengt. Wij denken niet zo. We hanteren geen kapitalistische logica. We willen toegankelijke

dansplekken creëren waar mensen voor de vibe komen. Soms werken we samen met culturele locaties, en dan is het volkomen normaal dat zij de bar willen openen om inkomsten te genereren. Dat stoort ons helemaal niet.

Clubben ontstond een halve eeuw geleden in de Verenigde Staten als antwoord op segregatie en homofobie. Welke strijd moet vandaag in de clubcultuur worden gevoerd?

GHARBI: We moeten clubben in de context van hier en nu in Brussel plaatsen. Onze strijd neemt andere vormen aan: islamofobie, xenofobie, seksisme ... Het is essentieel om over die onderwerpen met elkaar te praten, om te benoemen wat ons een ongemakkelijk gevoel geeft tijdens het uitgaan, om te begrijpen wat we missen. De strijd is niet per se anders, maar wel complexer. We proberen daarom veilige plekken te creëren waar gemarginaliseerde identiteiten volledig kunnen bestaan, buiten de westerse normen.

DIALLO: De erfenis is die van de vrijheid: dat iedereen zichzelf kan zijn. Een feest is een plek waar iemand zijn zorgen aan de deur laat, het is een bubbel, een ademruimte. Ook al zijn onze verhalen anders dan die van het New York van de jaren 1970 en 1980, de waarden blijven dezelfde.

Heeft dans jullie getransformeerd?

GHARBI: Absoluut. Ik kom uit een Tunesisch gezin dat met weinig in België aankwam. Ik groeide op zonder grootouders, zonder neven en nichten, zonder dat uitgebreide familieweefsel. Dans schonk me die ontbrekende familie: een ruimte om mezelf te zijn, te leren, te delen, me gelegitimeerd te voelen. Velen van ons worden buiten de danswereld als een beetje ‘weird’ gezien, maar binnen de gemeenschap zijn we zelfverzekerd. Dans gaf me moed. Ik geloof oprecht dat dans levens heeft gered. En gered worden, dat is vrij zijn.

DIALLO: Ook voor mij is het van levensbelang. Ik ben veeleer gereserveerd, ingetogen, en dans heeft me geholpen om me open te stellen. Het is mijn eerste taal, en het voelt gemakkelijker dan praten.

Nog projecten lopen deze zomer?

GHARBI: Ja, we doen allebei als danser mee aan de Brussel Danst Dance Battles op 11 juli, tijdens Vlaanderen Feest. Het Clubbing Night Project gaat na de zomer weer van start, met nieuwe data in Zinnema en Atelier 210.

DIALLO: De zomer is het perfecte moment in Brussel. De mensen lijken dan meer ontspannen, het is mooi weer, dat geeft zin om te dansen. Er zijn veel events van de streetdance-community: battles, cyphers ... We gaan ernaartoe, steunen elkaar en dansen samen. C’est la famille

Vakantie in Brussel (2)
‘Wandelen langs alle grote fonteinen en daarna een geuze drinken’

Dominique Dognie

uit Sint-Joost-ten-Node stapt het liefst doelloos door Brussel

Vanuit zijn huis, een herenhuis in een van de smalle straatjes van Sint-Joost, zakt de 66-jarige Dominique Dognie af naar het centrum. Dat doet hij het liefst te voet. “Ik ben een wandelaar, altijd geweest.” Hij neemt steevast dezelfde route via het Madouplein richting de Grote Markt. Normaal wandelt hij het liefst zonder doel, maar op zijn perfecte zomerdag heeft hij er wel een: “Op de eerste maandag van de maand volg ik een les Brussels om halfelf in het Koninklijk Theater van Toone.” Het traditionele marionettentheater, nabij de Grasmarkt, voert elke week nog stukken op. Maar één keer per maand komen Brussels-sprekers er samen. De les wordt gegeven door Toone VII, José Géal, 93 jaar oud en de jeugdheld van Dominique. “Vroeger kwam ik kijken naar alle opvoeringen. Dan hoorde ik al de verschillende stemmetjes van Toone, maar kon ik hem nooit zien. Nu kan ik dat wel.”

Dognie zelf vertaalt boeken en strips naar het Brusselse dialect onder de naam Joske Maelbeek, en schrijft ook fabels. In zijn huis staat een hele collectie marionetten, maar ook andere schatten zoals waterspuwers, een groot schilderij van de gelaarsde kat en een

Ondanks die schatten brengt hij zijn middag bij voorkeur buiten door, in de openlucht: “Liefst wandel ik niet alleen, maar met iemand die Brussel niet goed kent. Dan kan ik over elke straat een verhaal vertellen”.

Hij heeft ooit voor zijn vrienden een wandeling uitgestippeld rond het thema fonteinen, en dat blijft zijn favoriet. “Natuurlijk start ik de wandeling aan de Grote Markt.” Vandaar dwaalt Dominique, die door het leven gaat zonder wagen, van fontein naar fontein. De zoektocht brengt hem naar het Rouppeplein, Zinneke Pis en de Vismarkt. Hij wandelt door de kleine steegjes waar het oude Brussel nog zichtbaar is. Hij eindigt zijn tour bij het bekendste fonteintje van Brussel: Manneken Pis. Het blijft een klassieker, waarvan een exacte replica in zijn huis staat. Maar hij heeft nog een reden om hier te stoppen. Naast het standbeeldje bevindt zich de Poechenellekelder, zijn favoriete café. “Het is een toeristische attractie, maar er komen ook veel oude Brusselaars en Brusselse verenigingen.”

Dominique is zelf lid van de Orde van de Faro, een vereniging die zich inzet voor de promotie van bieren van spontane gisting, zoals faro, uit de Zennevallei. “Ik ben misschien lid van de orde, maar persoonlijk vind ik faro te zoet.” Hij verkiest de geuze van Cantillon of de St.-Bernardus Abt 12 om te paren met de “ongelooflijk lekkere” spaghetti. Na zijn cafébezoek wandelt hij nog een laatste keer over de Grote Markt: “Als ik in het centrum van Brussel ben, kan ik de Grote Markt niet missen. Ik luister altijd naar de gidsen die in verschillende talen dezelfde nonsens verkopen.”

LOUIZA MOYERSOEN

‘In Brussel heb je zelden een flirt op straat’

De Nederlandse auteur en actrice Nienke ’s Gravemade roast machofilmpjes van Andrew Tate, finfluencers en gym boys met behulp van satire en snedige humor. Ze doet dat via Instagram vanuit haar huis in Brussel, maar bereikt tegenwoordig een almaar groter publiek daarbuiten. “Misogynie is een sluipmoordenaar.”

Oh, mijn nieuwe lievelingsliedje,” zegt Nienke ’s Gravemade als ze op de afspraak arriveert.

Op de achtergrond weerklinkt

‘Messy’ van Lola Young, een lied over een veeleisende man voor wie de zangeres nooit genoeg leek. Met een aanstekelijke toon zet ze hem op zijn plaats. ’s Gravemade doet hetzelfde, maar dan via sociale media. Met satire en lachwekkende gezichtsfilters haalt ze vrouwonvriendelijke uitspraken van mannelijke internetfiguren in een vingerknip onderuit.

“Soms zien de mannen over wie ik een filmpje maak dat als positieve aandacht. Best ijdel, maar ze zijn trots dat het linkse meisje zich druk om hen maakt,” zegt de Nederland-

se schrijfster, die in 2017 naar Brussel verhuisde met haar partner en toen 1-jarige baby. Vandaag is dat zoontje 10. ’s Gravemade bleef al die tijd schrijven – onder meer aan haar verhalenbundel Dorsten en columns voor Nederlandse media –, maar deed dat wel van thuis uit, waar ze tegelijk het huishouden draaiende hield. Dankzij haar nieuwe succes als Instagram-activist zijn de gezinsrollen de laatste maanden omgekeerd.

“Dat vind ik interessant,” zegt ze. “Ik ben tegenwoordig vaker van huis voor het werk, dus nu zie ik zelf dat ik dan helemaal niet zoveel met thuis bezig ben. I love it.” Ze vergeeft haar vriend nu zijn radiostilte als hij vroeger enkele dagen weg was voor het werk. “En hij beseft op zijn beurt dat het best pittig

is om in zijn eentje de ijskast te vullen, de hond aandacht te geven en ons kind met dyslexie te helpen met zijn huiswerk.”

In februari getuigde je op de Nederlandse radio dat je financieel afhankelijk bent van je partner. Je volgde hem naar Brussel voor zijn job, maar voelt wel schaamte over die afhankelijkheid. Zitten veel vrouwen in de expatwereld in die situatie?

NIENKE ’S GRAVEMADE: Daar heb ik eerlijk gezegd geen zicht op. Wij zijn geen expats. Mijn zoon gaat hier naar een gewone gemeentelijke basisschool en ik sluit me niet op in het Holland House met alleen maar Nederlanders. Ik wilde vooral tonen dat heel veel vrouwen in mijn situatie zitten, of ze nu expat zijn of niet. In Nederland is de helft van alle vrouwen financieel afhankelijk van hun partner. Dat komt omdat onze kinderopvang en kleuterscholen minder toegankelijk zijn dan in België, maar ik had die rolverdeling in mijn eigen gezin lange tijd echt niet goed in de smiezen. Mijn vriend ging twee weken na de geboorte van ons kind weer aan het werk. Ik was schrijver en dus altijd thuis met de baby, en werd zo snel beter in de zorgtaken. Ik ging die mijn vriend stilaan uit handen nemen, want dat ging sneller. Tja, dan moet je niet vreemd opkijken als je man na een jaar zegt: “Doe het dan maar.”

Sinds die getuigenis kom je vaker in de media, zowel in Nederlandse laatavondprogramma’s als in Belgische kranten. Heeft dat je populariteit op Instagram mee vergroot?

’S GRAVEMADE: Ik denk dat ik vooral voordeel heb gehad bij het algoritme waartegen ik zelf zo uithaal. Misschien telt Instagram de hoeveelheid lachende smileys die mensen bij mijn berichten plaatsen? Ik merk alleszins dat ik nu met mijn 125.000 volgers niet meer alleen ouders bereik, maar ook jongeren. Een tienermeisje zei onlangs dat ze mij leuk vind omdat ik “al die gasten roast.” Van ouders hoor ik dan weer dat ze mijn filmpjes samen bekijken met hun zoon of dochter. Dat vind ik hoopgevend. Humor helpt mij sowieso heel erg als opvoeder.

Eigenlijk ben je niet begonnen als activist tegen misogynie.

’S GRAVEMADE: Nee, ik maakte satire over spirituele types die zeiden dat je geld kon manifesteren door heel lang naar een bloem te kijken, bijvoorbeeld. Mijn eerste feministische filmpje postte ik anderhalf jaar geleden. Ik lachte toen al met mannen die bitcoins of fitness promootten, geen echte vrouwenhaters. Alleen raak je zo blijkbaar snel in een

algoritme verstrikt dat al die interesses aan elkaar linkt. Ik zag plots misogyne filmpjes en dacht dat iedereen die wel zou zien, en dus begon ik er grapjes over te maken. Maar blijkbaar was mijn algoritme per ongeluk veranderd in dat van een jongetje van 16.

Waarom krijgt een 16-jarige jongen dat soort vrouwonvriendelijke content voorgeschoteld?

’S GRAVEMADE: Omdat Instagram hen doelbewust in die richting stuurt. Het Nederlandse radioprogramma Argos en het tijdschrift De Groene Amsterdammer hebben onlangs onderzocht hoe die algoritmes werken. Ze maakten testprofielen aan op TikTok van 16-jarige jongens die houden van sporten, bitcoins of religie. Dat zijn, tussen haakjes, normale interesses. Ze postten zelf niets, maar kwamen toch al binnen een kwartier scrollen of filmpjes kijken terecht in de periferie van de manosfeer. Na een uur zaten ze er vuistdiep in en na anderhalf uur kregen ze zelfs radicaal-rechtse filmpjes te zien over omvolkingstheorieën. Dat vond ik shocking. Dit gaat allang niet meer alleen over vrouwen of feminisme. Misogynie en rechts-conservatisme zijn een zorg voor de hele samenleving.

Je ziet vooral online misogynie. Is het niet moeilijker te bewijzen dat ook de rest van de samenleving minder vrouwvriendelijk wordt?

’S GRAVEMADE: Ik vind dat eerlijk gezegd niet zo moeilijk. Je hoort de geluiden uit het onderwijs en je ziet de ruk naar rechts gewoon in de politiek. Straatintimidatie neemt toe en zelfs het christendom is booming. Misogynie is misschien niet altijd een-op-een aanwijsbaar, maar het is een sluipmoordenaar. Vergelijk het met het klimaat. Het gaat er niet goed mee, en toch hoor je mensen zeggen dat het zo’n vaart niet zal lopen. Nou, dat hoop ik ook, maar we moeten het er wel over hebben. En we moeten mensen aan het woord laten die er al iets langer naar hebben gekeken.

Ben je al bezorgd over dat soort gedachtegoed bij je eigen zoon?

’S GRAVEMADE: Ik heb nog even tijd, maar ik merk wel dat ik me afvraag hoe ik hem ertegen kan wapenen. Waar mag ik zijn zachte kanten en creativiteit behouden, en waar zet ik hem toch best schrap om mee te draaien in een man-driven wereld? Misschien ben ik dat nu wel gewoon in alle openbaarheid samen met mijn volgers aan het onderzoeken. Ik ben nog geen expert, maar ik ben wel een moeder van een zoon. Dat bepaalt mijn blik op de wereld. Op het moment dat de apenrots weer wordt ingevoerd en het recht van de sterkste geldt,

• 43 jaar, geboren in Utrecht

• Volgde Theaterstudies in Amsterdam en verhuisde in 2017 naar Brussel

• Is sinds 2020 actief op X en later ook op Instagram. Heeft 127.000 volgers en verzamelt tot een miljoen views per video

• Is auteur van de verhalenbundel Dorsten (2022) en van columns voor LINDA. en Omroep ZWART

• Woont in Elsene met haar partner en zoon

zullen nog altijd niet alle mannen zich als een neanderthaler door de straten willen bewegen. Een klein groepje hangt dat aan, maar de rest moet zich er wel tegen wapenen.

Heb je tips om beter om te gaan met sociale media?

’S GRAVEMADE: Helaas, ik gebruik mijn telefoon zelf veel te veel. En nu het ook nog eens mijn job is geworden, is het gewoon een verslaving met een goed excuus. Het maakt me doffer en als ik lang naar een schermpje kijk, worden mijn ogen droog en krijg ik last van mijn nek. Eigenlijk vind ik dat ook een vraag voor politici. Hoe lang hebben we intussen sociale media? Achttien jaar? Dat is best lang, maar het nieuwe gevoel is gebleven. Er zijn dan wel moderatoren gekomen voor heftige inhoud,

Nienke ’s Gravemade
“Als ik zie welke totale gekte de wereld dit jaar heeft overspoeld, van Gaza tot Mark Ruttes
‘Daddy’ aan Trump, dat maakt zelfs satire moeilijk”

ook geen fictie meer te verzinnen valt. Als ik zie welke totale gekte de wereld het voorbije jaar heeft overspoeld, van de overwinning van Donald Trump tot het leed in Gaza en de manier waarop wij het internationale strafrecht compleet buitenspel aan het zetten zijn … Dat maakt zelfs satire niet meer makkelijk. Toen Mark Rutte (de Nederlandse NAVO-baas, red.) Trump net voor de zomer “daddy” noemde, deelde het Witte Huis de ochtend erna zélf een filmpje met het lied ‘Hey daddy (Daddy’s home)’ van Usher eronder. Dan denk je: ‘Wacht, wij zouden dit toch als grap doen?’

Was je als schrijver al uitgesproken feministisch?

Daar heb ik de samenleving op alle fronten zien bewegen. Brussel heeft voor mij veel meer raadsels.

Toen ik hier net kwam wonen, viel me wel al op dat Brusselaars op een terras vooral met zichzelf en hun gezelschap bezig zijn. Ze kijken minder naar hun omgeving. Dat verbaasde me, in Nederland doen we aan mensen kijken. Je gaat op een terras zitten en alle stoeltjes zijn naar de straatkant opgesteld. Zo kan je nog een flirt hebben op straat. Dat zie en merk ik hier minder. Ik heb dus weinig ervaring met mannelijk Brussel.

Hoe bevalt Brussel je?

naar mijn weten hebben wij ons nooit als mensen onder elkaar afgevraagd wat we nu eigenlijk te zien krijgen of niet. We kennen het woord ‘algoritme’, maar snappen niet hoe het werkt. Hoe kunnen wij dan in godsnaam onze jongeren beschermen en mediawijs maken? Hoe kunnen wij van hen verwachten dat ze op tijd signaleren dat ze in een fuik zijn beland, als we die zelf niet herkennen? De helft van België en Nederland is in zo’n fuik beland tijdens de coronaperiode.

Kan humor zo’n fuik openbreken?

’S GRAVEMADE: Mijn filmpjes helpen ouders in elk geval om het gesprek te openen, hoor ik. We weten allemaal dat wanneer je tegen een puber zegt dat die niet mag drinken, die zo snel mogelijk een fles pisang aan de mond zal zetten in een of ander steegje. Misschien doet die dat nog altijd als je er een grapje van maakt, maar het opgeheven vingertje is nooit goed. Met Andrew Tate is het net zo. Als we hem alleen maar gek of gevaarlijk noemen, dan zullen jongens die hem al volgen hem nog luider verdedigen. Dan zeggen ze dat hij ook goede dingen vertelt of maar wat grapjes maakt.

Na de publicatie van Dorsten in 2022 zei je bij BRUZZ dat je twee jaar later op een nieuw boek mikte. Hoe staat het daarmee?

’S GRAVEMADE: Heb ik dat gezegd? Wat een blufpoker. (Lacht) Ik heb inderdaad een contract voor een tweede boek, maar dat is nog niet in de maak. Ik werk wel aan een docuserie voor de Nederlandse televisie. En ik moet zeggen dat ik af en toe denk dat er

’S GRAVEMADE: Nee, ik heb mezelf feministischer gemaakt door mijn eigen content te maken. Nu kan ik beter de grote lijnen en effecten zien van een conservatief gedachtegoed. Ik heb wel altijd gevonden dat vrouwen dezelfde plek in de maatschappij horen te hebben als mannen, maar ik besef nu dat die boodschap best wat krachtiger mag. Ik zou natuurlijk met liefde iedereen alles gunnen wat die wil, ook vrouwen die bij hun gezin willen zijn. Alleen blijkt het in de praktijk gewoon niet de meest verstandige keuze om financieel af te hangen van je partner. En sinds ik zelf meer van huis ben, heb ik het veel meer naar mijn zin met mezelf. Ik leef weer meer naar buiten dan naar binnen gericht.

Hoe kijk je met die nieuwe blik naar de Brusselse man in de straat?

’S GRAVEMADE: Wel, ik begin de stad nu pas beter te leren kennen. Ik leef hier natuurlijk al negen jaar, maar ik ben 43 en ken Brussel alleen als moeder. Mijn sociale leven is best klein. In Amsterdam ben ik student geweest en heb ik in nachtclubs gewerkt.

‘LA

MISOGYNIE EST UN TUEUR SILENCIEUX’

FR Dans des vidéos satiriques sur Instagram, l’actrice et écrivaine néerlandaise Nienke ’s Gravemade met en boîte des types misogynes comme Andrew Tate et autres influenceurs finances ou fitness. Celle qui se dit désormais casanière est suivie depuis son domicile à Ixelles par 125 000 followers. « Je suis plus à l’aise avec moi-même », avance-t-elle à propos de son succès. Même si les défis sont bien réels. « La misogynie est un tueur silencieux. J’espère que les choses ne vont pas dégénérer à ce point-là mais il faut qu’on en parle. »

’S GRAVEMADE: Ik vind Brussel een eerlijke stad. In Amsterdam leven net zo goed 174 nationaliteiten, maar die zie je niet binnen de ring. We verschuiven onze problemen naar de buitenwijken en vieren intussen in de binnenstad onze privileges in polonaise. In Brussel liggen de armste wijken van Sint-Joost en de Marollen gewoon in of rond het stadscentrum. Dat vind ik bijzonder. Je kan hier in twintig minuten van de goot naar het paleis lopen. Brussel heeft mijn blik op de samenleving verruimd.

Wat brengt de zomer je nog?

’S GRAVEMADE: Ik vind het Ter Kamerenbos altijd fijn, en de nieuwe waterpartij op het Kasteleinsplein is ook leuk. Het zijn clichés, maar ik ben nogal een huismus en bovendien een slechte planner. Ik vind het heel relaxed om zomaar wat in de tuin te hangen. We zullen wel wat tripjes maken naar het noorden van Nederland, en mijn zoon gaat voor het eerst op zeilkamp. Een strand op acceptabele rijafstand, dat mis ik soms in Brussel. Maar ik voel me hier in de zomer nog meer thuis dan anders. Dan ontstaat er een heel fijne rust en voelt de stad nog meer van de Brusselaars.

‘MISOGYNY IS A SILENT KILLER’

EN In her satirical videos on Instagram, Dutch actress and writer Nienke ’s Gravemade roasts misogynistic types like Andrew Tate, finfluencers, and gym boys. She feels best in the comfort of her own home in Elsene/Ixelles from where she now reaches 125,000 people. “I am much happier with myself now,” she says of her success. Although she believes the challenges are real. “Misogyny is a silent killer. I know we shouldn’t be pessimistic and I do hope it won’t grow into something we can no longer control, but we do need to talk about it.”

Checklist

Brussel zomert

Groen, gezellig, gratis, én perfect te combineren met een zomerbar: ontdek op deze handige kaart Brussel tijdens de zomer. Iets gecheckt? Kruis het af!

door Eleanor Denneman

MINI-OASES

Geheim groen in het midden van de stad

EGMONTPARK - Engels parkje met Peter Panbeeld. Waterloolaan 25, 1000 Brussel

FAIDERPARK - verborgen park met speeltuinen in de Kasteleinswijk. Faiderstraat 86, 1050 Elsene

HAPPARK & VIADUCT-

PARK - twee charmante, verscholen parkjes. Oudergemselaan 191, 1040 Etterbeek & Viaductstraat 133, 1050 Elsene

KONINGIN-GROEN -

PARK - zigzagroute op een steile helling met panoramisch uitzicht. Groenstraat 126 & Paleizenstraat 42, 1030 Schaarbeek

TENBOSCHPARK - gered in de jaren 1980 dankzij buurtprotest. Lariksenstraat 52, 1050 Elsene

TUIN VAN MAISON

DES ARTS - verborgen tuintje met vijver. Haachtsesteenweg 147, 1030 Schaarbeek

ZENNEPARK - kronkelende corridor tussen huizenblokken op voormalige Zennebedding. Helihavenlaan 104, 1030 Schaarbeek & Paleizenstraat 312, 1030 Schaarbeek

WILD GROEN

Moerassen, verlaten kerkhoven en het Zoniënwoud

MOERAS GANSHOREN & JETTE - overblijfselen van de Molenbeekvallei. Tentoonstellingslaan 195, 1090

Jette

‘T MOERASKE - twee kilometer pad langs weides, bos, moeras en vijvers. Walkiersstraat 5, 1030 Schaarbeek - Goede Herderpark, 1140 Evere

MOERAS WIELS - site van brouwerij. Ingang: Luttrebruglaan 148, 1190 Vorst

BEGRAAFPLAATS

DIEWEG - begraafplaats overwoekerd door natuur. Dieweg 95, 1180 Ukkel

BOSWACHTERSMONUMENT - miniStonehenge als eerbetoon aan boswachters die omkwamen tijdens WO I. Harasdreef, 1180 Ukkel

TRAM 44 - na twee jaar onderbreking rijdt de tram weer zijn pittoreske parcours naar het woud. MontgomeryTervuren

HIPPODROOM - tot 1995 een paardenrenbaan. Terhulpsesteenweg 53, 1180 Ukkel

DYNAMISCH

Socio-culturele projecten die doen herleven

USQUARE - voormalige kazerne die herleeft als innovatieve en creatieve hub. Kroonlaan 227, 1050 Etterbeek

SKATEPARK - diepste skatebowl van het land. Havenlaan 43, 1000 Brussel

CITYGATE - hotspot voor creatievelingen op industrieterrein. Klein-Eiland 1A, 1070 Anderlecht

PARK WEST - park in transitie met speelheuvels, kippen en activiteiten.

A. Vandenpeereboomstr 31, 1080 Molenbeek

OP ‘T RANDJE

Niet te missen langs de Groene Wandeling

DE KETELHOEVE - toegankelijke boerderij, met idyllische ligging. Ketelstraat 20, 1070 Anderlecht

KAUWBERG - vlakte die niet groen kleurt op Google Maps, maar wel groen Eikenboslaan 85-97, 1180 Ukkel

OSSEGEMPARK

- amfitheater met podium voor natuur en Kreupelboslaan, 1020 Brussel

OUDE SPOORLIJN

- strook van vijf kilometer langs de Groene Wandeling. Jean-François Debeckerlaan 2, 1200 Sint-Lambrechts-Woluwe & Watermaalse Steenweg 97, 1160 Oudergem

THABORBERG & WILDERBOS Avontuurlijke natuurgebieden op de grens van Brussel (650 meter van elkaar). Kerselaarstraat 233, 1700 Dilbeek & Wilderstraat, 1082 Sint-Agatha-Berchem

URBAN DECOR

Steegjes, tuinwijken, en prachtig uitzicht

PORSELEINSTRAAT

- pittoresk steegje. Check ook Ooievaaren Kandelaarsstraat. Porseleinstraat, 1070 Anderlecht

LOURDES GROT

- zoek verlichting bij ‘t Grotteke of het straatlantaarnmuseum. Leopold I-straat 290, 1090 Jette & Émile Delvastraat 75, 1020 Brussel

CITÉ MODERNE

- kubusvormige, modernis-tische tuinwijk. Samenwerkersplein 20, 1082 Sint-AgathaBerchem

LE LOGIS & FLORÉAL - twee tuinwijken, geïnspireerd op de Engelse cottages. Aartshertogenlaan 99, 1170 Watermaal-Bosvoorde

TUIN VAN PECHÈRE

- verborgen geometrische tuin op plateau achter Congreskolom. Onze-Lieve-Vrouw-terSneeuw, 1000 Brussel

JUPITER & CAMPUS

NARAFI - twee plekken in het Dudenpark voor een zonsondergang. Jupiterlaan 131 & Victor Rousseaulaan 75, 1190 Vorst

JOSAPHATPARK

- bezoek de ezeltjes en ga op zoek naar andere verwijzingen naar ezels in de gemeente. Ambassadeur van Vollenhovenlaan, 1030 Schaarbeek

ROODEBEEKPARK

- Woluwe als goudmijn voor geocaching: een soort Pokemon Go, maar dan met échte voorwerpen die verstopt zijn. App is gratis. Roodebeeksteenweg 314, 1200 Sint-Lambrechts-Woluwe

‘Soms zie ik kinderen swipen op een prent’

Illustrator Marjolein Pottie woont in een rijhuis in een mooie straat in Molenbeek. Die straat en enkele andere plekken uit de buurt vormen het decor van Tijd voor feest!, haar jongste prentenboek. “Ik vond het belangrijk dat ook Brusselse kinderen hun leefwereld herkennen in een boek.”

door Bettina Hubo foto’s Ivan Put

Bij het betreden van Marjolein Potties atelier, op de tweede verdieping van haar huis in Molenbeek, valt meteen het licht op dat gul naar binnen stroomt door het kamerbrede raam. Het venster biedt uitzicht op de huizenrij aan de overkant en het spitse torentje van de SintRemigiuskerk dat boven de daken uitsteekt. Voor wie Potties jongste boek Tijd voor feest! gelezen heeft is dat een bekend beeld, zeker dat royale herenhuis schuin tegenover.

In Tijd voor feest! wil een uitbundig groepje Brusselaars van heel diverse pluimage een feestje bouwen, ook al is er geen bijzondere aanleiding. De vraag is of ze ook Hans, een lastige en rare snuiter die alleen met zijn zwarte kat in een groot herenhuis woont, ook zullen uitnodigen. Ja dus, en kniesoor Hans ontpopt zich tot de organisator van een geweldig feest.

In werkelijkheid woont er geen Hans in het huis aan de overkant. “Nee, het is een tof gezin met een kat, die ik in de vakantie soms te eten geef,” lacht Pottie. “Ik vind het gewoon een supermooi huis, ook vanbinnen.”

Rijtjeshuis en pizzakoerier

Tijd voor feest!, dat ze samen met auteur Bouke Billiet maakte, zou oorspronkelijk over iets heel anders gaan. “Bouke had een triest verhaal geschreven over een jongen wiens vader in de gevangenis zat. Ik had er al aangepaste schetsen bij getekend, grauw, grijs en treurig.”

Marjolein Pottie

• Geboren in 1970 in Roeselare, woont in Molenbeek

• Studeerde Functionele Grafiek aan Sint-Lucas in Gent

• Illustreerde sinds 1995 meer dan honderd boeken, waaronder Traan, Tram BXL en Tony en de reeksen Luna en Ridder Muis

• Won verschillende prijzen, waaronder een Boekenpauw en een Boekenwelp

• Bracht deze lente Tijd voor feest! uit

Dat was in 2020, toen de covidpandemie uitbrak. “Tijdens een coronawandeling vertelde ik Bouke dat ik in die beangstigende toestand liever iets vrolijks wilde maken. Nog geen 24 uur later kwam hij met dit feestverhaal. Ik zag er meteen heel veel tekeningen bij.”

In haar eerste schetsen was het grote huis van Hans een strakke, moderne villa met een grote tuin. “Net in die periode las ik een artikel over de vele stereotypen in kinderboeken. Een huis is er doorgaans een vrijstaande woning met een tuin en een vrolijk autootje op de oprit.” Pottie besloot om de anonieme villa met tuin te laten vallen en het verhaal te situeren in haar eigen omgeving, in haar straat maar ook in het park van Thurn & Taxis en in de Replica Bookshop. “Ik heb toen bewust voor Brussel gekozen. Er zijn bijna geen prentenboeken waarin de stad voorkomt. Ik vond het belangrijk dat ook Brusselse kinderen hun leefwereld weerspiegeld zien in een boek.”

Uiteindelijk duurde het na die eerste schetsen nog bijna vijf jaar voor het boek deze lente uitkwam. In de tussentijd had Pottie, die ook workshops geeft, de schetsen wel al getoond in Brusselse klassen. “Daar kreeg ik inderdaad vaak te horen: ik ken dat huis of ik ken die straat. Ook van kinderen die niet in deze wijk maar in Vorst of Sint-PietersWoluwe wonen. Blijkbaar herkennen ze de sfeer van Brussel.” Toen Pottie haar boek onlangs voorstelde in een klasje in Geluveld, een dorpje diep in de Westhoek, waren de reacties verrassend anders. “Ik toonde het huis van Hans, en een jongetje merkte op: dat is toch geen groot huis, het is een rijtjeshuis. Het klasje herkende ook de pizzakoerier niet: ‘Wat is die vierkante box?’”

Vertekening

Tijd voor feest! is niet Potties eerste boek waarin Brussel een rol speelt. In 2010 tekende ze het zoekboek Tram BXL, over een reis met een gele MIVB-tram dwars door Brussel. Wat opvalt is het positieve, vrolijke beeld dat ze telkens toont van de stad. Brussel lijkt een frictieloze gemeenschap waarin jong, oud, mensen van elke kleur, bedelaars en ook dieren harmonieus samenleven. “Een beetje als tegenwicht voor de rauwe kanten en de problemen van de stad,” vertelt Pottie, die zelf de stad steeds complexer vindt worden. “Ik heb er al wel eens aan gedacht om een boek

Het uitzicht uit het raam van Marjolein Potties atelier in Molenbeek oogt bekend voor wie haar jongste boek Tijd voor feest! gelezen heeft.

“Het vrolijke Brussel in mijn werk is een tegenwicht voor de rauwe kanten van de stad. Al zou ik die rauwheid weleens in een boek voor volwassenen willen steken”

voor volwassenen te maken over een tramreis door Brussel, mét alle rauwheid erin.”

Van kinds af aan heeft Pottie altijd veel getekend. Ze ging naar de tekenacademie en studeerde na haar humaniora Functionele Grafiek aan Sint-Lucas in Gent. “Illustratie bestond in die tijd nog niet als opleiding,” vertelt ze. Haar eerste illustraties maakte ze voor de kindertijdschriften die toen nog bestonden bij uitgeverijen als Averbode en De Eenhoorn. In 1995 kwam haar eerste boek uit, Traan, met een tekst van Dirk Nielandt. “Ja, ik zit precies dertig jaar in het vak.” In die tijdspanne heeft ze meer dan honderd boeken geïllustreerd. “Ik ben zelf de tel kwijtgeraakt,” lacht ze. Ze won verschillende prijzen met haar werk en sommige boeken werden in wel tien talen vertaald. De populaire Ridder Muis-reeks, over de vriendinnen Muis en Draak, kreeg een tweede leven als animatieserie op Ketnet.

De meeste van haar boeken maakte ze samen met een auteur, vaak Dirk Nielandt, en de laatste jaren dus ook Bouke Billiet. “Bouke leerde ik kennen toen we samen uitgenodigd waren voor een auteursresidentie in Zweden, waar we verbleven in een rood, houten huisje in de geboortestreek van Astrid Lindgren. Heel inspirerend.” Sindsdien is ze meermaals teruggekeerd naar de plek, en ook voor deze zomer koos ze voor een vakantie in Zweden, inclusief kinderboekenfestival.

Enkele boekjes, zoals Tram BXL en de Luna-reeks, heeft ze in haar eentje gemaakt. “Maar dat zijn zoek- of kijkboeken waar nauwelijks of geen woorden in staan.” Zelf schrijven zal ze niet doen, zegt ze resoluut. “Dat kan ik niet, het is een totaal ander vak. Ik krijg die vraag vaker, maar ik vind dat raar. Aan schrijvers vraag je toch ook niet waarom ze niet tekenen. Ik hou er juist van om vanuit andermans tekst te vertrekken en te denken: hoe kan ik dat in een tekening omzetten?”

Concentratie en experiment

Haar schetsen maakt Pottie graag onderweg, in de trein, bijvoorbeeld. Maar de uitwerking gebeurt in haar atelier, aan een van de twee

grote, witte tafels die voor het raam staan. Daar heeft ze ook al haar materialen bij de hand. Tegen de muur staat een kast met smalle, gelabelde laatjes: ‘naaigerief’, ‘borduurgaren’, ‘muis&draak’, ‘zwart papier’, ‘wit papier’, ‘blauw en groen papier’, ‘bloemetjespapier’ ... Er is ook een schuif die gevuld is met meetlatten, een hoekje met linten, en de kleurpotloden zitten per kleur samen in blikken dozen. “Het is veel, maar in dertig jaar tijd verzamel je wel wat,” lacht ze.

Qua techniek varieert ze voortdurend. “Voor elk boek zoek ik de techniek die het beste past bij het verhaal. De ene keer is dat acrylverf op zwart papier, dan weer scraperboard of een collage met papiertjes en uitgesneden zwarte omtreklijnen. Ooit heb ik een boekje met genaaide tekeningen gemaakt. Commercieel is die grote variatie niet zo interessant, omdat je minder herkenbaar bent, maar ik heb ze nodig om het een beetje uitdagend te houden.”

Om die reden besloot ze om in haar jongste boek de zwarte omtreklijnen weg te laten. “Dat was voor het eerst, een grote stap dus, en ik heb het me af en toe beklaagd, want zonder zwarte lijnen moet alles perfect tegen elkaar geschilderd worden. Maar ik experimenteer nu eenmaal graag.” De computer, ook aanwezig in het atelier, gebruikt ze liefst zo weinig mogelijk. “Alleen soms om iets in te kleuren. Ermee tekenen doe ik niet. Ik hou veel te veel van de fysieke handeling van het tekenen en schilderen.”

Intussen wordt haar publiek, de kleuters, wel volop geconfronteerd met schermen, spelletjes, filmpjes en andere snel bewegende beelden. Kan een statisch prentenboek daar eigenlijk nog tegenop? “Zeker, hoewel ik soms kindjes zie die proberen te swipen op een prent. Maar ouders en scholen moeten de boeken wel aanbieden. Het is zo belangrijk voor het versterken van de concentratie en de taalontwikkeling.”

Tijd voor feest! (32 p., 16,99 euro) van illustrator Marjolein Pottie en schrijver Bouke Billiet is verschenen bij Uitgeverij Lannoo, lannoo.be

Vakantie

in Brussel (3)

‘Genieten van zelfgemaakte tofu en vegan kaneelrollen’

Steven De Lobel

uit Sint-Gillis schaakt graag in het park

Voor 10 uur wordt Steven, een leraar tango verbonden aan het collectief Queer Tango Ciel, niet wakker. Erna pas mag hun dag traag van start gaan. Samen met hun partner, gaat die voor een brunch naar Terter, een vegan restaurant in Sint-Gillis. “Ze verkopen er zelfgemaakte tofu, heerlijk lekker. Meestal delen we de gezouten tofu-brunch en nemen we nog een portie pannenkoeken.” Wanneer het koppel klaar is met eten, gaat het richting Have A Roll: een keten van vegan kaneelrolbakkerijen. Met hun kaneelrollen installeren ze zich bij het theehuis Cháshi wat verderop. Minstens twee uur lang geniet Steven er van een goed boek. “Ik begin deze zomer met Les Orageuses van Marcia Burnier, maar mijn lijst van te lezen boeken is heel lang, het kan nog alle kanten op.”

Daarna is het tijd voor een meer sociale bezigheid. Steven en hun vrienden komen vaak samen in het Warandepark. “Niet het meest gezellige park van Brussel, maar

wel het meest centrale.” Al wandelend ernaartoe wil Steven eerst nog een plekje bezoeken: een nieuwe ijswinkel waar ze vegan stracciatella-ijs verkopen. “Sinds ik vegan ben, mis ik de smaak van stracciatella echt, en zeker in de zomer. Benieuwd naar het alternatief.” In het Warandepark installeert Steven zich samen met hun vrienden op een grasveld. Er worden drankjes gehaald in de Kiosk, gecombineerd met het aperitief dat iedereen meenam om uit te delen. Hun bijdrage zijn frambozen en aardbeien uit eigen tuin. Er worden vervolgens verschillende spelletjes bovengehaald, met als absolute favoriet schaken.

“Omdat veel van mijn vrienden het spelen, krijgt het dan iets van een kleine competitie onderling.”

Een van hun vrienden brengt regelmatig zijn gitaar mee naar het park. Dat geeft “een gezellige, chaotische geïmproviseerde karaokesessie”. Voor Steven is dat ook meestal het signaal dat er nog gedanst moet worden.

“Dansen maakt mijn lichaam moe, maar voedt ook de ziel.”

Tot slot gaat Steven naar een Fusion Dance-evenement in het Jubelpark, georganiseerd door een vriend. Fusiondans, een mengeling van muziekstijlen en dans, is een nieuwe ontdekking voor Steven.

“Het forceert me om uit mijn comfortzone te stappen. Ik moet dan het strikte kader van tango volledig lossen.”

Wanneer Steven gaat dansen, blijft die tot het eind van het evenement. Dan kijkt die vol bewondering naar de bejaarden die afspreken waar ze morgen zullen dansen tot laat in de nacht. Een toekomstbeeld waarvoor Steven meteen zou tekenen. LOUIZA MOYERSOEN

WOORDZOEKER

Zoek alle verborgen woorden in het raster van de speciale zomerwoordzoeker van BRUZZ. Streep de begrippen één voor één weg, dit kan in alle richtingen: horizontaal, verticaal, diagonaal, en van links naar rechts en andersom. C

Voetbal

Dialect

Poppenkast

Mediteren

Recordhitte

Jubelpark

Icoon

Bissap

Zomer

Jeugdbeweging

Hooligan

Zomertip

Cocktail

Misogynie

Tango

Dansen

Leerkracht

Schaap

Podcast

Kinderboek

Hoekschop

Wielrennen

Regeringsonderhandeling

Leeuw

T J J O G C Y P O P P E N K A S T I T L B N A Z X V O G N O J

Z B M A R C H O E N Y C A A R E X E O I O K H Q F W B F E E U

Z D T D S D T V K N C F H I S P R K W V M A C Z F V H F U B P N D K Y L L H W V X D T R G O E H C B L O Z S B X F O G C Q F

T O P J H I V I O M L A E G N L N N J W L E U R Q K D H A K V M J U Q L E U B T N U N D C Y W S S P N I I T M X B V W Q N S

E G K T S S C S Q T A G N T N O O A J

Uw gids door de culturele agenda 11/7 > 21/8

25 tips voor een hete cultuurzomer

Of je nu een honkvaste Brusselaar of een aangespoelde toerist bent, de cultuurhuizen maken van de hoofdstad ook in de zomer een hotspot voor magische concerten, originele openluchtevents, frisse films en oogverblindende expo’s.

door Michaël Bellon, Jasper Croonen, Maarten Goethals, Niels Ruëll, Kurt Snoekx en Tom Zonderman

Meerstemmig

Classissimo smeert dit jaar de kelen. Zeven dagen lang belicht het festival alle kanten van de menselijke stem. De viering der vocalen zet naast opera, recital en de opperste liedcomponist Schubert ook het onontkoombare Stabat Mater van Giovanni Battista Pergolesi op de affiche. Interessant is vooral hoe het programma niet alleen in het westerse zangrepertoire blijft hangen, maar met de tango van Astor Piazzolla en de West-Afrikaanse kora ook grensoverschrijdend durft te galmen.

CLASSISSIMO 7 > 13/8, Théâtre Royal du Parc, classissimo.brussels

Soevereine mens-machine

55 jaar bestaat Kraftwerk, dat vraagt om een grote verjaardagstaart. Op het Paleizenplein nodigen de Duitse elektronicapioniers 12.000 zielen uit om mee de kaarsen uit te blazen. Ralf Hütter is het enige originele lid, maar wordt geflankeerd door drie mens-machines om de elektropop van ‘Autobahn’, ‘The model’ en ‘Computer love’ tot leven te wekken. Hun flitsende show katapulteert je terug naar de toekomst, met een robotesthetiek en strakke beats die doen dromen van een harmonieuze wereld.

KRAFTWERK 14/8, Paleizenplein, listenfestival.be

Dansen met de duivel

Nothing beats beats in de openlucht. Danstempel Fuse verkoopt deze zomer opnieuw zijn ziel aan de duivel in het woeste wasteland dan wel de groene oase onder de kruisende snelwegen in Anderlecht. Onder meer platenruiters Altinbas, DC Salas, Skee Mask, Helena Hauff, Sara Dziri, Walrus en Zouzibabe diepen er een portie knallende techno- en housebangers op om tegen de betonnen pijlers te laten kletsen.

XRDS 15 & 16/8, Vijverpark, xrds.be

Muzikaal verstoppertje

Hide & Seek wordt 10 en nodigt extra veel vriendjes uit om muzikaal verstoppertje te spelen op onverwachte plekken. Het Ghanese gezelschap Adesa neemt met zijn mix van clownerie, acrobatie en livemuziek een eerste hap uit de verjaardagstaart in het Rode Kruis Opvangcentrum in Elsene.

Volgen nog: onder meer het Christine Zayed Trio, dat Palestijnse muziek meeneemt naar het Prague House, en Son de Madera, dat de zon laat schijnen in het Stassart House.

HIDE & SEEK 17 > 23/8, verschillende locaties, muziekpublique.be

Solomunsoordeel

Hoe het de wijze koning Salomon verlopen is, kan je op Wikipedia lezen (of aan ChatGPT vragen), maar zijn naamvariant Solomun is tot nader order een Bosnisch-Duitse dj die dealt in deephouse en melodieuze techno. Gefundeness Fressen voor de jongens van Hangar, die de populaire en internationaal bekroonde dj na passages op Tomorrowland, in de Las Vegas Sphere en op zijn vertrouwde Ibiza het Paleizenplein op slepen. Kroontje op het hoofd, cocktail in de hand, en shaken maar!

SOLOMUN 15/8, Paleizenplein, thehangar.be

Bellenblazen onder de zon

Albumhoezen van Empire of the Sun zien er altijd uit als de Disney-versie van een Studio Ghibli-film (of als de gelijknamige film van Steven Spielberg): sprookjesachtig, maar ook met genoeg make-up en glimmer om er een flitsend spektakel van te maken. Met hits als ‘Walking on a dream’ en ‘The spins’ boorde de Australische evenknie van MGMT zich het collectieve geheugen in. Houd de bellenblaas klaar om de dromerige, psychedelische elektropoptrip ten volle waar te maken.

EMPIRE OF THE SUN 19 & 20/8, Koninklijk Circus, cirque-royal-bruxelles.be

Kwart over klassiek

Wie de bloedhete stadszomer trotseert, wordt daarvoor beloond met verkwikkende concerten. Tijdens de maanden juli en augustus presenteert Midis-Minimes elke werkdag om 12.15 uur korte maar krachtige kamermuziekconcerten, elke midweek met een andere insteek. Zo staat het programma midden juli in het teken van de strijkers, later staan bijvoorbeeld ook barokmuziek of solistisch repertoire centraal. Voor het eerst voegt het festival ook een aantal nieuwe locaties toe aan de line-up. De concertzaal van het conservatorium is door verbouwingswerken off limits, en de Onze-LieveVrouw ter Zege op de Zavelkerk, die al drie jaar dienstdoet als extra locatie, is niet voor alle muziek even geschikt. En dus wijkt de organisatie voor bepaalde programma’s uit naar het salon van de Cercle Royal Gaulois en de Spiegelzaal in het Egmontpaleis. Een ideale gelegenheid om deze luisterrijke decors te ontdekken met een toepasselijke soundtrack.

MIDIS-MINIMES > 29/8, verschillende locaties, midis-minimes.be

Outdoor

Marolles-frites

Al aan de vooravond van de nationale feestdag maken de Marollen zich op voor een heus volksfeest. Op het podium op het Vossenplein maken Lou B., Slongs Dievanongs, Two Dots, Daddy K en The Amazing Flowers hun opwachting. Op 21 juli zelf kan je er aan een lange tafel aanschuiven voor een flinke portie in zwans gemarineerde moules-frites, terwijl het Fietsorkest, Les Mignonnettes, Lazy Jack en Bruxelles Zingt voor een gepast uitbundige ambiance zorgen.

BAL NATIONAL 20 & 21/7, Vossenplein, balnational.be

Theater & dans

Vlaanderen feest

Op 11 juli showt de Vlaamse leeuw zijn dansmoves in Brussel. Op het programma staan wandelingen, fietstochten, expo’s, workshops, een rollerskatepiste en familietheater op het Muntplein, operettetheater in de Bijstandkerk, hiphop in de Beursschouwburg, topcomedy (met onder meer Dena Vahdani en Soe Nsuki) in het Brussels Parlement, dansbattles in de AB, en een singalong op de Grote Markt (met onder meer Ronny Mosuse en Sikudhani).

BRUSSEL DANST 11/7, verschillende locaties, brusseldanst.be

Een omweg waard

Het Detours Festival brengt de straat naar het theater en omgekeerd. Van midden juli tot midden september staan er op de Kunstberg cyphers op het programma in verschillende disciplines, met daarnaast ook optredens van circus- en dansartiesten. Detours duikt ook de wijken in voor workshops. Het orgelpunt volgt op 13 september met de Urban Dance Caravan door het centrum en de finale dansbattle in Théâtre National.

DETOURS FESTIVAL 16/7 > 13/9, verschillende locaties, detoursfestival.be

Vroege seizoensopener

Het Brigittines International Festival is altijd zo vriendelijk om het nieuwe podiumseizoen al half augustus voor geopend te verklaren. Het veertiendaagse festival toont tien dansvoorstellingen, met liefst zeven Belgische premières van voornamelijk buitenlandse artiesten – uit Frankrijk, Griekenland, Italië, Kroatië, Denemarken en Zwitserland. Deze editie is bijzonder, omdat het de laatste is waaraan intendant Patrick Bonté heeft meegewerkt. Na vijftien jaar als algemeen en artistiek directeur bij Les Brigittines geeft hij de fakkel door aan Charles Vairet, die ook al meewerkte aan het festivalprogramma. Bekende terugkerende gezichten zijn Ginevra Panzetti en Enrico Ticconi, Cie Philippe Saire en Martine Pisani. De Deense Kitt Johnson herneemt haar iconische solo Stigma uit 1999. En het is ook uitkijken naar de acrobatische solo Nonobstant van Jean-Baptiste André, en het duet Filles-Pétroles van de Ivoriaanse Nadia Beugré (zie foto).

BRIGITTINES INTERNATIONAL FESTIVAL

15 > 30/8, Les Brigittines, brigittines.be

Retourtje New Orleans

Cinema Galeries hangt zijn zomerprogramma traditiegetrouw op aan een wereldstad. Met New Orleans valt de keuze dit jaar op een smeltkroesstad met een fabelachtige carnavals-, eet- en muziekcultuur. David Lynch draaide er een deel van Wild at heart (zie foto), Brian De Palma van Obsession. Een aanrader is de openluchtvertoning van Beasts of the southern wild, een portret van arme Amerikanen die verknocht zijn aan hun vrijheid in het laatste stukje wildernis.

L’HEURE D’ÉTÉ 8/7 > 19/8, verschillende locaties, galeries.be

Hitteplan

In Flagey kan je aan de hitte ontsnappen terwijl je ontspant met een van de 34 films uit het aangepaste zomerprogramma. Romantici kunnen wegsmelten bij de Before-films van Richard Linklater, op geweld kickende estheten bij de Pusherfilms van Nicolas Winding Refn (zie foto), muziekfanaten bij Becoming Led Zeppelin, en Uber-chauffeurs bij Taxi driver. Wie liever nieuw talent ontdekt, moet naar Sorry, baby, een verbluffende debuutfilm over de verwerking van een traumatische gebeurtenis.

RAGING SUMMER > 24/8, Flagey, flagey.be

Nachtmerrie

Een stadje in de VS wordt tijdens de coronacrisis opgeschrikt door een conflict tussen de burgemeester en de sheriff. Goeroes en Black Lives Matter-tumult zijn olie op het vuur. Ari Aster (Hereditary, Midsommar) probeert te vatten wat voor een extreme nachtmerrie Amerika is geworden.

EDDINGTON US, dir.: Ari Aster, act.: Joaquin Phoenix, Pedro Pascal, release: 16/7

Supermans comeback

In de vorige eeuw kon geen superheld aan Superman tippen. Deze eeuw snelt de concurrentie hem voorbij. Operatie rehabilitatie is in handen van James Gunn van de geinige Guardians of the galaxy-films.

SUPERMAN US, dir.: James Gunn, act.: David Corenswet, Rachel Brosnahan, release: 9/7

Zomer van liefde en seks

Hoe praat je openhartig over seks, gender en relaties? De Noor Dag Johan Haugerud toont het in een fijnzinnige trilogie. Deel drie, Gouden Beer-winnaar Dreams, is voor later dit jaar. De eerste twee delen, Sex (zie foto) en Love, maken deze zomer de tongen los.

SEX NO, dir: Dag Johan Haugerud, release: 9/7

LOVE NO, dir: Dag Johan Haugerud, release: 30/7

Naar de haaien

Haaien die zich tegoed doen aan mensen: vijftig jaar na Jaws werkt de formule nog steeds. In Dangerous animals stelt een psychopathische schipper vrouwelijke toeristen voor om eens tussen de haaien te zwemmen en filmt dan hoe ze opgepeuzeld worden. Niet voor gevoelige zielen.

DANGEROUS ANIMALS AU, dir.: Sean Byrne, act.: Jai Courtney, Hassie Harrison, release: 23/7

Expo

Caleidoscoop

Met goed 150 figuratieve schilderijen van zo’n 120 kunstenaars uit Afrika en haar diaspora verbrijzelt en verbreedt When we see us de enge westerse blik op Afrikaanse levens. In zes thema’s –‘het alledaagse’, ‘rust’, ‘sensualiteit’, ‘(feest)vreugde’, ‘spiritualiteit’ en ‘triomf en emancipatie’ – omhelst de tentoonstelling bij Bozar een eeuw aan zelfrepresentatie, intimiteit, kracht en nuance. Laat een bezoek ook een eerbetoon zijn aan curator Koyo Kouoh, directeur en hoofdconservator van Zeitz MOCAA in Kaapstad en in 2026 normaal de eerste vrouwelijke Afrikaanse curator van de Biënnale van Venetië, die in mei onverwacht overleed.

WHEN WE SEE US > 10/8, Bozar, bozar.be

Heerlijke nieuwe wereld

Met Magisch realisme: natuurlijke wan/orde verbeeld breit Wiels een derde hoofdstuk aan een tentoonstellingsreeks die eerder ook al met Het afwezige museum en Risquonstout tot diep in de hedendaagse kunstpraktijk en de noodzaak voor transformatie dook. Ruim dertig kunstenaars – onder wie Ann Veronica Janssens, Jota Mombaça en Otobong Nkanga – dromen tussen magie en realiteit nieuwe verbindingen met een planeet die de uitputting nabij is.

MAGISCH REALISME: NATUURLIJKE WAN/ORDE VERBEELD > 28/9, Wiels, wiels.org

De reiziger rust

Zijn vaak epische documentaire beelden zullen blijven getuigen van een leven dat in het teken stond van reizen. Maar met de expo Amazônia zet de in mei overleden Braziliaans-Franse sterfotograaf een punt achter dat opwindende én veeleisende bestaan. Op de site van Thurn & Taxis brengt hij verslag uit van een zeven jaar durende tocht naar het hart van het Braziliaanse Amazonegebied. In 200 beelden en met een soundscape van Jean-Michel Jarre.

SEBASTIÃO SALGADO: AMAZÔNIA > 11/11, Thurn & Taxis, expo-amazonia.com

Op drift

De menselijke driften mogen dan wel aanspraak maken op het eeuwige leven, het Paviljoen der Menselijke Driften – het neoclassicistische tempietto van een jonge Victor Horta, dat onderdak biedt aan het monumentale reliëf in carraramarmer De menselijke driften van Jef Lambeaux – kwam slechts sporadisch tot leven. Tot nu. De vzw Horizon 50-200 stelt het eind-negentiendeeeuwse visioen vol kronkelende lijven de hele zomer gratis open voor het publiek.

PAVILJOEN DER MENSELIJKE DRIFTEN > 31/8, Jubelpark, artandhistory.museum

Monsterlijke expo

De tyrannosaurus rex, de triceratops, de velociraptor … In Brussels Expo, in Paleis 2, loopt tot 31 augustus Dino world. Op die speelse tentoonstelling kom je heel wat te weten over de magische wereld van dinosaurussen en andere monsters die 66 miljoen jaar of zelfs langer geleden de aarde bewoonden, en kan je meer dan 55 soorten tot leven zien komen. Er is ook een kinderzone waar je met dinosaurussen kan dansen, fossielen kan opgraven en een foto kan maken in een reusachtig dino-ei. “De tentoonstelling reisde al de wereld rond,” zegt organisator Peter Monbailleu van Stage Magic. “Nieuw in Brussel is de VR-ervaring halverwege het parcours, waarbij het lijkt alsof je écht tussen de dino’s loopt.”

DINO WORLD > 31/8, expodino.be

Sla een balletje

Ga samen met je vrienden minigolfen in het Jeugdpark in Jette. Het terrein is sinds kort weer open. Tot eind september is de minigolf open op woensdagen, in het weekend en op feestdagen. Ook in Anderlecht, het Josaphatpark in Schaarbeek of in Sint-LambrechtsWoluwe kan je het spelletje spelen tijdens de zomervakantie. Win van je vrienden door met zo weinig mogelijk slagen het balletje in het gaatje te krijgen.

MINIGOLF IN BRUSSEL > het einde van de zomer, sport.brussels/nl/disciplines/golf/golf-minigolf/

Gratis voorleesuurtje

Elke woensdagnamiddag kan je in de Nederlandstalige bibliotheek Muntpunt gratis naar de mooiste, gekste en spannendste verhalen komen luisteren. Kies zelf een boek uit of laat je verrassen door de doorgewinterde en gepassioneerde vertellers van de bibliotheek. Ga zitten, luister en droom weg. Iedereen is welkom.

VOORLEESUURTJE elke woensdag van 15 tot 16.00 uur, muntpunt.be/activiteit/voorleesuurtje

BRUZZ cocktail

Britt Jent Mosselmans creëerde op vraag van BRUZZ een eigen cocktail. “Eenvoudig om te maken, verfrissend om te drinken: de BRUZZ cocktail is hét drankje voor de zomer in Brussel. Als basisingrediënt koos ik voor bissap: een dorstlesser gemaakt op basis van de hibiscusbloem en afkomstig uit West-Afrika. Mooi vurig rood qua steunkleur. De grapefruitlimonade zorgt voor de bubbels, de sprankeling en voor een subtiele citrustoets. De rode vermout creëert diepgang en een langere afdronk, de witte tequila verrast met een extra kick. De versiering van witte chocolade – optioneel – kunnen de kids maken. Kortom, heerlijk verrassend, helemaal BRUZZ.”

INGREDIËNTEN

• 3 cl witte tequila/non-alcoholische gin

• 2 cl rode vermout/non-alcoholische Aperitivo Martini

• Bissap

• Grapefruit Lemonade

AFWERKING

• Highball-glas: fijn model, niet te groot qua volume

• (Droog) ijs

• Partje limoen

• Schijfje sinaasappel

• Witte chocolade (Eerst smelten, dan uitstrijken op bakpapier en 2 à 3 minuutjes in de diepvriezer leggen)

WIN

De eerste tien lezers die zich met dit BRUZZ magazine in de hand aanbieden bij de Déjà Vu Bar, krijgen een gratis BRUZZ cocktail!

Britt Jent Mosselmans (instagram: @baronessbrit) in Café Déjà Vu, Keltenlaan 44, Etterbeek.
©

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.
BRUZZ editie 1943 (09-07-2025) by bruzz.be - Issuu