
Brusselse


politie onder vuur na aanrijding kind







politie onder vuur na aanrijding kind
Sigried Medewerkster en designer bij iMAL
Het bruist rond het Kanaal. Met de steun van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Europese Unie ontstonden een aantal plekken die een positieve impact hebben op iedereen.
Zo is er iMAL, waar Sigried haar digitale creaties tot leven laat komen in het FabLab. Of COOP met zijn kindvriendelijke ontdekkingsworkshops. ART2WORK begeleidt je dan weer om je weg te vinden op de arbeidsmarkt. In MAD Brussels ontdek je lokale ontwerpers. En in De Vaartkapoen kun je een film of concertje meepikken.
Zo blijft het Kanaal evolueren als onuitputtelijke bron die je kansen biedt om bij te leren, te werken, te creëren, te spelen... Kortom, om jezelf te ontwikkelen.
Kunnen wij – burgers, ouders, kinderen – de Brusselse politie nog vertrouwen? Zijn agenten er om ons te beschermen, of vormen ze een bedreiging voor onze veiligheid en ons leven?
De tragische dood van Fabian, de elfjarige jongen die vorige week stierf tijdens een interventie in het Elisabethpark in Ganshoren, zet de kwestie op scherp. Het vertrouwen in het blauw op straat kreeg een flinke knauw, en hoe meer details naar boven komen over de aanrijding, hoe groter het onbegrip voor het manoeuvre en de agenten in de patrouille.
Sowieso is rijden in een park, op het drukste uur van de dag, een dom idee. Maar iemand achtervolgen op hobbelig terrein, zonder de nodige afstand in te bouwen, is gewoon levensgevaarlijk. En zeker als die iemand qua lengte nauwelijks boven de motorkap van de wagen uitsteekt. De agenten konden de situatie duidelijk niet overzien, en in plaats van het zekere voor het onzekere te nemen, vonden ze het kennelijk noodzakelijk om “de verdachte op een elektrische step” op te jagen.
“Met macht komt een bijzondere verantwoordelijkheid”
ongeval in het Elisabethpark voor velen in Brussel geen toeval, maar een accident waiting to happen. Het past in een patroon dat inwoners, collectieven en experts al langer aan de kaak stellen: er is een zekere arrogantie geslopen in de werking en in de hoofden van sommige ordehandhavers. Dat klinkt misschien populistisch, en doet afbreuk aan het vele goede werk op het terrein, bijvoorbeeld in de strijd tegen de echte criminelen, maar de lijst met tegenvoorbeelden is minstens even indrukwekkend. Gaande van agenten in harnas die met iets te veel gretigheid op geweldloze betogers kloppen, tot mensen zoals Sourour Abouda die om mysterieuze redenen sterven in een cel, en van wie de nabestaanden nog steeds wachten op een deftige verklaring en excuses. Ook het latente en minder latente racisme jegens jongeren van kleur doet afbreuk aan het uniform en het respect dat het normaal gezien moet oproepen.
De prijs van die onvoorzichtige beslissing zijn een vader en een moeder die hun zoon nooit zullen zien opgroeien: pure horror. Voor alle duidelijkheid: ook voor de betrokken agenten is dat een immens trauma, dat diepe sporen zal nalaten. Maar de publieke opinie, de pers, politici, buurtbewoners en stadsgenoten lijken voorlopig weinig clementie te tonen voor dat standpunt, omdat de politie haar voorrecht – het monopolie op het gebruik van geweld – schijnbaar argeloos inzette.
Hoewel het om een van de meest tragische interventies van afgelopen jaren gaat, is het
Vandaar de keuze om de beeltenis van Fabian op de cover te leggen: om niet te vergeten wie het slachtoffer is, maar ook als een pijnlijke herinnering dat met macht een bijzondere verantwoordelijkheid komt. Het gelaat van de jongen – lachend, guitig, vredevol – moet als een ethisch appel de betrokkenen aanmanen om lessen te trekken uit deze perfect te vermijden tragedie. Lessen die moeten leiden tot een cultuuromslag in de praktijk en in de politieopleiding, tot een omkering van de prioriteiten op het veld, en dat vooral moet zorgen voor een korps dat weet waarvoor het oorspronkelijk werd opgericht: niet om de cowboy uit te hangen, maar met de nobele en fiere plicht van het beschermen van de Brusselse bevolking.
Coördinator magazine. In het edito fileert de redactie de Brusselse actualiteit.
Lees meer ‘Dood elfjarige jongen zet rouw en volkswoede in gang’ op p.14 en ‘Wanneer een combi een rijdend fort in een bezette stad wordt’ p.16
In Tijl Nuyts’ debuutroman knaagt een naakte molrat aan de fundamenten van Brussel: “De mens heeft het verkloot.”
14Fabian Dood elfjarige jongen zet massale rouw en volkswoede in gang
03Vooraan ‘Vertrouwensbreuk tussen burger en politie’
06Erfgoed Diane Hennebert over de redding van het Chinees Paviljoen
15Cartoon Delphine Frantzen
16Opinie ‘Wanneer een combi een rijdend fort in een bezette stad wordt’
RWDM staat op een zucht van promotie naar de hoogste voetbalklasse.
18Economie Waarom niet Colruyt, maar de Anderlechtse markt de scherpste prijzen biedt
OP DE COVER
24Veiligheid Brusselse influencers huren sportauto’s in het buitenland om door Brussel te racen
32Interview Brusselse pornoactrice Gigi Max wint sectorprijs
ACTUALITEIT
29Big City Staat er een kopie van het Justitiepaleis in Lima?
29Meer BRUZZ Wat is er te doen op de andere BRUZZ-kanalen?
30Hang-out Victor
36Column L.E.S. IS MORE
15Debatteer mee Voel jij je veilig in het Brusselse nachtleven?
16Geopolitiek Is Brussel een doelwit voor Russische aanvallen?
03Vooraan ‘Maak medische screening verplicht’
12In beeld Bram De Jaegher: Kasseikunst
06Het gesprek Jeugdrechter Tine Suykerbuyk en journaliste Phara de Aguirre over Mijn jeugdrechter
24Horeca Brasserieën tonen zich creatief in tijden van crisis
20 Stadsleven Ochtendhumeur
23Beestig Brussel Het vliegend hert
12Fenomeen van de week Platform Better koppelt bedrijven en goede doelen
28 Sporting Flagey ’Het is net Formule 1 op het water’
13Cartoon Kim Duchateau
14Opinie ’Maak van het Noordplein een ontmoetingsplaats voor politiek debat’
10In beeld Emiel Viellefont: 25 Joêr Gardevils
14Stadsleven Merci
23Botanisch Brussel Natuurboomgaard in Laarbeekbos krijgt opfrisbeurt
28Sporting Flagey ‘Alles met wieltjes is welkom’
29Big City Waarom was er ooit een Schaarbeekse school in Blankenberge?
29Meer BRUZZ Wat is er te doen op de andere BRUZZ-kanalen?
37 De spraakmakende Amerikaanse operaregisseur Peter Sellars brengt de renaissance op de scène
30Hang-out Eléonore
41 Klein onderhoud Tomasz Stańko
36Column Tussen godin en dikke koe
Experience
43Eat & Drink La Cafet’ by Nabil & Sarah
SELECT
44Inzichten Natali Broods
37 Filmmaker Mathijs Poppe slaat een brug tussen Jette en Shatila
41 Klein onderhoud Ilyas Mettioui
43Eat & Drink Fish Tank
44Inzichten Lubiana
BRUZZ Flageyplein 18, 1050 Brussel, 02-650.10.65 ABONNEMENTEN Josiane De Troyer (abo@bruzz.be), 02-650.10.80 Gratis in Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Rest van België: 29 euro per jaar; IBAN: BE98 3631 6044 3393 van Vlaams Brusselse Media vzw, een abonnement binnen Europa kost 162 euro per jaar, buiten Europa 192 euro per jaar OPLAGE 50.000 exemplaren ADVERTEREN? Angela Mngongo 02-650.10.81 angela.mngongo@brusselmedia.be DISTRIBUTIE Ute Otten, 02-650.10.63, ute.otten@bruzz.be ALGEMENE DIRECTIE Dirk De Clippeleir ALGEMEEN HOOFDREDACTEUR Klaus Van Isacker COÖRDINATOR MAGAZINE Maarten Goethals ART DIRECTOR Heleen Rodiers VORMGEVING Ruth Plaizier EINDREDACTIE Karen De Becker, Kurt Snoekx WERKTEN MEE AAN DIT NUMMER Eva Christiaens, Kris Hendrickx, Bettina Hubo, Sophie Soukias, Tom Zonderman (redacteurs); Michaël Bellon, Annelies Bontjes, Jazz Brak, Maya Callizaya, Elian Coussement, Jasper Croonen, Andy Furniere, Tom Peeters, Niels Ruëll, Matisse Van der Haegen, Michel Verlinden (medewerkers) VERTALING Frédérique Beuzon, Gregory Blauwers, Sam De Ryck, Aurélien Garcia, George Holmer FOTOGRAFIE & ILLUSTRATIE Bram De Jaegher, Bart Dewaele, Kim, Delphine Frantzen, Ivan Put, Saskia Vanderstichele, Emiel Viellefont VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Dirk De Clippeleir, Flageyplein 18, 1050 Elsene.
angela.mngongo@brusselmedia.be DISTRIBUTIE Ute Otten, 02-650.10.63, ute.otten@bruzz.be ALGEMENE DIRECTIE Dirk De Clippeleir ALGEMEEN HOOFDREDACTEUR Klaus Van Isacker COÖRDINATOR
BRUZZ is een uitgave van de Vlaams Brusselse Media vzw wordt gedrukt bij Printing Partners Paal-Beringen en wordt gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschapscommissie
Maarten Goethals ART DIRECTOR Heleen Rodiers VORMGEVING Ruth Plaizier EINDREDACTIE Karen De Becker, Kurt Snoekx WERKTEN MEE AAN DIT NUMMER Eva Christiaens, Kris Hendrickx, Sophie Soukias, Tom Zonderman (redacteurs); Uma Barrea, Michaël Bellon, Maya Callizaya, Jasper Croonen, Astrid De Bois, Emilia De Feyter, Andy Furniere, Michiel Leen, Tom Peeters, Niels Ruëll, Kevin Van den Panhuyzen, Michel Verlinden (medewerkers) VERTALING Frédérique Beuzon, Gregory Blauwers, Sam De Ryck, Aurélien Garcia, George Holmer FOTOGRAFIE & ILLUSTRATIE Bart Dewaele, Kim, Delphine Frantzen, Ivan Put, Saskia Vanderstichele, Emiel Viellefont VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Dirk De Clippeleir, Flageyplein 18, 1050 Elsene. BRUZZ is een uitgave van de Vlaams Brusselse Media vzw wordt gedrukt bij Printing Partners Paal-Beringen en wordt gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschapscommissie
Erfgoed Diane Hennebert over de redding van het Chinees Paviljoen
‘Dit is geen paviljoen, dit is een paleis’
Nadat ze eerder al het Atomium en de Villa Empain door een zware restauratie heeft geloodst, zet Diane Hennebert nu haar schouders onder de redding van het Chinees Paviljoen in Laken. En daar blijft het niet bij: ook de Japanse Toren aan de overkant wil ze nieuw leven inblazen.
door Bettina Hubo foto’s Saskia Vanderstichele
“
Ik ben tegenwoordig de poetsvrouw en de conciërge van dit gebouw,” lacht
Hennebert terwijl ze het zware kettingslot losmaakt waarmee de nadarhekken rondom het Chinees Paviljoen zijn vastgemaakt. “Ik heb als enige de sleutels.”
Hennebert is ook gedelegeerd bestuurder van de nieuwe vzw die het Paviljoen aan de Van Praetlaan zal restaureren en weer openstellen voor het publiek als exporuimte.
Het gebouw, eigendom van de Koninklijke Schenking, is intussen twaalf jaar dicht. Jarenlang kregen voorbijgangers in het omliggende park geen woord uitleg over de reden en duur van de sluiting. Tegenwoordig hangen er grote panelen in drie talen met daarop een korte uiteenzetting over de geschiedenis en de toekomst van het ‘Chinees Paleis en van de Zijderoutelanden’, zoals het gebouw voortaan officieel heet.
Het Chinees Paviljoen en de Japanse Toren zijn destijds als een soort folly’s gebouwd op initiatief van koning Leopold II. Hij kwam op het idee toen hij in 1900 de Wereldtentoonstelling van Parijs bezocht. Daar had de Franse architect Alexandre Marcel een ‘Tour du Monde’ neergezet, een verzameling exotische gebouwen waaronder ook een Chinees en een Japans paviljoen.
Leopold gaf de Franse architect de opdracht om ook in zijn achtertuin in Laken een Chinees paviljoen en een Japanse toren te bouwen, aangevuld met een muziekkiosk en een koetshuis.
Voor de koning was het een prestigeproject waarin hij veel geld zou steken. De panden moesten de economische en commerciële banden tussen België en China in de verf zetten. “België had begin twintigste eeuw grote belangen in China,” legt Hennebert uit. “Veel Belgische ingenieurs waren er aan de slag, onder meer voor de aanleg van spoorlijnen.”
De bouw van het Chinees Paviljoen ging van start in 1903. Leopold II wilde er een
Erfgoed Diane Hennebert over de redding van het Chinees Paviljoen
luxerestaurant van maken. “Hij zag het als een businessclub, zoals De Warande, voor industriëlen met belangen of ambities in China.”
Voor de buitenkant van het gebouw liet architect Marcel een façade van houtwerk, beschilderd met goudlak, maken in een weeshuis in Shanghai dat door Europese Jezuïeten werd gerund. Chinese weesjongens kregen er kost en inwoning en werden tegelijkertijd opgeleid tot meesters in het houtsnijwerk.
Het interieur is een stuk minder eenduidig van stijl, zo blijkt als Hennebert BRUZZ mee naar binnen neemt. De vertrekken beneden, waarvan de ramen zijn dichtgetimmerd, zijn net zo overdadig gedecoreerd als de buitenkant, maar dan wel in een mengelmoes van stijlen. Hennebert: “Je hebt hier Louis XV, Louis XVI, Empire, Régence, Biedermeier
“Het geld vinden zal geen probleem zijn. Het eerste miljoen is al binnen”
en zelfs een toilet in art nouveau. In de Europese decors zijn telkens Chinese en Japanse stijlelementen en zelfs motieven uit India verwerkt.”
Ze wijst naar een schildering van een figuurtje met een rode parasol. “Het zijn duidelijk chinoiserieën. Dit is hoe China er in onze verbeelding uitzag.”
Het geheel getuigt volgens haar ook van de toenmalige paternalistische kijk van het Westen op het Oosten. “Maar, er was ook een fascinatie voor het vakmanschap van
de Aziaten. Het was een mengeling van bewondering en paternalisme.”
Lichtspel
Via de monumentale koraalrode marmeren trap komen we boven bij de salons, waar het zonlicht rijkelijk naar binnen stroomt. “Zie je het lichtspel, het marmer, de overvloedige decoraties? Dit is geen paviljoen, dit is een paleis. Daarom noemen wij het nu ook zo. ‘Chinees Paleis en van de Zijderoutelanden,’ want het gaat in dit
Diane Hennebert nam eerder de fondsenwerving in handen voor de restauratie van het Atomium en zocht een investeerder om Villa Empain weer in haar oude glorie te herstellen. “En tegenwoordig ben ik de poetsvrouw en de conciërge van dit gebouw,” lacht ze.
gebouw om veel meer dan alleen Chinese invloeden.”
Leopold II overleed voor het gebouw werd opgeleverd. Hij stierf in 1909 en met hem werd ook het plan voor het restaurant begraven. Vlak voor zijn dood had hij het Chinees Paviljoen en de Japanse Toren, die er intussen ook stond, geschonken aan de Belgische staat, die ze later zou onderbrengen in de Koninklijke Schenking.
Bij de opening van het Chinees Paviljoen in 1913 fungeerde het gebouw als handelsbeurs voor importproducten uit het Verre Oosten, zoals porselein en zijde.
Na de Eerste Wereldoorlog kreeg het een nieuwe functie: het werd een externe tentoonstellingsruimte voor het Koninklijk Museum voor Kunst en Geschiedenis (KMKG). Jarenlang werd er een mooie collectie Chinees exportporselein getoond.
In de jaren negentig werd het Paviljoen zeer grondig gerenoveerd. Daarna was het weer een hele tijd open. Tot in oktober 2013, toen de Regie der Gebouwen, die verantwoordelijk was voor het beheer, meldde dat er stabiliteitsproblemen waren met de nok en de loggia’s en het Paviljoen gesloten bleef. Plots ging ook de Japanse Toren dicht, ook vanwege stabiliteitsproblemen, en werd het Museum voor Japanse Kunst gesloten. Dat laatste was in 2006 opengegaan in het achterliggende koetshuis en toonde de schitterende prentencollectie van het KMKG.
De stabiliteitsproblemen zijn volgens Hennebert de ‘officiële’ sluitingsreden. Zij vermoedt dat het Jubelparkmuseum, dat kampte met een tekort aan bewakingspersoneel, nog weinig zin had om het schaars bezochte en perifeer gelegen Paviljoen open te houden. Het museum liet enkele jaren later ook weten niet meer geïnteresseerd te zijn in het gebruik van de dependance in Laken. De collecties werden weggehaald en het gros staat nu in het depot van het Jubelparkmuseum.
Ook het oorspronkelijke meubilair van het Paviljoen verhuisde naar het Jubelpark, maar het is de bedoeling dat een deel na de restauratie terugkeert naar Laken.
De Regie der Gebouwen voerde de afgelopen jaren wel een aantal werken uit, maar de stabiliteitsproblemen werden nooit in hun geheel aangepakt, hoewel het Paviljoen, net als de Japanse Toren, in 2019 door het Brussels Gewest als monument beschermd werd.
Intussen takelde het leegstaande bouwwerk af. Op de verdieping is te zien
dat er waterschade is en dat het pleisterwerk hier en daar van de muur en het plafond loskomt.
Schoolverlaters
Toen verscheen Diane Hennebert ten tonele, die zich eerder al over verloederd erfgoed had ontfermd. Zo nam ze begin deze eeuw de fondsenwerving in handen voor de restauratie van het Atomium en zocht ze later een investeerder om de vervallen Villa Empain weer in haar oude glorie te herstellen en er een museum van te maken.
Ook runt Hennebert, die in 2018 de titel van barones kreeg, al tien jaar een school in Etterbeek waar vroegtijdige schoolverlaters nieuwe kansen krijgen. Haar projecten realiseert ze doorgaans zonder subsidies, met privégeld dus. Wat
hierbij goed van pas komt, is haar rijkelijk gevulde adresboek.
Hennebert kon de verwaarlozing van het Chinees Paviljoen niet meer aanzien. “Het is schandalig hoe sommige Brusselse monumenten erbij liggen,” zegt ze. Ze werkte een projectvoorstel uit om via de oprichting van een vzw dit erfgoed te redden. “Ik ging langs bij de Koninklijke Schenking, de Regie der Gebouwen en het museum. Iedereen vond het een mooi idee, maar het lag allemaal nogal moeilijk. Nergens kreeg ik een go.”
Dat veranderde toen de Regie vorig jaar door de Brusselse minister van Erfgoed, Ans Persoons in gebreke werd gesteld omdat het Chinees Paviljoen en andere beschermde monumenten niet naar behoren zouden worden onderhouden. “Toenmalig staatssecretaris Mathieu
Michel, verantwoordelijk voor de Regie, antwoordde dat hij een plan had voor het Chinees Paviljoen. Het bleek mijn projectvoorstel voor publiek-private samenwerking.”
Zo kwam het dat de federale regering ermee akkoord ging om het Chinees Paviljoen en het koetshuis toe te vertrouwen aan een vzw, die een concessie kreeg voor dertig jaar, eenmaal verlengbaar. De afspraak is dat de vzw de gebouwen, die eigendom blijven van de overheid, met privégeld restaureert en exploiteert en dat het publiek er ook in de toekomst binnen kan.
De vzw werd begin dit jaar opgericht. Voorzitter is oud-diplomaat Piet Steel en verder maken mensen als Eric Domb, CEO van Pairi Daiza, en Evelyne du Monceau, grande dame van de Belgische biofarma, deel uit van de raad van bestuur. Koningin Mathilde is erevoorzitter.
Hennebert moet, als gedelegeerd bestuurder, de renovatie coördineren, de uitbating voorbereiden en het nodige geld bijeen zien te krijgen. Ze denkt zes à zeven miljoen euro nodig te hebben om de stabilisatieproblemen op te lossen, het dak waterdicht te maken, de technische uitrusting te verbeteren en nog wat algemeen onderhoud. Ook moet het terras op de eerste verdieping een glazen overkapping krijgen. “Dat geld vinden zal geen probleem zijn. Het eerste miljoen is al binnen. Zes à zeven miljoen is niet zoveel. Voor het Atomium had ik dertig miljoen euro nodig, voor de Villa Empain zeventien miljoen.”
Volgens haar zijn er genoeg bedrijven en instanties die willen bijdragen, zeker Chinese. “Toen de Chinese ambassadeur hier op bezoek kwam, zei hij: ‘Ik betaal alles.’ Ook Nio, het Chinese merk van elektrische wagens, heeft zijn steun toegezegd. Maar wij moeten natuurlijk het evenwicht behouden tussen de sponsors. En sowieso, de Chinezen mogen meebetalen, maar ze mogen hier niets beslissen. Aan de Chinese ambassadeur heb ik trouwens gevraagd om, in plaats van geld, Chinese arbeiders te laten overkomen om het houtwerk te restaureren.”
Expo’s en bruiloften
Ook voor de exploitatie denkt Hennebert het te kunnen redden zonder subsidies. Het is de bedoeling om straks in het gerestaureerde Paleis thematentoonstellingen te organiseren. Hennebert: “Niet alleen over
• 68 jaar
•Studeerde filosofie en journalistiek
• Werkte in de Botanique, leidde het Centre Wallonie-Bruxelles in Parijs en de Fondation pour l’Architecture
• Stond aan het hoofd van de vzw Atomium en van de Boghossianstichting.
• Opende in 2015 Out of the Box in Etterbeek, een school voor drop-outs
• Is gangmaker van de vzw die het Chinees Paviljoen zal restaureren en exploiteren
China. We willen de hele Zijderoute bestrijken. Die staat sinds de Oudheid symbool voor de uitwisselingen tussen Oost en West. We beginnen met een expo over textiel, maar er zijn genoeg thema’s te bedenken: goud, keramiek. Het moet wel meer zijn dan potjes in een vitrine. We zullen aan die tentoonstellingen een hedendaagse draai geven.”
Hennebert wil de expo’s financieren met de ticketverkoop – ze rekent op 200.000 bezoekers per jaar – plus de
FR Après la rénovation de l’Atomium et de la Villa Empain, Diane Hennebert se lance dans la restauration du Pavillon chinois à Laeken. Fermé depuis 2013, il se délabre. Une situation insupportable selon elle. « Certains monuments bruxellois sont dans un état révoltant. » Avec sa nouvelle asbl, elle s’apprête à rénover, à l’aide de fonds privés, l’édifice rebaptisé Palais chinois. Prochain objectif : la Tour japonaise.
verhuring van het koetshuis. “Het koetshuis zullen we verhuren voor privé-evenementen. Dat kunnen Belgisch-Aziatische zakenbijeenkomsten zijn, maar een theatervoorstelling of een bruiloft kan ook.”
Het koetshuis verkeert in goede staat en kan over enkele maanden opengaan. Voor het Chinees Paleis mikt Hennebert op 2028.
Kort na de eerste tentoonstellingen zal ze de fakkel doorgeven, dat staat nu al vast. “Ik lanceer het en draag het dan over aan anderen. Zo werk ik altijd. Ik ben ondertussen ook 68.”
Wel wil ze nog graag haar schouders zetten onder de restauratie en heropening van de Japanse Toren. “Die twee monumenten zijn op hetzelfde moment gebouwd en zijn, ook letterlijk, gelinkt. Er is een tunnel, die weliswaar gerenoveerd moet worden.”
Ook hier blijft de renovatie door de Regie aanslepen. Op dit ogenblik is er een probleem met huiszwam, dat zal worden aangepakt. Een nieuwe bestemming voor de Japanse Toren is er niet, laat de Regie weten.
Hennebert weet wel raad met het bouwwerk: haar vzw zou het kunnen uitbaten. “Op de eerste en tweede verdieping zijn prachtige zalen. Die zouden toegankelijk moeten zijn voor het publiek. Hoger zullen bezoekers wellicht nooit kunnen komen. De koning en koningin steunen dit project, maar willen niet dat het publiek vanaf de toren hun tuin inkijkt.”
Momenteel zijn er nog geen formele gesprekken over de Japanse Toren. “We moeten stap voor stap werken. Maar de ideale timing zou zijn: Chinees Paleis open in 2028, Japanse Toren in 2029, dan is er wellicht ook Europalia Japan. Zo is alles klaar voor de tweehonderdste verjaardag van België in 2030.”
‘THIS IS NOT A PAVILION, THIS IS A PALACE’
EN After overseeing the restoration of the Atomium and Villa Empain, Diane Hennebert has set her sights on saving the Chinese Pavilion in Laken/Laeken, which has been closed since 2013.
“It’s scandalous how some Brussels monuments are left to decay,” she says. Hennebert has set up a non-profit to restore the Chinese Pavilion, now called the Chinese Palace, all with private funds. Up next is the Japanese Tower.
De gekleurde tegels op de blauwe houtblokken stellen de kasseien voor op straat. Het zijn volgens kunstenaar Marion Fabien objecten waar we dagelijks over lopen, maar nooit naar kijken. Elke steen heeft een eigen structuur en vorm en is daardoor speciaal. De bedoeling van dit kunstwerk en vooral dan de blauwe kleur, is om mensen stil te laten staan bij de eenvoudige zaken des levens. Elk voorwerp heeft een eigen schoonheid. Het eten dat op de tegels ligt konden passanten op het Sint-Katelijneplein er zelf bovenop leggen om het kunstwerk nog meer in de kijker te zetten.
Het afscheid van de elfjarige Fabian is voor veel Brusselaars de fatale politieachtervolging te veel. “Fabian mag niet nog een bijkomende naam voor de statistieken zijn,” reageert zijn familie.
In een week tijd is het Elisabethpark veranderd in een bloembed met kaarsen, knuffels en een plek voor soms ingetogen, soms brute rouw. Precies om tien voor zes vorige maandag werd de elfjarige Fabian Cernelevschi uit Jette er aangereden door een politiewagen die hem had achtervolgd tot op het gras. Fabian reed op dat moment op een elektrische step van zijn gezin, dat vlak bij het park woont. Het onderzoek loopt, benadrukt het parket sindsdien elke dag, maar al snel was duidelijk dat de jongen was overreden door de twee agenten in de wagen. Volgens ooggetuigen reden zij met hoge snelheid op hem in tijdens de achtervolging. Fabian overleed later op de avond in het ziekenhuis aan een hoofdwonde. Hij zou enkele dagen later twaalf worden.
“Fabian was een zachte, vrolijke, nieuwsgierige jongen. Hij hield van leren, spelen, lachen. Hij had zijn hele leven voor zich,” liet zijn familie na drie dagen rouw weten via haar advocaat. Het gezin van Moldavische afkomst woont sinds vijf jaar in Brussel. Fabian zat in een Franstalig zesde leerjaar in Molenbeek bij zijn
leeftijdsgenootjes. Zijn halfbroer vertelde al aan meerdere journalisten hoe zijn jongere broertje informaticus wou worden en het liefst van al thuis Fortnite speelde op de Playstation. Hij was nog nooit in aanraking gekomen met het gerecht of de politie.
Waarom de jongen wegvluchtte van de politiecontrole en hoe de achtervolging exact begon, is deel van het onderzoek, maar voor de buurtbewoners doet het er niet toe.
Dinsdagavond, donderdag en zondag lieten ze zich met honderden zien tijdens stille waken in het park. Donderdag stond zelfs Fabians kist even opgesteld op het grasperk van het ongeval. Behalve buren kwamen ook mensenrechtenactivisten en de Franstalige kinderrechtencommissaris toen hun steun betuigen. Die laatste had al op nationale radio verklaard dat hij het gerechtelijk onderzoek niet moest afwachten “om te weten dat Fabians fundamentele rechten duidelijk geschonden zijn”.
Een politieachtervolging voor een verkeersinbreuk? Dat was ook volgens andere experts en advocaten niet proportioneel.
“Dit is voor mij het gevolg van de cultuur bij de politie, waarbij agenten op zoek gaan naar spanning, snelheid en adrenaline,” zei criminologe Els Enhus (VUB) in de tv-studio van BRUZZ. Andere experts spreken over een gebrek aan training. “Ik neem aan dat die agenten te goeder trouw hun werk hebben willen doen en hem wilden controleren, maar op een gegeven moment zit je in een tredmolen en jaagt men mekaar op. De adrenaline stijgt, men komt in een tunnelvisie en men denkt niet meer logisch na,” aldus politiekenner Paul Jacobs bij VRT NWS
Van verdriet gaat het zo al snel naar woede. “Police assassin,” riepen manifestanten donderdag toen Fabians kist uit het park werd gereden. De agenten zouden moordenaars zijn, vinden zij. Een van Fabians
naasten riep met opgestoken handen “Dreptate pentru Fabian” naar de aanwezige pers. “Gerechtigheid voor Fabian,” in het Roemeens. Een echo van de vele justice-slogans die je al enkele jaren als tags en graffiti in de Brusselse straten ziet. Justice pour Adil. Justice pour Mehdi. Justice pour Sabrina et Ouassim
Fabian was met zijn elf jaar dan wel een bijzonder jong slachtoffer van een dodelijke politieachtervolging in de hoofdstad, hij was lang niet het eerste. Actiegroep Heroes for Zero telde de laatste vijf jaar vier dodelijke politie-aanrijdingen in Brussel, de gewonden niet meegeteld. “Fabian zal niet nog een bijkomende naam voor de statistieken zijn. Vandaag is een hele stad in shock,” zegt zijn familie. “We vragen de waarheid, we eisen gerechtigheid. En we dringen aan op een algemene bewustwording, dit
dodelijke slachtoffers vielen er volgens Actiegroep Heroes for Zero de voorbije vijf jaar bij aanrijdingen door de politie
jaar is de agent die aan het stuur zat van de politiecombi die Fabian doodreed
was een achtervolging te veel. Dit moet stoppen.”
In tegenstelling tot vorige zaken lijkt de boodschap deze keer breed aan te slaan. Nationale media laten het thema niet los en het Comité P is ingeschakeld voor het onderzoek. In politieke kringen mag minister van Binnenlandse Zaken Bernard Quintin (MR) alvast een ondervraging in de Kamer verwachten. Hij uitte zich “diepbedroefd” om de feiten. De Brusselse regering, hoewel ontslagnemend, gaf nog geen eigen statement. De vijf lokale burgemeesters van de politiezone Brussel-West roepen op tot sereniteit en respect voor het grote verdriet.
Hoe het zit met de betrokken agenten van hun zone, zeggen zij niet. Het parket benadrukt dat het Comité P beide agenten ondervraagt, net als ooggetuigen uit de wijk. Volgens Het Nieuwsblad was de bestuurder amper vijfentwintig en afkomstig uit de provincie Luxemburg. Hij zou volgens die krant nog maar twee jaar bij de zone werken en “zeer aangedaan” in ziekteverlof zijn.
Het Brussels parket opent een onderzoek naar onvrijwillige doodslag. Zo’n onderzoek – en later het proces – kan erg lang aanslepen, leren gelijkaardige zaken. De dood van Mehdi Bouda in 2019 komt pas nu, op 17 juni, in beroep voor de kamer van inbeschuldigingstelling. Voor de dood van Sabrina en Ouassim in 2017 zijn de betrokken agenten deze lente alsnog vrijgesproken in cassatie, ondanks een eerdere veroordeling. Hun advocate wil nu tot het Europees Hof voor de Rechten van de Mens gaan. Ze spreekt over “straffeloosheid” bij politiediensten.
“Ik hoor enorm veel getuigenissen van jonge kinderen die politiegeweld ondergaan,” besloot ook de Franstalige kinderrechtencommissaris vorige week bij La Première. “Het zijn allemaal kinderen met buitenlandse roots. En ze dienen zelden zelf een klacht in.” EVA CHRISTIAENS
‘Wanneer
De redenen waarom een kind geen step mag besturen, zijn exact de redenen waarom een klopjacht met een wagen alleen maar slecht kan aflopen, schrijft Pieter Fannes van Heroes for Zero.
Pieter Fannes
• illustrator, woont in Schaarbeek
• een van de oprichters van de burgerbeweging Heroes for Zero
Op de foto ziet Fabian er geen dag ouder uit dan de elf jaar op zijn paspoort. Het moet van ver duidelijk zijn geweest dat hij te klein was om een step te besturen. Jonge kinderen hebben een minder breed gezichtsveld dan volwassenen.
Ze kunnen niet altijd goed bepalen waar een geluid vandaan komt. Ze zijn impulsiever, niet door een gebrek aan opvoeding, maar omdat hun hersenen letterlijk nog aan het groeien zijn. Ze panikeren sneller. En als er een ongeval gebeurt, lopen ze meer risico op zware verwondingen.
Dat Fabian door de politie werd opgemerkt, is dus niet gek. Maar de achtervolging die erop volgde, is onbegrijpelijk. De redenen waarom een kind geen step mag besturen, zijn exact de redenen waarom een klopjacht
Stadsleven Ochtendhumeur door Christine Janssens
Het is spitsuur in de metro. Mijn ochtendkoffie ligt nog wat op de maag. Een jonge vrouw murwt zich door de menigte. Eigenlijk is ze nog een meisje, maar ze draagt een baby op haar arm. Haar lichtbruine haar, met enkele rosse en ook blonde lokken, is nonchalant samengebonden. Ze kijkt naar de grond. In haar vrije hand houdt ze een beker waarin ze hoopt wat geld
met een wagen alleen maar slecht kan aflopen. Kan je spreken van een ongeval wanneer de uitkomst voorspelbaar is?
“Tunnelvisie nam het over,” zegt docent politie-ethiek Paul Jacobs daarover. Het vatten van de
“Als de agent een jager is, wie is dan de prooi? Worden onze kinderen gezien als kwetsbare inwoners of als daders in spe?”
bijeen te krijgen. Het metrostel stopt bruusk, waardoor alle passagiers plots in dezelfde richting vooroverbuigen. Enkele seconden staan we stil, om na enkele korte schokken weer te vertrekken. De jonge vrouw passeert, ik stop wat kleingeld in haar bekertje. Ze biedt me een
verdachte krijgt dan voorrang op alles, ook op de veiligheid van betrokkenen en omstanders.
Jacobs vergelijkt het met de jacht. Agenten, zegt hij, mogen zich niet gedragen als een jachthond die impulsief achter een prooi aanloopt. Ze zijn jagers, die het overzicht behouden en kunnen beslissen om niet te schieten wanneer er plots een wandelaar opduikt.
De metafoor roept ongemakkelijke vragen op. Als de agent een jager is, wie is dan de prooi?
Worden onze kinderen gezien als kwetsbare inwoners of als daders in spe? Veranderen ze in verdachten door hun afkomst, hun vervoermiddel, de ‘hotspot’ waar ze rondhangen?
Toen ik in 2017 hielp bij het opstarten van 1030/0 (later Heroes for Zero), was dat uit reactie tegen de algemene
pakje papieren zakdoeken aan, terwijl ze me met haar zeegroene ogen aankijkt. Ik zeg dat ze de zakdoeken mag houden. Er komt een zitplaats vrij. Het meisje gaat zitten, neemt een papfles uit haar tas en geeft de baby te drinken. Haar gebaren zijn teder. Ze draagt een zwarte
totebag met het opschrift ‘Today is a good day to smile’. Volgende keer neem ik de zakdoeken wel aan.
In Stadsleven vertellen redacteurs en lezers in maximaal 1000 tekens een verrassende anekdote over Brussel. Insturen kan via redactie@bruzz.be
verkeersonveiligheid in onze straten. Ik had niet gedacht dat er acht jaar later een lijst zou zijn van tien slachtoffers die omkwamen na een aanrijding door de politie. Een lijst die maar een deel van het verhaal toont. Over gewonden bij een politie-interventie wordt niet altijd bericht. En wat al helemaal tussen de plooien valt zijn de vele kleinere incidenten – intimidaties, machtsmisbruik – waar vooral mensen met migratieachtergrond mee geconfronteerd worden.
Toeteren in het park
Na de dood van Mehdi en Adil schreven we met Heroes for Zero een reeks aanbevelingen voor de politie. Die liepen in grote lijnen gelijk met wat het comité P of docenten als Paul Jacobs zeggen. In de meeste Brusselse
politiezones werden we vriendelijk ontvangen – niet, het moet gezegd, in Brussel-West. Maar de aanbevelingen bleven dode letter. Jaren later zijn er nog steeds geen uniforme richtlijnen rond achtervolgingen. De rijopleiding beslaat op zijn best een paar uur, maar wordt meestal niet gevolgd. En de ‘nabijheidspolitie’ waar onze burgemeesters de mond van vol hebben, zie ik meestal in een combi, afgesloten van de stad, onaanspreekbaar.
Zeker, er zijn agenten, inspecteurs en commissarissen die stenen
In Daring zit
het woord ‘dare’, durven. Daar staat onze club voor”
verleggen in hun aartsmoeilijke job. Maar ik kom er ook tegen rond die overlopen van frustratie. Die zich aan hun lot overgelaten voelen door politiek en gerecht. Die schrik hebben, soms. Daar heb ik begrip voor, behalve als de verbittering overslaat in een gebrek aan empathie. Dan verwordt de combi tot een rijdend fort in een bezette stad. In de Brusselse parken leidt dat tot absurde taferelen, wanneer de politie op zomerdagen de menigte opzij toetert om door te kunnen. Al jarenlang zeggen burgers dat een SUV in het park
in het beste geval nutteloos, in het slechtste geval levensgevaarlijk is. “We moeten snel kunnen reageren,” horen we dan – de voorspelbare risico’s werden genegeerd. Of soms: “Het is te gevaarlijk om uit te stappen.” Maar als de politie zich niet eens durft te tonen aan de mensen die ze geacht wordt te beschermen, is dat een verwoestend signaal aan al wie hier woont.
Reageren of zelf een opiniestuk insturen? Mail naar redactie@bruzz.be
MAXIME VOSSEN
CEO van RWDM, legt uit waarom zijn club van naam verandert en voortaan Daring Brussels heet
6 juni 2025
Van Kellogg’s en Kinder Bueno tot shampoo van Head & Shoulders: de laagste prijzen en beste koopjes vind je niet bij Colruyt, maar onder de gietijzeren bogen van de Abattoir-markt. Jaar na jaar winnen de Anderlechtse marktkramers er moeiteloos de prijzenslag tegen de grootste supermarktketens. Wat is hun geheim?
door Matisse Van der Haegen foto Saskia Vanderstichele
Het is zaterdagochtend, en in de schaduw van de historische slachthuishallen van Anderlecht gonst het van de activiteit. “Un euro, un euro,” klinkt de luidkeelse lokroep van de mannelijke marktkramers en ook de schreeuwerige kartonnen prijskaartjes met handgeschreven prijzen liegen er niet om: in Anderlecht vallen koopjes te rapen.
En die zijn de moeite, zo leert een snelle vergelijking met de prijzen van Colruyt, dé supermarktketen die prat gaat op de laagste prijzen. Een doos Trésor-cornflakes van Kellogg’s kost op de Abattoir-markt
3 euro, waar de prijs voor hetzelfde product in de supermarkten 4 euro bedraagt. Een Axe Apollo-deodorant staat geprijsd voor 2 euro, dat is 2,2 euro lager dan bij Colruyt. Verderop scoort BRUZZ Lotus-speculoospasta voor 2,5 euro (zelfde prijs bij Colruyt maar iets goedkoper dan bij Delhaize of Carrefour), een pak Kinder Bueno voor 6 euro (85 cent lager) en Listerine-mondspoelwater voor 3,5 euro (2,3 euro lager).
Gevraagd naar die opvallende prijsverschillen, blijken de meeste marktkramers weinig loslippig. “Supermarkten vragen te veel. Daarom komen mensen zelfs vanuit het buitenland tot hier,” zegt een van de
verkopers kortaf. “Lagere marges. Op een deo van 2 euro verdien ik amper 10 cent,” gromt een andere. Verdere vragen worden met een wuifgebaar afgewimpeld.
Snoeiharde concurrentie
Zo simpel blijkt het echter niet, want van riante marges is in het Belgische supermarktlandschap geen sprake. Ons land kent met 3,08 winkels per 10.000 inwoners het hoogste aantal supermarkten per capita in Europa. België blijkt een populaire bestemming voor buitenlandse merken en in grote steden worden Belgische Delhaizes en Colruyts steevast geflankeerd door Duitse Aldi’s en Lidls, Franse Carrefours, en Nederlandse Albert Heijns en Jumbo’s. Die snoeiharde concurrentie drukt op de marges. In 2023 nog klaagde sectorfederatie Comeos dat de marge voor Belgische supermarkten amper 1,29 procent bedraagt: op een winkelmand van 100 euro maken de winkels dus 1,29 euro winst.
Kanttekening is wel dat die flinterdunne marges na aftrek van kosten zijn, merkt retailexperte Els Breugelmans (KU Leuven) op. “Supermarkten hebben heel wat vaste uitgaven voor verlichting, verwarming, personeel en huur. Daar staat tegenover dat een marktkramer gewoon zijn eigen baas is en in de open lucht werkt. Zij moeten dus minder aan een product verdienen om uit hun kosten te raken en kunnen hun prijzen daarom lager houden.”
Verder zijn kleine marktkramers ook flexibeler dan supermarkten, stipt Breugelmans aan. “Ze hebben een veel kleiner assortiment en moeten minder reserves aanhouden, waardoor ze kunnen inspelen op buitenkansen. In de bevoorradingsketens van voedingsproducenten kan heel wat fout lopen met overproductie of onderproductie tot gevolg, wat een impact heeft op het aanbod en de prijzen. Als een product door schaarste niet beschikbaar is of tijdelijk erg duur wordt, kan een marktkramer het gewoon even links laten liggen. Een Delhaize of Colruyt kan zich dat niet permitteren, want klanten verwachten een vast assortiment en lege rekken kosten klanten.”
Cathy Fumal, die voor de Abattoir-site het contact met de marktkramers verzorgt, ziet nog enkele andere verklaringen voor de Anderlechtse stuntprijzen. “Voor de marktkramers is dit hun inkomen, dus ze lopen niet graag te koop met hun strategieen, maar eigenlijk komt het neer op
Economie Waarom de Abattoirmarkt scherpste prijzen biedt
koopjesjagen. 24/7 speuren de handelaars naar kansen om voor een spotprijsje goederen te kopen.”
Productiefoutjes
Dat gaat bijvoorbeeld om restpartijen van producten die uit het gamma verdwijnen, waarvan de verpakking verandert, of waarvan de houdbaarheidsdatum bijna verstrijkt. Soms gaat het ook om artikelen met een kleine productiefout die supermarkten weigeren. “Marktkramers werken niet met vaste leveranciers,” legt Fumal uit. “Ze kopen wat ze tegenkomen. Dát maakt het verschil.”
Die spotprijsjes vinden de handelaars soms zelf, maar vaak ook via zogenaamde ‘destockages’. Dat zijn ondernemingen die zich als tussenschakel opwerpen om onverkochte goederen van fabrikanten en distributeurs opnieuw – tegen erg lage prijzen – op de markt te brengen. De verkopers kunnen zo nog wat verdienen aan hun afdankertjes en krijgen wat ademruimte in hun stockageruimtes, terwijl de opkopers, vaak kleine spelers zoals discounters, kruideniers of marktkramers, aan goedkope producten raken.
Dat beaamt M., een marktkramer die onder meer in Anderlecht verkoopt en al meer dan tien jaar in het vak zit. Hij wil over zijn werkwijze spreken, maar enkel op voorwaarde van anonimiteit. Onder de verkopers heerst een soort omerta.
“Zeventig procent van wat ik verkoop komt uit destockages. Zo koop ik bijvoorbeeld geregeld bij Worldtrading in Evergem en vaak weet ik zelf niet eens waar die winkels zelf hun producten halen. Ik verkoop de goederen dan door met een kleine marge erbovenop. Meestal tussen veertig en vijftig procent. Dat is meteen het grootste verschil met supermarkten, zij rekenen al snel 200 tot 300 procent boven op hun aankoopprijs.”
KINDER BUENO
TRÉSOR-KORNFLAKES
410 GRAM
DEODORANT AXE-APOLLO
TUC PAPRIKA
BISCOFF CREAMY
400 GRAM
LISTERINE MONDSPOELWATER
Gevraagd naar een voorbeeld scrolt hij even door zijn gsm en toont hij enkele facturen. “Laatst kon ik een doos L’Oréal-producten (Frans cosmeticabedrijf, red.) op de kop tikken van 21.000 stukken voor 1,25 euro per stuk. Die verkocht ik dan voor 2,5 euro.”
Soms speelt geluk ook een rol, bijvoorbeeld bij faillissementen, zegt M. “Toen BB Concept in Aalst over de kop ging (een bedrijf gespecialiseerd in overstocks en
“Marktkramers werken niet met vaste leveranciers, ze kopen wat ze tegenkomen”
Cathy Fumal Marktcoördinator Abattoir
eindereeksen van cosmetica, lichaamsverzorgingsproducten en huishoudelijke producten, red.) kon ik een lading tandpasta’s kopen die normaal minstens 3,5 euro kosten voor 60 cent per stuk. Ik verkocht ze zelf voor 1 euro.”
“Die lage prijzen zijn echt geen mirakels, je moet gewoon goed zoeken,” aldus nog de marktkramer. “Collega’s van mij springen ook vaak op kortingen van de grote supermarktketens zoals 1+1-gratis-acties. Die worden opgezet om klanten te lokken, maar met websites zoals ‘Promojagers’ houden wij dat ook in de gaten. Als Colruyt bijvoorbeeld een dergelijke promotie aanbiedt, ga ik in een week soms wel dertig winkels af om hier en daar een fles te kopen.”
Een laatste veelbeproefde techniek is koopjesjagen in het buitenland, vertellen Fumal en marktkramer M. Meestal is dat niet mogelijk door de taal-
BRUZZ noteerde de prijzen van enkele producten van A-merken, zowel in de supermarkt als op de Abattoirmarkt. De prijzen op de markt lagen altijd lager dan in de supermarkt, maar het aanbod was er wel kleiner.
“Als Colruyt promoties aanbiedt, ga ik in een week soms wel dertig winkels af om hier en daar een fles te kopen”
Anonieme marktkramer Abattoir
regels in België die Nederlandstalige en Franstalige etiketten verplichten, maar sommige fabrikanten voeren hun producten met zowel Franse als Nederlandse labels uit naar een breder territorium.
Dan wordt het interessant om te gaan ‘grensshoppen’, bijvoorbeeld in Frankrijk dat lange tijd goedkopere supermarkten had door de forse anti-inflatiemaatregelen van de Franse regering. Die verschillen raakten ondertussen wat uitgevlakt, maar volgens marktkramer M. biedt een Franse keten als Carrefour in haar thuisland nog
altijd interessantere promoties aan dan in België.
Na wat speuren stuit BRUZZ echter ook op enkele producten die van verder komen dan de Franse grens. Een pakje Tuc-koekjes voor 1 euro (50 cent lager dan in de supermarkt) draagt een etiket in het Roemeens en wat verderop liggen Bulgaarse Oreo’s op een verkooptafel. Gevraagd naar de oorsprong grijnst de verkoper: “Ze komen uit Frankrijk.”
Zwaar werk
Marktkramer M. vertelt dat hij naast zijn reguliere uren zeker 20 uur per week spendeert aan het zoeken naar afgeprijsde producten. “Álle marktkramers werken minstens 50 uur per week,” benadrukt ook Fumal. “Dat is ook nodig om met de beste producten en prijzen te komen, maar zeker de helft doet het in bijberoep. Alleen van de markt leven blijkt tegenwoordig erg moeilijk.”
Een kanttekening is wel dat er voor die superkortingen op de Abattoir-markt wat speurwerk aan te pas komt. Niet ieder kraampje staat wekelijks op post en omdat marktkramers zelf zo afhankelijk zijn van marktfluctuaties en afprijzingen, kunnen ze niet altijd hetzelfde, ruimere aanbod presenteren. Zo was het bijvoorbeeld onmogelijk om een (laaggeprijsde) fles Coca-Cola te vinden, toch hét A-merk bij uitstek.
Wie dus graag snel en efficiënt zijn boodschappen doet, en op automatische piloot zijn mandje vult, kan beter bij een supermarkt terecht. Wie echter van koopjesjagen houdt en iedere uitgespaarde euro als een persoonlijke overwinning beschouwt: die vindt in Anderlecht zijn eldorado.
FR Des Kellogg’s aux Kinder Bueno, en passant par le shampooing Head & Shoulders : les meilleures affaires ne se trouvent pas chez Colruyt, mais au marché de l’Abattoir. À Anderlecht, les marchands écrasent les géants de la grande distribution dans la guerre des prix. Leur secret ? « Les commerçants sont en veille constante, traquant jour et nuit les opportunités d’acheter à prix bradés. »
WHY COLRUYT ISN’T THE CHEAPEST, BUT THE ABATTOIR MARKET IS
EN Whether you’re getting your box of Kellogg’s, some Kinder Bueno, or a bottle of Head & Shoulders: it is not Colruyt that offers the lowest prices and best bargains but the traders under the cast-iron arches of the Abattoir market. What is their secret? “Basically, it comes down to bargain hunting. The traders spend day and night looking for opportunities to buy goods at bargain prices.”
Vraag de kalender 2025-2026 aan via de QR-code. Wij leveren hem begin september gratis op jouw school.
BRUZZKet, het jongerenplatform van BRUZZ, maakt opnieuw een kalender met leuke weetjes en Brusseltips voor ketten van het 4e, 5e en 6e leerjaar.
De ideale periode om vliegende herten te spotten, die grote kevers met kaken die op een gewei lijken, is aangebroken. Hun Brusselse hotspot sinds jaar en dag is Watermaal-Bosvoorde, maar onlangs doken ze op aan station Boondaal.
door Andy Furniere
Het vliegend hert is de kolos onder de kevers. De mannetjes kunnen meer dan 9 cm lang worden en hebben impressionante kaken waarmee ze tijdens de voortplantingsperiode rivalen imponeren en bekampen. Die paartijd is nu aangebroken en duurt maar enkele weken, tot begin juli. Wie de opmerkelijke insecten in actie wil zien, gaat best nu op zoek, idealiter tijdens de schemering op warme avonden.
Een voordeel voor liefhebbers is dat de beestjes stuntelige vliegers zijn en niet ver of hoog raken. Wie weet waar te kijken, kan ze behoorlijk eenvoudig opmerken: in Brussel in Watermaal-Bosvoorde, of in lanen met oude en afgestorven Japanse kerselaars in de Drie Lindenwijk, zoals de Georges Benoidtlaan. In die wijk zitten duizenden exemplaren.
“Vliegende herten spenderen het grootste deel van hun leven als larve ondergronds, waar ze zich voeden met dood hout zoals dat van die kerselaars,” zegt expert Arno Thomaes van het Vlaamse Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO), die voor Brussel samenwerkt met Leefmilieu Brussel en de VUB. “Ze hebben daar wel warmte van de zon nodig en houden daarom niet van dichte bossen, eerder van woonwijken en parken.”
de Drie Lindenwijk. Ook hier is de een zijn dood de ander zijn brood.”
Ook buiten dat gebied komen ze echter voor, zo bleek onlangs uit een verrassende ontdekking. “Aan station Boondaal in Elsene ontdekten we onlangs een geïsoleerde populatie.”
Als de Brusselse beestjes aan het uitzwermen zijn, is dat uitstekend nieuws.
Eigenschappen
In het verleden vlogen de kevers zeker ook rond in Ukkel. In ieder geval tot 1960, zo tonen historische verslagen. “Er zijn nog altijd waarnemingen daar, maar er is geen sluitend bewijs dat ze er nu voorkomen,” zegt Thomaes. “Veel mensen verwarren ze met andere soorten zoals het klein vliegend hert en de neushoornkever.”
De onderzoeker vermoedt wel dat ze zich verspreiden in Watermaal-Bosvoorde. “We zien de laatste jaren meer waarnemingen. Mogelijk is er een groei die gelinkt is aan het toenemend aantal kerselaars die sterven in
• Het‘gewei’ van mannetjesis ongevaarlijk, ze kunnenerniet meebijten,integenstelling tot devrouwtjes met hun onopvallende,maarkrachtige kaken
• Volwassendieren eten nietveel meer,maarhouden van sap uitwonden van oudebomen en van gebarstenfruit,vooral kersen
• DeRomeinengebruiktende kop van de kever alsamulet ter beschermingtegenongeluk
De dieren hebben het immers moeilijk in heel Europa en hebben de status van zeldzame en bedreigde soort. Om ze een handje te helpen, werd er jaren geleden een plan ‘Vliegend Hert’ opgesteld, om bestaande stukken groen rond het Zoniënwoud met elkaar te verbinden. Dat plan moet de verspreiding van de insecten bevorderen, die zich ook in het nabije Overijse, Sint-Genesius-Rode en Beersel ophouden. Het moet ook de algemene biodiversiteit meer kansen bieden.
“Wat goed is voor vliegende herten, helpt ook veel andere soorten,” zegt Thomaes. Denk maar aan schimmels, ongewervelde dieren en hun roofdieren bijvoorbeeld.
Het zijn nuttige opruimers, die voedingsstoffen uit vermolmd hout halen en zo de bodem verrijken, tot vreugde van planten. “Bovendien maken hun grote larven gangen in het hout waardoor kleinere soorten kunnen volgen. Ze functioneren als wegbereiders.”
Thomaes juicht toe dat er in WatermaalBosvoorde zieke en dode bomen in het straatbeeld worden behouden en hoopt dat dat tot voorbeeld strekt. “Ook als burger kan je je steentje bijdragen door dood hout in je tuin te laten liggen en bij het afzagen van bomen het ondergrondse deel te behouden, zeker op plekken waar de zon aan kan.”
Lees de hele reeks op BRUZZ.be/beestigbrussel
Brusselse influencers huren sportauto’s in het buitenland
Met de regelmaat van de klok scheurt autoinfluencer Adil.gofast met snelle huurauto’s door de stad. Hij is niet de enige. “Er bestaat een heel circuit van kleine verhuurders die dat soort wagens uit Duitsland halen en in Brussel aanbieden.”
door Kris Hendrickx
Vijftig kilometer per uur, dat is de maximumsnelheid in de Annie Cordytunnel. Het is een limiet waar maar weinig van te merken valt als Adil.gofast erdoor raast. Een Instagramvideo toont hoe de snelheidsmeter van de BMW M240i boven de 180 kilometer per uur klimt. Schijnbaar achteloos scheurt de chauffeur door de Brusselse verkeersinfrastructuur, met één hand aan het stuur. De andere moet immers filmen. Op de achtergrond klinkt rapmuziek: in ‘Vinicius’ zingt Ninho over het straatleven, drugs en snelle auto’s. “La tête part en arrière quand j’appuie.”
Het filmpje in kwestie is maar een van tientallen video’s op de sociale media van Adil.gofast. Nu eens rijdt hij 180 km/u in de Belliardtunnel, dan weer 70 in smalle woonstraten in de eerste kroon. Nog vaker tonen de video’s gewoon de nieuwe auto die de fanaat van snelle wagens heeft gehuurd, doorgaans Audi’s, Mercedessen of BMW’s. Het valt op dat het vrijwel altijd om auto’s met Duitse en tot voor kort ook Poolse nummerplaten gaat. De snelheidsduivel post verder gretig nieuwsitems, als die over hemzelf en zijn veroordelingen gaan tenminste – hij heeft intussen een rijverbod van zeventien jaar. Verontwaardigde reacties dat hij ooit eens kind zal doodrijden, lacht hij weg. Of hij antwoordt met een artikel over agenten die een elfjarige stepper dodelijk aanrijden.
Adil.gofast (39.000 volgers op Instagram) is niet de enige auto-influencer, maar weinigen filmen hun overtredingen zo expliciet. De succesvolle Moses_carss (+500.000 volgers op Instagram) post al eens een filmpje hoe hij meer dan 300 km/u rijdt, maar dan wel op de Duitse snelweg. Het accent bij Moses, die met Belgische nummerplaten rijdt, ligt eerder
op de show. “Kijk eens, ik heb een hotelkamer en mijn bolide komt met een autolift tot op mijn balkon.” Dat soort geintjes.
“Gasten zoals Adil zijn er genoeg in Brussel,” merkt Michel De Saedeleer. De politie-inspecteur rijdt al 27 jaar met de motorfiets in de zone West en zag de voorbije decennia steeds vaker snelle huurauto’s opduiken met buitenlandse nummerplaten. “Het fenomeen is ergens begin de jaren 2000 ontstaan, en werd de voorbije jaren alleen maar groter.”
“Als ik zo’n chauffeur zie die onaangepast rijdt, ga ik er altijd achteraan, ze kennen mij ondertussen,” vertelt De Saedeleer. “Vaak blijken de papieren niet in orde. Ooit heb ik iemand die op weg was naar zijn eigen huwelijk zijn speelgoed afgepakt, een Mercedes C63 AMG. Die kon te voet verder, terwijl zijn kompaan die te hevig protesteerde een nacht de cel inging. De wet is de wet.”
Toch blijft het vechten tegen de bierkaai, merkt de inspecteur. “De politie blijft dat soort chauffeurs tegenkomen, blijkbaar zit er een winstgevend model achter.” Ook andere politiezones bevestigen dat ze worstelen met het fenomeen.
Het cynische aan het verhaal van Adil: zolang hij geen ongeval met gewonden veroorzaakt, kan de rechter enkel rijverboden en geen celstraf opleggen, en zijn bewegingsvrijheid dus niet beperken. Maar hoe raken jonge mannen aan dure sportauto’s – in het geval van Adil ook zonder rijbewijs – en waarom hebben die opvallend vaak buitenlandse nummerplaten? Wie een van de grote Belgische autoverhuurders contacteert, zal merken dat die steevast wagens verhuren die in België ingeschreven zijn. Onverantwoord
rijden met zo’n sportwagen is niet zo eenvoudig. “Als iemand drie keer na elkaar optrekt naar 200 kilometer per uur, krijgen wij daar een melding van,” legt Joeri Dockx van Dockx Rental uit.
Hoe werkt het dan wel? “De huurders gaan er niet zelf om, er bestaat een heel circuit van kleine verhuurders die dat soort wagens uit het buitenland gaan halen en hier aanbieden,” legt Yacine (*), verantwoordelijke van een Brussels verhuurbedrijf uit, die liever niet met naam wordt opgevoerd. Het bedrijf verhuurt limousines en sportwagens, maar dan met Belgische nummerplaat.
“Het is een kwestie van prijs,” zegt Yacine. “In Duitsland zijn auto’s goedkoper, onder meer voor verzekering, inschrijvingsen verkeerstaks. Het verschil is groot.
Als ik als verhuurder in België wekelijks 2.000 euro betaal voor een sportwagen, dan is dat in Duitsland misschien maar 1.400 euro. Bovendien mogen verhuurders er ook onderverhuren, aan bijvoorbeeld Belgische bedrijven, iets wat hier niet mag. Het volstaat dus dat je een onderneming opricht om daar een of meerdere auto’s op te halen, die je dan in België verhuurt.”
De kleine verhuurders zijn er in twee soorten, vertelt Yacine. “Je hebt kleine en echte verhuurbedrijven, maar er zijn ook aanbieders die helemaal geen bedrijf hebben, bijvoorbeeld omdat ze zelf ook maar onderhuren van zo’n kleine speler. In dat laatste geval is er vaak sprake van valse contracten: wie een auto huurt, tekent wel een contract, maar eigenlijk is
“Als ik als verhuurder in België wekelijks 2.000 euro betaal voor een sportwagen, dan is dat in Duitsland misschien maar 1.400 euro”
Yacine
Verantwoordelijke Brussels autoverhuurbedrijf
dat niets waard omdat er geen echt bedrijf achter zit.”
Dezelfde logica gold tot enkele jaren geleden ook voor Polen. Alleen is het aantal Poolse wagens sinds kort fors gedaald, hoort BRUZZ zowel bij de politie als bij verhuurders. Het verklaart wellicht waarom ook Adil zelden nog in Poolse wagens te zien is. “Poolse huurauto’s waren vaak niet in orde met de formaliteiten,” zet Yacine. “De politie ging strenger optreden en neemt die auto’s meteen in beslag. Tegelijk zijn de verhuurders in Polen strenger geworden.” Ook motoragent De Saedeleer merkt beduidend minder Poolse huurbolides op.
De kleine en informele verhuurders hebben vaak geen eigen website en functioneren via socialemedia-accounts. Dat er auto’s met Duitse nummerplaten worden aangeboden zie je er in de regel niet, geblurde kentekens zijn er des te meer. Aanbieders als Elite First Car zitten bijvoorbeeld enkel op Snapchat, waar het bedrijfje maar een handvol wagens promoot, soms met Duitse of onzichtbaar gemaakte nummerplaten. Op de achtergrond van een van de posts speelt passend de song ‘Patsergedrag’ van Boef. Een blik in
het Staatsblad leert dat de onderneming pas een half jaar bestaat. Opmerkelijk: sommige van die kleine aanbieders melden expliciet dat er cash betaald kan worden. “We hebben de indruk dat de controle op bijvoorbeeld een geldig rijbewijs bij dat soort verhuurders minder streng is,” zegt de woordvoerder van de politiezone Noord.
Een wagen met buitenlandse nummerplaten verhuren in België mag trouwens niet. Een buitenlands verhuurbedrijf kan wel aan een Belgische persoon verhuren voor maximaal zes maanden, maar niet aan een bedrijf. Het betekent dat de klant zo’n wagen in principe wél mag halen in Duitsland.
“Als ik zo’n bestuurder vat, dan krijgt die verschillende boetes,” legt De Saedeleer uit. “Voor niet-inschrijving van het voertuig in België, maar ook voor ontduiking van rijtaks en inschrijvingstaks. En ook het verhurende bedrijf krijgt boetes. En wie beweert dat hij de wagen in Duitsland haalde, moet dat bewijzen.”
De lage tarieven van de microverhuurders leiden ondertussen tot kopzorgen bij een aantal grotere spelers. “Het is een van de redenen waarom we de autoverhuur vorig jaar hebben stopgezet,” vertelt de uitbater van een bedrijf dat tot voor kort
“Ooit heb ik iemand die op weg was naar zijn huwelijk zijn speelgoed afgepakt, een Mercedes C63 AMG. Die kon te voet verder”
Michel
De Saedeleer Politie-inspecteur
sportauto’s verkocht én verhuurde, vaak voor evenementen als trouwfeesten. “Met die prijzen op de informele markt kan je moeilijk concurreren. Een andere reden is dat ik de kloof met mijn klanten voelde groeien. Jonge mannen die met een zakje aankomen met 100.000 euro in cash om een paar maanden huur en waarborg te betalen voor een dure auto, dat hoeft voor mij niet.”
Witwas
De grote hoeveelheden cash wijzen erop dat er niet enkel een probleem is van oneerlijke concurrentie in het wereldje van de kleine verhuurders. Zowel aan de kant van de verhuurders als de huurders vermoedt de politie dat er geregeld geld uit criminele activiteiten circuleert. Een sportwagen zoals een Audi RS3 (400pk) huren, kost nog steeds circa 300 euro per dag, ook in het informele circuit. Influencer Adil was bij het gerecht al bekend voor drugsfeiten.
“Een autoverhuurbedrijf oprichten kan een manier zijn om geld wit te wassen,” merkt inspecteur De Saedeleer op. “Dat was al het geval toen we in de jaren 2000 op het spoor kwamen van een bedrijf met veertig wagens met Duitse nummerplaat in de Picardstraat. Het waren allemaal Golf GTI’s,
auto’s met veel vermogen die regelmatig stuk werden gereden.”
De politie kwam het bedrijf op het spoor nadat De Saedeleer een wagen had tegengehouden die honderden Duitse handelaarsplaten bleek te vervoeren, nummerplaten die handelaars mogen gebruiken om een voertuig van de ene naar de andere vestiging te rijden. “De man verkocht die voor 85 tot 100 euro, al naargelang het automodel. We zijn toen binnengevallen met de douane.”
Als bestuurders zoals Adil vandaag sportwagens uit het buitenland kunnen blijven huren in Brussel, is het ook omdat de controle op de praktijk niet erg uitgebreid is. Dat zegt zowel de uitbater die zijn huuractiviteit stopzette, als inspecteur De Saedeleer. “De wetgeving is om te beginnen al ingewikkeld en veel van die verhuurders blijven erg discreet online. Als je probeert te checken hoe het in Duitsland of Polen zit, wordt het nog complexer.”
Als er dan toch een bestuurder wordt opgemerkt, moet de politie het voertuig in kwestie nog kunnen vatten. “Op mijn motorfiets kan ik een beetje sneller dan 200 kilometer per uur, terwijl wagens als een Audi RS8 meer dan 300 halen. Tja …”
* Yacine is een schuilnaam
FR Adil.gofast a déjà traversé plus d’une fois la ville à fond la caisse dans des voitures de location. Une manie qui lui a valu une peine de 17 ans de retrait de permis. L’influenceur n’est pas le seul à circuler dans des voitures de sport munies de plaques étrangères.
« Il existe tout un réseau de petites agences de location qui vont chercher ces voitures en Allemagne pour les proposer à Bruxelles. Le phénomène, qui a débuté début des années 2000, s’est amplifié ces derniers temps. »
EN Adil.gofast loves to race through the city in fast rented cars. That love has cost him a 17-year driving ban. But the car influencer who has nearly 40,000 followers on Instagram, is not the only one driving around in luxury cars with foreign number plates. “There is a whole network of small rental companies that import these types of cars from Germany and offer them in Brussels. The phenomenon started sometime in the early 2000s and has been growing in recent years.”
‘Het
water’
Lucas Claeyssens (21) en Eline Verstraelen (23) zeilden vorige zomer op de Olympische Spelen naar een negentiende plaats, binnen drie jaar hopen ze veel beter te doen op de Spelen in Los Angeles.
door Elian Coussement
Claeyssens en Verstraelen vormen sinds januari vorig jaar een duo in de Nacra 17, een discipline waarbij wordt gezeild op een catamaran. Dat is een snelle boot die beschikt over foils: een soort vliegtuigvleugels onder de boot. Daardoor worden de zeilers boven het water gelift, wat de waterweerstand vermindert en de snelheid verhoogt. “We kenden elkaar al een tijdje,” aldus Tervurenaar Lucas Claeyssens. “Eline zeilde in een andere klasse en ik had toen nog een andere partner. Omdat die stopte, zocht ik iemand anders. We besloten allebei om de overstap te maken naar de catamaran, en dat bleek een goede keuze. In januari vorig jaar zijn we begonnen en in augustus stonden we al op de Olympische Spelen. Een droom die uitkwam. De Nacra 17 is echt leuk. Door de snelheid lijkt het wat op Formule 1, maar dan op het water.”
“Die Spelen, voor ons in Marseille, waren een enorme ervaring. Ik zou er veel geld voor over hebben om die opnieuw te mogen beleven.” Over het resultaat is Claeyssens iets minder tevreden. “We verlieten Marseille met een negentiende plaats. Dat was toch wel een kleine teleurstelling. Niet dat we op een top 10-plek hadden gehoopt, maar het deed toch even pijn. Al moet ik er wel bij vertellen dat we het jongste en minst ervaren team waren. We maakten ook een paar materiaalfouten, dat is een werkpunt dat we meenemen naar de volgende wedstrijden en Spelen. Hopelijk staan we er dan weer. Dat blijft ons grootste doel.”
Lucas ontdekte het zeilen via zijn vader, een fervent zeiler. Ook zomervakanties aan zee bij zijn grootouders gaven hem extra motivatie om verder te gaan met zeilen. “Ik ben een echte sportieveling. Als kind speelde ik ook hockey en ging ik meermaals per week tennissen. Op een bepaald moment moest ik een keuze maken tussen die drie sporten, en ik koos voor het zeilen. Achteraf gezien denk ik dat dat de juiste beslissing was.”
“We komen op mooie plekken, maar zien meestal enkel de fitness of het hotel”
Behalve zijn passie voor zeilen heeft Lucas ook interesse in wiskunde en wetenschappen. In 2021 begon hij aan de opleiding Burgerlijk Ingenieur aan de VUB. De combinatie met topsport is niet altijd eenvoudig. “Aangezien ik veel moet trainen en vaak in het buitenland ben, mis ik veel lessen,” zegt de 22-jarige zeiler. “Mijn studies komen momenteel wat op de tweede plaats, maar dat wil niet zeggen dat ik ze links laat liggen. Ik neem gewoon minder studiepunten op dan normaal. Het is uitdagend, maar dat heb ik graag. Een diploma
behalen blijft een doel. Mocht ik profvoetballer zijn geworden in plaats van zeiler, dan had ik misschien niet meer gestudeerd. Daar valt meer mee te verdienen (lacht).”
Ondanks een klein accident in de voorbereiding, waardoor er een nieuwe boot moest overkomen uit België, haalde het duo het EK in Thessaloniki.
“Het EK een jaar na de Olympische Spelen, zoals nu, is bijna van hetzelfde niveau als de Spelen zelf. Het enige verschil is dat er meerdere teams per land mogen deelnemen, terwijl op de Olympische Spelen elk land slechts één team mag afvaardigen. We komen op heel wat mooie plekken, maar spijtig genoeg zien we meestal enkel de fitness of het hotel. Nu zit ik bijvoorbeeld in Thessaloniki. Ik geloof best dat dat een mooie stad is, maar ik heb er nog niet veel van gezien (lacht).”
In Sporting Flagey zoekt BRUZZ een interessant verhaal uit de Brusselse sportwereld.
Big City
zoekt elke week een antwoord op een lezersvraag, deze week van Amelie uit Molenbeek.
door Maya Callizaya
Vraag Over het Justitiepaleis in Brussel is al veel over gezegd en geschreven. Dat er aan de andere kant van de wereld een kopie werd gebouwd, hoorde Amelie uit Molenbeek vertellen. Daar wil ze graag het fijne van weten.
Antwoord Eerst een lesje geschiedenis. Het Justitiepaleis in Brussel werd ontworpen door Joseph Poelaert, een architect die heel wat opvallende gebouwen en monumenten heeft neergepoot in onze stad. Poelaert koos voor een eclectische stijl die Griekse en Romeinse elementen combineert. De bouw van het Justitiepaleis begon in 1866 en duurde maar liefst zeventien jaar. Poelaert maakte de voltooiing van zijn levenswerk niet eens mee, want hij overleed al in 1879. Het is niet zo verwonderlijk dat de bouw van het Justitiepaleis zo lang duurde, want het is met zijn 81.000 vierkante meter een van de grootste gerechtsgebouwen ter wereld, zelfs groter dan de Sint-Pietersbasiliek in Vaticaanstad. Om plaats te maken voor het grote gebouw werden bewoners in de Marollen uit hun huizen gezet. Ze kregen amper een vergoeding. Het Justitiepaleis moest op die symbolische plek – de Galgenberg – komen, want daar werden in de middeleeuwen terdoodveroordeelden opgehangen. Het Justitiepaleis is ondertussen 142 jaar oud en het staat al veertig jaar in de stellingen voor renovaties. Het gaat zelfs zover dat die stellin-
gen zelf al gerenoveerd moesten worden.
EEN JAAR ZONDER REGERING
Deze week is het precies een jaar geleden dat er gewestverkiezingen waren. En nog altijd is er geen Brusselse regering.
Volg de recentste ontwikkelingen op BRUZZ.be
De meningen over het Justitiepaleis waren trouwens erg verdeeld. De Franse dichter Paul Verlaine vond het gebouw vreselijk. Ook architect Victor Horta kon het niet smaken: hij omschreef het als een cyclopisch bouwwerk en vergeleek de koepel met een kaasstolp. Adolf Hitler daarentegen was wél onder de indruk. Hij liet zijn architect Albert Speer het gebouw bestuderen, omdat het als inspiratie moest dienen voor de geplande hoofdstad van het Derde Rijk, Germania. Van het imposante bouwwerk blijkt er dus een kopie te staan in Lima, de hoofdstad van Peru. In 1929 gaf de Peruaanse president Augusto Leguia de Poolse architect Bruno Paprowsky de opdracht om een nieuw gerechtshof te bouwen. De man creëerde een bijna identieke kopie van het Brusselse Justitiepaleis. Er zijn maar twee verschillen: het gebouw in Lima is wat kleiner en heeft geen koepel. Die koepel was ook in Lima het plan, maar door een staatsgreep, te hoge kosten en een infrastructuur die eigenlijk geen koepel kon dragen, bleef dat plan dode letter.
Conclusie Een van Brussels bekendste gebouwen heeft een tweelingbroertje in Lima, Peru. Al is de versie daar kleiner en heeft die geen koepel.
Ook een vraag?
Stel je vraag en stem op BRUZZ.be Bekijk en lees antwoorden op BRUZZ.be/bigcity
Sluit je werkdag af met Gunnar in het avondblok en krijg massa’s tips om de stad te gaan ontdekken.
Van maandag tot donderdag van 16u tot 19u op BRUZZ radio
In de tweede aflevering van ‘Brussel onder vuur’ duikt BRUZZ dieper in de wereld van de drugs, die vaak aan de basis van het geweld liggen.
Dinsdag in BRUZZ 24
Naam: Victor
Leeftijd: 10
Woont samen met: papa, mama en zusje in Jette
Hobby’s: atletiek en scouts
Droomjob: topatleet worden
Favoriete artiesten: Taylor
The hang-out
Elke week toont een Ket zijn favoriete plek in Brussel. Deze keer:
Victor (10) die BRUZZ meeneemt naar de atletiekbaan in Molenbeek. “Ik lees elke ochtend de krant.”
door Annelies Bontjes foto Saskia Vanderstichele
Waarom wilde je de atletiekbaan tonen?
Omdat ik hier veel tijd doorbreng. Ik kom hier twee keer per week op training en ik ga ook mee op kamp. De mensen, deze plek … het is een beetje als familie eigenlijk. Het geeft me altijd een leuk gevoel.
Wat is je favoriete onderdeel?
Verspringen. Daarvoor moet je vooral goed weten wanneer je moet springen. Later wil ik topatleet worden, als het lukt. Dan wil ik aan de Olympische Spelen meedoen.
Heb je een voorbeeld?
Ik heb er drie. Usain Bolt, want hij is de snelste ooit. Alexander Doom, hij is nieuwer, maar heeft al het EK Indoor gewonnen. En Nafi Thiam, want zij is van België, dat betekent dat ons landje wel wat kan.
Ben je trots op België?
Ja, want we hebben frietjes, chocolade en de smurfen.
Wat zou je doen als je voor één dag Usain Bolt was?
Ik zou naar deze atletiekpiste komen en de hele dag rondjes lopen en genieten van mijn snelheid.
Heb je nog meer hobby’s behalve atletiek?
Scouts. Dat is veel vuil worden en pijn hebben. De scouts zijn aan het UZ Brussel, dicht bij het Laarbeekbos. We gaan daar vaak tussen de bramen spelen, dan doen we bijvoorbeeld vlaggenroof, en dan krijg ik snel schaafwonden. Dat is een korte pijn, dan doe je gewoon verder.
Wat zijn dingen die je graag doet in Brussel?
Naar Kinepolis bij het Atomium gaan. En ik ga graag fietsen langs het Kanaal.
Sommige mensen vinden het verkeer in Brussel te druk om te fietsen.
Ja, fietsen is wel gevaarlijk, want sommige verkeerslichten zijn kapot. Bij mijn school is er een verkeerslicht dat op het foute moment aanspringt, dan moet je wel goed uitkijken. Maar ik ben eraan gewend.
Als jij de baas was in Brussel, wat zou je dan veranderen?
Betere fietspaden en strenger zijn op de politie. Er is net een kind met een step overreden in het park hiernaast. Dat is niet leuk voor iedereen. Ik vind dat een auto zo’n park niet in mag rijden. Dat is gevaarlijk.
Hoe zou jij dat oplossen?
Meer hekken of slagbomen in het park zetten, zodat er geen auto’s door kunnen.
Is er een land dat je nog graag wilt bezoeken?
Deze zomer gaan we naar Slovenië, maar ik hou niet zo van de warmte. Ik zou liever naar Noord-Amerika gaan. Allez, als Trump weer weg is, want dat is geen fijne meneer. Hij is bevriend met de verkeerde personen.
Heb je dat gezien op het nieuws?
Ja, ik lees elke ochtend de krant voor ik naar school ga. Vroeger las ik De Morgen, maar die leest mama nu. Ik lees Het Laatste Nieuws, dat vind ik beter voor kinderen. Er is meestal weinig tijd, dan lees ik alleen de titels die ik interessant vind, zoals sport.
Kijk je ook naar het nieuws op tv?
Ja, naar Karrewiet en naar het journaal. Dat gaat vaak over oorlog. Ik zit gewoon in de zetel en je weet dat er ergens op de wereld mensen zijn die dan ontploffingen horen. Daar denk ik dan wel even over na.
Wil jij ook je favoriete plek tonen?
Dat zou heel leuk zijn. Stuur een mailtje naar ket@bruzz.be en een journalist neemt contact met je op.
The Lion King. Ik moet altijd wenen als de papa in het ravijn valt.
Mijn droom is om Remco Evenepoel een high five te geven. Hij was vroeger voetballer en pas sinds zes jaar wielrenner en nu heeft hij al dubbel goud op de Olympische Spelen.
Blijf altijd jezelf. Vrienden vinden je leuk zoals je bent, dus je moet niet veranderen.
• Geborenin1993inIstanbul, opgegroeidinKortrijk,woont sinds2016inSchaarbeek
• StudeerdeTaal-enLetterkunde: Engels-SpaansinKortrijk,Leuven enOxford
• Debuteerdein2017alsdichter met debundel Anagrammen van een blote keizer,die werd genomineerdvoordeC. Buddingh’-prijs
• Metzijntweedebundel, Vervoersbewijzen (2021), won hij deHermandeConinckprijs
• Geeftin het dagelijkse leven ook Nederlandsin het NT2-onderwijs
• Debuteertnualsromanschrijver met Grondwerk
Literatuur
Tijl Nuyts duikt met zijn debuutroman in de Brusselse ondergrond
Wat als de vele zinkgaten in Brussel en de scheurtjes in de tunnels het werk zijn van een gerimpeld knaagdier dat oorspronkelijk uit
Afrika komt en alle funderingen met zijn scherpe tanden ondergraaft?
Dat is de merkwaardige opzet van Grondwerk, de debuutroman van Tijl Nuyts. “De naakte molrat is een superieure soort.”
door Maarten Goethals foto’s Sophie Soukias
De instellingen wiebelden boven de leegte. Mijn leegte.” In zijn zopas verschenen debuutroman Grondwerk schetst dichter en auteur Tijl Nuyts (1993) een beeld van Brussel in verval. Letterlijk dan. In korte tijd verschijnen overal in de stad gevaarlijke zinkgaten, de wanden van de Annie Cordy-tunnel komen los en vallen naar beneden, en de funderingen onder gebouwen als het koninklijk paleis, het federaal parlement en de Amerikaanse ambassade verdwijnen om mysterieuze redenen. De macht van die organisaties lijkt te wankelen. Het gevolg? Chaos, en een verhitte zoektocht naar een verklaring. En naar een dader.
Die dader geeft Tijl Nuyts de gedaante van een naakte molrat. Een zoogdier dat normaal in de Hoorn van Afrika leeft en uiterlijk lijkt op “een versteende mensenvinger, een bladwijzer van gerimpeld vlees”, maar dat in Nuyts’ boek naar België migreert om ondergronds te doen wat het
het beste kan: graven, een geconnecteerd netwerk van holen aanleggen en zich met zijn scherpe tanden door allerhande harde lagen een weg banen in een wereld die voor de mens doorgaans verborgen blijft. Het is door die ogen dat Nuyts Grondwerk schrijft: de ogen van een vrouwelijke naakte molrat, die zich onder het Vaderlandsplein in Schaarbeek vestigt, om van daaruit de hoofdstad met schijnbaar gemak te destabiliseren, én bevriend raakt met een Brusselse, die het verhaal van de merkwaardige exoot optekent.
Om de lezers en alle bouwkundige en architecturale instanties meteen gerust te stellen: zitten er effectief naakte molratten in de ondergrond van Brussel?
TIJL NUYTS: Neen. Wie de dieren in het echt wil zien, kan bijvoorbeeld naar Pairi Daiza, daar beschikken ze over een kolonie. Voor het boek sprak ik trouwens met de verzorger van de dierentuin. Ook in een aantal Europese universiteiten zitten
exemplaren in plexiglazen gangenstelsels. Om de een of andere reden gedijt de soort niet in gevangenschap. Maar met de Aziatische hoornaar, de vlinderstruik, de roodwangschildpad, de Egyptische nijlgans, de Japanse duizendknoop … zitten er een aantal exoten in Brussel die het wél zeer goed doen. Zeg dus nooit nooit wat de naakte molrat betreft. Zeker als het klimaat verandert en alles warmer en droger wordt – omstandigheden waarin het knaagdier perfect gedijt. Ook de eerste mens zwermde destijds trouwens uit van de Hoorn van Afrika naar de rest van de wereld, om onderweg overal zijn vlaggetjes te planten – wat van ons misschien nog de grootste invasieve exoot ooit maakt.
Vanwaar komt die fascinatie voor dat onooglijke wezentje, dat meer op een uitvergroot embryo lijkt dan op iets anders?
NUYTS: Dat is heel toevallig begonnen, op een avond op café, toen een vriend me een foto van een naakte molrat onder de neus
schoof. Die wit-rozige huid, het rimpelige vel, die grote voortanden waarachter de lippen zich sluiten, die stugge haren op de snoet, die minuscule zwarte oogjes … wekten tegelijk een gevoel van afschuw en fascinatie in mij op. Daarna begon ik me in te lezen, filmpjes te bekijken, wetenschappelijke studies over de soort te doorploegen, en ontdekte ik een wonderlijk universum. De naakte molrat kan bijvoorbeeld een tijdlang zonder zuurstof overleven, ze organiseren zich volgens een strakke maatschappelijke ordening met duidelijke rollen voor ieder individu en met een koningin aan het hoofd, ze bouwen holen ter grootte van de oppervlakte van meerdere voetbalvelden, én ze lijken ook nog eens bestand tegen kanker en dementie. Met andere woorden: het gaat om een superieure soort, die het overleven van het geheel vooropstelt. De naakte molrat wordt gedreven door een collectieve intelligentie.
Iets wat je duidelijk mist bij de mensheid. Grondwerk gaat in die zin niet zozeer over de naakte molrat die Brussel ondergraaft, maar wel over de mens die zijn eigen ondergang organiseert. De naakte molrat versnelt hooguit dat proces.
NUYTS: Dat is inderdaad de kritiek van mijn hoofdpersonage. De naakte molrat die in Brussel belandt, en die een soort monoloog voert in het boek, vindt het vreemd dat mensen niet altijd aan hetzelfde zeel trekken. De vele zinkgaten in de straten, de scheurtjes in de tunnels, ze staan voor mij symbool voor een samenleving die haar problemen niet structureel aanpakt. Daarom gaat de naakte molrat in de roman ook een alliantie aan met een aantal activisten die ijveren voor een alternatief. Voor alle duidelijkheid: mijn boek is geen stappenplan om uit de crisis te komen. Maar samen met anderen moet het lukken om het tij te keren.
Anderzijds: denken in termen van strak georganiseerde collectieven houdt ook gevaren in.
NUYTS: Absoluut. Kolonies van naakte molratten kunnen behoorlijk xenofoob zijn. Wanneer dieren van verschillende groepen elkaar tegenkomen, leidt dat vaak tot bloedige confrontaties. Elke kolonie spreekt ook een eigen dialect, een complex systeem van piepjes, knorretjes en fluitjes, dat leden van een concurrerende groep niet meteen kunnen ontcijferen. Ik stel het leefsysteem van de naakte molrat dan ook niet als een utopie voor, maar het is wel een model dat bestand lijkt tegen de grote uitdagingen van de toekomst, zoals steeds extremere weersomstandigheden.
Wat zou je nog overnemen?
NUYTS: De manier waarop ze zorg centraal stellen, iets wat de huidige welvaartsstaat uit het oog dreigt te verliezen. De naakte
molrat respecteert ook de grenzen van het ecosysteem waarin ze leeft: als ze al gravend op ondergrondse knollen – hun voornaamste voedsel – stoten, knagen ze er kleine stukjes van af en smeren ze aarde over de happen heen zodat de vrucht rustig weer kan aangroeien. Daarom beschouwt het dier zichzelf als beter en slimmer dan de mens. In mijn verhaal willen ze de heerschappij op aarde overnemen, want de mens heeft het duidelijk verkloot.
“De homo sapiens zit in een cul-de-sac,” laat je het hoofdpersonage zeggen. Is dat iets wat je oprecht angst inboezemt, de opwarming van de aarde en alle klimatologische ongemakken van dien?
NUYTS: Ik voel wel een soort hulpeloosheid, ja. Ik kan persoonlijk ook moeilijk tegen de warmte. Ik kan dat niet lossen en loop dan altijd wat lastig volgens mijn vriendin. In het Josaphatpark, niet zo ver van waar ik woon, vind ik de nodige koelte. Maar ik stel mij wel degelijk de vraag: wat kan ik doen?
Op individueel vlak is dat niet zoveel, vrees ik. Terwijl de politieke klasse dan weer niet bereid lijkt om de problemen écht aan te pakken, ondanks duidelijk zicht op de oplossingen. De samenleving lijkt daarom vast te zitten. En dus pleit ik voor meer verbeelding.
Sommigen, ook de naakte molrat in je roman, zien de droogte en de klimaatopwarming als een soort wraak. “De hartenklop van de aarde klonk luider dan ooit.” Geloof je dat zelf ook?
NUYTS: Dat werd ook gezegd over corona, maar ik geloof niet in een aarde die intentioneel en bewust dingen laat gebeuren om de gehele mensheid te straffen. Temeer omdat de opwarming vooral het werk is van een aantal fossiele brandstofbedrijven, die goed weten welke verantwoordelijkheid ze dragen. British Petroleum, een internationaal oliebedrijf, huurde zelfs een reclamebedrijf in dat op meesterlijke wijze het debat verschoof naar de individuele burger door het concept van de ecologische voetafdruk uit te denken. Vervolgens kon iedereen elkaar met de vinger wijzen, en bleef het bedrijf buiten schot.
Je nam als schrijver het perspectief van een toch wat bizar wezen in. Was dat makkelijk of moeilijk?
NUYTS: Ik ga niet beweren dat het mij écht gelukt is om de wereld van een naakte molrat te beschrijven. Dat lukt geen enkele
“De naakte molrat wordt gedreven door een collectieve intelligentie. Die mis ik soms bij de mens”
mens. Maar in het proberen, én in het falen, vond ik wel een enorm plezier. Op den duur hoorde ik haar stem, bijvoorbeeld wanneer ik de afwas deed, en dat zette het creatieve proces in gang. Nu het boek er is, zal ik die stem een beetje missen.
Heeft je studie van de naakte molrat je kijk, perspectief en visie op Brussel veranderd?
NUYTS: Een molrat kan niet goed zien: enkel licht en donker, en wat contouren en silhouetten. Het dier haalt zijn informatie vooral uit geuren, trillingen, vibraties en structuren. Daarom paste ik bijvoorbeeld mijn taal aan door kleurbeschrijvingen te vermijden. Ik verdiepte me ook in de grond van Brussel en de verschillende lagen, de materie waarin de naakte molrat woelt. Vooral die informatie leerde me de hoofdstad op een andere manier te lezen, en maakte me duidelijk waarom bijvoorbeeld de aanleg van metro 3 naar Evere door de verschillende lagen van klei en zand niet evident lijkt.
Over exoten gesproken: je bent zelf afkomstig uit Kortrijk. Hoe kwam je destijds in Brussel terecht?
NUYTS: Na mijn studies werkte ik als
praktijkassistent aan de universiteit, en ik pendelde tussen Kortrijk en Leuven. Ik wilde ergens tussen die twee plekken wonen, en liefst niet in Gent. En dus werd het Brussel, Schaarbeek om precies te zijn. Ik kende de plek al een beetje door een stage in het kader van mijn lerarenopleiding, maar over het algemeen was het een blinde vlek. Vandaag leer ik nog steeds bij, en blijft de stad mij energie geven. Brussel toont het mooiste en het lelijkste waartoe de menselijke soort in staat is: het is een stad van grote armoede en cynisme, maar ook een plek waar heel veel spontaan ontstaat in de kieren van de samenleving. Al die sociaal-artistieke projecten. Al die spontane acties van onderuit. Om in de beeldspraak van het boek te blijven: ondergronds woelt een soort permanente energie en onrust, vaak zonder focus of duidelijke richting, maar evengoed leidt die tot belangrijk en noodzakelijk verzet. Ik wilde mijn roman in die traditie inschrijven.
Grondwerk is uitgegeven bij Atlas Contact; op 13/6 wordt Tijl Nuyts’ debuutroman voorgesteld in de Passa Porta Bookshop, passaportabookshop.be
FR Danssonsecondrecueildepoèmes Vervoersbewijzen, récompensépar le prix HermandeConinck,TijlNuytsvoyageaitdéjà dans le sous-solbruxellois.Dans Grondwerk,l’auteurs’yreplongedans le sillaged’unprotagonistesurprenant : unrat-taupenu. Ce petit rongeurridédelaCornedel’Afrique va fairetremblerlasurfacedeBruxellesencreusant le sol. « Le rat-taupenu est muparuneintelligence collective,quifaitsouventdéfaut à l’être humain,sansdoutelaplusgrandeespèce invasiveconnue. »
TIJL NUYTS DIVES INTO THE BRUSSELS UNDERGROUND WITH HIS DEBUT NOVEL
EN In Vervoersbewijzen,hissecondpoetry collectionwhich won theHermandeConinckPrize, TijlNuytsalreadyexploredtheBrusselsunderground.Inhisdebutnovel Grondwerk,theBrusselsbasedwriterisbackinthatsubterraneanworldand thistimewitharemarkablemaincharacter:anaked mole rat. Inthenovel,thewrinkledrodentmigrates fromtheHorn of Africa to Brussels,whereitdigs underground to destabilisetheworldabove. “A nakedmole rat isdriven by acollectiveintelligence thatIoftenfindlackinginhumans,perhapsthe greatestinvasiveexoticspecies ever.”
“Kinderen krijgen kun je helemaal niet vergelijken met een fotoboek of een muziekalbum uitbrengen”
Amper twee maanden geleden schreef ik nog een column vanuit mijn hotelkamer in New York, die ik toen als uitvalsbasis gebruikte om de stad te verkennen. Met mijn Leica Minilux – een analoge point & shoot-camera – trok ik er een week opuit om mijn ogen en dus ook de lens de volle kost te geven. Het resultaat, een selectie van een honderdtwintigtal foto’s, goot ik even later in een geprinte versie en gaf het de toepasselijke titel: L.E.S. IS MORE.
Een knipoog naar de buurt waar alle foto’s genomen werden, de Lower East Side. “Made in NYC. Printed in BX,” staat dan ook te lezen op het T-shirt dat bij de release hoort.
Afgelopen zaterdag bracht ik het boekje uit bij mijn vrienden van Mains D’Or, een juwelier, een graffiti-artiest en twee vrouwelijke tatoueuses, samen onder één dak in de Arteveldestraat. Ik ben heel blij met het eindresultaat.
Niet alleen is het voor mij een heel mooie bundeling van alle souvenirs en herinneringen aan die ene week, maar het staat nu ook met zijn gele rug in de boekenkast van mensen die er fysiek niet bij waren, en dankzij de foto’s toch een indruk krijgen van het leven in de miljoenenstad die New York City is.
Ik had het er onlangs nog met iemand over, zo’n boek uitbrengen is te vergelijken met een album releasen. Iets maken – in eerste instantie voor jezelf – en dat dan met mensen delen, zodat het verder een eigen leven kan leiden. De geschiedenis in, dat klinkt misschien een beetje te pretentieus, maar ik bedoel ermee dat het iets tastbaars is dat je achterlaat. Iets dat iemand binnen honderd jaar of meer nog kan vinden, vastpakken, en ervan houden.
Vaderdag
Behalve foto’s, teksten, boeken, albums, objecten en alle andere vormen van kunst laten de
meeste mensen ook iets anders na: kinderen. Dat brengt mij bij de zondag van datzelfde weekend.
Vaderdag! Ik ben natuurlijk de zoon van mijn vader en hij op zijn beurt de zoon van de zijne. Maar intussen ben ik zelf papa van twee prachtige kinderen. Kinderen krijgen kun je helemaal niet vergelijken met een fotoboek of een muziekalbum uitbrengen.
Het verandert heel je leven, niet enkel je agenda, maar vooral ook de zin van het leven, de plotse immense verantwoordelijkheid om er onvoorwaardelijk te zijn voor iemand anders. Iemand met 50 procent van je DNA, dezelfde trekjes en karaktereigenschappen, jouw bloed. Jouw nageslacht. In het begin nog zo hulpeloos en zo snel ook al zo zelfstandig. Het groeiproces van je kinderen van zo dicht te mogen meemaken is fantastisch. Hoe zullen zij later zijn, als ze volwassen zijn? En wat zullen zij achterlaten in deze zo snel evoluerende wereld? Beginnen ze ook op een dag aan kinderen? Dan vieren we naast Vaderdag ook Grootvaderdag. Ik ben alvast van plan om er een zo mooi mogelijk avontuur van te maken. Een leven vol souvenirs die we samen delen.
Reeks nalezen?
Wie alle columns van BRUZZ wil herlezen, kan de teksten terugvinden op BRUZZ.be/column
Uw gids door de culturele agenda 13 > 19/6
‘Ik wil opera bevrijden
Als operaregisseur gaat de naam Peter Sellars al bijna een halve eeuw over alle tongen. De Amerikaan wordt eindeloos bejubeld – en even vaak beschimpt – voor zijn gedurfde ensceneringen. In Bozar breekt hij uit het operarepertoire en brengt hij met de Musikalische exequien van Heinrich Schütz de renaissance op de scène.
door Jasper Croonen
De opmerkelijke
carrière van Peter Sellars begon met een poppenkast van Richard Wagners tetralogie Der Ring des Nibelungen, met Shakespeare in een leegstaand zwembad op de Harvard-campus, en met King Lear in luxewagens. En bracht hem later naar de grootste operahuizen en alle theaterfestivals, naar een bekroning met een Erasmusprijs voor zijn geslaagde fusie van Europese en Amerikaanse cultuur, en naar een nauwe samenwerking met de minimalistische componist John Adams – met wie hij in 1991 The death of Klinghoffer in wereldpremière liet gaan in De Munt in Brussel.
Sellars mag dan vooral bekendstaan als operaregisseur, zijn praktijk gaat heel wat breder. In Bozar bijt hij zich dit keer, samen met dirigent Grant Gershon en het Los Angeles Master Chorale, vast in de Musikalische exequien van Heinrich Schütz. Wondermooie begrafenismuziek, die de componist schreef voor zijn dierbare vriend Heinrich Reuß. Het is een van de vroegste dodenmissen in het Duits, het startpunt van een eeuwenlange traditie.
Toch is die keuze niet heel verwonderlijk. Sellars groeide op in de hoogdagen van de oudemuziekbeweging en creëerde al rond de millenniumwisseling geënsceneerde versies van Bach-cantates,
muziek die niet voor het theater geschreven is. Recenter bracht hij met zijn interpretatie van zowel de Johannes- als de Mattheüspassie opnieuw werk van Bach op het podium.
“Het merendeel van mijn professionele leven speelt zich niet af in de opera. Die associatie vind ik vaak zelfs wat problematisch, want de term operatic heeft niet per se een positieve connotatie. Als iemand je ‘opera-achtig’ noemt, is dat geen compliment. Dat soort over-the-top emoties, die je een totale vrijgeleide geven om de slechtste versie van jezelf te zijn, vind ik niet zo interessant. Als ik aan een opera werk, probeer ik die net zo weinig mogelijk opera-achtig te maken. Daarom haal ik er
ook zoveel plezier uit om uit dat traditionele repertoire te treden.”
Heilige huisjes
In 2016 kreeg Sellars een nieuwe kans om in (theatraal) onontgonnen noten te duiken. Gershon – met wie de regisseur al ruim dertig jaar een nauwe band heeft – vroeg hem om aan de slag te gaan met de Lagrime di San Pietro van renaissancecomponist Orlandus Lassus. Het is muziek die we in sacrale settingen verwachten, eerbiedig en afstandelijk vertolkt in kerken en kapellen. Met een koor, halvemaanvormig op een podium opgesteld, reciterend uit zwarte kaften. Dat clichébeeld noemt Sellars een nachtmerrie. “Je krijgt
“Bach en Schütz schreven hun muziek niet om gewoon iets moois te presenteren. Ze interpelleren je, vragen je hoe jij in de wereld staat”
gewoon een vervlakking van alle dimensies van de muziek, terwijl ze net plaats wil innemen. Als je een zevenstemmige harmonie hoort, hoor je echt al deze delen omdat ze in de ruimte bestaan. De uitvoerders zijn niet één gigantische, samengevoegde, enkelvoudige, monofone klank. Het is alsof je naar een boom kijkt en de kruin alle richtingen uit gaat. Het is een eenheid, en tegelijkertijd is het ook een soort oneindig complexe reeks van vertakkende structuren.”
Volgens de Los Angeles Times was die aanpak “een mijlpaalprestatie voor de muziekgeschiedenis.” Het kon niet anders of de samenwerking zou een vervolg krijgen. En Sellars zou Sellars niet zijn als er ook nu niet tegen heilige huisjes geschopt zou worden. “Net zoals ik opera wil bevrijden van de operawereld, wil ik het requiem bevrijden van de formules van de georganiseerde religie. De mis moet een ontdekking zijn in plaats van iets wat we klakkeloos ontvangen. Schütz en Reuß hebben samen de teksten gekozen voor zijn begrafenismuziek. Bestaat er iets intiemers? Net die gevoelens moet je vertalen.”
Met de voeten in de aarde
Sellars is ongetwijfeld de meest spraakmakende regisseur van de voorbije halve eeuw. Hij is eindeloos bejubeld – en even vaak beschimpt – om zijn gedurfde ensceneringen. Wie hem genegen is, ziet in Sellars een visionair die uit stokoude libretti en noten hedendaagse verhalen weet op te diepen. Zijn tegenstanders noemen hem al zijn hele carrière een ketter. Iemand die te veel loskomt van het bronnenmateriaal om zijn eigen boodschap op te dringen.
De Amerikaanse regisseur zelf is het niet eens met die laatste kijk. Muziek noemde hij
bij het ontvangen van de Polar Music Prize in 2014 “een spirituele kracht. Muziek is wat deze wereld, de vorige en de volgende, samenhoudt.”
Ruim tien jaar later spreekt hij nog steeds met hetzelfde vuur over de partituur. “De kernvraag om te beantwoorden is altijd: ‘Wat vraagt de muziek van mij?’ Wat kunnen wij als artiesten en burgers doen opdat deze klassieke muziek ook vandaag resoneert en een meerwaarde kan zijn voor onze levens? Een opvoering mag niet zomaar iets aangenaams zijn voor de aangename mensen in het publiek. Bach en Schütz schreven hun muziek niet om simpelweg iets moois te presenteren. Ze willen je interpelleren. Ze vragen je hoe jij in de wereld staat en of je ook andere perspectieven durft te overwegen. Zo blijft hun werk betekenisvol.”
Dat humanistische, sociale belang van muziek – en bij uitbreiding alle cultuur – is Sellars’ stokpaardje. Meermaals komt hij erop terug, bijvoorbeeld met een anekdote uit zijn studietijd in Bali. “Een goede danser kent de muziek en de bewegingen. Een uitstekende danser kent ook de innerlijke betekenis. Maar een geweldige danser is ook nog een landbouwer. Iemand die met zijn beide voeten in het leven staat en iets tastbaars bijdraagt aan de maatschappij.” Sellars huivert bij het idee van de artiest als een eenzaat met een superioriteitscomplex. “De cultuurtempels van de toekomst zijn de ziekenhuizen, de gevangenissen, de scholen … waar cultuur niet cerebraal is, maar concreet. Waar leraars, verplegers of maatschappelijk werkers via dat gedeelde fundament van de kunsten sociale veranderingen kunnen realiseren.”
Peter Sellars regisseert het Los Angeles Master Chorale op 15/6 in Bozar, bozar.be
FR Depuis près de cinquante ans, le metteur en scène américain Peter Sellars fascine autant qu’il divise. Salué pour ses mises en scène audacieuses, il est aussi régulièrement accusé d’hérésie. Pour ses défenseurs, il incarne un visionnaire capable de révéler, au cœur des partitions et livrets anciens, des récits d’une troublante actualité. À Bozar, il s’affranchit du répertoire traditionnel et fait revivre la Renaissance avec la Musikalische Exequien de Heinrich Schütz. « Je veux affranchir l’opéra de son propre univers et le requiem des formules de la religion organisée », affirme-t-il.
EN The American opera director Peter Sellars has been acclaimed –and reviled – for his daring productions for almost half a century. To his admirers, Sellars is a visionary who manages to turn ancient libretti and notes into contemporary stories. But to his opponents, he has always been a heretic refusing to stick to the source material. At Bozar, he breaks out of the opera repertoire and brings the Renaissance to the stage with Heinrich Schütz’s Musikalische exequien. “I want to liberate opera from the opera world, and the requiem from the codes of organised religion,” he says.
Lady Gaga, noise en techno komen samen in Model/Actriz, een New Yorks kwartet dat zich twee jaar terug op de catwalk van de popmuziek waagde met Dogsbody, een album waarop zanger Cole Haden zijn schaamte over zijn homoseksualiteit in grimmige songs goot. Opvolger Pirouette laat meer licht toe, maar nog steeds dansen Haden en co rond rauw industrieel geratel. De missing link tussen club, punk en diva maakt Model/Actriz tot een van de spannendste rockbands van het moment.
MODEL/ACTRIZ 16/6, Botanique, botanique.be
De zonnewende symboliseert vruchtbaarheid en bloei, een moment van volheid, overvloed en pieken: dat illustreert Fête de la Musique elk jaar met een meerdaags festival waarop de Franstalige gemeenschap haar talent een breed forum onder de voeten schuift. Onder meer TUKAN, Uwase, JAZMYN, Ferdi, Peet, Alice Sinephro, Nicolas Michaux en HYPERCONTENT! dansen mee rond de langste dag van het jaar.
FÊTE DE LA MUSIQUE 19 > 22/6, verschillende locaties, fetedelamusique.be
In het Zoniënwoud heb je kerstverlichting noch theekaarsen nodig om na zonsondergang een feeërieke sfeer te creëren, daar zorgen de in het rond fladderende vuurvliegjes wel voor. Muziekpublique gidst je er al een paar jaar rond in het gezelschap van muzikant-bioloog Raphael De Cock, en omkadert de sprookjesachtige tocht door het donker met een streep muziek van een geïllumineerde gastmuzikant. (TZ)
FIREFLY SESSIONS 16 > 20/6, Zoniënwoud, muziekpublique.be
Goed nieuws voor nostalgici die diep vanbinnen nog steeds een kille leegte ervaren na het verdwijnen van Cultures Maison: met La Vignette Festival verwelkomt het Van Meenenplein in Sint-Gillis een gloednieuw driedaags festival voor microuitgaven en alternatieve strips. Blaas verzamelen voor ontmoetingen, concerten, een expo en een beurs van puntgaaf papier van onder meer L’Employé du Moi, Frémok, CotCotCot éditions en Paratoner.
LA VIGNETTE FESTIVAL 13 > 15/6, Van Meenenplein, Sint-Gillis, Instagram: la_vignette_festival
TW Fotoclub van GC Ten Weyngaert zet een mooie kaars op haar tiende verjaardagstaart met een groepstentoonstelling. Zestien fotografen tonen er waar hun fascinatie voor ambachtelijke analoge fotografie en nieuwsgierigheid naar chemische en andere processen toe kunnen leiden. De bezielde experimenten zijn van de hand van onder anderen Hélène Amouzou, Ian Dykmans, Silvano Magnone en Laure Winants.
TW FOTOCLUB: EXPO 10 YEARS 13/6 > 10/7 & 11/8 > 19/9, GC Ten Weyngaert, Facebook: twfotoclub
Na beeldend kunstenaars als Frida Kahlo, Gustav Klimt, Vincent van Gogh en René Magritte toont nu schrijver Jules Verne een andere kant van zichzelf. De immersieve tentoonstelling Jules Verne 200 in de Hortagalerij dompelt je – geen 200, maar 197 jaar na zijn geboorte – onder in de invloedrijke negentiende-eeuwse sciencefiction van zijn De reis om de wereld in tachtig dagen en Twintigduizend mijlen onder de zee (KS) JULES VERNE 200 vanaf 12/6, Hortagalerij, julesverneexpo.com
In navolging van Disney waagt ook DreamWorks Animation zich aan liveactionversies van de grote hits. Niet toevallig mag How to train your dragon de spits afbijten. Vliegende, vuurspuwende draken doen het goed op de grote schermen en de reeks voert er niet eentje op maar tientallen, met elk hun karakter, uiterlijk en eigenaardigheden. Het verhaal leert dat stoere, oorlogszuchtige vikingvaders wat sneller naar hun tengere, lieve zonen zouden moeten luisteren.
HOW TO TRAIN YOUR DRAGON US, dir.: Dean DeBlois, act.: Mason Thames, Gerard Butler, Nick Frost
In het noorden van India kan je de job van je man erven als die schielijk overlijdt. De schrandere Santosh wordt zo lid van de politie. Haar eerste grote klus is de moord op een meisje uit een lage kaste. Een stugge vrouwelijke rechercheur werpt zich op als haar mentor. Het geprezen fictiedebuut van de Brits-Indiase Sandhya Suri tackelt misogynie, corruptie, intimidatie, racisme en onverdraagzaamheid in de politiewereld.
SANTOSH UK, IN, dir.: Sandhya Suri, act.: Shahana Goswami, Sunita Rajwar, Nawal Shukla
Karim Aïnouz volgt kostuumfilm Firebrand op met een erotische film noir. Een viriele jongeman moet zich voor onderwereldfiguren verstoppen in een liefdeshotel. In bed duiken met de jonge echtgenote van de gerant van het motel is geen meesterzet. Qua verhaal blijf je op je honger zitten, maar de talloze liefdesscènes zijn zéér broeierig, met dank aan de fotografie van Hélène Louvart. (NR)
MOTEL DESTINO BR, dir.: Karim Aïnouz, act.: Iago Xavier, Nataly Rocha, Fábio Assunção
‘Een muzikant is geen kameleon maar zichzelf’
Tien jaar geleden reisde trompettist en componist Tomasz Stańko (1942-2018) naar Kopenhagen om er een workshop te geven aan negen Poolse en Scandinavische jazztalenten. Nu de meester er niet meer is, pikken de deelnemers van toen de draad weer op onder leiding van Tomasz Dąbrowski, ook trompettist en vurig bewonderaar van Stańko’s unieke sound. “Zijn poster hangt nog steeds boven mijn bed,” lacht hij. “Hij was het levende bewijs dat je het ook met uitdagende muziek ver kan schoppen. Hij heeft nooit willen behoren tot de hogere jazzcenakels, roeide vaak tegen de stroom op en toch groeide hij in Polen uit tot een celebrity. Maar boven alles wilde hij zijn eigen ding doen, tot in Amerika toe, waar zijn trompet in de serie Homeland voor koude rillingen zorgde. Zelfs in een standard als ‘Stella by starlight’ herkende je hem meteen. Tot ik hem tegenkwam, dacht ik dat een goede muzikant een kameleon is die zich aanpast aan zijn omgeving. Hij spoorde muzikanten aan om vooral trouw te blijven aan zichzelf. Door hem wilde ik ook als mezelf klinken.” Reden voor Dąbrowski om later zijn begeleidingsgroep The Individual Beings te noemen.
De trompettist herinnert zich hoe alle muzikanten wat geïntimideerd waren voor hun eerste ontmoeting. “Maar hij wandelde gewoon de kamer binnen, zei ‘hallo’ en begon te spelen. Hij was de 70 al voorbij, maar we voelden geen generatiekloof. Ik kon hem zowel aanspreken over trompetsolo’s als over elektronische snufjes … én zelfs over hoeden en schoenen, waar we allebei een zwak voor hadden.” Uiteindelijk speelde het ensemble onder de naam Scandinavian Art Ensemble een vijftigtal composities, waaruit begin dit jaar een eerste volume werd samengesteld. “Niemand had erbij stilgestaan dat die muziek ooit zou uitkomen, maar nu is het album de ideale kapstok om een hommagetournee aan op te hangen. De opnames waren bijzonder, omdat ze de enige zijn in zijn latere carrière waarop hij niet de bandleider maar gewoon sideman is. Terwijl wij hem probeerden te overtuigen om zijn werk met ons te spelen, wilde hij vooral onze muziek horen.”
Die nieuwsgierigheid dwingt ook zeven jaar na Stańko’s dood bewondering af. Maar het zijn bovenal zijn timing en ademhaling, zijn fysieke spel en de manier waarop hij zijn eigen taal en sound boetseerde, die inspireren. “Hij daagde zichzelf voortdurend uit, zijn hekel aan voorspelbaarheid is onze winst.”
TOM PEETERS
De Tomasz Stańko Experience concerteert op 18/6 in Flagey, flagey.be
18 > 22.06.25
Select Aanraders van de week
Exit is twee uur lang virtuositeit, energie en durf, en een levendig portret van een generatie die worstelt met een wereld in beroering.
In de sekspositieve nachtclub Club Church ontdekte de Griekse kunststudent Panagiotis Panagiotakopoulos het ‘drag-moederen’, waarbij ervaren dragqueens als mentor optreden voor nieuwe dragartiesten. In een uitgebreide en uitnodigende lecture-performance in de Kaaistudio’s legt de dragtivist onder meer uit hoe hij met zijn genderloze dragpersonage Taka Taka nieuwe dragpersonages helpt construeren.
TAKA TAKA FEAT. LADY BAG:A JOURNEY THROUGH DRAG MOTHERING BY PANAGIOTIS PANAGIOTAKOPOULOS 14/6, Kaaistudio’s, kaaitheater.be
Vorst in de zomer? Dat kan werken. Le Brass, Park Poetik en GC Ten Weyngaert organiseren op het terrein van het Marais Wiels het openluchtzomerfestivalletje Zondag Atomix, met onder meer drie vertoningen van Wegwezen (4+). Voor die voorstelling toverden Rachid Laachir (hetpaleis) & Maxim Storms (Ballet Dommage) een theaterbus om tot een experimenteel labo om het mysterieuze Weg-wezen te onderzoeken. X-files voor kleuters.
ZONDAG ATOMIX 15/6, Marais Wiels, tenweyngaert.be
Les Halles de Schaerbeek|22a, rue Royale Ste-Marie 1030 BXL|reservation@halles.be|+32 (0)2 218 21 07
Niet iedereen kan zijn carrière lanceren met een trapeze, maar de studenten van de École Supérieure des Arts du Cirque dus wel. Ze katapulteren zichzelf op de arbeidsmarkt via hun afstudeerprojecten, die ze gespreid over vijf dagen achtereenvolgens presenteren in Les Halles. Een heuse marathon van drie jaar die door elk van de studenten wordt samengebald in een virtuoos en energiek spektakel van een luttele zeven minuten. Carrière gelanceerd. (MB)
ESAC: EXIT 18 > 22/6, Les Halles, halles.be
Met z’n vieren musiceren, dat vraagt om een zekere intimiteit op de scène. Strijkkwartetten hebben dan ook vaak wat tijd nodig om hun repertoire in te rijden. Dat geldt niet zo voor het NOVO Quartet. Nog voor ze het goed en wel eens waren over hun naam, stonden ze al op de grootste concertpodia. Van hun tijdelijke titel als ‘nieuwkomers’ hebben ze dan maar een permanente geuzennaam gemaakt. Hun frisse blik op Sjostakovitsj en Schumann klinkt erg veelbelovend.
NOVO QUARTET 13/6, Flagey, flagey.be
Strauss’ Don Quichotte – met Jean-Guihen Queyras als de man van La Mancha – is natuurlijk een beruchte Tondichtung, maar verder is deze avond met het Belgian National Orchestra vooral een programma van schromelijk over het hoofd geziene componisten. Ondanks al hun machtige vertelkracht staan de symfonieën van Nielsen veel te weinig op de pupiter, net als Charles Ives’ The unanswered question
BELGIAN NATIONAL ORCHESTRA, SCHØNWANDT & QUEYRAS 13/6, Bozar, bozar.be
Hoera, het is weer tijd voor de jaarlijkse afspraak met Mozart. De vrienden van Amadeus ensceneren dit keer de komedie Così fan tutte, het Temptation Island van de verlichting. Een van de verleiders van dienst is Kamil Ben Hsaïn Lachiri, die de voorbije jaren zijn sporen als operazanger verdiende in de MM Academy van De Munt. En met dirigent Vahan Mardirossian op de bok worden we helemaal het hof gemaakt. (JC)
MIDSUMMER MOZARTIADE 17 > 22/6, verschillende locaties, amadeusandco.com
Deschampheleerstraat 26, Koekelberg, Instagram: cafetaria.edmond
In het hart van Edmond, de audiovisuele hub tussen Ribaucourt en Zwarte Vijvers, bokst deze charmante, arty kantine met succes boven haar gewichtsklasse. Je zou denken dat je in Molenbeek bent, tussen Ribaucourt en Zwarte Vijvers, maar La Cafet’ ligt wel degelijk in Koekelberg. Dit vrolijke en sympathieke adresje vind je op de benedenverdieping van Edmond, een gebouw dat werd omgetoverd tot een creatieve hub en waar onder meer Sonhouse huist, een geluidsstudio bekend van series en reclamespots.
Nabil, een voormalige profbokser en jeugdvriend van Zwangere Guy, opende de zaak met zijn zus Sarah. Samen creëerden ze hier een levendige en toegankelijke kantine, die hun passie voor eenvoudige, huisgemaakte gerechten weerspiegelt. Het
ruime interieur doet denken aan een grote loft: lange tafels in kantinestijl, een hoge eettafel, een biljart, een vintage flipperkast, een zithoek met tweedehandse canapé en marmerachtige lichtbollen. De sfeer is ontspannen en buiten lonkt een rustig terras, ver weg van het stadsrumoer. De soundtrack, verzorgd door Sonhouse, zet de toon: tijdens ons bezoek fluisterde Kae Tempest: “More empathy, less greed.”
Vanachter de bar, gehuld in hout en tegels, verzorgt de keuken een wisselend menu met elke dag een ander gerecht, geïnspireerd door verschillende tradities: paddenstoelenrisotto, tortilla’s en zelfs een tajine met kip, citroen, olijven en frietjes. Die middag trakteerden we onszelf op een americain met frietjes voor 13 euro. Vers vlees, grof gehakt en perfect op smaak
gebracht met worcestersaus. Oké, de in plantaardige olie gebakken frietjes waren wat bleek, maar de salade was lekker knapperig en royaal voorzien van rucola.
Als je geen zin hebt in de dagschotel, dan kan je ook kiezen uit verschillende sandwiches, aangeprezen door Nabil en bereid met brood van La Fleur du Pain. Van de ‘Beyrouth’ (4,50 euro) tot de ‘kebab’ (7 euro): het aanbod is breed. Hetzelfde geldt voor de salades: van ‘mozzarella-tomaat’ (12 euro) tot ‘kip Beyrouth’ (14,50 euro). Als drankje bevelen we de Brusselse frisdrank Cuarenta met basilicum (4 euro) aan. Deze wat verborgen plek wil niet het zoveelste hippe concept zijn, en precies dat geeft je zin om er terug te keren.
TEKST: MICHEL VERLINDEN FOTO: SASKIA VANDERSTICHELE
Inzichten
Wat weet actrice Natali Broods van het leven?
‘
Wat heeft je werk je geleerd over je leven en over jezelf?
Dat ik erg gelukkig ben wanneer ik tijdens het werk in ‘de zone’ zit. Niet alles hoeft dan te kloppen, maar in die hyperconcentratie de tijd uit het oog verliezen maakt mij blij. Welke levenswijsheid kreeg je mee van je ouders?
Dat je moet doen wat je graag doet. Dat geef ik ook door aan mijn kinderen.
Met welke quote pak je graag uit?
“Charm is not a hairstyle,” las ik in de roman My year of rest and relaxation van Ottessa Moshfegh. Sommige dingen heb je of heb je niet. Een kapper zal daar niets aan veranderen.
Welk nutteloos feitje wil je met de wereld delen?
Sinds gisteren weet ik dat eksters gezichten van mensen kunnen herkennen. Gelezen in een kinderboek over Anne Frank en bevestigd door Wikipedia.
Als je jezelf een andere naam kon geven, welke zou dat dan zijn?
Ik zou graag een Italiaanse achternaam hebben: Natali Badalamenti of Natali Cardinale. (Lacht)
Wat kan jij dat veel anderen niet kunnen?
De grand écart.
Wat helpt je er weer bovenop als je down bent?
De zon. Ik zou eigenlijk moeten verhuizen.
Waar kijk je naar uit in de nabije toekomst?
De zomer. Voor mij zijn de lente en de zomer de mooiste tijd van het jaar.
Van welk vooroordeel heb jij soms last?
Mensen denken vaak dat ik heel serieus ben. Dat komt misschien door een aantal dramatische rollen op televisie. Ik denk dat ik grappiger ben in het theater.
Welke lifehack verbeterde je leven?
Op het dashboard in je auto toont een klein pijltje aan welke kant je brandstoftank zit.
• Natali Broods (1976) studeerde aan het Koninklijk Conservatorium en het Herman Teirlinck Instituut in Antwerpen
• Ze debuteerde in de film S. van Guido Henderickx, en op de scène bij de Kakkewieten
• Daarna acteerde ze bij Toneelhuis, tg STAN en vooral De Koe, dat nu De Hoe heet. Maar ze speelde ook in films als Any way the wind blows, Een ander zijn geluk, De helaasheid der dingen, Cleo en Skunk En in series als Tabula rasa, Over water en Déjà vu
© TOON AERTS
Wat had jij pas op erg late leeftijd door dat iedereen allang wist?
Best veel, denk ik. Hoe je ‘Antarctica’ schrijft, bijvoorbeeld.
Bij welke historische gebeurtenis was je graag aanwezig geweest?
De vrijlating van Nelson Mandela. Ik was toen 13. Normaal ging de televisie nooit aan overdag, maar toen zaten we met onze neuzen op het scherm om dat moment te beleven. Hoe die man zijn gevangenschap heeft doorstaan, met mildheid en zonder rancune, is echt ongelofelijk.
Bij welke historische gebeurtenis had je graag ingegrepen?
Misschien toch de uitvinding van het buskruit en de atoombom.
Wie is de bekendste persoon met wie je ooit sprak?
Toen we met de film S. op het filmfestival van Moskou waren, zagen we Václav Havel en Vladimir Poetin, toen nog de nieuwe president van Rusland. Maar veel leukere ontmoetingen waren die met drie Deense acteurs en actrices, allemaal op een ander moment en in een andere context: Trine Dyrholm (Festen), Lars Mikkelsen (Borgen), en Sofie Gråbøl (The killing).
Voor welke breed gebezigde uitvinding ben jij bijzonder dankbaar?
De hangmat kan ik heel erg appreciëren. Welke wet zou je meteen invoeren?
Zwaardere belastingen voor ultrahoge vermogens. Van mij mag er best een limiet staan op iemands vermogen. Die mag hoog liggen, maar niet eindeloos hoog. De kloof tussen rijk en arm is onverantwoord. Typeer Brussel in drie woorden Heel eigen, wild en chic.
MICHAËL BELLON
De Hoe speelt De sitcom op 19 en 20/6 in CC Strombeek, kaaitheater.be
EMBRACE BRUSSELS.
NIEUWBOUWAPPARTEMENTEN
TE KOOP: AANKOOP AAN 6% BTW ONDER BEPAALDE VOORWAARDEN.
• Ontdek nieuwbouwappartementen in het historische hart van Brussel.
• Een warme buurt met de charme van een dorp, middenin de bruisende vijfhoek.
• Vind hier de perfecte combinatie van ruimte, rust en stedelijk woonplezier
Meer info op brouck-r.be of 02 335 02 29
De beste cultuurtips uit Brussel, elke vrijdag in je mailbox
BRUZZ culture bruzz.be/nieuwsbrief
Nieuws en activiteiten voor echte Brusselse ketten, 2 keer per maand in je mailbox
BRUZZ Ket news bruzz.be/nieuwsbrief