8 minute read

Interview CIRK!

CIRK! viert altijd het einde van de zomer

Het outdoor zomerfestival CIRK! staat sinds 2009 garant voor verwondering en spektakel op alle pleinen van Aalst. Meer dan 25 (circus-)compagnieën brengen in totaal meer dan 100 voorstellingen. Het merendeel van de voorstellingen is gratis. Ter gelegenheid van de vijftiende editie gaven programmator Liesbeth Bonner en productieleidster Esther Sevens ons een inkijkje in hun voorbereidingen.

Wat gaan jullie doen voor de aanstaande jubileumeditie?

L: Nog niet alle festiviteiten liggen vast, maar voor onze pre-party gaan we terug naar 2009. Dan draaien we enkel muziek uit die periode en gaan we ook dansen zoals toen. Binnen het festival gaan we onze vijftiende editie ook subtiel benadrukken. We bestaan geen vijftien jaar; er was één editie tussengevallen tijdens corona.

Er zullen nu taartjes zijn die bezoekers in hun kapsel kunnen verwerken. We hebben een soort gek kapsalon voorzien waar de feestvreugde in je haar kan worden gestoken. Ik hoop dat ze ook iets voorzien voor mensen met kort haar, zodat het erin past. Verder hebben we een act gepland om de avond op zaterdag af te sluiten. Onder voorbehoud komt daar een beetje vuurwerk bij om het te vieren. CIRK! is sowieso elk jaar een feest! We vieren altijd het einde van de zomer, wanneer er veel volk in de stad is. Het is moeilijk om dat nog eens te overtreffen.

Hoe begonnen jullie in het centrum van Aalst?

L: We zijn klein begonnen met alleen de Grote Markt in te palmen. Dat was nog voor mijn tijd. Ik werk nu al vijf jaar voor het festival. Op den duur is dat een traditie geworden en werken we nauw samen met de stadsdiensten. Tijdens het weekend van CIRK! zijn alle pleinen al op voorhand gereserveerd. Zo kunnen we onze puzzel leggen en acts verdelen over het terrein.

E: Liesbeth gaat ook vaak op prospectie doorheen het jaar naar andere festivals. De circusgezelschappen sturen ook hun technische fiches, en dan kijken we naar wat logistiek mogelijk is, of waar de act het best tot zijn recht kan komen. Dat is elk jaar een nieuwe puzzel die we moeten leggen. Dat is wel leuk om dan zo’n match te vinden. Soms lukt dat niet. We hadden vorige week bijvoorbeeld een act laten weten dat we geen mogelijkheden zagen. Het is een pluspunt dat ons festival in het stadscentrum plaatsvindt, want daardoor komen er veel mensen gewoon toevallig op af. Er zijn natuurlijk beperkingen, want niet alle pleinen zijn even groot.

Vanwaar kwam het initiatief vanuit Stad Aalst?

L: Normaal gesproken is er tijdens de zomer een culturele pauze, althans, dat was zo zestien jaar geleden. CC De Werf organiseert in de zomer geen binnenprogramma; er zijn dan geen theatervoorstellingen, concerten of comedyshows. We dachten dit gat te vullen met een buitenfestival, dat inmiddels een vaste waarde is geworden in Aalst. Voor mij is CIRK! seizoensgebonden de tegenhanger van Aalst Carnaval. Carnaval vindt plaats in de winter en is ook heel plezierig, maar het vertegenwoordigt een andere wereld. Het is dan altijd koud. Cultureel gezien is het meer een groot drankfeest, maar het heeft ook een erfgoedwaarde.

Ons festival vindt exact een half jaar later plaats en sluit de zomer af. Het weer is goed, iedereen loopt rond in korte broeken en op teenslippers. Je kunt overal binnen of buiten naar de voorstellingen kijken. ‘s Avonds is er ook een groot feest. Net zoals de carnavalstoet, kun je ons festival ook met families bezoeken; het avondgedeelte van carnaval is echter niet geschikt voor kleine kinderen, wat bij CIRK! wel het geval is.

Circus is wereldwijd bekend. Hoe proberen jullie dat in de programmering te integreren in een lokale context?

L: We dragen het internationale aspect toch hoog in het vaandel. We proberen altijd een goede mix te maken om de Belgische circusscene te steunen en artiesten met nieuw werk te presenteren aan ons publiek. Daarnaast zoeken we natuurlijk ook het beste van Europa. Ik ga elk jaar op prospectie in Frankrijk en Nederland, soms probeer ik wat verder te gaan naar Spanje, Portugal, Zweden, vorig jaar in Engeland. Zo probeer ik lokale acts naar België te halen. Als iets goed is, blijft dat circuleren bij andere Vlaamse circusfestivals.

Hebben jullie specifieke acts of collectieven die jullie absoluut naar CIRK! willen halen of al hebben gehaald?

L: Dat hangt sterk af van de agenda’s van de artiesten en waar ze zich bevinden tijdens een tournee. Ik vind het altijd geweldig als er Australische acts komen. Australië herbergt grote collectieven die spectaculaire dingen maken. Dus als we de kans krijgen om aan hun tour te koppelen, is dat fantastisch. Maar ik ben ook geïnteresseerd in kleine collectieven, duo’s, trio’s die een verhaal vertellen. Ik ben voorstander van het aanbieden van meerdere kleine voorstellingen in plaats van één grote slotact met veel opsmuk waar het hele budget naartoe gaat. Ik geef het publiek liever een overzicht van wat er allemaal speelt.

Hoe ontvangen jullie al die acts?

L: Circusartiesten leiden een nomadisch bestaan, zelfs wanneer ze niet allemaal in een tent optreden. Ze worden overal gevraagd en brengen meer tijd door in hotelkamers dan thuis. Sommige gezelschappen maken hedendaags werk, maar kiezen er toch voor om met een tent en caravans rond te trekken. Dan vragen ze of ze in plaats van een hotelkamer hun dorp rond de tent mogen bouwen. Wij zorgen dan voor een waterpunt voor hun toiletten en douches. Een gezelschap bestaat meestal uit artiesten van verschillende nationaliteiten die samenkomen om circus te maken.

Hadden jullie eerder ervaring met circus?

L: Voor mij niet. Ik studeerde Grafisch Ontwerp en dat heb ik in loondienst gedaan voordat ik deze baan kreeg. Ik was een beetje zoekende en ik deed dat niet meer met veel plezier. De stress is nu niet per se minder, maar ik was klaar met de grafische wereld. Toen heb ik circusworkshops gevolgd. Dat leek me leuk. Ik deed aan koorddansen, trapeze, enzovoort. Ik heb gewoon van alles geproefd.

Toen ik me wat meer op circus begon te richten, kwam de vacature voorbij. Ik heb me ingeschreven omdat je niet kunt studeren voor circusprogrammeur. Het vakgebied valt misschien onder culturele studies, maar daar ligt niet de nadruk op. Dus ik ben er min of meer per toeval ingerold en moest in korte tijd de wereld leren kennen.

E: Ik werk eigenlijk nog maar een half jaar bij de stad. Daarvoor had ik zeker geen connectie met circus. Nu ben ik er zelf ook helemaal ingedoken.

Hoe proberen jullie het programma af te stemmen op het publiek?

L: Alles wat ik programmeer, heb ik al eens gezien. Ik weet welk effect het op mij heeft, dus tijdens het festival probeer ik alles zelf te bekijken en let ik vooral op de reacties van het publiek: slaat het aan of niet? Zoals bij alles geldt, niet alles spreekt iedereen aan. Sommigen vinden iets niet goed, maar over het algemeen genomen vinden de meeste mensen bij ons alles mooi wat ze gezien hebben. Ik ontvang vaak positieve reacties van vrienden en familie die achteraf vertellen wat ze hebben gezien en leuk vonden. Daar ben ik altijd van onder de indruk. Er is altijd een mix van producties voor het brede publiek en acts die meer kunstzinnig zijn of die meer aandacht van de kijker vragen, of die aanzetten tot nadenken. Dat evenwicht moet er elk jaar zijn.

Zetten jullie daarbij ook in op het erfgoed van Aalst?

E: Niet specifiek, maar er is wel een circusfamilie, Circus Jhony, die wortels heeft in Aalst. Ze hebben zelfs een tijdje in mijn straat gewoond. Na tien jaar hebben ze echter een appartement betrokken. Er is rond hen wel eens een expositie geweest. In het stadsarchief is alles goed gedocumenteerd, zodat we niets vergeten. We maken daar regelmatig een link mee, maar we kunnen niet elk jaar dezelfde expositie tonen. We proberen ook een mooie link te maken met het onroerend erfgoed. De gebouwen en de museumsite zijn op zich al erfgoed. Dat is een oud ziekenhuis. Daar zetten we ook altijd acts neer, zodat mensen daar ook gelokt worden om naar binnen te gaan. Onze Grote Markt is ook erfgoed.

Wat zouden jullie bezoekers aanraden die voor het eerst naar CIRK! komen?

Liesbeth: Ik zou gewoon aanraden om de trein te nemen. Je komt hier aan en op het stationsplein is er al meteen een act die je kunt zien. Zoek een folder bij een vrijwilliger, die op elk plein beschikbaar is, en bekijk dan volgens het uurschema wat er gebeurt. Plan alles ter plekke. Als je langer wilt blijven, voor de afterparty op vrijdag heb je een ticket nodig en moet je iets anders regelen dan de trein. De trein rijdt niet meer als het ‘s nachts afgelopen is.

De meeste voorstellingen zijn gratis, maar drie of vier vragen een ticket vanwege een beperkte capaciteit of een intiemere setting. De pre-party is ook altijd uitverkocht. Op zondag voelen we ook dat mensen zich klaarmaken om aan de werkweek te beginnen. Vrijdag is het feest in volle gang, zaterdag is er ook nog avondprogrammering. Zondag is het meer overdag en ‘s avonds kalmer aan.

De vijftiende editie van CIRK! gaat door van 23 augustus tot 25 augustus. Het volledige programma volgt in juli via www.cirkaalst.be.

Cédric Ista, coach communicatie

This article is from: