10 minute read
FRANCO-BELGE
THIERRY DUJARDIN (GROUPE IRD)
Wat PMV (Participatie Maatschappij Vlaanderen) betekent in onze contreien, is IRD in het Franse noorden: een hefboom die financiële belangen neemt in beloftevolle bedrijven, en waar nodig ook klaar staat met advies. Groupe IRD, met zetel in de Rijselse voorstad Marcqen-Baroeul, wordt aangestuurd door topkader Thierry Dujardin. “Ja, we lonken ook wel eens over de landsgrens heen”, vertelt hij.
Wat moeten we weten over IRD, zijn geschiedenis, zijn missie en zijn doelstellingen?
“IRD biedt een reeks financiële diensten aan en is ontstaan op aangeven van de ondernemerswereld in de regio Hauts-de-France. De missie is dubbel. Enerzijds bijdragen aan het creëren en aan de ontwikkeling van de tewerkstelling in de bedrijfswereld. Anderzijds: Noord-Frankrijk helpen aan een positief economisch imago. IRD is lid en medeaandeelhouder van het platform Entreprises et Cités, een organisatie en netwerk dat de bedrijfswereld vooruit helpt met opleidingen, hr-advies, sociale bekommernissen en last but not least ook met het nodige lobbywerk.”
Wat betekent dat in de praktijk van elke dag?
“Om de ondernemerswereld concreet vooruit te helpen, heeft IRD allerlei steunmaatregelen ter beschikking, zoals risicokapitaal, investeringsbudgetten, alles samen goed voor een fonds van 250 miljoen euro. In 2019 hebben we 20 miljoen vrijgemaakt voor steun aan zo’n 50 bedrijven, van start-ups tot rijpere kmo’s. Daar blijft het niet bij. IRD helpt als co-investeerder de bedrijfswereld ook bij het opzetten van vastgoedoperaties. Onze totale vastgoedportefeuille weegt 275 miljoen euro, waarvan we in 2019 zowat 42,5 miljoen euro effectief besteed hebben. IRD helpt de bedrijfswereld ten slotte ook nog bij haar zoektocht naar bijkomende financiële middelen in geval van overnames of acquisities. In 30 jaar tijd hebben we zo’n 300 dossiers begeleid. Samen waren die goed voor een geconsolideerde omzet van 1 miljard euro en 10.000 jobs. Finaal bieden we ook nog allerlei diensten (strategisch advies, hr,…) aan groeibedrijven op hun weg
Doeltreffend zaken doen in Frankrijk
Wilt u weten of u uw activiteit en/of vestiging in Frankrijk goed heeft georganiseerd op juridisch-commercieel, sociaalrechtelijk, fiscaal en boekhoudkundig vlak, probeer nu onze Quick Scan “Zaken doen in Frankrijk” en ontdek of u klaar bent voor de Franse afzetmarkt:
home.kpmg/be/zakendoeninfrankrijk
© 2020 KPMG Eurometropool, een Belgische BVBA en lid van het KPMG netwerk van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn met KPMG International Cooperative (“KPMG International”), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in België. © 2020 Kratos Law CVBA. Alle rechten voorbehouden. * Kratos Law CVBA, een onafhankelijk advocatenkantoor, vormt een kostengroepering met KPMG Belastingconsulenten CVBA.
THIERRY DUJARDIN
naar transitie. U merkt het, een hele mond vol. Onze ambitie is klaar en duidelijk: een cruciale rol spelen in het ondernemerslandschap, en dat via een uitgebreid netwerk.”
Hoe kijkt u tegen het nu al historische 2020 aan?
“2020 is een moeilijk en toch ook een veelbelovend jaar. Dat kan u verwonderen, maar wij hebben de voorbije maanden aangegrepen om onze diensten even tegen het daglicht te houden. Onze belangrijkste opdracht was meer dan ooit om de bedrijven bij te staan, als klankbord en als adviseur bij al hun vragen. Dat resulteerde niet alleen in financiële bijdragen maar ook in een vorm van psychologisch-mentale begeleiding. In tijden van onzekerheid was er zowel nood aan het ene als aan het andere. Het netwerk van Entreprises et Cités was daarbij ook een grote ‘soutien’. Ik denk te mogen zeggen dat onze band met de bedrijfswereld nog intenser is geworden, en dat dankzij onze proactieve aanpak op allerlei vlakken. Daaronder verstaan: analyse van de strategie, focus op nieuwe netwerken, het vrijmaken van nieuwe fondsen. We hebben ook een LinkdIn-platform in het leven geroepen om de interactie tussen bedrijven onderling te stimuleren via uitwisseling van ervaringen op allerlei domeinen. Dat alles belet natuurlijk niet dat het eindrapport van de IRD in 2020 minder goed zal scoren in vergelijking met de jaren voordien. Maar toch durf ik zeggen dat we qua positionering vooruitgang hebben geboekt.”
Van een participatiemaatschappij verwacht je inbreng in geld, en vaak ook, maar niet altijd, bijstand aan het management. Is dat ook het geval met IRD?
“Als minderheidsaandeelhouder hebben we niet de ambitie tussen te komen in het dagdagelijkse, het operationele. Wat we wel doen, is in overleg treden met de meerderheidsaandeelhouder om zo meerwaarde te creëren voor het bedrijf in kwestie. Die meerderheidsaandeelhouder is meestal ook de baas op het terrein. In de gegeven omstandigheden gaan veel bedrijven door een noodzakelijke transitie en moeten ze hun model aanpassen. De Franse overheid staat ook met geld klaar, maar men mag niet vergeten dat dit dikwijls ook opbouw van meer schuld is in hoofde van een bedrijf.”
In het recente verleden zijn er al pogingen geweest om over de landsgrens heen samen te werken met IRD. Voorlopig zonder al te veel resultaat.
“Toch zijn we al in Belgische dossiers gestapt. Ik denk hier aan een samenwerking met de KU Leuven, wat geleid heeft tot een inbreng van onze kant in het Vives II-fonds.
In het Brusselse hebben we ook een beperkt aantal participaties genomen in bedrijven. Maar toegegeven, het is allemaal niet veel. Gezien onze geografische nabijheid en onze gemeenschappelijke cultuur, zouden we meer kunnen doen. Met de steun van Voka hebben we gezamenlijk aan een dossier gewerkt, maar het is niet tot een concreet resultaat gekomen. Dit gezegd zijnde, denk ik dat we moeten blijven streven naar projecten die we samen kunnen realiseren. Ze bestaan, wij zijn ook vragende partij.”
Verbinden jullie voorwaarden aan zo’n démarche?
“Een samenwerking kan maar slagen als je van bij de start dezelfde waarden en dezelfde ambities deelt. Nogmaals: we staan altijd open voor mogelijke samenwerkingen en synergieën met partners aan de andere kant van de grens.” (KC - Eigen foto)
CASHFLOW MANAGEMENT: DE BELGISCHE FISCALE CONSOLIDATIE EN FRANSE « INTÉGRATION FISCALE »
DELPHINE NORÉ DIRECTOR CORPORATE TAX DNORE@KPMG.COM KPMG BELGIË
SOPHIE ELOY SUPERVISOR CORPORATE TAX SELOY@KPMGAVOCATS.FR KPMG FRANCE Franse ondernemingen onderworpen aan de vennootschapsbelasting zijn reeds enige tijd vertrouwd met het systeem van de “intégration fiscale”. Belgische ondernemingen hebben lang moeten wachten op een eigen regelgeving. Beide systemen worden hierna kort ontleed, met aandacht voor de gelijkenissen en verschillen tussen beide landen.
Kenmerkend voor het Franse systeem van de « intégration fiscale » is dat alleen de moedervennootschap belastingschuldige wordt voor de volledige groep.
Om te kunnen genieten van het systeem dient men uitdrukkelijk bij de fiscale administratie te kennen te geven dat men binnen de groep een fiscale integratie wenst voor een eerste periode van 5 jaar.
Tijdens de periode van de fiscale integratie worden alle door de groepsvennootschappen gegeneerde verliezen, belastingkredieten en belastingverminderingen automatisch en definitief overgedragen aan de moedervennootschap. Vandaar het belang om nauwkeurig de inhoud van de integratie overeenkomst te bepalen.
In deze overeenkomst bepalen de groepsondernemingen de werking van de fiscale integratie alsook de uittreding van de geïntegreerde vennootschappen. De overeenkomst bepaalt: (i) de effectieve bijdrage van elke onderneming in de vennootschapsbelasting en de eventuele sociale lasten verschuldigd door de groep; (ii) het lot van de door de groepsvennootschappen gegenereerde verliezen, belastingverminderingen en belastingkredieten en (iii) de voorwaarden voor een eventuele schadeloosstelling van een onderneming die de groep zou verlaten, teneinde de meerkost te compenseren ingevolge de toetreding tot de fiscale integratie.
De regeling is beschikbaar voor zowel Franse vennootschappen als vaste inrichtingen van buitenlandse vennootschappen gevestigd in de EU of de Europese Economische Ruimte (EER) die onderworpen zijn aan het gewone tarief van de vennootschapsbelasting. Voor groepen met vennootschappen uit het Verenigd Koninkrijk zijn er enkele in acht te nemen bijzonderheden ingevolge de Brexit.
Om te kunnen toepassing maken van het regime van de “intégration fiscale”: (i) mag de moedervennootschap zelf voor niet meer dan 95% aangehouden worden door een andere vennootschap onderworpen aan de vennootschapsbelasting en (ii) moeten de dochterondernemingen rechtstreeks of onrechtstreeks voor minstens 95% gedurende de periode van de integratie aangehouden worden door de moedervennootschap.
Sinds 2019 kunnen verbonden Belgische vennootschappen een beperkte vorm van fiscale consolidatie toepassen: het verlies van een verlieslatende vennootschap kan overgedragen en afgezet worden tegen de belastbare winst van een verbonden vennootschap. Daartoe sluiten zij onderling een overeenkomst af waarin de groepsbijdrage wordt bepaald die de winstgevende vennootschap aan de verlieslatende dient te betalen, ter compensatie van de vermindering van de belastbare basis van deze eerste. De overeenkomst kan slechts betrekking hebben op één belastbaar tijdperk. Bovenstaande vergoeding wordt fiscaal geneutraliseerd door deze bij de betaler als een verworpen uitgave aan te merken (verworpen uitgave) en bij de ontvanger vrij te stellen van de belastbare grondslag (door een verhoging van de begintoestand van de reserves).
Net zoals bij de “intégration fiscale”, is de Belgische fiscale consolidatie onderworpen aan een participatievoorwaarde. België vereist daarbij dat het aandelenbezit van minstens 90% gedurende een periode van vijf opeenvolgende jaren ononderbroken wordt aangehouden. Bovendien kunnen enkel nauw verbonden vennootschappen de consolidatie toepassen (moeder- en rechtstreekse dochterondernemingen en vennootschappen met een gemeenschappelijke moeder die gevestigd is binnen de EER).
Merk op dat deze consolidatie- en integratieregimes bijzondere boekhoudkundige bewerkingen en welbepaalde in te dienen documentatie vereisen.
BESLUIT
De fiscale integratie en consolidatie zijn op een andere leest geschoeid. Waar het Franse systeem een ware fiscale integratie beoogt op niveau van de moedervennootschap, is het Belgische systeem gebaseerd op overeenkomsten tussen individuele groepsvennootschappen onderling. Beide systemen zijn evenwel interessant in het kader van het financieel beheer van groepen. Het is dus belangrijk om het bestaan van beide mechanismen te kennen, de opportuniteiten die beiden bieden en hun evolutie in de tijd.
FRANS RELANCEPLAN OOK VOOR WEST-VLAAMSE BEDRIJVEN INTERESSANT
In tegenstelling tot de Vlaamse en de federale overheid, kondigde de Franse overheid reeds begin september een indrukwekkend relanceplan aan. De Franse staat voorziet een enveloppe van 100 miljard euro, waarbij gefocust wordt op 3 strategische pijlers.
AGENDA
Het gaat om ecologie (energiezuinig bouwen, infrastructuurwerken, alternatieve energiebronnen, vergroening van de auto-industrie, enz.), competitiviteit (exportsteun, digitalisering, belastingvermindering, enz.) en cohesie (levenslang leren, gezondheid, 5G, duurzaam toerisme, enz.).
In totaal zou 33 miljard euro ten goede komen aan de industrie. De lokale CCI’s (Chambre de Commerce et d’Industrie - Kamers van Koophandel en Industrie) krijgen de taak om de bedrijven te informeren over de hulpmaatregelen en acties die opgezet worden. Daarnaast komen er ook maatregelen om handelaars en zelfstandigen te betrekken bij de ecologische transitie en de digitale transformatie. Ook de export zal via verschillende initiatieven gestimuleerd worden.
OOK REGIO HAUTS-DE-FRANCE ONDERSTEUNT BEDRIJVEN
Naast de plannen van de Franse staat, heeft ook de regio Hauts-de-France (Noord-Frankrijk) een apart relanceplan van 1,3 miljard euro aangekondigd. Het plan is gericht op alle soorten ondernemingen en heeft tot doel om zoveel mogelijk jobs te beschermen en de bedrijven te ondersteunen. Daarnaast komen er ook verschillende maatregelen die het sociale leven en de gezondheid moeten beschermen.
De grote lijnen van het plan omvatten onder andere volgende maatregelen die gericht zijn op bedrijven:
─ 19 NOVEMBER 2020 - VAN 8U30 TOT 9U00
Webinar « Les 30 minutes franco-belges » : Uw activiteiten ontwikkelen aan de andere kant van de grens ? Een overzicht van de verschillende distributiemodellen" > Spreker : Arthur Lahousse van K Law gratis - inschrijven verplicht via info@chambrefrancobelge.eu 205 miljoen euro voor bescherming van bedrijven en jobs, 85 miljoen euro voor duurzaamheid, 34 miljoen euro voor maatregelen die de aantrekkelijkheid van de regio zullen verhogen en 470 miljoen euro voor de financiering van grote infrastructuurwerken. Enkele concrete voorbeelden: een bonus van 2.000 euro voor de aanwerving van een jongere (-26 jaar), 30 miljoen euro voor een fonds (Reboost) om de schuldenlast van de kmo’s te verminderen, bijkomende budgetten voor toekomstgerichte sectoren, enz. Tot slot wordt er ook verder ingezet op levenslang leren, vorming, en een gemoderniseerd arbeidsmarktbeleid. De organisatie NFI (Nord France Invest) zal geïnteresseerde bedrijven begeleiden en ondersteunen.
Voka brengt u graag in contact
Vanuit Voka West-Vlaanderen hebben wij een specifieke regiowerking die gericht is op Noord-Frankrijk. Verschillende WestVlaamse bedrijven zijn immers zeer actief in (Noord-)Frankrijk en sommigen hebben er zelfs een dochterbedrijf of filiaal. Voor hen zijn deze aankondigingen zeker interessant, maar dat geldt in feite voor alle West-Vlaamse bedrijven. Indien u meer concrete informatie wenst over de projecten, kunnen wij u in contact brengen met de desbetreffende CCI of met NFI.
Meer info: Dieter.coussee@voka.be
─ 8 DECEMBER 2020 - VAN 8U30 TOT 10U30
Webinar - Fiscal Update De fiscale actualiteit in België en in Frankrijk voor 2021 > gratis - inschrijven verplicht via info@chambrefrancobelge.eu
