2 minute read

Proefversie©VANIN

Next Article
Proefversie©VANIN

Proefversie©VANIN

Na de Tweede Wereldoorlog verloor het begrip ras geleidelijk zijn legitimiteit: de wetenschap heeft aangetoond dat alle mensen op aarde afstammen van één en dezelfde menselijke soort. Ras wordt dus niet meer als een biologische categorie beschouwd maar als een sociale constructie. Biologisch gezien is er maar één menselijk ras. c. De “wetenschap van de inferioriteit”

Om haar “beschavingsopdracht” te rechtvaardigen, moet de koloniale macht eerst de inferioriteit van de gekoloniseerden aantonen. Verschillende wetenschappen dienen als instrument voor het opstellen van rassentheorieën die hun pseudo-inferioriteit bevestigen. Vooral de antropologie en de etnografie, die in de negentiende eeuw in volle ontwikkeling zijn, vervullen die rol. Zij leggen zich

Bron 6:

met uitleg gebruik van goniometer, een meetinstrument om “gezichtshoek” op gezicht van een “inboorling” Fragment handboek titel Carnet d’observations opgesteld

← Victor, J. (1898). Carnet d’observations ethnologiques. Onafhankelijke Congostaat-Museum, Brussel.

De illustratie is een schema met uitleg over het gebruik van de goniometer, een meetinstrument om de ‘gezichtshoek’ op het gezicht van een Congolese ‘inboorling’ te meten. Men gebruikte nieuwe wetenschappen in de 19e eeuw zoals de antropologie en de etnografie om de pseudo-inferioriteit van rassen aan te tonen en de ‘beschavingsopdracht’ van de kolonisator te rechtvaardigen.

Bron 7:

Het heeft geen eigen historisch belang, slechts dat we daar de mens in de barbarij, in de wildheid zien (…) Het is het in zichzelf gekeerde goudland, het kinderland, dat aan de andere kant van de dag van de zelfbewuste geschiedenis gehuld is in de zwarte kleur van de nacht.

Uit: Hegel, G.W.F. (1994). Vorlesungen über die Philosophie der Weltgeschichte. Band I: Die Vernunft in der Geschichte. Meiner, 214.

↑ Georg Wilhelm Friedrich Hegel (1770 - 1831), een bekende Duitse filosoof, schreef dit fragment over Afrika in 1830.

Bron 8:

Er was eens een grote koning van een klein land … (…) Blanke of zwarte lezer, open dit boek. Denk er bij het lezen van deze hoofdstukken aan, welke prijs, welke strijd, welke opofferingen, en wat voor hard werk er geleverd werd om ons Afrikaans grondgebied te maken tot wat het vandaag is. Het schrijven van deze bladzijden was zinvol om al de pracht en praal te laten schitteren in de verwonderde ogen van onze jeugd, uit op echte glorie. Blanken en zwarten hebben samen, in een halve eeuw onder de tropische zon, heel wat verrassende verwezenlijkingen tot stand kunnen brengen in Congo. Zo bouwden ze duizenden scholen, hospitalen en kerken. Locomotieven en auto’s rijden nu op de oude karavaanroutes, er worden gestadig verbindingswegen aangelegd en elektrische centrales, haveninstallaties en fabrieken opgetrokken. De modernste vliegtuigen verbinden verschillende regio’s van de kolonie met elkaar en met het moederland. De landbouw put uit de duizenden hectaren tropisch regenwoud en savanne allerlei levensmiddelen zoals olie, koffie, katoen, rijst, cacao en heel wat andere producten die de wereld nodig heeft, terwijl de mijnontginningen rijkelijk goud, diamant, koper en tin opleveren. Waar vroeger oorlog woedde, heerst vandaag vrede en, in plaats van hongersnood, is er welhaast overdaad. De machine is de primitieve mens te hulp gekomen en heeft zo zijn hard labeur opgewaardeerd. Geen slavernij meer, maar vrije en blije mensen. Dat is het werk van België in Afrika, dat is de beschaving aan het werk. Het realisme en het vernuft van onze bedrijfsleiders, onze kolonialen en onze administratie doet onze driekleur eer aan. De inboorlingen worden zich, onder impuls van ons sociaal beleid – het meest vooruitstrevende van Afrika – bewust van de toekomst die voor hen opengaat …

This article is from: